INHOUD

De verzekerde is verplicht bij het sluiten van de overeenkomst alle hem gekende omstandigheden nauwkeurig mee te delen die hij moet beschouwen als gegevens die van invloed kunnen zijn op de beoordeling van het risico door de verzekeraar. Elke verzwijging, elke valse verklaring door de verzekerde gedaan, zelfs zonder kwade trouw, maken de verzekering nietig, wanneer zij de waardering van het risico verminderen of het voorwerp ervan wijzigen, derwijze dat de verzekeraar, had hij ervan kennis gehad, niet aan dezelfde voorwaarden zou gecontracteerd hebben.

1.2. Wijzigingen in de loop van de overeenkomst.

1.2.1. In de loop van de overeenkomst heeft de verzekerde de verplichting de nieuwe omstandigheden of de wijzigingen van de omstandigheden aan te geven die van die aard zijn om een verzwaring van het risico, dat het verzekerde voorval zich voordoet, te bewerkstelligen.

1.2.2. Wanneer, in de loop van de overeenkomst, het risico dat het verzekerde voorval zich voordoet, verzwaard is of aanzienlijk en blijvend verminderd is en wel zo dat de verzekeraar, indien die verzwaring of vermindering bij het sluiten van de overeenkomst had bestaan, aan andere voorwaarden zou hebben verzekerd, stelt hij een overeenkomstige verhoging of vermindering van de premie voor vanaf de dag waarop hij hiervan kennis heeft gekregen.

1.2.3. Indien de partijen het over de nieuwe premie niet eens worden binnen een maand kunnen beide partijen elk de overeenkomst opzeggen.

1.2.4. Indien de verzekeraar het verzwaarde risico in geen geval zou hebben verzekerd, kan hij de overeenkomst opzeggen binnen een termijn van één maand te rekenen vanaf de dag waarop hij kennis heeft gekregen van de verzwaring.

Artikel 2. Betaling van de premie.

2.1. Haalbaarheid van de premie

De premie met bijhorende lasten is jaarlijks. Zij is haalbaar en moet op de in de “Bijzondere voorwaarden” vastgestelde vervaldagen vooraf betaald worden.

2.2. Belastingen, taksen en kosten

De belastingen, taksen en polis-, aanhangsel-, of kwijtschriftenkosten worden samen met de premie geïnd, en de niet-betaling ervan heeft dezelfde gevolgen als deze voorzien ingeval van niet-betaling van de premie. Alle huidige of toekomstige belastingen of taksen die het verzekeringscontract of de verrichtingen die eruit voortvloeien treffen, komen ten laste van de verzekerde.

2.3. Premieregularisatie

Indien het verzekeringscontract voorziet dat de premieafrekening geschiedt op regularisatiebasis, dan zal het niet binnen de voorziene periode opgeven van de informatie op basis waarvan de regularisatie dient te gebeuren, dezelfde gevolgen hebben als deze voorzien ingeval van niet-betaling van de premie.

De regularisatiepremie is contant betaalbaar op voorlegging van de afrekening ervan.

2.4. Premiebetaling in termijnen

Wanneer bedongen is dat de forfaitaire jaarpremie in termijnen zal betaald worden, zullen de volgende toeslagen aangerekend worden :

• bij betaling per semester : 3 %,

• bij betaling per trimester : 5 %,

• bij betaling per maand (domiciliëring verplicht): 7 %.

Artikel 3. Duur van de overeenkomst.

3.1. Duurtijd en hernieuwing van de overeenkomst.

Behoudens uitdrukkelijke en voorafgaande overeenkomst wordt de polis afgesloten voor de periode van één jaar. Op het einde van elke verzekeringsperiode zal de polis stilzwijgend van jaar tot jaar voortgezet worden, tenzij deze opgezegd werd per aangetekend schrijven door één van de contracterende partijen tenminste drie maanden voor de vervaldag van de lopende periode.

3.2. Aanvang van de dekking.

Behoudens tegengestelde overeenkomst zal de polis een aanvang nemen op de in de "Bijzondere Voorwaarden" vermelde datum.

De verzekerde heeft de verplichting het hem, al dan niet via zijn makelaar, door

B.D.M. nv toegestuurde duplicaat van het verzekeringscontract zo spoedig mogelijk, en ten laatste 30 kalenderdagen na aanvang van de dekking, getekend terug te bezorgen aan B.D.M. nv.

Bij de niet terugsturing van een getekend verzekeringscontract binnen de voorziene termijn zullen de verzekeraars de dekking kunnen schorsen per aangetekende brief. De schorsing van de dekking gaat in na het verstrijken van een termijn van 15 kalenderdagen, te rekenen vanaf de dag volgend op de betekening of de afgifte ter post van de aangetekende brief.

Deze schorsing loopt tot op het moment dat het door de verzekerde getekende verzekeringscontract door de verzekeraars in ontvangst is genomen.

3.3. Schorsing van de dekking en opzegging van de overeenkomst.

3.3.1. De verzekeraar kan bij niet-betaling van de premie op de vervaldag de dekking schorsen of de overeenkomst opzeggen, indien de verzekerde in gebreke is gesteld bij deurwaardersexploot of bij een ter post aangetekende brief.

De schorsing van de dekking of de opzegging van de overeenkomst gaat in na het verstrijken van een termijn van 15 kalenderdagen, te rekenen vanaf de dag volgend op de betekening of de afgifte ter post van de aangetekende brief.

3.3.2. Als de dekking geschorst is, maakt de betaling door de verzekerde van de achterstallige premies, vermeerderd met de kosten en intresten, zoals bepaald in de laatste aanmaning of gerechtelijke uitspraak, een einde aan die schorsing.

3.3.3. Wanneer de verzekeraar zijn verplichting tot het verlenen van dekking geschorst heeft, kan hij de overeenkomst opzeggen, indien hij zich dit recht voorbehouden heeft in de ingebrekestelling bedoeld in art. 3.3.1. hierboven.

In voorkomend geval wordt de opzegging van kracht 15 kalenderdagen te rekenen vanaf de eerste dag van de schorsing. Indien de verzekeraar zich die mogelijkheid niet heeft voorbehouden, geschiedt de opzegging mits een nieuwe aanmaning overeenkomstig art. 3.3.1. hierboven.

De schorsing van de dekking doet geen afbreuk aan het recht van de verzekeraar de later nog te vervallen premies te eisen op voorwaarde dat de verzekerde in gebreke werd gesteld overeenkomstig art. 3.3.1. hierboven. Het recht van de verzekeraar wordt evenwel beperkt tot de premies voor twee opeenvolgende jaren.

3.4. Opzegging en tussentijdse opzegging.

3.4.1. De verzekeraar kan de overeenkomst opzeggen:

3.4.1.1. tegen het einde van elke verzekeringsperiode overeenkomstig art. 3.1.;

3.4.1.2. bij verzwaring van het risico zoals voorzien onder art. 1.2.1., 1.2.3. en 1.2.4.;

3.4.1.3. in geval van niet-betaling van de premie overeenkomstig art. 3.3.3.;

3.4.1.4. na iedere schadeaangifte maar uiterlijk 60 dagen na de uitbetaling of de weigering tot uitbetaling;

3.4.1.5. in geval van overlijden van de verzekerde, overeenkomstig de bepalingen van art. 3.6.

3.4.2. De verzekerde kan de overeenkomst opzeggen :

3.4.2.1. tegen het einde van elke verzekeringsperiode overeenkomstig art. 3.1.;

3.4.2.2. in geval van wijziging van de verzekeringsvoorwaarden en/of van het tarief overeenkomstig art. 1.2.2.;

3.4.2.3. in geval van vermindering van het risico overeenkomstig art. 1.2.2.

3.4.3. De opzegging geschiedt bij deurwaardersexploot, per aangetekende brief of door afgifte van de opzeggingsbrief tegen ontvangstbewijs. De opzegging gaat in na het verstrijken van een termijn van één maand te rekenen vanaf de dag volgend op de betekening of de datum van het ontvangstbewijs of, in het geval van een aangetekende brief, te rekenen van de dag die volgt op de afgifte ter post.

3.4.4. De opzegging van de overeenkomst door de verzekeraar na aangifte van een schadegeval wordt van kracht bij de betekening ervan, wanneer de verzekeringnemer of de verzekerde één van zijn verplichtingen, ontstaan door het schadegeval, niet is nagekomen met de bedoeling de verzekeraar te misleiden.

3.4.5. Behalve in het geval vermeld in art. 3.4.4. wordt het premiegedeelte, dat betrekking heeft op de periode na datum van het van kracht worden van de opzegging, door de verzekeraar terugbetaald, in zoverre de premie niet werd opgeslorpt door de schadegevallen die zich tijdens het laatste polisjaar voordeden.

3.5. Faillissement.

In geval van faillissement van verzekerde is het contract ambtshalve opgezegd 30 dagen nadat het faillissement door de Rechtbank van Koophandel uitgesproken werd.

