Contract
VOORWAARDEN Aansprakelijkheidsverzekering logistieke dienstverlening | Delta Lloyd Schadeverzekering NV Amsterdam | |
MODEL | ||
T 03.2.23 C | ||
INHOUD | Artikel 1 Artikel 2 Artikel 3 Artikel 4 Artikel 5 Artikel 6 Artikel 7 Artikel 8 Artikel 9 | Algemene informatie Begripsomschrijving Omvang van de dekking Extra vergoedingen Uitsluitingen en beperkingen Schade Premie Herziening van premie en voorwaarden Geldigheidsduur en opzegmogelijkheden |
NADERE OMSCHRIJVINGEN | Artikel 10 Artikel 11 Artikel 12 Artikel 13 | Uitsluitingen atoomkernreacties Uitsluitingen molest Uitleg begrippen inzake regeling terrorismeschade Bijzondere regeling bij ladingdiefstal |
T 03.2.23-0613
ARTIKEL 1
ALGEMENE INFORMATIE
ARTIKEL 1.1
TOTSTANDKOMING VERZEKERING / RECHT VAN ANNULERING
De verzekering komt (definitief) tot stand nadat een termijn van 14 dagen na ontvangst van de polis en de bijbehorende voorwaarden is verstreken, zonder dat de verzekeringnemer gebruik heeft gemaakt van het recht op annulering.
Recht op annulering betekent dat de verzekeringne- mer zonder dat premie is verschuldigd de verzekering kan annuleren door de maatschappij schriftelijk (of, indien de verzekering langs elektronische weg tot stand is gekomen en een email-adres is verstrekt: per email), onder vermelding van polisnummer te berichten dat op de verzekering geen prijs wordt gesteld. De verzekering wordt vervolgens geannu- leerd per ingangsdatum, zodat deze geen dekking biedt voor in die tussentijd gevallen schaden.
ARTIKEL 1.2
VERZEKERINGSMAATSCHAPPIJ DIE OPTREEDT ALS RISICODRAGER
De verzekering is afgesloten voor rekening en risico van Delta Lloyd Schadeverzekering NV, gevestigd te Xxxxxxxxx xxx xx Xxxxxxxxxx 0, Xxxxxxx 0000, 0000 XX Xxxxxxxxx (Handelsregister KvK Amsterdam 33052073).
Delta Lloyd Schadeverzekering NV staat als
aanbie-der van (schade)verzekeringen geregistreerd bij de Autoriteit Financiële Markten (AFM) en heeft een vergunning van De Nederlandsche Bank NV (DNB) om het schadeverzekeringsbedrijf uit te oefenen.
ARTIKEL 1.3
ADRES
Kennisgevingen van de maatschappij aan de verzekeringnemer kunnen worden gedaan aan zijn laatste bij de maatschappij bekende adres, of aan het adres van de tussenpersoon via wiens bemiddeling deze verzekering loopt.
ARTIKEL 1.4 PERSOONSGEGEVENS
Bij de aanvraag van een verzekering worden persoonsgegevens gevraagd. Deze worden door Delta Lloyd verwerkt ten behoeve van het aangaan
en uitvoeren van overeenkomsten, voor het uitvoeren van marketingactiviteiten, ten behoeve van het waarborgen van de veiligheid en integriteit van de financiële sector, voor statistische analyse en om te kunnen voldoen aan wettelijke verplichtingen.
In verband met een verantwoord acceptatiebeleid kunnen wij uw gegevens raadplegen bij de Stichting CIS te Zeist. In dit kader kunnen deelnemers van Stichting CIS ook onderling gegevens uitwisselen. Doelstelling hiervan is risico’s te beheersen en fraude tegen te gaan. Het privacyreglement van de Stichting CIS is van toepassing. Zie xxx.xxxxxxxxxxxx.xx.
ARTIKEL 1.5
TOEPASSELIJK RECHT EN KLACHTENINSTANTIES
Op deze verzekering is Nederlands recht van toepassing.
Klachten over de uitvoering van de verzekeringsover- eenkomst kunnen aan de directie van Delta Lloyd Schadeverzekering NV, Xxxxxxxxxx 0, Xxxxxxx 0000, 0000 XX Xxxxxxxxx worden voorgelegd.
Wie geen gebruik wil maken van deze klachten- behandelingsmogelijkheid, of de behandeling niet bevredigend vindt, kan het geschil voorleggen aan de rechter.
ARTIKEL 2
BEGRIPSOMSCHRIJVING
ARTIKEL 2.1
VERZEKERINGNEMER
De natuurlijke persoon of rechtspersoon die als zodanig in de polis is vermeld.
ARTIKEL 2.2
VERZEKERDE
De verzekeringnemer en degene(n) die als zodanig in de polis is/zijn omschreven.
ARTIKEL 2.3
HULPMATERIALEN
Materialen die eigendom zijn van de verzekerde en worden gebruikt om, zonder enig vorm van motorische kracht, de in artikel 3.1.1 bedoelde zaken te verplaat- sen in het kader van laad- en loswerkzaamheden.
ARTIKEL 2.4
MAATSCHAPPIJ
De verzekeringsmaatschappij die blijkens onder- te-kening van het polisblad als risicodrager voor deze verzekering geldt, dan wel de gevolmachtigde die namens de verzekeringsmaatschappij heeft ondertekend.
ARTIKEL 2.5
CMR
Het verdrag dat regels geeft over de aansprakelijkheid van de wegvervoerder bij internationaal goederen- transport. CMR betekent: Convention relative au contrat de transport international de Marchandise par Route.
ARTIKEL 3
OMSCHRIJVING VAN DE DEKKING
ARTIKEL 3.1
AANSPRAKELIJKHEID / VERZEKERDE ACTIVITEIT(EN) EN CONDITIES
De verzekering dekt de aansprakelijkheid van de verzekerden die voortvloeit uit de in de polis vermelde activiteit(en), echter uitsluitend voor zover het gaat om de aansprakelijkheid van de verzekerde(n) uit hoofde van de in de polis, als ‘verzekerde condities’ vermelde regeling(en).
