ALGEMENE VOORWAARDEN INNOVATIESTEUN
ALGEMENE VOORWAARDEN INNOVATIESTEUN
(Versie 2017.1)
Artikel 1 OVEREENKOMST en totstandkoming
De OVEREENKOMST bestaat uit deze ALGEMENE VOORWAARDEN INNOVATIESTEUN, de PROJECTSPECIFIEKE VOORWAARDEN met
inbegrip van de in de PROJECTSPECIFIEKE VOORWAARDEN vermelde REFERENTIEDOCUMENTEN en alle BIJLAGEN evenals de later door de rechtsgeldig bevoegde personen wederzijds overeengekomen schriftelijke wijzigingen.
Door de indiening van een ondertekende aanvraag voor een PROJECT aanvaardt de BEGUNSTIGDE deze ALGEMENE VOORWAARDEN INNOVATIESTEUN.
De PROJECTSPECIFIEKE VOORWAARDEN worden schriftelijk aan de BEGUNSTIGDE ter ondertekening gezonden. De PROJECTSPECIFIEKE VOORWAARDEN moeten ondertekend aan het HERMESFONDS worden teruggestuurd binnen vier maanden na ontvangst ervan, bij gebreke waarvan de OVEREENKOMST geacht wordt niet tot stand te zijn gekomen, zonder dat enige ingebrekestelling vereist is. De dag van ontvangst is de derde werkdag na verzending. De OVEREENKOMST tussen de PARTIJEN en het HERMESFONDS komt tot stand na ontvangst door het HERMESFONDS van de ondertekende PROJECTSPECIFIEKE VOORWAARDEN.
Deze ALGEMENE VOORWAARDEN INNOVATIESTEUN kunnen geraadpleegd worden op xxx.xxxxx.xx. Elke belanghebbende kan steeds op eenvoudig verzoek een versie op papier ervan bekomen.
De REFERENTIEDOCUMENTEN welke niet als BIJLAGE aan de PROJECTSPECIFIEKE VOORWAARDEN zijn gehecht, kunnen eveneens geraadpleegd worden op xxx.xxxxx.xx. Elke belanghebbende kan steeds op eenvoudig verzoek een versie op papier ervan bekomen.
Artikel 2 Toepasselijke BESLUITEN
Elke OVEREENKOMST kadert in een van de hierna bedoelde BESLUITEN, in functie van de ingediende projectaanvraag en de door het HERMESFONDS genomen beslissing. Volgende BESLUITEN zijn van toepassing, evenals de later daarin aangebrachte of aan te brengen wijzigingen, aanvullingen of vervangingen evenals de door het Beslissingscomité bij het HERMESFONDS in het kader van bedoelde BESLUITEN genomen of te nemen uitvoeringsmaatregelen :
2.1. “BESLUIT BEDRIJFSSTEUN O&O-KENNISINTENSIEF”: Besluit van de Vlaamse regering van 12 mei 2017 tot regeling van steun aan ondernemingen voor onderzoek en ontwikkeling met een kennisintensief karakter in Vlaanderen (B.S. 20.06.2017, met EU referentienummer SA.49177);
2.2. “BESLUIT BEDRIJFSSTEUN O&I”: Besluit van de Vlaamse regering van 12 mei 2017 tot regeling van steun aan ondernemingen voor ontwikkeling en innovatie in Vlaanderen (B.S. 22.06.2017, met EU referentienummer SA.49178);
2.3 “BESLUIT BEDRIJFSSTEUN O&O-TALENT”: Besluit van de Vlaamse regering van 12 mei 2017 tot regeling van steun aan ondernemingen voor onderzoeksprojecten met het oog op de uitvoering van (post)doctoraatsonderzoek in samenwerking met onderzoeksorganisaties in Vlaanderen (B.S. 29.06.2017, met EU referentienummer SA.49179);
2.4. “BESLUIT LANDBOUWONDERZOEK”: Besluit van de Vlaamse Regering van 18 februari 2005 betreffende projectmatige financiering van toegepast collectief onderzoek voor de land- en tuinbouwsector (B.S. 01.07.2005) en uitvoeringsbesluiten.
2.5. “SBO-BESLUIT”: Besluit van de Vlaamse Regering van 3 oktober 2003 houdende de instelling van een financieringskanaal voor het strategisch basisonderzoek in Vlaanderen (B.S. 04.03.2004).
2.6. “TETRA-BESLUIT”: Besluit van de Vlaamse Regering van 30 april 2004 houdende de oprichting van een programma ter bevordering van de technologietransfer door instellingen van hoger onderwijs, en uitvoeringsbesluiten (B.S.27.10.2004).
2.7. “VIS-BESLUIT”: Besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot regeling van de Steun aan Projecten van Innovatiestimulering, technologisch advies en collectief onderzoek op vraag van Vlaamse Innovatiesamenwerkingsverbanden (B.S. 16.10.2006).
Artikel 3 Begrippen
Onverminderd de begrippen die reeds omschreven worden in de in artikel 2 bedoelde BESLUITEN moet voor de toepassing en interpretatie van de OVEREENKOMST worden verstaan onder:
3.1. “AGENTSCHAP”: het intern verzelfstandigd agentschap zonder rechtspersoonlijkheid, opgericht bij besluit van de Vlaamse Regering van 7 oktober 2005 aangaande het Agentschap Innoveren en Ondernemen, gewijzigd bij Besluit van de Vlaamse Regering van 30 januari 2009 en 18 december 2015.
3.2. “ALGEMENE GROEPSVRIJSTELLINGSVERORDENING”: de verordening (EU) nr. 651/2014 van de Commissie van 17 juni 2014 waarbij bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag met de interne markt verenigbaar worden verklaard en alle latere wijzigingen;
3.3. “BEGUNSTIGDE”: elke PARTIJ bij de OVEREENKOMST, zoals nader aangeduid in de aanhef van de PROJECTSPECIFIEKE VOORWAARDEN.
3.4. “COÖRDINATOR”: de vertegenwoordiger van de BEGUNSTIGDE ten overstaan van het HERMESFONDS, die tevens instaat voor de coördinatie van de uitvoering van en verslaggeving over het PROJECT. Tenzij anders vermeld, is dit de in de PROJECTSPECIFIEKE VOORWAARDEN de eerste als BEGUNSTIGDE genoemde PARTIJ.
3.5. “HERMESFONDS”: het Fonds Flankerend Economisch en Innovatiebeleid, vermeld in artikel 41, § 1, van het decreet van 21 december 2001 houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2002 zoals verder uitgewerkt in de bijhorende uitvoeringsbesluiten. Het Beslissingscomité bij het HERMESFONDS is het uitvoerend beheersorgaan van het Hermesfonds. Het HERMESFONDS maakt voor zijn werking en/of door hem gedelegeerde bevoegdheden gebruik van het personeel, de uitrusting en de installaties van het AGENTSCHAP. Het hoofd van het AGENTSCHAP is ertoe gemachtigd ook de nota’s, ambtsberichten, briefwisseling en documenten met betrekking tot de besluitvorming van het Beslissingscomité te ondertekenen.
