CETA
CETA
Het vrijhandelsverdrag
tussen de EU en Canada
Inhoud
DE ZIN EN ONZIN VAN HANDELSVERDRAGEN ZOEK DE VERSCHILLEN DE BELOFTE VAN BANEN EN GROEI LANDBOUW IN DE KNEL
GUNSTIG VOOR MULTINATIONALS, NADELIG VOOR DE RECHTSORDE MILIEU OF HANDEL?
EEN KWESTIE VAN PRIVACY EEN GROOT GEBREK
GEBREK AAN BESCHAVING?
NAWOORD
2
3
Colofon
Titel Ceta, het vrijhandelsverdrag tussen de EU en Canada
Auteurs Xxx xxx Xxxx, Xxxxxx Xxxxxxx, Xxxxxxx Xxxxxxxxxx, Xxxxxx Xxxx, Xxxx xxx Xx, Xxxx-Xxxx Xxxxxxx, Xxxx Xxxxxxx en Xxxxx xxx xxx Xxx
Eindredactie Xxxx Xxxxxxx en Xxxxxxx xxx Xxxxx Xxxxxxxxxx Xxxxx Xxxxxxx, xxx.xxxxxx.xx Illustraties Xxxx Xxxxxxxxxxx, xxx.xxxx.xx
Uitgegeven door Foodwatch, Milieudefensie, SOMO, FNV, Vrijschrift en Transnational Institute
Juni 2018
Deze publicatie is mede mogelijk gemaakt met financiering van het ministerie van Buitenlandse Zaken. De inhoud de publicatie is de volledige verantwoordelijkheid van de uitgevers en reflecteert niet noodzakelijkerwijs de positie van het ministerie van Buitenlandse Zaken.
De zin en onzin van handelsverdragen
4
CETA, de Comprehensive Economic Trade Agreement tussen Canada en de Europese Unie, is een belangrijk hoofdstuk in de voortdenderende trein van vrijhandel.
Volgens voorstanders zouden verdragen als CETA goed zijn voor de economie en de werkgelegenheid, in de praktijk zijn vooral de belangen van grote bedrijven ermee gediend, het MKB – leverancier van 70% van alle banen in Nederland - niet! In plaats van waarden te stimuleren als gelijkwaardigheid, democratische zeggenschap en een leefbaar milieu,
legt CETA het huidige, onhoudbare economische model vast. Dit model dat in zijn streven naar winst de ecologische en sociale grenzen van onze planeet overschrijdt. Met steeds beter zichtbare, desastreuze gevolgen.
Inmiddels is er een maatschappelijke be- weging voor duurzame en eerlijke handel die nee zegt tegen handelsverdragen
als CETA (zoals eerder tegen TTIP, het verdrag met de Verenigde Staten) en alternatieven biedt. Steeds meer mensen beseffen dat verandering mogelijk én noodzakelijk is. Dat mens en milieu voorrang verdienen boven economisch gewin.
Succes
In oktober 2016 weigerde de deelregering van Wallonië CETA te ondertekenen. Wat een Europees-Canadees handelsfeest had moeten worden, eindigde voortijdig in mineur. ‘We zeggen nee tegen CETA’, vertelde de Waalse minister-president Xxxx Xxxxxxxx aan zijn parlement, ‘omdat we de ruimte moeten creëren
te onderhandelen voor betere sociale normen, milieuregels en meer respect voor publieke diensten.’ Een echo van de kritiek van de vele duizenden mensen die de afgelopen jaren tegen deze verdragen
5
hebben geprotesteerd. De Canadese delegatie die naar Brussel was afge- reisd, kon onverrichterzake weer naar huis. Uiteindelijk deed een flinke dosis diplomatiek kunst- en vliegwerk en een toegevoegde zogeheten interpretatieve verklaring zijn werk: op 30 oktober, twee weken later dan gepland, werd het verdrag alsnog ondertekend.
Dit betekent overigens niet dat alles nu in kannen en kruiken is. Ondanks dat grote delen van het verdrag al per 21 september 2017 vervroegd in werking zijn getreden, moeten de nationale parlementen van alle Europese lidstaten ieder nog het verdrag goedkeuren – en niet overal is er een parlementaire meerderheid voor het verdrag te vinden. En in dertien Europese landen bestaat de mogelijkheid om een referendum te organiseren over CETA. Nederland was het veertiende land, maar het derde kabinet Xxxxx schrapte het raadgevend referendum.
Ook vanuit de juridische hoek komen er steeds meer kinken in de kabel. Op 6 september 2017 heeft België een
uitspraak gevraagd van het Europese Hof van Justitie over de vraag hoe het voor- gestelde Investment Court System (ICS, Hof voor investeringsgeschillen) – een van de meest controversiële onderdelen van CETA – zich verhoudt tot het Europese recht. Een uitspraak wordt begin 2019
verwacht. Maar onlangs liet het Euro- pese Hof nog weten dat een dergelijke arbitrageregeling tussen investeerders en staten zoals opgenomen in het investeringsakkoord tussen Nederland en Slowakije onverenigbaar is met het Unierecht. Deze uitspraak kan mogelijk van grote invloed zijn op hoe het Hof tegen ICS in CETA aankijkt.
Omstreden verdrag
Nieuw in CETA is de aandacht, op papier althans, voor duurzaamheid, milieu en arbeidsomstandigheden. Maar de aan- dacht gaat vooral uit naar nationale wet- en regelgeving die een belemmering zou vormen voor internationale handel. De overkoepelende doelstelling van verdra- gen als CETA of TTIP is om de bestaande verschillen tussen landen zoveel mogelijk gelijk te schakelen. Onder druk van een omvangrijke lobby door het internatio- nale bedrijfsleven worden de bestaande regels niet alleen ‘geharmoniseerd’, zoals het in handelsjargon zo mooi heet, maar ook afgezwakt. Dat maakt de bewe- gingsruimte van de overheid om haar bevolking te beschermen tegen vervui- ling en uitbuiting nog beperkter. Juist door belastingen te heffen en handel
te reguleren kan de overheid publieke
doelen nastreven.
Een ander vast onderdeel van de nieu- we generatie handelsverdragen is de omstreden investeringsbescherming
en -arbitrage ICS, voorheen bekend als Investor State Dispute Settlements (ISDS). CETA is één van de eerste verdragen op Europees niveau dat bedrijven het recht geeft om een overheid aan te klagen als die publiek beleid invoert dat nadelig is voor hun inkomsten.
Feiten en Fabels
Deze Feiten en Fabels over CETA is een aflevering in een reeks over de zin en onzin van handelsverdragen en de regels die ten grondslag liggen aan het interna- tionale handelssysteem.
Met acht uitspraken van verschillende bewindslieden die bij CETA betrokken zijn, gaan we in op de totstandkoming, inhoud en (toekomstige) uitvoering van CETA. We kijken naar de beloftes dat CETA groei en banen genereert, de hervormingen van ISDS, het duurzame
gehalte van het verdrag, de relatie tussen CETA en TTIP, de gevolgen voor de landbouwsector en voedselveiligheid, en hoe CETA omgaat met data en privacy.
In deze brochure maken we geregeld gebruik van documenten die door een beroep op de WOB (Wet Openbaarheid Bestuur) zijn vrijgegeven. Het merendeel van de gebruikte citaten komt van
de Nederlandse interdepartementale handelsraad – de raad die weer de Europese handelsraad informeert over de Nederlandse standpunten tijdens de CETA-onderhandelingen. Wie de meer
dan duizend pagina’s tellende documen- ten wil nalezen, kan deze terugvinden op de website van de Rijskoverheid.1
6 7
Zoek de verschillen
TTIP en CETA verschillen van elkaar, zo benadrukken beleidsmakers vaak. Hiermee hopen ze dat de maatschap- pelijke onrust over een verdrag met de Amerikanen niet op CETA, met de Canadezen, overslaat. In belangrijke mate zijn CETA en TTIP hetzelfde.
Beide verdragen hebben directe gevolgen voor regelgeving binnen landen, kennen investeringsarbitrage en bieden geen bindende bescherming voor mens en milieu. Bovendien zijn de economieën van Canada en de VS innig met elkaar verbonden, waardoor een groot deel van het Amerikaanse bedrijfsleven zal mee profiteren van CETA.
Uit hetzelfde hout gesneden
CETA en TTIP worden steeds vaker in één adem genoemd. In de kern zijn CETA en TTIP hetzelfde. In beide verdragen staan afschaffen van tarieven, gelijktrekken
van standaarden en het liberaliseren en dereguleren van de economie centraal. Beide verdragen gaan om het verla- gen van tarieven op een groot aantal producten en diensten en om grotere markttoegang voor buitenlandse bedrij- ven. Beide geven bedrijven het recht om overheden aan te klagen (ISDS/ICS), en bieden vergaande afspraken over (intel- lectuele) eigendomsrechten ten gunste
van het bedrijfsleven. Beide gaan om het aanpassen en afstemmen van nationale regels en wetten om handel te bevor- deren. En daar hoort in beide verdragen ook het privatiseren en liberaliseren
CLAIM 1
van publieke diensten bij, of diensten met een publiek belang zoals onderwijs, financiële diensten en telecom.
Zowel TTIP als CETA zijn veelomvat- tender – ‘ambitieuzer’ in beleidskringen
– dan handelsverdragen vroeger waren. Waar het voorheen in handelsoverleg ging om het terugdringen van tarieven
9
8
Xxxxxxx Xxxxxxxxxx
Eurocommissaris van Handel
aan de grens, is de doelstelling van CETA en TTIP in feite om een interne markt
te creëren die zoveel mogelijk werkt volgens dezelfde regels. Tussen Canada, de VS en de EU bestaan belangrijke verschillen op het gebied van milieure- gelgeving, de omgang met data, voed- selveiligheid en zo meer. Simpel gezegd zijn de regels in het ene land strenger dan in het andere. Zoals de ambtenaar al aangaf zijn Canada en de VS verschillen- de landen.
Zwakke regels, levende verdragen
Het verschil in de manier waarop de economie wordt gereguleerd, is de uitkomst van jarenlange publieke discussies en nationale democratische processen. De onderhandelingen over TTIP en CETA, die voor het publiek geheim waren, gaan hier volledig aan voorbij. In plaats daarvan wordt onder invloed van het nauw betrokken in- ternationale bedrijfsleven het verdrag gebruikt om bestaande regelgeving af te zwakken. In plaats van te kiezen voor de hoogste standaard, bijvoorbeeld op het gebied van voedselveiligheid, gaan
de standaarden omlaag (zie bijvoorbeeld
hoofdstuk 4 over landbouw). En ook na het afsluiten van CETA en (mogelijk) TTIP kan dit blijven doorgaan, omdat het om zogenaamde ‘levende verdragen’
gaat die steeds verder worden uitgebreid. In de toekomst zal in speciale CETA- en TTIP-commissies, waar ook het be- drijfsleven bij aan mag sluiten, worden bekeken of bestaande en nieuwe Europe- se of Canadese wetgeving de handel niet te veel belemmert (hoofdstuk 5).
TTIP door de achterdeur
De VS en Canada hebben een innige handelsrelatie. De omvang van de handelsstromen tussen de twee landen in 2016 was maar liefst 627 miljard
dollar.2 De VS zijn Canada’s belangrijkste handelspartner, en andersom geldt dat alleen China de Canadezen in handels- volume overtreft. Verreweg de meest Amerikaanse bedrijven hebben doch- terondernemingen in Canada en kunnen daardoor ook de vruchten plukken van CETA. Zo krijgen Amerikaanse concerns via hun dochterondernemingen het recht om een beroep te doen ISDS/ICS in CETA. Volgens schattingen voldoet maar liefst 81 procent van de Amerikaanse bedrijven die actief zijn in de EU aan de definitie van ‘Canadese investeerder’, wat hen
het recht geeft investeringsclaims in te
dienen.3
Het afsluiten van CETA heeft ook invloed op eventuele verdere hervormingen van ISDS. De Europese Commissie heeft in antwoord op de publieke verontwaardi- ging gehint op verdere aanscherping van het gebruik van investeringsarbitrage in TTIP. Maar met dank aan CETA komt dit op een dood spoor terecht: mochten er in TTIP namelijk strengere voorwaarden worden gesteld aan het bedrijfsleven voor het gebruik van ISDS/ICS, dan kunnen Amerikaanse bedrijven gaan treaty-shoppen. Ze kunnen het verdrag kiezen dat hen de grootste kans geeft een zaak te winnen.
10
11
TTIP ZIT IN DE VRIESKIST EN KAN ONTDOOIEN
Eén dag na zijn aantreden als president schrapte president Xxxxx de deelna- me van de VS aan het Trans-Pacific Partnership (TPP), een handelsverdrag tussen twaalf landen rondom de grote oceaan. De niet bepaald impliciete boodschap aan de EU was dat er nieuw tijdperk was aangebroken van pro- tectionisme en ‘America First’ en dat TTIP er voorlopig niet zou komen. De boodschap kwam aan. Enkele weken later zei Xxxxxxxx Xxxxxxx, voormalig Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, in een interview op BNR-radio: ‘TTIP zit in een hele diepe vrieskist en die vries- kist staat in een hele diepe kelder.’
De laatste onderhandelingsronde
over TTIP was in oktober 2016.4 Van Europese zijde zijn sindsdien verschil- lende initiatieven ondernomen om weer op een of andere vorm met de Amerikaanse collega’s te gaan praten. Ook binnen Xxxxx’x eigen partij gaan inmiddels meerdere stemmen op om de onderhandelingen te herstarten.
Xxxx Xxxx, de Republikeinse voorzit- ter van het Amerikaanse congres, zei in mei 2017 dat de VS ‘zullen blijven samenwerken met onze Europese partners om een weg vooruit te vinden voor de TTIP-onderhandelingen.’ Ook Xxxxxx Xxxx, de Amerikaanse ondermi-
nister voor handel, vertelde tijdens een bezoek aan Duitsland in juni 2017, dat de VS bereid zijn om de gesprekken te hervatten. In de slotverklaring van de G20-top in Hamburg spraken rege- ringsleiders, waaronder dus ook Xxxxx, zich expliciet uit voor ‘open markten’, ‘handel en investeringsverdragen’ en ‘de strijd tegen protectionisme.’5 Maar tijdens G7 vergadering in Canada van juni 2018 werd duidelijk dat niets zo veranderlijk is als het beleid van Pre- sident Xxxxx. De zich ontwikkelende handelsoorlog en de Amerikaanse ver- hoging van de staaltarieven leiden de aandacht af, maar: TTIP mag dan wel bevroren zijn, begraven is het verdrag nog niet.
