JAARSTUKKEN 2022 GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING

Dit is de inleiding van het jaarverslag en jaarrekening over 2022 van de Diamant-groep. Hierin staan de ontwikkelingen beschreven van het afgelopen jaar en wordt het financieel resultaat gepresenteerd.

Om onze ambities om zowel onze identiteit als ontwikkel- en werkbedrijf te versterken en daarbij een reëel financieel resultaat te realiseren heeft in 2022 de verdere uitwerking plaatsgevonden van de nieuwe organisatie-inrichting en besturingsfilosofie. Zo zijn KikMaat, VIP en het platform Bedrijfsvoering vormgegeven. Ook zijn we met het nieuwe managementteam van start gegaan.

Covid-19 heeft ook begin 2022 nog impact gehad op onze medewerkers. Er is zo veel als mogelijk doorgewerkt en de werkbedrijven zijn opengehouden. Structuur en aandacht voor de mens op de werkplek is als positief ervaren. Desondanks is het voor een groep medewerkers nodig de komende jaren te investeren (werkfit maken) om hen weer op het niveau van voor de crisis terug te brengen.

We zijn het jaar financieel goed doorgekomen mede dankzij de compensaties vanuit het rijk.

De netto uitstroom uit de doelgroep is ook in 2022 weer hoger dan werd aangenomen. Dit leidt tot lastige situaties waarin we niet altijd meer aan de contractwaarden kunnen (gaan) voldoen.

Om de innovatie en diversiteit van het werkaanbod te vergroten is in samenwerking met de deelnemende gemeenten een transformatie opgave geformuleerd waarin in komend jaar vervolg aan wordt gegeven. Doel hierbij is om te investeren in nieuwe ontwikkelingen om onze ambitie en afspraken die we hebben met de gemeenten en opdrachtgevers te realiseren in een lastige arbeidsmarktomgeving.

Xxxxx Xxxxxxxxx

Algemeen Directeur Diamant-groep December 2023

2. Organogram van de Gemeenschappelijke regeling

Deze jaarrekening heeft betrekking op het onderdeel Gemeenschappelijke Regeling Diamant- groep (hierna de Diamant-groep genoemd), de andere rechtspersonen, Stichting Bevordering Werkgelegenheid (SBW), Bedrijfsmatige Projecten BV (BV Bepro) en Stichting La Poubelle hebben eigen zelfstandige jaarstukken. Alle rechtspersonen vallen onder de zware gemeenschappelijke regeling onder verantwoording van zes deelnemende gemeenten.

De Diamant-groep is partner voor gemeenten bij het realiseren van arbeidsparticipatie voor hun inwoners en ondersteunt gemeenten bij het uitvoeren van de Participatiewet.

De Diamant-groep is een ontwikkel- en werkbedrijf en draagt bij aan de participatie in werk van mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Zij verzorgt de intake, diagnose, advies en begeleiding. Medewerkers worden gedetacheerd bij een regulier bedrijf (inclusief begeleiding) of ingezet binnen een van de bedrijfsonderdelen. Een diversiteit aan werkplekken is voorhanden binnen Groen Xtra, de kwekerij, Vervoer, Inpakken en Post (VIP), Fietsbeheer, Dierenopvang Hart van Brabant, de Boerderijen en De Schoonmaak Coöperatie.

3. Bestuur

3.1. Samenstelling bestuur

Het Dagelijks bestuur en het Algemeen Bestuur van de Diamant-groep worden gevormd uit de colleges van burgemeester en wethouders van de zes in de Diamant-groep deelnemende gemeenten. In 2022 is het bestuur gewijzigd als gevolg van de gemeenteraadverkiezingen van maart. Het Dagelijks Bestuur wordt uit het Algemeen Bestuur gevormd en mag niet een meerderheid vormen in het Algemeen Bestuur.

De volgende personen hebben tot de wisseling gefunctioneerd als bestuurslid van het Algemeen Bestuur van de Diamant-groep:

Gemeente Tilburg xxxxxxx X. Xxxxxx (voorzitter, dagelijks bestuur) Gemeente Goirle xxxxxxx X. Xxxxxx (vicevoorzitter, dagelijks bestuur) Gemeente Hilvarenbeek de heer X.X. Xxxxxxxx (dagelijks bestuur)

Gemeente Gilze en Rijen xxxxxxx X. Xxxxxx Gemeente Tilburg de xxxx X. Xxxxxxxxxxx Gemeente Alphen-Chaam de xxxx X. Xxxxxxxxxxx Gemeente Dongen xxxxxxx X. Xxxxxxxx

Vanaf de wisseling door de verkiezingen, zijn de volgende personen aangewezen als bestuursleden van het Algemeen Bestuur van de Diamant-groep:

Gemeente Tilburg xxxxxxx X. Xxxxxx (voorzitter, dagelijks bestuur) Gemeente Goirle mevrouw J. xxx xxx Xxxx (vicevoorzitter, dagelijks bestuur) Gemeente Hilvarenbeek de heer X.X. Xxxxxxxx

Gemeente Gilze en Rijen mevrouw M. Doremalen Gemeente Tilburg de xxxx X. xxx Xxxxx

Gemeente Alphen-Chaam mevrouw J. van Loon (dagelijks bestuur) Gemeente Dongen xxxxxxx X. xx Xxxx

3.2. Contactambtenarenoverleg

Het contactambtenarenoverleg bestaat uit beleidsvoorbereidende ambtenaren van iedere gemeente en de algemeen directeur, concerncontroller en directiesecretaris van de Diamant- groep. Zij bereiden de vergaderingen van het bestuur voor aan de hand van de agenda. Waar nodig vindt afstemming plaats. Iedere contactambtenaar heeft voorafgaand aan de vergadering de gelegenheid om de eigen bestuurder voor te bereiden en van advies te voorzien.

3.3. Behandelde onderwerpen

In de bestuursvergaderingen en het contactambtenarenoverleg vormen de sociale en financiële kengetallen een vast agendapunt. Tijdens dit agendapunt wordt de realisatie ten opzichte van de begroting besproken. Terugkerend thema sinds 2016 is het achterblijven van de instroom

vanuit de Participatiewet ten opzichte van de uitstroom van Wsw-medewerkers; hetgeen de druk op de bedrijfsvoering vergroot, omdat dienstverleningsovereenkomsten steeds moeilijker uitgevoerd kunnen worden vanwege personeelstekort.

In 2021 heeft het bestuur een opdracht gegeven aan de directie van de Diamant-groep die uit twee delen bestond en als volgt was geformuleerd:

• Genereren van ideeën, onderzoeken, aanpassen en selecteren van (bestaande of nieuwe) ontwikkel- en werkplekken welke beter passen bij de ontwikkeling van de ta- lenten van de mensen in de uitkeringsbestanden van de deelnemende gemeenten.

• Het uitvoeren van een eerste verkenning met de zorgaanbieders in het sociale domein in de regio gericht op de mogelijkheden om combidienstverlening zorg-arbeidspartici- patie op te zetten.

Dit onderwerp is sindsdien als “project Vitesse” geagendeerd. In januari 2022 is de eindrapportage vastgesteld en is er besloten op de wijze waarop de voortgang verder geborgd zal zijn.

In maart 2022 werd duidelijk dat de aangevraagde NOW-subsidie niet zonder extra toelichting opgenomen mocht worden in de jaarrekeningen van de entiteiten die tot de Diamant-groep behoren. Het verloop van deze discussie is vanaf maart in elke vergadering besproken met het bestuur.

Het bestuur besloot in maart 2022 om werknemers die onder de cao aan de slag vielen en voorafgaand aan de ingangsdatum van die cao al bij de Diamant-groep in dienst waren te compenseren voor het door hen geleden loonverlies. Deze medewerkers werden met terugwerkende kracht ingeschaald in de hoogste trede van loonschaal I.

Het bestuur en de ambtelijke ondersteuning hebben in 2021, naar aanleiding van de resultaatverdeling over 2020, in verschillende vergaderingen uitgebreid gesproken over de systematiek waarmee tekorten en positieve resultaten verdeeld moeten worden over de deelnemende gemeenten. Dit heeft begin 2022 geleid tot overeenstemming over een nieuwe verdeelsleutel, die opgenomen zal worden in de eerstvolgende aanpassing van de gemeenschappelijke regeling.

De herhuisvesting van La Poubelle is in 2022 een terugkerend onderwerp geweest. Enerzijds valt hieronder dat het gebouw en de grond aan de Havendijk verkocht gaat worden aan een projectontwikkelaar. Anderzijds dient er ook een geschikte locatie te zijn waar La Poubelle vervolgens gevestigd kan worden. In het najaar van 2021 is besloten om in dit kader plannen voor nieuwbouw op Insulindestraat 1 verder uit te werken en in januari 2022 is besloten om nieuwbouw te gaan realiseren en is de vergunningsaanvraag voorbereid en halverwege het jaar ingediend. In de zomer werd duidelijk dat zowel de kosten voor bouwmaterialen als de kosten voor rente zodanig gestegen waren, dat met het bestuur in het najaar opnieuw is bekeken op welke wijze herhuisvesting kan plaatsvinden. Verwacht wordt dat in 2023 een definitieve beslissing voor herhuisvesting zal worden genomen.

In het jaar 2022 is in opdracht van het bestuur een Europese aanbesteding in de markt gezet voor een nieuwe accountant. De overeenkomst met de oude accountant loopt met het boekjaar 2022 af en inmiddels is er een nieuwe accountant aangesteld per boekjaar 2023.

4. Realisatie van doelmatigheid en rechtmatigheid

4.1. Doelmatigheid

Onder doelmatigheid van bedrijfsvoering wordt verstaan: het zodanig sturen van de organisatie dat de gewenste dienstverlening, productie en andere activiteiten tegen een zo laag mogelijke prijs verkregen wordt, dan wel dat met de beschikbare middelen een zo groot mogelijk resultaat verkregen wordt.

Om dit te bereiken moeten we ons voortdurend de volgende vragen stellen:

• Welke belangrijke veranderingen kunnen we doorvoeren om de bedrijfsvoering nog doelma- tiger te maken?

• Hoe zorgen we dat onze bedrijfsonderdelen adequaat kunnen inspelen op grote uitdagingen?

• Welk effect hebben veranderingen in onze bedrijfsvoering op onze afnemers?

In de uitvoeringsagenda bij het Strategisch plan 2020-2024 wordt geschetst dat we in de komende jaren verder krimpen. In 2020 is door directie en management het koersdocument naar 2024 opgesteld, met daarin de besturingsfilosofie en het daaraan gekoppelde organisatiemodel afgestemd op onze (nieuwe) producten en diensten in een krimpende organisatie. De uitvoeringsplannen zijn per bedrijfsonderdeel uitgewerkt en goedgekeurd door de OR. De aanpassingen in de organisatie zal tot een meer efficiëntere en doelmatig werkende organisatie moeten leiden. Met optimale benutting van beschikbare kwaliteit en motivatie van onze werknemers.

4.2. Rechtmatigheid

De rechtmatigheid van het beheer is een begrip dat meer op de voorgrond komt te staan. In de huidige situatie vormt de accountant hierover een oordeel en rapporteert over de uitkomsten. Met ingang van verslagjaar 2023 dienen de jaarstukken een rechtmatigheids-verantwoording te bevatten die is opgesteld door het Dagelijks Bestuur. Dat doet het Dagelijks Bestuur op basis van de door het Algemeen Bestuur vastgestelde normenkader en verantwoordingsgrens. Uiteraard is publiceren van de verantwoordingstekst alleen niet voldoende. Er is binnen de Diamant-groep een duidelijke grondslag voor deze verantwoording nodig. Het doel is om met bepaalde mate van zekerheid vast te stellen of baten, lasten en balansmutaties rechtmatig tot stand zijn gekomen.

Het kader van de (financiële) rechtmatigheidsverantwoording bestaat uit 3 criteria:

• Begrotingscriterium; controle op overschrijdingen van de geautoriseerde begroting.

• Voorwaardencriterium; de financiële beheers handelingen moeten voldoen aan de voorwaarden zoals gesteld in wet- en regelgeving en interne verordeningen opgenomen in het normenkader dat wordt vastgesteld door het Algemeen Bestuur.

• Misbruik en oneigenlijk gebruik criterium; hieronder vallen ook fraude en integriteits- signalen

Daarbij is zeker ook het bewustzijn in de organisatie met betrekking tot rechtmatigheid van belang: handelen in de geest van de wet dan wel de interne regels is niet voldoende. Het handelen is rechtmatig of niet.

In onze interne beheersing toetsen we al op begrotingsrechtmatigheid en op voorwaardencriterium (vooral aanbestedingsrechtmatigheid). En in aanloop naar de rechtmatigheidsverantwoording hebben we in 2022 aanvullend een frauderisico-analyse opgesteld. In het interne controleplan rechtmatigheid 2023 is vastgelegd hoe we om gaan met de verantwoordingsgrens, rapporteringsgrens en normenkader ten behoeve van de rechtmatigheidsverantwoording, de interne controles in relatie tot de 3 rechtmatigheidscriteria, de planning van en de rapportage over de (controle op) de rechtmatigheid. In het eerste kwartaal van 2023 gaan we besluitvorming over verantwoordingsgrens en normenkader verankeren in onze interne verordeningen, en worden de financiële verordening en de controleverordening opnieuw vastgesteld door het algemeen bestuur.

Op basis van de ervaringen uit 2023 wordt bezien welke uitbreiding van de scope van de verantwoording (met als meest uitgebreide variant het In Control Statement) mogelijk is, gezien de fase van ontwikkeling/optimalisatie van de organisatie. Voor verdere doorontwikkeling van de rechtmatigheidsverantwoording moet de Diamant-groep beschikken over een geschikt kwaliteitssysteem (inclusief risicobeheersing) met betrekking tot het beheer, onderhoud en uitvoering van wet- en regelgeving.

5. COVID-19

Het begin van 2022 heeft wederom in het teken gestaan van de Covid-19 pandemie. Voor de medewerkers heeft het veel gevraagd aan flexibiliteit en mentale weerbaarheid. Er is zo veel als mogelijk doorgewerkt en de werkbedrijven zijn opengehouden. Binnen de bedrijfsonderdelen Productie, La Poubelle (sluiting van de winkels) en BV 18k zijn de grootste omzetdervingen zichtbaar door corona.

Structuur en aandacht voor de mens op de werkplek is als positief ervaren. Desondanks is het voor een groep medewerkers nodig de komende jaren te investeren (werkfit maken) om hen weer op het niveau van voor de crisis terug te brengen.

6. Voorstel tot vaststelling van de jaarrekening

Voorgesteld wordt om de jaarrekening op 14 december 2023 vast te stellen. Vaststelling Dagelijks Bestuur op 14 december 2023.

Goedkeuring Algemeen Bestuur op februari 2024.

I. PROGRAMMAVERANTWOORDING

1. Wet- en regelgeving & strategie

1.1. Wet- en regelgeving

De Diamant-groep blijft bezig om zich binnen de arbeidsmarktregio Hart van Brabant tot een sterke uitvoeringsorganisatie te ontwikkelen voor de doelgroep die begeleiding nodig heeft om te gaan en blijven werken, bij voorkeur op de reguliere arbeidsmarkt. Dit doen we samen met gemeenten, collega SW-bedrijven en andere ketenpartners in de arbeidsmarktregio.

Vanaf de start van de Participatiewet is er veel veranderd voor de gemeenten en de Diamant- groep. In 2022 zijn een aantal belangrijke ontwikkelingen in de wet- en regelgeving geweest. De belangrijkste ontwikkelingen zijn:

Tijdelijke noodmaatregel overbrugging voor behoud van werkgelegenheid (NOW)

Als gevolg van de coronacrisis heeft het Rijk eind maart 2020 de NOW-regeling aangekondigd. De Diamant-groep heeft daar middels de vennootschappen BV 18k en BV 18k flex in 2021 gebruik van gemaakt. Ook in het begin van 2022 heeft Diamant-groep hier gebruik van gemaakt. Omdat geconstateerd is dat deze subsidie niet benodigd was, is inmiddels besloten om deze subsidie vrijwillig terug te betalen.

Xxx aan de slag

Per 1 juli 2021 is de cao aan de slag van kracht geworden. Dit is een cao die overeen is gekomen tussen enerzijds de vakbonden en anderzijds de VNG en Cedris als werkgeverspartijen. De cao geldt voor medewerkers die werkzaam zijn vanuit de Participatiewet, zoals beschut werk en/of met een loonkostensubsidie. De cao zal het eerste anderhalf jaar nog niet algemeen verbindend verklaard worden, en geldt daarom alleen voor de deelnemende partijen. Diamant-groep is vanwege het lidmaatschap van Cedris gebonden aan de cao. Omdat de bewuste medewerkers nog niet formeel werkten voor de Diamant-groep, maar een andere rechtspersoon, is ervoor gekozen om het grootste deel van de medewerkers die al werkzaam waren binnen de werkbedrijven van de Diamant-groep per 1 januari 2022 over te laten gaan naar de cao aan de slag. De cao aan de slag zorgde er ook voor dat mensen die al langer in dienst waren vanuit de Participatiewet er in loon op achteruit gingen. Deze mensen zijn in 2022 als gevolg van een bestuursbesluit gecompenseerd.

Werkhervattingskas

In 2022 is een discussie gestart met de Belastingdienst over de wijze waarop de werkhervattingskas als premie aan de werkgever beschikt wordt. Deze discussie is in het voorjaar van 2023 nog niet tot een einde gekomen.

1.2. Strategie

In 2019 is de nieuwe strategische koers van de Diamant-groep vastgesteld en verwoord in het ‘Strategieplan 2020-2024’. De ambitie is als volgt omschreven: ‘In onze (arbeidsmarkt)regio doet iedereen mee in werk. Wij zijn expertisepartner op het gebied van werk voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt’.

Op basis van het strategieplan is in 2020 een nieuwe organisatie-inrichting & besturingsfilosofie voor de Diamant-groep vastgesteld onder de noemer ‘Koersen naar 2024’. De ambitie van (en opdracht aan) de Diamant-groep is om zowel haar identiteit als ontwikkel- en werkbedrijf te versterken en gelijktijdig een reële meerjarenbegroting te presenteren. De noodzaak voor de herstructurering heeft vooral te maken met de krimp van de organisatie: sinds de invoering van de Participatiewet zijn al ruim 827 SW-collega’s (40%) uitgestroomd. Het combineren van krimp van de organisatie en het – gelijktijdig - realiseren van een innovatief en toekomstbestendig ontwikkel- & werkbedrijf is een forse en tegelijkertijd stimulerende en uitdagende opgave.

De organisatie wordt aangepast vanwege de krimp in de (doelgroep)formatie om zo een gezonde exploitatie te behouden. Continuïteit, efficiency en beïnvloedbaarheid zijn belangrijke aspecten voor de organisatie-inrichting. Wendbaarheid, expertise en korte lijnen moeten bijdragen aan de vernieuwing, innovaties en verbeteringen om het sociaal ontwikkel- & werkbedrijf verder vorm en inhoud te geven.

