Voorbeeld overeenkomst combinatie van gemeenten als bedoeld in ordinantie 2-8-2
Voorbeeld overeenkomst combinatie van gemeenten als bedoeld in ordinantie 2-8-2
Versie: 1.7 (geaccordeerd door cie. kerkorde)
Datum laatste wijziging: 08-02-2017
1. De Hersteld Hervormde gemeente te (naam gemeente), vertegenwoordigd door (naam preses) en (naam scriba), respectievelijk preses en scriba van de kerkenraad, en door (naam voorzitter) en (naam secretaris) van het college van kerkvoogden, hierna te noemen (naam gemeente),
en
2. De Hersteld Hervormde gemeente te (naam gemeente), vertegenwoordigd door (naam preses) en (naam scriba), respectievelijk preses en scriba van de kerkenraad, en door (naam voorzitter) en (naam secretaris) van het college van kerkvoogden, hierna te noemen (naam gemeente),
Overwegende dat
− Door het breed moderamen van de classicale vergadering (naam classis) aan (naam gemeente) een omvang is toegekend van (…/….) predikantsplaats, voor wat betreft de hoogte van de financiële verplichtingen jegens de Hersteld Hervormde Kerk;
− Door het breed moderamen van de classicale vergadering (naam classis) aan (naam gemeente) een omvang is toegekend van (…/….) predikantsplaats, voor wat betreft de hoogte van de financiële verplichtingen jegens de Hersteld Hervormde Kerk;
− Noch (naam gemeente), noch (naam gemeente), vanwege deze vastgestelde omvang, elk afzonderlijk beschouwd, in staat (zullen) zijn om voor de bij hen gevestigde predikantsplaatsen een eigen predikant te beroepen;
− (naam gemeente) en (naam gemeente) om die reden van mening zijn dat zij niet op verantwoorde wijze invulling kunnen geven aan de pastorale zorg jegens hun gemeenteleden;
− Zij vanwege hun verantwoordelijkheid voor de aan hun zorgen toevertrouwde gemeenteleden derhalve gebruik willen maken van de mogelijkheid een combinatie van gemeenten te vormen als bedoeld in ordinantie 2-8 om bij die combinatie een gemeenschappelijke predikantsplaats te vestigen;
− De commissie toezicht en financiën heeft ingestemd met het voornemen tot vorming van deze combinatie;
komen met het oog de vorming van die combinatie van gemeenten het volgende overeen:
Artikel 1 Vestiging gemeenschappelijke predikantsplaats
1. Met ingang van de datum waarop deze overeenkomst door het breed moderamen van de classicale vergadering (naam classis) van kracht wordt verklaard vormen (naam gemeente) en (naam gemeente) een combinatie waarbij vanaf dat moment een gemeenschappelijke predikantsplaats is gevestigd.
2. De combinatie draagt de naam ‘Hersteld Hervormde Gemeente te (naam gemeente) en Hersteld Hervormde Gemeente te (naam gemeente)’.
3. Ondanks de vorming van de in lid 1 bedoelde combinatie blijven (naam gemeente) en (naam gemeente) zelfstandig voortbestaan, met hun eigen kerkenraden, colleges en pastorale structuren.
4. Voor de duur van deze combinatie is noch aan (naam gemeente), noch aan (naam gemeente), een zelfstandige predikantsplaats verbonden
5. Op grond van de in de considerans vermelde omvang van beide gemeenten zal de aan de gemeenschappelijke predikantsplaats verbonden predikant voor (…/…) werkzaam zijn voor (naam gemeente) en voor (../..) voor (naam gemeente).
6. De predikant zal ten behoeve van de gemeenschappelijke predikantsplaats, per kalenderjaar, (invullen) preekbeurten vervullen. Daarvan worden er (…/…) (ofwel (aantal) vervuld in (naam gemeente) en (…/…) (ofwel (aantal) in (naam gemeente).
7. De predikant zal op een nader met hem overeen te komen tijdstip zijn preekbeurten voor het volgende kalenderjaar aan beide kerkenraden bekend maken, rekening houdend met het in artikel 2 bepaalde.
Artikel 2 Kerkdiensten
1. Zowel in (naam gemeente), als in (naam gemeente), worden per zondag in de regel twee gewone kerkdiensten gehouden.
2. De aanvangstijden van de kerkdiensten in (naam gemeente) zijn in beginsel vastgesteld op (..:..
uur) en (..:.. uur) en in (naam gemeente) op (..:.. uur) en ( uur).
3. De kerkenraden van (naam gemeente) en (naam gemeente) overleggen met elkaar en met de predikant over een evenredige verdeling van het voorgaan van de predikant in bijzondere kerkdiensten met dien verstande dat er jaarlijks gewisseld wordt naar rato van het aandeel der gemeenten. De kerkenraden hanteren hiervoor de volgende uitgangspunten:
− Bid- en dankdag: om en om in beide gemeenten een middag- en avonddienst.
