STAATSCOURANT
STAATSCOURANT
Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.
Nr. 35220
30 december
2022
Kennisgeving van het algemeen verbindend verklaren van de Overeenkomst inzake de afvalbeheersbijdrage voor papier en karton, niet zijnde verpakkingen, Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat
De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat maakt bekend dat zij op 20 december 2022, op grond van artikel 15.36, eerste lid, van de Wet milieubeheer heeft besloten om de door producenten en importeurs van papier en karton, niet zijnde verpakkingen, vrijwillig gesloten Overeenkomst inzake de recyclingbeheerbijdrage papier en karton, niet zijnde verpakkingen, algemeen verbindend te verklaren voor de periode van 1 januari 2023 tot en met 31 december 2027 (hierna: Overeenkomst).
Het verzoek is ingediend door Stichting Papier Recycling Nederland (PRN), en heeft betrekking op producten van papier en/of karton voor toepassingen anders dan verpakkingen. Een product van papier en karton, niet zijnde verpakkingen, is in de overeenkomst gedefinieerd als product waarbij de gewichtscomponent karton of de gewichtscomponent papier het zwaarste deelmateriaal is. Het gaat hierbij om papier en karton dat nog verwerkt moet worden of kant en klare producten.
De afvalbeheersbijdrage wordt geheven teneinde dekking van mogelijke ketendeficiten, transportdefi- citen en de systeemkosten bedragen. De verplichting tot afdracht van de afvalbeheerbijdrage rust op degene die in de uitoefening van zijn beroep of bedrijf als eerste in Nederland papier of karton afneemt dat niet gebruikt wordt voor de vervaardiging van verpakkingen, met het doel dit bewerkt of onbewerkt aan een ander op de Nederlandse markt aan te bieden, alsmede degene die in de uitoefe- ning van zijn beroep of bedrijf als eerste kant en klare producten van papier of karton – niet zijnde verpakkingen – importeert of in Nederland produceert uit (grond)stoffen, niet zijnde nieuw papier of karton.
Van het ontwerpbesluit is op 24 oktober 2022 mededeling gedaan in de Staatscourant. Het ontwerpbe- sluit en de bijbehorende stukken hebben van 25 oktober 2022 tot en met 5 december 2022 ter inzage gelegen. Naar aanleiding van het ontwerpbesluit is er op 5 december een zienswijze ingediend. Op
5 december 2022 is PRN van de inhoud hiervan op de hoogte gebracht en gevraagd op de zienswijze te reageren.
Het definitieve besluit en bijbehorende stukken liggen vanaf de eerste werkdag na de dag van publicatie van het besluit in de Staatscourant gedurende zes weken ter inzage bij Rijkswaterstaat Leefomgeving, afdeling Circulaire Economie & Afval, Xxxxxxxxxxxxx 0, 0000 XX xx Xxxxxxx. U dient vooraf echter wel een afspraak te maken via xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx@xxx.xx.
Gelet op artikel 15.37, vierde lid, van de Wet milieubeheer zijn hieronder de tekst van het besluit en de algemeen verbindend verklaarde overeenkomst opgenomen.
Definitief besluit
De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat neemt het volgende in overweging:
De voorzitter van Stichting Papier Recycling Nederland, gevestigd op de Kruisweg 761, 2132 NE te Hoofddorp, heeft op 9 juni 2022 een verzoek tot algemeen verbindend verklaring (hierna: avv) als bedoeld in artikel 15.36 van de Wet milieubeheer (hierna: Wm) van de Overeenkomst inzake de recyclingsbeheerbijdrage 2022 voor toepassingen van papier en karton ingediend.
De producenten en importeurs namens wie PRN het verzoek tot avv heeft ingediend vormen naar mijn oordeel een belangrijke meerderheid van degene die papier en karton, niet zijnde verpakkingen, in Nederland in de handel brengen.
De Overeenkomst inzake de recyclingsbeheerbijdrage 2022 voor toepassingen van papier en karton (hierna: de Overeenkomst) is gesloten tussen de volgende partijen: het Koninklijk Verbond van Grafische Ondernemingen, de Mediafederatie, de Vereniging Office World Nederland, Stichting Leveranciers van Hygiënische Papierprodukten, de Raad Nederlands Detailhandel, de Koninklijke Vereniging Kartoflex, zijnde vertegenwoordigers van producenten en importeurs van papier en karton en Stichting Papier Recycling Nederland (hierna: PRN) en Stichting Verwijderingsfonds (hierna: SVF).
Een product van papier en karton is in de Overeenkomst gedefinieerd als product, niet zijnde verpakkingen, waarbij de gewichtscomponent karton of de gewichtscomponent papier het zwaarste deelmateriaal is.
De Overeenkomst vormt een financiële basis voor invulling en uitvoering van een afvalbeheerstruc- tuur voor papier en karton ingevolge het zevende Papiervezelconvenant, gesloten tussen PRN en Vereniging Nederlandse Gemeenten (hierna: het Papiervezelconvenant) en opvolgende convenanten. Er ligt geen andere regeling voor uitgebreide producentenverantwoordelijkheid aan deze doelstellin- gen ten grondslag, waaraan producenten zich zouden moeten houden.
Alle producenten en importeurs zijn gehouden een afvalbeheerbijdrage, in de Overeenkomst recyclingsbeheerbijdrage genoemd, af te dragen. PRN hanteert de term ‘eerste ontvangers’ waar in de betreffende wet- en regelgeving gesproken wordt van ‘producenten en importeurs’. Onder producen- ten wordt verstaan: degene die in de uitoefening van zijn beroep of bedrijf als eerste in Nederland papier of karton afneemt dat niet gebruikt wordt voor de vervaardiging van verpakkingen, met het doel dit bewerkt of onbewerkt aan een ander op de Nederlandse markt aan te bieden, alsmede degene die in de uitoefening van zijn beroep of bedrijf als eerste kant en klare producten van papier of karton – niet zijnde verpakkingen – importeert of in Nederland produceert uit (grond)stoffen, niet zijnde nieuw papier of karton. Hierna wordt in dit besluit alleen nog de term ‘producenten’ gebruikt in plaats van ‘eerste ontvangers’.
De afvalbeheerbijdrage zal een bedrag ter dekking van mogelijke ketendeficiten, transportdeficiten en de systeemkosten bedragen.
Met de afvalbeheerstructuur van PRN wordt beoogd de continuïteit van de inzameling en recycling van oud papier en karton te waarborgen.
De meerwaarde van het systeem is het verzekeren van de inzameling en afzet van oud papier en karton ten behoeve van recycling in perioden van een ketendeficit.
De Overeenkomst heeft daarnaast als doel om ter uitvoering van het Papiervezelconvenant op jaarbasis ten minste 75 gewichtsprocent van de totale hoeveelheid in Nederland nieuw op de markt gebrachte papier en/of karton te laten recyclen voor zover de bij PRN aangesloten oudpapieronderne- mingen het hiervoor benodigde materiaal in voldoende mate gescheiden krijgen aangeboden volgens de daarvoor gestelde kwaliteitseisen.
De looptijd van de Overeenkomst is van 1 januari 2023 tot 31 december 2027. Het verzoek is om de Overeenkomst voor een periode van vijf jaar algemeen verbindend te verklaren.
Gelet op artikel 15.36 van de Wm en onderstaande overwegingen en motivering;
1. BESLUIT
De Overeenkomst inzake de recyclingsbeheerbijdrage 2022 voor toepassingen van papier en karton, algemeen verbindend te verklaren van 1 januari 2023 tot en met 31 december 2027 of zoveel eerder als de Overeenkomst voortijdig eindigt.
DE STAATSSECRETARIS VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT,
namens deze,
DE PLV. DIRECTEUR-GENERAAL MILIEU EN INTERNATIONAAL,
X. Xxxxxxxxxxx
Het besluit tot vaststelling van de algemeen verbindend verklaring en de tekst van de Overeenkomst worden bekendgemaakt in de Staatscourant.
2. Procedure
Het verzoek tot avv is ontvangen op 9 juni 2022 en bestaat uit de Overeenkomst en diverse bijlagen.
Op 5 juli 2022 is een verzoek om aanvullende informatie aan PRN verzonden. Het verzoek tot avv is door PRN op 31 augustus 2022 aangevuld.
De aanvulling heeft betrekking op een nadere onderbouwing van de belangrijke meerderheid en hoe producenten betrokken zijn geweest bij het indienen van het verzoek tot avv.
Op de voorbereiding van dit besluit tot avv is de uitgebreide procedure van afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing op grond van artikel 15.37 van de Wm.
Het verzoek tot avv, waaronder de Overeenkomst, het ontwerpbesluit en de overige van belang zijnde stukken hebben van 25 oktober 2022 tot en met 5 december 2022 ter inzage gelegen bij Rijkswater- staat – Water, Verkeer en Leefomgeving, afdeling Circulaire Economie en Afval, Xxxxxxxxxxxxx 0, 0000 XX xx Xxxxxxx.
De kennisgeving over de terinzagelegging is op 24 oktober 2022 gepubliceerd in de Staatscourant (Stcrt-2022-28772).
Naar aanleiding van het ontwerpbesluit is er op 5 december 2022 een zienswijze ontvangen. Op
5 december 2022 is PRN van de inhoud hiervan op de hoogte gebracht en gevraagd op de zienswijze te reageren.
Op 7 december 2022 is hierop aanvullende informatie ontvangen van PRN.
In hoofdstuk 5 van dit besluit wordt ingegaan op de inhoud van de ingediende zienswijze. De zienswijze geeft aanleiding tot wijzigingen van het ontwerpbesluit, namelijk met betrekking tot het Papiervezelconvenant in onderdeel b van hoofdstuk 3 van dit besluit, en met betrekking tot de kwaliteitseisen in onderdeel d van hoofdstuk 4 van dit besluit.
3. Beoordeling verzoek tot avv
Inleiding
Een verzoek tot avv moet aan een aantal eisen voldoen om te kunnen worden verleend.
Ten eerste moet een verzoek tot avv zijn ingediend door een belangrijke meerderheid van producenten die een bepaald product (voor het eerst) op de markt aanbieden. Dit is geregeld in artikel 15.37, eerste lid, van de Wm.
Voorts moet een avv, en daarmee de overeenkomst waarvoor een avv is verzocht, in het belang zijn van een doelmatig afvalbeheer. Dit is geregeld in artikel 15.36, eerste lid, van de Wm.
De beoordeling van deze aspecten komen terug in onderdelen a en b van hoofdstuk 3 van dit besluit.