3.6. Overlijden van de verzekeringnemer.

In geval van overlijden van de verzekerde, zal de overeenkomst voortbestaan ten voordele van de erfgenamen, die verplicht zijn de premies te betalen, onverminderd het recht van de verzekeraar om het contract op te zeggen binnen de dertig dagen na het overlijden, op één van de wijzen voorzien door art. 3.4.3.

De erfgenamen kunnen de overeenkomst opzeggen op één van de wijzen bepaald in art. 3.4.3. binnen de drie maanden na het overlijden.

3.7. Reisoverbrugging.

3.7.1. Behoudens uitdrukkelijke en voorafgaande overeenkomst en tegen overeen te komen bijpremie zal geen waarborg verleend worden voor de door de verzekerde uit te voeren reizen die begonnen zijn voor de aanvangsdatum van de polis of voor de datum van teruginvoegetreding na schorsing van de polis.

3.7.2. Daarentegen zal, in geval van schorsing of beëindiging van de polis, de waarborg verworven blijven voor de reeds aangevangen en door de verzekerde te beëindigen reizen, zelfs indien de beëindiging ervan plaatsvindt na de datum van schorsing of beëindiging van de overeenkomst.

3.8. Uur.

Het uur van de aanvang, de schorsing, de terug invoegetreding, de beëindiging en de vervaldag van de overeenkomst is vastgesteld op nul uur Belgische tijd.

Artikel 4. Verplichtingen bij schade.

4.1. De verzekerde moet zodra mogelijk en in elk geval binnen de termijn bepaald in de overeenkomst, het schadegeval aan de maatschappij aangeven.

4.2. De verzekerde moet zonder verwijl de verzekeraar alle nuttige inlichtingen verstrekken en op de vragen antwoorden die hem worden gesteld, teneinde de omstandigheden en de omvang van de schade te kunnen vaststellen.

4.3. De verzekerde moet alle redelijke maatregelen nemen om de gevolgen van het schadegeval te voorkomen en te beperken.

4.4. Indien de verzekerde één van de verplichtingen bepaald in art. 4.1., 4.2. en 4.3. hiervoor niet nakomt heeft de verzekeraar het recht zijn prestatie te verminderen. Indien de verzekerde opzettelijk of uit zware nalatigheid deze verplichtingen niet is nagekomen, kan de verzekeraar zijn dekking weigeren.

Artikel 5. Medeverzekering & leiding.

In geval van medeverzekering gelden volgende bepalingen :

5.1. Niet hoofdelijk verbonden verzekeraars

Er bestaat geen hoofdelijkheid tussen de verzekeraars die deze polis ondertekenen, zodat tussen de verzekerde en iedere verzekeraar een afzonderlijke polis tot stand komt voor het bedrag of het percentage door iedere verzekeraar ondertekend.

5.2. Leidende verzekeraar

Tenzij andersluidende overeenkomst treedt de eestvermelde verzekeraar op als leidende verzekeraar.

5.3. Mandaat van de leidende verzekeraar

De leidende verzekeraar wordt geacht de lasthebber te zijn van de overige medeverzekeraars voor het ontvangen van alle kennisgevingen bepaald in de overeenkomst.

Voorts verbinden de medeverzekeraars zich ertoe de leidende verzekeraar te volgen in al zijn beslissingen omtrent het dagelijks beheer, de interpretatie van de polis en de regeling van de schadegevallen, met inbegrip van de vaststelling van het bedrag van de schadevergoeding.

Xxxxxx evenwel buiten het dagelijks beheer onder meer:

• de verhoging van de verzekerde waarde;

• de uitbreiding van de waarborg met de risico's van oorlog, staking en oproer indien ze niet in de oorspronkelijke overeenkomst zijn voorzien;

• de wijziging van de aanvangsdatum van het risico en verlengingen van de verzekeringsperiode;

• de uitbreiding van de territoriale grenzen waar binnen de waarborgen geldig zijn;

• het ontvangen van kennisgevingen en betekeningen met betrekking tot rechtsvorderingen ingesteld tegen de medeverzekeraars;

• ex gratia regelingen.

Artikel 6. Verjaring.

6.1. De verjaringstermijn voor elke rechtsvordering voortvloeiend uit deze overeenkomst bedraagt drie jaar. De termijn begint te lopen vanaf de dag van het voorval dat het vorderingsrecht doet ontstaan.

6.2. De regresvordering van de verzekeraar tegen de verzekerde verjaart door verloop van drie jaar te rekenen vanaf de dag van de betaling door de verzekeraar, behoudens bedrog.

Artikel 7. Woonstkeuze der partijen.

De woonstkeuze van de partijen wordt gedaan, deze van de vertegenwoordigde maatschappijen op de zetel van hun vertegenwoordigende agent, deze van de verzekerde op zijn adres, beide vermeld in de “Bijzondere voorwaarden” van de polis.

Artikel 8. Geschillen.

Alle geschillen tussen verzekeraar en verzekerde met betrekking tot deze polis worden beslecht door een scheidsgerecht waarvan de eerste twee leden benoemd worden door elk van de partijen en de derde door de alzo benoemde scheidslieden.

Wanneer één partij nalaat zijn scheidsman binnen de wettelijke termijn aan te wijzen of in geval van onenigheid tussen de twee eerste scheidslieden betreffende het aanwijzen van de derde scheidsman, dan geschiedt de benoeming door de Voorzitter van de Rechtbank van Koophandel van de plaats waar de polis door de verzekeraar werd uitgegeven en dit op verzoekschrift van de meest gerede partij.

De geschillen zullen beslecht worden op de plaats waar de polis door de verzekeraar werd uitgegeven.

De gewone Rechtbanken blijven echter bevoegd voor de geschillen welke enkel betrekking hebben op de inning van de premies.

Artikel 9. Wetgeving.

Voor zoverre er contractueel niet van afgeweken wordt, zijn de bepalingen van Deel 5 van de Wet van 4 april 2014 betreffende de Verzekeringen van toepassing.

ALGEMENE VERZEKERINGSVOORWAARDEN VOOR DE CONTRACTUELE WEGVERVOERDERSAANSPRAKELIJKHEID (AVCW)

Versie 2015

Artikel 1. Definities.

Bij afwezigheid van afwijkende definities die vermeld zouden zijn in de AVCW (versie 2015) en/of in de “Bijzondere Voorwaarden”, worden de termen hieronder, die vet gedrukt staan in de hiernavolgende AVCW (versie 2015), als volgt gedefinieerd :

1.1. Verzekerde

De verzekerde is de effectieve wegvervoerder.

De “effectieve wegvervoerder” is degene die zelf de fysieke vervoerhandelingen uitvoert. Dit is geen effectieve wegvervoerder in de zin van volgende definitie : De commissionair-expediteur, de vervoercommissionair, degene die zijn aanhangwagen of oplegger door een derde laat trekken of die zijn rijdend materiaal toevertrouwt aan een derde voor de uitvoering van een fysieke vervoerhandeling en, in het algemeen, degene die contractuele vervoerverplichtingen op zich neemt zonder zelf de fysieke vervoerhandelingen uit te voeren.

1.2. Onvrijwillig oponthoud

Onder “Onvrijwillig oponthoud” wordt verstaan :

• Elke onderbreking van het vervoer die wordt opgelegd door reglementaire bepalingen of die noodzakelijk is voor het vervoer, evenals voor de vitale behoeften van de bemanning, met name : voeding, sanitaire behoeften, rust of slaap;

• Elke onderbreking van het vervoer te wijten aan uitzonderlijke en onvoorzienbare weersomstandigheden, onverwachte ziekte of plotseling overlijden van de chauffeur, een verkeersongeval of een mechanische, elektrische of elektronisch defect aan het voertuig, die zich voordoen buiten de wil om van de verzekerden zijn aangestelde(n) of de personen waarvoor de verzekerde instaat, wanneer deze handelen in de uitoefening van hun werkzaamheden.

1.3. Vrijwillig oponthoud

Onder “Vrijwillig oponthoud” wordt verstaan elke onderbreking van het vervoer die niet beantwoordt aan de definitie van Artikel 1.2. van de AVCW (versie 2015).

1.4. Openbare weg

De “openbare weg” is elke plaats anders dan :

• Een gebouw dat volledig met een sleutel of eender welk ander evenwaardig systeem is afgesloten, in zoverre dit gebouw effectief afgesloten blijft tijdens de aanwezigheid van de goederen;

• Een ruimte die volledig is omheind door een adequate afrastering of een andere evenwaardige afsluiting en met een sleutel of eender welk ander evenwaardig systeem is afgesloten, in zoverre deze ruimte effectief afgesloten blijft tijdens de aanwezigheid van de goederen.

1.5. Gekarakteriseerde ongevallen

De waarborg “Gekarakteriseerde ongevallen” beperkt het voorwerp van het verzekeringscontract zoals bepaald in Artikel 2 van de AVCW (versie 2015) tot enkel en alleen volgende gebeurtenissen : brand, explosie en elk verkeersongeval, en waarvoor verzekerde aansprakelijk zou zijn.

1.6. Niet-gelijktijdige diefstal

Onder “niet-gelijktijdige diefstal” wordt verstaan elke diefstal die niet beantwoordt aan de definitie van Artikel 1.7. van de AVCW (versie 2015).

