JAARSTUKKEN 2023 GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING
JAARSTUKKEN 2023 GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING
DIAMANT-GROEP
Tilburg, 29 mei 2024
Concern
Xxxxxxxxxxxxxxxx 00
Postbus 5033
5004 EA Tilburg
Telefoon 013 - 46 41 911
Contactpersoon: de heer X. van den Hurk Telefoon 013 - 46 41 590
Inhoudsopgave
A. JAARVERSLAG 4
1. Inleiding 5
2. Bestuur 6
2.1. Samenstelling bestuur 6
2.2. Contactambtenarenoverleg 6
2.3. Behandelde onderwerpen 6
3. Realisatie van doelmatigheid en rechtmatigheid 9
3.1. Doelmatigheid 9
3.2. Rechtmatigheid 9
4. Voorstel tot vaststelling van de jaarrekening 11
I. PROGRAMMAVERANTWOORDING 12
1. Wet- en regelgeving & strategie 13
1.1. Wet- en regelgeving 13
1.2. Strategie 14
2. Sociaal beleid 16
2.1. Aantal medewerkers 16
2.2. Medewerkerstevredenheid 17
3. Innovatie en Marketing 18
3.1. Innovatie 18
3.2. Marketingbeleid 19
4. Financieel beleid 20
4.1. Visie en uitgangspunten 20
4.2. Uitgangspunten 20
4.3. Xxxxxxxxxxxxxxx 00
4.4. Verplichtingen 21
4.5. Begroting versus realisatie 22
5. Toekomstverwachting 23
II. VERPLICHTE PARAGRAFEN 24
1. Weerstandsvermogen en risicobeheersing 25
1.1. Weerstandsvermogen 25
1.2. Beschikbare weerstandscapaciteit 25
1.3. Benodigde weerstandscapaciteit – geïdentificeerde risico’s 26
1.4. Toelichting per risico 28
1.5. Financiële kengetallen 31
2. Onderhoud kapitaalgoederen 33
2.1. Locatie Xxxxxxxxxxxxxxxx 00
2.2. Locatie Insulinde 33
2.3. Locatie Xxxxxxxxx 00
2.4. Wagenpark en ander rijdend materieel 33
3. Financiering 34
3.1. Rente en financieringsbehoefte 34
3.2. Renterisiconorm en kasgeldlimiet 35
4. Verbonden partijen 37
5. Bedrijfsvoering 40
5.1. Duurzaamheid 40
5.2. Wet Open Overheid 40
5.3. Rechtmatigheid 40
5.4. Integriteit 40
5.5. Investeringsbeleid 41
5.6. Administratieve organisatie 41
5.7. Informatisering en Automatisering (I&A) 41
5.8. Planning & Control 42
5.9. HRM-beleid en KAM 42
B. JAARREKENING 2023 45
6. Balans 46
7. Overzicht baten en lasten 48
8. Grondslagen voor waardering en xxxxxxxxxxxxxxxxx 00
8.1. Afschrijvingsbeleid 50
8.2. Waardering van activa en passiva 50
8.3. Grondslagen voor resultaatbepaling 53
9. Toelichting op de balans 55
9.1. Toelichtingen op activa 55
9.2. Toelichtingen op passiva 60
10. Toelichting op het overzicht van baten en lasten 69
10.1. Toelichtingen op baten 69
10.2. Toelichtingen op lasten 72
Bijlage 1. Rechtmatigheidsverantwoording 2023 82
A. JAARVERSLAG
1. Inleiding
In dit document beschrijven we de ontwikkelingen van het afgelopen jaar en presenteren we het bijbehorende financieel resultaat.
Om onze ambities om zowel onze identiteit als ontwikkel- en werkbedrijf te versterken en daarbij een reëel financieel resultaat te realiseren heeft in 2023 de verdere uitwerking plaatsgevonden van de nieuwe organisatie-inrichting en besturingsfilosofie.
De netto uitstroom uit de doelgroep is ook in 2023 weer hoger dan werd aangenomen. Dit leidt tot lastige situaties waarin we niet altijd meer aan de contractwaarden kunnen (gaan) voldoen. In het najaar van 2023 is het bestuur op de hoogte gesteld van het initiatief van gemeente Tilburg om 117 extra werkplekken te creëren in het kader van de Participatiewet. Om deze werkplekken ingevuld te krijgen, zijn de toelatingseisen vanuit de gemeente gewijzigd.
Om de innovatie en diversiteit van het werkaanbod te vergroten is in samenwerking met de deelnemende gemeenten een transformatie opgave geformuleerd waarin in komend jaar vervolg aan wordt gegeven. Doel hierbij is om te investeren in nieuwe ontwikkelingen om onze ambitie en afspraken die we hebben met de gemeenten en opdrachtgevers te realiseren in een lastige arbeidsmarktomgeving.
Het bestuur heeft bijvoorbeeld geconstateerd dat de schoonmaak van gebouwen van de ABG-gemeenten niet voor langere termijn geborgd was. In samenwerking met De Schoonmaak Coöperatie en de ABG-gemeenten is een pilot opgezet waarbij extra inzet zou zijn op lokale instroom. Eind 2023 is deze pilot geëvalueerd en zijn de resultaten als positief ontvangen. De pilot is daarop voortgezet.
Daarnaast hebben we samen met ambtenaren van verschillende deelnemende gemeenten zijn de bestanden van de Participatiewet doorgenomen en is er een uitgebreide theoretische analyse gemaakt van ongeveer 350 burgers die bij de gemeenten bekend zijn. Op basis van deze steekproef, die statistisch groot genoeg was om daar conclusies uit te trekken, kan gesteld worden dat de Diamant-groep aan ongeveer 50% van de mensen een geschikt traject zou kunnen aanbieden. Dit is gericht op werk, maar lang niet altijd ook meteen een betaalde baan.
Tenslotte is het WML en de cao’s voor Wsw en P-wet zijn afgelopen jaar aangepast. Dit zorgt voor veel hogere salarissen voor de doelgroep en deze inhaalslag was absoluut nodig. Tegelijkertijd zorgt dit voor een extra last voor de sector in tijden waarin het al lastig is om een sluitende exploitatie te komen.
Ondanks alle uitdagingen kijken we terug op een positief jaar en we hebben er alle vertrouwen in dat we dit in de komende jaren kunnen voortzetten.
Xxxxx Xxxxxxxxx
Algemeen Directeur Diamant-groep April 2024
2. Bestuur
2.1. Samenstelling bestuur
Het Dagelijks bestuur en het Algemeen Bestuur van de Diamant-groep worden gevormd uit de colleges van burgemeester en wethouders van de zes in de Diamant-groep deelnemende gemeenten. Het Dagelijks Bestuur wordt uit het Algemeen Bestuur gevormd en mag niet een meerderheid vormen in het Algemeen Bestuur.
De volgende personen hebben gefunctioneerd als bestuurslid van het Algemeen Bestuur van de Diamant-groep:
Tilburg xxxxxxx X. Xxxxxx (voorzitter, tot 1 december)* de xxxx X. Xxxxxxxx (voorzitter, vanaf 1 december)* de xxxx X. xxx Xxxxx
Goirle mevrouw X. xxx xxx Xxxx (vicevoorzitter, tot 1 oktober)* xxxxxxx X. Xxxxxx (vanaf 1 oktober)
Xxxxx en Rijen mevrouw M. Xxxxxxxxx (vicevoorzitter vanaf 14 december)* Hilvarenbeek de heer X.X. Xxxxxxxx
Alphen-Chaam mevrouw X. xxx Xxxx* Dongen xxxxxxx X. xx Xxxx
*) vormen samen de het dagelijks bestuur.
2.2. Contactambtenarenoverleg
Het contactambtenarenoverleg bestaat uit beleidsvoorbereidende ambtenaren van iedere gemeente en de algemeen directeur, concerncontroller en directiesecretaris van de Diamant- groep. Zij bereiden de vergaderingen van het bestuur voor aan de hand van de agenda. Waar nodig vindt afstemming plaats. Iedere contactambtenaar heeft voorafgaand aan de vergadering de gelegenheid om de eigen bestuurder voor te bereiden en van advies te voorzien.
2.3. Behandelde onderwerpen
Nieuwe algemeen directeur
Vanwege het vertrek van de heer Xxxx als algemeen directeur, heeft het bestuur in de tweede helft van 2022 een werving gestart voor een nieuwe directeur. De heer Xxxxxxxxx is per 6 maart 2023 aangesteld als algemeen directeur.
Tijdelijke noodmaatregel overbrugging voor behoud van werkgelegenheid (NOW)
Als gevolg van de coronacrisis heeft het Rijk eind maart 2020 de NOW-regeling aangekondigd. De Diamant-groep heeft daar middels de vennootschappen BV 18k en BV 18k flex in 2021 gebruik van gemaakt. Ook in het begin van 2022 heeft Diamant-groep hier gebruik van gemaakt. Omdat geconstateerd is dat deze subsidie niet benodigd was, is begin 2023 besloten om deze subsidie vrijwillig terug te betalen.
Aanstellen nieuwe accountant
Voor het boekjaar 2023 en verder is KSG-accountants uit Reuver aangesteld naar aanleiding van de uitkomsten uit een aanbestedingstraject. Tevens is in 2023 besloten, in goed overleg met de vorige accountant EY, dat KSG ook de controle over 2022 zou oppakken.
Jaarrekeningen 2021 en 2022
Als gevolg van het traject dat doorlopen is in het kader van de NOW-subsidies, had de controle van de jaarrekening 2021 flinke vertraging opgelopen. Dat had op zijn beurt weer gevolgen voor de jaarrekening over 2022. In de zomer van 2023 is de jaarrekening over 2021 uiteindelijk met een goedkeurende verklaring van de accountant behandeld in het bestuur en vervolgens vastgesteld. De jaarrekening over 2022 is in de december behandeld in het bestuur en kan vastgesteld worden zodra deze in de gemeenteraden behandeld is.
Rechtmatigheidsverantwoording
In het kader van de gewijzigde regelgeving omtrent de rechtmatigheidsverantwoording en om hieraan te voldoen, zijn er door het bestuur nieuwe regels vastgesteld, zoals de controle verordening en de financiële verordening.
Ontwikkeling en instroom
In de bestuursvergaderingen en het contactambtenarenoverleg vormen de sociale en financiële kengetallen een vast agendapunt. Tijdens dit agendapunt wordt de realisatie ten opzichte van de begroting besproken. Terugkerend thema is het achterblijven van de instroom vanuit de Participatiewet ten opzichte van de uitstroom van Wsw-medewerkers; hetgeen de druk op de bedrijfsvoering vergroot, omdat dienstverleningsovereenkomsten steeds moeilijker uitgevoerd kunnen worden vanwege personeelstekort.
Extra instoom 117 nieuwe P-Wetters
In het najaar van 2023 is het bestuur op de hoogte gesteld van het initiatief van gemeente Tilburg om 117 extra werkplekken te creëren in het kader van de Participatiewet. Om deze werkplekken ingevuld te krijgen, zijn de toelatingseisen vanuit de gemeente gewijzigd. De financiering van deze plekken is geregeld voor drie jaar en komt (deels) uit de bestemmingsreserve voor participatietrajecten die in het recente verleden gevormd is.
Samenwerking De Schoonmaak Coöperatie en ABG-gemeenten
Het bestuur heeft geconstateerd dat de schoonmaak van gebouwen van de ABG-gemeenten niet voor langere termijn geborgd was. In samenwerking met De Schoonmaak Coöperatie en de ABG-gemeenten is een pilot opgezet waarbij extra inzet zou zijn op lokale instroom. Eind 2023 is deze pilot geëvalueerd en zijn de resultaten als positief ontvangen. De pilot is daarop voortgezet.
Pilot 460
Samen met ambtenaren van verschillende deelnemende gemeenten zijn de bestanden van de Participatiewet doorgenomen en is er een uitgebreide theoretische analyse gemaakt van ongeveer 350 burgers die bij de gemeenten bekend zijn. Op basis van deze steekproef, die statistisch groot genoeg was om daar conclusies uit te trekken, kan gesteld worden dat de Diamant-groep aan ongeveer 50% van de mensen een geschikt traject zou kunnen aanbieden. Dit is gericht op werk, maar lang niet altijd ook meteen een betaalde baan.
La Poubelle
De herhuisvesting van La Poubelle is afgelopen jaren een terugkerend onderwerp geweest. Er wordt aan gewerkt om een keuze te maken tussen nieuw- of verbouw aan de Insulindestraat of renovatie van de huidige locatie. De betaalbaarheid en duurzaamheid is daarbij een groot obstakel gebleken. Getracht wordt om in het voorjaar van 2024 een definitieve beslissing te nemen.
Strategievorming
In de laatste vergadering van 2023 is het bestuur door de algemeen directeur meegenomen in de plannen om te komen tot een nieuwe strategie voor de periode 2024-2030. In dat kader is er een presentatie gegeven door Xxxxxx Xxxxx over de door hem uitgevoerde evaluatie van de “oude” strategie 2020-2024, en heeft adviesbureau De Selectie toelichting gegeven op het traject waarmee de nieuwe strategie zal worden geformuleerd.
3. Realisatie van doelmatigheid en rechtmatigheid
3.1. Doelmatigheid
Onder doelmatigheid van bedrijfsvoering wordt verstaan: het zodanig sturen van de organisatie dat de gewenste dienstverlening, productie en andere activiteiten tegen een zo laag mogelijke prijs verkregen wordt, dan wel dat met de beschikbare middelen een zo groot mogelijk resultaat verkregen wordt.
Om dit te bereiken moeten we ons voortdurend de volgende vragen stellen:
Welke belangrijke veranderingen kunnen we doorvoeren om de bedrijfsvoering nog doelmatiger te maken?
Hoe zorgen we dat onze bedrijfsonderdelen adequaat kunnen inspelen op grote uitdagingen?
Welk effect hebben veranderingen in onze bedrijfsvoering op onze afnemers?
In de uitvoeringsagenda bij het Strategisch plan 2020-2024 wordt geschetst dat we in de komende jaren verder krimpen. In 2020 is door directie en management het koersdocument naar 2024 opgesteld, met daarin de besturingsfilosofie en het daaraan gekoppelde organisatiemodel afgestemd op onze (nieuwe) producten en diensten in een krimpende organisatie. De uitvoeringsplannen zijn per bedrijfsonderdeel uitgewerkt en goedgekeurd door de OR. De aanpassingen in de organisatie zal tot een meer efficiëntere en doelmatig werkende organisatie moeten leiden. Met optimale benutting van beschikbare kwaliteit en motivatie van onze werknemers.
3.2. Rechtmatigheid
Vanaf 2023 is een wetswijziging in werking getreden waarbij het dagelijks bestuur van de Diamant-groep verantwoordelijk is geworden voor het afgeven van verantwoording over de (financiële) rechtmatigheid aan het algemeen bestuur (voorheen gaf de accountant een verklaring af inzake de rechtmatigheid). De accountant controleert vanaf dit jaar de getrouwheid van de rechtmatigheidsverantwoording door het bestuur en geeft geen separaat accountantsoordeel over de rechtmatigheid meer af.
Het dagelijks bestuur verantwoordt afwijkingen aan het algemeen bestuur als het bedrag van de afwijkingen de door het algemeen bestuur vastgestelde rapportagegrens overschrijdt. Het dagelijks bestuur stelt in dat geval ook (aanvullende) beheersmaatregelen vast om herhaling te voorkomen. In de paragraaf bedrijfsvoering wordt een toelichting geven t.a.v. onderwerpen die de rechtmatigheid raken en hoe de beheersing daarvan wordt vormgegeven.
De kaders voor de rechtmatigheidsverantwoording zijn vastgelegd in de financiële verordening 2023. In deze verordeningen is sprake van 2 kaders:
Een verantwoordingsgrens van 3% van de jaarlasten inclusief dotaties aan de reserves (€ 2.400.000) is gehanteerd waarboven cumulatieve fouten en onduidelijkheden in de rechtmatigheidsverantwoording worden opgenomen
Een rapportagegrens van 0,2% van de jaarlasten inclusief dotaties aan de reserves (€ 160.000) is gehanteerd waarboven fouten en onduidelijkheden in de paragraaf bedrijfsvoering worden opgenomen
Het algemeen bestuur heeft in oktober 2023 het normenkader 2023 vastgesteld.
Het Interne controleplan rechtmatigheid 2023 is in november 2022 ter kennisname ingebracht in het bestuur, en is in 2023 uitgevoerd. Het doel is om met bepaalde mate van zekerheid vast te stellen of baten, lasten en balansmutaties rechtmatig tot stand zijn gekomen. De bevindingen zijn verwerkt in de rechtmatigheidsverantwoording en de paragraaf bedrijfsvoering.
Op basis van de ervaringen uit 2023 wordt bezien welke uitbreiding van de scope van de verantwoording (met als meest uitgebreide variant het ‘In Control Statement’) mogelijk is, gezien de fase van ontwikkeling/optimalisatie van de organisatie.
Voor verdere doorontwikkeling van de rechtmatigheidsverantwoording moet de Diamant-groep beschikken over een geschikt kwaliteitssysteem (inclusief risicobeheersing) met betrekking tot het beheer, onderhoud en uitvoering van wet- en regelgeving.