Hierbij gelden de volgende bepalingen.
1 Aansprakelijkheid voor materiële schade
De verzekering dekt de aansprakelijkheid voor materiële schade, waaronder te verstaan: beschadiging, vernietiging of het verloren gaan van zaken van anderen dan de verzekeringnemer of de aansprakelijke verzekerde(n), die de verze- kerde - of iemand namens hem - onder zich heeft uit hoofde van een overeenkomst in het kader van de verzekerde activiteit(en). In enkele situaties
is sprake van dekking voor (de aansprakelijkheid voor) andere dan materiële schade; zie artikel
5.6.1 (vertragingsschade) en artikel 5.4 (schade door onvolkomenheden in documenten).
2 Gebeurtenis binnen looptijd verzekering Voorwaarde voor dekking is dat de gebeurtenis die aan de schadeveroorzaking ten grondslag ligt zich tijdens de looptijd van de verzekering heeft voorgedaan. Bovendien moet het ten tijde van het sluiten van de verzekeringsovereenkomst voor de verzekerde onzeker zijn geweest dat deze gebeur-
tenis zich zou voordoen. Als bij een latere wijziging de dekking wordt uitgebreid, geldt voor de uitge- breide dekking de wijzigingsdatum als het moment waarop de verzekeringsovereenkomst is gesloten.
3 Uitloop
De aansprakelijkheid voor schade die zich binen 12 maanden na het einde van de verzekering openbaart, is met inachtneming van de voor- gaande bepaling gedekt, mits sprake is van directe melding aan de maatschappij zodra de verzekerde met de schade bekend is geworden dan wel rede- lijkerwijs bekend had kunnen zijn.
4 Dekkingsgebied
Als voorwaarde voor dekking geldt dat de gebeur- tenis die aan de schadeveroorzaking ten grondslag ligt zich heeft voorgedaan binnen het in de polis vermelde dekkingsgebied of in/op de in de polis vermelde locaties of in/op de in de polis vermelde locaties.
5 Maximale uitkering/Verzekerd bedrag/Wettelijke rente
In de regel betekent de toepassing van de ‘verzekerde condities’ dat sprake is van een maximaal bedrag waarvoor de verzekerde kan worden aangesproken. Dit geldt dan tevens als maximale schadevergoeding per schadegebeurtenis. De verschuldigde wettelijke rente, berekend over het onder de dekking vallende gedeelte van de hoofdsom, wordt zonodig boven het van toepas- sing zijnde vergoedingsmaximum vergoed.
In ieder geval wordt per gebeurtenis nooit meer uitgekeerd dan 1.250.000 euro.
ARTIKEL 3.2
ACTIVITEIT ‘VERVOER’/ BIJZONDERE BEPALINGEN
Wanneer de verzekering (mede) betrekking heeft op de aansprakelijkheid van de verzekerde(n) als vervoerder, gelden in aanvulling op artikel 3.1 de volgende bepalingen.
1 Cabotage
De verzekering geeft ook dekking voor cabotage- vervoer met dien verstande dat:
– de dekking uitsluitend geldt indien en voor zover de verzekerde aansprakelijk zou zijn geweest als het vervoer onder toepassing van het CMR verdrag had plaats gehad;
– de op cabotagevervoer van toepassing zijnde locale condities buiten beschouwing blijven met uitzondering van een eventueel geldende aan- sprakelijkheidslimiet die hoger is dan de limiet volgens het CMR verdrag; desondanks zal de maatschappij niet meer uitkeren dan het in artikel 3.1.5 vermelde bedrag;
– de dekking uitsluitend geldt voor (de aan- sprakelijkheid voor) schade aan de vervoerde zaken, en tot maximaal het bedrag van de vrachtprijs, voor vertragingsschade; dit laatste met in achtneming van de in artikel 5.6 vermelde criteria.
Onder ‘locale condities’ wordt in de zin van deze bepaling verstaan: de regeling die volgens het land -of deel daarvan- waarin sprake is van het cabotagevervoer van toepassing is met betrek- king tot de aansprakelijkheid van de verzekerde voor schade aan de vervoerder zaken.
2 Aansprakelijkheid bij uitbesteed vervoer
Tenzij anders overeengekomen geldt de verzeke- ring ook bij uitbesteed vervoer. De dekking heeft dan betrekking op de aansprakelijkheid van de verzekerde voor de ondervervoerder en de opvol- gend vervoerder.
3 Limietdoorbreking
Indien ingevolge een gerechtelijke of arbitrale uitspraak geen beroep kan worden gedaan op de beperkte aansprakelijkheid zoals bedoeld in art. 23 van het CMR verdrag, biedt de verzekering dekking overeenkomstig die uitspraak. Er blijft echter ook in dat geval sprake van een maximale vergoeding; deze bedraagt 750.000 euro.
Op deze dekking kan geen beroep worden gedaan indien sprake is van omstandigheden die voor de maatschappij aanleiding zijn tot het toepassen van:
– de uitsluiting inzake opzet / roekeloosheid (zie artikel 5.1), ook als de verzekerde zelf geen verwijt treft terzake van die omstandig- heden;
– het extra eigen risico en het bijzondere vergoe- dingsmaximum bij ladingdiefstal (zie artikel 5.8 en 13.1).
Voorts geldt de dekking niet bij aansprakelijkheid van de verzekerde voor een ondervervoerder en/of opvolgend vervoerder; dit als uitzondering op het vermelde in de vorige bepaling (Aansprakelijkheid bij uitbesteed vervoer). Met de maatschappij kan echter zijn overeengekomen dat de dekking voor limietdoorbreking van kracht blijft bij uitbesteed vervoer aan (een) bepaalde vervoerder(s).
