info@brugel.brussels - www.brugel.brussels
REGULERINGSCOMMISSIE VOOR ENERGIE IN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST
BESLISSING (BRUGEL-BESLISSING-20220621- 203)
Betreffende het model van samenwerkingsovereenkomst tussen Xxxx en de distributienetbeheerders
Opgesteld op basis van beslissing 176bis van 7 december 2021 betreffende de invoering van een overgangsprocedure met het oog op de goedkeuring van de door de netbeheerders aangeboden gereguleerde contracten.
21/06/2022
Kunstlaan 00 Xxxxxx xxx Xxxx - X-0000 Xxxxxxx / Xxxxxxxxx T: 02/563.02.00 - F: 02/563.02.13
xxxx@xxxxxx.xxxxxxxx - xxx.xxxxxx.xxxxxxxx
Inhoudsopgave
1 Juridische grondslag 3
2 Context 4
3 Analyse en ontwikkeling 4
3.1 Toepassingsgebied van de samenwerkingsovereenkomst 4
3.2 De onderdelen van de samenwerkingsovereenkomst 5
3.3 Impact van de overeenkomst op de samenwerking tussen de beheerders in het kader van de energietransitie 5
3.4 Transparantie en openbaarheid van de overeenkomst 6
4 Beslissing 7
5 Bijlagen 8
1 Juridische grondslag
Titel VI van het Technisch reglement voor het beheer van het elektriciteitsdistributienet in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en van de toegang ertoe en titel 6 van het Gewestelijk Technisch reglement transmissie van elektriciteit in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest bevatten een samenwerkingscode waarin is bepaald dat een overeenkomst moet worden gesloten tussen de distributienetbeheerder en de netbeheerders op wie diens net is aangesloten. Het gaat respectievelijk om de artikelen 272 en 124:
"De distributienetbeheerder onderhandelt te goeder trouw, respectievelijk met elke beheerder aan wiens net zijn net gekoppeld is, over een overeenkomst die als doel heeft:
1° de koppeling van de netten op een efficiënte wijze te waarborgen;
2° de inzameling en de transmissie van de gegevens betreffende het beheer van een net en noodzakelijk voor de beheerder van een ander net, te waarborgen teneinde de goede werking van de markt te verzekeren."
In haar beslissing 176bis1 van 7 december 2021 voerde XXXXXX een overgangsprocedure in met het oog op de goedkeuring van de door de netbeheerders aangeboden contracten:
beslist BRUGEL wat volgt:
"de modelcontracten voor aansluiting, toegang en samenwerking, wat betreft hun eventuele algemene en bijzondere voorwaarden, evenals de procedures, de formulieren en - in voorkomend geval - de reglementen in verband daarmee, opgesteld door de gewestelijke distributie- of transmissienetbeheerders, alsook alle wijzigingen die eraan worden aangebracht worden ten laatste binnen de twee maanden voorafgaand aan hun inwerkingtreding toegezonden aan BRUGEL. Bij gebreke van antwoord binnen de twee maanden na de aanvraag wordt de goedkeuring geacht stilzwijgend te zijn verworven. De procedures en formulieren worden uitsluitend ter informatie bezorgd, zonder te zijn onderworpen aan goedkeuring.
Deze beslissing treedt in werking op het ogenblik van haar publicatie op de website van BRUGEL en blijft van kracht:
− voor het beheer van het gewestelijk transmissienet, tot aan de inwerkingtreding van het nieuwe technisch reglement voor het beheer van het gewestelijk transmissienet zoals dit zal worden goedgekeurd door BRUGEL;
− voor het beheer van de distributienetten, tot aan de inwerkingtreding van een nieuwe wijzigingsbeslissing van BRUGEL houdende goedkeuring van het technisch reglement voor het beheer van het elektriciteitsdistributienet in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en van de toegang ertoe en van het technisch reglement voor het beheer van het gasdistributienet in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en van de toegang ertoe. …"
De huidige beslissing stemt overeen met voormelde wettelijke bepalingen en met het voormelde besluit 176bis van BRUGEL.
1 xxxxx://xxx.xxxxxxxxxxxxxx.xxxxxxxx/xxxxxxxxxxx/xxxxxxxx/xxxxxxxxxxxx/0000/xx/XXXXXXXXXX-000xxx- OVERGANGSPRCEDURE-NETBEHEERDERS-AANGEBODEN-CONTRACTEN.pdf
2 Context
De samenwerkingsovereenkomst (hierna: "SOK") is een overeenkomst tussen de federale en gewestelijke transmissienetbeheerder (hierna: "ELIA") en de distributienetbeheerders (hierna: "DNB"). De SOK is een belangrijke basis voor de samenwerking tussen XXXX en de distributienetbeheerders. De ondertekende overeenkomsten zijn gebaseerd op een op Belgisch niveau geharmoniseerd model van XXX. Deze overeenkomst heeft tot doel te zorgen voor een efficiënte interconnectie tussen de elektriciteitsnetten en voor het verzamelen en doorgeven van de gegevens die nodig zijn voor een goede werking van de elektriciteitsmarkt.
In de loop van 2020 nam SYNERGRID, namens de DNB's en ELIA, het initiatief om een proces op gang te brengen om het model van SOK te wijzigen. Dit proces werd onderbroken door regelmatig onderling overleg met de vier Belgische regulatoren2 alvorens in de zomer van 2021 het voorwerp uit te maken van een openbare raadpleging3.
In overeenstemming met het overgangskader dat door beslissing 176bis van BRUGEL werd ingesteld (zie punt 1 hierboven), heeft SYNERGRID, in naam van de netbeheerders, op 6 april 2022 een ontwerp van SOK ter goedkeuring aan elke regulator voorgelegd. Deze beslissing komt tegemoet aan dit verzoek tot goedkeuring.
3 Analyse en ontwikkeling
3.1 Toepassingsgebied van de samenwerkingsovereenkomst
Titel VI van het Technisch reglement voor het distributienet en titel 6 van het Technisch reglement voor het gewestelijk transmissienet bieden een kader voor de SOK en de elementen die daarin moeten worden opgenomen. De SOK wordt opgesteld tussen de distributienetbeheerder en de geïnterconnecteerde netbeheerder en heeft betrekking op alle aspecten in verband met het beheer van de netten die direct of indirect gevolgen kunnen hebben voor de betrokken netbeheerders.
De samenwerkingsovereenkomst beoogt immers de effectieve interconnectie van de betrokken netwerken te verzekeren en te zorgen voor het verzamelen en doorgeven van gegevens met betrekking tot het beheer van deze netwerken, ten einde de goede werking van de markt te verzekeren. De SOK regelt onder meer de rechten, plichten en verantwoordelijkheden van de exploitanten, met name op het gebied van de exploitatie, het onderhoud, de levering van ondersteunende diensten en de uitwisseling van technische gegevens die nodig zijn voor de goede werking van de netten.
De SOK, die ter goedkeuring aan BRUGEL wordt voorgelegd, bevat de elementen die wettelijk vereist zijn door de wetgeving.
2 De CREG, de VREG, de CWaPE en BRUGEL
3 De resultaten van deze openbare raadpleging zijn beschikbaar op de SYNERGRID-website: xxxx://xxx.xxxxxxxxx.xx/xxxxx.xxx?XxxxXXx00000
3.2 De onderdelen van de samenwerkingsovereenkomst
De samenwerkingsovereenkomst bestaat uit een basiscontract en een reeks bijlagen.
Het basiscontract beschrijft de algemene modaliteiten en de contractuele afspraken die van toepassing zijn tussen ELIA en de DNB's. Het gaat o.a. over modaliteiten voor betaling en facturatie, gegevensuitwisseling, bescherming van persoonsgegevens, verantwoordelijkheden van elke partij, vertrouwelijkheid en de regeling van geschillen.
In de bijlagen worden de modaliteiten en de functionele afspraken tussen XXXX en de DNB's op verschillende gebieden beschreven. Er zijn 14 bijlagen en deze worden opgesomd in punt 5 van deze beslissing.
3.3 Impact van de overeenkomst op de samenwerking tussen de beheerders in het kader van de energietransitie
Het elektriciteitssysteem bestaat uit een lange waardeketen die vroeger sterk gesegmenteerd was: gecentraliseerde opwekking, groothandelsmarkten, balancering, transmissie, distributie, private netten, installaties van gebruikers. Met de energietransitie ontstaan er steeds sterkere interacties tussen deze verschillende componenten van het elektriciteitssysteem en vindt er een geleidelijke overdracht plaats van de verantwoordelijkheid voor de stabiliteit van het systeem van gecentraliseerde opwekking naar de volgende segmenten van de waardeketen, waarbij de eindafnemer steeds meer betrokken wordt.
Deze ontwikkelingen vereisen gegevensuitwisselingen binnen de markt met een steeds hogere mate van detail en frequentie van de communicatie. Dit impliceert met name de noodzaak van coördinatie tussen de DNB's en ELIA. Deze operatoren handelen namelijk, ieder voor zich, binnen het kader van hun wettelijke opdrachten in een sector die gekenmerkt wordt door steeds sterkere interacties met spelers van wie belangen steeds meer met elkaar concurreren. Een geslaagde coördinatie moet dus gebaseerd zijn op een duidelijk en geharmoniseerd kader op Belgisch niveau dat synergieën bevordert en de verwezenlijking van een globaal technisch-economisch optimum, dat niet noodzakelijkerwijs overeenstemt met het optimum dat door elke speler afzonderlijk wordt nagestreefd, in de hand werkt. XXXXXX is van mening dat het ontwerp van SOK, dat ter goedkeuring wordt voorgelegd, zal bijdragen tot de verwezenlijking van deze doelstelling om de uitdagingen van de energietransitie aan te gaan.
3.4 Transparantie en openbaarheid van de overeenkomst
De beheerders stellen twee versies van de SOK voor: een openbare versie en een vertrouwelijke versie. Uit de openbare versie zijn bepaalde gevoelige en vertrouwelijke elementen verwijderd. Het gaat dan met name om de elementen in:
• artikel 5.2 over de behandeling van de verzoeken tot schadevergoeding van derden;
• bijlage 13 over het systeembeschermingsplan, de procedure bij schaarste, het herstelplan en het testplan.
De vertrouwelijke en verwijderde elementen worden in de openbare versie van de SOK aangegeven.
XXXXXX heeft begrip voor de graad van vertrouwelijkheid die wordt toegekend aan de onderwerpen die in bijlage 13 worden behandeld. Het gaat om strategische elementen en de vertrouwelijkheid ervan moet worden gewaarborgd. Wat betreft de vertrouwelijkheid die wordt toegekend aan de behandeling van de verzoeken tot schadevergoeding van derden, maakt XXXXXX niettemin een voorbehoud ten aanzien van de ondermijning van de transparantie bij de behandeling van klachten. De ordonnantie betreffende de organisatie van de elektriciteitsmarkt in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest stelt bij artikel 25quattordecies § 4 het volgende:
"§4 De leveranciers en de netbeheerders stellen een efficiënte klachtenbehandelingsdienst ter beschikking van hun respectieve afnemers waarbij de afnemers genieten van transparante, eenvoudige en gratis procedures. …"
Aangezien artikel 5.2. informatie bevat over de wijze waarop de betrokken netbeheerders klachten en vorderingen van derden behandelen, moeten deze laatsten kunnen weten welke regels op hen worden toegepast. Een voorbeeld hiervan is een langdurige uitval die gevolgen heeft voor de gebruikers van het netwerk, wanneer het incident zich voordoet op een ander netwerk dat verbonden is met het netwerk dat deze gebruikers bevoorraadt.
In dit stadium is BRUGEL van mening dat dit kader geen blokkerend element vormt voor de goedkeuring van het huidige voorstel van de SOK, rekening houdend met de dwingende noodzaak verbonden aan de inwerkingtreding van de SOK. XXXXXX nodigt SYNERGRID echter uit om, in het kader van de lopende werkzaamheden tot wijziging van de SOK, regels op te stellen voor de behandeling van verzoeken die transparant en toegankelijk zijn voor de gebruikers van het Brusselse net. Deze elementen zullen ook het voorwerp moeten uitmaken van een openbare raadpleging. Dit verzoek wordt gedeeld door de andere regulatoren.
Na besprekingen tussen de regulatoren en om een objectief redelijke termijn mogelijk te maken, zou de nieuwe versie van de SOK uiterlijk op 30 november 2023 aan BRUGEL en de andere regulatoren moeten worden voorgelegd.
4 Beslissing
Gezien het voorgestelde model van samenwerkingsovereenkomst tussen XXXX en de distributienetbeheerders dat door SYNERGRID ter goedkeuring werd ingediend;
Overwegende titel VI van het technisch reglement voor het beheer van het elektriciteitsdistributienet in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en van de toegang ertoe evenals titel 6 van het Gewestelijk Technisch reglement transmissie van elektriciteit in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest;
Gezien beslissing 176bis van BRUGEL;
Gelet op de analyse die BRUGEL in samenwerking met de andere Belgische regulatoren heeft uitgevoerd;
keurt BRUGEL het voorstel van samenwerkingsovereenkomst tussen XXXX en de distributienetbeheerders goed dat door SYNERGRID werd ingediend.
XXXXXX vraagt aan SYNERGRID om rekening te houden met het verzoek in punt 3.4 van deze beslissing bij het opstellen van een nieuwe versie van de samenwerkingsovereenkomst die ten laatste op 30 november 2023 bij BRUGEL moet worden ingediend.
* *
*
5 Bijlagen
De volgende documenten vormen de samenwerkingsovereenkomst tussen XXXX en de distributienetbeheerders en zijn als bijlage bij dit besluit gevoegd ::
–Basiscontract SOK
Bijlage 1 : Inventaris van de bijlagen Bijlage 2 : Contactgegevens
Bijlage 3 : Lijst van de koppelpunten en energie-uitwisselingen tussen DNB’s Bijlage 4 : Inventarisverslagen
Bijlage 5 : Tarieven
Bijlage 6 : Volumes met betrekking tot facturatie en marktprocessen Bijlage 7 : Planning van de netten
Bijlage 8 : Afbakening van eigendommen en activiteitsperimeters Bijlage 9 : Uitvoering en coördinatie van werken
Bijlage 10 : Regels inzake het welzijn van de werknemers Bijlage 11 : Onderhoud en Exploitatie
Bijlage 12 : Opvolging van de continuïteit en de kwaliteit van de voeding (Power Quality “PQ”)
Bijlage 13 : Het systeembeschermings-plan, de procedure bij schaarste, het herstelplan en het testplan
Bijlage 14 : Definities
2
3
4
5
6
7
8 Tussen
9
PUBLIEKE VERSIE SAMENWERKINGSOVEREENKOMST
Referentie: […]
10 Elia Transmission Belgium N.V. met zetel te 0000 Xxxxxxx, Xxxxxxxxxxx 00, met
11 ondernemingsnummer 0731.852.231 vertegenwoordigd door de xxxx Xxxxx Xxxxxxx,
12 Chief Executive Officer en door de xxxx Xxxxxxx Xx Xxxxxx, Chief Officer Customers,
13 Market & System; 14
15 Hierna “Xxxx” genoemd; 16
17
18 En
19
20
21 […], met zetel te […], met ondernemingsnummer [...], vertegenwoordigd door […]; 22
23
24 Hierna “DNB” genoemd; 25
26 Elia en de DNB worden hierna ook individueel als "Partij" en samen als "Partijen"
27 aangeduid. 28
29
30
31
32 ER WORDT UITEENGEZET WAT VOLGT:
33 1. Xxxx is de beheerder van het Belgisch hoogspanningsnet.
34 In de betekenis van deze Overeenkomst wordt onder het “Elia-net”, het Belgische
35 hoogspanningsnet beheerd door Xxxx xxxxxxxx, m.a.w. het federale
36 transmissienet, het lokale transmissienet in Wallonië, het gewestelijk
37 transmissienet in Brussel en het plaatselijk vervoernet in Vlaanderen. 38
39 2. De DNB is de houder van een eigendomsrecht of van een gebruiksrecht op een
40 distributienet met een spanning lager dan of gelijk aan 70 kV (het “DNB-net”), en
41 dat, o.a. verbonden is met het Elia-net. 42
43 3. Overeenkomstig de wettelijke en reglementaire bepalingen zoals voorzien in onder
44 andere het:
45 • Technisch Reglement Transmissie;
46 • Technisch Reglement Plaatselijk Vervoernet Elektriciteit Vlaanderen;
47 • Technisch Reglement Distributie Elektriciteit Vlaanderen;
48 • Technisch Reglement Lokaal Transmissienet Elektriciteit Wallonië;
49 • Technisch Reglement Distributie Elektriciteit Wallonië;
50 • Technisch Reglement Gewestelijk Transmissienet Elektriciteit Brussel;
51 • Technisch Reglement Distributie Elektriciteit Brussel;
52 en zoals gewijzigd daarna, 53
54 moeten de Partijen met name de rechten, verplichtingen, verantwoordelijkheden
55 evenals de procedures en praktische modaliteiten vastleggen van hun samenwerking
56 voor wat betreft de domeinen beschreven in de desbetreffende bepalingen in het TRT,
57 in het TRDE en TRPVE Vlaanderen, in het TRDE en TRLTE Wallonië, in het XXXX xx
00 XXXXX Xxxxxxx, alsook de modaliteiten voor een tarificatiesysteem conform de
59 geldende regelgeving. 60
61 BIJGEVOLG WORDT OVEREENGEKOMEN WAT VOLGT:
62
63 Artikel 1. Voorwerp van de Overeenkomst
64 1.1. De Overeenkomst en haar Bijlagen hebben tot voorwerp alle rechten,
65 verplichtingen en aansprakelijkheden van Partijen te regelen, conform de
66 samenwerkingsvereisten van de geldende wetgeving. 67
68 1.2. Alle Bijlagen bij deze Overeenkomst maken integraal deel uit van de
69 onderhavige Overeenkomst. Het betreft de volgende Bijlagen: 70
71 • Bijlage 1: Inventaris van de Bijlagen
72 • Bijlage 2: Contactgegevens
73 • Bijlage 3: Lijst van de Koppelpunten en energie-uitwisselingen tussen DNB’s
74 • Bijlage 4: Inventarisverslagen
75 • Bijlage 5: Tarieven
76 • Bijlage 6: Volumes met betrekking tot facturatie en marktprocessen
77 • Bijlage 7: Planning van de netten
78 • Bijlage 8: Afbakening van eigendommen en activiteitsperimeters
79 • Bijlage 9: Uitvoering en coördinatie van werken
80 • Bijlage 10: Regels inzake het welzijn van de werknemers
81 • Bijlage 11: Onderhoud en Exploitatie
82 • Bijlage 12: Opvolging van de continuïteit en de kwaliteit van de voeding
83 (Power Quality “PQ”)
84 • Bijlage 13: Systeembeschermingsplan, herstelplan, de procedure bij
85 schaarste en het testplan
86 • Bijlage 14: Definities 87
88 Xxxx verwijzing naar de Overeenkomst betreft een verwijzing naar de
89 Overeenkomst en naar haar Bijlagen. In geval van verschil tussen een Bijlage
90 en de bepalingen van de Overeenkomst, hebben deze laatste de overhand. 91
92 1.3. De Partijen waken erover, in voorkomend geval, om te goeder trouw te
93 onderhandelen en om, met respect voor de toepasselijke wetten en
94 reglementen en de Overeenkomst, alle uitvoeringsprocedures af te sluiten. 95
96
97 Artikel 2. Tarieven
98
99 2.1. De tarieven van Xxxx (zie Bijlage 5) treden in werking op de datum die wordt
100 bepaald door de CREG of, bij gebreke daaraan, op de datum van hun publicatie
101 door de CREG. Indien de CREG nog niet is overgegaan tot de goedkeuring van
102 de tarieven voor de betrokken regulatoire periode dan zijn de meest recent door
103 de CREG goedgekeurde tarieven van toepassing. 104
105 2.2. Indien de CREG het tariefvoorstel met budget of het aangepast tariefvoorstel
106 met budget van Xxxx verwerpt, dan zijn de voorlopige tarieven van toepassing
107 overeenkomstig de modaliteiten voorzien in de van kracht zijnde overeenkomst
108 afgesloten tussen Xxxx en de CREG betreffende de procedure voor het
109 aannemen van de tariefmethodologie voor het transmissienet voor elektriciteit
110 en voor de elektriciteitsnetten met een transportfunctie en voor de goedkeuring
111 van de tariefvoorstellen en van de aanpassingen van de tarieven en tarifaire
112 heffingen, onverminderd de aanpassingen die in voorkomend geval
113 voortvloeien uit een rechterlijke beslissing. 114
115 2.3. In het geval dat de tarieven volledig of gedeeltelijk worden geannuleerd als
116 gevolg van één of meer rechterlijke beslissingen, dan gelden tijdelijk, in functie
117 van de omvang van de annulatie, geheel of gedeeltelijk de meest recent door
118 de CREG vóór de geannuleerde tarieven goedgekeurde tarieven, of, in
119 voorkomend geval, de door de CREG opgelegde tarieven, tot op het ogenblik
120 dat de CREG de nieuwe tarieven goedkeurt, één en ander onverminderd wat
121 de rechterlijke beslissing(en) terzake bepa(a)l(t)(en). 122
123 2.4. De tarieven zijn toepasbaar per Koppelpunt op basis van het
124 infrastructuurniveau en het Gewest zoals opgenomen in Bijlage 3. 125
126 2.5. In geval van tegenstrijdigheid tussen deze Overeenkomst en de
127 tariefmethodologie en tariefbeslissing van de CREG, of de overeenkomst
128 tussen Xxxx en de CREG over de procedure voor het aannemen van de
129 tariefmethodologie voor het transmissienet voor elektriciteit en voor de
130 elektriciteitsnetten met een transportfunctie en voor de goedkeuring van de
131 tariefvoorstellen en van de aanpassingen van de tarieven en tarifaire heffingen,
132 dan hebben deze laatste de bovenhand. 133
134 Artikel 3. Betalings- en facturatiemodaliteiten
135 3.1. Elke maand, uiterlijk op de twintigste kalenderdag van de maand (M+1) die
136 volgt op het gebruik van het Elia-net door de toegangshouders, xxxxxx Xxxx een
137 factuur naar de DNB voor het gebruik van het Elia-net en voor de levering van
138 ondersteunende diensten aan de DNB, die betrekking heeft op de maand (M)
139 van het gebruik van het Elia-net en die opgemaakt is op basis van 100%
140 gevalideerde telgegevens. 141
142 Indien Xxxx niet tijdig over de nuttige en gevalideerde telgegevens beschikt,
143 verstuurt zij, uiterlijk op de twintigste kalenderdag van de maand (M+1) die volgt
144 op het gebruik van het Elia-net, een voorlopige factuur. 145
146 Daarna en uiterlijk op de vijfde werkdag van de maand M+2 verstuurt Xxxx een
147 definitieve factuur met de eindafrekening voor de maand M. 148
149 Op de factuur of in een bijlage van deze factuur worden minimaal de volgende
150 gegevens gedetailleerd weergegeven per Koppelpunt:
151 | • het toegepaste tarief (zie Bijlage 5); | |
152 | • het afname in kWh per periode; | |
153 | • het maximaal piekvermogen in kVA per periode; | |
154 | • het tijdstip van het maximaal piekvermogen; | |
155 | • de toepasselijke belastingen, heffingen, retributies en toeslagen. | |
156 | ||
157 | Tegelijk met de verzending van de definitieve factuur stelt Xxxx, in elektronische | |
158 | vorm, de factuur en zijn bijlagen ter beschikking evenals een gestructureerd | |
159 | bestand met de hierboven bedoelde gegevens. | |
160 | ||
161 | ||
162 |
163 In ieder geval behouden de Partijen zich de mogelijkheid voor om op het einde
164 van het jaar, indien er fouten worden vastgesteld in de uitgevoerde tellingen, in
165 onderling overleg over te gaan tot de noodzakelijke regularisatie van de eerder
166 opgemaakte facturen. 167
168 3.2. Maandelijks verstuurt elke Partij naar de andere Partij de factuur betreffende de
169 kosten voor het gebruik van de installaties van de andere Partij in de
170 Transformatiestations, op basis van een behoorlijk geactualiseerde inventaris. 171
172 3.3. Elke factuur dient uiterlijk 30 kalenderdagen na de datum van ontvangst te
173 worden betaald. De ontvangst van de factuur wordt vermoed plaats te hebben
174 vijf (5) kalenderdagen na de datum van verzending van de betrokken factuur.
175 Elk verschuldigd bedrag wordt betaald op de bankrekening vermeld op de
176 desbetreffende factuur. 177
178 De Partijen hebben het recht nalatigheidsinterest te vorderen berekend op
179 basis van de EURIBOR op één jaar verhoogd met 2% die pro rata temporis
180 betaalbaar zal zijn voor het aantal dagen gelegen vanaf de uiterste betaaldatum
181 van de factuur tot het tijdstip waarop de volledige betaling is uitgevoerd. Het
182 aanrekenen van verwijlinteresten gebeurt zonder verdere verwittiging en
183 eenvoudig op grond van niet-betaling. 184
185 3.4. Behoudens de gevallen van materiële of kennelijke vergissing waarvoor de
186 ontvangende Partij een onmiddellijke rechtzetting van de factuur kan vragen
187 aan de Partij die de factuur opstelt, verleent een betwisting van een factuur aan
188 de Partij die betwist niet het recht om de betaling van de factuur uit te stellen of
189 te weigeren ten belope van meer dan 10% van het totaalbedrag van de factuur.
190 Indien een fout in de facturatie zou worden ontdekt na betaling van de factuur,
191 zullen de Partijen met elkaar overleggen om tot een vergelijk te komen. De
192 rechtzetting kan worden gevraagd tot 18 maanden na de uiterste betaaldatum
193 van de te corrigeren factuur. 194
195 3.5. De Partijen zullen op eerste verzoek van de meest gerede Partij overleg plegen
196 over de mogelijke risico’s van niet-betaling voor het gebruik van de
197 respectievelijke netten van de Partijen en over de oplossingen die moeten
198 worden aangebracht om deze risico’s in de mate van het mogelijke te
199 beperken. 200
201 Artikel 4. Uitwisseling van informatie
202 4.1. Telgegevens
203 4.1.1 Met het oog op de precieze vaststelling van de uitgewisselde volumes op
204 een Transformatiestation en op een Koppelpunt en meer bepaald om
205 daarvan de sommen verschuldigd aan Xxxx af te leiden, verbinden de
206 Partijen zich ertoe om actief en loyaal samen te werken en om alle nuttige
207 telgegevens te verzamelen en om alle daarvoor nuttige of nodige informatie
208 uit te wisselen overeenkomstig wat voorzien is in Bijlage 6 en dit om de
209 toepassing van de facturatie- en betalingsmodaliteiten voorzien in artikel 3
210 mogelijk te maken. 211
212 Indien de gegevens verzameld door Xxxx xxxxxxxx van die verzameld door
213 de DNB, zullen Partijen te goeder trouw overleggen op eerste verzoek van
214 één van beide Partijen teneinde de oorzaak van deze afwijking te
215 identificeren, de juiste gegevens te bepalen en, voor de toekomst, in de
216 mate van het mogelijke, afwijkingen te vermijden. Zolang niet definitief
217 bepaald is welke gegevens correct zijn, worden de gegevens verzameld
218 door Xxxx op voorlopige basis als uitgangspunt gehanteerd. Zodra door de
219 Partijen de exacte gegevens zijn vastgesteld, zal Xxxx xx xxxxxx,
220 berekend op basis van de voorlopige gegevens, retroactief aanpassen,
221 conform artikel 3.1. 222
223 4.1.2 Partijen verbinden zich ertoe om, overeenkomstig de modaliteiten en
224 binnen de termijnen zoals voorzien in Bijlage 6, elkaar alle informatie en/of
225 gegevens te bezorgen nodig om elke Partij toe te laten de afrekeningen te
226 maken met betrekking tot het onevenwicht, waaronder de afrekeningen van
227 het onevenwicht van elke evenwichtsverantwoordelijke door Xxxx, de
228 afrekeningen met betrekking tot de rol van sociale leverancier door de DNB
229 of nog de afrekeningen met betrekking tot de aankoop van de netverliezen. 230
231 In geval van foutieve of ontbrekende gegevens zullen de Partijen zich
232 beroepen op de geldende MIG-processen die met name het proces
233 beschrijven van allocatie en de betrokken controles evenals de procedures
234 en criteria voor een rerun van de allocatie. 235
236 Volgens deze processen worden de allocatiegegevens (de verdeling per
237 BRP van de op de Koppelpunten met de DNB’s geïnjecteerde/afgenomen
238 energie) definitief vastgelegd door de DNB’s op het einde van de maand
239 M+5. Geen enkele laattijdige correctie in de allocatie van de BRP’s is dan
240 nog mogelijk; het wordt dus eveneens onmogelijk aanpassingen te doen na
241 M+5 in de termen van de berekening van het onevenwicht gefactureerd
242 aan de BRP’s door Xxxx. 243
244 In het geval dat foutieve gegevens die een invloed hebben op de allocaties
245 ontdekt worden na deze uiterste dag, zullen de Partijen te goeder trouw
246 overleggen om de oorzaak van de fout te achterhalen, om een correctie
247 van de onderlinge facturatie te voorzien voor de niet toegewezen
248 energievolumes en om, in de mate van het mogelijke, de nodige acties te
249 nemen met het oog op het vermijden van dergelijke fouten in de toekomst.
250 De correctie van de onderlinge facturatie, vastgelegd in een specifieke
251 compromisovereenkomst, zal uitgevoerd worden op basis van volgende
252 principes:
253 • het gebruik van de maandelijkse prijs zoals toegepast in het
254 reconciliatieproces van UMIG (gebaseerd op een marktprijs);
255 • indien de financiële impact reeds heeft plaatsgevonden is de timing
256 voor de vervaldag van deze facturen maximum drie maanden volgend
257 op de identificatie van de te corrigeren volumes. In het tegenoverstelde
258 geval wordt de timing voor de vervaldag overgenomen van de
259 financiële reconciliatie voor de betrokken maanden. 260
261 4.1.3 De Partijen werken samen om, overeenkomstig de modaliteiten en binnen
262 de termijnen zoals voorzien in Bijlage 6, elkaar alle informatie en/of
263 gegevens te bezorgen nodig om te voldoen aan de verplichtingen in
264 verband met het gebruik van ondersteunende diensten en strategische
265 reserves die afkomstig zijn van netgebruikers van de DNB en om Elia toe te
266 laten de betrokken controles en afrekeningen uit te voeren. 267
268 4.1.4 De Partijen werken samen om, overeenkomstig de modaliteiten en binnen
269 de termijnen zoals voorzien in Bijlage 6, elkaar alle informatie en/of
270 gegevens te bezorgen nodig om aan hun andere verplichtingen te voldoen
271 of om hen toe te laten de afrekening te doen eigen aan hun taken. 272
273 4.1.5 De Partijen verbinden zich ertoe om de huidige lijst van de Koppelpunten
274 tussen het Elia-net en het DNB-net, zoals bijgevoegd in Bijlage 3, indien
275 nodig aan te passen en te actualiseren. 276
277 4.1.6 De verplichtingen van de Partijen zoals beschreven in dit artikel en in
278 Bijlage 6 vormen essentiële verplichtingen van deze Overeenkomst. In
279 geval van een geschil tussen een Partij en een derde dat de belangen van
280 de andere Partij kan schaden, zullen de Partijen te goeder trouw overleg
281 plegen over de wijze waarop zij ten aanzien van dat geschil zullen
282 optreden.