4. Voorstel tot vaststelling van de jaarrekening
Voorgesteld wordt om de jaarrekening op 18 april 2024 vast te stellen. Vaststelling Dagelijks Bestuur op 18 april 2024.
Goedkeuring Algemeen Bestuur op 4 juli 2024.
I. PROGRAMMAVERANTWOORDING
1. Wet- en regelgeving & strategie
1.1. Wet- en regelgeving
De Diamant-groep blijft bezig om zich binnen de arbeidsmarktregio Hart van Brabant tot een sterke uitvoeringsorganisatie te ontwikkelen voor de doelgroep die begeleiding nodig heeft om te gaan en blijven werken, bij voorkeur op de reguliere arbeidsmarkt. Dit doen we samen met gemeenten, collega SW-bedrijven en andere ketenpartners in de arbeidsmarktregio.
Vanaf de start van de Participatiewet is er veel veranderd voor de gemeenten en de Diamant-groep. In 2023 is we een aantal belangrijke ontwikkelingen in de wet- en regelgeving geweest. De belangrijkste ontwikkelingen zijn:
Tijdelijke noodmaatregel overbrugging voor behoud van werkgelegenheid (NOW)
Als gevolg van de coronacrisis heeft het Rijk eind maart 2020 de NOW-regeling aangekondigd. De Diamant-groep heeft daar middels de vennootschappen BV 18k en BV 18k flex in 2021 gebruik van gemaakt. Ook in het begin van 2022 heeft Diamant-groep hier gebruik van gemaakt. Omdat geconstateerd is dat deze subsidie niet benodigd was, is begin 2023 besloten om deze subsidie vrijwillig terug te betalen.
Cao-gemeenten
De cao-gemeenten geldt voor het kaderpersoneel van de Diamant-groep. De cao-gemeenten kende in 2023 een verhoging van € 240 per fulltime medewerker per maand plus een procentuele verhoging van 2%. Voor het jaar 2024 komt daar in totaal 6% bij. Per 1 januari 2024 gaat het om 4,75 % en per 1 oktober om 1,25%. Per 1 april 2025 zal er een nieuwe cao moeten worden afgesproken.
Cao Wsw
De cao Wsw geldt voor de medewerkers uit de (oude) sociale werkvoorziening. De lonen zijn in 2023 met 11,1% gestegen. Per 1 januari 2024 stijgen de lonen voor een fulltimer met € 50 per maand (± 2%).
Xxx aan de slag
De cao aan de slag geldt voor de medewerkers die vanuit de Participatiewet een arbeidsovereenkomst hebben bij de Diamant-groep. De medewerkers ontvingen in 2023 een eenmalige uitkering van € 500 in december en een loonsverhoging. Deze loonsverhoging kent een ingewikkelde berekeningssystematiek. Gemiddeld genomen ontving een medewerker in 2023 € 575 extra. Per 1 januari 2024 worden de lonen verhoogd met € 150 per fulltimer. Dit heeft deels ook te maken met de gewijzigde regels omtrent het wettelijk minimumloon (WML).
Wettelijk minimumloon (WML)
Veel medewerkers vanuit de sociale werkvoorziening en vanuit de Participatiewet krijgen het wettelijk minimumloon. Het WML is in 2023 gestegen met ruim 13%. Door een wetswijziging gaat de systematiek van het WML per 1 januari 2024 op de schop, en hebben medewerkers voortaan per uur recht op het WML. Dit heeft met name voor medewerkers vanuit de cao aan de slag effect, want zij werken 37 uur per week in plaats van 36 uur. Los van een standaard procentuele stijging van 3,75% stijgen de lonen van deze medewerker per 1 januari 2024 met een aanvullende 2,8%.
Werkhervattingskas
In 2022 is een discussie gestart over de wijze waarop de werkhervattingskas als premie aan de werkgever beschikt wordt. Deze discussie is eind 2023 nog niet tot een einde gekomen.
1.2. Strategie
In 2019 is de nieuwe strategische koers van de Diamant-groep vastgesteld en verwoord in het ‘Strategieplan 2020-2024’. De ambitie is als volgt omschreven: ‘In onze (arbeidsmarkt)regio doet iedereen mee in werk. Wij zijn expertisepartner op het gebied van werk voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt’.
Op basis van het strategieplan is in 2020 een nieuwe organisatie-inrichting & besturingsfilosofie voor de Diamant-groep vastgesteld onder de noemer ‘Koersen naar 2024’. De ambitie van (en opdracht aan) de Diamant-groep is om zowel haar identiteit als ontwikkel- en werkbedrijf te versterken en gelijktijdig een reële meerjarenbegroting te presenteren.
De noodzaak voor de herstructurering heeft vooral te maken met de krimp van de organisatie: sinds de invoering van de Participatiewet zijn al ruim 966 SW-collega’s (45%) uitgestroomd. Het combineren van krimp van de organisatie en het – gelijktijdig - realiseren van een innovatief en toekomstbestendig ontwikkel- & werkbedrijf is een forse en tegelijkertijd stimulerende en uitdagende opgave.
De organisatie wordt aangepast vanwege de krimp in de (doelgroep)formatie om zo een gezonde exploitatie te behouden. Continuïteit, efficiency en beïnvloedbaarheid zijn belangrijke aspecten voor de organisatie-inrichting. Wendbaarheid, expertise en korte lijnen moeten bijdragen aan de vernieuwing, innovaties en verbeteringen om het sociaal ontwikkel- & werkbedrijf verder vorm en inhoud te geven.
Ambities ‘Koersen naar 2024’:
1. Het krimpen van een klassiek SW-bedrijf combineren met het bouwen van een modern en innovatief leer- & ontwikkelorganisatie.
2. Financieel: kostenbesparing combineren met investeren in innovatie: nieuwe producten, werksoorten en –plekken die beter aansluiten bij de talenten van de doelgroepen en nieuwe verdienmodellen.
3. Versterken van onze regionale positie door samenwerking met opdrachtgevers en businesspartners verder aan te halen door samen ontwikkelroutes te bouwen en combidienstverlening te realiseren als brug tussen sociale zorg en arbeidsparticipatie.
4. Herijking van positionering & branding: de partij in de regio waar je niet om heen wil, niet omheen kunt!
5. Inzet op kennis en kunde: boeien en behouden van professionals.
6. Opdracht aan onszelf:
De dingen goed doen: we leveren een hoge kwaliteit!
De dingen steeds beter doen: continu verbeteren!
Andere dingen doen: innovatief zijn!
De organisatie-inrichting gaan we vormgeven via twee modellen: Het Participatiehuis en de Werkcoöperatie. Het Participatiehuis als expertisecentrum voor advies, begeleiding, innovatie en inzet van instrumenten en de Werkcoöperatie als de (regionale) bundeling van een diversiteit aan werkplekken; van arbeidsmatige dagbesteding tot regulier werk. Ondersteuning wordt geleverd vanuit Bedrijfsvoering.
De uitwerking van de nieuwe ‘organisatie-inrichting & besturingsfilosofie’ heeft afgelopen jaar plaatsgevonden. De samenstelling van het managementteam is aangepast en er zijn drie uitvoeringsplannen uitgewerkt waarin concreet de gevolgen van en de noodzakelijke acties voor de nieuwe organisatie-inrichting staan. Samenvoeging en aanpassing van de bedrijfsonderdelen Productie en Post&Vervoer naar de nieuwe organisatie VIP. De bedrijfsonderdelen ‘Bemiddelings-en begeleidingsorganisatie’, ‘Diamant-groep Adviescentrum’ en ‘P-detachering’ (18k) zijn opgegaan in het nieuwe onderdeel KikMaat.
Daarnaast heeft het MT het uitvoeringsplan Bedrijfsvoering vastgesteld met onder meer concepten als regiemodel en platform Bedrijfsvoering en ook deze heeft een positief advies vanuit de OR gekregen.
We liggen op schema om de ambitie van ‘Koersen naar 2024’ te realiseren inclusief een nul-begroting vanaf 2024 en verder.
De Diamant-groep ziet ook kansen in (keten) innovatie van het huidige producten-en diensten pallet en nieuwe businessmodellen. Hiermee proberen we wegvallende geldstromen te beperken of liefst te compenseren.
De infrastructuur van de Diamant-groep zetten we in voor het gehele scala aan behoeften en mogelijkheden:
Vrijwilligerswerk
Arbeidsmatige dagbesteding
Beschut Werk
Maatwerk banen
Participatiebanen
Groepsdetacheringen
Regulier
Doelgroepen die de komende jaren aandacht vragen in relatie tot werk vanuit de Diamant-groep en haar deelnemende gemeenten zijn de 45-plussers (groot deel van uitkeringsbestand), jongeren (mede door corona ontbreken van perspectieven), statushouders en psychisch kwetsbaren.
2. Sociaal beleid
2.1. Aantal medewerkers
De Diamant-groep wil voor de kwetsbare groepen aan de onderkant van de arbeidsmarkt een belangrijke rol blijven vervullen. Daarbij zal niet alleen aandacht bestaan voor de positie van deze groep in de huidige tijd, maar zal ook gekeken worden naar het belang om te blijven investeren in inzetbaarheid van deze kwetsbare groep. Steeds zal gezocht worden naar de mogelijkheden van het individu en in het verlengde daarvan de mogelijkheden van groepen medewerkers passend bij de beschikbare werksoorten en te leveren producten en diensten.
Onze medewerkers moeten kunnen rekenen op een goede werkomgeving en een daarbij behorende begeleiding. Deze omgeving is de randvoorwaarde voor het verder ontwikkelen van de medewerker met het oog op het bevorderen van de arbeidscapaciteit of het behoud daarvan.
Met de komst van de Participatiewet is de instroom vanuit de Wsw beëindigd. Landelijk wordt uitgegaan van een uitstroom van ongeveer 6% per jaar.
Begin 2015 waren er 2.111 SW-medewerkers bij of via de Diamant-groep aan de slag. Eind 2023 is dit aantal gedaald tot 1.214 medewerkers (2022: 1.284). In 2023 zijn er 70 medewerkers uitgestroomd.
Eind 2023 zijn er 392 (2022: 365) mensen werkzaam bij de Diamant-groep via de Participatiewet. Voor deze doelgroep zijn er 128 aanmeldingen geweest in 2023 (2022: 76).
Ontwikkeling naar jaar
Personen uit doelgroep (#) | 2022 | |||||
WSW* | P-Wet | Beschut | Maatwerk | Open Hiring | Totaal | |
Begin jaar | 1.369 | 163 | 171 | 25 | 11 | 1.739 |
Eind jaar | 1.284 | 157 | 184 | 24 | - | 1.649 |
Mutatie | -85 | -6 | 13 | -1 | -11 | -90 |
Personen uit doelgroep (#) | 2023 | |||||
WSW* | P-Wet | Beschut | Maatwerk | Open Hiring | Totaal | |
Begin jaar | 1.284 | 157 | 184 | 24 | - | 1.649 |
Eind jaar | 1.214 | 145 | 229 | 18 | - | 1.606 |
Mutatie | -70 | -12 | 45 | -6 | - | -43 |
Verdeling op basis van de inzet per bedrijfsonderdeel
Personen uit doelgroep (#) | stand eind 2022 | ||||
Bedrijfsonderdeel | WSW* | P-Wet | Beschut | Maatwerk | Totaal |
KikMaat | 254 | 1,0 | 2,0 | - | 257 |
Werkcoöperatie | 851 | 78 | 118 | 17 | 1.064 |
Overig (concern) | 84 | - | 0 | - | 84 |
1.189 | 79 | 120 | 17 | 1.405 | |
De Schoonmaakcoöperatie | 22 | 77 | 28 | 5 | 132 |
La Poubelle | 73 | 1 | 36 | 2 | 112 |
Totaal | 1.284 | 157 | 184 | 24 | 1.649 |
Personen uit doelgroep (#) | stand eind 2023 | ||||
Bedrijfsonderdeel | WSW* | P-Wet | Beschut | Maatwerk | Totaal |
KikMaat | 240 | 7 | - | - | 247 |
Werkcoöperatie | 865 | 94 | 145 | 13 | 1.117 |
Overig (concern) | 8 | 1 | - | - | 9 |
1.113 | 102 | 145 | 13 | 1.373 | |
De Schoonmaakcoöperatie | 83 | 42 | 35 | 3 | 163 |
La Poubelle | 18 | 1 | 49 | 2 | 70 |
Totaal | 1.214 | 145 | 229 | 18 | 1.606 |
* inclusief aantal medewerkers die langer dan 2 jaar ziek zijn
2.2. Medewerkerstevredenheid
In het najaar van 2022 heeft er een medewerkers tevredenheidsonderzoek plaats gevonden onder het voltallige personeel. De resultaten gaven een positief beeld van het werkklimaat en de manier waarop er wordt samengewerkt, maar ook een aantal aandachtspunten voor verbetering.
Er is de afgelopen tijd een projectteam samengesteld waarin alle bedrijfsonderdelen vertegenwoordigd zijn. De projectgroep heeft vervolgens een projectplan opgesteld. De focus ligt op het inzetten van verbeteracties, duidelijke en overzichtelijke communicatie naar alle medewerkers en het meenemen en/of ondersteunen van leidinggevenden om de resultaten op een juiste en eenzelfde wijze te kunnen bespreken met hun medewerkers.
3. Innovatie en Marketing
3.1. Innovatie
De nieuwe strategische koers van de Diamant-groep vereist, nog nadrukkelijker dan voorheen, een voortdurende inspanning op het terrein van innovatie. Innovatie in dienstverlening die aansluit op behoefte van gemeenten, kandidaten en werkgevers, innovaties in onze manier van werken maar vooral ook vernieuwing in het aanbod van werkplekken.
Verduurzamen GroenXtra
Van traditioneel werkbedrijf in beheer en onderhoud groen naar sociaal leer- en ontwikkelbedrijf wat bijdraagt aan een groene en gezonde leefomgeving. Sleutelwoorden hierbij zijn: biodiversiteit, klimaatadaptie, hittestress- en stikstofreductie en groen-maakt-gelukkig. Dit vergt een andere aanpak in ontwikkelroutes, proposities en inzet van middelen.
Herhuisvesting La Poubelle
De realisatie van de ambities van La Poubelle lopen op de huidige locatie tegen problemen aan. De ideeën voor de toekomst van La Poubelle zijn uitgewerkt en zullen hun impact vergroten op haar pijlers Werk, Armoede en Circulaire economie. Meer kwetsbare burgers aan het werk met een bijdrage aan de circulaire economie en armoedebestrijding, ofwel goed voor mens en milieu en gezond & gelukkig in Tilburg en regio. Hierbij is een nieuw, groter pand op een andere locatie dan ook de (noodzakelijke) ambitie.
Kinderboerderijen & werkgelegenheid
De gemeente Tilburg heeft de Diamant-groep gevraagd of zij samen met de gemeente en in goede samenspraak met de stichtingsbesturen het nieuwe beleid op de Tilburgse kinderboerderijen vorm en inhoud wil geven. Voor 2023 en verder is het contract opgemaakt om in totaal vijf kinderboerderijen in beheer te nemen en daarmee veel nieuwe werkplekken te organiseren voor de doelgroep.
Ontwikkelingsgerichte Arbeidsmatige Dagbesteding
Deze nieuwe combinatie van zorg en participatie zit op het snijvlak van de WMO en de Participatiewet en is in 2023 opgestart. We plaatsen mensen uit de doelgroep bij één van de vele zorgaanbieders waarmee samenwerkingsverbanden zijn. Deze vorm van dienstverlening is er voor mensen met een afstand tot de samenleving.
De dagbesteding bij één van de zorgaanbieders geeft hun een invulling van de dag en biedt hun de kans zich te ontwikkelen. Op een manier die past bij wat iemand kan en wil. Op een fijne plek waar iemand de begeleiding krijgt die nodig is.
Pilot 460
In 2022 zijn we gestart met de voorbereidingen op een samenwerking met de gemeente Tilburg en de ABG-gemeenten. Afgesproken is dat we gezamenlijk een gedeelte (460 mensen) van de bestaande caseload gaan screenen. Het doel is om de mensen beter te leren kennen, te bepalen welke achterstand zij hebben tot de arbeidsmarkt en wat de Diamant-groep hierin eventueel kan betekenen. Daarnaast willen we ontdekken of de mensen passen in de bestaande diensten of dat we nieuwe producten moeten ontwikkelen voor deze doelgroep. In 2023 zijn de eerste resultaten gedeeld.
HR- en cliëntvolgsysteem (AFAS)
Na een lang voorbereidingstraject is met ingang van 2022 een nieuwe HR- en cliëntvolgsysteem in gebruik genomen. De komende jaren gaan we dit verder door ontwikkelen op het gebied van de processen, managementinformatie en werkstromen.
Verduurzamen gebouwen
In 2020 is een meerjarig verduurzamingstraject voor de locatie Zevenheuvelenweg van start gegaan. Met name door Xxxxxx, diverse prijsverhogingen en leveringsproblemen is het traject vertraagd maar inmiddels is het project nagenoeg afgerond.
3.2. Marketingbeleid
Het marketingbeleid van de organisatie is direct afgeleid van de missie van de organisatie. Dit beleid is integraal meegenomen in de strategienota. Naar aanleiding van het onderzoek naar de positionering van het label en sub-labels van de Diamant-groep zijn keuzes gemaakt hoe de verschillende bedrijfsonderdelen worden gepositioneerd ten opzichte van de Diamant-groep en hiermee zijn in lijn combinatielogo’s ontwikkeld.