Regeling verzoek algemeen verbindend verklaring overeenkomst afvalbeheerbijdrage
Het verzoek tot avv en de overeenkomst moeten bepaalde informatie bevatten voor een zorgvuldige en adequate beoordeling van het verzoek. In de voorgelegde overeenkomst moeten bepaalde onderwerpen aan de orde komen en bij het verzoek moeten naast de overeenkomst ook gegevens worden overlegd, waaronder over de verzoeker(s), betrokken actoren bij het afvalbeheer, de organisa- tiestructuur en de voorbereiding van het verzoek. Dit is geregeld in artikel 15.36, tweede lid, van de Wm en de bij horende Regeling verzoek algemeen verbindend verklaring overeenkomst afvalbeheer- bijdrage (hierna: Regeling). Deze beoordeling wordt beschreven in hoofdstuk 4 van dit besluit.
Artikel 8 bis van de Kaderrichtlijn afvalstoffen
Een te verlenen avv moet ingevolge artikel 15.36, eerste lid, van de Wm ook in overeenstemming zijn met artikel 8 bis van de Kaderrichtlijn afvalstoffen (hierna: Kra) waarin de minimumvereisten voor regelingen voor uitgebreide producentenverantwoordelijkheid (upv) zijn geregeld. Dit betekent dat de inhoud van de overeenkomst en overige gegevens bij een verzoek tot avv dienen te voorzien in de benodigde informatie ter beoordeling van de minimumvereisten van artikel 8 bis van de Kra. De vereisten uit artikel 8 bis van de Kra komen terug in de Regeling en worden beschreven in hoofdstuk 4 van dit besluit.
a. Belangrijke meerderheid
Markstructuur
De markt voor producenten is zeer divers, onder meer vanwege de brede toepassing van papier en karton. De markt kenmerkt zich door een breed pallet producenten, zowel qua aard als omvang. Hierbij speelt mee dat er geen ondergrens of drempel wordt gehanteerd voor de producenten. Hierdoor kwalificeren marktpartijen al snel als producenten, ook als zij slechts weinig papier en karton afnemen. De markt voor nieuw papier en karton heeft 1.795 geïdentificeerde producenten die in 2021 979.552.574 kilogram nieuw papier en karton in de handel brachten. De markt heeft een internationaal karakter.
De Overeenkomst is gesloten door een meerderheid van de partijen die de producenten vertegen- woordigen, het betreft:
• Het Koninklijk Verbond van Grafische Ondernemingen (KVGO): namens de drukkerijen;
• De Mediafederatie: namens de uitgevers;
• De Vereniging Office World Nederland namens de fabrikanten, wederverkopers van kantoor gerelateerde producten;
• Stichting Leveranciers van Hygiënische Papierproducten (SLHP): namens de producenten en importeurs van hygiënische papierproducten (zoals toiletpapier en tissuepapier);
• De Raad Nederlandse Detailhandel: namens de detailhandel;
• De Vereniging van Nederlandse Fabrikanten van Kartonnages en Flexibele Verpakkingen (Kartoflex): namens kartonnage bedrijven.
De leden van bovengenoemde organisaties vormen in afzet en inkopen van papier en karton (in de categorie niet-verpakkingen) een meerderheid.
Betrekken van producenten bij verzoek tot avv
Alle geïdentificeerde producenten zijn op 2 maart 2022 geïnformeerd over het op handen zijnde
avv-verzoek via een door PRN verstuurde nieuwsbrief. In de nieuwsbrief is aangegeven dat PRN een nieuw verzoek tot avv zal indienen en dat de insteek is om het systeem zoveel mogelijke onveranderd te laten.
In augustus 2022 heeft PRN de producenten die individueel een groot marktaandeel vertegenwoordi- gen, maar die niet vertegenwoordigd zijn door een brancheorganisatie, benaderd om het verzoek tot avv te ondersteunen. Enkele van deze producenten hebben zich aangesloten en met de overige producenten lopen nog gesprekken over aansluiting.
Daarnaast hebben de partijen bij de Overeenkomst hun leden betrokken bij het onderliggende verzoek.
Aantonen belangrijke meerderheid
In artikel 15.37, eerste lid, van de Wm is opgenomen dat een verzoek tot algemeen verbindend verklaring slechts kan worden ingediend door degenen die, wat betreft de gezamenlijke omzet van de betrokken stoffen, mengsels of producten een naar het oordeel van de minister belangrijke meerder- heid vormen van degenen die deze stoffen, mengsels of producten in Nederland invoeren of op de markt brengen.
In de toelichting op de Regeling is aangegeven wat onder een belangrijke meerderheid moet worden verstaan. Voor de beoordeling van die meerderheid wordt gekeken naar twee criteria: het aandeel van de producenten dat een verzoek tot avv indient in verhouding tot het aantal producenten op de desbetreffende markt van het product en het aandeel van in de handel gebrachte producten van verzoekers op het totaal van hetgeen in de handel is gebracht.
Een uitgangspunt is dat het aantal producenten en in de handel gebrachte producten op grond waarvan het verzoek gedaan wordt ten minste 55% van de markt moet bedragen. Bovendien moet ten minste een van beide hoger dan of gelijk zijn aan 75%.
Hierbij is aangegeven dat in het kader van doelmatig afvalbeheer de minister gemotiveerd kan afwijken van deze methodiek of van de daarin gehanteerde percentages.
PRN maakt onderscheid in producenten die wel of niet zijn aangesloten bij een bij PRN aangesloten brancheorganisatie die de Overeenkomst is aangegaan. 613 producenten van de geïdentificeerde 1.795 producenten zijn aangesloten bij een bij PRN aangesloten brancheorganisatie. Dit komt overeen met 34% van de producenten. Deze producenten brachten 735.839.893 kilogram van de totaal 979.552.574 kilogram in de handel. Hiermee vertegenwoordigen zij 75,12% van de totale in de handel gebrachte hoeveelheid papier en karton, niet zijnde verpakkingen.
Op basis van deze gegevens is door PRN vastgesteld dat 75,12% van de in de handel gebrachte hoeveelheid in de handel wordt gebracht door volumes) wordt gerealiseerd door 613 producenten (34%) die via een bij PRN aangesloten brancheorganisatie de Overeenkomst zijn aangegaan.
Tabel 1; vertegenwoordiging aantal producenten meerderheid in 2021.
Aantal producenten van papier en karton in Nederland | Aantal | Procentueel |
PRN aangesloten producenten | 613 | 34% |
Niet aangesloten producenten | 1.182 | 66% |
Totaal | 1.795 | 100% |
Tabel 2; nieuw papier en karton in de handel gebracht in 2021.
Nieuw papier en karton, in Nederland | Kilogram | Procentueel |
Aandeel PRN aangesloten producten | 735.839.893 | 75% |
Aandeel niet aangesloten | 243.712.681 | 25% |
Totaal | 979.552.574 | 100% |
Voor het aandeel in de handel gebrachte producten wordt voldaan om een belangrijke meerderheid aan te tonen, zoals vermeld in de nota van toelichting van de Regeling.
Verzoekers voldoen niet met betrekking tot de voorwaarde voor het aantonen van een belangrijke meerderheid in relatie tot de aantallen producenten. Er is geen sprake van een meerderheid (55%) in het aantal producenten die het product in de handel brengen, maar 34% van de producenten zijn aangesloten.
Doordat er geen ondergrens wordt gehanteerd voor producenten, zijn er veel producenten die een kleine hoeveelheid papier en karton afnemen.
Afwijken van de berekeningsmethodiek uit de Regeling
In de toelichting van de Regeling is aangegeven dat in het kader van doelmatig afvalbeheer de minister gemotiveerd kan afwijken van de methode voor het bepalen van de belangrijke meerderheid of van de daarin gehanteerde percentages.
In het kader van doelmatig afvalbeheer voor papier en karton, niet zijnde verpakkingen wordt afgeweken van de methodiek tot het berekenen van de belangrijke meerderheid uit de Regeling met betrekking tot de vertegenwoordigde meerderheid van producenten. Een belangrijke reden hiervoor is dat er geen wettelijk opgelegde producentenverantwoordelijkheid aanwezig is voor papier en karton, niet zijnde verpakkingen, en het verlenen van de avv daarom leidt tot toegevoegde waarde van het afvalbeheer van papier en karton ten tijde van een deficit. Het verzoek voor de avv voor papier en karton is volledig op vrijwillige basis gedaan door de brancheorganisaties en hun aangesloten producenten.
Deze avv is bedoeld om de continuïteit van de inzameling en recycling van oud papier en karton te waarborgen. Zonder avv zal, zodra er sprake is van een ketendeficit, de doelmatige inzameling en verwerking van oud papier en karton in gevaar komen.
PRN is de enige organisatie die namens de bij haar aangesloten brancheorganisaties en producenten de producentenverantwoordelijkheid op zich heeft genomen. De bij PRN aangesloten brancheorgani- saties vertegenwoordigen wel een meerderheid in het aandeel van de hoeveelheid aangeboden papier en karton, niet zijnde verpakkingen, die in Nederland in de handel wordt gebracht.
In de volgende paragraaf 3b’afvalbeheerstructuur, van dit besluit wordt verder ingegaan op de doelmatigheid van het afvalbeheer.
Verder concludeert PRN dat het gedrag van de producenten duidt op draagvlaak voor het systeem. Dit blijkt uit het naleefgedrag van producenten, die direct voldoen aan de monitoringsopgaven en betalingsverplichtingen.
In dit besluit wordt afgeweken van de methode uit de nota van toelichting voor het berekenen van de belangrijke meerderheid volgens artikel 15.37, eerst lid, van de Wm. Zoals eerder aangegeven zijn op de markt van papier en karton veel kleine producenten aanwezig, waardoor de meerderheid niet gehaald wordt. Gelet op de toegevoegde waarde van de afvalbeheerstructuur, dat reeds jaren op goede wijze functioneert, het naleefgedrag van de producenten en andere betrokken partijen en het ontbreken van een wettelijke opgelegde producentenverantwoordelijkheid, wordt afgeweken.
b. Doelmatig afvalbeheer
Op grond van artikel 15.36, eerste lid, van de Wm beoordeelt de minister op basis van de overeen- komst en de daarbij overgelegde gegevens de doelmatigheid van de voor de betrokken stof, mengsel of product opgezette afvalbeheerstructuur.
Bij het beoordelen van de doelmatigheid van het afvalbeheer gaat het met name om de doelstellingen met betrekking tot het afvalbeheer, de meerwaarde daarvan ten opzichte van de huidige situatie, de efficiënte wijze waarop invulling wordt gegeven aan de organisatie van het afvalbeheer om de gestelde doelen te (kunnen) behalen en de mate waarin kan worden aangetoond dat het in het vooruitzicht gestelde afvalbeheer uitvoerbaar is en blijft. De hiervoor bedoelde meerwaarde kan naast betere inzameling en verwerking, bijvoorbeeld ook betrekking hebben op meer afvalpreventie, voorkoming van dumpen van afval of voorkoming van illegale lekstromen. Die meerwaarde kan gebaat zijn bij de betrokkenheid van alle producenten bij het afvalbeheer (grootschaligheid) in verhouding tot de beperkte lasten die daarmee gemoeid zijn voor niet-aangesloten producenten. De kenmerken of kwaliteiten van het afvalbeheer vertalen zich ook in de werking, reikwijdte en toeganke- lijkheid (voor gebruikers) van het inzamel- of verwerkingssysteem als onderdeel van de afvalbe- heerstructuur in relatie tot de doelstellingen van inzameling of verwerking. Voorts moet blijken dat producenten en de bij het afvalbeheer betrokken actoren zich aantoonbaar voldoende hebben gecommitteerd aan de doelstellingen of uitvoering van de afvalbeheerstructuur. Daarnaast kan doelmatigheid ook breder worden beoordeeld op basis van een milieubeschermende en economische meerwaarde van het afvalbeheer, bijvoorbeeld door in de logistiek of bedrijfsuitvoering circulair of klimaatneutraal te opereren.