Omzeilen van de WTO en belangen zuidelijke landen
Bovendien zijn beide verdragen gestart om een nieuwe ‘gouden standaard’ neer te zetten op het gebied van han- del en investeringen buiten de Wereld- handelsorganisatie (WTO) om. Lange tijd onderhandelden rijke landen en ontwikkelingslanden in de WTO samen over een wereldwijd handelsbeleid dat ontwikkeling voorop moest zetten.
Maar de onderhandelingen in de WTO liepen vast, omdat ontwikkelingslanden meer tegemoetkomingen wilden van de rijke landen.
Een belangrijke eis van de armere landen was bijvoorbeeld dat de EU en vooral de VS een einde zouden maken aan de subsidies van hun landbouw- producten. De kunstmatig goedkoop gehouden producten uit de VS en de EU maakten de landbouw in ontwik- kelingslanden kapot. Pas dan wilden ontwikkelingslanden praten over de bredere handelsagenda die rijke landen graag wilden: markttoegang voor diensten en investeringen. Dat leidde tot een impasse in de WTO en daarom
besloten allerlei landen bilateraal ver- der te onderhandelen. De VS, de EU en Canada hopen door nu als grote mon- diale economische spelers vergaande handels- en investeringsakkoorden af te sluiten waarmee ze een wereldwij- de norm kunnen stellen waar andere landen, ook in de WTO, niet omheen kunnen. Ze willen daarmee hun leiden- de positie in de wereld behouden en opkomende economieën als India en China de pas afsnijden.
Banen en groei. Dat is wat CETA ons volgens voorstanders belooft. Een nadere blik op de onderzoeken waarop deze bewering is gebaseerd, laat zien dat dit fictie is. Hoe wordt die groei berekend? En wat zijn de verborgen kosten van CETA?
CLAIM 2
Volgens de Europese Commissie zal de Europese welvaart dankzij CETA stijgen met een bedrag tussen de 3 en 13 miljard euro.6 Daarvan zal zo’n vijf tot tien pro- cent naar Nederland stromen, aldus de Nederlandse overheid. Er wordt gerekend op ‘een structurele groei van het bruto binnenlands product (bbp) van 600 tot 1200 miljoen euro per jaar.’ Nederland zou relatief veel profiteren van CETA: we zijn Canada’s op tien na grootste han- delspartner (7,5 miljard euro in 2015) en de op twee na grootste investeerder (108 miljard euro in 2015).7
Nederland rekent zich rijk
Dat klinkt als aanzienlijke bedragen, maar procentueel gaat het om een zeer geringe groei. De economie van de EU zou met slechts 0,08 procent extra groeien en die van Canada met 0,77 pro- cent, en dat pas tien jaar nadat CETA van kracht zou zijn – zo blijkt uit onderzoek dat de Europese Commissie samen met Canada in 2008 heeft laten doen naar
de economische impact van CETA.8 Toch waren deze voorspellingen precies het
duwtje in de rug voor de regeringsleiders aan beide kanten van de oceaan om de onderhandelingen te beginnen.
Voor deze bescheiden groei moeten we veel opgeven, zoals uit de rest van deze brochure blijkt. Bovendien zitten er ‘ver- borgen kosten’ in CETA – in het bijzon- der het arbitragesysteem Investor Court System (ICS). Hiermee kunnen bedrijven overheden aanklagen wanneer nieuwe wetgeving nadelig is voor hun inkomsten (zie hoofdstuk 5). Het gemiddelde bedrag dat in dit soort rechtszaken wordt toegekend, is volgens cijfers van de UNCTAD 545 miljoen dollar.9 Eén enkele claim kan de voorspelde opbrengsten voor Nederland dus volledig teniet doen, de belastingbetaler draait voor deze kosten op, en het bedrijfsleven plukt de vruchten.
Met oogkleppen
Een andere belangrijke kanttekening bij de beloofde groeicijfers: het is nog lang geen uitgemaakte zaak dat die ook wor- den gehaald, in weerwil van wat voor- standers van CETA ons voorspiegelen.
De vier officiële studies die naar CETA zijn gedaan, maken alle gebruik van het Computational General Equilibrium-model om de economische impact te bereke- nen. De uitkomsten van deze studies wezen telkens op (beperkte) economi- sche groei met dank aan het verdrag.
Nu is het gebruik van het CGE-model
14
15
De belofte van banen
en groei
over CETA: “CETA: handelsverdrag tussen Europese Unie en Canada”
Rijksoverheid in een voorlichtingsbrochure
in beleidskringen zeer populair – en is ook in het geval van TTIP gebruikt10– daarbuiten is het zeer omstreden. Critici wijzen erop dat het rekenmodel vooral geliefd is in Brussel omdat de uitkomsten in het straatje passen van voorstanders van dit soort verdragen, en niet zozeer vanwege de wetenschappelijke kwaliteit van de onderzoeksresultaten.
In een onderzoek in 2016 tonen de economen Xxxxxx Xxxxxx en Servaas Storm, verbonden aan de Amerikaanse Tufts universiteit, aan waarom het CGE-model door bizarre aannames de
plank misslaat.11 Zo worden werkloosheid en inkomensongelijkheid bijvoorbeeld uitgesloten van de berekeningen: in het CGE-model heeft iedereen permanent een baan en is het inkomen van elk huishouden gelijk. Het model is sim- pelweg niet in staat te berekenen wat
de invloed van een handelsverdrag is op werkgelegenheid of (inkomens-) ongelijkheid, omdat beide effecten zo- genaamd niet bestaan. Xxxxxx en Storm waarschuwen beleidsmakers dat ‘gezien
dit gebrek aan intellectuele diversiteit en realiteitszin [de officiële modellen] geen betrouwbare bron zijn om de gevolgen van CETA mee in te schatten.’
Zonder oogkleppen
Kohler en Storm maken gebruik van een toonaangevend rekenmodel dat op
realistischer aannames berust: het Global Policy Model (GPM), dat ook de Verenigde Naties gebruikt. In tegenstelling tot het CGE-model is GPM wel in staat om te kijken naar de ‘aanpassingskosten’ van een handelsverdrag. Als een bepaalde sector namelijk onder druk komt te staan, zoals de varkenshouderij in Nederland, en boeren hier failliet gaan, dan kost het tijd en geld om nieuw werk te vinden, als dat al lukt. In een enigszins goed onderbouwd onderzoek naar de economische impact van CETA kunnen dergelijke effecten niet ontbreken.
Bovendien houdt het GPM ook rekening
met werkloosheid en de ongelijke verde- ling van inkomens in een land. Vooral dit laatste is belangrijk, want onderzoek laat zien dat dit in de weg staat van econo- mische groei. Neemt door een verdrag als CETA de ongelijkheid toe, dan beperkt dat uiteindelijk ook de economische opbrengsten. Xxxxxx en Storm staan niet alleen, de Oostenrijkse econoom Xxxxxx Xxxx heeft in zijn onderzoek naar CETA vergelijkbare kritiek.12 De resultaten en de analyses van Xxxxxx en Storm zijn niet mals. Hun berekeningen laten zien dat als gevolg van CETA het bnp van Ca- nada en de EU met respectievelijk 0,96 procent en 0,49 procent zal afnemen. In Europa alleen al gaan er 200.000 banen
verloren, in Canada 30.000 en in de rest van de wereld 80.000. Dit verlies aan banen heeft volgens de onderzoekers een negatieve invloed op de al bestaande ongelijkheid en kan leiden tot ‘toene- mende sociale spanningen in een toch al turbulente politieke tijd.’
17
te ‘morrelen’ dat de uitkomsten – banen en groei – naadloos aansluiten op het beoogde resultaat. In een van zijn lezingen verwoordde Xxx Xxxxxxxx, bekend Canadese econoom en colum- nist bij Canada’s meestgelezen krant the Globe and Mail, deze werkwijze als volgt: ‘Eerst betaalt de overheid voor een onderzoek dat ‘bewijst’ dat een handelsverdrag goed is.14 Daarna wor- den de resultaten van het onderzoek
in de media gepresenteerd als feit. Met als gevolg dat iedereen die het hier niet mee eens is, kan worden weggezet als een economische analfabeet.’ Of in de woorden Ha-Joon Chang15, econoom
en aan de Universiteit van Cambridge: de economie is te belangrijk om aan economen over te laten.
MORRELEN MET MODELLEN
Elke onderhandeling over handel- en investeringsverdragen gaat vergezeld van economische studies over ver- wachte opbrengsten. De aanpak en in- valshoek van deze studies en het effect dat ze hebben op de publieke opinie komen echter steeds meer onder vuur te liggen. Zo staat het CGE-model, dat in de officiële studies wordt gebruikt, boordevol aannames die haaks staan op onze dagelijke realiteit (zie boven).
De studie van Xxxxxx en Storm13 is dan ook het lezen meer dan waard. Weliswaar gaat het specifiek over CETA, maar hun kritiek geldt ook voor de impactstudies van andere han- delsverdragen waarover de EU onder- handelt, zoals het TTIP-verdrag met de Verenigde Staten. De heren laten overtuigend zien hoe makkelijk het is om aan het veelgebruikte CGE-model
16
Landbouw in de knel
CLAIM 3
Om de veiligheid van ons voedsel en vele andere producten te garanderen hanteert de EU sinds jaar en dag het voorzorgbeginsel. Dit houdt in dat producten waarvan het vermoeden bestaat dat ze schadelijk zijn voor mens en milieu, pas verkocht mogen worden als aangetoond is dat dit niet het geval is. De Europese toepassing van dit principe is relatief streng in vergelijking met Canada. CETA brengt die relatief strenge normen in gevaar. Voor dieren en voedselveiligheid is CETA ook geen goed nieuws.
Xxxxxx gaat voor mens en milieu
20
Als er geen zekerheid is over de scha- delijkheid van een product, dan mag Europa er uit voorzorg een verbod op instellen. De verantwoordelijkheid – en daarmee de kosten – om aan de hand van wetenschappelijk onderzoek aan te tonen dat we bijvoorbeeld veilig voedsel
op ons bord krijgen, ligt bij het bedrijf dat het op de markt wil brengen.
De Europese toepassing van dit voorzorgsbeginsel is relatief streng in vergelijking met Canada. In Canada is bijvoorbeeld het gebruik van groeihor- monen bij koeien toegestaan, wat in de EU verboden is. Ook het gebruik van genetisch gemanipuleerde organismen (GMO) is in opkomst in Canada. Zo werd in mei 2017 de verkoop van genetisch gemanipuleerde zalm toegestaan. Pas na enkele maanden ontstond er ophef over toen duidelijk werd dat het om GMO- zalm ging. De zalm was al die tijd niet als zodanig gelabeld.
Eveneens kent Canada een laksere omgang met pesticiden. De maximale hoeveelheid pesticide die op eindpro- ducten aanwezig mag zijn, is in Canada hoger dan in de EU. Het Centrum voor Internationaal Milieu-Recht (CIEL) telde maar liefst veertig actieve stoffen in
21
Xxxxxxxx Xxxxxxx, voormalig Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamen- werking in Rutte II
pesticiden die in de EU verboden zijn maar in Canada worden gebruikt. Deze stoffen16 worden onder meer in verband gebracht met het veroorzaken van kanker en schade aan het zenuwstelsel17. Desondanks zitten ze in meer dan duizend in Canada verkrijgbare pestici- deproducten.
CETA brengt de relatief strenge normen die de EU nu hanteert in gevaar omdat het verdrag streeft naar ‘harmonisering’ van regelgeving. De regelgeving in Canada en de EU moet zoveel mogelijk hetzelfde worden en om dit voor elkaar te krijgen is er speciaal voor CETA een Regulatory Cooperation Forum (RCF) opgericht. Het primaire doel van het RCF is niet de zorg voor mens en milieu, maar het wegnemen van handelsbarrières.
De Europese toepassing van het voor-
zorgsprincipe is al meerdere malen reden geweest voor Canada om een klacht in te dienen bij de Wereldhandelsorganisatie (WTO). In 2007 vanwege het Europese verbod op genetische gemanipuleerde organismen, en in 199818 en 2008 over het verbod op het gebruik van groeihor- monen voor runderen. In beide zaken verloor de EU. Canada is meer dan bereid om actief stappen te zetten die het Europese voorzorgsbeginsel uithollen en daarmee de voedselveiligheid in gevaar brengen. De RCF in CETA is hiervoor een uitstekend instrument.
Het leven van kippen, koeien en varkens
Ook voor dieren is CETA geen goed nieuws. De EU en Nederland kennen regels omtrent dierenwelzijn die ervoor moeten zorgen dat het leven van kippen, koeien en varkens niet ondraaglijk wordt. Hoewel hier nog een wereld te winnen valt , doet de EU het een stuk beter dan Canada. Het belangrijkste verschil is dat de Europese regels afdwingbaar zijn.
Canada daarentegen komt op dit gebied niet verder dan een vrijwillige gedrags- code. De standaarden in de Canadese code zijn daarnaast ook nog eens een stuk lager dan in de EU. En de EU standaarden zijn al niet erg hoog: denk aan de dieronterende bioindustrie.
Mede als gevolg van Canada’s gebrek aan dierenwelzijnsregels zijn sommige vleesproducten een stuk goedkoper dan in Europa. Varkensvlees bijvoorbeeld.
Zelfs toen de Europese prijzen in 2014 kelderden, was varkensvlees in Canada nog altijd een kwart goedkoper dan in de EU. Voorheen werden quota gebruikt om Europese boeren te beschermen tegen dit gevolg van de verschillen in dierenwelzijn en daarmee samengaande lage prijzen.
