ALGEMENE VOORWAARDEN GEBRUIK OPENBARE MOBIELE FIETSENSTALLINGEN, GEMEENTE UTRECHT
ALGEMENE VOORWAARDEN GEBRUIK OPENBARE MOBIELE FIETSENSTALLINGEN, GEMEENTE UTRECHT
De toegang tot de openbare Fietsenstalling wordt uitsluitend verleend onder toepassing van de navolgende voorwaarden, welke deel uitmaken van iedere parkeerovereenkomst tot stand gekomen tussen de Exploitant van de Fietsenstalling en de Parkeerder.
Artikel 1.
In deze Algemene Voorwaarden wordt verstaan onder:
Exploitant:
Gemeente Utrecht, afdeling Realisatie Mobilitiet, Xxxxxxx 0000, 0000 XX Xxxxxxx.
Beheerder:
U-stal Holding B.V., Xxxxxxxxx 00, 0000 XX Xxxxxxx. Voert namens Exploitant het beheer en bewaking uit in de openbare Fietsenstallingen.
Fietsenstalling:
De parkeervoorziening met bijbehorend terrein en ruimte.
Bromfiets:
Rijwiel met (elektrische) hulpmotor, voorzien van een kenteken en met een maximale cilinderinhoud van 49,9 cc.. Onder een bromfiets wordt tevens een scooter, motor en snorfiets verstaan.
Parkeerder:
De eigenaar, houder of gebruiker van een (brom)fiets die het betreffende vervoermiddel in de Fietsenstalling heeft gestald, dan wel vervoerd is door dit vervoermiddel.
Parkeerbewijs: Fietsparkeerticket,
fietsparkeerabonnement of enig ander door de Exploitant en/of Beheerder ter beschikking gesteld parkeermiddel.
Stallingsgeld:
Xxxxxx dat Xxxxxxxxxx verschuldigd is voor het gebruik van de Fietsenstalling.
Stallingsovereenkomst: Overeenkomst strekkende tot gebruik voor het stallen van een (brom)fiets; de overeenkomst wordt aangegaan door middel van uitgifte van een Parkeerbewijs.
Abonnementhouder:
De Parkeerder die zijn (brom)fiets op grond van een vooraf met Exploitant overeengekomen en betaalde stallingsovereenkomst parkeert.
1 Dag:
De periode van 1 dag wordt gelijkgesteld aan de aaneengesloten periode van openingstijd tot aan sluitingstijd van de Fietsenstalling, ongeacht of de openingstijd en sluitingstijd op verschillende data plaatsvinden.
Fietsendepot:
Gemeentelijk opslagdepot waar onder andere verwijderde (brom)fietsen (die onrechtmatig en/of te lang gestald stonden in de Fietsenstalling) tijdelijk worden opgeslagen en beheerd. Xxxxxxxxx 00, 0000 XX Xxxxxxx. Openingstijden van de afhaalbalie zijn: dinsdag t/m vrijdag van 9.00 tot 19.00 uur en zaterdag van 10.00 tot 18.00 uur.
Artikel 2.
Deze Algemene Voorwaarden zijn van toepassing op de rechtsrelatie tussen de Exploitant van de Fietsenstalling en de Parkeerder; andere Algemene Voorwaarden worden door de Exploitant uitdrukkelijk niet geaccepteerd.
Artikel 3.
Een overeenkomst als bedoeld in de aanhef van deze Algemene Voorwaarden wordt geacht tot stand te zijn gekomen door het enkele feit van het houderschap van een Parkeerbewijs dan wel door het enkele feit van het gebruik van de Fietsenstalling.
Bij onenigheid over de vraag of er
reeds gebruik wordt gemaakt van de Fietsenstalling, zal bepalend zijn het feit dat de Parkeerder zich met de (brom)fiets op het tot de Fietsenstalling behorende terrein en/of ruimte bevindt.
Artikel 4.
a. De prestatie waartoe de Beheerder zich verplicht, is het ter beschikking stellen van een willekeurige plaats aan de Parkeerder in de Fietsenstalling.
b. Tot de verplichting van de Beheerder behoort bewaking van het gestalde vervoermiddel.