4. Financieel beleid
4.1. Visie en uitgangspunten
Het financieel beleid is gericht op een gezonde financiële positie voor de gemeenschappelijke regeling en transparantie in het financieel handelen. Uitgangspunt is een verantwoord en behoedzaam financieel beleid, waarbij structurele lasten worden gedekt door structurele baten met een sluitende meerjarenbegroting als doel.
Om dat te bereiken zijn kaders en spelregels vereist. Deze kaders en spelregels gelden als het te voeren financiële beleid voor de gemeenschappelijke regeling.
4.2. Uitgangspunten
Algemeen
In het stelsel van baten en lasten worden uitgaven en inkomsten toegerekend aan de jaren waarop ze betrekking hebben. Bij het vaststellen van activiteiten en middelen vindt een integrale afweging plaats tussen financiële middelen en het gewenste resultaat/ kwaliteitsniveau. De financiële middelen zijn veelal beperkt. Dit bepaalt of de gewenste resultaten van het beleid wel of niet bereikt kunnen worden. Het is van belang optimaal inzicht te hebben en te geven in de financiële gevolgen bij het ontwikkelen en uitvoeren van beleid en keuzes in kwaliteitsniveau.
Financiële beleidsregels
Integrale beleidsafweging van de verschillende bestedingen vindt plaats door het Algemeen Bestuur bij de vaststelling van de beleidsbegroting;
Budgetten zijn gebaseerd op realistische ramingen en niet slechts op historisch bepaalde budgetten. Onderbouwd wordt waarvoor het budget is benodigd. Aanpassingen in ramingen worden onderbouwd en transparant gemaakt;
Eventuele tegenvallers worden primair binnen de betreffende afdeling/onderdeel opgevangen. Als dit niet mogelijk is, wordt gezocht naar de mogelijkheden binnen het totaal van de organisatie;
Er wordt zoveel mogelijk een meerjarig consequente gedragslijn gehanteerd;
Het Algemeen Bestuur autoriseert met de vaststelling van de beleidsbegroting de totaalbedragen per kosten- en opbrengstensoort;
De (gemandateerde) budgethouder organiseert binnen het totaalbudget van de afdeling, dat de werkzaamheden worden uitgevoerd conform de afspraken en planning. Het herschikken van budgetten tussen kostenplaatsen en kostensoorten is onder voorwaarden toegestaan, mits de prestatie wordt geleverd.
Budgetten waarvoor xxxxxxxxxxx niet mogelijk is omdat deze budgetten centraal beheerd worden, zijn:
salariskosten;
stortingen/onttrekkingen aan reserves en voorzieningen;
kapitaallasten;
doorberekening aan (hulp)kostenplaatsen (concernoverhead);
rijksbijdrage.
In de maandelijkse rapportage wordt transparant per kosten- en opbrengstensoort gerapporteerd over budgetoverschrijdingen en –onderschrijdingen. Tevens wordt aangegeven hoe deze worden gedekt. In het geval deze overschrijdingen uiteindelijk leiden tot budgetoverschrijdingen op kosten- en opbrengstenniveau, worden deze opgenomen in de maandelijkse rapportage aan het bestuur.
4.3. Budgetafspraken
Exploitatiebudgetten
Budget voor nieuw beleid wordt onderbouwd en de relatie met het te bereiken doel aangegeven;
Voor bestaand beleid geldt dat het in de begroting vastgesteld percentage prijs- compensatie wordt gehanteerd. Indien sprake is van afwijkende afspraken op basis van onderliggende contracten, prijs- of subsidieafspraken, worden deze onderbouwd;
Op het percentage prijscompensatie wordt geen nacalculatie toegepast voor het lopende begrotingsjaar;
De salarislasten worden geraamd op basis van een voorafgaand aan het begrotingsjaar door de directie goedgekeurd formatieplan en de te verwachten cao-stijging.
Investeringen
Investeringsbudgetten worden onderbouwd met onderliggende afspraken en uitgangspunten;
De kapitaallasten van nieuwe investeringen worden direct aan betreffende afdeling/ onderdeel toegerekend.
4.4. Verplichtingen
Rechten
Baten die betrekking hebben op het boekjaar maar nog niet zijn ontvangen, worden wel in de jaarrekening opgenomen en verantwoord. Hiervoor wordt bij het opstellen van de jaarrekening een balanspositie opgenomen.
Verplichtingen
Alle kosten voor diensten die in het boekjaar zijn geleverd, worden in het boekjaar verantwoord en in de jaarrekening opgenomen. Als de diensten wel zijn geleverd, maar nog niet zijn betaald, wordt bij de jaarafsluiting een verplichting geboekt.
Onvoorzien
Het is noodzakelijk een goede planning in budget en capaciteit voor het komende jaar op te stellen en daarbij volledig te zijn. De besluitvorming over nieuwe activiteiten concentreert zich bij de (meerjaren)begroting. Hierdoor wordt het algemeen bestuur in staat gesteld de prioriteiten integraal af te wegen.
Wat niet wegneemt dat in de loop van het jaar zich onvoorziene ontwikkelingen kunnen voordoen, die bij de maandelijkse verantwoording aan het dagelijks bestuur kenbaar worden gemaakt met mogelijke dekking van deze onvoorziene uitgaven.
Lasten
Baten en lasten in de exploitatiebegroting kunnen structureel dan wel incidenteel zijn.
De lasten zijn onvermijdelijk. Had door het tijdig treffen van maatregelen de last die nu ontstaat, kunnen worden voorkomen? Als dit het geval is, kan geen beroep op de post onvoorzien worden gedaan.
Uitgaven ten laste van reserves
Extra lasten in de loop van het jaar kunnen alleen ten laste van een reserve worden gebracht als de besteding past binnen het karakter van die reserve. Deze lasten worden altijd via de exploitatie verantwoord en pas bij de resultaatbepaling ten laste van de daarvoor bestemde reserve gebracht.
Saldo jaarrekening
Het uitgangspunt is dat het saldo van de jaarrekening wordt toegevoegd aan de algemene reserve. De uiteindelijke resultaatbestemming is een bevoegdheid van het Algemeen Bestuur.
4.5. Begroting versus realisatie
Voor de Diamant-groep was voor een negatief resultaat begroot van € 509.000. Het resultaat komt uit op een positief bedrag van € 284.000. Deze resultaatverbetering van € 793.000 wordt voornamelijk veroorzaakt door de volgende posten:
Netto toegevoegde waarde: € 606.000 voordeel
o Minder NTW bij Productie door terugloop in capaciteit en klanten (550k nadeel);
o Meer NTW bij Groen Xtra door extra opdrachten (1.000k voordeel);
o Voordeel bij overige bedrijfsonderdelen (156k voordeel).
Saldo Wet Sociaal Werk € 1.451.000 voordeel
o Hogere salarislasten door aanpassingen in de cao (39k voordeel);
o Hogere Rijksbijdrage (1.412k voordeel).
Saldo Participatie-wet € 430.000 nadeel
o Lagere salarislasten door lager aantal medewerkers (852k voordeel);
o Lagere subsidie door lagere aantal medewerkers (1.282k nadeel).
Kosten € 834.000 nadeel
o Voordeel op salarislasten (876k voordeel) door groot aantal vacatures. Dit voordeel is verdampt doordat er extra capaciteit ingehuurd moest worden (1.139k nadeel);
o Nadeel op energielasten door stijgende prijzen (260k nadeel);
o Nadeel op onderhoud van gebouwen, installaties en inventaris (350k nadeel);
o Diverse overige effecten in de operationele kosten (per saldo 39k voordeel).
De Diamant-groep kan een beroep doen op de toepassing van de SW-vrijstelling mits de feiten en omstandigheden niet wijzigen. De vennootschapsbelasting is derhalve nihil.
Meer informatie over het overzicht van baten en lasten is opgenomen in de jaarrekening.
5. Toekomstverwachting
De grote opgave blijft voor de komende jaren het managen van een krimpende organisatie en tegelijkertijd de ombouw realiseren van een toekomstbestendige organisatie met effectieve en innovatieve producten en diensten en nieuwe businessmodellen.
De versnippering en onvoldoende grootte van de budgetten binnen de Participatiewet blijft de grootste financiële uitdaging om medewerkers met een afstand tot de arbeidsmarkt volgens een gezond financieel businessmodel aan het werk te zetten en houden.
Aanpassingen in de uitvoering binnen KikMaat en in de Werkcoöperatie zullen hierbij moeten bijdragen. Met het ontwikkelen en implementeren van eenduidige modellen voor ontwikkeling, begeleiding en leiderschap gaan we de volgende stappen zetten in onze eigen professionalisering, passend bij een eigentijds ontwikkel- & werkbedrijf. Aldus bouwen we verder aan de transformatie van de Diamant-groep.
Ook uitwerking en implementatie van nieuwe producten en diensten is noodzakelijk. Hierin zullen de eerdergenoemde innovaties een belangrijke rol gaan spelen.
Voor 2024 zal de strategie 2024-2030 een belangrijke plek hebben. De eerste stappen zijn inmiddels gezet.
II. VERPLICHTE PARAGRAFEN
1. Weerstandsvermogen en risicobeheersing
1.1. Weerstandsvermogen
In opdracht van het bestuur heeft er in 2021 een externe herijking van het weerstandsvermogen in relatie tot toekomstige risico’s plaatsgevonden. Op basis van dat rapport is door het Algemeen Bestuur besloten om de koers voor wat betreft de begrotings- en subsidiëringsystematiek, zoals die is vastgesteld in het Strategieplan en de (meerjaren)begroting, ongewijzigd aan te houden. De tekorten die begroot zijn voor de komende jaren kunnen worden opgevangen door het weerstandsvermogen. Daarnaast is besloten om aan de hand van de ontwikkelde methodiek het weerstandsvermogen tweemaal per jaar te herijken.
Voor deze jaarrekening is onderzocht welke risico’s de Diamant-groep loopt en hoeveel weerstandscapaciteit beschikbaar is om die risico’s op te vangen. De verhouding tussen risico’s en de weerstandscapaciteit is een indicatie van de financiële robuustheid op (middel)lange termijn.
Het verloop van het weerstandsvermogen is als volgt weer te geven:
Jaar | Beschikbar capaciteit | Benodigde Capaciteit | Weerstands- vermogen | Ratio | Waardering | Betekenis |
2024 | 15.608.000 | 1.473.000 | 14.135.000 | 10,6 | A | Uitstekend |
2025 | 15.208.000 | 3.289.000 | 11.919.000 | 4,6 | A | Uitstekend |
2026 | 14.808.000 | 6.547.000 | 8.261.000 | 2,3 | A | Uitstekend |
2027 | 14.408.000 | 9.832.000 | 4.576.000 | 1,5 | B | Ruim voldoende |
2028 | 14.008.000 | 12.183.000 | 1.825.000 | 1,1 | B | Voldoende |
Ultimo 2028 is er op grond van de risico-inventarisatie een weerstandscapaciteit benodigd van
€ 12.183.000 terwijl de beschikbare weerstandscapaciteit op dat moment € 14.008.000 bedraagt.
Hiermee bedraagt het weerstandsvermogen € 1.825.000 positief en dit is als voldoende aan te merken. Dit betekent dat de Diamant-groep de risico’s de komende jaren zelf kan opvangen.
1.2. Beschikbare weerstandscapaciteit
De beschikbare weerstandscapaciteit bestaat uit de middelen en mogelijkheden waarover de organisatie beschikt om niet begrote kosten, die onverwachts en substantieel zijn, te dekken.
Tot de weerstandscapaciteit wordt gerekend:
a) het vrij besteedbaar eigen vermogen (algemene reserves);
b) de ruimte binnen de begroting (mogelijkheid om binnen de begroting tegenvallers op te vangen zonder dat dit direct invloed heeft op de reguliere bedrijfsvoering. De ruimte binnen de begroting bestaat in de regel uit de post onvoorzien en het eventuele voordelige resultaat).
Verloop weerstandscapaciteit (in €1000) | Diamant | SBW | Bepro | La Poubelle | Totaal |
Algemene reserves per 31 december 2023 | 2.712 | 4 | 8.746 | 193 | 11.655 |
Nog te bestemmen resultaten | 1.560 | -2 | 263 | -392 | 1.429 |
Reserve reorganisatie | 1.524 | 0 | 1.000 | 0 | 2.524 |
Reserves per ultimo 2023 | 5.796 | 2 | 10.009 | -199 | 15.608 |
Verwacht resultaat 2024 | -6 | 0 | 10 | -4 | 0 |
Verwacht resultaat 2025 | -9 | 0 | 20 | -11 | 0 |
Verwacht resultaat 2026 | -30 | 0 | 31 | -1 | 0 |
Verwacht resultaat 2027 | -61 | 0 | 31 | 30 | 0 |
Inzet reorganisatiereserve ‘24-‘27 | -1.524 | 0 | 0 | 0 | -1.524 |
Weerstandscapaciteit ultimo 2027 | 4.166 | 2 | 10.101 | -185 | 14.084 |
Het verwachte resultaat in 2024-2027 betreft het operationeel verlies zonder de gemeentelijke bijdrage. In de beschikbare weerstandscapaciteit zijn de behaalde resultaten in 2023 toegevoegd. Het bestuur zal na goedkeuring van de jaarrekeningen bepalen hoe zij met de resultaten willen omgaan en dat kan de capaciteit muteren.
Voor de reorganisatie is in diverse gedefinieerde risico’s rekening gehouden met een aandeel voor de reorganisatie. Omdat voor dit risico een bestemmingsreserve is opgenomen, is deze reserve opgeteld bij de algemene reserve.
1.3. Benodigde weerstandscapaciteit – geïdentificeerde risico’s
Risico’s worden gedefinieerd als gebeurtenissen die het behalen van doelstellingen in de weg staan. Dit omvat het verband tussen:
de kans dat het zich voordoet
de impact die het heeft
Bij de inventarisatie van de risico’s door het MT is beoordeeld welke maatregelen er zijn getroffen om het risico te beheersen en hieruit volgen de rest risico’s. Vervolgens is van de restrisico’s bepaald welke ‘impact’ zich voordoet als het risico optreedt, de uitkomst hierop is het gewogen risico. Niet alle risico’s doen zich gelijktijdig en in volle omvang voor. Voor de bepaling van de benodigde weerstandscapaciteit is een zekerheidspercentage van 75% gehanteerd.
De geïdentificeerde risico’s zijn gegroepeerd in onderstaande clusters en worden vervolgens per risico verder toegelicht.
Benodigde weerstandscapaciteit (in €) | 2023 | 2022 |
Financiering P-Wet/Wsw | 2.755.000 | 4.249.000 |
Organisatie wijziging/krimp | 1.745.000 | 2.050.000 |
Personeel | 2.048.000 | 2.049.000 |
Operationeel | 4.642.000 | 2.899.000 |
ICT | 993.00 | 996.000 |
Totaal | 12.183.000 | 12.243.000 |
In onderstaand overzicht staan de risico’s gekwantificeerd naar de diverse jaren met daarmee de kwalificatie van de impact.
Risico’s in de tijd (in 1.000 €) | 2024 | 2025 | 2026 | 2027 | 2028 | Totaal | Kans |
Financiering CAO-participatiewet* | - | - | 76 | 122 | 130 | 328 | Ernstig |
WSW-Rijksbijdrage / landelijke uitstroom* | 92 | 89 | 87 | 84 | 81 | 433 | Ernstig |
Loonkostencompensatie WSW onvoldoende* | - | - | 173 | 168 | 163 | 504 | Ernstig |
Wegvallen financiering beschut werk* | - | 248 | 277 | 306 | 335 | 1.166 | Ernstig |
Wegvallen financiering maatwerkbanen* | - | 81 | 81 | 81 | 81 | 324 | Matig |
Totaal financiering | 92 | 418 | 694 | 761 | 790 | 2.755 | |
Krimp van de organisatie onhaalbaar | 281 | 281 | 281 | 281 | 281 | 1.405 | Groot |
Aanpassing naar een ontwikkelbedrijf | 68 | 68 | 68 | 68 | 68 | 340 | Ernstig |
Totaal organisatiewijziging | 349 | 349 | 349 | 349 | 349 | 1.745 | |
Niet-invulbare vacatures op vitale plekken | 96 | 96 | 96 | 96 | 96 | 480 | Ernstig |
Uitval SW’ers op reguliere plaatsen | 135 | 135 | 176 | 176 | 176 | 798 | Groot |
Strategische personeelsplanning | 56 | 56 | 56 | 56 | 56 | 280 | Groot |
Effect verlofsaldo bij vertrek | 39 | 39 | 39 | 39 | 39 | 195 | Groot |
Effecten multi-problematiek doelgroep | 59 | 59 | 59 | 59 | 59 | 295 | Matig |
Totaal personeel | 000 | 000 | 000 | 426 | 426 | 2.048 | |
Uiteenvallen inkoperscollectief | 23 | 23 | 23 | 23 | 23 | 115 | Matig |
Matig- | |||||||
Extra terugloop Post | 11 | 23 | 23 | 23 | 23 | 103 | Groot |
Frictieverlies verhuizing La Poubelle | - | - | 225 | - | - | 225 | Groot |
Extra inzet uitzendkrachten | 46 | 51 | 119 | 157 | 173 | 546 | Groot |
Verlies DSC compenseren | 84 | 84 | 84 | 84 | 84 | 420 | Matig |
Niet verlengen van gemeentelijke contracten | - | - | 399 | 979 | - | 1.378 | Groot |
Verduurzamen moet sneller dan gepland | 371 | 371 | 371 | 371 | 371 | 1.855 | Groot |
Totaal operationeel | 535 | 552 | 1.244 | 1.637 | 674 | 4.642 | |
Slachtoffer cybercrime* | - | - | 430 | - | - | 430 | Groot |
Onvoldoende op ICT- en AVG-gebied* | 112 | 112 | 112 | 112 | 112 | 560 | Groot |
Totaal ICT | 112 | 112 | 542 | 112 | 112 | 993 | |
Totaal alle risico’s | 1.473 | 1.816 | 3.256 | 3.285 | 2.351 | 12.183 |
*) Alleen gedekt via de algemene reserve. De andere risico’s worden ook gedekt via bestemmingsreserves
1.4. Toelichting per risico
In deze paragraaf worden de risico’s uit de vorige paragraaf inhoudelijk toegelicht.