Maar als CETA in werking treedt, worden deze quota aanzienlijk verruimd. Na een overgangsperiode mag Canada elk jaar
75.000 ton varkensvlees tarief loos naar de EU exporteren. Vijf keer zoveel als onder het oude quotum.
De verwachting is dat de Canadese varkenshouders makkelijk het nieuwe quotum kunnen vullen. Dit betekent dat er meer varkensvlees naar Europa zal komen dat niet voldoet niet aan de huidige standaarden voor dierenwelzijn. Ook komen Europese en Nederlandse boeren verder onder druk te staan om de productiekosten nog meer omlaag te brengen (bijvoorbeeld door meer
megastallen te bouwen). Doen de boeren hier dat niet, dan kunnen ze worden weggeconcurreerd door hun Canadese vakgenoten die ook nog eens op een veel grotere schaal werken.
Bovendien kunnen binnen de regels van de WTO producten in principe alleen geweigerd worden op basis van zorgen over de veiligheid van het product.
Dierenwelzijn is geen valide reden om producten te weren. Met tarieven wordt de EU-markt, waar hogere standaarden worden gebruikt, nu beschermd. Door die tarieven af te bouwen en quota te verruimen, zoals CETA voorstelt, ver- dwijnt die bescherming (deels) met als gevolg dat boeren in de EU onder druk komen te staan.
Het probleem exporteren
Wat varkensvlees is voor Canada is, is de zuivelsector20 in de EU, en in het bijzon- der voor Nederland (zie kader). De EU
is namelijk bezig om het boerenbedrijf meer en meer te richten op export. Het afschaffen van de melkquota in 2015
is hier een belangrijk onderdeel van. Deze afschaffing leidde tot een stijging van de Europese melkproductie, en tot een sterke daling van de prijzen die boeren voor hun zuivel ontvangen.21 Veel Europese en Nederlandse melkboeren zijn hierdoor (bijna) kopje onder gegaan. De situatie werd zelfs zo penibel dat de Europese Commissie in 2016 500 miljoen euro aan steun moest geven om massale faillissementen te voorkomen.22
Een manier om de aanhoudende crisis in Europa’s zuivelsector op te lossen is door het probleem te exporteren. En met CETA dient Canada zich aan als plaats van bestemming – Canadese melkboeren zetten zich schrap tegen de gevolgen hiervan. De Canadezen kennen
namelijk sinds tientallen jaren een supply management systeem. Dit houdt in dat boeren een beperkte hoeveelheid melk mogen produceren en in ruil hiervoor
de garantie krijgen van een stabiele en voldoende hoge prijs. Dit systeem blijft ook onder CETA bestaan, maar de verho- ging van de quota voor Europese zuivel
22 23
25
24
ondermijnt de functie ervan. Omdat de import van Europese zuivel toeneemt, zal de Canadese dairy board de gegarandeer- de prijzen naar beneden moeten bijstel- len. Lagere prijzen betekenen op hun beurt dat Canadese boeren de productie moeten verhogen om geen inkomen te verliezen, wat weer kan leiden tot een verdere prijsdaling. Veelzeggend is dat de Canadese overheid onlangs 300 miljoen dollar heeft vrijgemaakt om de zuivel- sector te ondersteunen in haar omgang met CETA. Dit geld is niet bedoeld als compensatie voor de verliezen23 die CETA teweeg kan brengen, maar is bestemd om de Canadese zuivelproductie verho- gen.
voor Canadees varkensvlees en Eu- ropese toegang tot de zuivelmarkt in Canada. Maar van een win-win situa- tie is hier geen sprake. De defensieve belangen hebben het verloren van de offensieve belangen. Met als gevolg dat ‘de verliezers’ van CETA, Canadese melkboeren en Nederlandse varkens- houders, met honderden miljoenen aan belastinggeld moeten worden ondersteund.
KOEHANDEL: XXXXXX XX XXXXXXX, WIJ DE MELK
Tijdens onderhandelingen over verdra- gen als CETA spreken de betrokkenen in termen van offensieve belangen – daar waar landen mogelijkheden zien om geld te verdienen – en defensieve belangen – daar waar eventueel de klappen kunnen vallen. Vanuit het per- spectief van de onderhandelaars ligt de nadruk vaak op de offensieve belangen en raken de kwetsbare onderdelen
van de economie enigszins uit zicht, met alle gevolgen van dien. In CETA is dit gebeurd op het gebied zuivel en varkens.
Sinds de start van de onderhandelingen dringt Nederland aan op ‘het verzil- veren van de kansen voor de zuivel- sector’. Het duurt uiteindelijk tot de laatste onderhandelingsronde voordat er overeenstemming is bereikt. Er zal een uitruil plaatsvinden tussen de Ne- derlandse inzet op het verhogen van de zuivelexport en de Canadese inzet op de export van varkensvlees.
In de Europese landing zone paper24 staat dat ‘de Canadese positie is dat [toegang voor] rund- en varkensvlees een voorwaarde is voor [Europese toe- gang] voor zuivel.’ Met andere woor- den: zonder het één komt het andere er niet. Het resultaat: ruimer quotum
Gunstig voor multi- nationals, nadelig voor de rechtsorde
ISDS en ICS, twee afkortingen die in veel handelsverdragen voorkomen. Het zijn arbitragesystemen – beide in het voordeel van multinationals, en in het nadeel van belastingbetalers, de rechtsorde en wetgeving die mens en milieu beschermt. Deze arbitrage is dan ook het meest omstreden onder- deel in de nieuwe generatie Europese handelsverdragen.
In het kort: met ISDS, Investor State Dispute Settlements, in de hand kan een investeerder de overheid voor een arbitragecommissie dagen, met een
claim op winstderving als nieuw beleid nadelig voor zijn investering was. Zo’n commissie bestaat buiten het gewone rechtssysteem om, en hoger beroep
is niet mogelijk. ISDS was onderwerp
van een storm van kritiek – en de EU heeft het systeem herzien en in CETA opgenomen onder een nieuwe
naam: Investment Court System (ICS). In essentie is er weinig veranderd.
Opsteker
ISDS is verreweg het meest omstreden onderdeel in Europese handelsverdra- gen zoals CETA en TTIP. Niet alleen in Nederland, waar ISDS vooral berucht is geworden na een uitzending van Xxxxx Xxxxxx, maar ook in andere Europese lidstaten en in Canada leverde het veel (negatieve) publieke aandacht op. Veel landen hebben al negatieve ervaringen met ISDS: het mechanisme is vaak onderdeel van hun bilaterale investe-
26
Xxxxxxxx Xxxxxxx, voormalig Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamen- werking in Rutte II
27
CLAIM 4
ringsverdragen (BITs). Zo kreeg Uruguay een miljardenclaim van sigarettenfabri- kant Xxxxxx Xxxxxx aan zijn broek toen het maatregelen doorvoerde om, in het belang van de volksgezondheid, roken te ontmoedigen. Indonesië zag onder invloed van de dreiging van claims af van maatregelen om het regenwoud te beschermen tegen mijnbouwactiviteiten.
Ook hebben mijnbouwbedrijven gebruik- gemaakt van ISDS-claims om uitzon- deringen te bedingen op Indonesië’s nieuwe mijnbouwwet die de opbrengsten van ruwe grondstoffen voor de eigen bevolking wil vergroten.25 Canada kent al negatieve ervaringen met ISDS in NAFTA, de vrijhandelszone tussen Canada, de Verenigde Staten en Mexico (zie hoofd- stuk 6 over milieu). Door CETA dreigt de reikwijdte van ISDS toe te nemen.
Europese en Canadese burgers bleken fel gekant tegen mogelijkheden voor buitenlandse investeerders om, buiten de nationale rechter om, overheden te kunnen aanklagen als hun investeringen door beleidsveranderingen minder winst zouden opleveren. Xxxxxxx vreesden terecht dat buitenlandse investeerders hiermee een krachtig politiek middel
in handen hebben om beter sociaal en milieubeleid tegen te houden of af te zwakken. Geschrokken van alle com- motie besloot de Europese Commissie het omstreden ISDS te vervangen door het zogeheten Investment Court System
(ICS). ISDS is daarmee dood en begraven, volgens Xxxxxxxx Xxxxxxx, voormalig Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking.
Leve ICS?
De minister was in elk geval zeer tevre- den over de aanpassingen. Zo schreef zij in een persbericht dat, mede dankzij de inzet van Nederland, er nu ‘een eerlijker en transparanter mechanisme van investeringsbescherming [is], met
waarborgen voor de vrijheid van lidstaten om hun eigen regels vast te stellen of aan te passen.’ De minister noemt het nieuwe systeem zelfs een ‘opsteker voor de maatschappelijke organisaties die zich hier voor hebben ingezet.’26
Politiek drukmiddel
Volgens de vakbond FNV en de Neder- landse ngo’s die op handelsgebied actief zijn, is er echter geen sprake van een ‘opsteker’. Hun belangrijkste kritiek: met ICS zijn er wel een paar verbeteringen, maar dat is vooral in het proces van investeringsarbitrage. Zo is er meer transparantie, de arbiters krijgen een min of meer vaste aanstelling (al is hun financiële onafhankelijkheid nog steeds niet gewaarborgd), en hoger beroep is mogelijk.27 De kritiek krijgt bijval door experts, zoals ook duidelijk werd tijdens de hoorzitting in de Tweede Kamer met
Xxx xxx Xxxxxx, hoogleraar Interna- tionale Investeringswetgeving aan de universiteit van Toronto, die in juni 2016 Kamerleden waarschuwde dat ICS niet wezenlijk verschilde van ISDS.28
Maar het grote punt is: ICS blijft alleen toegankelijk voor buitenlandse inves- teerders. Het hele systeem werkt nog steeds in het voordeel van slechts één partij, het bedrijfsleven. Buitenlandse investeerders krijgen namelijk wel het recht om overheden aan te klagen, maar worden onder ICS niet verplicht om duurzaam en maatschappelijk verant- woord te ondernemen (zie hoofdstuk
6). De grondslagen waarop buitenlandse investeerders zaken kunnen aanspannen, worden op geen enkele manier beperkt
– de investeerders kunnen dus tegen vrijwel elke overheidsmaatregel een claim indienen.
Met andere woorden: bedrijven kunnen vele miljoenen aan schadevergoeding eisen. Het gemiddelde bedrag dat in dit soort rechtszaken wordt toegekend, is volgens cijfers van de UNCTAD 545 mil- joen dollar.29 Enorme kosten die leiden tot koudwatervrees bij beleidsmakers.
Politici bedenken zich wel een tweede keer om wetten te maken die burgers beschermen maar mogelijk economisch nadelig zijn voor bedrijven. Bovendien wordt een toegekende claim betaald met belastinggeld. Geld dat vervolgens niet
meer kan worden uitgegeven aan sociale vangnetten, onderwijs, gezondheidszorg of milieubeleid.
Ook onder ICS blijft investeringsarbitrage een krachtig politiek drukmiddel voor buitenlandse investeerders om beleid
dat hen niet zint af te zwakken of af te blazen. Desondanks wil de Europese Unie ICS tot algemene norm verheffen. In plaats van telkens een apart ICS-mecha- nisme op te nemen in nieuwe verdragen, wil de EU een Multilateraal Investerings- hof. Dat hof moet alle investeringszaken behandelen die onder internationale investeringsovereenkomsten worden aangespannen.
De rechter omzeilen
Net als ISDS, tast ook ICS de soevereini- teit van de democratische rechtstaat aan. Dat wil zeggen: buitenlandse investeer- ders kunnen in het ICS-systeem onver- minderd de nationale rechter omzeilen. Ook op het allerhoogste juridische niveau is hier kritiek op. De Europese tak van de internationale associatie van rechters, de EAJ, heeft ‘serieuze bedenkingen’30 over ICS. In het bijzonder, aldus de EAJ, omdat uiteindelijk het Europese gerechtshof, met haar in tientallen jaren opgebouwde jurisprudentie, in de rechtsspraak het laatste woord moet hebben. Het nieuwe ICS zou daar dwars doorheen fietsen. De rechters vinden dat de noodzakelijke rol
28 29
van het Europees Hof in niet zomaar kan worden weggegeven in een internatio- naal verdrag. Dat wel doen, zoals met ICS gebeurt, zou de ‘kern’ van het Europese recht aantasten en ‘nationale grondwet- ten kunnen schenden.’31
Naast de schade die ICS zou kunnen aan- brengen aan het Europese recht, vragen de rechters zich ook af wat de meer- waarde is van ICS. Wat mist het Europees rechtssysteem dat ICS toevoegt? Niets, aldus de rechters. ‘Het juridische systeem van de EU en haar lidstaten is stevig gebouwd en in staat om op een effectie- ve, onafhankelijke en eerlijke manier om te gaan met claims van investeerders. De Europese Commissie kan zich beter rich- ten op het versterken van de nationale systemen voor investeringsclaims dan proberen om een nieuw [rechstsyssteem] aan lidstaten op te leggen dat buiten het bereik van het Europees gerechtshof en de nationale hooggerechtshoven ligt.’ Zaak gesloten, wat betreft de Europese rechters.
Ook Canada is een goed ontwikkelde rechtstaat waar buitenlandse investeer- ders makkelijk bij de nationale rechter terecht kunnen. Investeringsarbitrage, in welke vorm dan ook, hoort daarmee in het CETA-verdrag niet thuis.
Handels minister Xxxxxx Xxxx: “Zouden we nu met Canada een onderhandeling
beginnen dat zou een investeringsbescher- ming of geschillenbeslechting niet in het akkoord worden opgenomen”, december 2017 Tweede Kamer.
