ALGEMENE VOORWAARDEN VERZEKERING
ALGEMENE VOORWAARDEN VERZEKERING
LICHTE VRACHTWAGEN
Inhoudstafel
Mobility Begripsomschrijvingen
Blz.
9
11
Artikel 1 : Begripsomschrijvingen 11
Titel 1 - Burgerlijke aansprakelijkheid 13
Titel 1.1 - Algemene bepalingen 13
Hoofdstuk 1 - De overeenkomst 13
Afdeling 1 - Door de verzekeringsnemer verplicht mee te delen
gegevens bij het sluiten van de overeenkomst 13
Artikel 2 : Mee te delen gegevens 13
Artikel 3 : Opzettelijk verzwijgen of onjuist meedelen 13
Artikel 4 : Onopzettelijk verzwijgen of onjuist meedelen 13
Afdeling 2 - Door de verzekeringsnemer verplicht mee te delen gegevens in de loop
van de overeenkomst 14
Artikel 5 : Informatieverplichting van de verzekeringsnemer 14
Artikel 6 : Aanmerkelijke en blijvende verzwaring van het risico 14
Artikel 7 : Aanmerkelijke en blijvende vermindering van het risico 15
Artikel 8 : Onbekende omstandigheden bij het sluiten van de overeenkomst 15
Artikel 9 : Verblijf in een andere lidstaat van de EER 15
Afdeling 3 - Wijzigingen inzake het omschreven motorrijtuig 15
Artikel 10 : Overdracht van eigendom 15
Artikel 11 : Diefstal of verduistering 16
Artikel 12 : Andere situaties van verdwijning van risico 17
Artikel 13 : Xxxxxxxxxxxxxxxx 00
Artikel 14 : Opvordering door de overheid 17
Afdeling 4 - Duur - premie - wijziging van verzekeringsvoorwaarden en premie 18
Artikel 15 : Duur van de overeenkomst 18
Artikel 16 : De betaling van de premie 18
Artikel 17 : Het verzekeringsbewijs 18
Artikel 18 : Niet-betaling van de premie 18
Artikel 19 : Wijziging van de premie 19
Artikel 20 : Wijziging van de verzekeringsvoorwaarden 19
Artikel 21 : Faillissement van de verzekeringsnemer 19
Artikel 22 : Overlijden van de verzekeringsnemer 20
Afdeling 5 - Schorsing van de overeenkomst 20
Artikel 23 : Tegenstelbaarheid van de schorsing 20
Artikel 24 : Wederinverkeerstelling van het omschreven motorrijtuig 20
Artikel 25 : In verkeerstelling van enig ander motorrijtuig 20
Afdeling 6 - Einde van de overeenkomst 20
Artikel 26 : Xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx 00
Artikel 27 : Opzeggingsmogelijkheden voor de verzekeringsnemer 21
Artikel 28 : Opzegging door de curator 22
Artikel 29 : Opzegging door de erfgenamen of legataris 22
Artikel 30 : Opzeggingsmogelijkheden voor de verzekeraar 22
Artikel 31 : Einde van de overeenkomst na schorsing 23
Hoofdstuk 2 - Schadegeval 24
Artikel 32 : Aangifte van het schadegeval 24
Artikel 33 : Erkenning van de aansprakelijkheid door de verzekerde 24
Artikel 34 : Prestatie van de verzekeraar bij schade 24
Artikel 35 : Strafrechtelijke vervolging 25
Hoofdstuk 3 - Verklaringen over de schadegevallen die zich hebben voorgedaan 26
Artikel 36 : Verplichting van de verzekeraar 26
Hoofdstuk 4 - Mededelingen 26
Artikel 37 : Bestemmeling van de mededelingen 26
Titel 1.2 - Bepalingen van toepassing op de waarborg wettelijke burgerrechtelijke aansprakelijkheid 27
Hoofdstuk 1 - De waarborg 27
Artikel 38 : Voorwerp van de verzekering 27
Artikel 39 : Territoriale dekking 27
Artikel 40 : Schadegeval in het buitenland 27
Artikel 41 : Verzekerde personen 27
Artikel 42 : Uitgesloten personen 27
Artikel 43 : Van vergoeding uitgesloten schade 28
Hoofdstuk 2 - Het recht van verhaal van de verzekeraar 29
Artikel 44 : Bepaling van de bedragen die kunnen verhaald worden 29
Artikel 45 : Verhaal op de verzekeringsnemer 29
Artikel 46 : Verhaal op de verzekerde 29
Artikel 47 : Verhaal op de verzekeringsnemer en de verzekerde 29
Artikel 48 : Verhaal op de dader of de burgerrechtelijk aansprakelijke 30
Artikel 49 : Toepassing van een vrijstelling 30
Titel 1.3 - Bepalingen van toepassing op de vergoeding van bepaalde
slachtoffers van verkeersongevallen 31
Hoofdstuk 1- De vergoedingsplicht 31
Afdeling 1 - Wettelijke basis 31
Artikel 50 : Vergoeding van zwakke weggebruikers 31
Artikel 51 : Vergoeding van onschuldige slachtoffers 31
Afdeling 2 - Territoriale afbakening van de vergoedingsplicht 31
Artikel 52 : Territoriale afbakening van de vergoedingsplicht van zwakke weggebruikers 31
Artikel 53 : Territoriale afbakening van de vergoedingsplicht van onschuldige slachtoffers 31
Artikel 54 : Van vergoeding uitgesloten schade 31
Hoofdstuk 2 - Het recht van verhaal van de verzekeraar 31
Artikel 55 : Verhaal op de verzekeringsnemer en de verzekerde 31
Titel 1.4 - Bepalingen van toepassing op de bijkomende wettelijke
waarborgen 32
Hoofdstuk 1 - De waarborgen 32
Artikel 56 : Tijdelijk vervangingsmotorrijtuig 32
Artikel 57 : Slepen van een motorrijtuig 33
Artikel 58 : Reinigen en herstellen van de binnenbekleding van het verzekerde motorrijtuig 33
Artikel 59 : Xxxxxxxxxxxx 00
Artikel 60 : Territoriale dekking 33
Artikel 61 : Schadegeval in het buitenland 33
Artikel 62 : Uitsluitingen 33
Hoofdstuk 2 - Het recht van verhaal van de verzekeraar 34
Artikel 63 : Verhaal en vrijstelling 34
Hoofdstuk 3 - Bepalingen van toepassing op de vergoeding van bepaalde slachtoffers van verkeersongevallen 34
Artikel 64 : Tijdelijk vervangingsmotorrijtuig 34
Titel 1.5 - Aanvullende bepalingen inzake de waarborg burgerlijke
aansprakelijkheid 35
Hoofdstuk 1 - De premiebepaling 35
Artikel 65 : Premiebepaling a priori 35
Artikel 66 : Premiebepaling a posteriori 35
Hoofdstuk 2 - Xx Xxx-xxxxxxxx 00
Artikel 67 : Voorwerp van de waarborg 37
Artikel 68 : Xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx 00
Artikel 69 : Xxxxxx xxx xx xxxxxxxx 00
Artikel 70 : Vaststelling van de schade 38
Artikel 71 : Wat is niet verzekerd? 38
Xxxxxxxxx 0 - Xx xxxxxxxx Europa 39
Artikel 72 : Wie is verzekerd? 39
Artikel 73 : Territoriale geldigheid 39
Artikel 74 : Voorwerp van de waarborg 39
Artikel 75 : Principe van schadeloosstelling 39
Artikel 76 : Wat is niet verzekerd? 39
Artikel 77 : Vaststelling van de schadevergoeding en voorschot op verhaal 40
Artikel 78 : Schadegevallen 40
Artikel 79 : Xxxxxxxxxx 00
Artikel 80 : Administratieve bepalingen 41
Titel 2 - De verzekering rechtsbijstand en rechtsbijstand plus 42
Hoofdstuk 1 - Verzekering rechtsbijstand 42
Artikel 1 : Territoriale dekking 42
Artikel 2 : Voorwerp van de verzekering 42
Artikel 3 : Aard van de vergoeding 42
Artikel 4 : Xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx 00
Artikel 5 : Wat is niet verzekerd? 43
Hoofdstuk 2 - Verzekering rechtsbijstand plus 44
Artikel 6 : Territoriale dekking 44
Artikel 7 : Voorwerp van de verzekering 44
Artikel 8 : Aard en omvang van de vergoeding 44
Artikel 9 : Xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx 00
Artikel 10 : Wat is niet verzekerd? 46
Hoofdstuk 3 - Gemeenschappelijke bepalingen 46
Artikel 11 : Schadegevallen 46
Artikel 12 : Procedure 47
Artikel 13 : Objectiviteit 47
Artikel 14 : Belangenconflicten 47
Artikel 15 : Xxxxxxxxxx 00
Artikel 16 : Administratieve bepalingen 48
Titel 3 - Verzekering van de bestuurder 49
Artikel 1 : Territoriale dekking 49
Artikel 2 : Voorwerp van de verzekering 49
Artikel 3 : Aard en omvang van de vergoedingen 49
Artikel 4 : Wat is niet verzekerd? 49
Artikel 5 : Omschrijving van de vergoeding en voorschot op verhaal 50
Artikel 6 : Schadegevallen 50
Artikel 7 : Xxxxxxxxxx 00
Artikel 8 : Administratieve bepalingen 51
Titel 4 - Mobility Maxi 52
Artikel 1 : Territoriale dekking 52
Artikel 2 : Voorwerp van de verzekering 52
Artikel 3 : Wat is niet verzekerd? 52
Artikel 4 : Xxxxxxxxxx 00
Artikel 5 : Administratieve bepalingen 53
Titel 5 - Verzekering Mini Omnium en Mini Omnium Plus 54
Hoofdstuk 1 - Verzekering Mini Omnium 54
Artikel 1 : Xxxxxxxxxx xxxxxxxxxx 00
Artikel 2 : De waarborg brand 54
Artikel 3 : De waarborg diefstal 54
Artikel 4 : De waarborg glasbreuk 55
Artikel 5 : De waarborg natuurkrachten en aanraking met dieren 56
Artikel 6 : Diverse kosten 56
Artikel 7 : Herstellingen, totaal verlies en berekeningen van de schadevergoeding 56
Hoofdstuk 2 - Verzekering Mini Omnium Plus 57
Artikel 8 : Xxxxxxxxxx xxxxxxxxxx 00
Artikel 9 : De waarborg brand 57
Artikel 10 : De waarborg diefstal 57
Artikel 11 : De waarborg glasbreuk 58
Artikel 12 : De waarborg natuurkrachten en aanraking met dieren 59
Artikel 13 : De waarborg totaal verlies 59
Artikel 14 : Diverse kosten 60
Artikel 15 : Herstellingen, totaal verlies en berekeningen van de schadevergoeding 60
Hoofdstuk 3 - Gemeenschappelijke bepalingen 62
Artikel 16 : Territoriale dekking 62
Artikel 17 : De premie 62
Artikel 18 : De verzekerde waarde 62
Artikel 19 : Xxxxxxxxxxxxxx 00
Artikel 20 : Tijdelijk vervangingsmotorrijtuig 63
Artikel 21 : Wat is niet verzekerd? 63
Artikel 22 : Schadegevallen 63
Artikel 23 : Administratieve bepalingen 64
Titel 6 - Verzekering Omnium en Omnium Plus 65
Hoofdstuk 1 - Verzekering Omnium 65
Artikel 1 : Xxxxxxxxxx xxxxxxxxxx 00
Artikel 2 : De waarborg brand 65
Artikel 3 : De waarborg diefstal 65
Artikel 4 : De waarborg glasbreuk 66
Artikel 5 : De waarborg natuurkrachten en aanraking met dieren 67
Artikel 6 : De waarborg stoffelijke schade 67
Artikel 7 : Diverse kosten 68
Artikel 8 : Herstellingen, totaal verlies en berekeningen van de schadevergoeding 68
Hoofdstuk 2 - Verzekering Omnium Plus 69
Artikel 9 : Xxxxxxxxxx xxxxxxxxxx 00
Artikel 10 : De waarborg brand 70
Artikel 11 : De waarborg diefstal 70
Artikel 12 : De waarborg glasbreuk 72
Artikel 13 : De waarborg natuurkrachten en aanraking met dieren 72
Artikel 14 : De waarborg stoffelijke schade 73
Artikel 15 : Diverse kosten 74
Artikel 16 : Herstellingen, totaal verlies en berekeningen van de schadevergoeding 74
Hoofdstuk 3 - Gemeenschappelijke bepalingen 75
Artikel 17 : Territoriale dekking 75
Artikel 18 : De premie 75
Artikel 19 : De verzekerde waarde 76
Artikel 20 : Xxxxxxxxxxxxxx 00
Artikel 21 : Tijdelijk vervangingsmotorrijtuig 76
Artikel 22 : Wat is niet verzekerd? 76
Artikel 23 : Schadegevallen 77
Artikel 24 : Administratieve bepalingen 77
Titel 7 - Algemene administratieve bepalingen 78
Artikel 1 : Toepasselijk recht en rechtsmacht 78
Artikel 2 : Controleautoriteiten en klachtenbeheer 78
Artikel 3 : Onbetaalde premies en administratieve kosten 78
Artikel 4 : Rangorde van de voorwaarden 79
Artikel 5 : Wijzen van communicatie en talen 79
Artikel 6 : Vergoeding ontvangen door Ethias-medewerkers betrokken bij de distributie
van verzekeringen 79
Mobility
De motorrijtuigenverzekering van Ethias wil de mobiliteit van haar verzekerden waarborgen. Juist daarom omvat de verzekering burgerlijke aansprakelijkheid bij Ethias gratis en automatisch de nodige Mobility-voordelen:
• Ethias is 24 uur per dag bereikbaar voor iedereen die de verzekering burgerlijke aansprakelijkheid motorrijtuigen van Ethias afgesloten heeft.
Na een verkeersongeval in België, het Groothertogdom Luxemburg of tot maximum 50 km buiten de Belgische grenzen met de andere buurlanden, volstaat het om het nummer 011 28 24 00 te vormen om een gratis bijstand te genieten. Ongeacht of de verzekerde « in fout » is of niet. Ethias staat in voor het wegslepen van het beschadigd motorrijtuig en zorgt ervoor dat de passagiers veilig terug thuis gebracht worden.
De prestaties in het kader van de assistance-waarborgen worden door IMA BENELUX (waarvan de hoofdzetel gevestigd is in het Parc d’Affaires Zénobe Gramme, Square des Conduites d’Eau 11-12 in 4020 LUIK) georganiseerd voor rekening van Ethias nv. Ze worden toevertrouwd aan de dienst Ethias Assistance van
IMA BENELUX.
Bovendien kan de verzekeringsnemer een vervangingsmotorrijtuig* bekomen indien deze onbetwistbaar in zijn/ haar recht** is of een verzekering volledige omnium afgesloten heeft en hij/zij de herstelling laat uitvoeren bij een door Ethias erkend hersteller.
Indien de verzekeringsnemer de herstelling toevertrouwt aan een door Ethias erkende hersteller***, heeft hij/zij nog een aantal bijkomende voordelen:
• de contractuele vrijstelling voor de motorrijtuigen (behalve bijzondere contractuele bepalingen) wordt verminderd of is niet van toepassing;
• toepassing van het « derde betaler » systeem;
• het voorzien van een vervangingsmotorrijtuig* gedurende de duurtijd van de herstelling van het motorrijtuig of gedurende zes dagen in geval van totaal verlies.
Het Customer center schade van Ethias, dat bereikbaar is op 011 28 24 00 verstrekt de verzekerde alle relevante inlichtingen en begeleidt hem/haar bij de schadeafhandeling. Daarenboven stelt Ethias de verzekerde steeds in het bezit van het standaard Europees aanrijdingsformulier.
(*) Ethias waarborgt het ter beschikking stellen van een vervangingsmotorrijtuig van de categorie A of B. (**) Op basis van de toepassing van de overeenkomst directe regeling (RDR).
(***) Contacteer Ethias bij een schadegeval om te checken of de gekozen garagist deel uitmaakt van haar uitgebreid netwerk van erkende herstellers.
9
10
Begripsomschrijvingen
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
Voor de toepassing van deze overeenkomst wordt verstaan onder:
1. de verzekeraar: de verzekeringsonderneming waarmee de overeenkomst gesloten wordt zijnde, Ethias nv, xxx xxx Xxxxxxxxx 00, 0000 Xxxx
Verzekeringsonderneming toegelaten onder het nr. 0196 voor de beoefening van alle verzekeringstakken Niet-Leven, de levensverzekeringen, de bruidsschats- en geboorteverzekeringen (KB van 4 en 13 juli 1979, BS van 14 juli 1979) alsook de kapitalisatieverrichtingen (Beslissing CBFA van 9 januari 2007,
BS van 16 januari 2007)
RPR Luik BTW BE 0404.484.654 Rekening Belfius Bank: XX00 0000 0000 0000 BIC: XXXXXXXX
2. de verzekeringsnemer:
de persoon die de overeenkomst met de verzekeraar sluit;
3. de verzekerde:
• voor de waarborg Burgerlijke Aansprakelijkheid: iedere persoon van wie de aansprakelijkheid door de overeenkomst gedekt is;
• voor de verzekering Rechtsbijstand en Rechtsbijstand Plus:
- de verzekeringsnemer;
- de eigenaar van het verzekerde motorrijtuig;
- de toegelaten bestuurder van het verzekerde motorrijtuig en de personen die gratis in het verzekerde motorrijtuig worden vervoerd;
- de partner en de inwonende kinderen van de toegelaten bestuurder van het verzekerde motorrijtuig die is overleden tengevolge van een verzekerd schadegeval, op voorwaarde dat de verdediging van hun belangen betrekking heeft op de schadeloosstelling van het nadeel dat direct voortvloeit uit het overlijden;
• voor de Verzekering van de bestuurder: de toegelaten bestuurder van het verzekerde motorrijtuig, met uitsluiting van de garagehouder en de personen, alsook hun aangestelden, die een beroep uitoefenen dat betrekking heeft op de verkoop, de herstelling, het slepen of de technische controle op motorrijtuigen,wanneer zij omwille van hun beroepsactiviteiten het motorrijtuig kregen toevertrouwd;
• voor de verzekering Mobility Maxi: de verzekeringsnemer of de eigenaar van het omschreven motorrijtuig;
• voor de verzekering Mini Omnium, Mini Omnium Plus, Omnium en Omnium Plus: de verzekeringsnemer, de eigenaar, de houder en toegelaten bestuurder van het verzekerde motorrijtuig. Nochtans zijn alleen de eigenaar (of de door hem aangeduide persoon) of, bij zijn ontstentenis, zijn rechthebbenden bevoegd om enige schade-eis in te dienen of om enige schadevergoeding krachtens deze verzekering te ontvangen.
4. de benadeelde : de persoon die schade heeft geleden welke aanleiding geeft tot toepassing van de overeenkomst alsook zijn rechthebbenden;
5. een motorrijtuig: rijtuig, bestemd om zich over de grond te bewegen en die door een mechanische kracht kan worden gedreven zonder aan spoorstaven te zijn gebonden, ongeacht het type van aandrijvingskracht of de maximale snelheid;
6. de aanhangwagen: elk rijtuig dat uitgerust en bestemd is om door een ander rijtuig te worden voortbewogen;
7. het omschreven motorrijtuig:
a) het motorrijtuig dat in de overeenkomst omschreven is; al wat eraan gekoppeld is, wordt beschouwd als een deel ervan;
b) de niet-gekoppelde aanhangwagen die in de overeenkomst omschreven is;
11
8. het verzekerde motorrijtuig:
inzake burgerlijke aansprakelijkheid:
a) het omschreven motorrijtuig;
b) volgens de in de overeenkomst vermelde voorwaarden en beperkingen:
- het tijdelijke vervangingsmotorrijtuig, gebruikt conform artikel 56 van de bijlage bij het KB betreffende de minimumvoorwaarden voor de verplichte aansprakelijkheidsverzekering inzake motorrijtuigen
(KB van 16 april 2018);
- het omschreven motorrijtuig dat in eigendom werd overgedragen en het motorrijtuig dat in vervanging komt van dit motorrijtuig.
Al wat aan voornoemde motorrijtuigen gekoppeld is, wordt beschouwd als een deel ervan.
inzake de verzekering Rechtsbijstand:
a) het omschreven motorrijtuig;
b) volgens de in de overeenkomst vermelde voorwaarden en beperkingen:
- het omschreven motorrijtuig dat in eigendom werd overgedragen en het motorrijtuig dat in vervanging komt van dit motorrijtuig;
inzake de verzekering Rechtsbijstand Plus en de Verzekering van de bestuurder:
a) het omschreven motorrijtuig;
b) volgens de in de overeenkomst vermelde voorwaarden en beperkingen:
- het tijdelijke vervangingsmotorrijtuig, gebruikt conform artikel 56 van de bijlage bij het KB betreffende de minimumvoorwaarden voor de verplichte aansprakelijkheidsverzekering inzake motorrijtuigen
(KB van 16 april 2018);
- het omschreven motorrijtuig dat in eigendom werd overgedragen en het motorrijtuig dat in vervanging komt van dit motorrijtuig;
inzake de verzekering Mini Omnium, Mini Omnium Plus, Omnium en Omnium Plus met uitzondering evenwel van de waarborgen brand en diefstal:
a) het omschreven motorrijtuig;
b) volgens de in de overeenkomst vermelde voorwaarden en beperkingen:
- het tijdelijke vervangingsmotorrijtuig, gebruikt conform artikel 56 van de bijlage bij het KB betreffende de minimumvoorwaarden voor de verplichte aansprakelijkheidsverzekering inzake motorrijtuigen
(KB van 16 april 2018);
inzake de waarborgen brand en diefstal binnen de verzekering Mini Omnium, Mini Omnium Plus, Omnium en Omnium Plus: het omschreven motorrijtuig;
9. het schadegeval: ieder feit dat schade veroorzaakt heeft en dat aanleiding kan geven tot de toepassing van de overeenkomst;
10. het verzekeringsbewijs: het document dat de verzekeraar aan de verzekeringsnemer geeft als bewijs van verzekering overeenkomstig de geldende wetgeving;
11. de Dienst Rechtsbijstand: interne dienst van Ethias, belast met de regeling van schadegevallen inzake de waarborgen Rechtsbijstand en Rechtsbijstand Plus in het kader van een gescheiden beheer conform de geldende bepalingen.
12
Titel 1
Burgerlijke aansprakelijkheid
Titel 1.1
Algemene bepalingen
Hoofdstuk 1 De overeenkomst
Afdeling 1
Door de verzekeringsnemer verplicht mee te delen gegevens bij het sluiten van de overeenkomst
Artikel 2 Mee te delen gegevens
De verzekeringsnemer is verplicht bij het sluiten van de overeenkomst alle hem bekende omstandigheden nauwkeurig mee te delen die hij redelijkerwijs moet beschouwen als gegevens die van invloed kunnen zijn op de beoordeling van het risico door de verzekeraar. Hij moet de verzekeraar echter geen omstandigheden meedelen die deze laatste reeds kende of redelijkerwijs had moeten kennen. Indien op sommige schriftelijke vragen van
de verzekeraar niet is geantwoord, en indien deze toch de overeenkomst heeft gesloten, kan de verzekeraar zich, behalve in geval van bedrog, later niet meer op dat verzuim beroepen.
Artikel 3 Opzettelijk verzwijgen of opzettelijk onjuist meedelen
§1. Nietigheid van de overeenkomst
Wanneer het opzettelijk verzwijgen of het opzettelijk onjuist meedelen van gegevens over het risico de verzekeraar misleidt bij de beoordeling van dat risico, kan de verzekeraar de nietigheid van de overeenkomst vragen.
Wanneer de nietigheid is uitgesproken, komen de premies, die vervallen zijn tot op het ogenblik waarop de verzekeraar kennis heeft gekregen van het opzettelijk verzwijgen of het opzettelijk onjuist meedelen van gegevens over het risico, hem toe.
§2. Verhaal van de verzekeraar
Wanneer het opzettelijk verzwijgen of het opzettelijk onjuist meedelen van gegevens over het risico de verzekeraar misleidt bij de beoordeling van dat risico, heeft de verzekeraar een recht van verhaal op de verzekeringsnemer overeenkomstig de artikelen 45, 2°, 55 en 63.
Artikel 4 Onopzettelijk verzwijgen of onopzettelijk onjuist meedelen
§1. Wijziging van de overeenkomst
Wanneer het verzwijgen of het onjuist meedelen van gegevens niet opzettelijk geschiedt, is de overeenkomst niet nietig.
De verzekeraar stelt, binnen de termijn van een maand, te rekenen van de dag waarop hij van het verzwijgen of van het onjuist meedelen van gegevens kennis heeft gekregen, voor de overeenkomst te wijzigen met uitwerking op de dag waarop hij kennis heeft gekregen van het verzwijgen of van het onjuist meedelen.
§2. Opzegging van de overeenkomst
Indien het voorstel tot wijziging van de overeenkomst door de verzekeringsnemer wordt geweigerd of indien, na het verstrijken van de termijn van een maand te rekenen vanaf de ontvangst van dit voorstel, dit laatste niet aanvaard wordt, kan de verzekeraar de overeenkomst opzeggen binnen vijftien dagen, overeenkomstig de artikelen 26 en 30, § 5, eerste lid, 1°.
Indien de verzekeraar het bewijs levert dat hij het risico nooit zou hebben verzekerd, kan hij de overeenkomst opzeggen binnen de termijn van een maand, te rekenen van de dag waarop hij van het verzwijgen of van het onjuist meedelen van gegevens kennis heeft gekregen, overeenkomstig de artikelen 26 en 30, § 5, eerste
lid, 1°.
§3. Gebrek aan reactie van de verzekeraar
De verzekeraar die binnen de in de vorige paragrafen bepaalde termijnen de overeenkomst niet heeft opgezegd, noch een wijziging heeft voorgesteld, kan zich nadien niet meer beroepen op feiten die hem bekend waren.
13
§4. Verhaal van de verzekeraar
Wanneer het onopzettelijk verzwijgen of het onopzettelijk onjuist meedelen van gegevens over het risico aan de verzekeringsnemer kan verweten worden, heeft de verzekeraar een recht van verhaal op de verzekeringsnemer overeenkomstig de artikelen 45, 3° en 63.
Afdeling 2
Door de verzekeringsnemer verplicht mee te delen gegevens in de loop van de overeenkomst
Artikel 5 Informatieverplichting van de verzekeringsnemer
De verzekeringsnemer is verplicht aan de verzekeraar mede te delen:
1° de overdracht van eigendom onder levenden van het omschreven motorrijtuig;
2° de kenmerken van het motorrijtuig dat in vervanging komt van het omschreven motorrijtuig, behoudens deze van het tijdelijk vervangingsmotorrijtuig bedoeld in artikel 56;
3° de inschrijving van het omschreven motorrijtuig in een ander land;
4° het in het verkeer brengen van het omschreven of enig ander motorrijtuig tijdens de schorsing van de overeenkomst;
5° iedere wijziging van adres;
6° de gegevens bedoeld in de artikelen 6, 7 en 8.
Artikel 6 Aanmerkelijke en blijvende verzwaring van het risico
§1. Mee te delen gegevens
In de loop van de overeenkomst heeft de verzekeringsnemer de verplichting, om onder de voorwaarden van artikel 2 de nieuwe omstandigheden of de wijzigingen van de omstandigheden aan te geven die van aard zijn om een aanmerkelijke en blijvende verzwaring van het risico dat het verzekerde voorval zich voordoet,
te bewerkstelligen.
§2. Wijziging van de overeenkomst
Wanneer het risico dat het verzekerde voorval zich voordoet dermate verzwaard is dat de verzekeraar, indien die verzwaring bij het sluiten van de overeenkomst had bestaan, onder andere voorwaarden zou hebben verzekerd, moet hij binnen een termijn van een maand, te rekenen vanaf de dag waarop hij van de verzwaring kennis
heeft gekregen, de wijziging van de overeenkomst voorstellen met terugwerkende kracht tot de dag van de verzwaring.
§3. Opzegging van de overeenkomst
Indien het voorstel tot wijziging van de overeenkomst door de verzekeringsnemer wordt geweigerd of indien, bij het verstrijken van een termijn van een maand te rekenen vanaf de ontvangst van dit voorstel, dit laatste niet wordt aanvaard, kan de verzekeraar de overeenkomst opzeggen binnen vijftien dagen, overeenkomstig de artikelen 26 en 30, § 5, eerste lid, 2°.
Indien de verzekeraar het bewijs levert dat hij het verzwaarde risico in geen geval zou hebben verzekerd, kan hij de overeenkomst opzeggen binnen de termijn van een maand, te rekenen vanaf de dag waarop hij van de verzwaring kennis heeft gekregen overeenkomstig de artikelen 26 en 30, § 5, eerste lid, 2°.
§4. Gebrek aan reactie van de verzekeraar
De verzekeraar die, binnen de in de vorige paragrafen bepaalde termijnen, de overeenkomst niet heeft opgezegd, noch een wijziging heeft voorgesteld, kan zich nadien niet meer beroepen op de verzwaring van het risico.
§5. Verhaal van de verzekeraar
Wanneer het opzettelijk verzwijgen of het opzettelijk onjuist meedelen van gegevens over het risico de verzekeraar misleidt bij de beoordeling van dat risico heeft hij een recht van verhaal op de verzekeringsnemer overeenkomstig de artikelen 45, 2° en 63.
Wanneer het onopzettelijk verzwijgen of het onopzettelijk onjuist meedelen van gegevens over het risico aan de verzekeringsnemer kan verweten worden, heeft de verzekeraar een recht van verhaal op de verzekeringsnemer overeenkomstig de artikelen 45, 3° en 63.
14
Artikel 7 Aanzienlijke en blijvende vermindering van het risico
§1. Wijziging van de overeenkomst
Wanneer in de loop van de overeenkomst, het risico dat het verzekerde voorval zich voordoet, aanzienlijk en blijvend verminderd is en wel zo dat de verzekeraar, indien die vermindering bij het sluiten van de overeenkomst had bestaan, onder andere voorwaarden zou hebben verzekerd, staat hij een dienovereenkomstige vermindering van de premie toe vanaf de dag waarop hij van de vermindering van het risico kennis heeft gekregen.
§2. Opzegging van de overeenkomst
Indien beide partijen het over de nieuwe premie niet eens worden binnen een maand na de aanvraag tot vermindering door de verzekeringsnemer, kan deze laatste de overeenkomst opzeggen overeenkomstig de artikelen 26 en 27, § 7.