1.7. Gelijktijdige diefstal van het voertuig en zijn lading

Er is sprake van “gelijktijdige diefstal van het voertuig en zijn lading” wanneer het transportvoertuig (al dan niet aangedreven) en/of de container wordt gestolen tegelijkertijd met de goederen die aan boord zijn geladen.

1.8. Organisatorische beveiliging

Onder “organisatorische beveiliging” wordt verstaan elke handeling of elke gedraging die redelijkerwijze en/of logischerwijze kan worden verwacht van een professionele vervoerder, van zijn aangestelde(n) of van de personen waarvoor hij instaat, ter voorkoming van de diefstal of de verdwijning van de goederen die hem zijn toevertrouwd en dit rekening houdende met de categorie van diefstalgevoeligheid van deze goederen.

1.9. Permanente bewaking

Onder “permanente bewaking” wordt verstaan elke bewaking die zonder onderbreking wordt uitgevoerd, hetzij :

• door daartoe opgeleid personeel met die opdracht gelast;

• door een erkende bewakingsfirma;

• door een elektronisch beveiligingssysteem, goedgekeurd en jaarlijks gecontroleerd door een firma erkend door het Ministerie van Binnenlandse Zaken, dat bestemd is om misdrijven t.o.v. de goederen en/of zaken toevertrouwd aan verzekerde te voorkomen en dat geïnstalleerd is door een door het Ministerie van Binnenlandse Zaken erkende installateur.

1.10. Materiaal toebehorend aan derden

Onder “materiaal toebehorend aan derden” wordt verstaan : de aanhangwagens, opleggers, containers, chassis, diverse uitrustingen, met inbegrip van materiaal bestemd voor de bescherming, de behandeling of de stuwing van de goederen, die door derden worden toevertrouwd aan verzekerde, voor de uitvoering van het vervoer van de toevertrouwde goederen.

Worden niet beschouwd als “materiaal toebehorend aan derden” de aanhangwagens, opleggers, containers, chassis en diverse uitrustingen, met inbegrip van materiaal bestemd voor de bescherming, de behandeling of de stuwing van de goederen :

• die enerzijds toebehoren aan verzekerde of door hem zijn gehuurd, geleased of in zijn bezit zijn in het kader van andere gelijkaardige overeenkomsten;

• of die anderzijds door derden aan verzekerde zijn toevertrouwd, niet teneinde het vervoer uit te voeren, maar in de hoedanigheid van “te vervoeren goederen”.

1.11. Inontvangstneming

De “inontvangstneming” is de juridische handeling waarmee de verzekerde de juridische hoede krijgt over de te vervoeren goederen. Ze is te onderscheiden van het laden zoals gedefinieerd in Artikel 3.2. van de AVCW (versie 2015).

1.12. Aflevering

De “aflevering” is de juridische handeling waarmee de verzekerde de juridische hoede over de vervoerde goederen overdraagt aan de rechthebbende. Ze is te onderscheiden van het lossen zoals gedefinieerd in Artikel 3.2. van de AVCW (versie 2015).

1.13. Schadegeval

Het schadegeval wordt gedefinieerd als het zich voordoen, tijdens de duur van het verzekeringscontract, van verliezen en materiele beschadigingen rechtstreeks veroorzaakt aan de goederen, alsook vertraging in de aflevering, die aanleiding geven tot de schriftelijke indiening van een klacht bij de ondergetekende verzekeraars, tijdens de duur van het verzekeringscontract.

Een klacht ingediend bij de ondergetekende verzekeraars na het einde van het verzekeringscontract is toegelaten in zoverre het schadegeval, zoals hierboven gedefinieerd, plaatsvond tijdens de duur van het verzekeringscontract en de klacht schriftelijk werd ingediend bij de ondergetekende verzekeraars, ten laatste negen maanden na het einde van het verzekeringscontract.

Artikel 2. Voorwerp van het verzekeringscontract - dekking. ‌

2.1. Dit verzekeringscontract heeft als voorwerp de contractuele aansprakelijkheid van de verzekerde in hoedanigheid van effectief vervoerder met betrekking tot het nationaal en internationaal vervoer van goederen over de weg.

2.2.1. De verzekerde aansprakelijkheid betreft de contractuele aansprakelijkheid van de verzekerde tegenover de ladingbelanghebbende voor de rechtstreekse materiële schade(s) aan de vervoerde goederen door verlies, beschadiging of vertraging in de aflevering van de vervoerde goederen, zoals bepaald in het Verdrag betreffende de Overeenkomst tot Internationaal Vervoer van Goederen over de Weg (CMR), gesloten op 19 mei 1956 te Genève en gebeurlijke amendementen hierop.

2.2.2. Voor elk vervoer binnen de grenzen van één der lidstaten van de Europese Unie, omvat de dekking de contractuele aansprakelijkheid van de verzekerde tegenover de ladingbelanghebbende voor de rechtstreekse materiële schade(s) aan de vervoerde goederen door verlies, beschadiging of vertraging in de aflevering van de vervoerde goederen op grond van de in dat land geldende wetgeving of algemeen gangbare vervoervoorwaarden.

2.3. De dekking voor de contractuele aansprakelijkheid wordt verleend volgens de bepalingen van deze "Algemene Verzekeringsvoorwaarden voor de Contractuele Wegvervoerdersaansprakelijkheid (versie 2015)“ (AVCW), van de "Algemene Administratieve Clausules (versie 2015)" en van de "Bijzondere Voorwaarden".

In geval van tegenstrijdigheid, zullen de "Bijzondere Voorwaarden" steeds voorrang hebben op huidige "Algemene Verzekeringsvoorwaarden" en deze op hun beurt op de "Algemene Administratieve Clausules".

2.4. Mits uitdrukkelijke en voorafgaande overeenkomst en tegen overeen te komen bijpremie kan, in afwijking van Artikel 12 van de AVCW (versie 2015), de dekking uitgebreid worden met de contractuele aansprakelijkheid van de verzekerde tegenover de ladingbelanghebbende voor de rechtstreekse materiële schade(s) aan de vervoerde goederen door verlies, beschadiging of vertraging in de aflevering van de vervoerde goederen in het kader van wegvervoerovereenkomsten die het voorwerp uitmaken van contractuele bepalingen, buiten de CMR of de toepasselijke plaatselijke wetgeving, in zoverre de verzekeraars kennis hebben van deze contractuele bepalingen vóór de aanvang van het risico.

Xxxxx echter nietig verklaard, elke contractuele bepaling die elke dwingende bepaling of bepaling van openbare orde van het CMR verdrag of van de toepasselijke plaatselijke wetgeving zou schenden.

Artikel 3. Aanvang en einde van de dekking van de contractuele aansprakelijkheid.

3.1.1. De dekking is slechts verworven indien de oplegger, de aanhangwagen, een container op chassis of een gelijkaardig voertuig, zelfs toebehorende aan of uitgebaat door de verzekerde, waarop de te vervoeren goederen zich bevinden, daadwerkelijk aan één der door de polis voorziene trekkende of slepende voertuigen gekoppeld is.

Mits uitdrukkelijke en voorafgaande overeenkomst en tegen overeen te komen bijpremie kan de dekking uitgebreid worden overeenkomstig hetgeen vermeld in Artikel 11.2.4. en Artikel 11.2.5. van de AVCW (versie 2015).

3.1.2. De dekking vangt aan na het laden zodra de te vervoeren goederen op

de in de polis voorziene voertuigen zijn geplaatst en eindigt vóór het lossen zodra ze er worden afgenomen.

3.1.3. Indien echter het laden geschiedt vóór de inontvangstneming, zoals gedefinieerd in Artikel 1.11 van de AVCW (versie 2015), van de goederen door de verzekerde, neemt de dekking slechts een aanvang bij deze inontvangstneming. Eveneens, wanneer de lossing van de goederen plaatsvindt na hun aflevering, zoals gedefinieerd in Artikel 1.12 van de AVCW (versie 2015), eindigt de dekking op het ogenblik van deze aflevering.

3.2. De dekking wordt uitgebreid tot de risico's van laden en lossen wanneer deze verrichtingen worden uitgevoerd door verzekerde of onder zijn verantwoordelijkheid.

Het laden is de verrichting waarbij de goederen in de onmiddellijke nabijheid van de voertuigen worden opgeheven om op deze laatste te worden geplaatst.

Het lossen is de tegengestelde verrichting.

Bij het vervoer verricht door middel van tankwagens of tankcontainers, toebehorende aan of uitgebaat door de verzekerde, zonder afbreuk te doen aan de bepalingen van Artikel 7 van de AVCW (versie 2015), vangt de lading aan op het ogenblik dat de goederen de inrichtingen van de laadplaats verlaten. Het lossen eindigt op het ogenblik dat de volledige lading toegekomen is in de inrichtingen van de losplaats.

3.3. Mits uitdrukkelijke en voorafgaande overeenkomst en tegen overeen te komen bijpremie kan de dekking uitgebreid worden tot voorafgaande of tussentijdse opslag alsook tot behandelingen, die plaatsvinden tussen de inontvangstneming en de aanvang van de dekking zoals in Artikel 3.1.2. van de AVCW (versie 2015), hierboven omschreven.