Ambities ‘Koersen naar 2024’:

1. Het krimpen van een klassiek SW-bedrijf combineren met het bouwen van een modern en innovatief leer- & ontwikkelorganisatie.

2. Financieel: kostenbesparing combineren met investeren in innovatie: nieuwe producten, werksoorten en –plekken die beter aansluiten bij de talenten van de doelgroepen en nieuwe verdienmodellen.

3. Versterken van onze regionale positie door samenwerking met opdrachtgevers en business- partners verder aan te halen door samen ontwikkelroutes te bouwen en combidienstverle- ning te realiseren als brug tussen sociale zorg en arbeidsparticipatie.

4. Herijking van positionering & branding: de partij in de regio waar je niet om heen wil, niet omheen kunt!

5. Inzet op kennis en kunde: boeien en behouden van professionals.

6. Opdracht aan onszelf:

• De dingen goed doen: we leveren een hoge kwaliteit!

• De dingen steeds beter doen: continu verbeteren!

• Andere dingen doen: innovatief zijn!

De organisatie-inrichting gaan we vormgeven via twee modellen: Het Participatiehuis en De Werkcoöperatie. Het Participatiehuis als expertisecentrum voor advies, begeleiding, innovatie en inzet van instrumenten en de Werkcoöperatie als de (regionale) bundeling van een diversiteit aan werkplekken; van arbeidsmatige dagbesteding tot regulier werk. Ondersteuning wordt geleverd vanuit Bedrijfsvoering.

De uitwerking van de nieuwe ‘organisatie-inrichting & besturingsfilosofie’ heeft afgelopen jaar plaatsgevonden. De samenstelling van het managementteam is aangepast en er zijn drie uitvoe- ringsplannen uitgewerkt waarin concreet de gevolgen van en de noodzakelijke acties voor de nieuwe organisatie-inrichting staan. Samenvoeging en aanpassing van de bedrijfsonderdelen Productie en Post&Vervoer naar de nieuwe organisatie VIP. De bedrijfsonderdelen ‘Bemidde- lings-en begeleidingsorganisatie’, ‘Diamant-groep-Adviescentrum’ en ‘P-detachering’ (18k) zijn opgegaan in het nieuwe onderdeel KikMaat. Daarnaast heeft het MT het uitvoeringsplan Be- drijfsvoering vastgesteld met onder meer concepten als regiemodel en platform Bedrijfsvoering en ook deze heeft een positief advies vanuit de OR gekregen.

We liggen op schema om de ambitie van ‘Koersen naar 2024’ te realiseren inclusief een nul- begroting vanaf 2024 en verder.

De Diamant-groep ziet ook kansen in (keten) innovatie van het huidige producten-en diensten pallet en nieuwe businessmodellen. Hiermee proberen we wegvallende geldstromen te beperken of liefst te compenseren.

De infrastructuur van de Diamant-groep zetten we in voor het gehele scala aan behoeften en mogelijkheden:

• Vrijwilligerswerk

• Arbeidsmatige dagbesteding

• Beschut Werk

• Maatwerk banen

• Participatiebanen

• Groepsdetacheringen

• Regulier

Doelgroepen die de komende jaren aandacht vragen in relatie tot werk vanuit de Diamant-groep en haar deelnemende gemeenten zijn de 45-plussers (groot deel van uitkeringsbestand), jongeren (mede door corona ontbreken van perspectieven), statushouders en psychisch kwetsbaren.

2. Sociaal beleid

2.1. Aantal medewerkers

De Diamant-groep wil voor de kwetsbare groepen aan de onderkant van de arbeidsmarkt een belangrijke rol blijven vervullen. Daarbij zal niet alleen aandacht bestaan voor de positie van deze groep in de huidige tijd, maar zal ook gekeken worden naar het belang om te blijven investeren in inzetbaarheid van deze kwetsbare groep. Steeds zal gezocht worden naar de mogelijkheden van het individu en in het verlengde daarvan de mogelijkheden van groepen medewerkers passend bij de beschikbare werksoorten en te leveren producten en diensten. Onze medewerkers moeten kunnen rekenen op een goede werkomgeving en een daarbij behorende begeleiding. Deze omgeving is de randvoorwaarde voor het verder ontwikkelen van de medewerker met het oog op het bevorderen van de arbeidscapaciteit of het behoud daarvan.

Met de komst van de Participatiewet is de instroom vanuit de Wsw beëindigd. Landelijk wordt uitgegaan van een uitstroom van ongeveer 6% per jaar. Begin 2015 waren er 2.111 SW- medewerkers bij of via de Diamant-groep aan de slag. Eind 2022 is dit aantal met 827 personen gedaald tot 1.284 medewerkers. In 2022 zijn er 85 medewerkers uitgestroomd.

Eind 2022 zijn er 365 (2021: 370) mensen werkzaam bij de Diamant-groep via de Participatiewet (PW/Beschut/Maatwerk).

Vanuit de doelgroep P-Wetters (doelgroep loonwaarde 30-80, maatwerkbanen en Beschut werk) zijn er 76 aanmeldingen geweest in 2022 (2021: 179).

Het aantal P-Wetters (30-80) laat een daling zien van 6 personen (-4%) naar 157 personen (2021:

stijging van 20). Maatwerkbanen zijn in 2022 met 1 afgenomen naar 24 personen.

Er zijn 183 (2021: 170) mensen geplaatst op een beschutte werkplek. Dit komt niet overeen met de taakstelling van 178.

Personen uit doelgroep (#)	2021
	WSW*	P-Wet	Beschut	Maatwerk	Open Hiring	Totaal
Begin jaar	1.491	143	141	30	13	1.818
Eind jaar	1.369	163	171	25	11	1.739
Mutatie	-122	20	30	-5	-2	-79

Personen uit doelgroep (#)	2022
	WSW*	P-Wet	Beschut	Maatwerk	Open Hiring	Totaal
Begin jaar	1.369	163	171	25	11	1.739
Eind jaar	1.284	157	184	24	0	1.649
Mutatie	-85	-6	13	-1	-11	-90

Verdeling op basis van de inzet per bedrijfsonderdeel:

Personen uit doelgroep (#)	stand eind 2021
Bedrijfsonderdeel	WSW*	P-Wet	Beschut	Maatwerk	Open Hiring	Totaal
Participatiehuis	271	-	-	-	-	271
Werkcoöperatie	773	85	111	19	11	999
Overig (concern)	57	-	1	-	-	58
	1.101	85	112	19	11	1.328
De Schoonmaakcoöperatie	188	78	22	1	0	289
La Poubelle	80	0	37	5	0	122
Totaal	1.369	163	171	25	11	1.739

Personen uit doelgroep (#)	stand eind 2022
Bedrijfsonderdeel	WSW*	P-Wet	Beschut	Maatwerk	Open Hiring	Totaal
Participatiehuis	254	1	2	-	-	257
Werkcoöperatie	851	78	118	17	-	1.064
Overig (concern)	84	-	-	-	-	84
	1.189	79	120	17	0	1.405
De Schoonmaakcoöperatie	22	77	28	5	0	132
La Poubelle	73	1	36	2	0	112
Totaal	1.284	157	184	24	0	1.649

* inclusief aantal medewerkers die langer dan 2 jaar ziek zijn. Begin 2021 zijn dit 28 personen en eind 2021 29 personen. Begin 2022 zijn dit 29 personen en eind 2021 40 personen.

2.2. Medewerkerstevredenheid

Naar aanleiding van de verbeterplannen die op basis van het medewerkerstevredenheids- onderzoek uit 2017 zijn opgesteld, is doorlopend aandacht geweest voor de onderwerpen vitaliteit en ongewenste omgangsvormen.

Door de diverse Corona-maatregelen kon pas in het najaar van 2022 een nieuw medewerkerstevredenheidsonderzoek gehouden worden onder het voltallige personeel. Veel van de medewerkers hebben namelijk begeleiding nodig bij het invullen.

De uitkomsten gaven een positief beeld van het werkklimaat en de manier waarop er wordt samengewerkt. Er kwamen ook enkele aandachtspunten op het gebied van communicatie en begeleiding naar voren. We zijn samen met de teams de vervolgacties aan het bepalen en uitzetten om de benoemde knelpunten op te lossen.

3. Innovatie

De nieuwe strategische koers van de Diamant-groep vereist, nog nadrukkelijker dan voorheen, een voortdurende inspanning op het terrein van innovatie. Innovatie in dienstverlening die aansluit op behoefte van gemeenten, kandidaten en werkgevers, innovaties in onze manier van werken maar vooral ook vernieuwing in het aanbod van werkplekken.

Verduurzamen Groen Xtra

Van traditioneel werkbedrijf in beheer en onderhoud groen naar sociaal leer- en ontwikkelbedrijf wat bijdraagt aan een groene en gezonde leefomgeving. Sleutelwoorden hierbij zijn: biodiversiteit, klimaatadaptie, hittestress- en stikstofreductie en groen-maakt-gelukkig. Dit vergt een andere aanpak in ontwikkelroutes, proposities en inzet van middelen.

Herhuisvesting La Poubelle

De realisatie van de ambities van La Poubelle lopen op de huidige locatie tegen problemen aan. De ideeën voor de toekomst van La Poubelle zijn uitgewerkt en zullen hun impact vergroten op haar pijlers Werk, Armoede en Circulaire economie. Meer kwetsbare burgers aan het werk met een bijdrage aan de circulaire economie en armoedebestrijding, ofwel goed voor mens en milieu en gezond & gelukkig in Tilburg en regio. Hierbij is een nieuw, groter pand op een andere locatie dan ook de (noodzakelijke) ambitie.

Kinderboerderijen & werkgelegenheid

De gemeente Tilburg heeft de Diamant-groep gevraagd of zij samen met de gemeente en in goede samenspraak met de stichtingsbesturen het nieuwe beleid op de Tilburgse kinderboerderijen vorm en inhoud wil geven. Voor 2022 en verder is het contract opgemaakt om in totaal vijf kinderboerderijen in beheer te nemen en daarmee veel nieuwe werkplekken te organiseren voor de doelgroep.

Ontwikkelingsgerichte Arbeidsmatige Dagbesteding

Deze nieuwe combinatie van zorg en participatie zit op het snijvlak van de WMO en de Participatiewet. We plaatsen mensen uit de doelgroep bij één van de vele zorgaanbieders waarmee samenwerkingsverbanden zijn. Deze vorm van dienstverlening s er voor mensen met een afstand tot de samenleving. De dagbesteding bij één van de zorgaanbieders geeft hun een invulling van de dag en biedt hun de kans zich te ontwikkelen. Op een manier die past bij wat iemand kan en wil. Op een fijne plek waar iemand de begeleiding krijgt die nodig is

Pilot 460

In 2022 zijn we gestart met d voorbereidingen op een samenwerking met de gemeente Tilburg en de ABG-gemeenten. Afgesproken is dat we gezamenlijk een gedeelte (460 mensen) van de bestaande caseload gaan screenen. Het doel is om de mensen beter te leren kennen, te bepalen welke achterstand zij hebben tot de arbeidsmarkt en wat de Diamant-groep hierin eventueel kan betekenen. Daarnaast willen we ontdekken of de mensen passen in de bestaande diensten of dat we nieuwe producten moeten ontwikkelen voor deze doelgroep.

HR- en cliëntvolgsysteem (AFAS)

Na een lang voorbereidingstraject is met ingang van 2022 een nieuwe HR- en cliëntvolgsysteem in gebruik genomen. De komende jaren gaan we dit verder door ontwikkelen op het gebied van de processen, managementinformatie en werkstromen.

Verduurzamen gebouwen

In 2020 is een meerjarig verduurzamingstraject voor de locatie Zevenheuvelenweg van start gegaan. Met name door Xxxxxx, diverse prijsverhogingen en leveringsproblemen is het traject vertraagd maar inmiddels is het project weer opgestart om het gehele traject af te ronden in 2023.

4. Marketingbeleid

Het marketingbeleid van de organisatie is direct afgeleid van de missie van de organisatie. Dit beleid is integraal meegenomen in de nieuwe strategienota. Naar aanleiding van het onderzoek naar de positionering van het label en sub-labels van de Diamant-groep zijn keuzes gemaakt hoe de verschillende bedrijfsonderdelen worden gepositioneerd ten opzichte van de Diamant-groep en hiermee zijn in lijn combinatielogo’s ontwikkeld. Er is een nieuwe naam en huisstijl voor het Participatiehuis/BBO bedacht, namelijk KikMaat en deze is in 2022 via een campagne vrijgegeven.

5. Financieel beleid

5.1. Visie en uitgangspunten

Het financieel beleid is gericht op een gezonde financiële positie voor de gemeenschappelijke regeling en transparantie in het financieel handelen. Uitgangspunt is een verantwoord en behoedzaam financieel beleid, waarbij structurele lasten worden gedekt door structurele baten met een sluitende meerjarenbegroting als doel. Om dat te bereiken zijn kaders en spelregels vereist. Deze kaders en spelregels gelden als het te voeren financiële beleid voor de gemeenschappelijke regeling.

5.2. Uitgangspunten

Algemeen

In het stelsel van baten en lasten worden uitgaven en inkomsten toegerekend aan de jaren waarop ze betrekking hebben. Bij het vaststellen van activiteiten en middelen vindt een integrale afweging plaats tussen financiële middelen en het gewenste resultaat/ kwaliteitsniveau. De financiële middelen zijn veelal beperkt. Dit bepaalt of de gewenste resultaten van het beleid wel of niet bereikt kunnen worden. Het is van belang optimaal inzicht te hebben en te geven in de financiële gevolgen bij het ontwikkelen en uitvoeren van beleid en keuzes in kwaliteitsniveau.

Financiële beleidsregels

• Integrale beleidsafweging van de verschillende bestedingen vindt plaats door het Alge- meen Bestuur bij de vaststelling van de beleidsbegroting;

• Budgetten zijn gebaseerd op realistische ramingen en niet slechts op historisch bepaalde budgetten. Onderbouwd wordt waarvoor het budget is benodigd. Aanpassingen in ra- mingen worden onderbouwd en transparant gemaakt;

• Eventuele tegenvallers worden primair binnen de betreffende afdeling/onderdeel op- gevangen. Als dit niet mogelijk is, wordt gezocht naar de mogelijkheden binnen het to- taal van de organisatie;

• Er wordt zoveel mogelijk een meerjarig consequente gedragslijn gehanteerd;

• Het Algemeen Bestuur autoriseert met de vaststelling van de beleidsbegroting de to- taalbedragen per kosten- en opbrengstensoort;

• De (gemandateerde) budgethouder organiseert binnen het totaalbudget van de afde- ling, dat de werkzaamheden worden uitgevoerd conform de afspraken en planning. Het herschikken van budgetten tussen kostenplaatsen en kostensoorten is onder voorwaar- den toegestaan, mits de prestatie wordt geleverd.

Budgetten waarvoor herschikken niet mogelijk is, zijn:

• salariskosten;

• stortingen/onttrekkingen aan reserves en voorzieningen;

• kapitaallasten;

• doorberekening aan (hulp)kostenplaatsen (concernoverhead);

• rijksbijdrage.

De budgetten voor deze kostensoorten worden namelijk centraal beheerd.

In de maandelijkse rapportage wordt transparant per kosten- en opbrengstensoort gerapporteerd over budgetoverschrijdingen en –onderschrijdingen. Tevens wordt aangegeven hoe deze worden gedekt. In het geval deze overschrijdingen uiteindelijk leiden tot budgetoverschrijdingen op kosten- en opbrengstenniveau, worden deze opgenomen in de maandelijkse rapportage aan het bestuur.

5.3. Budgetafspraken

Exploitatiebudgetten

• Budget voor nieuw beleid wordt onderbouwd en de relatie met het te bereiken doel aangegeven;

• Voor bestaand beleid geldt dat het in de begroting vastgesteld percentage prijscompen- satie wordt gehanteerd. Indien sprake is van afwijkende afspraken op basis van onder- liggende contracten, prijs- of subsidieafspraken, worden deze onderbouwd;

• Op het percentage prijscompensatie wordt geen nacalculatie toegepast voor het lo- pende begrotingsjaar;

• De salarislasten worden geraamd op basis van een voorafgaand aan het begrotingsjaar door de directie goedgekeurd formatieplan en de te verwachten cao-stijging.

Investeringen

• Investeringsbudgetten worden onderbouwd met onderliggende afspraken en uitgangs- punten;

• De kapitaallasten van nieuwe investeringen worden direct aan betreffende afdeling/ on- derdeel toegerekend.

5.4. Verplichtingen

Rechten

Baten die betrekking hebben op het boekjaar maar nog niet zijn ontvangen, worden wel in de jaarrekening opgenomen en verantwoord. Hiervoor wordt bij het opstellen van de jaarrekening een balanspositie opgenomen.

Verplichtingen

Alle kosten voor diensten die in het boekjaar zijn geleverd, worden in het boekjaar verantwoord en in de jaarrekening opgenomen. Als de diensten wel zijn geleverd, maar nog niet zijn betaald, wordt bij de jaarafsluiting een verplichting geboekt.

Onvoorzien

Het is noodzakelijk een goede planning in budget en capaciteit voor het komende jaar op te stellen en daarbij volledig te zijn. De besluitvorming over nieuwe activiteiten concentreert zich bij de (meerjaren)begroting. Hierdoor wordt het algemeen bestuur in staat gesteld de prioriteiten integraal af te wegen. Wat niet wegneemt dat in de loop van het jaar zich

onvoorziene ontwikkelingen kunnen voordoen, die bij de maandelijkse verantwoording aan het dagelijks bestuur kenbaar worden gemaakt met mogelijke dekking van deze onvoorziene uitgaven.

Lasten

• Baten en lasten in de exploitatiebegroting kunnen structureel dan wel incidenteel zijn.

• De lasten zijn onvermijdelijk. Had door het tijdig treffen van maatregelen de last die nu ontstaat, kunnen worden voorkomen? Als dit het geval is, kan geen beroep op de post onvoorzien worden gedaan.

Uitgaven ten laste van reserves

Extra lasten in de loop van het jaar kunnen alleen ten laste van een reserve worden gebracht als de besteding past binnen het karakter van die reserve. Deze lasten worden altijd via de exploitatie verantwoord en pas bij de resultaatbepaling ten laste van de daarvoor bestemde reserve gebracht.

Saldo jaarrekening

Het uitgangspunt is dat het saldo van de jaarrekening wordt toegevoegd aan de algemene reserve. De uiteindelijke resultaatbestemming is een bevoegdheid van het Algemeen Bestuur.