283
284 4.1.7 Op vraag van één van de Partijen zullen de Partijen voor uitzonderlijke of
285 tijdelijke situaties, veroorzaakt door overmacht, door onvoorziene systeem-
286 of IT-technische problemen of door tijdelijke geplande, onvermijdbare
287 onbeschikbaarheden van (IT-)systemen in het kader van een transitie die
288 het onmogelijk maken om de modaliteiten en termijnen beschreven in
289 Bijlage 6 na te leven, de andere Partij tijdig en gemotiveerd informeren over
290 de afwijkingen van deze modaliteiten en termijnen . De afwijkende
291 termijnen en modaliteiten zijn conform met de eventuele algemene
292 afspraken tussen de netbeheerders en de marktpartijen en motiveren
293 minstens voor welke gegevens en voor hoe lang de afwijking geldt en
294 welke de afwijkende modaliteiten en/of termijnen zijn. Partijen zullen
295 eveneens de marktpartijen en de betrokken regulator(en) op gemotiveerde
296 wijze op de hoogte brengen van de omstandigheden en de redenen van
297 het afwijken van deze termijnen en modaliteiten en van de impact ervan op
298 de marktpartijen. 299
300 In geval van enige beslissing van de regulator(en) in bovenvermelde
301 materie, die invloed zou kunnen hebben op de gevolgen van de
302 aansprakelijkheid van één van beide Partijen, wordt artikel 7.10
303 onmiddellijk van toepassing. 304
305 4.2. Andere gegevens
306 4.2.1 De uitwisseling van informatie met betrekking tot de planning van de netten
307 wordt geregeld in Bijlage 7. 308
309 4.2.2 De uitwisseling van informatie betreffende de uitbating van de netten wordt
310 geregeld in Bijlage 11. 311
312 4.2.3 De uitwisseling van feitelijkheden in geval van een incident wordt geregeld
313 in Bijlage 12. 314
315 4.2.4 Voor alle andere gevallen, verbinden beide Partijen zich ertoe om alle
316 andere gegevens noodzakelijk voor de uitvoering van hun taken, over te
317 maken aan de andere Partij die hierom op schriftelijke en gemotiveerde
318 wijze verzoekt, rekening houdend met de wettelijke verplichtingen in
319 verband met confidentialiteit. Partijen komen dan eerst, na dit verzoek,
320 overeen welke gegevens nodig zijn en hoe deze gegevens mogen gebruikt
321 worden door de vragende Partij. 322
323 4.3. Vergoedingen voor het ter beschikking stellen van gegevens
324 Onverminderd de toepasselijke tarieven zoals goedgekeurd door de betrokken
325 regulator, zijn de Partijen elkaar geen vergoeding verschuldigd voor de
326 gegevens uitgewisseld in het kader van het artikel 4 van deze Overeenkomst,
327 voor zover deze uitwisseling kadert in een wettelijke opdracht van de
328 uitsturende Partij met inachtneming van de eigendoms- en
329 verantwoordelijkheidsperimeters van de Partijen. 330
331 4.4. Bescherming van persoonsgegevens
332 Xxxxxxxxx over te gaan tot enige verwerking van persoonsgegevens tussen de
333 Partijen, zullen zij overleg voeren over de toepasselijkheid, gevolgen en
334 implementatie van de daarop van toepassing zijnde wetgeving en
335 reglementering en de mogelijkheid tot verwerking. 336
337 In geen geval zullen persoonsgegevens verwerkt worden zonder dat Partijen
338 hierover voorafgaandelijk een overeenkomst hebben afgesloten waarin
339 onder meer maar niet hiertoe beperkt, voorwaarden en maatregelen zullen
340 opgenomen worden voor deze verwerking, rekening houdende met de
341 respectieve rol(len) van iedere Partij. Per type van verwerking van
342 persoonsgegevens worden de afspraken in een (afzonderlijke) Bijlage
343 opgenomen. 344
345 Onverminderd andersluidende of bijkomende bepalingen overeengekomen
346 tussen Partijen naar aanleiding van zulke specifieke verwerkingen in het kader
347 van deze Overeenkomst en welke in de Bijlagen worden opgenomen, zullen
348 de volgende algemene principes gelden:
349
350 1. In het algemeen zullen Partijen aan deze Overeenkomst te allen tijde
351 voldoen aan hun respectieve verplichtingen in het kader van de
352 toepasselijke wetgeving inzake bescherming van persoonsgegevens. In
353 het geval de samenwerking van de Partijen in het kader van deze
354 Overeenkomst leidt tot de verwerking van persoonsgegevens zoals
355 gedefinieerd in de Algemene Verordening Gegevensbescherming
356 (afgekort: AVG), hierna Persoonsgegevens, zullen zij de verplichtingen
357 zoals opgenomen in deze Overeenkomst evenals deze vervat in de AVG
358 of elke regelgeving ter implementatie ervan naleven. Partijen zullen hierbij
359 samenwerken voor het ontwerp van de processen en instrumenten van de
360 huidige Overeenkomst en op eerste verzoek alle acties nemen nodig om
361 de naleving van deze wetgeving te garanderen. 362
363 2. Partijen erkennen dat deze samenwerking vereist dat er regelmatig
364 informatie moet worden uitgewisseld. Daartoe stellen Partijen de persoon
365 die de functie uitvoert van Data Protection Officer (afgekort: DPO) aan als
366 contactpersoon die zal instaan voor de naleving van de verplichtingen
367 zoals vervat in dit artikel. 368
369 3. Elke Partij garandeert dat: 370
404
410
415
371 | • | de Persoonsgegevens die medegedeeld worden aan de andere |
372 | Partij in overeenstemming met het doel van deze Overeenkomst, | |
373 | verzameld werden bij de betrokken personen (hierna de | |
374 | “Betrokkene(n)”) in overeenstemming met de AVG zodat hij deze | |
375 | rechtsgeldig kan delen onder deze Overeenkomst; | |
376 | • voldaan werd aan de verplichtingen inzake transparante informatie | |
377 | en communicatie, waaronder de verplichting om de Betrokkenen te | |
378 | verwittigen dat welbepaalde Persoonsgegevens werden | |
379 | medegedeeld aan derden (in casu de andere Partijen) evenals het | |
380 | doel hiervan; | |
381 | • enkel Persoonsgegevens worden gedeeld met een andere Partij | |
382 | voor zover dit redelijkerwijze noodzakelijk is in het kader van het | |
383 | doel van deze Overeenkomst, deze verwerking rechtmatig is | |
384 | overeenkomstig de AVG en niet langer dan nodig is in het kader van | |
385 | de doeleinden van de verwerking; | |
386 | • de Persoonsgegevens die uitgewisseld worden onder deze | |
387 | Overeenkomst steeds juist en up-to-date zijn en de andere Partijen | |
388 | onmiddellijk zullen verwittigd worden indien vastgesteld wordt of | |
389 | kennis wordt gekregen van het feit dat dat de Persoonsgegevens | |
390 | niet meer juist zijn of werden aangepast; | |
391 | • geen Persoonsgegevens zullen gedeeld worden of overgedragen | |
392 | buiten de Europese Economische Ruimte. | |
393 | ||
394 4. | Betrokkenen hebben het recht om bepaalde informatie te verkrijgen inzake | |
395 | de verwerking van hun Persoonsgegevens, evenals het recht om | |
396 | rectificatie, wissing en overdracht van Persoonsgegevens. Bovendien | |
397 | kunnen Betrokkenen te allen tijde bezwaar uiten bij de verwerking van hun | |
398 | Persoonsgegevens. Partijen komen daarom overeen dat de | |
399 | verantwoordelijkheid om te voldoen aan dergelijke vraag van een | |
400 | Betrokkene ligt bij de Partij die de vraag krijgt met betrekking tot de | |
401 | Persoonsgegevens gehouden door deze Partij, met dien verstande dat de | |
402 | andere Partijen de nodige redelijke en tijdige assistentie zullen verlenen | |
403 | zodat de eerste Partij kan voldoen aan haar verplichtingen. | |
405 5. | De Partijen die als verwerkingsverantwoordelijke worden beschouwd, | |
406 | zullen als afzonderlijke verwerkingsverantwoordelijken handelen, voor het | |
407 | deel dat bij hen berust aangezien elke Partij in staat zal zijn om alleen het | |
408 | doel van en de middelen van de verwerking van Persoonsgegevens vast | |
409 | te stellen. | |
411 6. | In geval één of meerdere Partijen als verwerker zouden optreden voor een | |
412 | andere Partij of in geval met derde verwerkers wordt gewerkt zal de | |
413 | relevante Partij vooreerst een verwerkingsovereenkomst opstellen waarin | |
414 | de verwerking geregeld wordt overeenkomstig artikel 28 van de AVG. | |
416 7. | Elke Partij is tevens verantwoordelijk voor de implementatie van de | |
417 | passende technische en organisatorische maatregelen inzake de | |
418 | beveiliging van de verwerking zodat de verwerking van Persoonsgegevens | |
419 | kan gebeuren in overeenstemming met de hierboven vermelde wetgeving. | |
420 | De artikelen of Bijlagen bevatten in voorkomend geval bijkomende | |
421 | maatregelen met betrekking tot verschillende types van verwerking van | |
422 | Persoonsgegevens die het onderwerp van deze artikelen of Bijlagen met | |
423 | zich brengt. |
424
425 8. Onverminderd de meldingsverplichtingen die de verwerkings-
426 verantwoordelijke heeft overeenkomstig artikel 33 van de AVG in geval
427 van effectieve of potentiële inbreuk in verband met Persoonsgegevens
428 zoals gedefinieerd in artikel 4 (12) van de AVG (hierna “Inbreuk”), zal de
429 Partij die verwerkingsverantwoordelijke is van de verwerking getroffen
430 door de Inbreuk, de andere Partij in geval van Inbreuk zo snel mogelijk
431 informeren en ten laatste binnen de 72 uur na de vaststelling van de
432 Inbreuk.
433
434 Van zodra zij de kennis heeft over een Inbreuk zal elke Partij met de
435 grootste snelheid samenwerken met de andere Partij om de nadelige
436 gevolgen van een Inbreuk op de activiteiten van deze andere Partij en de
437 getroffen Betrokkenen te beperken. 438
439 Onverminderd de meldingsverplichtingen voorzien in artikel 33 van de
440 AVG zal een Partij in geen geval communiceren over de Inbreuk zonder
441 eerst de andere Partij te raadplegen met betrekking tot de inhoud en met
442 inachtneming van redelijke aanpassingen nopens de communicatie. 443
444 Hierbij zal de volgende informatie verleend worden:
445 ▪ de aard van de Inbreuk, de categorieën en het aantal Betrokkenen
446 die getroffen zijn;
447 ▪ de naam en de contactgegevens van de relevante DPO of een
448 ander contactpunt waar meer informatie kan worden verkregen;
449 ▪ de waarschijnlijke gevolgen van de Inbreuk in verband met
450 Persoonsgegevens;
451 ▪ de maatregelen die worden voorgesteld of genomen met het oog op
452 het aanpakken van de Inbreuk. 453
454 9. De Partijen komen overeen dat zij de medegedeelde Persoonsgegevens
455 zullen teruggeven of vernietigen bij het einde van de Overeenkomst of
456 éénmaal de verwerking het niet langer noodzakelijk is in het kader van het
457 doeleinde van deze Overeenkomst. 458
459 10. Indien een Partij een klacht, kennisgeving of mededeling ontvangt van een
460 toezichthoudende autoriteit zoals gedefinieerd in artikel 4 (21) van de
461 AVG, die betrekking heeft op een specifieke verwerking, zal deze Partij
462 voor zover toegestaan door de toepasselijke wetgeving, de andere Partij
463 op de hoogte brengen van de klacht, kennisgeving of mededeling en de
464 andere Partij alle redelijke medewerking en assistentie verlenen die
465 hiermee verband houdt. 466
467 11. In geval van een geschil of vordering van een Betrokkene of de
468 toezichthoudende autoriteit betreffende een specifieke verwerking tegen
469 een van beide Partijen of beide Partijen, informeren de Partijen elkaar over
470 dergelijke geschillen of vorderingen en stemmen ze tijdig met elkaar af. 471
472
473 | Artikel 5. Aansprakelijkheid |
474 | 5.1. Aansprakelijkheid tussen Partijen en/of andere Belgische publieke |
475 | elektriciteitsdistributienetbeheerders |
476 | 5.1.1 Onverminderd artikel 5.1.2: |
477 | |
478 | - de Partijen zijn enkel aansprakelijk, de ene ten opzichte van de andere, |
479 | voor de schade voortvloeiend uit een zware fout/nalatigheid, uit opzet of |
480 | bedrog, begaan door een van de Partijen ten opzichte van de andere |
481 | Partij in het kader van deze Overeenkomst; |
482 | - het herstel van de schade, behalve in geval van opzet of bedrog of in |
483 | geval van lichamelijke schade aan het personeel van de andere Partij, is |
484 | beperkt: |
485 | • tot het herstel van de directe materiële schade, met uitsluiting van |
486 | inkomstenverlies, winstderving of gelijk welke andere bijkomende |
487 | of specifieke indirecte schade; |
488 | • tot een bedrag van 2.000.000 euro per schadegeval en voor het |
489 | geheel van de schuldvorderingen van de Partijen en/of andere |
490 | Belgische publieke elektriciteitsnetbeheerders die voortvloeien uit |
491 | eenzelfde incident en die, in voorkomend geval, pro rata worden |
492 verrekend, onverminderd de bestaande regelingen tussen
493 distributienetbeheerders met betrekking tot het herstel van de
494 schade die zich tussen hen voordoet;
495 • tot een bedrag van 5.000.000 euro per jaar voor het geheel van de
496 schadegevallen en voor het geheel van de schuldvorderingen van
497 de Partijen en/of andere Belgische publieke elektriciteits-
498 netbeheerders en die, in voorkomend geval, worden verrekend pro
499 rata de geleden schade, onverminderd de bestaande regelingen
500 tussen distributienetbeheerders met betrekking tot het herstel van
501 de schade die zich tussen hen voordoet. 502
503 - de eventuele aansprakelijkheid van elke Partij veronderstelt dat het
504 bewijs wordt geleverd van de zware fout/nalatigheid, van het opzet of
505 het bedrog, van de schade en van het oorzakelijke verband daartussen.
506 - de aansprakelijkheidsbeperkingen hierboven aangeduid, vormen
507 maximale bedragen die ook gelden wanneer meerdere Belgische
508 publieke elektriciteitsnetbeheerders aan de oorzaak liggen van hetzelfde
509 incident.
510
511 5.1.2 De bepalingen zoals voorzien in artikel 5.1.1 zijn niet van toepassing op de
512 verplichtingen vermeld in artikel 4.1 van de Overeenkomst. 513
514 Desalniettemin, met betrekking tot de verplichtingen vermeld in artikel 4.1
515 zijn de Partijen ten opzichte van elkaar aansprakelijk voor de schade die
516 voortvloeit uit een zware fout/nalatigheid, opzet of bedrog die een Partij
517 begaat met betrekking tot de te leveren gegevens, onder andere in geval
518 van foutieve of ontbrekende gegevens, als gevolg waarvan: 519
520 - de andere Partij haar facturen ten aanzien van (een) derde partij(en)
521 niet kan versturen of;
522 - de andere Partij wordt niet betaald na het versturen van de facturen;
523 - de andere Partij geen gevolg kan geven aan een rechtmatige
524 schuldvordering van (een) derde partij(en) of;
525 - de andere Partij haar rechtmatige schuldvordering lastens (een) derde
526 partij(en) niet kan doen gelden. 527
528 Eén en ander als gevolg van het directe verband met de door de ene Partij
529 begane zware fout/nalatigheid, opzet of bedrog. 530
531 In voorkomend geval moet de andere Partij bewijzen dat ze haar beste
532 inspanningen heeft geleverd om over te gaan tot de facturatie, eventueel
533 tijdelijk, zelfs na het verstrijken van de contractueel vastgestelde termijn, en
534 om de betaling van diezelfde facturen te verkrijgen. 535
536 De vordering ter vergoeding van de schade die voortvloeit uit het verkeerd
537 toewijzen van energievolumes ten gevolge van een zware fout/nalatigheid,
538 opzet of fraude die een Partij begaat met betrekking tot de te leveren
539 telgegevens en die geen betrekking heeft op de facturatie tussen de
540 Partijen zoals beschreven in artikel 3, verjaart na een termijn van 4 jaar
541 nadat de gegevens zijn ontstaan of hadden moeten ontstaan. 542
543 De aansprakelijkheid van Partijen in het kader van onderhavig artikel is, in
544 hoofde van Xxxx ten aanzien van alle publieke elektriciteits-
545 distributienetbeheerders samen enerzijds en in hoofde van alle
546 elektriciteitsdistributienetbeheerders samen ten aanzien van Xxxx
547 anderzijds, beperkt:
548
549 • tot 2.000.000 euro per schadegeval en per maand;
550 • tot 5.000.000 euro per jaar; 551
552 voor het totaal van de vorderingen van de Partijen, die in voorkomend
553 geval toegekend worden pro rata de geleden schade, zonder afbreuk te
554 doen aan bestaande regelingen tussen publieke elektriciteits-
555 distributienetbeheerders onderling en met andere partijen. 556
557 Het feit dat de aansprakelijkheid van een Partij ten opzichte van de andere
558 wordt ingeroepen, ontlast de eerste Partij niet van haar verplichting om de
559 betrokken gegevens, van zodra ter beschikking, onmiddellijk aan de andere
560 Partij te sturen. 561
562 5.1.3 In geval van voorvallen of gebeurtenissen van dien aard dat zij de
563 aansprakelijkheid van één van de Partijen met zich mee kan brengen,
564 zullen de Partijen overleg plegen met oog op het nemen van alle gepaste
565 maatregelen die redelijkerwijs van hen verwacht kunnen worden met oog
566 op het beperken van de schade van de andere Partij. Partijen verbinden
567 zich ertoe in het kader van dit overleg en op eerste schriftelijk verzoek van
568 de andere Partij een verslag van de feitelijkheden te zullen voorleggen,
569 zonder enige nadelige erkentenis. 570
571 5.2. Afhandeling van schadeclaims van derden
572 De Partijen hebben onderlinge afspraken gemaakt met betrekking tot de
573 afhandeling van mogelijke vorderingen van derden, met eerbiediging van de
574 wetgeving. Om redenen van vertrouwelijkheid worden deze afspraken niet
575 opgenomen in de openbare raadpleging.
576
577 Artikel 6. Duur
000 Xx Xxxxxxxxxxxx treedt in werking op […] om nul uur en is van onbepaalde duur. 579
580 De Overeenkomst kan door een Partij opgezegd worden door middel van een
581 aangetekend schrijven gericht aan de andere Partij, met inachtname van een
582 opzeggingstermijn van 12 maanden, xxxxxxx ingaat op de eerste kalenderdag van de
583 maand volgende op de maand waarin het aangetekend schrijven verzonden werd, en
584 in voorkomend geval wordt verlengd met de termijn nodig voor de goedkeuring van de
585 nieuwe overeenkomst door de bevoegde regulatoren. Een dergelijke opzegging doet
586 geen afbreuk aan de rechten en verplichtingen van de opzeggende Partij gedurende
587 de opzeggingstermijn en doet geenszins een automatisch recht op schadevergoeding
588 ontstaan in hoofde van de andere Partij. 589
590 De Partijen zullen zich inspannen om in overleg tot een nieuwe overeenkomst te
591 komen en de nodige initiatieven te ondernemen met het oog op de tijdige goedkeuring
592 ervan door de bevoegde regulatoren, voor het einde van de opzeggingsperiode, zoals
593 mogelijk verlengd met de termijn nodig voor de goedkeuring door de bevoegde
594 regulatoren. Xxxx informeert alle distributienetbeheerders die een
595 samenwerkingsovereenkomst met Xxxx ondertekend hebben over de opzegging. Het
596 komt elke distributienetbeheerder toe om aan dit overleg deel te nemen, mits de
597 bevestiging van zijn deelname aan Xxxx.
598 Onverminderd de andere bepalingen, eindigt de Overeenkomst van rechtswege geheel
599 of gedeeltelijk van zodra één van volgende gebeurtenissen zich voordoet:
600 (1) er wordt een einde gesteld aan de aanstelling van Xxxx als 601 transmissienetbeheerder, lokale of gewestelijke transmissienetbeheerder 602 en/of beheerder van het plaatselijk vervoernet;
603 (2) er wordt een einde gesteld aan de aanstelling van de DNB als 604 distributienetbeheerder.
605
606 Onverminderd artikel 7.3, doet een dergelijke beëindiging van rechtswege geen 607 afbreuk aan de rechten en verplichtingen van de Partijen gedurende de periode tot 608 beëindiging van de Overeenkomst en doet geenszins een automatisch recht op 609 schadevergoeding ontstaan in hoofde van de Partijen.
610
611 Artikel 7. Diverse bepalingen
612 7.1. Mededelingen – Bewijs
613 7.1.1 De mededelingen tussen bepaalde diensten van of personen werkzaam 614 voor de Partijen zijn essentieel en kunnen bepalend zijn voor het beheer en 615 de veiligheid van het Elia-net en het DNB-net. Gelet op het snelle optreden 616 dat het beheer van deze netten vereist, erkennen Partijen dat niet alleen 617 schriftelijke, maar ook telefonische mededelingen tussen voornoemde 618 diensten of personen van essentieel belang zijn.
619
620 Partijen erkennen dat voornoemde wederzijdse telefonische mededelingen 621 opgenomen mogen worden, op voorwaarde dat aan het begin van deze 622 mededeling de betrokken dienst of persoon van de ene Partij die van plan 623 is deze mededeling op te nemen de betrokken dienst of persoon van de 624 andere Partij daarvan op de hoogte brengt en haar akkoord verkrijgt.
625
626 7.1.2 De opname van een telefoongesprek tussen voornoemde diensten en 627 personen kan aanzien worden als een begin van bewijs.
628
629 7.1.3 Partijen zijn verplicht om op eerste verzoek de opnames van deze 630 wederzijdse telefonische mededelingen aan elkaar vrij te geven.
631
632 De lijst van personen en/of diensten waarvan de telefonische gesprekken 633 met de andere Partij kunnen worden opgenomen en mogen worden 634 ingeroepen is opgenomen in Bijlage 2.
635
636 7.2. Kennisgeving
637 Alle kennisgevingen tussen Partijen worden gedaan, per papieren of 638 elektronische briefwisseling op de zetel of op de plaats daartoe aangeduid in 639 Bijlage 2. Voor de dagelijkse uitvoering van de Overeenkomst worden de 640 contactpersonen eveneens opgenomen in Bijlage 2. Voor wijzigingen aan de 641 algemene bepalingen van de Bijlagen of formele aanzeggingen voor 642 ingebrekestellingen of de aanpassing van de contactpersonen worden deze 643 kennisgevingen bovendien per aangetekend schrijven gedaan.
644
645 7.3. Overdracht
646 De rechten en verplichtingen die voortvloeien uit de onderhavige 647 Overeenkomst mogen noch geheel, noch gedeeltelijk, worden overgedragen 648 volgens om het even welke methode (zij het fusie, splitsing, inbreng of een 649 overdracht van bedrijfstak of van een universaliteit, of op een andere manier) 650 aan een derde zonder voorafgaand en schriftelijk akkoord van de twee 651 Partijen, die deze toestemming niet op onredelijke wijze zullen weerhouden of 652 uitstellen, inzonderheid wat betreft een mogelijke fusie of splitsing van 653 vennootschappen.
654
655 Voor zover de rechten van de andere Partij worden gewaarborgd, kan de 656 Overeenkomst niettemin zonder toestemming van de andere Partij en 657 overeenkomstig de regelgeving worden overgedragen aan een onderneming 658 die als een met een Partij verbonden vennootschap wordt beschouwd in de 659 zin van artikel 1:20 van het Belgische Wetboek van Vennootschappen en 660 Verenigingen, of aan een derde die door de bevoegde overheid of regulator 661 aangesteld wordt of zal worden als netbeheerder van het net waarvoor een 662 Partij eerder was aangesteld als netbeheerder. In deze twee gevallen zal deze 663 Partij evenwel alle nodige inspanningen ondernemen om de andere Partij in 664 de mate van het mogelijke, en rekening houdend met de wettelijke 665 beperkingen inzake voorkennis, voorafgaandelijk en alleszins zo spoedig 666 mogelijk van een dergelijke voorziene overdracht aan de verbonden 667 vennootschap of de nieuwe netbeheerder op de hoogte te stellen.
668
669 7.4. Vertrouwelijkheid
670 7.4.1. Geen onthulling van vertrouwelijke informatie
671 De Partijen en hun werknemers zullen de informatie die ze in het kader en 672 naar aanleiding van de Overeenkomst met elkaar uitwisselen, met inbegrip 673 van de persoonsgegevens, alsook het artikel 5.2, welke geen afbreuk doet 674 aan de rechten van derden, en de Bijlage 3 (behoudens de niet ingevulde 675 template), Bijlage 2 (behoudens de niet ingevulde template) en Bijlage 13
676 (behoudens de publieke versie) van deze Overeenkomst, op de meest 677 vertrouwelijke wijze behandelen en ze niet meedelen aan derden, tenzij 678 wanneer aan minstens een van de volgende voorwaarden voldaan is:
679 1) indien een Partij werd opgeroepen om in rechte te getuigen of in haar 680 verhoudingen met de bevoegde regelgevende, administratieve en 681 rechterlijke (controle-)autoriteiten. De Partijen zullen, voor zover 682 praktisch mogelijk of niet verboden, elkaar vooraf informeren over de 683 situatie en een akkoord bereiken over de wijze en de inhoud van de 684 mededeling van deze informatie;
685 2) in het geval van een voorafgaand schriftelijk akkoord van de Partij van 686 wie de vertrouwelijke informatie uitgaat;
687 3) in overleg met beheerders van andere publieke netten in de Belgische 688 regelzone of in het kader van contracten en/of regels met de 689 buitenlandse netbeheerders of regionale veiligheidscoördinatoren/ 690 regionale coördinatiecentra, voor zover deze bestemmeling(en) 691 gebonden zijn door regels van vertrouwelijkheid die op gepaste wijze de 692 bescherming van de vertrouwelijkheid van de informatie waarborgen en 693 voor zover als noodzakelijk en wanneer anonimiseren niet mogelijk is; 694 4) indien deze informatie gemakkelijk en gewoon toegankelijk is of voor het 695 publiek beschikbaar is;
696 5) indien de mededeling van deze informatie onder meer aan 697 (onder)aannemers, leveranciers, consultants en/of vertegenwoordigers 698 door een Partij om technische, veiligheids- of andere operationele 699 redenen onmisbaar is, voor zover deze bestemmelingen van deze 700 informatie er zich toe verbinden aan deze informatie dezelfde graad van 701 vertrouwelijkheid te geven als deze gegeven door de andere Partij;
702 6) indien de informatie reeds op wettige wijze is gekend door een Partij 703 en/of haar werknemers en uitvoeringsagenten op het moment van het 704 overmaken van de informatie, en deze niet werd meegedeeld door de 705 verzendende Partij, voorafgaand aan het overmaken, hetzij direct, hetzij 706 indirect, of door een derde partij, door een schending van een 707 vertrouwelijkheidsplicht;
708 7) de informatie die, na verzending ervan, onder de aandacht van de 709 ontvangende Partij en/of haar personeel en uitvoeringsagenten werd 710 gebracht door een derde partij, zonder schending van een 711 vertrouwelijkheidsplicht jegens de verzendende Partij;
712 8) de onthulling van de informatie wordt door de toepasselijke wetgeving 713 en/of reglementering voorzien;
714 9) de onthulling van geaggregeerde en geanonimiseerde informatie en 715 data voor overeengekomen doelstellingen;
716
717 Beide Partijen zullen de vereiste maatregelen nemen en beveiligings- 718 procedures vastleggen, om te verzekeren dat deze vertrouwelijkheidsplicht 719 ook strikt zal worden nageleefd door hun werknemers, alsook door elke 720 persoon die geen werknemer van een van de Partijen is maar voor wie 721 deze Partij niettemin verantwoordelijk is, die deze vertrouwelijke informatie 722 behoorlijk zou ontvangen. Daarnaast zal vertrouwelijke informatie enkel 723 worden meegedeeld op ‘need to know’ basis en zal daarbij steeds worden 724 gewezen op de vertrouwelijke aard van de informatie.
725
726 7.4.2. Inbreuken op de vertrouwelijkheidsplichten
727 Elke inbreuk op deze vertrouwelijkheidsplichten zal worden beschouwd als 728 een ernstige fout in hoofde van de Partij die deze plicht xxxxxxx. Deze
729 inbreuk zal aanleiding geven tot een vergoeding van alle schade die de 730 andere Partij naar redelijkheid kan aantonen.
731
732 7.4.3. Eigendom
733 Onverminderd de rechten van derden, zal elke Partij de volledige eigendom 734 van de vertrouwelijke informatie behouden, zelfs als deze werd meegedeeld 735 aan andere Partijen. De verzending van de vertrouwelijke informatie brengt 736 geen overdracht met zich mee van eigendom of van enige andere rechten 737 dan die bedoeld in deze Overeenkomst.
738
739 7.4.4. Duur
740 Onverminderd de toepasselijke wetgeving en reglementering, blijven de 741 voornoemde vertrouwelijkheidsverplichtingen van kracht gedurende 5 (vijf) 742 jaar na de beëindiging van de Overeenkomst.
743
744 | 7.5. |
745 | |
746 | |
747 | |
748 | |
749 | |
750 | |
751 | 7.6. |
752 | |
753 | |
754 | |
755 | |
756 | |
757 | |
758 | |
759 | |
760 | 7.7. |
761 | |
762 | |
763 | |
764 | |
765 | |
766 | |
767 | |
768 | 7.8. |
769 | 7.8.1 |
Enig akkoord
Deze Overeenkomst en haar Bijlagen vormen het volledige akkoord tussen de Partijen met betrekking tot het voorwerp van de Overeenkomst zoals omschreven in artikel 1. Deze Overeenkomst en haar Bijlagen vervangen en vernietigen alle vorige contracten en afspraken tussen de Partijen die het zelfde voorwerp hebben.
Afwezigheid van afstand
Het in gebreke blijven van een Partij om, op elk moment of gedurende een periode, de bepalingen van de Overeenkomst te doen uitvoeren of het in gebreke blijven van elke Partij om elk recht overeenkomstig deze Overeenkomst uit te oefenen, kan niet worden geïnterpreteerd als een afstand door een Partij van deze bepalingen of van zijn rechten en beïnvloedt op geen enkele manier het recht van deze Partij om voor het vervolg deze bepaling te doen uitvoeren of om zijn recht uit te oefenen.
