Voor de EER relevante tekst)
STEUNMAATREGELEN VAN DE STATEN C 10/98 (ex NN 12/98)
Spanje
(98/C 147/05)
(Voor de EER relevante tekst)
(Artikelen 92 tot 94 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap)
Mededeling van de Commissie ingevolge artikel 93, lid 2, van het Verdrag aan de lidstaten en belanghebbenden betreffende steun aan de scheepvaartsector (Nieuw maritiem openbare-dienst- contract)
Bij de volgende brief heeft de Commissie de Spaanse au- toriteiten in kennis gesteld van haar beslissing om de procedure in te leiden.
,,In de tweede helft van september 1997 zijn de Commis- siediensten in kennis gesteld van het voornemen van uw autoriteiten om het toenmalige contract voor maritieme openbare diensten van nationaal belang tussen de Spaanse staat en het overheidsbedrijf Compaňía Trasme- diterránea SA (Trasmed), dat het voorwerp was van overheidssteunprocedure E3/97 van de Commissie, te vervangen (¹).
Het bestaande contract met Trasmed, dat een looptijd had van twintig jaar, verstreek op 31 december 1997. Uw autoriteiten wensten dan ook door middel van een nieuw contract, dat op 1 januari 1998 in werking zou treden, de continuïteit van de dienst op verscheidene hoewel niet alle lijnen die toen onder het contract vielen, te waarbor- gen.
Begin oktober 1997 hebben uw autoriteiten de Commis- siediensten een kopie medegedeeld van de administra- tieve en technische specificaties die moesten worden ge- bruikt bij de aanbesteding van het verrichten van ODV- diensten (ODV = openbare-dienstverplichting) op ne- gen routes (Barcelona/Valencia—Balearen, Almeria/ Malaga—Melilla, en Cadiz—Tenerife/Las Palmas).
Aangezien de Commissiediensten op een aantal punten bezwaren hadden geuit ten aanzien van de verenigbaar- heid van de nieuwe ODV-regeling met het Gemeen- schapsrecht hebben deze een serie vragen aan uw autori- teiten gestuurd. Op 10, 15 en 16 oktober 1997 hebben in Brussel een serie vergaderingen plaatsgehad om bezwa-
(¹) De Commissie heeft op 5 november 1997 besloten om de Spaanse autoriteiten krachtens artikel 93, lid 1, van het EG- Verdrag voor te stellen dienstige maatregelen te nemen ten- einde de regelingen betreffende de financiële steun aan Trasmed in overeenstemming te brengen met het Gemeen- schapsrecht. Dit is de Spaanse autoriteiten medegedeeld in een brief (ref. 10045) van 3 december 1997.
ren te bespreken die de Commissiediensten hadden be- treffende het toenmalige ontwerp-contract.
Het aanbestedingsbericht is gepubliceerd in de Boletin Oficial del Estado (het Spaanse staatsblad) van 18 de- cember 1997 en een resumé ervan in ,,Xxxxx’x List’’ (een scheepvaartkrant) op 23 december 1997. De termijn voor de inschrijvingen was 31 december 1997. Eén maatschap- pij diende klacht in omdat zij zich benadeeld achtte door de korte termijn waarover zij beschikte om haar inschrij- ving op te stellen.
Op 26 december 1997 is een herziene kopie van de tech- nische specificaties van het contract ter beschikking ge- steld van de Commissiediensten.
De belangrijkste kenmerken van het contract zijn als volgt:
— het contract diende de verrichting te behelzen van lijnvaartdiensten voor passagiers en hun voertuigen op tien routes (negen gecompenseerde en één niet- gecompenseerde) tussen Barcelona/Valencia en de Balearen, Cadiz en de Canarische Eilanden, Almeria/ Malaga en Melilla, en Algeciras en Ceuta (deze laat- ste naar verluidt zonder compensatie),
— het jaarbudget werd op 6 600 miljoen PTA (39,5 mil- joen ECU) geraamd;
— de lijnen moesten tot één pakket worden samenge- voegd en in één contract ondergebracht, dat aan één maatschappij moest worden gegund. Dit impliceerde echter geen exclusiviteit op de routes, die voor an- dere ondernemers zouden openstaan. Deze andere ondernemers zouden om een vergunning te kunnen krijgen aan een aantal voorwaarden moeten voldoen; deze voorwaarden namen naar verluidt de vorm aan van ODV’s;
— het contract had naar verluidt een looptijd van 6 + 2 + 2 (10) jaar, de tweede verlenging onder voorbehoud van voorafgaand overleg met en goed- keuring door de Commissie.