Hetzelfde geldt voor de eventuele behandelingen die plaatsvinden tussen het einde van de in Artikel 3.1.2. van de AVCW (versie 2015) hierboven omschreven dekking en de aflevering.

3.4. Stapelvervoer

De dekking blijft, behoudens tegenstrijdige bepaling, van kracht wanneer de voertuigen voorzien in de polis, op hun beurt vervoerd worden over zee, per spoor, over de binnenwateren of door de lucht binnen de territoriale begrenzing voorzien in de “Bijzondere Voorwaarden”.

Artikel 4. Oponthoud.

4.1. Onvrijwillig oponthoud

In geval van onvrijwillig oponthoud voor de vitale behoeften, zoals gedefinieerd in Artikel 1.2 van de AVCW (versie 2015), van de bemanning, blijft de dekking verworven gedurende een maximumduur van 120 opeenvolgende minuten te rekenen vanaf het oponthoud van het voertuig.

Na het verstrijken van deze maximumduur wordt het oponthoud beschouwd als een

vrijwillig oponthoud, zoals gedefinieerd in Artikel 1.3 van de AVCW (versie 2015).

In geval van rust of slaap van de bemanning aan boord van het voertuig, blijft de dekking verworven na de voornoemde maximumduur van 120 opeenvolgende minuten, zolang de bemanning aan boord van het voertuig blijft.

In geval van onvrijwillig oponthoud dat wordt opgelegd door reglementaire bepalingen of dat noodzakelijk is voor het vervoer of te wijten is aan uitzonderlijke en onvoorziene weersomstandigheden, onverwachte ziekte of plotseling overlijden van de chauffeur, een verkeersongeval of een mechanisch, elektrisch of elektronisch defect aan het voertuig, blijft de dekking verworven gedurende een maximumduur van 6 opeenvolgende kalenderdagen te rekenen vanaf het oponthoud van het voertuig. Het verder vervoer , zelfs met het vervangingsvoertuig, is gedekt aan de voorwaarden voorzien in dit verzekeringscontract voor het vervangen voertuig en in zoverre deze voortzetting van het vervoer gebeurt binnen de voornoemde maximumduur van 6 opeenvolgende kalenderdagen.

Het is de taak van de verzekerde om het bewijs te leveren dat de verliezen of materiële beschadigingen zich hebben voorgedaan vóór het verstrijken van de voornoemde termijnen.

4.2. Vrijwillig oponthoud

In geval van vrijwillig oponthoud blijft de dekking verworven gedurende een maximumduur van 6 opeenvolgende kalenderdagen te rekenen vanaf het oponthoud van het voertuig.

Indien het vrijwillig oponthoud plaatsvindt op de openbare weg, zoals gedefinieerd in Artikel 1.4. van de AVCW (versie 2015), is de dekking beperkt tot de voorwaarden van de waarborg “Gekarakteriseerde ongevallen”, zoals gedefinieerd in Artikel

1.5. van de AVCW (versie 2015), en tot “gelijktijdige diefstal van het voertuig en zijn lading”, zoals gedefinieerd in Artikel 1.7. van de AVCW (versie 2015), onverminderd de bepalingen van Artikel 5.1. en Artikel 11.2.4. van de AVCW (versie 2015), dit alles zonder de voornoemde maximumduur van 6 opeenvolgende kalenderdagen te overschrijden.

Het is de taak van de verzekerde om het bewijs te leveren dat de verliezen of materiële beschadigingen zich hebben voorgedaan vóór het verstrijken van de voornoemde termijn.

4.2.1. Uitbreiding tot de “niet-gelijktijdige” diefstal

Mits uitdrukkelijke en voorafgaande overeenkomst en tegen overeen te komen bijpremie, in afwijking van Artikel 4.2. van de AVCW (versie 2015), en in geval van vrijwillig oponthoud op de openbare weg, onverminderd de bepalingen van Artikel 11.2.4. van de AVCW (versie 2015), en zonder een maximumduur van 6 opeenvolgende kalenderdagen, te rekenen vanaf het oponthoud van het voertuig, te overschrijden, kan de dekking van dit verzekeringscontract worden uitgebreid tot “niet-gelijktijdige” diefstal, zoals gedefinieerd in Artikel 1.6. van de AVCW

(versie 2015).

Artikel 5. Gelijktijdige diefstal van het voertuig en zijn lading / Manco en niet-aflevering.

5.1. Beveiligingsvereisten

In functie van de diefstalgevoeligheid van de goederen overeenkomstig de hierna volgende 3 categorieën worden volgende beveiligingsvereisten cumulatief opgelegd:

⮚ organisatorische beveiliging, zoals gedefinieerd in Artikel 1.8. van de AVCW (versie 2015);

⮚ standaard beveiligingssystemen, zijnde deur-, contact- en stuursloten die in werking zijn gesteld, volledige sluiting van de ramen;

De systemen moeten worden geactiveerd bij elke afwezigheid van de chauffeur, hoe kort deze ook is;

⮚ de hierna beschreven aanvullende beveiligingssystemen, waarvan de activering automatisch moet gebeuren, onafhankelijk van de actie van de chauffeur, zodra de deuren en portieren worden vergrendeld.

De opsomming van de goederen en/of soorten vervoer, hierna vermeld, is niet limitatief.

De soorten vervoer die in meerdere categorieën worden vermeld, worden geacht te behoren tot de meest bindende categorie.

De vervoerde goederen die in meerdere categorieën worden vermeld, worden geacht te behoren tot de categorie van het goed dat in de meerderheid wordt vervoerd.

In geval van twijfel over de categorie waartoe de goederen en/of soorten vervoer behoren, moeten de verzekeraars worden geraadpleegd.

Diefstalgevoeligheid – Categorie 1

Aard van de goederen / Soorten vervoer

Extra beveiligingssystemen

1) zand, grind, andere droge bulkgoederen

2) ijzer, ferrometalen en schroot

3) land- en tuinbouwproducten

4) vervoer in tankwagens en tankcontainers

5) papier (in eender welke vorm)

Geen extra beveiligingssystemen

Diefstalgevoeligheid – Categorie 2

Aard van de goederen / Soorten vervoer

Extra beveiligingssystemen

1) meubelen

2) vervoer onder geleide temperatuur

3) vervoer voorafgaand aan of volgend op luchtvrachtvervoer

4) individueel verpakte ADR goederen

5) hoogwaardige bouwmaterialen/ afwerkingsmaterialen

6) levensmiddelen, incl. vis- en vleesproducten

7) elk goed/soort vervoer niet opgenomen in Categorie 1 of 3.

Een elektronisch immobilisatiesysteem met transponder.

Diefstalgevoeligheid – Categorie 3

Aard van de goederen / Soorten vervoer

Extra beveiligingssystemen

1) alcoholische en alcoholhoudende dranken en likeuren

2) rook- en tabakswaren

3) farmaceutische producten, cosmetica, reukwaren

4) confectie (kledij, schoenen, lederwaren),

5) audiovisueel materiaal en toebehoren, elektrische en/of elektronische apparatuur, communicatietoestellen

6) elektronisch speelgoed

7) CD’s, DVD’s en gelijkgestelde dragers

8) Software en/of hardware en elk materiaal of toebehoren x.xx. informatica

9) voertuigen

10) banden

11) gereedschap

12) werk- en werftuigen

13) fotoapparatuur, camera’s

14) non-ferrometalen

15) andere goederen en/of soorten vervoer waaruit de verzekerde logischerwijze als plichtsgetrouwe vervoerder kan afleiden dat deze behoren tot dezelfde categorie van diefstalgevoeligheid als de goederen

opgesomd onder deze categorie 3.

Een elektronisch immobilisatiesysteem met transponder en anti-carjackingssysteem CJ1.

De bewijslast m.b.t. het naleven van de opgelegde beveiligingsvereisten ligt bij verzekerde. Een louter eenzijdige verklaring van de chauffeur van het gestolen voertuig wordt niet als bewijs door verzekeraars aanvaard.

De toekenning van de dekking is afhankelijk van het bewijs dat de vereiste beveiligingsmaatregelen werden getroffen.

De permanente bewaking, zoals gedefinieerd in Artikel 1.9. van de AVCW (versie 2015), van een lading die, op het ogenblik van de diefstal, aan boord is van een lichte vrachtwagen, vrachtwagen, oplegger, aanhangwagen, container op chassis, een gelijkaardig voertuig of een container, buiten de openbare weg, zoals gedefinieerd in Artikel 1.4. van de AVCW (versie 2015), wordt gelijkgesteld met de voornoemde beveiligingsvereisten.

In het geval echter het een losgekoppelde oplegger, aanhangwagen, container op chassis, een gelijkaardig voertuig of een container betreft, is de dekking afhankelijk van het bewijs, ten laste van verzekerde, dat de diefstal het gevolg is van bewezen inbraak of diefstal met geweld, onverminderd de bepalingen van Artikel

11.2.5. van de AVCW (versie 2015).