3.6. “OVEREENKOMST”: de door de PARTIJEN onderschreven bepalingen zoals bedoeld in artikel 1 van de OVEREENKOMST, haar BIJLAGEN met inbegrip van de REFERENTIEDOCUMENTEN vermeld in de PROJECTSPECIFIEKE VOORWAARDEN evenals de later door de rechtsgeldig bevoegde personen wederzijds overeengekomen schriftelijke wijzigingen.
3.7. “ONDERZOEKSPARTNER”: de derde die werkt in opdracht van de BEGUNSTIGDE of van een PARTIJ, zoals nader aangeduid in de aanhef van de PROJECTSPECIFIEKE VOORWAARDEN.
3.8. “PROJECT”: alle door het HERMESFONDS onder het toepasselijk BESLUIT gesubsidieerde activiteiten binnen het kader van de OVEREENKOMST.
3.9. “PROJECTRESULTATEN”: het geheel van bijkomende immateriële en materiële resultaten die bereikt werd door uitvoering van het PROJECT.
3.10. “REFERENTIEDOCUMENTEN”: de in de PROJECTSPECIFIEKE VOORWAARDEN vermelde documenten die een BIJLAGE bij de OVEREENKOMST vormen en een nadere toelichting bevatten met betrekking tot de verplichtingen van de PARTIJEN in het kader van de OVEREENKOMST.
3.11. “SAMENWERKINGSOVEREENKOMST”: elke overeenkomst nodig voor de uitvoering van de OVEREENKOMST en die gesloten wordt tussen de PARTIJEN onderling, tussen de BEGUNSTIGDE en één of meerdere PARTIJEN en de ONDERZOEKSPARTNERS alsook de onderlinge overeenkomsten tussen de BEGUNSTIGDE of een of meerdere PARTIJEN en een of meerdere niet- Vlaamse partners in het kader van projecten onder een internationaal programma.
3.12. “SUBSIDIE”: de financiële tegemoetkoming van het HERMESFONDS in de kosten van de BEGUNSTIGDE voor de uitvoering van het PROJECT, zoals bepaald in artikel 2 van de PROJECTSPECIFIEKE VOORWAARDEN.
3.13. “VALORISATIE VAN DE PROJECTRESULTATEN”: het geheel van voortgezette en gerichte inspanningen gericht op het doen renderen van de PROJECTRESULTATEN alsook het aanwenden of benutten van de PROJECTRESULTATEN zelf met het oog op het rechtstreeks of onrechtstreeks realiseren van ECONOMISCH TOEGEVOEGDE dan wel MAATSCHAPPELIJK TOEGEVOEGDE WAARDE.
Artikel 4
Situering van het voorwerp van de OVEREENKOMST en de rol van de PARTIJEN bij de uitvoering
ervan
4.1. De OVEREENKOMST heeft als voorwerp de regeling van de SUBSIDIE voor de uitvoering van het PROJECT door de BEGUNSTIGDE.
De BEGUNSTIGDE wordt geacht zelf de OVEREENKOMST uit te voeren, zoals voorzien in de projectaanvraag en de PROJECTSPECIFIEKE VOORWAARDEN. Uitbesteding van gesubsidieerde activiteiten is evenwel mogelijk indien dit als zodanig in de PROJECTSPECIFIEKE VOORWAARDEN is voorzien. Onvoorziene uitbesteding van activiteiten of andere verschuivingen van kosten tussen de projectpartners kunnen enkel mits naleving van de contractuele verplichtingen van de BEGUNSTIGDE in het bijzonder deze betreffende meldings- en verslaggevingsverplichtingen. Indien een PARTIJ onder het toepassingsgebied van de regelgeving betreffende de overheidsopdrachten valt, dient hij bij uitbesteding van activiteiten deze regelgeving strikt te respecteren.
4.2. De BEGUNSTIGDE zal alles doen wat redelijkerwijze mag verwacht worden om de PROJECTRESULTATEN te bereiken binnen de voorziene duur van het PROJECT.
4.3. De uitvoering van de OVEREENKOMST vereist een SAMENWERKINGSOVEREENKOMST indien er meerdere PARTIJEN zijn en/of indien er ONDERZOEKSPARTNERS betrokken zijn in het PROJECT. In voorkomend geval vermeldt artikel 4 van de PROJECTSPECIFIEKE VOORWAARDEN welke SAMENWERKINGSOVEREENKOMST(en) voor de uitvoering van de OVEREENKOMST vereist zijn.
Behalve wanneer dergelijke SAMENWERKINGSOVEREENKOMST reeds deel uitmaakt van de BIJLAGEN bij de OVEREENKOMST, zullen de PARTIJEN onderling en de PARTIJEN en de ONDERZOEKSPARTNERS een SAMENWERKINGSOVEREENKOMST uitwerken. De COÖRDINATOR ziet erop toe dat de bepalingen van de SAMENWERKINGSOVEREENKOMST verenigbaar zijn en blijven met de OVEREENKOMST en haar uitvoeringsmodaliteiten en dat zij met het oog hierop aan de goedkeuring van HERMESFONDS onderworpen zijn. De BEGUNSTIGDE dient in de SAMENWERKINGSOVEREENKOMST met de ONDERZOEKSPARTNERS de voor hen relevante bepalingen uit de OVEREENKOMST over te nemen.
De SAMENWERKINGSOVEREENKOMST moet alle voor de samenwerking nuttige bepalingen bevatten en in het bijzonder een regeling bevatten van de onderlinge afspraken betreffende de uitvoering van het PROJECT en de VALORISATIE VAN DE PROJECTRESULTATEN zoals o.m. de overlegmomenten en het eventuele beslissingsproces, de eigendoms- en gebruiksrechten op de PROJECTRESULTATEN, de geheimhouding, de verslaggevingsverplichtingen, een geschillenprocedure, de aansprakelijkheid en schadevergoeding.
De SAMENWERKINGSOVEREENKOMST dient te zijn opgesteld in overeenstemming met de OVEREENKOMST, in het bijzonder moet het kunnen voldoen aan de bepalingen op het vlak van de VALORISATIE VAN DE PROJECTRESULTATEN. Ingeval van samenwerking met publiek gefinancierde onderzoeksorganisaties en kennisinstellingen dient zij tevens in overeenstemming te
zijn met de hierop toepasselijke regelgeving. In het kader van internationale subsidieprogramma’s kunnen bijkomende voorwaarden aan de SAMENWERKINGSOVEREENKOMST gesteld worden. Deze worden desgevallend opgenomen in de PROJECTSPECIFIEKE VOORWAARDEN.
