STAATSCOURANT
STAATSCOURANT
Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.
Nr. 8635
1 april
2015
Bestuursovereenkomst Zoetwatermaatregelen Zuidwestelijke Delta
De ondergetekenden:
1. Het Ministerie van Infrastructuur en Milieu, handelende als bestuursorgaan, rechtsgeldig vertegen- woordigd door Minister mevrouw drs. M.H. Xxxxxxx xxx Xxxxxx-Xxxx Geesteranus, hierna te noemen ‘het rijk’.
2. De provincie Zuid-Holland, rechtsgeldig vertegenwoordigd door gedeputeerde de heer mr. J.F. Xxxxx, hiertoe gemachtigd door de Commissaris van de Koning bij besluit van d.d. 3 maart 2015, als zodanig handelend ter uitvoering van het besluit van het College van Gedeputeerde Staten van d.d. 3 maart 2015 hierna te noemen ‘de provincie Zuid-Holland’.
3. De Provincie Noord-Brabant, rechtsgeldig vertegenwoordigd door gedeputeerde de heer X.X.X. xxx xxx Xxxx, hiertoe gemachtigd door de Commissaris van de Koning bij besluit van d.d. 24 februari 2015, als zodanig handelend ter uitvoering van het besluit van het College van Gedeputeerde Staten van d.d. 24 februari 2015, hierna te noemen: ‘de provincie Noord-Brabant’.
4. De provincie Zeeland, rechtsgeldig vertegenwoordigd door gedeputeerde mevrouw C.M.M. Xxxxxxxxxxx-Xxxxxxxxx, hiertoe gemachtigd door de Commissaris van de Koning bij besluit van d.d. 3 maart–2015, als zodanig handelend ter uitvoering van het besluit van het College van Gedeputeerde Staten van d.d. 3 maart–2015), hierna te noemen: ‘de provincie Zeeland’.
5. Waterschap Scheldestromen, krachtens artikel 95 Waterschapswet vertegenwoordigd door dijkgraaf de heer mr. drs. A.J.G. Poppelaars, handelend ter uitvoering van het besluit van d.d. 11 februari 2015 van het Dagelijks Bestuur, hierna te noemen ‘Scheldestromen’.
6. Waterschap Brabantse Delta, krachtens artikel 95 Waterschapswet vertegenwoordigd door dijkgraaf mevrouw ir. ing. C.P.M. Moonen, handelend ter uitvoering van het besluit van d.d. 10 februari 2015 van het Dagelijks Bestuur, hierna te noemen ‘Brabantse Delta’.
7. Waterschap Hollandse Delta, krachtens artikel 95 Waterschapswet vertegenwoordigd door dijkgraaf de heer ing. J. Geluk, handelend ter uitvoering van het besluit van d.d. 3 maart 2015 van het College van Dijkgraaf en Heemraden, hierna te noemen ‘Hollandse Delta’.
tezamen verder ook te noemen ‘partijen’, Overwegende dat
• deze bestuursovereenkomst gaat over het totaalpakket aan maatregelen dat zorgt voor een
robuustere zoetwatervoorziening in de Zuidwestelijke Delta. Deze maatregelen zijn beschreven in het document ‘Regionaal maatregelenpakket zoet water Zuidwestelijke Delta’ waar de Stuurgroep Zuidwestelijke Delta op 22 mei 2014 mee heeft ingestemd;
• partijen in de Zuidwestelijke Delta al lange tijd met elkaar en met gebruikers in gesprek zijn over de mogelijkheden om de zoetwatervoorziening in het gebied ten minste te handhaven en waar mogelijk te verbeteren. Deze zoetwatervoorziening is bedoeld voor drinkwaterproductie, natuur, recreatie, landbouw en industrie;
• om de zoetwatervoorziening in de Zuidwestelijke Delta te optimaliseren er maatregelen nodig zijn in het hoofdwatersysteem (rijkswater), regionaal watersysteem en bij gebruikers;
• voor de gebieden met aanvoermogelijkheden vanuit het hoofdwatersysteem hierbij wordt uitgegaan van het behoud van de strategische zoetwateraanvoerroute via Biesbosch, Hollands Diep en Haringvliet;
• de maatregel ‘Verbetering wateraanvoer Tholen en St. Philipsland’ (B1) ten tijde van de onderteke- ning van deze overeenkomst reeds is afgerond en nadere afspraken niet noodzakelijk zijn;
• er in de Zuidwestelijke Delta tevens gebieden zijn zonder goede aanvoermogelijkheden van water en dit om specifieke maatregelen en meer eigen verantwoordelijkheden van gebruikers vraagt;
• een deel van de maatregelen tevens noodzakelijk is bij een besluit voor een zout Volkerak- Zoommeer (VZM): de zogenaamde alternatieve zoetwatervoorziening;
• als deze alternatieve zoetwatervoorziening rondom het VZM binnen een termijn van vijf jaar na ondertekening van deze bestuursovereenkomst volledig wordt gerealiseerd, dit een besparing oplevert van maximaal € 12,5 miljoen op de reeds geplande vervanging of het herstel van de zoetzoutscheiding in de Krammersluizen. Het rijk zal, behoudens de desbetreffende zoutlekbestrij- ding in het geval van calamiteiten in de Krammersluizen, er naar streven dit bedrag na realisatie
van alle zoetwatermaatregelen beschikbaar te stellen voor de realisatie van de zoutlekbestrijding op de Volkeraksluizen;
• de zoetwatervoorziening vanuit het VZM soms gestaakt wordt, vanwege de aanwezigheid van blauwalgen of hoge chloridegehaltes. De leveringszekerheid in de gebieden rondom het VZM is dus niet optimaal. Een alternatieve zoetwatervoorziening vergroot deze leveringszekerheid en heeft als bijkomend voordeel dat het chloridegehalte van het aangevoerde water lager is;
