VLIF investerings- en overnamesteun
VLIF investerings- en overnamesteun
01.04.2022
1 INLEIDING
Een landbouwer kan investeringssteun en/of overnamesteun krijgen, maar moet hiervoor aan diverse voorwaarden voldoen.
Zo zijn er o.a. de bepalingen met betrekking tot:
- het inkomen van de landbouwer
- de definitie van het landbouwbedrijf
- het brutobedrijfsresultaat van het bedrijf
- de activiteiten met betrekking tot de landbouwverbreding
- de vakbekwaamheid
Deze voorwaarden worden verder beschreven en toegelicht in de diverse infofiches. De modaliteiten met betrekking tot de overnamesteun worden in een afzonderlijke infofiche weergegeven.
Overige voorwaarden en algemene bepalingen worden hieronder kort toegelicht.
2 ENKELE DEFINITIES
2.1 LANDBOUWER
De landbouwer kan een eenmanszaak, een maatschap of een rechtspersoon zijn.
Onder maatschap wordt verstaan een vennootschap zonder rechtspersoonlijkheid waarvan alle vennoten natuurlijke personen zijn.
Een rechtspersoon is een vennootschap met rechtspersoonlijkheid: enerzijds de landbouwvennootschap of de vennootschap erkend als landbouwonderneming en anderzijds de andere vormen van een vennootschap waarvan alle zaakvoerders en bestuurders natuurlijke personen zijn en onder de vennoten aangewezen zijn. Bovendien bezit elke bestuurder en zaakvoerder minstens 25 % van de aandelen. Alle aandelen zijn op naam en zijn ingeschreven in het aandelenregister.
Een natuurlijke persoon kan zich maar met één bedrijf in één hoedanigheid naar het VLIF richten. Indien men bedrijfsleider is in meerdere landbouwbedrijven, dan kan er maar één van die landbouwbedrijven VLIF-steun ontvangen.
2.2 BEDRIJFSLEIDER
Indien de landbouwer een maatschap is, zijn alle leden/vennoten bedrijfsleider.
Indien de landbouwer een rechtspersoon is, zijn alle zaakvoerders en bestuurders bedrijfsleiders; in geval van een landbouwvennootschap of commanditaire vennootschap, zijn dat alle beherende vennoten.
2.3 MACHINERING/MACHINECOÖPERATIE
Een machinering is een vennootschap die cumulatief aan de volgende voorwaarden voldoet :
a) de doelstellingen van de vennootschap houden in hoofdzaak verband met het gemeenschappelijk gebruik en stallen van landbouwmaterieel dat noodzakelijk is voor landbouwactiviteit van de vennoten;
b) de vennootschap telt ten minste drie vennoten;
c) de vennoten exploiteren samen ten minste twee landbouwbedrijven;
d) de meerderheid van de vennoten, met een minimum van drie, is landbouwer;
e) de statuten bepalen dat iedere vennoot op de algemene vergadering over ten minste één stem beschikt en dat, in geval van verschillende stemmen per vennoot, het aantal stemmen waarover een vennoot beschikt, beperkt wordt tot ten hoogste een vijfde van de stemmen die op de algemene vergadering verbonden zijn aan de vertegenwoordigde deelbewijzen.
De machinering kan investeringssteun verkrijgen voor machineloodsen, inclusief spoel en vulplaats, en machines, met inbegrip van machines voor agrarisch natuurbeheer, die gemeenschappelijk gebruikt worden door de vennoten.
2.4 STEUNAANVRAAG
Om investeringssteun of overnamesteun te verkrijgen moet een steunaanvraag ingediend worden via het e-loket.
2.5 BETALINGSAANVRAAG
Als een investering uitgevoerd is of bepaalde stappen in de overname van een bedrijf zijn uitgevoerd, moeten de facturen en betaalbewijzen (in geval van investeringssteun) of inkomensbewijzen (in geval van overnamesteun) worden voorgelegd.
3 OVERIGE VOORWAARDEN
De landbouwer, natuurlijk persoon of de bedrijfsleider moet:
- aangesloten zijn bij een sociale kas voor zelfstandigen in België en verzekerd zijn op basis van zijn landbouwactiviteiten. Dit moet aangetoond worden aan de hand van een attest dat max. 1.5 jaar oud mag zijn bij het indienen van de betalingsaanvraag en ten vroegste mag dateren van het jaar waarin de selectie plaatsvond.
- bekend zijn bij de FOD Financiën met zijn landbouwactiviteiten.