Nietigheid van een clausule
De nietigheid of ongeldigheid van een specifieke bepaling van deze Overeenkomst, heeft niet de nietigheid van de volledige Overeenkomst tot gevolg. De nietige bepaling zal vervangen worden door een geldige bepaling welke aanleunt bij de intentie van beide Partijen, die hiertoe te goeder trouw zullen onderhandelen en de vervangende clausule ter goedkeuring aan de bevoegde regulatoren zullen voorleggen.
Overmacht, systeemtoestanden en noodsituaties
Noodsituatie
770 In een noodsituatie (zoals gedefinieerd in de toepasselijke wetgeving en 771 reglementering1) zijn de Partijen gerechtigd en/of verplicht om alle door de 772 toepasselijke wetgeving en reglementering voorziene maatregelen te nemen. 773 Indien deze maatregelen strijdig zijn met de bepalingen van deze 774 Overeenkomst, zullen de in de toepasselijke wetgeving en reglementering 775 voorziene maatregelen voorrang hebben op de rechten en plichten van deze 776 Overeenkomst.
777
778 7.8.2 Alarm-, nood-, black-out- en hersteltoestand
779 Wanneer het systeem zich in een alarm-, nood-, black-out- of hersteltoestand 780 bevindt (zoals gedefinieerd in de toepasselijke wetgeving en reglementering), 781 is Xxxx xxxxxxxxxx en/of verplicht om alle door de toepasselijke wetgeving en 782 reglementering voorziene maatregelen te nemen, met inbegrip in bepaalde 783 omstandigheden van de opschorting van de marktactiviteiten, zoals voorzien 784 in de toepasselijke wetgeving en reglementering. Indien deze maatregelen 785 strijdig zijn met de bepalingen van deze Overeenkomst, zullen de in de 786 toepasselijke wetgeving en reglementering voorziene maatregelen voorrang 787 hebben op de rechten en plichten van deze Overeenkomst.
788
789 7.8.3 Overmacht
790 Onverminderd de rechten en plichten van de Partijen in de gevallen waarnaar 791 de artikelen 0 en 0 verwijzen, en zoals gedefinieerd in de toepasselijke 792 wetgeving en/of reglementering, en onverminderd de toepassing van de 793 systeembeschermings- en herstelbepalingen, zoals gedefinieerd in de 794 toepasselijke wetgeving en/of reglementering, zullen de Partijen worden 795 ontslagen van hun respectieve verplichtingen volgens deze Overeenkomst in 796 een geval van overmacht, met uitzondering van de financiële verplichtingen 797 die voor het geval van overmacht ontstaan zijn. Deze opschorting van de 798 verplichtingen zal slechts zo lang duren als het geval van overmacht.
799 De term “overmacht” betekent, onverminderd de definitie van overmacht in de 800 toepasselijke wetgeving en/of reglementering, elke onvoorzienbare of 801 ongebruikelijke gebeurtenis waarover een Partij redelijkerwijs geen controle 802 heeft en die niet door een fout van de betrokken Partij is veroorzaakt, die met 803 redelijke vooruitziendheid of voorzorgsmaatregelen niet had kunnen worden 804 voorkomen of kon worden verholpen en die niet kon worden opgelost door 805 middel van uit technisch, financieel of economisch oogpunt redelijke 806 maatregelen van de betrokken Partij, die daadwerkelijk heeft plaatsgevonden 807 en objectief verifieerbaar is en waardoor de betrokken Partij tijdelijk of 808 definitief niet in staat is haar verplichtingen uit hoofde van deze Overeenkomst 809 na te komen en die na het afsluiten van de Overeenkomst ontstaan zijn.
810 De toepassing van marktmechanismen, zoals onevenwichtsprijzen of de 811 toepassing van hoge prijzen in een normale markttoestand, kan niet als 812 overmacht worden ingeroepen.
813 Onder meer de volgende situaties worden als overmacht beschouwd indien zij 814 aan de voorwaarden voor overmacht voldoen:
1 Zie artikel 72 van GL CACM en artikel 16.2 van de Verordening (EU) 2019/943 van het Europees Parlement en de Raad van 5 juni 2019 betreffende de interne markt voor elektriciteit.
815 | • natuurrampen, voortvloeiend uit aardbevingen, overstromingen, | |
816 | stormen, cyclonen of andere klimatologisch uitzonderlijke | |
817 | omstandigheden die door een bevoegde overheid als dusdanig | |
818 | erkend zijn; | |
819 | • een nucleaire of chemische explosie en haar gevolgen; | |
820 | • uitzonderlijke risico’s (of risico’s “buiten categorie”) waarbij de plotse | |
821 | onbeschikbaarheid van het net of van een productie-eenheid voor | |
822 | elektriciteit wordt veroorzaakt door andere factoren dan veroudering, | |
823 | gebrek aan onderhoud of gebrek aan kwalificatie van de operatoren; | |
824 | • de onbeschikbaarheid van het IT-systeem, al dan niet veroorzaakt | |
825 | door een virus, terwijl alle voorzorgsmaatregelen zijn genomen | |
826 | rekening houdend met de stand van de techniek; | |
827 | • de tijdelijke of voortdurende technische onmogelijkheid voor het net | |
828 | om elektriciteit uit te wisselen vanwege storingen binnen de regelzone | |
829 | veroorzaakt door elektriciteitsstromen die het resultaat zijn van | |
830 | energie-uitwisselingen binnen een andere regelzone of tussen twee of | |
831 | meerdere andere regelzones en waarvan de identiteit van de | |
832 | marktdeelnemers betrokken bij deze energie-uitwisselingen niet | |
833 | gekend is door Xxxx en redelijkerwijs niet gekend kan zijn door Xxxx; | |
834 | • de onmogelijkheid van de uitbating van het net, van installaties die er | |
835 | functioneel deel van uitmaken, als gevolg van een collectief geschil | |
836 | dat aanleiding geeft tot een eenzijdige maatregel van werknemers (of | |
837 | groepen van werknemers), of elk ander sociaal conflict; | |
838 | • brand, explosie, sabotage, terroristische daden, vandalisme, schade | |
839 | veroorzaakt door criminele daden, criminele dwang en bedreigingen | |
840 | van dezelfde aard of handelingen met dezelfde gevolgen; | |
841 | • al dan niet verklaarde staat van oorlog, oorlogsdreiging, invasie, | |
842 | gewapend conflict, blokkade, revolutie of opstand; en | |
843 | • de situatie waarin een bevoegde overheid nood inroept en | |
844 | uitzonderlijke en tijdelijke maatregelen oplegt aan de netbeheerders | |
845 | en/of netgebruikers, zoals maatregelen die nodig zijn om de veilige en | |
846 | efficiënte werking van de netten te handhaven of te herstellen, met | |
847 | inbegrip van het bevel om afname af te schakelen in het geval van | |
848 | schaarste. | |
849 | De | Partij die een situatie van overmacht inroept, zal de andere Partij |
850 onverwijld telefonisch (met zo spoedig mogelijk een schriftelijke bevestiging) 851 of via e-mail op de hoogte brengen van de aard van de omstandigheden, de 852 waarschijnlijke duur van de niet-uitvoering en de maatregelen die zij heeft 853 genomen om de situatie te verhelpen.
854 De Partij die een situatie van overmacht inroept, zal niettemin al het mogelijke 855 in het werk stellen om de gevolgen van de niet-uitvoering van haar 856 verplichtingen voor de andere Partij, het DNB-net en het Elia-net en derden te 857 beperken, en opnieuw haar verplichtingen te vervullen.
858
859 7.9. Wijzigingen
860 Onder voorbehoud van de beslissingen aan de Partijen opgelegd conform 861 artikel 9 van deze Overeenkomst en onverminderd de bepalingen van artikel
862 4.1.7. en/of artikel 7.11, kan deze Overeenkomst enkel gewijzigd worden 863 middels een schriftelijke en door beide Partijen ondertekende door de 864 bevoegde regulatoren goedgekeurde wijzigingsovereenkomst, met 865 uitzondering van Bijlage 2 en 3 welke unilateraal en schriftelijk aan de andere 866 Partij worden meegedeeld. De Partijen werken samen met het oog op de 867 indiening ter goedkeuring van de ontwerpteksten van de wijzigingen aan de 868 Overeenkomst.
869
870 7.10. Herziening – Aanpassing van de Overeenkomst
871 7.10.1 De Partijen erkennen uitdrukkelijk dat deze Overeenkomst onderhevig is 872 aan, de evoluerende wettelijke en reglementaire context en/of evoluties in 873 de marktwerking.
874
875 Rekening houdend met de regels inzake de verdeling van bevoegdheden 876 zoals bedoeld in artikel 6, §1, VII van de bijzondere wet tot hervorming der 877 instellingen van 8 augustus 1980 tussen de federale Staat en de 878 deelstaten, zijn Partijen zich ervan bewust dat een verandering in de 879 regelgeving of regulering waaronder de activiteiten van een Partij vallen, 880 een aanzienlijke invloed kan uitoefenen op de positie van deze Partij, 881 mocht deze Overeenkomst behouden blijven zonder aanpassingen. Op 882 vraag van deze laatste Partij, die haar aanvraag met stavingselementen 883 onderbouwt, zullen Partijen te goeder trouw overleg plegen over de 884 gevolgen die dienen getrokken, met inbegrip van de aanpassing van 885 onderhavige Overeenkomst.
886
887 7.10.2 De Partijen zullen te dien einde deze Overeenkomst, op het eerste 888 schriftelijk verzoek van elke Partij, te goeder trouw heronderhandelen en 889 eventueel wijzigen en/of aanvullen teneinde:
890
891 • het doel van deze Overeenkomst te verzekeren en/of
892 • rekening te houden met elke nieuwe wettelijke of reglementaire of 893 andere omstandigheid die, direct of indirect, de uitvoering en/of de 894 intrinsieke aard van deze Overeenkomst strijdig zou maken met de 895 wetten, reglementen, richtlijnen, aanbevelingen of andere instructies, 896 daarin inbegrepen deze uitgaand van de bevoegde 897 reguleringsinstanties;
898 • rekening te houden met elke nieuwe wettelijke, reglementaire, feitelijke 899 of andere omstandigheid die het door deze Overeenkomst nagestreefde 900 evenwicht tussen de respectieve belangen van Partijen ondermijnt;
901 • in de mate van het mogelijk te komen tot een Overeenkomst met een 902 unieke inhoud voor alle publieke elektriciteitsdistributienetbeheerders.
903
904 De Partijen werken samen met het oog op de indiening ter goedkeuring 905 door de bevoegde regulatoren van de ontwerpteksten tot herziening van de 906 Overeenkomst.
907
908 7.11. Gemeenschappelijke bepalingen voor artikelen 7.9 en 7.10
909 Voor zover het voorwerp van de herziening of de wijziging betrekking heeft op 910 de artikelen 1 tot en met 9 van deze Overeenkomst en/of op de Bijlagen 911 waarvan de aangevraagde herziening of wijziging alle distributienetbeheerders 912 aanbelangt, brengt Xxxx alle distributienetbeheerders dewelke een
913 samenwerkingsovereenkomst hebben ondertekend, op de hoogte van elke 914 vraag tot herziening of wijziging. Het staat elke distributienetbeheerder vrij 915 deel te nemen aan het overleg, mits bevestiging aan Xxxx van zijn deelname.
916
917 In geval van wijziging of herziening van een of meerdere van de artikelen 1 tot 918 en met 9, wordt, na het overleg, de nieuwe ontwerptekst van de 919 overeenkomst, waarover in het overleg een akkoord werd bereikt en die als 920 dusdanig is goedgekeurd door de bevoegde regulatoren, ter ondertekening 921 verstuurd naar alle distributienetbeheerders. Voor zover, daarentegen, de 922 nieuwe ontwerptekst van de overeenkomst als dusdanig niet wordt 923 goedgekeurd door de bevoegde regulatoren, overleggen de Partijen over de 924 reactie die dient geformuleerd op de beslissing van de regulatoren (annulatie- 925 aanvraag, neerlegging bij de beslissing, voorstel van aanpassing, …). In 926 afwachting van de definitieve oplossing, blijft de Overeenkomst van 927 toepassing.
928
929 In geval van wijziging of herziening van een of meerdere Bijlagen, wordt, na 930 het overleg, de aangepaste Bijlage(n) waarover in het overleg een akkoord 931 werd bereikt en die als dusdanig is/zijn goedgekeurd door de ter zake 932 goedkeuringsbevoegde regulatoren, ter parafering, naar alle 933 distributienetbeheerders verstuurd, samen met een door hen te ondertekenen 934 verklaring van akkoord. Voor zover, daarentegen, de nieuwe ontwerpbijlagen 935 als dusdanig niet wordt goedgekeurd door de bevoegde regulatoren, 936 overleggen de Partijen over de reactie die dient geformuleerd op de beslissing 937 van de regulatoren (annulatie-aanvraag, neerlegging bij de beslissing, voorstel 938 van aanpassing, …). In afwachting van de definitieve oplossing, blijft(en) de 939 huidige Bijlage(n) van toepassing.
940
941 Voor zover het voorwerp van de herziening of de wijziging betrekking heeft op 942 de individuele Bijlagen van de DNB worden de gewijzigde Bijlagen ter 943 parafering, naar de betrokken DNB verstuurd, samen met een door de DNB te 944 ondertekenen verklaring van akkoord. In afwachting van de ondertekening 945 door de DNB van de aangepaste Bijlagen, blijft de laatste door haar 946 geparafeerde versie van de Bijlagen van toepassing.
947
948 7.12. Betekenis van de titels
949 De titels van de rubrieken van de artikels van onderhavige Overeenkomst en 950 haar Bijlagen worden enkel gebruikt om de structuur en de lectuur te 951 vergemakkelijken. Zij maken geen deel uit van de Overeenkomst en worden 952 niet in aanmerking genomen voor de interpretatie van de wil van de Partijen.
953
954 7.13 Afwezigheid van een beding ten behoeve van derden
955 Noch de Overeenkomst, noch de Bijlagen creëren een beding ten behoeve 956 van derden.
957
958 Artikel 8. Toepasselijk recht
959 Deze Overeenkomst en zijn uitvoering wordt beheerst door het Belgisch recht. 960
961
962
963
964
965
966
967
968
969
970
971
972
973
974
975
976
977
978
979
980
981
982
983
984
985
986
987
988
989
990
991
992
993
994
995
996
997
998
999
1000
1001
1002
Artikel 9. Regeling van geschillen
9.1. Elke Partij doet alles wat redelijkerwijze in zijn macht is om een geschil of een betwisting in het kader van deze Overeenkomst die bestaat tussen de Partijen of tussen één van de Partijen en een regulator, op minnelijke wijze te regelen.
9.2. Gelet op het vertrouwelijk karakter van alle, in uitvoering van onderhavige Overeenkomst tussen Partijen uitgewisselde, gegevens en diensten, komen de Partijen overeen om alle geschillen die tussen Partijen ontstaan uit deze Overeenkomst of er verband mee houden, te onderwerpen aan een college van drie arbiters.
9.3. Het hierboven vermeld college bestaat uit drie arbiters, waarvan één door iedere Partij wordt aangewezen onder personen die:
a) de nodige waarborgen bieden voor hun onafhankelijkheid en onpartijdigheid; en
b) beroeps- of andere ervaring hebben in de elektriciteitssector; en
c) vertrouwd zijn met de hierop toepasselijke sectorspecifieke regelgeving.
De derde arbiter, die het scheidsgerecht voorzit, wordt aangeduid door de twee arbiters aangeduid door de Partijen. Deze derde arbiter wordt gekozen onder personen die voldoen aan de voorwaarden vermeld onder artikel 9.3., sub (a),
(b) en (c).
9.4. Bij gebreke van aanwijzing van één of meer arbiters, worden deze op verzoek van de meest gerede Partij aangeduid door de Voorzitter van de Rechtbank van Eerste Aanleg te Brussel onder de personen die voldoen aan de voorwaarden vermeld onder artikel 9.3., sub (a), (b) en (c).
9.5. Onder voorbehoud van wat hierboven is vermeld, is het Reglement CEPANI van toepassing op de arbitrage. De taal van de arbitrage is het Nederlands of het Frans, naar keuze van de DNB. De plaats van de arbitrage is Brussel. De arbitrale uitspraak is bindend voor alle Partijen.
9.6. In afwijking van hetgeen voorafgaat, heeft iedere Partij met het oog op dringende en voorlopige maatregelen de keuze tussen een arbitraal kort geding conform bovenstaande bepalingen enerzijds, of een procedure in kort geding voor de bevoegde rechter van de rechterlijke macht anderzijds.
1003
1004
1005
1006
1007
Gedaan te Brussel, op […], in twee originele exemplaren, waarvan elke Partij erkent er één ontvangen te hebben.
1008 | Voor Elia, | |
1009 | ||
1010 | ||
1011 | ||
1012 | ||
1013 | ||
1014 | ||
1015 | ||
1016 | ||
1017 | ||
1018 | ||
1019 | ||
1020 | ||
1021 | Naam: […] | Naam: […] |
1022 | Functie: […] | Functie: […] |
1023 | ||
1024 | ||
1025 | ||
1026 | ||
1027 | ||
1028 | ||
1029 | Voor de DNB, | |
1030 | ||
1031 | ||
1032 | ||
1033 | ||
1034 | ||
1035 | ||
1036 | ||
1037 | ||
1038 | ||
1039 | ||
1040 | ||
1041 | ||
1042 | Naam: […] | Naam: […] |
1043 | Functie: […] | Functie: […] |
1 Bijlage 1: Inventaris van de Bijlagen
2 De tabel hieronder herneemt de lijst van Bijlagen, conform Artikel 1 van de huidige
3 Overeenkomst, samen met de versie, de datum waarop ze in werking treedt en de datum van
4 ondertekening.
Nummer en benaming van de Bijlage | Versie | Datum van inwerkingtreding | Datum van ondertekening |
Bijlage 1: Inventaris van de Bijlagen | 2.1 | ||
Bijlage 2: Contactgegevens | 2.1 | ||
Bijlage 3: Lijst van de koppelpunten en energie-uitwisselingen tussen DNB’s | 2.1 | ||
Bijlage 4: Inventarisverslagen | 2.1 | ||
Bijlage 5: Tarieven | 2.1 | ||
Bijlage 6: Volumes met betrekking tot facturatie en marktprocessen | 2.1 | ||
Bijlage 7: Planning van de netten | 2.1 | ||
Bijlage 8: Afbakening van eigendommen en activiteitsperimeters | 2.1 | ||
Bijlage 9: Uitvoering en coördinatie van werken | 2.1 | ||
Bijlage 10: Regels inzake het welzijn van de werknemers | 2.1 | ||
Bijlage 11: Onderhoud en Exploitatie | 2.1 | ||
Bijlage 12: Opvolging van de continuïteit en de kwaliteit van de voeding (Power Quality “PQ”) | 2.1 | ||
Bijlage 13: Het systeembeschermings- plan, de procedure bij schaarste, het herstelplan en het testplan | 2.1 | ||
Bijlage 14: Definities | 2.1 |
5
6
7 In geval van wijziging of herwerking van een of meerdere Bijlagen, conform Artikel 7.11 van
8 de huidige Overeenkomst, zal de huidige Bijlage worden bijgewerkt en eveneens geparafeerd. 9
10 In geval van wijziging of herwerking van een of meerdere artikels van de Overeenkomst, zal
11 de huidige Bijlage worden bijgewerkt en samen met het geheel van de Bijlagen geparafeerd.
1 Bijlage 2: Contactgegevens
2 De kennisgeving van meldingen, vragen en verzoeken gebeurt volgens artikel 7.2 van de
3 Overeenkomst telefonisch en op de manier die naargelang de situatie het meest adequaat is.
4 De adressen en nummers hieronder aangegeven, kunnen onderhevig zijn aan wijzigingen.
5 1. Adresgegevens van contactpersonen voor Xxxx
6 Contactpersoon contractuele relaties:
Naam : | |
Functie : | |
Adres : | |
Tel : | |
Mobiel : | |
E-mail : | |
Email van Customer Service : |
7 Facturatie:
Naam : | |
Adres : | |
Tel : | |
E-mail : |
8 Facturatieadres:
Onderneming : | |
Adres : | |
Tel : | |
Ondernemingsnummer : |
9 Tellingen en metingen:
Naam : | |
Adres : | |
Tel : | |
E-mail : |
10
11 Continuïteit en kwaliteit van de voeding (Power Quality “PQ”):
Naam : | |
Adres : | |
Tel : | |
E-mail : | |
Web : |
12 Contact Center Noord:
Adres : | |
Tel : | |
E-mail : |
13 Onderhoud:
Naam : | |
Functie : | |
Adres : | |
Tel : | |
Mobiel : | |
E-mail : |
14
Naam : | |
Functie : | |
Adres : | |
Tel : | |
Mobiel : | |
E-mail : |
15
Naam : | |
Functie : | |
Adres : | |
Tel : | |
Mobiel : | |
E-mail : |
16
17
18 Exploitatie:
Naam : | |
Functie : | |
Adres : | |
Tel : | |
Mobiel : | |
E-mail : |
19
Naam : | |
Functie : | |
Adres : | |
Tel : | |
Mobiel : | |
E-mail : |
20
Naam : | |
Functie : | |
Adres : | |
Tel : | |
Mobiel : | |
E-mail : |
21
22 Exploitatie: Planning:
Tel : | |
E-mail : |
23
24 Exploitatie on-line (24u/24u): Regionaal Controlecentrum:
Naam : | |
Adres : | |
Tel : | |
E-mail : |
25
Naam : | |
Adres : | |
Tel : | |
E-mail : |
26 Systeembeschermingsplan en herstelplan (24u/24u):
Naam : | |
Adres : | |
Tel : | |
E-mail : |
27
28 2. Adresgegevens van contactpersonen voor de DNB
29 Contactpersoon contractuele relaties:
Aanspreektitel | |
Naam en voornaam | |
Taal | |
Functie: | |
Adres: | |
Tel.: | |
Mobiel: | |
E-mail: |
30 Contactpersoon contractuele relaties (Back-up):
Aanspreektitel | |
Naam en voornaam | |
Taal | |
Functie: | |
Adres: | |
Tel.: | |
Mobiel: | |
E-mail: |
31 Contactpersoon tellingen en metingen:
Aanspreektitel | |
Naam en voornaam | |
Taal | |
Adres: | |
Tel.: | |
Mobiel: | |
E-mail: |
32
33
34 Contactpersoon voor continuïteit en kwaliteit van de voeding (Power Quality “PQ”):
Aanspreektitel | |
Naam en voornaam | |
Taal | |
Adres: | |
Tel.: | |
Mobiel: | |
E-mail: |
35 Contactpersoon onderhoud:
Aanspreektitel | |
Naam en voornaam | |
Taal | |
Adres: | |
Tel.: | |
Mobiel: | |
E-mail: |
36 Contactpersoon exploitatie:
Aanspreektitel | |
Naam en voornaam | |
Taal | |
Adres: | |
Tel.: | |
Mobiel: | |
E-mail: |
37 Contactpersoon voor het systeembeschermingsplan en herstelplan (24u/24u):
Aanspreektitel | |
Naam en voornaam | |
Taal | |
Adres: | |
Tel.: | |
Mobiel: | |
E-mail: |
38
39 Contactgegevens voor facturatie:
40 Contactpersoon:
Aanspreektitel | |
Naam en voornaam (of afdeling) | |
Taal | |
Tel.: | |
Mobiel: | |
E-mail: |
41
42 Te factureren onderneming:
Naam en juridische vorm | |
Ondernemingsnummer | |
BTW-nummer | |
Adres van de maatschappelijke zetel |
43
44 Het versturen van de factuur:
45 a. Per post
Naam en verzendingsadres |
46
47
48 b. Elektronische facturatie
49 Ingeval van elektronische facturatie xxx Xxxx elke factuur of creditnota met betrekking tot de huidige
50 Overeenkomst via elektronische weg versturen volgens de praktische modaliteiten zoals hierna
51 beschreven:
52 • Één enkele e-mail wordt verstuurd naar het e-mailadres voor elektronische facturatie zoals
53 hieronder opgegeven, met de factuur in PDF-formaat in bijlage (de XML-berichten zijn
54 verwerkt in de PDF);
55 • De factuur bevat een elektronische handtekening;
56 • Het onderwerp van de e-mail is: « invoice Elia group 32xxxxxxxx ou DD/MM/YYYY».
57 • De PDF naam is alsvolgt : « invoice PDF 32xxxxxxxx »;
58 • De originele PDF wordt verstuurd vanuit het adres xxxxxxx_xxxxxxx_xx@xxxx.xx. De
59 bestemmeling van deze elektronische facturen zal het adres xxxxxxx_xxxxxxx_xx@xxxx.xx
60 toevoegen aan de lijst van de anti-spam filters;
61 • Indien een foutmelding vanwege de bestemmeling volgt op het versturen van de e-mail zal de
62 contactpersoon voor de facturatie bij de DNB gecontacteerd worden. Indien Elia geen nieuw
63 e-mailadres ontvangt binnen de 3 dagen, zal de factuur per post verstuurd worden naar het
64 verzendingsadres vermeld in paragraaf a) hierboven;
65 • De bijlagen aan de factuur zullen niet mee verstuurd worden met de e-mail maar zullen ter
66 beschikking gesteld worden van de DNB via het digitaal platform « Customer Hub”;
67 • Bij elke verzending van een factuur of creditnota wordt een notificatie per e-mail verstuurd
68 naar de contactpersoon voor de facturatie bij de DNB zoals hierboven vermeld.
69 Deze paragraaf wordt door beide Partijen aanvaard onverminderd de verplichtingen die
70 voortvloeien uit de richtlijn 2014/55/UE van het Europees Parlement en de Europese Raad van
71 16 april 2016 met betrekking tot de elektronische facturatie in publieke markten.
72
73 Akkoord van de DNB om alle facturen of creditnota’s met betrekking tot de
74 huidige overeenkomst te ontvangen via elektronische weg volgens
75 bovenstaande modaliteiten.
76
77 E-mailadres voor elektronische facturatie:
78
79 | Handtekening van de DNB | |
80 | ||
81 | ||
82 | ||
83 | ||
84 | ||
85 | ||
86 | ||
87 | ||
88 | Naam: | Naam: |
89 | Functie: | Functie: |
90 | Datum: | Datum: |
91 |
92 3. Lijst van personen en/of diensten waarvan de telefonische
93 gesprekken met de andere Partij kunnen worden opgenomen en
94 mogen worden ingeroepen conform artikel 7.1.
Voor Xxxx | ||
Xxxxxx | Persoon | Telefoonnummer |
Nationale Dispatching | ||
Dispatching Merksem | ||
Dispatching Créalys |
Voor de DNB | ||
Dienst | Persoon | Telefoonnummer |
95
1 Bijlage 3: Lijst van de Koppelpunten en energie-uitwisselingen tussen DNB’s
2 1. Geldigheid
3 De gegevens in deze Bijlage zijn van toepassing met ingang van [DD.MM.202X] en vervangen vanaf dan de gegevens in vroegere versies van
4 deze Bijlage.
5 2. Gegevens voor tarieven en toeslagen en exploitatie
6 2.1. Koppelpunten aan de uitgang van de transformatie naar middenspanning
Koppelpunt | Contact1 | ||||||||||||||||||
Naam | Gewest2 | Snom3 (MVA) | % | Snom IP4 (MVA) | Ppad Afn.5 (MVA) | Aansluiting CAPEX | Aansluiting OPEX | Condensator- batterijen6 | Hulpdiensten MS7 | Q8 | Elektrische zone9 | Elia | DNB | ||||||
I | II | III | I | II | III | Telling | Vermogen @Uexpl (MVAR) | Telling | Hoofd/ back- up | ||||||||||
1 Conform Bijlage 11 punt 2: Xxxx: M = Dispatching Merksem: N = Dispatching Créalys; DNB: K = Kortrijk; M = Merksem
2 Gewest: geeft aan in welk Gewest de aangesloten distributienetgebruikers zich bevinden: B= Brussels Hoofdstedelijk Gewest; V = Vlaams Gewest; W = Waals Gewest.
3 Nominaal vermogen van het Transformatiestation (cf. Bijlage 5)
4 Nominaal vermogen op het Koppelpunt (‘IP’ Interconnection Point) (cf. Bijlage 5)
5 Ter beschikking gesteld (contractueel) vermogen voor afname op het Koppelpunt (cf. Bijlage 5)
6 Aanwezigheid van een of meerdere condensatorbatterijen, eigendom van Xxxx en aangesloten op het MS-railstel van het Transformatiestation. Bij gebrek aan een telling op het geheel van deze condensatorenbatterijen, zal het reactief vermogen (op de uitbatingsspanning) gebruikt worden als referentie (cf. Bijlage 6)
7 Aanwezigheid van een hulpdienstentransformator (in dienst of als back-up) die aangesloten is op het MS-railstel van het Transformatiestation. Bij gebrek aan een telling op de aansluitingscel, zal een forfaitair verbruik toegepast worden (cf. Bijlage 6).
8 'DNB' in deze kolom betekent dat voor dit Koppelpunt, deze DNB zijn 4.2 gegevens betreffende de reactieve energie aan Elia opstuurt.
9 Elektrische zone tot dewelke het Koppelpunt behoort (cf. Bijlage 5)
7
8 2.2. Koppelpunten in het 70/36/30 kV-net
Koppelpunt | Contact | Aansluiting | ||||||||
Naam | Gewest10 | Ppad Afn.11 (MVA) | Ppad Inj.12 (MVA) | Elia | DNB | Naam | Nr. | % CAPEX | % OPEX | Kabellengte13 (m) |
9
10
10 Gewest: geeft aan in welk Gewest de aangesloten distributienetgebruikers zich bevinden: B= Brussels Hoofdstedelijk Gewest; V = Vlaams Gewest; W = Waals Gewest.
11 Ter beschikking gesteld (contractueel) vermogen voor afname op het Koppelpunt (cf. Bijlage 5)
12 Ter beschikking gesteld (contractueel) vermogen voor injectie op het Koppelpunt (cf. Bijlage 5)
13 Enkel voor kabel eigendom van Xxxx voor aansluiting CAB
11
Gegevens voor energie-uitwisseling14
BRP verantwoordelijk voor de PBO
12 2.3.
DNB | GLN DNB | Energie |
13
14 2.4.
BRP | GLN code |
15
14 Conform Bijlage 6
Samenwerkingsovereenkomst: Bijlage 3 | 3/3 | Contractreferentie: […] |
DD.MM.2021 Paraaf ELIA | V2.1 | [DNB] Paraaf [DNB] |
1 Bijlage 4: Inventarisverslagen
2 1. Voorwerp
3 De voorliggende Bijlage 3 heeft als doel om de modaliteiten te bepalen voor het opstellen,
4 het valideren, het actualiseren en het ter beschikking stellen van de volgende
5 gemeenschappelijke inventarisverslagen:
6
7 • Inventarisverslag van de terreinen en de gebouwen;
8 • Inventarisverslag van de technische installaties. 9
10 Elia en de DNB houden ieder hun eigen database bij.
11 Elia en de DNB streven ernaar de inventarisverslagen op te maken zoals bedoeld in de
12 onderhavige Bijlage 4. Dit doet evenwel op geen enkele wijze afbreuk aan de toestand zoals
13 gedocumenteerd in de betreffende overeenkomsten en notariële aktes.
