Uitvoeringsovereenkomst Krimpenerwaard 2015 – 2021
Uitvoeringsovereenkomst Krimpenerwaard 2015 – 2021
Preambule
In december 2014 hebben de provincie Zuid-Holland, het Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard en de rechtsvoorgangers van de gemeente Krimpenerwaard de Gebiedsovereenkomst Krimpenerwaard 2014-2021 ondertekend. De Gebiedsovereenkomst is opgesteld om de samenwerking bij de realisatie van de volgende gebiedsopgaven in de Krimpenerwaard te regelen:
1. De opgave voor natuur, die bestaat uit de realisatie van circa 2250 hectare van het Natuur Netwerk Nederland (voorheen EHS), gecombineerd met een bijpassend robuust en duurzaam watersysteem in het kader van de KRW en het tegengaan van de bodemdaling;
2. De opgave voor de landbouw, die de versterking van een duurzame agrarische functie van de Krimpenerwaard betreft. Activiteiten binnen deze deelopgave zijn onder andere sturctuurversterkingsmaatregelen, systeeminnovaties, het faciliteren en benutten van productie en afzet van streekeigen producten en onderzoek op het gebied van biobased economy en duurzame energie;
3. De opgave voor recreatie en toerisme. Dit betreft het versterken van recreatie en toerisme in de Krimpenerwaard, onder andere door het verbeteren en vergroten van het aanbod aan recreatieve voorzieningen en het verbeteren van de bekendheid van de Krimpenerwaard als recreatief en toeristisch aantrekkelijk gebied.
Het thema ‘Water’ is verweven door alle deelprogramma’s. Het tegengaan van de bodemdaling is conform de Gebiedsovereenkomst meegenomen als een meekoppelend belang. Dat betekent dat hier in de definitie van maatregelen zoveel mogelijk rekening mee wordt gehouden, maar dat het halen van de doelstellingen in het kader van de NNN en KRW, binnen het budget wat in de Gebiedsovereenkomst ter beschikking is gesteld, prioriteit heeft.
In de Gebiedsovereenkomst is overeengekomen dat partijen in een Uitvoeringsovereenkomst afspraken maken over:
o de programmaorganisatie. In deze afspraken wordt in ieder geval de wijze waarop (provinciale) medewerkers ingezet worden, de vaststelling van het procesbudget, de wijze waarop provinciaal procesbudget ingezet kan worden en de verantwoordelijkheid van de opdrachtnemer en opdrachtgever ten opzichte van de programmaorganisatie geregeld;
o hoe de inzet van het beschikbare instrumentarium administratief verwerkt zal worden;
o het langjarig beheer.
Doelen
Natuur: NNN1
Het programma Veenweiden Krimpenerwaard voert het beleid uit zoals dat geformuleerd is in de besluitvorming rond de herijking van de EHS. Voor het programma Veenweiden Krimpenerwaard bestaat de doelstelling voor natuur uit de realisatie voor 2021 van circa 2250 ha van de NNN, gecombineerd met een bijpassend robuust en duurzaam watersysteem in het kader van de KRW en het tegengaan van bodemdaling. De kaders voor de uitvoering van natuur en water zijn vastgelegd in de door de stuurgroep vastgestelde notitie Natuur- en waterkaders ten behoeve van de gebiedsovereenkomst. Voor de doelstelling Natuur is een Business Case opgesteld die als basis dient voor de gebiedsovereenkomst.
Onderdeel van het programma is het maken van een uitwerking met het gebied voor de definitieve begrenzing van de NNN. Provinciale Staten hebben in 2013 de herijkte EHS vastgesteld en daarbij middels een amendement aan Gedeputeerde Staten de bevoegdheid gegeven om over de begrenzing te besluiten.
1 Tot voor kort werd gesproken over de Ecologische Hoofdstructuur. De Rijksoverheid heeft met de herijking de EHS een nieuwe naam gegeven die zij de lading beter vind dekken: Het Natuur Netwerk Nederland of NNN.
Landbouw
De doelstelling voor landbouw betreft de versterking van een economische en duurzame agrarische functie van de Krimpenerwaard, onder andere door structuurverbeteringen zoals kavelruilen, door systeeminnovaties, faciliteren en benutten van de productie en afzet van streekeigen producten en onderzoek op het gebied van biobased economy en duurzame energie. De landbouw is tevens belangrijk voor het behoud van het veenweidelandschap. Het betreft de landbouw in de gehele gemeente.