5.2. Vrijstellingen en vergoedingslimieten

5.2.1. Buiten de “openbare weg”, zoals gedefinieerd in Artikel 1.4. van de AVCW (versie 2015).

Voor lichte vrachtwagens, vrachtwagens, opleggers, aanhangwagens, containers op chassis, een gelijkaardig voertuig of container, al dan niet aangekoppeld aan het trekkend voertuig, onverminderd de bepalingen van Artikel 11.2.5. van de AVCW (versie 2015) :

5.2.1.1. De contractueel overeengekomen basisvrijstelling, zoals vermeld in de “Bijzondere Voorwaarden” wordt verdubbeld voor de goederen en/of soorten vervoer van de categorieën 1,2 en 3, indien de verzekerde aantoont dat de beveiligingsvereisten conform Artikel 5.1. van de AVCW (versie 2015) werden getroffen;

5.2.1.2. Indien niet wordt aangetoond dat de beveiligingsvereisten conform conform Artikel 5.1. van de AVCW (versie 2015) werden getroffen, zijn de volgende ondervermelde vrijstellingen van toepassing :

• Een steeds aftrekbare vrijstelling van 8% van

het schadebedrag ten laste van de verzekeraars volgens de bepalingen, voorwaarden en uitsluitingen van dit verzekeringscontract, met een minimum per vervoermiddel en/of container ten bedrage van EUR 2.000,00 ,voor de goederen en/of soorten vervoer vermeld in de categorieën 1 en 2;

• Een steeds aftrekbare vrijstelling van 8% van

het schadebedrag ten laste van de verzekeraars volgens de bepalingen, voorwaarden en uitsluitingen van dit verzekeringscontract, met een minimum per vervoermiddel en/of container ten bedrage van EUR 4.000,00 ,voor de goederen en/of soorten vervoer vermeld in de categorie 3;

Niettegenstaande elke tegenstrijdige bepaling in de “Bijzondere Voorwaarden” is de maximale tussenkomst van de verzekeraars beperkt tot EUR 325.000,00 per evenement of reeks van evenementen, die kunnen toegeschreven worden aan eenzelfde oorzaak, zonder echter de maximum verzekerde waarde vermeld in de “Bijzondere Voorwaarden” te overschrijden.

5.2.2. Op de “openbare weg”, zoals gedefinieerd in Artikel 1.4. van de AVCW (versie 2015)

Voor lichte vrachtwagens, vrachtwagens, opleggers, aanhangwagens, containers op chassis of een gelijkaardig voertuig aangekoppeld aan het trekkend voertuig :

5.2.2.1. De contractueel overeengekomen vrijstelling, zoals vermeld in de “Bijzondere Voorwaarden” wordt verdrievoudigd voor de goederen en/of soorten vervoer van de categorieën 1,2 en 3, indien de verzekerde aantoont dat de beveiligingsvereisten conform Artikel 5.1. van de AVCW (versie 2015) werden getroffen;

5.2.2.2. Indien niet wordt aangetoond dat de beveiligingsvereisten conform Artikel 5.1. van de AVCW (versie 2015) werden getroffen, zijn de volgende ondervermelde vrijstellingen van toepassing :

• Een steeds aftrekbare vrijstelling van 15% van

het schadebedrag ten laste van de verzekeraars volgens de bepalingen, voorwaarden en uitsluitingen van dit verzekeringscontract, met een minimum per vervoermiddel en/of container ten bedrage van EUR 4.000,00 ,voor de goederen en/of soorten vervoer vermeld in de categorieën 1 en 2;

• Een steeds aftrekbare vrijstelling van 15% van

het schadebedrag ten laste van de verzekeraars volgens de bepalingen, voorwaarden en uitsluitingen van dit verzekeringscontract, met een minimum per vervoermiddel en/of container ten bedrage van EUR 10.000,00 ,voor de goederen en/of soorten vervoer vermeld in de categorie 3;

Niettegenstaande elke tegenstrijdige bepaling in de “Bijzondere Voorwaarden” is de maximale tussenkomst van de verzekeraars beperkt tot EUR 175.000,00 per evenement of reeks van evenementen, die kunnen toegeschreven worden aan eenzelfde oorzaak, zonder echter de maximum verzekerde waarde vermeld in de “Bijzondere Voorwaarden” te overschrijden.

Wanneer de contractueel overeengekomen basisvrijstelling, zoals vermeld in de “Bijzondere Voorwaarden” van dit verzekeringscontract, hoger ligt dan de vrijstellingen vernoemd in Artikels 5.2.1.2. en 5.2.2.2 van de AVCW (versie 2015), dan worden deze laatste geannuleerd en vervangen door de eerder genoemde contractueel overeengekomen basisvrijstelling, onverminderd de vrijstelling die bepaald is in Artikel 14.2. van de AVCW (versie 2015).

5.3. Manco en niet-aflevering

Elke manco en elke niet-aflevering worden, onverminderd de bepalingen van dit verzekeringscontract, geregeld onder aftrek van de vrijstelling zoals

bepaald in Artikel 5.2.2.1. van de AVCW (versie 2015), onverminderd de vrijstelling die bepaald is in Artikel 14.2. van de AVCW (versie 2015).

Artikel 6. Goederen door hun aard onderhevig aan de invloed van warmte, koude, temperatuurschommelingen of vochtigheid van de lucht.

6.1. Dit artikel heeft betrekking op het vervoer van de bederfelijke levensmiddelen die opgenomen zijn in bijlage 2 en 3 van de ATP-Overeenkomst (Overeenkomst inzake het Internationaal Vervoer van aan Bederf onderhevige Levensmiddelen, gesloten op 1 september 1970 te Genève) en gebeurlijke amendementen hierop, en op alle andere goederen die door hun aard onderhevig zijn aan de invloed van warmte, koude, temperatuurschommelingen of vochtigheid van de lucht.

De aansprakelijkheid van verzekerde voor verlies, beschadiging of vertraging in de aflevering van de goederen zoals hierboven omschreven is niet in de verzekeringswaarborg inbegrepen. Mits uitdrukkelijke en voorafgaande overeenkomst en overeen te komen bijpremie kan die dekking toegekend worden zoals volgt:

6.2. Onder voorbehoud van onderstaande beschikkingen is uit de dekking gesloten, de aansprakelijkheid van verzekerde voor verlies, beschadigingen of vertraging in de aflevering van de goederen, voortkomende uit de invloed van warmte, koude, temperatuurschommelingen of vochtigheid van de lucht, tenzij zij het gevolg is van een gekarakteriseerd ongeval, zoals gedefinieerd in Artikel 1.5. van de

AVCW (versie 2015).

6.3.1. Nochtans, bij vervoer verricht door middel van geschikte voertuigen zoals beschreven in bijlage 1 van de ATP-Overeenkomst, zal de aansprakelijkheid voor verlies, beschadiging of vertraging in de aflevering van de goederen, voortkomende uit defect of een slechte werking van de specifieke inrichtingen van deze voertuigen, in de dekking begrepen zijn op voorwaarde dat de verzekerde deze specifieke inrichtingen heeft laten onderhouden en de goede werking ervan heeft laten nazien volgens de normen vastgesteld door de constructeur.

De verzekeraars behouden zich het recht voor, op elk ogenblik, de voorlegging van de hierop betrekking hebbende attesten, facturen of werkfiches te vragen.

6.3.2. Mits uitdrukkelijke en voorafgaande overeenkomst en overeen te komen bijpremie kan tevens in de dekking begrepen worden de aansprakelijkheid van verzekerde voor verlies, beschadiging of vertraging in de aflevering van de goederen, voortkomende uit de invloed van warmte, koude, temperatuurschommelingen of vochtigheid van de lucht, die het gevolg zijn van een fout bij het gebruik van de specifieke inrichtingen.

6.4.1. Bij onvrijwillig oponthoud van de voertuigen beschreven in art. 6.3.1. wordt de periode van 6 opeenvolgende kalenderdagen waarvan sprake in Artikel

4.1. van de AVCW (versie 2015) op 48 uur teruggebracht.

6.4.2. Bij vrijwillig oponthoud van de voertuigen beschreven in art. 6.3.1. wordt de periode van 6 opeenvolgende kalenderdagen waarvan sprake in Artikel 4.2. van de AVCW (versie 2015) op 24 uur teruggebracht.

Artikel 7. Vervoer van bulkgoederen door tankwagens en tankcontainers.

In afwijking van de uitsluiting vermeld in Artikel 11.2.6. van de AVCW (versie 2015) en mits uitdrukkelijke en voorafgaande overeenkomst en overeen te komen bijpremie, is in de dekking inbegrepen de contaminatie van de vervoerde goederen te wijten aan :

• een gebrek in de conditionering van het gebruikte materiaal;

• de aanwezigheid in de tankruimte of in de uitrusting van het voertuig van achtergebleven vreemde bestanddelen of uitwasemingen;

• een fout begaan tijdens de operaties van laden of lossen door verzekerde of de personen waarvoor hij instaat, onder meer volgens Artikels 3, 34 en volgende van het CMR verdrag.