4 Onderbreking van het vervoer / Tijdelijke opslag Indien in verband met een noodzakelijke onder- breking van het vervoer sprake is van tijdelijke opslag, al dan niet in het vervoermiddel zelf, dekt de verzekering de aansprakelijkheid van de verze- kerde - in zijn hoedanigheid van vervoerder - voor schade aan zaken die onder verantwoordelijkheid van de verzekerde naar die locatie zijn vervoerd. Deze dekking geldt voor schadegebeurtenissen die zich voordoen vóór het verstrijken van een periode van zeven dagen sinds de dag waarop de opslag is aangevangen.
ARTIKEL 3.3
GARANTSTELLING
Indien de verzekerde naar aanleiding van een gedekte gebeurtenis verplicht wordt een cautie te stellen, zal de maatschappij desgevraagd een garantie afgeven op basis van het op dat moment actuele ‘Rotterdams garantieformulier’.
Hierbij geldt als voorwaarde dat:
– er ten laste van de verzekerde conservatoir beslag is gelegd of aannemelijk is dat dit zal gebeuren;
– er om ander reden dan een dergelijk beslag voor de verzekerde noodzaak bestaat tot het stellen van een garantie.
De maatschappij is niet gehouden om terzake van één en dezelfde gebeurtenis meerdere garanties af te geven.
ARTIKEL 4
EXTRA VERGOEDINGEN
ARTIKEL 4.1
BEPAALDE KOSTEN
De verzekering biedt dekking voor de hierna omschre- ven kosten, indien en voorzover deze kosten niet zijn gedekt op een andere verzekering als de onderhavige verzekering niet had bestaan. Deze kosten worden zonodig vergoed boven het van toepassing zijnde uitkeringsmaximum als bedoeld in artikel 3.1.5.
1 Kosten ter voorkoming en vermindering van schade De maatschappij vergoedt de kosten van maat- regelen die tijdens de geldigheidsduur van de verzekering door of vanwege verzekeringnemer of een verzekerde worden getroffen en redelijkerwijs geboden zijn om het onmiddellijk dreigend gevaar van schade af te wenden waarvoor, als de schade zich zou hebben voorgedaan, de verzekerde aan- sprakelijk is en die aansprakelijkheid is gedekt op deze verzekering.
Hetzelfde geldt voor kosten van maatregelen ter vermindering van een zodanige schade.
Tot kosten ter voorkoming en vermindering van schade worden in ieder geval niet gerekend:
– kosten van maatregelen nadat het onmiddel- lijk dreigende gevaar van schade is geweken;
– kosten die worden gemaakt ter voldoening aan normale zorgvuldigheidsverplichtingen;
– kosten verbonden aan het alsnog of opnieuw uitvoeren van door of onder verantwoordelijk- heid van de verzekerde uitgevoerde werkzaam- heden.
2 Opruimingskosten
De maatschappij vergoedt de opruimingkosten die naar aanleiding van een gedekte aanspra- kelijkheidschade zijn gemaakt. Onder zodanige opruimingskosten zijn te verstaan: de kosten
verbonden aan opruiming, berging, vernietiging en reiniging van de in artikel 3.1.1 bedoelde zaken, alles voor zover daarvoor geen behandeling of bewerking van grond of water is vereist.
Opruimingskosten worden vergoed tot maximaal 25000 euro per gebeurtenis.
3 Kosten van rechtsbijstand
De maatschappij vergoedt de kosten verbonden aan een gerechtelijke of arbitrageprocedure, mits die procedure direct verband houdt met een gedekte (schade)gebeurtenis en de betreffende
kosten met toestemming van de maatschappij zijn gemaakt.
ARTIKEL 4.2
SCHADE AAN HULPMATERIALEN
De verzekering geeft recht op vergoeding van maxi- maal 1250 euro per gebeurtenis voor schade aan of verlies van hulpmaterialen, voor zover de schade of het verlies het gevolg is van een gebeurtenis die te- vens heeft geleid tot een gedekte aansprakelijkheids- schade.
ARTIKEL 4.3
SCHADE AAN EIGENDOMMEN VAN VERZEKERDE EN PERSONEEL
1 Gedekte zaken / Gedekte gebeurtenissen
Indien sprake is van een gedekte (schade)gebeur- tenis waarbij een vervoermidel van de verze- kerde is betrokken, geeft de verzekering recht op vergoeding van schade aan of verlies van in of
op het vervoermiddel aanwezige eigendommen van de verzekerde en van diens werknemers in loondienst, voor zover de schade of het verlies het gevolg is van:
– een het vervoermiddel treffende brand, blik- seminslag, explosie of ander plotseling van buiten komend onheil waarbij het vervoer- middel zelf ook is beschadigd;
– diefstal, indien deze gepaard is gegaan met braak aan het (afgesloten) vervoermiddel;
– gewelddadige beroving.
2 Maximaal te vergoeden bedragen De vergoeding bedraagt maximaal:
– 1250 euro voor schade aan eigendommen van de verzekerde, en
– 500 euro voor schade aan eigendommen van personeel.
3 Van dekking uitgesloten zaken Xxx vergoeding is uitgesloten:
– schade aan het vervoermiddel zelf en de daarin aanwezige, tot de standaarduitrusting ervan behorende voorwerpen als dekzeilen, lijnen, ander bevestigingsmateriaal en gereedschappen;
– schade aan in eigendom van de verzekerde toebehorende zaken waarin hij handel drijft;
– schade aan geld of geldswaardig papier als- mede sieraden en (andere) kostbaarheden;
– schade door diefstal van (elektronische) communicatie- en computerapparatuur, tenzij de verzekerde aantoont dat de ontvreemde zaken van buitenaf niet zichtbaar zijn geweest.
ARTIKEL 5
UITSLUITINGEN EN BEPERKINGEN
ARTIKEL 5.1
SCHADE DOOR OPZET OF ROEKELOOSHEID
Er is geen dekking van de aansprakelijkheid voor schade die te wijten is aan opzet of al dan niet bewuste roekeloosheid van
– de verzekerde, en/of
– een ondergeschikte dan wel van een persoon van wiens hulp de verzekerde bij uitvoering van de vervoersovereenkomst gebruik maakt.