De BEGUNSTIGDE dient de SAMENWERKINGSOVEREENKOMST over te maken aan het HERMESFONDS binnen vier maanden na ontvangst van de PROJECTSPECIFIEKE VOORWAARDEN door de BEGUNSTIGDE. Het HERMESFONDS wordt geacht zijn goedkeuring te hebben gegeven indien het niet reageert binnen 25 werkdagen nadat de BEGUNSTIGDE de SAMENWERKINGSOVEREENKOMST aan het HERMESFONDS heeft voorgelegd.
De goedkeuring door het HERMESFONDS is ook vereist voor wijzigingen aan de SAMENWERKINGSOVEREENKOMST tijdens de uitvoering van de OVEREENKOMST.
Onverminderd de bepaling van artikel 9.1 van deze ALGEMENE VOORWAARDEN INNOVATIESTEUN kan het HERMESFONDS de uitbetaling van de SUBSIDIE opschorten zolang de SAMENWERKINGSOVEREENKOMST niet aan het HERMESFONDS werd overgemaakt of goedgekeurd, zelfs indien de hierboven bedoelde termijn van vier maanden nog niet is verstreken.
4.4. Het HERMESFONDS staat in voor de uitbetaling van de SUBSIDIE overeenkomstig de bepalingen van de OVEREENKOMST en de opvolging van de uitvoering van de OVEREENKOMST door de BEGUNSTIGDE. Dit geschiedt overeenkomstig de door de Vlaamse overheid vastgestelde beleidslijnen en budgettaire voorzieningen voor innovatie.
Artikel 5 Toegekende SUBSIDIE
5.1. Het HERMESFONDS kent de SUBSIDIE aan de BEGUNSTIGDE toe op basis van een van de in artikel 2 genoemde BESLUITEN. Het BESLUIT dat specifiek op de steuntoekenning aan de BEGUNSTIGDE van toepassing is, wordt vermeld in de PROJECTSPECIFIEKE VOORWAARDEN.
De toekenning van de SUBSIDIE op basis van het BESLUIT BEDRIJFSSTEUN O&O-KENNISINTENSIEF, het BESLUIT BEDRIJFSSTEUN O&I respectievelijk BESLUIT BEDRIJFSSTEUN O&O-TALENT is in overeenstemming met de ALGEMENE GROEPSVRIJSTELLINGSVERORDENING, bij de EU Commissie gekend onder het aangegeven SA-referentienummer.
De voorschriften bepaald in de ALGEMENE GROEPSVRIJSTELLINGSVERORDENING zijn onverkort van toepassing op steuntoekenning op basis van het BESLUIT BEDRIJFSSTEUN O&O-KENNISINTENSIEF, het BESLUIT BEDRIJFSSTEUN O&I respectievelijk BESLUIT BEDRIJFSSTEUN O&O-TALENT.
5.2. De SUBSIDIE is vastgesteld als een maximaal bedrag en wordt toegekend onder de voorwaarde dat de BEGUNSTIGDE de OVEREENKOMST op een zorgvuldige en ononderbroken wijze nakomt.
In het bijzonder erkent de BEGUNSTIGDE dat het HERMESFONDS de SUBSIDIE autonoom kan opschorten, herzien en terugvorderen onder de voorwaarden en modaliteiten bepaald in de artikelen 9, 10 en 11 van deze ALGEMENE VOORWAARDEN INNOVATIESTEUN.
5.3. De BEGUNSTIGDE is ertoe gehouden de SUBSIDIE uitsluitend aan te wenden voor de financiering van het PROJECT. Elk gebrek hieraan wordt gelijkgesteld met oneigenlijk gebruik van SUBSIDIE voor de toepassing van artikel 10 en 11 van deze ALGEMENE VOORWAARDEN INNOVATIESTEUN.
Behoudens uitdrukkelijke toestemming van de bevoegde overheid mag de SUBSIDIE niet aangewend worden met het oog op het bereiken van PROJECTRESULTATEN voor militaire doeleinden of voor de financiering van PROJECTEN met militaire affiniteit. Dergelijke aanwending wordt gelijkgesteld met oneigenlijk gebruik van de SUBSIDIE voor de toepassing van artikel 10 en 11 van deze ALGEMENE VOORWAARDEN INNOVATIESTEUN.
5.4. Het HERMESFONDS betaalt de SUBSIDIE uit aan de PARTIJEN of aan de COÖRDINATOR op de door de respectieve PARTIJEN aangewezen rekening, zoals vermeld in de PROJECTSPECIFIEKE VOORWAARDEN.
5.5. Het HERMESFONDS kan beslissen slechts tot uitbetaling van een volgende schijf van de SUBSIDIE over te gaan nadat de BEGUNSTIGDE het bewijs heeft geleverd dat hij aan alle gefactureerde en opeisbare financiële verplichtingen ten overstaan van elke ONDERZOEKSPARTNER heeft voldaan op de wijze en binnen de termijnen zoals vastgesteld in de SAMENWERKINGSOVEREENKOMST.
De BEGUNSTIGDE erkent dat betalingen die hij ontvangt van het HERMESFONDS als SUBSIDIE voor kosten van het PROJECT bij een andere PARTIJ of een ONDERZOEKSPARTNER volgens artikel 2 van de PROJECTSPECIFIEKE VOORWAARDEN niet zijn eigendom zijn of worden door het loutere feit van de ontvangst van deze betalingen, en door hem onmiddellijk zullen worden doorbetaald aan de betreffende PARTIJ of ONDERZOEKSPARTNER.
Artikel 6 Eigendom en VALORISATIE VAN DE PROJECTRESULTATEN
6.1. De BEGUNSTIGDE is eigenaar van de PROJECTRESULTATEN, onverminderd de bepalingen in dat verband zoals overeengekomen in de SAMENWERKINGSOVEREENKOMST bedoeld in artikel 4.3 van de ALGEMENE VOORWAARDEN INNOVATIESTEUN.
6.2. De BEGUNSTIGDE verbindt er zich toe alle inspanningen te leveren die redelijkerwijze mogen worden verwacht in functie van een afdoende bescherming van de PROJECTRESULTATEN en ter vrijwaring van de VALORISATIE VAN DE PROJECTRESULTATEN.
6.3. Onverminderd het bepaalde in artikel 7.1 verbindt elke PARTIJ er zich toe om bij elke overdracht van de eigendomsrechten van of exclusieve licentie op de PROJECTRESULTATEN, inclusief ingeval van faling van een PARTIJ de nodige maatregelen te nemen om de nakoming van de bedoelde plichten te vrijwaren.