Doelen
Met de afvalbeheerstructuur van PRN wordt beoogd de continuïteit van de inzameling en recycling van oud papier en karton te waarborgen.
De meerwaarde van het systeem is het verzekeren van de inzameling en afzet van oud papier en karton ten behoeve van recycling in perioden van een ketendeficit. Hiermee wordt de milieu-impact verminderd.
Voor de inzameling en recycling van bedrijfsafvalstoffen bestaande uit oud papier en karton is geen sprake van een deficit, omdat dit materiaal in de regel voldoende waarde heeft.
Inzameling
Gemeenten zijn op grond van titel 10.4 van de Wm verantwoordelijk voor de inzameling en kunnen de inzameling zelf organiseren. In het Papiervezelconvenant is afgesproken dat VNG gemeenten stimuleert om hun inzameling dusdanig in te richten dat zij bijdragen aan de doelstellingen in het Papiervezelconvenant om ten minste 75% van het oud papier en karton als materiaal te laten recyclen. PRN heeft zelf geen inzameldoelstelling. Enkel de totale hoeveelheid ingezameld oud papier en karton wordt gemonitord.
In 2020 heeft de afvalbeheerstructuur bijgedragen aan de inzameling en recycling van 89% van het totaal aan in de handel gebracht papier en karton.
PRN biedt een afzetgarantie aan gemeenten om te borgen dat de recycling van oud papier en karton doorgang blijft vinden. Het is slecht voor de kwaliteit dan wel recyclebaarheid van het oud papier en karton als het voor langere tijd wordt opgebulkt en de afzet stagneert.
De producenten hebben met PRN afgesproken dat ingezameld oud papier en karton dat aan de kwaliteitseisen voldoet gegarandeerd wordt afgenomen.
Daarnaast biedt PRN een vergoeding aan gemeenten in geval er sprake is van een transport- of ketendeficit.
Afvalbeheerbijdrage
SVF is verantwoordelijk voor het uitkeren van de vergoedingen aan gemeenten en de inning van de afvalbeheerbijdrage die geheven wordt bij de producenten. De afvalbeheerbijdrage wordt geheven op het moment dat de noodzaak van afdracht volgens een besluit van de SVF wordt vastgesteld. SVF stelt in dat geval vast dat er sprake is van fondsbehoefte voor uitkering van de afvalbeheervergoeding en/of uitkering van transportkostenvergoeding en/of systeemkosten. SVF stelt vast of het fonds geopend zal worden voor de inning van een afvalbeheerbijdrage. Dit is in principe een tijdelijke heffing, die alleen geldt op momenten dat er fondsbehoefte is.
Daarnaast wordt het systeem gefinancierd middels een structurele systeemheffing. Met deze gelden
wordt de voorlichting over de afvalbeheerstructuur en de instandhouding van de organisatie van de afvalbeheerstructuur betaald.
In de regel gaat om een tijdelijke dan wel geringe heffing en sprake is van een geringe last voor de verschillende actoren binnen de afvalbeheerstructuur. Hiermee is enerzijds de kans zo klein mogelijk dat oud papier en karton op een lagere trede in de afvalhiërarchie moet worden verwerkt en daarmee als grondstof verloren gaat, terwijl anderzijds de daarmee samenhangende kosten voor de producen- ten zo minimaal mogelijk zijn. De kosten en lasten zijn daarmee in verhouding tot de beoogde doelen van de afvalbeheerstructuur.
Betrokken partijen
Gemeenten kunnen vrijwillig aansluiten bij de afvalbeheerstructuur van PRN. Een ruime meerderheid van de gemeenten is aangesloten. Ook oudpapierondernemingen kunnen zich committeren aan de doelstellingen door middel van het sluiten van een deelnemingsovereenkomst met PRN.
De verzoeker heeft hiermee aannemelijk gemaakt dat is voldaan aan het doelmatig afvalbeheer volgens artikel 15.36, eerst lid, van de Wm.
4. Beoordeling overeenkomst en overige gegevens
De ingediende overeenkomst en de overigens aangeleverde gegevens voldoen aan de Regeling. Dit hoofdstuk omschrijft het systeem voor uitgebreide producentenverantwoordelijkeheid (upv) aan de hand van enkele onderwerpen. Deze onderwerpen zijn gekozen op basis van de onderwerpen die in de overeenkomst over een afvalbeheerbijdrage dienen te staan en de overige gegevens die bij een verzoek moeten worden aangeleverd.
a. Product (artikel 2, eerste lid, onder b, van de Regeling)
De Overeenkomst heeft betrekking op producten van papier en/of karton voor toepassingen anders dan verpakkingen. Een product van papier en karton, niet zijnde verpakkingen, is in de overeenkomst gedefinieerd als product waarbij de gewichtscomponent karton of de gewichtscomponent papier het zwaarste deelmateriaal is. Het gaat hierbij om papier en karton dat nog verwerkt moet worden of kant en klare producten.
b. Producent (artikel 2, eerste lid, onder h, van de Regeling)
In de Overeenkomst is aangegeven wie de producenten zijn. De producenten zijn gehouden een afvalbeheerbijdrage te betalen als het product in de handel wordt gebracht dan wel op de markt wordt aangeboden. In de Overeenkomst zijn producenten degene die aan te merken zijn als ‘eerste ontvan- ger’ en daarmee afdrachtplichtig. Het gaat daarbij om degene die in de uitoefening van zijn beroep of bedrijf als eerste in Nederland papier of karton afneemt dat niet gebruikt wordt voor de vervaardiging van verpakkingen, met het doel dit bewerkt of onbewerkt aan een ander op de Nederlandse markt aan te bieden, alsmede degene die in de uitoefening van zijn beroep of bedrijf als eerste kant en klare producten van papier of karton – niet zijnde verpakkingen – importeert of in Nederland produceert uit (grond)stoffen, niet zijnde nieuw papier of karton.
c. Doelen (artikel 2, eerste lid, onder c, van de Regeling)
Er dienen minimumdoelstellingen voor afvalbeheer van het product te worden opgenomen in de overeenkomst. Deze doelstelling kunnen zowel kwalitatief als kwantitatief van aard zijn. Bij het bepalen van deze doelstellingen dient rekening gehouden te worden met de afvalhiërarchie van artikel 10.4 van de Wm.
De doelstelling van de Overeenkomst is als volgt omschreven:
ter uitvoering van het Papiervezelconvenant op jaarbasis ten minste 75 gewichtsprocent van de totale hoeveelheid in Nederland nieuw op de markt gebracht papier of karton te laten recyclen. Voor zover de bij PRN aangesloten oudpapierondernemingen het hiervoor benodigde materiaal in voldoende mate door gemeenten gescheiden krijgen aangeboden, volgens de daarvoor gestelde kwaliteitseisen. Met het oog op het realiseren van het beschreven doel, is de afvalbeheerstructuur ingericht om; de continuïteit van de gescheiden inzameling van oud papier en karton te verzekeren; de continuïteit van de recycling van het in Nederland ingezamelde oud papier en karton te waarborgen, waardoor het verbranden of storten van oud papier en karton voorkomen wordt.
De doelen van de afvalbeheerstructuur bestaan daartoe uit:
– het stimuleren van aan de bron scheiden van oud papier en karton door eindgebruikers en gemeenten zodat een kwalitatief hoogwaardige grondstof wordt ingezameld door onder meer
voorlichting en informatieverstrekking, kwaliteitsafspraken met gemeenten en onderzoek;
– het garanderen van de continuïteit van de inzameling en recycling van oud papier en karton door middel van financiële en materiële garanties aan de bij PRN aangesloten gemeenten en oud- papierondernemingen; het sluiten van deelnemersovereenkomsten met gemeenten, oudpapieron- dernemingen en papier- en kartonindustrie;
– het monitoren van en rapporteren over het papier en karton dat op de markt wordt aangeboden en de inzameling en recycling van oud papier en karton en;
– het voorlichten over de afvalbeheerstructuur en de daarmee te behalen milieudoelstellingen, waaronder het aanbieden van een website waarop de werking van de afvalbeheerstructuur en de rol van de bij de afvalbeheerstructuur betrokken partijen wordt toegelicht.
De doelen uit de Overeenkomst sluit aan bij het sectorplan 4, Gescheiden ingezameld/afgegeven papier en karton.
d. Afvalbeheerstructuur (artikel 2, eerste lid, onder d, e, f en l, en tweede lid, onder h en i, van de Regeling)
In de overeenkomst moeten de organisatorische en technische opzet van de afvalbeheerstructuur worden opgenomen. De bij de afvalbeheerstructuur betrokken actoren in de keten en hun taken dienen hierbij aan bod te komen. Daarnaast komen de actoren die betrokken zijn bij de uitvoering van de afvalbeheerstructuur aan de orde.
Inzameling en verwerking
De inzameling en verwerking van oud papier en karton vindt als volgt plaats. De gemeenten dragen zorg voor de brongescheiden inzameling bij de particuliere huishoudens. Verenigingen, charitatieve instellingen, scholen en kerken spelen bij de inzameling een belangrijke rol. Na inzameling draagt de gemeente c.q. de feitelijk inzamelende instantie het oud papier en karton over aan een gecertificeerde ouderpapieronderneming. De weegbrug van de gecertificeerde oudpapieronderneming is ook het overdrachtspunt waarna het ingezamelde oud papier en karton onder de verantwoordelijkheid van de afvalbeheerstructuur van PRN valt. De oudpapieronderneming betaalt de gemeente een prijs, die individueel met de gemeente contractueel wordt overeengekomen. Deze prijs zal in de praktijk gerelateerd zijn aan de internationaal geldende marktprijzen voor oud papier en karton, de kosten die de oudpapieronderneming maakt en de vervuilingsgraad van het aangeboden oud papier en karton.
De ouderpapieronderneming ontvangt, weegt en reinigt het oud papier en karton. Vervolgens zal deze het oud papier en karton sorteren in verschillende kwaliteiten en het persen tot balen. Indien nodig wordt het tijdelijk opgeslagen en daarna uiteindelijk vervoert naar de papierverwerkende industrie.