14 2. Terreinen en gebouwen
15 2.1 Structuur van het inventarisverslag
Benaming van het gegeven | Beschrijving van het gegeven | Verplicht (V) Facultatief (F) | |
Site | Code site | Unieke code van 6 karakters waarmee Xxxx de site identificeert | V |
Naam van de site | Naam van de site | V | |
Adres van de site | Postadres van de site | V | |
Elia Service Center | Elia Service Center dat de site exploiteert | V | |
DNB(s) op de site | DNB(‘s) waarmee een aansluitingspunt op deze site bestaat | V | |
Andere codes site | Codes eigen aan de DNB / Xxxx | X |
16
Perceel | Code perceel | Kadastrale code van het perceel | V |
Eigenaar perceel | Partij die (mede-)eigenaar van het terrein is | V | |
Rechten perceel | Specifieke rechten die op het perceel zijn toegekend (m.i.v. erfdienstbaarheden) | V |
17
Gebouw | Code gebouw | Unieke code waarmee Xxxx het gebouw identificeert (Code Site + Spanningsniveau) | V |
Beschrijving gebouw | Elia-beschrijving van het gebouw op de site | V | |
Eigenaar gebouw | Partij die (mede-)eigenaar van het gebouw is | V | |
Aandeel eigendom | % van de eigendom van elke partij in het gebouw | V | |
Andere codes | Codes eigen aan de DNB / Elia | F | |
Opmerkingen | F |
18
19 2.2 Frequentie van het opstellen en het goedkeuringsproces
20 Op de expliciete en gemotiveerde vraag van één van de Partijen, dient een (volledig
21 of gedeeltelijk) inventarisverslag van de terreinen en de gebouwen opgesteld en
22 goedgekeurd te worden door beide Partijen binnen een gezamenlijk
23 overeengekomen tijdsduur. Op het einde van deze oefening wordt de laatst
24 goedgekeurde versie van het inventarisverslag ter beschikking gesteld van de DNB
25 door Xxxx via het IT-platform “Customer HUB”.
26 2.3 Terreinen en gebouwen waarvoor de eigendom niet bepaald is
27 Wanneer één van de Partijen haar wil kenbaar gemaakt (en gemotiveerd) heeft om
28 een (volledig of gedeeltelijk) inventarisverslag van de terreinen en gebouwen op te
29 stellen en wanneer onvolledige of tegenstrijdige gegevens hebben verhinderd om de
30 respectievelijke eigendommen van de Partijen te bepalen binnen de gezamenlijk
31 overeengekomen tijdsduur, zullen de betrokken terreinen en gebouwen onderwerp
32 uitmaken van een overleg tussen de Partijen in de loop van het daaropvolgende jaar
33 teneinde het definitieve statuut te bepalen van de terreinen en de gebouwen.
34 3. De technische installaties:
35 3.1. Structuur van het inventarisverslag
Benaming van het gegeven | Beschrijving van het gegeven | Verplicht (V) Facultatief (F) | |
Cel | Code site | Unieke code van 6 karakters waarmee Xxxx de site identificeert | V |
Naam site | Naam van de site | V | |
Exploitatiespanning | Spanningsniveau waarop de cel is aangesloten | V | |
Nummer van de cel | Uniek nummer dat de cel identificeert | V | |
Beschrijving | Beschrijving van de cel (aankomst TFO, Koppeling en bijzondere installaties (CAB))/ Feeder + naam van de DNB voor de andere cellen | V | |
Functie | Functie van de cel: transfo/koppeling/feeder/TP/ CAB/condensator/hulpdiensten/trunk/aarding | V | |
Aarding | Aangevinkt indien de cel ook dient voor het aarden van de rail | V | |
Status | In gebruik/reserve/uit dienst | F | |
Open / gesloten type | Aanduiding van het celtype (open / gesloten Cel) | V | |
Enkelvoudige of dubbele rail | Type (enkelvoudig of dubbel) aan de railstellen | V | |
Eigenaar van de cel | Elia/DNB/to be determined (TBD): in bespreking tussen Xxxx en DNB) / TBD DNB (in bespreking tussen DNB’s, niet Xxxx) | V | |
Verantwoordelijke voor het onderhoud | Xxxx / naam van de DNB (ingevuld indien de cel niet onderhouden wordt door de eigenaar) | F | |
Verantwoordelijke voor de exploitatie | Xxxx / naam van de DNB (ingevuld indien de cel niet beheerd/geëxploiteerd wordt door de eigenaar) | F | |
Andere codes | Codes eigen aan de DNB / Xxxx | X |
36
37
Datum actualisatie | Datum van de laatste wijziging van de lijn van het inventarisverslag | V | |
Opmerkingen | F |
38
39 3.2. Frequentie van het opstellen en het goedkeuringsproces
40 Op vaste basis, namelijk eenmaal per jaar en ten laatste op 31 december van elk
41 jaar, zullen de Partijen een versie van het inventarisverslag van de technische
42 installaties opstellen en valideren. De laatst goedgekeurde versie van het
43 inventarisverslag wordt door Xxxx aan de DNB ter beschikking gesteld via het IT-
44 platform “Customer HUB”. 45
46 3.3. Updateproces ten gevolge van een indienstname
47 Indien wijzigingen worden aangebracht aan de technische installaties die zijn
48 opgenomen in het inventarisverslag van technische installaties, neemt de Partij die
49 de wijzigingen heeft uitgevoerd het initiatief om een wijziging aan de andere Partij
50 voor te stellen. 51
52 Eenmaal beide Partijen deze wijzigingen hebben gevalideerd, wordt het
53 inventarisverslag aangepast en door Xxxx ter beschikking gesteld van de DNB via het
54 IT-platform “Customer HUB”. 55
56 3.4. Technische installaties waarvan de eigendom niet is bepaald op het eind van
57 het betrokken jaar
58 Wanneer onvolledige of tegenstrijdige gegevens hebben verhinderd om de
59 respectievelijke eigendommen van de Partijen te bepalen op 31 december van het
60 betrokken jaar, zullen deze installaties het voorwerp zijn van een overleg tussen de
61 Partijen om het definitief statuut van de voornoemde installaties te bepalen.
1 Bijlage 5: Tarieven
2 De bedragen gefactureerd door Xxxx in de maand M+1 aan de DNB betreffen steeds de
3 diensten van Xxxx aangeboden aan de DNB in de loop van de maand M. Alle onderstaande
4 definities verwijzen naar een vastgestelde kalendermaand M. 5
6 1. Tarieven voor het beheer en de ontwikkeling van de
7 netwerkinfrastructuur
8 Deze tarieven omvatten:
9 • een tarief voor de maandpiek
10 • een tarief voor de jaarpiek
11 • een tarief voor het ter beschikking gestelde vermogen
12 1.1. Tarief voor de maandpiek
13 De maandpiek voor afname van een Koppelpunt voor de maand M komt overeen met
14 de hoogste kwartiergemeten waarde van het netto afgenomen actieve vermogen dat
15 wordt gemeten tijdens de gehele betrokken maand. De maandpiek voor injectie van
16 een Koppelpunt voor de maand M komt op zijn beurt overeen met de hoogste
17 kwartiergemeten waarde van het netto geïnjecteerde actieve vermogen dat wordt
18 gemeten tijdens de gehele betrokken maand.
19 1.2. Tarief voor de jaarpiek
20 Het tarief voor de jaarpiek is van toepassing op de jaarpiek van het actieve vermogen
21 tijdens de piektariefperiode. Voor de maand M is dit de hoogste kwartiergemeten
22 waarde van het netto afgenomen actieve vermogen dat over de laatste twaalf
23 maanden, van maand M-11 tot M, gemeten wordt tijdens de kwartieren die deel
24 uitmaken van de piektariefperiode. Dit is de periode voorgesteld door Xxxx en
25 goedgekeurd door de CREG, waarin de globale netbelasting statistisch het hoogst
26 is.
27 1.3. Tarief voor het ter beschikking gestelde contractueel vermogen (Ppad)
28 • Koppelpunten aan de uitgang van de transformatie naar middenspanning
29 Voor Koppelpunten aan de uitgang van de transformatie naar middenspanning is
30 het ter beschikking gestelde vermogen gelijk aan het contractuele vermogen voor
31 afname per Koppelpunt, zoals opgenomen in Bijlage 3 (Ppad Afn.). 32
33 Het Ppad voor afname kan kleiner zijn dan of gelijk zijn aan het nominaal
34 vermogen (Snom) van een Transformatiestation. Indien meerdere Koppelpunten
35 op een Transformatiestation actief zijn, kan de som van het ter beschikking
36 gestelde contractueel vermogen voor afname (Ppad Afn.) van alle Koppelpunten
37 op het Transformatiestation groter zijn dan het nominaal vermogen (Snom) van
38 het Transformatiestation. 39
40 Het Ppad voor afname wordt overeengekomen voor een onbepaalde duur,
41 waarvan de eerste dag van de geldigheid de eerste dag is van een kalendermaand
42 en de laatste dag van de geldigheid de laatste dag is van een kalendermaand.
43
44 Het Ppad voor afname kan gewijzigd worden op verzoek van de DNB. De wijziging
45 wordt in dat geval effectief op de eerste dag van de kalendermaand volgend op
46 de aanvraag tot wijziging. Een aanvraag tot verhoging van het Ppad voor afname
47 kan op elk moment worden ingediend. Behoudens een door de DNB feitelijk
48 aantoonbare definitieve vermindering van het Ppad ten belope van minstens 1000
49 kVA, is een aanvraag tot vermindering slechts mogelijk ten vroegste twaalf
50 maanden na de laatste aanvraag tot verhoging. De aanvraag voor een feitelijk
51 aantoonbare definitieve vermindering van het Ppad kan op elk moment worden
52 ingediend wordt door de DNB. Elke aanvraag voor een feitelijk aantoonbare
53 definitieve vermindering van het Ppad wordt vergezeld van een schriftelijke
54 motivatie door de DNB. De aanvraag voor een feitelijk aantoonbare definitieve
55 vermindering van het Ppad zal bij Xxxx worden ingediend minstens 5 werkdagen
56 voor het einde van de maand M en, ingeval van goedkeuring door Xxxx, effectief
57 worden op de eerste dag van de kalendermaand M+1. 58
59 Voor Koppelpunten aan de uitgang van de transformatie naar middenspanning is
60 er enkel een tarief voor het Ppad voor afname en een aanvullend tarief in geval
61 van overschrijding van het Ppad voor afname van toepassing. 62
63 Ingeval het Ppad voor afname wordt overschreden, zal voor de overschrijding
64 gemeten in de maand M een tarief worden toegepast tijdens een periode lopend
65 van de maand M tot de maand M+11. Dit tarief stemt overeen met het tarief voor
66 het Ppad voor afname xxxxxxxxxxx met 50%. De referentie voor de berekening
67 van de overschrijding is de hoogste kwartiergemeten waarde van het netto
68 afgenomen schijnbaar vermogen dat wordt gemeten tijdens de gehele betrokken
69 maand.
70
71 • Koppelpunten in het 70/36/30 kV-net
72 Voor Koppelppunten in het 70/36/30 kV-net is het Ppad gelijk aan het contractuele
73 vermogen per Koppelpunt, zoals opgenomen in Bijlage 3 (Ppad afname en Xxxx
00 injectie).
75
76 Het Ppad kan kleiner zijn dan of gelijk zijn aan de maximale fysieke capaciteit van
77 de aansluitingsinstallaties die bestemd zijn voor de DNB. Het Ppad wordt
78 overeengekomen voor een onbepaalde duur, waarvan de eerste dag van de
79 geldigheid de eerste dag is van een kalendermaand en de laatste dag van de
80 geldigheid de laatste dag is van een kalendermaand. 81
82 Het Ppad kan gewijzigd worden op verzoek van de DNB. De wijziging wordt in dat
83 geval effectief op de eerste dag van de kalendermaand volgend op de aanvraag
84 tot wijziging. Een aanvraag tot verhoging van het Ppad kan op elk moment worden
85 ingediend. Behoudens een door de DNB feitelijk aantoonbare definitieve
86 vermindering van het Ppad ten belope van minstens 1000 kVA, is een aanvraag
87 tot vermindering slechts mogelijk ten vroegste twaalf maanden na de laatste
88 aanvraag tot verhoging. De aanvraag voor een feitelijk aantoonbare definitieve
89 vermindering van het Ppad kan op elk moment worden ingediend wordt door de
90 DNB. Elke aanvraag voor een feitelijk aantoonbare definitieve vermindering van
91 het Ppad wordt vergezeld van een schriftelijke motivatie door de DNB. De
92 aanvraag voor een feitelijk aantoonbare definitieve vermindering van het Ppad zal
93 bij Xxxx worden ingediend minstens 5 werkdagen voor het einde van de maand M
94 en, ingeval van goedkeuring door Xxxx, effectief worden op de eerste dag van de
95 kalendermaand M+1. 96
97 Ingeval een distributielus een verbinding kan maken tussen twee Koppelpunten
98 70/36/30 kV waardoor het mogelijk is om belasting en/of productie tussen beide
99 Koppelpunten te verschakelen, kan een van beide op vraag van de DNB
100 gekwalificeerd worden als een “bijkomend” Koppelpunt waardoor het van het
101 specifieke tarief hiervoor kan genieten. Het Ppad op dit “bijkomend” Koppelpunt
102 kan niet hoger zijn dan het Ppad op het andere Koppelpunt. 103
104 Voor Koppelpunten 70/36/30 kV is er enkel een tarief voor het Ppad voor afname
105 en een aanvullend tarief in geval van overschrijding van het Ppad voor afname
106 van toepassing. 107
108 Ingeval het Ppad voor afname wordt overschreden, zal voor de overschrijding
109 gemeten in de maand M een tarief worden toegepast tijdens een periode lopend
110 van de maand M tot de maand M+11.
111 Dit tarief stemt overeen met het tarief voor het Ppad voor afname vermeerderd
112 met 50%. De referentie voor de berekening van de overschrijding is de 11de piek
113 gemeten in kW van de maand M.
114 | ||
115 | 2. | Tarief voor de aanvullende afname of injectie van reactieve |
116 | energie | |
117 | 2.1. Lokaal tarief per Koppelpunt |
118 Het tarief voor de aanvullende afname of injectie van reactieve energie wordt
119 toegepast per Transformatiestation indien de kwartierleveringen van reactieve
120 energie tg φ = 0,329 overschrijden. 121
122 Het tarief voor de aanvullende afname of injectie van reactieve energie is afhankelijk
123 van de hoogte van overschrijding en omvat twee tariefzones. Zone 1 is van toepassing
124 op kwartierleveringen van reactieve energie die per Transformatiestation tg φ = 0,329
125 overschrijden maar tg φ =0,767 niet bereiken. Zone 2 is van toepassing op
126 kwartierleveringen van reactieve energie die per Transformatiestation tg φ = 0,767
127 overschrijden. 128
129 In het geval de netto actieve energie op kwartierbasis niet hoger is dan 10% van de
130 jaarpiek op het betrokken Transformatiestation, wordt de aanvullende afname of
131 injectie van reactieve energie bepaald ten opzichte van 32,9% van 10% van de
132 jaarpiek op dit Transformatiestation. 133
134 De jaarpiek wordt op maandbasis ex-post vastgesteld als de maximale piek van de
135 laatste 12 maanden, zijnde de lopende facturatiemaand en de vorige 11 maanden
136 zonder hierbij rekening te houden met de jaarpiekperiode. 137
138
139
140
141
142
143
144
145
De bedragen die overeenkomen met de berekende overschrijdingen per Transformatiestation worden verdeeld met behulp van een pro rata gebaseerd op de tg φ en het reactief vermogen van de Koppelpunten van het betrokken Transformatiestation.
2.2. Zonaal tarief per Elektrische Zone
146 Een tarief voor de afname of injectie van aanvullende reactieve energie,
147 geaggregeerd per Elektrische Zone is van toepassing bijkomend aan het lokjaal tarief
148 per Koppelpunt. 149
150 De Elektrische Zone tot dewelke een Koppelpunt behoort wordt gepreciseerd in de
151 Bijlage 3 van de onderhavige Overeenkomst. 152
153 De aggregatie van de afnames en de injecties van actieve en reactieve energie voor
154 de Elektrische Zone wordt gedaan door de meetgegevens van het geheel van de
155 Koppelpunten behorend tot een Elektrische Zone op te tellen en er de gegevens van
156 directe klanten en de condensatorenbatterijen van Xxxx af te trekken. 157
158 De kwartierleveringen van de reactieve energie geaggregeerd per Elektrische Zone
159 die de onderstaande waarden overschrijden, geven aanleiding tot de toepassing van
160 een tarief voor aanvullende reactieve energie:
161 • cos φ = 0,979 in de inductieve zone voor een Elektrische Zone in afname.
162 • cos φ = 0,979 in de capacitieve zone voor een Elektrische Zone in injectie.
163 • cos φ = 0,989 in de capacitieve zone voor een Elektrische Zone in afname.
164 • cos φ = 0,989 in de inductieve zone voor een Elektrische Zone in injectie. 165
166
167
168
169
170
171
172
173
174
175
176
177
De bedragen die overeenkomen met de berekende overschrijdingen per Elektrische Zone worden verdeeld met behulp van een pro rata gebaseerd op de tg φ en het reactief vermogen van de betrokken transformatoren (en indien van toepassing de Trunks).
Deze bedragen worden vervolgens geaggregeerd per Transformatiestation en vervolgens verdeeld op basis van een pro rata gebaseerd op de tg φ en het reactief vermogen van de Koppelpunten van het betrokken Transformatiestation.
3. Overige toegangstarieven
178 De overige toegangstarieven omvatten :
179 • een tarief voor het beheer van het elektrische systeem;
180 • een tarief voor vermogensreserve en black-start;
181 • een tarief voor marktintegratie. 182
183 4. Tarieven voor openbare dienstverplichtingen, taksen en
184 toeslagen
185 Deze tarieven omvatten de kosten van de openbare dienstverplichtingen die door de
186 bevoegde overheden aan Xxxx worden opgelegd. Die kosten zijn niet rechtstreeks verbonden
187 met het beheer van het Elia-net of zijn daar strikt genomen niet noodzakelijk voor. 188
189 De toepassing van deze tarieven, taksen en toeslagen kan afhangen van het
190 infrastructuurniveau van het betrokken Koppelpunt en van het Gewest waarin de daarop
191 aangesloten distributienetgebruikers zich bevinden. 192
193 5. Aansluitingstarieven Elia voor de DNB
194 Koppelpunten aan de uitgang van de transformatie naar middenspanning.
195 De afbakening van de eigendommen zoals beschreven in Bijlage 8 van de onderhavige
196 Overeenkomst is bepalend voor de aanrekening van de aansluitingstarieven voor de DNB
197 en dit zowel voor de nieuwe als de bestaande terreinen, gebouwen of technische
198 installaties.
199
200 Xxxx Xxxx de eigenaar is van (of gebruiksrechten krijgt toegekend voor):
201
202 o het geheel van de accessoires voor de transformatie naar MS, ten minste bestaande
203 uit een aankomstcel (term I van het aansluitingstarief voor DNB), 204
205 o het geheel van non-feeder MS-cellen, ten minste bestaande uit een koppelcel (term II
206 van het aansluitingstarief voor DNB) en/of 207
208 o het geheel van de algemene installaties en het gebouw, bestaande uit ten minste een
209 gebouw (term III van het aansluitingstarief voor DNB), 210
211 wordt een aansluitingstarief voor DNB aangerekend aan de DNB die geniet van deze
212 dienst van de terbeschikkingstelling (Capex) en het beheer (Opex) (onderhoud en
213 exploitatie). Het tarief is forfaitair en wordt één keer toegepast per Koppelpunt op basis
214 van de gegevens opgenomen in Bijlage 3. 215
216 Xxxx streeft ernaar dat de aansluitingstarieven toelaten om een redelijk beeld te vormen
217 van de nagestreefde activiteitsperimeter zoals beschreven in Bijlage 8. 218
219 Onder beheer wordt voornamelijk verstaan het toezicht op de installaties; hierin zijn
220 begrepen het verzekeren van wachtdiensten, het in dienst en buiten dienst stellen van de
221 installaties, het beheer van de exploitatieprocedures, de signalisatie van alarmen of
222 defecten, het administratief beheer (plannen, wettelijke documenten), het normale
223 periodieke onderhoud evenals het curatieve onderhoud. 224
225 Voor Koppelpunten aan de uitgang van de transformatie naar middenspanning wordt het
226 aansluitingstarief berekend op basis van het nominaal vermogen op het Koppelpunt
227 (Snom IP), zoals opgenomen in Bijlage 3. 228
229 De gegevens van de Bijlage 3 worden op basis van de onderstaande principes aangepast.
230
231 De aanpassingen van de termen I, II & III van het aansluitingstarief voor DNB ten gevolge
232 van evoluties op het terrein (terbeschikkingstelling (Capex) en/of beheer (Opex)) worden
233 herzien en worden effectief op de eerste dag van de kalendermaand volgend op deze
234 gebeurtenis. 235
236 Het Snom is een eenduidige en stabiele waarde en komt overeen met de effectieve situatie
237 op het terrein op 1 januari van het betrokken jaar. Ze wordt aan het begin van elk jaar door
238 de Partijen herzien in functie van de gerealiseerde investeringen. In specifieke gevallen
239 waar Transformatiestations in (of uit) dienst genomen worden, zal het Snom worden
240 herzien en effectief worden op de eerste dag van de kalendermaand van deze
241 indienstname (eerste dag van de kalendermaand volgend op deze uitdienstname). 242
243 Xxxx houdt geen rekening met het nominaal schijnbaar vermogen van één of meerdere
244 trunks, zoals gedefinieerd in Bijlage 8, behalve indien deze de enige voeding uitmaken
245 van een MS-Onderstation. 246
247 Ingeval een Transformatiestation van Xxxx tegelijk dient voor de aansluiting van de DNB
248 en van een rechtstreekse netgebruiker van Xxxx, trekt Xxxx het tweevoud van het ter
249 beschikking gestelde vermogen van de rechtstreekse netgebruiker af van het Snom van
250 het Transformatiestation. 251
252 In het geval van een transformator met drie wikkelingen wordt voor de bepaling van het
253 Snom van het betrokken Transformatiestation rekening gehouden met het voor de derde
254 wikkeling gespecificeerde vermogen. Indien het nominaal schijnbaar vermogen van de
255 regeltransformator kleiner is dan dat van de derde wikkeling, wordt met dit kleiner
256 vermogen rekening gehouden voor de bepaling van het Snom van het betrokken
257 Transformatiestation. 258
259 Indien er op een Transformatiestation slechts één Koppelpunt actief is, is het nominaal
260 vermogen op het Koppelpunt (Snom IP) voor dit Koppelpunt gelijk aan het Snom van het
261 Transformatiestation. Indien meerdere Koppelpunten op een Transformatiestation actief
262 zijn, wordt het Snom tussen deze Koppelpunten verdeeld op basis van het gemiddelde
263 van de jaarpieken voor afname of injectie (uitgedrukt in MW) van de laatste drie jaar en
264 rekening houdend met de toelichtingen opgenomen in Bijlage III. Deze verdeling leidt tot
265 een Snom IP voor elk van de Koppelpunten op het Transformatiestation. De som van de
266 Snom IP van alle Koppelpunten is steeds gelijk aan het Snom van het
267 Transformatiestation. 268
269 Deze verdeling zal minstens een maal per jaar worden herzien, samen met het updaten
270 van de Snom waarden hierboven vermeld. Als alle betrokken distributienetbeheerders het
271 initiatief wensen te nemen om samen een andere jaarlijkse waarde vast te leggen voor de
272 verdeelsleutel in een Transormatiestation en deze te communiceren aan Xxxx met een
273 attest van hun wederzijds akkoord, zal deze waarde door Xxxx worden toegepast vanaf de
274 volgende oefening; ze zal elk jaar worden herbruikt tot wanneer er een nieuw attest door
275 de betrokken distributienetbeheerders wordt neergelegd. 276
277 Eenmaal per jaar, tegelijk met de hierboven vernoemde hierziening van het Snom en de
278 verdeelsleutels zoals beschreven hierboven, bezorgt Xxxx aan de DNB een inschatting van
279 de toegepaste aansluitingstarieven voor de maand januari van het betrokken jaar. 280
281 Koppelpunten in het 70/36/30 kV-net
282 Voor Koppelpunten in het 70/36/30 kV-net worden de aansluitingstarieven toegepast per
283 aansluitingscel op basis van de gegevens in Bijlage 3. Dit geldt eveneens voor de
284 aansluiting van CAB-installaties op 36 kV. 285
286 6. Bijkomende procedure met betrekking tot piekvermogenbepaling
287 6.1. Procedure
288 • Periodiciteit: Ten laatste op de vierde werkdag van de maand M+2 worden de
289 aanvragen door de DNB ingediend met betrekking tot aanpassingen van de
290 piekbelastingen van de maand M.
291 • Deze procedure wordt schematisch weergegeven in Bijlage I en is enkel van
292 toepassing op Koppelpunten aan de uitgang van de transformatie naar
293 middenspanning.
294 • Alle belastingsverschakelingen die aangevraagd werden bij Xxxx conform Bijlage
295 7 van de Samenwerkingsovereenkomst tussen de DNB en Elia, en die per
296 Koppelpunt een impact op de facturatie hebben van minimum 500 kW, kunnen
297 aanleiding geven tot creditering.
298 • De DNB zal nagaan in welke mate de piekvermogens in zowel het Koppelpunt
299 waar het vermogen vermindert, als het (de) Koppelpunt(en) waar het vermogen
300 vermeerdert, beïnvloed worden.
301 | • De DNB voert de impactanalyse van de verschakelingen op de facturatie uit en |
302 | bezorgt aan Xxxx de gegevens van de verschakelingen die een impact hebben in |
303 | de vorm zoals het voorbeeld beschreven in Bijlage II. Het uitwisselingsbestand |
304 | is een Excel-file verzonden via e-mail. |
305 | • De DNB baseert zich voor de berekening van de maand M op de telgegevens |
306 | die doorgezonden worden door Xxxx, zoals beschreven in Bijlage 6. |
307 | • De aanvraag tot creditering op basis van de lijst van verschakelingen conform |
308 | Bijlage II door de DNB zal door Xxxx gecontroleerd worden. Indien deze controle |
309 | tot een positieve evaluatie leidt, zal Xxxx overgaan tot de opmaak van een |
310 | creditnota voor de maand M. Indien de controle van Xxxx tot een negatieve |
311 | evaluatie leidt, zal een overleg georganiseerd worden ten einde de oorzaak van |
312 | de afwijking vast te stellen. |
313 6.2. | Uitleg piekvermogen |
314 | Situaties die aanleiding kunnen geven tot een aanvraag door een DNB van een |
315 | aanpassing van de piekbelastingen gebruikt voor de bepaling van het jaarlijks |
316 | vermogen, het maandelijks vermogen en de overschrijdingen van het Ppad van de |
317 | DNB op de Koppelpunten met het Elia-net: |
318
319 • Iedere belastingsverschakeling door Xxxx aangevraagd;
320 • Iedere belastingsverschakeling door de DNB aangevraagd naar aanleiding van
321 een naar behoren aangetoond incident;
322 • Iedere grote geplande belastingsverplaatsing (in het kader van bijvoorbeeld
323 onderhoudswerkzaamheden). 324
325 Het crediteringsproces voor de verschakelingen die een impact hebben op de
326 facturen betreffende het gebruik van het Elia-net door de DNB is gekoppeld aan het
327 facturatieproces betreffende het gebruik van het Elia-net door de DNB. 328
329 De waarden van de belastingsverschakeling zijn geldig voor zover de verschakeling
330 het piekvermogen liet stijgen van het Transformatiestation waarnaar het vermogen
331 geschakeld werd, en het piekvermogen van het Transformatiestation, waarvan het
332 vermogen weggeschakeld werd, niet met dezelfde waarde liet dalen. 333
334 BIJLAGE I (van de Bijlage 5 van de Samenwerkingsovereenkomst)
335 Deze bijlage geeft een schematische weergave van de procedure als gevolg van een
336 aanvraag tot aanpassing van het piekvermogen op een Koppelpunt door een DNB.
337 (Samenwerkingsovereenkomst, Bijlage 5 punt 5) 338
339
N
340
M+1
Kalenderdag 4
M+1
30 kalenderdagen na ontvangst factuur
M+2
Werkdag 4
Xxxxxxxxxx gevraagde
correctie OK ?
M+2
Werkdag 10
Y
Actie DNB
Xxxxx Xxxx
Contact / Organisatie meeting met DNB
Terugsturen naar Xxxx xxx xxxxx met oorspronkelijke pieken en gewijzigde pieken per geïmpacteerd Koppelpunt
Controle door Xxxx xxx xxxxxxxx
Analyse van verschakelingen en bepaling van impact op pieken (op basis van telgegevens
Xxxx)
Transmissie van telgegevens per Koppelpunt naar DNB
Opsturen creditnota voor maand M
Betaling door DNB van maandellijkse factuur
Facturatie van DNB voor maand M
Alle belastingsverschakelingen, die conform Bijlage 7 van de samenwerkingsovereenkomst tussen DNB en Elia aangevraagd werden, die per Koppelpunt een impact hebben op het piekvermogen van minimum 500kW, kunnen aanleiding geven tot creditering.
DNB die de impactanalyse uitvoert bezorgt de gegevens aan Xxxx onder de vorm zoals beschreven in Bijlage II.
341
342 BIJLAGE II (van Bijlage 5 van de Samenwerkingsovereenkomst)
343
344
345
Opmerking: datum en uur in formaat UTC van het type 2005-01-02T20:26:00Z omwille van eenvormigheidsredenen
346
347
348
349
350
351
352
353
Voorbeeld van de inlichtingen die nodig zijn voor een creditaanvraag in het kader van de aanpassing van de piekvermogens als gevolg van transferten
354
355
356
357
358
359
360
361
362
363
364
365
366
367
368
369
370
371
372
373
374
375
376
377
378
379
BIJLAGE III (van de Bijlage 5 van de Samenwerkingsovereenkomst)
Deze bijlage geeft een aantal preciseringen voor de berekening van de verdeelsleutel zoals bedoeld in artikel 4 van Bijlage 5.
De verdeelsleutel, geldig voor het jaar N, wordt in januari van het jaar N berekend op basis van het gemiddelde van de jaarpieken van de jaren X-0, X-0 en N-3, voor zover het betrokken Koppelpunt die jaren actief was op het Transformatiestation. Deze jaarpieken worden beschouwd per Koppelpunt: het gaat niet om een synchrone piek van de verschillende aanwezige Koppelpunten in het Transformatiestation.