Zo erkent de BEGUNSTIGDE dat een gedeeltelijke of gehele overdracht van de eigendomsrechten van de PROJECTRESULTATEN, inclusief ingeval van faling van de BEGUNSTIGDE of een PARTIJ, enkel mogelijk is met een gelijktijdige overdracht van de uit de OVEREENKOMST voortvloeiende verplichtingen, in het bijzonder deze op het vlak van de VALORISATIE VAN DE PROJECTRESULTATEN en rekening houdend met de bepaling van artikel 15.6 van de ALGEMENE VOORWAARDEN INNOVATIESTEUN en de in de PROJECTSPECIFIEKE VOORWAARDEN vermelde REFERENTIEDOCUMENTEN.
Behoudens een uitdrukkelijke en schriftelijke andersluidende beslissing van het HERMESFONDS impliceert dergelijke overdracht van PROJECTRESULTATEN tevens de overdracht van de verplichting tot terugbetaling van de SUBSIDIE ingeval van een eventuele beslissing tot herziening of terugvordering op basis van artikel 10 en 11 van de ALGEMENE VOORWAARDEN INNOVATIESTEUN.
Artikel 7 Melding – Verslaggeving – Publicatie – Controle
7.1. Meldingsplicht door de BEGUNSTIGDE
7.1.1 Naast de reeds elders in de OVEREENKOMST expliciet voorziene meldingsplicht dient de BEGUNSTIGDE en/of de rechtstreeks betrokken PARTIJ HERMESFONDS onmiddellijk per aangetekend schrijven bijkomend volgende zaken te melden:
- elke belangrijke wijziging van het PROJECT, die een invloed heeft op de beoogde PROJECTRESULTATEN.
- elke gebeurtenis of omstandigheid die de realisatie van het PROJECT en de beoogde PROJECTRESULTATEN, de ononderbroken en zorgvuldige uitvoering van de OVEREENKOMST door de BEGUNSTIGDE en/of de VALORISATIE VAN DE PROJECTRESULTATEN in gevaar kan brengen. In het bijzonder geldt deze meldingsplicht in geval van fundamentele wijziging in het aandeelhouderschap of de beheerstructuur, of in de regeling betreffende de eigendom en/of de exploitatie van de
PROJECTRESULTATEN, bij kapitaalvermindering, inkoop eigen aandelen, opheffing van de activiteiten, vrijwillige vereffening, de intentie om een gerechtelijke reorganisatie aan te vragen, faling van een PARTIJ of een ONDERZOEKSPARTNER of enige andere omstandigheid welke een negatieve uitwerking kan hebben op de financiële situatie van een PARTIJ of een ONDERZOEKSPARTNER.
- elke vertraging van de aanvang van de uitvoering van het PROJECT met meer dan 1 maand of elke verlenging van de uitvoering van het PROJECT met meer dan 1 maand.
- elk voorstel tot wijziging in de verdeling van de SUBSIDIE tussen de PARTIJEN.
- elke cumulatie met andere overheidssteun in toepassing van het toepasselijke BESLUIT of de toekenning van andere steunvormen voor het PROJECT.
- xxxx xxxxxxxxx of vervanging van de COÖRDINATOR.
- indien de BEGUNSTIGDE de OVEREENKOMST voortijdig wenst te beëindigen in toepassing van artikel 12 van deze ALGEMENE VOORWAARDEN INNOVATIESTEUN.
7.1.2. Het HERMESFONDS behoudt zich het recht voor de verdere uitvoering van de OVEREENKOMST opnieuw te evalueren, in voorkomend geval rekening houdend met de door de BEGUNSTIGDE gedane melding en om vervolgens de gepaste maatregelen inzake de SUBSIDIE te nemen, met inbegrip van de toepassing van de artikelen 9,10 en/of 11 en de SUBSIDIE bijgevolg opschorten, herzien en/of terugvorderen.
7.2. Verslaggeving door de BEGUNSTIGDE
7.2.1. Voortgangsverslag
De BEGUNSTIGDE verbindt er zich toe de ononderbroken en zorgvuldige uitvoering van het PROJECT te bewijzen door er regelmatig verslag over uit te brengen. Deze verplichting geldt eveneens voor het aandeel van de ONDERZOEKSPARTNERS in de uitvoering van het PROJECT.
7.2.2. Financieel verslag
De BEGUNSTIGDE zal een financieel verslag indienen. Deze verplichting geldt eveneens voor het aandeel van de ONDERZOEKSPARTNERS in de uitvoering van het PROJECT.
7.2.3. Valorisatieverslag
De BEGUNSTIGDE brengt aan het HERMESFONDS verslag uit over de wijze waarop hij zijn verplichtingen op het vlak van de VALORISATIE VAN DE PROJECTRESULTATEN zoals bepaald in artikel 6 van deze ALGEMENE VOORWAARDEN INNOVATIESTEUN en nader gespecifieerd in artikel 1 van de PROJECTSPECIFIEKE VOORWAARDEN en desgevallend artikel 3 van de PROJECTSPECIFIEKE VOORWAARDEN zal uitvoeren.
Op expliciete vraag van het HERMESFONDS dient de BEGUNSTIGDE bijkomende verslagen in op door het HERMESFONDS te bepalen moment(en). Dergelijke vraag en de vraag naar eventueel bijkomende informatie relevant ter beoordeling van de VALORISATIE VAN DE PROJECTRESULTATEN wordt geformuleerd aan de BEGUNSTIGDE die dit opvolgingsverslag en de bijkomende informatie uiterlijk binnen 2 maanden moet afleveren. Op basis van deze bijkomende verslagen en de bijkomende informatie stelt het HERMESFONDS de volledige of gedeeltelijke uitvoering vast van de verplichtingen op het vlak van de VALORISATIE VAN DE PROJECTRESULTATEN. Desgevallend maakt het HERMESFONDS toepassing van de artikelen 10 en 11 van deze ALGEMENE VOORWAARDEN INNOVATIESTEUN tot herziening en terugvordering van de SUBSIDIE.
7.2.4. Elk in dit artikel bedoeld verslag moet door de BEGUNSTIGDE cq. de ONDERZOEKSPARTNER worden opgesteld zoals beschreven in het toepasselijke REFERENTIEDOCUMENT vermeld in de PROJECTSPECIFIEKE VOORWAARDEN.
Elk in dit artikel bedoeld verslag moet ingediend worden via de COÖRDINATOR.
De data waarop elk verslag moet worden opgeleverd, zijn vermeld in artikel 4 van de de PROJECTSPECIFIEKE VOORWAARDEN.