Aangezien naar het oordeel van uw bestuurlijke overheid het contract in overeenstemming was met de herziene richtsnoeren betreffende overheidssteun voor het zeever- voer, werd het niet als overheidssteun aangemeld krach- tens artikel 93, lid 3, van het EG-Verdrag.
Uw autoriteiten hebben telefonisch bevestigd dat bij de afsluiting van de inschrijvingen slechts één inschrijving was binnengekomen en dat het contract aan deze in- schrijver, de vorige contracthouder, Trasmed, was ge- gund.
I. OPENBARE-DIENSTVERPLICHTINGEN
Artikel 92, lid 1, van het EG-Verdrag bepaalt dat steun- maatregelen van de staten of in welke vorm ook met staatsmiddelen bekostigd, die de mededinging door be- gunstiging van bepaalde ondernemingen of bepaalde pro- ducties vervalsen of dreigen te vervalsen, onverenigbaar zijn met de gemeenschappelijke markt voorzover deze steun het handelsverkeer tussen de lidstaten ongunstig beïnvloedt.
Het onderhavige contract is bedoeld om de beschikbaar- heid te verzekeren van een geregelde veerdienst voor passagiers en hun voertuigen tussen het Spaanse vaste- land, de eilanden en de Spaanse enclaves. Naar het oor- deel van uw regering is het onderhouden van een dienst van de vereiste kwaliteit en adequaatheid het hele jaar door op de betrokken routes commercieel niet levensvat- baar en is bijgevolg financiële steun vereist om redenen van openbare dienst.
Hoewel rechtstreekse financiële steun ter dekking van bedrijfsverliezen over het algemeen niet in overeenstem- ming is met de gemeenschappelijke markt, kan deze in beginsel worden toegestaan om redenen van openbare dienst. De Commissie gaat er bij het toetsen van contrac- ten die openbare-dienstverplichtingen behelzen gewoon- lijk vanuit dat compensatie voor bedrijfsverliezen die het rechtstreekse gevolg zijn van het vervullen van bepaalde openbare-dienstverplichtingen over het algemeen geen overheidssteun is in de zin van artikel 92, lid 1, van het Verdrag, mits aan bepaalde voorwaarden wordt voldaan in de gevallen waarin de werking van de markt geen toe- reikend dienstenniveau waarborgt.
Op 6 mei 1997 heeft de Commissie herziene richtsnoeren betreffende overheidssteun voor het zeevervoer goedge- keurd. Deze richtsnoeren zijn in werking getreden bij de bekendmaking in het Publicatieblad op 5 juli 1997 (PB C 205).
In de richtsnoeren wordt een ODV gedefinieerd als:
,,Een verplichting die aan een vervoersmaatschappij wordt opgelegd om een dienst te verlenen die voldoet
aan vaste normen van continuïteit, regelmaat, capaciteit en prijsstelling, die de vervoersmaatschappij, indien zij enkel en alleen op haar economische belangen zou af- gaan, niet zou aanhouden.’’.