Hierbij worden volgende gegevens gebruikt:
• gemiddelde jaarpieken (over 3 jaar);
• gecorrigeerde waarden: er wordt rekening gehouden met de aanpassingen van de piekbelastingen die gevraagd worden door de distributienetbeheerders, conform artikel
5.1 van de Bijlage 5;
• afname of injectie; m.a.w. de absolute waarde van de gemiddelde piek van ofwel afname, ofwel injectie.
Onder formulevorm kan dit als volgt worden weergegeven:
Verdeelsleutel voor Koppelpunt 1 in een MS-station met 2 Koppelpunten (Koppelpunten 1 en 2):
i =3
∑ Maxi{C1; I1}
i =1
i −3 i =3
∑ Maxi{C1; I1}+ ∑ Maxi{C 2; I 2}
380
381
met:
i =1
i =1
382 Cx= gecorrigeerde afnamepiek over 1 jaar voor Koppelpunt x;
383 Ix= gecorrigeerde injectiepiek over 1 jaar voor Koppelpunt x 384
385 In geval van een nieuw Transformatiestation zal Elia voor de nieuwe Koppelpunten een
386 verdeelsleutel berekenen voor de indienstname op basis van de verwachtingen van de op het
387 Transformatiestation aanwezige distributienetbeheerders. Na afloop van het jaar van
388 indienstname van het Transformatiestation en op expliciete vraag van een van de betrokken
389 distributienetbeheerders, worden deze verdeelsleutels ex post gecorrigeerd op basis van de
390 reële piekwaarden of van andere verdeelsleutels die zijn goedgekeurd door alle op het
391 Transformatiestation aanwezige distributienetbeheerders. 392
393 In geval van een nieuw Koppelpunt (op een bestaand Transformatiestation) en bij ontstentenis
394 van verdeelsleutels die zijn goedgekeurd door alle op het Transformatiestation aanwezige
395 distributienetbeheerders, zal Xxxx voor de nieuwe distributienetbeheerder in eerste instantie
396 een verdeelsleutel van “0” hanteren voor het nieuwe Koppelpunt. Na afloop van het jaar van
397 indienstname van het Koppelpunt en op expliciete vraag van een van de op het
398 Transformatiestation aanwezige distributienetbeheerders, worden de verdeelsleutels ex post
399 gecorrigeerd op basis van de reële piekwaarden of van andere verdeelsleutels die zijn
400 goedgekeurd door alle op het Transformatiestation aanwezige distributienetbeheerders. Deze
401 correctie gebeurt enkel voor de maanden volgend op de indienstname. 402
403 In geval van uitdienstname van een Koppelpunt zet Xxxx in de maand volgend op de
404 uitdienstname de verdeelsleutel van de vertrekkende distributienetbeheerder op “0” en
405 verhoogt de verdeelsleutels van de achterblijvende distributienetbeheerders proportioneel tot
406 de som opnieuw 100% bedraagt. 407
408 De in- of uitdienstname van een Koppelpunt wordt gedefinieerd als het ogenblik waarop de
409 eerste distributienetgebruiker wordt aangesloten respectievelijk de laatste
410 distiributienetgebruiker definitief wordt afgekoppeld van het betrokken Koppelpunt. 411
1 Bijlage 6: Volumes met betrekking tot facturatie en
2 marktprocessen
3 1. Voorwerp
4 Deze Bijlage heeft als doel het beschrijven van de principes, de praktische modaliteiten
5 van de samenwerking tussen Xxxx en de DNB evenals de gegevensuitwisseling met
6 betrekking tot:
7 • het proces dat verband houdt met de totale infeed waarvoor er telgegevens worden
8 uitgewisseld die verband houden met enerzijds de energie uitgewisseld tussen het
9 Elia-net en het distributienet van de DNB (4.1-gegevens en 4.2-gegevens) en
10 anderzijds de energie die tussen twee distributienetbeheerders (DGO2GDO)
11 uitgewisseld wordt. Verder worden verschillende controles uitgevoerd en vormen deze
12 gegevens de basis waarop Xxxx de toegang aan de DNB kan factureren conform artikel
13 3 van deze Overeenkomst. De MIG bevat alle details betreffende deze
14 gegevensuitwisselingen De MIG wordt opgesteld zoals bepaald in de Technische
15 Reglementen Distributie;
16 • het proces gekoppeld aan de allocatie. Voorafgaand aan de allocatie stuurt de DNB
17 maandelijks een portfolio en dagelijks een provisionele allocatie naar Elia. Er worden
18 eveneens verschillende controles uitgevoerd. Deze gegevens vormen de basis
19 waarop Xxxx het onevenwicht van de BRP kan factureren. De MIG bevat alle details
20 betreffende deze gegevensuitwisselingen. De MIG wordt opgesteld zoals bepaald in
21 de Technisch Reglementen Distributie;
22 • de vergaderingen "Closing Infeed & Data Exchange" die tweemaal per jaar plaats en
23 de verantwoordelijken voor de facturatie- en marktprocessen beschreven in deze
24 Bijlage samenbrengen;
25 • de gegevensuitwisselingen tussen Xxxx en de DNB in het kader van flexibiliteit met
26 inbegrip van de inzet van ondersteunende diensten afkomstig van
27 distributienetgebruikers en dit in uitvoering van de Technische Reglementen en/of
28 andere wetgeving;
29 • het proces dat verband houdt met de gegevens uitgewisseld na een modulatie van het
30 vermogen van een decentrale productie-eenheid van een DNG, de financiële
31 compensatie van de DNB door de TNB en van de DNG door de DNB t.g.v. deze
32 modulatie van de DNG, voor zover dit voorkomt in de gewestelijke wetgeving of
33 reglementering. 34
35 2. Algemeen
36 De energie-uitwisseling tussen het Elia-net en het DNB-net gebeurt in een
37 Transformatiestation (TS), meer bepaald in de Koppelpunten vermeld in Bijlage 3. Deze
38 Koppelpunten zijn meetpunten van gemeenschappelijk belang, zowel voor Xxxx als voor
39 de DNB, voor de controle van de uitgaande en inkomende energie. In elk
40 Transformatiestation kunnen er één of meerdere distributienetbeheerders betrokken partij
41 zijn die desgevallend geïdentificeerd worden door middel van een Koppelpunt.
42 Elia en de DNB houden een lijst bij, toegevoegd als Bijlage 3, waarin de Koppelpunten
43 geïdentificeerd worden. Voor elk Transformatiestation dat wordt vermeld zal ook een
44 document "TS metering agreement" worden opgesteld en bijgewerkt in overleg tussen Xxxx
45 en de betrokken distributienetbeheerders. Deze Bijlage verwijst naar de MIG-documenten
46 voor de uitvoeringsmodaliteiten met betrekking tot metering en settlement in het kader van
47 de (pre-)allocatie. Wijzigingen aan de Transformatiestations, de Koppelpunten zelf en/of
48 aan de toestand waarin ze zich bevinden worden door beide Partijen vooraf
49 overeengekomen en respectievelijk vermeld in Bijlage 3 en/of in het voornoemde
50 document "TS metering agreement". Hiervoor zal de meest gerede Partij het initiatief
51 nemen om de andere Partij te informeren en dit, voldoende op voorhand, zodat de andere
52 Partij haar systemen kan aanpassen binnen de termijnen vereist op vlak van
53 gegevensuitwisseling. Xxxx beheert de lijst uit Bijlage 3 evenals het document "TS metering
54 agreement" en is verantwoordelijk voor het informeren van de DNB en alle
55 belanghebbende partijen telkens er zich een wijziging voordoet.
56 Energie wordt ook uitgewisseld tussen de netten van de distributienetbeheerders
57 onderling. De informatie hieromtrent wordt tussen de betrokken distributienetbeheerders
58 uitgewisseld en ook naar Xxxx gestuurd. Xxxx en de distributienetbeheerders houden een
59 lijst bij, toegevoegd aan Bijlage 3, waarin de bestaande koppels van
60 distributienetbeheerders worden geïdentificeerd. Wijzigingen aan deze koppels worden
61 door de Partijen vooraf overeengekomen en vermeld in de lijst in Bijlage 3. Hiervoor zal
62 de meest gerede Partij het initiatief nemen om de andere Partij te informeren en dit,
63 voldoende op voorhand, zodat de andere Partij haar systemen kan aanpassen binnen de
64 termijnen vereist op vlak van gegevensuitwisseling. Xxxx beheert de lijst uit Bijlage 3 en is
65 verantwoordelijk voor het informeren van de DNB en alle belanghebbende partijen telkens
66 er zich een wijziging voordoet.
67 De energie (afname en injectie) globaal bekeken op niveau van elke
68 distributienetbeheerder wordt per BRP verdeeld en dit voor elk 1/4 uur. De
69 distributienetbeheerders geven deze gegevens, allocaties genoemd, door aan de
70 toegangshouders en BRP’s. De distributienetbeheerders sturen ze ook naar Xxxx om het
71 onevenwicht van de BRP’s te kunnen factureren.
72 Een correcte bepaling van de infeed is van cruciaal belang om de settlement processen
73 correct te kunnen laten verlopen, meer bepaald voor de processen allocatie en imbalance
74 settlement. De verschillende uitwisselingen tussen het Central Market System (CMS), dat
75 opereert namens de distributienetbeheerders, en Xxxx in het kader van enerzijds de infeed
76 en settlement processen en anderzijds de uitwisselingen (meer specifiek metering per
77 kwartier) die nodig zijn voor Xxxx en/of de distributienetbeheerders voor het uitvoeren van
78 hun opdrachten zijn beschreven in de MIG–processen:
79
80 • MIG TSO: UMIG TSO – BR – SE – 02 – Electricity (zie link)
81 • MIG Allocatieproces: UMIG – BR – SE – 02 – Allocation Process Electricity (zie link) 82
83 Ingeval van tegenspraak tussen de bepalingen gerelateerd aan MIG opgenomen in Bijlage
84 6 en de MIG documentatie, hebben de bepalingen in de MIG documentatie voorrang op
85 deze in Bijlage 6.
86 3. Infeed
87 3.1 Principes
88 Teneinde een correct beeld te krijgen van de totale infeed voor een bepaalde
89 distributienetbeheerder worden er telgegevens uitgewisseld die verband houden
90 met de energie uitgewisseld van/naar die bepaalde distributie-netbeheerder. Dit
91 betreft enerzijds de energie die via een Transformatiestation uitgewisseld wordt
92 tussen het ELIA-net en het distributienet (4.1 en 4.2-gegevens) en anderzijds de
93 energie die tussen twee distributienetbeheerders (DGO2GDO) uitgewisseld wordt. 94
95 Ter controle van de uitgewisselde informatie met betrekking tot een bepaalde
96 maand worden er rapporten doorgestuurd na afloop van die maand. Deze rapporten
97 bevatten de eventueel vastgestelde verschillen tussen de informatie
98 gecommuniceerd door de partijen. 99
100 Er is enerzijds een rapport dat verband houdt met informatie over een
101 Transformatiestation (met de delta tussen 4.1 & 4.2) en anderzijds is er een rapport
102 dat verband houdt met de uitwisselingen tussen distributienetbeheerders (delta
103 tussen DGO2DGO uitwisselingsgegevens gecommuniceerd door elke
104 distributienetbeheerder). Deze rapporten worden systematisch voor de voorgaande
105 maand verstuurd. 106
107 De frequentie voor het verzenden en het formaat van de overgedragen berichten
108 door de DNB aan Xxxx in het kader van gegevensuitwisseling met betrekking tot
109 infeed zijn beschreven in de MIG-TSO.
110 | |
111 | 3.1.1 4.1-gegevens |
112 | De 4.1-gegevens stemmen overeen met de kwartierwaarden met hun actieve en |
113 | reactieve component voor elk Transformatiestation, en per richting. Het betreft de |
114 | aggregatie van gegevens afkomstig van alle tellingen/metingen in het algemeen |
115 uitgevoerd op secundair niveau van de transformatoren in hun
116 Transformatiestation en dit voor de inkomende en uitgaande energie op het Elia-
117 net, na aftrek van de gemeten of berekende gegevens van Xxxx-xxxxxxxxxx
118 aangesloten op het Transformatiestation. 119
120 Als het spanningsniveau op het meetpunt niet overeenstemt met het
121 spanningsniveau van het Koppelpunt, gedefinieerd in Bijlage 3, corrigeert Elia de
122 telgegevens met een coëfficiënt om rekening te houden met de verliezen.
123 Een dergelijke coëfficiënt kan ook worden toegepast op een meetpunt van het
124 "Trunk"-type, wanneer dit niet overeenstemt met het station en/of het
125 spanningsniveau van het Koppelpunt. Als er geen normale waarde van 0,5 % of
126 elke andere gemeenschappelijk overeengekomen waarde wordt gebruikt, zal Xxxx
127 indien nodig de waarde van deze coëfficiënt vaststellen op basis van de
128 beschikbare elektrische parameters van de aanwezige netelementen (kabels,
129 lijnen, transformator, …) tussen het meetpunt en het Koppelpunt. In dit geval
130 zullen de berekeningsmethode en ook de kenmerken van de gebruikte elektrische
131 installaties worden doorgegeven aan de betrokken distributienetbeheerders. 132
133 Bijlage 3 vermeldt de lijst van Koppelpunten waarvoor één of meerdere
134 condensatorbatterijen van Xxxx worden aangesloten op het Transformatiestation
135 en bijgevolg worden beschouwd als Xxxx-vertrekken. Wanneer voor een
136 Transformatiestation Xxxx beschikt over een telling op al deze
137 condensatorbatterijen, zal hiermee rekening worden gehouden voor de
138 berekening van de 4.1-gegevens. Zonder meter zal het reactief vermogen vermeld
139 in Bijlage 3 worden gebruikt voor het corrigeren van de 4.2-gegevens conform 140 punt 3.1.2.
141
142 Voor elk Transformatiestation worden de formules voor berekening van 4.1-
143 gegevens ter beschikking gesteld en gevalideerd door de betrokken
144 distributienetbeheerder conform punt 3.1.6. 145
146 Het beheer van de telgegevens en de overeenkomende installaties voor telling
147 met betrekking tot de uitgaande en inkomende energie op het Elia-net vanaf de
148 secondaire van de transformatoren (4.1) valt onder de verantwoordelijkheid van
149 Elia. Xxxx stelt de noodzakelijke telgegevens per Transformatiestation, via het
150 CMS, ter beschikking van de DNB. 151
152 De 4.1-gegevens worden als gecompenseerde waarden beschikbaar gesteld van
153 de distributienetbeheerders. De telgegevens van de transformatoren HS/MS en
154 de gemeten of berekende gegevens van de vertrekken van Xxxx xxxxxxxxxxx xx
155 het Transformatiestation worden aan de betrokken distributienetbeheerders ter
156 beschikking gesteld als niet-gecompenseerde waarden. Bij elke kwartierwaarde
157 hoort een kwaliteitsindex die de status van gegevensvalidatie aangeeft.
158 3.1.2 4.2-gegevens
159 De 4.2-gegevens stemmen overeen met de kwartierwaarden, met hun actieve en
160 reactieve component, voor het door de DNB afgenomen en/of geïnjecteerde
161 vermogen op het betreffende Transformatiestation. Met andere woorden: het
162 betreft de verdeling van de 4.1-gegevens over de distributienetbeheerders
163 aanwezig in een Transformatiestation. Deze verdeling, uitgevoerd door de
164 distributienetbeheerders, betreft zowel de inkomende als uitgaande energie, per
165 distributienetbeheerder, en gebeurt op basis van een overeenkomst tussen de
166 betrokken distributienetbeheerders. 167
168 Wanneer geen enkele andere distributienetbeheerder is aangesloten op het
169 Transformatiestation, moeten de 4.2-gegevens van de DNB, op kwartierbasis,
170 identiek zijn aan de 4.1-gegevens van Xxxx. 171
172 Indien er meerdere distributienetbeheerders aanwezig zijn op eenzelfde
173 Transformatiestation, dient elke distributienetbeheerder zijn 4.2-gegevens over te
174 maken aan Xxxx. De som van de 4.2-gegevens van de distributienetbeheerders
175 dient, op kwartierbasis, gelijk te zijn aan de 4.1-gegevens van Xxxx. De
176 distributienetbeheerders staan gezamenlijk in voor de coherentie van deze
177 informatie.
178
179 De 4.2-gegevens bevatten reeds de eventuele delta tussen 4.1- en 4.2- gegevens.
180 Bij inconsistentie overleggen de distributienetbeheerders en Xxxx en brengen ze,
181 indien nodig, zo snel mogelijk nuttige correcties aan. 182
183 Wanneer, ondanks de geleverde inspanningen om dit te vermijden, een delta
184 kleiner dan 0,1 % van de totale maandelijkse waarde 4.1 blijft bestaan na
185 verzending van de gevalideerde 4.2-gegevens door de distributienetbeheerders,
186 met name op M+11wd, zal deze laatste worden aanvaard en worden de 4.2-
187 gegevens van het Transformatiestation als correct beschouwd. In een dergelijk
188 geval, vanaf M+11wd, nemen de betrokken distributienetbeheerders echter het
189 initiatief om de reden van de delta te bepalen. De verbetering van de verschillen
190 wordt gemeenschappelijk door de distributienetbeheerders en Elia uitgevoerd. De
191 distributienetbeheerders en Xxxx stellen alles in het werk om de noodzakelijke
192 correcties zo vlug mogelijk uit te voeren zodanig dat deze kleine verschillen vanaf
193 de volgende maand niet meer voorkomen.
194
195 Wanneer, ondanks de geleverde inspanningen om dit te vermijden, een delta
196 groter dan 0,1 % van de totale maandelijkse waarde van de 4.1-gegevens blijft
197 bestaan na verzending van de gevalideerde 4.2-gegevens door de DNB, met
198 name op M+11wd, is een correctie vereist. Daartoe zal een vergadering worden
199 georganiseerd voor het einde van de volgende maand om een oplossing in
200 onderling overleg te vinden. Het verslag van deze vergadering is bindend voor de
201 betrokken partijen. 202
203 Als dit overleg niet tot resultaten leidt of in afwachting tot de correcte gegevens
204 definitief worden vastgesteld volgens de modaliteiten gedefinieerd in dit overleg,
205 kan Xxxx het verschil tussen de 4.1- en 4.2-gegevens verdelen, gebruikmakend
206 van de verdeelsleutel zoals beschreven in Bijlage 5 en opgelijst in Bijlage 3 voor
207 de verdeling van het Snom. 208
209 Het beheer van de telgegevens en de overeenkomende installaties voor telling
210 met betrekking tot de uitgaande en inkomende energie globaal over de afgaande
211 vertrekken in een TS van de DNB, valt onder de verantwoordelijkheid van de DNB,
212 die de noodzakelijke telgegevens, per Koppelpunt, ter beschikking stelt van Xxxx. 213
214 Op uitdrukkelijke en gemotiveerde vraag van één van de Partijen, en met name
215 voor de Transformatiestations en Koppelpunten die een specifiek foutenrisico
216 inhouden (bijv. omwille van de configuratie van de stations), kunnen de Partijen
217 overeenkomen dat de DNB één of meerdere Koppelpunten absoluut moet
218 voorzien van meetapparatuur, opdat elke distributienetbeheerder zijn eigen 4.2-
219 gegevens op een autonome manier kan berekenen of controleren. 220
221 De 4.2-gegevens worden aan Elia, via de CMS, beschikbaar gesteld als
222 gecompenseerde waarden of, desgevallend, tijdelijk niet-gecompenseerde
223 waarden (in overleg met Xxxx in afwachting van het sturen van gecompenseerde
224 waarden in de toekomst). Xxxx gebruikt systematisch de gecompenseerde 4.2-
225 gegevens om de factuur op te stellen.
226 Bij elke kwartierwaarde hoort een kwaliteitsindex die de status van
227 gegevensvalidatie aangeeft. 228
229 Bijlage 3 bevat de lijst van Koppelpunten waarvoor de 4.2-gegevens door de
230 distributienetbeheerders naar Xxxx worden gestuurd. 231
232 Wanneer meerdere distributienetbeheerders aanwezig zijn in hetzelfde
233 Transformatiestation en Xxxx niet over alle 4.2-gegevens met betrekking tot
234 reactieve energie (capacitief en inductief) beschikt, wordt de verdeling van
235 reactieve energie onder de distributienetbeheerders berekend op basis van de
236 absolute waarde van het geïnjecteerde en afgenomen actief vermogen op
237 kwartierbasis van de respectievelijke distributienetbeheerders. 238
239 Indien er meerdere distributienetbeheerders aanwezig zijn in hetzelfde
240 Transformatiestation en Elia over alle 4.2-gegevens met betrekking tot de
241 reactieve (capacitieve en inductieve) energie beschikt, maar er is een verschil ten
242 opzichte van de 4.1-gegevens van meer dan 2%, wordt de verdeling van de
243 reactieve energie tussen de distributienetbeheerders berekend op basis van de
244 absolute waarde van het geïnjecteerde en afgenomen actief vermogen op
245 kwartierbasis van de respectievelijke distributienetbeheerders. 246
247 Bijlage 3 vermeldt de lijst van Koppelpunten waarvoor een of meerdere
248 condensatorbatterijen van Xxxx worden aangesloten op het Transformatiestation
249 en bijgevolg worden beschouwd als Xxxx-vertrekken. Wanneer Xxxx, voor een
250 Transformatiestation, niet beschikt over een telling voor alle
251 condensatorbatterijen, wordt het reactief vermogen vermeld in Bijlage 3 gebruikt
252 voor het corrigeren van de reactieve 4.2-gegevens (berekend door Xxxx of
253 ontvangen van de distributienetbeheerders) die Xxxx gebruikt om de factuur op te
254 stellen. In de praktijk zal de capacitieve component van de 4.2-gegevens, op
255 kwartierbasis, worden verminderd met het reactief vermogen op de
256 exploitatiespanning. Wanneer meerdere distributienetbeheerders aanwezig zijn in
257 een Transformatiestation, gebeurt deze vermindering in verhouding tot de
258 absolute waarde van het actief vermogen op kwartierbasis afgenomen en
259 geïnjecteerd door de distributienetbeheerders.
260 3.1.3 Uitwisseling van energie tussen de distributienetbeheerders (DGO2DGO)
261 Het betreft energie uitgewisseld tussen distributienetbeheerders voor de koppels
262 van bestaande distributienetbeheerders geïdentificeerd en vermeld in Bijlage 3.
263 De telgegevens hieromtrent worden uitgewisseld tussen de betrokken
264 distributienetbeheerders en naar Elia gestuurd. In de praktijk bezorgt de DNB aan
265 Elia de globale energie op kwartierbasis uitgewisseld met distributie-
266 netbeheerders, en dit per distributienetbeheerders en afzonderlijk voor energie die
267 geïnjecteerd wordt, én voor energie die afgenomen wordt. 268
269 De gegevens die worden doorgegeven door de betrokken distributienetbeheerder
270 voor een uitwisseling (distributienetbeheerders-koppel) moeten, op kwartierbasis,
271 identiek zijn. De betrokken distributienetbeheerders staan gezamenlijk in voor de
272 coherentie van deze informatie. 273
274 Bij inconsistentie overleggen de betrokken distributienetbeheerders, als
275 verantwoordelijken voor gegevens met betrekking tot uitwisselingen tussen
276 distributienetbeheerders, en brengen ze, indien nodig, zo snel mogelijk nuttige
277 correcties aan. Indien nodig zal Xxxx, voor een bepaald koppel
278 distributienetbeheerders en met toestemming van de betrokken
279 distributienetbeheerders, de gegevens over de uitwisseling van de eerste
280 distributienetbeheerder aanpassen met de gegevens over de uitwisseling
281 doorgegeven door de tweede distributienetbeheerder. 282
283 Wanneer, ondanks de inspanningen die werden gedaan om dit te vermijden, er
284 zich een maandelijkse delta (voor een bepaald distributienetbeheerders-koppel)
285 lager dan 10.000 kWh blijft voordoen na de verzending van de gevalideerde
286 DGO2DGO-gegevens door de distributienetbeheerders, met name op M+11wd,
287 zal deze delta worden aanvaard en worden de gegevens over de uitwisseling als
288 correct beschouwd, en Xxxx meent deze delta op zich.
289 In een dergelijk geval, vanaf M+11wd, nemen de betrokken distributie-
290 netbeheerders echter het initiatief om de reden van de delta te bepalen. De
291 verbetering van de verschillen wordt gemeenschappelijk door de
292 distributienetbeheerders en Elia uitgevoerd. De distributienetbeheerders en Elia
293 stellen alles in het werk om de noodzakelijke correcties zo vlug mogelijk uit te
294 voeren zodat deze kleine verschillen vanaf de volgende maand niet meer
295 voorkomen. 296
297 Wanneer, ondanks de geleverde inspanningen om dit te vermijden, een
298 maandelijkse delta (voor een bepaald distributienetbeheerders-koppel) groter dan
299 10.000 kWh blijft voordoen na verzending van de gevalideerde gegevens
300 DGO2DGO, met name op M+11wd, zal een correctie vereist zijn. Indien nodig zal
301 een vergadering worden georganiseerd om een oplossing in overleg te vinden.
302 Het verslag van deze vergadering is bindend voor de betrokken partijen.
303 Als dit overleg niet tot resultaten leidt of in afwachting tot de correcte gegevens
304 definitief worden vastgesteld volgens de modaliteiten gedefinieerd in dit overleg,
305 mag Xxxx de delta in gelijke delen verdelen tussen de twee betrokken
306 distributienetbeheerders. 307
308 De gegevens over de uitwisseling zullen aan Xxxx, via de CMS, beschikbaar
309 worden gesteld als niet-gecompenseerde waarden. Bij elke kwartierwaarde hoort
310 een kwaliteitsindex die de status van gegevensvalidatie aangeeft. 311
312 De DNB verwittigt Xxxx op voorhand van de activering van elke nieuwe uitwisseling. 313
314 3.1.4 Deltarapport TS
315 Het Deltarapport TS dient ter controle van de coherentie van gegevens op het
316 niveau van een Transformatiestation: het bevat, op kwartierbasis, de 4.1-
317 gegevens, 4.2-gegevens en hun verschil. 318
319 De betrokken distributienetbeheerders gebruiken dit rapport om zo snel mogelijk
320 elke fout of inconsistentie te detecteren en, indien nodig, de nodige corrigerende
321 maatregelen te treffen conform de principes vermeld in punt 3.1.2. 322
323 3.1.5 Deltarapport uitwisseling
324 Dit betreft het rapport dat dient om de coherentie te controleren van energie-
325 uitwisselingen tussen distributienetbeheerders. Dit rapport bevat, op kwartierbasis
326 en voor elk -koppel distributienetbeheerders opgenomen in Bijlage 3, de globale
327 uitwisselingsgegevens zoals ontvangen door Xxxx xxx xxxx
328 distributienetbeheerder, evenals het verschil tussen de twee. 329
330 De betrokken distributienetbeheerders gebruiken dit rapport om zo snel mogelijk
331 elke fout of inconsistentie te detecteren en, indien nodig, de nodige corrigerende
332 maatregelen te treffen conform de principes vermeld in punt 3.1.3. 333
334 3.1.6 Overeenkomst betreffende vergelijkingen van tellingen en uitwisseling van
335 informatie met betrekking tot een Transformatiestation: "TS metering agreement"
336 Voor elk Transformatiestation wordt een document "TS metering agreement"
337 opgesteld en bijgewerkt in overleg tussen Xxxx en de betrokken
338 distributienetbeheerder(s). 339
340 Dit document bevat ten minste de volgende informatie:
341 • De beschrijving van de meetpunten gebruikt om de 4.1-gegevens te
342 berekenen, met inbegrip van hun namen, EAN en types (Transformer, Trunk,
343 Condensatorbatterij enz.);
344 • De formules gebruikt voor de berekening van de 4.1-gegevens;
345 • De informatie nodig voor het uitwisselen van de 4.1-gegevens met de
346 betrokken distributienetbeheerders, met inbegrip van het bijhorende EAN;
347 • De informatie nodig voor uitwisseling van de 4.2-gegevens met Xxxx, met
348 inbegrip van de EAN in afname en injectie.
349
350 In de praktijk wordt dit document opgesteld en bijgewerkt door Xxxx na elke
351 wijziging (zowel voor informatie met betrekking tot 4.1-gegevens als 4.2-
352 gegevens). Daarom zal de meest gerede Partij het initiatief nemen om de andere
353 betrokken partij(en) te informeren om de informatie bij te werken.
354 Nadat Xxxx en de betrokken distributienetbeheerders de inhoud hebben
355 gevalideerd, zal Xxxx dit document beschikbaar stellen aan de distributie-
356 netbeheerders aanwezig in het Transformatiestation via het IT-platform "Customer
357 HUB".
358 3.1.7 Verwerking van hulpdienstenverbruik op het Transformatiestation
359 Bijlage 3 bevat de lijst van Koppelpunten waar een hulpdienstentransformator (in
360 bedrijf of als back-up) of een condensatorbatterij is aangesloten op een MS-railstel
361 van het Transformatiestation, wat bijgevolg wordt beschouwd als een vertrek van
362 Elia.
363 In dit geval en indien Xxxx beschikt over een telling op dit vertrek, worden de daaruit
364 voortkomende telgegevens in rekening gebracht bij de berekening van de 4.1-
365 gegevens. Indien Xxxx niet over een telling beschikt, overleggen de Partijen om het
366 belastingprofiel te bepalen, het redelijkerwijs toepasbare tarieftype evenals de
367 methode om dit verbruik aan te rekenen aan Xxxx (specifieke factuur of het
368 toekennen door de DNB van het overeengekomen belastingprofiel aan een
369 generiek speciaal hiervoor gemaakt EAN, door Xxxx op te nemen in een
370 leveringscontract).
371 4. Allocatie
372 4.1 Principes
373 Voorafgaand aan de allocatie worden een aantal gegevens uitgewisseld tussen
374 de DNB en Elia. De DNB stuurt via het CMS maandelijks een portfolio en dagelijks
375 een provisionele allocatie. 376
377 De frequentie voor het verzenden en het formaat van de overgedragen berichten
378 door de DNB aan Xxxx met betrekking tot de allocatie zijn beschreven in de MIG-
379 TSO.
380 4.1.1. Portfolio
381 De DNB stuurt Xxxx via het CMS maandelijks een overzicht per BRP en per richting
382 voor elke dag van de maand M de geaggregeerde geschatte jaarverbruiken van
383 alle toegangspunten met klassieke en digitale meters. 384
385 4.1.2. Provisionele allocatie
386 Om de markt te voorzien van een meer frequentere uitwisseling van allocatie-
387 gegevens is er een proces voor dagelijkse iteratieve schatting van de allocatie.
388 Het betreft meer bepaald een dagelijks (informatief) provisionele allocatieproces
389 dat via een iteratief mechanisme voorziet in een geleidelijke aanvulling/
390 verbetering van de dagelijkse gegevens voor de reeds voorbije periode van de
391 maand M.