Deze verwerkt het oud papier en karton vervolgens tot nieuw papier en karton.
De kwaliteitseisen zijn vastgelegd in het Papiervezelconvenant. In dit convenant is afgesproken dat oud papier en karton afkomstig van aangesloten gemeenten met:
a) <3% productvreemde vervuiling en/of
b) <10% vocht,
door de oudpapierondernemingen geaccepteerd wordt. Oud papier en karton dat niet aan deze specificaties voldoet, valt niet onder de afnamegarantie en wordt daarvoor ook niet financieel gecompenseerd. Hiermee wordt oneigenlijk gebruik van het fonds voorkomen.
Oud papier en karton dat ingezameld wordt bij particuliere huishoudens is een mix van verpakkingen en niet-verpakkingen van papier en karton. Nedvang, een uitvoeringsorganisatie voor Stichting Afvalfonds verpakkingen, hanteert andere kwaliteitseisen voor productvreemde vervuiling dan PRN. Xxx Xxxxxxx mag er tot maximaal 5% productvreemde vervuiling aanwezig zijn. PRN geeft aan dat er aanvullende afspraken zijn gemaakt met gemeenten over de kwaliteitseisen die gehanteerd worden voor de mix van verpakkingen en niet-verpakkingen.
De kwaliteitseisen van PRN gelden voor het aandeel niet-verpakkingen, thans 66,3%, en de kwaliteits- eisen van Nedvang gelden over het overige deel. Dit resulteert in een kwaliteitseis van maximaal 3,7% productvreemde vervuiling voor de mix van verpakkingen en niet-verpakkingen.
Betrokken actoren, onder andere uitvoeringsorganisaties
De afvalbeheerstructuur kent twee uitvoeringsorganisaties: PRN en SVF. PRN is de primaire uitvoe- ringsorganisatie. Het is PRN die het Papiervezelconvenant met de Vereniging van Nederlandse Gemeenten afsluit, het akkoord dat de basis legt voor de afvalbeheersstructuur. Daaruit volgend is PRN partij in alle onderliggende deelnemingsovereenkomsten met de papierindustrie, gemeenten en
oudpapierondernemingen. Deze deelnemingsovereenkomsten vormen gezamenlijk met de avv en het Papiervezelconvenant de afvalbeheerstructuur.
SVF is onafhankelijk van PRN en is opgericht met het doel het instellen en beheren van een fonds zoals beschreven in het Papiervezelconvenant. Dit fonds is ter compensatie van het ketendeficit bij gemeenten en oudpapierondernemingen, voor zover deze betrekking heeft op oud papier en karton niet zijnde verpakkingen, ingezameld bij particuliere huishoudens.
SVF bepaalt of sprake is van een ketendeficit en beheert het fonds waaruit gemeenten bij een ketendeficit een vergoeding ontvangen. Het fonds wordt gevuld door de afvalbeheerbijdrage die de producenten betalen.
De besturen van PRN en SVF nemen in gezamenlijkheid besluiten en bepalen het beleid.
Gemeenten kunnen zich vrijwillig aansluiten bij de afvalbeheerstructuur van PRN.
De oudpapierondernemingen verbinden zich in hun deelnemingsovereenkomst met PRN het door de bij PRN aangesloten gemeenten aan hen aangeboden en brongescheiden ingezamelde oud papier en karton uit de particuliere huishoudens af te nemen onder alle marktomstandigheden. Dit is de voornaamste verplichting die deze ondernemingen in het systeem aanvaarden. In overschotsituaties wordt afname gegarandeerd door de bij PRN aangesloten papier- en kartonindustrie, die hiervoor Overschotmanagement Oudpapier en -Karton B.V. hebben opgericht.
e. Afvalbeheerbijdrage en financiële opzet (artikel 2, eerste lid, onder g, i, j en k, van de Regeling)
De afvalbeheerbijdrage is de bijdrage in de kosten van het beheer van een afvalstof. De opbrengst van de afvalbeheerbijdrage dient om het ketendeficit te dekken en de afvalbeheerstructuur te financieren. In de overeenkomst wordt de hoogte van de afvalbeheerbijdrage gegeven dan wel de wijze van berekenen en hoe de afvalbeheerbijdrage wordt geheven. De afvalbeheerbijdrage vormt de basis voor de financiële opzet.
Hoogte van de afvalbeheerbijdrage
De afvalbeheerbijdrage dient ter dekking van ketendeficit, transportdeficit en systeemkosten. De afvalbeheerbijdrage wordt alleen geheven als dit noodzakelijk is ter dekking van één of meerdere van deze drie componenten. De hoogte wordt bij besluit van SVF vastgesteld. Voor ieder van deze componenten van de afvalbeheerbijdrage is een berekeningsmethode vastgesteld.
Het ketendeficit is het negatieve verschil tussen de door SVF vastgestelde gemiddelde internationale marktprijs van het brongescheiden ingezamelde oud papier en karton en de som van de standaardver- werkingskosten van de Nederlandse oudpapierindustrie en de afzetgarantieprijs.
Hierbij zijn de standaardverwerkingskosten de door een individuele oudpapieronderneming te maken reinigings-, sortering-, bewerking-, opslag- en transportkosten, die per convenantsperiode worden vastgesteld en jaarlijks worden geïndexeerd door SVF.
De afzetgarantieprijs is vastgesteld in het Papiervezelconvenant en bestaat uit de gegarandeerde bijdrage aan gemeenten tot maximaal € 25 per 1.000 kilogram aan de gemeentelijke inzamelkosten voor het niet-verpakkingendeel van het oud papier en karton uit particuliere huishoudens.
Er is sprake van een transportdeficit als de opbrengsten voor gemeenten van oud papier en karton lager zijn dan de afzetgarantprijs. In dit geval zijn de opbrengsten lager dan de transportkosten.
De systeemkosten worden bij voorkeur in één kwartaal per jaar afgedragen.
De heffing van de afvalbeheerbijdrage ter vergoeding aan gemeenten in geval van een keten- dan wel transportdeficit vindt alleen plaats in geval sprake is van een deficit.
De afvalbeheerbijdrage is verschuldigd over nog te verwerken nieuw papier en karton dat in Neder- land op de markt wordt aangeboden en nieuw papier en karton verwerkt in kant-en-klare geïmpor- teerde of in Nederland geproduceerde producten van papier en karton die in Nederland op de markt worden aangeboden.
De berekening van de hoogte van de afvalbeheerbijdrage is opgenomen in artikel 4 van de Overeen- komst.
Tariefdifferentiatie
Er wordt geen tariefdifferentiatie toegepast. De gedachte achter de maatregel tariefdifferentiatie is dat de hoogte van het tarief een prikkel is voor producenten en importeurs om duurzame keuzes te maken. Het ‘tarief’ van het PRN-systeem, de heffing, is daar echter volgens PRN ongeschikt voor. XXX geeft hiervoor de volgende twee redenen:
– de enige heffing die met enige regelmaat opgelegd wordt is de heffing ter dekking van de
systeemkosten. Deze wordt over één kwartaal van het jaar opgelegd. De hoogte van die heffing ligt rond de € 3,– per ton, € 0,75 per ton indien omgerekend wordt naar een jaar. Differentiatie in dat tarief zou volgens PRN zeer significant moeten zijn om producenten aan te zetten tot duurzaam handelen;
– een significante tariefdifferentiatie is volgens PRN niet te rechtvaardigen met de gerealiseerde duurzaamheidswinst. Producten van papier en karton zijn veelal goed te recyclen. Het grootste milieuverlies op het gebied van niet-verpakkingen van papier en karton zit volgens PRN met name in papier en karton dat niet juist wordt ingezameld of dat vanwege de aard van de toepassing niet recyclebaar is.
Ontvanger van afvalbeheerbijdrage
De afvalbeheerbijdrage wordt afgedragen door de producenten aan SVF. De taken van SVF staan omschreven in paragraaf 3b ‘afvalbeheerstructuur’ van dit besluit.
Moment en wijze waarop wordt afgedragen
Vanuit de geïnde afvalbeheerbijdragen voor papier en karton worden door SVF kosten vergoed ter dekking van het deficit. SVF betaald hiertoe een recyclingbeheervergoeding en/of transportkostenver- goeding aan gemeenten.
Als het bestuur van SVF vaststelt dat er sprake is van fondsbehoefte voor uitkering van de recyclingbe- heervergoeding en/of uitkering van transportkostenvergoeding en/of systeemkosten, stelt zij vast of het fonds geopend zal worden voor de inning van een afvalbeheerbijdrage. Op basis van de vastge- stelde berekeningsmethoden bepaalt het bestuur de hoogte van de afvalbeheerbijdrage. Tevens stelt het bestuur de ingangsdatum van de opgelegde afvalbeheerbijdrage vast. De bijdrage gaat in per de eerste dag van de maand van het door het bestuur van SVF vastgestelde kwartaal. De voor een kwartaal vastgestelde afvalbeheerbijdrage wordt na afloop van dat kwartaal aan de producenten in rekening gebracht op basis van de over dat kwartaal ontvangen monitoringgegevens. De afdracht periode dient zoveel mogelijk samen te vallen met een deficitperiode.
In de betalingsvoorwaarden en het boetereglement zijn bepalingen opgenomen met betrekking tot de stappen die ondernomen worden als de verplichtingen niet nagekomen zijn door de producenten.
Toezicht en controle
Partijen van de Overeenkomst verbinden zich elkaar, alsmede PRN en SVF, alle informatie te verstrek- ken die voor een goede uitvoering van de Overeenkomst noodzakelijk is. Een producent heeft een meldingsplicht bij PRN en verbindt zich in het bijzonder de door PRN opgevraagde informatie door middel van papieren of digitale monitoringsformulieren binnen een door PRN te bepalen termijn te verstrekken. PRN heeft te allen tijde het recht de juistheid en volledigheid van de verstrekte informatie te controleren, onder meer door het opvragen van een accountantsverklaring.
PRN en SVF hebben op grond van overeenkomsten met aangesloten gemeenten, oudpapieronderne- mingen, papier- en kartonindustrie en papiergroothandels, voor zover die niet tevens producent zijn, het recht door middel van accountantscontroles de administratie van die partijen te (laten) controle- ren.
De boekhouding van PRN en SVF wordt jaarlijks gecontroleerd door een externe accountant.
Begroting
De financiële middelen die worden ingezet voor de uitvoering van de afvalbeheerstructuur van PRN zijn in jaren zonder een ketendeficit beperkt tot de begroting voor de systeemkosten. Alle gemaakte systeemkosten hebben te maken met de afvalbeheerstructuur voor papier en karton dat voortvloeit uit het Papiervezelconvenant. De systeemkosten bestaan onder andere uit de kosten voor advies, onderzoek en accountant, arbeidskosten, huisvestingskosten, afschrijvingskosten, automatiseringskos- ten, reis- en verblijfskosten, financiële kosten, communicatiekosten en overige onvoorziene kosten van PRN en SVF. Ook kosten van voorlichting, onderzoek en stimulering van de inzet van secundair materiaal maken onderdeel uit van de systeemkosten.