CAO Participatiewet (cao Aan de Slag)
Door de CAO Participatiewet (Aan de Slag) gaan P-Wetters uiteindelijk meer verdienen dan het Wettelijk Minimum Loon (WML), hierdoor neemt de druk op de businesscase toe aangezien de Loonkostensubsidie wordt berekend op het WML. Het risico bestaat dat de verhoging uiteindelijk niet wordt terugverdiend.
WSW-Rijksbijdrage en uitstroom
Het Participatiebudget voor de SW is afhankelijk van een aantal factoren, landelijke uitstroom WSW gekoppeld aan de blijf-kansen, jaarlijkse Loon en prijsontwikkeling (LPO) en de cao-afspraken.
Loonkostencompensatie WSW
Jaarlijks wordt het budget voor het lopende jaar definitief en het voorlopige budget voor aankomende jaren geactualiseerd. Jaarlijks is er een risico dat het budget lager uitvalt dan begroot.
Financiering P-wet Bijdrage Beschut Werk
De bijdrage beschut werk per persoon is € 3.000. Deze werd door het Rijk gefinancierd, maar sinds 2020 is dit gestopt. Met het bestuur is afgesproken dat de Diamant-groep de Bijdrage beschut werk toch nodig heeft maar deze bijdrage is nog niet door de deelnemende gemeenten structureel in hun begroting meegenomen.
Financiering P-wet Maatwerkbaan
Maatwerkbanen zijn beschutte werkplekken voor mensen die geen indicatie beschut werk hebben, maar wel een sterke begeleidingsbehoefte en/of een werkplek aanpassing in de omvang van een beschutwerker. Deze mensen worden gefinancierd volgens de afspraken voor een P-Wetter doelgroep 30-80%. Hierdoor zijn de kosten van deze werkplek niet volledig gedekt en wordt een extra bijdrage gevraagd van € 8.000 per werkplek.
Met het bestuur is afgesproken dat Xxxxxxx-groep deze extra financiering toch nodig heeft, maar de deelnemende gemeenten hebben dit niet structureel in hun begrotingen opgenomen.
Krimp van de organisatie niet haalbaar
Jaarlijks krimpt het aantal gesubsidieerde arbeidsplekken met ongeveer 35 personen/30 Fte’s. De uitstroom van Wsw’ers is hoger dan de mutaties (in- en uitstroom) van de P-Wetters.
De organisatie zal hierop jaarlijks aangepast moeten worden, concreet afscheid nemen van werk(soorten), niet gesubsidieerde formatie, activum, wagenpark, bedrijfskosten wat eenmalige allerlei frictiekosten op.
Extra uitzendkrachten
Door terugloop in de doelgroep is er met name bij GroenXtra meer inzet nodig van uitzendkrachten. Dit heeft een nadelige invloed op de resultaten.
Aanpassing naar een ontwikkelbedrijf
Het meer investeren in de doelgroep, resulteert in hogere kosten voor begeleiding, waarbij de vraag is of de extra kosten terugverdiend kunnen worden in de businesscase.
Niet-invulbare vacatures op vitale plekken
De arbeidsmarkt is voor alle vacatures steeds moeilijker. Bij vitale functies zijn we dan genoodzaakt om extern in te huren. De kosten van inhuur zijn doorgaans veel hoger dan regulier personeel.
SW’ers op sleutelfuncties
Op dit moment zijn er SW’ers werkzaam op sleutelfuncties waarbij, wanneer de huidige functionaris vertrekt, deze opnieuw ingevuld moet worden. Het invullen kan vaak niet met een gesubsidieerde medewerker en wordt vervolgens ingevuld door een reguliere medewerker waardoor de kosten toenemen.
Strategische personeelsplanning
Door verdere verschuiving van functie-inhoud zijn andere competenties en vaardigheden vereist welke mogelijk niet iedereen kan opdoen dit naar aanleiding van aanpassingen van de organisatie naar aanleiding van de strategie ’24-’30.
Effect verlofsaldo bij vertrek
Een deel van de medewerkers heeft door omstandigheden een hoog verlofsaldo. Bij vertrek betekent dit extra kosten (uitbetalen of eerder inhuren). Dit risico is niet te begroten en is opgenomen in de risico’s.
Effecten multi-problematiek
De nieuwe medewerkers van doelgroep hebben steeds vaker een combinatie van problemen waardoor zij een achterstand op de arbeidsmarkt hebben. Het risico bestaat dat dit meer begeleiding en instructie vraagt dan we nu begroten.
Uiteenvallen inkoopcollectief
Het uiteenvallen van het SW-inkoopproces in samenwerking met de brancheorganisatie zou gaan leiden tot hogere inkoopkosten.
Extra terugloop Post
We houden reeds rekening met een langzame daling van de aantallen post door de digitalisering van klanten. Het risico bestaat dat dit versneld wordt door externe omstandigheden.
Frictieverlies bij verhuizing La Poubelle
Bij de verhuizing is rekening gehouden met extra kosten en/of minder omzet in de periode van de overgang. We hebben hier een bestemmingsreserve voor gevormd maar die is mogelijk niet voldoende.
Verlies compenseren DSC
Xxxx Xx Xxxxxxxxxxxxxxxxxxxx voorheen winst behaalde, komt deze winst steeds meer onder druk. Omdat de Diamant-groep één van de moeders is, lopen we het risico dat we verliezen moeten compenseren.
Niet verlengen aflopende contracten
De komende jaren lopen er diverse gemeentelijke contracten af. Wanneer deze niet verlengd worden, dan zal er regulier overcompleet raken. Dit brengt extra kosten met zich mee.
Verduurzamen sneller dan gepland
We zijn aan het verduurzamen, maar we lopen het risico dat de wetgeving sneller gaat dan we nu denken. Effect zal dan zijn dat er versneld geïnvesteerd moet worden in bijvoorbeeld materieel.
Slachtoffer cybercrime
Het risico om slachtoffer te worden van cybercrime wordt steeds groter. Ondanks alle preventieve maatregelen, zullen we dan kosten moeten maken voor het herstellen van schade en het opvangen van nevenschade en eventuele claims.
Onvoldoende ICT en/of AVG-maatregelen
Om de nieuwe organisatie goed te ondersteunen zijn er steeds meer ICT-middelen nodig. Het risico bestaat dat door nieuwe regelgeving en ontwikkelingen we te weinig meerjarig begroot hebben.
Kwalitatief
Niet alle geïdentificeerde risico’s kunnen gekwantificeerd en gewogen worden omdat deze dermate onduidelijk of onzeker zijn of afhankelijk is van scenario’s of (strategische) keuzes. De belangrijkste geïdentificeerde risico’s in dit kader hangen samen met het al dan niet kunnen voldoen aan de eisen van de Participatiewet (P-wet-proof). Deels is de Diamant-groep daarbij ook afhankelijk van bestuurlijke keuzes.
Daarnaast volgen (wettelijke) ontwikkelingen zich in snel tempo op. De roep om aanpassing van de Participatiewet - zowel inhoudelijk als qua financiering – wordt steeds harder. Uit diverse onderzoeken en rapporten blijkt dat de Participatiewet niet goed functioneert en met het nieuwe kabinet is niet uit te sluiten dat aanpassingen uitblijven.
1.5. Financiële kengetallen
Voor 2023 zijn voor de Diamant-groep de volgende kengetallen berekend:
Netto schuld quote
(in €1000) 2023 |
Netto schuld 4.198 Totale inkomsten 80.142 |
Netto schuldquote 5% |
Netto schuld quote (gecorrigeerd voor leningen)
(in €1000) 2023 |
Netto schuld 4.198 Totale inkomsten 80.142 |
Netto schuldquote (gecorrigeerd voor verstrekte leningen) 5% |
De netto schuldquote geeft inzicht in het niveau van de schuldenlast ten opzichte van de totale inkomsten. Als dit percentage hoger is dan 100% wordt aanbevolen om de schulden af te lossen. De Diamant-groep heeft ruim voldoende inkomsten om aan haar schulden te voldoen. De netto schuldquote is in 2023 toegenomen tot 5%.
Structurele exploitatieruimte
(in €1000) | 2023 |
a) Structurele lasten | 81.414 |
b) Structurele baten | 80.142 |
c) Totale structurele toevoegingen aan de reserves | 0 |
d) Totale structurele onttrekkingen aan de reserves | 0 |
e) Totale baten | 80.142 |
(B-A) + (D-C)/E * 100% | -2% |
Het berekende percentage voor de structurele exploitatieruimte helpt mee beoordelen welke structurele ruimte de Diamant-groep heeft om de eigen lasten te dragen. Zichtbaar is het feit dat deze ruimte afgenomen en beperkt is.
Solvabiliteitsratio
(in €1000) 2023 |
a) Eigen vermogen 8.383 b) Totaal vermogen 24.846 |
Solvabiliteitsratio (A/B * 100%) 34% |
De solvabiliteit geeft aan of een organisatie in staat is om op korte en lange termijn aan haar betalings- en aflossingsverplichtingen te voldoen. Het eigen vermogen is in 2023 gedaald door het negatieve resultaat. Daarnaast zijn de schulden toegenomen en is het totaal vermogen gestegen. Hieruit volgt een daling van de solvabiliteitsratio met 3 procentpunt naar 34%.
Provinciale toezicht
In het toezicht kader van de provincies zijn voor de financiële kengetallen signaleringswaarden opgenomen die gebruikt wordt voor het inzicht in de financiële situatie en risicopositie. In onderstaande tabel staan deze signaleringswaarden afgezet tegen de waarden van de Diamant- groep.
Kengetal | Minst risicovol | Neutraal | Meest risicovol | Diamant- groep |
Netto schuldquote | <90% | 90%-130% | >130% | 5% |
Netto schuldquote (gecorrigeerd) | <90% | 90%-130% | >130% | 5% |
Structurele exploitatieruimte | >0% | 0% | <0% | -2% |
Solvabiliteitsratio | >50% | 20%-50% | <20% | 34% |
2. Onderhoud kapitaalgoederen
2.1. Locatie Zevenheuvelenweg
Onderhoud (preventief en dagelijks) geschiedt op basis van een meerjarig onderhoudsplan (MJOP), waarin zowel de bouwkundige als technische elementen zijn opgenomen.
Dit plan wordt gevolgd en zorgt ervoor dat er geen sprake is van achterstallig onderhoud. De kosten van het onderhoudsplan wordt verwerkt in de jaarbegroting.
Gebouwenbeheer stond vooral in het teken van duurzaamheid. Zo loopt het project warmte- en koude voorziening (o.a. PVT-panelen en warmtepompen) en zijn de liften vernieuwd en direct duurzamer gemaakt. Nu het warmte/koude-project nagenoeg gereed is, gaan we het MJOP actualiseren. Dit wordt medio 2024 uitgevoerd.
2.2. Locatie Insulinde
Op de locatie Insulinde staat nog één pand. Op dit moment wordt het pand gebruikt als opslag. Het bestuur heeft in januari 2022 goedkeuring gegeven aan de verdere uitwerking van de herhuisvestingplannen van La Poubelle naar de Insulindestraat.
De locatie aan de Insulinde wordt minimaal onderhouden op wat benodigd is voor de opslagfunctie. Hiervoor is geen MJOP aanwezig, de minimale kosten worden verwerkt in de exploitatie van het lopend jaar.
2.3. Locatie Havendijk
Over de herhuisvesting van La Poubelle wordt op dit moment bekeken of de locatie aan de Insulindestraat afdoende is om aan alle wensen en eisen te voldoen.
Er is een actueel meerjarig onderhoudsplan (MJOP) die is uitgevoerd met het vraagstuk welke minimale acties er uitgevoerd dienen te worden om het pand de komende jaren (<5 jaar) bruikbaar te houden met het oog op wat er de komende jaren op Havendijk gaat spelen. De kosten van het onderhoudsplan wordt verwerkt in de jaarbegroting.
2.4. Wagenpark en ander rijdend materieel
In 2023 zijn 35 wagens vervangen. Met het oog op verduurzaming is een deel hiervan elektrisch. Daarnaast is er divers rijdend materieel vervangen.
3. Financiering
3.1. Rente en financieringsbehoefte
Rentetoerekening
Aan alle vaste activa en aan de voorziening reorganisatie wordt rente toegerekend via een vast rentepercentage. Dit percentage is 4% en wordt gerekend over de boekwaarde per 1 januari 2023. Het totaal van deze rentelasten was in 2023 € 409.000 (2022: € 380.000).
Rentelasten
Er is een langlopende lening afgesloten met de BV 18k ter grootte van € 4,2 miljoen. Dit betreft een langlopende lening met een flexibel rentepercentage dat maandelijks bepaald wordt. De rentelast in 2023 van deze lening was € 149.000. In 2023 heeft er geen aflossing plaatsgevonden en de verwachting is dat dit de komende jaren ook niet gaat gebeuren. De overige rentelasten op lopende rekeningen waren € 84.000 (2022: € 7.000).
Rentebaten
De rentebaten in 2023 waren € 91.000. Doordat de rente in 2023 op uitstaande gelden gestegen is, waren er meer rentebaten dan in 2022 (€ 2.000).
Renteresultaat
Het renteresultaat voor 2023 komt hiermee op € 551.000 (2022: € 485.000).
Financieringsbehoefte
Voor de financieringsbehoefte wordt er altijd eerst naar de BV 18k gekeken voor een kort- of langlopende lening. Mocht BV 18k niet in staat zijn om te voldoen aan de vraag vanuit de Diamant-groep, dan wordt de bancaire markt benaderd. Dit kan zijn via de huisbankier, Rabobank, of via de BNG (Bank Nederlandse Gemeenten).
Financieringsbehoefte (in €1000) | |
Totale boekwaarde investeringen | 12.583 |
Eigen vermogen | 8.382 |
Voorzieningen | 1.015 |
Langlopende leningen | 4.225 |
Totaal langlopende financiering | 13.622 |
In 2019 is een financieringsovereenkomst aangegaan met de BNG voor € 2.000.000. Dit betreft een rekening-courant krediet. In 2021 heeft er een aflossing plaatsgevonden van
€ 1.000.000. In 2022 en 2023 waren er geen aflossingen.
Schatkistbankieren
Per 16 december 2013 is de wet Verplicht schatkistbankieren ingevoerd. Verplicht schatkistbankieren houdt in dat overschotten aan liquide middelen boven een drempelbedrag moeten worden afgestort in de schatkist bij het ministerie van Financiën. Het drempelbedrag is een percentage van het begrotingstotaal. De drempel is in 2023 niet overschreden. In de toelichting op de balans in deze jaarstukken is de verplichte toelichting op de drempel en de benutting daarvan opgenomen.
3.2. Renterisiconorm en kasgeldlimiet
De renterisiconorm beperkt het renterisico op de vaste schuld (looptijd één jaar of langer). Het renterisico is de mate waarin het saldo van rentelasten en -baten verandert door wijzigingen in rentepercentages op leningen en uitzettingen. Het gaat hier om percentages van het begrotingstotaal. Zowel de kasgeldlimiet als de renterisiconorm heeft als doel decentrale overheden te beschermen tegen rentefluctuaties.
Rente-risiconorm (in €1000) | |
1 Schuld met renteherziening 2023 | 4.225 |
2 Aflossing | 0 |
3 Renterisico (1+2) | 4.225 |
4 Begrotingstotaal | 80.363 |
5 Percentage ministeriële regeling | 20% |
6 Renterisiconorm (4*5) | 16.073 |
7 Onderschrijding norm (+) ) (6-3) | 11.848 |
De Gemeenschappelijke Regeling Diamant-groep heeft een onderschrijding en is binnen de renterisiconorm gebleven.