De waarborguitbreiding is echter alleen aan verzekerde verworven op voorwaarde dat hij aantoont dat hij zijn verplichtingen strikt nakomt om het gebruikte materiaal regelmatig en professioneel te laten onderhouden en nazien, teneinde dit in perfecte staat te houden. De verzekerde, op wie de bewijslast rust, zal op de eerste aanvraag van de verzekeraars de gepaste bewijsstukken voorleggen.

Artikel 8. Materiaal toebehorend aan derden.

In afwijking van de uitsluiting vermeld in Artikel 11.4. van de AVCW (versie 2015) en mits uitdrukkelijke en voorafgaande overeenkomst en overeen te komen bijpremie kan tevens in de dekking begrepen worden de contractuele aansprakelijkheid van verzekerde voor het nationaal en internationaal transport van goederen over de weg in zijn hoedanigheid van effectieve wegvervoerder, zoals gedefinieerd in Artikel 1.1. van de AVCW (versie 2015), met betrekking tot “materiaal toebehorend aan derden”, zoals gedefinieerd in Artikel 1.10. van de AVCW (versie 2015).

De aansprakelijkheid wordt verleend op basis van artikel 2.2.1. van de “Algemene Verzekeringsvoorwaarden voor de Contractuele Wegvervoerdersaansprakelijkheid (versie 2015)”.

Dit verzekeringscontract verleent dekking voor de aansprakelijkheid voor de rechtstreekse materiële schade van het “materiaal toebehorend aan derden”, zoals gedefinieerd in Artikel 1.10. van de AVCW (versie 2015), door brand, diefstal en klaarblijkelijke ongevallen, die aan het vervoer over land verbonden zijn,

d.w.z. elke plotse en onverwachte gebeurtenis, veroorzaakt door botsing van het voertuig met een ander voertuig of met een vaststaand of bewegend voorwerp, haakslaan, omkantelen van het voertuig, val van het voertuig in waterlopen of afgronden, springen van banden, breken van onderstel, stuurinrichting, koppeling, wielen en remmen, tenzij dit breken het gevolg is van een gebrek aan onderhoud. Deze opsomming is limitatief.

Volgende risico’s zijn uit de dekking van deze polis uitgesloten :

• de vergoedingen voor verliezen en beschadigingen ten gevolge van eigen gebrek, slijtage, en gebrek aan onderhoud;

• immateriële schade zoals minderwaarde, gebruiksderving en dergelijke;

• verliezen en beschadigingen die reeds bestonden vóór de inontvangstneming;

• de schade aan de banden, behalve als deze het gevolg is van een klaarblijkelijk ongeval dat voorgekomen is tijdens de periode dat het voormelde materiaal aan de verzekerde was toevertrouwd voor het transport;

• De tractie en/of het vervoer van “materiaal toebehorend aan derden”, zoals gedefinieerd in Artikel 1.10. van de AVCW (versie 2015), door voertuigen die niet aangepast zijn aan deze soort tractie en/of dit soort vervoer.

Het bedrag van de verliezen en beschadigingen aan het “materiaal toebehorend aan derden”, zoals gedefinieerd in Artikel 1.10. van de AVCW (versie 2015), en ten laste van verzekeraars krachtens de bepalingen van dit verzekeringscontract wordt vergoed op basis van het ter zake tegensprekelijk opgesteld expertiseverslag en mits voorlegging van de officiële herstellingsfactuur.

De tussenkomst van de verzekeraars zal echter niet meer bedragen dan de verzekerde waarde vermeld in de “Bijzondere Voorwaarden”.

Verdwijning en diefstal van “materiaal toebehorend aan derden”, zoals gedefinieerd in Artikel 1.10. van de AVCW (versie 2015), dat zich op de openbare weg bevindt :

- ofwel losgekoppeld van het trekkend voertuig

- ofwel afgenomen van het transportvoertuig,

, zijn niet in de waarborg inbegrepen.

Artikel 9. Aangegeven waarde – Bijzonder belang bij de aflevering.

Is uit de dekking gesloten de aansprakelijkheid inzake de aanvaarding door verzekerde van een aangegeven waarde of van een bijzonder belang bij de aflevering zoals onder meer voorzien in Artikels 24 en 26 van het CMR verdrag.

Deze dekking kan evenwel geval per geval verleend worden mits uitdrukkelijke en voorafgaande overeenkomst en overeen te komen bijpremie.

Artikel 10. Bewaring en verkoop.

Wanneer de goederen gelost worden om opgeslagen of verkocht te worden, zoals onder meer voorzien in de beschikkingen van Artikels 14, 15 en 16 van het CMR verdrag, zullen gedane kosten die ten laste van verzekerde blijven, vergoed worden wanneer zij tot doel hadden de goederen te vrijwaren.

Artikel 11. Uitsluitingen.

De hierna vermelde gevallen maken geen deel uit van de verzekeringsdekking. Voor zoveel als nodig zijn in ieder geval uit de dekking uitgesloten de aansprakelijkheid voor de eruit voortvloeiende beschadigingen, verliezen, nadelen en vertragingen.

11.1. Uitsluitingen in alle gevallen

Is in elk geval uit de dekking gesloten, de aansprakelijkheid voor verlies , beschadiging of vertraging in de aflevering van de goederen toevertrouwd aan verzekerde voortspruitende uit of veroorzaakt door:

11.1.1. Opzet, fout gelijkgesteld met opzet, grove fout

Elk opzet, elke fout gelijkgesteld met opzet of grove fout, uit hoofde van de verzekerde, zijn aangestelde(n) en de personen waarvoor hij instaat, die al dan niet handelen in het kader van hun functies.

De aansprakelijkheid van de verzekerde blijft echter gedekt in geval van opzet, fout gelijkgesteld met opzet of grove fout, gepleegd door de aangestelde(n) van de verzekerde tijdens de fysieke uitoefening van de vervoerovereenkomst, met uitzondering echter van zijn bestuursorganen, alsook door de personen waarvoor hij instaat, terwijl alle bepalingen, limieten en vrijstellingen vermeld in dit verzekeringscontract strikt van toepassing blijven;

11.1.2. Niet-naleving van de wettelijke voorschriften…

De niet-naleving door de verzekerde of door de personen waarvoor hij

instaat onder meer volgens Artikels 3, 34 en volgende van het CMR verdrag, van de wettelijke, administratieve, reglementaire en technische voorschriften eigen aan het vervoer van goederen over de weg, waardoor de veiligheid van de goederen in het gedrang komt, in het bijzonder:

• het overschrijden van de wettelijke maximum toegelaten rijtijden en het niet naleven van de reglementair voorgeschreven rusttijden;

• het overschrijden van de reglementair voorgeschreven normen inzake maximum belading van het voertuig;

• het gebrek aan onderhoud van het voertuig en zijn uitrusting;

• de tekortkoming in de bescherming van de goederen tegen weersomstandigheden

• het gebrek aan beveiliging tegen diefstal conform de bepalingen van Artikel 5.1. van de AVCW (versie 2015).

11.1.3. Wetten, regels, gebruiken eigen aan de activiteit

Elke tekortkoming van de verzekerde of de personen waarvoor hij instaat, onder meer volgens Artikels 3, 34 en volgende van het CMR verdrag, aan wetten, regels, of aan gebruiken eigen aan de activiteiten van de verzekerde onderneming waarbij voor ieder met de materie vertrouwde persoon duidelijk moet zijn dat hieruit haast onvermijdelijk schade moet ontstaan.

11.1.4. Smokkelhandel, verboden handel, …

Smokkelhandel, verboden handel, sluikhandel, het gebruik van valse of opzettelijk onjuiste of onvolledige documenten voor douane of analoge administratieve verrichtingen.

11.1.5. Medeweten verzekerde

De feiten genoemd onder Artikel 11.1.1. tot en met Artikel 11.1.4. van de AVCW (versie 2015) indien zij gepleegd worden met het medeweten van de verzekerde door de personen waarvoor hij instaat onder meer volgens Artikels 3, 34 en volgende van het CMR verdrag.

11.1.6. Inbeslagname, verbeurdverklaring, …

Inbeslagname, verbeurdverklaring, achterhouding door de toldienst of door een erkende of niet erkende overheid.

11.1.7. Genotsderving, …

Genotsderving, het niet nakomen van termijnen, en elke andere onrechtstreekse schade.

11.1.8. Niet-naleving van de wettelijke en/of administratieve bepalingen

Het niet in acht nemen van de wettelijke en/of administratieve bepalingen betreffende het vervoer van gevaarlijke goederen, zoals bepaald in het "Europees Verdrag betreffende het internationaal vervoer van gevaarlijke goederen over de weg" (A.D.R. – Genève 30.9.57 - Belgisch Staatsblad van 7.10.1960) en gebeurlijke amendementen, alsmede deze betreffende het vervoer van aan bederf

onderhevige levensmiddelen zoals bepaald in de ATP-Overeenkomst (Overeenkomst inzake het Internationaal Vervoer van aan Bederf onderhevige Levensmiddelen, gesloten op 1 september 1970 te Genève) en gebeurlijke amendementen.