− Hervormingsdienst: samen organiseren en om en om het ene jaar in (naam gemeente), het andere jaar in (naam gemeente).
− Oud- en Nieuwjaarsdag: om en om in beide gemeenten.
− Overige feestdagen: Goede Vrijdag, Tweede Paasdag, Tweede Pinksterdag, Hemelvaartsdag en Kerstdagen: naar rato van de in artikel 1 lid 5 vastgelegde verdeling.
4. De kerkenraden kunnen, in onderling overleg, desgewenst meer preekbeurten met de predikant afspreken dan in artikel 1, lid 6, zijn vastgesteld. Deze preekbeurten worden conform de richtlijnen van de kerk financieel vergoed door de vragende gemeente.
Artikel 3 Pastoraat
1. De predikant overlegt met de kerkenraden van (naam gemeente) en (naam gemeente) over de te verrichten pastorale werkzaamheden, rekening houdend met het aandeel van elk van de gemeenten in de gemeenschappelijke predikantsplaats.
2. De predikant is in beginsel vrij om deze pastorale werkzaamheden zelf in te vullen mits de tijdbesteding conform de verdeling is zoals aangegeven in artikel 1, lid 5.
3. De predikant zal de belijdeniscatechisatie voor beide gemeenten gezamenlijk geven, het ene jaar in (naam gemeente) en het andere jaar in (naam gemeente).
4. De predikant zal de gewone catechisaties in beide gemeenten afzonderlijk geven. De te behandelen leerstof wordt bepaald in overleg met de betrokken kerkenraad, maar is bij voorkeur in beide gemeenten hetzelfde.
5. De verdeling van de werkzaamheden van de predikant wordt jaarlijks in een gezamenlijke kerkenraadsvergadering vastgesteld en geëvalueerd.
Artikel 4 Kerkenraads- en overige vergaderingen
1. De kerkenraden van (naam gemeente) en (naam gemeente) vergaderen in beginsel elk afzonderlijk, behoudens voor zover het belang van de gemeenschappelijke predikantsplaats vordert dat er gezamenlijk dient te worden vergaderd.
2. Ten minste eenmaal per jaar wordt er een gezamenlijke kerkenraadsvergadering gehouden, waarin voor het komende kalenderjaar een begroting wordt vastgesteld van de aan de
gemeenschappelijke predikantsplaats verbonden (financiële) verplichtingen, overeenkomstig het bepaalde in artikel 5, lid 4.
3. De predikant is bij voorkeur preses van de kerkenraad van (naam gemeente) en van de kerkenraad van (naam gemeente).
4. De data voor de kerkenraadsvergaderingen en overige ambtelijke vergaderingen van de beide gemeenten worden in een gezamenlijk overleg van de kerkenraden en predikant vastgesteld.
Artikel 5 Aandeel in de verplichtingen jegens de predikantsplaats
1. Het traktement verbonden aan de predikantsplaats bestaat uit de in de generale regeling genoemde verplichte onderdelen, waarvan de bedragen zijn vermeld in het aanhangsel, ofwel de tabellen predikantstraktementen, vergoedingen, en inhoudingen ten behoeve van de predikanten, vastgesteld door de commissie toezicht en financiën.
2. De gemeenschappelijke predikantsplaats is ingedeeld in categorie (invullen).
3. De kerkenraden en colleges van kerkvoogden komen overeen dat het college van kerkvoogden van (naam gemeente) als administrerend college fungeert. In het vervolg van dit artikel geldt de (naam gemeente) als administrerende gemeente en (naam gemeente) als niet-administrerende gemeente.
4. Het college van kerkvoogden van de administrerende gemeente zal alle betalingen aan de predikant verrichten op basis van een door datzelfde college opgestelde begroting die door beide kerkenraden en colleges van kerkvoogden vooraf is goedgekeurd.
5. De gemeenten dragen, naar rato van de in artikel 1, lid 5, vastgelegde verdeling, de (financiële) verplichtingen en delen in diezelfde verhouding in de inkomsten.
6. De kosten die zijn gerelateerd aan de predikantsplaats of ledental van de gemeente, ongeacht of de gemeente beschikt over een predikant (bijv. A-nota, deel van de P-nota, K-nota e.d.), zullen niet in de begroting zoals bedoeld in artikel 5, lid 4 worden opgenomen. Beide gemeenten dienen deze afzonderlijk af te dragen aan het daarvoor bestemde fonds van de kerk.
7. De administrerende gemeente zal overeenkomstig het in lid 1 van dit artikel bepaalde op basis van de in lid 4 bedoelde begroting een maandelijks voorschot ontvangen van de niet-administrerende gemeente.
8. Na afloop van het kalenderjaar zal door het college van kerkvoogden van de administrerende gemeente een afrekening worden opgesteld van alle vanwege de gemeenschappelijke predikantsplaats gedane uitgaven en ontvangen inkomsten en zendt deze afrekening ter controle toe aan de kerkenraad van de administrerende gemeente en de kerkenraad en het college van kerkvoogden van de niet-administrerende gemeente. Voor zover deze afrekening, onder verrekening van de door niet–administrerende gemeente gedane voorschotbetalingen, nog in een saldobedrag resteert, zal dit door niet-administrerende gemeente worden voldaan, danwel zal de administrerende gemeente dit saldo aan de niet-administrerende gemeente restitueren.
