REGULERINGSCOMMISSIE VOOR ENERGIE IN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST
REGULERINGSCOMMISSIE VOOR ENERGIE IN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST
BESLISSING (BRUGEL-BESLISSING-20230718- 235)
betreffende de goedkeuring van de lancering van de eerste fase van de overheidsopdracht die door de distributienetbeheerder wordt georganiseerd over de levering, de installatie en de exploitatie van voor het publiek toegankelijke oplaadinfrastructuur voor elektrische voertuigen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest - Concessie 2024
Opgesteld op basis van artikelen 24bis § 1 en 30bis, § 2 van de ordonnantie van 19 juli 2001 betreffende de organisatie van de elektriciteitsmarkt in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
18/07/2023
Xxxxxxxxx 00 Xxxxxx xxx Xxxx - X-0000 Xxxxxxx/Xxxxxxxxx T: 02 563 02 00 – F: 02 563 02 13
xxxx@xxxxxx.xxxxxxxx - xxx.xxxxxx.xxxxxxxx
Inhoudsopgave
3 Analyse van het verzoek tot lancering van de opdracht 5
1 Juridische grondslag
De wijziging van de elektriciteitsordonnantie van 19 juli 2001 betreffende de organisatie van de elektriciteitsmarkt in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (hierna de ‘elektriciteitsordonnantie’ genoemd) die op 11 maart 2022 door het Parlement werd goedgekeurd, draagt nieuwe opdrachten in verband met de organisatie van de ontplooiing van een voor het publiek toegankelijke oplaadinfrastructuur voor elektrische voertuigen op de openbare weg over aan de distributienetbeheerder (hierna ‘de DNB’ of ‘SIBELGA’) en BRUGEL over.
Namelijk:
- Artikel 24bis, §1, 14° van de elektriciteitsordonnantie bepaalt dat de distributienetbeheerder wordt belast met een nieuwe openbaredienstopdracht (ODO). Hier wordt de DNB belast met: "een exclusieve opdracht met betrekking tot de organisatie van plaatsingsprocedures voor concessie voor diensten in verband met de eigendom van voor het publiek toegankelijke oplaadpunten op de openbare weg volgens open, transparante en niet-discriminerende voorwaarden die voorafgaandelijk door Xxxxxx zijn onderzocht en goedgekeurd".
- artikel 30bis,§ 2, 27° van de elektriciteitsordonnantie bepaalt dat BRUGEL: “het vooronderzoek [moet] uitvoeren en de technische clausules en gunningscriteria van de door de distributienetbeheerder georganiseerde plaatsingsprocedures voor concessie voor diensten met betrekking tot de eigendom van voor het publiek toegankelijke oplaadpunten op de openbare weg [moet] goedkeuren binnen de dertig dagen na ontvangst ervan”,
De BDN legde met een e-mailbericht van 28 juni 2023 een voorstel voor de lancering van de concessieopdracht voor diensten in verband met de levering, de installatie en de exploitatie van voor het publiek toegankelijke oplaadinfrastructuur voor elektrische voertuigen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest ter goedkeuring aan BRUGEL voor.
De huidige beslissing komt tegemoet aan voornoemde wettelijke bepalingen.
2 Achtergrond
In het kader van de uitvoering van de openbaredienstopdracht die is voorzien door artikel 24bis,§ 1,
14 van de elektriciteitsordonnantie heeft XXXXXXX als doel om in de loop van 2023 een concessieopdracht te organiseren voor de levering, de installatie en de exploitatie van 1.200 tot 2.000 voor het publiek toegankelijke oplaadpunten voor elektrische voertuigen. Die oplaadpunten zullen vanaf 1 mei 2024 worden geïnstalleerd.
BRUGEL wijst erop dat, hoewel deze ODO werd toegevoegd bij de wijziging van de ordonnantie in maart 2022, SIBELGA al de gelegenheid heeft gehad om twee concessieopdrachten te organiseren voor de levering, de installatie en de exploitatie van voor het publiek toegankelijke oplaadpunten: in 2021 voor 400 tot 500 oplaadpunten en in 2022 voor 1.600 tot 2.000 oplaadpunten. Die opdrachten werden georganiseerd in overeenstemming met het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering betreffende de steun aan gewestelijke en lokale overheden voor de aanleg van infrastructuur voor de distributie van alternatieve brandstoffen. Deze concessieopdrachten, die werden georganiseerd onder toezicht van Leefmilieu Brussel, Brussel Mobiliteit en BRUGEL, hadden verschillende geïnteresseerde kandidaten aangetrokken en werden uiteindelijk toegekend aan het bedrijf Energy Vision.
De concessieopdracht waarop deze beslissing betrekking heeft, zal in twee fasen door SIBELGA worden uitgevoerd:
- 1e fase: organisatie van een oproep tot kandidaatstelling met specifieke selectiecriteria (financiële en economische draagkracht en technische bekwaamheid). Deze fase vindt plaats tijdens het 3e kwartaal van 2023.