Kasgeldlimiet kwartaal 1 (in €1000) | |
Begrotingstotaal | 80.363 |
Percentage ministeriële regeling | 8,2% |
Kasgeldlimiet | 6.590 |
Vlottende schuld | 7.079 |
Vlottende activa | 11.386 |
Netto vlottende schuld | -4.307 |
Ruimte onder het kasgeldlimiet | 10.897 |
Kasgeldlimiet kwartaal 2 (in €1000) | |
Begrotingstotaal | 80.363 |
Percentage ministeriële regeling | 8,2% |
Kasgeldlimiet | 6.590 |
Vlottende schuld | 4.366 |
Vlottende activa | 9.820 |
Netto vlottende schuld | -5.454 |
Ruimte onder het kasgeldlimiet | 12.044 |
Kasgeldlimiet kwartaal 3 (in €1000) | |
Begrotingstotaal | 80.363 |
Percentage ministeriële regeling | 8,2% |
Kasgeldlimiet | 6.590 |
Vlottende schuld | 808 |
Vlottende activa | 11.510 |
Netto vlottende schuld | -5.702 |
Ruimte onder het kasgeldlimiet | 12.292 |
Kasgeldlimiet kwartaal 4 (in €1000) | |
Begrotingstotaal | 80.363 |
Percentage ministeriële regeling | 8,2% |
Kasgeldlimiet | 6.590 |
Vlottende schuld | 9.661 |
Vlottende activa | 14.154 |
Netto vlottende schuld | -4.493 |
Ruimte onder het kasgeldlimiet | 11.083 |
De Gemeenschappelijke Regeling Diamant-groep is in alle kwartalen ruimschoots binnen de kasgeldlimiet gebleven.
4. Verbonden partijen
Naam | Vestigings plaats | Wijze van deelname | Openbaar belang |
Stichting Bevordering Werkgelegenheid (SBW) | Tilburg | Algemeen Bestuur Gemeenschappelijke regeling is bestuur van de Stichting | Initiëren en financieel ondersteunen van werkgelegenheidsprojecten bij de Gemeenschappelijke regeling. Het beschikbaar stellen van arbeidskrachten ten behoeve van de uitvoering van de projecten. |
Bedrijfsmatige Projecten (Bepro) BV | Tilburg | Gemeenschappelijke regeling is 100% aandeelhouder | Participatie in risicovolle projecten. Deelnemen in en samenwerken met en het voeren van de directie over andere rechtspersonen en ondernemingen in het kader van gesubsidieerde arbeid door de Diamant-groep. |
Meervlaks BV | Tilburg | BV Bepro is 100% aandeelhouder | Op dit moment is deze BV niet actief. |
BV 18k | Tilburg | BV Bepro is 100% aandeelhouder | Diverse activiteiten op het gebied van HRM ten behoeve van de Diamant-groep en derden. Dienstverlening ten behoeve van alfacheques, diensten-cheques en huishoudelijke hulp. |
BV 18k Flex | Tilburg | BV 18k is 100% aandeelhouder | Het tegen vergoeding detacheren van arbeidskrachten. |
Stichting La Poubelle | Tilburg | Algemeen Bestuur Gemeenschappelijke regeling is bestuur van de Stichting | Kringloopwinkel. Werkzaamheden gericht op of ten dienste van het milieu. Het creëren en in stand houden van leer- werkplekken voor personen met een afstand tot de arbeidsmarkt. |
De Schoonmaak Coöperatie | Vught | Gemeenschappelijke regeling is lid voor circa 48% | Het faciliteren en creëren van leer- werkplekken voor personen met een afstand tot de arbeidsmarkt in een leer/werkbedrijf gericht op schoonmaakactiviteiten. |
Naam | Eigen vermogen (afgerond op duizenden euro’s) | Verandering in belang | Resultaat 2023 | |
Stichting Bevordering | Eigen vermogen per 01-01-2023: | 4.000 | Geen | -1.500 |
Werkgelegenheid | Eigen vermogen per 31-12-2023: | 2.000 | ||
(SBW) | Vreemd vermogen per 01-01-2023: | 1.867.000 | ||
Vreemd vermogen per 31-12-2023: | 1.968.000 | |||
Bedrijfsmatige | Eigen vermogen per 01-01-2023: | 9.907.000 | Geen | 264.000 |
Projecten BV (Bepro) | Eigen vermogen per 31-12-2023: | 10.171.000 | ||
Vreemd vermogen per 01-01-2023: | 4.177.000 | |||
Vreemd vermogen per 31-12-2023: | 936.000 | |||
Meervlaks BV | Eigen vermogen per 01-01-2023: | 361.000 | Geen | -4.000 |
Eigen vermogen per 31-12-2023: | 357.000 | |||
Vreemd vermogen per 01-01-2022: | 0 | |||
Vreemd vermogen per 31-12-2022: | 2.000 | |||
BV 18k | Eigen vermogen per 01-01-2023: | 9.164.0009 | Geen | 275.000 |
Eigen vermogen per 31-12-2023: | 9.440.000 | |||
Vreemd vermogen per 01-01-2023: | 3.587.000 | |||
Vreemd vermogen per 31-12-2023: | 897.000 | |||
BV 18k Flex | Eigen vermogen per 01-01-2023: | 18.000 | Geen | 0 |
Eigen vermogen per 31-12-2023: | 18.000 | |||
Vreemd vermogen per 01-01-2023: | 1.222.000 | |||
Vreemd vermogen per 31-12-2023: | 131.000 | |||
Stichting | Eigen vermogen per 01-01-2023: | 1.046.000 | Geen | -392.000 |
La Poubelle | Eigen vermogen per 31-12-2023: | 654.000 | ||
Vreemd vermogen per 01-01-2023: | 566.000 | |||
Vreemd vermogen per 31-12-2023: | 930.000 | |||
De Schoonmaak | Eigen vermogen per 01-01-2023: | 1.075.000 | Geen | 965.787 |
Coöperatie | Eigen vermogen per 31-12-2023: | 1.928.704 | ||
Vreemd vermogen per 01-01-2023: | 4.457.725 | |||
Vreemd vermogen per 31-12-2023: | 2.989.134 |
Risico’s binnen verbonden partijen
Binnen BV 18k is door de komst van de wet WNRA en WAB het grote voordeel om de verloning via BV 18k te laten lopen vervallen. Het risico in afname van aantal te verlonen kandidaten wordt hiermee hoger. Daarnaast is de nieuwe cao voor Participatie Wetters van kracht (cao Aan de Slag) waardoor de Participatie Wetters werkzaam binnen de Diamant-groep op de payroll komen van de Diamant-groep en niet meer worden verloond via BV 18k flex.
Huisvesting bij La Poubelle en het effect op de exploitatie.
Aantallen P-Wetters en SW’ers bij De Schoonmaakcoöperatie en het effect op de ex- ploitatie.
Visie op de verbonden partijen
Stichting Bevordering Werkgelegenheid; continueren van het beleid om alle werkzame ambtenaren in dienst te nemen.
Bedrijfsmatige Projecten BV: in de BV vinden geen activiteiten plaats.
Meervlaks BV: vooralsnog een lege BV, in te zetten op termijn voor nieuwe ontwikkelingen.
BV 18k: continuering voor Payrolling activiteiten van de reguliere medewerkers van de Diamant-groep met een tijdelijk dienstverband en derden.
BV 18k flex: voortzetting van detacheringsactiviteiten naar externe werkgevers.
Stichting La Poubelle: behoud en voortzetting van de beschikbaarheid van participatiebanen binnen de kringloopwinkels en werkplaatsen.
De Schoonmaak Coöperatie: continuering van de coöperatie met de andere twee organisaties Weener XL en de WSD-groep.
5. Bedrijfsvoering
5.1. Duurzaamheid
We sturen op duurzaamheid, ook steeds meer bij aanbestedingen. We leasen steeds meer elektrische auto’s en hebben gekozen voor een warmte-koude systeem. Als het mogelijk is, stellen we voorwaarden rondom social return.
We werken zowel intern als bijvoorbeeld in het groen en bij de kringloopbedrijven aan de laagst mogelijke effect op klimaat, milieu en leefomgeving en met spaarzaam en circulair gebruik van materialen
5.2. Wet Open Overheid
De Wet Open overheid (WOO) trad op 1 mei 2022 in werking. Volgens deze wet moeten wij in de jaarverantwoording een openbaarheidsparagraaf opnemen en daarin verslag doen van de uitvoering van de wet, mede in relatie tot de beleidsvoornemens wat betreft actieve en passieve openbaarmaking en verbetering van de informatiehuishouding. In 2023 zijn er geen verzoeken van binnengekomen om informatie te openbaren. De jaarstukken werden actief gepubliceerd via de website.
5.3. Rechtmatigheid
Intern sturen we op aanbestedingsrechtmatigheid vanuit het afstemmingsoverleg tussen inkoop, control en GroenXtra. We vragen ook onze gemeentelijke opdrachtgevers met ons mee te sturen om als uitvoeringsorganisatie van Groenopdrachten in staat te zijn om gemeentelijke opdrachten uit te voeren met inachtneming van wet- en regelgeving.
Er zijn in 2023 geen onrechtmatigheden geweest die op casusniveau de rapportagegrens
€ 160.000 uit de financiële verordening hebben overschreden. Er waren 2 casussen die onrechtmatig waren. Het totaalbedrag van deze overschrijdingen was € 238.000. Voor beide casussen worden beheersmaatregelen genomen die borgen dat dit in de toekomst wordt voorkomen.
Er is binnen de Diamant-groep geen beleid gericht op voorkomen van misbruik en oneigenlijk gebruik van wet- en regelgeving door derden (M&O-beleid). Vanuit onze frauderisico-analyse is wel bepaald dat er waar nodig aanvullend integriteitsbeleid wordt opgesteld. Dit beleid wordt in 2024 geformuleerd. Er is in 2023 geen sprake geweest van fraude-incidenten binnen de Diamant-groep.
5.4. Integriteit
Integriteit is een onderwerp dat constante aandacht verdient. Er is beleid om medewerkers te beschermen tegen ongewenste omgangsvormen op het werk en om een preventief beleid te voeren. Het gaat hier met name om seksuele intimidatie, agressie en geweld, pesten en discriminatie. Dit is vertaald in de regeling Ongewenste omgangsvormen en een gedragscode. Dit thema komt ook aan de orde in de introductiedag voor nieuwe medewerkers en is ook een onderwerp dat geregeld terugkomt in trainingen en in werkoverleggen.
De Diamant-groep heeft nog geen integraal integriteitsbeleid op bestuurlijk niveau. In 2024 wordt gekeken welke verbeteringen nog mogelijk zijn in het integriteitsbeleid en de uitvoering daarvan.
5.5. Investeringsbeleid
Investeringen binnen de Diamant-groep vinden plaats op basis van de in de jaarplannen opgenomen investeringsinitiatieven. De belangrijkste investeringen liggen op het gebied van het wagenpark, materieel ten behoeve van GroenXtra, energiebesparende maatregelen en automatisering.
In 2023 zijn er in totaal 40 (Europese) aanbestedingen afgerond volgens de voorgeschreven aanbestedingsprocedures om investeringen en andere uitgaven rechtmatig te kunnen doen.
5.6. Administratieve organisatie
Op basis van de geactualiseerde beschrijvingen van de administratieve organisatie en de daarop afgestemde interne controleplannen, is in 2023 de interne controle uitgevoerd. Deze aanpak wordt jaarlijks met de accountant afgestemd en geëvalueerd en daar waar nodig wordt de interne controle aangepast.
Interne controle is gericht op beheerhandelingen die uiteindelijk financiële consequenties kunnen hebben. Uitgangspunt hierbij is dat deze in de lijn wordt belegd en bestaat uit drie linies (three-lines-of-defence methode). Dit houdt in dat het lijnmanagement verantwoordelijk is voor haar eigen processen. Daarnaast is er een functie die deze 1e lijn ondersteunt, adviseert, coördineert en bewaakt of het management zijn verantwoordelijkheden ook daadwerkelijk neemt. Dit is de 2e lijn.
Ten slotte wordt gecontroleerd of het samenspel van de 1e en 2e lijn soepel functioneert. Door de afdeling planning & control wordt een objectief en onafhankelijk oordeel geveld met mogelijkheden tot verbetering.
5.7. Informatisering en Automatisering (I&A)
De belangrijkste projecten voor de organisatie in 2023 waren:
Het ontmantelen van het Citrix platform is goed verlopen.
In het kader van een verdere optimalisatie en de ingebruikname van Office 365 en een nieuw intranet in 2024 is nieuwe techniek uitgerold.
De optimalisatie van het Salaris, HRM en Clientvolgsysteem in AFAS liep door in 2023.
Samen met Xxxxxxx is er een start gemaakt om de archieven te gaan digitaliseren.
De volwassenheidsmeting is in 2023 samen met de functionaris gegevensbescherming en het MT vertaald in een meerjarenplan om het afgesproken en gewenste niveau te behalen. Om dit verder vorm te geven wordt vanaf medio 2023 een privacy officer ingehuurd.
In 2023 zijn we gestart met Secure Sight en Secure DNS om ons beter te wapenen tegen cybercriminaliteit. Hierdoor zijn er diverse belangrijke aanpassingen doorgevoerd.
Naast deze projecten zijn er diverse vernieuwingen doorgevoerd om de organisatie actueel te houden op het gebied van techniek en veiligheid.
5.8. Planning & Control
In de uitwerking van de nieuwe ‘organisatie-inrichting & besturingsfilosofie’ is het uitvoeringsplan Bedrijfsvoering vastgesteld met onder meer concepten als regiemodel en platform Bedrijfsvoering. De ondersteunende processen Financiën & Control, Facilities en in een later stadium de HR-processen zullen volgens het regiemodel gaan werken.
Het plan is de totale keten Financiën & Control te laten regisseren door twee controllers in samenwerking met het management.
Control is betrokken geweest en zijn bijdrage geleverd aan diverse ontwikkelingen en beheersing van de bedrijfsvoering.
Meer betrokkenheid bij contractonderhandelingen en totstandkoming van contracten (bijvoorbeeld fietsenstalling).
Diverse (maatschappelijke) business cases inzichtelijk gemaakt.
Meer accent op procesontwikkeling vanuit risicogedachte, inrichting processen op basis van continuïteit, beïnvloedbaarheid en efficiency.
We werken met een beheermodel voor risico’s en kansen. Dit sluit aan bij landelijke rechtmatigheidsontwikkelingen, waarbij de Diamant-groep en het bestuur zelf verantwoording gaan afleggen over de (financiële) rechtmatigheid in de jaarrekening. Het Dagelijks Bestuur verklaart hierin expliciet dat de in de jaarrekening verantwoorde baten, lasten en balansmutaties financieel rechtmatig tot stand zijn gekomen.
5.9. HRM-beleid en KAM
Koers 2020-2024
HRM is in de kern sterk verstrengeld met de primaire opdracht van Xxxxxxx-groep; het ontwikkelen van mensen. Het jaar 2023 heeft voor HRM in het teken gestaan van reorganiseren en herpositionering. Er is toegewerkt naar een centrale HRM afdeling werkend volgens een vast bedieningsconcept.
Eind 2023 is gestart met de nieuwe opzet van de gecentraliseerde HRM afdeling bestaande uit HR Advies & Services, Gezondheid Begeleiding Inzetbaarheid (GBI-unit) en de HR Academy.
Ontwikkelmethodiek & HR-cyclus
Is 2023 is er gewerkt aan het vormgeven van een nieuwe en eigentijdse ontwikkelmethodiek die ondersteunend de gewenste en noodzakelijke ontwikkeling in beeld kan brengen en richting kan geven aan inzetten van de juiste interventies om ontwikkeling mogelijk te maken.
Verbetering en doorontwikkeling van (digitale) HR-werkprocessen
Als gevolg van de centralisatie van HRM was er een noodzaak om de basis werkprocessen opnieuw vorm te geven in het HR- en salarissysteem. Dit tegen de achtergrond om de processen zo uniform en helder mogelijk in te richten. Leidinggevenden zijn hierin meegenomen en extra getraind waardoor het digitaal werken meer onderdeel is geworden van het dagelijkse werken.
Ziekteverzuim
We zien een lichte daling van het ziekteverzuim in 2023. Het verzuim is 0,3 procentpunt afgenomen ten opzichte van 2022 tot 15,8%.
GBI
Het afgelopen jaar hebben we geïnvesteerd in het verder vorm geven van de nieuwe afdeling, Gezondheid, Begeleiding en Inzetbaarheid (GBI). GBI richt zich vooral op het ontwikkelen en onderhouden van een actief beleid op duurzame inzetbaarheid en gezondheid; Het ondersteunen van leidinggevenden bij preventie, gezondheid, inzetbaarheid en begeleiding bij ziekte; En het structureel wegleren van deze kennis en kunde zodat het niveau van acteren van leidinggevenden op dit terrein een stevige impuls krijgt. Dit moet uiteindelijk leiden tot een daling van het ziekteverzuim en verzuimkosten.
KAM
Het centrale thema bij Kwaliteit, Arbo en Milieu (KAM) is en blijft streven naar optimale arbeidsomstandigheden voor alle medewerkers. Niet alleen moet het werk veilig gedaan worden, maar medewerkers moeten zich ook prettig voelen, plezier in hun werk hebben en respectvol met elkaar omgaan.
Arbo
In 2023 is binnen het Arbo-overleg en met het management de KAM-organisatie besproken. Er is behoefte uitgesproken aan toevoeging van expertise inzake veiligheid/kwaliteit in de KAM-organisatie. In 2024 wordt verankerd in het KAM-beleid hoe we dit gaan organiseren en prioriteren.
Kwaliteit
Borging en verbetering van de kwaliteit van dienstverlening aan externe klanten vindt plaats onder regie van de verantwoordelijke manager. In goede samenwerking wordt planmatig gewerkt aan realisatie van de in het jaarplan vastgestelde activiteiten en aan verdere verbetering van de (borging van) de kwaliteit.