Twijfelachtige meerwaarde van ICS
Aangetrokken door de zekerheid die ICS in een handelsverdrag biedt, zou het bedrijfsleven sneller geneigd zijn om over te gaan tot een investering. Er zijn echter veel meer andere redenen waardoor bedrijven beslissen tot investeren: belastingklimaat, opleidingsniveau van de bevolking, aanwezige infrastructuur en dergelijke. Inmiddels is aangetoond dat investeringsbescherming helemaal niet per definitie leidt tot hogere investeringen, en dat er zelfs twijfel is over de relatie tussen daadwerkelijke investeringen in de economie van een land en afspraken over investeringsbe- scherming.32
Vanuit het oogpunt van de rechtsze-
kerheid is ISDS en ICS niet nodig en in economisch opzicht heeft het weinig tot geen toegevoegde waarde. De hervor- mingen van het ISDS die in CETA zijn doorgevoerd, zijn dan ook bij lange na niet genoeg. Het systeem moet drastisch op de schop en moet het bedrijfsleven naast rechten ook plichten opleggen ten opzichte van burgers en milieu. Anders rest er geen oplossing dan volledige afschaffing.
Relatie met Rusland
Waarom zit er in CETA een investerings- hoofdstuk met vergaande bescherming voor buitenlandse investeerders? Het antwoord is geopolitiek. Het gaat niet om onze relatie met Canada, maar om onze betrekkingen met Rusland of China. Dat blijkt uit interne documenten van de Nederlandse overheid: ‘als de EU geen ISDS in de [verdragen] met Canada, VS en Japan zou opnemen, dan zou het voor de EU haast onmogelijk zijn om dit dan wel van China of Rusland te eisen. Dat zou tot een verlaging van het huidige beschermingsniveau voor onze inves- teerders in China, Rusland en andere opkomende economieën leiden.’ Oftewel, Nederland geeft zich, samen met de andere Europese lidstaten, kennelijk over aan mogelijke claims van Canadese be- drijven, of in Canada gevestigde dochters van Amerikaanse ondernemingen,33 zodat Nederlandse ondernemers die in Rusland of China zaken doen, beschermd worden.
31
Nederland staat, na de VS, tweede op ranglijst van landen met de meeste ISDS-zaken. Niet omdat bedrijven de Nederlandse overheid voor de arbitragecommissie hebben ge- daagd, maar omdat multinationals Nederland als brievenbusland voor allerlei belasting- constructies gebruiken – en vanuit hier zaken in andere landen aanhangig maken. Zo faciliteert Nederland de bescherming van investeerders boven die van burgers. Link naar 50 jaar ISDS rapport › 50 jaar ISDS rapport
30
Milieu of Handel?
Wereldwijd staan we voor grote uitdagingen op milieugebied. Of het nu gaat om afnemende biodiversiteit of klimaatverandering, geen enkel internationaal (handels-)verdrag kan de noodzaak om milieuproblematiek aan te pakken, negeren. Draagt CETA bij aan een beter milieu?
Meer handel = meer vervuiling
32
Om te beginnen is er niets inherents duurzaam aan handelsverdragen. En ondanks zalvende woorden uit Brussel en Den Haag geldt dat ook voor CETA. De reden hiervoor is simpel: meer handelsverkeer over de lange afstand tussen Canada en de EU leidt tot ho- gere emissies van broeikasgassen door schepen en vliegtuigen. Hierover is de Sustainability Impact Analysis (SIA), die de Europese Commissie in 2011 liet uitvoeren naar CETA, duidelijk. Tenzij er
concrete maatregelen worden genomen om de milieu-impact van een nieuw verdrag te verzachten betekent meer handel simpelweg meer vervuiling en hogere CO2-uitstoot. Dat zal zo blijven totdat de lucht- en zeevaart, nu verant- woordelijk voor 8 procent van de totale CO2-uitstoot in de wereld, volledig is verduurzaamd.
Ook zal CETA volgens de SIA een ne- gatieve impact hebben op het milieu omdat het verdrag zal leiden tot verdere intensivering van de landbouw. Als gevolg hiervan zal er ‘een toename in het gebruik van chemische producten’ zijn, die op zijn beurt invloed zal hebben op ‘de kwaliteit van het land, het grondwa- ter, lucht(vervuiling), biodiversiteit en afvalproductie.’ Verder waarschuwt de SIA dat de verwachte toename van de productie van rundvlees zal leiden tot een hogere uitstoot van het zeer krach- tige broeikasgas methaan.38
33
ciële sector’. In oktober van datzelfde jaar dringt Nederland opnieuw aan op dekking van de financiële sector door ISDS, want ‘Canada filtert toegang tot geschilbeslechtingsopties voor inves- teerders, o.a. via de Investment Canada Act35 en prudential carve-outs.’36 Dit laatste biedt overheden de mogelijk- heid om tijdelijk voorzorgsmaatrege- len te nemen in de financiële sector, bijvoorbeeld in tijden van crisis. Maar volgens de Nederlandse onderhan- delaars is ‘de beperkte toegang tot geschillenbeslechting onwenselijk voor Nederlandse investeerders.’ Uiteinde- lijk heeft de Nederlandse overheid op beide gebieden haar zin gekregen. Met dank aan CETA is de financiële sector in Canada verder gedereguleerd37 en onderdeel geworden van ICS. De finan- ciële sector opnieuw reguleren, bijvoor- beeld om een herhaling van de crisis
te voorkomen, kan leiden tot immense
schadeclaims.
NEDERLAND WIL MEER
De Nederlandse overheid presenteert zichzelf graag als koploper als het gaat om het hervormen van investeringsar- britage. Maar in de praktijk van de CE- TA-onderhandelingen was daar weinig van te merken. In de periode 2011- 2013 drong Nederland bij de Europese Commissie zelfs meermaals aan op een ‘zo hoog mogelijk beschermingsniveau’ voor investeerders.
Ook zette Nederland in op dekking van de financiële sector door ISDS. Canada, met de lessen van de financiële crisis in het achterhoofd, was aanvankelijk te- rughoudend om haar financiële sector bloot te stellen aan mogelijke claims. Een van de redenen hiervoor is dat Canada relatief ongeschonden de crash van 2008/9 was doorgekomen. De financiële industrie was destijds goed beschermd en bovendien uitgezonderd van investeringsarbitrage onder het Noord-Amerikaanse NAFTA-verdrag34. De bescherming van de financiële sector in Canada is de Nederlandse on- derhandelaars een doorn in het oog.
In 2012 hekelt de Nederlandse han- delsdelegatie de Canadese terug- houdendheid in een bericht aan de Europese Commissie en benadrukt dat ‘Nederland […] grote belangen heeft in een substantiële opening van de finan-
Vrijblijvende regels en positieve prikkels
Het grote probleem met de afspraken die in het kader van CETA zijn gemaakt op milieugebied, is dat deze niet bindend zijn. Deze vrijblijvendheid staat in schril contrast met de bindende en juridisch afdwingbare handels- en investerings- regels. Bedrijven krijgen allerlei rechten toebedeeld, terwijl de artikelen in het duurzaamheidshoofdstuk van CETA omkleed zijn met woorden als ‘vrijwillig’, ‘stimuleren’ en ‘aanmoedigen’.39 Omdat op het schenden van de afspraken geen sancties kunnen volgen, zijn het holle frasen zonder juridisch gewicht. Of zoals het in het rapport Making sense of CETA
is opgeschreven, ‘het duurzaamheids-
hoofdstuk in CETA: mooie gordijnen voor een verder leegstaand huis.’40
CLAIM 5
Opmerkelijk genoeg blijkt uit interne do- cumenten van de Nederlandse handels- raad dat de Canadese regering, destijds onder leiding van de conservatieve en allesbehalve milieuvriendelijke Xxxxxxx Xxxxxx, een voorstel heeft gedaan om een boetesysteem te introduceren in het duurzaamheidshoofdstuk.41 Dit was in 2011. Dit systeem heeft CETA uiteindelijk niet gehaald en dat is mede te danken aan Nederlandse onwil. De reactie van Nederland op het Canadese voorstel: ‘Nederland is voorts geen voorstander van het door Canada voorgestelde sys-
teem van boetes in het duurzaamheids- hoofdstuk. Onze voorkeur gaat uit naar [een] systeem met positieve prikkels.’
Fossiele belangen
Al tijdens de onderhandelingen bleek dat bindende milieuafspraken geen overbodige luxe zijn. Canada en het Canadese bedrijfsleven lobbyden destijds met succes voor het afzwakken van de Europese Richtlijn voor Brandstofkwa- liteit. Het doel van deze richtlijn is om de impact van benzine en diesel op het klimaat te beperken. Dat moest onder
meer gebeuren door brandstoffen op ba- sis van de zeer vervuilende teerzandolie zwaarder te belasten dan brandstoffen op basis van conventionele olie. Canada is een grote producent van teerzandolie en het land was overduidelijk not amused met de geplande maatregel. Er zou zelfs zijn gedreigd om uit de onderhandelin- gen over CETA te stappen als de extra belasting van teerzandolie niet werd geschrapt.42 Uiteindelijk gaf de Europese Commissie toe aan de Canadese druk en verdween de belasting uit de richtlijn.
CETA geeft de productie van teerzandolie in Canada bovendien nog een duw in de rug. Het Europese importtarief op mineral fuels (benzine en diesel gemaakt van fossiele brandstoffen) zakt namelijk van 4,7 procent naar 0 procent. Teerzandolie, berucht vanwege de grote impact die de
34
35
Xxxxxxxx Xxxxxxx, voormalig Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamen- werking in Rutte II
ISDS EEN GEVAAR VOOR HET MILIEU
Keer op keer verzekeren beleidsmakers ons dat handelsverdragen niet in de weg zullen staan van het aanpakken van milieu- of klimaatproblemen. In de praktijk blijkt echter dat het vooral olie-, gas- en mijnbouwbedrijven zijn die gebruik maken van de arbitrage- clausules (zie hoofdstuk 5 over ISDS,
Investor State Dispute Settlements) die in deze verdragen zijn opgenomen. De
zaken die zij aanspannen gaan boven- dien vaak juist over milieuregelgeving. Maar liefst één op de vier ISDS-zaken die ooit zijn gestart, is afkomstig uit de fossiele industrie. En dit percentage steeg in 2015 tot een derde van alle
nieuw ingediende claims.45 Dit verklaart waarom Canada, een land met een grote fossiele industrie, de twijfelach- tige eer heeft het meest aangeklaagde ‘hoge-inkomensland’ ter wereld te zijn.46 Canada is zelf ook afzender van
winning heeft op milieu en klimaat, kan vanaf het moment dat CETA in werking treedt, dus belastingvrij naar de EU stromen.43 Dat is koren op de molen van Canada’s olieproducenten. Het energie- bedrijf TransCanada heeft vergevorderde plannen om een pijpleiding aan te leggen van de teerzanden in Alberta naar de Atlantische kust. Hier kan de ruwe olie worden verwerkt in de raffinaderij van mede-investeerder in deze pijpleiding Irving Oil44 en als benzine naar Europa worden verscheept. Het wegvallen van de Europese importheffingen op benzine zal in de kantoren van deze bedrijven met gejuich zijn ontvangen.
37
36
veel ISDS-zaken: 45 zaken zijn vanuit Canada aangespannen.47 Hiermee staat het land op de vijfde plaats in de rang- lijst van landen van waaruit de meeste ISDS-zaken worden aangespannen.
Bedrijven zoals Lone Pine, Mo-
bil en Xxxxxxx/Bilcon zijn onder het Noord-Amerikaanse handelsverdrag NAFTA zaken gestart tegen de Canade- se overheid en eisen vele miljoenen aan compensatie. Lone Pine Resources bij- voorbeeld diende een claim in van 120 miljoen dollar vanwege het verbod dat de overheid van Quebec had ingevoerd op gaswinnning met de omstreden fracking methode.
En ook klimaatbeleid is aanleiding geweest een ISDS-zaak te starten. Zo diende TransCanada in 2016 een claim van 15 miljard dollar in na Xxxxx’x veto op de aanleg van de Keystone XL,48 een pijpleiding die de Canadese teerzanden moet verbinden met Ame- rikaanse raffinaderijen aan de Golf van Mexico. De voormalige president kwam tot deze beslissing omdat hij vond dat de Verenigde Staten voorop moest lopen in de strijd tegen klimaatveran- dering.49 Na het aantreden van Xxxxx kreeg TransCanada alsnog toestem- ming voor de aanleg, en TransCanada heeft daarop de ISDS-claim terugge- trokken.
Een kwestie van privacy
Met CETA in de hand kunnen Canadese dienstverleners Europese persoons- gegevens in Canada verwerken en opslaan. Omdat de waarborgen onvoldoende zijn ondermijnt het verdrag de mogelijkheden om onze persoonsgegevens te beschermen.
Bedrijven willen alles weten
Van onze belastingaangifte tot het bestellen van eten, vandaag de dag regelen we ons leven steeds vaker online.
En meer en meer apparaten zijn met het internet verbonden. Het gebruik van onlinediensten heeft een keerzijde: we delen voortdurend een groot deel van onze persoonlijke informatie over het internet. Dat heeft gevolgen, bijvoor- beeld, je berichten op Twitter geven een indicatie van je geestelijke gezondheid. In een geheim experiment trachtte Facebook de emoties van gebruikers te beïnvloeden. En gebruikte zoektermen
geven inzicht in het ontstaan van epi- demieën. Deze ontwikkelingen zijn niet alleen een kwestie van fundamentele rechten, maar kunnen ook onze institu- ties ondermijnen.
Na Brexit en de Amerikaanse verkie- zingen bleek dat Cambridge Analytica toegang had verworven tot gegevens van Facebook gebruikers. Deze gegevens zijn gebruikt voor “micro-targetting”
CLAIM 6
en politieke campagnes. Het Canadese bedrijf AggregateIQ was hierbij betrokken en er loopt een strafrechtelijk onder- zoek naar Russische betrokkenheid. De onthullingen van klokkenluider Xxxxxx Xxxxxxx tonen aan dat ook de overheid misbruik maakt van de enorme hoe- veelheden informatie die burgers bewust en onbewust online prijsgeven. Een robuuste en effectieve bescherming van persoonsgegevens is van fundamenteel belang – ook bij grensoverschrijdend dataverkeer.