Artikel 5.
Een Parkeerder die zijn (brom)fiets in de Fietsenstalling wenst te stallen, dient bij de entree te wachten totdat de Beheerder een Parkeerbewijs (met daarop een uniek volgnummer en de begindatum van stallen) ter beschikking stelt aan Xxxxxxxxxx en een tweede ticket met identiek volgnummer en datumstempel aan de (brom)fiets heeft bevestigd, dan wel toont de Parkeerder zijn geldige fietsparkeerabonnement aan de Beheerder. Het Parkeerbewijs is en blijft eigendom van de Beheerder, is niet overdraagbaar en dient bij het beëindigen van het gebruik van de Fietsenstalling, dan wel abonnementsperiode aan de Beheerder te worden teruggegeven.
Artikel 6.
Een Parkeerbewijs geeft, mits wordt voldaan aan de overige bepalingen van deze Algemene Voorwaarden, recht op toegang tot de Fietsenstalling en het daarin brengen en parkeren van één (brom)fiets.
Artikel 7.
Tot de Fietsenstalling worden zowel fietsen als bromfietsen toegelaten.
Artikel 8.
a. De gestalde vervoermiddelen mogen uitsluitend worden geparkeerd in de daarvoor bestemde rekken en vakken, dienen tijdens het stallen in de Fietsenstalling 'op slot te staan', mogen niet worden vastgezet en/of bevestigd aan de fietsrekken en hekwerken en voorts met inachtneming van de bepalingen van deze Algemene Voorwaarden en van de door de Beheerder gegeven aanwijzingen. De in- en uitritten evenals de rij-
/loopstroken dienen te allen
tijde open en berijd-/loopbaar te worden gehouden.
b. Een gestalde (brom)fiets moet voor sluitingstijd van de Fietsenstalling weer door de Parkeerder opgehaald worden.
c. Een (brom)fiets die na sluitingstijd nog in de Fietsenstalling staat gestald, zal door Beheerder worden verwijderd en in de nabijheid van de Fietsenstalling in de openbare ruimte worden gestald. Beheerder en Exploitant zijn niet aansprakelijk voor schade en/of vermissing van (brom)fietsen die na sluitingstijd in de openbare ruimte worden gestald door de Beheerder.
d. Gestalde (brom)fietsen die in
strijd met het bepaalde onder
a. zijn geparkeerd kunnen te allen tijde door de Beheerder worden verplaatst en/of verwijderd en zo nodig naar het Fietsendepot worden afgevoerd. De kosten van verwijdering en teruggave op het Fietsendepot, te weten € 13,20 (ophalen binnen een maand) of € 19,50 (ophalen tussen een maand en drie maanden) worden bij de houder van het gestalde vervoermiddel in rekening gebracht.
Artikel 9.
De Beheerder is, wanneer dat naar zijn oordeel noodzakelijk is, te allen tijde gerechtigd om een Parkeerder en/of diens vervoermiddel de toegang tot de Fietsenstalling te weigeren.
Artikel 10.
De Parkeerder en alle anderen die zich in de Fietsenstalling bevinden dienen deze Algemene
Voorwaarden en de door de door of vanwege Beheerder gegeven aanwijzingen en opdrachten onmiddellijk en stipt op te volgen. Het niet, niet tijdig of niet behoorlijk opvolgen van deze aanwijzingen en opdrachten kan leiden tot verwijdering uit de Fietsenstalling, onverminderd de verplichting van de weigerachtige tot vergoeding van de door hem veroorzaakte schade.
Artikel 11.
Het Parkeerbewijs heeft een van te voren overeengekomen geldigheidsduur, dan wel vermeldt het de datum van aanvang van het gebruik van de Fietsenstalling (het aangaan van een Stallingsovereenkomst) en is, voor wat die gegevens betreft, bindend voor elk van de partijen.
Artikel 12.