5.5. Begroting versus realisatie

Voor de Diamant-groep was er een negatief resultaat begroot van € 1.141.000 in 2022. Het resultaat komt uit op een positief bedrag van € 1.276.000. Deze resultaatverbetering van

€ 2.417.000 wordt voornamelijk veroorzaakt door de volgende posten:

• Netto toegevoegde waarde: € 473.000 voordeel

o Minder inhuur doordat er meer werk zelf gedaan in plaats van uitbesteed

o Hogere omzet door indexeringen contracten

o Meer omzet door afwezigheid van Corona-maatregelen vanaf maart

• Saldo Wet Sociaal Werk € 1.354.000 voordeel

o Hogere rijksbijdrage dan vooraf begroot

o Meer uitstroom dan vooraf begroot

• Saldo Participatie-wet € 298.000 nadeel

o Hogere rijksbijdrage dan vooraf begroot

o Minder instroom dan vooraf begroot

• Kosten € 910.000 voordeel

o Doorbelastingen aan DSC en LA Poubelle hoger dan begroot

o Minder salariskosten door openstaande vacatures

o Extra dotatie aan de onderhoudsvoorziening

o Meer inhuur derden om openstaande vacatures in te vullen

De Diamant-groep kan een beroep doen op de toepassing van de SW-vrijstelling mits de feiten en omstandigheden niet wijzigen. De vennootschapsbelasting is derhalve nihil.

(in €1000)	Realisatie 2022	Begroting 2022	Realisatie 2021
Baten	74.637	69.931	68.656
Lasten	74.289	71.073	68.159
Dividenduitkering	0	0	0
Totaal saldo van baten en lasten	348	-1.142	497
Toevoegingen aan reserves	0	0	0
Onttrekkingen aan reserves	928	0	8
Totaal resultaat	1.276	-1.142	505

Meer informatie over het overzicht van baten en lasten is opgenomen in de jaarrekening.

6. Toekomstverwachting

De grote opgave blijft voor de komende jaren het managen van een krimpende organisatie en tegelijkertijd de ombouw realiseren van een toekomstbestendige organisatie met effectieve en innovatieve producten en diensten en nieuwe businessmodellen.

De versnippering en onvoldoende grootte van de budgetten binnen de Participatiewet blijft de grootste financiële uitdaging om medewerkers met een afstand tot de arbeidsmarkt volgens een gezond financieel businessmodel aan het werk te zetten en houden.

Aanpassingen in de uitvoering binnen KikMaat en in de Werkcoöperatie zullen hierbij moeten bijdragen. Met het ontwikkelen en implementeren van eenduidige modellen voor ontwikkeling, begeleiding en leiderschap gaan we de volgende stappen zetten in onze eigen professionalisering, passend bij een eigentijds ontwikkel- & werkbedrijf. Aldus bouwen we verder aan de transformatie van de Diamant-groep. Ook uitwerking en implementatie van nieuwe producten en diensten is noodzakelijk. Hierin zullen de eerdergenoemde innovaties een belangrijke rol gaan spelen.

In de meerjarenbegroting 2024 tot en met 2027 is er ieder jaar een sluitende begroting gepresenteerd, gezamenlijk met de deelnemende gemeenten moeten we dit gaan realiseren.

II. VERPLICHTE PARAGRAFEN

1. Weerstandsvermogen en risicobeheersing

1.1. Weerstandsvermogen

In opdracht van het bestuur heeft er in 2021 een externe herijking van het weerstandsvermogen in relatie tot toekomstige risico’s plaatsgevonden. Op basis van dat rapport is door het Algemeen Bestuur besloten om de koers voor wat betreft de begrotings- en subsidiëringsystematiek, zoals die is vastgesteld in het Strategieplan en de (meerjaren)begroting, ongewijzigd aan te houden. De tekorten die begroot zijn voor de komende jaren kunnen worden opgevangen door het weerstandsvermogen. Daarnaast is besloten om aan de hand van de ontwikkelde methodiek het weerstandsvermogen tweemaal per jaar ter herijken.

Voor deze meerjarenbegroting is onderzocht welke risico’s de Diamant-groep loopt en hoeveel weerstandscapaciteit beschikbaar is om die risico’s op te vangen. De verhouding tussen risico’s en de weerstandscapaciteit is een indicatie van de financiële robuustheid op (middel)lange termijn.

Het verloop van het weerstandsvermogen is als volgt weer te geven:

Begrotingsjaar	Beschikbare capaciteit	Benodigde capaciteit	Weerstands- vermogen	Ratio	Waardering	Betekenis
2023	15.852.000	1.549.000	14.303.000	10,3	A	uitstekend
2024	15.552.000	3.589.000	11.963.000	4,4	A	uitstekend
2025	15.252.000	5.706.000	9.546.000	2,7	A	uitstekend
2026	14.952.000	9.613.000	5.339.000	1,6	B	ruim voldoende
2027	14.630.000	12.243.000	2.387.000	1,2	C	voldoende

Ultimo 2027 is er op grond van de risico-inventarisatie een weerstandscapaciteit benodigd van

€12.243.000 terwijl de beschikbare weerstandscapaciteit op dat moment €14.630.000 bedraagt. Hiermee bedraagt het weerstandsvermogen €2.387.000 positief en dit is als voldoende aan te merken. Dit betekent dat de Diamant-groep de risico’s de komende jaren zelf kan opvangen.

1.2. Beschikbare weerstandscapaciteit

De beschikbare weerstandscapaciteit bestaat uit de middelen en mogelijkheden waarover de organisatie beschikt om niet begrote kosten, die onverwachts en substantieel zijn, te dekken. Tot de weerstandscapaciteit wordt gerekend:

a. het vrij besteedbaar eigen vermogen (algemene reserves);

b. de ruimte binnen de begroting (mogelijkheid om binnen de begroting tegenvallers op te vangen zonder dat dit direct invloed heeft op de reguliere bedrijfsvoering. De ruimte binnen de begroting bestaat in de regel uit de post onvoorzien en het eventuele voor- delige resultaat).

(bedragen in duizendtallen)

Verloop weerstandscapaciteit	Diamant- groep	SBW	Bepro	La Poubelle	Totaal
Algemene reserves per 31 december 2022 na resultaatbestemming 2021	3.187	20	8.498	492	12.197
Resultaat 2022	1.276	-7	232	-196	1.305
Reserve reorganisatie	1.524	0	1.000	0	2.524
Algemene reserves per 31 december 2022 + reserve reorganisatie	5.987	13	9.730	296	16.026
Verwacht resultaat 2023	-509	0	0	-28	-537
Bestemmingsreserves ICT en LIV/LKV*	643	0	0	0	643
Verwacht resultaat 2024	-6	0	10	-4	0
Verwacht resultaat 2025	-9	0	20	-11	0
Verwacht resultaat 2026	-30	0	31	-1	0
Verwacht resultaat 2027	-61	0	31	30	0
Inzet reorganisatiereserve ‘23-‘27	-1.524	0	0	0	-1.524
Totaal weerstandscapaciteit per 31 december 2027	4.491	13	9.822	282	14.608

*) er komt bij de resultaatverdeling van 2022 een voorstel om deze bestemmingsreserves on- der te brengen onder de algemene reserve.

Het verwachte resultaat in 2023 en 2024 betreft het operationeel verlies zonder de gemeentelijke bijdrage. In de beschikbare weerstandscapaciteit zijn de behaalde resultaten in 2022 toegevoegd. Het bestuur zal na goedkeuring van de jaarrekeningen bepalen hoe zij met de resultaten willen omgaan en dat kan de capaciteit doen muteren.

Voor de reorganisatie is in diverse gedefinieerde risico’s rekening gehouden met een aandeel voor de reorganisatie. Omdat voor dit risico een bestemmingsreserve van € 3.000.000 is opgenomen, is deze reserve opgeteld bij de algemene reserve.

1.3. Benodigde weerstandscapaciteit – geïdentificeerde risico’s

Risico’s worden gedefinieerd als gebeurtenissen die het behalen van doelstellingen in de weg

staan, dit omvat het verband tussen:

a. de kans dat het zich voordoet;

b. de impact die het heeft.

Bij de inventarisatie van de risico’s door het MT is beoordeeld welke maatregelen er zijn getrof- fen om het risico te beheersen en hieruit volgen de rest risico’s. Vervolgens is van de restrisico’s

bepaald welke ‘impact’ zich voordoet als het risico optreedt, de uitkomst hierop is het gewogen risico. Niet alle risico’s doen zich gelijktijdig en in volle omvang voor. Voor de bepaling van de benodigde weerstandscapaciteit is op basis van ‘professional judgement’ een zekerheidspercen- tage van 75% gehanteerd.

De geïdentificeerde risico’s zijn gegroepeerd in onderstaande clusters en worden hieronder toegelicht.

Omschrijving risico cluster	Benodigde weerstandscapaciteit
Financiering P-wet / WSW	4.249.000
Organisatie wijziging/krimp	2.050.000
Personeel	2.049.000
Operationeel	2.899.000
Pandemie	vervallen
ICT	996.000
Totaal	12.243.000

Omschrijving van het risico

Impact

Bedrag (k €)

Financiering P-wet / WSW

CAO Participatiewet (cao Aan de Slag)

Ernstig

203

Door de CAO Participatiewet (Aan de Slag) gaan P-Wetters uiteindelijk meer verdienen dan het Wettelijk Minimum Loon (WML), hierdoor neemt de druk op de businesscase toe aangezien de Loonkostensubsidie wordt berekend op het WML. Het risico bestaat dat de verhoging uiteindelijk niet wordt terugverdiend.

Financiering P-wet Bijdrage Beschut Werk

Ernstig

2.099

De bijdrage beschut werk per persoon is € 3.000. Deze werd door het Rijk gefinancierd, maar sinds 2020 is dit gestopt. Met het bestuur is afgesproken dat de Diamant-groep de Bijdrage beschut werk toch nodig heeft maar deze bijdrage is nog niet door de deelnemende gemeenten structureel in hun begroting meegenomen.

Financiering P-wet Begeleidingsfee Beschut werk

Ernstig

950

De begeleidingsfee Xxxxxxx werk is in 2020 verlaagd van € 9.300 naar € 7.700 in verband met de financiering van No risk polis ziekte. In de kadernota 2024 is vastgesteld door het Bestuur dat de Diamant-groep de begeleidingsfee van € 9.300 nodig heeft. In de begrotingen van de deelnemende gemeenten is het verschil niet structureel opgenomen.

Financiering P-wet Maatwerkbaan

Ernstig

235

Maatwerkbanen zijn beschutte werkplekken voor mensen die geen indicatie beschut werk hebben, maar wel een sterke begeleidingsbehoefte en/of een werkplek aanpassing in de omvang van een beschutwerker. Deze mensen worden gefinancierd volgens de afspraken voor een P-Wetter doelgroep 30-80%. Hierdoor zijn de kosten van deze werkplek niet volledig gedekt en wordt een extra bijdrage gevraagd van € 8.000 per werkplek.

Met het bestuur is afgesproken dat Xxxxxxx-groep deze extra financiering toch nodig heeft, maar de deelnemende gemeenten hebben dit niet structureel in hun begrotingen opgenomen.

Financiering WSW

Matig

762

Het Participatiebudget voor de SW is afhankelijk van een aantal factoren, landelijke uitstroom WSW gekoppeld aan de blijf-kansen, jaarlijkse Loon en prijsontwikkeling (LPO) en de cao- afspraken. Jaarlijks wordt het budget voor het lopende jaar definitief en het voorlopige budget voor aankomende jaren geactualiseerd. Jaarlijks is er een risico dat het budget lager uitvalt dan begroot.

Organisatie aanpassingen / koers 2020-2024

Krimp van de organisatie

Groot

1.577

Jaarlijks krimpt het aantal gesubsidieerde arbeidsplekken met ongeveer 35 personen/30 Fte’s. De uitstroom van Wsw’ers is hoger dan de mutaties (in- en uitstroom) van de P-Wetters. De organisatie zal hierop jaarlijks aangepast moeten worden, concreet afscheid nemen van werk(soorten), niet gesubsidieerde formatie, activum, wagenpark, bedrijfskosten wat eenmalige allerlei frictiekosten op.

Aanpassing naar een ontwikkelbedrijf

Ernstig

473

Het meer investeren in de doelgroep, resulteert in hogere kosten voor begeleiding, waarbij de vraag is of de extra kosten terugverdiend kunnen worden in de businesscase.

Personeel

SW’ers op sleutelfuncties

Ernstig

756

Op dit moment zijn er SW’ers werkzaam op sleutelfuncties waarbij, wanneer de huidige functionaris vertrekt, deze opnieuw ingevuld moet worden. Het invullen kan vaak niet met een gesubsidieerde medewerker en wordt vervolgens ingevuld door een reguliere medewerker waardoor de kosten toenemen.

Verhoging van de pensioenleeftijd

Vervallen

Met de ophoging van de pensioenleeftijd van 65 naar 67, moeten de medewerkers langer doorwerken. Het blijkt dat de formatie in laatste arbeidsjaren behoorlijk in productiviteit afnemen, meer begeleidingsbehoefte en / of werkplek aanpassingen nodig hebben. Dit effect is opgenomen in de meerjarenramingen en daarmee een risico meer.

Verschuiving van functies

Groot

533

Door verdere verschuiving van functie-inhoud zijn andere competenties en vaardigheden vereist welke mogelijk niet iedereen kan opdoen dit naar aanleiding van aanpassingen van de organisatie naar aanleiding van ‘Koers 2024’.

Diverse personele issues / problemen

Groot

759

Uitval reguliere formatie, arbeidsmarktkrapte, personeelsplanning en opleiding.

Operationele zaken

Aanpassing naar een ontwikkelbedrijf

Matig

2.562

Per bedrijfsonderdeel zijn er risico's die de lopende exploitatie kunnen beïnvloeden.

Kikmaat: het nieuwe TIIP-contract wordt voor 3 jaar afgesloten, als het contract daarna niet wordt verlengd, zijn er frictiekosten voor afvloeien van personeel.

VIP: veel concurrentie op de markt en een kleiner wordende postmarkt.

Maatschappelijke onderneming: contracten van kinderboerderij en Dierenopvang Hart van Brabant lopen af in deze periode en La Poubelle speelt de herhuisvesting.

Xxxxx Xxxx: het aanpassen van het werkpakket loopt niet synchroon met de krimp van de gesubsidieerde formatie.

DG breed: het uiteenvallen van het SW-inkoopproces in samenwerking met de brancheorganisatie.

Covid-19

Vervallen

De coronapandemie is formeel voorbij, daarom is dit risico vervallen.

ICT

Digitale transformatie

Groot

996

Om de nieuwe organisatie goed te ondersteunen zijn er steeds meer ICT-middelen nodig.

Subsidies UWV

Financiering LIV/LKV

Groot

338

De financiering voor LIV en LKV vervalt vanaf 2025.

Kwalitatief

Niet alle geïdentificeerde risico’s kunnen gekwantificeerd en gewogen worden omdat deze dermate onduidelijk of onzeker zijn of afhankelijk is van scenario’s of (strategische) keuzes.

De belangrijkste geïdentificeerde risico’s in dit kader hangen samen met het al dan niet kunnen voldoen aan de eisen van de Participatiewet (P-wet proof). Deels is de Diamant-groep daarbij ook afhankelijk van bestuurlijke keuzes. Daarnaast volgen (wettelijke) ontwikkelingen zich in snel tempo op. De roep om aanpassing van de Participatiewet - zowel inhoudelijk als qua financiering – wordt steeds harder. Uit diverse onderzoeken en rapporten blijkt dat de Participatiewet niet goed functioneert en met het nieuwe kabinet is niet uit te sluiten dat aanpassingen uitblijven.

In onderstaand overzicht staan de risico’s uitgelegd naar de diverse jaren.

(bedragen in duizendtallen)

Risico	0000	0000	0000	2026	2027	Totaal
1) CAO Participatiewet (ADS)*	0	0	0	78	125	203
2) Financiering Bijdrage Beschut Werk*	319	369	420	470	521	2.099
3) Financiering Begeleiding Beschut werk*	0	197	224	251	278	950
4) Financiering P-wet Maatwerkbaan*	0	0	78	78	79	235
5) Financiering WSW*	97	93	90	246	236	762
6) Krimp van de organisatie	0	401	397	392	387	1.577
7) Aanpassing naar een ontwikkelbedrijf	135	135	68	68	67	473
8) SW’ers op sleutelfuncties	135	135	135	176	175	756
9) Verhoging van de pensioenleeftijd*	0	0	0	0	0	0
10) Verschuiving van functies	75	115	115	115	113	533
11) Diverse personele issues / problemen	152	152	152	152	151	759
12) Aanpassing naar een ontwikkelbedrijf	92	330	213	1.655	272	2.562
13) Covid-19 (vervallen)	0	0	0	0	0	0
14) Digitale transformatie*	544	113	113	113	113	996
15) Financiering LIV/LKV	0	0	112	113	113	338
	1.549	2.040	2.117	3.907	2.630	12.243

*) Alleen gedekt via de algemene reserve. De andere risico’s worden ook gedekt via

bestemmingsreserves

1.4. Financiële kengetallen

Voor 2022 zijn voor de Diamant-groep de volgende kengetallen berekend:

Netto schuld quote

(in €1000)
Netto schuld	1.588
Totale inkomsten	74.637
Netto schuldquote	2%

(in €1000)
Netto schuld	1.588
Totale inkomsten	74.637
Netto schuldquote (gecorrigeerd voor verstrekte leningen)	2%

De netto schuldquote geeft inzicht in het niveau van de schuldenlast ten opzichte van de totale inkomsten. Als dit percentage hoger is dan 100% wordt aanbevolen om de schulden af te lossen. De Diamant-groep heeft ruim voldoende inkomsten om aan haar schulden te voldoen. De netto schuldquote is in 2022 afgenomen tot 2%.

Structurele exploitatieruimte

(in €1000)
a) Structurele lasten	74.289
b) Structurele baten	74.637
c) Totale structurele toevoegingen aan de reserves	0
d) Totale structurele onttrekkingen aan de reserves	0
e) Totale baten	74.637
(B-A) + (D-C)/E * 100%	0%

Het berekende percentage voor de structurele exploitatieruimte helpt mee beoordelen welke structurele ruimte de Diamant-groep heeft om de eigen lasten te dragen. Zichtbaar is het feit dat deze ruimte afgenomen en beperkt is.

Solvabiliteitsratio

De solvabiliteit geeft aan of een organisatie in staat is om op korte en lange termijn aan haar betalings- en aflossingsverplichtingen te voldoen.

(in €1000)
a) Eigen vermogen	9.154
b) Totaal vermogen	24.446
Solvabiliteitsratio (A/B * 100%)	37%

Het eigen vermogen is gestegen in 2022 door het gerealiseerde positieve resultaat. Daarnaast zijn de schulden toegenomen en is het totaal vermogen gestegen. Hieruit volgt een daling van de solvabiliteitsratio met 5 procentpunt naar 37%.