38 39
Interpretieve verklaring van het algemeen secretariaat van de Europese Raad
Zwakke waarborgen
Vijftien jaar geleden besloot de Euro- pese Unie dat Canada een ‘passend’ beschermingsniveau bood voor de data en privacy van EU-burgers. Dit had tot gevolg dat EU-data voortaan zonder verdere waarborgen konden worden geëxporteerd naar Canada. In 2014, oordeelde het Europese Hof van Justitie na de zaak Xxxxxxx (zie kader) dat Europese persoonsgegevens enkel nog mogen doorstromen naar landen die een gelijkwaardig beschermingsniveau als de EU bieden.56
Een EU beschikking die vaststelt dat een ander land gepaste bescherming van persoonsgegevens biedt is de juiste aanpak. Indien later komt vast te staan dat het land geen gepaste bescherming (meer) biedt, kan de EU de beschikking intrekken. Dit geldt niet voor grens- overschrijdend verkeer van persoonlijke
gegevens op grond van verplichtingen in een handelsverdrag. Dit dataverkeer kan alleen gereguleerd worden voor zover het handelsverdrag dit toestaat door middel van uitzonderingen op de verdragsver- plichtingen.57
CETA bevat verplichtingen om grens- overschrijdende dienstverlening toe te staan. Dit betekent dat Canadese be- drijven hun diensten kunnen aanbieden aan Europese consumenten, zonder dat zij hier gevestigd hoeven te zijn. Denk bijvoorbeeld aan financiële gegevens
in handen van een Canadese bank. Op grond van deze verplichtingen kunnen internationaal opererende Canadese dienstverleners je persoonsgegevens in Canada verwerken en opslaan.
Als uitzondering op deze verdragsver- plichtingen mogen de EU en Canada maatregelen nemen met betrekking tot grensoverschrijdende gegevensstromen om privacy en persoonsgegevens te be- schermen. Maar deze uitzondering op de verdragsverplichtingen wordt door strikte voorwaarden in CETA beperkt. Xxxxx xx
00
00
XX XXXX XXXXXXX
De Oostenrijkse jurist en privacy-ac- tivist Xxxxxxxxxxx Xxxxxxx spande
in 2013 een rechtszaak aan tegen Facebook, omdat hij niet wenste dat zijn persoonsgegevens werden door- gestuurd naar de Verenigde Staten. Hij betoogde dat de recente onthullingen van Xxxxxx Xxxxxxx aantoonden dat Europese persoonsgegevens onvol- doende worden beschermd tegen misbruik door de National Security Agency. Het Europese hof van justitie stemde hier op 6 oktober 2015 mee in.51 Dit betekende het einde van de Safe Harbor-regeling. Deze regeling be- paalde dat internetbedrijven Europese persoonsgegevens mochten opslaan in de VS, mits werd voldaan aan bepaalde privacyvoorwaarden.
Volgens de Europese privacy-orga- nisatie European Digital Rights initia- tive kan deze uitspraak ook gevolgen hebben voor de doorgifte van Euro- pese persoonsgegevens naar Cana- da.52 De spionageactiviteiten van de Amerikaanse NSA worden namelijk uitgevoerd in nauwe samenwerking met haar Canadese zusterdienst, de Communication Security Establishment. Beide diensten zijn onderdeel van de Five Eyes, een samenwerkingsverband tussen de inlichtingendiensten van de
VS, Canada, Australië, het Verenigd Ko-
ninkrijk en Nieuw-Zeeland. Daarnaast loopt een groot deel van het internet- verkeer tussen de EU en Canada via de VS, waar het door de NSA kan worden onderschept.53
Er zijn dus genoeg redenen om te twijfelen of Canada wel een ‘passend beschermingsniveau’ biedt aan de per- soonsgegevens van Europese burgers. Met betrekking tot het dataverkeer met de VS heeft het Europese Hof van Justitie in de zaak Xxxxxxx ingegrepen om zijn burgers beter te beschermen.54 Maar het CETA-verdrag beperkt de mogelijkheden om dit ook ten aanzien van Canada te doen.55
EU tot de conclusie komen dat persoons- gegevens onvoldoende veilig zijn in Ca- nada en maatregelen nemen, kan Canada op grond van CETA hiertegen in beroep gaan, en kunnen Canadese bedrijven een ICS-zaak beginnen.59 Dit creëert volgens het Instituut voor Informatierecht
een spanningsveld tussen CETA en de bescherming van persoonsgegevens.60 De Europese Commissie heeft onlangs een veel sterkere waarborg voorgesteld; deze waarborg is niet in CETA opgenomen. De commissie heeft half werk geleverd.
Erkende grondrechten
In juli 2017 werd duidelijk dat rechter- lijke toetsing over het waarborgen van persoonsgegevens binnen internationale verdragen een bittere noodzaak is. In dit geval ging het over het Passenger Name Records (PNR) akkoord dat Canada en de EU willen afsluiten. Dit akkoord moet het mogelijk maken om Europese passagiersgegevens ter beschikking van de Canadese autoriteiten te stellen in
de strijd tegen terroristische misdrij- ven en internationale georganiseerde criminaliteit. Het gaat onder meer over
reisdata, reisschema’s, betaalmiddelen en bagage-informatie. Gegevens die inzicht kunnen geven in reisgewoontes, relaties tussen personen, de financiële situatie van luchtreizigers, voedingsgewoonten of gezondheidstoestand.61
Het Europese parlement maakt zich zorgen over de gevolgen van dit verdrag op het gebied van privacy en heeft het Europese Hof van Justitie gevraagd zich hierover te buigen. Het Hof kwam juli 2017 tot het oordeel dat verschillende bepalingen van het PNR akkoord onver- enigbaar zijn met de door de Europese Unie erkende grondrechten. Het Hof merkt hierbij in het bijzonder op dat zowel de EU als Canada hebben erkend dat er mogelijk gevoelige informatie kan worden doorgegeven aan Canada. Denk aan informatie over raciale of etnische afkomst, politieke opvattingen, gods- dienstige overtuiging, of lidmaatschap van een vakvereniging. Het voorgenomen akkoord vormde naar het oordeel van het Hof een ongerechtvaardigde inmenging in de grondrechten op eerbiediging van het privéleven en op bescherming van persoonsgegevens.
CLAIM 7
Deze zaak was de eerste keer in de ge- schiedenis dat het Hof zich uitsprak over de (on)verenigbaarheid van een inter- nationaal verdrag met het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie.62 Om te voorkomen dat CETA Europese fundamentele rechten aantast en onze instituties ondermijnt dient het Hof ook de bescherming van persoonsgegevens in CETA te toetsen voor het verdrag in werking treedt.
43
42
Een groot gebrek
Xxxxxxx Xxxxxxx, voormalig minister van Buitenlandse Handel in Rutte II nieuwsbericht Rijksoverheid ‘Ploumen: pauzeknop voor TTIP’
Transparantie is een essentiële voor- waarde voor een gezonde democratie. En omdat politici niet beschuldigd willen worden van achterkamertjespo- litiek, is het voor hen altijd belangrijk om te benadrukken dat ze op een transparante manier opereren. In
het geval van CETA is dit niet anders. Kijkend naar de totstandkoming en de inhoud van het verdrag valt een grote kloof op tussen zeggen dat je transpa- rant bent en dat daadwerkelijk zijn.
Afgedwongen transparantie
De onderhandelingen over CETA be- gonnen in 2009. Onder leiding van de handelscommissaris Xxxxx xx Xxxxx namens de Europese Unie en Canada’s minister voor Handel Xxxxxxxxx Day.63 Het gros van de onderhandelingsronden vond plaats tussen april 2009 tot okto- ber 2013, het moment waarop Canada en de EU een ‘principeovereenkomst’ sloten. Opvallend is dat in al die jaren de aandacht voor het verdrag vanuit de Nederlandse media nihil was. Niet alleen doordat handelsverdragen door hun complexiteit en jargon niet bepaald een ‘sexy’ mediaonderwerp zijn, maar vooral door een groot gebrek aan transparantie vanuit de onderhandelingen. Er viel simpelweg niet veel meer te melden dan dat er zoiets als CETA was.
Aan deze jaren van stilte kwam in 2014 een einde. Transparantie, of het gebrek eraan in de nieuwe generatie handels- verdragen, werd pas een issue nadat belangrijke onderhandelingsdocumenten waren gelekt. Iets dat zowel bij TTIP, XxXX, XXXXX, EU-Mercosur (MEFTA) als bij CETA is gebeurd. De publieke onrust die op de lekken volgde, dwong de verantwoordelijke politici meer openheid van zaken te geven. Bij TTIP leidde dit
in 2015 tot onder meer de publicatie
van het onderhandelingsmandaat en de posities van de EU op alle gebieden waar het verdrag betrekking op heeft.
De bewering dat TTIP of CETA een ‘rigoureuze keus’ zijn voor transparantie klopt niet. Transparantie is afgedwon- gen door een combinatie van lekken, media-aandacht en de daaropvolgende publieke druk. Voor CETA, dat op dat moment al grotendeels uit onderhandeld was, kwam het ‘transparantieoffensief’ te laat.
Bovendien is de geboden transparantie nog altijd zeer beperkt. De Europese Commissie publiceert wel haar algemene posities en stellingnames ten opzichte van de onderwerpen waarover wordt on- derhandeld. Maar dat is niet hetzelfde als onderhandelingsvoorstellen publiceren of de definitieve teksten openbaar maken. Niet alleen het grote publiek krijgt hier geen inzage in, zelfs de overheden van
de lidstaten kampen met een gebrek aan informatie (zie kader). Dat is een groot probleem. Want doordat het merendeel van de onderhandelingen achter gesloten deuren plaatsvindt en er geen echte openbaarheid is over de voortgang van de onderhandelingen, kunnen onze volksvertegenwoordigers niet controleren of dit het algemeen belang wel gediend wordt. Het parlement kan het proces dus ook niet bijsturen als het een verkeerde kant uitgaat.
Negatieve lijsten
Ook als we kijken naar de inhoud van CETA blijkt een schrijnend gebrek aan transparantie. Op aandringen van
het internationale bedrijfsleven zijn namelijk zogeheten ‘negatieve lijsten’ gebruikt voor CETA en is er een zoge- heten ‘ratchet clausule’ aan het verdrag toegevoegd. De enige manier waarop een combinatie van deze twee dingen trans- parant kan zijn, is als politici een glazen bol hebben waarmee ze de toekomst kunnen zien.
Dat zit zo. Landen die beginnen met onderhandelingen over een verdrag, moeten eerst opschrijven welke on- derdelen van hun economie ze willen liberaliseren en welke ze willen blijven beschermen. Dit opschrijven kan op twee manieren gebeuren. Door middel van een positieve lijst, waarin de sectoren
worden genoemd die een land bereid is te liberaliseren en via een negatieve lijst, waar juist de sectoren worden genoemd die niet in aanmerking komen.
Op het eerste gezicht lijkt dit een technisch detail. Wat zou het immers uitmaken of je opschrijft wat je wel (positieve lijst) of wat je niet wilt liberaliseren (negatieve lijst)? Ook de Europese Commissie presenteert het op deze manier: ‘Het verschil tussen de twee benaderingen is puur technisch, omdat de EU op beide manieren hetzelfde resultaat behaalt.’64
CETA is het eerste Europese verdrag dat gebruik maakt van negatieve lijsten. In eerste instantie was Nederland hier niet heel enthousiast over – de risico’s van negatieve lijsten zijn namelijk behoorlijk groot. Als bijvoorbeeld wordt vergeten een bepaalde sector uit te zonderen van liberalisering, dan gebeurt die liberali- sering automatisch. ‘Negatieve lijsten vergen een wezenlijk andere aanpak dan de EU gewend is’, schrijft de Nederlandse handelsdelegatie. ‘Het is nu niet goed te overzien wat de consequenties zijn van het overschakelen op negatieve lijsten.’65 Ook vragen zij zich af of er voldoende tijd is om ‘de benodigde analyse te maken voor gedegen negatieve lijsten.’66
Uiteindelijk gaat Nederland toch overstag en de redenering achter deze draai laten zien dat het gebruik van een negatieve
44 45
of positieve lijst veel meer is dan een ‘technisch detail’. ‘De onderhandelingen met Canada gaan over ambitie’, schrijft de Nederlandse handelsdelegatie in oktober 2010, ‘als we ambitie willen, dan moeten we ambitie tonen. Het gebruik van negatieve lijsten zal een duidelijke boodschap aan de Canadezen sturen dat we er klaar voor zijn.’
In de documenten die we via de WOB hebben opgevraagd, duikt naast de pu- bliek genoemde ‘ambitie’ nog een reden op om voor negatieve lijsten te kiezen. Het is namelijk een vurige wens van het European Services Forum (ESF), Europa’s grootste lobbyorganisatie die belangen van commerciële dienstverleners ver- tegenwoordigd. Nederland meldt aan
de Europese Commissie dat negatieve lijsten ‘een essentieel onderdeel zijn voor Europese bedrijven’67, en dat het ESF hier ‘op talrijke momenten’ haar steun voor heeft uitgesproken.
De overheid kan maar één kant op
Volgens de Nederlandse delegatie is de bijdrage van het gebruik van negatieve lijsten dat deze, in combinatie met de ratchet clausule CETA ‘toekomstbe- stendig maken’68. De ratchet clausule in CETA betekent dat Canada en de
EU afspreken dat ze de mate waarin verschillende sectoren in hun economie
geliberaliseerd zijn, niet mogen terug- draaien. Of, om nauwkeuriger te zijn, eventuele aanpassingen mogen nog maar één kant opgaan: verdere liberalisering. Als de overheid om wat voor reden dan ook de concurrentie met buitenlandse bedrijven wil beperken, dan mag dat dus niet volgens de afspraken in CETA. Dat
is goed nieuws voor bedrijvenlobby’s als het ESF, maar slecht nieuws voor burgers die de (terechte) verwachting hebben dat hun overheden kunnen ingrijpen als de situatie daarom vraagt. Het ‘toe- komstbestendig maken’ van het verdrag
betekent in feite een drastische inperking van de speelruimte van overheden om de economie te sturen als dat nodig is.
Dit is in het bijzonder relevant als het gaat om publieke diensten als gezond- heidszorg, onderwijs, openbaar vervoer, watervoorziening enzovoorts. Publieke diensten horen toegankelijk en betaal- baar te zijn voor iedereen. De laatste jaren zijn deze principes steeds verder onder druk komen te staan – denk bijvoorbeeld aan buslijnen of postbussen die verdwijnen omdat ze geen winst opleveren.