• naast de maatregelen die de zoetwatervoorziening verbeteren (de alternatieve zoetwatervoorzie- ning) er bij een besluit voor een zout VZM tevens zoutmitigerende maatregelen nodig zijn voor zoutlekbestrijding naar de omliggende gebieden;
• voor de maatregelen behorend bij de ontwerp-Rijksstructuurvisie Grevelingen en Volkerak- Zoommeer (RGV), waaronder de hiervoor genoemde zoutmitigerende maatregelen, eveneens een bestuursovereenkomst wordt ondertekend: bestuursovereenkomst ontwikkeling Grevelingen en Volkerak-Zoommeer;
• in de ontwerp-RGV een ontwikkelpad is opgenomen ter realisatie van een zout VZM met beperkt getij en een Grevelingen met beperkt getij, waarbij de voorwaarde is gesteld dat binnen één jaar na publicatie van de ontwerp-RGV wordt voorzien in een oplossing voor het dekkingstekort en voor de onzekerheden en aannames in het huidige bekostigingsvoorstel;
• de Stuurgroep Zuidwestelijke Delta in haar zienswijze op de ontwerp-RGV heeft gevraagd om het inzichtelijk maken van de mogelijke gevolgen voor de leveringszekerheid van de regionale inlaatpunten bij een zout VZM en dat dit onderzoek, inclusief het in beeld brengen van eventueel noodzakelijk maatregelen, uiterlijk in 2015 is afgerond;
• partijen in de Zuidwestelijke Delta kennis hebben genomen van elkaars zienswijzen op de ontwerp-RGV en bij het opstellen van deze bestuursovereenkomst over de zoetwatermaatregelen rekening hebben gehouden met de belangrijke bestuurlijke aandachtspunten hieruit;
• beide bestuursovereenkomsten vanwege de samenhang in planning en uitvoering van maatrege- len gelijktijdig worden ondertekend;
• zowel de alternatieve zoetwatervoorziening als de zoutmitigerende maatregelen dienen te zijn uitgevoerd voordat het VZM zout kan worden gemaakt (‘eerst het zoet dan het zout’);
• in de tussenliggende periode totdat de alternatieve zoetwatervoorziening rondom het VZM is gerealiseerd, passende maatregelen worden getroffen om het zoutlek bij de Krammersluizen, of de gevolgen ervan, afdoende tegen te gaan binnen het afsprakenkader van het Waterakkoord Volkerak-Zoommeer;
• voor de Roode Vaart in Zevenbergen in 2013 door regionale partijen een samenwerkings-overeen- komst (SOK) ondertekend is waarin de gemeente Moerdijk is genoemd als de uitvoerende partij. De financiering voor deze maatregel is reeds gedekt door regionale partijen en het rijk. Volgens de afspraken uit de SOK is deze maatregel uiterlijk in 2017 uitgevoerd en opgeleverd;
• vanwege regionaal en nationaal belang het rijk, regionale partijen (waaronder ook gemeenten) en gebruikers investeren in het vergroten van de robuustheid van de zoetwatervoorziening. Rijk en regio hebben de intentie uitgesproken om financieel bij te dragen conform de afspraken uit het Delta-programma 2015;
• in het Bestuurlijk Platform Zoetwater van 31 oktober 2014 is afgesproken dat er bestuursovereen- komsten worden opgesteld tussen de zoetwaterregio’s en het rijk met als doel het vastleggen van overeenstemming en afspraken over governance, financiering en spelregels;
• deze bestuursovereenkomsten voor zoetwatermaatregelen mede hierdoor voorwaarde zijn voor financiering door rijk en regionale partijen;
• voor de wijze van daadwerkelijke uitvoering van de maatregelen afspraken kunnen worden vastgelegd in nader op te stellen samenwerkingsovereenkomsten die worden ondertekend door de partijen die betrokken zijn bij die betreffende maatregelen. De bestuursovereenkomst bevat de kaders voor deze samenwerkingsovereenkomsten.
Komen het volgende overeen:
Artikel 1 Begrippenkader
Bestuurlijk platform zoetwater (BPZ):
Landelijk bestuurlijk overleg met vertegenwoordigers uit de zoetwaterregio’s, van het rijk en de koepelorganisaties IPO, VNG en UvW en VEWIN. Het BPZ stemt af over de in de Deltabeslissing genoemde zoetwaterdoelen en bijbehorende zoetwaterstrategie.
Bestuursovereenkomst Ontwikkeling Grevelingen/Volkerak-Zoommeer:
Overeenkomst tussen rijk, provincies en waterschappen in de Zuidwestelijke Delta waarin voor de voorbereidingsfase de bestuurlijke afspraken worden vastgelegd, die nodig zijn om de waterkwaliteit van het Grevelingenmeer en Volkerak-Zoommeer duurzaam te verbeteren en gebiedsontwikkeling in deze gebieden een impuls te geven.
Deltabeslissing Zoetwater:
Hoofdkeuze voor de aanpak van het behoud en waar mogelijk verbeteren van de zoetwatervoorziening in Nederland. De Deltabeslissing geeft richting aan de maatregelen die overheden en zoetwaterge- bruikers hiervoor inzet, op korte en op lange termijn en is opgenomen in het Deltaprogramma 2015.