7.3. Publicaties
7.3.1. Publicaties door het HERMESFONDS
Onverminderd de specifieke publicatievereisten voorgeschreven in Europese regelgeving inzake staatssteun aan onderzoek, ontwikkeling en innovatie1 heeft het HERMESFONDS van de BEGUNSTIGDE de toelating volgende gegevens aangaande het PROJECT te gebruiken voor publicatie: de naam van de BEGUNSTIGDE, de titel, de startdatum, de duur, de SUBSIDIE en de naam van de ONDERZOEKSPARTNERS.
7.3.2. Publicaties door de BEGUNSTIGDE
De BEGUNSTIGDE verbindt er zich toe om bij elke communicatie, publicatie of publiciteit door zijn tewerkgestelden, of met toestemming van de BEGUNSTIGDE door een ONDERZOEKSPARTNER en zijn tewerkgestelden betreffende het PROJECT of de PROJECTRESULTATEN de richtlijnen na te leven zoals bepaald op de website: xxxx://xxx.xxxxx.xx/xxxxxx/xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx-xxxxxxxx. Gewone en gebruikelijke reclame, gebruikshandleidingen of -voorschriften en dergelijke vallen niet onder deze bepaling.
7.4. Controle door het HERMESFONDS en door derden
Het HERMESFONDS verifieert de werkelijkheid, de regelmatigheid en de redelijkheid van de aangerekende of toe te rekenen kosten en stelt het definitief bedrag van de SUBSIDIE vast, onverminderd de eventuele controle van het Rekenhof en desgevallend de in de PROJECTSPECIFIEKE VOORWAARDEN vermelde derde instanties.
Het HERMESFONDS kan binnen zijn bevoegdheid tot controle en opvolging van de uitvoering van het PROJECT alle initiatieven nemen die het redelijkerwijze nodig acht, daarin inbegrepen desgevallend het bezoeken van de plaatsen van uitvoering.
Elke PARTIJ en elke ONDERZOEKSPARTNER zal alle stukken tot staving van de gedane uitgaven ter beschikking van het Rekenhof bewaren gedurende een periode van zeven jaar na de goedkeuring van het financieel eindverslag overeenkomstig artikel 4 van de PROJECTSPECIFIEKE VOORWAARDEN.
Onverminderd bovenstaande bepalingen kunnen tevens controles worden verricht door derden, meer bepaald de Europese Commissie of enige door de Europese Commissie daartoe, al dan niet in het kader van een specifiek programma, aangestelde en gemachtigde instelling of organisatie, die daartoe over minstens gelijkwaardige bevoegdheden beschikt als bedoeld in bovenstaande bepalingen.
Elke PARTIJ zal aan deze controles en aan het verstrekken van informatie voor de opvolging meewerken. De BEGUNSTIGDE legt dezelfde voorwaarden op in de SAMENWERKINGSOVEREENKOMST met de ONDERZOEKSPARTNERS.
1 Deze publicatievoorschriften zijn terug te vinden in de Verordening (EU) nr. 651/2014 van de Commissie van 17 juni 2014 waarbij bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag met de interne markt verenigbaar worden verklaard, artikel 9 en Xxxxx XXX.
7.5. Adressering voor briefwisseling
De briefwisseling en mededelingen aan het HERMESFONDS gebeuren ter attentie van de in de aanhef van de PROJECTSPECIFIEKE VOORWAARDEN vermelde persoon, HERMESFONDS - Xxxxxx Xxxxxx XX-Xxxx 00 xxx 00 - 0000 XXXXXXX, met vermelding van het overeenkomstnummer.
De briefwisseling en mededelingen aan de BEGUNSTIGDE gebeuren in principe ter attentie van de COÖRDINATOR en/of in voorkomend geval aan de rechtstreeks betrokken PARTIJ.
Artikel 8 Uitbetalingsmodaliteiten van de SUBSIDIE
De BEGUNSTIGDE ontvangt de uitbetaling van de volgens artikel 2 van de PROJECTSPECIFIEKE VOORWAARDEN toegekende SUBSIDIE volgens de modaliteiten bepaald in artikel 6 van de PROJECTSPECIFIEKE VOORWAARDEN.
Artikel 9 Opschorting van de SUBSIDIE
9.1. XXXXXXXXXXX schort de uitbetaling van de SUBSIDIE aan de BEGUNSTIGDE en/of de rechtstreeks betrokken PARTIJ op in het geval een PARTIJ de voorwaarden en de bepalingen waaronder de SUBSIDIE is toegekend niet naleeft. In het bijzonder – doch niet uitsluitend – kan HERMESFONDS de SUBSIDIE opschorten in volgende gevallen:
- ingeval een PARTIJ zijn verplichtingen tot melding van informatie, verslaggeving, medewerking aan controle door XXXXXXXXXXX en publicaties zoals omschreven in artikel 7 van deze ALGEMENE VOORWAARDEN INNOVATIESTEUN niet nakomt.
- ingeval de ingevolge artikel 4.3 van deze ALGEMENE VOORWAARDEN INNOVATIESTEUN vereiste SAMENWERKINGSOVEREENKOMST niet binnen de 4 maanden na de overmaking van de PROJECTSPECIFIEKE VOORWAARDEN aan de BEGUNSTIGDE aan het HERMESFONDS is voorgelegd of het HERMESFONDS de voorgelegde SAMENWERKINGSOVEREENKOMST niet goedkeurt.
- ingeval van een herevaluatie zoals bedoeld in artikel 7.1.2 van deze ALGEMENE VOORWAARDEN INNOVATIESTEUN.
- ingeval een PARTIJ de betalingen aan een ONDERZOEKSPARTNER niet verricht overeenkomstig de bepalingen van de SAMENWERKINGSOVEREENKOMST.
- ingeval een PARTIJ de OVEREENKOMST in het algemeen en de PROJECTSPECIFIEKE VOORWAARDEN in het bijzonder niet nakomt.
- ingeval een PARTIJ de verplichtingen voortvloeiend uit andere overeenkomsten met het HERMESFONDS – met inbegrip van de overeenkomsten met de rechtsvoorganger van het HERMESFONDS, nl. het Agentschap voor Innovatie door Wetenschap en Technologie (IWT) – niet of onvoldoende naleeft.
9.2. Het HERMESFONDS stelt de BEGUNSTIGDE en/of de rechtstreeks betrokken PARTIJ per aangetekend schrijven op de hoogte van de opschorting van betaling, het tijdstip waarop de opschorting ingaat, de reden van opschorting en de termijn waarbinnen de BEGUNSTIGDE de tekortkoming in de uitvoering van de OVEREENKOMST alsnog kan rechtzetten. De termijn van opschorting bedraagt in principe maximaal 4 maanden, tenzij het HERMESFONDS een andere termijn vastlegt.