De ratchet clausule in CETA legt de op dit moment bestaande marktwerking vast. Eventueel ingrijpen door de overheid kan nog maar één kant op: richting meer liberalisering. CETA verbiedt overheden om bepaalde diensten weer in publieke handen te nemen. Wereldwijd is er een
46 47
trend van remunicipalisatie69 waarbij mislukte experimenten met marktwer- king of privatiseringen worden terugge- draaid. Steeds meer lokale en regionale beleidsmakers kiezen ervoor om diensten weer in publieke handen te nemen – tegelijkertijd maakt de ratchet clausule dit voor de toekomst onmogelijk. En kiest bijvoorbeeld een regionale regering toch voor publieke dienstverlening in een sector die aan de markt zou moeten toe vallen, dan kan dat leiden tot kostbare rechtszaken onder ICS.
Multinationals op hun wenken bediend
Een andere, opvallend intransparante, afspraak in CETA70 is de oprichting van het Regulatory Cooperation Forum (RCF). Een speciaal voor CETA in het leven geroepen commissie die ge- plande wetgeving in Canada of de EU moet doorlichten op de gevolgen voor handel – en niet voor de gevolgen van dezelfde wetgeving op bijvoorbeeld milieu, of arbeidsomstandigheden. De
RCF is een langgekoesterde wens van de Canadian European Round Table (CERT), een lobbyorganisatie van Canadese en Europese multinationals, die hier al sinds 2000 voor pleit. Hun voorstel voor deze commissie is vrijwel letterlijk71 overgeno- men in de CETA-tekst.
Het doel van de RCF is te voorkomen dat er handelsbarrières ontstaan door verschillen in regelgeving in de EU en Canada. Bedrijven aan beide kanten van de oceaan kunnen door de RCF in een
vroeg stadium informatie aanvragen over wetgeving die in ontwikkeling is. Ver- volgens kunnen ze hier commentaar op leveren en aanbevelingen doen over hoe een (mogelijk) nieuwe handelsbarrière
te voorkomen is.72 De RCF maakt na dit proces de balans op en doet een voorstel aan de Joint Committee, bestaande
uit afgevaardigden van de Canadese overheid en de Europese Commissie. Dit comité kan vervolgens een voor beide partijen bindende beslissing maken.
Hierdoor kan CETA steeds verder worden uitgebreid, zonder dat het Europese of het Canadese parlement hier toezicht op heeft.73 Ondertussen zit het internatio- nale bedrijfsleven op de eerste rang.
49
48
CETA creëren vragen bij de Nederlandse pers’77. Ook in oktober –‘[informeren] gebeurt naar onze smaak te weinig’ – en november – ‘De Commissie dient
de lidstaten voldoende te informe- xxx’ – herhaalt de Nederlandse klacht zich. Met andere woorden zelfs voor de betrokken Nederlandse ambtenaren was meer inhoudelijke transparantie
over het verdrag vooral een wens, geen keuze.
OVERHEDEN IN HET ONGEWISSE
Tijdens de CETA-onderhandelingen tastten niet alleen Europese en Cana- dese burgers in het duister, zelfs de Nederlandse overheid had slecht zicht op wat er inhoudelijk werd besproken. De Nederlandse afgevaardigden naar de Europese handelscommissie hebben vaak moeten aandringen op meer transparantie vanuit de Commissie naar de lidstaten. Dat begon al in april 2010 wanneer Nederland aan de com- missie vraagt ‘om de onderhandelingen met Canada beter af te stemmen met de lidstaten, en om voor een goede terugkoppeling te zorgen. Het kan niet zo zijn dat we onze informatie van een weblog moeten halen’.74
En in juni 2012, wanneer de Euro- pese Commissie zich beklaagt over het gebrek aan betrokkenheid van de lidstaten, antwoordt de Nederlandse handelsdelegatie: ‘Mogelijk hangt [dit] samen met beperkte informatie die
lidstaten ontvangen over de voortgang van de onderhandelingen en open- staande punten?’75 Een maand later is het opnieuw raak: ‘Nederland wil [..] nogmaals aandringen op meer trans- parantie van de Commissie richting lidstaten. Uitlatingen via twitter zoals door Xxxx Xxxxxx00 over het verwijderen van bepaalde ‘ACTA-onderdelen’ uit
Xxxxxx aan beschaving?
Vrijhandel of gewelddadige chaos, dat is volgens Tusk de keuze waar de Europese bevolking voor staat. Dit is uiteraard een valse tegenstelling, een frame die de terechte kritiek op han- delsverdragen wegwist. Handelsver- dragen zoals CETA die de rijken rijker maken en multinationals machtiger, spelen verliezers van globalisering tegen elkaar uit en dragen daardoor
bij aan de opkomst van nationaal-po- pulisme.
Hooligans of fair trade
In de Europese variant op good cop, bad cop is Tusk overduidelijk de laatste. Op twitter noemde hij degenen die zich verzetten tegen handelsverdragen zelfs ‘handelshooligans’79. Hiermee stelt hij vakbonden, ngo’s en milieuorganisaties gelijk aan de groepen losgeslagen voetbalfans die om de zoveel tijd
Europese binnensteden aan gort slaan. De bestaande zorgen over de gevolgen van CETA voor klimaatverandering, het mogelijke verlies aan banen en exclusie- ve rechtbanken waar bedrijven de staat kunnen aanklagen zijn, als we het aan Tusk vragen, te wijten aan gebrek aan beschaving.
Handelscommissaris Xxxxxxx Xxxxxxxxx is de good cop. Zij prijst CETA aan op een manier die eerder past bij een campagne voor een goed doel dan een verdrag
CLAIM 8
dat is bedoeld om de export van grote bedrijven te bevorderen. ‘[CETA] helpt om globalisering te organiseren volgens de principes van fair trade’, aldus Malm- ström. ‘CETA zal laten zien dat Europa en Canada het menen als we zeggen dat we progressief handelsbeleid willen dat onze gedeelde waarden hooghoudt.’80 Helaas voor commissaris Malmström (en de inwoners van de EU en Canada) is er, op
51
50
78
Xxxxxx Xxxx, voorzitter van de Europese Raad tijdens de 16e EU-Canadatop in 2016
enkele uitgesproken goede intenties na, vrijwel niets in CETA dat deze bewerin- gen ondersteunt.
Geniaal en gevaarlijk
De manier waarop zowel Tusk als Malmström (zie kader) het debat over handelsverdragen proberen te framen
– internationale samenwerking versus protectionisme en conflict, of CETA als een fairtradeproject – is even geniaal als gevaarlijk. Het slimme aan deze strategie is dat ze op deze manier proberen progressieve burgers aan hun zijde te krijgen. Een stem vóór CETA is een
stem voor fair trade en een stem tegen nationaal-populisme. Het gevaar van deze voorstelling van zaken is dat het de terechte kritiek op handelsverdragen ondermijnt. Terwijl de kleine stappen vooruit in CETA, zoals de hervorming van ISDS of meer transparantie, juist te danken zijn aan campagnes van critici van het huidige handelsbeleid van de EU en Nederland.
De campagnes van deze critici, de talrijke maatschappelijke organisaties en internationale netwerken die actief zijn op handelsgebied, benadrukken dat het niet gaat om de belangen van Nederland, of de Europese Unie of Canada. Maar dat verdragen als deze werkende mensen treffen, het milieu en het functioneren van de democratie in alle deelnemende
landen. Deze benadering gaat uit van het belang van internationale samen- werking van onderop in het verzet tegen de almaar toenemende macht van het internationale bedrijfsleven en de overheden die dit ondersteunen. Het gaat over ruimte voor alternatieven, eerlijke belastingen en democratische macht en controle over handelsbeleid. Een benadering die deze organisaties al sinds jaar en dag toepassen om uit het frame van wij-zij denken te stappen.
Achterkamers en de opkomst van het nationaal-populisme
De opkomst van nationaal-populisme – ‘een terugkeer naar nationaal egoïsme’
– is een zorg die Tusk terecht uitspreekt. De beweging voor duurzame en eerlijke handel die zich in de straten van Am- sterdam, Brussel en Ottawa uitspreekt tegen de nieuwe generatie handelsver- dragen, maakt zich grote zorgen om
de toenemende vreemdelingenhaat. De afgelopen jaren hebben meerdere rechtse en xenofobe politici zich ook uitgesproken tegen vrijhandel. Waar
Tusk in zijn uitspraken aan voorbijgaat, is dat het huidige economische model en vrijhandelsverdragen juist bijdragen aan de opkomst van nationalisme en rechts-extremisme:
Deze bijdrage is de het duidelijkst terug te zien in de opkomst van Xxxxxx Xxxxx. Mede door zijn beloften uit het
handelsverdrag Trans-Pacific Partnership te stappen en het Noord-Amerikaanse NAFTA te hervormen, won hij de ver- kiezingen. Xxxxx sprak bijvoorbeeld in zijn verkiezingstoespraken vaak over
de teloorgang van de Amerikaanse industrie door vrijhandelsverdragen zoals NAFTA. Veel Amerikaanse werknemers herkenden zich hier in. Doordat deze vrijhandelsverdragen een concurrentie op loon en bescherming van arbeidsrechten organiseerden, worden arbeiders tegen elkaar uitgespeeld. Xxxxx verhuisden naar Mexico waar lonen en milieuregels lager zijn dan in de VS. Mede door
deze concurrentie op de lonen van de Amerikaanse middenklasse zijn deze al decennia niet gestegen. Tegelijkertijd heeft de top van het Amerikaanse bedrijfsleven grof verdiend aan NAFTA.
Xxxxx opende vervolgens de aanval op (onder meer) Mexico en is openlijk racistisch en vijandig over Mexicaanse
werknemers in Mexico en de VS. Hiermee laat hij de werkelijke oorzaak van het probleem ongemoeid: een economisch model, waarmee handelsverdragen onlosmakelijk zijn verbonden, dat inkomsten en vermogen herverdeelt
van arm naar rijk, van werknemers naar bedrijven en van publieke naar private belangen.
Nu is Amerikaans nationaal-populisme anders dan de Europese of Nederlandse variant, maar er zijn belangrijke over- eenkomsten. Ook hier is de tactiek bevolkingsgroepen tegen elkaar uit te spelen in een economische race naar de bodem. En er bestaat een met de VS
gedeelde afkeer van achterkamertjespo- litiek waarin politieke en economische elites van alles bepalen zonder verant- woording af te leggen.
De manier waarop CETA is onderhandeld in achterkamers, waarop het de belangen dient van de grote bedrijven die af willen van beschermingsregels voor mens,
dier en milieu, de manier waarop de democratische invloed en controle door het Europese en nationale parlement ernstig worden beperkt, de vage beloften en aangehechte annexes met vage taal over compensatie van de onvermijdelijke ‘slachtoffers’ van CETA:81 dat is nu juist wat kiezers van een nationaal-popu- listische partij de gevestigde politiek kwalijk nemen. De conclusie die politici als Tusk en Malmström hieruit zouden moeten trekken, is dat alleen een grondige hervorming van onze economie naar meer sociale, rechtvaardige en milieuvriendelijke lijnen het populisme kan bestrijden. Een herstart van het handelsbeleid zou een goede eerste stap zijn, zoals voormalig Handelsminister Xxxxxxx het noemde: handelsbeleid is toe aan een reset.
52 53
54
55
Wat betreft de vrees dat de EU ‘geen betrouwbare partner is’ als ze niet in staat is CETA af te sluiten, stellen jour- naliste Xxxxx Xxxxx en de econoom Ro- xxxx Xxxx, beiden prominent aanwezig in het debat rondom TTIP, voor om Xxxxxxxxxx opmerking om te keren. ‘CETA nu niet ondertekenen geeft aan de rest van de wereld het sterke signaal af dat de EU niet alleen praat over een reset van handelsbeleid, maar daar ook serieus werk van gaat maken’.83 Deze reset moet ertoe leiden dat mens en milieu voorop staan, in plaats van de belangen van het bedrijfsleven.
ALS HET MET CANADA NIET LUKT...
Tijdens de ophef die in oktober 2016 ontstond rondom de weigering van Wallonië om CETA te ondertekenen (zie inleiding), kwam handelscommissaris Malmström met een nieuwe reden om CETA te omarmen: ‘Als we CETA met Canada niet kunnen goedkeuren, met wie kunnen we dan nog handelsver- dragen afsluiten? Onze boodschap aan de wereld zou in dat geval zijn dat we geen betrouwbare partner zijn.’82 Deze opmerking komt erop neer dat Canada een vooruitstrevend land is waarmee het toch wel moet lukken om een ver- drag te sluiten.
Een redenering die totaal voorbijgaat aan de kritiek op handelsverdragen. Maatschappelijke organisaties en de vele honderdduizenden Europeanen die afgelopen jaren geprotesteerd hebben, doen dat omdat ze grote bezwaren hebben tegen de inhoud en gevolgen van handelsverdragen. Juist rijke landen als Canada en Nederland zijn verplicht om verantwoording te nemen voor de gevolgen van handel op mensenrechten, het milieu en de democratie. Het eenzijdige recht voor bedrijven om overheden aan te klagen als er beleid wordt ingevoerd dat hun winsten aantast, onderdeel van CETA, is hiermee fundamenteel in strijd.
Nawoord
Kort na haar aantreden nam handels- commissaris Xxxxxxx Xxxxxxxxxx het op zich het Europese handelsbeleid op de schop te nemen. ‘Trade for all’, heet deze nieuwe benadering. Malmström beloofde dat handelsverdragen nooit afbreuk zouden doen aan bescher- ming van consumenten, het milieu of arbeid, dat het beschermingsniveau alleen omhoog zou gaan en dat over- heden nooit het recht zouden opgeven om publieke beleid te maken.84
Zoals deze publicatie duidelijk maakt, lost CETA deze belofte niet in. Het verdrag ondermijnt deze principes.
