Paritair Comité voor het Vervoer en de Logistiek
Paritair Comité voor het Vervoer en de Logistiek
Collectieve arbeidsovereenkomst van 16 oktober 2007 betreffende de sociale programmatie van het rijdend personeel dat ongeregelde diensten, internationale pendeldiensten en/of internationale geregelde diensten uitvoert.
Hoofdstuk I. Toepassingsgebied
Artikel 1. § 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers van de ondernemingen die ongeregelde diensten, internationale pendeldiensten en/of internationale geregelde diensten uitvoeren en die ressorteren onder het Paritair Comité voor het Vervoer en de Logistiek, alsook op de werklieden die aan de uitvoering van dit vervoer zijn toegewezen.
§ 2. Met werklieden wordt bedoeld de werklieden en werksters.
§ 3. Voor de toepassing van deze overeenkomst worden gelijkgesteld met werklieden :
1° de personen verbonden aan een werkgever bedoeld door artikel 1, § 1, van deze overeenkomst door een arbeidsovereenkomst geregeld door de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten die hoofdzakelijk handenarbeid verrichten ongeacht de juridische kwalificatie die door de partijen aan hun arbeidsovereenkomst werd gegeven;
2° de personen bedoeld in artikel 3, 5° bis, van het koninklijk besluit van 28 november 1969 ter uitvoering van de wet van 27 juni 1969 houdende wijziging van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders.
Commission paritaire du transport et de la logistique
Convention collective de travail du 16 octobre 2007 relative à la programmation sociale du personnel roulant effectuant des services occasionnels, des services de navette internationaux et/ou des services réguliers internationaux.
Chapitre Ier . Champ d’application
Article 1er . § 1er . La présente convention collective de travail s’applique aux employeurs des entreprises effectuant des services occasionnels, des services de navette internationaux et/ou des services réguliers internationaux et ressortissant à la Commission paritaire du transport et de la
logistique ainsi qu’aux ouvriers affectés à l’exécution desdits services.
§ 2. Par ouvriers, on entend les ouvriers et ouvrières.
§ 3. Pour l’application de la présente convention, sont assimilés aux ouvriers :
1° les personnes liées à un employeur visé à
l’article 1, § 1er, de la présente convention par un contrat de travail soumis à la loi du 3 juillet 1978 relative aux contrats de travail qui effectuent principalement un travail manuel, peu importe la qualification juridique donnée par les parties au contrat de travail;
2° les personnes visées à l’article 3, 5°bis, de l’arrêté royal du 28 novembre 1969 pris en exécution de xx xxx xx 00 xxxx 0000 xxxxxxxx
x’xxxxxx-xxx du 28 décembre 1944 concernant la sécurité sociale des travailleurs.
Hoofdstuk II. Koopkrachtverhoging
Artikel 2. De bedragen, met inbegrip van de ARAB-vergoedingen, vermeld in de artikelen 8, 9, 10, 11, 12, 13, 14, 15, 16, 17 en 20 van
de collectieve arbeidsovereenkomst van 10 oktober 1989, algemeen verbindend verklaard bij Koninklijk Besluit van 9 april 1990 en laatst gewijzigd door de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 januari 2006 betreffende de sociale programmatie van het rijdend personeel dat ongeregelde diensten, internationale pendeldiensten en/of internationale geregelde diensten uitvoert, algemeen verbindend verklaard bij Koninklijk Besluit van 1 juli 2006, Belgisch Staatsblad van 10 augustus 2006, worden op 01/10/07 met 1 % verhoogd.
Hoofdstuk III. Bijstandspolis
Artikel 3. Vanaf 01/01/08 wordt aan de werklieden bedoeld in artikel 1 een bijstandspolis toegekend, geldig tijdens de beroepsverplaatsingen van deze werklieden. Deze polis zal minstens de volgende waarborgen na ziekte of ongeval dekken :
• Transport en repatriëring zonder beperking;
• Medische kosten in het buitenland tot
125.000 EUR per persoon;
• Medische nabehandelingskosten in België na een ongeval in het buitenland tot 6.250 EUR per persoon;
• Bijstand in geval van overlijden;
• Vroegtijdige terugkeer vanuit het buitenland omwille van een dringende reden;
• Verblijfsverlenging of –verbetering omwille van medische redenen;
• Opsporings- en reddingskosten in het buitenland tot 3.750 EUR per persoon;
• Doorgeven van dringende boodschappen;
• Opsturen van een vervangingschauffeur in geval van medische onbeschikbaarheid.