De begroting van de systeemkosten PRN voor 2022 bedraagt € 504.550 en de begroting voor de systeemkosten van SVF bedraagt € 108.450. Dit maakt de totale begroting voor de systeemkosten voor 2022 € 613.000.–.
Adequaat mechanisme voor zelfbeheer
Op basis van de financiële continuïteit van de afvalbeheerstructuur van PRN voor de bekostiging van
de structuur op lange termijn, het toezicht dat door PRN wordt gehouden op de geleverde prestaties van de betrokken actoren van de afvalbeheerstructuur, de verifieerbaarheid van de gerapporteerde gegevens en het financieel beheer en het gebruikmaken van onafhankelijke controles, waaronder interne audits en accountantsonderzoeken waarvan gebruik wordt gemaakt door PRN, heeft de verzoeker aannemelijk gemaakt dat een adequaat mechanisme voor zelfbeheer is opgezet.
Beschrijving fonds
Om de periode tussen uitbetaling van recyclingbeheervergoedingen aan gemeenten en inning van afvalbeheerbijdrage bij producenten te kunnen overbruggen in geval van een deficit, wordt gebruik gemaakt van een fonds. Als gevolg van de gebruikte systematiek voor de financiering van de afvalbeheerstructuur van PRN is het noodzakelijk dat dit fonds blijvend gevuld is met een basisbedrag (bufferkapitaal) dat alleen dan aangewend wordt als er sprake is van een ketendeficit. Het fonds is gemaximeerd op € 3.500.000. Het fonds wordt aangevuld via de ophoging van de afvalbeheerbijdrage in geval van een ketendeficit.
f. Informatieverstrekking (artikel 2, tweede lid, onder d, e, g en h, van de Regeling)
Een goede voorlichting aan de producenten, actoren binnen de afvalbeheerstructuur en afvalstoffen- houders en eindgebruikers is van cruciaal belang voor een geslaagde invoering van de afvalbeheerbij- drage. Daarnaast moet aangegeven worden hoe jaarlijks verslag wordt gedaan over de vraag of is voldaan aan de doelstellingen en over de inzet van maatregelen op basis waarvan het besluit tot avv mede is verleend.
Producenten en andere actoren in het afvalbeheer
PRN heeft contactgegevens van alle geïdentificeerde producenten. Deze producenten worden over het PRN-systeem geïnformeerd middels een periodieke nieuwsbrief, de PRN-website en een uitgebreide brochure.
VNG en PRN communiceren gezamenlijk over het Papiervezelconvenant, via een persbericht en op de website van PRN. Gemeenten zijn door een deelnemingsovereenkomst bij de afvalbeheerstructuur aangesloten. In de deelnemingsovereenkomst zijn de wederzijdse rechten en plichten opgenomen.
Daarnaast worden de gemeenten over het PRN-systeem geïnformeerd middels een periodieke nieuwsbrief, de PRN-website en een brochure. Tenslotte hebben de gemeenten maandelijks contact met PRN wanneer zij melding doen van de ingezamelde tonnages.
Oudpapierondernemingen zijn door een deelnemingsovereenkomst bij de afvalbeheerstructuur aangesloten. In de deelnemingsovereenkomst zijn de wederzijdse rechten en plichten opgenomen. Daarnaast worden de oudpapierondernemingen over het PRN-systeem geïnformeerd middels een periodieke nieuwsbrief, de PRN-website en een uitgebreide brochure. Tenslotte hebben de oudpa- pierondernemingen maandelijks contact met PRN wanneer zij melding doen van de ingezamelde tonnages.
Communicatie richting de papierverwerkende industrie over de deelnemingsovereenkomst vindt plaats vanuit PRN (de informatie op de PRN-website) en de Koninklijke Vereniging van Nederlandse Papier- en Kartonfabrieken.
Afvalstoffenhouders
Afvalstoffenhouders bij afdanking zijn in het geval van oud papier en karton burgers en (werknemers van) bedrijfsmatige ontdoeners. Aangezien de afvalbeheerstructuur is gericht op recycling, richt de voorlichting zich met name daarop.
In de afvalbeheerstructuur zijn de gemeenten verantwoordelijk voor het communiceren naar burgers over het scheiden van oud papier en karton. PRN ondersteunt gemeenten daarin, bijvoorbeeld door het publiceren van de Scheidingswijzer Papier en Karton. De scheidingswijzer geldt als richtlijn in Nederland voor wat wel en niet in het oud papier en karton mag.
PRN verzorgt voorlichting over de inzameling en recycling van oud papier en karton. Dit doet PRN via haar website, via sociale media, het geven van interviews en de betrokkenheid bij vakrelevante evenementen zoals het Nationaal Recycling Congres. Daarnaast werkt PRN samen met haar ketenpart- ners aan voorlichting.
Er is grote overlap in de voorlichting aan huishoudens met de voorlichting aan bedrijfsmatige ontdoeners zoals kantoren, winkels, diensten en industrie. In dit geval zijn in de praktijk niet de
gemeenten de intermediairs, maar de oudpapierondernemingen. Zij communiceren met hun klanten over het scheiden en recyclen van papier en karton. Ook hier geldt dat PRN doet aan voorlichting over de inzameling en recycling van oud papier en karton. Dit gebeurt veelal via de betrokken branchever- enigingen die in PRN zijn vertegenwoordigd.
Eindgebruikers
Voorlichting aan de eindgebruiker over de afvalbeheerbijdrage is niet noodzakelijk aangezien de afvalbeheerbijdrage wordt geheven bij de producenten van papier en karton en in rekening wordt gebracht bij de producenten, die de afvalbeheerbijdrage op hun beurt in de verkoopprijs van het product zal verwerken. Consumenten zien dit minimale bedrag niet terug op hun bon, aangezien dit bedrag nihil is en niet verplicht doorbelast hoeft te worden.
Jaarlijks verslag
PRN rapporteert jaarlijks voor 1 augustus in het kader van de avv en het Papiervezelconvenant. Deze rapportage wordt naar het Ministerie van Infrastructuur & Waterstaat en andere betrokkenen gezonden. Waar deze rapportage de onderstaande punten niet dekt, zal hierover apart worden gerapporteerd. De volgende gegevens worden in de rapportage van PRN opgenomen:
– de hoeveelheid in Nederland nieuw op de markt aangeboden papier en karton bestemd voor niet-verpakkingen;
– de hoeveelheid in Nederland ingezameld en gerecycled oud papier en karton, categorie niet- verpakkingen (het ingezamelde oud papier en karton dient als materiaal te worden gerecycled en niet te worden verbrand of gestort);
– aangegeven wordt hoe de bovenstaande gegevens zijn verzameld;
– een overzicht van de inkomsten en uitgaven met betrekking tot de recyclingbeheerbijdrage;
– een overzicht van de ontwikkeling in de fondsvorming; en
– een overzicht van de organisaties die zijn aangesloten bij de Overeenkomst, waaronder de oudpapierondernemingen.
5. Behandeling zienswijze
Op 5 december 2022 is door de Koninklijke Vereniging voor Afval- en Reinigingsmanagement (NVRD) een zienswijze ingediend en binnen de daarvoor geldende termijn ontvangen.
In de reactie heeft NVRD een aantal opmerkingen gemaakt. Hieronder zijn deze opmerkingen samengevat en is reactie gegeven.
Samenvatting van de zienswijze:
Als eerste punt geeft de NVRD aan dat gemeenten op basis van de Wm verantwoordelijk zijn voor gescheiden inzameling van verschillende huishoudelijke afvalstromen en dat deze verplichting niet volgt vanuit het Papiervezelconvenant.
Als tweede punt geeft de NVRD aan dat producenten van papier en karton een belangrijk rol kunnen spelen bij afvalpreventie.
Als derde punt geeft de NVRD aan dat de afspraken uit het Papiervezelconvenant voor vier jaar lopen en dat eenzelfde looptijd voor de avv daarbij past.
Als vierde punt geeft de NVRD aan dat de kwaliteitseisen voor papier en karton waarnaar wordt verwezen in het ontwerpbesluit alleen gelden voor oud papier en karton niet zijnde verpakkingen, en dat er ondertussen afspraken zijn gemaakt over de kwaliteitseisen voor ingezameld oud papier en karton, dus zowel voor verpakkingen als niet-verpakkingen.
Als vijfde punt geeft de NVRD aan dat er op dit moment gesprekken lopen met het verpakkende bedrijfsleven over inzameling en recycling van verpakkingen. Omdat oud papier en karton niet zijnde verpakkingen en oud papier en karton zijnde verpakkingen als één stroom worden ingezameld, pleit NVRD ervoor dat de afspraken voor deze stromen zo snel mogelijk synchroon lopen en dat hiermee rekening gehouden wordt bij het verlenen van deze avv en er niet onnodig verschillende termijnen worden aangehouden.
Reactie:
Met betrekking tot het eerste punt. In het Papiervezelconvenant staat vermeld dat de VNG de verplichting op zich genomen heeft gemeenten te bevorderen hun inzameling dusdanig in te richten
dat zij bijdragen aan de doelstelling van het Papiervezelconvenant om ten minste 75% van het huishoudelijk oud papier en karton als materiaal te laten hergebruiken. In het besluit is aangepast dat deze verplichting die uit het Papiervezelconvenant volgt op de VNG rust en niet op de gemeenten.
Met betrekking tot het tweede punt. Met de afvalbeheerstructuur wordt beoogd de continuïteit van de inzameling van recycling van oud papier en karton, niet zijnde verpakkingen, te waarborgen. Preventie maakt geen onderdeel uit van het realiseren van deze doelstelling. Besluit behoeft geen aanpassing.
Met betrekking tot het derde punt. Vanwege het systeem is er gemiddeld een half jaar verschil tussen het betalen van gemeentes gedurende een ketendeficit en het ontvangen van de afvalbeheerbijdrage door SVF. Daarom loopt de avv een jaar door nadat het Papiervezelconvenant afgelopen is. Vanwege het tegelijk aflopen van de voorgaande avv en Papiervezelconvenant VI op 31 december 2022 is eenmalig besloten de looptijd van de avv een jaar langer door te laten lopen. Besluit behoeft geen aanpassing.
Met betrekking tot het vierde punt. De in het Papiervezelconvenant opgenomen kwaliteitseisen zijn kloppend voor de fractie oud papier en karton, niet zijnde verpakkingen. De met de gemeenten afgesproken kwaliteitseisen voor mixstromen, namelijk voor de mix van verpakkingen en niet- verpakkingen, zijn een gewogen gemiddelde van de kwaliteitseisen van oud papier en karton, niet zijnde verpakkingen, en de kwaliteitseisen voor oud verpakkingspapier en -karton. De afgesproken kwaliteitseisen zijn toegevoegd aan het besluit.