Artikel 8 Onbekende omstandigheden bij het sluiten van de overeenkomst
Wanneer gedurende de loop van de verzekering een omstandigheid bekend wordt die beide partijen op het ogenblik van het sluiten van de overeenkomst onbekend was, worden de artikelen 6 en 7 toegepast, voor zover die omstandigheid een vermindering of een verzwaring van het verzekerde risico tot gevolg heeft.
Artikel 9 Verblijf in een andere lidstaat van de europese economische ruimte
Geen enkel verblijf van het omschreven motorrijtuig in een andere lidstaat van de Europese Economische Ruimte gedurende de duur van de overeenkomst kan worden aanzien als een verzwaring of een vermindering van risico bedoeld in de artikelen 6 en 7 en geeft geen aanleiding tot wijziging van de overeenkomst.
Van zodra het omschreven motorrijtuig ingeschreven is in een andere staat dan België is de overeenkomst van rechtswege beëindigd.
Afdeling 3 Wijzigingen inzake het omschreven motorrijtuig
Artikel 10 Overdracht van de eigendom
§1. Overdracht van de eigendom onder levenden zonder vervanging van het omschreven motorrijtuig
Indien bij overdracht van de eigendom onder levenden van het omschreven motorrijtuig dit motorrijtuig niet vervangen wordt binnen een termijn van zestien dagen vanaf de dag volgend op de overdracht of binnen die termijn de vervanging niet wordt gemeld, is de overeenkomst geschorst vanaf de dag volgend op het verstrijken van voornoemde termijn en worden de artikelen 23 tot en met 25 toegepast.
De premie blijft aan de verzekeraar verworven tot op het ogenblik dat de overdracht van eigendom aan hem ter kennis wordt gebracht.
Indien het overgedragen motorrijtuig aan het verkeer deelneemt onder de kentekenplaat die het vóór de overdracht droeg, zelfs op ongeoorloofde wijze, blijft de dekking voor dit motorrijtuig verworven gedurende voornoemde termijn van zestien dagen, voor zover geen enkele andere verzekering hetzelfde risico dekt.
De verzekeraar kan evenwel verhaal uitoefenen overeenkomstig artikelen 44 en 48 indien de schade berokkend wordt door een verzekerde andere dan:
1° de verzekeringsnemer;
2° alle personen die bij de verzekeringsnemer inwonen, met inbegrip van zij die om studieredenen buiten het hoofdverblijf van de verzekeringsnemer verblijven.
Indien het om een rechtspersoon gaat, is de verzekeringsnemer, bedoeld in vorig lid, de gemachtigde bestuurder.
§2. Overdracht van de eigendom onder levenden met vervanging van het omschreven motorrijtuig door een motorrijtuig dat geen eigendom is van de verzekeringsnemer of van de eigenaar van het overgedragen motorrijtuig
Bij vervanging van het overgedragen motorrijtuig door een motorrijtuig dat geen eigendom is van de verzekeringsnemer of van de eigenaar van het overgedragen motorrijtuig gelden voor het overgedragen motorrijtuig de bepalingen van paragraaf 1.
Voor het motorrijtuig dat in vervanging komt, biedt de overeenkomst geen dekking behoudens akkoord tussen de verzekeraar en de verzekeringsnemer.
15
§3. Overdracht van de eigendom onder levenden met vervanging van het omschreven motorrijtuig door een motorrijtuig dat eigendom is van de verzekeringsnemer of van de eigenaar van het overgedragen motorrijtuig
Indien bij overdracht van de eigendom onder levenden van het omschreven motorrijtuig dit motorrijtuig vóór schorsing van de overeenkomst vervangen wordt door een motorrijtuig dat eigendom is van de
verzekeringsnemer of van de eigenaar van het overgedragen motorrijtuig, blijft de dekking verworven voor het overgedragen motorrijtuig, overeenkomstig paragraaf 1 gedurende de termijn van zestien dagen vanaf de dag volgend op de overdracht van de eigendom van het omschreven motorrijtuig.
Dezelfde dekking van zestien dagen is eveneens aan alle verzekerden verworven voor het motorrijtuig dat in vervanging komt en dat deelneemt aan het verkeer onder de kentekenplaat van het overgedragen motorrijtuig, zelfs op ongeoorloofde wijze.
Deze dekkingen zijn verworven zonder enige mededeling.
Bij mededeling van de vervanging van het motorrijtuig binnen voornoemde termijn van zestien dagen blijft de overeenkomst bestaan overeenkomstig de verzekeringsvoorwaarden, met inbegrip van het tarief, van toepassing bij de verzekeraar op het ogenblik van de vervanging en in functie van het nieuwe risico.
Indien de verzekeringsnemer de verzekeringsvoorwaarden, met inbegrip van de premie, niet aanvaardt, dient hij de overeenkomst op te zeggen overeenkomstig de artikelen 26 en 27, § 9.
Indien de verzekeraar het bewijs levert dat het nieuwe risico kenmerken vertoont die niet vallen binnen zijn aanvaardingscriteria die gelden op het moment van de vervanging van het motorrijtuig, kan hij de overeenkomst opzeggen overeenkomstig de artikelen 26 en 30, § 11.
In geval van opzegging blijven de verzekeringsvoorwaarden, met inbegrip van de premie, die van toepassing waren vóór de vervanging van het motorrijtuig gelden tot op het ogenblik dat de opzegging ingaat.
§4. Overdracht van de eigendom van het omschreven motorrijtuig bij overlijden van de verzekeringsnemer
In geval van overdracht van de eigendom van het omschreven motorrijtuig bij overlijden van de verzekeringsnemer blijft de overeenkomst bestaan overeenkomstig artikel 22.
Artikel 11 Diefstal of verduistering
§1. Diefstal of verduistering van het omschreven motorrijtuig zonder vervanging
Indien het omschreven motorrijtuig gestolen of verduisterd is en niet vervangen wordt, kan de verzekeringsnemer vragen om de overeenkomst te schorsen. In dat geval gaat de schorsing in vanaf de datum van aanvraag maar ten vroegste na het verstrijken van een termijn van zestien dagen vanaf de dag volgend op de diefstal of verduistering en worden de artikelen 23 tot en met 25 toegepast.
De premie blijft aan de verzekeraar verworven tot op het ogenblik van de inwerkingtreding van de schorsing.
Indien de schorsing niet gevraagd wordt, blijft de dekking verworven ten aanzien van het gestolen of verduisterde motorrijtuig behalve voor de schade veroorzaakt door personen die zich door diefstal, geweldpleging of heling de macht over het verzekerde motorrijtuig hebben verschaft.
§2. Diefstal of verduistering van het omschreven motorrijtuig met vervanging door een motorrijtuig dat geen eigendom is van de verzekeringsnemer
Bij vervanging van het gestolen of verduisterde motorrijtuig door een motorrijtuig dat geen eigendom is van de verzekeringsnemer of van de eigenaar van het gestolen of verduisterde motorrijtuig geldt paragraaf 1.
Voor het motorrijtuig dat in vervanging komt biedt deze overeenkomst geen dekking behoudens akkoord tussen de verzekeraar en de verzekeringsnemer.
§3. Diefstal of verduistering van het omschreven motorrijtuig met vervanging door een motorrijtuig dat eigendom is van de verzekeringsnemer
Indien het omschreven motorrijtuig gestolen of verduisterd is en vóór schorsing van de overeenkomst vervangen wordt door een motorrijtuig dat eigendom is van de verzekeringsnemer of van de eigenaar van het gestolen of verduisterde motorrijtuig, blijft de dekking verworven voor het gestolen of verduisterde motorrijtuig, behalve voor de schade veroorzaakt door de personen die zich door diefstal, geweldpleging of heling de macht over het verzekerde motorrijtuig hebben verschaft. In geval van opzegging van de overeenkomst vervalt deze dekking op het ogenblik dat de opzegging van de overeenkomst ingaat.
Bij mededeling van de vervanging van het motorrijtuig blijft de overeenkomst bestaan voor het motorrijtuig dat in vervanging komt van het gestolen of verduisterde motorrijtuig, overeenkomstig de verzekeringsvoorwaarden, met inbegrip van het tarief, van toepassing bij de verzekeraar op het ogenblik van de vervanging en in functie van het nieuwe risico.
16
Indien de verzekeringsnemer de verzekeringsvoorwaarden, met inbegrip van de premie, niet aanvaardt, dient hij de overeenkomst op te zeggen overeenkomstig de artikelen 26 en 27, § 9.
Indien de verzekeraar het bewijs levert dat het nieuwe risico kenmerken vertoont die niet vallen binnen zijn aanvaardingscriteria die gelden op het moment van de vervanging van het motorrijtuig, kan hij de overeenkomst opzeggen overeenkomstig de artikelen 26 en 30, § 11.
In geval van opzegging blijven de verzekeringsvoorwaarden, met inbegrip van de premie, die van toepassing waren vóór de vervanging van het motorrijtuig gelden tot op het ogenblik dat de opzegging ingaat.
Artikel 12 Andere situaties van verdwijning van risico
§1. Verdwijning van het risico zonder vervanging van het omschreven motorrijtuig
Indien het risico niet meer bestaat en het omschreven motorrijtuig niet vervangen wordt, kan de verzekeringsnemer vragen om de overeenkomst te schorsen. In dat geval gaat de schorsing in op datum van de mededeling en worden de artikelen 23 tot en met 25 toegepast, behoudens in de gevallen van overdracht van eigendom, diefstal of verduistering van het omschreven motorrijtuig bedoeld in de artikelen 10 en 11.
§2. Verdwijning van het risico met vervanging van het omschreven motorrijtuig door een motorrijtuig dat geen eigendom is van de verzekeringsnemer
Na mededeling van de vervanging van het omschreven motorrijtuig door een motorrijtuig dat geen eigendom is van de verzekeringsnemer of van de eigenaar van het omschreven motorrijtuig vóór de schorsing van de overeenkomst, biedt deze overeenkomst geen dekking behoudens akkoord tussen de verzekeraar en de verzekeringsnemer.
§3. Verdwijning van het risico met vervanging van het omschreven motorrijtuig door een motorrijtuig dat eigendom is van de verzekeringsnemer
Na mededeling van de vervanging van het omschreven motorrijtuig door een motorrijtuig dat eigendom is van de verzekeringsnemer of van de eigenaar van het omschreven motorrijtuig vóór de schorsing van de overeenkomst, gaat de dekking slechts over op het motorrijtuig dat in vervanging komt op het door de verzekeringsnemer gewenste ogenblik. Op hetzelfde ogenblik eindigt de dekking ten aanzien van het omschreven motorrijtuig.
Met betrekking tot het motorrijtuig dat in vervanging komt, blijft de overeenkomst bestaan overeenkomstig de verzekeringsvoorwaarden, met inbegrip van het tarief, van toepassing bij de verzekeraar op het ogenblik van de vervanging en in functie van dit nieuwe risico.
Indien de verzekeringsnemer de verzekeringsvoorwaarden, met inbegrip van de premie, niet aanvaardt, dient hij de overeenkomst op te zeggen overeenkomstig de artikelen 26 en 27, § 9.
Indien de verzekeraar het bewijs levert dat het nieuwe risico kenmerken vertoont die niet vallen binnen zijn aanvaardingscriteria die gelden op het moment van de vervanging van het motorrijtuig, kan hij de overeenkomst opzeggen overeenkomstig de artikelen 26 en 30, § 11.
In geval van opzegging blijven de verzekeringsvoorwaarden, met inbegrip van de premie, die van toepassing waren vóór de vervanging van het motorrijtuig gelden tot op het ogenblik dat de opzegging ingaat.
Artikel 13 Huurovereenkomst
De bepalingen van artikel 10 zijn eveneens van toepassing in geval van beëindiging van de rechten van de verzekeringsnemer op het omschreven motorrijtuig dat hij verkregen heeft ter uitvoering van een huurovereenkomst of een gelijkaardige overeenkomst.
Artikel 14 Opvordering door de overheid
Wanneer het omschreven motorrijtuig in eigendom of in huur wordt opgevorderd, wordt de overeenkomst geschorst door het enkel feit dat de opvorderende overheid het motorrijtuig in bezit neemt.
Beide partijen kunnen de overeenkomst opzeggen overeenkomstig de artikelen 26 en 27, § 8 of 30, § 8.
17
Afdeling 4
Duur - premie - wijzigingen van verzekeringsvoorwaarden en premie
Artikel 15 Duur van de overeenkomst
§1. Maximumduur
De duur van de overeenkomst mag niet langer zijn dan één jaar.
§2. Stilzwijgende verlenging
Behalve wanneer één van de partijen zich er ten minste drie maanden vóór de vervaldag van de overeenkomst tegen verzet, overeenkomstig de artikelen 26, 27, § 2 en 30, § 2, wordt de overeenkomst stilzwijgend verlengd voor opeenvolgende periodes van één jaar.
§3. Korte termijn
Overeenkomsten waarvan de duur korter is dan één jaar, worden niet stilzwijgend verlengd tenzij anders is overeengekomen.
Artikel 16 De betaling van de premie
De premie, verhoogd met de taksen en bijdragen, moet ten laatste op de premievervaldag betaald worden op verzoek van de verzekeraar.
Wanneer de premie niet rechtstreeks aan de verzekeraar wordt betaald, is de premiebetaling aan een derde bevrijdend indien deze de betaling vordert en hij voor de inning van de premie klaarblijkelijk als lasthebber van de verzekeraar optreedt.
Artikel 17 Het verzekeringsbewijs
Zodra de verzekeringsdekking aan de verzekeringsnemer verleend wordt, geeft de verzekeraar hem een verzekeringsbewijs waaruit het bestaan van de overeenkomst blijkt.
Het verzekeringsbewijs is niet geldig bij de nietigverklaring van de overeenkomst en houdt op geldig te zijn vanaf de beëindiging van de overeenkomst of vanaf het ogenblik van de opzegging of schorsing van de overeenkomst.
Artikel 18 Niet-betaling van de premie
§1. Ingebrekestelling
De verzekeraar kan bij niet-betaling van de premie op de vervaldag de dekking schorsen of de overeenkomst opzeggen indien de verzekeringsnemer in gebreke is gesteld bij deurwaardersexploot of bij een aangetekende zending.
§2. Schorsing van de dekking
De schorsing van de dekking gaat in na het verstrijken van de termijn vermeld in de ingebrekestelling maar die niet korter mag zijn dan vijftien dagen, te rekenen vanaf de dag volgend op de betekening of de dag volgend op de afgifte van de aangetekende zending.
Als de dekking geschorst werd, maakt de betaling door de verzekeringsnemer van de achterstallige premies, zoals nader bepaald in de laatste ingebrekestelling of gerechtelijke uitspraak, een einde aan die schorsing.
De schorsing van de dekking doet geen afbreuk aan het recht van de verzekeraar de later nog te vervallen premies te eisen op voorwaarde dat de verzekeringsnemer in gebreke werd gesteld overeenkomstig paragraaf 1 en de ingebrekestelling herinnert aan de schorsing van de dekking. Het recht van de verzekeraar wordt evenwel beperkt tot de premies voor twee opeenvolgende jaren.
§3. Verhaal van de verzekeraar
In geval van schorsing van de dekking wegens niet-betaling van de premie heeft de verzekeraar een recht van verhaal op de verzekeringsnemer, overeenkomstig de artikelen 44, 45, 1°, 55 en 63.
§4. Opzegging van de overeenkomst
In geval van niet-betaling van de premie kan de verzekeraar de overeenkomst opzeggen, overeenkomstig de artikelen 26 en 30, § 3.
18
Artikel 19 Wijziging van de premie
Indien de verzekeraar de premie verhoogt, kan de verzekeringsnemer de overeenkomst opzeggen overeenkomstig de artikelen 26 en 27, § 3.
De mededeling van de premiewijziging gebeurt overeenkomstig de geldende wetgeving.
Indien de premie wijzigt ingevolge een duidelijk en nauwkeurig omschreven bepaling in de verzekeringsovereenkomst beschikt de verzekeringsnemer niet over een opzeggingsrecht. Deze bepaling doet geen afbreuk aan het opzeggingsrecht vermeld in artikel 27, §§ 7 en 9.
Artikel 20 Wijziging van de verzekeringsvoorwaarden
§1. Wijziging van de verzekeringsvoorwaarden ten gunste van de verzekeringsnemer, de verzekerde of elke derde die bij de uitvoering van de overeenkomst betrokken is
De verzekeraar kan de verzekeringsvoorwaarden volledig ten gunste van de verzekeringsnemer, de verzekerde of elke derde die bij de uitvoering van de overeenkomst betrokken is, wijzigen.
Wanneer de premie verhoogt, kan de verzekeringsnemer de overeenkomst opzeggen overeenkomstig de artikelen 26 en 27, § 3.
§2. Wijziging van bepalingen die een invloed kunnen hebben op de premie of de vrijstelling
Indien de verzekeraar de verzekeringsvoorwaarden met betrekking tot de wijziging van de premie in functie van de schadegevallen die zich hebben voorgedaan, of tot de vrijstelling wijzigt en die wijziging niet volledig ten gunste van de verzekeringsnemer of de verzekerde is, kan de verzekeringsnemer de overeenkomst opzeggen overeenkomstig de artikelen 26 en 27, § 3.
Indien de vrijstelling wijzigt ingevolge een duidelijk en nauwkeurig omschreven bepaling in de verzekeringsovereenkomst beschikt de verzekeringsnemer niet over een opzeggingsrecht.
§3. Wijziging ingevolge een wetgevende beslissing van een overheid
Indien de verzekeraar de verzekeringsvoorwaarden wijzigt ingevolge een wetgevende beslissing van een overheid, licht de verzekeraar de verzekeringsnemer hierover duidelijk in.
Wanneer de wijziging een premieverhoging tot gevolg heeft, of indien de wijziging niet uniform is voor alle verzekeraars, kan de verzekeringsnemer de overeenkomst opzeggen overeenkomstig de artikelen 26 en 27, § 3.
Bij gebreke aan duidelijke informatie is de hoogst mogelijke uit de wetgeving voortvloeiende waarborg van toepassing en kan de verzekeringsnemer de overeenkomst opzeggen overeenkomstig de artikelen 26 en 27,
§ 3.
De verzekeraar kan de overeenkomst opzeggen overeenkomstig de artikelen 26 en 30, § 7 indien hij het bewijs levert dat hij het risico, zoals dit volgt uit het nieuwe wettelijke kader, in geen geval zou verzekerd hebben.
§4. Andere wijzigingen
Indien de verzekeraar andere wijzigingen voorstelt dan deze bedoeld in de §§ 1 tot 3, licht hij de verzekeringsnemer hierover op duidelijke wijze in.
De verzekeringsnemer kan de overeenkomst opzeggen overeenkomstig de artikelen 26 en 27, § 3.
De verzekeringsnemer heeft eveneens een opzeggingsrecht indien hij van de verzekeraar geen duidelijke informatie ontvangen heeft over de wijziging.
§5. Wijze van meedelen
De mededeling van de wijziging van de verzekeringsvoorwaarden en van de premie gebeurt overeenkomstig de geldende wetgeving.
Artikel 21 Faillissement van de verzekeringsnemer
§1. Behoud van de overeenkomst
In geval van faillissement van de verzekeringsnemer blijft de overeenkomst bestaan ten voordele van de massa van de schuldeisers die de verzekeraar het bedrag verschuldigd is van de premies vervallen vanaf de faillietverklaring.
§2. Opzegging van de overeenkomst
De curator van het faillissement en de verzekeraar hebben het recht om de overeenkomst op te zeggen overeenkomstig de artikelen 26, 28 en 30, § 9.
19
Artikel 22 Overlijden van de verzekeringsnemer
§1. Behoud van de overeenkomst
In geval van overlijden van de verzekeringsnemer blijft de overeenkomst voortbestaan ten voordele van de erfgenamen die verplicht zijn de premies te betalen.
Indien het omschreven motorrijtuig de volle eigendom wordt van één van de erfgenamen of van een legataris van de verzekeringsnemer, blijft de overeenkomst voortbestaan in zijn voordeel.
§2. Opzegging van de overeenkomst
De erfgenamen kunnen de overeenkomst opzeggen overeenkomstig de artikelen 26 en 29, eerste lid.
De erfgenaam of legataris, die het omschreven motorrijtuig in volle eigendom verkregen heeft, kan de overeenkomst opzeggen overeenkomstig de artikelen 26 en 29, tweede lid.
De verzekeraar kan de overeenkomst opzeggen overeenkomstig de artikelen 26 en 30, § 10.
Afdeling 5 Schorsing van de overeenkomst
Artikel 23 Tegenstelbaarheid van de schorsing
De schorsing van de overeenkomst is tegenstelbaar aan de benadeelde persoon.
Artikel 24 Wederinverkeersstelling van het omschreven motorrijtuig
Bij mededeling van de wederinverkeerstelling van het omschreven motorrijtuig wordt de overeenkomst opnieuw in werking gesteld met toepassing van de verzekeringsvoorwaarden, met inbegrip van het tarief, die op dat ogenblik gelden.
Bij de wederinwerkingstelling van de overeenkomst wordt het niet-verbruikte premiegedeelte verrekend.
Indien de verzekeringsvoorwaarden gewijzigd zijn of de premie verhoogd is, kan de verzekeringsnemer de overeenkomst opzeggen overeenkomstig de artikelen 26 en 27, § 3.
In geval van opzegging blijven de verzekeringsvoorwaarden, met inbegrip van de premie, die van toepassing waren vóór de schorsing van de overeenkomst gelden tot op het ogenblik dat de opzegging ingaat.
Artikel 25 Inverkeerstelling van enig ander motorrijtuig
Bij mededeling van het in het verkeer brengen van enig ander motorrijtuig dat eigendom is van de verzekeringsnemer of van de eigenaar van het vorig omschreven motorrijtuig, wordt de overeenkomst opnieuw in werking gesteld met toepassing van de verzekeringsvoorwaarden, met inbegrip van het tarief, die op dat ogenblik gelden en in functie van het nieuwe risico.
Bij de wederinwerkingstelling van de overeenkomst wordt het niet-verbruikte premiegedeelte verrekend.
Indien de verzekeringsnemer de verzekeringsvoorwaarden, met inbegrip van de premie, niet aanvaardt, dient hij de overeenkomst op te zeggen overeenkomstig de artikelen 26 en 27, § 9.
Indien de verzekeraar het bewijs levert dat het nieuwe risico kenmerken vertoont die niet vallen binnen zijn aanvaardingscriteria die gelden op het moment van de aanvraag van de wederinwerkingstelling van de overeenkomst, kan hij de overeenkomst opzeggen overeenkomstig de artikelen 26 en 30, § 11.
In geval van opzegging blijven de verzekeringsvoorwaarden, met inbegrip van de premie, die van toepassing waren vóór de schorsing van de overeenkomst gelden tot op het ogenblik dat de opzegging ingaat.
Afdeling 6 Einde van de overeenkomst
Artikel 26 Opzeggingsmodaliteiten
§1. Opzeggingswijze
De opzegging geschiedt bij deurwaardersexploot, per aangetekende zending of door afgifte van de opzeggingsbrief tegen ontvangstbewijs.
De opzegging wegens niet-betaling van de premie kan niet gebeuren door middel van afgifte van de opzeggingsbrief tegen ontvangstbewijs.
20
§2. Uitwerking van de opzegging
Tenzij anders vermeld in de artikelen 27 en 30, gaat de opzegging in na het verstrijken van een termijn van een maand, te rekenen vanaf de dag volgend op de betekening van het deurwaardersexploot, of in het geval van een aangetekende zending te rekenen van de dag die volgt op zijn afgifte, of vanaf de dag volgend op de datum van het ontvangstbewijs.
§3. Premiekrediet
Het premiegedeelte dat betrekking heeft op de periode na de datum van het van kracht worden van de opzegging, wordt door de verzekeraar terugbetaald binnen een termijn van dertig dagen vanaf de inwerkingtreding van de opzegging.
Artikel 27 Opzeggingsmogelijkheden voor de verzekeringsnemer
§1. Voor de aanvang van de overeenkomst
De verzekeringsnemer kan de overeenkomst opzeggen wanneer tussen de datum van het sluiten en die van de inwerkingtreding ervan een termijn van meer dan een jaar verloopt. Van deze opzegging moet uiterlijk drie maanden vóór de aanvangsdatum van de overeenkomst kennis gegeven worden.
De opzegging gaat in op de aanvangsdatum van de overeenkomst.
§2. Op het einde van elke verzekeringsperiode
De verzekeringsnemer kan op het einde van elke verzekeringsperiode de overeenkomst opzeggen ten minste drie maanden vóór haar vervaldag.
De opzegging gaat in op die vervaldag
§3. Wijziging van de verzekeringsvoorwaarden en van de premie
De verzekeringsnemer kan de overeenkomst opzeggen indien de premie, de verzekeringsvoorwaarden of de vrijstelling wijzigen, zoals bedoeld in de artikelen 19 en 20.
De verzekeringsnemer kan de overeenkomst eveneens opzeggen indien hij van de verzekeraar geen duidelijke informatie ontvangen heeft over de wijziging, zoals bedoeld in artikel 20.
§4. Na schadegeval
De verzekeringsnemer kan de overeenkomst opzeggen na een schadegeval waarbij schadeloosstellingen ten gunste van de benadeelden zijn betaald of zullen moeten worden betaald, met uitzondering van de betalingen overeenkomstig artikel 50.
De opzegging dient te gebeuren uiterlijk een maand na de uitbetaling van de schadevergoeding. De opzegging gaat in na het verstrijken van een termijn van drie maanden, te rekenen vanaf de dag volgend op de betekening van het deurwaardersexploot of de dag volgend op de datum van het ontvangstbewijs of, in het geval van een aangetekende zending te rekenen van de dag die volgt op zijn afgifte.
§5. Wijziging van verzekeraar
De verzekeringsnemer kan de overeenkomst opzeggen in geval van overdracht door de verzekeraar van de rechten en verplichtingen die voortvloeien uit de overeenkomst.
De opzegging dient te gebeuren binnen een termijn van drie maanden te rekenen vanaf de publicatie in het Belgisch Staatsblad van de beslissing van de Nationale Bank van België tot goedkeuring van de overdracht.
De opzegging gaat in na het verstrijken van een termijn van een maand, te rekenen vanaf de dag volgend op de betekening van het deurwaardersexploot of de dag volgend op de datum van het ontvangstbewijs of, in het geval van een aangetekende zending, te rekenen van de dag die volgt op de afgifte, of op de jaarlijkse premievervaldag indien deze vóór het verstrijken van de voornoemde termijn van een maand valt.
Deze opzegmogelijkheid is niet van toepassing op fusies en splitsingen van verzekeringsondernemingen, noch op overdrachten uitgevoerd in het kader van een inbreng van de algemeenheid van goederen of van een tak van werkzaamheid, noch op andere overdrachten tussen verzekeraars die deel uitmaken van eenzelfde geconsolideerd geheel.
§6. Stopzetting van de activiteiten van de verzekeraar
De verzekeringsnemer kan de overeenkomst opzeggen in geval van faillissement, gerechtelijke reorganisatie of intrekking van de toelating van de verzekeraar.
§7. Vermindering van risico
De verzekeringsnemer kan de overeenkomst opzeggen indien er bij vermindering van het risico geen akkoord is over het bedrag van de nieuwe premie binnen de maand na de aanvraag tot vermindering van de premie.
§8. Opvordering door de overheid
De verzekeringsnemer kan de overeenkomst opzeggen wanneer deze geschorst is omwille van een opvordering door de overheid in eigendom of in huur van het omschreven motorrijtuig.
21
§9. Vervanging van motorrijtuig of wederinwerkingstelling van de geschorste overeenkomst
Indien de verzekeringsnemer bij een vervanging van motorrijtuig of wederinwerkingstelling van de geschorste overeenkomst de verzekeringsvoorwaarden, met inbegrip van de premie, niet aanvaardt, dient hij de overeenkomst op te zeggen binnen een termijn van een maand te rekenen vanaf de ontvangst van de kennisgeving ervan.
§10. Combinatiepolis
Wanneer de verzekeraar één of meer waarborgen andere dan deze bedoeld in de artikelen 38, 50, 56 tot en met 59 opzegt, kan de verzekeringsnemer de gehele overeenkomst opzeggen.
Artikel 28 Opzegging door de curator
De curator kan de overeenkomst opzeggen binnen drie maanden die volgen op de faillietverklaring.
Artikel 29 Opzegging door de erfgenamen of legataris
De erfgenamen van de verzekeringsnemer kunnen de overeenkomst opzeggen binnen drie maanden en veertig dagen na het overlijden van de verzekeringsnemer.
De erfgenaam of legataris van de verzekeringsnemer, die het omschreven motorrijtuig in volle eigendom heeft verkregen, kan de overeenkomst opzeggen binnen de maand te rekenen vanaf de dag dat het motorrijtuig hem werd toebedeeld. Deze termijn van een maand doet geen afbreuk aan de termijn van drie maanden en veertig dagen.
Artikel 30 Opzeggingsmogelijkheden voor de verzekeraar
§1. Voor de aanvang van de overeenkomst
De verzekeraar kan de overeenkomst opzeggen wanneer tussen de datum van het sluiten en die van de inwerkingtreding ervan een termijn van meer dan een jaar verloopt. Van deze opzegging moet uiterlijk drie maanden vóór de aanvangsdatum van de overeenkomst kennis gegeven worden.
De opzegging gaat in op de aanvangsdatum van de overeenkomst.
§2. Op het einde van elke verzekeringsperiode
De verzekeraar kan op het einde van elke verzekeringsperiode de overeenkomst opzeggen ten minste drie maanden vóór haar vervaldag.
De opzegging gaat in op die vervaldag.
§3. In geval van niet-betaling van de premie
De verzekeraar kan de overeenkomst opzeggen in geval van niet-betaling van de premie, zelfs zonder voorafgaande schorsing van de dekking, indien de verzekeringsnemer in gebreke gesteld is.
De opzegging gaat in na het verstrijken van de termijn vermeld in de ingebrekestelling, maar ten vroegste vijftien dagen te rekenen vanaf de dag volgend op de betekening of de dag volgend op de afgifte van de aangetekende zending.
De verzekeraar kan zijn verplichting tot het verlenen van dekking schorsen en de overeenkomst opzeggen indien hij dit heeft bepaald in dezelfde ingebrekestelling.
In dat geval gaat de opzegging in na het verstrijken van de termijn door de verzekeraar bepaald, maar ten vroegste vijftien dagen te rekenen vanaf de eerste dag van de schorsing van de dekking.
Wanneer de verzekeraar zijn verplichting tot het verlenen van dekking geschorst heeft en de overeenkomst niet is opgezegd in dezelfde ingebrekestelling, kan de opzegging enkel geschieden mits een nieuwe ingebrekestelling.