De gemeente stelt in 2015 een meerjarenprogramma landbouw op ter uitwerking van de opgave landbouw en zal hieraan voorafgaand voor de activiteiten die in 2015 voor deze opgave worden uitgevoerd, een jaarplan 2015 opstellen. Hiervoor is aan de agrarische sector gevraagd om hun ideeën en knelpunten op een rij te zetten. De gezamenlijke agrarische partijen zijn nog in overleg over een gedeelde Agenda Landbouw.
Recreatie
De doelstelling voor recreatie & toerisme betreft het versterken van recreatieve & toeristische potenties in de Krimpenerwaard. Dit gebeurt door te investeren in de kwaliteit en vergroten van het aanbod van recreatieve voorzieningen en het verbeteren van de bekendheid van de Krimpenerwaard als recreatief en toeristisch aantrekkelijk gebied.
Voor recreatie werkt de Krimpenerwaard samen met de andere Zuid-Hollandse veenweidegebieden, Gouwe Wiericke en Kaag en Braasem, en met het recreatieschap “Groenalliantie”. Deze partijen hebben samen één concept-recreatieprogramma opgesteld (bestaande uit regionale en lokale projecten) voor dit Zuid-Hollandse deel van het Groene Hart.
Gezamenlijke thema’s daarin, zoals gebiedsbranding, worden gezamenlijk opgepakt. Projecten worden per deelgebied uitgewerkt.
Tijdpad
Natuur
In de Gebiedsovereenkomst is een programmering opgenomen die erop stuurt dat de NNN in de Krimpenerwaard uiterlijk 2021 gereed is. Voor deze programmering is het besluit van de provincie gevolgd om de benodigde middelen in 2 fases vrij te geven: fase I loopt van 2013 – 2016 en fase II van 2016 – 2021. Dat betekent dat in 2016 een evaluatie van de voortgang, doelen en middelen van het programma uitgevoerd zal worden. Daarna neemt de provincie een besluit over de beschikbaarstelling van het restantbudget.
Recreatie
In het voorjaar van 2016 wordt het recreatieprogramma aan de provincie voorgelegd met het verzoek tot cofinanciering.
Landbouw
Het Meerjarenprogramma Landbouw 2016-2021 wordt ook in het voorjaar van 2016 aan de Stuurgroep voorgelegd en aan de provincie voorgelegd met het verzoek tot cofinanciering.
Overeenkomst
Partijen,
Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland, vertegenwoordigd door gedeputeerde de xxxx Xxx Xxxxx, daartoe gemachtigd ingevolge hun besluit van 8 december 2015, hierna te noemen provincie;
Burgemeester en wethouders van Krimpenerwaard, vertegenwoordigd door wethouder Xxxxxx Xxxxx, daartoe gemachtigd ingevolge hun besluit van 16 december 2015, hierna te noemen gemeente;
Dijkgraaf en hoogheemraden van Xxxxxxxxx en de Krimpenerwaard, vertegenwoordigd door de dijkgraaf de heer Xxxx Xxxxxxx, daartoe gemachtigd ingevolge het besluit van de Verenigde Vergadering van 25 november 2015, hierna te noemen het hoogheemraadschap
komen als volgt overeen:
Begripsbepalingen
In deze overeenkomst wordt verstaan onder:
Gebiedsovereenkomst: de Gebiedsovereenkomst Veenweiden Krimpenerwaard 2014-2021, zoals in december 2014 ondertekend door partijen.
Instrumentenkoffer NNN: Pakket van bestaande en te ontwikkelen maatregelen en regelingen dat door de provincie Zuid-Holland is en wordt ingesteld om natuurdoelstellingen te realiseren en door de stuurgroep ingezet kan worden bij de uitvoering van het programma Veenweiden Krimpenerwaard. Hiertoe behoren in ieder geval de bestaande maatregelen en regelingen SNL, SKNL, URG, Nota Grondbeleid 2013 en Nota Beheer EHS.
Natuurbeheerplan: Natuurbeheerplan 2016, zoals door Provinciale Staten vastgesteld in april 0000
XXX: Natuur Netwerk Nederland; Nieuwe benaming voor de EHS, ecologische hoofdstructuur, zoals bedoeld in de gebiedsovereenkomst Veenweiden Krimpenerwaard 2014-2021.