De richtsnoeren bepalen verder dat ODV-contracten al- leen dan geen overheidssteun in de zin van artikel 92, lid 1, van het Verdrag vormen, wanneer een publieke en transparante aanbesteding plaatsvindt. Met het oog hierop moet daar voldoende publiciteit aan worden gege- ven om te verzekeren dat alle communautaire onderne- mers met recht van toegang tot de routes in kwestie ge- lijke kansen krijgen om bij de aanbesteding in te schrij- ven. De contracten moeten vervolgens (behalve in uit- zonderlijke en gemotiveerde gevallen) worden gegund aan de laagste inschrijver die aan het geheel van kwali- teitscriteria (mede rekening houdend met de kosten, de kwaliteit en het niveau van de dienst) voldoet. De loop- tijd van dergelijke ODV-contracten moet redelijk en niet te lang zijn (ongeveer vijf jaar volgens de richtsnoeren). Daarna moet er (om de concurrentie te stimuleren) een nieuwe openbare aanbesteding worden gehouden.
Ingeval een dergelijke procedure wordt gevolgd en de steun enkel wordt verleend voor de terugbetaling van de bedrijfskosten die het gevolg zijn van het verrichten van de dienst (inclusief redelijke inkomsten uit het aange- wende kapitaal), is de regeling geen overheidssteun in de zin van artikel 92, lid 1, van het Verdrag.
Er zijn diverse problemen, zowel inhoudelijk als wat de wijze betreft waarop het contract is gegund. Deze zijn door de Commissiediensten naar voren gebracht tijdens de vergaderingen met uw autoriteiten op 10, 15 en 16 oktober 1997 en in een brief van commissaris Xxxxxxx aan u dd. 26 januari 1998. Naar het oordeel van de Commissie hebben uw autoriteiten nog niet afdoende ge- antwoord op de volgende kwesties:
Publiciteit
Het aanbestedingsbericht
Het aanbestedingsbericht voor het contract is gepubli- ceerd in het Boletin Oficial Del Estado (het Spaanse staatsblad) van 18 december 1997 en een résumé op 23 december 1997 in de scheepvaartkrant ,,Xxxxx’x List’’. De inschrijvingstermijn was 31 december 1997.
De herziene richtsnoeren betreffende overheidssteun voor het zeevervoer bepalen: ,,er moet voldoende publi- citeit worden gegeven aan de aanbesteding (. . .) om er-
voor te zorgen dat alle communautaire vervoersmaat- schappijen met recht van toegang tot de route (overeen- komstig het Gemeenschapsrecht) dezelfde kans hebben om een bod uit te brengen’’. Voorts bepaalt Verordening (EEG) nr. 3577/92 van de Raad van 7 december 1992 inzake maritieme cabotage: ,,Wanneer een lidstaat open- bare-dienstcontracten sluit of openbare-dienstverplichtin- gen oplegt, doet hij zulks op niet-discriminatoire grond- slag voor alle reders uit de Gemeenschap’’ (artikel 4, lid 1) en ,,Indien zulks van toepassing is, dienen alle re- ders uit de Gemeenschap in aanmerking te komen voor compensaties die wegens openbare-dienstverplichtingen verschuldigd zijn’’ (artikel 4, lid 2).
Een Spaanse ondernemer heeft klacht ingediend omdat hij niet voldoende tijd zou hebben gehad om zijn offerte op te stellen (13 dagen in de kerstperiode). Naar het oordeel van de Commissie was, gezien de omvang, loop- tijd en het belang van het contract, de inschrijvingster- mijn ontoereikend. Er zij ook opgemerkt dat de enige publiciteit op internationaal niveau het beknopte bericht was dat op 23 december 1997 in ,,Xxxxx’x List’’ ver- scheen. Ondernemers die op basis van deze publicatie aan de inschrijving wensten deel te nemen, beschikten slechts over acht dagen in de kerstperiode om hun of- ferte op te stellen. De publiciteit op internationaal niveau was dan ook van dien aard dat zij serieus de mogelijkhe- den voor ondernemers uit andere lidstaten beperkte om een offerte in te dienen. Zoals reeds vermeld, bleek er bij de afsluiting slechts één inschrijving te zijn binnengeko- men en werd het contract aan deze inschrijver, de vorige contracthouder, Trasmed, gegund. Naar het oordeel van de Commissie is de procedure die bij het publiceren van het aanbestedingsbericht en de gunning van het contract is gevolgd niet in overeenstemming met de richtsnoeren of met de cabotageverordening.