Als uitsluitend sprake is van opzet of al dan niet bewuste roekeloosheid van een ondergeschikte of bedoelde ‘hulppersoon’ behoudt verzekerde recht op dekking indien hij aantoont dat hem terzake van de opzet/roekeloosheid geen enkel verwijt treft.
De maatschappij zal de begrippen ‘opzet’ en ‘al dan niet bewuste roeloosheid’ toepassen overeenkomstig de actuele visie die de Nederlandse rechtspraak hierover heeft ontwikkeld.
ARTIKEL 5.2
SCHADE DOOR ATOOMKERNREACTIES/ (BIO-)CHEMISCHE WAPENS
De verzekering geeft geen dekking voor schade ver- oorzaakt door, optredende bij of voortvloeiende uit:
– atoomkernreacties, zoals omschreven in artikel 10 bij het onderdeel Nadere omschrijvingen;
– een chemisch, biologisch, biochemisch of een elektromagnetisch wapen.
ARTIKEL 5.3
SCHADE DOOR MOLEST / OORLOGS- EN STAKERS- RISICO
Er is geen dekking voor de aansprakelijkheid van de verzekerde voor schade als gevolg van de in artikel 11 omschreven omstandigheden en gebeurtenissen.
ARTIKEL 5.4
GEVOLGEN VAN ONREGELMATIGHEDEN IN DOCUMENTEN
Er is geen dekking voor de aansprakelijkheid van de verzekerde voor de directe of indirecte gevolgen van onregelmatigheden terzake van documenten die op de in artikel 3.1.1 bedoelde zaken betrekking hebben.
Dergelijke (uitgesloten) gevolgen betreffen het vorde- ren van belastingen, rechten, accijnzen, landbouwhef- fingen, teruggaaf van subsidies en (administratieve
of andere) boetes. Deze uitsluiting geldt niet voor vorderingen als in de vorige zin bedoeld waarvoor de verzekerde aantoonbaar in zijn hoedanigheid van vervoerder of expediteur wordt aangesproken, op voorwaarde dat:
– de hoedanigheid waarin de verzekerde wordt aan- gesproken behoort tot de verzekerde activiteit(en);
– de verzekerde voor de betreffende gevolgen aansprakelijk is uit hoofde van de toepasselijke ‘verzekerde condities’ en die aansprakelijkheid niet verder reikt dan die overeenkomstig het Burgerlijk Wetboek, de AVC- of CMR regeling, FENEX voorwaarden dan wel vergelijkbare standaard voorwaarden.
ARTIKEL 5.5
IN BESLAGNEMING / VERBEURDVERKLARING
Er is geen dekking voor de aansprakelijkheid van de verzekerde voor schade die verband houdt met de inbeslagneming of de verbeurdverklaring van de in artikel 3.1.1 bedoelde zaken en/of het vervoermiddel waarin deze zich bevinden.
ARTIKEL 5.6
AANSPRAKELIJKHEID VOOR BEPAALDE SCHADE
Deze uitsluiting heeft betrekking op de (aansprakelijk- heid voor de) hierna omschreven schade.
1 Gevolg- en vertragingsschade
Er is geen dekking voor de (aansprakelijkheid voor) gevolg- en vertragingsschade. Hierbij wordt verstaan onder gevolgschade: de op geld waar- deerbare gevolgen van schade aan zaken.
Onder vertragingsschade wordt verstaan de schade als gevolg van vertraging in de aflevering van zaken onder een vervoersovereenkomst. De maatschappij zal op de uitsluiting inzake vertra- gingsschade geen beroep doen als de verzekerde hiervoor aansprakelijk is ingevolge dwingendrech- telijk bepalingen van een wet of een verdrag, van toepassing op of verband houdende met een in de polis, als ‘verzekerde condities’ vermelde regeling.
2 Boeten/afkoopsommen/gerechtskosten/zuivere vermogensschade
Er is geen dekking voor (de aansprakelijkheid voor) boeten, afkoopsommen en met een straf- proces samenhangende proceskosten, alsmede andere zuivere vermogensschade dan ‘vertragings- schade’ die overeenkomstig de van toepassing zijnde aansprakelijkheidsregeling voor vergoeding in aanmerking komt.
3 Geld/waardepapieren/obligaties/kostbaarheden Er is geen dekking voor (de aansprakelijkheid voor) beschadiging of verlies van:
– geld en geldswaardig papier;
– obligaties,effecten of andere waardepapieren;
– al dan niet bewerkte edelmetalen, edelstenen en parels.
4 Vervoermiddelen
Er is geen dekking voor (de aansprakelijkheid voor) schade aan enige bij het vervoer betrokken aanhanger, oplegger, container - al dan niet voor- zien van wielen - of ander vergelijkbaar vervoer- middel dat inzake het vervoer niet fungeert als trekkend of duwend motorrijtuig.
5 Risicoverzwarende bedingen
De aansprakelijkheid die uitsluitend voortvloeit uit een contractueel beding waarmee de verzekerde verplichtingen aangaat terzake van garantie of vrijwaring dan wel tot betaling van een boete en/ of een schadevergoeding.
ARTIKEL 5.7
BEPERKTE VERGOEDING BIJ TERRORISMESCHADE
Bij schade als gevolg van gebeurtenissen die (direct of indirect) verband houden met
– terrorisme of preventieve maatregelen
– handelingen of gedragingen ter voorbereiding van terrorisme of preventieve maatregelen,
geldt dat de schadevergoeding door de maatschappij kan worden beperkt tot het bedrag van de uitkering die de maatschappij, overeenkomstig de toepassing van het Uitkeringsprotocol, ontvangt van de Neder- landse Herverzekeringsmaatschappij voor Terrorisme- schaden NV (NHT).