Met betrekking tot het vijfde punt. Een avv-verzoek wordt beoordeeld op basis van de gegevens die in het verzoek zijn verstrekt en die worden getoetst aan artikel 15.36 van de Wm. Het onderhavige verzoek tot avv betreft papier en karton (niet zijnde verpakkingen). Het staat/stond partijen vrij om andere afspraken te maken, daarbij inbegrepen het afstemmen met de avv voor verpakkingen. Dit is geen punt van beoordeling. Besluit behoeft geen aanpassing.
Samenvattend wordt geconcludeerd dat de ingediende zienswijze van de NVRD aanleiding geeft tot enkele hierboven genoemde wijzigingen van het ontwerpbesluit.
OVEREENKOMST INZAKE DE RECYCLINGBEHEERBIJDRAGE 2022 VOOR TOEPASSINGEN VAN PAPIER EN KARTON
PARTIJEN,
I Het Koninklijk Verbond van Grafische Ondernemingen, vestigingsadres: Xxxxxxxxxxxx 000, 0000 XX xx Xxxxxxxx-Xxxx, KvK: 40530551, hierna: het KVGO;
II De Mediafederatie, vestigingsadres: Xxxxxxxxxx 0, 0000 XX xx Xxxxxxxxx, KvK: 40539135;
III De Vereniging Office World Nederland, vestigingsadres: Xxxxxxxxxxxxxxxxx 00, 0000 XX xx Xxx Xxxx, KvK: 40409776;
IV Stichting Leveranciers van Hygiënische Papierprodukten, vestigingsadres: Xxxxxxxx 000, 0000 XX xx Xxxxxxxxx, KvK: 41227508, hierna: de SLHP;
V De Raad Nederlandse Detailhandel, vestigingsadres: Xxxxxxx 00, 0000 XX xx Xxxxxxxxxxxx, KvK: 40530632, hierna: de RND;
VI De Koninklijke Vereniging Kartoflex, vestigingsadres: Xxxx xxx Xxxxx-Xxxx-Xxxxx 000, 0000 XX xx Xxx Xxxx, KvK: 40409146, hierna: Kartoflex;
VII Stichting Papier Recycling Nederland, vestigingsadres: Xxxxxxxx 000, 0000 XX xx Xxxxxxxxx, KvK: 41227406, hierna: PRN;
VIII Stichting Verwijderingsfonds, vestigingsadres: Xxxxxxxx 000, 0000 XX xx Xxxxxxxxx, KvK: 34103938, hierna: SVF.
Al deze partijen te dezen krachtens aangehechte volmachten rechtsgeldig vertegenwoordigd door de heer drs. E.H.T.M. Xxxxxxx, in zijn hoedanigheid van voorzitter van PRN.
Overwegende,
– dat oudpapier en -karton uit particuliere huishoudens gescheiden wordt ingezameld door of in opdracht van gemeenten die op hun beurt het oudpapier en -karton doorverkopen aan oudpa- pierondernemingen;
– dat in tijden van lage oudpapierprijzen de door oudpapierondernemingen te betalen vergoeding aan gemeenten te laag kan zijn om de kosten van verwerking en/of transport te dekken, in welk geval sprake is van een deficit;
– dat de onderhavige overeenkomst de basis vormt voor de heffing van recyclingbeheerbijdragen die zijn bestemd voor de uitvoering van de verplichtingen van PRN voor papier en karton, niet zijnde verpakkingen, in Nederland ingevolge het Papiervezelconvenant betreffende met name mogelijke ketendeficiten in de papier- en kartonketen en mogelijke gemeentelijke transportdefici- ten;
– dat de recyclingbeheerbijdrage wordt opgebracht door een generieke afdracht over het papier- en kartonverbruik voor de categorie niet-verpakkingen in Nederland;
– dat partijen deze overeenkomst willen sluiten onder gebruikmaking van de mogelijkheid die artikel
15.36 Wet milieubeheer biedt om deze overeenkomst algemeen verbindend te laten verklaren;
– dat partijen genoemd onder I – VI, een belangrijke meerderheid van de eerste ontvangers van nieuw papier en karton in Nederland vormen voor de categorie niet-verpakkingen;
– dat deze overeenkomst mede ondertekend wordt door PRN en SVF aangezien deze stichtingen (mede) in het leven zijn geroepen in het kader van de uitvoering van de verplichtingen die de partijen genoemd onder I – VI uit hoofde van deze overeenkomst jegens elkaar en de stichtingen aangaan;
– dat de verwerking van overschotten niet wordt gefinancierd uit het verwijderingsfonds, doch geheel voor rekening en risico komt van de bij de afvalbeheerstructuur aangesloten papier- en kartonindustrie;
– dat de afspraken in deze overeenkomst niet op mededingingsrechtelijk relevante punten afwijken van de afspraken in de voorloper van deze overeenkomst die de toenmalige NMa bij besluit van 10 december 2003 heeft goedgekeurd,
komen het volgende overeen:
Artikel 1 Definities
In deze overeenkomst wordt verstaan onder:
1. Afzetgarantieprijs:
de door PRN met gemeenten overeengekomen gegarandeerde bijdrage tot maximaal € 25.– per
1.000 kg aan de gemeentelijke inzamelingskosten voor het niet-verpakkingendeel van het oudpapier en -karton uit particuliere huishoudens, als bijdrage gedurende een periode waarin sprake is van een Ketendeficit en/of een Transportdeficit;
2. Eerste ontvanger:
degene die in de uitoefening van zijn beroep of bedrijf als eerste in Nederland papier of karton afneemt dat niet gebruikt wordt voor de vervaardiging van verpakkingen, met het doel dit bewerkt of
onbewerkt aan een ander op de Nederlandse markt aan te bieden, alsmede degene die in de uitoe- fening van zijn beroep of bedrijf als eerste kant en klare producten van papier of karton – niet zijnde verpakkingen – importeert of in Nederland produceert uit (grond)stoffen, niet zijnde nieuw papier of karton;
3. Internationale marktprijs:
de door het bestuur van SVF vastgestelde gemiddelde internationale marktprijs van Oudpapier;
4. Ketendeficit:
het negatieve saldo van de op enig moment actuele berekende Internationale marktprijs voor Oudpapier minus de som van (a) de door of namens PRN periodiek vastgestelde Standaardverwer- kingskosten en (b) de Afzetgarantieprijs;
5. Oudpapier:
al het oudpapier en -karton uit particuliere Nederlandse huishoudens, niet zijnde verpakkingen, met uitzondering van zodanig oudpapier dat naar bestemming of volgens de geldende stand der techniek naar zijn aard niet recyclebaar is, zoals papier gebruikt in waardepapier, behang of sanitaire producten;
6. Papier en/of karton:
papier en/of karton voor toepassingen anders dan verpakkingen;
7. Papiergroothandel:
elke ondernemer in Nederland die direct van papierfabrikanten (producten van) papier afneemt, hetzij importeert, met het doel dit in Nederland op de markt aan te bieden of in de handel brengen;
8. Papiervezelconvenant:
het zevende papiervezelconvenant tussen PRN en de VNG d.d. 25 april 2022 en opvolgende conve- nanten;
9. Product van karton:
product waarbij de gewichtscomponent karton het zwaarste deelmateriaal is;
10. Product van papier:
product waarbij de gewichtscomponent papier het zwaarste deelmateriaal is;
11. Recyclingbeheerbijdrage:
de heffing als bedoeld in artikel 15.35 van de Wet milieubeheer (afvalbeheerbijdrage) die een Eerste ontvanger gehouden is af te dragen aan SVF en die dient ter dekking van Ketendeficiten, Transportde- ficiten en Systeemkosten;
12. Recyclingbeheervergoeding:
de door SVF vastgestelde vergoeding (in cent per kilogram) die in het kader van de afvalbeheer- structuur voor oudpapier en -karton door SVF wordt uitgekeerd aan gemeenten ter suppletie van een Ketendeficit, waarbij geldt dat de Recyclingbeheervergoeding (per kilogram) de Standaardverwer- kingskosten (per kilogram) vermeerderd met de Afzetgarantieprijs (per kilogram) niet zal overtreffen;
13. Standaard verwerkingskosten:
de som van de kosten van een gemiddelde Nederlandse oudpapieronderneming voor het innemen, wegen, reinigen, sorteren, bewerken, persen van balen, opslaan en transporteren naar afnemers in Nederland van uit particuliere huishoudens brongescheiden ingezameld oudpapier en -karton. Deze kosten worden per convenantsperiode door een onafhankelijke accountant vastgesteld en jaarlijks geïndexeerd;
14. Systeemkosten:
de kosten voor onderzoek met betrekking tot en de ontwikkeling van de afvalbeheerstructuur voor oudpapier en -karton, alsmede kosten voor voorlichting en monitoring, investeringskosten, logistieke kosten en organisatorische kosten van PRN en SVF;
15. Transportdeficit:
de kosten van een bij PRN aangesloten gemeente – waarbinnen geen bij PRN aangesloten oudpa- pieronderneming aanwezig is – voor het transport van Oudpapier vanaf de gemeentegrens naar de dichtstbijzijnde bij PRN aangesloten oudpapieronderneming, voorzover deze kosten leiden tot een opbrengst voor de desbetreffende gemeente lager dan de afzetgarantieprijs, zoals gemaximeerd door SVF volgens het ‘Protocol ter zake van de vaststelling van de standaard transportkosten’;
16. Transportvergoeding:
de door SVF vastgestelde vergoeding (in cent per kilogram) die in het kader van de afvalbe- heerstructuur voor oudpapier en -karton door SVF wordt uitgekeerd aan gemeenten ter suppletie van het Transportdeficit;
Artikel 2 Afvalbeheerstructuur
1. De afvalbeheerstructuur heeft als doel om ter uitvoering van het Papiervezelconvenant op jaarbasis ten minste 75 gewichtsprocent van de totale hoeveelheid in Nederland nieuw op de markt gebrachte Papier en/of karton te laten recyclen voor zover de bij PRN aangesloten oudpa- pierondernemingen het hiervoor benodigde materiaal in voldoende mate gescheiden krijgen aangeboden volgens de daarvoor gestelde kwaliteitseisen.
2. Met het oog op het realiseren van het in lid 1 beschreven doel, is de afvalbeheerstructuur ingericht om:
a) de continuïteit van de gescheiden inzameling van Oudpapier te verzekeren;
b) de continuïteit van de recycling van het in Nederland ingezamelde Oudpapier te waarborgen, waardoor het verbranden (of storten) van Oudpapier voorkomen wordt.