Multinationals krijgen het recht overhe- den aan te klagen in private tribunalen en zetten de nationale en Europese rechtsgang buiten spel. De speelruimte van democratisch gekozen overheden wordt drastisch beperkt door nieuwe instituten als het Regulatory Cooperation
Forum. Ons voedsel wordt minder veilig, onze privacy slechter gewaarborgd en publieke diensten worden verder in het nauw gedreven.
CETA gaat niet om ‘handel voor ie- dereen’, om Xxxxxxxxxx woorden te gebruiken, maar om handel boven alles en voor aandeelhouders van een klein aantal grote bedrijven. Het bevorderen van handel krijgt prioriteit boven het aanpakken van de grote uitdagingen waar de wereld voor staat: milieu, kli- maat, sociale en economische ongelijk- heid, opkomend populisme enzovoorts. Al deze zaken worden terzijde geschoven om te voldoen aan de wensen van een alsmaar machtiger wordend internatio- naal bedrijfsleven.
CETA is daarmee niet anders dan het handelsbeleid zoals we dat al decennia kennen. Verdragen waartegen de
afgelopen jaren in Nederland, Canada en de rest van de wereld duizenden mensen de straat op zijn gegaan.
De toekomst
In oktober 2016 werd CETA ondertekend en enkele maanden later keurde ook
het Europees Parlement het verdrag goed. CETA is voorlopig in werking getreden sinds september 2017 – maar de toekomst van het verdrag staat nog niet vast. Zo onderzoekt het Duitse gerechtshof nog of het verdrag niet
in strijd is met hun grondwet. Ook de Belgische premier Xxxxxx Xxxxxxxx heeft aan het Europees Gerechtshof gevraagd om te oordelen of het verdrag, en in het bijzonder of de investeringsarbitrage ICS niet in strijd is met andere Europese verdragen.
Omdat CETA een gemengd verdrag85 is
moeten ook individuele lidstaten hun goedkeuring verlenen. De parlementen van Portugal, Kroatië, Malta, Oostenrijk, Tsjechië, Denemarken, Litouwen en Fin- land hebben dat inmiddels gedaan. Maar er bestaan grote twijfels of alle lidstaten het verdrag goedkeuren. Het Europees Parlement heeft het verdrag weliswaar met een meerderheid van de stemmen goedgekeurd86, maar de weerstand was veel groter dan voorheen.87 En gekeken naar de uitslagen van de stemming in het Europees Parlement uitgesplitst naar lidstaat blijkt dat, ten tijde van stem- ming, vijf landen het verdrag verworpen zouden hebben.88 Ook onder de Neder- landse Europarlementariërs was er geen meerderheid voor CETA.
In Nederland is er na de verkiezingen van afgelopen mei op het eerste gezicht een krappe meerderheid in de Tweede Kamer voor CETA. Dit kan echter zo
56 57
maar veranderen. Vooral de PvdA is intern verdeeld over het verdrag. Tijdens de stemming in het Europees Parlement onthielden de afgevaardigden van de PvdA zich van stemming.
NOTEn
Het lijkt nu voor de hand te liggen dat het Nederlandse parlement haar
behandeling zal opschorten totdat het Europese Hof heeft geoordeeld of delen van CETA in strijd zijn met het Europees recht.
CETA is dus allesbehalve een gelopen race. En belangrijker: door CETA tegen te houden kan een echte reset van de
Europese handelsagenda worden ingezet. Een reset die begint met het stoppen van de ouderwetse handelsverdragen.
1 Website Rijksoverheid, Besluit op Wob-verzoek over Comprehensive Economic and Trade Agreement (CETA), xxxxx://xxx.xxxxxxxxxxxxx.xx/xxxxxxxxxx/ wob-verzoeken/2017/04/14/besluit-op-wob-ver- zoek-over-comprehensive-economic-and-tra-
de-agreement-ceta (laatste bezocht op 18-06-2018)
2 Website Office of the US Trade Representative, Canada, xxxxx://xxxx.xxx/xxxxxxxxx-xxxxxxx/xxxxxxxx/ canada (laatste bezocht op 18-06-2018)
3 Public Citizen, Tens of Thousands of U.S. Firms Would Obtain New Powers to Launch Investor-State Attacks against European Policies via CETA and TTIP, https:// xxx.xxxxxxx.xxx/xxxxxxxxx/XX-XXXX-xxxxxxxxx.xxx (laatste bezocht op 18-06-2018)
4 BNR Nieuwsradio, PLOUMEN: ‘TTIP IN HELE DIEPE VRIESKIST, februari 2017, xxxxx://xxx.xxx. nl/cookiewall?target=%2Fnieuws%2Fpoli- tiek%2F10319072%2Fploumen-ttip-in-hele-die- pe-vrieskist (laatste bezocht op 18-06-2018)
5 G20, G20 declaration 2017, juli 2017, xxxxx://xxx. x00.xxx/xxxxxxxx/x00/xxxxxxx/xxxxxx/x00_xxxxxxx/ img/timeline/Germany/G20-leaders-declaration.pdf (laatste bezocht op 18-06-2018)
6 Website Rijksoverheid, Belang CETA, https:// xxx.xxxxxxxxxxxxx.xx/xxxxxxxxxxx/xxxx-xxxxxxxxxx- drag-met-canada/belang-ceta (laatste bezocht op 18-06-2018)
7 European Commission, The EU-Canada Comprehen- sive Economic and Trade Agreement (CETA) Opening up a wealth of opportunities for people in the Netherlands. European Commission, February 2017 xxx.xx.xxxxxx.xx/xxxx (laatste bezocht op
18-06-2018)
8 European Commission and the Government of Canada, Assessing the costs and benefits of a closer EU-Canada economic partnership, 2014 http:// xxxxx.xx.xxxxxx.xx/xxxxxx/xxxx/0000/xxxxxxx/xxx- doc_141032.pdf (laatste bezocht op 18-06-2018)
9 UNCTAD, IIA Issues note, May 2017, xxxx://xxxxxx. org/en/PublicationsLibrary/diaepcb2017d1_en.pdf (laatste bezocht op 18-06-2018)
februari 2017, xxxxx://xxx.xxx.xx/xxxxxxxxx/xx-xxx- noom-die-het-waagde-aan-ttip-te-tornen?share=1 (laatste bezocht op 18-06-2018)
11 Xxxxxx and Storm, CETA Without Blinders: How Cutting ‘Trade Costs and More’ Will Cause Unem- ployment, Inequality and Welfare Losses, September 2016, xxxx://xxx.xxx.xxxxx.xxx/xxxx/Xxxx/
wp/16-03CETA.pdf (laatste bezocht op 18-06-2018)
12 Arbeitkammer, ASSESS_CETA: Assessing the claimed benefits of the EU-Canada Trade Agreement (CETA), 2016, xxxx://xxx.xxxxxxxx.xx/xx/xxxxxxxxxxx-xxxx. html?doc_id=418 (laatste bezocht op 19-06-2018)
13 Xxxxxx and Storm, CETA Without Blinders: How Cutting ‘Trade Costs and More’ Will Cause Unem- ployment, Inequality and Welfare Losses, September 2016, xxxx://xxx.xxx.xxxxx.xxx/xxxx/Xxxx/
wp/16-03CETA.pdf (laatste bezocht op 19-06-2018)
14 Lezing Xxx Xxxxxxxx, Out of Equilibrium: The Impact of Canada-European Union Free Trade in the
Real World , juli 2011, xxxxx://xxx.xxxxxxx.xxx/ watch?v=A0HcM4Z1vdw (laatste bezocht op 19-06- 2018)
15 Ha-Xxxx Xxxxx is betrokken geweest onder meer bij verschillende VN-organisaties op sociaal-economi- sche terreinen, bij de Wereldbank, multinationals en ngo’s.
16 Onder meer dichlorvos, acephaat, atrazine, carbaryl, chloropicrine, diazinon, permethrine, and trichlorfon
17 Pesticide Action Network UK, A catalogue of lists of pesticides identifying those associated with particu- larly harmful or environmental impacts, 2009, http:// xxx.xxx-xxxxxx.xxxx/xxx/Xxxxxxxxx/xxxxxxxxxx/ documents/cut_off/list%20of%20lists.pdf (laatste bezocht op 19-06-2018)
18 xxxxx://xxx.xxxxxxx.xxx/xxxxxxx/xx-xxxxx-xxxxxxx/ eu-seeks-wto-case-to-test-hormone-treated- beef-rules-idUSTRE4BL49A20081222 (laatste bezocht op 19-06-2018)
19 Reuters, EU seeks WTO case to test hormone-treated beef rules, December 2008, xxxx://xxx.xxxxx. xxx/xx-xxxxxxxx-xxxx/xxx-xx-xxxxxx-x-xxxxx- xx-xxxxxxxxx-xxxxxxx-xxxxxxxxx-000.xxxx (laatste bezocht op 19-06-2018)
20 Zuivel heeft betrekking tot melk en op melk gebaseerde producten zoals kaas, boter, melkpoeder, enzovoorts
21 In Nederland zakte de melkprijs van 50 cent per kilo in begin 2014, naar 25 cent per kilo in augustus 2015. De huidige prijs ligt rond de 33 cent.
22 Politico, Europe offers €500 million to help
dairy farmers, april 2016, xxxxx://xxx.xxxxxxxx.xx/ article/europe-awaits-last-ditch-effort-to-sa- ve-its-milk-farms-commission-overproduction/ (laatste bezocht op 19-06-2018)
23 Volgens de Dairy Processors Association of Canada gaat het voor kaasproducenten alleen al om 230 miljoen dollar per jaar.
24 Landing zone papers zijn een opsomming van openstaande issues en mogelijke uitkomsten
25 TNI, The case of Newmont Mining vs Indonesia, November 2017 xxxxx://xxx.xxx.xxx/xx/xxxxxxxx/ netherlands-indonesia-bit-rolls-back-implementa- tion-new-indonesian-mining-law (laatste bezocht op 19-06-2018)
26 Rijksoverheid nieuwsbericht, Ploumen: deal met Canada heel goed resultaat, februari 2016, https:// xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xx/xx/xx0xxx00x0xx/ nieuws/ploumen_deal_met_canada_heel_ goed?ctx=vgaxlcr0e00o&tab=2 (laatste bezocht op 19-06-2018)
27 ibid
58 59
28 NRC, ‘Handelsarbitrage vormt risico voor soe- vereiniteit regeringen’, juni 2016 xxxxx://xxx.xxx.xx/ nieuws/2016/06/10/handelsarbitrage-vormt-risi- co-voor-soevereiniteit-1626230-a1508087 (laatste bezocht op 19-06-2018)
29 UNCTAD, IIA Issues note, May 2017, xxxx://xxxxxx. org/en/PublicationsLibrary/diaepcb2017d1_en.pdf (laatste bezocht op 19-06-2018)
30 Statement from the European Association of Judges (EAJ) on the proposal from the European Commission on a new investment court system, November
2015 xxxx://xxx.xxx-xxx.xxx/xxx/xx-xxxxxxx/ uploads/2015/11/EAJ-report-TIPP-Court-october.pdf (laatste bezocht op 19-06-2018)
31 ibid
32 Ed. Xxxxxxxx Xxxxx and Xxxxxxxx Xxxx, Rethinking Bilateral Investment Treaties: Critical Issues and Policy Choices. Xxxx Xxxx, XXXX, Xxxxxxx 0000. p43
33 81 procent van de Amerikaanse bedrijven die actief zijn in de EU, hebben dochterondernemingen in Canada en hebben daardoor het recht om een beroep te doen op ICS.
34 Making Sense of CETA – 2nd edition. Published by PowerShift, CCPA et al., Berlin / Ottawa, 2016, xxxxx://xxxxx-xxxxx.xx/xxxxxx-xxxxx-xx-xxxx-xx/ (laatste bezocht op 19-06-2018)
35 De Investment Canada Act draait om het vooraf toetsen van buitenlandse investeringen in Canada op de gevolgen voor de Canadese economie. Tijdens de CETA onderhandelingen besloot de Canadese regering om de drempelwaarde vanaf waar buitenlandse investeringen worden getoetst verhoogd van 1 naar 1,5 miljard Canadese dollars.
36 Prudential carve-out betekent dat overheden onder bepaalde voorwaarden of omstandigheden de financiële sector al dan niet tijdelijk mogen reguleren, bijvoorbeeld na een financiële crisis.
37 Canada Gazette, Juli 2017, Regulations Amending the Investment Canada Regulations xxxx://xxx.xxxx- xxxxxxxxx.xx.xx/xx-xx/x0/0000/0000-00-00/xxxx/ reg17-eng.php (laatste bezocht op 19-06-2018)
38 European Commission, Sustainable Impact Assess- ment xxxx://xx.xxxxxx.xx/xxxxx/xxxxxx/xxxxxx-xx- king/analysis/policy-evaluation/sustainability-im- pact-assessments/index_en.htm (laatste bezocht op 19-06-2018)
39 Powershift et al., Making Sense of CETA – 2nd edition, Berlin / Ottawa, 2016, xxxxx://xxxxx-xxxxx. de/making-sense-of-ceta-en/ (laatste bezocht op 19-06-2018)
40 Ibid.
41 Guardian, Canada’s real barbarism? Xxxxxxx Xxxxxx’x dismembering of the country, Oktober 2015 xxxxx://xxx.xxxxxxxxxxx.xxx/xxxxxxxxxxx/xxxx- north/2015/oct/14/canadas-real-barbarism-step- hen-harpers-dismembering-of-the-country (laatste bezocht op 19-06-2018)
42 Zeit Online, The hidden costs of trade treaties, Mei 2015, xxxxx://xxx.xxxx.xx/xxxxxxxxxx/0000-00/xxxx- ceta-costs (laatste bezocht op 19-06-2018)
43 Vergeleken met conventionele olie is de CO2 uitstoot tijdens de winning van teerzandolie 3 tot 4 keer zo hoog, zie bijvoorbeeld, Benbina, Beneath the Surface, januari 2013 xxxx://xxx.xxxxxxx.xxx/xxxxxxx/xxxx- ath-the-surface-oilsands-facts-201301.pdf (laatste bezocht op 19-06-2018)
44 Irving Oil heeft grootse plannen met CETA. In 2016 kocht het bedrijf Ierland’s enige raffinaderij. Ook was het gastheer tijdens een bezoek van Europese Ambassadeurs in het kader van CETA.