Provinciale toezicht

In het toezicht kader van de provincies zijn voor de financiële kengetallen signaleringswaarden opgenomen die gebruikt wordt voor het inzicht in de financiële situatie en risicopositie. In onderstaande tabel staan deze signaleringswaarden afgezet tegen de waarden van de Diamant- groep.

Kengetal	Minst risico	Neutraal	Meest risicovol	Diamant-groep
Netto schuldquote	<90%	90%-130%	>130%	2%
Netto schuldquote (gecorrigeerd)	<90%	90%-130%	>130%	2%
Structurele exploitatieruimte	>0%	0%	<0%	0%
Solvabiliteitsratio	>50%	20%-50%	<20%	37%

Voor de structurele exploitatieruimte en het solvabiliteitsratio zit de Diamant-groep in positie

“neutraal”. Bij de anderen waarden is de positie “minst risico”.

2. Onderhoud kapitaalgoederen

2.1. Locatie Zevenheuvelenweg

Onderhoud (preventief en dagelijks) geschiedt op basis van een meerjarig onderhoudsplan (MJOP), waarin zowel de bouwkundige als technische elementen zijn opgenomen. Dit plan wordt gevolgd en zorgt ervoor dat er geen sprake is van achterstallig onderhoud. De kosten van het onderhoudsplan wordt verwerkt in de jaarbegroting.

Gebouwenbeheer stond vooral in het teken van duurzaamheid. Zo loopt het project warmte- en koude voorziening (o.a. PVT-panelen en warmtepompen) en zijn de liften vernieuwd en direct duurzamer gemaakt.

Zodra het warmte en koude project gereed is (eind 2023) gaan we het MJOP actualiseren, dit wordt begin 2024 uitgevoerd.

2.2. Locatie Insulinde

Op de locatie Insulinde staat nog één pand. Op dit moment wordt het pand gebruikt als opslag. Het bestuur heeft in januari 2022 goedkeuring gegeven aan de verdere uitwerking van de herhuisvestingplannen van La Poubelle naar de Insulindestraat. De locatie aan de Insulinde wordt minimaal onderhouden op wat benodigd is voor de opslagfunctie. Hiervoor is geen MJOP aanwezig, de minimale kosten worden verwerkt in de exploitatie van het lopend jaar.

2.3. Locatie Havendijk

Over de herhuisvesting van La Poubelle wordt op dit moment bekeken of de locatie aan de Insulindestraat afdoende is om aan alle wensen en eisen te voldoen.

Er is een actueel MJOP die is uitgevoerd met het vraagstuk welke minimale acties er uitgevoerd dienen te worden om het pand de komende jaren (<5 jaar) bruikbaar te houden met het oog op wat er de komende jaren op Havendijk gaat spelen. De kosten van het onderhoudsplan wordt verwerkt in de jaarbegroting.

2.4. Wagenpark en ander rijdend materieel

In 2022 zijn 86 wagens vervangen. Met het oog op verduurzaming is een deel hiervan elektrisch. Daarnaast is er divers rijdend materieel vervangen.

3. Financiering

3.1. Rente en financieringsbehoefte

Rentetoerekening

Aan alle vaste activa en aan de voorziening reorganisatie wordt rente toegerekend via een vast rentepercentage. Dit percentage is 4% en wordt gerekend over de boekwaarde per 1 januari. Het totaal van deze rentelasten was in 2022 € 380.000.

Rentelasten

Er is een langlopende lening afgesloten met de BV 18k ter grootte van € 4,2 miljoen. Dit betreft een langlopende lening met een flexibel rentepercentage dat maandelijks bepaald wordt. De rentelast in 2022 van deze lening was € 100.000. In 2022 heeft er geen aflossing plaatsgevonden en de verwachting is dat dit de komende jaren ook niet gaat gebeuren.

De overige rentelasten op lopende rekeningen waren € 7.000.

Rentebaten

Doordat de rente in 2022 op uitstaande gelden nagenoeg nihil was, waren er nauwelijks rentebaten (€ 2.000).

Renteresultaat

Het renteresultaat voor 2022 komt hiermee op € 485.000.

Financieringsbehoefte

Voor de financieringsbehoefte wordt er altijd eerst naar de BV 18k gekeken voor een kort- of langlopende lening. Mocht BV 18k niet in staat zijn om te voldoen aan de vraag vanuit de Diamant-groep, dan wordt de bancaire markt benaderd. Dit kan zijn via de huisbankier, Rabobank, of via de BNG (Bank Nederlandse Gemeenten).

Bedragen (in €)
Totale boekwaarde investeringen		10.743.000
Financiering:
Eigen vermogen	9.154.000
Voorzieningen	2.018.000
Lang lopende leningen	4.225.000
Totaal langlopende financiering		15.397.000

In 2019 is een financieringsovereenkomst aangegaan met de BNG voor € 2.000.000. Dit betreft

een rekening-courant krediet. In 2021 heeft er een aflossing plaatsgevonden van

€ 1.000.000. In 2022 waren er geen aflossingen.

Schatkistbankieren

Per 16 december 2013 is de wet Verplicht schatkistbankieren ingevoerd. Verplicht schatkistbankieren houdt in dat overschotten aan liquide middelen boven een drempelbedrag moeten worden afgestort in de schatkist bij het ministerie van Financiën. Het drempelbedrag is een percentage van het begrotingstotaal. De drempel is in 2022 niet overschreden. In de

toelichting op de balans in deze jaarstukken is de verplichte toelichting op de drempel en de benutting daarvan opgenomen.

3.2. Renterisiconorm en kasgeldlimiet

De renterisiconorm beperkt het renterisico op de vaste schuld (looptijd één jaar of langer). Het renterisico is de mate waarin het saldo van rentelasten en -baten verandert door wijzigingen in rentepercentages op leningen en uitzettingen. Het gaat hier om percentages van het begrotingstotaal. Zowel de kasgeldlimiet als de renterisiconorm heeft als doel decentrale overheden te beschermen tegen rentefluctuaties.

Renterisiconorm

Renterisiconorm (* € 1.000)
1	Schuld met renteherziening 2022	4.225
2	Aflossingen 2022	0
1 + 2 = 3	Renterisico		4.225
4	Begrotingstotaal	71.073
5	Percentage ministriële regeling	20%
4 * 5 = 6	Renterisiconorm		14.215
6 - 3 = 7	Onderschrijding norm (+) overschrijding norm (-)		9.990

De Gemeenschappelijke Regeling Diamant-groep heeft een onderschrijding en is binnen de renterisiconorm gebleven.

Kasgeldlimiet

Kasgeldlimiet kwartaal 1 (* € 1.000)
Begrotingstotaal	71.073
Percentage ministriële regeling	8,2%
Kasgeldlimiet		5.828
Netto vlottende schuld = vlottende schuld -/- vlottende activa
Vlottende schuld	7.416
Vlottende activa	12.155
Netto vlottende schuld		-4.739
Ruimte onder het kasgeldlimiet: kasgeldlimiet - netto vlottende schuld		10.567

Kasgeldlimiet kwartaal 2 (* € 1.000)
Begrotingstotaal	71.073
Percentage ministriële regeling	8,2%
Kasgeldlimiet		5.828
Netto vlottende schuld = vlottende schuld -/- vlottende activa
Vlottende schuld	6.125
Vlottende activa	10.698
Netto vlottende schuld		-4.573
Ruimte onder het kasgeldlimiet: kasgeldlimiet - netto vlottende schuld		10.401

Kasgeldlimiet kwartaal 3 (* € 1.000)
Begrotingstotaal	71.073
Percentage ministriële regeling	8,2%
Kasgeldlimiet		5.828
Netto vlottende schuld = vlottende schuld -/- vlottende activa
Vlottende schuld	8.146
Vlottende activa	13.624
Netto vlottende schuld		-5.478
Ruimte onder het kasgeldlimiet: kasgeldlimiet - netto vlottende schuld		11.306

Kasgeldlimiet kwartaal 4 (* € 1.000)
Begrotingstotaal	71.073
Percentage ministriële regeling	8,2%
Kasgeldlimiet		5.828
Netto vlottende schuld = vlottende schuld -/- vlottende activa
Vlottende schuld	9.757
Vlottende activa	14.435
Netto vlottende schuld		-4.678
Ruimte onder het kasgeldlimiet: kasgeldlimiet - netto vlottende schuld		10.506

De Gemeenschappelijke Regeling Diamant-groep is in alle 4 de kwartalen ruimschoots binnen de kasgeldlimiet gebleven.

4. Verbonden partijen

Naam	Vestigings- plaats	Wijze van deelname	Openbaar belang
Stichting Bevordering Werkgelegenheid (SBW)	Tilburg	Algemeen Bestuur Gemeenschappelijke regeling is bestuur van de Stichting	Initiëren en financieel ondersteunen van werkgelegenheidsprojecten bij de Gemeenschappelijke regeling. Het beschikbaar stellen van arbeidskrachten ten behoeve van de uitvoering van de projecten.
Bedrijfsmatige Projecten (Bepro) BV	Tilburg	Gemeenschappelijke regeling is 100% aandeelhouder	Participatie in risicovolle projecten. Deelnemen in en samenwerken met en het voeren van de directie over andere rechtspersonen en ondernemingen in het kader van gesubsidieerde arbeid door de Diamant-groep.
Meervlaks BV	Tilburg	BV Bepro is 100% aandeelhouder	Op dit moment is deze BV niet actief.
BV 18k	Tilburg	BV Bepro is 100% aandeelhouder	Diverse activiteiten op het gebied van HRM ten behoeve van de Diamant-groep en derden. Dienstverlening ten behoeve van alfacheques, diensten-cheques en huishoudelijke hulp.
BV 18k Flex	Tilburg	BV 18k is 100% aandeelhouder	Het tegen vergoeding detacheren van arbeidskrachten.
Stichting La Poubelle	Tilburg	Algemeen Bestuur Gemeenschappelijke regeling is bestuur van de Stichting	Kringloopwinkel. Werkzaamheden gericht op of ten dienste van het milieu. Het creëren en in stand houden van leer- werkplekken voor personen met een afstand tot de arbeidsmarkt.
De Schoonmaak Coöperatie	Vught	Gemeenschappelijke regeling is lid voor circa 48%	Het faciliteren en creëren van leer- werkplekken voor personen met een afstand tot de arbeidsmarkt in een leer/werkbedrijf gericht op schoonmaakactiviteiten.

Naam	Eigen vermogen (afgerond op duizenden euro’s)		Verandering in belang	Resultaat 2022
Stichting Bevordering	Eigen vermogen per 01-01-2022:	11.000	Geen	-7.000
Werkgelegenheid	Eigen vermogen per 31-12-2022:	4.000
(SBW)	Vreemd vermogen per 01-01-2022:	2.525.000
	Vreemd vermogen per 31-12-2022:	1.867.000
Bedrijfsmatige	Eigen vermogen per 01-01-2022:	9.641.000	Geen	266.000
Projecten BV (Bepro)	Eigen vermogen per 31-12-2022:	9.907.000
	Vreemd vermogen per 01-01-2022:	3.837.000
	Vreemd vermogen per 31-12-2022:	3.544.000
Meervlaks BV	Eigen vermogen per 01-01-2022:	365.000	Geen	-4.000
	Eigen vermogen per 31-12-2022:	361.000
	Vreemd vermogen per 01-01-2022:	3.000
	Vreemd vermogen per 31-12-2022:	0
BV 18k	Eigen vermogen per 01-01-2022:	8.888.000	Geen	276.000
	Eigen vermogen per 31-12-2022:	9.164.000
	Vreemd vermogen per 01-01-2022:	3.008.000
	Vreemd vermogen per 31-12-2022:	3.532.000
BV 18k Flex	Eigen vermogen per 01-01-2022:	18.000	Geen	0
	Eigen vermogen per 31-12-2022:	18.000
	Vreemd vermogen per 01-01-2022:	849.000
	Vreemd vermogen per 31-12-2022:	1.224.000
Stichting	Eigen vermogen per 01-01-2022:	1.242.000	Geen	-196.000
La Poubelle	Eigen vermogen per 31-12-2022:	1.046.000
	Vreemd vermogen per 01-01-2022:	417.000
	Vreemd vermogen per 31-12-2022:	566.000
De Schoonmaak	Eigen vermogen per 01-01-2022:	1.280.000	Geen	-99.000
Coöperatie	Eigen vermogen per 31-12-2022:	1.075.000
	Vreemd vermogen per 01-01-2022:	3.429.000
	Vreemd vermogen per 31-12-2022:	4.458.000

Risico’s binnen verbonden partijen

• Binnen BV 18k is door de komst van de nieuwe wet WNRA en WAB het grote voordeel om de verloning via BV 18k te laten lopen vervallen. Het risico in afname van aantal te verlonen kandidaten wordt hiermee hoger. Daarnaast is de nieuwe cao voor Participatie Wetters van kracht (cao Aan de Slag) waardoor de Participatie Wetters werkzaam bin- nen de Diamant-groep op de payroll komen van de Diamant-groep en niet meer worden verloond via BV 18k flex.

• Huisvesting bij La Poubelle

• Aantallen P-Wetters en SW’ers bij De Schoonmaakcoöperatie

Visie op de verbonden partijen

• Stichting Bevordering Werkgelegenheid; continueren van het beleid om alle werkzame ambtenaren in dienst te nemen.

• Bedrijfsmatige Projecten BV: in de BV vinden geen activiteiten plaats.

• Meervlaks BV: vooralsnog een lege BV, in te zetten op termijn voor nieuwe ontwikkelin- gen.

• BV 18k: continuering voor Payrolling activiteiten van de reguliere medewerkers van de Diamant-groep met een tijdelijk dienstverband en derden.

• BV 18k flex: voortzetting van detacheringsactiviteiten naar externe werkgevers.

• Stichting La Poubelle: behoud en voortzetting van de beschikbaarheid van participatiebanen binnen de kringloopwinkels en werkplaatsen.

• De Schoonmaak Coöperatie: continuering van de coöperatie met de andere twee organisaties Weener XL en de WSD-groep.

5. Bedrijfsvoering

5.1. Duurzaamheid

We sturen op duurzaamheid, ook steeds meer bij aanbestedingen. We leasen steeds meer elektrische auto’s en hebben gekozen voor een warmte-koude systeem. Als het mogelijk is, stellen we voorwaarden rondom social return.

We werken zowel intern als bijvoorbeeld in het groen en bij de kringloopbedrijven aan de laagst mogelijke effect op klimaat, milieu en leefomgeving en met spaarzaam en circulair gebruik van materialen

5.2. Wet Open Overheid

De Wet open overheid (Woo) trad op 1 mei 2022 in werking. Volgens deze wet moeten wij in de jaarverantwoording een openbaarheidsparagraaf opnemen en daarin verslag doen van de uitvoering van de wet, mede in relatie tot de beleidsvoornemens wat betreft actieve en passieve openbaarmaking en verbetering van de informatiehuishouding.

In 2022 zijn er geen verzoeken van binnengekomen om informatie te openbaren. De jaarstukken werden actief gepubliceerd via de website.

5.3. Fraude

We zijn in staat om afwijkingen en daarmee mogelijke fraude vroegtijdig op te sporen. Bij een constatering van mogelijke fraude treedt een proces in werking voor onderzoek en eventuele repercussies. Op basis van de geactualiseerde beschrijvingen van de administratieve organisatie en de daarop afgestemde interne controleplannen, is in 2022 de interne controle uitgevoerd. Deze aanpak wordt jaarlijks met de accountant afgestemd en geëvalueerd en daar waar nodig wordt de interne controle aangepast.

De interne controle is gericht op beheerhandelingen die uiteindelijk financiële consequenties kunnen hebben. Uitgangspunt hierbij is dat deze in de lijn wordt belegd en vorm krijgt in een three-lines-of-defence methode. Dit houdt in dat het lijnmanagement verantwoordelijk is voor haar eigen processen. Daarnaast is er een functie die deze 1e lijn ondersteunt, adviseert, coördineert en bewaakt of het management zijn verantwoordelijkheden ook daadwerkelijk neemt. Dit is de 2e lijn. Ten slotte wordt gecontroleerd of het samenspel van de 1e en 2e lijn soepel functioneert. Door de afdeling planning & control wordt een objectief en onafhankelijk oordeel geveld met mogelijkheden tot verbetering. In 2022 zijn er geen fraudegevallen geweest.

Afgelopen jaar is er wederom een interne analyse op frauderisico’s gedaan. De uitkomsten zijn gedeeld met de organisatie, maar hebben niet geleid tot bijzondere constateringen of aanpassingen van maatregelen.

5.4. Integriteit

Integriteit is een onderwerp dat constante aandacht verdient. Er is beleid om medewerkers te beschermen tegen ongewenste omgangsvormen op het werk en om een preventief beleid te voeren. Het gaat hier met name om seksuele intimidatie, agressie en geweld, pesten en discriminatie. Dit is vertaald in de regeling Ongewenste omgangsvormen en een bedragscode. Dit thema komt ook aan de orde in de introductiedag voor nieuwe medewerkers en is ook een onderwerp dat geregeld terugkomt in trainingen en in werkoverleggen.

De Diamant-groep heeft nog geen integraal integriteitsbeleid op bestuurlijk niveau. In 2024 wordt gekeken welke verbeteringen nog mogelijk zijn in het integriteitsbeleid en de uitvoering daarvan.

5.5. Investeringsbeleid

Investeringen binnen de Diamant-groep vinden plaats op basis van de in de jaarplannen opgenomen investeringsinitiatieven. De belangrijkste investeringen liggen op het gebied van het wagenpark, materieel ten behoeve van Groen Xtra, energiebesparende maatregelen en automatisering.

In 2022 zijn er in totaal 23 (Europese) aanbestedingen afgerond volgens de voorgeschreven aanbestedingsprocedures om investeringen en andere uitgaven rechtmatig te kunnen doen.

5.6. Administratieve organisatie

Op basis van de geactualiseerde beschrijvingen van de administratieve organisatie en de daarop afgestemde interne controleplannen, is in 2022 de interne controle uitgevoerd. Deze aanpak wordt jaarlijks met de accountant afgestemd en geëvalueerd en daar waar nodig wordt de interne controle aangepast.

Interne controle is gericht op beheerhandelingen die uiteindelijk financiële consequenties kunnen hebben. Uitgangspunt hierbij is dat deze in de lijn wordt belegd en vorm krijgt in een three-lines-of-defence methode. Dit houdt in dat het lijnmanagement verantwoordelijk is voor haar eigen processen. Daarnaast is er een functie die deze 1e lijn ondersteunt, adviseert, coördineert en bewaakt of het management zijn verantwoordelijkheden ook daadwerkelijk neemt. Dit is de 2e lijn. Ten slotte wordt gecontroleerd of het samenspel van de 1e en 2e lijn soepel functioneert. Door de afdeling planning & control wordt een objectief en onafhankelijk oordeel geveld met mogelijkheden tot verbetering.