Voor het stallen van de (brom)fiets in de Fietsenstalling hoeft Parkeerder geen stallingsgeld te voldoen aan Beheerder en Exploitant .
Artikel 13.
Na ontvangst van het Parkeerbewijs heeft de Parkeerder tot aan sluitingstijd van de Fietsenstalling het recht en de gelegenheid om zijn vervoermiddel in de Fietsenstalling te stallen.
Artikel 14.
a. Bij verlies of anderszins ontbreken van het Parkeerbewijs dient hiervan voorafgaand aan het ophalen van het vervoermiddel melding gemaakt te worden bij de Beheerder.
b. Bij verlies van het Parkeerbewijs dient de Parkeerder een omschrijving te geven aan de Beheerder van het gestalde vervoermiddel alsook de locatie van stallen in de betreffende Fietsenstalling te vermelden. Na overhandiging van de sleutel van de (brom)fiets, zal de Beheerder het vervoermiddel ophalen en teruggeven aan de Parkeerder.
c. Indien (tevens) sprake is van
verlies van de
(brom)fietssleutel, dient Parkeerder zich naast de verplichting genoemd in artikel 14a en 14b, ook met een wettelijk toegestane geldige legitimatie te legitimeren.
d. Gestalde vervoermiddelen waarvan de Parkeerder geen passende sleutel kan overleggen, worden pas ná sluitingstijd van de betreffende Fietsenstalling teruggegeven indien aan alle in artikel 14c opgelegde verplichtingen is voldaan.
Artikel 15.
De Fietsenstalling is geopend op dagen en tijden door de Exploitant te bepalen en wordt voor de Parkeerder op een duidelijke wijze bekend gemaakt. De Exploitant is te allen tijde gerechtigd van deze openingstijden af te wijken dan wel deze te wijzigen. Buiten de openingstijden is het, anders dan met toestemming van de Exploitant, niet mogelijk om een (brom)fiets in of buiten de Fietsenstalling te brengen.
Artikel 16.
Parkeerder mag Exploitant, Xxxxxxxxx en derden geen hinder of overlast bezorgen in de Fietsenstalling.
Artikel 17.
De Parkeerder dient zijn gestalde vervoermiddel steeds afdoende afgesloten te hebben.
Artikel 18.
Het is verboden om in de Fietsenstalling open vuur te maken.
Artikel 19.
Het is verboden brandbare, explosieve, corrosieve, giftige, alcoholhoudende, verdovende of anderszins gevaarlijke en/of schadelijke stoffen voor mens en milieu in de Fietsenstalling te brengen. Motorbrandstoffen in het normaal daarvoor bestemde brandstofreservoir van de bromfiets uitgezonderd.
Artikel 20.
Het is, anders dan met voorafgaande schriftelijke toestemming van de Exploitant, verboden om de Fietsenstalling voor andere doeleinden te gebruiken dan voor het stallen van (brom)fietsen.
Artikel 21.
Het is verboden om afval op andere dan daarvoor bestemde plaatsen achter te laten of de Fietsenstalling anderszins te verontreinigen.
Artikel 22.
Het is zonder schriftelijke
toestemming van de Exploitant niet toegestaan in, op of aan de Fietsenstalling reclame, in welke vorm dan ook, te maken.
Artikel 23
In de Fietsenstalling mag u niet fietsen en de motor van uw bromfiets aanzetten en/of aanhouden.
Artikel 24
a. De Exploitant aanvaardt geen enkele aansprakelijkheid voor diefstal of het verloren gaan van eigendommen van de Parkeerder, anders dan de in de Fietsenstalling geparkeerde (brom)fietsen, noch aanvaardt de Exploitant enige aansprakelijkheid voor welke schade dan ook, aan de eigendommen van de Parkeerder, ter zake van lichamelijk letsel of enige andere schade, direct of indirect veroorzaakt door of tengevolge van het gebruik van de Fietsenstalling.
b. Bij vermissing van een gestalde
(brom)fiets dienen de volgende zaken aan de Beheerder te worden overlegd: het Parkeerbewijs, de (brom)fietssleutel, een kopie van het proces verbaal van aangifte bij de politie en een aankoopbewijs van de (brom)fiets.