De NHT beslist of er sprake is van een terrorisme- schade. Op vergoeding kan niet eerder aanspraak worden gemaakt dan na deze beslissing en de bekendmaking van het bedrag van de vergoeding. Een afschrift van de volledige tekst van het uitkeringsprotocol is verkrijgbaar bij de maatschappij. Zie voorts artikel 12 voor uitleg over de begrippen ‘terrorisme’ en ‘preventieve maatregelen’.
ARTIKEL 5.8
BIJZONDERE REGELING BIJ LADINGDIEFSTAL
Bij schadeafwikkeling die betrekking heeft op de aan- sprakelijkheid voor schade als gevolg van ladingdief- stal, waarbij de verzekerde als vervoerder is betrok- ken, geldt een bijzondere regeling terzake van het toe te passen eigen risico en het vergoedingsmaximum. De volledige tekst van de regeling is verwoord in artikel 13 van het onderdeel ‘Nadere omschrijvingen’.
De regeling blijft buiten toepassing bij afwikkeling van schade ontstaan tijdens vervoer onder toepassing van een van de hierna vermelde (verzekerde) ‘condities’:
– Algemene Voorwaarden voor Verhuizingen
– Algemene Voorwaarden voor Bedrijfsverhuizingen
– Algemene Veevervoerconditites
– Leveringsvoorwaarden Vereniging Verticaal Transport
– Algemene Vervoercondities Motorvoertuigen
– Algemene Bergings- en Vervoercondities Gestrande Voertuigen
– Algemene voorwaarden voor Koeriersdiensten
ARTIKEL 6
SCHADE
ARTIKEL 6.1
VERPLICHTINGEN BIJ SCHADE
1 Schademeldingsplicht
Zodra verzekeringnemer of de verzekerde op de hoogte is of behoort te zijn van een gebeurtenis die voor de maatschappij tot een uitkeringsplicht kan leiden, is hij verplicht die gebeurtenis zo spoedig als redelijkerwijs mogelijk is te melden.
2 Schade-informatieplicht
Verzekeringnemer en de verzekerde zijn verplicht binnen een redelijke termijn aan de maatschap- pij alle inlichtingen en bescheiden te verschaffen die voor de maatschappij van belang zijn om haar uitkeringsplicht te beoordelen.
3 Medewerkingsplicht / Plicht om schade te voorkomen en te verminderen
Verzekeringnemer en de verzekerde zijn verplicht hun volle medewerking te verlenen en alles na te laten wat de belangen van de maatschappij zou kunnen benadelen. Dit betekent voorts de plicht om bij de verwezenlijking van een gebeurtenis waarvoor de verzekering dekking biedt, of het ophanden zijn daarvan, binnen redelijke grenzen alle maatregelen te nemen die tot voorkoming of vermindering van schade kunnen leiden.
4 Aangifte bij de politie
Bij schade die het gevolg is van het onrechtmatig handelen van een of meer personen, geldt de verplichting daarvan aangifte te doen bij de politie.
Onder onrechtmatig handelen wordt ook diefstal of een poging daartoe verstaan.
ARTIKEL 6.2
VERLIES VAN RECHTEN
1 Sanctie bij niet nakomen verplichtingen
Aan deze verzekering kunnen geen rechten worden ontleend indien verzekeringnemer of de verzekerde een of meer van de hierboven genoemde verplich- tingen niet is nagekomen en daardoor de belangen van de maatschappij heeft benadeeld.
2 Sanctie bij opzet tot misleiding
Elk recht op uitkering komt te vervallen, indien de verzekeringnemer of de verzekerde de schade- meldings- en/of de schade-informatieverplichting niet is nagekomen met het opzet de maatschappij te misleiden, tenzij de misleiding deze sanctie niet rechtvaardigt.
3 Niet-tijdige melding terrorismeschade
Bij schadegebeurtenissen die verband houden met terrorisme geldt dat elk recht op schadevergoeding vervalt als de melding niet is gedaan binnen twee jaar nadat de NHT heeft beslist of er sprake is van een terrorismeschade (zie voorts artikel 5.7 en artikel 12).
ARTIKEL 6.3
SCHADEVASTSTELLING EN SCHADEREGELING
Met betrekking tot schadevaststelling en schade- regeling gelden de volgende bepalingen.
1 Vaststelling van de schade
De maatschappij zal alle beslissingen nemen om de schade waarvoor de verzekerde aansprakelijk gesteld wordt, vast te stellen, zoals het inschake- len van een of meer deskundigen, waarvan de kosten voor rekening van de maatschappij komen.
2 Beperkte vergoeding bij verplichtingen uit remboursement
Indien de aansprakelijkheid van de verzekerde voortvloeit uit en/of samenhangt met enige ver- plichting uit remboursement, vergoedt de maat- schappij maximaal 5000 euro per gebeurtenis.
3 Betekenis ‘extra waarde’ of ‘bijzonder belang’ bij een vervoersovereenkomst
Indien de aansprakelijkheid van de verzekerde betrekking heeft op zaken waarvoor in de ver- voersovereenkomst een ‘extra waarde’ en/of een ‘bijzonder belang’ is aangegeven, wordt daarmee bij het vaststellen van de schadevergoeding uit- sluitend rekening gehouden indien en voor zover dit blijkt uit het vermelde in de polis.
4 Schaderegeling met benadeelde
De maatschappij heeft het recht de schade recht- streeks met de benadeelde af te wikkelen en met deze een schikking te treffen. De terzake door de maatschappij genomen beslissingen zijn bindend voor de verzekerde.
ARTIKEL 7
PREMIE
ARTIKEL 7.1
PREMIEBETALING
1 Premie verschuldigd per premievervaldatum De premie, waarin begrepen de kosten en de assurantiebelasting, is bij vooruitbetaling op de premievervaldatum verschuldigd. Deze datum wordt altijd op het betalingsverzoek vermeld.
2 Gevolg van wanbetaling bij aanvangspremie Indien verzekeringnemer de aanvangspremie, dat is de eerste premie die na het sluiten van de verzekering verschuldigd wordt, niet uiterlijk op de dertigste dag na ontvangst van het beta- lingsverzoek betaalt of weigert te betalen, wordt
zonder dat een aanmaning door de maatschappij is ver-eist geen dekking verleend ten aanzien van alle gebeurtenissen die hebben plaatsgevonden nadat 30 dagen sinds de ingangsdatum zijn verstreken.