5.7. Informatisering en Automatisering (I&A)

De belangrijkste projecten voor de organisatie in 2022 waren:

• Voor de Afdeling I&A was het verlaten van het Citrix platvorm en alle randvoorwaar- den die daarvoor nodig waren het belangrijkste project. Vooral omdat we in een rela- tief kort tijdsbestek van 2 maanden alle werkplekken moesten ombouwen en uitrollen omdat verlenging voor een korte periode bij onze Citrix provider niet mogelijk was.

• De optimalisatie van het Salaris, HRM en Clientvolgsysteem in AFAS was eveneens een ingrijpend project. Er zijn een groot aantal medewerkers van diverse disciplines bij be- trokken om de optimalisatie in goed banen te leiden. Dat is noodzakelijk omdat het, het hart van de organisatie raakt.

• Halverwege 2022 hebben we met de Informatie- en procesadviseur/Functionaris Ge- gevensbeveiliging een evaluatie gehouden. Naar aanleiding van deze evaluatie is er be- sloten de functie op te splitsen. De FG-rol is middels inhuur ingevuld. Door deze invul- ling zijn er ook op AVG-gebied weer de nodige stappen gezet. Er is dit jaar een Volwassenheidsmeting uitgevoerd. In 2023 wordt deze vertaald in een meerjarenplan om het afgesproken en gewenste niveau te behalen.

Naast deze projecten zijn er diverse vernieuwingen doorgevoerd om de organisatie actueel te houden op het gebied van techniek en veiligheid.

5.8. Planning & Control

In de uitwerking van de nieuwe ‘organisatie-inrichting & besturingsfilosofie’ is het uitvoerings- plan Bedrijfsvoering vastgesteld met onder meer concepten als regiemodel en platform Be- drijfsvoering. De ondersteunende processen Financiën & Control, Facilities en in een later sta- dium de HR-processen zullen volgens het regiemodel gaan werken. Het plan is de totale keten Financiën & Control te laten regisseren door twee controllers in samenwerking met het ma- nagement. Een accent passend in de huidige controllersfunctie. Control is betrokken geweest en zijn bijdrage geleverd aan diverse ontwikkelingen en beheersing van de bedrijfsvoering.

• Meer betrokkenheid bij contractonderhandelingen/totstandkoming contracten (bijvoorbeeld kinderboerderijen)

• Diverse (maatschappelijke) business cases inzichtelijk gemaakt.

• Meer accent op procesontwikkeling vanuit risicogedachte, inrichting processen o.b.v. continuïteit, beïnvloedbaarheid en efficiency.

In 2021 is een start gemaakt met de ontwikkeling van een beheermodel voor risico’s en kansen. Dit traject liep door in 2022 en eindigt in 2023. Dit sluit aan bij landelijke rechtmatigheids- ontwikkelingen, waarbij de Diamant-groep en het bestuur zelf verantwoording gaan afleggen over de (financiële) rechtmatigheid in de jaarrekening. Het Dagelijks Bestuur verklaart hierin expliciet dat de in de jaarrekening verantwoorde baten, lasten en balansmutaties financieel rechtmatig tot stand zijn gekomen.

5.9. HRM-beleid

Koers 2020-2024

In de koers naar een flexibel ontwikkel- en werkbedrijf is HRM in de kern verstrengeld met de primaire opdracht van Diamant-groep; het ontwikkelen van mensen. HRM zoekt in het HR-beleid naar aansluiting met de nieuwe strategische koers binnen Diamant-groep en vormt hiervoor een moderne HR-organisatiestructuur. Daarbij hanteren we de doelstellingen optimale dienstverlening en (kosten)efficiëntie. Om dit te bereiken heeft HRM in 2022 in overleg met de Ondernemingsraad, het uitvoeringsplan HR Diamant-groep opgeleverd.

Verbetering HR-werkprocessen

Modernisering van HRM vraagt nadrukkelijk om uniforme en heldere werkprocessen. Met de implementatie van het nieuwe HR- en salarissysteem hebben we de HR-werkprocessen gestandaardiseerd en gedigitaliseerd. Daarbij zijn we uitgegaan van verdere professionalisering van de HR-keten waarbij primair de administratieve lastenverlichting van de gebruikers centraal staat. Door meer volgens standaard werkprocessen en digitaal te werken realiseren we meer efficiëntie in tijd en middelen. Komende jaren gaan we daarmee de overheadkosten verlagen.

Hybride werken

Door de afgelopen coronaperiode is, door de maatregelen vanuit de Rijksoverheid, het thuis- &telewerken in een stroomversnelling gekomen. Medewerkers hebben hierdoor de voordelen van thuiswerken gevoeld maar hebben ook behoefte aan duidelijke regels en afspraken. Daarom hebben we in 2022 het beleid hybride werken ontwikkeld en geïmplementeerd.

Ziekteverzuim

We zien een lichte stijging van het ziekteverzuim in 2022. Het verzuim is 0,4% toegenomen ten opzichte van 2021 tot 16,1%.

Afgelopen jaar hebben we de adviezen op gebied van verzuimbegeleiding van de organisatie diagnose scan (uitgevoerd in 2021) opgepikt om de verzuimaanpak verder te optimaliseren. Om de kosten voor de arbodienstverlening te verlagen heeft er in 2022 een Europese aanbesteding gelopen. Dit heeft geresulteerd in een nieuwe overeenkomst met de oude arbodienst, Active Health Group. Binnen deze overeenkomst zijn er afspraken gemaakt om meer administratieve en ondersteunende taken bij Diamant-groep te beleggen. Hiermee kunnen we kosten besparen. Om dit intern te beleggen en te borgen zijn de eerste stappen gezet om een afdeling, Gezondheid, Begeleiding en Inzetbaarheid (GBI) op te zetten.

5.10. Kwaliteit, Arbo en Milieu (KAM)

Het centrale thema is en blijft streven naar optimale arbeidsomstandigheden voor alle medewerkers. Niet alleen moet het werk veilig gedaan worden, maar medewerkers moeten zich ook prettig voelen, plezier in hun werk hebben en respectvol met elkaar omgaan.

Arbo

De OR heeft begin 2022 ingestemd met de RI&E en het plan van aanpak, en de speerpunten voor 2022 zijn afgelopen jaar aangepakt: taakrisico’s zijn opnieuw in beeld gebracht, ontrui- mingsoefeningen zijn weer gehouden, medewerkers onderzoek is uitgevoerd en de registratie van gevaarlijke stoffen is geactualiseerd. Management gaat in 2023 verder met het realiseren van de nog openstaande maatregelen uit het plan van aanpak ten behoeve van de arbeidsom- standigheden van onze medewerkers.

Kwaliteit

Borging en verbetering van de kwaliteit van dienstverlening aan externe klanten vindt plaats onder regie van de verantwoordelijke manager. In goede samenwerking wordt planmatig gewerkt aan realisatie van de in het jaarplan vastgestelde activiteiten en aan verdere verbetering van de (borging van) de kwaliteit.

Agressie

Het aantal agressiegevallen is in 2022 weer op het oude niveau van 20. Het aantal van 20 is gelijk aan het aantal in de eerdere jaren 2018 t/m 2020. In 2021 lag het aantal eenmalig hoger, toen waren het er 28. Hierbij speelde corona (maatregelen/zorgen enz.) een rol in combinatie met de thuis/persoonlijke situatie van de medewerkers.

Ongevallen

Het aantal ongevallen is in 2022 verder gedaald naar 14 (2021: 19 en in 2020: 28). Van de 14 ongevallen vond er 1 plaats op externe werkplekken (Wsw-detachering en P-detachering), in 2021 waren dat 3 en in 2020 4.

Ondertekening van de jaarstukken

Tilburg, 14 december 2023

Xxxxx Xxxxxxxxx

Algemeen Directeur Diamant-groep

B. JAARREKENING 2022

1. Balans

(in €1000)	31 december 2022	31 december 2021
VASTE ACTIVA
Materiele vaste activa
Investeringen met economisch nut	10.743	9.683
Totaal materiele vaste activa	10.743	9.683
TOTAAL VASTE ACTIVA	10.743	9.683
VLOTTENDE ACTIVA
Voorraden	104	113
Grond- en hulpstoffen	121	117
Totaal voorraad	225	230
Uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan één jaar
Vorderingen op openbare lichamen	2.572	2.863
Overige vorderingen	986	784
Rekening-courantverhouding met niet financiële instellingen	117	171
Uitzettingen in Rijks schatkist met een rentetypische looptijd korter dan één jaar Overige uitzettingen	3.100 1.347	3.900 647
Totaal uitzettingen	8.122	8.366
Liquide middelen	556	476
Totaal liquide middelen	556	476
Overlopende activa
Vooruitbetalingen	269	475
Nog te ontvangen bedragen	4.532	2.855
Totaal uitzettingen	4.801	3.331
TOTAAL VLOTTENDE ACTIVA	13.703	12.402
TOTAAL ACTIVA	24.446	22.084

(in €1000)	31 december 2022	31 december 2021
VASTE PASSIVA
Eigen vermogen
Algemene reserve	2.682	2.682
Bestemmingsreserve	4.691	5.619
Nog te bestemmen resultaat	1.781	505
Totaal eigen vermogen	9.154	8.806
Voorzieningen	2.018	1.330
Totaal voorzieningen	2.018	1.330
Vaste schulden
Schulden binnenlandse bedrijven	4.225	4.225
Totaal vaste schulden	4.225	4.225
TOTAAL VASTE PASSIVA	15.397	14.361
VLOTTENDE PASSIVA
Netto-vlottende schulden
Overige schulden	5.465	3.315
Verbonden partijen	1.555	1.933
Overige kasgeldleningen	991	987
Totaal netto-vlottende schulden	8.011	6.236
Overlopende passiva
Verplichtingen(1)	220	651
Overige vooruit ontvangen (2)	818	837
Totaal overlopend passiva	1.038	1.488
TOTAAL VLOTTENDE PASSIVA	9.049	7.723
TOTAAL PASSIVA	24.446	22.084

Ad (1): Verplichtingen die in het begrotingsjaar zijn opgebouwd en die in een volgend begro- tingsjaar tot betaling komen, met uitzondering van jaarlijks terugkerende arbeidskosten gere- lateerde verplichtingen van vergelijkbare volume

Ad (2): Overige vooruit ontvangen bedragen die ten bate van het volgende begrotingsjaar ko- men

2. Overzicht baten en lasten

(in €1000)	Realisatie 2022	Begroting 2022	Realisatie 2021
Netto omzet	28.898	27.819	27.379
Kosten van grond- en hulpstoffen	7.678	6.074	6.397
Toegevoegde waarde	21.220	21.746	20.982
Overige bedrijfsopbrengsten	5.103	3.506	4.028
Incidentele baten	155	0	85
Bedrijfsopbrengsten	26.478	25.252	25.095
Loonkosten Wsw	36.259	36.736	38.486
Loonkosten Cao aan de Slag	6.136	5.060	150
Loonkosten Participatiebanen	344	0	2135
Loonkosten SBW-personeel	11.116	10.794	10.876
Loonkosten BV 18K-personeel	2.281	2.596	2.184
Overige personeelskosten	1.272	1.528	1.294
Afschrijvingskosten	1.486	1.610	1.404
Overige bedrijfskosten	7.527	6.568	6.019
Incidentele lasten	70	28	55
Som der bedrijfslasten	66.491	64.921	62.603
Rijksvergoeding	35.492	34.299	37.002
Subsidie Cao aan de Slag	4.819	4.307	162
Subsidie participatiebanen	169	0	919
Bedrijfsresultaat	468	-1.063	574
Saldo financiële baten en lasten	-120	-78	-77
Vennootschapsbelasting	0	0	0
Dividend	0	0	0
Totaal saldo baten en lasten	348	-1.141	497
Toevoeging reserves	0	0	0
Onttrekking reserves	928	0	8
Gerealiseerd resultaat	1.276	-1.141	505

De gepresenteerde definitieve begroting 2022 wijkt op een aantal posten af ten opzichte van de (primitieve) begroting, zoals deze is gepresenteerd in de programma-begroting 2022. Het totaal saldo van de definitieve begroting 2022 sluit op een bedrag van € 40.555 aan bij de programmabegroting 2022.

De kostenoverschrijdingen worden geheel gecompenseerd door direct gerelateerde opbrengsten, bijvoorbeeld via subsidies of kostendekkende omzet en telt niet mee in het oordeel van de accountant. Zie ook hieronder voor de toelichting inzake begrotingsrechtmatigheid. Dit is hier toegelicht en daardoor is besloten om in afwijking van de BBV geen primitieve begroting op te nemen en afwijkingen tussen de realisatie en de definitieve begroting in het overzicht van baten en lasten. In de bestuursvergadering van december wordt dit formeel goedgekeurd door het Algemeen Bestuur.

Medio 2021 is de CAO aan de Slag er gekomen voor medewerkers vallend onder de participatiewet. Deze medewerkers hadden binnen de Gemeenschappelijk Regeling Diamant- groep een contract binnen BV 18k-flex. Nagenoeg alle medewerkers hebben per 1 januari 2022 een opvolgend dienstverband gekregen binnen Diamant-groep met rechtspositie CAO aan de slag. De kleine groep medewerkers met een nog lopend tijdelijk dienstverband hebben op moment van contracteindiging een opvolgend dienstverband gekregen bij Diamant-groep.

Begrotingsrechtmatigheid

Op 9 februari 2023 heeft het algemeen bestuur het controleprotocol 2022 vastgesteld. In dit controleprotocol zijn de reikwijdte en de kaders voor de accountantscontrole voor de jaarreke- ning 2022 vastgelegd.

Bij rechtmatigheid in het kader van de accountantscontrole bestaat er een duidelijke relatie met het financiële beheer. De accountant hoeft niet vast te stellen of alle handelingen binnen de gemeenschappelijke regeling conform de geldende wet- en regelgeving zijn verricht. De aan- dacht blijft beperkt tot die handelingen waaruit financiële gevolgen voortkomen en die als ba- ten, lasten en balansmutaties in de jaarrekening worden verantwoord. Het gaat dus om de fi- nanciële rechtmatigheid.

De controle op de financiële rechtmatigheid is de kern van de controle door de accountant. Bij de controle op de rechtmatigheid van niet financiële beheershandelingen kan worden volstaan met het beoordelen van het interne systeem van risicoafweging.

Het Besluit Accountantscontrole Decentrale Overheden (BADO) kent een negental toetsingscri- teria die bepalen of een financiële beheershandeling al dan niet rechtmatig is uitgevoerd.

Zes criteria worden van oudsher al door de accountant in de getrouwheidscontrole getoetst: het calculatie-, het valuterings-, het leverings-, het adresserings-, het volledigheids- en het aan- vaardbaarheidscriterium.

Er zijn drie aanvullende criteria van belang bij de controle op een rechtmatige totstandkoming van de verantwoorde baten, lasten en balansmutaties:

• het begrotingscriterium

• het voorwaardencriterium

• het M&O criterium (Misbruik en Oneigenlijk gebruik).

Op grond van de Financiële verordening is bepaald dat begrotingsoverschrijdingen niet zijn toe- gestaan. In onze Controle protocol 2022 is vastgelegd dat verschillen van € 148.000 (20 % van de goedkeuringstolerantie) of meer (per saldo en per product of investering) worden toegelicht. Deze toelichting is in deze jaarrekening opgenomen.

Voor de afsluitende oordeelsvorming door het algemeen bestuur is van belang of een eventuele begrotingsoverschrijding past binnen het door het algemeen bestuur geformuleerde beleid en/of wordt gecompenseerd door aan de lasten gerelateerde hogere inkomsten. Het bepalen of begrotingsoverschrijdingen al dan niet verwijtbaar zijn is voorbehouden aan het algemeen be- stuur.

In het controleprotocol 2022 is opgenomen dat voor de toetsing van eventuele begrotingsafwijkingen de volgende tabel wordt gehanteerd. Deze tabel gaat uit van kostenoverschrijdingen, dat wil zeggen: hoger saldo lasten en baten, uitgaande van meer lasten dan geraamd.

Uit de jaarrekening 2022 blijkt dat er, ten opzichte van de begroting 2022 na wijziging sprake is van begrotingsoverschrijdingen.

A. PROGRAMMA’S

In de hierna opgenomen overzichten wordt, voor elk programma waarbij sprake is van een over- schrijding, waarbij baten en lasten gesaldeerd worden, van de na wijziging geraamde lasten en baten, aangegeven:

a) het verschil tussen de na wijziging, de realisatie, en het verschil tussen de begroting na wijziging en de realisatie

b) een analyse van de grootste verschillen (€ 148.000 of meer)

c) het soort overschrijding zoals opgenomen in de tabel

(in €1000)	Realisatie 2022		Begroting 2022
Taakvelden Gemeenschappelijke Regeling	Baten	Lasten	Baten	Lasten
Taakveld 6 Sociaal Domein
6.4 Begeleide participatie	70.576	67.808	65.624	66.013
6.5 Arbeidsparticipatie	4.988	6.480	4.307	5.060
Totaal	75.564	74.289	69.931	71.073

De kostenoverschrijding van € 3.216.000 wordt geheel gecompenseerd door direct gerela- teerde opbrengsten, bijvoorbeeld via subsidies of kostendekkende omzet en telt niet mee in het oordeel van de accountant.

B. INVESTERINGEN

Bij een aantal investeringen (gronden, terreinen en bedrijfsgebouwen) is sprake is geweest van een kredietoverschrijding van in totaal € 699.000. Deze investeringen zijn achteraf goedgekeurd door het algemeen bestuur en zijn daarmee rechtmatig en tellen niet mee in het oordeel van de accountant.

(in €1000)	Grond en terreinen	Gebouwen	Vervoermiddelen	Machines/ installatie	Overige activa	Totaal
Boekwaarde per 1 januari 2022	493	2.668	3.810	2.186	526	9.683
Investeringen in 2022	120	294	1.304	382	426	2.526
Investeringen 2022 in uitvoering	0	285	23	0	0	308
Desinvesteringen in 2022	0	2	268	18	0	288
Afschrijvingen in 2022	16	227	576	446	221	1.486
Boekwaarde per 31 december 2022	597	3.018	4.293	2.104	731	10.743

3. Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling

De jaarrekening is opgesteld met inachtneming van de vereisten zoals opgenomen in het Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten (BBV). De waardering van de activa en passiva en de bepaling van het resultaat vinden plaats op basis van historische kosten. Tenzij bij de desbetreffende balanspost anders is vermeld, worden de activa en passiva opgenomen tegen nominale waarden.