De lijn Algeciras—Ceuta
Naar verluidt worde deze verbinding momenteel door drie maatschappijen onderhouden. Hoewel dit niet in het aanbestedingsbericht was vermeld, is deze route in de contractspecificaties toegevoegd aan de lijst van ODV- routes waarop het contract betrekking heeft, hoewel de dienstverrichter ongecompenseerd voor een bepaald dienstenniveau op deze route dient te zorgen. De Com- missiediensten hebben vernomen dat uw autoriteiten deze lijn van nationaal belang achten. Uw autoriteiten zullen van deze dienst dan ook een gecompenseerde ODV maken, mocht de continuïteit ervan in het gedrang komen. Dit zou dan een herziening vereisen van de com- pensatie die contractueel vastligt. Naar het oordeel van de Commissie zou in dat geval de dienstverrichter wor- den betaald om een lijn te exploiteren waarvoor geen openbare aanbesteding heeft plaatsgehad, zou dus het compensatieniveau niet op bevredigende wijze zijn vast-
gesteld en zou de concurrentie niet vrij kunnen spelen. Mocht deze situatie zich voordoen, dan moet er speciaal voor deze route een nieuwe openbare aanbesteding wor- den gehouden en dit zou in het eerste aanbestedingsbe- richt geheel moeten worden aangeduid.
Voorwaarden die van toepassing zijn voor andere onderne- mers
De voorwaarden waaraan andere dienstverrichters zullen worden onderworpen die op dezelfde lijnen met de ge- compenseerde ODV-dienstverrichter zullen concurreren, zijn nog niet toereikend vastgesteld.
Alle lijnen tussen het schiereiland en het grondgebied buiten het schiereiland zijn door de Spaanse staat van openbaar belang verklaard (Real Decreto 1466/97 van 19 september 1997). Ondernemers die diensten op deze lijnen wensen te verrichten, dienen over een vergunning te beschikken, waarbij zij de openbare-dienstverplichtin- gen moeten vervullen die de bestuurlijke overheid naar goeddunken kan opleggen. Bij wijze van uitzondering worden de ODV’s vergoed na een aanbestedingsproce- dure (zoals in het contract dat hier in het geding is), of op verzoek van een maatschappij indien deze kan aanto- nen dat de door de bestuurlijke overheid opgelegde ODV’s een negatief effect hebben op de rentabiliteit van de dienst.
Potentiële inschrijvers, met name uit andere EU-landen, kunnen moeilijk op voorhand inschatten onder welke voorwaarden zij met de parallelle ondernemers zullen moeten concurreren. Potentiële inschrijvers kunnen ook moeilijk inschatten of zij er economisch belang bij heb- ben om bij de aanbesteding in te schrijven. Om transpa- rentie te waarborgen, de concurrentie te stimulereren en de goede werking van de markt te verzekeren, zouden de Spaanse autoriteiten vóór de aanbesteding van het ge- compenseerde contract de specificaties moeten publice- ren en toelichten die voor parallelle ondernemers gelden.
Concurrentievervalsing/nadelige beïnvloeding van het handelsverkeer tussen de lidstaten
Looptijd
De door uw autoriteiten op 17 december 1997 gepubli- ceerde aanbesteding vermeldt als looptijd voor het con- tract zes jaar, met twee mogelijke verleningen van tel- kens twee jaar. Volgens de contractspecificaties moet de tweede verlenging (na acht jaar) eerst worden besproken met en goedgekeurd door de Commissie.
Dit is duidelijk niet in overeenstemming met de bepalin- gen van de herziene richtsnoeren betreffende overheids- steun voorzover deze op ODV’s betrekking hebben. Volgens de richtsnoeren moet de looptijd van het con- tract, met het oog op transparantie en stimulering van de concurrentie, ,,redelijk en niet al te lang zijn (normaal ongeveer vijf jaar)’’. In casu is de periode tussen de aan- bestedingen (de minimale effectieve looptijd van het con- tract) acht jaar, hetgeen de Commissie onaanvaardbaar vindt omdat dit te lang is en de marktontwikkeling node- loos zal bemoeilijken doordat deze voor een belangrijk gedeelte van de desbetreffende markt te lang feitelijk wordt geblokkeerd.