Onder aanvangspremie wordt mede verstaan de premie die de verzekeringnemer in verband met een tussentijdse wijziging van de verzekering verschuldigd wordt.
3 Gevolg van wanbetaling bij volgende premies Indien verzekeringnemer de tweede en/of vol- gende premietermijnen, dan wel de vervolgpremie weigert te betalen, wordt geen dekking verleend ten aanzien van gebeurtenissen die na de voor
die premie geldende vervaldag hebben plaatsge- vonden. Indien verzekeringnemer de tweede en/ of volgende premietermijnen, dan wel de vervolg- premie niet tijdig betaalt, wordt geen dekking ver- leend ten aanzien van gebeurtenissen die hebben plaatsgevonden vanaf de vijftiende dag nadat de maatschappij de verzekeringnemer na de verval- dag schriftelijk heeft aangemaand en betaling is uitgebleven.
Onder vervolgpremie wordt mede verstaan de premie die de verzekeringnemer bij stilzwijgende verlenging van de verzekering verschuldigd wordt.
4 Herstel dekking bij betaling achteraf
Ook al wordt de dekking wegens wanbetaling opgeschort of beëindigd, de verzekeringnemer blijft verplicht de premie te voldoen.
De dekking wordt weer van kracht voor gebeur- tenissen die hebben plaatsgevonden na de dag waarop hetgeen de verzekeringnemer verschuldigd is, voor het geheel, dus inclusief alle tot dan toe onbetaald gebleven opeisbare premietermijnen, door de maatschappij is ontvangen.
ARTIKEL 7.2
PREMIERESTITUTIE
Behalve bij opzegging wegens opzet de maatschappij te misleiden, wordt bij tussentijdse beëindiging resti- tutie verleend voor reeds betaalde premie die betrek- king heeft op de periode na de datum van beëindiging. De omvang van de premierestitutie wordt naar billijk- heid vastgesteld.
ARTIKEL 7.3
PREMIEVASTSTELLING BIJ (RISICO-)WIJZIGING
Als de premie afhankelijk is van variabele factoren zal de maatschappij van de verzekeringnemer verlangen dat periodiek gegevens worden verstrekt om de juiste premie vast te stellen voor een reeds verstreken ver- zekeringsjaar of voor een volgend verzekeringsjaar. Als op het polisblad een ‘premiebehoud’ is vermeld, dan zal bij deze premievaststelling over het verstreken verzekeringsjaar de premie niet lager worden dan het premiebehoud.
De verzekeringnemer is verplicht om aan een daartoe strekkend verzoek te voldoen binnen de in dat verzoek aangegeven termijn. De maatschappij behoudt zich het recht voor om, als niet binnen de bedoelde termijn is gereageerd, bij de premievaststelling voor het reeds verstreken en/of het volgende verzekeringsjaar een premiestijging van 20% toe te passen.
ARTIKEL 8
HERZIENING VAN PREMIE EN VOORWAARDEN
De maatschappij heeft het recht om de premie en/of voorwaarden voor verzekeringen van dezelfde soort als deze verzekering te herzien en deze verzekering tussentijds aan te passen aan de nieuwe premie en/of voorwaarden.
De maatschappij zal verzekeringnemer van tevoren schriftelijk in kennis stellen van de aanpassing.
Tot 30 dagen na de datum waarop de aanpassing is gaan gelden, heeft verzekeringnemer het recht deze schriftelijk te weigeren, indien de aanpassing leidt tot hogere premie of voorwaarden die voor hem nadeliger zijn. Indien verzekeringnemer van dit recht gebruik maakt eindigt de verzekering op de datum waarop de aanpassing is gaan gelden.
ARTIKEL 9
GELDIGHEIDSDUUR EN OPZEGMOGELIJKHEDEN
ARTIKEL 9.1
CONTRACTTERMIJN
De verzekering wordt afgesloten voor een bepaalde periode. Deze periode, aan te duiden als eerste contracttermijn, eindigt op de contractvervaldatum zoals vermeld in de polis die na het afsluiten van de verzekering is afgegeven.
Na afloop van de eerste contracttermijn wordt de verzekering, behoudens toepassing van een opzeg- mogelijkheid, telkens verlengd voor een periode van 12 maanden. De einddatum van een verlengings- periode geldt als nieuwe contractvervaldatum.
ARTIKEL 9.2
OPZEGMOGELIJKHEDEN VOOR DE MAATSCHAPPIJ
De maatschappij kan de verzekering in de volgende gevallen beëindigen door een schriftelijke opzegging.
1 Opzegging per contractvervaldatum
Tegen het einde van een verstreken contract- termijn met inachtneming van een opzeggings- termijn van twee maanden.
2 Bij achterstand in premiebetaling
Indien de verzekeringnemer de verschuldigde premie weigert te betalen of niet tijdig betaalt. In geval van niet tijdige betaling van de vervolg- premie echter uitsluitend indien de maatschappij de verzekeringnemer na de premievervaldatum vruchteloos tot betaling heeft aangemaand.
De verzekering eindigt op de in de opzeggings- brief genoemde datum; die datum zal bij niet tijdige betaling van de vervolgpremie niet eerder zijn dan een datum die twee maanden na de dagtekening van de opzeggingsbrief ligt.
3 Bij misleidende informatie
Binnen twee maanden na de ontdekking dat de verzekeringnemer de mededelingsplicht bij het aangaan van de verzekering niet is nagekomenen verzekeringnemer daarbij heeft gehandeld met het opzet de maatschappij te misleiden dan wel de maatschappij de verzekering bij kennis van de ware stand van zaken niet zou hebben gesloten. De verzekering eindigt op de in de opzeggings- brief genoemde datum.