Agressie
Het aantal agressiegevallen is in 2023 fors gedaald naar 9 ten opzichte van 20 in 2022 en voorgaande jaren.
Ongevallen
Het aantal ongevallen is in 2023 verder gedaald naar 12 (2022: 14). Van de 12 ongevallen vond er 1 plaats op externe werkplekken (2022: 1). Het aantal verzuimdagen als gevolg van ongevallen is fors gedaald naar 126 dagen (waarvan 40 dagen externe werkplekken) ten opzichte van 1008 dagen in 2022 (waarvan 97 dagen externe werkplekken). Dit komt doordat er afgelopen jaar in tegenstelling tot de jaren daarvoor geen sprake is geweest van ongevallen met langdurig verzuim als gevolg.
Ondertekening van de jaarstukken
Tilburg, 29 mei 2024
Xxxxx Xxxxxxxxx
Algemeen Directeur Diamant-groep
B. JAARREKENING 2023
6. Balans
(in €1000) | 31 december 2023 | 31 december 2022 | ||
VASTE ACTIVA | ||||
Materiele vaste activa | ||||
Investeringen met economisch nut | 10.743 | |||
12.583 |
| |||
Totaal materiële vaste activa | 10.743 | |||
12.583 | ||||
TOTAAL VASTE ACTIVA | 12.583 | 10.743 | ||
VLOTTENDE ACTIVA | ||||
Voorraden | 92 | 104 | ||
Grond- en hulpstoffen | 156 | 121 | ||
Totaal voorraad | 248 | 225 | ||
Uitzettingen met een rentetypische looptijd | ||||
korter dan één jaar | ||||
Vorderingen op openbare lichamen | 3.046 | 2.572 | ||
Overige vorderingen | 1.069 | 986 | ||
Rekening-courantverhouding | ||||
met niet-financiële instellingen | 233 | 117 | ||
Uitzettingen in Rijksschatkist | ||||
met een rentetypische looptijd | ||||
korter dan één jaar | 600 | 3.100 | ||
Overige uitzettingen | 1.818 | 1.347 | ||
Totaal uitzettingen | 6.766 | 8.122 | ||
Liquide middelen | 183 | 556 | ||
Totaal liquide middelen | 183 | 556 | ||
Overlopende activa | ||||
Vooruitbetalingen | 212 | 269 | ||
Nog te ontvangen bedragen | 4.332 | 4.532 | ||
Totaal overlopende activa | 4.544 | 4.801 | ||
TOTAAL VLOTTENDE ACTIVA | 11.741 | 13.703 | ||
TOTAAL ACTIVA | 24.324 | 24.446 |
(in €1000) 31 december 2023 31 december 2022 | ||||
VASTE PASSIVA | ||||
Eigen vermogen | ||||
Algemene reserve | 2.712 | 2.682 | ||
Bestemmingsreserve | 4.110 | 4.691 | ||
Nog te bestemmen resultaat | 1.560 | 1.781 | ||
Totaal eigen vermogen | 8.382 | 9.154 | ||
Voorzieningen | 1.015 | 2.018 | ||
Totaal voorzieningen | 1.015 | 2.018 | ||
Vaste schulden | ||||
Schulden binnenlandse bedrijven | 4.225 | 4.225 | ||
Totaal vaste schulden | 4.225 | 4.225 | ||
TOTAAL VASTE PASSIVA | 13.622 | 15.397 | ||
VLOTTENDE PASSIVA | ||||
Netto-vlottende schulden met een rente | ||||
typische looptijd korter dan één jaar | ||||
Schulden aan openbare lichamen | 237 | 253 | ||
Overige schulden | 5.372 | 5.212 | ||
Rekening-courant-verhouding | ||||
met niet-financiële instellingen | 1.564 | 1.555 | ||
Overige kasgeldleningen | 1.989 | 991 | ||
Totaal netto-vlottende schulden | 9.162 | 8.011 | ||
Overlopende passiva | ||||
Verplichtingen | 673 | 220 | ||
Vooruit ontvangen bedragen | 867 | 818 | ||
Totaal overlopende passiva | 1.540 | 1.038 | ||
TOTAAL VLOTTENDE PASSIVA | 10.702 | 9.049 | ||
TOTAAL PASSIVA | 24.324 | 24.446 |
In hoofdstuk 9 worden de verschillende rubrieken verder toegelicht.
7. Overzicht baten en lasten
(in €1000) | Realisatie 2023 | Begroting 2023 | Realisatie 2022 |
Netto omzet | 31.970 | 33.711 | 29.067 |
Kosten van grond- en hulpstoffen | 8.987 | 10.352 | 7.847 |
Toegevoegde waarde | 22.983 | 23.359 | 21.220 |
Overige bedrijfsopbrengsten | 5.064 | 4.120 | 5.103 |
Incidentele baten | 68 | 0 | 155 |
Totaal | 5.132 | 4.120 | 5.258 |
Bedrijfsopbrengsten | 28.115 | 27.479 | 26.478 |
Loonkosten Wsw-personeel | 35.746 | 35.790 | 36.259 |
Loonkosten P-Wet/Ads-personeel | 7.969 | 8.614 | 6.136 |
Loonkosten inhuur Participatiebanen | 74 | 0 | 344 |
Loonkosten inhuur SBW-personeel | 11.627 | 11.926 | 11.116 |
Loonkosten inhuur 18k-personeel | 3.076 | 3.740 | 2.281 |
Overige personeelskosten | 1.395 | 1.562 | 1.272 |
Afschrijvingskosten | 1.749 | 1.803 | 1.486 |
Overige bedrijfskosten | 8.647 | 6.666 | 7.527 |
Incidentele lasten | 27 | 37 | 70 |
Som der bedrijfslasten | 70.310 | 70.137 | 66.491 |
Rijksvergoeding Wsw | 36.035 | 34.623 | 35.492 |
Subsidie P-Wet/Ads | 6.509 | 7.590 | 4.819 |
Subsidie Participatiebanen | 0 | 0 | 169 |
Bedrijfsresultaat | 349 | -444 | 468 |
Saldo financiële baten en lasten | -146 | -64 | -120 |
Vennootschapsbelasting | 0 | 0 | 0 |
Dividend | 0 | 0 | 0 |
Totaal saldo baten en lasten | 203 | -509 | 348 |
Toevoeging reserves | 1.475 | 0 | 0 |
Onttrekking reserves | 1.556 | 0 | 928 |
Gerealiseerd resultaat | 284 | -509 | 1.276 |
De gepresenteerde definitieve begroting 2023 wijkt op een aantal posten af ten opzichte van de (primitieve) begroting, zoals deze is gepresenteerd in de programma-begroting 2023. In de bestuursvergadering van juli is dit formeel goedgekeurd door het Algemeen Bestuur.
Op basis van de financiële verordening zijn de begrotingsoverschrijdingen ter vaststelling voorgelegd aan het algemeen bestuur, waarmee geen sprake is van begrotings- onrechtmatigheden. De lastenoverschrijdingen worden geheel gecompenseerd door direct gerelateerde opbrengsten. Conform de jaarstukken 2022 hebben we besloten om in afwijking met de BBV geen primitieve begroting op te nemen.
8. Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling
De jaarrekening is opgesteld met inachtneming van de vereisten zoals opgenomen in het Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten (BBV). De waardering van de activa en passiva en de bepaling van het resultaat vinden plaats op basis van historische kosten. Tenzij bij de desbetreffende balanspost anders is vermeld, worden de activa en passiva opgenomen tegen nominale waarden.
8.1. Afschrijvingsbeleid
Het afschrijvingsbeleid is gebaseerd op de financiële verordening Gemeenschappelijke regeling Diamant-groep 2023, zoals laatstelijk vastgesteld door het Algemene Bestuur in haar vergadering d.d. 5 oktober 2023. De afschrijvingen worden berekend vanaf het moment dat het activum in bedrijf genomen is en volgens de lineaire methode. Afschrijvingen geschieden daarnaast onafhankelijk van het resultaat van het boekjaar. Op gronden wordt niet afgeschreven, tenzij de grond deel uitmaakt van een investering in de openbare ruimte met maatschappelijk nut.
Eventuele boekwinsten bij inruil of afstoting van een kapitaalgoed zijn als incidentele baten in de jaarrekening verwerkt. Een eventueel boekverlies zal als een incidentele last worden verwerkt in de jaarrekening.
De op de oorspronkelijke verkrijgings- of vervaardigingsprijs toegepaste jaarlijkse afschrijvingen corresponderen met een stelsel dat is afgestemd op de verwachte toekomstige gebruiksduur (kortste van de geschatte economische levensduur óf technische gebruiksduur) van de geactiveerde objecten en voorzieningen.
8.2. Waardering van activa en passiva
Algemeen
Waardering van passiva en activa alsmede de bepaling van het resultaat vinden in principe plaats op basis van historische kosten. Activa en passiva zijn opgenomen tegen nominale waarde.
Baten en lasten worden toegerekend aan het jaar waarop zij betrekking hebben, ongeacht of zij tot inkomsten of uitgaven in dat jaar hebben geleid. Baten en lasten, waaronder ook begrepen de heffing van de vennootschapsbelasting, worden daarbij verantwoord tot hun brutobedrag.
We hebben in 2023 de afschrijvingstermijn voor nieuwe gebouwen aangepast van maximaal 30 naar maximaal 40 jaar. Op die manier sluiten we aan bij de termijnen die de gemeenten hanteren.
De waarderingsgrondslagen per balansonderdeel worden in het vervolg van deze jaarrekening toegelicht.
Materiële vaste activa
Alle materiële vaste activa zijn gewaardeerd tegen de oorspronkelijke verkrijgingsprijs (de inkoopprijs en de bijkomende kosten) of vervaardigingsprijs (de aanschaffingskosten van de gebruikte grond- en hulpstoffen en de overige directe kosten), verminderd met de ontvangen subsidies en bijdragen die direct gerelateerd zijn aan het actief, de jaarlijkse afschrijvingslasten en afwaarderingen wegens duurzame waardeverminderingen. Activering vindt plaats op het moment van ingebruikname.
Duurzame waardeverminderingen van vaste activa worden onafhankelijk van het resultaat van het boekjaar in aanmerking genomen. Investeringen hebben een economisch nut indien ze verhandelbaar zijn en/of indien ze kunnen bijdragen aan het genereren van middelen. Alle investeringen met een economisch nut worden geactiveerd. We hanteren een minimumbedrag van €10.000 per activum om over te gaan tot activeren.
Financiële vaste activa
De financiële vaste activa zijn gewaardeerd tegen de oorspronkelijke verkrijgingsprijs (de inkoopprijs en de bijkomende kosten), de jaarlijkse aflossingen, afschrijvingslasten en afwaarderingen wegens duurzame waardeverminderingen. Duurzame waardeverminderingen van vaste activa worden onafhankelijk van het resultaat van het boekjaar in aanmerking genomen. De waardering van verbonden partijen wordt toegelicht bij de balans.
Deelnemingen
Deelnemingen worden gewaardeerd tegen kostprijs of lagere marktwaarde.
Gereed product en handelsgoederen
De voorraad eigen goederen is gewaardeerd tegen de laatst bekende verrekenprijzen van de leverancier. De overige voorraden worden gewaardeerd tegen historische kostprijs. Indien de marktwaarde lager is, dan wordt tegen marktwaarde gewaardeerd.
Vorderingen op korte termijn
De uitzettingen met een rente typische looptijd korter dan één jaar worden gewaardeerd tegen nominale waarde. Voor verwachte oninbaarheid is een voorziening in mindering gebracht. Deze voorziening wordt statisch bepaald. De overlopende activa zijn gewaardeerd tegen nominale waarde. Voor verwachte oninbaarheid is een voorziening in mindering gebracht. Deze voorziening wordt statisch bepaald.
Liquide middelen
De liquide middelen zijn gewaardeerd tegen nominale waarde.
Eigen vermogen
De vaststelling van de noodzakelijke omvang van reserves is een zaak van het bestuur. Daarom worden reserves ook wel onderverdeeld in algemene en bestemmingsreserves.
Zodra het Algemeen bestuur aan een reserve een bepaalde bestemming heeft gegeven, is er sprake van een bestemmingsreserve. Om die reden kunnen bestemmingsreserves naar de situatie per ultimo verslagjaar geen negatieve stand kennen. Heeft een reserve geen bestemming dan wordt het een algemene reserve genoemd.
Voorzieningen
De voorzieningen betreffen schattingen van voorzienbare lasten in verband met risico's en verplichtingen, waarvan de omvang onzeker is en welke oorzakelijk samenhangen met de periode voorafgaande aan de balansdatum. Voorzieningen worden gewaardeerd tegen nominale waarde.
Voorzieningen voor arbeidskosten gerelateerde verplichtingen zijn slechts opgenomen voor zover ze meerjarig gezien niet van gelijke omvang zijn. De voorziening groot onderhoud wordt gewaardeerd tegen nominale waarde, berekend conform het onderhoudsplan, rekening houdend met het gelijkmatigheidsprincipe.
De vorming van een voorziening, dan wel een dotatie aan een reeds bestaande voorziening, is als een last in het betreffende boekjaar verantwoord. Alle aanwendingen aan de voorzieningen zijn rechtstreeks ten laste van de voorziening gebracht en in het verslagjaar niet ten laste van de exploitatie verantwoord.
Aan voorzieningen ter egalisatie van (onderhoud)lasten van kapitaalgoederen over meerdere begrotingsjaren ligt een actueel (beheer)plan ten grondslag. Uitgevoerd achterstallig onderhoud is daarbij ten laste van de exploitatie verantwoord. Van achterstallig onderhoud is geen sprake, daarom zijn er geen aanwendingen ten laste van de gevormde voorziening gebracht.
Vaste schulden, met een rente typische looptijd langer dan één jaar
De vaste schulden zijn gewaardeerd tegen de nominale waarde (hoofdsom) verminderd met het totaal van de gedane aflossingen. De vaste schulden hebben een rente typische looptijd van één jaar of langer.
Netto-vlottende schulden met een rente typische looptijd korter dan één jaar
De netto-vlottende schulden met een rente typische looptijd korter dan één jaar zijn gewaardeerd tegen nominale waarde.
Schatkistbankieren
In principe dienen alle overtollige middelen in de schatkist te worden aangehouden. Er zijn echter uitzonderingen. Eén daarvan is het drempelbedrag. Dat is een minimumbedrag dat gemiddeld per kwartaal buiten de schatkist mag worden gehouden.
8.3. Grondslagen voor resultaatbepaling
Voor zover het BBV niet anders voorschrijft, zijn de baten en lasten zoveel mogelijk toegerekend aan het boekjaar waarop ze betrekking hebben. Winsten worden slechts opgenomen voor zover zij op balansdatum zijn gerealiseerd. Verliezen en risico’s die hun oorsprong vinden voor het einde van het begrotingsjaar, worden in acht genomen indien zij voor het opmaken van de jaarrekening bekend zijn geworden. In hoofdzaak wordt lineair afgeschreven. Afschrijving geschiedt met behulp van vaste percentages op basis van vastgestelde afschrijvingstermijnen; de berekening geschiedt over de verkrijgingprijs onder aftrek van subsidies en bijdragen van derden.
Er is sprake van één programma voor de uitvoering van de Wsw-taken en taken in het kader van de Participatiewet. We verantwoorden alle baten en lasten in taakgebied 6 Sociaal Domein.
De gepresenteerde begroting is de detailbegroting, deze wordt gebruikt voor de maandelijkse monitoring. Deze komt op diverse posten niet overeen met de programmabegroting, maar in totaal sluit het aan op de programmabegroting.
Vennootschapsbelasting
De Diamant-groep is als SW-bedrijf vrijgesteld van vennootschapsbelasting conform wetgeving (Staatscourant 20 december 2018, nr. 2018 – 24470). We voldoen sinds de invoering van deze wet aan de eisen voor de vrijstelling.
Rechtmatigheid
De in de jaarrekening opgenomen rechtmatigheidsverantwoording is opgesteld op basis van de kaders zoals besloten in de financiële verordening en op basis van de kadernota rechtmatigheid. Dat betekent dat:
De financiële rechtmatigheid het voorwaardencriterium, het begrotingscriterium en het misbruik & oneigenlijk gebruik criterium omvat:
o Voor het voorwaardencriterium bestaat de norm uit het normenkader zoals op 5 oktober 2023 door het algemeen bestuur is vastgesteld
o Voor het begrotingscriterium geldt dat alle overschrijdingen van lasten en investeringskredieten onrechtmatig zijn, waarbij voor een aantal scenario’s in de financiële verordening is beschreven wanneer deze overschrijdingen acceptabel zijn. Voor over- en onderschrijdingen van baten, onderschrijdingen van lasten en onderschrijdingen van investeringskredieten geldt dat deze als onrechtmatig zijn aangemerkt indien ze niet tijdig aan het algemeen bestuur zijn gemeld.
o Ten aanzien van het M&O criterium is er geen M&O beleid opgesteld door de Diamant-groep gericht op voorkomen van misbruik door derden van gemeentelijke regelingen.