In dat geval gaat de opzegging in na het verstrijken van de termijn vermeld in de ingebrekestelling, maar ten vroegste vijftien dagen te rekenen vanaf de dag volgend op de betekening of de dag volgend op de afgifte van de aangetekende zending.
§4. Na schadegeval
1. De verzekeraar kan de overeenkomst slechts opzeggen na een schadegeval waarbij schadeloosstellingen ten gunste van de benadeelden zijn betaald of zullen moeten worden betaald, met uitzondering van de betalingen ingevolge artikel 50.
De opzegging dient te gebeuren uiterlijk een maand na de uitbetaling van de schadevergoeding.
22
De opzegging gaat in na het verstrijken van een termijn van drie maanden, te rekenen vanaf de dag volgend op de betekening van het deurwaardersexploot of de dag volgend op de datum van het ontvangstbewijs of, in het geval van een aangetekende zending, te rekenen van de dag die volgt op zijn afgifte.
De opzegging na schadegeval van één of meer waarborgen andere dan deze bedoeld in de artikelen 38, 50, 56 tot en met 59, geeft de verzekeraar geen recht om deze waarborgen op te zeggen.
2. De verzekeraar kan, ten allen tijde, de overeenkomst opzeggen na een schadegeval, wanneer de verzekeringsnemer of de verzekerde één van zijn verplichtingen, ontstaan door het schadegeval, niet is nagekomen met de bedoeling de verzekeraar te misleiden, zodra de verzekeraar bij de onderzoeksrechter een klacht met burgerlijke partijstelling heeft ingediend tegen één van deze personen of hem voor het vonnisgerecht heeft gedagvaard, op basis van de artikelen 193, 196, 197, 496 of 510 tot 520 van het Strafwetboek. Indien de verzekeraar afstand doet van zijn vordering of indien de strafvordering uitmondt in een buitenvervolgingstelling of een vrijspraak, moet de verzekeraar de schade als gevolg van die opzegging vergoeden.
De opzegging gaat in ten vroegste een maand te rekenen van de dag volgend op de betekening, de dag volgend op de datum van het ontvangstbewijs of, ingeval van een aangetekende zending vanaf de dag die volgt op zijn afgifte.
§5. Verzwijging, onjuiste mededeling en verzwaring van het risico
De verzekeraar kan de overeenkomst opzeggen in geval van:
1° onopzettelijke verzwijging of onopzettelijke onjuiste mededeling van gegevens over het risico bij het sluiten van de overeenkomst bedoeld in artikel 4;
2° aanmerkelijke en blijvende verzwaring van het risico in de loop van de overeenkomst bedoeld in artikel 6.
§6. Technische eisen van het motorrijtuig
De verzekeraar kan de overeenkomst opzeggen wanneer:
1° het motorrijtuig niet beantwoordt aan de reglementering op de technische eisen van de motorrijtuigen; 2° het motorrijtuig, onderworpen aan de technische controle, niet of niet meer voorzien is van een geldig
keuringsbewijs.
§7. Nieuwe wettelijke bepalingen
De verzekeraar kan de overeenkomst opzeggen indien hij het bewijs levert dat hij het risico, zoals dit volgt uit de wijziging van de verzekeringsvoorwaarden door een beslissing van de overheid bedoeld in artikel 20 in geen geval zou verzekerd hebben.
§8. Opvordering door de overheid
De verzekeraar kan de overeenkomst opzeggen wanneer deze geschorst is omwille van een opvordering door de overheid in eigendom of in huur van het omschreven motorrijtuig.
§9. Faillissement van de verzekeringsnemer
De verzekeraar kan de overeenkomst opzeggen in geval van faillissement van de verzekeringsnemer ten vroegste drie maanden na de faillietverklaring.
§10. Overlijden van de verzekeringsnemer
De verzekeraar kan de overeenkomst opzeggen na het overlijden van de verzekeringsnemer binnen drie maanden te rekenen vanaf de dag waarop de verzekeraar kennis kreeg van het overlijden.
§11. Vervanging van motorrijtuig of wederinwerkingstelling van de geschorste overeenkomst
Indien de verzekeraar het bewijs levert dat het nieuwe risico kenmerken vertoont die niet vallen binnen zijn aanvaardingscriteria die gelden op het moment van de vervanging of wederinwerkingstelling, kan hij de overeenkomst opzeggen binnen een termijn van een maand te rekenen vanaf de dag waarop hij kennis heeft gekregen van de kenmerken van het nieuwe risico.
Artikel 31 Einde van de overeenkomst na schorsing
Indien de geschorste overeenkomst vóór haar vervaldag niet opnieuw in werking wordt gesteld, neemt zij een einde op die vervaldag.
Indien de overeenkomst geschorst wordt binnen de drie maanden voor die vervaldag, neemt de overeenkomst een einde op de volgende vervaldag.
Het niet-verbruikte premiegedeelte wordt terugbetaald binnen een termijn van dertig dagen vanaf de eindvervaldag.
23
Hoofdstuk 2 Schadegeval
Artikel 32 Aangifte van een schadegeval
§1. Termijn van aangifte
Ieder schadegeval moet onmiddellijk en ten laatste binnen acht dagen nadat het is voorgevallen, schriftelijk worden aangegeven aan de verzekeraar of aan elke met dat doel in de overeenkomst aangewezen persoon. De verzekeraar kan er zich echter niet op beroepen dat deze termijn niet in acht is genomen, indien die mededeling zo spoedig als redelijkerwijze mogelijk is geschied.
Deze verplichting rust op alle verzekerden.
§2. Inhoud van de aangifte
De schadeaangifte moet in de mate van het mogelijke de oorzaken, de omstandigheden en de vermoedelijke gevolgen van het schadegeval vermelden, evenals de naam, de voornaam en de woonplaats van de getuigen en de benadeelden. Voor zover mogelijk wordt hiervoor gebruik gemaakt van het formulier dat de verzekeraar ter beschikking stelt van de verzekeringsnemer.
§3. Bijkomende meldingen
De verzekeringsnemer en de overige verzekerden verschaffen de verzekeraar, of elke met dat doel in de overeenkomst aangewezen persoon, zonder verwijl alle door hem gevraagde nuttige inlichtingen en
documenten. Alle dagvaardingen en in het algemeen alle gerechtelijke en buitengerechtelijke documenten moeten door de verzekerde aan de verzekeraar, of elke met dat doel in de overeenkomst aangewezen persoon overgemaakt worden binnen 48 uur nadat zij aan de verzekerde werden afgegeven of betekend.
Artikel 33 Erkenning van aansprakelijkheid door de verzekerde
Elke erkenning van aansprakelijkheid, elke dading, elke vaststelling van schade, elke belofte van schadevergoeding of elke door de verzekerde gedane betaling, zonder schriftelijke toestemming van de verzekeraar, is hem niet tegenwerpbaar.
Het erkennen van feiten of het verstrekken van eerste geldelijke of medische hulp door de verzekerde kunnen voor de verzekeraar geen grond opleveren om zijn dekking te weigeren.
Artikel 34 Prestatie van de verzekeraar bij schade
§1. Schadevergoeding
De verzekeraar betaalt de in hoofdsom verschuldigde schadevergoeding volgens de bepalingen van de overeenkomst.
De verzekeraar betaalt, zelfs boven de vergoedingsgrenzen de intrest op de in hoofdsom verschuldigde schadevergoeding, de kosten betreffende burgerrechtelijke rechtsvorderingen, met inbegrip van de rechtsplegingvergoeding in strafzaken, alsook de erelonen en de kosten van de advocaten en de deskundigen, maar alleen in zover die kosten door hem of met zijn toestemming zijn gemaakt of, in geval van belangenconflict dat niet te wijten is aan de verzekerde, voor zover die kosten niet onredelijk zijn gemaakt. De kosten gerecupereerd ten laste van derden en de rechtsplegingvergoeding moeten aan de verzekeraar worden terugbetaald.
§2. Vergoedingsgrenzen
Er is geen vergoedingsgrens voor schade voortvloeiend uit lichamelijke letsels.
De vergoedingsgrens voor stoffelijke schade bedraagt 100 miljoen euro per schadegeval. Dit bedrag wordt geïndexeerd overeenkomstig artikel 3 van de wet van 21 november 1989 betreffende de verplichte aansprakelijkheidsverzekering inzake motorrijtuigen.
§3. Leiding van het geschil
Vanaf het ogenblik dat de verzekeraar tot tussenkomst is gehouden en voor zover deze wordt ingeroepen, is hij verplicht zich achter de verzekerde te stellen volgens de bepalingen van de overeenkomst. Ten aanzien van de burgerrechtelijke belangen en in zover de belangen van de verzekeraar en van de verzekerde samenvallen, heeft de verzekeraar het recht om, in de plaats van de verzekerde de vordering van de benadeelde te bestrijden. De verzekeraar kan deze laatste vergoeden indien daartoe grond bestaat.
24
§4. Vrijwaring van de rechten van de verzekerde
De tussenkomsten van de verzekeraar houden geen enkele erkenning in van aansprakelijkheid vanwege de verzekerde en zij mogen hem geen nadeel berokkenen.
§5. Mededeling van de schadeafhandeling
De definitieve schadevergoeding of de weigering om te vergoeden worden zo spoedig mogelijk aan de verzekeringsnemer meegedeeld.
§6. Indeplaatsstelling
De verzekeraar die schadevergoeding betaald heeft, treedt ten belope van het bedrag van die vergoeding in de rechten en de rechtsvorderingen van de verzekerde tegen de aansprakelijke derden.
De verzekeraar die schadevergoeding betaald heeft overeenkomstig artikel 50, treedt ten belope van het bedrag van die vergoeding in de rechten en de rechtsvorderingen van de benadeelde tegen de aansprakelijke derden.
Artikel 35 Strafrechtelijke vervolging
§1. Verdedigingsmiddelen
Indien een schadegeval aanleiding geeft tot strafrechtelijke vervolgingen tegen de verzekerde, zelfs indien over de burgerrechtelijke belangen nog geen regeling getroffen is, kan de verzekerde vrij, op eigen kosten, zijn verdedigingsmiddelen kiezen.
De verzekeraar moet zich beperken tot het bepalen van de verdedigingsmiddelen met betrekking tot de omvang van de aansprakelijkheid van de verzekerde en de hoogte van de door de benadeelde partij geëiste bedragen, onverminderd artikel 34 wat de burgerrechtelijke belangen betreft.
De verzekerde is verplicht persoonlijk te verschijnen wanneer de procedure dit vergt.
§2. Rechtsmiddelen na veroordeling
Wanneer de verzekerde strafrechtelijk wordt veroordeeld, mag de verzekeraar er zich noch tegen verzetten dat hij op eigen kosten gebruik maakt van elk mogelijk rechtsmiddel, noch mag hij tussenkomen in de keuze van de rechtsmiddelen in strafzaken.
De verzekeraar heeft het recht om de schadevergoedingen te betalen indien daartoe grond bestaat.
Wanneer de verzekeraar vrijwillig is tussengekomen, moet hij de verzekerde tijdig op de hoogte brengen van elk rechtsmiddel dat de verzekeraar tegen de gerechtelijke beslissing met betrekking tot de omvang van de aansprakelijkheid van de verzekerde instelt; de verzekerde beslist op eigen risico of hij al dan niet het door de verzekeraar ingestelde rechtsmiddel volgt.
§3. Boetes, minnelijke schikkingen en kosten
De geldboetes, de minnelijke schikkingen in strafzaken en de gerechtskosten in strafzaken, onverminderd artikel 34, § 1, tweede lid, zijn niet ten laste van de verzekeraar.
25
Hoofdstuk 3 Verklaring over de schadegevallen die zich hebben voorgedaan
Artikel 36 Verplichting van de verzekeraar
De verzekeraar maakt binnen vijftien dagen die volgen op iedere vraag van de verzekeringsnemer en op het einde van de overeenkomst, aan deze laatste een verklaring over de schadegevallen die zich hebben voorgedaan over met vermelding van de gegevens waarin de reglementering voorziet.
Hoofdstuk 4 Mededelingen
Artikel 37 Bestemmeling van de mededelingen
§1. De verzekeraar
De voor de verzekeraar bestemde mededelingen en kennisgevingen moeten gedaan worden aan zijn adres, zijn elektronisch adres of aan elke met dat doel in de overeenkomst aangewezen persoon.
§2. De verzekeringsnemer
De voor de verzekeringsnemer bestemde mededelingen en kennisgevingen moeten worden gedaan aan het laatste door de verzekeraar gekende adres. Deze mededelingen en kennisgevingen kunnen met de instemming van de verzekeringsnemer eveneens gebeuren via elektronische post op het laatste door hem aangegeven adres.
26
Titel 1.2
Bepalingen van toepassing op de waarborg wettelijke burgerrechtelijke aansprakelijkheid
Hoofdstuk 1 De waarborg
Artikel 38 Voorwerp van de verzekering
Met deze overeenkomst dekt de verzekeraar overeenkomstig voornoemde wet van 21 november 1989 of in voorkomend geval de toepasselijke buitenlandse wetgeving en volgens de bepalingen van deze overeenkomst, de burgerrechtelijke aansprakelijkheid van de verzekerden als gevolg van een door het verzekerde motorrijtuig veroorzaakt schadegeval.
Deze waarborg dekt eveneens de schade veroorzaakt door een daad van terrorisme, zoals gedefinieerd en geregeld door de wet van 1 april 2007 (BS 15 mei 2007). In dit kader is Ethias toegetreden tot de vzw TRIP (Terrorism Reinsurance and Insurance Pool). Zowel het principe als de modaliteiten m.b.t. de vergoeding van een schadegeval voortvloeiend uit een daad van terrorisme worden voortaan bepaald door een Comité dat losstaat van de verzekeringsondernemingen en dat is opgericht overeenkomstig artikel 5 van de wet van
1 april 2007. Voor het geheel van haar verbintenissen ten aanzien van al haar verzekerden dekt Ethias overeenkomstig de bepalingen van deze wet gezamenlijk met de andere leden van de vzw en de Belgische Staat de gebeurtenissen voorgevallen in een kalenderjaar ten belope van 1 miljard euro.
Artikel 39 Territoriale dekking
De dekking wordt verleend voor een schadegeval dat zich heeft voorgedaan in enig land waarvoor de dekking verleend wordt volgens het verzekeringsbewijs.
Deze dekking wordt verleend voor de schadegevallen die zich hebben voorgedaan op de openbare weg of op de openbare of de privéterreinen.
Artikel 40 Schadegeval in het buitenland
Wanneer het schadegeval zich heeft voorgedaan buiten het Belgische grondgebied, is de door de verzekeraar verleende dekking die waarin is voorzien door de wetgeving op de verplichte motorrijtuigenverzekering van de Staat op het grondgebied waarvan het schadegeval zich heeft voorgedaan.
De toepassing van die buitenlandse wet mag de verzekerde evenwel niet de ruimere dekking ontnemen die de Belgische wet hem verleent.
Artikel 41 Verzekerde personen
Gedekt wordt de burgerrechtelijke aansprakelijkheid:
1° van de verzekeringsnemer;
2° van de eigenaar, van iedere houder, van iedere bestuurder van het omschreven motorrijtuig en van iedere persoon erdoor vervoerd;
3° van de eigenaar, van iedere houder, van iedere bestuurder en van iedere persoon vervoerd door een verzekerd motorrijtuig bedoeld in de artikelen 10 en 11 volgens de daarin bepaalde voorwaarden;
4° van de persoon die burgerrechtelijk aansprakelijk is voor de voornoemde personen.
Artikel 42 Uitgesloten personen
Zijn van het recht op schadevergoeding uitgesloten:
1° de voor de schade aansprakelijke persoon, behalve indien het de aansprakelijkheid voor andermans daad betreft;
2° de persoon die en in zoverre hij krachtens een wettelijke of reglementaire bepaling van aansprakelijkheid is ontheven.
Voor de toepassing van dit artikel blijft het recht op schadevergoeding evenwel verworven ten voordele van de gedeeltelijk aansprakelijke persoon tot beloop van het deel van zijn schade toe te schrijven aan een verzekerde.
27
Artikel 43 Van vergoeding uitgesloten schade
§1. Het verzekerde motorrijtuig
De schade aan het verzekerde motorrijtuig is uitgesloten.
§2. De vervoerde goederen
De schade aan goederen die door het verzekerde motorrijtuig beroepsmatig en onder bezwarende titel vervoerd worden, is uitgesloten, behoudens de kleding en bagage die persoonlijk toebehoren aan de vervoerde personen.
§3. Schade door vervoerde goederen
De schade die niet veroorzaakt wordt door het gebruik van het verzekerde motorrijtuig maar die enkel te wijten is aan de vervoerde goederen of aan de handelingen die vereist zijn voor dit vervoer is uitgesloten.
§4. Vergunde wedstrijden
De schade die voortvloeit uit de deelname van het verzekerde motorrijtuig aan snelheids-, regelmatigheids- of behendigheidsritten of -wedstrijden waartoe van overheidswege toestemming is verleend, is uitgesloten.
§5. Kernenergie
De schade te vergoeden overeenkomstig de wetgeving betreffende de burgerrechtelijke aansprakelijkheid inzake de kernenergie is uitgesloten.
§6. Diefstal van het verzekerde motorrijtuig
De schade veroorzaakt door de personen die zich door diefstal, geweldpleging of heling de macht over het verzekerd motorrijtuig hebben verschaft, is uitgesloten.
28
Hoofdstuk 2 Het recht van verhaal van de verzekeraar
Artikel 44 Bepaling van de bedragen die kunnen verhaald worden
Wanneer de verzekeraar gehouden is ten aanzien van de benadeelden heeft hij een recht van verhaal dat betrekking heeft op de netto-uitgaven van de verzekeraar, zijnde de schadevergoedingen in hoofdsom, de gerechtskosten en intresten, verminderd met de eventuele vrijstellingen en de bedragen die hij heeft kunnen recupereren.
Dit recht van verhaal kan enkel toegepast worden in de gevallen en op de personen vermeld in de artikelen 45 tot en met 48, ten belope van het bedrag van het persoonlijk aandeel in de aansprakelijkheid van de verzekerde.
Dit verhaal wordt als volgt bepaald behoudens anders vermeld in de artikelen 45 tot en met 47:
1° indien de netto-uitgaven niet hoger zijn dan 11 000,00 euro is het bedrag van het verhaal integraal;
2° indien de netto-uitgaven hoger zijn dan 11 000,00 euro wordt dit laatste bedrag verhoogd met de helft van het gedeelte dat het bedrag van 11 000,00 euro overschrijdt. Dit verhaal bedraagt maximum 31 000,00 euro.
Artikel 45 Verhaal op de verzekeringsnemer
De verzekeraar heeft een recht van verhaal op de verzekeringsnemer:
1° in geval de dekking van de overeenkomst geschorst is wegens niet-betaling van de premie overeenkomstig artikel 18;
2° voor het totale bedrag van zijn netto-uitgaven, bedoeld in artikel 44, tweede lid, in geval van opzettelijk verzwijgen of opzettelijk onjuist meedelen van gegevens betreffende het risico bij het sluiten, overeenkomstig artikel 3, of in de loop van de overeenkomst, overeenkomstig artikel 6;
3° voor een bedrag van de netto-uitgaven zoals bepaald in artikel 44, tweede lid, met een maximum van
250,00 euro in geval van onopzettelijk verzwijgen of onopzettelijk onjuist meedelen van gegevens betreffende het risico zowel bij het sluiten, overeenkomstig artikel 4, als in de loop van de overeenkomst, overeenkomstig artikel 6.
Artikel 46 Verhaal op de verzekerde
De verzekeraar heeft een recht van verhaal op de verzekerde:
1° wanneer hij bewijst dat deze het schadegeval opzettelijk heeft veroorzaakt, voor het totale bedrag van zijn netto-uitgaven, bedoeld in artikel 44, tweede lid;
2° wanneer hij bewijst dat deze het schadegeval veroorzaakt heeft in één van de volgende gevallen van xxxxx schuld en voor zover de verzekeraar aantoont dat er een oorzakelijk verband bestaat met het schadegeval :
a) rijden in staat van dronkenschap;
b) rijden onder invloed van drugs, medicijnen of hallucinogene stoffen, waardoor de verzekerde niet meer beschikt over de controle van zijn daden;
3° wanneer hij bewijst dat deze het schadegeval veroorzaakt heeft en dader of medeplichtige is van het misdrijf van misbruik van vertrouwen, oplichting of verduistering met betrekking tot het gebruik van het motorrijtuig;
4° in de mate waarin de verzekeraar bewijst dat hij schade geleden heeft wanneer de verzekerde een bepaalde handeling niet verricht heeft binnen een door de overeenkomst vastgestelde termijn. Dit verhaalrecht kan niet uitgeoefend worden indien de verzekerde bewijst dat hij die handeling zo spoedig als redelijkerwijze mogelijk verricht heeft.
Artikel 47 Verhaal op de verzekeringsnemer en de verzekerde
§1. Verhaal met oorzakelijk verband
De verzekeraar heeft een recht van verhaal op de verzekeringsnemer en, indien daartoe grond bestaat, op de verzekerde die niet de verzekeringsnemer is :
1° wanneer op het ogenblik van het schadegeval het omschreven motorrijtuig, dat onderworpen is aan
de Belgische reglementering op de technische controle, niet voldoet aan deze reglementering en in het verkeer gebracht wordt buiten het toegelaten traject. Dit verhaal kan enkel worden toegepast voor zover de verzekeraar aantoont dat er een oorzakelijk verband bestaat tussen de staat van het motorrijtuig en het schadegeval;
29
2° wanneer het schadegeval zich voordoet tijdens de deelname van het verzekerde motorrijtuig aan een snelheids-, regelmatigheids- of behendigheidsrit of -wedstrijd, waartoe van overheidswege geen
toestemming is verleend. Dit verhaal kan enkel worden toegepast voor zover de verzekeraar aantoont dat er een oorzakelijk verband bestaat tussen de deelname aan een dergelijke rit of wedstrijd en het schadegeval;
3° wanneer het schadegeval zich voordoet, terwijl het reglementair of contractueel maximum toegelaten aantal passagiers overschreden is. Dit verhaal is beperkt tot de uitgaven die betrekking hebben op de passagiers en dit evenredig aan de verhouding van het aantal overtallige passagiers tot het aantal werkelijk vervoerde passagiers, onverminderd de toepassing van artikel 44. Dit verhaal kan enkel worden toegepast voor zover de verzekeraar aantoont dat er een oorzakelijk verband bestaat tussen de overschrijding van het toegelaten aantal passagiers en het schadegeval;
4° wanneer het schadegeval zich voordoet, terwijl de vervoerde personen plaatsen innemen in strijd met de reglementaire of contractuele bepalingen, met uitzondering van het overschrijden van het maximum aantal toegelaten passagiers, wordt het verhaal uitgeoefend voor het totaal van de uitgaven die betrekking hebben op deze vervoerde personen, onverminderd de toepassing van artikel 44. Dit verhaal kan enkel worden toegepast voor zover de verzekeraar aantoont dat er een oorzakelijk verband bestaat tussen het innemen van een niet-conforme plaats in het motorrijtuig en het schadegeval.
§2. Verhaal zonder oorzakelijk verband
De verzekeraar heeft een recht van verhaal op de verzekeringsnemer en, indien daartoe grond bestaat, op de verzekerde die niet de verzekeringsnemer is, wanneer hij bewijst dat, op het ogenblik van het schadegeval, het verzekerde motorrijtuig bestuurd wordt:
a) door een persoon die niet voldoet aan de Belgische wettelijke vereiste minimumleeftijd om dat motorrijtuig te besturen;
b) door een persoon die niet beschikt over een geldig rijbewijs om dat motorrijtuig te besturen;
c) door een persoon die specifieke beperkingen inzake het besturen van het motorrijtuig vermeld op zijn rijbewijs niet naleeft;
d) door een persoon die in België een rijverbod heeft zelfs indien het schadegeval zich voordoet in het buitenland.
Er is geen recht van verhaal voor de punten a), b) en c) wanneer de persoon, die in het buitenland het motorrijtuig bestuurt, aan de voorwaarden voldoet voorgeschreven door de plaatselijke wet en reglementen om het motorrijtuig te besturen.
Er is geen recht van verhaal voor de punten b), c) en d) indien de verzekerde aantoont dat deze situatie te wijten is aan het niet naleven van een louter administratieve formaliteit.
§3. Aanvechten van het verhaal
De verzekeraar kan echter voor alle situaties vermeld in dit artikel geen verhaal uitoefenen op een verzekerde indien deze aantoont dat de tekortkomingen of de feiten waarop het verhaal gesteund is, te wijten zijn aan een andere verzekerde en dat ze zich hebben voorgedaan in strijd met zijn onderrichtingen of buiten zijn medeweten.
Artikel 48 Verhaal op de dader of de burgerrechtelijk aansprakelijke
De verzekeraar heeft een recht van verhaal op de dader van het schadegeval of de burgerrechtelijk aansprakelijke in het geval van overdracht van de eigendom voor zover hij bewijst dat deze verzekerde een andere persoon is dan deze bedoeld in artikel 10, § 1, vierde lid.
Artikel 49 Toepassing van een vrijstelling
De verzekeringsnemer betaalt aan de verzekeraar het bedrag van de toepasselijke vrijstellingen voorzien in de overeenkomst. Deze betaling overschrijdt nooit de uitgaven van de verzekeraar. De toepassing van de vrijstellingen dient te worden uitgevoerd vóór de toepassing van een eventueel verhaal.
30
Titel 1.3
Bepalingen van toepassing op de vergoeding van bepaalde slachtoffers van verkeersongevallen
Hoofdstuk 1 De vergoedingsplicht
Afdeling 1 Wettelijke basis
Artikel 50 Vergoeding van zwakke weggebruikers
De verzekeraar is verplicht, overeenkomstig artikel 29bis van voornoemde wet van 21 november 1989, alle schade te vergoeden zoals omschreven in vermeld artikel.
Artikel 51 Vergoeding van onschuldige slachtoffers
De verzekeraar is verplicht, overeenkomstig artikel 29ter van voornoemde wet van 21 november 1989, alle schade te vergoeden zoals omschreven in dit artikel.
Afdeling 2 Territoriale afbakening van de vergoedingsplicht
Artikel 52
Territoriale afbakening van de vergoedingsplicht van zwakke weggebruikers
Deze vergoedingsplicht, bedoeld in artikel 50, is van toepassing voor het verzekerde motorrijtuig van zodra het Belgisch recht van toepassing is, met uitsluiting van de ongevallen die zijn voorgevallen in een land dat niet vermeld staat op het verzekeringsbewijs.
De vergoedingsplicht is van toepassing op schadegevallen die zich hebben voorgedaan op de openbare weg of op terreinen die toegankelijk zijn voor het publiek of slechts voor een zeker aantal personen die het recht hebben om er te komen.
Artikel 53
Territoriale afbakening van de vergoedingsplicht van onschuldige slachtoffers
De vergoedingsplicht, bedoeld in artikel 51, is enkel van toepassing voor ongevallen die zijn gebeurd op het Belgisch grondgebied.
De vergoedingsplicht is van toepassing op schadegevallen die zich hebben voorgedaan op de openbare weg of op terreinen die toegankelijk zijn voor het publiek of slechts voor een zeker aantal personen die het recht hebben om er te komen.
Artikel 54 Van vergoeding uitgesloten schade
§1. Vergunde wedstrijden
De schade die voortvloeit uit het deelnemen van het verzekerde motorrijtuig aan snelheids-, regelmatigheids- of behendigheidsritten of –wedstrijden waartoe van overheidswege toestemming is verleend, is uitgesloten.
§2. Kernenergie
De schade te vergoeden overeenkomstig de wetgeving betreffende de burgerrechtelijke aansprakelijkheid inzake de kernenergie, is uitgesloten.
§3. Diefstal van het verzekerde motorrijtuig
De schade die voortvloeit uit de betrokkenheid van het verzekerde motorrijtuig nadat personen door diefstal, geweldpleging of heling de macht erover hebben verkregen, is uitgesloten.
Hoofdstuk 2 Het recht van verhaal van de verzekeraar
Artikel 55 Verhaal op de verzekeringsnemer en de verzekerde
De verzekeraar heeft geen recht van verhaal op de verzekeringsnemer, of op de verzekerde, tenzij de verzekeringsnemer of de verzekerde geheel of gedeeltelijk aansprakelijk is voor het ongeval.
In dat geval kan de verzekeraar verhaal uitoefenen overeenkomstig de artikelen 44 tot en met 49.
31
Titel 1.4
Bepalingen van toepassing op de bijkomende wettelijke waarborgen
Hoofdstuk 1 De waarborgen
Artikel 56 Tijdelijk vervangingsmotorrijtuig
§1. Toepassingsgebied
De dekking strekt zich uit, onder de voorwaarden in dit artikel, tot het gebruik van een aan een derde toebehorend motorrijtuig ander dan het omschreven motorrijtuig, zonder dat hiervoor een mededeling vereist is aan de verzekeraar.
Zijn geen derden, bedoeld in het eerste lid:
• de verzekeringsnemer of, wanneer de verzekeringsnemer een rechtspersoon is, elke bestuurder van het omschreven motorrijtuig waarvan de naam aan de verzekeraar is meegedeeld;
• de personen die bij voornoemde personen inwonen, met inbegrip van zij die om studieredenen buiten het hoofdverblijf van de verzekeringsnemer verblijven;
• de eigenaar of de gebruikelijke houder van het omschreven motorrijtuig.
Deze dekking geldt voor het motorrijtuig dat in vervanging komt van het omschreven motorrijtuig en tot hetzelfde gebruik bestemd is wanneer het omschreven motorrijtuig definitief of tijdelijk onbruikbaar is, wegens onderhoud, aanpassingen, herstellingen, technische keuring of technisch totaal verlies.
Wanneer het omschreven motorrijtuig een twee- of driewieler is, kan de dekking in geen geval slaan op een motorrijtuig op vier of meer wielen.
§2. Verzekerde personen
In hun hoedanigheid van bestuurder, houder of passagier van het vervangingsmotorrijtuig, of van burgerrechtelijk aansprakelijke voor de bestuurder, houder of passagier wordt de burgerrechtelijke aansprakelijkheid gedekt van:
• de eigenaar van het omschreven motorrijtuig;
• de verzekeringsnemer en wanneer de verzekeringsnemer een rechtspersoon is, van de gemachtigde bestuurder van het omschreven motorrijtuig;
• alle personen die bij voornoemde verzekerden inwonen, met inbegrip van zij die om studieredenen buiten het hoofdverblijf van de verzekeringsnemer of de eigenaar verblijven;
• iedere persoon waarvan de naam in de overeenkomst vermeld is.