Artikel 6 Woonplaats van de predikant
1. In de situatie waarin zowel in (naam gemeente) als in (naam gemeente) een ambtswoning beschikbaar is, besluiten de beide kerkenraden in overleg met de beroepen predikant over de keuze van de ambtswoning. (Naam gemeente) heeft een pastorie in (naam plaats), (postcode, straat en nummer) die als dienstwoning zal fungeren.
2. In de situatie waarin slechts in één van de gemeenten een ambtswoning beschikbaar is, geldt die ambtswoning als pastorie voor de aan de gemeenschappelijke predikantsplaats verbonden predikant. (Naam gemeente) heeft een pastorie in (naam plaats), (postcode, straat en nummer) die als dienstwoning zal fungeren.
3. In de situatie waarin geen ambtswoning beschikbaar is, dient de predikant in eigen huisvesting te voorzien in één van de twee gemeenten.
4. De kerkenraden stellen vast dat op de combinatie het in lid 1 / 2 / 3 bepaalde van toepassing is.1
Artikel 7 Ziek- en herstelmelding predikant
1. In geval de predikant door ziekte verhinderd is om zijn werkzaamheden te verrichten meldt hij dit aan de scriba van de kerkenraad van (naam gemeente), die deze ziekmelding vervolgens doorgeeft aan het kerkelijk bureau van de Hersteld Hervormde Kerk.
2. Voor een herstelmelding is het in lid 1 bepaalde van overeenkomstige toepassing.
3. Daarnaast stelt de predikant de scriba van de kerkenraad van (naam gemeente) in kennis als hij door ziekte niet in staat is aldaar zijn werkzaamheden uit te voeren.
Artikel 8 Aandeel in de procedure beroepingswerk
1. In geval de gemeenschappelijke predikantsplaats vacant is hebben de kerkenraden van (naam gemeente) en (naam gemeente) elk een gelijk aandeel in de beroepingsprocedure.
2. Elk van de kerkenraden besluit, met inachtneming van het bepaalde in ordinantie 3-3-1, vervolgens zelfstandig tot het beroepen van dezelfde predikant of kandidaat tot de Heilige Dienst.
Artikel 9 Overige bepalingen
1. Deze overeenkomst treedt in werking met ingang van (datum).
2. Onder goedkeuring van het breed moderamen van de classicale vergadering, de commissie toezicht en financiën gehoord, kunnen met goedvinden van alle bij de overeenkomst betrokkenen, in deze overeenkomst wijzigingen worden aangebracht of kan de combinatie op verzoek van een of meer van de kerkenraden worden beëindigd, indien naar het oordeel van het breed moderamen van de classicale vergadering, daartoe gegronde redenen bestaan en een voor alle kerkenraden redelijke oplossing is gevonden ten aanzien van de betrokken predikantsplaats(en), en van de daaraan verbonden inkomsten. Wijzigingen die nadelige gevolgen hebben voor de rechtspositie van de aan zulk een predikantsplaats verbonden predikant, kunnen niet worden aangebracht gedurende de periode dat de predikantsplaats bezet is.
3. Eventuele geschillen tussen de kerkenraden van (naam gemeente) en (naam gemeente) omtrent deze overeenkomst worden voorgelegd aan het breed moderamen van de classicale vergadering (naam classis) c.q. de regionale commissie voor de behandeling van bezwaren en geschillen met als beroepsinstantie de generale commissie voor de behandeling van bezwaren en geschillen. De uitspraak door het breed moderamen c.q. de commissie voor de behandeling van bezwaren en geschillen zal voor beide partijen bindend zijn.
1 Doorhalen wat niet van toepassing is.
Aldus in drievoud vastgesteld en ondertekend:
Voor de kerkenraad van de Hersteld Hervormde Gemeente te (naam gemeente): Datum: …………………………
(naam) preses: ………………….………
(naam) scriba: ………………………….
Voor het college van kerkvoogden van de Hersteld Hervormde Gemeente te (naam gemeente): Datum: …………………………
(naam) voorzitter: ………………….………
(naam) secretaris: ………………………….
Voor kerkenraad van de Hersteld Hervormde Gemeente te (naam gemeente):
Datum: ………………………… | ||
(naam) | preses: | ………………….……… |
(naam) | scriba: | …………………………. |
Voor het college van kerkvoogden van de Hersteld Hervormde Gemeente te (naam gemeente): Datum: …………………………
(naam) voorzitter: ………………….………
(naam) secretaris: ………………………….
Aldus vastgesteld en goedgekeurd door het breed moderamen van de classicale vergadering van de classis (naam classis):
te…………………………………….., datum:………………………
(naam) preses: ………………….………
(naam) scriba: ………………………….