- 2e fase: de in de 1e fase geselecteerde kandidaten zullen een bestek ontvangen met de technische en de administratieve bepalingen van de concessie en zullen op basis daarvan een offerte moeten indienen. Deze fase vindt plaats tijdens het 4e kwartaal van 2023.
Het verzoek tot de lancering van de opdracht die ter goedkeuring aan BRUGEL werd voorgelegd via deze beslissing, heeft alleen betrekking op de 1e fase. In overeenstemming met voornoemd wettelijk kader moet de DNB tijdens de 2e fase van de concessieopdracht de technische bepalingen en de gunningscriteria die aan de geselecteerde kandidaten zullen worden meegedeeld, ter goedkeuring aan BRUGEL voorleggen.
Ten slotte werkt BRUGEL momenteel aan de opstelling van de indicatieve richtlijnen in verband met de gunningsprocedures voor de concessie van diensten betreffende de eigendom van de voor het publiek toegankelijke oplaadpunten op de openbare weg, die garant moeten staan voor de billijkheid van de gunningsprocedures. Die bepaling is opgenomen in de wijziging van de elektriciteitsordonnantie die op 11 maart 2022 werd goedgekeurd. Deze richtlijnen zullen binnenkort worden gepubliceerd. Gezien de noodzaak van het Gewest om vooruitgang te boeken met de ontplooiing van een oplaadinfrastructuur, is het voor SIBELGA opportuun gebleken om een nieuwe aanbesteding te organiseren met betrekking tot de installatie van oplaadpunten in de loop van 2023, zonder te wachten op de publicatie van de voornoemde richtlijnen. XXXXXX begrijpt die noodzaak om te voldoen aan de doelstellingen van de energietransitie van het Gewest.
Toch benadrukt BRUGEL dat toekomstige aanbestedingen in overeenstemming zullen moeten zijn met de richtlijnen die zullen worden gepubliceerd, zonder dat de huidige procedure een precedent vormt.
3 Analyse van het verzoek tot lancering van de opdracht
Overeenkomstig artikel 24bis,§ 1, 14° van de elektriciteitsordonnantie, zal BRUGEL erop toezien dat de plaatsingsprocedure van de dienstenconcessie onder open, transparante en niet-discriminerende voorwaarden wordt georganiseerd.
Gezien het succes van de eerste concessieopdracht, die in 2021 een groot aantal kandidaten aantrok, heeft BRUGEL geanalyseerd of de voorwaarden voor de in 2022 georganiseerde opdracht gelijkwaardig zijn. Aangezien de voorwaarden van de huidige opdracht gelijkaardig zijn aan die van de in 2022 georganiseerde opdracht, wordt de analyse van deze opdrachtaanvraag dus op een identieke manier benaderd en leidt ze tot dezelfde conclusies.
Het verzoek tot lancering van de concessieopdracht bevat de volgende kerninformatie:
1) Het voorwerp van de opdracht
De opdracht bestaat uit een perceel met betrekking tot de levering, de installatie en de exploitatie van 600 tot 1.000 voor het publiek toegankelijke oplaadpunten (wat overeenkomt met een aantal van 1.200 tot 2.000 laadpunten) voor elektrische voertuigen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
De opdracht heeft een duur van 1 tot 1,5 jaar voor de installatie van de oplaadpunten en 10 jaar voor de exploitatie, te rekenen vanaf de datum van installatie van het laatste oplaadpunt. De begindatum van het contract is voorzien voor 1 mei 2024.
De dienstverlener zal uitsluitend worden vergoed via de prijs van de aan de gebruikers aangerekende diensten, aangezien een overheidsbijdrage in dit stadium niet wordt overwogen overeenkomstig de Gewestelijke strategische visie voor de uitrol van een oplaadinfrastructuur voor elektrische voertuigen1.
2) Xxxxx opdracht
SIBELGA zal, net als bij de twee vorige opdrachten, een concessieovereenkomst voor diensten in klassieke sectoren organiseren in overeenstemming met de wet van 17 juni 2016 betreffende de concessieopdrachten en het koninklijk besluit van 25 juni 2017 betreffende de gunning en de algemene regels voor de uitvoering van concessieopdrachten met bekendmaking van een concessieaankondiging op Europees niveau.
1 xxxxx://xxxxxxxxxx.xxxxxxxx/xxxxx/xxxxxxx/xxxxx/xxxx_xxxxx/xxxx_xxxxxx_xxxxxxxxx_xxxxxx_xx.xxx
3) De specifieke selectiecriteria:
In het kader van haar concessieopdracht stelt XXXXXXX voor om, naar het voorbeeld van de twee vorige opdrachten, twee specifieke selectiecriteria toe te passen:
o De financiële en economische draagkracht van de kandidaat
Om te kunnen deelnemen aan de opdracht van 2023 moet de kandidaat, net zoals in 2022, aantonen dat de minimale jaarlijkse omzet van zijn onderneming over de laatste drie boekjaren meer dan € 2.500.000 bedraagt. De eerste opdracht die in 2021 werd georganiseerd, voorzag in een bedrag van € 1.000.000.