Deltafonds:
Begrotingsfonds (als bedoeld in artikel 9, eerste lid, van de Compatibiliteitswet 2001) dat bedoeld is voor de financiering en bekostiging van maatregelen en voorzieningen in verband met de opgaven op het gebied van waterveiligheid, zoetwatervoorziening en waterkwaliteit.
Deltaprogramma Zoet water:
Programma met maatregelen gericht op een robuuste, klimaatbestendige zoetwatervoorziening van Nederland, als uitwerking van de Deltabeslissing Zoetwater.
Gebiedsoverleg Zuidwestelijke Delta:
Bestuurlijk overleg van rijk, provincies en waterschappen dat als opvolger van de Stuurgroep Zuidwestelijke Delta is gericht op afstemming tussen de verschillende ontwikkelingen binnen de Zuidwestelijke Delta.
Rijksstructuurvisie Grevelingen en Volkerak-Zoommeer (RGV):
Visie (in het kader van de Wet op de Ruimtelijke Ordening) waarin het kabinet het ontwikkelperspectief voor de Grevelingen en het Volkerak-Zoommeer schetst en het ontwikkelpad voor de realisatie daarvan in de komende 20–30 jaar beschrijft.
Stuurgroep Deltaprogramma:
Landelijke stuurgroep onder voorzitterschap van de Deltacommissaris met vertegenwoordigers van de (Delta)deelprogramma’s, koepelorganisatie en ministeries.
Verkenningsfase/Planuitwerkingsfase/Uitvoeringsfase:
Projectfasen conform de MIRT-systematiek.
Voorzieningenniveau:
Afspraken tussen overheden en gebruikers die gaan over de beschikbaarheid van zoet water en de onderlinge verantwoordelijkheden. Het begrip is omschreven in de Deltabeslissing zoetwater.
Samenwerkingsovereenkomst (SOK):
Overeenkomst tussen partijen waarin op projectniveau nadere afspraken worden gemaakt over o.a. rolverdeling, financiering, planning en bediening, beheer en onderhoud.
Zuidwestelijke Delta:
Het gebied bestaande uit Zeeland, het zuidelijk deel van Zuid-Holland en het westelijk deel van Noord-Brabant
Zoetwaterregio’s:
Het landelijk deelprogramma Zoetwater kent zeven Zoetwaterregio’s, waaronder de Zuidwestelijke Delta en West-Nederland. Deze zoetwaterregio’s geven op regionaal niveau invulling aan de zoetwa- terdoelen. De zoetwaterregio Zuidwestelijke Delta grenst in het noorden aan de zoetwaterregio
West-Nederland en verschillende maatregelen worden uitgevoerd op het grensvlak van beide regio’s.
Zoutmitigerende maatregelen:
De maatregelen die nodig zijn bij een zout VZM ter bestrijding van zoutlek naar de omliggende gebieden of het beperken van de gevolgen ervan en zijn beschreven in de categorieën F, G en H in het document ‘Regionaal maatregelpakket zoetwater Zuidwestelijke Delta’ uit 2014. Deze maatregelen zijn onderdeel van de bestuursovereenkomst ontwikkeling Grevelingen/Volkerak-Zoommeer en betreffen:
• Beperking zoutlek Volkeraksluizen;
• Aanpassing drinkwatervoorziening Ouddorp;
• De aanleg van kwelsloten langs het Volkerak-Zoommeer;
• Ontmanteling inlaatpunten zoet water;
• Het verplaatsen van inlaatpunten langs de Dintel en Steenbergse Vliet;
• Zoutbestrijding bij de sluizen Benedensas en Dintelsas;
• Resterende kosten gemaal Roode Vaart (voor de realisatie van de laatste fase van de zoetwater- voorziening via de Roode Vaart);
• Ontmanteling zoet-zoutscheiding Krammersluizen1.
Artikel 2 Doel en reikwijdte
• Deze overeenkomst beoogt de gezamenlijke ambitie van partijen vast te leggen en te bekrachtigen om de zoetwatervoorziening in de Zuidwestelijke Delta te optimaliseren en hiermee robuuster te maken;
• Het gaat hierbij om het uitvoeren van de maatregelen uit het ‘Regionaal maatregelenpakket zoet water Zuidwestelijke Delta’ van 22 mei 2014 en waarvoor voor een aantal maatregelen financiële afspraken zijn opgenomen in het Deltaprogramma 2015;
• Daartoe maken partijen in deze overeenkomst over onderstaande onderwerpen afspraken over de in artikel 3 genoemde maatregelen:
1 Dit is feitelijk geen zoutmitigerende maatregel maar zijn wel noodzakelijk bij een zout Volkerak-Zoommeer.
Toelichting op de kolommen uit bovenstaande tabel | |
Ad 1,2,3 | Het trekkerschap (met bijbehorende verantwoordelijkheden), de kostenraming en financiële bijdrage van de regio uitgaande van de kostenramingen zoals bekend bij het ondertekenen van deze overeenkomst. |
Ad 4 | In het Deltaprogramma 2015 is aangegeven welke bijdragen het rijk beoogt te leveren aan de uitvoering van de maatregelen in de periode 2015–2021 en welk voorstel is geagendeerd voor de toekomstige besluitvorming over de periode 2022–2028, uitgaande van de kostenramingen zoals bekend bij het ondertekenen van deze overeenkomst. Met 3 en 4 geven regionale partijen en rijk duidelijkheid over de wederzijdse intentie voor de inzet van financiële middelen. |
Ad 5 | Gezamenlijke (financiële) spelregels over: – toetsing van projectraming en planning; – wat bekostigd mag worden met de bijdrage uit het Deltafonds; – BTW; – risicoreservering; – omgaan met mee- en tegenvallers. |
Ad 6 | De uiterste datum van realisatie en eventueel aanvullende afspraken over de planning; |
Ad 7 | (procesafspraken over) Xxxxxx en onderhoud; |
Ad 8 | Aansturing van en afstemming over de maatregelen; |
Ad 9 | Deze overeenkomst borgt de samenhang tussen de zoetwatermaatregelen rondom het VZM (de alternatieve zoetwatervoorziening) en de maatregelen uit de bestuurs-overeenkomst ontwikkeling Grevelingen/Volkerak- Zoommeer; |
Ad 10 | Betreft de voortgangsrapportage van de regio aan het rijk. Er wordt gerapporteerd over de maatregelen waarvan de uitvoering (mogelijk) start in de periode 2015–2021. |
Ad 11 | Noodzakelijke nadere afspraken, die zijn gebaseerd op definitieve en concrete planningen en ramingen, worden per maatregel vastgelegd in samenwerkingsovereenkomsten. In deze bestuursovereenkomst wordt aangegeven welke aanvullende samenwerkings-overeenkomsten worden voorzien en wat hierin wordt vastgelegd. |
Artikel 3 De maatregelen
• De maatregelen uit het ‘Regionaal maatregelenpakket zoet water Zuidwestelijke Delta’ uit 2014 zijn opgenomen in bijlage 1 en 2.
Artikel 4 Governance
• Het Gebiedsoverleg Zuidwestelijke Delta:
– bewaakt en rapporteert over de voortgang en samenhang van het zoetwatermaatregelenpakket voor de Zuidwestelijke Delta, signaleert eventuele knelpunten in de uitvoering van deze overeenkomst en bespreekt mogelijke oplossingen;
– verzorgt de afstemming met het (landelijk) Bestuurlijk Platform Zoetwater (BPZ) en de zoetwaterregio West-Nederland. Het BPZ adviseert aan de Stuurgroep Deltaprogramma;
– verzorgt de afstemming met de programmadirectie voor de uitvoering van de maatregelen uit de bestuursovereenkomst ontwikkeling Grevelingen/Volkerak-Zoommeer;
– stelt jaarlijks uiterlijk 1 april een voortgangsrapportage op en overhandigt deze aan het Bestuurlijk Platform Zoetwater;
– wordt ambtelijk vertegenwoordigd door een coördinator zoetwater Zuidwestelijke Delta. Deze coördinator zoetwater onderhoudt de dagelijkse contacten met de programmaorganisatie van het deelprogramma Zoetwater bij het Deltaprogramma Zoetwater, de programmadirectie voor de uitvoering van de maatregelen uit de bestuursovereenkomst ontwikkeling Grevelingen en Volkerak-Zoommeer en de partijen genoemd in onderhavige overeenkomst. De coördinator zoetwater verzorgt jaarlijkse voortgangsrapportages aan het Gebiedsoverleg Zuidwestelijke Delta en stemt hiertoe af met de programmadirectie voor de gebiedsontwikkeling Grevelingen/ Volkerak-Zoommeer.
• Met uitzondering van de in het volgende lid opgenomen maatregelen zijn de genoemde trekkers in bijlage 1 verantwoordelijk voor het gehele proces: de verkenningsfase, planuitwerkingsfase en uitvoeringsfase per betreffende maatregel. Zij coördineren hiertoe nadere verkenningen of onderzoeken, stellen mogelijk noodzakelijk geachte overeenkomsten op en geven opdracht voor de uitvoering en het coördineren van de financiering van de betreffende maatregel. Tevens leveren
zij jaarlijks – uiterlijk 1 februari – informatie aan aan de ambtelijk coördinator Zoetwater Zuidweste- lijke Delta over de voortgang van het project in het voorgaande jaar.
• Definitieve afspraken over de rolverdelingen tussen opdrachtgever, opdrachtnemer en uitvoerder voor de fase van de planuitwerking en uitvoering zullen voor de maatregelen X0, X0, X0 en D8 nader worden uitgewerkt en vastgelegd in de samenwerkingsovereenkomsten zoals bedoeld in artikel 2. In de hieraan voorafgaande verkennende fase spannen de in bijlage 1 genoemde regionale partijen zich per maatregel maximaal in om gezamenlijk de samenwerkingsovereenkom- sten voor te bereiden.
• Het Gebiedsoverleg Zuidwestelijke Delta wordt door de zoetwaterregio West-Nederland geïnfor- meerd over de voortgang van de maatregelen die gaan over het optimaliseren van de zoetwater- voorziening uit het Xxxxxxx Xxxx (X0, A2 en C1) en over het aanpassen van de zogenaamde Kleinschalige Water Aanvoer (KWA).
Artikel 5 Uitvoering/planning/fasering
• De uiterste datum van afronding van de maatregelen is opgenomen in bijlage 1.