§3. Inwerkingtreding en duur van de dekking
Deze dekking treedt in werking op het ogenblik dat het omschreven motorrijtuig niet meer kan worden gebruikt en eindigt wanneer het vervangingsmotorrijtuig aan de eigenaar of aan een door deze aangewezen persoon is terugbezorgd.
Het motorrijtuig moet worden terugbezorgd binnen een redelijke termijn na ontvangst van het bericht dat het omschreven motorrijtuig ter beschikking is.
De dekking geldt nooit meer dan dertig dagen.
§4. Dekkingsuitbreiding bij verhaal
Bij het gebruik van een motorrijtuig onder de voorwaarden bedoeld in dit artikel is de dekking eveneens verworven in het geval dat de verzekerde verplicht wordt om de vergoedingen, die aan de benadeelden betaald werden in uitvoering van een andere verzekeringsovereenkomst, terug te betalen ingevolge en overeenkomstig de toepassing van het verhaalsrecht bedoeld in de artikelen 44, 47, § 1, 1°, en 48.
32
Artikel 57 Slepen van een motorrijtuig
Wanneer het verzekerde motorrijtuig occasioneel om het even welk motorrijtuig met pech sleept, wordt de burgerrechtelijke aansprakelijkheid gedekt van de persoon die de ketting, de tros, het touw, de stang of enige andere benodigdheid voor het slepen, heeft geleverd. In dit geval is de burgerrechtelijke aansprakelijkheid van die persoon eveneens gedekt voor de schade veroorzaakt aan het gesleepte motorrijtuig.
Indien het verzekerde motorrijtuig occasioneel een ander motorrijtuig, dat geen aanhangwagen is, met pech sleept, is de schade veroorzaakt door het trekkende motorrijtuig aan het gesleepte motorrijtuig gedekt.
Indien een ander motorrijtuig het verzekerde motorrijtuig occasioneel met pech sleept, is de schade veroorzaakt door het gesleepte motorrijtuig aan het trekkende motorrijtuig gedekt.
Voor de waarborg in het tweede en derde lid wordt de burgerlijke aansprakelijkheid van de personen bedoeld in artikel 41 gedekt.
Artikel 58
Reinigen en herstellen van de binnenbekleding van het verzekerde motorrijtuig
De verzekeraar vergoedt de kosten die de verzekerde werkelijk gemaakt heeft voor de reiniging en de herstelling van de binnenbekleding van het verzekerde motorrijtuig wanneer die kosten voortvloeien uit het kosteloze vervoer van door een verkeersongeval gewonde personen.
Artikel 59 Borgstelling
§1. Eis van een buitenlandse overheid
Eist een buitenlandse overheid, naar aanleiding van een schadegeval dat zich heeft voorgedaan in één van de landen waarvoor de dekking verleend wordt volgens het verzekeringsbewijs, met uitzondering van België, dat ter beveiliging van de rechten van de benadeelden, een bedrag wordt gedeponeerd voor de opheffing van een op het omschreven motorrijtuig gelegd beslag of voor de invrijheidstelling onder borg van de verzekerde, dan schiet de verzekeraar de geëiste borgsom voor of stelt hij zijn persoonlijke borg tot ten hoogste
62 000,00 euro voor het omschreven motorrijtuig en voor alle verzekerden samen, verhoogd met de kosten van de samenstelling en terugvordering van de borgsom, die ten laste zijn van de verzekeraar.
§2. Borgsom betaald door de verzekerde
Werd de borgsom door de verzekerde betaald, dan stelt de verzekeraar zijn persoonlijke borg in de plaats of betaalt hij, indien de borg niet aanvaard wordt, het bedrag van de borgsom aan de verzekerde terug.
§3. Einde van de borgstelling
Zodra de bevoegde overheid aanvaardt de betaalde borgsom vrij te geven of de borgstelling door de verzekeraar op te heffen, moet de verzekerde op vraag van de verzekeraar alle formaliteiten vervullen die van hem gevergd kunnen worden voor de vrijgave of de opheffing van de borgstelling.
§4. Verbeurdverklaring
Wanneer de bevoegde overheid de borgsom gestort door de verzekeraar geheel of gedeeltelijk verbeurd verklaart of aanwendt tot betaling van een geldboete, van een strafrechtelijke dading of van gerechtskosten in strafzaken, dan is de verzekerde gehouden de verzekeraar, op zijn eenvoudig verzoek, terug te betalen.
Artikel 60 Territoriale dekking
Deze bijkomende waarborgen worden verleend overeenkomstig artikel 39.
Artikel 61 Schadegeval in het buitenland
Deze bijkomende waarborgen worden verleend overeenkomstig artikel 40.
Artikel 62 Uitsluitingen
Voor deze bijkomende waarborgen zijn de uitsluitingen bedoeld in de artikelen 42 en 43 van toepassing.
33
Hoofdstuk 2 Het recht van verhaal van de verzekeraar
Artikel 63 Verhaal en vrijstelling
Het recht van verhaal van de verzekeraar bedoeld in de artikelen 44 tot en met 48 en de toepassing van de vrijstelling bedoeld in artikel 49 zijn van toepassing op de artikelen 56 en 57.
Hoofdstuk 3 Bepaling van toepassing op de vergoeding van bepaalde slachtoffers van verkeersongevallen
Artikel 64 Tijdelijk vervangingsmotorrijtuig
Bij gebruik van een motorrijtuig volgens de voorwaarden van artikel 54 zijn de artikelen 50 tot en met 55 van toepassing.
34
Titel 1.5
Aanvullende bepalingen inzake de waarborg burgerlijke aansprakelijkheid
Hoofdstuk 1 De premiebepaling
Artikel 65 Premiebepaling a priori
De premie voor motorrijtuigen bestemd voor toerisme en zaken, dubbel gebruik en minibussen, wordt bepaald op basis van tariefparameters.
Bij wijziging van die parameters wordt de premie aangepast aan de nieuwe toestand.
Artikel 66 Premiebepaling a posteriori
De premie wordt a posteriori gepersonaliseerd overeenkomstig de bonus-malusschaal.
a) | |
Bonus-malusschaal | |
Premieniveau vergeleken met de basis handelspremie uitgedrukt aan 100 % | Graden |
45 | 0 |
47 | 1 |
49 | 2 |
54 | 3 |
58 | 4 |
63 | 5 |
66 | 6 |
69 | 7 |
73 | 8 |
77 | 9 |
81 | 10 |
85 | 11 |
90 | 12 |
95 | 13 |
100 | 14 |
110 | 15 |
116 | 16 |
122 | 17 |
129 | 18 |
136 | 19 |
146 | 20 |
167 | 21 |
209 | 22 |
35
a) Bonus-malusschaal
1. Toetredingsmechanisme
De basis handelspremie wordt berekend aan graad 14, hetzij 100 %.
Indien de verzekeringsnemer, tijdens de vijf laatste jaren bij één of meerdere andere maatschappijen gevestigd binnen de Europese Unie, geldig verzekerd was, is hij verplicht een « verklaring over
de schadegevallen die zich hebben voorgedaan » afgeleverd door deze maatschappij(en) voor te leggen. De verzekeringsnemer moet Ethias ook op de hoogte brengen van de schadegevallen die zich hebben voorgedaan na de aflevering van dit attest. Afhankelijk van de bekomen informatie, wordt de verzekeringsnemer ingeschakeld in de bonus-malusschaal aan een graad die uit de toepassing van het hierna omschreven verschuivingsmechanisme voortvloeit.
2. Verschuivingsmechanisme
De verzekeringspremie « Burgerlijke Aansprakelijkheid » wijzigt per geobserveerde verzekeringsperiode op de jaarlijkse vervaldag volgens een onvoorwaardelijke daling met 1 graad en een stijging met 5 graden per aangegeven schadegeval. Er wordt alleen rekening gehouden met de schadegevallen waarvoor Ethias aan benadeelden vergoedingen heeft betaald.
Xxxx op dat de vergoeding van een « zwakke weggebruiker » overeenkomstig artikel 50 of « onschuldige slachtoffers » overeenkomstig artikel 51 slechts aanleiding geeft tot een verhoging op de bonus- malusschaal als de verzekerde aansprakelijk is voor het schadegeval.
Onder de term « geobserveerde verzekeringsperiode » verstaat men de termijn verstreken tussen twee jaarlijkse vervaldagen. De geobserveerde verzekeringsperiode wordt elk jaar afgesloten uiterlijk op de vijftiende van de maand die aan de maand van de jaarlijkse premievervaldag voorafgaat. Als, om welke reden ook, de geobserveerde verzekeringsperiode korter is dan negen maanden en half zal deze bij de volgende observatieperiode gevoegd worden.
Voor de verzekeringsnemer die gedurende 4 opeenvolgende verzekeringsperiodes geen aansprakelijk schadegeval heeft gehad en die op een hogere graad dan 14 staat, wordt de graad tot deze laatste herleid.
De premiewijzigingen die voortvloeien uit de toepassing van het verschuivingsmechanisme kunnen niet worden beschouwd als tariefverhogingen.
b) Diverse bepalingen
1. Verbetering van de bonus-malusgraad
Indien blijkt dat de positie van de verzekeringsnemer bij de persoonlijke premiebepaling a posteriori (bonus- malusgraad) verkeerdelijk werd bepaald of gewijzigd, wordt dit verbeterd met een terugwerkende kracht van maximaal drie jaren. De premieverschillen die hieruit voortvloeien, zal Ethias
aan de verzekeringsnemer terugbetalen of zal de verzekeringsnemer aan Ethias betalen.
2. Schorsing
Indien een geschorste overeenkomst opnieuw van kracht wordt, blijft de persoonlijke premiebepaling a posteriori, zoals hierboven beschreven, dezelfde als op het ogenblik van de schorsing.
3. Verandering van motorrijtuig
De verandering van motorrijtuig heeft geen enkele invloed op de persoonlijke premiebepaling a posteriori, zoals hierboven beschreven, op voorwaarde dat de wijziging gebeurt ten voordele van een motorrijtuig van dezelfde categorie.
4. Verklaring over de schadegevallen die zich hebben voorgedaan
Binnen de vijftien dagen na het einde van de verzekeringsovereenkomst, bezorgt Ethias de verzekeringsnemer een verklaring over de schadegevallen die zich hebben voorgedaan, zoals voorzien in artikel 36 van de huidige voorwaarden.
36
Hoofdstuk 2 De Bob-waarborg
De Bob-waarborg is verworven tijdens de geldigheidsduur van xx waarborg verplichte aansprakelijkheidsverzekering inzake motorrijtuigen en dit uitsluitend in de hiernavolgende context.
Artikel 67 Voorwerp van de waarborg
De verzekeraar dekt de stoffelijke schade aan een motorrijtuig van het type toerisme en zaken, dubbel gebruik, minibus of lichte vrachtwagen met een maximum toegelaten massa van 3,5 ton, bestuurd door een Bob indien deze persoonlijk, geheel of gedeeltelijk, aansprakelijk wordt gesteld voor de schade aan het motorrijtuig wanneer:
• de verzekerde optreedt als Bob, d.w.z. dat hij op verzoek van een derde eigenaar, de gebruikelijke houder of van de door hen gemachtigde bestuurder, kosteloos en bij wijze van vriendendienst met hun motorrijtuig de rol van Xxx op zich neemt wanneer zij dit motorrijtuig niet langer zelf kunnen besturen gelet op de plaatselijke wettelijke normen inzake alcoholintoxicatie of het gebruik van andere producten die een gelijkaardig effect tot gevolg hebben;
• de verzekerde beroep doet op een Bob, d.w.z. dat een verzekerde in de zin van deze polis een derde verzoekt om kosteloos en bij wijze van vriendendienst het in deze polis omschreven motorrijtuig te besturen wanneer de verzekerde het motorrijtuig niet langer zelf kan besturen gelet op de plaatselijke wettelijke normen inzake alcoholintoxicatie of het gebruik van andere producten die een gelijkaardig effect tot gevolg hebben.
De verzekeraar vergoedt, tot beloop van maximum 300 000,00 euro per schadegeval, de lichamelijke schade van Xxx als hij een motorrijtuig van het type toerisme en zaken, dubbel gebruik, minibus of lichte vrachtwagen met een maximum toegelaten massa van 3,5 ton bestuurt, voor zover hij geheel of gedeeltelijk aansprakelijk is voor het schadegeval.
Voor de toepassing van deze waarborg verstaat de verzekeraar onder « derde », elke andere persoon dan:
• de verzekeringsnemer;
• de eigenaar van het verzekerd motorrijtuig;
• de gebruikelijke houder van het verzekerd motorrijtuig;
• de hoofdbestuurder en de in de bijzondere voorwaarden vermelde bijkomende bestuurders;
• de personen die bij voormelde personen inwonen of door hen worden onderhouden.
De verzekeraar doet ten opzichte van de derde-bestuurder afstand van zijn verhaalsrecht, behalve in het geval dat hij deze schade kan afwentelen op een aansprakelijkheidsverzekering.
Artikel 68 Toepassingsvoorwaarden
• Enkel het traject nodig om de eigenaar, de gebruikelijke houder of de door hen gemachtigde bestuurder tijdens vrijetijdsactiviteiten veilig van en naar hun woonplaats te vervoeren, is gedekt.
• De schade moet het gevolg zijn van een onopzettelijk verkeersongeval dat plaatsgrijpt in België, het Groothertogdom Luxemburg of tot maximum 25 km buiten de Belgische grenzen met de andere buurlanden.
• Onmiddellijk na de feiten moet het ongeval vastgesteld worden in een door de lokaal bevoegde politiediensten ter plaatse opgesteld proces-verbaal. Dit is niet vereist indien er een derde bij het ongeval betrokken is en er alleen materiële schade is. Dan moet er wel een door alle betrokken partijen ingevuld en ondertekend Europees aanrijdingsformulier worden bezorgd aan hun respectievelijke verzekeraars.
• Xxx moet op het ogenblik van het ongeval beschikken over een geldig rijbewijs. Hij mag zich niet in een staat van strafbare alcoholintoxicatie bevinden, noch in een vergelijkbare toestand die het gevolg is van het gebruik van enige ander product dan alcohol.
• De stoffelijke schade bedraagt in hoofdsom minstens 500,00 euro.
• Het gebruikte motorrijtuig mag op geen enkele wijze verzekerd zijn voor stoffelijke schade.
• De bestuurder van het gebruikte voertuig dat aan een derde toebehoort, mag in geen geval verzekerd zijn door een waarborg die voorziet in een vergoeding van het lichamelijk letsel van de bestuurder.
• De verzekerde is verplicht actief mee te werken aan ieder onderzoek dat kan ingesteld worden naar aanleiding van een verzoek tot tussenkomst op basis van de Bob-waarborg.
37
Artikel 69 Omvang van de waarborg
• Bij totaal verlies
De werkelijke waarde van het motorrijtuig op de dag van het schadegeval, verhoogd met de in hoofde van de schadelijder niet recupereerbare btw en verminderd met de waarde van het wrak.
• Bij herstelling
De herstellingskost, verhoogd met de in hoofde van de schadelijder niet-recupereerbare btw.
• In geval van lichamelijke letsels
Als XXX slachtoffer is van een schadegeval dat te wijten is aan het gebruik van het verzekerde motorrijtuig in het verkeer, dan vergoedt de verzekeraar het lichamelijk letsel volgens de regels van gemeen recht, dit wil
zeggen op basis van de vergoedingen zoals ze voor gelijkaardige gevallen over het algemeen worden toegekend door de rechtbanken.
De verzekeraar komt tussen niet alleen voor de letsels van XXX, maar ook bij het overlijden van XXX ten gunste van zijn echtgenoot of samenwonende partner evenals zijn inwonende kinderen en andere personen die met hem in gezinsverband samenwonen.
Artikel 70 Vaststelling van de schade
De door de verzekeraar aangestelde expert inzake motorrijtuigen bepaalt de omvang van de schade en beslist of het motorrijtuig een totaal verlies is. Er is totaal verlies:
• wanneer het motorrijtuig niet meer kan worden hersteld;
• wanneer de herstellingskosten, verhoogd met de niet-recupereerbare btw, gelijk of hoger zijn dan de werkelijke waarde van het motorrijtuig op de dag van het ongeval, verhoogd met de niet-recupereerbare btw en verminderd met de waarde van het wrak.
Als XXX letsels heeft opgelopen, stelt de verzekeraar een adviserende arts aan die belast wordt met een gerechtelijk-geneeskundig onderzoek dat als basis zal dienen voor de berekening van de schadevergoeding.
Artikel 71 Wat is niet verzekerd?
De verzekeraar dekt niet de aansprakelijkheid van de dief of de heler van een verzekerd motorrijtuig. De verzekeraar komt niet tussen voor:
• degene die aansprakelijk is voor de schade tenzij het gaat om de aansprakelijkheid door andermans toedoen;
• de werknemer die van zijn aansprakelijkheid vrijgesteld is krachtens de wet op de arbeidsovereenkomsten;
• de slachtoffers die ouder zijn dan 14 jaar en het ongeval en zijn gevolgen hebben gewild;
• de materiële schade van de bestuurder van het omschreven motorrijtuig die niet samengaat met lichamelijke schade;
• de schade aan omschreven motorrijtuig behalve:
• deze aan het motorrijtuig dat occasioneel gesleept wordt;
• de kosten voor het schoonmaken en herstellen van de binnenbekleding van het motorrijtuig wanneer die kosten voortspruiten uit het kosteloos vervoer van personen die gewond werden bij een verkeersongeval;
• de schade die vergoed wordt binnen de Bob-waarborg;
• de schade aan goederen die door omschreven motorrijtuig beroepsmatig en onder bezwarende titel worden vervoerd behalve kleding en handbagage van de inzittenden;
• de schade die uitsluitend veroorzaakt is door de vervoerde goederen of door handelingen die voor het vervoer genoodzaakt zijn;
• de schade die voortvloeit uit de deelname van omschreven motorrijtuig aan toegestane snelheids-, regelmatigheids- of behendigheidsritten of -wedstrijden;
• het bewezen nadeel ten gevolge van een pathologische rouw, ontstaan ten gevolge van het overlijden van een verzekerde XXX.
38
Hoofdstuk 3 De waarborg Europa
De waarborg Europa is verworven tijdens de geldigheidsduur van de waarborg verplichte aansprakelijkheidsverzekering van het omschreven motorrijtuig. De waarborg geldt enkel binnen de hieronder vermelde context.
Artikel 72 Wie is verzekerd?
Zijn verzekerd:
• de verzekeringsnemer, de eigenaar van het motorrijtuig en de bij hen inwonende personen, met inbegrip van de personen die om studieredenen op een ander adres dan het hoofdverblijf van de verzekeringsnemer of de eigenaar verblijven. De verzekerde personen moeten de hoedanigheid van bestuurder of inzittende van het aangeduide voertuig hebben;
• in geval van overlijden van een verzekerde persoon, zelfs als deze niet in het voertuig aanwezig was, geldt de waarborg voor de voormelde verzekerden evenals hun ouders en verwanten tot de 2de graad van deze verzekerden, indien zij schade lijden ten gevolge van het overlijden van een andere verzekerde persoon.
Artikel 73 Territoriale geldigheid
De waarborg van dit hoofdstuk geldt in de volgende landen: Denemarken, Duitsland, Finland, Frankrijk, Xxxxxxxxxxx, Xxxxxxx, XXxxxxx, Xxxxxx, Xxxxxxxxxxxxx, Xxxxxxxxx, Xxxxxxxxx, Xxxxxxxxx, Xxxxxxxxxx, Xxxxxxxx, Xxxxxx, Xxxxxxxx Xxxxxxxxxx, Zweden, Zwitserland.
Artikel 74 Voorwerp van de waarborg
Bij een verkeersongeval dat in Europa in één van de in artikel 73 vermelde landen heeft plaats gevonden met het verzekerde motorijtuig, vergoedt de verzekeraar de schade die voortvloeit uit de lichamelijke letsels, verschuldigd op basis van de Belgische regels van gemeen recht ter zake, ongeacht het buitenlands recht dat op dit verkeers- ongeval zou van toepassing zijn. De gevolgen van de pathologische rouw die is ontstaan tengevolge van het overlijden van een verzekerde naaste, zijn evenwel uitdrukkelijk uitgesloten van deze waarborg.
Artikel 75 Principe van schadeloosstelling
De schadeloosstelling van de verschillende schadeposten gebeurt volgens de regels van Belgisch gemeen recht, dit wil zeggen op basis van de vergoedingen zoals ze voor gelijkaardige gevallen over het algemeen worden toegekend door de Belgische rechtbanken. De verschuldigde schadeloosstelling wordt berekend na aftrek van de tussenkomsten van de derde betalers en de verzekeraars die dekking verlenen op basis van verzekeringen tot vergoeding van schade.
De gesubrogeerde derden kunnen geen beroep doen op het voordeel van deze waarborg.
Artikel 76 Wat is niet verzekerd?
De verzekeraar komt niet tussen :
• als het schadegeval direct of indirect voortvloeit uit een wijziging van de atoomkern of radioactiviteit;
• als het schadegeval te wijten is aan een oorlog of gelijkaardige gebeurtenissen of een burgeroorlog;
• als het schadegeval ontstaat tijdens de deelname aan een snelheids- , regelmatigheids- of behendigheidswedstrijd, zelfs als deze toegelaten is;
• als het motorrijtuig is gestolen;
• bij verplaatsingen in het buitenland na de eerste 90 opeenvolgende dagen;
• als de verzekeraar aantoont dat de verzekerde het schadegeval opzettelijk heeft veroorzaakt. De verzekeraar komt niet voor de schade van de bestuurder:
• wanneer het verzekerde motorrijtuig op het moment van het schadegeval bestuurd wordt door een persoon
die niet voldoet aan de voorwaarden die de Belgische of lokale wet en reglementeringen voorschrijven om het motorrijtuig te besturen, door een persoon die geen rijbewijs heeft of door een persoon voor wie een verval van het recht tot sturen werd uitgesproken;
39
• wanneer op het ogenblik van het schadegeval het verzekerde motorrijtuig, dat onderworpen is aan de Belgische reglementering op de technische controle, niet voldoet aan deze reglementering en in het verkeer gebracht wordt buiten het toegelaten traject. Dit verval van dekking kan enkel worden toegepast voor zover de verzekeraar aantoont dat er een oorzakelijk verband bestaat tussen de staat van het motorrijtuig en het ontstaan van het schadegeval;
• indien de verzekeraar bewijst dat er een oorzakelijk verband is tussen het ontstaan van het schadegeval en het zich bevinden van de verzekerde in staat van dronkenschap of een gelijkaardige staat te wijten aan het gebruik van andere producten dan alcoholische dranken;
• als de verzekeraar vaststelt dat de schade voortvloeit uit een misbruik van vertrouwen of verduistering.
De gevolgen van pathologische rouw ten gevolge van het overlijden van een naaste verzekerde zijn evenwel uitgesloten van deze waarborg.
Artikel 77 Vaststelling van de schadevergoeding en voorschot op verhaal
a) Er is geen aansprakelijke derde
Als de inzittende verzekerde in Europa in één van de in artikel 73 vermelde landen slachtoffer is van een schadegeval waarvoor geen verhaal kan worden uitgeoefend tegen een aansprakelijke derde, dan betaalt de verzekeraar de voorziene uitkeringen, na aftrek van de schadeloosstellingen door de werkgever, het ziekenfonds of enig andere instantie of verzekeraar.
b) Er is een aansprakelijke derde, een verzekeraar of een gemeenschappelijk waarborgfonds
Als de verzekerde slachtoffer is van een schadegeval waarvoor er geheel of gedeeltelijk verhaal kan worden uitgeoefend tegen een aansprakelijke derde, zijn verzekeraar of een gemeenschappelijk waarborgfonds, dan schiet de verzekeraar de vergoedingen voor die voorzien zijn in deze waarborg, na aftrek van de schadeloosstellingen door de werkgever, het ziekenfonds of enig andere instantie of verzekeraar.
De inzittende verzekerde wordt vergoed zonder rekening te houden met de aansprakelijkheden.
De verzekerde bestuurder wordt vergoed in verhouding tot zijn aandeel in de aansprakelijkheden ten laste van de tegenpartij op basis van de buitenlandse rechtsregels.
De verzekeraar verbindt zich ertoe om het eventuele verschil tussen het voorschot op verhaal en de uiteindelijke schadevergoeding ten laste van de aansprakelijke derde, zijn verzekeraar of een gemeenschappelijk waarborgfonds, niet op te eisen.
De tussenkomst van de verzekeraar is beperkt tot 1 500 000,00 euro per verzekerde.
c) Termijnen voor de schadevergoeding
Voor zover de voorwaarden inzake de geldigheid van de waarborg zijn vervuld, verbindt de verzekeraar zich ertoe om de verzekerde binnen de volgende termijnen te vergoeden:
• wat betreft de betaling van het voorschot: binnen de 30 dagen volgend op de ontvangst van de rechtvaardigingsstukken en/of of de gevraagde informatie;
• wat betreft de definitieve regeling: binnen de 30 dagen volgend op de ontvangst van de door de begunstigde ondertekende minnelijke schikking.
Artikel 78 Schadegevallen
a) Verplichtingen van de verzekerde
Ieder schadegeval moet onmiddellijk en ten laatste binnen de 8 dagen nadat het is voorgevallen, schriftelijk aan de verzekeraar worden gemeld.
De aangifte van het schadegeval moet in de mate van het mogelijke melding maken van de oorzaken, de omstandigheden, de mogelijke gevolgen van het schadegeval, de ernst van de letsels en de identiteit van de getuigen en de slachtoffers.
De verzekeringsnemer, de verzekerde en zijn rechthebbenden moeten meewerken aan de regeling van het schadegeval door:
• de verzekeraar zonder uitstel alle inlichtingen en gevraagde documenten te bezorgen. Daartoe moet de verzekerde ervoor zorgen om vanaf het ontstaan van het schadegeval alle rechtvaardigingsstukken van de schade – bv. het eerste medisch attest inzake de letsels – te verzamelen;
40
• deel te nemen aan de schaderaming door aangestelden van de verzekeraar of de aangestelden van de aansprakelijke verzekeraar, ongeacht of dit in België of in het buitenland is;
• de verzekeraar in kennis te stellen van het voorstel tot schaderegeling dat werd opgemaakt door de derde aansprakelijke of zijn verzekeraar of een gemeenschappelijk waarborgfonds, of van de definitieve gerechtelijke beslissing die de aansprakelijkheden en/of de schadevergoeding vaststelt.
b) Verplichtingen van de verzekeraar
• Vergoeding van de inzittende
De verzekeraar begint onmiddellijk met de berekening van de schadeloosstelling volgens Belgisch recht en werkt deze vergoeding ook uit, alvorens deze in voorkomend geval te verhalen bij de schuldenaar.
• Vergoeding van de bestuurder
Als het gaat om een ongeval waarin een ander motorrijtuig is betrokken, begint de verzekeraar onmiddellijk
- in verhouding met de aansprakelijkheid van de derde - met de berekening van de schadeloosstelling volgens Belgisch recht en werkt deze vergoeding ook uit, alvorens deze in voorkomend geval te verhalen bij de schuldenaar.
In geval van niet-vastgestelde aansprakelijkheden, moet de verzekerde de verzekeraar in kennis stellen van de definitieve gerechtelijke beslissing die de aansprakelijkheden vaststelt.
Als de schadevergoeding die volgens het buitenlands recht verschuldigd is, hoger is dan deze op basis van het Belgisch recht, behoudt de verzekerde vanzelfsprekend de mogelijkheid om zijn rechten te laten gelden om van de aansprakelijke derde, een aanvulling op de schadevergoeding te bekomen.
Als de verzekeraar van de verzekeraar van de aansprakelijke een hogere vergoeding recupereert dan deze uitgekeerd op basis van het Belgisch recht, dan betaalt deze het verschil aan de betrokken verzekerde.
Artikel 79 Subrogatie
De verzekeraar is gesubrogeerd tot beloop van de vergoedingen die op basis van deze waarborg worden uitbetaald, in de rechten en de vorderingen van de begunstigde van deze schadeloosstellingen, tegen de aansprakelijke derden van het schadegeval, hun verzekeraars Burgerlijke Aansprakelijkheid of het gemeenschappelijk waarborgfonds.
Artikel 80 Administratieve bepalingen
De hieronder vermelde artikelen van titel 1.1, overgenomen uit de bijlage bij het KB betreffende de minimumvoorwaarden voor de verplichte aansprakelijkheidsverzekering inzake motorrijtuigen
(KB van 16 april 2018), zijn eveneens van toepassing:
• mee te delen gegevens bij het sluiten van de overeenkomst (artikel 2 tot en met 4);
• mee te delen gegevens in de loop van de overeenkomst (artikel 5 tot en met 9);
• overdracht van eigendom (artikel 10);
• duur - premie - wijziging van de verzekeringsvoorwaarden en premie (artikel 15 tot en met 22);
• schorsing van de overeenkomst (artikel 23 tot en met 25);
• einde van de overeenkomst (artikel 26 tot en met 31);
• mededelingen (artikel 37).
41
Titel 2
Verzekering rechtsbijstand en rechtsbijstand plus
De waarborgen waarvan de details in deze titel beschreven worden, zijn slechts verworven voor zover dit uitdrukkelijk vermeld wordt in de bijzondere voorwaarden.
Voor het beheer van de schadegevallen inzake de verzekering Rechtsbijstand, heeft Ethias gekozen voor een gescheiden beheer. Dit betekent dat de beheerders Rechtsbijstand apart en onafhankelijk werken van de personen die de andere verzekeringstakken beheren. Dankzij dit mechanisme van gescheiden beheer, georganiseerd conform het KB van 12 oktober 1990 betreffende de Rechtsbijstandsverzekering, worden de belangen van de verzekerden van Ethias gewaarborgd en beschermd tegen elk belangenconflict verbonden aan de uitoefening van multibranche verzekeringsactiviteiten.
Hoofdstuk 1 Verzekering rechtsbijstand
Artikel 1 Territoriale dekking
De waarborgen van deze verzekering zijn geldig in elk land waarvoor de dekking burgerlijke aansprakelijkheid wordt verleend overeenkomstig artikel 39 van titel 1.2.
Artikel 2 Voorwerp van de verzekering
De verzekeraar waarborgt aan de verzekerden betaling tot maximum 25 000,00 euro per schadegeval van de in artikel 3 van dit hoofdstuk vermelde kosten en veroorzaakt in de volgende omstandigheden voor zover deze voortvloeien uit het gebruik van het verzekerde motorrijtuig:
a) indien de verzekerden strafrechtelijk vervolgd worden:
1. voor inbreuk op de wetten en reglementen op de politie van het wegverkeer;
2. voor doodslag of verwondingen door onvoorzichtigheid ten gevolge van een ongeval veroorzaakt aan een derde;
b) om ten laste van een derde vergoeding te bekomen van de door de verzekerden geleden materiële en/of lichamelijke schade, op basis van de burgerlijke extracontractuele aansprakelijkheid of op basis van
artikel 29bis van de wet van 21 november 1989 betreffende de verplichte aansprakelijkheidsverzekering inzake motorrijtuigen (vergoeding « zwakke weggebruikers ») of van artikel 29ter van de wet van 21 november 1989 betreffende de verplichte aansprakelijkheidsverzekering inzake motorrijtuigen (vergoeding « onschuldige slachtoffers »).