De BEGUNSTIGDE of de rechtstreeks betrokken PARTIJ stelt in voorkomend geval de overige PARTIJEN en de ONDERZOEKSPARTNERS van de opschorting op de hoogte.
Na verloop van de termijn van opschorting kan het HERMESFONDS de SUBSIDIE herzien en terugvorderen in toepassing van artikel 10, respectievelijk artikel 11 of overeenkomstig artikel 7.1.2 van deze ALGEMENE VOORWAARDEN INNOVATIESTEUN bijkomende voorwaarden opleggen.
9.3. Buiten de uitzonderingen vermeld in de tweede alinea van dit artikel kan de BEGUNSTIGDE en/of de rechtstreeks betrokken PARTIJ in principe beroep aantekenen tegen elke beslissing van het HERMESFONDS tot herziening van de SUBSIDIE.
Dergelijk beroep is echter niet mogelijk ingeval het HERMESFONDS beslist tot herziening van de SUBSIDIE op grond van formele vaststellingen door het HERMESFONDS zoals o.m. het niet tijdig indienen van verslaggeving of het niet tijdig doorstorten van betalingen van een ONDERZOEKSPARTNER.
De BEGUNSTIGDE en/of de rechtstreeks betrokken PARTIJ doet dit met een aangetekend schrijven gericht aan het HERMESFONDS binnen een termijn van 30 werkdagen na de betekening van de betrokken beslissing van het HERMESFONDS. Dit schrijven dient minstens de gegronde redenen te bevatten die de BEGUNSTIGDE en/of de rechtstreeks betrokken PARTIJ aanbrengt tegen de beslissing tot herziening.
De verzoeker in beroep krijgt een schriftelijke ontvangstmelding binnen vijf werkdagen na de ontvangst van het beroep. Het HERMESFONDS beslist over het beroep binnen 60 werkdagen na de ontvangst ervan. De verzoeker in beroep wordt schriftelijk op de hoogte gebracht van de beroepsbeslissing binnen twee werkdagen na deze beslissing.
Artikel 10 Mogelijke herziening van de SUBSIDIE
10.1. Het HERMESFONDS behoudt zich het recht voor op elk moment in de uitvoering van de OVEREENKOMST de SUBSIDIE geheel of gedeeltelijk te herzien wanneer hiertoe gegronde redenen zijn, zonder afbreuk te doen aan de eigendomsrechten op de PROJECTRESULTATEN. In het bijzonder – doch niet uitsluitend – kan het HERMESFONDS de SUBSIDIE herzien in volgende gevallen:
- wanneer een PARTIJ de voorwaarden en de bepalingen en voorwaarden waaronder de SUBSIDIE is toegekend niet naleeft.
- ingeval een PARTIJ zijn verplichtingen tot melding van informatie, verslaggeving, medewerking aan controle door XXXXXXXXXXX en publicaties zoals omschreven in artikel 7 van deze ALGEMENE VOORWAARDEN INNOVATIESTEUN niet nakomt.
- bij oneigenlijk gebruik door een PARTIJ van de SUBSIDIE of van daartoe betaalde sommen.
- wanneer een PARTIJ overeenkomstig artikel 5 van deze ALGEMENE VOORWAARDEN INNOVATIESTEUN geen daadwerkelijk gemaakte kosten kan voorleggen of deze door HERMESFONDS niet kunnen worden goedgekeurd.
- wanneer een PARTIJ met het oog op de SUBSIDIE of enig ander aan de OVEREENKOMST verbonden voordeel, onjuiste of onvolledige verklaringen heeft afgelegd.
- ingeval van cumulatie met andere steun door een PARTIJ zoals bedoeld in het toepasselijke BESLUIT.
- ingeval een PARTIJ de verplichtingen voortvloeiend uit deze en/of andere overeenkomsten met het HERMESFONDS - met inbegrip van de overeenkomsten met de rechtsvoorganger van het HERMESFONDS, nl. het Agentschap voor Innovatie door Wetenschap en Technologie (IWT) - niet of onvoldoende naleeft.
- ingeval een PARTIJ nalaat gefactureerde en opeisbare financiële verplichtingen ten overstaan van een ONDERZOEKSPARTNER te voldoen.
- bij voortijdige beëindiging in toepassing van artikel 12 van deze ALGEMENE VOORWAARDEN INNOVATIESTEUN, o.m. wegens technische of economische redenen.
10.2. Na een formele ingebrekestelling door het HERMESFONDS via een aangetekend schrijven om alsnog uitvoering van de betrokken verplichting door de BEGUNSTIGDE en/of de rechtstreeks betrokken PARTIJ te bekomen, beslist het HERMESFONDS tot de herziening van de SUBSIDIE. Deze beslissing wordt aan de BEGUNSTIGDE en/of de rechtstreeks betrokken PARTIJ overgemaakt bij aangetekend schrijven en minstens een maand na de formele ingebrekestelling.
10.3. Bij herziening van de SUBSIDIE zal het HERMESFONDS, na onderzoek van de gegrondheid en de onoverkomelijkheid van de aangehaalde redenen, de grootte van de SUBSIDIE vaststellen in functie van de kosten die effectief betaald of gemaakt zijn op de datum van ontvangst van het aangetekend schrijven dat de beslissing omtrent de herziening van de SUBSIDIE meedeelt, evenals van de kosten die tot op de datum van die ontvangst als verplichtingen regelmatig zijn aangegaan, en van de eventuele opzegvergoedingen van het personeel, dat specifiek aangeworven werd voor de uitvoering van het PROJECT. De BEGUNSTIGDE moet onverwijld vanaf de ontvangst van het aangetekend schrijven van het HERMESFONDS met de beslissing de SUBSIDIE te herzien, alle noodzakelijke maatregelen treffen om de financiële gevolgen van de aangegane verplichtingen en opzegvergoedingen te minimaliseren.
10.4. Buiten de uitzonderingen vermeld in de tweede alinea van dit artikel kan de BEGUNSTIGDE en/of de rechtstreeks betrokken PARTIJ in principe beroep aantekenen tegen elke beslissing van het HERMESFONDS tot herziening van de SUBSIDIE.
Dergelijk beroep is echter niet mogelijk ingeval het HERMESFONDS beslist tot herziening van de SUBSIDIE op grond van formele vaststellingen door het HERMESFONDS zoals o.m. het niet tijdig indienen van verslaggeving of het niet tijdig doorstorten van betalingen van een ONDERZOEKSPARTNER.
De BEGUNSTIGDE en/of de rechtstreeks betrokken PARTIJ doet dit met een aangetekend schrijven gericht aan het HERMESFONDS binnen een termijn van 30 werkdagen na de betekening van de betrokken beslissing van het HERMESFONDS. Dit schrijven dient minstens de gegronde redenen te bevatten die de BEGUNSTIGDE en/of de rechtstreeks betrokken PARTIJ aanbrengt tegen de beslissing tot herziening.