11.1.9. Aflevering zonder inning en andere gelijksoortige nalatigheden

Aflevering zonder inning en andere gelijksoortige nalatigheden. Het verzuim de terugbetaling te innen bij de aflevering van de goederen aan de bestemmeling, ingevolge onder meer Artikel 21 van het CMR verdrag.

11.1.10. Oorlog, kaping, mijnen, …

• Oorlog, burgeroorlog, revolutie, muiterij, opstand of de daaruit ontstane burgerlijke onlusten of elke vijandige daad gepleegd door of tegen een oorlogvoerende macht;

• Kaping, inbeslagneming, arrest, onder dwangbevel plaatsen of detentie welke het gevolg zijn van de hiervoor opgesomde gebeurtenissen, alsook de gevolgen ervan en iedere poging daartoe;

• Achtergelaten mijnen, torpedo's, bommen of andere achtergelaten oorlogswapens.

11.1.11. Staking, oproer, terrorisme, …

Onverminderd de bepalingen van Artikel 11.2.3 van de AVCW (versie 2015) de verliezen, beschadigingen en vertraging in de aflevering voortvloeiend uit daden van :

• stakers, opruiers of personen die deelnemen aan een oploop, een lock-out of aan onlusten veroorzaakt door arbeidsgeschillen;

• iedere terrorist of iedere andere persoon die handelt uit politieke overwegingen.

11.1.12. Radioactiviteit, …

Besmetting veroorzaakt door radioactiviteit rechtstreeks, onrechtstreeks, geheel en/of gedeeltelijk veroorzaakt door of ontstaan uit :

• ioniserende straling van of radioactieve besmetting door nucleaire brandstof en/of afval en/of door hun verbranding;

• de radioactieve, toxische, ontplofbare of andere gevaarlijke of besmettende eigenschappen van de nucleaire installaties, reactoren en/of andere nucleaire constructie of bestanddeel;

• het gebruik van oorlogswapens, waarbij hetzij atoom- of kernsplitsing of kernfusie, hetzij eender welke gelijksoortige reactie of radioactieve kracht of materie worden aangewend.

11.1.13. Accijnzen

11.1.14. Vrachtbrief

Het nalaten door de verzekerde, voor een vervoer onderhevig aan het CMR verdrag, om in de vrachtbrief aan te geven dat het vervoer onderhevig is

aan het stelsel van dit CMR verdrag, conform artikel 7, § 3 van dit CMR verdrag.

11.1.15. Gewoon gewichtsverlies

Het gewoon gewichtsverlies (reisverlies, lekkage) voor de goederen die hieraan onderhevig zijn.

11.1.16. Niet omschreven voertuigen

Het transport van goederen aan boord van voertuigen die niet omschreven zijn in de “Bijzondere Voorwaarden” van dit verzekeringscontract.

11.1.17. Levende dieren, levende planten en snijbloemen

11.2. Uitsluitingen behalve … (risico’s)

Is eveneens uit de dekking gesloten, behoudens uitdrukkelijke en voorafgaande overeenkomst en tegen een overeen te komen bijpremie, de aansprakelijkheid voor verlies, beschadiging of vertraging in de aflevering van de goederen toevertrouwd aan verzekerde voortspruitende uit of veroorzaakt door:

11.2.1. Afwijking Artikel 37 CMR verdrag

Het aanvaarden door verzekerde van elke afwijking van de beschikkingen van Artikel 37 van het CMR verdrag, krachtens de mogelijkheid voorzien in Artikel 40 van het CMR verdrag;

11.2.2. Insolventie opvolgend vervoerder

Bijkomende lasten aan verzekerde opgelegd krachtens toepassing van Artikel 38 van het CMR verdrag;

11.2.3. Stakingen en oproer

Daden van stakers, opruiers of personen die deelnemen aan een volksoploop, lock-out of onlusten voortkomend uit arbeidsgeschillen, wanneer deze stakers, opruiers of personen deel uitmaken van de personeelsleden van de verzekerde;

11.2.4. Losgekoppelde voertuigen op de openbare weg

Elke handeling ten opzichte van de lading die zich op de “openbare weg”, zoals gedefinieerd in Artikel 1.4. van de AVCW (versie 2015), bevindt aan

boord van :

• Een oplegger, een aanhangwagen, een container op chassis of een gelijkaardig voertuig, wanneer deze losgekoppeld zijn;

• Een container afgenomen van één van voornoemde voertuigen;

11.2.5. Losgekoppelde voertuigen buiten de openbare weg

Elke handeling ten opzichte van de lading die zich buiten de “openbare weg”, zoals gedefinieerd in Artikel 1.4. van de AVCW (versie 2015), bevindt aan

boord van :

• Een oplegger, een aanhangwagen, een container op chassis of een gelijkaardig voertuig, wanneer deze losgekoppeld zijn;

• Een container afgenomen van één van voornoemde voertuigen;

11.2.6. De contaminatie van bulkgoederen in tankwagens en tankcontainers

11.3. Uitsluitingen behalve … (goederen)

Is eveneens uit de dekking gesloten, behoudens uitdrukkelijke en voorafgaande overeenkomst en tegen overeen te komen bijpremie, de aansprakelijkheid voor verlies, beschadiging of vertraging in de aflevering van volgende goederen :

11.3.1. goederen door hun aard bijzonder onderhevig aan verbranding, ontploffing, corrosie, ontvlambaarheid;

11.3.2. radioactieve stoffen en producten;

11.3.3. Waardevolle voorwerpen

edele metalen, al dan niet bewerkt of gemunt, kleinoden, echte of cultuurparels, edelstenen, juwelen, bont;

11.3.4. Waardepapieren

effecten, coupons, speciën, checks, orderbriefjes en/of aan toonder betaalbaar papier , documenten van alle aard;

11.3.5. Kunstvoorwerpen

kunstvoorwerpen, antiquiteiten of verzamelingsvoorwerpen met liefhebberswaarde;

11.3.6. Verhuizingen

Verhuizingen van meubilair en persoonlijke goederen;

11.3.7. Voertuigen

Voertuigen, personenwagens en caravans;

11.3.8. goederen met abnormale afmetingen of gewicht ofwel goederen waarvoor een speciaal hijstoestel of ander gereedschap nodig is bij het laden en/of lossen.

11.4. Uitsluitingen behalve … (materiaal)

Is eveneens uitgesloten van de dekking, behoudens uitdrukkelijke en voorafgaande overeenkomst en overeen te komen bijpremie, de aansprakelijkheid voor de rechtstreekse materiële schade van het “materiaal

toebehorend aan derden”, zoals gedefinieerd in Artikel 1.10. van de AVCW (versie 2015).

11.5. Uitsluitingen behalve … (kosten)

Is eveneens uitgesloten van de dekking, behoudens uitdrukkelijke en voorafgaande overeenkomst en overeen te komen bijpremie, alle ophalings-, lichtings- en repatriëringskosten.

11.6. Dekking onderaanneming

Is eveneens uitgesloten van de dekking, behoudens uitdrukkelijke en voorafgaande overeenkomst en overeen te komen bijpremie, de contractuele aansprakelijkheid van verzekerde met betrekking tot het nationaal en internationaal vervoer van goederen over de weg in hoedanigheid van commissionair-vervoerder of hoofdvervoerder voor baanvervoer toevertrouwd door verzekerde aan personen van wie hij zich bedient voor de bewerkstelling van het vervoer, wanneer deze personen handelen in de uitoefening van hun werkzaamheden.

Artikel 12. Verzekerde waarde.

Onder verzekerde waarde wordt verstaan het bedrag per vervoermiddel, in de "Bijzondere Voorwaarden" bepaald, dat binnen de grenzen van de dekking, zoals omschreven in Artikel 2 van de AVCW (versie 2015), de maximum tussenkomst uitmaakt voor de verzekeraar, zonder dat die tussenkomst per evenement of reeks van evenementen, die kunnen toegeschreven worden aan één en dezelfde oorzaak het bedrag van EUR 750.000,00 kan overschrijden, onverminderd de bepalingen van Artikels 5.2.1.2., 5.2.2.2. en 14.2. van de AVCW (versie 2015).

Deze verzekering is afgesloten in eerste risico, i.e. zonder toepassing van de proportionele regel.

12.1. Vervoer onderworpen aan het CMR verdrag

Beperking conform de bepalingen van artikels 23, 25 en 29.2 van het CMR verdrag;‌

12.2. Vervoer niet onderworpen aan het CMR verdrag

Wanneer een vervoer buiten de landsgrenzen van België doch binnen de grenzen van één der deelstaten van de Europese Unie plaatsvindt en dit conventioneel niet onderworpen is aan het Verdrag betreffende de Overeenkomst tot Internationaal Vervoer van goederen over de weg (CMR) gesloten op 19 mei 1956 te Genève, dekt deze verzekeringsovereenkomst de contractuele aansprakelijkheid van de verzekerde voor de rechtstreekse materiële schade aan de vervoerde goederen tegenover de ladingbelanghebbenden op grond van de in dat land vigerende Wetgeving op het binnenlands vervoer. De maximale tussenkomst van de verzekeraars zal in ieder geval beperkt blijven tot de sommen en de aansprakelijkheden voorzien door de CMR Conventie, onverminderd de bepalingen van

Artikel 2.4. van de AVCW (versie 2015).