Chapitre II. Augmentation du pouvoir d’achat
Article 2. Les montants, y compris les indemnités RGPT, mentionnés aux articles 8, 9, 10, 11, 12, 13, 14, 15, 16, 17 et 20 de la
convention collective de travail du 10 octobre 1989, rendue obligatoire par l'arrêté royal du 9 avril 1990 et modifiée en dernier lieu par la convention collective de travail du 30 janvier 2006 relative à la programmation sociale du personnel roulant effectuant des services occasionnels, des services de navette internationaux et/ou des services réguliers internationaux, rendue obligatoire xxx x'xxxxxx xxxxx xx 0xx xxxxxxx 0000, Xxxxxxxx Belge du 10 août 2006, sont augmentés de 1 % au 01/10/07.
Chapitre III. Assurance assistance
Article 3. A partir du 01/01/08, une assurance assistance est octroyée aux ouvriers visés à
l’article 1er, valable pendant les déplacements professionnels de ces ouvriers. Cette police couvrira au minimum les garanties suivantes après maladie ou accident :
• Transport et rapatriement sans limites ;
• Frais médicaux à l’étranger jusque
125.000 EUR par personne ;
• Frais de traitement médical en Belgique après un accident à l’étranger jusque
6.250 EUR par personne ;
• Assistance en cas de décès ;
• Retour prématuré de l’étranger pour raison urgente ;
• Prolongation ou amélioration du séjour pour raisons médicales ;
• Frais de recherche et de sauvetage à l’étranger jusque 3.750 EUR par personne ;
• Transmission de messages urgents ;
• Envoi d’un chauffeur de remplacement en cas d’indisponibilité médicale.
Hoofdstuk IV. Herziening loonstelsel
Artikel 4. De sociale partners engageren zich om de mogelijkheden tot aanpassing van de collectieve arbeidsovereenkomst van 10 oktober 1989, algemeen verbindend verklaard bij Koninklijk Besluit van 9 april 1990 en laatst gewijzigd door de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 januari 2006 betreffende de sociale programmatie van het rijdend personeel dat ongeregelde diensten, internationale pendeldiensten en/of internationale geregelde diensten uitvoert, algemeen verbindend verklaard bij Koninklijk Besluit van 1 juli 2006, Belgisch Staatsblad van 10 augustus 2006, aan de evolutie van de sector te onderzoeken en toe te passen waarbij desgevallend 01/01/08 als streefdatum vooropgesteld wordt. Deze onderhandeling zal gevoerd worden met open vizier zonder dogma’s maar ook zonder de huidige rechten in het gedrang te brengen.
Hoofdstuk V. Rij- en rusttijden
Artikel 5. De sociale partners engageren zich om gezamenlijk stappen te ondernemen voor de invoering van een Europese rij- en rusttijdenwetgeving, specifiek voor het personenvervoer in functie van de toepasbaarheid ervan.
Hoofdstuk VI . Geldigheidsduur
Artikel 6. Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met ingang van 1 oktober 2007 en is gesloten voor onbepaalde duur.
Zij kan door elk van de contracterende partijen worden opgezegd. Deze opzegging moet minstens drie maanden op voorhand geschieden bij een ter post aangetekende brief, gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité voor het vervoer en de logistiek, die zonder verwijl de betrokken partijen in kennis zal stellen. De termijn van drie maanden begint te lopen vanaf de datum
Chapitre IV. Révision du système salarial
Article 4. Les partenaires sociaux s’engagent à examiner et rechercher en commun les possibilités d’adaptation de la convention collective de travail du 10 octobre 1989, rendue obligatoire par l'arrêté royal du 9 avril 1990 et modifiée en dernier lieu par la convention collective de travail du 30 janvier 2006 relative à la programmation sociale du personnel roulant effectuant des services occasionnels, des services de navette internationaux et/ou des services réguliers internationaux, rendue obligatoire xxx x'xxxxxx xxxxx xx 0xx xxxxxxx 0000, Xxxxxxxx Belge du 10 août 2006, à l’évolution du secteur, le 01/01/08 étant éventuellement fixé comme objectif. Ces négociations seront menées dans un esprit d’ouverture sans dogmes mais également sans mettre en péril les droits actuels.
Chapitre V. Temps de conduite et de repos
Article 5. Les partenaires sociaux s’engagent à entamer en commun des démarches pour
l’introduction d’une réglementation européenne relative aux temps de conduite et de repos spécifique pour le transport de personnes en fonction de son applicabilité.
Chapitre VI. Durée de validité
Article 6. La présente convention collective de travail produit ses effets le 1er octobre 2007 et est conclue pour une durée indéterminée.
Elle peut être dénoncée par chacune des parties contractantes. Cette dénonciation doit se faire au moins trois mois à l’avance par lettre recommandée adressée au président de la Commission Paritaire du transport et de la logistique, qui en avisera sans délai les parties intéressées. Le délai de préavis de trois mois prend cours à la date d’envoi de la lettre recommandée précitée.
van verzending van bovengenoemde aangetekende brief.