De landbouwer moet een boekhouding bijhouden in een van volgende vormen:
- een bedrijfseconomische boekhouding die moet voldoen aan de bepalingen en de minimumstandaard vermeld in de bijlage bij het ministerieel besluit van 1 oktober 2007 betreffende bepalingen en minimumstandaard voor de bedrijfseconomische boekhouding in de landbouw, en die gebruikt wordt als basis voor de door de Vlaamse overheid gesteunde adviseringssystemen (altijd vereist bij forfaitaire winstberekening);
- een bewijskrachtige fiscale boekhouding aangevuld met een jaarlijkse inventaris, een balans en een exploitatierekening;
- een vennootschapsboekhouding.
De overgang van een bedrijfseconomische boekhouding naar een andere boekhouding kan alleen bij het begin van een nieuw boekjaar.
De landbouwer leeft alle wettelijke normen op het landbouwbedrijf na op het vlak van leefmilieu, hygiëne, dierenwelzijn en ruimtelijke ordening.
De voorwaarde met betrekking tot leefmilieu houdt in dat de landbouwer beschikt over een omgevingsvergunning om vergunningsplichtige bedrijfsactiviteiten uit te oefenen. Daarnaast moet een veehouder beschikken over voldoende NER’s. Hiervoor wordt verwezen naar de fiche nutriëntenemissierechten.
4 INVESTERINGEN
Voor de subsidiabele investeringen en de steunintensiteit verwijzen we naar de lijst die per blokperiode ter beschikking wordt gesteld op de website van het Departement Landbouw en Visserij. Investeringen moeten gebeuren door een landbouwer op een exploitatie van zijn landbouwbedrijf gelegen in het Vlaamse gewest
Investeringen mogen pas van start gaan nadat een positief selectieresultaat is ontvangen. Een investering is gestart op het tijdstip dat de landbouwer zich contractueel verbonden heeft tot de realisatie ervan. Die verbintenis blijkt uit een ondertekende overeenkomst, de instemming met een offerte, een verkoopovereenkomst of gelijksoortige documenten.
Een investering komt alleen in aanmerking voor steun als binnen vijf maanden vanaf de eerste dag na de blokperiode waarin de steunaanvraag is ingediend, wordt bewezen dat de werken voor de uitvoering ervan gestart zijn (bv. d.m.v. een ondertekende overeenkomst).
Indien er steun wordt aangevraagd voor machines die door meerdere landbouwers samen aangekocht worden, dan kan er enkel steun toegekend worden indien de aankoop door een machinering gebeurde.
Bij aankoop van onroerende goederen, kan dit door twee of meer landbouwers gebeuren op voorwaarde dat er een overeenkomst is waarin duidelijk het aandeel van elke landbouwer is opgenomen. Indien een andere partij dan een landbouwer betrokken is, komt de investering niet in aanmerking voor steun.
De investering en de omvang ervan moeten te verantwoorden zijn ten opzichte van de grootte van het landbouwbedrijf.
De totale omvang van de subsidiabele investeringen bedraagt voor de periode 2015-2022 maximaal
1.350.000 euro per landbouwbedrijf of 2.000.000 euro per bedrijf als de investeringen passen in een herlokalisatieplan van twee bedrijven die ophouden te bestaan.
5 ALGEMENE BEPALINGEN
In geval van overmacht of uitzonderlijke omstandigheden, kan eventueel een uitzondering gemaakt worden op bepaalde verplichtingen en voorwaarden. In deze gevallen moet een omstandig dossier worden overgemaakt
De steun kan niet gecumuleerd worden met andere vormen van steun. In dat verband moet de landbouwer een verklaring op erewoord afleggen waarin vermeld wordt dat geen andere steun aangevraagd is of aangevraagd zal worden.
Iedere vorm van bedrijfsorganisatie of aangifte die artificieel opgezet wordt om steunbetalingen veilig te stellen of om meer betalingen te verkrijgen, evenals het ontlopen van verplichtingen …, wordt beschouwd als “het kunstmatig creëren van voorwaarden om een voordeel te bekomen” conform artikel 60 van verordening (EU) nr. 1306/2013. Deze beoordeling kan aanleiding geven tot correctieve acties.
Disclaimer
Het Vlaamse Gewest heeft deze fiches met de meeste zorg en nauwkeurigheid opgesteld op basis van de meest actuele beschikbare informatie. Het Vlaamse Gewest kan evenwel geen enkele garantie geven omtrent de juistheid of de volledigheid van de informatie in deze fiches. U mag deze informatie niet als een persoonlijk, professioneel of juridisch advies of een equivalent daarvan beschouwen. Het Vlaamse Gewest/de Vlaamse Gemeenschap kan niet verantwoordelijk worden gesteld voor schade die u zou ondervinden door het gebruik van de informatie die in deze fiches /website is opgenomen.
DEPARTEMENT
LANDBOUW & VISSERIJ
XXXXXXXXXX.XX/LANDBOUW