De rechtmatigheidsverordening is opgesteld binnen de kaders van de kadernota rechtmatigheid 2023 van de commissie BBV alsmede onze eigen financiële verordening. Dit betekent dat:
o Een verantwoordingsgrens van 3% (€ 2.400.000) is gehanteerd waarboven cumulatieve fouten en onduidelijkheden in de rechtmatigheidsverantwoording worden opgenomen.
o Een rapporteringstolerantie van 0,2% (€ 160.000) is gehanteerd waarboven fouten en onduidelijkheden in de paragraaf bedrijfsvoering worden opgeno- men.
9. Toelichting op de balans
9.1. Toelichtingen op activa
Materiële vaste activa
Een overzicht van de materiële vaste activa is onderstaand opgenomen. Het betreft uitsluitend activa met een economisch nut. De afschrijvingsmethode die toegepast wordt is de lineaire methode. In de berekening van de afschrijvingen wordt rekening gehouden met de restwaarde van de materiële vaste activa.
(in €1000) | Grond en terreinen | Gebouwen | Vervoers- middelen | Machines/ installaties | Overige activa | Activa in uitvoering | Totaal |
Boekwaarde per 1 januari 2023 | 597 | 2.733 | 4.270 | 2.104 | 731 | 308 | 10.743 |
Investeringen | 97 | 267 | 1.300 | 2.330 | 120 | 85 | 4.199 |
Investeringen activa in uitvoering | 0 | 0 | 23 | 0 | 0 | -23 | 0 |
Desinvesteringen | 0 | 0 | 589 | 21 | 0 | 0 | 610 |
Afschrijvingen | 22 | 244 | 658 | 491 | 334 | 0 | 1.749 |
Boekwaarde per 31 december 2023 | 672 | 2.756 | 4.346 | 3.922 | 517 | 370 | 12.583 |
Cumulatieve afschrijvingen per | 700 | 6.130 | 8.347 | 10.380 | 4.482 | 0 | 30.039 |
31 december 2023 | |||||||
Afschrijvingstermijnen* | 10 jaar | 10 jaar | Diverse | 10 jaar | 3 jaar | ||
niet | 25 jaar | termijnen | 4 jaar | ||||
30 jaar | 5 jaar | ||||||
40 jaar | |||||||
*) Conform financiële verordening Gemeenschappelijke Regeling 2023
Dit jaar is er met name geïnvesteerd in het wagenpark 35 nieuwe auto’s (€ 1.300.000), in rijdend materieel en schaftwagens ten behoeve van GroenXtra (€ 750.000) en een warmte/koude installatie op de Zevenheuvelenweg (€ 1.700.000). Dit laatste is verantwoord bij Gebouwen en Machine/installaties.
De post ‘activa in uitvoering’ bestaat uit nog te activeren aanloopkosten herhuisvesting La Poubelle.
Op gronden en terreinen wordt er niet afgeschreven, de afschrijvingstermijnen gelden voor straatwerk dat is aangelegd. De gehanteerde afschrijvingstermijn voor bedrijfsgebouwen is 40 jaar. Voor aanpassingen aan bedrijfsgebouwen wordt 25 jaar gehanteerd en voor technische installaties binnen bedrijfsgebouwen 10 jaar.
In de financiële verordening 2023 is de afschrijvingstermijn van gebouwen voor nieuwe investeringen aangepast van (tenminste) 30 jaar naar (tenminste) 40 jaar.
De afschrijvingstermijn van de vervoersmiddelen wordt per aankoop bepaald afhankelijk van de economische levensduur: personenauto’s en bedrijfsauto’s en lichte motorvoertuigen.
Voor machines, apparaten zoals kantoormeubilair geldt een afschrijvingstermijn van 10 jaar. Voor overige materiële activa, onder andere ICT-apparatuur en telefooninstallaties, wordt een termijn van 3 jaar gehanteerd.
Financiële vaste activa Deelneming Bepro
De deelneming is zonder tegen prestatie (om niet) overgenomen van de gemeente Tilburg. De inbrengwaarde, van de niet uit de balans blijkende deelneming, is nihil. Het eigen vermogen van de deelneming Bedrijfsmatige Projecten (Bepro) BV bedraagt € 10.170.866.
Stichting Bevordering Werkgelegenheid en Stichting La Poubelle
Stichtingen worden niet geconsolideerd op basis van de BBV.
Financieel resultaat De Schoonmaak Coöperatie
Met ingang van 6 november 2012 zijn wij lid van De Schoonmaak Coöperatie UA. Deze coöperatie is een samenwerkingsverband van de Diamant-groep met de WSD-Groep en de Weener Groep. Het resultaat van 2022 is conform bestuurder toegevoegd aan specifieke bestemmingsreserves bij de schoonmaak coöperatie en derhalve heeft er geen uitkering aan Diamant-groep plaatsgevonden.
De Schoonmaak Coöperatie had een resultaat begroot in 2023 van € 0. Het lopend verslagjaar zal afgesloten worden met een positief resultaat van ongeveer € 966.000 (onder voorbehoud van instemming Raad van Commissarissen).
Dit is een incidentele winst doordat de gereserveerde Coronagelden zijn vrijgevallen vanuit de balans in de exploitatie. Bij de vaststelling van de jaarrekening zal het resultaat worden bestemd.
Voorraden
De voorraden per 31 december 2023 zijn als volgt te specificeren:
(in €1000) | 31 december 2023 | 31 december 2022 |
Grond- en hulpstoffen Gereed product en handelsgoederen | 92 156 | 104 121 |
Totaal | 248 | 225 |
De voorraad eigen goederen is gewaardeerd tegen de laatst bekende verrekenprijzen van de leverancier. De overige voorraden worden gewaardeerd tegen historische kostprijs. Indien de marktwaarde lager is, dan wordt tegen marktwaarde gewaardeerd.
Uitzettingen met een rente-typische looptijd korter dan een jaar
De Uitzettingen met een rente-typische looptijd korter dan een jaar per 31 december 2023 zijn als volgt te specificeren:
(in €1000) | 31 december 2023 | 31 december 2022 |
Vorderingen op openbare lichamen | 3.046 | 2.572 |
Handelsdebiteuren | 915 | 775 |
Overige vorderingen | 154 | 211 |
Totaal overige vorderingen | 1.069 | 986 |
Totaal rekening-courantverhouding met | 233 | 117 |
niet-financiële instellingen | ||
Uitzettingen in Rijksschatkist met een rente- | 600 | 3.100 |
typische looptijd korter dan één jaar | ||
Overige uitzettingen met een rente-typische | 1.818 | 1.347 |
looptijd korter dan één jaar | ||
Totaal | 6.766 | 8.122 |
Vorderingen op openbare lichamen
De vordering op openbare lichamen betreft met name vorderingen op de deelnemende gemeenten. De risico's op deze vorderingen zijn hierdoor beperkt. De vorderingen op openbare lichamen zijn toegenomen ten opzichte van vorig jaar. Dit valt grotendeels te verklaren door meer uitstaand saldo bij deelnemende gemeenten voor diensten vanuit bedrijfsonderdeel GroenXtra.
Overige vorderingen Handelsdebiteuren
De handelsdebiteuren per 31 december 2023 zijn als volgt te specificeren:
(in €1000) | Handels debiteuren | Dubieuze debiteuren | Totaal |
Niet of minder dan 3 maanden vervallen | 940 | 0 | 940 |
Van 3 tot 12 maanden vervallen | 12 | 0 | 12 |
Meer dan 1 jaar vervallen | 6 | 0 | 6 |
Af: voorziening dubieuze vorderingen | 0 | 43 | 43 |
Totaal | 958 | 43 | 915 |
De post handelsdebiteuren zijn toegenomen ten opzichte van 2022 door meer openstaande posten ultimo 2023. Verder geven de saldi van de debiteuren geen aanleiding tot nadere toelichting.
Overige vorderingen
De post overige vorderingen (€154.000) bestaat voornamelijk uit diverse waarborgsommen.
Rekening-courantverhouding met niet-financiële instellingen
De rekening-courant met niet-financiële instellingen is als volgt te specificeren:
(in €1000) | 31 december 2023 | 31 december 2022 |
Diamant-groep | 0 | 2 |
18k | 0 | -44 |
La Poubelle | 225 | -36 |
De Schoonmaak Coöperatie | 8 | 195 |
Totaal | 233 | 117 |
De rekening-courantverhouding met niet-financiële instellingen betreft het totaalsaldo van de debiteur, de crediteur- en de rekening courantpositie op verbonden partijen.
Uitzettingen in ’s Rijksschatkist met een rente typische looptijd korter dan één jaar
In het kader van het schatkistbankieren moeten alle overtollige middelen in de schatkist worden aangehouden. Hiervoor geldt een drempelbedrag, dit is vastgelegd in artikel 7 lid 2 van de Regeling schatkistbankieren. Het drempelbedrag is het minimumbedrag dat gemiddeld per kwartaal buiten de schatkist mag worden gehouden. Voor de Diamant-groep geldt voor 2023 een drempelbedrag van € 1.607.000, conform 2% van het begrotingstotaal.
In onderstaande tabel is te zien wat de overschrijding of onderschrijding van het drempelbedrag schatkistbankieren per kwartaal over 2023 is geweest:
(in €1000) | Q1 | Q2 | Q3 | Q4 |
1: Drempelbedrag: 2% van 80.363.000 | ||||
2: Buiten ’s Rijksschatkist aangehouden middelen | 385 | 673 | 538 | 569 |
3a: Ruimte onder drempelbedrag | 1.222 | 935 | 1.070 | 1.038 |
3b: Ruimte overschrijding van ruimte | 0 | 0 | 0 | 0 |
Overige uitzettingen met een rente typische looptijd korter dan één jaar
De post overige uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan één jaar ad € 1.818.000 bestaat uit nog te ontvangen bedragen (€ 1.451.000) en vooruit ontvangen facturen welke betrekking hebben op het jaar 2024 (€ 365.000).
De post nog te ontvangen bedragen ad. € 1.451.000 bestaat voornamelijk uit nog te ontvangen loonkostenvoordeel (€ 865.000), nog te ontvangen transitievergoedingen (€ 61.000) en de post onderhanden werken bedrijfsonderdeel GroenXtra (€ 460.000).
Liquide middelen
De liquide middelen per 31 december 2023 zijn als volgt te specificeren:
(in €1000) | 31 december 2023 | 31 december 2022 |
Kas | 6 | 6 |
Bank | 178 | 550 |
Totaal | 183 | 556 |
De saldi van de liquide middelen geven geen aanleiding tot nadere toelichting.
Overlopende activa
De overlopende activa per 31 december 2023 zijn als volgt te specificeren:
(in €1000) | 31 december 2023 | 31 december 2022 |
Vooruitbetalingen | 212 | 269 |
Nog te ontvangen bedragen | 4.332 | 4.532 |
Totaal | 4.544 | 4.801 |
De vooruitbetalingen betreffen vooruitbetaalde kosten zoals huur van gebouwen en software licenties. De afname ten opzichte van 2022 wordt verklaard doordat er minder facturen vooruitbetaald zijn.
De post nog te ontvangen bedragen bestaat uit nog te factureren leveringen en diensten met betrekking tot 2023. Deze facturatie heeft begin 2024 plaatsgevonden. De saldi geven verder geen aanleiding tot nadere toelichting.
Niet in balans opgenomen vorderingen
De Diamant-groep heeft voor 2023 dienstverleningsovereenkomsten (DVO) met verbonden partijen afgesloten.
De DVO met Bedrijfsmatige Projecten (Bepro) BV betreft doorbelastingen voor inzet vanuit Diamant Groep voor de activiteit Payrolling en P-detachering (€ 493.000).
De DVO met Stichting La Poubelle heeft in 2023 een omvang van € 536.000 en betreft kosten voor geplaatste SW-medewerkers en kosten voor ondersteunende activiteiten.
Voor De Schoonmaak Coöperatie is de omvang in 2023 € 158.000 en betreft voornamelijk inhuur werkplekken.
9.2. Toelichtingen op passiva
Eigen vermogen Algemene reserve
De specificaties van de bestemmingsreserves ziet er als volgt uit:
(in €1000) | 31 december 2023 | 31 december 2022 |
Stand per 1 januari | 2.682 | 2.682 |
Resultaatbestemming 2021 | -470 | 0 |
Toevoegingen | 500 | 0 |
Onttrekkingen | 0 | 0 |
Totaal | 2.712 | 2.682 |
Het bestuur heeft in de vergadering van 14 december 2023 de resultaatbestemming boekjaar 2021 vastgesteld. Van het resultaat 2021 wordt een deel overgeheveld naar de diverse bestemmingsreserves. Het restant (€470.000) wordt onttrokken aan de algemene reserve. Daarnaast is er vanuit de bestemmingsreserves €500.000 overgeheveld naar de algemene reserve. De resultaatbestemming boekjaar 2022 is nog niet vastgesteld.
Bestemmingsreserves
De specificaties van de bestemmingsreserves ziet er als volgt uit:
(in €1000) | Saldo 31-12-22 | Toevoe- gingen | Vrijval | Aanwen- dingen | Saldo 31-12-23 |
Loonkosten en rijksbijdrage | 500 | 0 | 500 | 0 | 0 |
Reorganisatie | 1.524 | 0 | 0 | 0 | 1.524 |
ICT | 144 | 0 | 0 | 0 | 144 |
Maatwerkbanen | 403 | 0 | 0 | 0 | 403 |
Begeleidingsvergoeding beschut werk | 194 | 550 | 0 | 481 | 263 |
Grootonderhoud | 0 | 425 | 425 | 0 | 0 |
Participatie | 1.926 | 0 | 0 | 150 | 1.776 |
Totaal | 4.691 | 975 | 925 | 631 | 4.110 |
- Bestemmingsreserve voor risico ten aanzien van loonkosten en rijkbijdrage
(in €1000) | 31 december 2023 | 31 december 2022 |
Stand per 1 januari | 500 | 500 |
Toevoegingen | 0 | 0 |
Onttrekkingen | 500 | 0 |
Totaal | 0 | 500 |
De incidentele bestemmingsreserve voor risico ten aanzien van loonkosten en rijkbijdrage, ad € 500.000, is gevormd om de risico's af te dekken ten aanzien van de loonkosten en rijksbijdrage en dan met name de onzekerheid omtrent het voordeel lage inkomens. Deze reserve is niet meer noodzakelijk, omdat er een langlopende Wsw-cao is afgesloten.
Er is een voorstel gedaan om bij de vaststelling van de jaarrekening 2021 deze bestemmingsreserve te laten vrijvallen en het saldo over te hevelen naar de algemene reserve. In de bestuursvergadering van 14 december 2023, is bij de vaststelling van het resultaat 2021 overeenkomstig voorstel besloten.
- Bestemmingsreserve voor risicoafdekking ten aanzien van reorganisatie
(in €1000) | 31 december 2023 | 31 december 2022 |
Stand per 1 januari | 1.524 | 2.000 |
Toevoegingen | 0 | 0 |
Onttrekkingen | 0 | 479 |
Totaal | 1.524 | 1.524 |
De incidentele bestemmingsreserve voor risicoafdekking ten aanzien van reorganisatie ad
€ 2.000.000 is om toekomstige kosten van toekomstige bovenformatieve medewerkers te vergoeden. In 2023 is hier geen gebruik van gemaakt.
- Bestemmingsreserve voor risicoafdekking ten aanzien van ICT
(in €1000) | 31 december 2023 | 31 december 2022 |
Stand per 1 januari Toevoegingen Onttrekkingen | 144 0 0 | 144 0 0 |
Totaal | 144 | 144 |
De incidentele bestemmingsreserve ICT ad € 144.000 is om de toekomstige investeringen in automatisering te bekostigen. Hiervan is in 2023 geen gebruik gemaakt.
- Bestemmingsreserve maatwerkbanen
(in €1000) | 31 december 2023 | 31 december 2022 |
Stand per 1 januari | 403 | 578 |
Toevoegingen | 0 | 0 |
Onttrekkingen | 0 | 176 |
Totaal | 403 | 403 |
De incidentele bestemmingsreserve Maatwerkbanen is ter compensatie van de begeleidings- kosten bij nieuwe aanmeldingen. In 2023 is hier geen gebruik van gemaakt.
- Bestemmingsreserve begeleidingsvergoeding beschut werk
(in €1000) | 31 december 2023 | 31 december 2022 |
Stand per 1 januari | 194 | 400 |
Toevoegingen | 550 | 0 |
Onttrekkingen | 481 | 206 |
Totaal | 263 | 194 |
De incidentele bestemmingsreserve begeleidingsvergoeding beschut werk is voor financiering van de begeleidingsvergoeding. De toevoeging komt voort uit de resultaatbestemming van 2021, waartoe het bestuur 14 december 2023 heeft besloten. In 2023 is € 481.000 aangewend aan Beschut werk bonus, € 3.000 per persoon.
- Bestemmingsreserve groot onderhoud
(in €1000) | 31 december 2023 | 31 december 2022 |
Stand per 1 januari Toevoegingen Onttrekkingen | 0 425 425 | 0 0 0 |
Totaal | 0 | 0 |
De incidentele bestemmingsreserve groot onderhoud is ontstaan om de extra investering van de warmte/koude-installatie te kunnen financieren. De toevoeging komt voort uit de resultaatbestemming van 2021, waartoe het bestuur 14 december 2023 heeft besloten. In 2023 is gebruikt gemaakt van de voorziening groot onderhoud en is deze bestemmingsreserve aangewend.