392 4.1.3. Allocatie
393 Het maandelijkse allocatieproces verdeelt de infeed per distributienetbeheerder,
394 per kwartier en per BRP. Het betreft de berekening van de maandelijkse
395 allocatievolumes per kwartier van een bepaalde maand M, voor zowel
396 productie/injectie als consumptie/afname, uitgevoerd op basis van reële volumes
397 en schattingen. De berekening van de allocatie is gebaseerd op de infeed
398 berekend door de DNB conform MIG. Deze allocatievolumes, ook allocaties
399 genoemd, worden door de DNB bezorgd aan de toegangshouders, BRP’s en
400 eveneens aan Xxxx. 401
402 In de praktijk stuurt de DNB de niet-gecompenseerde kwartierwaarden per BRP
403 door naar Xxxx. 404
405 De lijst van de BRP’s is beschikbaar op de website van Xxxx (xxx.xxxx.xx). 406
407 Indien er een allocatiefout gevonden wordt door een marktpartij en deze
408 overschrijdt de ‘re-run’-criteria (zoals bepaald in MIG Allocatieproces), dan
409 herberekent de DNB de allocatie zo snel mogelijk en stelt de nieuwe
410 allocatievolumes ter beschikking van Xxxx. In dit geval zal de DNB met Xxxx contact
411 opnemen om de ‘re-run’ van de allocatie aan te kondigen, waarbij hij de
412 betreffende periode en de datum van verzending van nieuwe gegevens aangeeft. 413
414 4.1.4. PBO-rapport (post-allocatiecontrole)
415 Conform de MIG-processen voert Xxxx een verificatie van de coherentie tussen de
416 infeed waarvan zij kennis heeft (samengesteld uit 4.2-gegevens en de
417 uitwisselingen tussen de distributienetbeheerders) en de allocatieresultaten (deel
418 "verbruik" en deel "productie") uit. Het betreft een post-allocatiecontrole waarvan
419 het resultaat "Pertes de BOuclage" (PBO) wordt genoemd, overgemaakt aan de
420 DNB middels het PBO-rapport. 421
422 4.1.5. BRP PBO
423 Conform het MIG-proces moet de term "Pertes de BOuclage" (PBO) beschreven
424 in punt 4.1.4 worden toegekend aan een BRP. Daartoe zal een BRP
425 verantwoordelijk voor PBO worden aangesteld door de DNB. De DNB bezorgt aan
426 Xxxx de naam van de PBO-verantwoordelijke van de DNB en zijn GLN-code, ten
427 laatste 10 werkdagen voor de inwerkingtreding van de wijziging. 428
429 Bij een PBO niet gelijk aan nul zal het bedrag vallen onder de verantwoordelijkheid
430 van de BRP die bij de DNB instaat voor PBO.
431
432 5. Afsluitende vergadering van de facturatie- en
433 marktprocessen
434 De vergaderingen "Closing Infeed & Data Exchange" vinden tweemaal per jaar plaats en
435 brengen de verantwoordelijken voor de facturatie- en marktprocessen beschreven in deze
436 Bijlage samen.
437
438 Tijdens deze vergadering stellen Xxxx en de DNB alles in het werk om de fouten die nog
439 steeds aanwezig zouden zijn te corrigeren (ongeacht het niveau van de 4.1-gegevens,
440 4.2-gegevens, DGO2DGO of allocaties). 441
442 Met het oog daarop verbinden de Partijen zich tot het:
443 Identificeren van de Transformatiestations die een groter risico op fouten bevatten te wijten
444 aan, bijvoorbeeld, de veranderingen sinds de laatste vergadering, de
445 aansluitingscomplexiteit van de installaties, aan de aanwezigheid van netgebruikers
446 rechtstreeks aangesloten op het Elia-net, aan de aanwezigheid van
447 middenspanningsverbindingen enz… en analyseren ze deze in detail;
448 Uitwisselen van alle nuttige documentatie om toe te laten een berekeningsfout te
449 detecteren (schema van het Transformatiestation, nieuwe aansluitingen bij de DNB,
450 enz…);
451 Plaatsen van bijkomende meetapparatuur indien nodig;
452 Uitvoeren van andere controles die toelaten om meet- of berekeningsfouten te ontdekken.
453 Het document "TS metering agreement" dient als basis voor elke analyse.
454 Het samen overlopen van alle Transformatiestations vermijdt echter niet elk foutrisico.
455 Tijdens deze vergadering valideren de distributienetbeheerders definitief de PBO-
456 rapporten voor de periode van de 6 maanden waarvoor geen reruns meer zijn toegestaan.
457 Daarnaast geven de distributienetbeheerders een lijst van reruns uitgevoerd tijdens deze
458 periode door aan Xxxx.
459 Het verslag van de vergadering is goedgekeurd en bindend voor alle partijen, behalve
460 indien er elementen onbekend waren op het ogenblik van de vergadering, die de
461 geacteerde beslissingen in vraag zouden stellen. De partijen zullen opnieuw afstemmen
462 om in voortkomend geval tot een nieuwe beslissing te komen. 463
464 6. Gegevensuitwisseling in het kader van flexibiliteit en
465 ondersteunende diensten
466 Dit hoofdstuk beschrijft de gegevensuitwisselingen tussen Xxxx en de DNB in het kader
467 van flexibiliteit en de inzet van ondersteunende diensten.
468 Partijen werken samen om de levering van frequentie-gerelateerde ondersteunende
469 diensten vanuit het DNB-net te faciliteren. Xxxx en de DNB specifiëren de voorwaarden en
470 informatie-uitwisseling die nodig is voor de Kwalificatieprocedure van de DNG ten aanzien
471 van de DNB voor deelname aan deze diensten en de effectieve levering ervan, volgens
472 de verantwoordelijkheden bepaald in artikel 182 van de Verordening SO GL. Deze
473 voorwaarden worden vastgelegd in de dienstencatalogus van de overeenkomst FSP-
474 DNB.
475
476 Tijdens de Kwalificatieprocedure van de op zijn net aangesloten DNG heeft elke DNB
477 conform het artikel 182 van de Verordening SO GL en de toepasselijke wetgeving het
478 recht om limieten vast te stellen wat betreft de levering van flexibiliteit of ondersteunende
479 diensten of om de levering van flexibiliteit of ondersteunende diensten in zijn net uit te
480 sluiten op basis van redenen van operationele veiligheid, in geval van uitzonderlijke
481 netuitbatingsomstandigheden of in het kader van een noodsituatie. Het vaststellen van
482 deze limieten gebeurt via de Network Flexibility Study (NFS) zoals beschreven in het
483 Synergrid voorschrift C8/01. Het resultaat van de Kwalificatieprocedure wordt aan de
484 aanvrager en aan Xxxx gecommuniceerd. 485
486 Conform de toepasselijke wetgeving staat elke Partij in voor het beheren van de
487 netgebruikers aangesloten op zijn net ongeacht in welke markt of aan welk product deze
488 deelnemen. Elke Partij beheert hiertoe, desgevallend in zijn rol als databeheerder, een
489 flexibiliteitstoegangsregister en een flexibiliteitsactivatieregister voor de netgebruikers
490 aangesloten op zijn net waarin de relevante parameters worden bijgehouden, en staat
491 maximaal in voor de berekeningen en ondersteunende processen van de netgebruikers
492 aangesloten op zijn net. 493
494 Xxxxxxxxxxx heeft Xxxx als balanceringsverantwoordelijke en als FRP voor frequentie-
495 gerelateerde ondersteunende diensten nood aan bepaalde informatie-uitwisselingen met
496 de eenheden of groepen die frequentie-gerelateerde ondersteunende diensten leveren. 497
498 Gelet op de synergievoordelen m.b.t. deze informatie-uitwisselingen tussen DNB en TNB
499 enerzijds en de netgebruiker anderzijds, en onverminderd de taken die elk van de Partijen
500 conform zijn wettelijke opdracht heeft, werken Xxxx en de DNB samen, waar relevant en
501 zonder afbreuk te doen aan de rollen en verantwoordelijkheden van Partijen, m.b.t. het
502 verzamelen, berekenen, verwerken en bezorgen aan de betrokken marktpartijen van de
503 informatie nodig voor de berekening van relevante volumes (zoals het flexibiliteitsvolume)
504 en vermogens per dienstverleningspunt voor flexibiliteit, bijvoorbeeld in het kader van de
505 kwalificatieprocedure of monitoring van bepaalde flexibiliteitsdiensten en de bepaling van
506 de referentiecurve van het elektriciteitsafname- en -injectieprofiel, conform de regels die
507 voor de betrokken flexibiliteitsdienst of ondersteunende dienst worden bepaald, in het
508 kader van gereguleerde producten van de transmissienetbeheerder en in het kader van
509 de valorisatie van de flexibiliteit die een energieoverdracht meebrengt. Dit geldt minstens
510 voor de toegangs- en allocatiepunten op het distributienet die deelnemen aan
511 gereguleerde producten en diensten van de transmissienetbeheerder. 512
513 De Partijen beheren hiertoe een gezamenlijke FlexHub, om een efficiënte en betrouwbare
514 uitwisseling van gegevens tussen de Partijen te bewerkstelligen die nodig zijn voor de
515 controle en verrekening van de flexibiliteitsdiensten conform de dienstencatalogus van de
516 overeenkomst FSP-DNB, met uitzondering van FCR en anderzijds om de
517 gegevensuitwisseling met de verschillende marktpartijen mogelijk te maken. Binnen deze
518 FlexHub wordt ook de functionaliteit omtrent “energieoverdracht” geborgd. 519
520 De Partijen kennen het beheer van de FlexHub in onderling overleg toe aan een van de
521 Belgische publieke elektriciteitsnetbeheerders, onder de rol van FlexHub operator. De
522 FlexHub operator staat in voor het operationeel beheer van de gegevens en de
523 berekeningen in de FlexHub. Via de FlexHub staat elk van de Partijen in voor:
524 • het beheren van de contactgegevens van de betrokken marktpartijen;
525 • het controleren van de aanwezigheid, de volledigheid en de integriteit van alle
526 gegevens in de FlexHub;
527 • het ter beschikking stellen aan de betrokken marktpartijen van de voor hen benodigde
528 gegevens, resultaten of aggregaties, om zo een optimale marktwerking te faciliteren.
529 • het aggregeren van de volumes van de geleverde flexibiliteit op zijn net op het niveau
530 van de regelzone volgens de regels van de energieoverdracht;
531 • het ter beschikking stellen aan de dienstverleners van flexibiliteit en leveranciers van
532 bijkomende noodzakelijke gegevens, resultaten of aggregaties.
533 Partijen nemen de nodige initiatieven om de datakwaliteit in de onderlinge gegevens-
534 uitwisseling te borgen. 535
536 Partijen wisselen overeenkomstig de wettelijke bepalingen daartoe alle noodzakelijke
537 informatie uit met alle relevante marktdeelnemers. 538
539 Partijen erkennen dat individuele meetwaarden en data, ongeacht de granulariteit en
540 frequentie ervan, steeds de eigendom zijn van de netgebruiker. 541
542 Bijgevolg erkennen Partijen dat voor zover Xxxx niet over een specifiek mandaat van de
543 betrokken netgebruiker beschikt voor het bekomen van individuele meetwaarden en data,
544 Xxxx met inachtneming van alle toepasselijke wettelijke bepalingen terzake, enkel toegang
545 krijgt tot de nodige individuele meetwaarden en data in het kader van haar wettelijke taken,
546 zoals desgevallend opgenomen in de respectievelijke overeenkomsten tussen Xxxx, in zijn
547 hoedanigheid van FRP, en de leveranciers van de gereguleerde diensten. 548
549 Partijen werken samen om de toegang tot deze individuele meetwaarden en data zo
550 efficiënt mogelijk te operationaliseren, onverminderd de rollen en verantwoordelijkheden
551 die elk van de Partijen conform zijn wettelijke opdracht heeft en onverminderd de wettelijke
552 bepalingen inzake de behandeling van persoonsgegevens. 553
554 | 7. | Gegevensuitwisseling in het kader van compensatie bij |
555 | Modulatie Principes | |
556 | 7.1. | Principes |
557 Indien een DNG, die beschikt over een aansluitingscontract met flexibele toegang, een
558 Modulatieconsigne ontvangt op vraag van Xxxx om zijn productie te verminderen en indien
559 de DNG recht heeft op een financiële compensatie in uitvoering van de gewestelijke
560 reglementering, indien van toepassing, zullen de DNB en Elia de informatie uitwisselen die
561 noodzakelijk is voor de berekening van de financiële compensatie van de DNG.
562 7.2. Proces van gegevensuitwisseling tussen de DNB en Elia
563 Een trimestrieel proces is voorzien voor productie-eenheden met een vermogen groter dan
564 250 kVA en een jaarlijks proces is voorzien voor productie-eenheden met een vermogen
565 kleiner dan of gelijk aan 250 kVA.
566 De DNB stuurt per e-mail aan Xxxx het rapport met de informatie aangaande de vermindering
567 van de productie in de loop van de maand X volgend op het betrokken trimester (maanden
568 X-1, -2, -3) of op het betrokken jaar (in principe voor de 10de werkdag van de maand X).
569 Xxxx voert een controle uit en bevestigt de rapportering van de DNB aan het begin van de
570 maand X+1 (in principe de 5de werkdag van de maand X+1).
571 Indien Xxxx vragen of bedenkingen heeft bij de rapportering, zal ze een bilaterale
572 vergadering beleggen met de DNB.
573 De bilaterale vergadering tussen Elia en de DNB zal in de loop van de maand X+1
574 plaatsvinden. 575
576 7.3. Proces van de financiële compensatie
577 De betaling van de financiële compensatie aan de DNG moet gebeurd zijn voor het einde
578 van de maand X+2. Xxxx en de DNB coördineren de berekening van de financiële
579 compensatie. Voor Wallonië baseren ze zich hiervoor op het Synergrid voorschrift C8/04.
580 De DNB betaalt de financiële compensatie aan de DNG en Xxxx voert een terugbetaling uit
581 aan de DNB van deze financiële compensatie binnen dezelfde termijn. 582
1 Bijlage 7: Planning van de netten
2 Voorwerp
3 Deze Bijlage heeft tot doel om de principes rond de planning van de netten te beschrijven,
4 evenals de praktische samenwerkingsmodaliteiten en de gegevensuitwisseling tussen Xxxx en
5 de DNB.
6
7 Concreet bevat deze Bijlage een beschrijving van de modaliteiten van de
8 gegevensuitwisseling tussen Xxxx en DNB, de planningsprincipes van de netontwikkelingen
9 evenals de coördinatie van het ontwerp van projecten met betrekking tot de interface tussen
10 het Elia-net en het DNB-net.
11 Gegevens- en informatie-uitwisseling betreffende de planning van
12 de netten
13 2.1 Algemeenheden
14 De gegevens zullen ter beschikking gesteld worden voor zover ze beschikbaar zijn
15 bij diegene (DNB of Elia) die ze moet leveren. Bovendien verbinden DNB en Elia
16 zich ertoe om alle redelijke inspanningen te leveren om gegevens ten behoeve van
17 de andere Partij, en die te leveren zijn door derde partijen, te bekomen. 18
19 Behalve indien anders aangegeven gebeurt de hieronder beschreven informatie-
20 uitwisseling en uitwisseling van structurele gegevens eenmaal per jaar of eventueel
21 op ad hoc basis in geval van belangrijke wijziging(en). 22
23 Wat kwartiergegevens uit tellingen betreft of gegevens daarvan afgeleid, streven de
24 Partijen naar een maandelijkse automatische uitwisseling van gevalideerde
25 gegevens. Het formaat voor deze gegevensuitwisseling zal in onderling akkoord
26 worden vastgelegd en zal zoveel mogelijk gebaseerd zijn op de standaard in de
27 MIG.
28
29 2.2 Lijst van de gegevens die de DNB aan Xxxx moet bezorgen
30 2.2.1 Algemene informatie
31 Bij voorkeur per LGL, indien niet mogelijk, per Xxxx transformator:
32 ▪ de lijst van alle aanpassingen aan DNB-infrastructuur die een versterking
33 kunnen nodig maken in het Elia-net;
34 ▪ in voorkomend geval, de instelgegevens van de beveiligingen op de
35 installaties van DNB met inbegrip van de MS-cellen van de HS/MS
36 transformatoren in het kader van optie 2, zoals gedefinieerd in Bijlage 8;
37 ▪ de bijdrage aan het kortsluitvermogen vanuit het MS-net ter hoogte van
38 het MS-railstel ;
39 ▪ op aanvraag de gegevens die nodig zijn voor een veilige exploitatie van
40 het net, voor zover de DNB er weet van heeft. 41
42 2.2.2 Spanningsregeling
43 Per Transformatiestation:
44 ▪ op aanvraag alle gegevens die nodig zijn voor de evaluatie van de impact
45 op de kwaliteit van de spanning op het Transformatiestation of het MS-
46 Onderstation1, voor zover gekend.
47 2.2.3 Belasting
48 Bij voorkeur per LGL, indien niet mogelijk, per transformator en per
49 Belastingsgeheel:
50 ▪ kan Xxxx de gegevens gebruiken die de DNB heeft overgemaakt in het
51 kader van processen voor facturatie van de toegang (cf. Bijlage 6) ten
52 behoeve van de netplanning, en dit teneinde de bijkomende uitwisseling
53 van gegevens te beperken te wijten aan onderstaande punten;
54 ▪ de som van de feedertellingen voor de gevallen waar een controle nodig
55 is van de LGL waar meerdere distributienetbeheerders aanwezig zijn of
56 in het geval van een speciale configuratie van het MS-Onderstation;
57 ▪ de gevalideerde tellingen van de rechtstreekse netgebruikers afnemers
58 met een contractueel vermogen ≥ 5MVA.
59 IDENTIFICATE
60 ▪ Op het niveau van de netgebruiker: EAN-code (DNB) van de netto-
61 afname.
62 GEGEVENS VAN DE NETGEBRUIKER
63 ▪ Display name (user friendly name) van de klant.
64 ▪ Gegevens van de sector. Het formaat van deze gegevens zal in
65 overleg tussen de Partijen worden bepaald. 66
67 Per Belastingsgeheel afname:
68 ▪ de in het kader van de planning voorziene definitieve verschakelingen
69 (tijdelijke verschakelingen voor onderhoud hoeven niet vermeld te
70 worden) van minimum 1 MVA (idealiter 0,4 MVA indien bekend door de
71 DNB) en/of boven de 5% van de belastingspiek van het Belastingsgeheel,
72 tussen de LGL’s, voor de komende jaren;
73 ▪ de gegevens over de tendentiële evolutieprognoses van de reële
74 afnames op elk LGL, zoals vastgelegd in de Technische Reglementen
75 Distributie;
76 ▪ alle inlichtingen betreffende de verwachte punctuele toenames van de
77 afnames (eindafnames ≥ 1 MVA) (indien mogelijk ≥ 0,4 MVA) door
78 nieuwe netgebruikers of specifieke verhogingen bij bestaande
79 netgebruikers.
80
81 De Partijen komen overeen om af te stemmen met het oog op een analyse van de
82 mogelijkheid om te evolueren naar een communicatie door de DNB van de bruto
83 belastingscurve evenals de verwachting van zijn evolutie.
84 2.2.4 Productie
85 De verwachtingen in verband met de evolutie van de productie-eenheden
86 aangesloten op elke LGL en op het DNB-net, wordt door de DNB aan Xxxx xxxxxxx
87 per LGL of indien niet mogelijk per transformator HS/MS.
1 Voorbeelden van situaties waar een dergelijke informatie-uitwisseling nodig is: “Stadium 3 storende installatie of installatie met MS compensatiemiddelen (condensatorenbatterij, filters, SVC,..)”
88 Per productie-eenheid (≥ 0,4MW of lager in uitvoering van de gewestelijke
89 reglementering, indien van toepassing ):
90 ▪ de gevalideerde telgegevens, voor zover deze gegevens beschikbaar
91 zijn;
92 ▪ de aansluitingsprojecten van productie-eenheden;
93 ▪ om tot een duidelijke omschrijving van de productie-eenheid te komen, is
94 de volgende relevante informatie nodig, voor zover gekend door de DNB
95 (volgens het overeengekomen Excel-template, inclusief de te gebruiken
96 keuzelijst die gezamenlijk werd samengesteld. De in te vullen velden zijn
97 in de template aangeduid als verplicht of facultatief). De DNB past het
98 bestand aan en bezorgt het aan Xxxx op maandelijkse basis. 99
100 IDENTIFICATIE
101 ▪ Een eenvormige identificatie die het mogelijk maakt om de
102 productie-eenheid zeer duidelijk tijdens heel de levenscyclus te
103 volgen.
104 ▪ Op het niveau van de productie-eenheid/een groep identieke
105 productie-eenheden of een netgebruiker: EAN Code (DNB) van de
106 netto-afname en van de netto-injectie.
107 ▪ Indien beschikbaar, EAN Code (DNB) van de bruto productie op het
108 niveau van de productie-eenheid/een groep van identieke
109 productie-eenheden.
110 PRODUCTIEGEGEVENS
111 ▪ Display name (‘user friendly’ name) van de productie-eenheid,
112 indien mogelijk de naam medegedeeld aan de regulator.
113 ▪ De naam van de netgebruiker die eigenaar is van de productie-
114 eenheid.
115 ▪ Power Plant Type (conform de mogelijkheden in de template).
116 ▪ Brandstof (conform de mogelijkheden in de template).
117 ▪ Geïnstalleerd vermogen (maximaal vermogen) coherent met de
118 geleverde telgegevens op het niveau van de individuele productie-
119 eenheid indien de telgegevens ermee overeenstemmen of op het
120 niveau van de geleverde telgegevens (voor een groep van
121 verscheidene gelijkaardige productie-eenheden of van een
122 netgebruiker). Het is het geïnstalleerde elektrische vermogen dat
123 gebruikt wordt om de aansluitbare capaciteit te berekenen.
124 ▪ Contractueel aansluitingsvermogen van de gerapporteerde
125 productie-eenheid.
126 ▪ Spanningsniveau van de aansluiting kant DNB. 127
128 LOCALISATIEGEGEVENS
129 ▪ LGL van de Elia-aansluiting (behalve als het niet mogelijk is, per
130 Xxxx xxxxxxxxxxxxx) van de productie-eenheid (eventueel link naar
131 de bestaande belasting in de ‘Elia belastingsvooruitzichten’ indien
132 de productie met een bepaalde belasting verbonden is).
133 ▪ Lokalisatie van de productie-eenheid (gemeente en postcode,
134 adres).
135
136 STATUS
137 ▪ De specifieke contractuele afspraken van de productie-installatie.
138 De Partijen komen overeen om te komen tot een benaming en een
139 onderverdeling die geschikt is voor alle Gewesten.
140 ▪ Het vermogen volgens het toegangstype.
141 ▪ MSI (indienststellingsdatum) voor de toekomstige eenheden is een
142 aanduiding van de geplande indienststellingsdatum voorzien. Wordt
143 deze datum niet meegedeeld, dan zal Xxxx de datum van invoering
144 in het systeem + 5 jaar gebruiken.
145 ▪ MHS (uitdienstnamedatum). 146
147 BIJKOMENDE GEGEVENS OVER DE STATUS VAN DE PRODUCTIE-
148 PROJECTEN
149 ▪ Vorderingsstaat van de projecten. 150
151 Voor de productie-eenheden waarvan de gegevens niet worden uitgewisseld
152 zoals hierboven beschreven, zijn de volgende geaggregeerde gegevens te
153 leveren, voor zover gekend door de DNB:
154 ▪ een eenvormige identificatie van deze aggregatie die het mogelijk maakt
155 om deze gedurende heel de levenscyclus op te volgen (een aparte
156 toevoeging moet echter voorzien worden voor de huidige en toekomstige
157 producties) per productietype;
158 ▪ het totaal van de geïnstalleerde capaciteit;
159 ▪ het LGL van de Elia-aansluiting (eventueel link naar het station/de
160 belasting in de ‘Elia belastingsvooruitzichten’ indien de productie met een
161 bepaalde belasting is gelinkt). 162
163 De in het kader van de planning voorziene definitieve productie- of
164 capaciteitsoverdrachten van een LGL naar een andere (de tijdelijke productie-
165 overdrachten voor onderhoud hoeven niet vermeld te worden) die met Xxxx zijn
166 overeengekomen (conform punt 2.5 van deze Bijlage) moeten aan Xxxx xxxxxx
167 worden via een update van de lijst van bestaande en/of toekomstige productie-
168 eenheden.
169
170 De Partijen zullen overleggen met het oog op een analyse van de mogelijkheid
171 om te evolueren naar een communicatie door de DNB van de bruto injectiecurves
172 evenals de inschatting van hun evolutie. 173
174 2.3 Lijst van de gegevens die Elia moet bezorgen aan de DNB
175 2.3.1 Algemene informatie
176 Per LGL (indien beschikbaar) of per Transformatiestation:
177 ▪ het kortsluitvermogen geïnjecteerd door het Elia-net naar het railstel op
178 middenspanning op aanvraag en met een termijn van 10 werkdagen, voor
179 zover de info al niet beschikbaar is;
180 ▪ het indicatief kortsluitvermogen geïnjecteerd door het Elia-net in normale
181 uitbatingsituatie op het elektrisch meest nabije knooppunt op het Elia-net
182 waarop de info beschikbaar is;
183 ▪ de fasehoekverdraaiing van de spanning ten opzichte van de referentie
184 in normale uitbatingsituatie op het elektrisch meest nabije knooppunt op
185 het Elia-net waarop de info beschikbaar is en op basis van het Elia-net
186 | (d.w.z. zonder decentrale productie) op aanvraag, voor zover de info al | |
187 | niet beschikbaar is, en dit met een termijn van 10 werkdagen; | |
188 | ▪ de exploitatiewijze zoals overeengekomen tussen Xxxx en de DNB en | |
189 | zoals beschreven in Bijlage 11, met daarin de exploitatietopologie in | |
190 | normale uitbatingsituatie en de aardingswijze van de nulpunten; | |
191 | ▪ de elektrische kenmerken van de vermogenstransformatoren, met | |
192 | inbegrip van het regelbereik van de transformatoren; | |
193 | ▪ de regelingen van de beveiligingsrelais van de transformatoren en de | |
194 | koppelingen, secundaire kant, in het kader van de coördinatie van de | |
195 | beveiligingsplannen; | |
196 | ▪ de lijst van alle aanpassingen van Xxxx die een versterking van de | |
197 | structuur van het DNB-net of een aanpassing van de uitbatingswijze | |
198 | noodzaken. | |
199 | ||
200 | 2.3.2 | Spanningsregeling |
201 | ▪ alle gegevens die nodig zijn voor de evaluatie van de impact op de | |
202 | kwaliteit van de spanning; | |
203 | ▪ Xxxx vervolledigt de lijst met consignespanningen, opgesteld met de DNB | |
204 | met detailinformatie in verband met het aantal stappen van de regelaar, | |
205 | de regelspanning per stap, extreme limieten, de eventuele hysteresis en | |
206 | de compoundregeling en maakt ze over aan de DNB. | |
207 | ▪ Het gebied van werkingspunten P-Q waarvoor Xxxx de goede werking van | |
208 | de spanningsregeling kan waarborgen (in het kader van de antwoorden | |
209 | met betrekking tot de vragen voor de mogelijkheid tot aansluiting van een | |
210 | nieuwe productie-eenheid). | |
211 | ▪ een rapport van de zones van de spanningsregeling die de coördinaten | |
212 | hernemen van de 6 punten van de “spanningsregelzones” van de | |
213 | Koppelpunten, en dit voor alle mogelijke exploitatieconfiguraties. | |
214 | ||
215 | 2.3.3 | Afname |
216 | ▪ het conventioneel leverbaar vermogen zowel in normale als in | |
217 | uitzonderlijke situatie, d.w.z. wanneer een element van het Elia-net | |
218 | onbeschikbaar is wegens incident of onderhoud; | |
219 | ▪ de DNB kan de gegevens gebruiken die Xxxx heeft overgemaakt in het | |
220 | kader van de processen voor de facturatie van de toegang (cf. Bijlage 6) | |
221 | ten behoeve van de netplanning en dit teneinde de bijkomende | |
222 | uitwisseling van gegevens te beperken. Meer bepaald zijn de | |
223 | telgegevens van de vermogenstransformatoren en van de rechtstreekse | |
224 | netgebruikers van Xxxx, aangesloten op de MS-railstel, nuttig voor de DNB | |
225 | in het kader van het akkoord over de geschatte afnamepieken zoals | |
226 | beschreven in punt 2.4. | |
227 | ||
228 | 2.3.4 | Productie |
229 Voor elke LGL (indien beschikbaar) of per Transformatiestation:
230 ▪ de lijst van de Ontvangstcapaciteiten voor decentrale productie-
231 eenheden per LGL (ten minste per trimester, indien mogelijk per maand),
232 waarin wordt aangeduid of de LGL behoort tot een zone waarin moet
233 worden rekening gehouden met beperkingen in het bovenliggende net.
234 Een dergelijke beperking betekent dat de gegevens van de LGL van een
235 dergelijke zone niet onafhankelijk van elkaar mogen worden beschouwd;
236 ▪ een samenvatting van de decentrale productie per LGL waarmee
237 rekening wordt gehouden om de Ontvangstcapaciteit te bepalen (ten
238 minste per trimester, indien mogelijk per maand). 239
240 2.4 Overleg en validatie in verband met de gegevens
241
242 2.4.1 Afname
243 Een keer per jaar voor eind april komen Xxxx en de DNB samen om een stand van
244 zaken te bespreken. Tijdens die vergadering wordt voor elk LGL het volgende
245 bevestigd en vastgelegd:
246 ▪ de beste inschatting van de evolutie van de afnames (van minstens 1
247 MVA, indien mogelijk 0,4MVA) per Belastingsgeheel voor de vier (4)
248 komende jaren, op basis van een voorstel van Xxxx ter beoordeling
249 voorgelegd aan de DNB;
250 ▪ de tussen Partijen overeengekomen definitieve
251 | belastingsverschakelingen van minstens 1 MVA (indien mogelijk | |
252 | 0,4MVA); | |
253 | ▪ de wijzigingen van het conventioneel leverbaar vermogen voor de twee | |
254 | komende jaren (indicatief vier jaar), zowel in normale als in uitzonderlijke | |
255 | situatie (N-1), zoals vastgelegd in punt 2.3; Xxxx xxxxxxx een analyse voor | |
256 | de geïdentificeerde en te verwachten overschrijdingen van het | |
257 | conventioneel leverbaar vermogen (complementaire analyse). Deze | |
258 | analyse wordt midden oktober opgeleverd; | |
259 | ▪ het akkoord over de geschatte piekafnames(MVA/kwartier) (in en hun | |
260 | verdeling over de Belastingsgehelen. | |
261 | 2.4.2 | Productie |
262 Minstens eenmaal per maand bezorgt de DNB aan Xxxx een update (volgens het
263 overeengekomen sjabloon in Excel en via de web interface van Xxxx, xxx xxxxx
264 mogelijk) van alle bestaande productie-eenheden al dan niet geaggregeerd
265 volgens de afspraken in punt 2.2.4, evenals van alle eenheden met
266 capaciteitsreserve in hun net.