Samenvoeging tot één pakket/onderbrenging in één contract
Uw autoriteiten stellen dat het onderbrengen van alle routes in één contract gerechtvaardigd was om redenen van economie, aangezien daardoor het aantal reserve- schepen dat vereist is om de continuïteit van de dienst te waarborgen, binnen de perken blijft. Gedurende de eer- dere besprekingen met de Commissiediensten lijken uw autoriteiten het samenbrengen van deze routes in twee of drie pakketten, om hierdoor kleinere ondernemers in de mogelijkheid te stellen naar deze kleinere contracten mee te dingen, niet te hebben overwogen. De Commissie meent te mogen beweren dat een dergelijke wijze van aanbesteden de concurrentie meer zal stimuleren. Uw autoriteiten hebben niet op overtuigende wijze kunnen aantonen waarom alle negen (of tien) lijnen moesten worden samengevoegd en als één contract aanbesteed. Dit betekende immers dat alleen de grootste maatschap- pijen of een groep maatschappijen in staat zouden zijn om bij de aanbesteding in te schrijven, hetgeen bevestigd is door het feit dat slechts één ondernemer, de vorige contracthouder, een offerte heeft ingediend.
De cabotageverordening voert het basisbeginsel in van de vrijheid om cabotagediensten te verrichten. In casu zijn de lijnen waarop het in het geding zijnde contract be- trekking heeft (in overeenstemming met Verordening (EEG) nr. 3577/92) tot 1 januari 1999 voor in Spanje geregistreerde schepen gereserveerd. Het Spaanse cabo- tagevervoer zal echter na 1 januari 1999 opengaan voor alle schepen onder EU-vlag, hetgeen tot een toename van de concurrentie zal leiden. Het onderhavige con- tract, zoals het zowel met betrekking tot de looptijd als met betrekking tot de onderbrenging van alle routes in één contract is geformuleerd, belemmert effectief de werking van de verordening op zodanige wijze dat de concurrentie wordt vervalst en de handel tussen de lid- staten nadelig wordt beïnvloed.
Gezien het vorenstaande is de Commissie van oordeel dat er sterke aanwijzingen zijn dat er hier sprake is van steun in de zin van artikel 92, lid 1.
II. HET BESTAAN VAN STEUN
Bijgevolg kan het contract, aangezien het niet op ade- quate wijze is gepubliceerd en een te lange looptijd heeft, niet beschouwd worden als een niet aan te melden ODV-contract als bedoeld in de herziene richtsnoeren betreffende overheidssteun; er moet dan ook worden na- gegaan of het overheidssteun vormt.
Wanneer een lidstaat (zoals in het onderhavige geval) geen gebruik maakt of kan maken van de in de richt- snoeren vastgestelde procedure voor niet aan te melden ODV’s, moeten de ODV-maatregelen worden aange- meld krachtens artikel 93 (²) en derhalve aan de alge- mene regels inzake overheidssteun getoetst.
Zoals het Europees Hof van Justitie heeft vastgesteld in Banco Exterior de Espaňa SA [1994] I Jurisprudentie 877 moet het concept steun ruim worden opgevat. Ten deze vormen juist de wijze van gunning van het contract en de financiering ervan door de overheid een inmenging in de markt waardoor een bepaalde onderneming boven een andere wordt begunstigd, en kunnen deze dus overheids- steun vormen in de zin van artikel 92, lid 1, van het Ver- drag.