• Vanwege het uitgangspunt ‘eerst het zoet dan het zout’ dienen de maatregelen I Verleggen inlaatpunten Oost-Flakkee (D4);
II Doorvoer vanuit Mark-Dintel-Vlietstelsel naar de PAN-polders2, Tholen en St.Philipsland, inclusief uitbreiden gemaal(capaciteit) Roode Vaart (D7);
III Alternatieve zoetwateraanvoer Reigersbergsche polder (D8).
zo snel mogelijk en voorafgaand aan het zout maken van het VZM te zijn uitgevoerd, waarvoor de planning is vastgelegd in de bestuursovereenkomst ontwikkeling Grevelingen/Volkerak- Zoommeer;
• In het Deltaprogramma 2015 wordt voor de uitvoering van maatregelen en financiering vanuit het Deltafonds rekening gehouden met twee fasen:
Fase 1 Programmeren: 2015–2021;
Fase 2 Agenderen: 2022–2028.
• Voor de maatregel D7 voeren regionale partijen in 2015 een studie uit ter verkenning van kansen voor optimalisatie van de uitvoering en meekoppelkansen met het regionale watersysteem.
• Zo snel mogelijk na een definitief rijksbesluit voor een zout VZM en het afronden van de optimali- satiestudie wordt een samenwerkingsovereenkomst voor maatregel D7 ondertekend.
Artikel 6 Financiële afspraken
• In bijlage 1 en 2 staan per maatregel de geraamde kosten en financiële bijdragen genoemd van rijk en regionale partijen.
• De genoemde bijdragen van de regionale partijen zijn inclusief BTW.
• Partijen stemmen in met de volgende rijksspelregels over BTW:
– De toegezegde rijksbijdragen bij de projecten zijn inclusief BTW;
– Provincies en gemeenten mogen in sommige gevallen een beroep doen op het BTW- compensatiefonds om de door hen afgedragen BTW terug te vorderen;
– Het rijk is verplicht (Begrotingsregel 27) het BTW-compensabele deel van zijn bijdrage te storten in het BTW-compensatiefonds en de bijdrage aan het project netto naar het Provincie- en/of Gemeentefonds over te boeken;
– De omvang van het BTW-compensabele deel wordt bepaald op basis van een raming die de initiatiefnemer opstelt en die getoetst wordt door het rijk;
– De initiatiefnemer kan de compensabele BTW op basis van daadwerkelijke betaalde rekeningen terugvragen bij de beheerder van het BTW-compensatiefonds;
– Verrekening achteraf met het rijk vindt niet plaats.
• Indien een bijdrage ten laste komt van een begroting van een partij die nog niet is vastgesteld of goedgekeurd, wordt deze opgenomen onder het voorbehoud van definitieve goedkeuring dat de bijdrage ter beschikking wordt gesteld.
• Voor maatregel D4 en D6 worden nadere afspraken over de verdeling van de regionale bijdrage vastgelegd in een nog op te stellen samenwerkingsovereenkomst.
• De provincies Noord-Brabant en Zeeland hebben hun bijdragen in de maatregelen D7 en D8 afhankelijk gesteld van een besluit voor een zout VZM overeenkomstig het ontwikkelpad uit de ontwerp-RGV. Het voorbehoud voor hun bijdrage geldt niet voor de studiefase die voorafgaat aan de uitvoering.
• Het rijk heeft zijn financiële bijdrage aan de maatregelen afhankelijk gesteld van de regionale bijdrage.
• Voor projecten met een bijdrage uit het Deltafonds, geldt de volgende werkwijze:
2 De PAN-polders betreffen de polders Prins-Hendrik, Auvergne en polders van Nieuw-Vossemeer die voor hun zoetwater- voorziening in de huidige situatie afhankelijk zijn van het VZM.
– De beoogde rijksbijdragen voor de periode 2015 t/m 2021, zoals genoemd in bijlage 1, worden door het rijk gereserveerd op de begroting van het Deltafonds op basis van een realistische planning.
– De trekker zoals vastgelegd in bijlage 1 of opgenomen in de nader op te stellen samenwer- kingsovereenkomsten, actualiseert de raming en de planning voorafgaand aan een nieuwe fase (verkennings-, planuitwerkings- en realisatiefase). Deze actualisatie is op 1 oktober beschikbaar, voorafgaand aan het jaar waarop de volgende fase start. Het rijk legt in een (opdracht)brief, subsidiebeschikking of via het provinciefonds vast hoeveel budget er voor de aankomende fase beschikbaar wordt gesteld aan de trekkende partij.
– Jaarlijks stellen de trekkende partij en het rijk vast in welke kasritmes de Deltafondsbijdrage wordt overgemaakt. Een voorstel van de trekkende partij is beschikbaar op 1 oktober van het voorafgaande jaar.
– Indien actualisatie van de raming leidt tot een structureel tekort of overschot voor het totale geprogrammeerde bedrag in het Deltafonds, dan wordt dit voorafgaand aan besluitvorming voorgelegd aan het BPZ. Voor deze wijzigingen zullen de criteria gelden die in het BPZ worden vastgesteld.
• Voor de uitvoering van de maatregelen X0, X0 en D8, die noodzakelijk zijn bij een zout VZM, is in het Deltaprogramma 2015 een eerste raming voor de periode 2022–2028 opgenomen. Over de daadwerkelijke programmering zal in een later stadium door rijk en regio worden beslist.
• Voor maatregelen X0, X0, X0 en D8 wordt het financiële arrangement verder uitgewerkt in een samenwerkingsovereenkomst.
• Personeelskosten worden niet vanuit het investeringsbudget bekostigd.