XXXXXX had aan XXXXXXX gevraagd om deze herbeoordeling te rechtvaardigen en te garanderen dat ze niet van die aard was dat ze het aantal kandidaten dat een offerte kon indienen, al te zeer zou beperken. Het bleek dat de DNB de jaarlijkse omzetvereiste opnieuw had geëvalueerd omwille van de stijging van het aantal te installeren oplaadpunten (400 tot 500 voor de eerste opdracht in 2021, tegenover 1.600 tot 2.000 voor de tweede opdracht in 2022, en vergelijkbare hoeveelheden van
1.200 tot 2.000 voor de huidige opdracht in 2023), met als doel de garanties van de kandidaat te verhogen om de vereiste investeringen te doen.
De DNB gaf ook aan dat die waardering de slaagkansen van de concessieopdracht niet zou verminderen. De DNB heeft met name geverifieerd dat alle kandidaten die een offerte hadden ingediend voor de eerste opdracht, voldeden aan deze nieuwe eis voor de opdracht die in 2022 werd georganiseerd en bijgevolg ook voor de opdracht die in 2023 zou worden georganiseerd.
o De technische bekwaamheid van de kandidaat
De DNB eist dat de kandidaat (via attesten van goede uitvoering) zijn technische bekwaamheid aantoont door ten minste twee referenties te verstrekken van soortgelijke projecten waarbij hij een normale oplaadinfrastructuur voor elektrische voertuigen heeft geleverd, geïnstalleerd en geëxploiteerd:
• die met verschillende MSP's (Mobility Service Providers) werken,
• met facturering van kosten voor eindgebruikers (via MSP en rechtstreeks), en
• ondersteund door een webapplicatie.
De DNB specificeert dat de referentieprojecten ten minste 50 publiek toegankelijke laadpalen moeten omvatten. De geselecteerde referenties moeten geheel of gedeeltelijk zijn uitgevoerd in de laatste vijf jaar voor de datum van publicatie van deze opdracht en voor ten minste één van die referenties moet de kandidaat de laadpalen nog steeds exploiteren.
Dit criterium werd niet gewijzigd ten opzichte van de vorige twee concessieopdrachten.
4 Conclusie
Gelet op de artikelen 24bis, §1, 14° en 30bis, §2, 27° van de elektriciteitsordonnantie van 19 juli 2001 betreffende de organisatie van de elektriciteitsmarkt in het Brussels Hoofdstedelijke Gewest;
Overwegende dat verzoek tot lancering van de opdracht onder open, transparante en niet- discriminerende voorwaarden wordt georganiseerd;
beslist BRUGEL om het verzoek van de DNB tot lancering van een concessie voor de levering, de installatie en de exploitatie van publiek toegankelijke oplaadpunten voor elektrische voertuigen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest goed te keuren.
5 Voorbehoud
XXXXXX wijst erop dat deze beslissing uitsluitend betrekking heeft op het verzoek tot lancering van de opdracht die haar ter goedkeuring werd voorgelegd en dat ze enkel betrekking heeft op de organisatie van de oproep tot kandidaatstelling.
Overeenkomstig artikel 30bis,§ 2, 27° van de elektriciteitsordonnantie moet de DNB de technische bepalingen en de gunningscriteria van de concessie voor diensten nog ter goedkeuring aan BRUGEL voorleggen alvorens ze mee te delen aan de kandidaten die na de 1e fase van de oproep tot kandidaatstelling zullen worden geselecteerd.
Ten slotte is BRUGEL in overeenstemming met artikel 30bis,§ 2, 26° van de elektriciteitsordonnantie van plan om in 2023 richtlijnen op te stellen voor de toekenning van dienstenconcessies met betrekking tot de eigendom van voor het publiek toegankelijke oplaadpunten op de openbare weg, die de billijkheid van de toekenningsprocedures zullen garanderen. Bijgevolg mogen de bij de opstelling van deze beslissing toegepaste methoden geen precedent vormen voor toekomstige offerteaanvragen.
6 Beroepsmogelijkheden
Tegen deze beslissing kan bij de Raad van State een beroep tot nietigverklaring worden ingediend. Op grond van artikel 30octies van de Elektriciteitsordonnantie kan, onverminderd de gewone rechtsmiddelen, bij BRUGEL een klacht worden neergelegd tegen deze beslissing met het oog op de heroverweging ervan. Deze klacht heeft geen opschortende werking.
7 Inwerkingtreding
Deze beslissing treedt in werking op de dag dat ze aan Sibelga wordt bekendgemaakt.