De verzoeker in beroep krijgt een schriftelijke ontvangstmelding binnen vijf werkdagen na de ontvangst van het beroep. Het HERMESFONDS beslist over het beroep binnen 60 werkdagen na de ontvangst ervan. De verzoeker in beroep wordt schriftelijk op de hoogte gebracht van de beroepsbeslissing binnen twee werkdagen na deze beslissing.
Artikel 11 Mogelijke terugvordering van de SUBSIDIE
11.1. Zonder afbreuk te doen aan de eigendomsrechten op de PROJECTRESULTATEN vordert het HERMESFONDS de SUBSIDIE terug in volgende gevallen:
- ingeval de BEGUNSTIGDE en/of de rechtstreeks betrokken PARTIJ van het HERMESFONDS sommen heeft ontvangen die hem niet verschuldigd waren.
- ingeval van herziening van de SUBSIDIE overeenkomstig artikel 10 van deze ALGEMENE VOORWAARDEN INNOVATIESTEUN voor die sommen van de SUBSIDIE die op het moment van de herziening reeds aan de BEGUNSTIGDE en/of de rechtstreeks betrokken PARTIJ waren uitbetaald.
- ingeval een PARTIJ de informatie- en raadplegingsprocedures zoals omschreven in artikel 35 §2 van het decreet van 19 december 1998 houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 1999 niet naleeft ingeval van collectief ontslag van het personeel.
11.2. Het HERMESFONDS maakt de beslissing tot terugvordering bekend in een aangetekend schrijven aan de BEGUNSTIGDE en/of de rechtstreeks betrokken PARTIJ en stelt de BEGUNSTIGDE hiertoe formeel in gebreke. In geval van terugvordering wordt de Europese referentierentevoet voor de terugvordering van onrechtmatig verleende staatssteun toegepast, geldend op het moment van de steuntoekenning, vanaf het tijdstip van de eerste ingebrekestelling.
Artikel 12 Duur van de OVEREENKOMST
12.1. De OVEREENKOMST heeft uitwerking vanaf de datum van verzending van de PROJECTSPECIFIEKE VOORWAARDEN.
12.2. Met uitzondering van de toepassing van bepalingen die wegens hun aard ook na de beëindiging van de OVEREENKOMST onverkort blijven gelden, eindigt de OVEREENKOMST op het einde van de in de PROJECTSPECIFIEKE VOORWAARDEN vermelde periode.
12.3. Wijzigingen gelden vanaf de datum vastgesteld in de wederzijdse schriftelijke overeenkomst daartoe.
12.4. Elke PARTIJ kan door een gemotiveerd en aangetekend schrijven een eind stellen aan de OVEREENKOMST onder de modaliteiten bepaald door de OVEREENKOMST. Indien er meerdere PARTIJEN zijn, dient dit te geschieden in onderling overleg met de andere PARTIJEN, waarbij tevens de nodige maatregelen ten opzicht van de ONDERZOEKSPARTNERS moeten genomen worden. In het bijzonder kan het HERMESFONDS deze OVEREENKOMST voortijdig beëindigen na opschorting of ingeval van herziening van de SUBSIDIE in toepassing van artikelen 10 en 11 van deze ALGEMENE VOORWAARDEN INNOVATIESTEUN.
Artikel 13 Verklaringen en Garanties van de BEGUNSTIGDE
13.1. Elke PARTIJ heeft steeds alle redelijke inspanningen geleverd om alle wettelijke, reglementaire en gerechtelijke bepalingen en beschikkingen die op hem van toepassing zijn of waren correct na te leven. Elke PARTIJ beschikt naar beste weten tevens over alle vergunningen, erkenningen, concessies, toelatingen of andere (overheids)goedkeuringen die vereist zijn voor de wettige uitoefening van alle door hem gevoerde activiteiten. Elke PARTIJ oefent zijn activiteiten naar beste weten uit zonder schending van enige voorwaarde die in één of meerdere van bovenvermelde (overheids)goedkeuringen aan hem zou zijn opgelegd.
13.2. Elke PARTIJ heeft steeds alle redelijke inspanningen geleverd opdat de door hem gevoerde activiteiten (ongeacht of deze van commerciële, administratieve of ondersteunende of enige andere aard zijn) geen inbreuk uitmaken op aan derden toekomende octrooien, merkrechten, auteursrechten (inclusief rechten op software), handelsbenamingen, know how, formules of enig ander intellectueel eigendomsrecht binnen of buiten België.
Elke PARTIJ beschikt als eigenaar of rechtmatig gebruiker over alle octrooien, merkrechten, auteursrechten, handelsbenamingen, know how, formules en andere intellectuele eigendomsrechten die nodig of dienstig zijn voor de uitvoering van het PROJECT.
13.3. De bepalingen van artikel 13.1 en 13.2 gelden zowel op het moment van de totstandkoming als gedurende de volledige duur van de OVEREENKOMST en hebben in het bijzonder – doch niet uitsluitend – betrekking op de activiteiten gevoerd in het kader van het PROJECT.
13.4. Elke PARTIJ verklaart dat hij voor de uitvoering van het PROJECT of met betrekking tot de PROJECTRESULTATEN geen vennoot is in een stille handelsvennootschap.
13.5. Elke PARTIJ verklaart dat hij rechtsgeldig is opgericht en op datum van de ondertekening van deze overeenkomst beschikt over rechtspersoonlijkheid. Elke PARTIJ verklaart dat de persoon die in zijn naam en voor zijn rekening deze OVEREENKOMST tekent, de rechtsgeldige bevoegdheid heeft om hem te vertegenwoordigen en te verbinden.
13.6. De BEGUNSTIGDE staat ervoor in dat elke ONDERZOEKSPARTNER in de SAMENWERKINGSOVEREENKOMST in het kader van de algemene zorgvuldigheidsnorm een gelijkaardige verklaring zoals bedoeld in dit artikel 13 aflegt.
Artikel 14 Aansprakelijkheid en Geschillen
14.1. Het Belgisch recht is van toepassing op de OVEREENKOMST.
14.2. De uitvoering van deze OVEREENKOMST kan, in geen geval, voor het HERMESFONDS om het even welke aansprakelijkheid meebrengen voor de schade aan personen, goederen of bedrijven welke rechtstreeks of onrechtstreeks voortspruit uit de uitvoering van het PROJECT of uit de door de BEGUNSTIGDE gevoerde activiteiten en gestelde handelingen in het algemeen.