c. De Exploitant zal een maximale vergoeding uitbetalen van
€ 137,00 (honderzevenendertig euro) voor een fiets en
€ 341,00 (driehonderd eenenveertig euro) voor een Bromfiets, indien Parkeerder voldoet aan hetgeen gesteld onder b. De vergoeding wordt via een bankoverschrijving aan de Parkeerder overgemaakt.
d. De Exploitant en/of de Beheerder zullen bij vermissing van de (brom)fiets geen vervangend vervoer(middel) ter beschikking stellen.
e. Het onder b. en c. genoemde is niet van toepassing indien de (brom)fiets is verwijderd uit de Fietsenstalling onder de voorwaarden genoemd in artikel 8c van deze Stallingsovereenkomst.
f. Indien sprake is van beschadiging aan de (brom)fiets waarbij aantoonbaar sprake is van nalatigheid van de Beheerder, zal Beheerder een vergoeding
aan Parkeerder uitkeren van maximaal € 35,00 (vijfendertig euro). De vergoeding wordt via een bankoverschrijving aan de Parkeerder overgemaakt.
Artikel 25
De Parkeerder is aansprakelijk voor alle schade die door of tengevolge van het gebruik van de Fietsenstalling door hem is veroorzaakt. Schade door de Parkeerder veroorzaakt aan de Fietsenstalling of de daarbij behorende apparatuur dient ter plaatse te worden vergoed, tenzij de Parkeerder voldoende zekerheid kan stellen, zulks ten genoegen van de Beheerder, dat de schade op hem kan worden verhaald. Voor de vaststelling van het bedrag van de schade zal een door of namens de Exploitant opgestelde expertise beslissend zijn. De kosten van deze Expertise zijn voor rekening van de Parkeerder.
Artikel 26
Deze Algemene Voorwaarden kunnen in de Fietsenstalling alsook ten kantore van de Beheerder worden ingezien en worden op verzoek aan een ieder in afschrift ter beschikking gesteld.
Artikel 27
Alle geschillen voortvloeiende uit de tussen de Exploitant en de Parkeerder gesloten overeenkomst inclusief onderhavige voorwaarden, zijn bij uitsluiting onderworpen aan het oordeel van de burgerlijke rechter, die bevoegd is in de vestigingsplaats van de Exploitant, welke recht zal spreken met toepassing van Nederlands recht. Indien de Parkeerder een consument is, kan slechts dan berechting door de in de vestigingsplaats van de Exploitant bevoegde rechter plaatsvinden, indien de Parkeerder niet binnen 1 maand nadat de Exploitant zich schriftelijk jegens haar op dit beding heeft beroepen voor beslechting van het geschil door de volgens de wet bevoegde rechter heeft gekozen.
Artikel 28.
Een tekortkoming kan de Exploitant en Beheerder niet worden toegerekend indien zij te wijten is aan een van de wil van de Exploitant of Beheerder onafhankelijke omstandigheid als gevolg waarvan de nakoming van de verplichting van de Stallingsovereenkomst
redelijkerwijs door de Parkeerder niet meer van de Exploitant kan worden verlangd. Hieronder worden in ieder geval begrepen werkstaking, brand, overheidsmaatregelen, bedrijfsstoringen alsmede een tekortkoming in de nakoming door betrokken derden.
Artikel 29.
Voor zover enig beding in de tussen de Exploitant en de Parkeerder besloten Stallingsovereenkomst, waaronder begrepen de onderhavige Algemene Voorwaarden, nietig c.q. vernietigbaar is c.q. de wederpartij stelt dat enig beding niet van toepassing is omdat dit in de gegeven omstandigheden naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar zou zijn en een beroep hierop door de rechter wordt gehonoreerd c.q. aanvaard, dient dit beding te worden geconverteerd in een zodanig beding dat zoveel als mogelijk recht wordt gedaan aan de strekking van het nietige c.q. vernietigde c.q. buiten toepassing gelaten beding.
*****