• Afschrijvingsbeleid

Het afschrijvingsbeleid is gebaseerd op de financiële verordening Gemeenschappelijke regeling Diamant-groep 2018, zoals laatstelijk vastgesteld door het Algemene Bestuur in haar vergade- ring d.d. 26 januari 2018. De afschrijvingen worden berekend volgens de lineaire methode. Af- schrijvingen geschieden daarnaast onafhankelijk van het resultaat van het boekjaar.

Op gronden wordt niet afgeschreven, tenzij de grond deel uitmaakt van een investering in de openbare ruimte met maatschappelijk nut.

Eventuele boekwinsten bij inruil of afstoting van een kapitaalgoed zijn als incidentele baten in de jaarrekening verwerkt. Een eventueel boekverlies zal als een incidentele last worden ver- werkt in de jaarrekening.

De op de oorspronkelijke verkrijgings- of vervaardigingsprijs toegepaste jaarlijkse afschrijvingen corresponderen met een stelsel dat is afgestemd op de verwachte toekomstige gebruiksduur (kortste van de geschatte economische levensduur óf technische gebruiksduur) van de geacti- veerde objecten en voorzieningen.

• Waardering van activa en passiva

Algemeen

Waardering van passiva en activa alsmede de bepaling van het resultaat vinden in principe plaats op basis van historische kosten. Activa en passiva zijn opgenomen tegen nominale waarde.

Baten en lasten worden toegerekend aan het jaar waarop zij betrekking hebben, ongeacht of zij tot inkomsten of uitgaven in dat jaar hebben geleid. Baten en lasten, waaronder ook begrepen de heffing van de vennootschapsbelasting, worden daarbij verantwoord tot hun brutobedrag.

De waarderingsgrondslagen per balansonderdeel worden in het vervolg van deze jaarrekening toegelicht.

Materiële vaste activa

Alle materiële vaste activa zijn gewaardeerd tegen de oorspronkelijke verkrijgingsprijs (de in- koopprijs en de bijkomende kosten) of vervaardigingsprijs (de aanschaffingskosten van de ge- bruikte grond- en hulpstoffen en de overige directe kosten), verminderd met de ontvangen sub- sidies en bijdragen die direct gerelateerd zijn aan het actief, de jaarlijkse afschrijvingslasten en afwaarderingen wegens duurzame waardeverminderingen.

Duurzame waardeverminderingen van vaste activa worden onafhankelijk van het resultaat van het boekjaar in aanmerking genomen. Investeringen hebben een economisch nut indien ze ver- handelbaar zijn en/of indien ze kunnen bijdragen aan het genereren van middelen. Alle investe- ringen met een economisch nut worden geactiveerd.

Financiële vaste activa

De financiële vaste activa zijn gewaardeerd tegen de oorspronkelijke verkrijgingsprijs (de in- koopprijs en de bijkomende kosten), de jaarlijkse aflossingen, afschrijvingslasten en afwaarde- ringen wegens duurzame waardeverminderingen. Duurzame waardeverminderingen van vaste activa worden onafhankelijk van het resultaat van het boekjaar in aanmerking genomen. De waardering van verbonden partijen wordt toegelicht bij de balans.

Deelnemingen

Deelnemingen worden gewaardeerd tegen kostprijs of lagere marktwaarde.

Gereed product en handelsgoederen

De voorraad eigen goederen is gewaardeerd tegen de laatst bekende verrekenprijzen van de leverancier. De overige voorraden worden gewaardeerd tegen historische kostprijs. Indien de marktwaarde lager is, dan wordt tegen marktwaarde gewaardeerd.

Vorderingen op korte termijn

De uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan één jaar worden gewaardeerd tegen nominale waarde. Voor verwachte oninbaarheid is een voorziening in mindering gebracht. Deze voorziening wordt statisch bepaald.

De overlopende activa zijn gewaardeerd tegen nominale waarde. Voor verwachte oninbaarheid is een voorziening in mindering gebracht. Deze voorziening wordt statisch bepaald.

Liquide middelen

De liquide middelen zijn gewaardeerd tegen nominale waarde.

Eigen vermogen

De vaststelling van de noodzakelijke omvang van reserves is een zaak van het bestuur. Daarom worden reserves ook wel onderverdeeld in algemene en bestemmingsreserves.

Zodra het Algemeen bestuur aan een reserve een bepaalde bestemming heeft gegeven, is er sprake van een bestemmingsreserve. Om die reden kunnen bestemmingsreserves naar de situ- atie per ultimo verslagjaar geen negatieve stand kennen. Heeft een reserve geen bestemming dan wordt het een algemene reserve genoemd.

Voorzieningen

De voorzieningen betreffen schattingen van voorzienbare lasten in verband met risico's en ver- plichtingen, waarvan de omvang onzeker is en welke oorzakelijk samenhangen met de periode voorafgaande aan de balansdatum. Voorzieningen worden gewaardeerd tegen nominale waarde.

Voorzieningen voor arbeidskosten gerelateerde verplichtingen zijn slechts opgenomen voor zo- ver ze meerjarig gezien niet van gelijke omvang zijn. De voorziening groot onderhoud wordt gewaardeerd tegen nominale waarde, berekend conform het onderhoudsplan, rekening hou- dend met het gelijkmatigheidsprincipe.

De vorming van een voorziening, dan wel een dotatie aan een reeds bestaande voorziening, is als een last in het betreffende boekjaar verantwoord. Alle aanwendingen aan de voorzieningen zijn rechtstreeks ten laste van de voorziening gebracht en in het verslagjaar niet ten laste van de exploitatie verantwoord.

Aan voorzieningen ter egalisatie van (onderhouds)lasten van kapitaalgoederen over meerdere begrotingsjaren ligt een actueel (beheer)plan ten grondslag. Uitgevoerd achterstallig onderhoud is daarbij ten laste van de exploitatie verantwoord. Van achterstallig onderhoud is geen sprake, daarom zijn er geen aanwendingen ten laste van de gevormde voorziening gebracht.

Vaste schulden, met een rente typische looptijd langer dan één jaar

De vaste schulden zijn gewaardeerd tegen de nominale waarde (hoofdsom) verminderd met het totaal van de gedane aflossingen. De vaste schulden hebben een rente typische looptijd van één jaar of langer.

Netto-vlottende schulden met een rente typische looptijd korter dan één jaar

De netto-vlottende schulden met een rente typische looptijd korter dan één jaar zijn gewaar- deerd tegen nominale waarde.

Schatkistpapieren

In principe dienen alle overtollige middelen in de schatkist te worden aangehouden. Er zijn ech- ter uitzonderingen. Eén daarvan is het drempelbedrag. Dat is een minimumbedrag dat gemid- deld per kwartaal buiten de schatkist mag worden gehouden.

• Grondslagen voor resultaatbepaling

Voor zover het BBV niet anders voorschrijft, zijn de baten en lasten zoveel mogelijk toegerekend aan het boekjaar waarop ze betrekking hebben. Winsten worden slechts opgenomen voor zover zij op balansdatum zijn gerealiseerd. Verliezen en risico’s die hun oorsprong vinden voor het einde van het begrotingsjaar, worden in acht genomen indien zij voor het opmaken van de jaar- rekening bekend zijn geworden. In hoofdzaak wordt lineair afgeschreven. Afschrijving geschiedt met behulp van vaste percentages op basis van vastgestelde afschrijvingstermijnen; de bereke- ning geschiedt over de verkrijgingprijs onder aftrek van subsidies en bijdragen van derden.

Er is sprake van één programma voor de uitvoering van de Wsw-taken en taken in het kader van de Participatiewet. We verantwoorden alle baten en lasten in taakgebied 6 Sociaal Domein.

De gepresenteerde begroting is de detailbegroting, deze wordt gebruikt voor de maandelijkse monitoring. Deze komt op diverse posten niet overeen met de programmabegroting, maar in totaal sluit het aan op de programmabegroting.

Vennootschapsbelasting

De Diamant-groep is als SW-bedrijf vrijgesteld van vennootschapsbelasting conform wetgeving (Staatscourant 20 december 2018, nr 2018 – 24470. We voldoen sinds de invoering van deze wet aan de eisen voor de vrijstelling.

• Coronavirus

Het begin van het jaar heeft wederom in het teken gestaan van de Covid-19 pandemie. Voor de medewerkers heeft het veel gevraagd aan flexibiliteit en mentale weerbaarheid. Er is zo veel als mogelijk doorgewerkt en de werkbedrijven zijn opengehouden. Structuur en aandacht voor de mens op de werkplek is als positief ervaren.

Binnen de bedrijfsonderdelen Productie, Post en Vervoer, La Poubelle (sluiting van de winkels) en BV 18k zijn de grootste omzetdervingen zichtbaar door corona. De SW-organisaties voldeden niet aan de eisen voor de NOW-regelingen.

Ter compensatie van de coronaverliezen is er voor de SW-branche 10 miljoen beschikbaar ge- komen vanuit de overheid in 2022. De Diamant-groep heeft € 199.000 extra rijksbijdrage ont- vangen.

4. Toelichting op de balans

• Activa

• Materiele vaste activa

Een overzicht van de materiële vaste activa is onderstaand opgenomen. Het betreft uitsluitend activa met een economisch nut. De afschrijvingsmethode die toegepast wordt is de lineaire me- thode. In de berekening van de afschrijvingen wordt rekening gehouden met de restwaarde van de materiële vaste activa.

(in €1000)	Grond en terreinen	Gebouwen	Vervoer- middelen	Machines/ installatie	Overige activa	Totaal
Boekwaarde per 1 januari 2022	493	2.668	3.810	2.186	526	9.683
Investeringen in 2022	120	294	1.304	382	426	2.526
Investeringen 2022 in uitvoering	0	285	23	0	0	308
Desinvesteringen in 2022	0	2	268	18	0	288
Afschrijvingen in 2022	16	227	576	446	221	1.486
Boekwaarde per 31 december 2022	597	3.018	4.293	2.104	731	10.743
Cumulatieve afschrijvingen per 31 december 2021	678	5.886	7.689	9.889	4.148	28.290
Afschrijvingstermijnen in jaren	10 jaar	10 jaar	diverse	10 jaar	3-5 jaar
Conform financiële verordening	30 jaar	25 jaar	termijnen
Gemeenschappelijke regeling 2006	niet	30 jaar

Dit jaar is er geïnvesteerd in rijdend materieel en schaftwagens ten behoeve van Groen Xtra ad

€ 320.000 en ten behoeve van het wagenpark 56 nieuwe auto's ad € 1.270.000.

De post investeringen nog in uitvoering bestaat uit een nog te activeren warmtepompinstallatie, aanloopkosten herhuisvesting en nog te activeren veegmachine.

Op gronden en terreinen wordt er niet afgeschreven, de afschrijvingstermijnen gelden voor straatwerk dat is aangelegd. De gehanteerde afschrijvingstermijn voor bedrijfsgebouwen is 30 jaar. Voor aanpassingen aan bedrijfsgebouwen wordt 25 jaar gehanteerd en voor technische installaties binnen bedrijfsgebouwen 10 jaar.

De afschrijvingstermijn van de vervoersmiddelen wordt per aankoop bepaald afhankelijk van de

economische levensduur: personenauto’s en bedrijfsauto’s en lichte motorvoertuigen.

Voor machines, apparaten zoals kantoormeubilair geldt een afschrijvingstermijn van 10 jaar. Voor overige materiële activa, onder andere ICT-apparatuur en telefooninstallaties, wordt een termijn van 3 jaar gehanteerd.

• Financiële vaste activa

Deelneming Bepro

De deelneming is zonder tegen prestatie (om niet) overgenomen van de gemeente Tilburg. De inbrengwaarde, van de niet uit de balans blijkende deelneming, is nihil. Het eigen vermogen van de deelneming Bedrijfsmatige Projecten (Bepro) BV bedraagt € 9.907.094.

Stichting Bevordering Werkgelegenheid en Stichting La Poubelle

Stichtingen worden niet geconsolideerd op basis van de BBV.

Financieel resultaat De Schoonmaak Coöperatie

Met ingang van 6 november 2012 zijn wij lid van De Schoonmaak Coöperatie UA. Deze coöpera- tie is een samenwerkingsverband van de Diamant-groep met de WSD-Groep en de Weener Groep. Het resultaat van 2021 is conform bestuurder toegevoegd aan specifieke bestemmings- reserves bij de schoonmaak coöperatie en derhalve heeft er geen uitkering aan Diamant-groep plaatsgevonden.

De Schoonmaak Coöperatie had een resultaat begroot in 2022 van € 0. Het lopend verslagjaar zal afgesloten worden met een negatief resultaat van ongeveer € 99.000 (onder voorbehoud van instemming Raad van Commissarissen). Het voorstel is het resultaat ten laste te brengen van de ledenrekening. Diamant-groep zal in dat geval een bijdrage moeten leveren van ongeveer

€ 48.000 toekomen (48,3%), wat verantwoord gaat worden in 2023.

• Voorraden

(in €1000)	31 december 2022	31 december 2021
Grond- en hulpstoffen	104	113
Gereed product en handelsgoederen	121	117
Totaal	225	230

• Uitzettingen met een rente-typische looptijd korter dan een jaar

(in €1000)	31 december 2022	31 december 2021
Vorderingen op openbare lichamen (1)	2.572	2.863
Handelsdebiteuren (2)	807	664
-/- voorziening dubieuze debiteuren	32	32
Totaal debiteuren	775	632
Overige vorderingen (3)	211	153
Totaal overige vorderingen	986	784
Rekening-courantverhouding met niet-financiële instellingen 4)	1.424	589
Overige vorderingen met niet-financiële instellin- gen	1.307	418
Totaal rekening-courantverhouding met niet-financiële instellingen	117	171
Uitzettingen in Rijksschatkist met een rente- typische looptijd korter dan één jaar	3.100	3.900
Overige uitzettingen met een rente-typische loop- tijd korter dan één jaar (5)	1.347	647
Totaal	8.122	8.366

Ad 1. De vordering op openbare lichamen betreft met name vordering op de deelnemende gemeenten. De risico's op deze vorderingen zijn hierdoor beperkt. De vorderingen op openbare lichamen zijn afgenomen ten opzichte van vorig jaar. Dit valt grotendeels te verklaren door min- der uitstaand saldo bij deelnemende gemeenten voor diensten vanuit bedrijfsonderdeel Groen Xtra.

Ad 2. De post handelsdebiteuren zijn toegenomen ten opzichte van 2021 door meer open- staande posten in het einde aan het kalenderjaar.

Ad 3. De post overige vorderingen bestaat uit € 105.000 aan transitievergoeding die nog in 2023 wordt geëffectueerd. De transitievergoeding is Xxxxxxx-groep verschuldigd aan Wsw werknemers die langer dan 2 jaar ziek zijn en bij ontslag recht hebben op deze vergoeding en het resteerde bestaat voornamelijk uit diverse waarborgsommen.

Ad 4. Overige vorderingen met niet-financiële instellingen zijn in 2022 uit de rekening courant- verhouding met niet financiële instellingen gehaald. Dit houdt in dat de Intercompany omzet over 2022, dat gefactureerd is in kalenderjaar 2023, niet wordt gerubriceerd onder rekening- courantverhouding met financiële instellingen, maar wordt verantwoord onder nog te ontvan- gen bedragen. De herrubricering is ook in de cijfers van 2021 doorgevoerd.

Ad 5. De post overige uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan één jaar bestaat voornamelijk uit nog te ontvangen bedragen waaronder transitievergoedingen 134.000 en loon- kostenvoordeel € 891.000 en uit te ontvangen facturen die betrekking hebben op 2023.

• Handelsdebiteuren

De handelsdebiteuren per 31 december 2022 zijn als volgt te specificeren:

(in €1000)	Handelsdebiteuren	Dubieuze debiteuren	Totaal
Niet of minder dan 3 maanden vervallen	796	0	796
Van 3 tot 12 maanden vervallen	11	0	11
Meer dan 1 jaar vervallen	0	0	0
Af: voorziening dubieuze vorderingen	0	-32	-32
Totaal	807	-32	775

De saldi van de debiteuren geeft geen aanleiding tot nadere toelichting.

• Rekening-courantverhouding met niet-financiële instellingen

De rekening-courant met niet-financiële instellingen is als volgt te specificeren:

(in €1000)	31 december 2022	31 december 2021
Diamant-groep	2	2
Meervlaks BV	0	3
Bepro	0	5
La Poubelle	156	76
De Schoonmaak Coöperatie	1.265	504
Totaal	1.424	589

• Uitzettingen in ’s Rijksschatkist met een rente typische looptijd korter dan één jaar

In het kader van het schatkistbankieren moeten alle overtollige middelen in de schatkist worden aangehouden. Hiervoor geldt een drempelbedrag, dit is vastgelegd in artikel 7 lid 2 van de Re- geling schatkistbankieren. Het drempelbedrag is het minimumbedrag dat gemiddeld per kwar- taal buiten de schatkist mag worden gehouden. Voor de Diamant-groep geldt voor 2022 een drempelbedrag van € 1.421.000, conform 2% van het begrotingstotaal.

In onderstaande tabel is te zien wat de overschrijding of onderschrijding van het drempelbedrag schatkistbankieren per kwartaal over 2022 is geweest:

(in €1000)	Q1	Q2	Q3	Q4
1: Drempelbedrag: 2% van 71.073.000				1.421
2: Buiten ’s Rijksschatkist aangehouden middelen	312	361	316	367
3a: Ruimte onder drempelbedrag	1.109	1.060	1.105	1.054
3b: Ruimte overschrijding van ruimte	0	0	0	0
Totaal

• Liquide middelen

(in €1000)	31 december 2022	31 december 2021
Kas	6	11
Bank	550	465
Totaal	556	476

De aangehouden middelen zijn weekmutaties gemiddeld per kwartaal berekend.

De toename in de post liquide middelen ten opzichte van 2021 valt te verklaren vanwege een hogere drempelwaarde voor liquide middelen die buiten het schatkistbankieren mag worden aangehouden.

• Overlopende activa

(in €1000)	31 december 2022	31 december 2021
Vooruitbetalingen	269	475
Nog te ontvangen bedragen	4.532	2.855
Totaal	4.801	3.331

De vooruitbetalingen betreffen vooruitbetaalde kosten 2023 die zijn voldaan in 2022 zoals huur van gebouwen en software licenties. De afname ten opzichte van 2021 kan worden verklaard doordat er in 2021 meer facturen zijn ontvangen voor 2022.

De post nog te ontvangen bedragen bestaat uit nog te factureren leveringen en diensten met betrekking tot 2022. Ten opzichte van 2021 is het bedrag toegenomen, omdat er relatief meer is gefactureerd in 2023 met betrekking tot 2022.