267 Voor de productie-eenheden komen Xxxx en de DNB de versie overeen van het
268 bestand met bestaande en toekomstige eenheden die zal worden gebruikt voor
269 de trimestriële rapportering aan de gewestelijke regulator. 270
271 2.5 Aansluiting van nieuwe productie-eenheden / verbruikers
272 • Xxxx geeft minstens per trimester per LGL de Ontvangstcapaciteit voor
273 decentrale productie en jaarlijks voor afnames. Xxxx stelt ook een lijst met de
274 bekende congestiepunten ter beschikking (lijst van onderling afhankelijke LGL).
275 • Op basis van de informatie waarover hij beschikt (waaronder meer bepaald het
276 P-Q diagram, de reeds geïnstalleerde of voorziene eenheden, de
277 verbruiksprofielen,...) kan de DNB op voorhand het aansluitingsvermogen
278 berekenen dat nog kan worden toegekend (voor de verschillende types
279 capaciteit). In voorkomend geval maakt de DNB eveneens een eerste
280 berekening van de redelijke investeringskost.
281 | • De DNB raadpleegt Xxxx telkens vooraleer hij een deel of het geheel van de |
282 | Ontvangstcapaciteit aan een netgebruiker toekent. |
283 | • Indien de aanvraag dit vereist (speciale aanvragen, redelijke investering te |
284 | bepalen of te plannen,..) zal een prioritair ad-hoc overleg voorzien worden om |
285 | aan de extra aanvragen en extra behoeften van een van de Partijen te voldoen. |
286 | De conclusies van dit overleg worden schriftelijk geformaliseerd; |
287 | • De aanvraag van een aansluitingsmogelijkheid van een nieuwe productie- |
288 | eenheid (of de uitbreiding van een bestaande eenheid of mogelijke definitieve |
289 | productie-overdrachten tussen LGL en, in voorkomend geval de elementen uit |
290 | de berekeningen uitgevoerd door de DNB), moet per mail gestuurd worden |
291 | naar xxxxx@xxxx.xx. Deze aanvraag moet ten minste de volgende informatie |
292 | bevatten: |
293 | ▪ de naam van de DNB; |
294 | ▪ het LGL en de spanning (en de lokalisatie); |
295 | ▪ de bestaande en gereserveerde capaciteiten op het net van de betrokken |
296 | DNB voor de LGL; |
297 | ▪ het geïnstalleerde vermogen (maximaal vermogen); |
298 | ▪ het type productie-installatie; |
299 | ▪ de status van de aanvraag (advies, oriëntatiestudie, detailstudie); |
300 | ▪ indien beschikbaar, de eenvormige identificatiesleutel; |
301 | ▪ indien beschikbaar, de datum van indienststelling. |
302 | • Xxxx xxxxxxxxxx een antwoord binnen de 5 werkdagen of contacteert de DNB |
303 | om in overleg een aangepaste termijn af te spreken. |
304 | • De DNB ziet erop toe dat het Scc (kortsluitvermogen) in MS niet overschreden |
305 | wordt als gevolg van de aansluiting van nieuwe productie-eenheden. In geval |
306 | van een limietsituatie wordt een overleg tussen de Partijen georganiseerd. |
307 | • Xxxx zal het kortsluitvermogen, aangebracht vanuit het hoogspanningsnet, op |
308 | een LGL niet eenzijdig wijzigen en zal rekening houden met de reeds |
309 | aanwezige decentrale productie en/of toegekende capaciteit. |
310 | • De DNB informeert Xxxx via de functionele mailbox xxxxx@xxxx.xx zodra een |
311 | reservering van vermogen wordt toegewezen (inclusief alle in punt 2.2 |
312 | beschreven relevante informatie) en/of stuurt, in overeenstemming met de |
313 | overeengekomen Excel-template, ten laatste binnen de maand een update van |
314 | de bestaande productie-eenheden en van de toekomstige productie-eenheden |
315 | met een reservering van vermogen op zijn net. |
316 | • De DNB informeert Xxxx via de functionele mailbox xxxxx@xxxx.xx zodra een |
317 | aansluiting of een aanpassing van een aansluiting is besteld, gewijzigd door de |
318 | aanvrager of ongeldig is verklaard, tenminste voor de gevallen waar Xxxx in haar |
319 | hierboven vermelde advies noodzakelijke aanpassingen heeft aangegeven. |
320 | |
321 | Ontwikkeling van de transmissie- en distributienetten |
322 | 3.1 Technisch-economisch optimum |
323 | Voor de ontwikkeling van hun netten ontwikkelen de Partijen in onderling overleg |
324 | de gemeenschappelijke onderdelen van hun langetermijnvisie en realiseren ze de |
325 | daaruit voortvloeiende investeringsprojecten die zoveel als mogelijk |
326 | overeenstemmen met het technisch-economisch optimum zoals hierna |
327 | beschreven. De projecten die zo in uitvoering gaan bieden een technisch |
328 aanvaardbare oplossing voor de gekende en verwachte noden aan de laagste
329 maatschappelijke kost. 330
331 Onder noden dient te worden begrepen (niet exhaustieve lijst):
332 • de gevolgen van een stijging van de afname en de injectie;
333 • de noodzaak om nieuwe belastingen aan te sluiten;
334 • de noodzaak om de onthaalcapaciteit voor decentrale productie te
335 verhogen;
336 • de noden met betrekking tot de uitwisseling van energie/vermogen op de
337 netten;
338 • de verplichtingen met betrekking tot de veiligheid van goederen en/of
339 personen;
340 • de verplichtingen met betrekking tot de betrouwbaarheid van het net;
341 • de vervanging van materieel aan het einde van hun levensduur; 342
343 Wanneer meerdere technische varianten mogelijk zijn om te antwoorden op de
344 noden of op eenvoudig verzoek van een van de Partijen zullen de Partijen een
345 gemeenschappelijke studie uitvoeren teneinde het technisch-economisch
346 optimum te bepalen. De Partijen zullen deze gemeenschappelijke en bindende
347 analyse naar best vermogen en binnen een redelijke termijn en in het afgesproken
348 formalisme uitvoeren, zodat elke Partij kan voldoen aan haar wettelijke en
349 reglementaire verplichtingen. 350
351 De bepaling van het technisch-economisch optimum zal gebeuren op basis van
352 een globale kostprijsberekening van de noodzakelijke werken om de verschillende
353 overeengekomen technische varianten te realiseren, die overeenstemmen met
354 het technisch kader zoals hierna beschreven. Deze globale kostprijsberekening
355 bestaat uit een actualisatie van alle relevante kosten binnen de technische scope
356 en die vallen binnen de door de Partijen overeengekomen tijdshorizon. Alle
357 bestudeerde varianten zullen afzonderlijk een antwoord bieden aan de
358 gedetecteerde noden binnen het technische kader. De Partijen bepalen in
359 onderling akkoord, een template voor het resultaat van hun gemeenschappelijke
360 analyse, de beslissingscriteria en goedkeuringsprocedures. 361
362 De Partijen streven naar een robuuste en, indien opportuun, een gefaseerde
363 oplossing die aanleiding geeft tot een billijke kostenverdeling tussen de Partijen
364 en de netgebruikers. De kostenverdeling tussen de Partijen wordt bepaald op
365 basis van de eigendomsgrenzen, zoals beschreven in Bijlage 8. 366
367 De te bestuderen varianten wordt vastgelegd tussen de Partijen. Enkel varianten
368 die technisch beantwoorden aan het geheel van de gedetecteerde noden en
369 verplichtingen en die technisch aanvaardbaar worden beschouwd. De varianten
370 respecteren onder andere:
371 • de Technische Reglementen, normen en voorschriften betreffende het milieu
372 en de ruimtelijke ordening;
373 • het regulatoire kader;
374 • de technische ontwerpregels, specificaties en standaarden van respectievelijke
375 Partijen (en voor zover mogelijk ontwerpen van technische regels). 376
377 Het technische kader van de te bestuderen varianten wordt vastgelegd tussen
378 de Partijen en bepaalt onder meer:
379 • het Gewest, de spanningsniveaus en beschouwde Transformatiestations;
380 • de overeengekomen tijdshorizon, die minstens alle niet-recurrente kosten en
381 voortijdige uitdienstnames moet omvatten;
382 • de overeengekomen inschatting voor de evolutie van de afname en injectie in
383 de betrokken zone (gebaseerd op de gekende en mogelijke groeivoeten);
384 • de redelijkheid van afstanden en aantal kabels in functie van vermogen en
385 spanningsniveau en netverliezen;
386 • de gangbare exploitatieregels en veiligheidsprocedures;
387 • in de mate van het mogelijke, de functionele eisen van de eindgebruikers. 388
389 Daarnaast komen de Partijen ook nog de nodige berekeningsparameters overeen,
390 zoals:
391 • actualisatievoeten;
392 • inflatie;
393 • technische levensduur van de betrokken uitrustingen;
394 • studie horizon. 395
396 en gebruiken daarbij de waardering zoals bepaald in de overeenkomstige tarief-
397 methodologieën voor de betrokken regulatoire periode. 398
399 Voor de bepaling van het technisch-economisch optimum worden alle relevante,
400 reële en geactualiseerde uitgaven en inkomsten in rekening gebracht, zoals:
401 • Investeringsuitgaven (Capex) van netuitbreidingen, netversterking en
402 vervangingen;
403 • Investeringsuitgaven (Capex) voor de aansluiting tot op de site van de
404 betrokken netgebruiker;
405 • kosten voor onderhoud en uitbating van de netten;
406 • kosten voor de aanpassing, verplaatsing of verwijdering van installaties;
407 • kosten voor de netverliezen (gewaardeerd aan de aankoopprijs op de markt);
408 • kosten voor maatregelen van congestiebeheer te wijten aan de activatie van
409 flexibiliteit of aan het uitstellen of vermijden van investeringen ;
410 • kosten voor risicobeperkende maatregelen tijdens, in afwachting of ter uitstel
411 van de uitvoering van de werken;
412 • eventuele tussenkomsten of vergoedingen aan of van de netgebruiker of
413 andere belanghebbenden;
414 • tijdelijke investeringen of uitgaven noodzakelijk voor de realisatie van de
415 noodzakelijke werken;
416 • de financieel becijferbare risico’s of de kost om zich hiervoor in te dekken;
417 • de restwaarde van de installaties die nog in gebruik of in reserve zijn op het
418 einde van de tijdshorizon. 419
420 Elke Partij bepaalt de uitgaven en inkomsten voor de werkzaamheden die binnen
421 zijn verantwoordelijkheidsperimeter en actieradius vallen. Voor elke variante
422 worden de geactualiseerde waarden van de Partijen opgeteld. 423
424 Indien de resultaten van deze berekening voor bepaalde varianten heel dicht bij
425 elkaar liggen of indien er enige twijfel is over de betrouwbaarheid van het resultaat,
426 kunnen de Partijen een sensitiviteitsanalyse uitvoeren om de robuustheid van het
427 resultaat na te gaan. Deze sensitiviteitsanalyse zal de impact nagaan indien er
431
447
428 | andere hypotheses worden genomen voor bijvoorbeeld de tijdshorizon, de | |
429 | financiële parameters, de evolutie van afname en injectie of de technische | |
430 | levensduur van de installaties. | |
432 | De Partijen waken erover dat de gekozen oplossing: | |
433 | • geen aanleiding geeft tot onevenredige of onredelijke kostenverdeling tussen | |
434 | Partijen; | |
435 | • geen aanleiding geeft tot onredelijke waardeverminderingen door het buiten | |
436 | dienst nemen van installaties; | |
437 | • geen aanleiding geeft tot niet-verantwoorde kosten voor één van de Partijen; | |
438 | • geen onredelijke trendbreuk of piek genereert in de kosten van één van de | |
439 | Partijen, met inbegrip van afschrijvingen; | |
440 | • goedgekeurd wordt door de bevoegde regulatoren op het niveau van de kosten | |
441 | ge-dragen door de Partijen; | |
442 | • over de nodige vergunningen kan beschikken; | |
443 | • geen onredelijk lange doorlooptijd heeft. | |
444 | ||
445 | Het technisch-economisch optimum resulteert in de voor Partijen technisch | |
446 | aanvaardbare oplossing aan de laagste maatschappelijke kost. | |
448 | De Partijen leggen op basis van het technisch-economische optimum en in | |
449 | onderling overleg de daaruit voortvloeiende investeringsprojecten vast. Bij deze | |
450 | keuze kunnen de Partijen – indien ze dit als relevant beoordelen - nog rekening | |
451 | houden met niet-valoriseerbare parameters zoals: | |
452 | • de impact op de kwaliteit van de spanning voor de betrokken netgebruikers; | |
453 | • de impact op de betrouwbaarheid van het net; | |
454 | • de (reserve)capaciteit die in elke oplossing ter beschikking is; | |
455 | • de niet-geïnjecteerde energie door gebruik van niet-gecompenseerde flexibele | |
456 | toegang; | |
457 | • de complexiteit op gebied van uitvoering van de werken of exploitatie van het | |
458 | net; | |
459 | • de publieke aanvaardbaarheid van de oplossing; | |
460 | • de impact op de reputatie van een van de Partijen; | |
461 | • de impact op de stabiliteit van de kosten en/of jaarresultaten van een van de | |
462 | Partijen. | |
463 | 3.2 | Basisconcepten |
464 | • De netontwikkeling van Xxxx is gebaseerd tegelijkertijd op het N-1 Criterium en | |
465 | op een complementaire analyse, indien relevant, van de afnames en de | |
466 | producties per LGL. Deze complementaire analyse kan ook herzien worden als | |
467 | het door Xxxx of de DNB en eventuele andere distributienetbeheerders | |
468 | noodzakelijk wordt geacht. Hierbij wordt rekening gehouden met de semi- | |
469 | bruto-energiebehoefte (netto-afname in een LGL vermeerderd met de gemeten | |
470 | lokale productie, uitgedrukt in MVA per kwartier). | |
471 | • De netontwikkelingen zullen altijd in overleg tussen Xxxx en de DNB gebeuren, | |
472 | in het bijzonder wanneer de ontwikkelingen een mogelijke impact hebben om | |
473 | het net van de andere Partij. | |
474 | • Behalve in uitzonderlijke gevallen wensen de Partijen te evolueren naar de | |
475 | opheffing van de verouderde spanningsniveaus van 5 of 6 kV en verrichten zij |
476 | |
477 | |
478 | 3.3 |
479 | |
480 | |
481 | |
482 | |
483 | |
484 | |
485 | |
486 | |
487 | |
488 | |
489 | |
490 | |
491 | |
492 | |
493 | |
494 | |
495 | |
496 | |
497 | |
498 | |
499 | |
500 | |
501 | |
502 | |
503 | |
504 | |
505 | |
506 | 3.4 |
507 | |
508 | |
509 | |
510 | |
511 | |
512 | |
513 |
gemeenschappelijke studies om oplossingen te vinden met name voor de transformatoren die deze netten voeden.
Gemeenschappelijke studies over de evoluties van de netten op lange termijn
De Partijen komen overeen over de evolutie van de structuur van hun respectievelijke net op lange termijn voor zover deze evolutie een impact heeft op het net van de andere Partij. De uitwerking van een langetermijnvisie tussen de Partijen is gebaseerd op de criteria van het technisch-economisch optimum zoals beschreven onder punt 3.a van deze Bijlage en is in het algemeen het onderwerp van een of meerdere gemeenschappelijke studies tussen de Partijen.
De Partijen laten de conclusies van deze studies goedkeuren in hun respectievelijke beslissingsorganen vooraleer ze formeel te bevestigen via een akkoordschrijven en de projecten die eruit voortkomen op te nemen in de investeringsplannen van de Partijen.
Op vraag van een van de Partijen en in geval van moeilijkheden om tot een akkoord te komen zullen de resultaten van de gemeenschappelijke studies besproken worden tijdens een (bilateraal) overleg met de verantwoordelijken van Xxxx en de DNB teneinde een gemeenschappelijke oplossing uit te werken, evenals de projectportefeuille die eruit voortkomt.
Indien geen overeenstemming wordt bereikt over een gemeenschappelijke oplossing aanvaarden de Partijen de keuze van de variant toe te vertrouwen aan de arbitrage van de betrokken regulatoren.
Vóór de realisatie van de eerste investeringen volgens deze visie door één van de Partijen, moet dit technisch-economisch optimum opnieuw bevestigd worden door de andere Partij.
Gezamenlijke globale analyses van de aspecten verbonden met het reactief vermogen en de spanningsbeheer
De Partijen komen overeen dat de gezamenlijke globale analyses betreffende het geheel van de aspecten verbonden met het reactief vermogen en de spanningsbeheer zullen worden uitgevoerd voor een geheel van Koppelpunten. Daartoe worden de zones van Koppelpunten die elektrisch verbonden zijn gedefinieerd per primair spanningsniveau van de HS/MS-transformatoren. Deze Elektrische zones zijn geografisch afgebakend om met het lokaal karakter van het
514 beheer van het reactief vermogen en de beperkte transportcapaciteit van reactief
515 vermogen rekening te houden.
516 De elektrische zone waartoe elk Transformatiestation en elke Koppelpunt behoort
517 wordt gepreciseerd in Bijlage 3 van de onderhavige Overeenkomst.
518 Een gezamenlijke globale analyse van een zone kan door de Partijen worden
519 geïnitieerd. Het resultaat van een gezamenlijke globale analyse van een zone
520 heeft een geldigheid van één jaar tenzij de Partijen dit anders overeenkomen.
521 Indien een gezamenlijke globale analyse aantoont dat een investering nodig is om
522 de vereisten op vlak van reactief vermogen en spanningsbeheer te respecteren,
523 zal deze investering op basis van het technisch-economisch optimum worden
524 gepland in overleg tussen de DNB en Elia en worden geïntegreerd in het
525 investeringsplan van de betrokken netbeheerder voor goedkeuring door zijn
526 regulator.
527 3.5 Gezamenlijke lokale analyses van de aspecten verbonden met het reactief
528 vermogen en de spanningsbeheer
529 Indien de DNB bij een jaarlijkse controle vaststelt dat de Koppelpunten zich buiten
530 de spanningsregelzones bevinden, zal de DNB een risicoanalyse uitvoeren en
531 eventueel een gezamenlijke lokale analyse initiëren. Deze heeft tot doel om
532 grondiger het bijhorende risico te analyseren en een structurele oplossing te
533 zoeken voor het geïdentificeerde probleem.
534 Het nemen van transitoire of definitieve operationele maatregelen om het risico te
535 verminderen/vermijden worden bevoorrecht. In het geval dat dergelijke
536 maatregelen niet mogelijk zijn of onvoldoende worden geacht, wordt een
537 investering overwogen. Deze investering zal steeds worden gepland in overleg
538 tussen de DNB en Elia en zal worden geïntegreerd in het investeringsplan van de
539 betrokken netbeheerder voor goedkeuring door zijn regulator.
540
541 Beschrijving van de gemeenschappelijke projecten
542 Een gemeenschappelijk project is een project dat investeringen vereist van de beide Partijen.
543 Deze investeringen worden verdeeld over de Partijen volgens de eigendomsgrenzen en
544 activiteitsperimeter conform Bijlage 8. 545
546 De beschrijving van een gemeenschappelijk project vereist een akkoord tussen Xxxx en de
547 DNB over een aantal punten:
548 • functionele behoeften;
549 • taakverdelingen;
550 • uitvoeringstermijnen;
551 • omschrijving van de eigendommen;
552 • de Partij die de investering doet;
553 • bedrag van de eventuele bijdragen.
554 Die akkoorden worden opgenomen in een “scoping fiche”, opgesteld door de initiatiefnemer
555 van de werken en gevalideerd ten laatste voor de bestelling van het materieel of voor het
556 begin van de werken. De gemeenschappelijke template van deze “scoping fiche”, gedefinieerd
557 binnen de C11 van Synergrid wordt als referentie gebruikt. Een specifieke scopingvergadering
558 kan in bepaalde gevallen op de site georganiseerd worden om de inhoud te valideren.
559 De Partijen kunnen een voorlopige versie van de “scoping fiche” opstellen en valideren. Deze
560 voorlopige versie is nog niet volledig, maar bevat een minimum aan gegevens (bijvoorbeeld
561 het te voorziene aantal cellen) die nodig zijn voor een vergunningsaanvraag (bijvoorbeeld in
562 geval van het oprichten van een nieuw gebouw). 563
564 Opvolging van de projectportefeuille
565 5.1 Prioriteit en Engagement in de uitvoering van de projecten
566 De Partijen bepalen in overleg het prioriteitsniveau van een gemeenschappelijk
567 project. Zij verbinden zich ertoe dit te respecteren bij de planning van de uitvoering
568 van het project. 569
570 Er wordt een onderscheid gemaakt op basis van de uitvoeringstermijn: 571
572 • vanaf september zullen de projecten waarvan de uitvoering is voorzien in de
573 komende twee jaar (beslissingshorizon), niet meer eenzijdig door een Partij
574 opnieuw aan de orde worden gesteld, behoudens fundamentele wijziging van
575 de behoefte in kwestie;
576 • de projecten waarvan de uitvoering is voorzien tussen twee en vier jaar
577 (beslissingshorizon) worden in overleg bepaald. De Partijen engageren zich om
578 de stabiliteit van de projectenportefeuille zoveel mogelijk te garanderen, zeker
579 voor de prioritaire projecten. Een voorstel tot aanpassing van de portefeuille
580 kan gebeuren rekening houdend met de evolutie van de externe hypotheses
581 langs de ene kant en met de prioriteiten geassocieerd aan de verschillende
582 projecten langs de andere kant. Een overleg tussen Xxxx en de DNB wordt in
583 september voorzien om de niet gewijzigde projectplanning te bevestigen en tot
584 een akkoord te komen over de voorgestelde wijzigingen. 585
586 5.2 Opvolgingsvergadering
587 Om een coherente follow-up van de projecten mogelijk te maken, moeten
588 opvolgingsvergaderingen worden gepland. Zo zal er periodiek (en minstens
589 eenmaal per jaar) een vergadering voor de opvolging van de projectportefeuille
590 georganiseerd worden op initiatief van Xxxx. Tijdens die vergaderingen worden alle
591 gemeenschappelijke projecten overlopen, worden de timing en de eventuele
592 technische problemen besproken en worden de nodige beslissingen getroffen. In
593 een door de beide Partijen goedgekeurd verslag zullen de bereikte akkoorden
594 worden gepreciseerd. 595
596 Die vergaderingen vervangen in geen geval de noodzakelijke werkvergaderingen
597 die de coördinatie tussen de verschillende ondernemingen, leveranciers en
598 andere evenals de organisatie van de veilige voortzetting van de werkzaamheden
599 beogen.
600 Gegevensuitwisseling in geval van gewijzigde of nieuwe
601 standaarden
602 De Partijen komen overeen dat nieuwe standaarden of de wijzigingen aan bestaande 603 standaarden betreffende de installaties van de ene Partij, met een mogelijke impact op het 604 beheer van het net van de andere Partij, ter goedkeuring voorgelegd zullen worden binnen 605 Synergrid, met name binnen de commissies en/of werkgroepen, aangeduid door het 606 Technisch Comité van Synergrid. De Partijen streven naar geharmoniseerde standaarden, 607 toepasbaar voor alle distributienetbeheerders.
608
609 De documentatie met betrekking tot deze standaarden wordt bijgehouden op het extranet 610 platform van Synergrid.
611
612 .
613
614
1 Bijlage 8: Afbakening van eigendommen en
2 activiteitsperimeters
3 1. Voorwerp
4 Deze Bijlage beschrijft de principes die zullen worden toegepast voor elk nieuw
5 Transformatiestation of voor elke fundamentele wijziging van een deel hiervan (vb. een
6 nieuwe investering in een MS-Onderstation) voor wat de eigendom en activiteitsperimeter
7 betreft. 8
9 Deze Bijlage heeft als doel de afbakening van de verantwoordelijkheidsperimeter en de
10 eigendommen tussen Xxxx en de DNB te verduidelijken m.b.t. de terreinen, gebouwen, en de
11 technische installaties die deel uitmaken van de activiteitsperimeter van Xxxx of van de DNB
12 en dit op basis van de algemene principes, beschreven in het punt 2 hieronder.
13 2. Algemene principes
14 De DNB en Xxxx komen overeen dat de functionele activiteitsperimeter bepalend is voor alle
15 kosten en investeringen met inachtname van het streven naar een globaal technisch-
16 economisch optimum. De methodologie om een globaal technisch-economisch optimum te
17 bepalen is in Bijlage 7 beschreven. 18
19 Wat de functionele activiteitsperimeter betreft, geldt dat:
20 • De DNB de distributieactiviteit waarneemt en Elia de transmissie en het plaatselijk
21 vervoer uitvoert;
22 • Xxxx minstens de spanning verzekert, naar keuze per DNB, opgenomen in Bijlage 8.A:
23 o Op de secundaire van injectietransformator(en);
24 o Op de railstellen;
25 • Xxxx de facturatietelling op het Transformatiestation waarborgt;
26 • Xxxx de beveiliging, automatismen en de spanningsregeling van de transformator
27 waarborgt;
28 • Xxxx de hulpdiensten (AC en DC) van het MS-Onderstation levert;
29 • De DNB de CAB waarborgt;
30 • Xxxx en de DNB de aardingswijze van het DNB-net bepalen;
31 • Xxxx en de DNB de kwaliteitsparameters (spanning, reactief vermogen,
32 kortsluitvermogen, …); waarborgen volgens de respectievelijke aanbreng in het
33 Transformatiestation (cf. Bijlage 12). 34
35 Voor elk type technische installatie wordt aangeduid of deze per definitie behoort tot de
36 activiteitsperimeter van Xxxx, in welk geval de eigendom van deze technische installatie aan
37 Xxxx zou moeten toekomen, of tot de activiteitsperimeter van de DNB, in welk geval de
38 eigendom van deze technische installatie aan de DNB zou moeten toekomen. Als er een
39 keuze moet worden gemaakt, zal deze worden gepreciseerd. 40
41 Hieruit vloeien volgende basisprincipes voort voor de eigendomsgrenzen: 42
43 • De eigendomsgrens van de technische installaties wordt in principe bepaald door de
44 functionele activiteitsperimeter, d.w.z.
45 o Aan de secundaire van de injectietransformatoren;
46 o Na de MS-velden van de injectietransformatoren en de railskoppeling.
47 • Deze eigendomsgrenzen komen overeen met de technische installatiegroepen
48 gedefinieerd in de aansluitingstarieven. M.a.w. het “toebehoren voor transformatie naar
49 MS”, de “niet-feeder midden-spanningscellen” en de “algemene installaties en gebouw”
50 kunnen eigendom van Xxxx of van de DNB zijn. Indien eigendom van Xxxx, wordt de
51 aansluitingsvergoeding geactiveerd zodat de kosten individueel toegewezen worden en
52 rechtvaardig blijven voor de andere distributienetbeheerders.
53 • De DNB of Elia kunnen echter eigenaar zijn van specifieke technische installaties binnen
54 de vastgelegde installatiegroep en dit voornamelijk om historische redenen. Deze
55 situaties zullen geen aanleiding geven tot opdeling van de installatiegroepen in de
56 aansluitingstarieven maar er zal gestreefd worden naar een regularisatie van de situatie
57 conform de principes beschreven in deze Bijlage. Voor Xxxx netgebruikers die historisch
58 op MS zijn aangesloten, zullen Xxxx en de DNB de mogelijke evolutie bespreken.
59 • De DNB of Elia kunnen echter eigenaar zijn van specifieke technische installaties buiten
60 de vastgelegde installatiegroep en dit voornamelijk omwille van de functionele
61 activiteitsperimeter. Dit is onder meer het geval voor:
62 o De in het Elia-tarief geïntegreerde assets in eigendom van DNB die deel
63 uitmaken van het plaatselijk vervoernet in beheer van Xxxx. De eigendomsgrens
64 dient dan aanzien te worden als de scheiding tussen de uitrustingen behorend tot
65 de functie plaatselijk vervoer – en dus tarifair geïntegreerd - en de uitrustingen
66 behorend tot de distributiefunctie.
67 o De Trunks in het MS-net (functioneel behorend tot het plaatselijk vervoersnet), de
68 CAB-uitrustingen op het Elia-net (functioneel een distributieactiviteit).
69 o Een aantal historische situaties waarbij gestreefd wordt om die in de toekomst te
70 regulariseren.
71 • Indien een Partij eigenaar is en gebruiksrechten heeft toegekend aan de andere Partij
72 (van een terrein, gebouw of andere technische installatie, verbonden met de activiteiten
73 van de andere Partij en waarvan de lasten worden gedekt door het tarief van deze
74 laatste) kan er een vergoeding worden aangerekend door de eigenaar. De modaliteiten
75 met betrekking tot de gebruiksrechten en/of de terbeschikkingstelling evenals de daaruit
76 voortvloeiende vergoedingen worden geregeld in een pacht, een contract of een
77 specifieke overeenkomst.
78 • De eigenaar beheert zijn installaties, dus de eigendom legt in principe ook de
79 activiteitsperimeter vast.
80 • De eigenaar realiseert de investering.
81 • De kosten voor de aanpassing of de verplaatsing van bestaande installaties zijn ten laste
82 van de eigenaar van deze installaties, ongeacht de vragende Partij, voor zover het gaat
83 om installaties voor het beheer van het elektriciteitsnet en voor zover de installaties zich
84 in een Transformatiestation bevinden.
85 • In gemengde MS-Onderstations wordt de keuze voor de eigendomsgrenzen bepaald
86 door de DNB bevoegd in dat gebied waar het Transformatiestation zich bevindt en
87 waarvoor hij werd aangeduid als DNB. 88
89 Ter verduidelijking worden de basisprincipes in volgende hoofdstukken gedetailleerd.
90 De DNB en Elia bevestigen hun keuze in de Bijlage 8.A. 91
92 Elke uitzondering op deze principes zal in gemeenschappelijk overleg gebeuren tussen Xxxx
93 en de DNB en ter goedkeuring aan Xxxx en de DNB voorgelegd worden. 94
95 Voor alle fundamentele aanpassingen die aan een bestaand Transformatiestation worden
96 aangebracht, zal gestreefd worden naar de afbakening zoals beschreven in onderhavige
97 Bijlage zonder afbreuk te doen aan de bestaande akkoorden.
98
99
100 Wat de bestaande terreinen en gebouwen, evenals de technische installaties betreft worden
101 inventarisverslagen opgesteld en door de Partijen gevalideerd, conform de regels
102 beschreven in Bijlage 4, om de grenzen van de eigendommen en de overeenkomstige
103 verplichtingen van de Partijen te bepalen.