12.3. Vertraging in de aflevering

De eventuele vergoeding voor vertraging in de aflevering is, conform artikel

23.5 van het CMR verdrag, altijd beperkt tot de vrachtprijs van het betreffende vervoer.‌

Artikel 13. Verplichtingen bij schade.

Artikel 4.1. der “Algemene Administratieve Clausules (versie 2015)” wordt als volgt vervolledigd.

13.1. Melding aan verzekeraars

Er is overeengekomen dat zodra hij kennis heeft van een schadegeval en uiterlijk binnen de 48 uur, de verzekerde verplicht is de verzekeraars ervan te verwittigen.

Het schadedossier ingediend door verzekerde zal tenminste volgende documenten omvatten:

• origineel exemplaar van de vrachtbrief, getekend door bestemmeling

• leesbare kopie van de factuur van de zending

• leesbare kopie van de paklijst van de zending met gewichten Bovendien verbindt hij er zich toe volgende verplichtingen in acht te nemen :

13.1.1. Verhaal

het verhaal te vrijwaren tegenover alle derden, onderaannemers of contractanten;

13.1.2. Diefstal of ander misbruik

bij diefstal of ander misdrijf, onmiddellijk klacht neer te leggen bij de gerechtelijke overheid van de plaats van vaststelling;

13.2. Instructies aan de aangestelde(n)

Verzekerde verbindt er zich toe aan de personen waarvoor hij instaat, onder meer volgens Artikels 3, 34 en volgende van het CMR verdrag, de nodige instructies te geven teneinde de verplichtingen van de Artikels 13.1, 13.1.1. en 13.1.2. van de AVCW (versie 2015) na te leven.

13.3. Dagvaardingen en andere documenten

Verzekerde verbindt er zich toe dagvaardingen en in het algemeen om het even welke gerechtelijke en buitengerechtelijke bescheiden betreffende een schadegeval, onmiddellijk na de kennisgeving, de betekening of de terhandstelling ervan, over te maken aan de verzekeraar.

13.4. Nakomen verplichtingen verzekerde

Indien de verzekerde één van de verplichtingen bepaald in Artikels 13.1.2.

en 13.3. van de AVCW (versie 2015) niet nakomt kan de verzekeraar zijn dekking weigeren.

13.5. Rechtsvordering tegenover verzekerde

Bij rechtsvordering tegenover verzekerde, ontstaan ingevolge een gewaarborgd schadegeval, behouden zich de Verzekeraars het recht voor om het geding in naam van verzekerde te volgen en te leiden. In zulk geval betalen zij voor diens rekening de hoofdsom van de veroordelingen, interesten en kosten, dit echter binnen de grenzen van de waarborg en tot beloop van het vastgestelde maximum.

13.6. Verplichting tot terughoudendheid van de verzekerde

Verzekerde zal niet mogen overgaan tot het stellen van een daad of het formuleren van een belofte, die zou kunnen beschouwd worden als een erkenning van aansprakelijkheid, noch tot een vergelijk komen noch het schadebedrag begroten, noch tot betaling overgaan, zonder voorafgaande toestemming van de verzekeraar. Indien hierdoor een nadeel ontstaat voor de verzekeraar, kan deze aanspraak maken op een vermindering van zijn prestatie tot beloop van het door hem geleden nadeel.

Artikel 14. Schaderegeling.

14.1. Onderhandeling van de verzekeraars met de rechthebbende

Bij schadegeval behoudt de verzekeraar zich het recht voor met de rechthebbende te onderhandelen. De door verzekerde met het akkoord van de verzekeraar aan de rechthebbende uitbetaalde vergoeding wordt hem door de verzekeraar terugbetaald, tenzij uitdrukkelijk anders overeengekomen werd.

14.2. Opzet, fout gelijkgesteld met opzet, xxxxx fout begaan door de aangestelde(n) van verzekerde

Onverminderd de bepalingen van Artikel 11.1.1 van de AVCW (versie 2015) worden de vergoedingen voor rechtstreekse materiële schade(s) aan de vervoerde goederen door verlies, beschadiging of vertraging in de aflevering ten gevolge van opzet, fout gelijkgesteld met opzet of grove fout, begaan door de aangestelde(n) van de verzekerde tijdens de fysieke uitoefening van de vervoerovereenkomst, geregeld conform de beperkingen vermeld in artikels 23 en 25 van het CMR verdrag, zonder evenwel de verzekerde waarde(n) vermeld in de “Bijzondere Voorwaarden” van deze verzekeringsovereenkomst te overschrijden.

Naast alle andere vrijstellingen bedongen in deze verzekeringsovereenkomst, zal er een vrijstelling worden toegepast van 10% van het schadebedrag ten laste van de verzekeraars volgens de bepalingen, voorwaarden en uitsluitingen van deze verzekeringsovereenkomst, met een minimum van EUR 500,00 en een maximum van EUR 5.000,00 per voertuig en per schadegeval of reeks schadegevallen voortvloeiend uit één en dezelfde oorzaak.

In geval van een definitieve of uitvoerbare gerechtelijke veroordeling wegens opzet, fout gelijkgesteld met opzet, grove fout, begaan door de aangestelde(n) van de verzekerde in de fysieke uitoefening van de vervoerovereenkomst, worden de vergoedingen voor rechtstreekse materiële schade(s) aan de vervoerde goederen door verlies, beschadiging of vertraging in de aflevering geregeld conform de bepalingen van artikel 29.2. van het CMR verdrag. Behoudens andersluidend beding en overeen te komen bijpremie, is de maximale tussenkomst van verzekeraars echter beperkt tot EUR 125.000,00 per evenement of reeks van evenementen die kunnen toegeschreven worden aan één en dezelfde oorzaak.

Wanneer de verzekeraars een vergoeding regelen ten gevolge van een definitieve of uitvoerbare gerechtelijke veroordeling, zoals voorzien in de vorige alinea, wordt de vrijstelling waarvan sprake in de tweede alinea van deze clausule verhoogd tot 20% van het schadebedrag ten laste van de verzekeraars volgens de bepalingen, voorwaarden en uitsluitingen van deze verzekeringsovereenkomst, met een minimum van EUR 1.000,00 en een maximum van EUR 10.000,00 per voertuig en per schadegeval of reeks schadegevallen voortvloeiend uit één en dezelfde oorzaak.

14.3. Opruimings-, schoonmaak- en vernietigingskosten

Wanneer verzekerde hiervoor aansprakelijk is, en deze kosten hem ten laste gelegd worden, vergoeden de verzekeraars deze kosten voor zoverre ze gemaakt werden met hun akkoord of het gevolg zijn van een beslissing, ambtshalve genomen door een erkende publieke en officiële instantie. Behoudens andersluidend beding en overeen te komen bijpremie, is de verzekerde waarde voor deze kosten beperkt tot 10% van de verzekerde waarde omschreven in Artikel 12 van de AVCW (versie 2015) met een maximum van EUR 7.500,00 ,waarmee ze tevens cumuleert.

14.4. Ophalings-, lichtings- en repatriëringskosten

In afwijking van de uitsluiting vermeld in Artikel 11.5. van de AVCW (versie 2015) en mits uitdrukkelijke en voorafgaande overeenkomst en overeen te komen bijpremie, kan tevens in de dekking begrepen worden alle ophalings-, lichtings- en repatriëringskosten.

Wanneer verzekerde hiervoor aansprakelijk is, en deze kosten hem ten laste gelegd worden, vergoeden de verzekeraars deze kosten voor zoverre ze gemaakt werden met hun akkoord of het gevolg zijn van een beslissing, ambtshalve genomen door een erkende publieke en officiële instantie en na uitputting van alle andere verzekeringen die voornoemde kosten eventueel, geheel of gedeeltelijk, dekken tegen dezelfde risico’s. De verzekerde waarde voor deze kosten is beperkt tot 10% van de verzekerde waarde omschreven in Artikel 12 van de AVCW (versie 2015) met een maximum van EUR 5.000,00 ,waarmee ze tevens cumuleert.

14.5. Tegenstelbaarheid aan de benadeelde derden

De nietigheid, de excepties, het verval en de vrijstelling die tegen de verzekerde kunnen ingeroepen worden, blijven de benadeelde derden tegenstelbaar voor zover deze hun oorzaak vinden in een feit dat het schadegeval voorafgaat. De verzekeraars behouden zich uitdrukkelijk het recht van verhaal voor tegen verzekerde indien zij volgens de wet of de verzekeringsovereenkomst hun tussenkomst hadden kunnen weigeren.

Artikel 15. Subrogatie.

De verzekeraars zijn, na betaling van de vergoeding, van rechtswege in de rechten en acties van de verzekerde gesubrogeerd ten opzichte van alle derden of medecontractanten, conform de bepalingen van art. 246 van de Wet van 4 april 2014 betreffende de verzekeringen. De verzekerde verbindt er zich toe deze subrogatie per bijzondere akte te bevestigen op de eerste vraag van de verzekeraars.

Document Metadata

Table of Contents

INHOUD

Document Metadata