• Niet in balans opgenomen vorderingen

De Diamant-groep heeft voor 2022 dienstverleningsovereenkomsten (DVO) met verbonden par- tijen afgesloten. De DVO met Bedrijfsmatige Projecten (Bepro) BV betreft doorbelastingen voor inzet vanuit Diamant Groep voor de activiteit Payrolling en P-detachering (totaal € 486.000). De DVO met Stichting La Poubelle heeft in 2022 een omvang van € 768.000 en betreft kosten voor geplaatste SW-medewerkers en kosten voor ondersteunende activiteiten. Voor De Schoonmaak Coöperatie is de omvang in 2022 € 155.000 en betreft voornamelijk inhuur werkplekken.

Voor de financiering van de warmte/koude voorziening is een subsidie aangevraagd bij de over- heid. Deze ISDE (Investeringssubsidie Duurzame Energie en energiebesparing) is toegekend. De subsidie bedraagt € 52.800.

• Passiva

(in €1000)	31 december 2022	31 december 2021
Stand per 1 januari	2.682	2.682
Resultaatbestemming	0	2.946
Toevoegingen	0	0
Onttrekkingen	0	2.946
Totaal	2.682	2.682

Eigen vermogen Algemene reserve

Bij de vaststelling van de jaarrekening 2022 zal voorgesteld worden aan het bestuur om het re- sultaat van 2022 toe te voegen aan de bestemmingsreserves voor de financiering van beschut werk.

Bestemmingsreserves

De specificaties van de bestemmingsreserves ziet er als volgt uit:

(in €1000)	Saldo 31 december 2021	Toevoe- gingen	Vrijval	Aanwen- dingen	Saldo 31 december 2022
Loonkosten en Rijksbijdrage	500	0	0	0	500
Reorganisatie	2.000	0	0	476	1.524
ICT	144	0	0	0	144
Maatwerkbanen	578	0	0	176	402
Begeleidingsvergoeding Beschut werk	400	0	0	206	194
Participatie	1.996	0	0	70	1.926
Totaal	5.619	0	0	928	4.691

• Bestemmingsreserve voor risico ten aanzien van Loonkosten en Rijkbijdrage

(in €1000)	31 december 2022	31 december 2021
Stand per 1 januari	500	500
Toevoegingen	0	0
Onttrekkingen	0	0
Totaal	500	500

Deze incidentele bestemmingsreserve, ad € 500.000, is gevormd om de risico's af te dekken ten aanzien van de loonkosten en rijksbijdrage en dan met name de onzekerheid omtrent het voor- deel lage inkomens. Deze reserve is niet meer noodzakelijk, omdat er een langlopende cao Wsw is afgesloten en het voorstel is om bij de vaststelling van de jaarrekening 2021 het bedrag over te zetten naar de algemene reserve. De vaststelling zal plaatsvinden in 2023 en daarmee in de jaarrekening van 2023 verwerkt worden.

• Bestemmingsreserve voor risicoafdekking ten aanzien van Reorganisatie

(in €1000)	31 december 2022	31 december 2021
Stand per 1 januari	2.000	2.000
Toevoegingen	0	0
Onttrekkingen	476	0
Totaal	1.524	2.000

De incidentele bestemmingsreserve ad € 2.000.000 is om toekomstige kosten van toekomstige

boven formatieve medewerkers te vergoeden. In 2022 is hiervan € 476.000 aangewend.

• Bestemmingsreserve voor risicoafdekking ten aanzien van ICT

(in €1000)	31 december 2022	31 december 2021
Stand per 1 januari	144	144
Toevoegingen	0	0
Onttrekkingen	0	0
Totaal	144	144

De incidentele bestemmingsreserve ICT ad € 144.000 is om de toekomstige investeringen in au-

tomatisering te bekostigen. Hiervan is in 2022 geen gebruik gemaakt.

• Bestemmingsreserve Maatwerkbanen

(in €1000)	31 december 2022	31 december 2021
Stand per 1 januari	578	28
Toevoegingen	0	550
Onttrekkingen	176	0
Totaal	402	578

De incidentele bestemmingsreserve Maatwerkbanen is voor nieuwe aanmeldingen ter compen- satie van

de begeleidingskosten. In 2022 is hiervan € 176.000 aangewend.

• Bestemmingsreserve Begeleidingsvergoeding Beschut werk

(in €1000)	31 december 2022	31 december 2021
Stand per 1 januari	400	0
Toevoegingen	0	400
Onttrekkingen	206	0
Totaal	194	400

De incidentele bestemmingsreserve Begeleidingsvergoeding Beschut Werk ad € 400.000 is voor financiering van de begeleidingsvergoeding. In 2022 is hiervan € 206.000 aangewend.

• Bestemmingsreserve Participatie

(in €1000)	31 december 2022	31 december 2021
Stand per 1 januari	1.996	0
Toevoegingen	0	1.996
Onttrekkingen	70	0
Totaal	1.926	1.996

De incidentele bestemmingsreserve Participatie ad € 1.996.000 is voor de financiering van dienstverlening, trajecten, en plaatsingen in het kader van de Participatiewet bij de Diamant- groep.

In 2022 is € 70.000 aangewend voor participatiedoeleinden vanuit de gemeente Goirle.

• Nog te bestemmen resultaat

(in €1000)	31 december 2022	31 december 2021
Stand per 1 januari	505	2.946
Toevoegingen	1.276	2.946
Onttrekkingen	0	505
Totaal	1.781	505

Het resultaat 2022 komt uit op een positief saldo van € 1.276.000.

Het resultaat 2021 komt uit op een positief saldo van € 505.000. In 2023 is er een bestuursbesluit

hierover genomen.

Voorzieningen

De specificatie van de voorzieningen ziet er als volgt uit:

(in €1000)	31 de- cember 2021	Toevoe- gingen	Vrijval	Aanwen- dingen	Saldo 31 december 2022
Voorziening bodemverontreiniging	200	0	0	0	200
Voorziening reorganisatiekosten	110	85	13	97	85
Voorziening groot onderhoud	1.020	717	0	319	1.418
Voorziening Werkhervattingskas	0	315	0	0	315
Totaal	1.330	1.117	13	416	2.018

• Voorziening bodemverontreiniging

(in €1000)	31 december 2022	31 december 2021
Stand per 1 januari	200	150
Toevoegingen	0	56
Aanwendingen	0	6
Totaal	200	200

De voorziening bodemverontreiniging ad € 200.000 betreft de bodemvervuiling van het onver- kochte deel Insulindecomplex. In 2022 is hiervan geen gebruik gemaakt.

• Voorziening reorganisatiekosten

(in €1000)	31 december 2022	31 december 2021
Stand per 1 januari	110	183
Toevoegingen	85	0
Vrijval	13	0
Aanwendingen	97	73
Totaal	85	110

De voorziening reorganisatiekosten is in totaliteit afgenomen met een bedrag van € 25.000. De op 1 januari 2022 lopende afspraken zijn eind 2022 allen afgewikkeld en hiervoor is € 97.000 aangewend voor gemaakte loonkosten van personeelsleden die in de arbeidsmobiliteit zijn ge- plaatst. Tevens is voor deze afspraken € 13.000 vrijgevallen. In 2022 is een nieuwe vaststellings- overeenkomst gemaakt voor een personeelslid, hiervoor is € 85.000 toegevoegd aan de voor- ziening.

• Voorziening groot onderhoud

(in €1000)	31 december 2022	31 december 2021
Stand per 1 januari	1.020	1.560
Toevoegingen	717	385
Aanwendingen	319	925
Totaal	1.418	1.020

De voorziening groot onderhoud is ten behoeve van het groot onderhoud van het complex aan de Zevenheuvelenweg voor de komende jaren, rekening houdend met het gelijkmatigheidsprin- cipe. Conform het onderhoudsplan heeft de reguliere jaarlijkse dotatie van € 300.000 plaatsge- vonden.

In het kader van verduurzamingsproject is afgesproken een extra dotatie ad € 417.000 op te nemen in 2022 en € 417.000 in 2023. De post aanwendingen bestaat voornamelijk uit

€ 135.000 aan dakrenovatie en € 100.000 aan renovatie van de liftinstallaties.

• Voorziening Werkhervattingskas

(in €1000)	31 december 2022	31 december 2021
Stand per 1 januari	0	0
Toevoegingen	315	0
Aanwendingen	0
Totaal	315	0

De voorziening Werkhervattingskas (Whk) regeling is ten behoeve van een gedeelte van de pre- mie die verhaald is op de SW-medewerkers. Er vindt overleg plaats met de Belastingdienst of dit terecht is.

• Vaste schulden met een rente-typische looptijd langer dan één jaar

(in €1000)	31 december 2022	31 december 2021
Stand 1 januari Lening 18k	4.225	4.225
Toevoeging	0	0
Aflossing	0	0
Totaal	4.225	4.225

Het betreft hier een aflossingsvrije geldlening welke is verstrekt voor onbepaalde tijd en in over- leg boetevrij kan worden afgelost en worden opgezegd. Vanwege marktconformiteit is er vanaf 2019 over het volledig uitstaande bedrag een rente verschuldigd die gelijk is aan de "10-jaars vaste hypotheekrente" vanuit CBS.

In 2021 was deze 1,48% en in januari 2022 is deze vastgesteld op 1,00%. De rente wordt maan- delijks berekend.

Daar de rente in 2022 een exponentiele stijging liet zien (van januari 2022; 1,00% naar december

2022; 3,24%) is besloten om vanaf het jaar 2022 het gemiddelde rentepercentage per maand als uitgangspunt te nemen.

• Vlottende passiva

(in €1000)	31 december 2022	31 december 2021
Schulden aan openbare lichamen	253	61
Overige schulden	2.347	1.394
Crediteuren	2.865	1.860
Totaal overige schulden	5.465	3.315
BV 18k	429	639
Stg Bevordering Werkgelegenheid	1.127	1.295
Totaal rekening-courantverhouding met niet-financiële instellingen	1.555	1.933
Overige kasgeldleningen	991	987
Verplichtingen (1)	220	651
Overige vooruit ontvangen bedragen (2)	818	837
Totaal overlopende passiva	1.038	1.488
Totaal	9.049	7.723

Ad (2): Overige vooruit ontvangen bedragen die ten bate van het volgende begrotingsjaar ko- men

De specificatie van de overige schulden:

(in €1000)	31 december 2022	31 december 2021
Te betalen BTW	695	390
Te betalen loonbelasting en sociale lasten	942	838
Wsw-ID regeling	85	97
Nog te besteden gelden Tilburg	0	25
Te betalen pensioen Cao aan de Slag	618	39
Overige posten	7	5
Totaal	2.347	1.394

De overige schulden laten een toename zien. De te betalen BTW is toegenomen doordat er meer is gefactureerd in de maand december. De te betalen loonbelasting en sociale lasten zijn geste- gen door de formatietoename vanuit Cao Aan de Slag.

De post te betalen pensioenen voor het personeel cao Aan de Slag bestaat uit te betalen pensi- oenen 2021 en 2022. De aanmelding bij PWRI is inmiddels afgerond en de openstaande schuld wordt voldaan in 2023.

De specificatie van de Netto-vlottende schulden met een rente typische looptijd korter dan één jaar:

(in €1000)	31 december 2022	31 december 2021
Stand 1 januari Lening BNG	987	983
Toevoeging	0	0
Aflossing	0	4
Rente	4	0
Totaal	991	987

Per juli 2019 heeft de Diamant-groep een rekening-courant kredietfaciliteit tot haar beschikking gekregen welke is afgesloten bij de Bank Nederlandse Gemeenten. Deze faciliteit heeft een loop- tijd van een jaar en wordt jaarlijks stilzwijgend verlengd.

De ontvangen rente is € 4.000.

De specificatie van de overlopende passiva verplichtingen:

(in €1000)	31 december 2022	31 december 2021
Accountantskosten (1)	80	47
Transitievergoeding (2)	28	0
Begeleidingskosten P-wet (3)	38	0
Overige posten (4)	74	96
Afwikkeling Post claim	0	33
Cao Gemeenten	0	324
AFAS-implementatie	0	58
Kosten maaien grasvelden	0	55
Onderhoud sportvelden	0	38
	220	651

Ad 1. Het betreft hier de accountantskosten controlewerkzaamheden jaarrekening 2022 voor de gehele gemeenschappelijke regeling Diamant-groep.

Ad 2. Betreft transitievergoedingen waarvan het contract is afgesloten in 2022 en de uitbeta- ling aan de medewerker in 2023 zal plaatsvinden.

Ad 3. De factuur betreffende begeleidingskosten december 2022 is pas in 2023 ontvangen.

Ad 4. De verplichting overige posten bestaat voornamelijk uit nog te betalen kosten 2022 in- zake begeleid werken en kosten voor het 65-jarig bestaan van Diamant-groep.

Vooruit ontvangen bedragen:

De post vooruit ontvangen bedragen bestaat voornamelijk uit ontvangen gelden die ter beschik- king zijn gesteld voor enkele goedgekeurde innovatieplannen ten behoeve van het TIIP-beleid ad € 125.000 en vooruit gefactureerde bedragen vanuit bedrijfsonderdeel Groen Xtra ad € 627.000.

• Niet in de balans opgenomen verplichtingen

De Diamant-groep is een meerjarige verplichting aangegaan richting de Stichting Bevordering Werkgelegenheid (SBW) om de loonkosten van de ambtenaren die bij SBW in dienst zijn te be- talen. In 2023 zijn de te verwachte salariskosten € 14.000.000 (220 medewerkers). De verlof- rechten van de medewerkers zijn eind 2022 in totaal € 713.000.

De Diamant-groep heeft een meerjarig huurcontract afgesloten met Dennenheuvel Vastgoed BV inzake de huur van een pand aan Ringbaan Noord. De huurprijs in 2022 bedraagt € 44.755 op jaarbasis. In 2023 zijn de te verwachte huurkosten € 49.000.

De Diamant-groep heeft een huurovereenkomst afgesloten voor Xx. Xxxx Xxxxxxxxxx in Tilburg. De huurprijs in 2022 bedraagt € 94.161 op jaarbasis. In 2023 zijn de te verwachte huurkosten € 95.000.

De Diamant-groep heeft een kredietarrangement bij een kredietinstelling. De kredietlimiet is EUR 2.000.000. De rente die van toepassing is betreft een 1-maands Euribor, vermeerderd met een spread. Tevens is een bereidstellingprovisie van toepassing van 0,10% over het niet opge- nomen deel van de kredietlimiet. Overige borgstellingen, garanties, leningen bij kredietinstellin- gen zijn niet van toepassing.

Bij een contract is de juiste Europese aanbestedingsprocedure niet gevolgd. Met als gevolg dat de financiële consequenties van de aanbesteding voor een bedrag van € 135.805 onrechtmatig zijn.

5. Toelichting op het overzicht van baten en lasten

• Toegevoegde waarde

(in €1000)	Realisatie 2022	Begroting 2022	Realisatie 2021
Toegevoegde waarde	21.220	21.746	20.982
Toegevoegde waarde inclusief intercompany	22.034		21.690

Het verschil tussen begroting 2022 en realisatie 2022 wordt grotendeels veroorzaakt doordat de toegevoegde waarde vanuit intercompany-opbrengsten in de begroting wel wordt opgenomen en in de realisatie niet.

De totale toegevoegde waarde vanuit intercompany-opbrengsten in 2022 is € 814.000. In de onderverdeling naar bedrijfsonderdeel zullen we voor een goed vergelijk met de begroting te- vens de toegevoegde waarde inclusief intercompany-opbrengsten vermelden.

De toegevoegde waarde is per bedrijfsonderdeel als volgt samengesteld:

(in €1000)	Realisatie 2022	Begroting 2022	Realisatie 2021
Groen Xtra
Bedrijfsopbrengsten	19.226	17.041	17.452
Kosten grond- en hulpstoffen	7.345	5.956	5.880
Toegevoegde waarde	11.881	11.085	11.572
Toegevoegde waarde inclusief intercompany	11.892		11.583
VIP Productie
Bedrijfsopbrengsten	2.178	2.732	2.173
Kosten grond- en hulpstoffen	-18	-78	25
Toegevoegde waarde	2.196	2.810	2.148
Toegevoegde waarde inclusief intercompany	2.225		2.174
VIP Post en Vervoer
Bedrijfsopbrengsten	1.121	1.540	1.278
Kosten grond- en hulpstoffen	000	000	000
Toegevoegde waarde	967	1.420	1.083
Toegevoegde waarde inclusief intercompany	1.243		1.295
Maatschappelijke Ondernemingen
Bedrijfsopbrengsten	1.144	1.081	1.091
Kosten grond- en hulpstoffen	121	75	33
Toegevoegde waarde	1.023	1.006	1.058
Toegevoegde waarde inclusief intercompany	1.022		1.058

KikMaat
Bedrijfsopbrengsten	4.381	4.711	4.250
Kosten grond- en hulpstoffen
Toegevoegde waarde	4.381	4.711	4.250
Toegevoegde waarde inclusief intercompany	4.880		4.853
Bedrijfsvoering
Bedrijfsopbrengsten	772	714	868
Kosten grond- en hulpstoffen	-4
Toegevoegde waarde	772	714	872
Toegevoegde waarde inclusief intercompany	772		872
Totaal	21.220	21.746	20.982

De netto toegevoegde waarde bij het bedrijfsonderdeel Groen Xtra inclusief onderdeel Kwekerij is ten opzichte van de begroting € 800.000 hoger uitgevallen. Ten opzichte van het vorig verslag- jaar is de netto toegevoegde waarde toegenomen met € 310.000. De toename valt te verklaren uit de in 2022 hogere toegepaste indexering ten opzichte van waar in de begroting van was uitgegaan en dat er relatief meer werk met eigen personeel is uitgevoerd.

De netto toegevoegde waarde van de VIP Productie is ten opzichte van de begroting ruim

€ 600.000 achtergebleven. Dit wordt veroorzaakt door werk schaarste, prijzen die onder druk staan en minder uren inzet van personeel als gevolg van een hoger ziekteverzuim en afwezigheid door coronarichtlijnen in het begin van het jaar.

De netto toegevoegde waarde bij het bedrijfsonderdeel VIP Post en Vervoer is ruim € 400.000 achtergebleven ten opzichte van de begroting, Dit wordt veroorzaakt doordat begin van het jaar het personenvervoer vanwege Corona een tijdlang heeft stilgelegen.

Verder is uit de realisatiecijfers € 275.000 interne netto toegevoegde waarde gehaald, deze in- terne omzet zit wel in de begroting. De netto toegevoegde waarde is ten opzichte van het vorig verslagjaar met € 100.000 afgenomen.

De netto toegevoegde waarde bij het bedrijfsonderdeel Maatschappelijk Ondernemen is rede- lijk stabiel ten opzichte van het vorige verslagjaar en valt iets hoger uit ten opzichte van de begroting. Dit laatste is te verklaren door een nieuw afgesloten contract bij Dierenopvang Hart van Brabant, het beheer van extra kinderboerderijen en extra ontvangen opdrachten bij Fiet- senbeheer.