45 Worldbank, ICSID, xxxxx://xxxxx.xxxxxxxxx.xxx/xx/ (laatste bezocht op 19-06-2018)
46 Ed. Xxxxxxxx Xxxxx and Xxxxxxxx Xxxx, Rethinking Bilateral Investment Treaties: Critical Issues and Policy Choices. Xxxx Xxxx, XXXX, Xxxxxxx 0000. p31
47 UNCTAD, Investment Policy Hub, xxxx://xxxxxxxxxx- xxxxxxxxx.xxxxxx.xxx/ (laatste bezocht op 19-06- 2018)
48 Bloomberg, TransCanada Files $15B Nafta Claim on Keystone XL Rejection, June 2016, xxxxx://xxx.
xxxxxxxxx.xxx/xxxx/xxxxxxxx/0000-00-00/xxxxxxx- nada-files-15b-nafta-claim-on-keystone-xl-rejec- tion (laatste bezocht op 19-06-2018)
49 Guardian, Xxxxx rejects Keystone XL pipeline and hails US as leader on climate change, November 2015 xxxxx://xxx.xxxxxxxxxxx.xxx/xxxxxxxxxxx/0000/ nov/06/xxxxx-rejects-keystone-xl-pipeline (laatste bezocht op 19-06-2018)
50 European Council, Joint Interpretative Instrument on the Comprehensive Economic and Trade
Agreement (CETA) between Canada and the European Union and its Member States, oktober 2016 http:// xxxx.xxxxxxxxx.xxxxxx.xx/xxx/xxxxxxxx/XX-00000- 2016-INIT/en/pdf (laatste bezocht op 19-06-2018)
51 EPIC, Xxxxxxx x. Data Protection Commissioner, xxxxx://xxxx.xxx/xxxxxxx/xxxx/xxxxxxx/ (laatste bezocht op 19-06-2018)
52 EDRI, CETA puts the protection of our privacy and personal data at risk, oktober 2016 xxxxx://xxxx.xxx/ ceta-puts-protection-privacy-and-personal-da- ta-at-risk/ (laatste bezocht op 19-06-2018)
53 Xxxxx et al, Trade and Privacy, Complicated Bedfel- lows?, UVA, juli 2016 xxxx://xxxx.xxxx.xxx/xxxxxx-xx- ta-protection-in-eu-trade-agreements/#sec-5 (laatste bezocht op 19-06-2018)
54 Vrijschrift, CETA ondermijnt bescherming persoonlijke gegevens, oktober 2016, xxxxx://xxx.xxxxxxxxxxx.xxx/ serendipity/index.php?/archives/203-CETA-onder- mijnt-bescherming-persoonlijke-gegevens.html (laatste bezocht op 19-06-2018)
55 EDRI, CETA puts the protection of our privacy and personal data at risk, oktober 2016 xxxxx://xxxx.xxx/ ceta-puts-protection-privacy-and-personal-da- ta-at-risk/ (laatste bezocht op 19-06-2018)
56 NRC, Europees Hof: privégegevens Europeanen mogen niet naar VS, oktober 2016, xxxxx://xxx. xxx.xx/xxxxxx/0000/00/00/xxxxxxxx-xxx-xxxxxxx- drag-met-vs-is-ongeldig-a1412607 (laatste bezocht op 19-06-2018)
57 xxxx://xxx.xxx.xx/xx/xxxxxxx/xxxx/xxxx/0000/00/ study-identifies-possible-tension-between-eu-da- ta-protection-law-and-free-trade-agreements.html (laatste bezocht op 19-06-2018)
58 Ibid.
59 Xxxxx et al, Trade and Privacy, Complicated Bedfel- lows?, UVA, juli 2016 xxxx://xxxx.xxxx.xxx/xxxxxx-xx- ta-protection-in-eu-trade-agreements/#sec-5 (laatste bezocht op 19-06-2018)
60 xxxx://xxx.xxx.xx/xx/xxxxxxx/xxxx/xxxx/0000/00/ study-identifies-possible-tension-between-eu-da- ta-protection-law-and-free-trade-agreements.html (laatste bezocht op 19-06-2018)
61 FD, EU hof haalt streep door PNR akkoord met Canada, xxxxx://xx.xx/xxxxxxxx-xxxxxxxx/0000000/
eu-hofhaalt-streep-door-pnr-akkoord-met-canada (laatste bezocht op 19-06-2018)
62 Hof van Justitie van de Europese Unie, Het Hof ver klaart dat de geplande overeenkomst tussen de Europese Unie en Canada over de doorgifte van passagiersgegevens niet in haar huidige vorm mag worden afgesloten, juli 2017, xxxxx://xxxxx.xxxxxx. eu/jcms/upload/docs/application/pdf/2017-07/ cp170084nl.pdf (laatste bezocht op 19-06-2018)
63 Tegenwoordig werkzaam als lobbyist bij Canadese oliegigant Pacific Energy
64 European Commission, Protecting public services in TTIP and other EU trade agreements, juli 2015, xxxx://xxxxx.xx.xxxxxx.xx/xxxxxx/xxxxx/xxxxx. cfm?id=1115 (laatste bezocht op 19-06-2018)
65 WOB documenten, nr 9, map 5: xxxxx://xxx. xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xxx/xxx/xxxx_0_0.xxx (laatste bezocht op 19-06-2018)
66 WOB documenten nr 10, map 5: xxxxx://xxx. xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xxx/xxx/xxxx_0_00.xxx (laatste bezocht op 19-06-2018)
67 WOB documenten nr 10, map 5: xxxxx://xxx. xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xxx/xxx/xxxx_0_00.xxx (laatste bezocht op 19-06-2018)
68 WOB documenten nr 52, map 5 ibid. xxxxx://xxx. xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xxx/xxx/xxxx_0_00.xxx (laatste bezocht op 19-06-2018)
69 Xxxxxxxxx et al, Reclaiming public services, TNI, Juni 2017, xxxxx://xxx.xxx.xxx/xx/xxxxxxxxxxx/xxxxxx- ming-public-services (laatste bezocht op 19-06- 2018)
70 TTIP kent een soortgelijk voorstel, de Regulatory Cooperation Council.
71 CETA-tekst: ‘Regulators are encouraged to share information on new rules that may affect trade at as early a stage as possible’. CERT-tekst: ‘allow the affected party to comment in advance how the proposed regulation could affect trade and investment patterns.’
72 Government of Canada, Boost your bottom line, xxxx://xxx.xxxxxxxxxxxxx.xx.xx/xxx-xxx/xxx-
paign-campagne/ceta-aecg/boost_your_bottom_li- ne-optimisez_vos_resultats.aspx?lang=eng (laatste bezocht op 19-06-2018)
73 Trew, From NAFTA to CETA: Corporate lobbying through the back door, 2017, xxxxx://xxxxxxx- xxxxxxxx.xxx/xxxx/xxxxx-xxxx-xxxxxxxxx-xxx- bying-through-back-door (laatste bezocht op 19-06-2018)
74 WOB documenten nr 7 map 5: xxxxx://xxx. xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xxx/xxx/xxxx_0_0.xxx (laatste bezocht op 19-06-2018)
75 WOB documenten nr 31, map 5: xxxxx://xxx. xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xxx/xxx/xxxx_0_00.xxx (laatste bezocht op 19-06-2018)
76 Destijds woordvoerder van handelscommissaris Xxxxx xx Xxxxx.
77 WOB documenten nr 31, map 5: xxxxx://xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xxx/xxx/ ceta_5_31.pdf (laatste bezocht op 19-06-2018)
78 European Commission – Speech CETA - An Effective, Progressive Deal for Europe, September 2016 http:// xxxxx.xx.xxxxxx.xx/xxxxxx/xxxx/0000/xxxxxxxxx/ tradoc_154955.pdf (laatste bezocht op 19-06-2018)
79 xxxxx://xxxxxxx.xxx/xxxxxxxxxxxxx/xxx- tus/786594734277922820 (laatste bezocht op 19-06-2018)
80 European Commission – Speech CETA - An Effective, Progressive Deal for Europe, September 2016 http:// xxxxx.xx.xxxxxx.xx/xxxxxx/xxxx/0000/xxxxxxxxx/ tradoc_154955.pdf (laatste bezocht op 19-06-2018)
81 Eind 2014 was de positie van Xxxxxxx nog als volgt: “In Nederland doen we dat (=omgaan met de negatieve gevolgen van handelsverdragen CETA
en TTIP) via de belastingen, met herscholingen of desnoods uitkeringen. Dat is precies de solidariteit die voor mij de mogelijke negatieve effecten van grote operaties als TTIP billijkt.” WOB documenten nr 10, map 3: xxxxx://xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xxx/ wob/ceta_3_10.pdf (laatste bezocht op 19-06-2018)
82 European Commission – Speech, Towards a new strategy, October 2016 xxxx://xxxxx.xx.xxxxxx. eu/doclib/docs/2015/october/tradoc_153885.pdf (laatste bezocht op 19-06-2018)
83 Went en Hueck, FTM, Reset handelsbeleid begint met het niet ondertekenen van CETA, oktober 2016, xxxxx://xxx.xxx.xx/xxxxxxxxx/xxxxx-xxxxxxxxx-
leid-begint-met-niet-ondertekenen-ceta?share=1 (laatste bezocht op 19-06-2018)
84 European Commission – Speech, Towards a new strategy, October 2016 xxxx://xxxxx.xx.xxxxxx. eu/doclib/docs/2015/october/tradoc_153885.pdf (laatste bezocht op 19-06-2018)
85 In de uitspraak van 16 mei 2017 inzake het EU-Singapore verdrag (Advies 2/15) heeft het
Europese Hof van Justitie geconcludeerd dat de EU geen exclusieve bevoegdheid heeft voor het
afsluiten en goedkeuren van handelsverdragen met bepalingen over portfolio-investeringen en ISDS/ ICS. Dit betekent dat Europese handelsverdragen met deze bepalingen ter goedkeuring moeten worden voorgelegd aan de lidstaten en hun nationale parlementen.
86 De Europese Commissie heeft met het verdrag van Lissabon (‘de Europese grondwet’) de macht gekregen om namens de EU handelsverdragen te onderhande- len. Sommige onderdelen van deze handelsverdragen bleven echter een competentie van lidstaten, waaronder ICS.
87 408 stemmen voor, 254 tegen en 33 onthoudingen
00 Xxxxxxxxx, Xxxxxxx, Xxxxxxxxxxx, Xxxxxx en Oostenrijk
60 61
Wat kunt u doen?
Xxxx of kent u een parlementariër in Den Haag of in Brussel, senator of andere beleidsmaker?
› Wacht op uitspraak Europese Hof
Begin 2019 doet het Europese Hof uitspraak in de zaak die België aanhangig maakte over de verenigbaarheid van CETA (meer specifiek het arbitragesys- teem ICS in dit handelsverdrag tussen
de EU en Canada) met het Europese
leidt meer concurrentie in de landbouw en veeteelt tot hogere standaarden
op gebied van mens, dier en milieu? En hoe waarborgen handelsverdragen als CETA de capaciteit van overheden om te kunnen reguleren in het publiek belang?”
Dit zijn relevante vragen die de leidraad zouden moeten vormen bij de vormgeving van de Nederlandse handelsinzet. Dit is immers niet los
te zien van overige beleidsterreinen. Om bv. de doelstellingen uit de Parijse
Geïnspireerd geraakt door het lezen
van ‘Fabels & Feiten over CETA’, en wilt u zich inzetten voor de beloofde “reset” van het Nederlandse Handels- beleid?
Xxxx u een burger, belastingbetaler of ondernemer?
› U heeft al veel bereikt
62
63
Waar onderhandelingen over interna- tionale zaken, zoals handelsverdragen voorheen altijd diplomatiek en bestuur- lijk werden afgedaan, staan ze nu bloot aan politiek en publiek debat. Door de massale burgerprotesten tegen TTIP bijvoorbeeld, zowel online, in de media als op straat, zijn onderhandelingen over handelsverdragen transparanter geworden.
› Maar uw inzet is nog hard
nodig
Voor een volgende stap in het demo- cratiseren van handelsbeleid is wederom veel publieke en politieke druk nodig.
Wil je ook dat Nederlandse handel met Canada – of met elk ander land - eer- lijk en duurzaam wordt? Volg dan de campagne van de ‘Coalitie voor Duurza- me en Eerlijke Handel’, doe mee aan de activiteiten op onze campagnekalender en spreek je uit.
Doe mee
Meld je aan op: xxx.xxx.xxx/xx/xxxxxx_xxxx_XXXX en help mee!
recht. Voor die tijd heeft het weinig zin
om de ratificatie van CETA al door het parlement te laten goedkeuren. Met name met de uitspraak van het Europese Hof in de zaak Achmea vs. Slowakije in het achterhoofd, waarin het bilaterale handelsverdrag tussen Slowakije en Nederland in strijd wordt verklaard met Europees recht, vanwege het arbitrage- systeem, lijkt het verstandig dit vonnis af te wachten.
› Verzwak de capaciteit van overheden niet om te reguleren in het algemeen belang
Xxxx uzelf de volgende vragen: “Hoe brengen onze handelsverdragen, zoals CETA, ons dichterbij een eerlijke en duurzame economie? Hoe draagt de im- port van vervuilende teerzandolie bij aan de klimaatdoelstellingen van Parijs? Hoe
klimaatakkoorden te halen, zouden juist
ook in het Nederlandse en Europese handels-, en investeringsbeleid de belangen van mens en milieu centraal moeten worden.
› Neem uw rol
Voer zoveel mogelijk politiek debat over CETA en andere handelsverdragen. Of het nu gaat om Handelsverdragen zonder arbitragemechanisme, zoals met Japan (JEFTA) of Nieuw-Zeeland en Australië, of om de modeltekst voor Nederlandse investeringsverdragen: vraag het debat aan! Uw politieke debat informeert het publieke debat en heeft een democratiserende werking op handelsverdragen.