Wanneer het verhaal echter gericht is tegen de toegelaten bestuurder van het verzekerde motorrijtuig of zijn verzekeraar BA-auto, komt de verzekering slechts tussen voor:
1. de verzekeringsnemer;
2. de inzittenden van het verzekerde motorrijtuig voor zover zij deel uitmaken van het gezin van de verzekeringsnemer.
Artikel 3 Aard van de vergoeding
De waarborg rechtsbijstand bestaat uit betaling van de kosten voor onderzoek, expertise of tegenexpertise, advocaat en procedure voor de Belgische en buitenlandse rechtsmachten. De verzekeraar neemt, tegen overlegging van de stavingsstukken, eveneens ten laste: terugbetaling van de reiskosten voor openbaar vervoer en de verblijfskosten, wanneer een verzekerde wettig bevolen wordt als beklaagde te verschijnen voor een buitenlandse rechtsmacht.
Als in eenzelfde schadegeval de maximumtussenkomst wordt overschreden door het totaalbedrag van de kosten ten laste van de verschillende betrokken verzekerden, dan wordt de tussenkomst van de verzekeraar proportioneel verdeeld ten belope van het verhaal van elk van hen, in hoofdorde en behoorlijk gestaafd.
42
Artikel 4 Waarborguitbreidingen
De verzekeraar waarborgt eveneens:
a) terugbetaling van de douanerechten:
de verzekeraar voorziet de terugbetaling van de douanerechten die van de eigenaar van het verzekerde motorrijtuig geëist worden wanneer het hem volledig onmogelijk is bedoeld motorrijtuig weer in te voeren ingevolge totale vernieling;
b) terugbetaling van kosten van repatriëring:
de verzekeraar voorziet de terugbetaling tot 500,00 euro van de vervoerskosten uitgegeven voor repatriëring van het verzekerde motorrijtuig langs de normale weg naar België, zo dit motorrijtuig in het buitenland door ongeval of brand zodanig beschadigd zou zijn dat het niet op eigen krachten zijn weg kan vervolgen;
c) betaling van de kosten m.b.t. minnelijke bijstand bij gebrekkige herstelling:
de verzekeraar voorziet de terugbetaling tot 1 240,00 euro van de kosten met betrekking tot minnelijke bijstand, met uitsluiting van alle gerechtelijke procedures, in geval van betwisting tussen de eigenaar van het verzekerde motorrijtuig en de in het deskundigenverslag vermelde hersteller, ingevolge gebrekkige herstelling van het motorrijtuig;
Deze waarborguitbreiding is slechts geldig binnen een termijn van zes maanden vanaf de datum van herstelling. Bovendien zal zij slechts uitwerking hebben op voorwaarde dat de herstelling in België verricht werd en het een ongeval betreft dat door de verzekeraar vergoed werd;
d) terugbetaling van vervoers- en verblijfskosten:
de verzekeraar voorziet de terugbetaling, tegen overlegging van de stavingsstukken en tot 1 240,00 euro per schadegeval, van de vervoers- en verblijfskosten uitgegeven door een verzekerde die zich naar het buitenland heeft moeten begeven om er een minnelijk geneeskundig onderzoek te ondergaan;
e) onvermogendheid van derden:
de verzekeraar voorziet de terugbetaling tot 6 200,00 euro, na toepassing van een vrijstelling van
250,00 euro, van de schade aan het verzekerde motorrijtuig veroorzaakt bij een ongeval in België door een geheel of gedeeltelijk aansprakelijk erkende derde, op voorwaarde dat deze derde met name geïdentificeerd en zijn onvermogendheid behoorlijk vastgesteld is volgens de termen van een proces-verbaal van niet-bevinding. Deze waarborg heeft geen uitwerking bij diefstal van het verzekerde motorrijtuig.
f ) voorschot van de vrijstelling
als in het kader van een gedekt schadegeval een derde die als aansprakelijke wordt beschouwd door zijn verzekeraar, weigert de vrijstelling te betalen die conform zijn verzekeringscontract « burgerlijke aansprakelijkheid » ten laste van hem is gebleven, dan schiet Ethias dit bedrag van de vrijstelling voor, voor zover de andere verzekeraar aan Ethias zijn tussenkomst heeft bevestigd. Door dit bedrag van de
vrijstelling voor te schieten, is Ethias automatisch gesubrogeerd in de rechten van de verzekerde om dit bedrag van de aansprakelijke derde te eisen.
g) aanhangwagen
de aanhangwagen van minder dan 750 kg die eigendom van de verzekerde is of die aan hem is toevertrouwd,
is verzekerd voor zover een motorrijtuig van de verzekeringsnemer, de inwonende partner of een inwonend kind bij Ethias is verzekerd inzake Rechtsbijstand.
Dezelfde waarborg onder dezelfde voorwaarden geldt voor de aanhangwagen van meer dan 750 kg op voorwaarde dat deze vermeld is in de bijzondere voorwaarden.
Artikel 5 Wat is niet verzekerd?
De verzekeraar komt niet tussen in de volgende gevallen:
• geldboeten en minnelijke schikkingen in strafzaken alsook elke bijdrage van welke aard ook, ten laste van de verzekerde die als een wettelijke en verplichte aanvullende heffing bij een strafrechtelijke veroordeling ten aanzien van hem wordt uitgesproken;
• de kosten van onderzoeken en testen die verzekerde ingevolge een strafrechtelijke veroordeling dient te ondergaan ter evaluatie van diens rijgeschiktheid of met het oog op een eventueel behoud of intrekking van het rijbewijs;
43
• de waarborg onvermogendheid van derden en de terugbetaling van repatriëringskosten hebben geen uitwerking bij diefstal, poging tot diefstal of inbraak in het verzekerde motorrijtuig, gewelddaden of vandalisme met betrekking tot het motorrijtuig;
• het deelnemen door de verzekerden aan oorlogsfeiten, burgeroorlog of soortgelijke daden zoals terroristische daden, burgerlijke of politieke onlusten, oproer, stakingen of lock-out;
• schade te wijten aan de eigenschappen van atoombrandstoffen of van radioactieve producten of afval;
• de betwistingen betreffende de toepassing van de wetgeving inzake arbeidsongevallen;
• de kosten van onderzoek, expertise of procedure voor rekening van de tegenpartij(en);
• het gratieverzoek behalve ingeval van een veroordeling tot een vrijheidsstraf;
• de tijdelijke vervangingsmotorrijtuigen.
Hoofdstuk 2 Verzekering rechtsbijstand plus
Artikel 6 Territoriale dekking
De waarborgen van deze verzekering zijn geldig:
a) voor de besprekingen, onderhandelingen en minnelijke regelingen die door de Dienst Rechtsbijstand gevoerd worden en voor gerechtelijke en administratieve procedures: in de gehele wereld;
b) voor de onvermogendheid van derden en de repatriëring: in de landen van de EU, Noorwegen en Zwitserland
Artikel 7 Voorwerp van de verzekering
De waarborg van deze verzekering bestaat uit betaling van de kosten voor onderzoek, expertise, advocaat, deurwaarder en procedure voor de Belgische en buitenlandse rechtsmachten die door de verzekerde verschuldigd zijn.
Indien de verzekerde gerechtelijk verplicht is de gerechtskosten van de tegenpartij terug te betalen, worden deze eveneens ten laste genomen.
De kosten en honoraria in verband met een procedure in cassatie of voor een internationale rechtbank worden echter niet ten laste genomen indien de hoofdinzet kleiner is dan 1 240,00 euro.
Artikel 8 Aard en omvang van de vergoeding
Tot een maximumbedrag van 75 000,00 euro per schadegeval waarborgt de verzekeraar aan de verzekerden de volgende rechtsbijstand:
a) strafrechtelijke verdediging:
de verzekeraar waarborgt de strafrechtelijke verdediging van de verzekerden wanneer deze vervolgd worden voor inbreuken op de wetten en reglementen op de politie van het wegverkeer en bij onvrijwillige doodslag of verwondingen in het kader van het gebruik of het bezit van het verzekerde motorrijtuig;
b) burgerlijke verdediging:
de verzekeraar waarborgt de burgerlijke verdediging zo de verzekerde door een derde wordt aangesproken als aansprakelijke voor het ongeval.
Deze waarborg geldt als aanvulling op de waarborg « burgerlijke aansprakelijkheid » wanneer er met de burgerlijke aansprakelijkheidsverzekeraar belangenconflicten ontstaan;
c) burgerlijk verhaal:
de verzekeraar waarborgt het verhaal op basis van de burgerlijke extracontractuele aansprakelijkheid van de schade, geleden door de verzekerden, ten opzichte van een derde, aansprakelijk voor het ongeval, of in het kader van de bepalingen van artikel 29bis van de wet van 21 november 1989 betreffende de verplichte aansprakelijkheidsverzekering inzake motorrijtuigen (vergoeding « zwakke weggebruikers ») of van
artikel 29ter van de wet van 21 november 1989 betreffende de verplichte aansprakelijkheidsverzekering inzake motorrijtuigen (vergoeding « onschuldige slachtoffers »).
44
d) administratieve geschillen:
de verzekeraar waarborgt de administratieve geschillen betreffende:
• de inschrijving van het verzekerde motorrijtuig;
• de verkeersbelasting van het verzekerde motorrijtuig;
• de technische keuring van het verzekerde motorrijtuig;
e) contractuele geschillen:
de verzekeraar waarborgt inzake het verzekerde motorrijtuig het verhaal en de verdediging in contractuele geschillen met derden met betrekking tot:
• de verkoop of aankoop;
• de herstelling of de garantieverplichting;
• het uitlenen of huren van een motorrijtuig in vervanging van het verzekerde motorrijtuig;
• het depanneren of wegslepen;
• het tanken in een tankstation;
• het reinigen door een professioneel, met inbegrip van een car wash-dienst.
Wanneer het verhaal meer bepaald in de gevallen vermeld onder de b), c) en e) echter gericht is tegen de toegelaten bestuurder van het verzekerde motorrijtuig, aansprakelijk voor het schadegeval, of zijn verzekeraar, komt de verzekering slechts tussen voor:
• de verzekeringsnemer;
• de inzittenden van het verzekerde motorrijtuig.
Zo in eenzelfde schadegeval de maximum tussenkomst wordt overschreden door het totale bedrag van de kosten ten laste van verschillende betrokken verzekerden, zal de tussenkomst gebeuren in verhouding tot de door elk van hen gemaakte kosten.
Artikel 9 Waarborguitbreidingen
De verzekeraar waarborgt eveneens:
a) onvermogendheid van derden:
terugbetaling tot 15 000,00 euro van de schade aan verzekerde motorrijtuig veroorzaakt door een met name geïdentificeerd onvermogend persoon wiens gehele of gedeeltelijke aansprakelijkheid voor het schadegeval door een rechtbank werd erkend, op voorwaarde dat zijn onvermogendheid behoorlijk vastgesteld is volgens een proces-verbaal van niet-bevinding;
b) voorschot op schadevergoeding:
betaling tot 7 500,00 euro van een voorschot op de onbetwistbaar vaststaande schade wanneer het verzekerde motorrijtuig betrokken is in een verkeersongeval in het buitenland en de volledige aansprakelijkheid van een met name geïdentificeerd persoon door een rechtbank of door diens burgerlijke aansprakelijkheidsverzekeraar werd erkend.
De verzekeraar wordt, ten opzichte van de aansprakelijke derde en diens burgerlijke aansprakelijkheidsverzekeraar, in de rechten en vorderingen van de verzekerde gesteld. Indien de verzekeraar er niet in slaagt het voorschot terug te vorderen of wanneer het voorschot ten onrechte werd betaald, verbindt de verzekerde zich tot terugbetaling ervan;
c) terugbetaling van douanerechten:
terugbetaling van de douanerechten die van de verzekerde als eigenaar van het verzekerde motorrijtuig geëist worden wanneer het hem volledig onmogelijk is bedoeld motorrijtuig weer in te voeren ingevolge totaal verlies;
d) terugbetaling van kosten van repatriëring:
terugbetaling tot 1 500,00 euro van de vervoerskosten uitgegeven voor repatriëring van het verzekerde motorrijtuig langs de normale weg naar België, zo dit motorrijtuig in het buitenland door ongeval of brand zodanig beschadigd zou zijn dat het niet op eigen krachten zijn weg kan vervolgen;
e) terugbetaling van verplaatsings- en verblijfskosten:
terugbetaling , tegen overlegging van de stavingstukken en tot 1 500,00 euro, van de gemaakte verplaatsingskosten in België en in het buitenland en van de gemaakte verblijfskosten in het buitenland wanneer een verzekerde in het kader van een gedekt schadegeval persoonlijk dient te verschijnen voor een rechtsmacht of wanneer de verzekerde zich moet verplaatsen om er een geneeskundig onderzoek te ondergaan.
45
f ) voorschot van de vrijstelling
als in het kader van een gedekt schadegeval een derde die als aansprakelijke wordt beschouwd door zijn verzekeraar, weigert de vrijstelling te betalen die conform zijn verzekeringscontract « burgerlijke aansprakelijkheid » ten laste van hem is gebleven, dan schiet Ethias dit bedrag van de vrijstelling voor, voor zover de andere verzekeraar aan Ethias zijn tussenkomst heeft bevestigd. Door dit bedrag van de
vrijstelling voor te schieten, is Ethias automatisch gesubrogeerd in de rechten van de verzekerde om dit bedrag van de aansprakelijke derde te eisen.
g) aanhangwagen
de aanhangwagen van minder dan 750 kg die eigendom van de verzekerde is of die aan hem is toevertrouwd,
is verzekerd voor zover een motorrijtuig van de verzekeringsnemer, de inwonende partner of een inwonend kind bij Ethias is verzekerd inzake Rechtsbijstand Plus.
Dezelfde waarborg onder dezelfde voorwaarden geldt voor de aanhangwagen van meer dan 750 kg op voorwaarde dat deze vermeld is in de bijzondere voorwaarden.
Artikel 10 Wat is niet verzekerd?
De verzekeraar komt niet tussen in de volgende gevallen:
• betwistingen met betrekking tot contracten afgesloten met Ethias met uitzondering van de burgerlijke verdediging voorzien in artikel 8 b) van dit hoofdstuk;
• verzekerden die een bedrijvigheid uitoefenen met betrekking tot de constructie, de handel, de verhuring, de herstelling of de stalling van motorrijtuigen;
• geldboeten en minnelijke schikkingen in strafzaken alsook elke bijdrage van welke aard ook, ten laste van de verzekerde die als een wettelijke en verplichte aanvullende heffing bij een strafrechtelijke veroordeling ten aanzien van hem wordt uitgesproken;
• de kosten van onderzoeken en testen die verzekerde ingevolge een strafrechtelijke veroordeling dient te ondergaan ter evaluatie van diens rijgeschiktheid of met het oog op een eventueel behoud of intrekking van het rijbewijs;
• betwistingen betreffende de toepassing van de wetgeving inzake arbeidsongevallen;
• de waarborgen « onvermogendheid van derden », voorschot op schadevergoeding en de terugbetaling van repatriëringskosten hebben geen uitwerking bij diefstal, poging tot diefstal of inbraak in het verzekerde motorrijtuig, gewelddaden of vandalisme met betrekking tot het motorrijtuig;
• het deelnemen door de verzekerden aan oorlogsfeiten, burgeroorlog of soortgelijke daden zoals terroristische daden, burgerlijke of politieke onlusten, oproer, stakingen of lock-out;
• schade te wijten aan de eigenschappen van atoombrandstoffen of van radioactieve producten of afval;
• het gratieverzoek behalve ingeval van een veroordeling of vrijheidsstraf;
• contractuele en administratieve geschillen die betrekking hebben op een aanhangwagen die niet aan een verzekerde toebehoort.
Hoofdstuk 3 Gemeenschappelijke bepalingen
Artikel 11 Schadegevallen
Bij een schadegeval verbindt de verzekerde er zich toe:
• ieder schadegeval onmiddellijk en ten laatste binnen de acht dagen nadat het is voorgevallen schriftelijk aan de verzekeraar aan te geven;
• in de mate van het mogelijke in de schadeaangifte de oorzaken, de omstandigheden en de vermoedelijke gevolgen van het schadegeval te vermelden;
• de verzekeraar zonder verwijl alle door hem gevraagde nuttige inlichtingen en documenten te verschaffen;
• persoonlijk te verschijnen op de terechtzittingen waarvoor de aanwezigheid van de verzekeringsnemer of die van de verzekerde persoon wordt vereist;
• de verzekeraar binnen de 48 uur na hun afgifte of betekening alle dagvaardingen, oproepingen, gerechtelijke of buitengerechtelijke stukken te bezorgen;
46
• bij een gerechtelijke of administratieve procedure, de naam van de gekozen advocaat of expert aan de verzekeraar mee te delen;
• de Dienst Rechtsbijstand op de hoogte te houden van het verloop van de procedure.
Elke opzettelijk onjuiste verklaring gedaan bij een schadegeval ontneemt de verzekerde het voordeel van de waarborg en geeft de verzekeraar het recht de reeds betaalde sommen terug te vorderen.
Artikel 12 Procedure
De Dienst Rechtsbijstand neemt de leiding van alle besprekingen, onderhandelingen en minnelijke regelingen.
De verzekerde heeft vrije keuze van deskundigen die worden belast met zijn vertegenwoordiging bij zowel minnelijke als gerechtelijk bevolen expertises.
Indien voor het schadegeval geen minnelijke regeling wordt gevonden, duidt de verzekerde vrij de advocaat of elke andere persoon die over de door de toepasselijke wet voor de procedure vereiste kwalificaties beschikt aan, belast met de verdediging van zijn belangen in elke gerechtelijke of administratieve procedure of bij arbitrage.
Indien tijdens de procedure de verzekerde van deskundige en/of advocaat verandert, zullen de verplichtingen van de verzekeraar beperkt zijn tot de kosten en honoraria waartoe deze gehouden zou zijn geweest indien de oorspronkelijk aangeduide deskundige en/of advocaat de procedure tot het einde zou hebben geleid. Deze beperking geldt niet in geval van overmacht.
Als de verzekeraar oordeelt dat de kosten en de honoraria van de door de verzekerde aangestelde advocaat abnormaal hoog zijn, dan verbindt de verzekerde zich ertoe om, op zijn verzoek, de Raad van de Orde te vragen om het bedrag hiervan vast te stellen.
Artikel 13 Objectiviteit
De verzekeraar behoudt zich het recht voor zijn medewerking te weigeren of zijn tussenkomst te onderbreken wanneer:
a) deze de stelling van een verzekerde onhoudbaar of het geding nutteloos acht;
b) deze oordeelt dat een voorstel tot dading billijk en voldoende is;
c) volgens deze een verhaal tegen een gerechtelijke beslissing geen ernstige kans van slagen heeft;
d) uit de inlichtingen die deze genomen heeft, blijkt dat de als aansprakelijk beschouwde derde onvermogend is.
Indien de verzekerde de mening van de verzekeraar met betrekking tot de regeling van het schadegeval niet deelt, en na kennisgeving van het standpunt van de verzekeraar of van de weigering van de verzekeraar om zijn stelling te volgen, heeft hij het recht een advocaat naar keuze te raadplegen, zonder afbreuk te doen aan de mogelijkheid om een gerechtelijke procedure te starten.
Indien de advocaat de stelling van de verzekerde bevestigt, verleent de verzekeraar ongeacht de uitslag van de procedure, zijn waarborg en draagt alle kosten en honoraria van voornoemde raadpleging.
Indien de advocaat daarentegen de stelling van de verzekeraar bevestigt, betaalt de verzekeraar 50 % van de kosten en honoraria voor het voornoemde advies en beëindigt zijn optreden.
Wanneer de verzekerde, ondanks het negatief advies van zijn advocaat een rechtsvordering instelt, en een beter resultaat behaalt dan hetgeen hij zou verkregen hebben indien hij het standpunt van de verzekeraar zou hebben aanvaard, verleent de verzekeraar zijn waarborg en neemt deze de rest van de kosten en honoraria van voornoemd advies ten laste.
Artikel 14 Belangenconflict
Telkens er een belangenconflict ontstaat tussen de verzekeraar en de verzekerde, heeft deze laatste vrije keuze van advocaat of ieder andere persoon die de vereiste kwalificaties heeft krachtens de op de procedure toepasselijke wet.
47
Artikel 15 Subrogatie
De verzekeraar wordt in de rechten van de verzekerde gesteld voor de terugvordering van de bedragen die de verzekeraar ten laste heeft genomen of die deze heeft voorgeschoten evenals van de rechtsplegingvergoedingen.
Artikel 16 Administratieve bepalingen
De hieronder vermelde artikelen van titel 1.1., overgenomen uit het KB betreffende de minimumvoorwaarden voor de verplichte aansprakelijkheidsverzekering inzake motorrijtuigen (KB van 16 april 2018), zijn eveneens van toepassing:
• mee te delen gegevens bij het sluiten van de overeenkomst (artikel 2 tot en met 4);
• mee te delen gegevens in de loop van de overeenkomst (artikel 5 tot en met 9);
• overdracht van eigendom (artikel 10);
• duur - premie - wijziging van de verzekeringsvoorwaarden en premie (artikel 15 tot en met 22);
• schorsing van de overeenkomst (artikel 23 tot en met 25);
• einde van de overeenkomst (artikel 26 tot en met 31);
• mededelingen (artikel 37).
48
Titel 3
Verzekering van de bestuurder
De waarborgen waarvan de details in deze titel beschreven worden, zijn slechts verworven voor zover dit uitdrukkelijk vermeld wordt in de bijzondere voorwaarden.
Artikel 1 Territoriale dekking
De waarborgen van deze verzekering zijn geldig in elk land waarvoor de dekking burgerlijke aansprakelijkheid wordt verleend overeenkomstig artikel 39 van titel 1.2.
Artikel 2 Voorwerp van de verzekering
De verzekeraar waarborgt, tot maximum 1 500 000,00 euro per schadegeval, ten aanzien van de begunstigden de overeenkomstig artikel 3 van titel 3 hierna omschreven schadevergoedingen, wanneer de verzekerde het slachtoffer is van een schadegeval dat voortvloeit uit het gebruik van het verzekerde motorrijtuig in het verkeer.
De vergoeding van de verschillende gewaarborgde schades gebeurt volgens de regels van het gemeen recht, dit wil zeggen op basis van de vergoedingen zoals ze voor gelijkaardige gevallen over het algemeen worden toegekend door de rechtbanken.
Deze waarborg dekt eveneens de schade veroorzaakt door een daad van terrorisme, zoals gedefinieerd en geregeld door de wet van 1 april 2007 (BS 15 mei 2007). In dit kader is Ethias toegetreden tot de vzw TRIP (Terrorism Reinsurance and Insurance Pool). Zowel het principe als de modaliteiten m.b.t. de vergoeding van een schadegeval voortvloeiend uit een daad van terrorisme worden voortaan bepaald door een Comité dat losstaat van de verzekeringsondernemingen en dat is opgericht overeenkomstig artikel 5 van de wet van 1 april 2007. Voor het geheel van haar verbintenissen ten aanzien van al haar verzekerden dekt Ethias overeenkomstig de bepalingen van
deze wet gezamenlijk met de andere leden van de vzw en de Belgische Staat de gebeurtenissen voorgevallen in een kalenderjaar ten belope van 1 miljard euro.
Artikel 3 Aard en omvang van de vergoedingen
A. In geval van verwondingen van de verzekerde
Ethias vergoedt aan de verzekerde:
• de geneeskundige behandelingskosten, de heelkundige en de farmaceutische kosten, met inbegrip van de revalidatie- en prothesekosten;
• de economische en morele schade voortspruitend uit de tijdelijke volledige of gedeeltelijke ongeschiktheid;
• de economische en morele schade voortspruitend uit de blijvende volledige of gedeeltelijke ongeschiktheid;
• de esthetische schade;
• de hulp van een derde zo deze tengevolge van de blijvende ongeschiktheid noodzakelijk is.
B. In geval van overlijden van de verzekerde
Ethias vergoedt aan de rechtverkrijgenden van de verzekerde:
• de terugbetaling van de begrafeniskosten;
• de economische en morele schade in hoofde van de rechtverkrijgenden als gevolg van het overlijden van de verzekerde.
Artikel 4 Wat is niet verzekerd?
Er is geen tussenkomst:
a) wanneer het schadegeval zich voordoet tijdens de deelname aan een snelheids-, regelmatigheids- of behendigheidsrit of wedstrijd, zelfs indien hiertoe van overheidswege toestemming is verleend;
b) wanneer op het ogenblik van het schadegeval het verzekerde motorrijtuig bestuurd wordt door een persoon die niet voldoet aan de voorwaarden die de Belgische wet en reglementen voorschrijven om het motorrijtuig te besturen, bijvoorbeeld door een persoon die de vereiste minimumleeftijd niet bereikt heeft, door een persoon die geen rijbewijs heeft of door een persoon die van het recht tot sturen vervallen verklaard is;
49
c) wanneer op het ogenblik van het schadegeval het verzekerde motorrijtuig, dat onderworpen is aan de Belgische reglementering op de technische controle, niet voldoet aan deze reglementering en in het verkeer gebracht wordt buiten het toegelaten traject. Dit verval van dekking kan enkel worden toegepast voor zover de verzekeraar aantoont dat er een oorzakelijk verband bestaat tussen de staat van het motorrijtuig en het schadegeval;
d) indien de verzekeraar bewijst dat het schadegeval opzettelijk door de verzekerde werd veroorzaakt;
e) indien de verzekeraar bewijst dat er een oorzakelijk verband is tussen het schadegeval en het zich bevinden van de verzekerde in staat van dronkenschap of in een soortgelijke toestand die het gevolg is van het gebruik van producten andere dan alcoholische dranken;
f ) wanneer het schadegeval rechtstreeks of onrechtstreeks voortkomt uit een verschijnsel van wijziging in de atoomkern of van radioactiviteit;
g) wanneer het schadegeval veroorzaakt is door oorlog of door gelijkaardige feiten of door burgeroorlog.
Artikel 5 Omschrijving van de vergoeding en voorschot op verhaal
A. Afwezigheid van aansprakelijke derde(n)
Wanneer de verzekerde het slachtoffer is van een schadegeval waarvoor geen enkel verhaal kan worden uitgeoefend tegen een aansprakelijke derde, betaalt de verzekeraar de voorziene vergoedingen, na aftrek van de vergoedingsuitkeringen gestort door de werkgever, het ziekenfonds of enige andere instelling of verzekeraar.
B. Aanwezigheid van aansprakelijke derde(n), zijn (hun) verzekeraar(s) of een Gemeenschappelijk waarborgfonds
Wanneer de verzekerde het slachtoffer is van een schadegeval waarvoor volledig of gedeeltelijk verhaal kan worden uitgeoefend tegen een aansprakelijke derde, zijn verzekeraar of een Gemeenschappelijk waarborgfonds, betaalt
de verzekeraar bij wijze van voorschot de vergoedingen zoals zij voorzien zijn in de waarborg, na aftrek van de vergoedingsuitkeringen gestort door de werkgever, het ziekenfonds of enige andere instelling of verzekeraar.
De verzekeraar verbindt zich er toe het eventuele verschil tussen het gedane voorschot en de uiteindelijk ten laste van de aansprakelijke derde, zijn verzekeraar of het Gemeenschappelijk waarborgfonds gelegde vergoeding, niet terug te vorderen.
C. Vergoedingstermijnen
Voor zover aan de voorwaarden van de waarborg is voldaan, verbindt de verzekeraar zich ertoe de verzekerde binnen volgende termijnen te vergoeden:
• voor de uitkering van een voorschot: binnen de dertig dagen volgend op de ontvangst van de bewijsstukken en/ of de gevraagde inlichtingen;
• voor een definitieve regeling: binnen de dertig dagen na ontvangst van de door de begunstigde ondertekende dading.
Artikel 6 Schadegevallen
Ieder schadegeval moet onmiddellijk en ten laatste binnen de acht dagen nadat het is voorgevallen schriftelijk aan de verzekeraar worden aangegeven.
De aangifte van schade moet in de mate van het mogelijke de oorzaken, de omstandigheden en de vermoedelijke gevolgen van het schadegeval vermelden.
De verzekeringsnemer, de verzekerde of zijn rechtverkrijgenden dienen de verzekeraar zonder verwijl alle door hem gevraagde nuttige inlichtingen en documenten te verschaffen.
Artikel 7 Subrogatie
De verzekeraar is gesubrogeerd in de rechten en de vorderingen van de begunstigde van de vergoedingen, ten belope van alle in het kader van deze waarborg betaalde vergoedingen, opzichtens de voor het schadegeval aansprakelijke derden, hun burgerlijke aansprakelijkheidsverzekeraars en het Gemeenschappelijk waarborgfonds.
50
Artikel 8 Administratieve bepalingen
De hieronder vermelde artikelen van titel 1.1, overgenomen uit de bijlage bij het KB betreffende de minimumvoorwaarden voor de verplichte aansprakelijkheidsverzekering inzake motorrijtuigen
(KB van 16 april 2018), zijn eveneens van toepassing:
• mee te delen gegevens bij het sluiten van de overeenkomst (artikel 2 tot en met 4);
• mee te delen gegevens in de loop van de overeenkomst (artikel 5 tot en met 9);
• overdracht van eigendom (artikel 10);
• duur - premie - wijziging van de verzekeringsvoorwaarden en premie (artikel 15 tot en met 22);
• schorsing van de overeenkomst (artikel 23 tot en met 25);
• einde van de overeenkomst (artikel 26 tot en met 31);
• mededelingen (artikel 37).
51
Titel 4
Mobility maxi
De waarborgen waarvan de details in deze titel beschreven worden, zijn slechts verworven voor zover dit uitdrukkelijk vermeld wordt in de bijzondere voorwaarden.
Artikel 1 Territoriale dekking
Deze waarborg is uitsluitend geldig in België, het Groothertogdom Luxemburg of tot maximum 50 km buiten onze grenzen met de andere buurlanden.