Wat het effect op de tussenstaatse handel betreft stelde het Europees Hof van Justitie in Xxxxxx Xxxxxx v. Com- missie [1980] Jurisprudentie 2671: ,,wanneer financiële steun van een staat de positie van een onderneming ten opzichte van andere concurrerende ondernemingen in het intracommunautaire handelsverkeer versterkt, moet dit handelsverkeer worden geacht door de steun te wor- den beïnvloed’’. Dit is hier het geval. Ook al zijn de lij- nen die het voorwerp uitmaken van het contract in kwes- tie (overeenkomstig Verordening (EEG) nr. 3577/92) tot 1 januari 1999 voor in Spanje geregistreerde schepen ge- reserveerd, toch zullen de concurrenten van de geselec- teerde inschrijver in het volledig geliberaliseerde intra- communautaire handelsverkeer van de steun een nega- tieve invloed ondervinden. Voorts gaat het Spaanse ca- botagevervoer vanaf 1 januari 1999 open voor alle sche- pen onder EU-vlag en behelst het contract ook diensten na deze datum.
Het ontbreken van een adequaat mechanisme om een marktprijs van de in het geding zijnde diensten te bepa- len, houdt een ernstig risico in van overcompensatie en concurrentievervalsing. Bovendien zullen de omstandig- heden dat de looptijd van het contract te lang is en dat alle routes zijn samengevoegd in één contract het con- currentievervalsende effect versterken en het verkeer tus- sen de lidstaten nadelig beïnvloeden. Op grond van
(²) Daarin is voorzien in de herziene richtsnoeren betreffende overheidssteun voor het zeevervoer, laatste alinea van punt 9, die handelt over openbare-dienstverplichtingen en
-contracten.
deze factoren concludeert de Commissie dat de maatre- gel de concurrentie kan vervalsen en een effect kan heb- ben op het handelsverkeer tussen de lidstaten in de zin van artikel 92, lid 1, van het Verdrag.
III. VERENIGBAARHEID MET HET VERDRAG
Het verbod van overheidssteun als neergelegd in arti- kel 92, lid 1, van het Verdrag is niet onvoorwaardelijk: de artikelen 92, lid 2, 92, lid 3, en 90, lid 2, van het Verdrag voorzien immers in de mogelijkheid van afwij- kingen en uitzonderingen. Er moet bijgevolg ook wor- den nagegaan of de steun onder één van deze catego- rieën kan worden gebracht.
De steun in kwestie kan niet onder artikel 92, lid 2, van het Verdrag worden gebracht, aangezien het geen steun- maatregel van sociale aard is voor individuele verbrui- kers, geen steunmaatregel is tot herstel van de schade veroorzaakt door natuurrampen en ook geen steunmaat- regel is om de gevolgen van de deling van Duitsland te compenseren.
Krachtens artikel 92, lid 3, kunnen als verenigbaar met het Verdrag worden beschouwd, steunmaatregelen ter bevordering van de economische ontwikkeling van stre- ken waarin de levensstandaard abnormaal laag is, steun- maatregelen om de verwezenlijking van een belangrijk project van gemeenschappelijk Europees belang te bevor- deren, steunmaatregelen om de ontwikkeling van be- paalde vormen van economische bedrijvigheid of van be- paalde regionale economieën te vergemakkelijken en steunmaatregelen om de cultuur en de instandhouding van het culturele erfgoed te bevorderen, wanneer daar- door de voorwaarden inzake het handelsverkeer niet zo- danig worden veranderd dat het gemeenschappelijk be- lang wordt geschaad. De onderhavige steun lijkt niet on- der één van de bovenstaande afwijkingen te vallen en uw autoriteiten hebben zich in hun contacten met de Com- missie niet op één van deze afwijkingen beroepen.
Ook al valt een steunmaatregel onder één van deze cate- gorieën, toch moet hij in overeenstemming met artikel 93 bij de Commissie worden aangemeld voordat hij tot uit- voering wordt gebracht, hetgeen uw autoriteiten hebben verzuimd.