• Voor verschillende maatregelen uit bijlage 1 en 2 is in 2015 een bijdrage noodzakelijk uit het Deltafonds. Het gaat hierbij om de volgende bijdragen:
Maatregel/Verkenning | Bijdrage DF in 2015 (inclusief BTW) |
D7 Doorvoer vanuit Mark-Dintel-Vlietstelsel naar de PAN-polders, Tholen en St. Philipsland, inclusief uitbreiden gemaal(capaciteit) Roode Vaart | € 75.000 |
E1 Kartering en Monitoring | € 375.100 |
E2 Waterconservering in de bodem | € 65.000 |
E4 Opwerking | € 60.500 |
E6 Gewasveredeling | € 69.580 |
• Bovenstaande bijdrage uit het Deltafonds voor maatregel D7 wordt in 2015 door het rijk per afgeronde (deel)opdracht uitbetaald aan Brabantse Delta.
• Bijdragen uit het Deltafonds voor de maatregelen E1 t/m E8 worden met een decentralisatie- uitkering aan de provincie Zeeland uitbetaald. De bijdragen in 2015 worden uiterlijk in september uitgekeerd.
Artikel 7 Bediening, beheer en onderhoud
• De bedienings-, beheer- en onderhoudskosten zijn voor de maatregelen globaal in beeld gebracht. Met uitzondering van de maatregelen X0, X0, X0 en D8 zijn deze kosten per desbetreffende maatregel voor rekening van de genoemde trekkers uit bijlage 1.
• De betrokken partijen starten in 2015 met het maken van afspraken over de verantwoordelijkheden in toekomstig bediening, beheer en onderhoud van de maatregel D7. Voor de maatregelen X0, X0 en D8 worden uiterlijk een jaar voor de start van de uitvoering van de maatregelen afspraken gemaakt over de verantwoordelijkheden in toekomstig bediening, beheer en onderhoud.
• De uitkomsten hiervan en de definitieve financiële afspraken over de uitvoering van bediening, beheer en onderhoud worden opgenomen in de op te stellen samenwerkingsovereenkomsten.
Artikel 8 Voorzieningenniveau
• Partijen hanteren bij de uitwerking van het voorzieningenniveau de termijnen uit de Deltabeslis- sing zoetwater. Dit betekent dat het Gebiedsoverleg Zuidwestelijke Delta in 2018 informatie aanlevert voor de landelijke evaluatie en dat zij er op toe ziet dat in 2021 voor alle gebieden van de Zuidwestelijke Delta voorzieningenniveaus zijn afgesproken.
• De Deltabeslissing Zoetwater bevat de gezamenlijke verantwoordelijkheid van betrokken overhe- den en waterbeheerders om in overleg met de gebruikers voorzieningenniveaus voor zoetwater af te spreken, door de beschikbaarheid (bandbreedte) en waar relevant ook de kwaliteit van zoetwater zo helder en voorspelbaar mogelijk te maken voor normale en droge omstandigheden, in aanvulling op de Nationale Verdringingsreeks.
• De provincies nemen het initiatief om het proces om tot voorzieningenniveaus voor (boven-
)regionale watersystemen te komen in gang te zetten. Uiterlijk in mei 2015 stellen zij, in nauw overleg met de waterschappen en gebruikers, een concept plan van aanpak op. Eind 2015 worden de plannen van aanpak definitief vastgesteld door de betrokken regionale partijen. Het plan van
aanpak geeft ten minste inzicht in uitgangspunten voor prioritering van gebieden, helderheid over de betrokken partijen en de wijze van betrokkenheid/rolverdeling, eventuele pilots en de bekosti- ging ervan.
• Het rijk zal uiterlijk mei 2015 een concept plan van aanpak of startnotitie opstellen voor het uitwerken van voorzieningenniveaus voor het hoofdwatersysteem. Eind 2015 wordt het plan van aanpak definitief vastgesteld.
• Afhankelijk van de opgaven en de lokale context is de provincie, het waterschap, of in sommige gevallen de gemeente de trekker van het proces voor gebiedsgerichte voorzieningenniveaus voor de regionale watersystemen. Het ligt daarbij voor de hand de opgaven in stedelijke gebieden te verbinden met opgaven voor klimaatbestendige steden op het gebied van droogte en hittestress.
• De procestrekkers zijn verantwoordelijk voor het adequaat betrekken van de overige overheden, waterbeheerders en gebruikers. De betrokkenheid kan per gebied en partij verschillen.
• De pilot ‘Voorzieningenniveau voor het Brielse Meer’ vormt onderdeel van de bestuursovereen- komst voor West-Nederland.
Artikel 9 Looptijd
• De bestuursovereenkomst treedt in werking na ondertekening ervan door alle partijen en eindigt op het moment dat het totale maatregelenpakket als bedoeld in artikel 3 is uitgevoerd doch uiterlijk op 31 december 2028.
• De overeenkomst wordt geactualiseerd op het moment dat definitieve afspraken zijn gemaakt over de bijdragen van de regionale partijen en rijksbijdragen uit het Deltafonds voor de maatregelen die uitgevoerd worden in de periode 2022–2028.
Artikel 10 Wijzigingen, opzeggingen en geschillen
• Wijzigingen van één of meer bepalingen van de overeenkomst zijn slechts geldig indien zij uitdrukkelijk schriftelijk tussen alle partijen zijn overeengekomen.