Programma Veenweiden
Krimpenerwaard: De uitwerking van de opgaven natuur, landbouw en recreatie&toerisme zoals bedoeld in de Gebiedsovereenkomst Veenweiden Krimpenerwaard 2014-2021 en beschreven in de bijlage a) bij deze overeenkomst.
SKNL: Subsidieregeling Kwaliteitsimpuls Natuur en Landschap Zuid-Holland.
SNL: Subsidieregeling Natuur- en Landschapsbeheer Zuid-Holland.
Stuurgroep: Het samenwerkingsverband van gemeente en hoogheemraadschap zoals bedoeld in artikel 3, derde lid, van de Gebiedsovereenkomst.
UP Wgp: Uitvoeringsprogramma watergebiedsplan van het Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard zoals bedoeld in de Gebiedsovereenkomst, Businesscase en provinciale subsidiebeschikking kenmerk DOS-2010-0022792 PZH-2011-281644350.
Urg: Xxxxxxxxxxxxxxxxxxx Xxxxx Xxxx-Xxxxxxx 0000.
UPG: Uitvoerings Programma Groen Zuid-Holland.
Opdrachtgevers: De partijen als bedoeld in artikel 3 van de Gebiedsovereenkomst Veenweiden Krimpenerwaard 2014-2021.
Algemene bepalingen
Artikel 1
De uitvoeringsovereenkomst is een uitwerking van en aanvulling op de Gebiedsovereenkomst Veenweiden Krimpenerwaard 2014-2021 en regelt de werkwijze en inzet van partijen ten behoeve van de uitvoering van het programma Veenweiden Krimpenerwaard.
Artikel 2
Daar waar de uitvoeringsovereenkomst afwijkt van hetgeen in de Gebiedsovereenkomst is gesteld, geldt de uitvoeringsovereenkomst.
Artikel 3
1. Aan deze Uitvoeringsovereenkomst zijn de volgende bijlagen toegevoegd:
a) beschrijving programma Veenweiden Krimpenerwaard;
b) format werkplan;
c) format voortgangs- en verantwoordingsrapportage;
d) beschrijving organisatie.
e) Financieringsstructuur inrichtingskosten natuuropgave NNN Krimpenerwaard.
f) Toelichting watergebiedsplan
2. De bijlagen maken integraal deel uit van de Uitvoeringsovereenkomst.
Kaders
Artikel 4
1. Inhoudelijke, juridische en financiële kaders voor de uitvoering van de opgave natuur zijn vastgelegd in:
a) de beschrijving van het programma Veenweiden Krimpenerwaard in bijlage a) bij deze overeenkomst;
b) de gebiedsovereenkomst en de daaraan ten grondslag liggende documenten;
c) het natuurbeheerplan, onderdeel ambitiekaart;
d) de notitie “Natuur- en Waterkaders ten behoeve van Xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx”, zoals vastgesteld door de Stuurgroep Veenweiden Krimpenerwaard op 29 januari 2014;
e) de voor deze natuuropgave van toepassing zijnde instrumentenkoffer en de daarop gebaseerde besluiten en beschikkingen.
2. Inhoudelijke en financiële kaders voor de uitvoering van de opgave landbouw worden vastgelegd in:
a) de gebiedsovereenkomst
b) het deelprogramma landbouw zoals dat conform artikel 2, vierde lid, van de Gebiedsovereenkomst wordt opgesteld door gemeente;
c) Inhoudelijke en financiële kaders voor de uitvoering van de opgave recreatie & toerisme worden vastgelegd in het deelprogramma ‘Recreatie Groene Hart Zuid-Holland’ zoals in 2015 opgesteld;
3. Partijen spreken een integrale aanpak voor de realisatie van de opgave natuur , recreatie & toerisme en landbouw af, waardoor de relaties tussen de deelopgaven worden herkend en erkend en waar mogelijk gebruik wordt gemaakt van samenloop.
Artikel 5
1. Indien een van de partijen (één van de) kaders of daaraan ten grondslag liggende documenten wenst aan te passen of een nieuw kader wil, legt zij een voorstel hiervoor voor aan de andere partijen.
2. Indien alle partijen instemmen met de voorgestelde aanpassing, draagt de partij die juridisch verantwoordelijk is voor het aan te passen kader, zorg voor besluitvorming.
Programmaorganisatie /rollen en verantwoordelijkheden programmamanager
Artikel 6
1. De programmaorganisatie als bedoeld in artikel 3, zesde lid, van de Gebiedsovereenkomst is weergegeven in bijlage
d) bij deze overeenkomst.