3. De Afvalbeheerstructuur bestaat daartoe uit:
a) het stimuleren van bronscheiden van oudpapier en -karton door eindgebruikers en gemeenten zodat een kwalitatief hoogwaardige grondstof wordt ingezameld door onder meer voorlichting en informatieverstrekking, kwaliteitsafspraken met gemeenten en onderzoek;
b) het garanderen van de continuïteit van de inzameling en recycling van Oudpapier door middel van financiële en materiële garanties aan de bij PRN aangesloten gemeenten en oudpapieron- dernemingen;
c) het sluiten van deelnemersovereenkomsten met gemeenten, oudpapierondernemingen en papier- en kartonindustrie;
d) het monitoren van en rapporteren over (i) het Papier en karton dat op de markt wordt aangeboden en (ii) de inzameling en recycling van Oudpapier;
e) het voorlichten over de Afvalbeheerstructuur en de daarmee te behalen milieudoelstellingen, waaronder het aanbieden van een website waarop de werking van de Afvalbeheerstructuur en de rol van de bij de Afvalbeheerstructuur betrokken partijen wordt toegelicht;
4. Deze overeenkomst voorziet in de financiële basis voor het opzetten, in stand houden en uitvoeren van de Afvalbeheerstructuur.
5. PRN en SVF kunnen ter uitwerking van deze overeenkomst nadere regels stellen in door hen op te stellen beleid.
Artikel 3 Grondslag en afdrachtperiode Recyclingbeheerbijdrage
1. De Recyclingbeheerbijdrage is verschuldigd over:
a) nog te verwerken nieuw Papier en/of karton dat in Nederland op de markt wordt aangeboden;
b) nieuw Papier en/of karton verwerkt in kant en klare geïmporteerde Producten van papier en Producten van karton die in Nederland op de markt worden aangeboden; en
c) nieuw Papier en/of karton verwerkt in kant en klare Producten van papier en Producten van karton die in Nederland worden geproduceerd uit (grond)stoffen niet zijnde nieuw Papier en/of karton en die in Nederland op de markt worden aangeboden.
2. De Recyclingbeheerbijdrage is verschuldigd over een door SVF vast te stellen afdrachtperiode, zodra de noodzaak van afdracht volgens een besluit van SVF wordt vastgesteld, waarbij deze afdrachtperiode zoveel mogelijk dient samen te vallen met een deficitperiode. Hierbij wordt rekening gehouden met de mogelijke omstandigheid dat de geringe hoogte van de respectievelijke bijdragen de voor partijen aan afdracht verbonden administratieve kosten niet rechtvaardigt. De (wijziging van de) bijdrage gaat in per de eerste van de maand van een kwartaal dat volgt op de maand waarin het bestuursbesluit tot heffing c.q. wijziging van de bijdrage is genomen. De voor een kwartaal vastgestelde Recyclingbeheerbijdragen worden na afloop van dat kwartaal in rekening gebracht.
Artikel 4 Hoogte Recyclingbeheerbijdrage
1. De totale generieke Recyclingbeheerbijdrage is een optelsom van de hierna onder lid 3, 5 en 7 van dit artikel beschreven componenten.
2. De hoogte van het gedeelte van de Recyclingbeheerbijdrage ter dekking van Recyclingbeheersver- goedingen wordt bij besluit van SVF bindend vastgesteld aan de hand van de volgende formule (zie lid 3).
3. De Recyclingbeheerbijdrage ter dekking van de Recyclingbeheervergoedingen bedraagt:
i × vv pv tot
waarbij:
i = de hoeveelheid Oudpapier waarvoor volgens een schatting van PRN een Recyclingbeheerver- goeding zal worden betaald (in kilogram);
vv = de Recyclingbeheervergoeding (in cent per kilogram);
pv tot = de door PRN geschatte totale hoeveelheid (in kilogram) in de betreffende afdrachtperiode door Eerste ontvangers in de uitoefening van hun beroep of bedrijf in Nederland op de markt aangeboden (producten van) Papier en/of karton (hierna: de ‘door PRN geschatte hoeveelheid nieuw papier en karton’).
4. De hoogte van het gedeelte van de Recyclingbeheerbijdrage ter dekking van de Transportvergoe- dingen wordt bij besluit van SVF bindend vastgesteld (zie lid 5).
5. De Recyclingbeheerbijdrage (in cent per kilogram) ter dekking van de Transportvergoedingen is gelijk aan de som van de totale door SVF over een bepaalde periode verschuldigde Transportver- goedingen, gedeeld door de door PRN geschatte hoeveelheid nieuw papier en karton.
6. Het gedeelte van de Recyclingbeheerbijdrage ter dekking van de Systeemkosten wordt bij besluit van SVF bindend vastgesteld (zie lid 7).
7. De Recyclingbeheerbijdrage (in cent per kilogram) ter dekking van Systeemkosten is gelijk aan de door SVF over een bepaalde periode vastgestelde Systeemkosten, gedeeld door de door PRN geschatte hoeveelheid nieuw papier en karton.
8. Ten behoeve van de afvalbeheerstructuur wordt een financiële buffer aangehouden. Deze buffer dient om de periode te overbruggen tussen het ingaan van de verplichtingen jegens de bij PRN aangesloten gemeenten en de ontvangst van de Recyclingbeheerbijdragen door SVF. Deze buffer is gemaximeerd op € 3.500.000.
9. Om de door PRN geschatte hoeveelheid nieuw papier en karton te bepalen wordt onder het begrip ‘in Nederland op de mark aangeboden (producten van) Papier en/of karton’ als bedoeld in lid 3 achter de toelichting op pv tot begrepen:
a) voor producten als bedoeld in artikel 3 lid 1 onder (a): de ingekochte hoeveelheid nieuw Papier en/of karton die bedoeld is om na verwerking in Nederland op de markt te worden aangebo- den;
b) voor producten als bedoeld in artikel 3 lid 1 onder (b): nieuw Papier en/of karton verwerkt in geïmporteerde producten die bedoeld zijn om op de Nederlandse markt te worden aangebo- den; en,
c) voor producten als bedoeld in artikel 3 lid 1 onder (c): nieuw Papier en/of karton verwerkt in producten die op de Nederlandse markt worden aangeboden.
Artikel 5 Aangrijpingspunt Recyclingbeheerbijdragen
1. De Recyclingbeheerbijdrage wordt afgedragen door de Eerste ontvanger aan SVF.
2. Indien een Papiergroothandel is aangesloten bij PRN door middel van ondertekening van een factureringsovereenkomst wordt (worden), in afwijking van artikel 1 onder 2), niet deze Papier- groothandel maar diens afnemer(s) aangemerkt als Eerste ontvanger(s). Dit geldt uitsluitend voor de afname van nieuw nog te verwerken Papier en/of karton; voor de import van kant en klare producten van Papier en/of karton is de Papiergroothandel zelf Eerste ontvanger in de zin van artikel 1, onder 2).
3. Voor zover ondernemingen Papier en/of karton inkopen via een bij PRN aangesloten Papiergroot- handel zoals bedoeld in het tweede lid, worden de Recyclingbeheerbijdrage ter dekking van de Recyclingbeheervergoedingen, de Recyclingbeheerbijdrage ter dekking van de Transportvergoe- dingen en de Recyclingbeheerbijdrage ter dekking van Systeemkosten namens hen door deze Papiergroothandel aan SVF afgedragen.
4. In het geval bedoeld in het tweede en derde lid betalen de individuele ondernemingen de voor hen af te dragen Recyclingbeheerbijdragen – in afwijking van het bepaalde in artikel 4 lid 9 onder (a) – over de door hen individueel afgenomen hoeveelheid Papier en/of karton aan de Papiergroothan- del.
5. Een Recyclingbeheerbijdrage is alleen verschuldigd in het kader van de verplichtingen van PRN op basis van het Papiervezelconvenant. Bij de berekening van de hoogte van de op grond van deze overeenkomst verschuldigde Recyclingbeheerbijdrage wordt in aanmerking genomen dat op grond van het Papiervezelconvenant slechts een verplichting tot betaling van Recyclingbeheerver- goedingen en Transportvergoedingen geldt voor het gedeelte van het gescheiden ingezamelde oudpapier en -karton uit particuliere huishoudens dat bestaat uit niet-verpakkingen.
6. De verplichting tot afdracht van het gedeelte van de Recyclingbeheerbijdrage ter dekking van de Recyclingbeheervergoedingen geldt niet voor overschotten. Voor de verwijdering van overschot- ten draagt de bij PRN aangesloten papier- en kartonindustrie zorg.
7. De Eerste ontvanger is verplicht de door hem over een bepaalde periode verschuldigde Recycling- beheerbijdrage – voor producten in de categorie niet-verpakkingen – aan zijn afnemer in rekening te brengen, voor zover dit geen particulier huishouden betreft.
8. Bij de doorberekening genoemd in het zevende lid dient als grondslag voor de doorberekening gehanteerd te worden de hoeveelheid door de afnemer, in de periode van een Ketendeficit waarover de Recyclingbeheerbijdrage aan de Eerste ontvanger in rekening wordt gebracht, afgenomen Papier en karton of de hoeveelheid ten behoeve van het afgenomen Product van papier of Product van karton verwerkte papier en karton.
Artikel 6 Informatieverstrekking en controle
1. Partijen verbinden zich elkaar alsmede PRN en SVF alle informatie te verstrekken die voor een goede uitvoering van deze overeenkomst noodzakelijk is.
2. Een Eerste ontvanger heeft een meldingsplicht bij PRN en verbindt zich in het bijzonder de door PRN opgevraagde informatie door middel van papieren of digitale monitoringsformulieren binnen een door PRN te bepalen termijn te verstrekken.
3. PRN heeft te allen tijde het recht de juistheid en volledigheid van de verstrekte informatie als bedoeld in lid 2 te controleren, onder meer door het opvragen van een accountantsverklaring.
4. PRN en SVF hebben op grond van overeenkomsten met aangesloten gemeenten, oudpapieronder- nemingen, papier- en kartonindustrie en Papiergroothandels, voor zover die niet tevens Eerste
ontvangers zijn, het recht door middel van accountantscontroles de administratie van die partijen te (laten) controleren.
5. Indien een Eerste ontvanger de verplichting ingevolge het tweede lid niet nakomt, kan SVF hem een forfaitaire bijdrage opleggen, die zoveel mogelijk wordt vastgesteld aan de hand van in het verleden door de betreffende Eerste ontvanger opgegeven informatie.
6. Indien een Eerste ontvanger de verplichtingen ingevolge het tweede, derde of vijfde lid niet nakomt, kan SVF hem door middel van een schriftelijke mededeling alsnog manen zijn verplichtin- gen binnen een daarin opgenomen redelijke termijn na te komen. Ingeval de Eerste ontvanger zijn verplichtingen binnen de in de vorige volzin genoemde termijn niet nakomt, kan SVF hem een boete opleggen volgens het boetereglement zoals dat op enig moment door SVF is vastgesteld. Het boetereglement zoals dat luidt ten tijde van het sluiten van deze overeenkomst, is als bijlage 1 bij deze overeenkomst gevoegd.