• Tussentijdse opzegging door één van de partijen kan pas worden geëffectueerd na een schriftelijk verzoek hiertoe aan de andere partijen waarna partijen in een bijzonder gezamenlijk overleg de reden voor opzegging hebben besproken en zich tot het uiterste hebben ingespannen om deze in de geest van deze overeenkomst op te lossen.
• Partijen zullen zich inspannen om te voorkomen dat er geschillen ontstaan ter zake de totstandko- ming, uitleg of uitvoering van deze overeenkomst.
• Geschillen tussen partijen worden binnen een maand besproken tijdens een bijzonder gezamenlijk overleg na schriftelijk kenbaar te zijn gemaakt naar de andere partijen.
• Deze overeenkomst is niet in rechte afdwingbaar en partijen kunnen ten behoeve van de nakoming van deze overeenkomst of van afspraken die daarmee samenhangen geen beroep doen op de burgerlijke rechter.
Artikel 11 Slotbepalingen
• De bijlagen maken integraal deel uit van de overeenkomst.
Aldus overeengekomen door:
Datum ondertekening: 16 maart 0000
X.X. Xxxxxxx van Haegen-Maas Geesteranus De Minister van Infrastructuur en Milieu
Datum ondertekening: 9 maart 2015
J.F. Weber
Gedeputeerde provincie Zuid-Holland
Datum ondertekening: 9 maart 2015
X.X.X. xxx xxx Xxxx
Xxxxxxxxxxxx xxxxxxxxx Xxxxx-Xxxxxxx
Datum ondertekening: 9 maart 2015
C.C.M. Schönknecht-Vermeulen Gedeputeerde provincie Zeeland
Datum ondertekening: 11 maart 2015
A.J.G. Poppelaars
Dijkgraaf waterschap Scheldestromen
Datum ondertekening: 9 maart 2015
C.P.M. Moonen
Dijkgraaf waterschap Brabantse Delta
Datum ondertekening: 17 maart 2015
J.M. Geluk
Dijkgraaf Waterschap Hollandse Delta
BIJLAGEN
1. Maatregelenoverzicht uit Regionaal maatregelenpakket zoet water in de Zuidwestelijke Delta
2. Overzicht van opdrachtgevende en uitvoerende partijen bij projecten binnen Proeftuin Zoet Water, voor de projecten die al concreet zijn uitgewerkt
Toelichting bij bijlage 1
S = waterschap Scheldestromen, HD = waterschap Hollandse Delta en BD = waterschap Brabantse Delta
ZH= provincie Zuid-Holland, provincie N-Br = Noord-Brabant, Zld = provincie Zeeland; RWS Z&D = Zee en Delta, RWS WNZ = West-Nederland Zuid
*1: De kosten zijn een weergave van de geraamde kosten, volgens de inzichten bij ondertekening van deze bestuursovereenkomst.
*2: Bijdrage van € 1 miljoen voor de Zuidwestelijke Delta uit het Deltaprogramma 2015 voor de periode 2015–2021 is bedoeld voor landelijk onderzoek Voorzieningenniveau & Slim watermanage- ment.
*3: De E-maatregelen worden gecoördineerd door de provincie Zeeland. Echter niet voor alle maatregelen ligt het initiatief bij de provincie. Een toelichting hierop staat in bijlage 2.
*4: In de tabel zijn de gevraagde bijdragen uit het Deltafonds opgenomen. Voor de vier maatregelen die onderdeel vormen van het vergroten van de robuustheid van het regionaal watersysteem (D4, D6, D7 en D8) is in het Deltaprogramma 2015 een eerste raming van € 20 miljoen opgenomen voor de planperiode 2022–2028.
*5: Het betreft hier vooralsnog onderzoek naar de mogelijkheden van extra doorspoeling van het zoete VZM, voorafgaand aan het groeiseizoen. Alleen indien blijkt dat hier geen onoverkomelijke bezwaren aan kleven zal deze maatregel worden opgenomen in het Waterakkoord Volkerak- Zoommeer.
*6: Voor een potentieel tekort bij maatregel D5 heeft het rijk een risicoreservering gemaakt van
€ 850.000 inclusief BTW onder voorwaarde dat de provincie Noord-Brabant een even grote bijdrage doet. Indien het tekort zich voordoet zal het rijk deze reservering vanuit de beoogde bijdrage voor maatregel D7 dekken.