Uit de realisatiecijfers van de KikMaat is € 500.000 interne netto toegevoegde waarde gehaald, welke wel is opgenomen in de begrotingscijfers. De netto toegevoegde waarde van de KikMaat, inclusief intern, komt € 170.000 hoger uit ten opzichte van de begroting. Deze toename komt voort uit de garantiestelling TIIP-contract en verder is de krimp SW-formatie lager dan begroot.

De netto toegevoegde waarde van Bedrijfsvoering is met € 100.000 afgenomen opzichte van het

vorige verslagjaar. Deze afname komt mede door stopzetting activiteit Alfacheque.

• Overige bedrijfsopbrengsten

(in €1000)	Realisatie 2022		Begroting 2022	Realisatie 2021
Bijdrage gemeente Dierenopvang	1	571	491	479
Kinderboerderijen	2	627	537	252
Omzetbonus brandstof		22	0	9
Bijdrage beschut werk	3	0	397	345
Transitievergoedingen Wsw	4	405	0	526
Innovatiegelden TIIP		67	0	74
Subsidies	5	14	30	0
DVO BV 18k	6	524	487	752
Doorbelasting La Poubelle	7	728	783	712
Doorbelasting personeel La Poubelle	8	263	0	13
Doorbelasting personeel DSC	9	1.168	0	0
Externe plaatsing DSC	10	713	731	624
Winstaandeel DSC	11	0	50	242
		5.103	3.506	4.028

Ad 1. In 2022 is voor Dieren Opvang Hart van Brabant een nieuw contract afgesloten.

Ad 2. De 5e Tilburgse kinderboerderijen is in 2022 in beheer genomen, dit is niet meegenomen in de begroting, daardoor een behoorlijk afwijking ten opzichte van de begroting.

Ad 3. Geen Bijdrage beschut werk ontvangen in 2022. Wegens financieringstekorten komt de bijdrage nu voor eigen rekening.

Ad 4. In 2022 zijn minder transitievergoedingen uitbetaald dan vorig jaar. De transitievergoe- ding is de Diamant-groep verschuldigd aan Wsw werknemers die langer dan 2 jaar ziek zijn en bij ontslag, recht hebben op deze vergoeding. De vergoeding wordt vanuit het UWV aan Dia- mant-groep uitbetaald en is daarom dus een opbrengst.

Ad 5. Voor de financiering van zonnepanelen is er een SDE (subsidie Duurzame Energie) ont-

vangen ad € 14.000.

Ad 6. DVO is ten opzichte van 2021 gedaald doordat de aantallen binnen Payrolling en P-deta- chering zijn afgenomen en de activiteit Alfacheque is gestopt.

Ad 7. DVO La Poubelle betreft dienstverlening van Diamant-groep aan La Poubelle in het kader van plaatsing SW-medewerkers en ondersteunde activiteiten en deze is nagenoeg gelijk geble- ven ten opzichte van 2021.

Ad 8. Loonkosten van personeel CAO Aan de Slag in dienst bij de Diamant-groep, maar werk- zaam bij La Poubelle, worden door belast aan La Poubelle. Deze posten zijn niet meegenomen in de begroting 2022, omdat het geen resultaateffect heeft.

Ad 9. Loonkosten van personeel CAO Aan de Slag in dienst bij de Diamant-groep, maar werk- zaam zijn bij De Schoonmaak Coöperatie, worden doorbelast aan De Schoonmaak Coöperatie. Deze post is niet begroot. Deze posten zijn niet meegenomen in de begroting 2022, omdat het geen resultaateffect heeft.

Ad 10. De opbrengsten externe plaatsing De Schoonmaak Coöperatie is ten opzichte van vorig jaar, zoals begroot, toegenomen. Dit in verband met verhoogde tarieven en grotere formatie.

Ad 11. In 2022 is geen winstuitkering ontvangen vanuit de Schoonmaak Coöperatie. De Schoon- maak Coöperatie bestemt het bedrag in doorontwikkeling organisatie en viering van het 10-jarig bestaan.

• Incidentele baten

(in €1000)

Realisatie 2022

Begroting 2022

Realisatie 2021

Diverse overige baten

155

Totaal

155

De post diverse overige baten bestaat voornamelijk uit boekwinsten op gedesinvesteerde auto's en werkmaterieel.

• Toelichting personeelskosten

(in €1000)	Realisatie 2022	Begroting 2022	Realisatie 2021
Loonkosten Wsw-werknemers	36.259	36.736	38.486
Ziekengeld	-82	0	-194
Sociale lasten	4.810	0	5.064
Pensioenpremie	2.533	0	2.735
Loonkosten cao aan de Slag	6.136	5.060	150
Loonkosten inhuur Participatiebanen	344	0	2.135
Inhuur loonkosten SBW ambtelijk	11.116	10.794	10.876
Sociale lasten	1.464	0	1.481
Pensioenpremie	1.672	0	1.661

Inhuur loonkosten 18k ambtelijk	2.281	2.596	2.184
Studiekosten	113	142	69
Reis- en verblijfskosten	60	238	27
Werkkleding	138	26	131
Vervoerskosten Wsw	211	516	247
Eigen bijdrage vervoer	-15	0	-10
Overige personeelskosten	765	606	829
Totaal overige personeelskosten	1.272	1.528	1294
Totaal	57.408	56.714	55.125

(bedragen in €)	Realisatie 2022	Begroting 2022	Realisatie 2021
Totale loonkosten per medewerker
Wsw per SE	33.305	29.091	31.709
Xxx aan de Slag per FTE	24.694	17.288	8.030
Participatiebanen per FTE	5.590	0	13.141
SBW ambtelijk per FTE	67.698	65.700	67.094
18k ambtelijk per FTE	58.943	64.807	64.040
Personeelsbezetting
Wsw (aantal ultimo jaar)	1.244	1.394	1.340
Wsw (gemiddeld SE)	1.122,4	1.262,8	1.213,7
Cao aan de Slag (gemiddeld FTE)	248,5	214,3	18,7
Participatiebanen (gemiddeld FTE)	11,0	0	162,5
Inhuur ambtelijk SBW (gemiddeld FTE)	164,2	164,3	162,1
Inhuur ambtelijk 18k (gemiddeld FTE)	38,7	40,0	347,1

De loonkosten Wsw zijn ten opzichte van 2021 verder gedaald hetgeen in lijn ligt met de ver- wachte krimp hetgeen overeenkomstig begroting is. De tegemoetkoming lage-inkomensvoor- deel (LIV) en uitbetaalde transitievergoedingen zijn opgenomen onder de loonkosten Wsw- werknemers. De transitievergoedingen zijn niet begroot, waardoor de gemiddelde loonkosten hoger zijn dan begroot.

Omdat de Gemeenschappelijke Regeling Diamant-groep de cao Aan de Slag gaat voeren binnen de entiteit Diamant-groep hebben op 1 januari 2022 nagenoeg alle 18k-flex medewerkers met een Participatiebanen een nieuw opvolgend dienstverband gekregen binnen de Diamant-groep.

De loonkosten van de medewerkers van de cao Aan de Slag die werkzaam zijn bij La Poubelle en de Schoonmaak Coöperatie worden doorbelast en daarom niet begroot.

De vervoerkosten zijn nagenoeg gelijk gebleven ten opzichte van 2021. Uit de realisatiecijfers is

€ 229.000 aan interne kosten gehaald. Deze kosten zijn wel opgenomen in de begroting.

• Wet normering topinkomens

Per 1 januari 2013 is de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT) ingegaan. Deze verantwoording is opgesteld op basis van de volgende op Diamant- groep van toepassing zijnde regelgeving: BBV.

Het bezoldigingsmaximum in 2022 voor Diamant-groep is € 216.000 (Algemeen bezoldigings- maximum). Dit geldt naar rato van de duur en/of omvang van het dienstverband. Voor topfunc- tionarissen zonder dienstbetrekking geldt met ingang van 1 januari 2020 voor de eerste 12 ka- lendermaanden een afwijkende normering, zowel voor de duur van de opdracht als voor het uurtarief.

De bezoldiging van de directeur wordt verloond via Stichting Bevordering Werkgelegenheid (SBW). De bezoldiging van de bestuursleden zijn opgenomen in de jaarrekening van de Diamant- groep.

De directeur is in dienst van Stichting Bevordering Werkgelegenheid (SBW). De bezoldiging ver- antwoord in de WNT bij Diamant-groep bedraagt het gefactureerde bedrag inclusief werkge- verslasten vanuit Stichting Bevordering Werkgelegenheid (SBW) aan de Diamant-groep, minus de lasten die worden doorbelast aan de gelieerde entiteiten van de Diamant-groep.

De salariskosten van de heer H.A.P.J.M. Bool exclusief doorbelastingen en inclusief werkgevers- lasten bedragen € 181.463 in 2022 (in 2021 € 174.750). De privébijtelling van de auto van de zaak bedraagt € 9.199 per jaar.

Er zijn meerdere WNT-tabellen, onderstaand staan de twee tabellen die betrekking hebben op de organisatie.

Bezoldiging topfunctionarissen

1a. Leidinggevende topfunctionarissen en gewezen topfunctionarissen met dienstbetrekking. Te- vens leidinggevende topfunctionarissen zonder dienstbetrekking vanaf de 13e maand van de functievervulling.

Gegevens 2022

(bedragen in €)	De heer H.A.P.J. Bool
Functiegegevens	Directeur
Aanvang en einde functievervulling in 2022	1/1 - 31/12
Omvang dienstverband (in fte)	0,80
Dienstbetrekking	Nee
Beloning plus onkostenvergoedingen	154.650
Beloningen betaalbaar op termijn	0
Subtotaal	154.650
-/- Onverschuldigd betaald bedrag	0
Totaal bezoldiging	154.650
Individueel WNT-maximum	172.800
Verplichte motivering indien overschrijding	PM
Gegevens 2021
Functiegegevens	Directeur
Aanvang en einde functievervulling in 2021	1/1 - 31/12
Omvang dienstverband 2021 (in fte)	0,80
Dienstbetrekking	Nee
Beloning plus onkostenvergoedingen	148.453
Beloningen betaalbaar op termijn	0
Totaal bezoldiging 2021	148.453
Individueel WNT-maximum	167.200

Topfunctionarissen met een totale bezoldiging van € 1.800 of minder

1d. Topfunctionarissen inclusief degenen die op grond van hun voormalige functie nog 4 jaar als

topfunctionaris worden aangemerkt met een totale bezoldiging van € 1.800 of minder:

Naam topfunctionaris	Functie
Voor de verkiezingen
Xxxxxxx X. Xxxxxx	Voorzitter
Xxxxxxx X. Xxxxxx	Vicevoorzitter
De heer X.X. Xxxxxxxx	Lid
Xxxxxxx X. Xxxxxx	Lid
De xxxx X. Xxxxxxxxxxx	Lid
De xxxx X. Xxxxxxxxxxx	Lid
Xxxxxxx X. Xxxxxxxx	Lid
Na de verkiezingen
Xxxxxxx X. Xxxxxx	Voorzitter
Mevrouw X. van den Hout	Videvoorzitter
De heer X.X. Xxxxxxxx	Lid
Mevrouw X. Doremalen	Lid
De xxxx X. xxx Xxxxx	Lid
Mevrouw X. xxx Xxxx	Xxx
Xxxxxxx X. xx Xxxx	Xxx

• Xxxxxxxxxx

Onder de post onvoorzien staat het algemene budget voor onvoorziene uitgaven. De post onvoorzien is verantwoord onder de post overige bedrijfskosten. In 2022 is hiervan geen gebruik gemaakt.

• Overige bedrijfskosten

(in €1000)	Realisatie 2022		Begroting 2022	Realisatie 2021
Huurkosten		386	380	363
Onderhoudskosten		1.610	1.317	1.504
Gereedschap en hulpstoffen		130	144	117
Energie	1	863	810	719
Verzekeringen en belastingen		497	485	452
Schoonmaakkosten		289	214	300
Verkoop- en commerciële kosten		23	42	22
Kosten wagenpark		158	153	230
Telefoonkosten		158	144	226
Abonnementen en contracten		149	129	109
Inhuur derden en diensten	2	1.673	2.011	1.126
Dotatie groot onderhoud	3	717	300	385
Dotatie reorganisatiekosten	4	85	0	0
Dotatie bodemverontreiniging Dotatie Werkhervattingskas	5	0 315	0 0	56 0
Diverse overige lasten		474	439	409
Totaal		7.527	6.568	6.019

Ad 1. Bestaat uit electra, gas, water en brandstoffen voor wagenpark en rijdend materieel. Mede door de hogere prijzen zijn de kosten hoger dan begroot.

Ad 2. Bij de post inhuur derden en diensten is € 488.000 aan interne kosten inhuur uit de realisatiecijfers gehaald, maar deze interne kosten zitten wel in de begroting. Ten opzichte van de realisatiecijfers van het vorige verslagjaar zijn de kosten met € 600.000 toegenomen. Dit valt grotendeels te verklaren door inhuur van tijdelijke vervangend personeel en inzet van adviseurs ten behoeve van de projecten HR-24 en Ontwikkelgerichte Arbeidsmatige Dagbesteding.

Ad 3. Conform het onderhoudsplan heeft de reguliere jaarlijkse dotatie voorziening groot on- derhoud van € 300.000 plaatsgevonden. In kader van verduurzamingsproject is afgesproken een extra dotatie ad € 417.000 op te nemen in 2022 en € 417.000 in 2023.

Ad 4. Een nieuw vaststellingsovereenkomst is in 2022 afgesloten voor een personeelslid, hier-

voor is een dotatie toegevoegd ad € 85.000 aan de voorziening reorganisatie kosten.

Ad 5. Een dotatie Werkhervattingskas (Whk) regeling SW-medewerkers is toegevoegd met de belastingdienst vindt nog overleg plaats of dit terecht is.

• Incidentele lasten

(in €1000)	Realisatie 2022	Begroting 2022	Realisatie 2021
Afwikkeling claim postleverantie	33	0	33
Diverse overige lasten	37	28	22
Totaal	70	28	55

De post afwikkeling claim postleverantie betreft een leveringsprobleem binnen post, waarvan in 2022 het restant betaald is en waarmee de claim volledig is afgewikkeld.

• Rijksvergoeding Wsw

(in €1000)	Realisatie 2022	Begroting 2022	Realisatie 2021
Bruto Rijksbijdrage	35.536	34.299	35.950
Ontvangen van derden Wsw-gelden	12	0	24
Betaald aan derden Wsw-gelden	56	0	213
Compensatie Wsw-budget	0	0	333
Extra compensatie	0	0	908
Omvang Rijksvergoeding Wsw	35.492	34.299	37.002
Loonkosten Wsw	36.259	36.736	38.486
Subsidieresultaat Wsw	-768	-2.437	-1.484
Verhouding loonkosten Wsw (%)	97%	93%	96%
Aantal gerealiseerde E’s	1.122		1.263
Rijksvergoeding per SE	30.403		28.468

• Subsidie Xxx aan de Slag

(in €1000)	Realisatie 2022	Begroting 2022	Realisatie 2021
Loonkostensubsidie Cao aan de Slag	4.819	4.307	162
Loonkosten Cao aan de Slag	6.136	5.060	150
Subsidieresultaat	-1.317	-752	11
Verhouding loonkosten (%)	79%	85%	100%
Aantal gerealiseerde FTE	249	214	19

• Saldo van financiële baten en lasten

(in €1000)

Realisatie 2022

Begroting 2022

Realisatie 2021

Betaalde bankrente en kosten Rente algemeen

120

Totaal

120

De post betaalde bankrente en kosten bestaat nagenoeg in zijn geheel uit de betaalde rente van

de geldlening van 18k ad € 100.000.

• Mutaties in reserves

(in €1000)	Realisatie 2022	Begroting 2022	Realisatie 2021
Gerealiseerde saldo	348	-1.141	497
Toevoegingen aan reserves	0	0	0
Onttrekkingen van reserves	928	0	8
Totaal	1.276	-1.141	505

Het resultaat over 2022 is € 1.276.000 positief.

• Algemene dekkingsmiddelen

Het overzicht van de algemene dekkingsmiddelen bestaat uit de volgende componenten:

• lokale heffingen, waarvan de besteding niet gebonden is

• algemene uitkeringen

• dividend

• saldo van de financieringsfunctie

• overige algemene dekkingsmiddelen

De componenten dividend en saldo van de financieringsfunctie zijn van toepassing.

• Dividend

In 2022 is er geen dividend uitgekeerd door Bedrijfsmatige Projecten (Bepro) BV aan de Dia- mant-groep.

• Saldo van de financieringsfunctie

Het saldo van de financieringsfunctie bestaat uit de ontvangen rentebaten over de uitzettingen, alsmede de betaalde rentelasten over de aangegane leningen en over de aangetrokken midde- len in rekeningcourant.

Voornoemde baten en lasten laten zich als volgt specificeren:

(in €1000)
Lening 18k
Saldo 31-12-2021	4.225
Toevoegingen	0
Aflossingen	0
Saldo per 31-12-2022	4.225
Betaalde rente 2022	100

Het betreft hier een aflossingsvrije geldlening welke is verstrekt voor onbepaalde tijd en in over- leg boetevrij kan worden afgelost en worden opgezegd.

Vanwege marktconformiteit is er vanaf 2019 over het volledig uitstaande bedrag een rente ver- schuldigd die gelijk is aan de "10-jaars vaste hypotheekrente". Jaarlijks wordt het rentepercen- tage in januari voor het nieuwe jaar bepaald. In 2021 was deze 1,48% en in januari 2022 is deze vastgesteld op 1,00%. De rente wordt maandelijks berekend.

Daar de rente in 2022 een exponentiele stijging liet zien (van januari 2022; 1,00% naar december 2022; 3,24%) is besloten om vanaf het jaar 2022 het gemiddelde rentepercentage per maand als uitgangspunt te nemen. Voor 2022 is het gemiddeld rentepercentage 2,36% waardoor de renteopbrengsten € 58.000 hoger uitvallen bovenop basis renteopbrengst van € 42.000. De to- tale renteopbrengst in 2022 bedraagt € 100.000. In 2021 was dit € 62.000.

• Overzicht van baten en lasten per taakveld

(in €1000)	Realisatie 2022		Begroting 2022
Taakvelden Gemeenschappelijke Regeling	Baten	Lasten	Baten	Lasten
Taakveld 6 Sociaal Domein
6.4 Begeleide participatie	70.576	67.808	65.624	66.013
6.5 Arbeidsparticipatie	4.988	6.480	4.307	5.060
Totaal	75.564	74.289	69.931	71.073

Bij taakveld 6.4 Begeleide participatie behoren voorzieningen ter bevordering van maatschappelijke participatie die niet gericht zijn op doorstromen naar arbeid. Bij taakveld 6.5 behoren alle op arbeid gerichte participatie-en re-integratievoorzieningen.

Document Metadata

Table of Contents

JAARSTUKKEN 2022 GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING

Document Metadata