4 Bij onjuiste informatie na schade
Indien in geval van schade opzettelijk onjuiste gegevens zijn verstrekt. De maatschappij hoeft bij een opzegging in deze situatie geen opzegtermijn in acht te nemen.
5 Bij schademelding
Na een schademelding, indien
– de opzeggingsbrief is verzonden uiterlijk op
de 30e dag nadat de maatschappij de verzeke- ringnemer schriftelijk een definitief standpunt over de afwikkeling van de schade heeft laten weten, en
– de maatschappij eerder aan de verzekering- nemer een brief heeft gestuurd met een waarschuwing wegens een ongunstig schade- verloop.
De maatschappij zal hierbij een opzegtermijn van tenminste twee maanden in acht nemen.
ARTIKEL 9.3
OPZEGMOGELIJKHEDEN VOOR DE VERZEKERING- NEMER
De verzekeringnemer kan de verzekering in de volgende situaties beëindigen door een schriftelijke opzegging.
1 Opzegging bij einde eerste contracttermijn Tegen het einde van de eerste contracttermijn, met inachtneming van een opzegtermijn van tenminste twee maanden. De verzekering eindigt in dat geval op de contractvervaldatum.
2 Opzegging na de eerste contracttermijn
Na het verstrijken van de eerste contracttermijn kan de verzekering ieder moment worden opge- zegd, met inachtneming van een opzegtermijn van tenminste één maand.
3 Bij wijziging van premie of voorwaarden
Binnen één maand na ontvangst van de medede- ling van de maatschappij houdende een wijziging van premie- en of voorwaarden ten nadele van verzekeringnemer en/of verzekerde. De verzeke- ring eindigt op de dag waarop de wijziging volgens de mededeling van de maatschappij ingaat,
maar niet eerder dan een maand na de datum van dagtekening van bedoelde mededeling.
4 Bij een beroep op onvoldoende informatie Binnen twee maanden nadat de maatschappij tegenover verzekeringnemer een beroep op de niet-nakoming van de mededelingsplicht bij het aangaan van de verzekering heeft gedaan. De verzekering eindigt op de datum die in de opzeggingsbrief is vermeld of bij gebreke daarvan op de datum van dagtekening van de opzeggingsbrief.
5 Bij schademelding
Na een schademelding, indien
– de opzeggingsbrief is verzonden uiterlijk op de 30e dag nadat de maatschappij de verze- keringnemer schriftelijk een definitief stand- punt over de afwikkeling van de schade heeft laten weten, en
– de maatschappij eerder aan de verzekering- nemer een brief heeft gestuurd met een waarschuwing wegens een ongunstig schadeverloop.
De verzekeringnemer dient hierbij een opzeg- termijn van tenminste twee maanden in acht nemen.
NADERE OMSCHRIJVINGEN
In de hierna volgende artikelen wordt nadere uitleg gegeven aan enkele begrippen en onderwerpen die eerder in deze voorwaarden aan de orde zijn gekomen.
ARTIKEL 10
UITSLUITING ATOOMKERNREACTIES
De uitsluiting inzake atoomkernreacties heeft betrek- king op schade veroorzaakt door, optredende bij of voorvloeiende uit atoomkernreacties, onverschillig hoe de reactie is ontstaan.
Hierbij is onder atoomkernreactie te verstaan iedere kernreactie waarbij energie vrijkomt, zoals kernfusie, kernsplijting, kunstmatige en natuurlijke radioactiviteit. De uitsluiting geldt niet met betrekking tot radioactieve nucliden, die zich buiten een kerninstallatie bevinden en gebruikt worden of bestemd zijn voor industriële landbouwkundige, medische of wetenschappelijke doeleinden, met dien verstande dat een vergunning voor vervaardiging, gebruik, opslag en het zich ont- doen van radioactieve stoffen door de overheid moet zijn afgegeven.
Voor zover een derde voor de geleden schade volgens de wet aansprakelijk is, blijft de uitsluiting onverkort van kracht. Onder ‘wet’ is hier te verstaan de Wet Aansprakelijkheid Kernongevallen, zijnde de bijzonder wettelijke regeling van de aansprakelijkheid op het gebied van de kernenergie. In deze wet is tevens omschreven wat onder kerninstallatie is te verstaan.
ARTIKEL 11
UITSLUITING MOLEST
De uitsluiting inzake molest heeft betrekking op de aansprakelijkheid voor schade als direct of indirect gevolg van de hierna als oorlogs- en stakersrisico omschreven gebeurtenissen en omstandigheden.
ARTIKEL 11.1
OORLOGSRISICO
Onder oorlogsrisico wordt verstaan:
– oorlog en op oorlog gelijkende handelingen, burgeroorlog, revolutie en opstand;
– uitwerking van daaruit achtergebleven torpedo’s, mijnen, bommen en dergelijke oorlogswerktuigen ook indien de schade in vredestijd is ontstaan;
– inbeslagneming en aanhouding op last van hoger hand.
ARTIKEL 11.2
STAKERSRISICO
Onder stakersrisico wordt verstaan:
– gewelddaden gepleegd in verband met staking, uitsluiting van werknemers en arbeidsonlusten;
– gewelddaden gepleegd uit politieke overwegingen;
– oproer, opstootjes en plaatselijke ongeregeldheden.
ARTIKEL 12
UITLEG BEGRIPPEN INZAKE REGELING TERRORISMESCHADE
ARTIKEL 12.1
BEGRIP TERRORISME
Onder terrorisme wordt verstaan:
– gewelddadige handelingen en/of gedragingen, in de vorm van een aanslag of een reeks van in tijd en oogmerk met elkaar samenhangende aanslagen, alsmede
– het (doen) verspreiden van ziektekiemen en/of stoffen
als gevolg waarvan letsel en/of aantasting van de gezondheid, al dan niet de dood ten gevolge hebbend, bij mensen of dieren en/of schade aan zaken ontstaat, dan wel anderszins economische belangen worden aangetast, waarbij aannemelijk is dat deze aanslag of reeks, respectievelijk het verspreiden van ziektekiemen en/of stoffen - al dan niet in enig organisatorisch ver- band - is beraamd en/of uitgevoerd met het oogmerk om bepaalde politieke en/of religieuze en/of ideologische doelen te verwezenlijken.