De Commissie heeft niet voldoende gegevens om uit te maken of artikel 90, lid 2, van het Verdrag in casu van toepassing is. Artikel 90, lid 2, houdt evenwel een even- redigheids- en noodzakelijkheidstoets in. In het onderha- vige geval is in de eerste plaats niet aangetoond in hoe- verre een ODV (van een bepaalde continuïteit, regel- maat, capaciteit en met een bepaalde prijsstructuur) noodzakelijk is op elk van de routes waarvoor een ODV is opgelegd en in hoeverre de markt niet aan de ODV-
behoefte kan voldoen. Ten tweede is niet aangetoond of en in hoeverre op elke ODV-route compensatie noodza- kelijk is. De Commissie heeft bijvoorbeeld geen informa- tie ontvangen betreffende de toerekening van de kosten voor het verrichten van de diensten op de diverse routes krachtens het contract. Ten derde kan de Commissie niet concluderen dat het handelsverkeer niet wordt beïnvloed in een mate die strijdig is met het belang van de Ge- meenschap. De door de Spaanse autoriteiten ingevoerde regelingen reserveren effectief een zeer belangrijk ge- deelte van de Spaanse markt voor maritiem vervoer van passagiers en hun voertuigen (³) voor de contracthouder, Trasmed, op een wijze die conflicteerd met de voor- schriften van de cabotageverordening van de Raad.
Om de bovenstaande redenen heeft de Commissie op dit ogenblik dan ook ernstige twijfels aan de verenigbaar- heid van de steunmaatregel met de gemeenschappelijke markt.
IV. CONCLUSIE
In het licht van de boven geformuleerde bezwaren be- treffende de verenigbaarheid van de steun in kwestie met de gemeenschappelijke markt heeft de Commissie beslo- ten de procedure van artikel 93, lid 2, met betrekking tot de steun in te leiden. Uw autoriteiten beschikken over één maand de tijd te rekenen vanaf de kennisgeving van deze brief om te reageren op de boven aangevoerde grie- ven tegen inhoudelijke aspecten van de steun en het hier- onder bedoelde verzoek tot opschorting van de steunbe- talingen krachtens het contract.
De Commissie vraagt de Spaanse autoriteiten voorts bin- nen tien werkdagen na de kennisgeving van deze brief te bevestigen dat de steunbetalingen zijn opgeschort. Zo niet kan de Commissie gelasten de betaling op te schor- ten totdat een definitieve beslissing krachtens artikel 93, lid 2, kan worden genomen.
Wanneer de steun niet wordt opgeschort, blijft de be- gunstigde van een contract profiteren dat onjuist en on- rechtmatig is gegund, een situatie die moeilijk te herstel- len is ingeval de Commissie tot een negatieve eindbeslis- sing betreffende de steun komt. Opschorting is verder noodzakelijk om het effect te beperken van distorties die op de desbetreffende markt kunnen optreden als gevolg van onrechtmatige en niet-goedgekeurde betalingen van overheidssteun. Een bevel tot opschorting van de steun zal, indien het wordt gegeven, niet noodzakelijk tot de opschorting van de veerdiensten leiden. Deze mogen worden onderhouden krachtens elk mechanisme dat uw autoriteiten geschikt achten, mits dit in overeenstemming is met het Gemeenschapsrecht.
(³) Volgens cijfers va de Spaanse autoriteiten: 47 % van de pas- sagiersmarkt en 58 % van de markt voor voertuigen van passagiers.
De door de Commissie geformuleerde bezwaren betref- fende de wijze waarop het contract is gegund, kunnen worden ondervangen door het contract opnieuw aan te besteden, waarbij ervoor wordt gezorgd dat er vol- doende publiciteit aan wordt gegeven en dat de geïnte- resseerde inschrijvers voldoende tijd krijgen om hun of- ferte op te stellen (met een uitdrukkelijke reserve in het steuninstrument dat geen betalingen zullen worden ver- richt in afwachting dat de Commissie een besluit neemt tot goedkeuring van de steun). Tevens moeten de boven aangehaalde inhoudelijke bezwaren worden verholpen.
Wijzigingen die door uw autoriteiten mogelijk worden voorgesteld, laten het recht van de Commissie onverlet om een passende beslissing te nemen over steun die krachtens dit contract wordt uitbetaald voordat een defi- nitieve beslissing valt.