2. De programmaorganisatie staat onder leiding van een programmamanager die verantwoording aflegt aan de stuurgroep en wordt door één van de partijen aangesteld na instemming van de stuurgroep.
3. De programmamanager heeft de dagelijkse leiding van het programmabureau en fungeert als secretaris en adviseur van de stuurgroep.
4. De programmamanager is verantwoordelijk voor het opstellen van het werkplan en de voortgangs- en verantwoordingrapportages als bedoeld in artikel 16 en 17. De programmamanager betrekt controllers van partijen bij het opstellen van werkplan en voortgangs- en verantwoordingrapportages en bespreekt deze zo nodig met de ambtelijk opdrachtgevers van partijen.
5. De programmamanager draagt op basis van het werkplan en onder verantwoordelijkheid van de stuurgroep, zorg voor het tijdig tot uitvoering brengen van de deelprogramma’s, deelgebieden en deelprojecten.
6. De programmamanager draagt zorg voor een zorgvuldige programma-administratie.
Ambtelijke samenwerking partijen
Artikel 7
1. De Stuurgroep stelt de Programma Advies Groep (PAG) in, bestaande uit ambtelijk vertegenwoordigers van partijen.
2. De PAG adviseert de programmamanager over de uitvoering van het programma.
3. De ambtelijk vertegenwoordigers in de PAG van hoogheemraadschap en gemeente brengen met inachtneming van de gezamenlijke verantwoordelijkheid voor de uitvoering, advies uit bezien vanuit van het beleid en belang van de afzonderlijke overheden.
4. De ambtelijk vertegenwoordiger in de PAG van de provincie Zuid-Holland
a) brengt inhoudelijk kennis vanuit het provinciale beleid in;
b) signaleert indien voorstellen aan de stuurgroep afwijken van provinciale kaders;
c) signaleert indien bij de provincie voorstellen worden voorbereid die van belang zijn voor het programma Veenweiden Krimpenerwaard.
Inzet middelen en instrumenten
Artikel 8
1. Op basis van het werkplan als bedoeld in artikel 16 van deze overeenkomst en op voordracht van de stuurgroep draagt de provincie zorg voor aan- en verkoop van gronden binnen het NNN in de Krimpenerwaard.
2. De provincie Zuid-Holland voert een adequate administratie van de aan- en verkoop van de gronden als bedoeld in het eerste lid.
3. Op eventuele inkomsten en verliezen op aan-, en verkoop van de gronden als bedoeld onder het eerste lid zijn de afspraken van toepassing zoals vastgelegd in Hoofdstuk 3 van de Gebiedsovereenkomst.
Artikel 9
1. Op basis van het werkplan als bedoeld in artikel 16 van deze overeenkomst en op voordracht van de stuurgroep draagt de provincie zorg voor het toepassen van de instrumenten (SNL en SKNL) binnen de NNN in de Krimpenerwaard
2. De provincie Zuid-Holland voert een adequate administratie van de toepassing van deze instrumenten (zoals bedoeld in het eerste lid) en het verlenen van subsidies aan grondeigenaren in dit kader.
3. Op eventuele inkomsten en verliezen op het toepassen van de instrumenten als bedoeld onder het eerste lid zijn de afspraken van toepassing zoals vastgelegd in Hoofdstuk 3 van de Gebiedsovereenkomst.
Artikel 10
1. Op basis van het werkplan als bedoeld in artikel 16 van deze overeenkomst en op voordracht van de stuurgroep stelt de provincie financiële middelen ter beschikking voor onderzoek en het (laten) inrichten ten behoeve van de opgave natuur.
2. De provincie Zuid-Holland voert een adequate administratie over de inkomsten en uitgaven van deze middelen.
3. Op de inkomsten en uitgaven van de middelen als bedoeld in het eerste lid zijn de afspraken van toepassing zoals vastgelegd in Hoofdstuk 3 van de Gebiedsovereenkomst.
4. Op basis van het werkplan als bedoeld in artikel 16 van deze overeenkomst organiseert de gemeente de financiering van de deelprogramma’s landbouw en recreatie.
Artikel 11
1. De stuurgroep besluit over de organisatie van de uitvoering, waaronder het vaststellen van projecten en bijbehorende middelen, en doet daartoe voorstellen richting de deelnemende partij of partijen die juridisch bevoegd is/zijn tot het aangaan van de desbetreffende juridische verplichtingen.