Artikel 2 Voorwerp van de waarborg
Indien het omschreven motorrijtuig niet meer rijvaardig is als een onmiddellijk gevolg van een brand, een gebeurtenis die valt onder de waarborg natuurkrachten en aanraking met dieren (met inbegrip van het krabben of bijten van een dier), een daad van vandalisme, een poging tot diefstal of een verkeersongeval in België, het Groothertogdom Luxemburg of tot maximum 50 km buiten de Belgische grenzen met de andere buurlanden, waarborgt de verzekeraar (tel. 000 00 00 00) het ter beschikking stellen van een vervangingsmotorrijtuig van de categorie A of B:
• gedurende maximum tien dagen ingeval van herstelling van het omschreven motorrijtuig;
• gedurende maximum dertig dagen ingeval van een totaal verlies van het omschreven motorrijtuig.
Bij diefstal van het omschreven motorrijtuig in België, het Groothertogdom Luxemburg of tot maximum 50 km buiten de Belgische grenzen met de andere buurlanden, waarborgt de verzekeraar eveneens het ter beschikking stellen van een vervangingsmotorrijtuig van de categorie A of B gedurende maximum 30 dagen. De diefstal moet worden bewezen door een klachtneerlegging bij de bevoegde politiedienst.
De vermelde termijnen nemen aanvang op de dag van de gebeurtenis die leidt tot de immobilisering van het omschreven motorrijtuig, of op de dag van de klachtneerlegging ingeval van diefstal of poging tot diefstal van het omschreven motorrijtuig.
De verzekerde verbindt zich ertoe het motorrijtuig terug te brengen naar de plaats die overeengekomen werd met de firma die het geleverd heeft.
Het ter beschikking stellen van een vervangingsmotorrijtuig is slechts gewaarborgd indien de verzekeraar haar voorafgaandelijk akkoord heeft gegeven.
Anderzijds is het ter beschikking stellen van de vervangingsmotorrijtuig onderworpen aan de voorwaarden en regels opgelegd door de maatschappij die het levert. Deze voorwaarden zijn doorgaans:
• het betalen van een borgsom;
• minstens 21 jaar oud zijn;
• sinds minstens één jaar houder zijn van een geldig rijbewijs.
Artikel 3 Wat is niet verzekerd?
a) de opgelopen boetes, de brandstofkosten, de eventuele vrijstelling van toepassing bij een schadegeval of alle andere kosten met betrekking tot het gebruik of het ter beschikking stellen/de teruggave van het vervangingsmotorrijtuig;
b) ieder verzoek tot tussenkomst indien de verzekeraar bewijst dat er een oorzakelijk verband is tussen het schadegeval en het zich bevinden van de verzekerde in staat van alcoholvergiftiging (gelijk aan of hoger dan 1,5 gram per liter bloed of 0,66 milligram per liter uitgeademde alveolaire lucht), in staat van dronkenschap of onder invloed van drugs of hallucinogene stoffen of van medicijnen waarvan het gebruik de verzekerde ongeschikt tot sturen maakt;
c) ieder verzoek tot tussenkomst wanneer het motorrijtuig op het moment van het schadegeval bestuurd wordt door een persoon die niet voldoet aan de voorwaarden die de Belgische wet en reglementeringen voorschrijven om het motorrijtuig te besturen. Bijvoorbeeld: een persoon die de vereiste minimumleeftijd niet heeft bereikt, die geen rijbewijs heeft of voor wie een verval van het recht tot sturen werd uitgesproken.
In de gevallen vermeld onder de paragrafen b) en c) blijft de waarborg verworven voor de verzekerde indien hij aantoont dat de feiten zich hebben voorgedaan buiten zijn medeweten of in strijd zijn met de gegeven richtlijnen. In dat geval behoudt de verzekeraar zich het recht voor om de bedragen die deze ten laste genomen heeft of de uitgekeerde voorschotten binnen het kader van deze waarborg terug te vorderen van de bestuurder van het omschreven motorrijtuig.
52
Artikel 4 Subrogatie
De verzekeraar wordt in de rechten van de verzekerde gesteld voor de terugvordering van de bedragen en de rechtsplegingsvergoedingen die de verzekeraar ten laste heeft genomen of die deze heeft voorgeschoten.
Artikel 5 Administratieve bepalingen
De hieronder vermelde artikelen van titel 1.1 overgenomen uit de bijlage bij KB betreffende de minimumvoorwaarden voor de verplichte aansprakelijkheidsverzekering inzake motorrijtuigen (KB van 16 april 2018), zijn eveneens van toepassing:
• mee te delen gegevens bij het sluiten van de overeenkomst (artikel 2 tot en met 4);
• mee te delen gegevens in de loop van de overeenkomst (artikel 5 tot en met 9);
• overdracht van eigendom (artikel 10);
• duur - premie - wijziging van de verzekeringsvoorwaarden en premie (artikel 15 tot en met 22);
• schorsing van de overeenkomst (artikel 23 tot en met 25);
• einde van de overeenkomst (artikel 26 tot en met 31);
• mededelingen (artikel 37).
53
Titel 5
Verzekering mini omnium en mini omnium plus
Deze waarborgen waarvan de details in deze titel beschreven worden, zijn slechts verworven voor zover dit uitdrukkelijk vermeld wordt in de bijzondere voorwaarden.
In geen enkel geval is de verzekeraar gehouden tot een schadevergoeding die niet uitdrukkelijk voorzien werd in de huidige verzekeringsovereenkomst.
Hoofdstuk 1 Verzekering Mini Omnium
Artikel 1 De verzekerde waarborgen
De verzekering Mini Omnium omvat de waarborgen brand, diefstal, glasbreuk, natuurkrachten en aanraking met dieren.
Artikel 2 De waarborg brand
a) Omvang van de waarborg
De verzekeraar dekt het omschreven motorrijtuig tegen brand, schade door vuur, ontploffing, steekvlammen, bliksem en kortsluiting in de elektrische installaties waar de gebeurtenis zich ook voordoet en wat er ook de oorzaak van is.
b) Wat is niet verzekerd?
1. Schade veroorzaakt door de lading van licht ontvlambare of ontplofbare stoffen of goederen behalve wanneer het gaat om:
- de brandstofreserve bestemd voor het gebruik van het omschreven motorrijtuig;
- gasflessen of andere met brandbare stoffen gevulde producten voor huishoudelijk gebruik.
2. Schade veroorzaakt door dieven.
Artikel 3 De waarborg diefstal
a) Omvang van de waarborg
De verzekeraar dekt de diefstal van het omschreven motorrijtuig en zijn toebehoren, evenals de schade toegebracht door diefstal of de poging ertoe.
b) Diefstal van de sleutels van het omschreven motorrijtuig
De verzekeraar neemt tevens de diefstal van de sleutel(s) van het omschreven motorrijtuig ten laste bij acuut gevaar voor diefstal van of in het motorrijtuig. In deze hypothese vergoedt de verzekeraar ook de kosten voor het vervangen van de sloten of het opnieuw programmeren van de gecodeerde sleutels.
Deze waarborguitbreiding is niet van toepassing indien de sleutel(s) neergelegd of onbeheerd achtergelaten werden in een publiek toegankelijke plaats of gewoon verloren zijn.
c) Vergoedingstermijn
Bij diefstal van het omschreven motorrijtuig, betaalt de verzekeraar de verschuldigde vergoeding ten laatste de dertigste dag volgend op de ontvangst van de schadeaangifte wanneer het motorrijtuig niet binnen deze termijn wordt teruggevonden.
Wordt het motorrijtuig na deze termijn teruggevonden, dan heeft de verzekeringsnemer twee opties:
• hij kiest voor het motorrijtuig en betaalt de ontvangen vergoeding terug. De eventuele kosten van de herstelling worden door de verzekeraar gedragen binnen de grenzen van de waarborg;
OF
• hij behoudt de vergoeding en laat het motorrijtuig over aan de verzekeraar. Hetzelfde geldt voor de gewaarborgde diefstal van toebehoren.
54
d) De verzekeraar komt niet tussen voor het omschreven motorrijtuig en zijn toebehoren in de volgende gevallen:
1. diefstal, poging tot diefstal en de beschadigingen erdoor toegebracht indien deze werd gepleegd door of met de medeplichtigheid van:
- familieleden van de verzekeringsnemer, van de verzekerde of van personen met wie de verzekeringsnemer of de verzekerde regelmatig of occasioneel samenleeft;
- aangestelden van de verzekeringsnemer, van de verzekerde of van personen met wie de verzekeringsnemer of de verzekerde regelmatig of occasioneel samenleeft;
- personen aan wie de verzekeringsnemer of de verzekerde het motorrijtuig of de sleutels ervan heeft toevertrouwd;
2. diefstal, poging tot diefstal en de beschadigingen erdoor toegebracht als gevolg van:
- het loutere verlies van de sleutels van het motorrijtuig;
- het onbeheerd achterlaten van een sleutel van het motorrijtuig of het achterlaten van een sleutel van het motorrijtuig in of op het motorrijtuig;
- het niet-activeren of de niet-werking van de anti-diefstal beveiliging of de vergrendeling van het motorrijtuig, behalve indien het motorrijtuig in een afgesloten privégarage werd gestald;
3. daden van vandalisme;
4. diefstal, poging tot diefstal en de beschadigingen als gevolg van misbruik van vertrouwen.
e) Anti-diefstal beveiliging
Behoudens andersluidend beding in de bijzondere voorwaarden, moet het omschreven motorrijtuig, op straffe van verlies van de waarborg, uitgerust zijn met een normaal functionerend antidiefstalsysteem dat beantwoordt aan de norm IM (INCERT) of een soortgelijk systeem goedgekeurd door de constructeur (type « transponder »).
Artikel 4 De waarborg glasbreuk
a) Omvang van de waarborg
De verzekeraar dekt het verzekerde motorrijtuig, uitgezonderd in geval van totaal verlies, tegen het breken, het krassen of het barsten van de voorruit en/of de zij- en achterruiten en het spiegelglas van de achteruitkijkspiegels van het verzekerde motorrijtuig.
De schadevergoeding omvat (met uitsluiting van elke andere schadeloosstelling):
1. de materiaalkost voor de herstelling van de gebroken ruit volgens de in België of op de Belgische markt gangbare prijzen ;
2. de prijs van de gebroken ruit volgens de in België of de op de Belgische markt gangbare prijzen indien herstelling om technische redenen niet mogelijk is;
3. het arbeidsloon voor het herstellen van de ruit of het wegnemen van de gebroken ruit en voor het plaatsen van nieuwe ruiten;
4. de prijs van nieuwe hechtingsvoegen indien deze onontbeerlijk zijn voor het aanbrengen van nieuwe ruiten.
De vervanging moet gerechtvaardigd worden door een factuur opgemaakt op naam van de verzekeringsnemer en met vermelding van het merk en het chassisnummer van het verzekerde motorrijtuig. De factuur moet voor voldaan worden ondertekend door de leverancier.
b) Wat is niet verzekerd?
1. De achterruit die integraal deel uitmaakt van de kap van de cabrio.
2. De uitsluitingen opgesomd onder de titel «Wat is niet verzekerd?» van artikel 13 van deze titel zijn ook hier van toepassing.
55
Artikel 5 De waarborg natuurkrachten en aanraking met dieren
a) Omvang van de waarborg
De verzekeraar dekt het verzekerde motorrijtuig tegen schade die rechtstreeks en onmiddellijk voortvloeit uit:
1. het neerstorten van rotsen, steenval, terreinverschuivingen, lawines, druk van sneeuwmassa, storm, hagel, overstroming, orkaan, tornado, wervelstorm, aardbeving, vulkaanuitbarsting, vloedgolf;
2. de onverwachte aanraking met een dier aan de buitenkant van het motorrijtuig evenals de schade onrechtstreeks veroorzaakt aan het verzekerde motorrijtuig door een aanrijding met een dier voor zover het aangereden dier deel uitmaakt van de zogenaamde categorieën « groot wild » (herten, reeën, damherten, moeflons en everzwijnen) of « grootvee » (runderen, paarden, muildieren, ezels en varkens).
b) Wat is niet verzekerd?
1. Schade door overstroming die het gevolg is van de breuk van een leiding op de plaats waar het verzekerde motorrijtuig zich bevindt.
2. Schade aan het verzekerde motorrijtuig veroorzaakt door het krabben of bijten van een dier.
3. Schade veroorzaakt door aanrijding of omkanteling die volgt op de aanraking met het dier voor zover het aangereden dier geen deel uitmaakt van de zogenaamde categorieën « groot wild » (herten, reeën, damherten, moeflons en everzwijnen) of « grootvee » (runderen, paarden, muildieren, ezels en varkens), of door de inwerking van de natuurkrachten.
4. Schade aan de banden behalve wanneer deze samenvalt met een andere gewaarborgde schade.
5. De uitsluitingen opgesomd onder de titel « Wat is niet verzekerd?» van artikel 13 van deze titel zijn ook hier van toepassing.
Artikel 6 Diverse kosten
De verzekeraar betaalt eveneens tot maximum 1 250,00 euro (btw niet inbegrepen), per schadegeval de kosten voor het blussen van de brand, de stallingskosten, de kosten voor het vervoer (repatriëring inbegrepen) van het verzekerde motorrijtuig naar de hersteller en de demontagekosten noodzakelijk voor het bestek.
Bovendien zal de verzekeraar de kosten geïnd door het keuringsstation terugbetalen, wanneer het verzekerde motorrijtuig, onderworpen aan de Belgische reglementering op de technische controle, na herstelling, moet worden herkeurd.
Artikel 7 Herstellingen, totaal verlies en berekening van de schadevergoeding
a) Herstelling
Bij herstelbare schade veroorzaakt aan het verzekerde motorrijtuig door een gewaarborgd schadegeval, betaalt de verzekeraar de kosten voor de herstelling terug, met inbegrip van de niet-terugvorderbare btw wanneer de verzekerde deze werkelijk heeft betaald.
b) Totaal verlies
Er is totaal verlies wanneer het verzekerde motorrijtuig niet meer kan worden hersteld of wanneer de kosten voor herstelling op de datum van het schadegeval de toegekende schadevergoeding bij totaal verlies verminderd met de waarde van het wrak, overstijgen.
Er is ook totaal verlies wanneer het omschreven motorrijtuig niet is teruggevonden na afloop van de vergoedingstermijn voorzien in de waarborg « diefstal ».
Bij totaal verlies belast de verzekeraar zich met de verkoop van het wrak. In dat geval moet de uitbetaling van de vergoeding worden voorafgegaan door de afgifte van alle boorddocumenten, sleutels, codekaarten en soortgelijke zaken van het verzekerde motorrijtuig.
Indien de verzekerde het wrak behoudt, wordt de voorziene vergoeding verminderd met de waarde van het wrak.
Bij totaal verlies wordt de toegekende schadevergoeding verkregen door onderstaande waardeverminderingscoëfficiënten op grond van de ouderdom van het omschreven motorrijtuig toe te passen op de verzekerde waarde.
56
Minium Omnium |
• van de 1ste tot en met de 12de maand 0 % |
• van de 13de tot en met de 24ste maand 1,5 % per maand |
• van de 25ste tot en met de 72ste maand 1 % per maand |
Vanaf de 73ste maand zal worden vergoed volgens de werkelijke waarde van het omschreven motorrijtuig op het moment van het schadegeval.
Iedere begonnen kalendermaand geldt als een volledige maand. De begindatum is daarbij de eerste dag van de maand van de eerste inschrijving van het omschreven motorrijtuig. De einddatum is de dag van het schadegeval.
De verzekeraar vergoedt de verzekerde toebehoren van het omschreven motorrijtuig overeenkomstig de vergoedingscoëfficiënten die van toepassing zijn op het totaal verlies van het omschreven motorrijtuig.
Bovendien betaalt de verzekeraar de btw op het vergoedingsbedrag, weliswaar beperkt tot de werkelijk gedragen en niet-terugvorderbare btw, bij de verwerving van het omschreven motorrijtuig of van zijn toebehoren.
Hoofdstuk 2 Verzekering Mini Omnium Plus
Artikel 8 De verzekerde waarborgen
De verzekering Mini Omnium Plus omvat de waarborgen brand, diefstal, glasbreuk, natuurkrachten en aanraking met dieren en de waarborg totaal verlies.
Artikel 9 De waarborg brand
a) Omvang van de waarborg
De verzekeraar dekt het omschreven motorrijtuig tegen brand, schade door vuur, ontploffing, steekvlammen, bliksem en kortsluiting in de elektrische installaties waar de gebeurtenis zich ook voordoet en wat er ook de oorzaak van is.
b) Wat is niet verzekerd?
1. Schade veroorzaakt door de lading van licht ontvlambare of ontplofbare stoffen of goederen behalve wanneer het gaat om:
- de brandstofreserve bestemd voor het gebruik van het omschreven motorrijtuig;
- gasflessen of andere met brandbare stoffen gevulde producten voor huishoudelijk gebruik.
2. Schade veroorzaakt door dieven.
Artikel 10 De waarborg diefstal
a) Omvang van de waarborg
De verzekeraar dekt de diefstal van het omschreven motorrijtuig en zijn toebehoren, evenals de schade toegebracht door diefstal of de poging ertoe.
b) Diefstal van de sleutels van het omschreven motorrijtuig
De verzekeraar neemt tevens de diefstal van de sleutel(s) van het omschreven motorrijtuig ten laste bij acuut gevaar voor diefstal van of in het motorrijtuig. In deze hypothese vergoedt de verzekeraar ook de kosten voor het vervangen van de sloten of het opnieuw programmeren van de gecodeerde sleutels. Deze
waarborguitbreiding is niet van toepassing indien de sleutel(s) neergelegd of onbeheerd achtergelaten werden in een publiek toegankelijke plaats of gewoon verloren zijn.
c) Vergoedingstermijn
Bij diefstal van het omschreven motorrijtuig, betaalt de verzekeraar de verschuldigde vergoeding ten laatste de dertigste dag volgend op de ontvangst van de schadeaangifte wanneer het motorrijtuig niet binnen deze termijn wordt teruggevonden.
57
Wordt het motorrijtuig na deze termijn teruggevonden, dan heeft de verzekeringsnemer twee opties:
• hij kiest voor het motorrijtuig en betaalt de ontvangen vergoeding terug. De eventuele kosten van de herstelling worden door de verzekeraar gedragen binnen de grenzen van de waarborg;
OF
• hij behoudt de vergoeding en laat het motorrijtuig over aan de verzekeraar. Hetzelfde geldt voor de gewaarborgde diefstal van toebehoren.
d) De verzekeraar komt niet tussen voor het omschreven motorrijtuig en zijn toebehoren in de volgende gevallen:
1. diefstal, poging tot diefstal en de beschadigingen erdoor toegebracht indien deze werd gepleegd door of met de medeplichtigheid van:
- familieleden van de verzekeringsnemer, van de verzekerde of van personen met wie de verzekeringsnemer of de verzekerde regelmatig of occasioneel samenleeft;
- aangestelden van de verzekeringsnemer, van de verzekerde of van personen met wie de verzekeringsnemer of de verzekerde regelmatig of occasioneel samenleeft;
- personen aan wie de verzekeringsnemer of de verzekerde het motorrijtuig of de sleutels ervan heeft toevertrouwd;
2. diefstal, poging tot diefstal en de beschadigingen erdoor toegebracht als gevolg van:
- het loutere verlies van de sleutels van het motorrijtuig;
- het onbeheerd achterlaten van een sleutel van het motorrijtuig of het achterlaten van een sleutel van het motorrijtuig in of op het motorrijtuig;
- het niet-activeren of de niet-werking van de anti-diefstal beveiliging of de vergrendeling van het motorrijtuig, behalve indien het motorrijtuig in een afgesloten privégarage werd gestald;
3. daden van vandalisme;
4. diefstal, poging tot diefstal en de beschadigingen als gevolg van misbruik van vertrouwen.
e) Anti-diefstal beveiliging
Behoudens andersluidend beding in de bijzondere voorwaarden, moet het omschreven motorrijtuig, op straffe van verlies van de waarborg, uitgerust zijn met een normaal functionerend antidiefstalsysteem dat beantwoordt aan de norm IM (INCERT) of een soortgelijk systeem goedgekeurd door de constructeur (type « transponder »).
Artikel 11 De waarborg glasbreuk
a) Omvang van de waarborg
De verzekeraar dekt het verzekerde motorrijtuig, uitgezonderd in geval van totaal verlies, tegen het breken, het krassen of het barsten van de voorruit en/of de zij- en achterruiten en het spiegelglas van de achteruitkijkspiegels van het verzekerde motorrijtuig.
De schadevergoeding omvat (met uitsluiting van elke andere schadeloosstelling):
1. de materiaalkost voor de herstelling van de gebroken ruit volgens de in België of op de Belgische markt gangbare prijzen;
2. de prijs van de gebroken ruit volgens de in België of de op de Belgische markt gangbare prijzen indien herstelling om technische redenen niet mogelijk is;
3. het arbeidsloon voor het herstellen van de ruit of het wegnemen van de gebroken ruit en voor het plaatsen van nieuwe ruiten;
4. de prijs van nieuwe hechtingsvoegen indien deze onontbeerlijk zijn voor het aanbrengen van nieuwe ruiten.
De vervanging moet gerechtvaardigd worden door een factuur opgemaakt op naam van de verzekeringsnemer en met vermelding van het merk en het chassisnummer van het verzekerde motorrijtuig. De factuur moet voor voldaan worden ondertekend door de leverancier.
58
b) Wat is niet verzekerd?
1. De achterruit die integraal deel uitmaakt van de kap van de cabrio.
2. De uitsluitingen opgesomd onder de titel « Wat is niet verzekerd? » van artikel 13 van dit hoofdstuk zijn ook hier van toepassing.
Artikel 12 De waarborg natuurkrachten en aanraking met dieren
a) Omvang van de waarborg
De verzekeraar dekt het verzekerde motorrijtuig tegen schade die rechtstreeks en onmiddellijk voortvloeit uit:
1. het neerstorten van rotsen, steenval, terreinverschuivingen, lawines, druk van sneeuwmassa, storm, hagel, overstroming, orkaan, tornado, wervelstorm, aardbeving, vulkaanuitbarsting, vloedgolf;
2. de onverwachte aanraking met een dier aan de buitenkant van het motorrijtuig evenals de schade onrechtstreeks veroorzaakt aan het verzekerde motorrijtuig door een aanrijding met een dier voor zover het aangereden dier deel uitmaakt van de zogenaamde categorieën « groot wild » (herten, reeën, damherten, moeflons en everzwijnen) of « grootvee » (runderen, paarden, muildieren, ezels en varkens).
b) Wat is niet verzekerd?
1. Schade door overstroming die het gevolg is van de breuk van een leiding op de plaats waar het verzekerde motorrijtuig zich bevindt.
2. Schade aan het verzekerde motorrijtuig veroorzaakt door het krabben of bijten van een dier.
3. Schade veroorzaakt door aanrijding of omkanteling die volgt op de aanraking met het dier voor zover het aangereden dier geen deel uitmaakt van de zogenaamde categorieën « groot wild » (herten, reeën, damherten, moeflons en everzwijnen) of « grootvee » (runderen, paarden, muildieren, ezels en varkens), of door de inwerking van de natuurkrachten.
4. Schade aan de banden behalve wanneer deze samenvalt met een andere gewaarborgde schade.
5. De uitsluitingen opgesomd onder de titel « Wat is niet verzekerd? » van artikel 13 van dit hoofdstuk zijn ook hier van toepassing.
Artikel 13 De waarborg totaal verlies
a) Definitie van totaal verlies voor de toepassing van deze waarborg
Er is totaal verlies indien na expertise werd vastgesteld dat het verzekerde motorrijtuig niet meer kan worden hersteld of dat de kosten voor herstelling op datum van het schadegeval groter zijn dan 45 % van de waarde van het verzekerde motorrijtuig berekend overeenkomstig artikel 15 van dit hoofdstuk hierna van deze afdeling.
Indien de verzekerde het wrak behoudt, wordt de voorziene vergoeding verminderd met de waarde van het wrak.
De herstelling, zoals gedefinieerd in artikel 15 van dit hoofdstuk van deze afdeling, van het verzekerde motorrijtuig is niet verzekerd in het kader van deze waarborg.
b) Omvang van de waarborg
De verzekeraar vergoedt het totaal verlies zoals hierboven gedefinieerd, indien dit totaal verlies is te wijten aan een ongeval ten gevolge van schok, val, omkantelen of aanrijding.
Is eveneens verzekerd:
1. schade veroorzaakt door vandalisme;
2. schade overkomen tijdens het vervoer per spoor, over zee of door de lucht en gedurende het ermee gepaard gaande laden en lossen.
c) Wat is niet verzekerd?
1. Schade die zich voordoet na diefstal of poging tot diefstal.
2. Schade veroorzaakt door brand.
3. Schade ten gevolge van slijtage, constructie- of materiaalfout, of van duidelijk slecht onderhoud van het verzekerde motorrijtuig, of ten gevolge van een gebruik van het verzekerde motorrijtuig dat niet overeenkomt met de instructies van de constructeur.
4. Schade veroorzaakt door de vervoerde voorwerpen, het laden of lossen ervan, of ten gevolge van het
59
gewicht van de lading van het verzekerde motorrijtuig.
5. Schade die zich voordoet wanneer het verzekerde motorrijtuig in huur is gegeven.
6. Schade veroorzaakt bij de voorbereiding of de deelname aan snelheids-, regelmatigheids- of behendigheidsritten of -wedstrijden. Blijft nochtans gewaarborgd de schade veroorzaakt ter gelegenheid van een rally met uitsluitend een toeristisch doel.
7. Schade wanneer op het ogenblik van het schadegeval het verzekerde motorrijtuig, dat onderworpen is aan de Belgische reglementering op de technische controle, niet voldoet aan deze reglementering en in het verkeer gebracht wordt buiten het toegelaten traject. Dit verval van dekking kan enkel worden toegepast voor zover de verzekeraar aantoont dat er een oorzakelijk verband bestaat tussen de staat van het motorrijtuig en het schadegeval.
8. Schade die zich voordoet wanneer het verzekerde motorrijtuig bestuurd wordt door een persoon die niet voldoet aan de voorwaarden die de Belgische wet en reglementeringen voorschrijven om het verzekerde motorrijtuig te besturen. Bijvoorbeeld: een persoon die de vereiste minimumleeftijd niet heeft bereikt, die geen rijbewijs heeft of voor wie een verval van het recht tot sturen werd uitgesproken.
9. Schade indien de verzekeraar bewijst dat er een oorzakelijk verband is tussen het schadegeval en het zich bevinden van de verzekerde in staat van alcoholvergiftiging (gelijk aan of hoger dan 1,5 gram per liter bloed of 0,66 milligram per liter uitgeademde alveolaire lucht), in staat van dronkenschap of onder invloed van drugs of hallucinogene stoffen of van medicijnen waarvan het gebruik de verzekerde ongeschikt tot sturen maakt.
In de gevallen vermeld onder de paragrafen 8 en 9 hiervoor blijft de waarborg voor de verzekeringsnemer en de eigenaar van het verzekerde motorrijtuig verworven indien de verzekeringsnemer aantoont dat de feiten zich hebben voorgedaan buiten medeweten van hem en de eigenaar of in strijd zijn met de gegeven richtlijnen. In dat geval is de verzekeraar gesubrogeerd in de rechten van de verzekeringsnemer of van de eigenaar van het motorrijtuig ten opzichte van de verzekerde die de schade veroorzaakte voor het geheel of een gedeelte van de door de verzekeraar gemaakte uitgaven.
Artikel 14 Diverse kosten
De verzekeraar betaalt eveneens tot maximum 1 250,00 euro (btw niet inbegrepen), per schadegeval de kosten voor het blussen van de brand, de stallingskosten, de kosten voor het vervoer (repatriëring inbegrepen) van het verzekerde motorrijtuig naar de hersteller en de demontagekosten noodzakelijk voor het bestek.
Bovendien zal de verzekeraar de kosten geïnd door het keuringsstation terugbetalen, wanneer het verzekerde motorrijtuig, onderworpen aan de Belgische reglementering op de technische controle, na herstelling, moet worden herkeurd.
Artikel 15 Herstellingen, totaal verlies en berekening van de schadevergoeding
a) Herstelling
Bij herstelbare schade veroorzaakt aan het verzekerde motorrijtuig door een gewaarborgd schadegeval, betaalt de verzekeraar de kosten voor de herstelling terug, met inbegrip van de niet-terugvorderbare btw wanneer de verzekerde deze werkelijk heeft betaald.
In het kader van de waarborg Xxxxxx verlies zoals gedefinieerd in artikel 13 van dit hoofdstuk hiervoor, is de herstelling nooit verzekerd.
b) Totaal verlies
1. Voor de waarborgen brand, diefstal, natuurkrachten en aanraking met dieren
Er is totaal verlies wanneer het verzekerde motorrijtuig niet meer kan worden hersteld of wanneer de kosten voor herstelling op de datum van het schadegeval de toegekende schadevergoeding bij totaal verlies verminderd met de waarde van het wrak, overstijgen.
Er is ook totaal verlies wanneer het omschreven motorrijtuig niet is teruggevonden na afloop van de vergoedingstermijn voorzien in de waarborg « diefstal ».
60
2. Voor de waarborg totaal verlies
Er is totaal verlies indien na expertise werd vastgesteld dat het verzekerde motorrijtuig niet meer kan worden hersteld of dat de kosten voor herstelling op datum van het schadegeval groter zijn dan 45 % van de waarde van het verzekerde motorrijtuig berekend overeenkomstig de onderstaande bepalingen in dit artikel.
Bij totaal verlies belast de verzekeraar zich met de verkoop van het wrak. In dat geval moet de uitbetaling van de vergoeding worden voorafgegaan door de afgifte van alle boorddocumenten, sleutels, codekaarten en soortgelijke zaken.
Indien de verzekerde het wrak behoudt, wordt de voorziene vergoeding verminderd met de waarde van het wrak.
Bij totaal verlies wordt de toegekende schadevergoeding verkregen door onderstaande waardeverminderingscoëfficiënten op grond van de ouderdom van het omschreven motorrijtuig toe te passen op de verzekerde waarde:
Mini Omnium Plus |
• van de 1ste tot en met de 12de maand 0 % |
• van de 13de tot en met de 24ste maand 1,5 % per maand |
• van de 25ste tot en met de 72ste maand 1 % per maand |
Vanaf de 73ste maand zal worden vergoed volgens de werkelijke waarde van het omschreven motorrijtuig op het moment van het schadegeval.
Iedere begonnen kalendermaand geldt als een volledige maand. De begindatum is daarbij de eerste dag van de maand van de eerste inschrijving van het omschreven motorrijtuig. De einddatum is de dag van het schadegeval.