7. PRN en SVF zijn gehouden alle op basis van deze overeenkomst aan hen verstrekte bedrijfsver- trouwelijke informatie vertrouwelijk te behandelen. Zij zien erop toe dat bestuursleden die werkzaam zijn voor een Eerste ontvanger of voor enig ander bedrijf in de (oud)papier- of karton- keten, geen inzage krijgen in gegevens die inzicht verschaffen in de door individuele Eerste ontvangers afgezette volumes.
8. De boekhouding van PRN en SVF wordt jaarlijks gecontroleerd door een externe accountant.
Artikel 7 Betalingsvoorwaarden
1. Voor alle betalingen genoemd in deze overeenkomst gelden de betalingsvoorwaarden, waaronder die omtrent betalingstermijnen van (forfaitaire) Recyclingbeheerbijdragen, zoals op enig moment vastgesteld door SVF. De betalingsvoorwaarden zoals die luiden ten tijde van het sluiten van deze overeenkomst zijn als bijlage 2 bij deze overeenkomst gevoegd.
2. Voor door SVF opgelegde boetes gelden afwijkende betalingstermijnen. Deze zijn opgenomen in het boetereglement, zoals dat op enig moment door SVF is vastgesteld. Het boetereglement zoals dat luidt ten tijde van het sluiten van deze overeenkomst, is als bijlage 1 bij deze overeenkomst gevoegd.
Artikel 8 Toepasselijk recht
Op deze overeenkomst is bij uitsluiting Nederlands recht van toepassing.
Artikel 9 Geschillen
Geschillen voortvloeiend uit of samenhangend met deze overeenkomst zullen uitsluitend worden voorgelegd aan de absoluut bevoegde rechter te Haarlem, tenzij tussen partijen alsnog arbitrage is overeengekomen.
Artikel 10 Inwerkingtreding en looptijd
1. Deze overeenkomst treedt in werking op de dag van het van kracht worden van het besluit tot algemeen verbindend verklaren van deze overeenkomst op basis van artikel 15.36 Wet milieube- heer.
2. De overeenkomst zal van kracht blijven tot uiterlijk 31 december 2027.
3. Deze overeenkomst eindigt voortijdig indien de algemeen verbindend verklaring vervalt.
4. PRN heeft het recht deze overeenkomst eenzijdig te beëindigen indien zij vaststelt dat het Papiervezelconvenant niet van kracht blijft en dat in de toekomst derhalve geen situatie (meer) zal ontstaan waarin op basis van deze overeenkomst Recyclingbeheerbijdragen zullen worden afgedragen.
Artikel 11 Nietigheid en heronderhandeling
Indien enig onderdeel van deze overeenkomst nietig blijkt te zijn dan wel wijziging van enig onderdeel van de overeenkomst moet plaatsvinden vanwege wetswijziging of ander overheidsingrijpen, zijn partijen gehouden te goeder trouw met elkaar te onderhandelen teneinde een resultaat te bereiken dat zoveel mogelijk aansluit bij hetgeen partijen met deze oorspronkelijke overeenkomst hebben beoogd, met inachtneming van de gewijzigde omstandigheden.
Artikel 12 Wijziging van omstandigheden
Indien zich onvoorziene omstandigheden voordoen welke van dien aard zijn dat een der partijen meent dat naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid ongewijzigde instandhouding van deze overeenkomst niet van haar mag worden verwacht, heeft zij het recht dit te melden aan de overige partijen.
Op verzoek van de bedoelde partij kunnen partijen met elkaar in overleg treden teneinde de gevolgen van de overeenkomst te wijzigen of deze geheel of gedeeltelijk te ontbinden.
Het voorafgaande is niet van toepassing voorzover de omstandigheden krachtens de aard van de overeenkomst of de in het verkeer geldende opvattingen voor rekening komen van de partij die zich erop beroept.
Artikel 14 Slotbepaling
Deze overeenkomst wordt aangehaald als: ‘Overeenkomst inzake de Recyclingbeheerbijdrage 2022 voor toepassingen van papier en karton’.
Aldus ondertekend te Hoofddorp, op 9 juni 2022,
namens het KVGO, de Mediafederatie, Office World Nederland, de SLHP, de RND, Kartoflex, Stichting PRN en Stichting Verwijderingsfonds,
E.H.T.M. Nijpels
voorzitter Stichting Papier Recycling Nederland (PRN)
Bijlagen (2): – 1: Boetereglement van PRN en Stichting Verwijderingsfonds (SVF);
– 2: Betalingsvoorwaarden.
BIJLAGE 1 BOETEREGLEMENT VAN STICHTING PAPIER RECYCLING NEDERLAND (PRN) EN STICHTING VERWIJDERINGSFONDS (SVF)
Op grond van artikel 6, lid 6, van de ‘Overeenkomst inzake de Recyclingbeheerbijdrage 2022 voor toepassingen van papier en karton’ (hierna: ‘de Overeenkomst’) kan Stichting Verwijderingsfonds (hierna: SVF) boetes opleggen aan eerste ontvangers die niet hebben voldaan aan de verplichtingen zoals vastgelegd in artikel 6, leden 2, 3 en 4 van de Overeenkomst.
Artikel 1
Indien van een Eerste ontvanger niet binnen de daartoe gestelde termijn de door middel van het papieren of digitale monitoringformulier opgevraagde gegevens ex artikel 6, lid 2 van de Overeen- komst door Stichting Papier Recycling Nederland (hierna: PRN) zijn ontvangen of de verplichtingen op basis van de artikelen 6, leden 3 en 4 niet nakomt, is hij een boete verschuldigd. Deze boete wordt vastgesteld door SVF en zal door middel van een factuur door SVF in rekening worden gebracht (hierna: ’Eerste Boetefactuur’).
Artikel 2
1. De in artikel 1 van dit boetereglement genoemde boete wordt vastgesteld aan de hand van de door PRN en SVF geschatte hoeveelheid ingekocht papier en/of karton – of kant en klare producten van Papier en/of karton op jaarbasis, die door de eerste ontvanger door middel van het monitoringfor- mulier aan PRN zou zijn opgegeven. Hierbij wordt de volgende indeling gemaakt:
2. Indien PRN geen schatting van de hoeveelheid door de Eerste ontvanger ingekocht papier en karton – of kant en klare producten van Papier en/of karton kan maken op basis van eerder ontvangen monitoringformulieren, is zij gerechtigd om op basis van andere uitgangspunten een schatting te maken.
Artikel 3
Het voldoen van een conform dit boetereglement opgelegde boete, ontslaat de Eerste ontvanger niet van de verplichting om de, door middel van het papieren of digitale monitoringformulier, gevraagde gegevens aan PRN te verstrekken.
Artikel 4
1. De boete zoals bedoeld in artikel 1 van dit reglement wordt verhoogd met 50% indien:
a. de, door middel van het monitoringformulier, gevraagde gegevens niet binnen 30 kalender- dagen na dagtekening van de ‘Eerste Boetefactuur’ door PRN zijn ontvangen respectievelijk de verplichtingen op basis van artikel 6, leden 3 en 4 niet binnen 30 dagen alsnog worden nagekomen; of:
b. SVF betaling van de boete niet binnen 30 kalenderdagen na dagtekening van de ‘Eerste Boetefactuur’ heeft ontvangen.
2. De boete zoals bedoeld in artikel 1 van dit reglement wordt verhoogd tot een bedrag gelijk aan 200% van de oorspronkelijke boete indien:
a. de, door middel van het monitoringformulier, gevraagde gegevens niet binnen 60 kalender- dagen na dagtekening van de ‘Eerste Boetefactuur’ door PRN zijn ontvangen respectievelijk de verplichtingen op basis van artikel 6, leden 3, 4 en 5 niet binnen 30 dagen alsnog worden nagekomen; of:
b. SVF betaling van de boete niet binnen 60 kalenderdagen na dagtekening van de ‘Eerste Boetefactuur’ heeft ontvangen.
3. Indien betaling van de boete niet binnen 75 kalenderdagen na dagtekening van de ‘Eerste Boetefactuur’ is ontvangen, zal SVF de incasso van de boete overdragen aan een derde.
Artikel 5
Alle kosten die SVF in en/of buiten rechte moet maken met betrekking tot de invordering van de door een Eerste ontvanger verschuldigde en niet tijdig betaalde boete zijn voor rekening van de eerste ontvanger. Deze kosten worden geacht ten minste 15% te bedragen van het gevorderde bedrag.
Artikel 6
SVF behoudt zich het recht voor dit boetereglement op enig moment aan te passen.
BIJLAGE 2 BETALINGSVOORWAARDEN
Op grond van artikel 6 van de ‘Overeenkomst inzake de Recyclingbeheerbijdrage 2022 voor toepassin- gen van papier en karton’ (hierna: ‘de Overeenkomst’) hanteert Stichting Verwijderingsfonds (hierna: SVF) de volgende betalingsbepalingen:
Artikel 1
1. De factuur heeft een initiële termijn van 30 dagen na factuurdatum;
2. Een eerste rappel tot betaling van de factuur wordt toegezonden indien SVF betaling van het totale factuurbedrag (inclusief BTW) niet binnen 32 kalenderdagen na dagtekening van de factuur heeft ontvangen. Deze rappel geeft een termijn van 14 dagen;
3. Een tweede rappel tot betaling van de factuur wordt toegezonden indien SVF betaling van het totale factuurbedrag (inclusief BTW) niet binnen 47 kalenderdagen na dagtekening van de factuur heeft ontvangen. Deze rappel geeft een termijn van 14 dagen en vermeldt dat de vordering na overschrijden van die termijn aan een incassobureau wordt overgedragen;
4. Indien SVF betaling van het totale factuurbedrag (inclusief BTW) niet binnen 62 kalenderdagen na dagtekening van de factuur (inclusief BTW) heeft ontvangen wordt de vordering aan een incasso- bureau overgedragen;
5. Indien SVF betaling van het totale factuurbedrag (inclusief BTW en inclusief incassokosten. Zie artikel 2.) alsnog niet binnen 150 kalenderdagen na dagtekening van de factuur heeft ontvangen worden juridische stappen ondernomen;
Artikel 2
Alle kosten die SVF in en/of buiten rechte moet maken met betrekking tot de invordering van de door een Eerste ontvanger verschuldigde en niet tijdig betaalde Recyclingbeheerbijdrage of forfaitaire bijdrage, zijn voor rekening van de Eerste ontvanger. Deze kosten worden geacht ten minste 15% te bedragen van het gevorderde bedrag.
Artikel 3
Voor door SVF opgelegde boetes gelden andere betalingstermijnen dan hierboven aangegeven. De betalingstermijnen ten aanzien van boetes zijn opgenomen in het ‘Boetereglement van Stichting Verwijderingsfonds’.
Artikel 4
SVF behoudt zich het recht voor de betalingsvoorwaarden op enig moment aan te passen.