ARTIKEL 12.2
PREVENTIEVE MAATREGELEN
Onder preventieve maatregelen worden verstaan: van overheidswege en/of door verzekerde(n) en/of door derde(n) getroffen maatregelen om het onmid- dellijk dreigend gevaar van terrorisme af te wenden of - indien dit gevaar zich heeft verwezenlijkt - de gevolgen daarvan te beperken.
ARTIKEL 13
BIJZONDERE REGELING BIJ LADINGDIEFSTAL
Artikel 5.8 heeft betrekking op een bijzondere regeling bij ladingsdiefstal.
Hierna volgt de volledige tekst van de regeling.
1 Eigen risico bij diefstal, verduistering of vermissing / Maximale vergoeding
Bij diefstal, verduistering of vermissing van een gehele lading die zich in het vervoermid-
del (waaronder mede begrepen aanhangwagens, opleggers, afzetbakken, containers e.d.) bevindt, onverschillig of die lading later geheel of gedeel- telijk wordt teruggevonden, geldt een eigen risico van 30 % van het voor vergoeding in aanmerking komende schade bedrag, met een minimum van
22.500 euro. Bovendien bedraagt de maximaal uit te keren schadevergoeding 112.500 euro.
Deze regeling (eigen risico en maximale vergoe- ding) geldt ook bij diefstal, verduistering of ver- missing van een deel van het vervoermiddel
of voertuigcombinatie.
Vond de diefstal, vermissing, verduistering plaats gedurende de tijd dat het vervoermiddel zich bevond op een parkeerplaats met een zogenaamd LABEL-certificaat (een Europees certificaat voor veiligheid en service voor vrachtautoparkeerplaat- sen) dan wordt het eigen risico zoals hiervoor omschreven als volgt verminderd al naar gelang het veiligheidsniveau van de parkeerplaats.
– Veiligheidsniveau 1 betekent 20% vermindering
– Veiligheidsniveau 2 betekent 40% vermindering
– Veiligheidsniveau 3 betekent 60% vermindering
– Veiligheidsniveau 4 betekent 80% vermindering
– Veiligheidsniveau 5 betekent dat geen eigen risico ‘ladingdiefstal’ van toepassing is.
2 Samenhang met een eventueel ander eigen risico Bij het berekenen van het uit te keren schadebe- drag wordt de aftrek van het eigen risico toege- past vóór eventueel andere van toepassing zijnde eigen risico bedragen.
3 Geen eigen risico en vergoedingsmaximum bij voldoende diefstalbeveiliging
De bovenomschreven beperkingen gelden niet indien:
– het vervoermiddel op het moment van de diefstal was uitgerust met een door de maat- schappij geaccepteerd en door de SCM (Stich- ting Certificering Motorrijtuigbeveiliging) of een soortgelijke instantie goedgekeurd beveiligings- systeem*, overeenkomstig de veiligheidsklasse die volgens de bij deze clausule behorende risico-indeling van toepassing is op de vervoerde zaken, en
– de verzekeringnemer aantoont dat het beveili- gingssysteem ten tijde van de schadegebeurte- nis in werking was en voorts dat dit systeem jaarlijks is gecontroleerd -en daarbij goedge- keurd- door een erkend inbouwbedrijf.
* Een overzicht van de goedgekeurde producten met toepassingsmogelijkheden is te vinden op xxx.xxx.xx, onder ‘mechanische beveiliging’.
4 Gevolgen van roekeloosheid of opzet
Ondanks dat aan de hiervoor omschreven diefstal- beveiliging is voldaan, behoudt de maatschappij zich het recht voor de onder 1 omschreven rege- ling toe te passen wanneer de diefstal, verduiste- ring of vermissing is veroorzaakt door
– roekeloosheid van de verzekerde(n), of
– opzet of roekeloosheid van ondergeschikten en/of van personen van wiens hulp de verzekerde bij de uitvoering van de vervoers- overeenkomst gebruik maakt.
5 Risico-indeling ten behoeve van de vereiste beveiligingsklasse
Uit het schema hierna volgt welke beveiligingsklas- se voor de vervoerde zaken is vereist. Wanneer de betreffende zaken onder verschillende categorieën vallen, is de beveiligingseis van de hoogste catego- rie van toepassing. De tussen haakjes geplaatste beveiligingsklasse is toegestaan bij vervoermidde- len met een bouwjaar dat ligt voor 1 januari 2004.
Categorie I
Van categorie I is sprake bij vervoer van:
– laagwaardige bouwmaterialen;
– agrarische producten die tijdens het vervoer geen koeling nodig hebben;
– vee;
– papier, ijzerschroot, zand en grind.
Bij deze categorie kan worden volstaan met standaard beveiliging (deur-, contact-, stuurslot).
Categorie II
Van categorie II is sprake bij vervoer van:
– agrarische producten die tijdens vervoer gekoeld moeten worden;
– hoogwaardige bouwmaterialen;
– levensmiddelen, frisdranken;
– meubelen;
– tankvervoer.
Vereiste beveiligingsklasse: B 1 (BV 0 of BV 1).
Categorie III
Van categorie III is sprake bij vervoer van:
– chemische producten;
– vis- en vleesproducten;
– bier.
Vereiste beveiligingsklasse: B 2* (BV 2* of BV 3*).
Categorie IV
Van categorie IV is sprake bij vervoer van:
– confectie;
– elektronica en sofwaredragers;
– non-ferro metalen;
– alcoholische dranken anders dan bier;
– tabakswaren;
– geneesmiddelen, parfums, cosmetica. Vereiste beveiligingsklasse: B 3* (BV 3*)
* De beveiligingsinstallatie dient automatisch te worden ingeschakeld, onafhankelijk van de chauffeursactiviteiten.