De verzekeraar vergoedt de verzekerde toebehoren van het omschreven motorrijtuig overeenkomstig de vergoedingscoëfficiënten die van toepassing zijn op het totaal verlies van het motorrijtuig.
Bovendien betaalt de verzekeraar de btw op het vergoedingsbedrag, weliswaar beperkt tot de werkelijk gedragen en niet-terugvorderbare btw, bij de verwerving van het omschreven motorrijtuig of van zijn toebehoren.
61
Hoofdstuk 3 Gemeenschappelijke bepalingen
Artikel 16 Territoriale dekking
De verzekeringen Mini Omnium en Mini Omnium Plus zijn geldig in de hele wereld.
Artikel 17 De premie
A. Persoonlijke premiebepaling - a priori
De premie wordt bepaald op basis van tariefparameters.
Bij wijziging van die parameters wordt de premie aangepast aan de nieuwe toestand.
B. Korting op de premie inzake mini omnium en mini omnium plus in functie van de ouderdom van het omschreven motorrijtuig
Als compensatie voor de waardevermindering van het omschreven motorrijtuig wordt automatisch een korting op de premie toegepast overeenkomstig de volgende tabel:
Ouderdom omschreven motorrijtuig Korting op de premie Mini Omnium en Mini Omnium Plus | |
0 jaar | geen korting |
1 jaar | geen korting |
2 jaar | 2,5 % |
3 jaar | 4,9 % |
4 jaar | 7,3 % |
5 jaar | 9,6 % |
6 jaar | 11,9 % |
7 jaar | 14,1 % |
8 jaar | 16,2 % |
9 jaar | 18,3 % |
10 jaar+ | 20,4 % |
Artikel 18 De verzekerde waarde
De verzekerde waarde is de basis van de premieberekening en de schadeloosstelling.
De verzekerde waarde voor de verzekering Mini Omnium en Mini Omnium Plus wordt als volgt bepaald:
• de cataloguswaarde van het omschreven motorrijtuig bij de eerste inverkeerstelling en daarbij inbegrepen alle oorspronkelijk gemonteerde opties en toebehoren*, exclusief btw en korting;
• de BIV (Belasting op de in Verkeerstelling) van het omschreven motorrijtuig kan op uitdrukkelijk verzoek van de verzekeringsnemer worden toegevoegd aan de verzekerde waarde. De verzekeraar neemt hiervoor de belasting zoals die van toepassing is of was ter gelegenheid van de eerste inverkeerstelling in aanmerking.
Wordt gratis meeverzekerd:
• de toebehoren*, waarvan met een gedateerde voor voldaan getekende factuur bewezen wordt dat ze werden aangebracht na het afsluiten van de huidige verzekeringsovereenkomst, tot 1 000,00 euro, exclusief btw.
Vervoerde voorwerpen maken geen deel uit van de verzekerde waarde.
(*) Toebehoren: uitrusting die onlosmakelijk deel uitmaakt van het omschreven motorrijtuig en op een definitieve manier gemonteerd is zodat de uitrusting niet onafhankelijk van het omschreven motorrijtuig kan gebruikt worden.
62
Artikel 19 Vrijstellingen
De vrijstelling die toegepast wordt bij een schadegeval wordt vermeld in de bijzondere voorwaarden. Voor elk schadegeval dat aangegeven en vergoed wordt, past de verzekeraar deze vrijstelling toe.
Het bedrag van de schadevergoeding wordt dan automatisch verminderd met de vrijstelling. Bedraagt de schade minder dan de vrijstelling, dan zal er geen schadevergoeding worden uitgekeerd.
Artikel 20 Tijdelijke vervangingsmotorrijtuig
De waarborgen glasbreuk, natuurkrachten en aanraking met dieren alsmede de waarborg totaal verlies gelden ook voor het motorrijtuig dat het omschreven motorrijtuig tijdelijk vervangt in de omstandigheden voorzien in artikel 56 van titel 1.4.
De verbintenis van de verzekeraar voor één en hetzelfde schadegeval mag de waarde van het omschreven motorrijtuig op het moment van het schadegeval niet overtreffen. Deze waarde wordt bepaald overeenkomstig:
• artikel 7 van deze titel indien de verzekering Mini Omnium werd onderschreven;
• artikel 15 van deze titel indien de verzekering Mini Omnium Plus werd onderschreven.
Voor deze uitbreiding van de waarborgen zijn dezelfde voorwaarden als deze die gelden voor het omschreven motorrijtuig van toepassing.
De in de bijzondere voorwaarden vermelde vrijstelling wordt voor deze uitbreiding van waarborgen echter verhoogd met 450,00 euro. Een vrijstelling van 450,00 euro wordt in rekening gebracht indien geen vrijstelling van toepassing is op het omschreven motorrijtuig zelf. Deze nieuwe berekende vrijstelling is voor elk schadegeval van toepassing waarvoor de verzekering Mini Omnium of Mini Omnium Plus wordt aangesproken. De vrijstelling wordt niet verhoogd wanneer de vervangingsmotorrijtuig door een erkend hersteller aan de verzekeringsnemer werd toevertrouwd gedurende de herstelling van het omschreven motorrijtuig dat onbruikbaar was als gevolg van een door de verzekeraar vergoed schadegeval.
Artikel 21 Wat is niet verzekerd?
De hieronder vermelde schadegevallen worden niet door de verzekering Mini Omnium en Mini Omnium Plus ten laste genomen:
a) schadegevallen indien de verzekeraar bewijst dat ze opzettelijk door de verzekerde werden veroorzaakt;
b) schadegevallen die rechtstreeks of onrechtstreeks voortvloeien uit een wijziging van de atoomkern of radioactiviteit;
c) schadegevallen overkomen tijdens oorlog of burgerlijke wanordelijkheden wanneer de verzekerde aan deze gebeurtenissen deelneemt;
d) schadegevallen overkomen wanneer de waarborg geschorst is wegens niet-betaling van de premie zoals bepaald in de voorwaarden vastgelegd in artikel 18 van titel 1.1.;
e) schadegevallen overkomen terwijl het risico gewijzigd werd zonder naleving van de voorwaarden vastgelegd in de artikelen 6 en 7 van titel 1.1.
Artikel 22 Schadegevallen
1. Aangifte van schadegevallen
Ieder schadegeval moet aan de verzekeraar onmiddellijk en uiterlijk acht dagen na het voorval schriftelijk aangegeven worden.
De aangifte van een schadegeval moet in de mate van het mogelijke de oorzaken, de omstandigheden, de eventueel betrokken derden en vermoedelijke gevolgen van het schadegeval vermelden.
Per vastgesteld en omschreven schadegeval dient de verzekeringsnemer één aangifte op te stellen tenzij hij kan inroepen dat eenzelfde feit meerdere schadepunten aan zijn motorrijtuig veroorzaakt heeft.
De verzekeringsnemer dient de verzekeraar zonder uitstel alle door hem gevraagde inlichtingen en documenten te verschaffen.
63
2. Het neerleggen van een klacht
Bij diefstal moet de verzekeringsnemer binnen de 48 uur klacht neerleggen bij de bevoegde gerechtelijke overheid of politie.
3. Herstellingen bij hoogdringendheid
Alvorens te laten overgaan tot de herstelling, moet de verzekeringsnemer aan de verzekeraar een bestek van de geschatte kosten toezenden opdat deze hierover een beslissing kan nemen.
Bij een dringende reden voor onmiddellijke herstelling of onmiddellijke vervanging van de stukken mag de verzekeringsnemer deze herstelling of vervanging laten uitvoeren zonder voorafgaande melding op voorwaarde dat het bedrag van de schade niet meer bedraagt dan 600,00 euro (btw niet inbegrepen) en de uitgave met een gedetailleerde factuur wordt gestaafd.
Indien de schade omvangrijker is en de verzekeraar niet heeft gereageerd binnen de acht dagen na de aangetekende verzending van het bestek, mag de verzekeringsnemer overgaan tot de nodige herstellingen of vervangingen.
4. Expertisebepalingen
De verzekeraar kan de schade laten schatten en draagt dan de erelonen en kosten van de door hem gekozen expert. Indien voor de bepaling van het schadebedrag een beroep moet worden gedaan op een rechtsprocedure en een derde deskundige wordt aangeduid, neemt de verzekeraar de erelonen en kosten ten laste wanneer de bekomen beslissing voor de verzekeringsnemer gunstig is.
5. Evenredigheidsregel
Indien de verzekerde waarde lager ligt dan de waarde die verzekerd zou moeten zijn conform artikel 18 van dit hoofdstuk zal bij een schadegeval de evenredigheidsregel worden toegepast.
6. Subrogatie
De verzekeraar wordt in de rechten van de verzekerde gesteld voor de terugvordering van de bedragen die deze ten laste heeft genomen of die deze heeft voorgeschoten evenals van de rechtsplegingvergoedingen.
Artikel 23 Administratieve bepalingen
De hieronder vermelde artikelen van titel 1.1, overgenomen uit de bijlage bij het KB betreffende de minimumvoorwaarden voor de verplichte aansprakelijkheidsverzekering inzake motorrijtuigen
(KB van 16 april 2018), zijn eveneens van toepassing:
• mee te delen gegevens bij het sluiten van de overeenkomst (artikel 2 tot en met 4);
• mee te delen gegevens in de loop van de overeenkomst (artikel 5 tot en met 9);
• duur - premie - wijziging van de verzekeringsvoorwaarden en premie (artikel 15 tot en met 22);
• schorsing van de overeenkomst (artikel 23 tot en met 25);
• einde van de overeenkomst (artikel 26 tot en met 31);
• mededelingen (artikel 37).
De verzekeringen Mini Omnium en Mini Omnium Plus zijn ook onderworpen aan artikel 30 van
titel 1.1, met dien verstande dat de verzekeraar de waarborgen van de verzekering Mini Omnium of Mini Omnium Plus kan opzeggen na een schadegeval waarvoor de betreffende waarborg(en) wordt aangesproken, ongeacht of de verzekerde aansprakelijk is of niet.
64
Titel 6
Verzekering omnium en omnium plus
Deze waarborgen waarvan de details in deze titel beschreven worden, zijn slechts verworven voor zover dit uitdrukkelijk vermeld wordt in de bijzondere voorwaarden.
In geen enkel geval is de verzekeraar gehouden tot een schadevergoeding die niet uitdrukkelijk voorzien werd in de huidige verzekeringsovereenkomst.
Hoofdstuk 1 Verzekering Omnium
Artikel 1 Verzekerde waarborgen
De verzekering Omnium omvat de waarborgen brand, diefstal, glasbreuk, natuurkrachten en aanraking met dieren en de waarborg stoffelijke schade.
Artikel 2 De waarborg brand
a) De waarborg
De verzekeraar dekt het omschreven motorrijtuig tegen brand, schade door vuur, ontploffing, steekvlammen, bliksem en kortsluiting in de elektrische installaties waar de gebeurtenis zich ook voordoet en wat er ook de oorzaak van is.
b) Wat is niet verzekerd?
1. Schade veroorzaakt door de lading van licht ontvlambare of ontplofbare stoffen of goederen behalve wanneer het gaat om:
- de brandstofreserve bestemd voor het gebruik van het omschreven motorrijtuig;
- gasflessen of andere met brandbare stoffen gevulde producten voor huishoudelijk gebruik.
2. Schade veroorzaakt door dieven.
Artikel 3 De waarborg diefstal
a) Omvang van de waarborg
De verzekeraar dekt de diefstal van het omschreven motorrijtuig en zijn toebehoren, evenals de schade toegebracht door diefstal of de poging ertoe.
b) Diefstal van de sleutels van het omschreven motorrijtuig
De verzekeraar neemt tevens de diefstal van de sleutel(s) van het omschreven motorrijtuig ten laste bij acuut gevaar voor diefstal van of in het omschreven motorrijtuig. In deze hypothese vergoedt de verzekeraar ook de kosten voor het vervangen van de sloten of het opnieuw programmeren van de gecodeerde sleutels.
Deze waarborguitbreiding is niet van toepassing indien de sleutel(s) neergelegd of onbeheerd achtergelaten werden in een publiek toegankelijke plaats of gewoon verloren zijn.
c) Vergoedingstermijn
Bij diefstal van het omschreven motorrijtuig, betaalt de verzekeraar de verschuldigde vergoeding ten laatste de dertigste dag volgend op de ontvangst van de schadeaangifte wanneer het omschreven motorrijtuig niet binnen deze termijn wordt teruggevonden.
Wordt het omschreven motorrijtuig na deze termijn teruggevonden, dan heeft de verzekeringsnemer twee opties:
• hij kiest voor het motorrijtuig en betaalt de ontvangen vergoeding terug. De eventuele kosten van de herstelling worden door de verzekeraar gedragen binnen de grenzen van de waarborg;
OF
• hij behoudt de vergoeding en laat het motorrijtuig over aan de verzekeraar. Hetzelfde geldt voor de gewaarborgde diefstal van toebehoren.
65
d) De verzekeraar dekt het omschreven motorrijtuig en zijn toebehoren NIET tegen:
1. diefstal, poging tot diefstal en de beschadigingen erdoor toegebracht indien deze werd gepleegd door of met de medeplichtigheid van:
- familieleden van de verzekeringsnemer, van de verzekerde of van personen met wie de verzekeringsnemer of de verzekerde regelmatig of occasioneel samenleeft;
- aangestelden van de verzekeringsnemer, van de verzekerde of van personen met wie de verzekeringsnemer of de verzekerde regelmatig of occasioneel samenleeft;
- personen aan wie de verzekeringsnemer of de verzekerde het motorrijtuig of de sleutels ervan heeft toevertrouwd;
2. diefstal, poging tot diefstal en de beschadigingen erdoor toegebracht als gevolg van:
- het loutere verlies van de sleutels van het motorrijtuig;
- het onbeheerd achterlaten van een sleutel van het motorrijtuig of het achterlaten van een sleutel van het motorrijtuig in of op het motorrijtuig;
- het niet-activeren of de niet-werking van de anti-diefstal beveiliging of de vergrendeling van het motorrijtuig, behalve indien het motorrijtuig in een afgesloten privégarage werd gestald;
3. daden van vandalisme;
4. diefstal, poging tot diefstal en de beschadigingen als gevolg van misbruik van vertrouwen.
e) Anti-diefstal beveiliging
Behoudens andersluidend beding in de bijzondere voorwaarden, moet het omschreven motorrijtuig, op straffe van verlies van de waarborg, uitgerust zijn met een normaal functionerend antidiefstalsysteem dat beantwoordt aan de norm IM (INCERT) of een soortgelijk systeem goedgekeurd door de constructeur (type « transponder »).
Artikel 4 De waarborg glasbreuk
a) Omvang van de waarborg
De verzekeraar dekt het verzekerde motorrijtuig, uitgezonderd in geval van totaal verlies, tegen het breken, het krassen of het barsten van de voorruit en/of de zij- en achterruiten en het spiegelglas van de achteruitkijkspiegels van het verzekerde motorrijtuig.
De schadevergoeding omvat (met uitsluiting van elke andere schadeloosstelling):
1. de materiaalkost voor de herstelling van de gebroken ruit volgens de in België of op de Belgische markt gangbare prijzen ;
2. de prijs van de gebroken ruit volgens de in België of de op de Belgische markt gangbare prijzen indien herstelling om technische redenen niet mogelijk is;
3. het arbeidsloon voor het herstellen van de ruit of het wegnemen van de gebroken ruit en voor het plaatsen van nieuwe ruiten;
4. de prijs van nieuwe hechtingsvoegen indien deze onontbeerlijk zijn voor het aanbrengen van nieuwe ruiten.
De vervanging moet gerechtvaardigd worden door een factuur opgemaakt op naam van de verzekeringsnemer en met vermelding van het merk en het chassisnummer van het verzekerde motorrijtuig. De factuur moet voor voldaan worden ondertekend door de leverancier.
b) Wat is niet verzekerd?
1. De achterruit die integraal deel uitmaakt van de kap van de cabrio.
2. De uitsluitingen opgesomd onder de titel « Wat is niet verzekerd?» van artikel 6 van dit hoofdstuk zijn ook hier van toepassing.
66
Artikel 5 De waarborg natuurkrachten en aanraking met dieren
a) Omvang van de waarborg
De verzekeraar dekt het verzekerde motorrijtuig tegen schade die rechtstreeks en onmiddellijk voortvloeit uit:
1. het neerstorten van rotsen, steenval, terreinverschuivingen, lawines, druk van sneeuwmassa, storm, hagel, overstroming, orkaan, tornado, wervelstorm, aardbeving, vulkaanuitbarsting, vloedgolf;
2. de onverwachte aanraking met een dier aan de buitenkant van het motorrijtuig evenals de schade onrechtstreeks veroorzaakt aan het verzekerde motorrijtuig door een aanrijding met een dier voor zover het aangereden dier deel uitmaakt van de zogenaamde categorieën « groot wild » (herten, reeën, damherten, moeflons en everzwijnen) of « grootvee » (runderen, paarden, muildieren, ezels en varkens);
3. de schade in de motorruimte van het motorrijtuig en veroorzaakt door het krabben of bijten door een dier dat hierin is binnengedrongen.
b) Wat is niet verzekerd?
1. Schade door overstroming die het gevolg is van de breuk van een leiding op de plaats waar het verzekerde motorrijtuig zich bevindt.
2. Schade veroorzaakt door aanrijding of omkanteling die volgt op de aanraking met het dier voor zover het aangereden dier geen deel uitmaakt van de zogenaamde categorieën « groot wild » (herten, reeën, damherten, moeflons en everzwijnen) of « grootvee » (runderen, paarden, muildieren, ezels en varkens), of door de inwerking van de natuurkrachten.
3. De uitsluitingen opgesomd onder de titel «Wat is niet verzekerd? » van artikel 6 van dit hoofdstuk zijn ook hier van toepassing.
Artikel 6 De waarborg stoffelijke schade
a) Omvang van de waarborg
De verzekeraar dekt de schade veroorzaakt aan het verzekerde motorrijtuig door een ongeval ten gevolge van schok, val, omkantelen of aanrijding.
Is eveneens verzekerd:
1. schade veroorzaakt door vandalisme;
2. schade veroorzaakt aan banden door vandalisme op voorwaarde dat de verzekeringsnemer hiervoor klacht heeft neergelegd binnen de 48 uur na de vaststelling van de feiten;
3. schade overkomen tijdens het vervoer per spoor, over zee of door de lucht en gedurende het ermee gepaard gaande laden en lossen;
4. tot maximum 250,00 euro (exclusief btw) indien deze schade het gevolg is van het kosteloze vervoer van een gewonde persoon bij een verkeersongeval:
- de terugbetaling van de werkelijk gedane kosten voor de reiniging of herstelling van de binnenbekleding van het verzekerde motorrijtuig;
- de schade aan de kledij van de verzekerde en van de hem vergezellende personen.
b) Wat is niet verzekerd?
1. Schade die zich voordoet na diefstal of poging tot diefstal.
2. Schade veroorzaakt door brand.
3. Schade aan de onderdelen van het verzekerde motorrijtuig ten gevolge van slijtage, constructie- of materiaalfout, of van duidelijk slecht onderhoud van deze onderdelen, of ten gevolge van een gebruik van het verzekerde motorrijtuig dat niet overeenkomt met de instructies van de constructeur.
4. Schade veroorzaakt door de vervoerde voorwerpen, het laden of lossen ervan, of ten gevolge van het gewicht van de lading van het verzekerde motorrijtuig.
5. Schade aan de banden behalve wanneer deze samenvalt met een andere gewaarborgde schade of in geval van vandalisme.
6. Schade die zich voordoet wanneer het verzekerde motorrijtuig in huur is gegeven.
7. Schade veroorzaakt bij de voorbereiding of de deelname aan snelheids-, regelmatigheids- of behendigheidsritten of -wedstrijden. Blijft nochtans gewaarborgd de schade veroorzaakt ter gelegenheid van een rally met uitsluitend een toeristisch doel.
67
8. Schade wanneer op het ogenblik van het schadegeval het verzekerde motorrijtuig, dat onderworpen is aan de Belgische reglementering op de technische controle, niet voldoet aan deze reglementering en in het verkeer gebracht wordt buiten het toegelaten traject. Dit verval van dekking kan enkel worden toegepast voor zover de verzekeraar aantoont dat er een oorzakelijk verband bestaat tussen de staat van het motorrijtuig en het schadegeval.
9. Schade die zich voordoet wanneer het verzekerde motorrijtuig bestuurd wordt door een persoon die niet voldoet aan de voorwaarden die de Belgische wet en reglementeringen voorschrijven om het verzekerde motorrijtuig te besturen. Bijvoorbeeld: een persoon die de vereiste minimumleeftijd niet heeft bereikt, die geen rijbewijs heeft of voor wie een verval van het recht tot sturen werd uitgesproken.
10. Schade indien de verzekeraar bewijst dat er een oorzakelijk verband is tussen het schadegeval en het zich bevinden van de verzekerde in staat van alcoholvergiftiging is (gelijk aan of hoger dan 1,5 gram per liter bloed of 0,66 milligram per liter uitgeademde alveolaire lucht), in staat van dronkenschap of onder invloed van drugs of hallucinogene stoffen of van medicijnen waarvan het gebruik de verzekerde ongeschikt tot sturen maakt.
In de gevallen vermeld onder de paragrafen 9 en 10 hiervoor blijft de waarborg voor de verzekeringsnemer en de eigenaar van het verzekerde motorrijtuig verworven indien de verzekeringsnemer aantoont dat de feiten zich hebben voorgedaan buiten medeweten van hem en de eigenaar of in strijd zijn met de gegeven richtlijnen.
In dat geval is de verzekeraar gesubrogeerd in de rechten van de verzekeringsnemer of van de eigenaar van het motorrijtuig ten opzichte van de verzekerde die de schade veroorzaakte voor het geheel of een gedeelte van de uitgaven van de verzekeraar.
Artikel 7 Diverse kosten
De verzekeraar betaalt eveneens tot maximum 1 250,00 euro (btw niet inbegrepen), per schadegeval de kosten voor het blussen van de brand, de stallingskosten, de kosten voor het vervoer (repatriëring inbegrepen) van het verzekerde motorrijtuig naar de hersteller en de demontagekosten noodzakelijk voor het bestek.
Bovendien zal de verzekeraar de kosten geïnd door het keuringsstation terugbetalen, wanneer het verzekerde motorrijtuig, onderworpen aan de Belgische reglementering op de technische controle, na herstelling, moet worden herkeurd.
Artikel 8 Herstellingen, totaal verlies en berekening van de schadevergoeding
a) Herstelling
Bij herstelbare schade veroorzaakt aan het verzekerde motorrijtuig door een gewaarborgd schadegeval, betaalt de verzekeraar de kosten voor de herstelling terug, met inbegrip van de niet-terugvorderbare btw wanneer de verzekerde deze werkelijk heeft betaald.
b) Totaal verlies
Er is totaal verlies wanneer het verzekerde motorrijtuig niet meer kan worden hersteld of wanneer de kosten voor herstelling op de datum van het schadegeval de toegekende schadevergoeding bij totaal verlies verminderd met de waarde van het wrak, overstijgen.
Er is ook totaal verlies wanneer het omschreven motorrijtuig niet is teruggevonden na afloop van de vergoedingstermijn voorzien in de waarborg « diefstal ».
Bij totaal verlies belast de verzekeraar zich met de verkoop van het wrak. In dat geval moet de uitbetaling van de vergoeding worden voorafgegaan door de afgifte van alle boorddocumenten, sleutels, codekaarten en soortgelijke zaken van het verzekerde motorrijtuig.
Indien de verzekerde het wrak behoudt, wordt de voorziene vergoeding verminderd met de waarde van het wrak.
68
Bij totaal verlies wordt de toegekende schadevergoeding verkregen door onderstaande waardeverminderings- coëfficiënten op grond van de ouderdom van het omschreven motorrijtuig toe te passen op de verzekerde waarde:
Omnium |
• van de 1ste tot en met de 12de maand 0 % |
• van de 13de tot en met de 24ste maand 1,5 % per maand |
• van de 25ste tot en met de 72ste maand 1 % per maand |
Vanaf de 73ste maand zal worden vergoed volgens de werkelijke waarde van het omschreven motorrijtuig op het moment van het schadegeval.
Iedere begonnen kalendermaand geldt als een volledige maand. De begindatum is daarbij de eerste dag van de maand van de eerste inschrijving van het omschreven motorrijtuig. De einddatum is de dag van het schadegeval.
De verzekeraar vergoedt de verzekerde toebehoren van het omschreven motorrijtuig overeenkomstig de vergoedingscoëfficiënten die van toepassing zijn op het totaal verlies van het motorrijtuig.
Bovendien betaalt de verzekeraar de btw op het vergoedingsbedrag, weliswaar beperkt tot de werkelijk gedragen en niet-terugvorderbare btw, bij de verwerving van het omschreven motorrijtuig of van zijn toebehoren.
Hoofdstuk 2 Verzekering Omnium Plus
Artikel 9 Verzekerde waarborgen
• De verzekering Omnium Plus omvat de waarborgen brand, diefstal, glasbreuk, natuurkrachten en aanraking met dieren en de waarborg stoffelijke schade.
• Bovenop deze waarborgen kan u in het kader van deze verzekering Omnium Plus eveneens aanspraak maken op een vervangingsmotorrijtuig. Indien het verzekerde motorrijtuig niet meer rijvaardig is als een onmiddellijk gevolg van een brand, een gebeurtenis die valt onder de waarborg natuurkrachten, een daad van vandalisme, een poging tot diefstal of een verkeersongeval in België, het Groothertogdom Luxemburg of tot maximum 50 km
buiten de Belgische grenzen met de andere buurlanden, waarborgt Ethias (tel. 000 00 00 00) het ter beschikking stellen van een vervangingsmotorrijtuig van de categorie A of B:
• gedurende maximum tien dagen ingeval van herstelling van het omschreven motorrijtuig;
• gedurende maximum dertig dagen ingeval van een totaal verlies van het omschreven motorrijtuig.
Bij diefstal van het omschreven motorrijtuig in België, het Groothertogdom Luxemburg of tot maximum 50 km buiten de Belgische grenzen met de andere buurlanden, waarborgt Ethias eveneens het ter beschikking stellen van een vervangingsmotorrijtuig van de categorie A of B gedurende maximum 30 dagen. De diefstal moet worden bewezen door een klachtneerlegging bij de bevoegde politiedienst.
De vermelde termijnen nemen aanvang op de dag van de gebeurtenis die leidt tot de immobilisering van het omschreven motorrijtuig, of op de dag van de klachtneerlegging ingeval van diefstal of poging tot diefstal van het omschreven motorrijtuig.
De verzekerde verbindt zich ertoe het motorrijtuig terug te bezorgen naar de plaats die overeengekomen werd met de firma die het geleverd heeft.
Het ter beschikking stellen van een vervangingsmotorrijtuig is slechts gewaarborgd indien Ethias haar voorafgaandelijk akkoord heeft gegeven.
Anderzijds is het ter beschikking stellen van de vervangingsmotorrijtuig onderworpen aan de voorwaarden en regels opgelegd door de maatschappij die het levert. Deze voorwaarden zijn doorgaans:
• het betalen van een borgsom;
• minstens 21 jaar oud zijn;
• sinds minstens één jaar houder zijn van een geldig rijbewijs.
69
Wat is niet verzekerd?
a) De opgelopen boetes, de brandstofkosten, de eventuele vrijstelling van toepassing bij een schadegeval of alle andere kosten met betrekking tot het gebruik of het ter beschikking stellen/de teruggave van het vervangingsmotorrijtuig.
b) Xxxxx verzoek tot tussenkomst indien de verzekeraar bewijst dat er een oorzakelijk verband is tussen het schadegeval en het zich bevinden van de verzekerde in staat van alcoholvergiftiging (gelijk aan of hoger dan 1,5 gram per liter bloed of 0,66 milligram per liter uitgeademde alveolaire lucht), in staat van dronkenschap of onder invloed van drugs of hallucinogene stoffen of van medicijnen waarvan het gebruik de verzekerde ongeschikt tot sturen maakt.
c) Xxxxx verzoek tot tussenkomst wanneer het motorrijtuig op het moment van het schadegeval bestuurd wordt door een persoon die niet voldoet aan de voorwaarden die de Belgische wet en reglementeringen voorschrijven om het motorrijtuig te besturen. Bijvoorbeeld: een persoon die de vereiste minimumleeftijd niet heeft bereikt, die geen rijbewijs heeft of voor wie een verval van het recht tot sturen werd uitgesproken.
In de gevallen vermeld onder de paragrafen b) en c) hiervoor blijft de waarborg verworven voor de verzekerde indien hij aantoont dat de feiten zich hebben voorgedaan buiten zijn medeweten of in strijd zijn met de gegeven richtlijnen. In dat geval behoudt de verzekeraar zich het recht voor om de bedragen die deze ten laste genomen heeft of de uitgekeerde voorschotten binnen het kader van deze waarborg terug te vorderen van de bestuurder van het verzekerde motorrijtuig.
Artikel 10 De waarborg brand
a) Omvang van de waarborg
De verzekeraar dekt het omschreven motorrijtuig tegen brand, schade door vuur, ontploffing, steekvlammen, bliksem en kortsluiting in de elektrische installaties waar de gebeurtenis zich ook voordoet en wat er ook de oorzaak van is.
b) Wat is niet verzekerd?
1. Schade veroorzaakt door de lading van licht ontvlambare of ontplofbare stoffen of goederen behalve wanneer het gaat om:
- de brandstofreserve bestemd voor het gebruik van het omschreven motorrijtuig;
- gasflessen of andere met brandbare stoffen gevulde producten voor huishoudelijk gebruik.
2. Schade veroorzaakt door dieven.
Artikel 11 De waarborg diefstal
a) Omvang van de waarborg
De verzekeraar dekt de diefstal van het omschreven motorrijtuig en zijn toebehoren, evenals de schade toegebracht door diefstal of de poging ertoe.
b) Diefstal van de sleutels van het omschreven motorrijtuig
De verzekeraar neemt tevens de diefstal van de sleutel(s) van het omschreven motorrijtuig ten laste bij acuut gevaar voor diefstal van of in het motorrijtuig. In deze hypothese vergoedt de verzekeraar ook de kosten voor het vervangen van de sloten of het opnieuw programmeren van de gecodeerde sleutels.
Deze waarborguitbreiding is niet van toepassing indien de sleutel(s) neergelegd of onbeheerd achtergelaten werden in een publiek toegankelijke plaats of gewoon verloren zijn.
c) Diefstal van vervoerde zaken
Bij een in het kader van deze waarborg verzekerd schadegeval dekt de verzekeraar eveneens, tot maximum 1 000,00 euro per schadegeval, de diefstal van zaken vervoerd in het omschreven motorrijtuig (uitgezonderd
juwelen, valuta, bankbiljetten, edelmetaal, postzegels of fiscale zegels, cheques, handelspapieren, obligaties en aandelen, postwissels of telegrafen).