2. Alle bevoegdheden tot het nemen van formele besluiten blijven bij de partijen.
3. In aanvulling op hetgeen is vastgelegd onder lid 2, organiseren partijen dat de programmamanager voldoende bevoegdheden gemandateerd krijgt en gemachtigd wordt voor de dagelijkse uitvoering van deze overeenkomst.
Artikel 12
1. Vanuit het Uitvoeringsprogramma Watergebiedsplan Krimpenerwaard stelt het hoogheemraadschap 9 miljoen euro ter beschikking. Dit bedrag is inclusief het subsidie van de provincie Zuid-Holland, kenmerk DOS-2010-0022792 PZH-2011-281644350.
2. Op basis van het werkplan en op voordracht van de stuurgroep stelt het hoogheemraadschap de in lid 1 genoemde middelen voor het Uitvoeringsprogramma Watergebiedsplan watergebiedsplan ter beschikking voor de uitvoering van de opgave natuur, zoals aangegeven in bijlage f.
3. Op dit bedrag zijn de afspraken over risicomanagement en overschrijdingen van toepassing zoals bepaald in de genoemde subsidiebeschikkingen.
Artikel 13
1. Op basis van het werkplan stellen partijen de benodigde capaciteit en procesbudget, zoals bedoeld in artikel 7 van de Gebiedsovereenkomst, voor uitvoering in dat jaar beschikbaar. De kosten verbonden aan het programmabureau worden gedragen door de provincie. De provincie neemt de kosten voor de organisatie van de opgave natuur, de gemeente de kosten voor de organisatie van de opgaven landbouw en recreatie & toerisme. Het handelt hier met name om proceskosten.
Artikel 14
1. Indien één of meerdere partijen in gebreke blijft/blijven aangaande het gestelde artikel 8 tot en met 10 neemt de programmamanager het initiatief voor een overleg met de ambtelijk opdrachtgever van de betreffende partij(en). Indien met de ambtelijk opdrachtgever(s) niet tot overeenstemming wordt gekomen, treden partijen op directieniveau met elkaar in overleg. Pas indien partijen ambtelijk niet tot overeenstemming kunnen komen, treden partijen bestuurlijk in overleg.
Artikel 15
1. In aanvulling op Artikel 6, tweede lid van de Gebiedsovereenkomst, komen partijen overeen dat:
a) de stuurgroep voorstellen doet voor arrangementen met uitvoerende partijen en daarbij het opnemen van beheerafspraken tot haar verantwoordelijkheid rekent;
b) de stuurgroep daarbij voorstellen kan doen voor differentiatie binnen het SNL en SKNL;
c) de provincie bij haar binnenkomende aanvragen die betrekking hebben op maatregelen of regelingen uit de instrumentenkoffer en op de Krimpenerwaard, voor advies zal voorleggen aan de stuurgroep.
d) De contracten in het kader van beheer worden gesloten met de provincie.
Werkplan en Verantwoording
Artikel 16
1. De stuurgroep stelt jaarlijks een werkplan vast voor het eerstvolgende jaar en legt dit ter goedkeuring voor aan de opdrachtgevers.
2. In het werkplan worden de werkzaamheden, benodigde middelen en capaciteit voor het programma, de
deelprogramma’s, deelgebieden en projecten voor het eerstvolgende jaar vastgelegd. Hierbij wordt aandacht besteed aan de mate waarin de werkzaamheden bijdragen aan de doelstellingen. Dit werkplan geeft tevens een meerjarenperspectief tot 2021.
3. De opzet van het werkplan is vastgelegd in de bijlage b) bij deze uitvoeringsovereenkomst. Partijen kunnen in overleg besluiten de opzet van het werkplan te wijzigen.
Artikel 17
1. De stuurgroep stelt minimaal twee maal per jaar een voortgangs- en verantwoordingsrapportage vast en biedt deze ter vaststelling aan aan de opdrachtgevers.
2. De rapportage wordt zodanig tijdig opgesteld dat deze deel kan uitmaken van de beleids- en begrotingscycli van partijen.
3. Partijen hebben twee maal per jaar bestuurlijk overleg over de voortgangs- en verantwoordingsrapportage.
4. De opzet van de voortgangs- en verantwoordingsrapportage is vastgelegd in de bijlage c) bij deze uitvoeringsovereenkomst. Partijen kunnen in overleg besluiten de opzet van de voortgangs- en verantwoordingsrapportage te wijzigen.