Aangezien de verplichting tot het aanmelden van steun bindend is krachtens artikel 93, lid 3, van het Verdrag, is de steun onrechtmatig om procedurele redenen. Voorts wenst de Commissie uw regering te attenderen op de brief die zij op 3 november 1983 aan de lidstaten heeft gestuurd betreffende hun verplichtingen krachtens artikel 93, lid 3, van het Verdrag en op de mededeling in PB C 318 van 24 november 1983 waarin zij de lidstaten eraan herinnert dat wanneer zij op onrechtmatige wijze (vóór een beslissing van de Commissie) steun verlenen, de Commissie de terugvordering ervan kan gelasten. Te- rugvordering zou in voorkomend geval gebeuren volgens de procedures en voorwaarden van de Spaanse wetge- ving. Er kan vanaf de datum van ontvangst van de steun door de begunstigde rente aangerekend worden tegen het referentietarief dat door de Commissie wordt toege- past.
De Commissie is er niet van op de hoogte gebracht of er reeds betalingen zijn verricht krachtens de steunregeling in kwestie. Aangezien de steunmaatregel in werking is gesteld zonder voorafgaande aanmelding bij de Commis- sie in overeenstemming met artikel 93, lid 3, van het EG- Verdrag (en zonder uitdrukkelijk voorbehoud in het steuninstrument dat er geen betalingen zullen worden verricht hangende een besluit van de Commissie tot goedkeuring van de steunregeling), is de Commissie van oordeel dat de steun niet-aangemelde steun vormt en bij- gevolg onrechtmatig is.
Niettegenstaande het feit dat er mogelijk nog geen beta- lingen zijn verricht krachtens het contract, is een con- tract van kracht dat elementen bevat die in strijd zijn met het Gemeenschapsrecht, gegund is op een wijze die het Gemeenschapsrecht schendt en de concurrenten van de geselecteerde inschrijver en andere potentiële inschrijvers in een ongunstige positie heeft geplaatst. De diensten krachtens het contract worden momenteel uitgevoerd door Xxxxxxx, hetgeen betekent dat de gekozen inschrij- ver, Trasmed, voor deze diensten betaald wordt of zal worden.
De Commissie vraagt bijgevolg uw autoriteiten de be- gunstigden in kennis te stellen van het feit dat de Com- missie op een later tijdstip de terugvordering met interest van onrechtmatig verstrekte middelen kan eisen.
Wat het bevel tot opschorting van de betalingen betreft: de Commissie heeft het recht een dergelijke tussentijdse maatregel te treffen voor steun die is toegekend in strijd met artikel 93, lid 3, van het Verdrag (Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 4 maart 1991 (brief SG(91) D/4577) alsmede het arrest van het Europees Hof van Justitie in Boussac [1990] Jurisprudentie I-307). Indien de lidstaat het bevel om betalingen op te schorten niet opvolgt, kan de Commissie zich rechtstreeks tot het Hof van Justitie wenden overeenkomstig artikel 93, lid 2, van het Verdrag en indien nodig het Hof om een voorlo- pige beslissing verzoeken.
De Commissie deelt hierbij de Spaanse autoriteiten mee dat zij voornemens is de tekst van deze brief in het Pu- blicatieblad van de Europese Gemeenschappen openbaar te maken ten behoeve van andere lidstaten en belangheb- benden. Er zal eveneens een bericht verschijnen in het EER-gedeelte van het Publicatieblad van de Europese Ge- meenschappen.’’.
De Commissie maant hierbij de overige lidstaten en be- langhebbenden aan hun opmerkingen over de steunmaat- regelen in kwestie binnen één maand vanaf deze bekend- making in te dienen op het volgende adres:
Europese Xxxxxxxxx Xxxxxxxxx 000 (BU-33, 2/16) B-1049 Brussel
De opmerkingen worden aan de Spaanse autoriteiten toege- stuurd.