70
Om aanspraak te kunnen maken op deze waarborg, dient de verzekeringsnemer de volgende documenten aan de verzekeraar voor te leggen:
• een gedateerde aankoopfactuur van het verzekerd voorwerp op naam van de verzekeringsnemer of één van de inwonende gezinsleden;
• het PV opgemaakt door de bevoegde gerechtelijke overheid of de politie met vermelding van het verzekerd voorwerp. De verzekeringsnemer dient binnen de 48 uur klacht neer te leggen bij de bevoegde gerechtelijke overheid of politie.
De tussenkomst van de verzekeraar wordt verrekend als volgt:
• bij totaal verlies
Tijdens het eerste jaar dat volgt op de aankoopdatum van de verzekerde voorwerpen vergoedt de verzekeraar de aankoopwaarde van het verzekerd voorwerp. Vanaf de 13de maand na de aankoopdatum van de verzekerde voorwerpen vergoedt de verzekeraar de aankoopwaarde verminderd met 1 % per maand vanaf de 13de maand.
De maximumwaardevermindering is echter op 75 % vastgesteld;
• in geval van herstelbare schade
De herstellingskosten van het verzekerd voorwerp. De kosten van demonteren, monteren, vervoer en de erop betrekking hebbende taksen worden eveneens vergoed. Indien deze kosten hoger zijn dan de vergoeding berekend bij totaal verlies, wordt de tussenkomst van de verzekeraar beperkt tot deze vergoeding bij totaal verlies.
In elk geval is de tussenkomst van de verzekeraar beperkt tot maximum 1 000,00 euro per schadegeval.
d) Vergoedingstermijn
Bij diefstal van het omschreven motorrijtuig, betaalt de verzekeraar de verschuldigde vergoeding ten laatste de dertigste dag volgend op de ontvangst van de schadeaangifte wanneer het omschreven motorrijtuig niet binnen deze termijn wordt teruggevonden.
Wordt het omschreven motorrijtuig na deze termijn teruggevonden, dan heeft de verzekeringsnemer twee opties:
• hij kiest voor het motorrijtuig en betaalt de ontvangen vergoeding terug. De eventuele kosten van de herstelling worden door de verzekeraar gedragen binnen de grenzen van de waarborg;
OF
• hij behoudt de vergoeding en laat het motorrijtuig over aan de verzekeraar. Hetzelfde geldt voor de gewaarborgde diefstal van toebehoren.
e) De verzekeraar dekt het omschreven motorrijtuig en zijn toebehoren NIET tegen:
1. diefstal, poging tot diefstal en de beschadigingen erdoor toegebracht indien deze werd gepleegd door of met de medeplichtigheid van:
- familieleden van de verzekeringsnemer, van de verzekerde of van personen met wie de verzekeringsnemer of de verzekerde regelmatig of occasioneel samenleeft;
- aangestelden van de verzekeringsnemer, van de verzekerde of van personen met wie de verzekeringsnemer of de verzekerde regelmatig of occasioneel samenleeft;
- personen aan wie de verzekeringsnemer of de verzekerde het motorrijtuig of de sleutels ervan heeft toevertrouwd;
2. diefstal, poging tot diefstal en de beschadigingen erdoor toegebracht als gevolg van:
- het loutere verlies van de sleutels van het motorrijtuig;
- het onbeheerd achterlaten van een sleutel van het motorrijtuig of het achterlaten van een sleutel van het motorrijtuig in of op het motorrijtuig;
- het niet-activeren of de niet-werking van de anti-diefstal beveiliging of de vergrendeling van het motorrijtuig, behalve indien het motorrijtuig in een afgesloten privégarage werd gestald;
3. daden van vandalisme;
4. diefstal, poging tot diefstal en de beschadigingen als gevolg van misbruik van vertrouwen.
71
f ) Anti-diefstal beveiliging
Behoudens andersluidend beding in de bijzondere voorwaarden, moet het omschreven motorrijtuig, op straffe van verlies van de waarborg, uitgerust zijn met een normaal functionerend antidiefstalsysteem dat beantwoordt aan de norm IM (INCERT) of een soortgelijk systeem goedgekeurd door de constructeur (type « transponder »).
Artikel 12 De waarborg glasbreuk
a) Omvang van de waarborg
De verzekeraar dekt het verzekerde motorrijtuig, uitgezonderd in geval van totaal verlies, tegen het breken, het krassen of het barsten van de voorruit en/of de zij- en achterruiten en het spiegelglas van de achteruitkijkspiegels van het verzekerde motorrijtuig.
De schadevergoeding omvat (met uitsluiting van elke andere schadeloosstelling):
1. de materiaalkost voor de herstelling van de gebroken ruit volgens de in België of op de Belgische markt gangbare prijzen ;
2. de prijs van de gebroken ruit volgens de in België of de op de Belgische markt gangbare prijzen indien herstelling om technische redenen niet mogelijk is;
3. het arbeidsloon voor het herstellen van de ruit of het wegnemen van de gebroken ruit en voor het plaatsen van nieuwe ruiten;
4. de prijs van nieuwe hechtingsvoegen indien deze onontbeerlijk zijn voor het aanbrengen van nieuwe ruiten.
De vervanging moet gerechtvaardigd worden door een factuur opgemaakt op naam van de verzekeringsnemer en met vermelding van het merk en het chassisnummer van het verzekerde motorrijtuig. De factuur moet voor voldaan worden ondertekend door de leverancier.
b) Wat is niet verzekerd?
1. De achterruit die integraal deel uitmaakt van de kap van de cabrio.
2. De uitsluitingen opgesomd onder de titel « Wat is niet verzekerd? » van artikel 14 van dit hoofdstuk zijn ook hier van toepassing.
Artikel 13 De waarborg natuurkrachten en aanraking met dieren
a) Omvang van de waarborg
De verzekeraar dekt het verzekerde motorrijtuig tegen schade die rechtstreeks en onmiddellijk voortvloeit uit:
1. het neerstorten van rotsen, steenval, terreinverschuivingen, lawines, druk van sneeuwmassa, storm, hagel, overstroming, orkaan, tornado, wervelstorm, aardbeving, vulkaanuitbarsting, vloedgolf;
2. de onverwachte aanraking met een dier aan de buitenkant van het motorrijtuig evenals de schade onrechtstreeks veroorzaakt aan het verzekerde motorrijtuig door een aanrijding met een dier voor zover het aangereden dier deel uitmaakt van de zogenaamde categorieën « groot wild » (herten, reeën, damherten, moeflons en everzwijnen) of « grootvee » (runderen, paarden, muildieren, ezels en varkens);
3. de schade in de motorruimte van het motorrijtuig en veroorzaakt door het krabben of bijten door een dier dat hierin is binnengedrongen.
b) Wat is niet verzekerd?
1. Schade door overstroming die het gevolg is van de breuk van een leiding op de plaats waar het verzekerde motorrijtuig zich bevindt.
2. Schade veroorzaakt door aanrijding of omkanteling die volgt op de aanraking met het dier voor zover het aangereden dier geen deel uitmaakt van de zogenaamde categorieën « groot wild » (herten, reeën, damherten, moeflons en everzwijnen) of « grootvee » (runderen, paarden, muildieren, ezels en varkens), of door de inwerking van de natuurkrachten.
3. De uitsluitingen onder de titel « wat is niet verzekerd? » van artikel 14 van dit hoofdstuk zijn ook hier van toepassing.
72
Artikel 14 De waarborg stoffelijke schade
a) Omvang van de waarborg
De verzekeraar dekt de schade veroorzaakt aan het verzekerde motorrijtuig door een ongeval ten gevolge van schok, val, omkantelen of aanrijding.
Is eveneens verzekerd:
1. schade veroorzaakt door vandalisme;
2. schade veroorzaakt aan banden door vandalisme op voorwaarde dat de verzekeringsnemer hiervoor klacht heeft neergelegd binnen de 48 uur na de vaststelling van de feiten;
3. schade overkomen tijdens het vervoer per spoor, over zee of door de lucht en gedurende het ermee gepaard gaande laden en lossen;
4. tot maximum 250,00 euro (exclusief btw) indien deze schade het gevolg is van het kosteloze vervoer van een gewonde persoon bij een verkeersongeval:
- de terugbetaling van de werkelijk gedane kosten voor de reiniging of herstelling van de binnenbekleding van het verzekerde motorrijtuig;
- de schade aan de kledij van de verzekerde en van de hem vergezellende personen.
b) Wat is niet verzekerd?
1. Schade die zich voordoet na diefstal of poging tot diefstal.
2. Schade veroorzaakt door brand.
3. Schade aan de onderdelen van het verzekerde motorrijtuig ten gevolge van slijtage, constructie- of materiaalfout, of van duidelijk slecht onderhoud van deze onderdelen, of ten gevolge van een gebruik van het verzekerde motorrijtuig dat niet overeenkomt met de instructies van de constructeur.
4. Schade veroorzaakt door de vervoerde voorwerpen, het laden of lossen ervan, of ten gevolge van het gewicht van de lading van het verzekerde motorrijtuig.
5. Schade aan de banden behalve wanneer deze samenvalt met een andere gewaarborgde schade of in geval van vandalisme.
6. Schade die zich voordoet wanneer het verzekerde motorrijtuig in huur is gegeven.
7. Schade veroorzaakt bij de voorbereiding of de deelname aan snelheids-, regelmatigheids- of behendigheidsritten of -wedstrijden. Blijft nochtans gewaarborgd de schade veroorzaakt ter gelegenheid van een rally met uitsluitend een toeristisch doel.
8. Schade wanneer op het ogenblik van het schadegeval het verzekerde motorrijtuig, dat onderworpen is aan de Belgische reglementering op de technische controle, niet voldoet aan deze reglementering en in het verkeer gebracht wordt buiten het toegelaten traject. Dit verval van dekking kan enkel worden toegepast voor zover de verzekeraar aantoont dat er een oorzakelijk verband bestaat tussen de staat van het motorrijtuig en het schadegeval.
9. Schade die zich voordoet wanneer het verzekerde motorrijtuig bestuurd wordt door een persoon die niet voldoet aan de voorwaarden die de Belgische wet en reglementeringen voorschrijven om het verzekerde motorrijtuig te besturen.
Bijvoorbeeld: een persoon die de vereiste minimumleeftijd niet heeft bereikt, die geen rijbewijs heeft of voor wie een verval van het recht tot sturen werd uitgesproken.
10. Schade indien de verzekeraar bewijst dat er een oorzakelijk verband is tussen het schadegeval en het zich bevinden van de verzekerde in staat van alcoholvergiftiging is (gelijk aan of hoger dan 1,5 gram per liter bloed of 0,66 milligram per liter uitgeademde alveolaire lucht), in staat van dronkenschap of onder invloed van drugs of hallucinogene stoffen of van medicijnen waarvan het gebruik de verzekerde ongeschikt tot sturen maakt.
In de gevallen vermeld onder de paragrafen 9 en 10 hiervoor blijft de waarborg voor de verzekeringsnemer en de eigenaar van het verzekerde motorrijtuig verworven indien de verzekeringsnemer aantoont dat de feiten zich hebben voorgedaan buiten medeweten van hem en de eigenaar of in strijd zijn met de gegeven richtlijnen. In dat geval is de verzekeraar gesubrogeerd in de rechten van de verzekeringsnemer of van de eigenaar van het voertuig ten opzichte van de verzekerde die de schade veroorzaakte voor het geheel of een gedeelte van de uitgaven van de verzekeraar.
73
Artikel 15 Diverse kosten
De verzekeraar betaalt eveneens tot maximum 1 250,00 euro (btw niet inbegrepen), per schadegeval de kosten voor het blussen van de brand, de stallingskosten, de kosten voor het vervoer (repatriëring inbegrepen) van het verzekerde motorrijtuig naar de hersteller en de demontagekosten noodzakelijk voor het bestek.
Bovendien zal de verzekeraar de kosten geïnd door het keuringsstation terugbetalen, wanneer het verzekerde motorrijtuig, onderworpen aan de Belgische reglementering op de technische controle, na herstelling, moet worden herkeurd.
Artikel 16 Herstellingen, totaal verlies en berekening van de schadevergoeding
a) Herstelling
Bij herstelbare schade veroorzaakt aan het verzekerde motorrijtuig door een gewaarborgd schadegeval, betaalt de verzekeraar de kosten voor de herstelling terug, met inbegrip van de niet-terugvorderbare btw wanneer de verzekerde deze werkelijk heeft betaald.
b) Totaal verlies
Er is totaal verlies wanneer het verzekerde motorrijtuig niet meer kan worden hersteld of wanneer de kosten voor herstelling op de datum van het schadegeval de toegekende schadevergoeding bij totaal verlies verminderd met de waarde van het wrak, overstijgen.
Er is ook totaal verlies wanneer het omschreven motorrijtuig niet is teruggevonden na afloop van de vergoedingstermijn voorzien in de waarborg « diefstal ».
Bij totaal verlies belast de verzekeraar zich met de verkoop van het wrak. In dat geval moet de uitbetaling van de vergoeding worden voorafgegaan door de afgifte van alle boorddocumenten, sleutels, codekaarten en soortgelijke zaken.
Indien de verzekerde het wrak behoudt, wordt de voorziene vergoeding verminderd met de waarde van het wrak.
Bij totaal verlies wordt de toegekende schadevergoeding verkregen door onderstaande waardeverminderingscoëfficiënten op grond van de ouderdom van het omschreven motorrijtuig toe te passen op de verzekerde waarde:
Omnium Plus |
• van de 1ste tot en met de 30 maand 0 % |
• van de 31ste tot en met de 46ste maand 2,5 % per maand |
• van de 47ste tot en met de 72ste maand 1 % per maand |
Vanaf de 73ste maand zal worden vergoed volgens de werkelijke waarde van het omschreven motorrijtuig op het moment van het schadegeval.
Iedere begonnen kalendermaand geldt als een volledige maand. De begindatum is daarbij de eerste dag van de maand van de eerste inschrijving van het omschreven motorrijtuig. De einddatum is de dag van het schadegeval.
De verzekeraar vergoedt de verzekerde toebehoren van het omschreven motorrijtuig overeenkomstig de vergoedingscoëfficiënten die van toepassing zijn op het totaal verlies van het motorrijtuig.
Bovendien betaalt de verzekeraar de btw op het vergoedingsbedrag, weliswaar beperkt tot de werkelijk gedragen en niet-terugvorderbare btw, bij de verwerving van het omschreven motorrijtuig of van zijn toebehoren.
74
Hoofdstuk 3 Gemeenschappelijke bepalingen
Artikel 17 Territoriale dekking
De verzekeringen Omnium en Omnium Plus zijn geldig in de hele wereld.
Het vervangingsmotorrijtuig in het kader van de verzekering Omnium Plus zoals beschreven in artikel 9 van deze titel is enkel verworven bij een verkeersongeval in België, het Groothertogdom Luxemburg of tot maximum 50 km buiten de Belgische grenzen met de andere buurlanden.
Artikel 18 De premie
A. Persoonlijke premiebepaling - a priori
De premie wordt bepaald op basis van tariefparameters.
Bij wijziging van die parameters wordt de premie aangepast aan de nieuwe toestand.
B. Persoonlijke premiebepaling - a posteriori
De persoonlijke premiebepaling evolueert op de jaarlijkse vervaldag in functie van:
1. de ouderdom van het omschreven motorrijtuig
Als compensatie voor de waardevermindering van het omschreven motorrijtuig wordt automatisch een korting op de premie toegepast overeenkomstig de volgende tabel:
Ouderdom omschreven motorrijtuig Korting op de premie Omnium en Omnium Plus | |
0 jaar | geen korting |
1 jaar | geen korting |
2 jaar | 2,5 % |
3 jaar | 4,9 % |
4 jaar | 7,3 % |
5 jaar | 9,6 % |
6 jaar | 11,9 % |
7 jaar | 14,1 % |
8 jaar | 16,2 % |
9 jaar | 18,3 % |
10 jaar+ | 20,4 % |
Deze korting is enkel van toepassing op de premie voor de waarborgen brand, diefstal, glasbreuk en natuurkrachten en aanraking met dieren. Deze korting is niet van toepassing op de premie voor de waarborg stoffelijke schade.
2. een specifieke bonus-malusschaal die van toepassing is op de waarborg stoffelijke schade:
03: jaarpremie verhoogd met 30 % (= de maximale grens); 02: jaarpremie verhoogd met 20 %;
01: jaarpremie verhoogd met 10 %;
00: jaarpremie aan 100 % (= ondergrens).
• De inschakeling in dit systeem gebeurt in graad 00 van de schaal (= 100 % van de jaarpremie).
• Op elke jaarlijkse vervaldag zal elk schadegeval dat uitgaven met zich meebracht, aanleiding geven tot een premieverhoging gelijk aan één trap op de vermelde schaal.
• Een jaar zonder schadegeval zal een daling met één graad tot gevolg hebben.
• Op het moment van het terug in voege stellen na een periode van schorsing of opzeg, blijft de historiek van de malus « stoffelijke schade » behouden.
75
Artikel 19 De verzekerde waarde
De verzekerde waarde is de basis van de premieberekening en de schadeloosstelling.
De verzekerde waarde voor de verzekering Omnium en Omnium Plus wordt als volgt bepaald:
• de cataloguswaarde van het omschreven motorrijtuig bij de eerste inverkeerstelling en daarbij inbegrepen alle oorspronkelijk gemonteerde opties en toebehoren*, exclusief btw en korting;
• de BIV (Belasting op de in Verkeerstelling) van het omschreven motorrijtuig kan op uitdrukkelijk verzoek van de verzekeringsnemer worden toegevoegd aan de verzekerde waarde. De verzekeraar neemt hiervoor de belasting zoals die van toepassing is of was ter gelegenheid van de eerste inverkeerstelling in aanmerking.
Wordt gratis meeverzekerd:
• de toebehoren*, waarvan met een gedateerde voor voldaan getekende factuur bewezen wordt dat ze werden aangebracht na het afsluiten van de huidige verzekeringsovereenkomst, tot 1 000,00 euro, exclusief btw.
Vervoerde voorwerpen maken geen deel uit van de verzekerde waarde.
(*) Toebehoren: uitrusting die onlosmakelijk deel uitmaakt van het omschreven motorrijtuig en op een definitieve manier gemonteerd is zodat de uitrusting niet onafhankelijk van het motorrijtuig kan gebruikt worden.
Artikel 20 Vrijstellingen
De vrijstelling die toegepast wordt bij een schadegeval wordt vermeld in de bijzondere voorwaarden. Voor elk schadegeval dat aangegeven en vergoed wordt, past de verzekeraar deze vrijstelling toe.
Het bedrag van de schadevergoeding wordt dan automatisch verminderd met de vrijstelling. Bedraagt de schade minder dan de vrijstelling, dan zal er geen schadevergoeding worden uitgekeerd.
Artikel 21 Tijdelijke vervangingsmotorrijtuig
De waarborgen glasbreuk, natuurkrachten en aanraking met dieren alsmede de waarborg stoffelijke schade gelden ook voor het motorrijtuig dat het omschreven motorrijtuig tijdelijk vervangt in de omstandigheden voorzien in artikel 56 van titel 1 punt 4.
De verbintenis van de verzekeraar voor één en hetzelfde schadegeval mag de waarde van het omschreven motorrijtuig op het moment van het schadegeval niet overtreffen. Deze waarde wordt bepaald overeenkomstig:
• artikel 8 van het hoofdstuk « Verzekering Omnium » van deze titel als deze verzekering werd onderschreven;
• artikel 16 van het hoofdstuk « Verzekering Omnium Plus » van deze titel als deze verzekering werd onderschreven.
Voor deze uitbreiding van de waarborgen zijn dezelfde voorwaarden als deze die gelden voor het omschreven motorrijtuig van toepassing.
De in de bijzondere voorwaarden vermelde vrijstelling wordt voor deze uitbreiding van waarborgen echter verhoogd met 450,00 euro. Een vrijstelling van 450,00 euro wordt in rekening gebracht indien geen vrijstelling van toepassing is op het omschreven motorrijtuig zelf. Deze nieuwe berekende vrijstelling is voor elk schadegeval van toepassing waarvoor de verzekering Omnium of Omnium Plus wordt aangesproken. De vrijstelling wordt niet verhoogd wanneer het vervangingsmotorrijtuig door een erkend hersteller aan de verzekeringsnemer werd toevertrouwd gedurende de herstelling van het omschreven motorrijtuig dat onbruikbaar was als gevolg van een door de verzekeraar vergoed schadegeval.
Artikel 22 Wat is niet verzekerd?
De hieronder vermelde schadegevallen worden niet door de verzekering Omnium en Omnium Plus ten laste genomen:
a) schadegevallen indien de verzekeraar bewijst dat ze opzettelijk door de verzekerde werden veroorzaakt;
b) schadegevallen die rechtstreeks of onrechtstreeks voortvloeien uit een wijziging van de atoomkern of radioactiviteit;
c) schadegevallen overkomen tijdens oorlog of burgerlijke wanordelijkheden wanneer de verzekerde aan deze gebeurtenissen deelneemt;
d) schadegevallen overkomen wanneer de waarborg geschorst is wegens niet-betaling van de premie zoals bepaald in de voorwaarden vastgelegd in artikel 18 van titel 1.1.;
e) schadegevallen overkomen terwijl het risico gewijzigd werd zonder naleving van de voorwaarden vastgelegd in de artikelen 6 en 7 van titel 1.1.
76
Artikel 23 Schadegevallen
1. Aangifte van schadegevallen
Ieder schadegeval moet onmiddellijk en uiterlijk acht dagen na het voorval schriftelijk aan de verzekeraar worden aangegeven.
De aangifte van een schadegeval moet in de mate van het mogelijke de oorzaken, de omstandigheden, de eventueel betrokken derden en vermoedelijke gevolgen van het schadegeval vermelden.
Per vastgesteld en omschreven schadegeval dient de verzekeringsnemer één aangifte op te stellen tenzij deze kan inroepen dat eenzelfde feit meerdere schadepunten aan zijn motorrijtuig veroorzaakt heeft.
De verzekeringsnemer dient de verzekeraar zonder uitstel alle door hem gevraagde inlichtingen en documenten te verschaffen.
2. Het neerleggen van een klacht
Bij diefstal moet de verzekeringsnemer binnen de 48 uur klacht neerleggen bij de bevoegde gerechtelijke overheid of politie.
3. Herstellingen bij hoogdringendheid
Alvorens te laten overgaan tot de herstelling moet de verzekeringsnemer een bestek van de geschatte kosten aan de verzekeraar toezenden opdat deze hierover een beslissing kunnen nemen.
Bij een dringende reden voor onmiddellijke herstelling of onmiddellijke vervanging van de stukken mag de verzekeringsnemer deze herstelling of vervanging laten uitvoeren zonder voorafgaande melding op voorwaarde dat het bedrag van de schade niet meer bedraagt dan 600,00 euro (btw niet inbegrepen) en de uitgave met een gedetailleerde factuur wordt gestaafd.
Indien de schade omvangrijker is en de verzekeraar niet heeft gereageerd binnen de acht dagen na de aangetekende verzending van het bestek, mag de verzekeringsnemer overgaan tot de nodige herstellingen of vervangingen.
4. Expertisebepalingen
De verzekeraar kan de schade laten schatten en draagt dan de erelonen en kosten van de door hem gekozen expert. Indien voor de bepaling van het schadebedrag een beroep moet worden gedaan op een rechtsprocedure en een derde deskundige wordt aangeduid, neemt de verzekeraar de erelonen en kosten ten laste wanneer de bekomen beslissing voor de verzekeringsnemer gunstig is.
5. Evenredigheidsregel
Indien de verzekerde waarde lager ligt dan de waarde die verzekerd zou moeten zijn conform artikel 19 van dit hoofdstuk, zal bij een schadegeval de evenredigheidsregel worden toegepast.
6. Subrogatie
De verzekeraar wordt in de rechten van de verzekerde gesteld voor de terugvordering van de bedragen die deze ten laste heeft genomen of die deze heeft voorgeschoten evenals van de rechtsplegingvergoedingen.
Artikel 24 Administratieve bepalingen
De hieronder vermelde artikelen van titel 1.1, overgenomen uit het KB betreffende de minimumvoorwaarden voor de verplichte aansprakelijkheidsverzekering inzake motorrijtuigen (KB van 16 april 2018), zijn eveneens van toepassing:
• mee te delen gegevens bij het sluiten van de overeenkomst (artikel 2 tot en met 4);
• mee te delen gegevens in de loop van de overeenkomst (artikel 5 tot en met 9);
• duur - premie - wijziging van de verzekeringsvoorwaarden en premie (artikel 15 tot en met 22);
• schorsing van de overeenkomst (artikel 23 tot en met 25);
• einde van de overeenkomst (artikel 26 tot en met 31);
• mededelingen (artikel 37).
De verzekeringen Omnium en Omnium Plus zijn ook onderworpen aan artikel 30 van titel 1.1. met dien verstande dat de verzekeraar de waarborgen van de verzekering Omnium of Omnium Plus kan opzeggen na een schadegeval waarvoor de betreffende waarborg(en) wordt aangesproken, ongeacht of de verzekerde aansprakelijk is of niet.
77
Titel 7
Algemene administratieve bepalingen
Artikel 1 Toepasselijk recht en rechtsmacht
Het Belgisch recht is van toepassing op de verzekeringsovereenkomst.
Alle geschillen betreffende de totstandkoming, de geldigheid, de uitvoering, de interpretatie of de ontbinding van deze overeenkomst behoren tot de exclusieve bevoegdheid van de Belgische Hoven en Rechtbanken.
Artikel 2 Controleautoriteiten en klachtenbeheer
1. Controleautoriteiten
FSMA: Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten
Xxxxxxxxxxxxx 00-00 – 0000 Xxxxxxx
Tel. 00 000 00 00 – Fax 00 000 00 00
NBB: Nationale Bank van België
de Berlaimontlaan 14 - 1000 Brussel
Tel. 00 000 00 00 - Fax 00 000 00 00
2. Klachtenbeheer
Elke klacht over de verzekeringsovereenkomst of over het beheer van een schadegeval kan worden gericht aan:
Ethias Klachtenbeheer
Xxxxx-Xxxxxxxxxxxxxxx 00 - 0000 Xxxxxxx
Fax 000 00 00 00
Ombudsdienst Xxxxxxxxxxxxx
xx Xxxxxxxxxxx 00 - 0000 Xxxxxxx
Fax 00 000 00 00
xxx.xxxxxxxxx.xx xxxx@xxxxxxxxx.xx
Het indienen van een klacht doet geen afbreuk aan de mogelijkheid om een gerechtelijke procedure aan te spannen.
Artikel 3 Onbetaalde premies en administratieve kosten
1. Onbetaalde premies
Indien de verzekeringsnemer een premie niet betaalt, maant de verzekeraar hem aan tot betaling.
Deze ingebrekestelling gebeurt per aangetekende brief of bij deurwaardersexploot. De gevolgen van de
niet-betaling van de premie (schorsing en/of opzegging) worden in deze ingebrekestelling vermeld evenals de resterende termijn om de situatie te regulariseren.
2. Administratieve kosten
Indien Ethias nalaat om de verzekeringsnemer te gepasten tijde een vaststaande, opeisbare en onbetwiste geldsom te betalen en indien deze Ethias daartoe aangetekend in gebreke heeft gesteld, dan vergoedt Ethias zijn algemene administratieve kost, forfaitair begroot op 17,00 euro.
Indien de verzekeringsnemer nalaat om Ethias een gelijkaardige, zoals hierboven beschreven geldsom te betalen (bijvoorbeeld bij niet-betaling van de premie), zal deze Ethias dezelfde vergoeding verschuldigd zijn voor iedere aangetekende brief die Ethias hem zendt.
Als Ethias genoodzaakt wordt om de invordering van een schuld toe te vertrouwen aan een derde, zal er van de verzekeringsnemer een schadevergoeding worden gevorderd, begroot op 10 % van het verschuldigde bedrag met een minimum van 10,00 euro en een maximum van 100,00 euro. Indien de verzekeringsnemer genoodzaakt wordt om de invordering van een schuld toe te vertrouwen aan een derde, betaalt de verzekeraar de verzekeringsnemer dezelfde schadevergoeding.
78
Artikel 4 Rangorde van de voorwaarden
De bijzondere voorwaarden vullen de algemene voorwaarden aan en vervangen ze in de mate dat ze ermee strijdig zijn.
Artikel 5 Wijzen van communicatie en talen
Wijzen van communicatie
Wij communiceren via diverse kanalen met onze cliënten:
• per brief of per e-mail op xxxx@xxxxxx.xx;
• per telefoon in het Nederlands op 011 28 29 27 en in het Frans op 04 220 37 79;
• via onze kantoren: voor het dichtstbijzijnde kantoor, kan u terecht op onze site xxx.xxxxxx.xx/xxxxxxxx (NL) of xxx.xxxxxx.xx/xxxxxxx (FR).
Talen van communicatie
De communicatie met onze cliënten gebeurt in het Nederlands of in het Frans, naar keuze van de cliënt.
Al onze documenten (offertes, verzekeringsvoorstellen, algemene voorwaarden, bijzondere voorwaarden, enz.) zijn beschikbaar in het Nederlands en in het Frans.
Artikel 6
Vergoeding ontvangen door Ethias-medewerkers betrokken bij de distributie van verzekeringen
De medewerkers van Ethias betrokken bij de distributie van verzekeringen ontvangen een vaste en een variabele vergoeding.
De vaste component van de vergoeding vormt het grootste deel van de totale vergoeding van de medewerkers. De variabele component van de vergoeding is niet gegarandeerd.
Voor elke medewerker wordt de variabele vergoeding bepaald op basis van de realisatie van doelstellingen die zowel collectief (voor een deel van de onderneming en/of de onderneming) als individueel zijn en die in geen geval aanleiding mogen geven tot belangenconflictsituaties door het toekennen van een stimulans die de medewerker zou kunnen aanmoedigen om zijn eigen belangen of de belangen van Ethias te kiezen ten koste van de belangen van de klant. Hiervoor worden de te realiseren prestatiedoelstellingen niet enkel gebaseerd op kwantitatieve maar ook op kwalitatieve criteria, zoals het tevredenheidsniveau van de klant of de naleving van interne procedures.
79
Voor meer informatie
Ethias
Zetel voor Vlaanderen
Xxxxx-Xxxxxxxxxxxxxxx 00 - 0000 Xxxxxxx
Tel. 000 00 00 00
Fax 000 00 00 00
0000-000 • 01/22