14.3. Behoudens in de gevallen voorzien in artikel 14.4 van deze ALGEMENE VOORWAARDEN INNOVATIESTEUN, zullen de PARTIJEN en het HERMESFONDS de geschillen die tussen hen ontstaan met betrekking tot de interpretatie en de uitvoering van deze overeenkomst, eerst in onderlinge verstandhouding pogen te regelen.
De meest gerede partij zal daartoe aan de andere partij bij aangetekend schrijven een aanbod tot regeling in der minne van het geschil formuleren. Dit aanbod bevat de precieze omschrijving van het geschil volgens de partij, de beschrijving van het standpunt van de partijen vanuit hetzelfde oogpunt, een voorstel omtrent de procedure en de timing om het geschil te kunnen beslechten, en de feiten en de elementen die, voor deze partij en wat haar betreft, kunnen bijdragen tot het tot stand komen van een gezamenlijke oplossing.
De partij die het aanbod doet, wordt van rechtswege geacht dit te doen onder alle voorbehoud en zonder afstand van rechten, tot wanneer de andere partij bevestigt het aanbod te aanvaarden.
De andere partij zal het aanbod met welwillendheid onderzoeken en desgevallend na rechtstreeks overleg met de eerste partij, haar beslissing mededelen over dit aanbod. Deze beslissing wordt bij aangetekend schrijven medegedeeld aan de eerste partij binnen de maand sinds de verzenddatum van het aanbod van de meest gerede partij.
De beslissing van de andere partij over het aanbod van de meest gerede partij wordt door haar gemotiveerd voor elk van de elementen die vervat zijn in het aanbod van de meest gerede partij.
Als de andere partij instemt met het aanbod, is er een akkoord tot minnelijke regeling: in dat geval zal geen van de partijen gedurende een periode van drie maanden sinds de verzenddatum van het aanbod van de meest gerede partij, het geschil voor beslechting voorleggen aan de bevoegde rechtbank en zullen de partijen in minnelijke regeling een oplossing voor het geschil uitwerken volgens de bepalingen van het akkoord. Bij ontstentenis van een akkoord kan elk van de partijen het geschil voor de bevoegde rechtbank brengen. De periode van drie maanden kan verlengd of ingekort worden bij onderling akkoord tussen partijen. Ze vervalt van rechtswege en zonder ingebrekestelling, indien één van de partijen de door haar aangegane verplichtingen in de procedure niet nakomt, of geen uitvoering geeft aan de regeling van het geschil die tot stand is gebracht.
14.4. De procedure voorzien in artikel 14.3 is niet van toepassing voor vorderingen van het HERMESFONDS tot terugvordering van niet-verschuldigde sommen of van andere bedragen die door de BEGUNSTIGDE en/of de rechtstreeks betrokken PARTIJ aan het HERMESFONDS verschuldigd zijn, wanneer hij niet binnen dertig dagen na het verzoek daartoe tot terugbetaling is overgegaan.
De procedure voorzien in artikel 14.3 kan ook niet ingeroepen worden bij de opschorting van de SUBSIDIE ingevolge de voorwaarde(n) in artikel 9, noch ingeval van toepassing van de beroepsprocedure vermeld in artikel 10.4. of de in xxxxxxx00.4, 2° alinea vermelde herziening van de SUBSIDIE op grond van formele vaststellingen door het HERMESFONDS.
14.5. Alleen de rechtbanken van Brussel zijn bevoegd om te oordelen over vorderingen betreffende geschillen met betrekking tot de OVEREENKOMST.
Artikel 15 Slotbepalingen
15.1. PARTIJEN komen uitdrukkelijk overeen dat de nietigheid of niet-uitvoerbaarheid van één of meerdere bepalingen van de OVEREENKOMST geen gevolgen heeft op de geldigheid of uitvoerbaarheid van de andere bepalingen ervan. Deze laatste bepalingen blijven dus onverminderd van kracht. PARTIJEN verbinden zich ertoe de nietige of niet-uitvoerbare bepalingen te vervangen door andere bepalingen of uitvoeringsmaatregelen waarmede zoveel als mogelijk de oorspronkelijke gemeenschappelijke bedoeling van de PARTIJEN wordt verwezenlijkt.
15.2. De beschrijvende woorden of zinnen aan de hoofding van de verschillende artikelen of onderdelen daarvan, zijn enkel opgenomen om de lezing van de OVEREENKOMST en verwijzingen naar bepalingen te vergemakkelijken. Zij zijn geen deel van de OVEREENKOMST en definiëren, beperken of beschrijven geenszins de draagwijdte of inhoud van het artikel of de paragraaf waarop zij betrekking hebben.
15.3. Een PARTIJ kan niet geacht worden afstand te hebben gedaan van een recht of aanspraak uit de OVEREENKOMST of betreffende een wanprestatie van de andere PARTIJ, tenzij deze afstand uitdrukkelijk wordt gedaan en schriftelijk wordt meegedeeld.
Indien een PARTIJ bij toepassing van de vorige paragraaf afstand doet van rechten of aanspraken onder de OVEREENKOMST die hun oorzaak vinden in een in gebreke blijven of andere wanprestatie van de andere PARTIJ, kan deze afstand nooit worden geïnterpreteerd als afstand van enig ander recht onder de OVEREENKOMST of betreffende een in gebreke blijven of andere wanprestatie van een andere PARTIJ, zelfs indien beide gevallen grote overeenkomst vertonen.
15.4. Alle BIJLAGEN maken deel uit van en vormen één integraal geheel met de OVEREENKOMST.
15.5. De OVEREENKOMST vervangt alle vroegere mondelinge, schriftelijke of stilzwijgende overeenkomsten en bescheiden tussen PARTIJEN voor zover deze betrekking hebben op het voorwerp van de OVEREENKOMST.
15.6. De OVEREENKOMST wordt door XXXXXXXXXXX ten overstaan van de BEGUNSTIGDE ten persoonlijke titel aangegaan. De rechten en verplichtingen voortvloeiend uit de OVEREENKOMST kunnen door BEGUNSTIGDE derhalve onder geen enkele vorm worden overgedragen zonder het voorafgaandelijk schriftelijk akkoord van HERMESFONDS. Deze onoverdraagbaarheid geldt eveneens in geval van overdracht onder algemene titel, zoals bij fusie, splitsing, inbreng van bedrijfstak of algemeenheid.
15.7. Wijzigingen aan de OVEREENKOMST dienen schriftelijk te geschieden en maken deel uit en vormen één integraal geheel met deze OVEREENKOMST.
15.8. Ingeval van tegenstrijdigheden of onverenigbaarheden in de OVEREENKOMST, hebben de PROJECTSPECIFIEKE VOORWAARDEN en eventuele later schriftelijk overeengekomen wijzigingen voorrang op deze ALGEMENE VOORWAARDEN INNOVATIESTEUN.