BIJLAGE 1. MAATREGELENOVERZICHT UIT REGIONAAL MAATREGELENPAKKET ZOET WATER IN DE ZUIDWESTELIJKE DELTA
Maatregel | Kosten (M€) | Bijdrage regio (M€) | Bijdrage rijk (M€) | Trekker | Uitvoering gereed | |
MAATREGELEN VERGROTEN ROBUUSTHEID BOVENREGIO- NAAL WATERSYSTEEM | *1 | Programm. 2016–2021 | Agenderen 2022–2028 | |||
A1 Optimalisatie watervoorziening Brielse Meer, fase 1 | Afspraken tussen rijk en regio worden opgenomen in de bestuursovereenkomst zoetwater- maatregelen van Regio West-Nederland | |||||
A2 Optimalisatie watervoorziening Brielse Meer, fase 2,3 | ||||||
MAATREGELEN DOOR GEBRUIKERS | ||||||
B1 Verbetering wateraanvoer Tholen en St. Philipsland (‘maatwerk zoetwater’) | n.v.t. maatregel is uitgevoerd | S | Gereed | |||
B2 Robuuster maken spaarbekkensysteem Biesbosch d.m.v. nieuw inlaatpompsysteem | 50 | Evides:50 | Evides | 0000 | ||
XXXXXXXXXXX IN HET RIJKSWATER | ||||||
C1 Slim watermanagement Rijn-Maas-monding *2 | Afspraken tussen rijk en regio worden opgenomen in de bestuursovereenkomst zoetwater- maatregelen van Regio West-Nederland | |||||
C2 Optimalisatie Beheer VZM: winterdoorspoeling *5 | Geen sprake van kostenverdeling. Gaat om reguliere beheertaken RWS | RWS Z&D | 2016 | |||
C3 Herstel Zoet-zoutscheiding in de Krammersluizen | RWS Z&D | 2018 | ||||
MAATREGELEN VERGROTEN ROBUUSTHEID REGIONAAL WATERSYSTEEM | ||||||
D1 Nieuwe Dordtse Biesbosch | Afspraken over financiering en trekkerschap door regionale partijen zijn vastgelegd in de wijzigingsovereenkomst van februari 2013 | 2021 | ||||
D2 Waterbeheerplan Putten | 19 | HD:19 | HD | 2020 | ||
D3 Watergebiedsplan Tholen en St. Philipsland | 1,8 | S:1,8 | S | 2018 | ||
D4 Verleggen inlaatpunten Oost-Flakkee | 8,8 | 2,0 | 6,8 *4 | HD, ZH | 2028 | |
D5 Alternatieve aanvoerroute Noord-West Brabant via de Roode Vaart inclusief de optie voor doorvoer (altijd goed maatregel Roode Vaart) | Afspraken over financiering reeds vastge- legd in SOK Roode Vaart van 21 november 2013 | Gem. Xxxxxxxx | 0000 | |||
X0 Xxxxxxxxxxx Xxxx-Xxxxxxx | 20 | 10 | 10 *4 | BD, N-Br | 2028 | |
D7 Doorvoer vanuit Mark-Dintel-Vlietstelsel naar de PAN-polders, Tholen en St. Philipsland, inclusief uitbreiden gemaal(capaciteit) Xxxxx Xxxxx | 00 | Xxx: 0,0 X-Xx: 15,0 | 10 *6 | 12,5*4 | N-Br, Zld, S, BD | Fase1: 2021 Fase2: 2028 |
D8 Alternatieve zoetwateraanvoer Reigersbergsche polder | 1,5 | Zld:0,2 S: 0,2 | 1,1 *4 | S, Zld | 2028 | |
INNOVATIES: PROEFTUIN ZOET WATER*4 | ||||||
E1 Kartering en Monitoring | Zie bijlage 2 | 1,5 | 1,5 | Zld *3 | 2018 | |
E2 Waterconservering xx xx xxxxx | 0000 | |||||
X0 Waterconservering in oppervlaktewater | 2028 | |||||
E4 Opwerking | 2018 | |||||
E5 Optimalisatie watertoediening | 2028 | |||||
E6 Veredeling gewassen op hogere zouttolerantie | 2021 | |||||
E7 Verkenning zouttolerantie van zoete teelten | 2028 | |||||
E8 Omschakeling naar zoute of zouttolerante gewassen | 2028 |
BIJLAGE 2. OVERZICHT VAN OPDRACHTGEVENDE EN UITVOERENDE PARTIJEN BIJ PROJECTEN BINNEN PROEFTUIN ZOET WATER, VOOR DE PROJECTEN DIE AL CONCREET ZIJN UITGEWERKT
E1 KARTERING EN MONITORING (‘FRESHEM’)
Opdrachtgevend → Evides, Provincie Zeeland, Rijkswaterstaat Zee & Delta, Vereniging Zeeuwse Gemeenten, Vlaams-Nederlandse Scheldecommissie, Waterschap Scheldestromen, Zuidelijke Land- en Tuinbouworganisatie
Uitvoerend → Deltares, TNO, BGR (Budesanstalt fur Geowissenschaften und Rohstoffen) Regionale bijdrage: € 738.100
E2 WATERCONSERVERING IN DE BODEM (‘GO-FRESH II’)
Opdrachtgevend → Gemeenten Borsele, Schouwen-Duiveland en Veere, Provincie Zeeland, Stichting Toegepast Onderzoek Waterbeheer (STOWA), Stichting Waterbuffer, Waterschap Brabantse Delta (WSBD), Waterschap Scheldestromen (WSSS), Zuidelijke Land- en Tuinbouworganisatie (ZLTO) Uitvoerend → Acacia Water, Alterra, Deltares (trekker), KWR Water Research, HZ University of Applied Science.
Ondersteunend betrokken Draineur Xxxxxx en Meeuwse Handelsonderneming Regionale bijdrage: € 280.700
E4 OPWERKING (‘MILDE ONTZILTING’)
Opdrachtgevend → Dow Chemical, Provincie Zeeland en Waterschap Scheldestromen (WSSS) Uitvoerend → Hogeschool Zeeland, Centre of Expertise (projectcoördinatie), Deltares, Evides, Grontmij, Gemeente Terneuzen, Staatsbosbeheer, Universiteit Gent, Zeeland Seaports, ZLTO of individuele agrarische ondernemers
Regionale bijdrage: € 60.500
E6 VEREDELING GEWASSEN OP HOGERE ZOUTTOLERANTIE (‘GEWASVEREDELING’)
Deltares, X. Xxxxxx XX (xxxxxxxxxxxx xx xxxxxxxxxx) xx xxxxxxxxx Xxxxxxx (alleen financierend) Regionale bijdrage: € 139.150