104 3. Terreinen
105 De eigendom van het terrein is afhankelijk van de situatie en wordt gedetailleerd in de
106 notariële akten, eventueel aangevuld door een inventarisverslag (cf. Bijlage 4). Een deel van
107 het terrein kan zich buiten de afsluiting van het Transformatiestation/MS-Onderstation
108 bevinden. In dit geval zijn de regels met betrekking tot de terreinen eveneens van
109 toepassing. 110
111 In het algemeen zal bij fundamentele aanpassingen van de technische installaties in
112 onderling overleg geëvalueerd worden of de eigendom van het terrein op economische wijze
113 in lijn kan gebracht worden met de infrastructuurgrenzen. 114
115 3.1 Erfdienstbaarheid van ondergrondse doorgang voor kabels
116 De eigenaar van het terrein verleent, een ondergronds doorgangsrecht aan de
117 andere sitegebruikers voor hun kabels. 118
119 Dit recht is gratis voor de installaties die betrekking hebben op het beheer van het
120 elektriciteitsnet, voor zover deze installaties zich in een Transformatiestation
121 moeten bevinden omwille van hun functionele verbondenheid met dit laatste. Voor
122 de andere installaties behoudt de eigenaar zich het recht om een vergoeding te
123 vragen.
124 Dit doorgangsrecht wordt geregeld door middel van een notariële akte, conform de
125 procedure, beschreven in Bijlage 9. 126
127 3.2 Erfdienstbaarheid van steun en ondersteuning
128 De eigenaar van het terrein verleent aan de andere sitegebruikers een
129 erfdienstbaarheid van steun en ondersteuning voor de installaties van de andere
130 sitegebruikers op of onder het terrein van de eigenaar.
131 Deze erfdienstbaarheid is gratis voor de installaties die betrekking hebben op het
132 beheer van het elektriciteitsnet, voor zover deze installaties zich in een
133 Transformatiestation moeten bevinden omwille van hun functionele verbondenheid
134 met dit laatste. Voor de andere installaties behoudt de eigenaar zich het recht voor
135 om een vergoeding te vragen.
136 Voor alle installaties op of onder het terrein die zich buiten een bestaand gebouw
137 bevinden, wordt deze erfdienstbaarheid geregeld door middel van een notariële
138 akte, conform de procedure, beschreven in Bijlage 9. 139
140 3.3 Evacuatie van effluent
141 In het algemeen, in geval van fundamentele wijzigingen aan de technische
142 installaties, zullen de Partijen in onderling overleg evalueren of effluent komende
143 | van de installaties en/of gebouwen van de Partijen gescheiden kan worden op een |
144 | economische wijze. |
145 | In geval van het evacueren van effluent komende van installaties en/of gebouwen |
146 | van de Partij die geen eigenaar is van het terrein via het afwateringsnet van de |
147 | Partij die eigenaar is van het terrein: |
148 | • passeert het effluent komende van de inkuipingen van transformatoren van de |
149 | Partij die geen eigenaar is van het terrein, via een eigen koolwaterstof- en een |
150 | coalescing filter, vooraleer in het afwateringsnet van de eigenaar van het |
151 | terrein terecht te komen; |
152 | • wordt de verbinding op het afwateringsnet van de eigenaar van het terrein |
153 | uitgevoerd stroomafwaarts van de coalescing filter van deze laatste; |
154 | • wordt er een bemonsteringsput voorzien om de hoeveelheid en de kwaliteit te |
155 | controleren van het effluent van de Partij die geen eigenaar is van het terrein, |
156 | stroomopwaarts van het voornoemde verbindingspunt. |
157 | |
158 | Indien, om technische redenen en/of omwille van het terreinniveau, de aansluiting |
159 | op het afwateringsnet van de Partij die eigenaar is van het terrein niet uitgevoerd |
160 | kan worden stroomafwaarts van de coalescing filter van deze laatste en indien het |
161 | effluent komende van de installaties en/of gebouwen van de Partij die geen |
162 | eigenaar is van het terrein, bijgevolg door de afvoerinfrastructuur (waterput, |
163 | coalescing filter,...) van de eigenaar van het terrein vloeit, zal de eigenaar van de |
164 | installaties die aan de oorzaak liggen van eender welke vervuiling de kosten op zich |
165 | nemen voor het ledigen en schoonmaken (buiten het normale onderhoud) van de |
166 | betrokken infrastructuur. |
167 | De interventies voor ledigen en schoonmaken worden evenwel geregeld door de |
168 | Partij die eigenaar is van de betrokken infrastructuur. |
169
170 4. De algemene installaties en gebouwen
171 De kosten die verbonden zijn met de terbeschikkingstelling en het beheer van de algemene
172 installaties en de gebouwen van het MS-Onderstation door Xxxx, zijn het voorwerp van term
173 III van het aansluitingstarief dat werd gepubliceerd op de website xxx.xxxx.xx. 174
175 De Partijen engageren zich om de eigendomsinventarissen (Bijlage 4) correct te houden in
176 functie van de eigendomsaanpassingen en de nieuwe netontwikkelingen. 177
178 4.1 Gebouwen
179 Aan de hand van huidige Samenwerkingsovereenkomst en na akkoord van de
180 eigenaar, conform de procedure beschreven in Bijlage 9, kent de eigenaar van
181 een gebouw een gebruiksrecht toe aan de andere Partij die gebruik maakt van de
182 site opdat deze laatste er haar installaties kan plaatsen. 183
184 Dit gebruiksrecht is gratis voor de installaties die betrekking hebben op het beheer
185 van het elektriciteitsnet, voor zover deze installaties zich in een
186 Transformatiestation moeten bevinden omwille van hun functionele
187 verbondenheid met dit laatste. Voor de andere installaties behoudt de eigenaar
188 zich het recht om een vergoeding te vragen. 189
190 De spoelen en de CAB-installaties, voorzien op het moment van het ontwerp van
191 het gebouw van het MS-Onderstation, worden in dit gebouw geïnstalleerd. 192
193 Indien de DNB de eigenaar is van de gebouwen nodig voor de koppeling met het
194 Xxxx-net (met name bij een keuze voor optie 2 in de Bijlage 8.A), dan zal de DNB
195 de plaats voor de MS-cellen van Elia voorzien en deze kosteloos ter beschikking
196 stellen van Xxxx. 197
198 Alle keuzes uitgevoerd door de ene Partij (vb. keuze van het materieel) die een
199 impact heeft op de eigendom van de andere Partij moeten met deze laatste
200 worden overeengekomen. Indien nodig zal een vergelijkende studie van de
201 oplossingen worden uitgevoerd. De Partijen beogen een globaal technisch-
202 economisch optimum voor de maatschappij, onderhandeld in gemeenschappelijk
203 akkoord.
204
205 4.2 Algemene installaties
206 Onder algemene installaties wordt verstaan de gemeenschappelijke installaties
207 die dienen voor de verschillende gebruikers van het gebouw waarin de MS-cellen
208 van het Koppelpunt zich bevinden, d.w.z.:
209 • De verlichting;
210 • De verwarming;
211 • Het sanitair;
212 • De branddetectie;
213 evenals de verschillende nutsvoorzieningen (water, elektriciteit, perslucht, stoom,
214 …) exclusief bestemd voor MS-cellen en bijhorende installaties en hun
215 onderhoud. 216
217 Als de DNB of de DNB samen met andere distributienetbeheerders over het
218 exclusieve gebruik van een gebouw beschikken, is de aansluiting van dit gebouw
219 aan de verschillende hulpdiensten ten operationele en financiële laste van de
220 DNB of van de DNB samen met andere distributienetbeheerders. 221
222 5. De niet-feeder MS-cellen en toebehoren voor de transformatie
223 naar MS
224 5.1 De niet-feeder MS-cellen
225 De kosten die verbonden zijn met de terbeschikkingstelling en het beheer door
226 Xxxx van de niet-feeder MS-cellen zijn het voorwerp van term II van het
227 aansluitingstarief dat werd gepubliceerd op de website xxx.xxxx.xx. 228
229 De perimeter voor de groep van de niet-feeder MS-cellen, stemt overeen met, en
230 beperkt zich tot de volgende cellen:
231 • De railskoppeling, tenzij anders overeengekomen tussen de Partijen
232 (railskoppeling is te begrijpen als de mogelijkheid om een rechtstreekse
233 verbinding tussen twee vermogenstransformatoren te maken via een
234 vermogenschakelaar (+scheiders) die automatisch en/of vanop afstand
235 bediend wordt);
236 • De eventuele niet-feeder reservecellen;
237 • De TP voor de automatische spanningsregeling;
238 • De eventuele langsscheiders in MS-Onderstations met een enkel railstel,
239 historisch gezien, eigendom van Xxxx.
240 5.2 Het toebehoren voor de transformatie naar MS
241 De kosten die verbonden zijn met de terbeschikkingstelling en het beheer door
242 Xxxx van het toebehoren voor de transformatie naar MS, vormen het voorwerp van
243 term I van het aansluitingstarief dat werd gepubliceerd op de website xxx.xxxx.xx. 244
245 De perimeter voor de groep van het toebehoren voor transformatie naar de MS,
246 stemt overeen met en beperkt zich tot de volgende cellen:
247 • De verbindingen tussen de vermogenstransformatoren en de aankomstcellen
248 in de MS-Onderstations;
249 • De aankomstcellen van de vermogenstransformatoren in de Koppelpunten
250 (die eventueel een telling omvat);
251 • De cellen van de hulpdienstentransformatoren die eventueel direct op het MS-
252 railstel zijn aangesloten;
253 • De Trunks (inclusief de cellen waarop ze aangesloten zijn – aankomst &
254 vertrek, zie hierna);
255 • Het vakwerk voor de pulsadis-TI’s voor CAB;
256 • De eventuele reservecellen voor de vermogentransformatoren. 257
258 De installaties type Ramelot/LGR worden als toebehoren van de transformatie
259 naar MS beschouwd, met uitzondering van de installaties REA (vlamboogdetectie)
260 die steeds eigendom van de DNB zijn.
261 5.3 Trunks
262 Historisch is deze infrastructuur eigendom van Xxxx en is opgenomen in de
263 decreten ter inventarisatie van het plaatselijk vervoernet. 264
265 Indien de “toebehoren voor de transformatie naar MS” deel uitmaken van de
266 perimeter van de DNB (overeenkomstig optie 2 in Bijlage 8.A), dient de DNB de
267 eigenaar van de Trunk te zijn. In het tegenovergestelde geval (optie 1 in Bijlage
268 8.A) is Xxxx eigenaar van de Trunk. 269
270 Bovenstaande impliceert dat Xxxxxx slechts als oplossing zullen gekozen worden
271 indien ze technisch-economisch verantwoord zijn, conform de principes
272 opgenomen in Bijlage 7. 273
274 6. De installaties die verbonden zijn met de transmissieactiviteiten
275 De kosten die verbonden zijn aan de installaties die verbonden zijn met de
276 transmissieactiviteiten, zijn het voorwerp van het tarief voor het gebruik van het Elia-net door
277 de DNB, die op de website xxx.xxxx.xx zijn gepubliceerd. 278
279 De volgende lijst van installaties is niet exhaustief. Ze bevat uitsluitend de installaties op de
280 grens van de activiteitsperimeter van transmissie en van distributie, teneinde deze grens te
281 verduidelijken.
282
283 Worden beschouwd als installaties verbonden met de transmissieactiviteiten:
296
301
321
284 | • De cellen voor aansluiting van rechtstreekse netgebruikers van Xxxx; | |
285 | • De energie die nodig is voor de werking van de algemene installaties die werden | |
286 | beschreven onder 4.2.; | |
287 | • De hulpdienstentransformatoren; | |
288 | • De spanningsregelaars; | |
289 | • De automatische overname tussen Xxxx-installaties bij verlies van een Rechtstreekse | |
290 | voedingsbron. | |
291 | ||
292 | 6.1 Voeding van de hulpdiensten | |
293 | De spanningen 400 V AC of 230 V AC, en 110 V DC worden ter beschikking gesteld | |
294 | van de DNB door Xxxx ter hoogte van het algemene verdeelbord laagspanning | |
295 | (AVLS) van de DNB, dat zich in het MS-Onderstation bevindt. | |
297 | De voedingen van de hulpdiensten zijn bestemd voor de installaties die betrekking | |
298 | hebben op het beheer van het elektriciteitsnet en voor zover deze installaties zich in | |
299 300 | een Transformatiestation moeten bevinden omwille van hun functionele verbondenheid met dit laatste. | |
302 | Daartoe voorziet Elia: | |
303 | • De hulpdienstentransformator(en) (in het algemeen gekoppeld aan de injectie- | |
304 | transformator(en)). Indien de hulpdienstentransformator aangesloten is op het | |
305 | MS-railstel, is de betrokken cel eigendom van de Partij die eigenaar is van het | |
306 | toebehoren voor de transformatie naar MS; | |
307 | • De batterijen (in het algemeen twee), de eventuele noodgeneratoren, en de | |
308 | gelijkrichters die (in nieuwe Transformatiestations) de beschikbaarheid kunnen | |
309 | verzekeren van de voeding 110 V DC gedurende 24u (onder voorbehoud van | |
310 | het respecteren van de technische gebruikslimieten) de kabels en hun | |
311 | beveiligingen. | |
312 | ||
313 | Terwijl de DNB voorziet in: | |
314 | • Het AVLS; | |
315 | • De stroomafwaartse circuits. | |
316 | ||
317 | In geval van bijkomende behoeften, op gebied van maximale afname of van | |
318 | beschikbaarheidsduur van de voeding 110 V DC in geval van onderbreking van de | |
319 | AC-voeding op dewelke de hulpdiensten DC zijn aangesloten, dient de DNB, op zijn | |
320 | kosten, eigen bijkomende batterijen en/of noodgeneratoren te plaatsen. | |
322 | Daarenboven is de DNB verantwoordelijk voor: | |
323 | • Het respecteren van de gebruikslimieten zoals vastgelegd in onderlinge | |
324 | afstemming tussen Xxxx en de DNB; | |
325 | • Het vermijden van een koppeling tussen de 2 voedingen 110 V DC via zijn | |
326 | installaties. | |
327 | ||
328 6.2 | Spanningsregelaar en spanningsregeling | |
329 | De spanningsregelaar zit geïntegreerd in de vermogenstransformator en dus in de | |
330 | verantwoordelijkheidsperimeter van Xxxx. | |
331 | Hetzelfde geldt voor de eventuele externe regelaars die direct aan de vermogens- | |
332 | transformatoren van Xxxx xxxxxxxxx zijn |
333 De spanningsregeling (de elektronica/elektromechanica die de spanningsregelaar
334 aanstuurt) is eveneens eigendom van Xxxx. 335
336 6.3 Automatismen voor overschakeling tussen Xxxx installaties bij verlies van een
337 transformator
338 Aangezien deze automatismen voornamelijk werken met gegevens die van
339 installaties van Xxxx afkomstig zijn, de vermogenstransformatoren van Xxxx xxxxxxxx
340 en dienen voor de continuïteit van de levering, zijn deze eigendom van Xxxx en vallen
341 ze onder haar beheer. 342
343
344 7. De installaties die verbonden zijn met de distributieactiviteiten
345 De volgende installaties zijn verbonden met de distributieactiviteiten en zijn eigendom van
346 de DNB.
347 7.1 Aardingcellen
348 Indien de aardingcel enkel voor deze functie is voorzien, is ze eigendom van de
349 distributienetbeheerder op wiens netgebied - waarvoor hij werd aangeduid als
350 distributienetbeheerder - het Koppelpunt zich bevindt.
351 Indien de aarding gecombineerd is met een andere functie in één cel, is ze eigendom
352 van de distributienetbeheerder waarvoor deze andere functie is bedoeld.
353 7.2 Overgangscellen
354 De overgangscellen (van het ene type cel naar een ander type cel) geïnstalleerd
355 n.a.v. een uitbreiding van een Transformatiestation of het MS-Onderstation zijn
356 eigendom van de DNB. 357
358 Elia en de DNB overleggen in het geval er verschillen zijn tussen het soort materiaal
359 dat beide Partijen voorstellen.
360 7.3 Condensatorenbatterij MS
361 Aangezien deze in hoofdzaak dient om de cosφ van de afgenomen belasting te
362 verbeteren, is de condensatorenbatterij eigendom van de DNB. 363
364 Indien er echter een condensatorenbatterij geplaatst werd op vraag van Xxxx (met het
365 oog op het behoud van de spanning op het Elia-net) is deze eigendom van Xxxx (de
366 kosten van de batterij evenals van haar cel ten laste zijnde van Xxxx).
367 7.4 TP-rails of potentiaalcel
368 De TP-rails zijn eigendom van de DNB (zij dienen o.a. om aan- en afwezigheid van
369 spanning op de rails te detecteren). 370
371 De TP voor het aansturen van de automatische spanningsregeling, die zich in de
372 cellen “aankomst transformator” bevindt, is daarentegen eigendom van de eigenaar
373 van de cel.
374 7.5 Langsscheiding in het railstel in een Transformatiestation
375 De langsscheiding in het railstel in een Transformatiestation is eigendom van de
376 DNB die ze aangevraagd heeft en waarvoor ze bestemd is. Onder langsscheiding
377 van een enkel railstel wordt begrepen een onderbrekingsorgaan dat niet automatisch
378 of vanop afstand wordt bediend en niet voorzien is van een beveiliging van het type
379 vermogensschakelaar.
380 7.6 Installatie voor de meting van de kwaliteit
381 Aangezien de TP-rails eigendom zijn van de DNB, is de installatie voor de meting
382 van de power quality ook eigendom van de DNB.
383 7.7 DNB-gebouwen
384 De DNB is eigenaar van eventuele gebouwen die apart zijn opgetrokken van de
385 gebouwen nodig voor de koppeling met het Elia-net, en die exclusief toegewezen zijn
386 aan zijn activiteiten, vb. een schakelpost/dispersiecabine, de CAB, een lokaal voor
387 tellerkasten, etc. 388
389 Indien het terrein eigendom is van Xxxx, zal Xxxx op vraag van de DNB en in de mate
390 van het mogelijke de nodige zakelijke rechten en erfdienstbaarheden toekennen op
391 het overeenkomstige terrein conform punt 3 van deze Bijlage.
392 8. Bijzondere installaties
393 8.1 Railstellen
394 In het geval van een MS-Onderstation met gesloten cellen maken de railstellen
395 integraal deel uit van de cellen en zijn ze eigendom van Xxxx of de DNB naargelang
396 wie eigenaar is van de cel. 397
398 De railstellen buiten cellen, de railbruggen (ook die uitzonderlijk op de cellen van Xxxx
399 geïnstalleerd) en de verbindingsrails zijn eigendom van de distributienetbeheerder,
400 op wiens netgebied – waarvoor hij werd aangeduid als distributienetbeheerder – het
401 Koppelpunt zich bevindt, behalve indien expliciet anders afgesproken tussen de
402 betrokken distributienetbeheerders. 403
404 De verbindingen tussen railstellen zijn eigendom van de DNB. Deze verbindingen
405 bestaan uit rails of kabels (zonder vermogenschakelaar of scheider) en voorzien een
406 rechtstreekse en permanente verbinding tussen de railstellen van een MS-
407 Onderstation of tussen twee MS-Onderstations van hetzelfde Transformatiestation.
408 Deze verbinding kan rechtstreeks op het railstel aangesloten worden of door middel
409 van een MS-cel waarvan de vermogenschakelaar vervangen is door een
410 koperverbinding. 411
412 8.2 Telecontrole – Telecommunicatie
413 Xxxxx Xxxx als de DNB voorzien in hun eigen telebedienings- en telecommunicatie-
414 installaties in nieuwe Transformatiestations met inbegrip van de kabels en optische
415 vezels.
416 8.3 Beveiliging van de MS-cellen
417 Alle installaties die dienen voor de mechanische ondersteuning van de kabels en
418 voor het functioneren of de beveiliging van de MS-cellen, vallen binnen de
419 activiteitsperimeter van hun eigenaar en moeten voorzien worden om te kunnen
420 beantwoorden aan de reglementaire en in het kader van onderhavige Overeenkomst
421 overeengekomen voorschriften.
422 8.4 Nulpunttransformator
423 De huidige gekozen technische oplossing bestaat erin de nulpunttransformator niet
424 op een rail aan te sluiten, maar om hem rechtstreeks te koppelen aan de
425 vermogenstransformator. Als technisch-economisch optimum is deze
426 aansluitingswijze van de nulpunttransformator de huidige standaard.
427 Rekening houdend met de koppeling aan de vermogenstransformator wordt de
428 nulpunttransformator in deze standaardconfiguratie geplaatst door Xxxx en worden de
429 kosten hiervan gedragen door Xxxx (inbegrepen in de tarieven door het gebruik van
430 het Elia-net). 431
432 Indien de nulpunttransformator wordt aangesloten op de rail is hij steeds eigendom
433 van en ten laste van de DNB.
434 8.5 Beperking van het kortsluitvermogen
435 Het maximale kortsluitvermogen op MS is gedefinieerd in het Technisch Reglement
436 Transmissie. De installaties worden uitgebouwd om hieraan te voldoen.
437 Toch kan het – omwille van de opkomst van decentrale productie of omwille van
438 verouderde installaties – nodig zijn om de aanbreng van kortsluitvermogen verder te
439 beperken.
440 Standaarden hieromtrent worden vastgelegd tussen Xxxx en de DNB.
441 Xxxx is verantwoordelijk voor de kortsluitvastheid van zijn installaties en de beperking
442 van de aanbreng van kortsluitvermogen vanuit het Elia-net binnen de vastgelegde
443 standaarden.
444 De DNB is verantwoordelijk voor de kortsluitvastheid van zijn installaties en de
445 beperking van aanbreng van kortsluitvermogen vanuit het DNB-net.
446 Bijkomende kortsluitbeperkende middelen (spoel, IS-begrenzer,…) worden geplaatst
447 op de technisch-economisch optimale plaats en zijn eigendom van de eigenaar van
448 de installaties waaraan ze gekoppeld worden.
449 8.6 Tellingen en datatransmissie
450 Xxxx is eigenaar van de 4.1 tellers. Elke Partij is eigenaar van de tellers die zich
451 bevinden op vertrekcellen die binnen zijn activiteitsperimeter vallen. 452
453 Het beheer van de telgegevens 4.1 is de verantwoordelijkheid van Xxxx.
454 Het beheer van de telgegevens van netgebruikers die ook een functie 4.2 hebben,
455 valt onder de verantwoordelijkheid van de netbeheerder in wiens toegangsregister
456 deze netgebruikers zich bevinden. 457
458 Het beheer van meetgegevens 4.2 valt:
459 • Voor bestaande of toekomstige MS-Onderstations waarin één DNB aanwezig is:
460 o Onder de verantwoordelijkheid van de DNB, voor zover dat hij ze nuttig
461 acht;
462
463 • Voor bestaande MS-Onderstations waarin de DNB en andere
464 distributienetbeheerders aanwezig zijn:
465 o Onder de verantwoordelijkheid van de distributienetbeheerder die eigenaar
466 is van de cel waarin de telling zich historisch bevindt;
467 o Onder de verantwoordelijkheid van de distributienetbeheerder waarvan het
468 werkingsgebied zich buiten de geografische plaats van het MS-
469 Onderstation bevindt, indien de telling zich bevindt buiten een MS-cel in
470 het MS-Onderstation; 471
472 • Voor nieuwe MS-Onderstations waarin de DNB en andere distributie-
473 netbeheerders aanwezig zijn, met open telling:
474 o Onder de verantwoordelijkheid van de nieuwe distributienetbeheerder in
475 een bestaand MS-Onderstation waarin één distributienetbeheerder
476 aanwezig was;
477 o Onder de verantwoordelijkheid van de distributienetbeheerder waarvan het
478 werkingsgebied zich buiten de geografische plaats van het MS-
479 Onderstation bevindt, tenzij anders overeengekomen tussen de DNB en
480 de andere distributienetbeheerders; 481
482 • Voor nieuwe MS-Onderstations waarin de DNB en meerdere distributienet-
483 beheerders aanwezig zijn, met gesloten telling:
484 o Onder de verantwoordelijkheid van de DNB en iedere andere
485 distributienetbeheerder, elk voor zijn deel. 486
487 8.7 Interfacekast
488 De interfacekast, voorheen “uitwisselingskast voor informatie” is ten laste van de
489 DNB en wordt opgesteld in het DNB-lokaal. 490
491 De klemmenkast waarin de informaties door een Partij ter beschikking worden
492 gesteld van de andere Partij, bevindt zich in de verantwoordelijkheidsperimeter van
493 distributienetbeheerder op wiens netgebied - waarvoor hij werd aangeduid als
494 distributienetbeheerder - het Koppelpunt zich bevindt. 495
496 Elke Partij zorgt voor de bekabeling van/naar zijn installaties. 497
498 8.8 CAB
499 De CAB is een activiteit van de DNB, die soms om technische en/of economische
500 redenen ontwikkeld werd door Xxxx. De nieuwe CAB-uitrustingen, behalve 36kV-cel
501 en -kabel, worden in elk geval geleverd door en zijn dus eigendom van de DNB. 502
503 • Vakwerk van de pulsadis-TI’s:
504 Het vakwerk van de pulsadis-TI’s maakt deel uit van “het toebehoren voor de
505 transformatie naar MS”. De aansluitingskabels van de TI’s naar het gebouw
506 worden door Xxxx geplaatst (omwille van synergie met andere werken) maar
507 worden geleverd door en zijn eigendom van de DNB. 508
509 • Injecties op MS:
510 De DNB is eigenaar van de CAB-installaties zowel voor serie- als voor
511 parallelinjectie.
512
513 • Injecties op 36 kV:
514
515 Xxxx is eigenaar van de 36 kV cel en de kabel.
516 Vanaf de HS koppelcel, wordt de apparatuur geleverd door en is eigendom van
517 de DNB (de eventuele extra scheiders en vermogensschakelaars kant CAB, filter,
518 generator en de sturing (lokaal bord)). 519
520
521 9. Tijdelijke installaties – in het kader van een project
522 Het kan gebeuren dat tijdelijke installaties noodzakelijk blijken te zijn in het kader van
523 projecten, om de bedrijfszekerheid van de bevoorrading op voldoende wijze te garanderen.
524 Het tijdelijk karakter betekent dat deze installaties niet meer nodig zijn na de uitvoering van
525 het project en bijgevolg afgebroken zullen worden. 526
527 De noodzaak van dit type installaties zal worden bepaald op basis van een globale evaluatie
528 van het technisch-economische risico. 529
530 Doorgaans dienen de tijdelijke verbindingen voor het overbrengen van de spanning van een
531 transformator van een oud naar een nieuw MS-Onderstation. De kost ervan maakt deel uit
532 van de term I van het aansluitingstarief. De kost wordt dus gedragen door de eigenaar van
533 het toebehoren voor de transformatie naar MS. 534
BIJLAGE A van de Bijlage 8 van de Samenwerkingsovereenkomst
Keuze van de streefconfiguratie van de DNB
535
536
537
538
539
Aan te vinken door de DNB | Eigenaar | |||
De toebehoren voor de transformatie naar MS | De niet-feeder MS- cellen | De algemene installaties en gebouwen | ||
Optie 1 | □ | Xxxx | Xxxx | Xxxx |
Optie 2 | □ | DNB | DNB | DNB |
540 | ||
541 | ||
542 | Voor Elia | |
543 | ||
544 | ||
545 | ||
546 | ||
547 | ||
548 | ||
549 | ||
550 | ||
551 | Naam: | Naam: |
552 | Functie: | Functie: |
553 | ||
554 | ||
555 | ||
556 | ||
557 | ||
558 | Voor de DNB | |
559 | ||
560 | ||
561 | ||
562 | ||
563 | ||
564 | ||
565 | ||
566 | ||
567 | ||
568 | Naam: | Naam: |
569 | Functie: | Functie: |
570 | ||
571 |
Samenwerkingsovereenkomst: Bijlage 8 | 13/13 | Contractreferentie: […] | |
DD.MM.2022 | V2.1 | [DNB] |
1 Bijlage 9: Uitvoering en coördinatie van werken
2 1. Voorwerp
3 Deze Bijlage beschrijft de principes en praktische regelingen voor de samenwerking tussen Xxxx en
4 de DNB bij het uitvoeren van werken en/of aanpassingen aan een Transformatiestation.
5 2. Documenten, plannen en eendraadschema's
6 Elke eigenaar van een installatie staat in voor het beheer van zijn wettelijk verplichte
7 eendraadschema. 8
9 Als meerdere distributienetbeheerders hetzelfde Transformatiestation delen en met uitzondering
10 van de gevallen waarin er per distributienetbeheerder een ander MS-onderstation is, verzamelt de
11 distributienetbeheerder op wiens netgebied - waarvoor hij werd aangeduid als
12 distributienetbeheerder - het Transformatiestation zich bevindt, de documenten die elke
13 distributienetbeheerder en/of Xxxx heeft aangeleverd, en staat hij in voor de verspreiding van die
14 documenten en het gecoördineerde eendraadschema van de MS-installaties. Is er per
15 distributienetbeheerder een ander MS-onderstation, dan bezorgen de distributienetbeheerders de
16 documenten en het gecoördineerde eendraadschema van de MS-installaties aan Xxxx. 17
18 Als meerdere distributienetbeheerders hetzelfde Transformatiestation delen, houden ze elkaar op
19 de hoogte van alle relevante aanpassingen aan hun installaties in het Transformatiestation. In het
20 bijzonder de locatie van nieuwe installaties (in of buiten het gebouw) en het tracé van (zowel
21 nieuwe als bestaande) kabels moeten naar aanleiding van werken in het Transformatiestation
22 nauwgezet gedocumenteerd worden aan de hand van een 'as built'-plan. Deze informatie moet
23 aan de eigenaar van het gebouw of het terrein bezorgd worden volgens de procedure die
24 beschreven wordt in punt 4.4.
25 3. Conformiteit van de installaties
26 De uitvoering van aanpassingen, verbouwingen en om het even welke andere werken, alsook het
27 resultaat ervan, moet steeds beantwoorden aan de geldende wetgeving, in het bijzonder wat betreft
28 de aflevering van stedenbouwkundige/milieu gerelateerde vergunningen en de naleving van de
29 reglementering met betrekking tot brandveiligheid, het ARAB, het AREI, de voorschriften rond welzijn
30 op het werk enzovoort, alsook de bepalingen in de vergunning(en). 31
32 Bij de toevoeging van nieuwe apparatuur in een gebouw of van een nieuw gebouw op een site is
33 de eigenaar van de nieuwe apparatuur of van het nieuwe gebouw verplicht zich in
34 overeenstemming te brengen met de geldende wetgeving, en in het bijzonder de regels met
35 betrekking tot geluidshinder en elektromagnetische velden. De eigenaar van een installatie moet
36 alle noodzakelijke en redelijke maatregelen nemen om te garanderen dat het nieuwe geheel (van
37 bestaande en nieuwe installaties) volledig in overeenstemming blijft met de betreffende normen.
38 Naargelang het soort apparatuur moet mogelijk ook de vergunning worden aangepast. 39
40 Bevat een gebouw asbest, dan moet de eigenaar zich eveneens in overeenstemming stellen met
41 de geldende wetgeving.
42 Tot slot mag tijdelijk opgeslagen afval en/of gereedschap in geen geval de hoofdingang en/of de
43 nooduitgangen versperren.
Samenwerkingsovereenkomst: Bijlage 9 1/6 Contractreferentie: […]
DD.MM.2022 V2.1 [DNB]