- Bestemmingsreserve participatie
(in €1000) | 31 december 2023 | 31 december 2022 |
Stand per 1 januari | 1.926 | 1.996 |
Toevoegingen | 0 | 0 |
Onttrekkingen | 150 | 70 |
Totaal | 1.776 | 1.926 |
De incidentele bestemmingsreserve participatie ad € 1.776.000 is voor financiering van dienstverlening, trajecten, en plaatsingen in het kader van de Participatiewet bij de Diamant- groep. In 2023 is er door diverse gemeentes € 150.000 aangewend voor participatiedoeleinden.
Stand per gemeente (in €) | 31 december 2023 |
Gemeente Alphen en Chaam | 4.104 |
Gemeente Dongen | 83.611 |
Gemeente Gilze en Rijen | 72.992 |
Gemeente Goirle | 0 |
Gemeente Hilvarenbeek | 37.278 |
Gemeente Tilburg | 1.577.758 |
Totaal | 1.775.744 |
- Nog te bestemmen resultaat
(in €1000) | 31 december 2023 | 31 december 2022 |
Stand per 1 januari | 1.781 | 505 |
Toevoegingen | 284 | 1.276 |
Onttrekkingen | 505 | 0 |
Totaal | 1.560 | 1.781 |
Het resultaat 2023 komt uit op een positief saldo van € 284.000. Het resultaat 2022 kwam uit op een positief saldo van € 1.276.000. Bij de vaststelling van de jaarrekeningen zal aan het bestuur voorgesteld worden om het resultaat 2023 toe te voegen aan de algemene reserve.
Voorzieningen
De specificatie van de voorzieningen ziet er als volgt uit:
(in €1000) | Saldo 31-12-22 | Toevoe- gingen | Vrijval | Aanwen- dingen | Saldo 31-12-23 |
Voorziening bodemverontreiniging | 200 | 0 | 0 | 0 | 200 |
Voorziening reorganisatiekosten | 85 | 170 | 0 | 112 | 143 |
Voorziening groot onderhoud | 1.418 | 725 | 0 | 1.893 | 250 |
Voorziening werkhervattingskas | 315 | 107 | 0 | 0 | 422 |
Totaal | 2.018 | 1.002 | 0 | 2.005 | 1.015 |
- Voorziening bodemverontreiniging
(in €1000) | 31 december 2023 | 31 december 2022 |
Stand per 1 januari | 200 | 200 |
Toevoegingen | 0 | 0 |
Aanwendingen | 0 | 0 |
Totaal | 200 | 200 |
De voorziening bodemverontreiniging ad € 200.000 betreft de bodemvervuiling van het onverkochte deel Insulindecomplex. In 2023 is hiervan geen gebruik gemaakt.
- Voorziening reorganisatiekosten
(in €1000) | 31 december 2023 | 31 december 2022 |
Stand per 1 januari | 85 | 110 |
Toevoegingen | 170 | 85 |
Vrijval | 0 | 13 |
Aanwendingen | 112 | 97 |
Totaal | 143 | 85 |
De voorziening reorganisatiekosten is bedoeld om verplichtingen met voormalige medewerkers te kunnen afwikkelen. Het saldo op 31 december 2023 betreft een tweetal verplichtingen.
- Voorziening groot onderhoud
(in €1000) | 31 december 2023 | 31 december 2022 |
Stand per 1 januari | 1.418 | 1.020 |
Toevoegingen | 725 | 717 |
Aanwendingen | 1.893 | 319 |
Totaal | 250 | 1.418 |
De voorziening groot onderhoud is ten behoeve van het groot onderhoud aan het complex Zevenheuvelenweg voor de komende jaren, rekening houdend met het gelijkmatigheids- principe. Conform onderhoudsplan heeft de reguliere jaarlijkse dotatie van € 300.000 plaatsgevonden. In het kader van het verduurzamingsproject is afgesproken om in 2023 een extra dotatie te doen. De aanwendingen betreft voornamelijk het warmte/koude-project.
- Voorziening werkhervattingskas
(in €1000) | 31 december 2023 | 31 december 2022 |
Stand per 1 januari | 315 | 0 |
Toevoegingen | 107 | 315 |
Aanwendingen | 0 | 0 |
Totaal | 422 | 315 |
De voorziening werkhervattingskasregeling (Whk) betreft het werknemersdeel van de Whk-premie SW-medewerkers. Er vindt overleg plaats met betrokkenen over de afhandeling hiervan.
Vaste schulden met een rente-typische looptijd langer dan één jaar
(in €1000) | 31 december 2023 | 31 december 2022 |
Stand 1 januari Lening 18k | 4.225 | 4.225 |
Toevoeging | 0 | 0 |
Aflossing | 0 | 0 |
Totaal | 4.225 | 4.225 |
Het betreft hier een aflossingsvrije geldlening welke is verstrekt voor onbepaalde tijd en in overleg boetevrij kan worden afgelost en worden opgezegd. Vanwege marktconformiteit is een rente verschuldigd die gelijk is aan de "10-jaars vaste hypotheekrente". Het betreft het gemiddelde rentepercentage over dat jaar. In 2023 was deze 3,53% (2022, 2,36%).
Netto-vlottende schulden
De specificatie van de netto-vlottende schulden ziet er als volgt uit:
(in €1000) | 31 december 2023 | 31 december 2022 |
Schulden aan openbare lichamen | 237 | 253 |
Crediteuren | 3.519 | 2.865 |
Overige schulden | 1.853 | 2.347 |
Totaal overige schulden | 5.372 | 5.212 |
Totaal rekening-courantverhouding met | ||
niet-financiële instellingen | 1.564 | 1.555 |
Overige kasgeldleningen | 1.989 | 991 |
Verplichtingen | 673 | 220 |
Overige vooruit ontvangen bedragen | 867 | 818 |
Totaal overlopende passiva | 1.540 | 1.038 |
Totaal | 10.702 | 9.049 |
- Schulden aan openbare lichamen
De saldi van de post schulden aan openbare lichamen geeft geen aanleiding tot nadere toelichting.
- Overige schulden
De overige schulden zijn als volgt te specificeren:
(in €1000) | 31 december 2023 | 31 december 2022 |
Te betalen BTW | 684 | 695 |
Te betalen loonbelasting en sociale lasten | 1.089 | 942 |
Wsw-ID regeling | 67 | 85 |
Te betalen pensioen Cao aan de Slag | 0 | 618 |
Overige posten | 12 | 7 |
Totaal | 1.853 | 2.347 |
De post te betalen Btw betreft de Btw-afdracht december 2023. De te betalen loonbelasting en sociale lasten zijn gestegen door de formatietoename van P-Wet/Ads-medewerkers.
De aanmelding bij PWRI is eind 2022 geëffectueerd en de openstaande schuld van te betalen pensioenen 2021 en 2022 van P-Wet/Ads-medewerkers is in 2023 ingelost.
- Rekening-courantverhouding met niet-financiële instellingen
De post rekening-courant met niet-financiële instellingen is als volgt te specificeren:
(in €1000) | 31 december 2023 | 31 december 2022 |
18k | 500 | 429 |
Stichting La Poubelle | 0 | 0 |
Stichting Bevordering Werkgelegenheid | 1.064 | 1.126 |
De Schoonmaak Coöperatie | 0 | 0 |
Totaal | 1.564 | 1.555 |
De rekening-courantverhouding met niet-financiële instellingen betreft het totaalsaldo van de debiteur, de crediteur- en de rekening courantpositie op verbonden partijen.
- Overige kasgeldleningen
De post overige kasgeldleningen is als volgt te specificeren;
(in €1000) | 31 december 2023 | 31 december 2022 |
Stand 1 januari kredietfaciliteit BNG | 991 | 987 |
Toevoeging | 950 | 0 |
Aflossing | 0 | 0 |
Rente | 48 | 4 |
Totaal | 1.989 | 991 |
Per juli 2019 heeft de Diamant-groep een rekening-courant kredietfaciliteit tot haar beschikking gekregen welke is afgesloten bij de Bank Nederlandse Gemeenten. Deze faciliteit heeft een looptijd van een jaar en wordt jaarlijks stilzwijgend verlengd. De betaalde rente en kosten hiervoor in 2023 zijn € 48.000 (2022: € 4.000).
Overlopende passiva
De overlopende passiva bestaan uit verplichtingen die in het begrotingsjaar zijn opgebouwd en die in een volgend begrotingsjaar tot betaling komen, met uitzondering van jaarlijks terugkerende arbeidskosten gerelateerde verplichtingen van vergelijkbare volume en overige vooruit ontvangen bedragen die ten bate van het volgende begrotingsjaar komen.
De overlopende passiva per 31 december 2023 zijn als volgt te specificeren:
(in €1000) | 31 december 2023 | 31 december 2022 |
Verplichtingen Vooruit ontvangen bedragen | 673 867 | 220 818 |
Totaal | 1.540 | 1.038 |
- Verplichtingen
De verplichtingen per 31 december 2023 zijn als volgt te specificeren:
(in €1000) | 31 december 2023 | 31 december 2022 | |
Accountantskosten | 1 | 147 | 80 |
Transitievergoeding | 0 | 28 | |
Begeleidingskosten P-wet | 2 | 124 | 38 |
Tussenrekening nettolonen | 3 | 384 | 0 |
Overige posten | 18 | 74 | |
Totaal | 673 | 220 |
1) Het betreft hier de accountantskosten controlewerkzaamheden jaarrekening 2022 voor de gehele gemeenschappelijke regeling Diamant-groep.
2) De factuur begeleidingskosten december 2023 is pas in 2024 ontvangen.
3) Aanvullende salarisruns over 2023 die in januari 2024 worden uitbetaald.
- Vooruit ontvangen bedragen
De vooruit ontvangen bedragen per 31 december 2023 zijn als volgt te specificeren:
(in €1000) | 31 december 2023 | 31 december 2022 |
Innovatiegelden TiiP Vooruit gefactureerd GroenXtra Overige posten | 100 715 52 | 125 627 66 |
Totaal | 867 | 818 |
De post innovatiegelden TiiP betreft ontvangen gelden die ter beschikking zijn gesteld voor enkele goedgekeurde plannen ten uitvoer van het TIIP-beleid.
De posten vooruit gefactureerd GroenXtra en de overige posten geven geen aanleiding tot nadere toelichting.
Niet in de balans opgenomen verplichtingen
De Diamant-groep is een meerjarige verplichting aangegaan richting de Stichting Bevordering Werkgelegenheid (SBW) om de loonkosten van de ambtenaren die bij SBW in dienst zijn te betalen. In 2024 zijn de te verwachte salariskosten € 14.000.000 (200 medewerkers). De verlofrechten van de medewerkers zijn eind 2023 in totaal € 860.000.
De Diamant-groep heeft een meerjarig huurcontract afgesloten met Dennenheuvel Vastgoed BV inzake de huur van een pand aan Ringbaan Noord. In 2024 zijn de te verwachte huurkosten ongeveer € 50.000.
De Diamant-groep heeft een huurovereenkomst afgesloten voor Xx. Xxxx Xxxxxxxxxx in Tilburg. In 2024 zijn de te verwachte huurkosten € 100.000.
Uit de aanbestedingen volgen de onderstaande langjarige verplichtingen:
Langlopende verplichtingen uit aanbestedingen (in €) | Contract- waarde* | einddatum |
Netto-toegevoegde waarde | ||
Bebordingsmaterialen | * | 31-12-2026 |
Onderhoud Verhardingen | * | 31-12-2026 |
Maaien (intensief en extensief) | * | 30-9-2026 |
Regiewerken (materieel met bediend personeel) | * | 31-12-2026 |
Borstelen | * | 31-12-2026 |
Xxxxxx xxxxxxxxx Xxxxxxxxxxx | * | 31-12-2026 |
Regiewerken xxxxx xxxxxxx | * | 30-4-2025 |
Bestrijden eikenprocessierups | * | 15-4-2025 |
Boomverzorging (Snoeien, Meldingen) | * | 31-12-2026 |
Postbezorging | * | 22-10-2027 |
Personeelskosten | ||
Arbodienstverlening | * | 31-12-2026 |
Wagenpark | ||
Reparatie en onderhoud wagenpark | * | 1-4-2027 |
Levering brandstoffen wagenpark | * | 31-12-2026 |
Levering bedrijfsauto's | * | 1-4-2027 |
Bedrijfskosten | ||
Hardware | * | 30-6-2027 |
Licenties HRM systeem | 810.000 | 31-12-2029 |
Softwarelicenties werkplekken | 375.000 | 31-3-2025 |
Onderhoud en levering veegmachines | * | 31-12-2026 |
Onderhoud en levering groenmachines | * | 31-12-2026 |
Aardgas en Elektriciteit | * | 31-12-2024 |
Inhuur diverse tijdelijke krachten | * | 31-12-2025 |
*) De contractwaarde is de waarde gedurende de rest van de looptijd van de verplichting. In het geval er geen bedrag is ingevuld, is sprake van een raamcontract waarbij het werkelijke verbruik de waarde bepaalt. Dit hangt in de meeste gevallen af van de wensen van de organisatie of van klanten.
De Diamant-groep heeft een kredietarrangement bij een kredietinstelling. De kredietlimiet is
€ 2.000.000. De rente die van toepassing is betreft een 1-maands Euribor vermeerderd met een spread. Tevens is een bereidstellingprovisie van toepassing van 0,10% over het niet opgenomen deel van de kredietlimiet. Overige borgstellingen, garanties, leningen bij kredietinstellingen zijn niet van toepassing.
10. Toelichting op het overzicht van baten en lasten
10.1. Toelichtingen op baten
Toegevoegde waarde
(in €1000) | Realisatie 2023 | Begroting 2023 | Realisatie 2022 |
Toegevoegde waarde | 22.983 | 23.359 | 21.220 |
Toegevoegde waarde | |||
Inclusief intercompany | 23.872 | 22.034 | |
Het verschil tussen begroting 2023 en realisatie 2023 wordt grotendeels veroorzaakt doordat de toegevoegde waarde vanuit intercompany-opbrengsten in de begroting wel wordt opgenomen en in de realisatie niet. In de onderverdeling naar bedrijfsonderdeel zullen we voor een goed vergelijk met de begroting tevens de toegevoegde waarde inclusief intercompany-opbrengsten vermelden. De toegevoegde waarde is per bedrijfsonderdeel als volgt samengesteld:
(in €1000) | Realisatie 2023 | Begroting 2023 | Realisatie 2022 |
GroenXtra | |||
Bedrijfsopbrengsten | 21.003 | 19.192 | 19.246 |
Kosten grond- en hulpstoffen | 8.327 | 7.403 | 7.365 |
Toegevoegde waarde | 12.676 | 11.809 | 11.881 |
Toegevoegde waarde inclusief | 12.682 | 11.892 | |
intercompany | |||
VIP Productie | |||
Bedrijfsopbrengsten | 1.894 | 2.430 | 2.243 |
Kosten grond- en hulpstoffen | 44 | 0 | 47 |
Toegevoegde waarde | 1.850 | 2.430 | 2.196 |
Toegevoegde waarde inclusief | 1.890 | 2.225 | |
intercompany | |||
VIP Post en Vervoer | |||
Bedrijfsopbrengsten | 1.364 | 1.625 | 1.121 |
Kosten grond- en hulpstoffen | 000 | 000 | 000 |
Toegevoegde waarde | 1.079 | 1.455 | 967 |
Toegevoegde waarde inclusief | 1.471 | 1.243 | |
intercompany | |||
Maatschappelijke Ondernemingen | |||
Bedrijfsopbrengsten | 1.562 | 1.533 | 1.223 |
Kosten grond- en hulpstoffen | 000 | 000 | 000 |
Toegevoegde waarde | 1.318 | 1.349 | 1.023 |
Toegevoegde waarde inclusief | 1.318 | 1.022 | |
intercompany |
KikMaat | |||
Bedrijfsopbrengsten | 5.271 | 8.096 | 4.461 |
Kosten grond- en hulpstoffen | 89 | 2.594 | 80 |
Toegevoegde waarde | 5.182 | 5.502 | 4.381 |
Toegevoegde waarde inclusief | 5.637 | 4.880 | |
intercompany | |||
Bedrijfsvoering | |||
Bedrijfsopbrengsten | 881 | 815 | 772 |
Kosten grond- en hulpstoffen | 3 | 0 | 0 |
Toegevoegde waarde | 000 | 000 | 000 |
Toegevoegde waarde inclusief | 874 | 772 | |
intercompany | |||
Totaal | 22.983 | 23.359 | 21.220 |
Groen Xtra
De netto toegevoegde waarde van het bedrijfsonderdeel GroenXtra inclusief onderdeel Kwekerij is ten opzichte van de begroting € 866.000 hoger uitgevallen. De toename valt te verklaren uit meer aanvullende opdrachten bij de gemeente Tilburg. Doordat niet alle werkzaamheden met eigen personeel mogelijk was, is er flink meer ingehuurd.
VIP Productie
De netto toegevoegde waarde van de VIP Productie is ten opzichte van de begroting € 580.000 achtergebleven. Dit wordt veroorzaakt door werk schaarste, prijzen die onder druk staan en minder uren inzet van personeel als gevolg van een hoger ziekteverzuim. Ten opzichte van 2022 was een minder sterke daling voorzien.
VIP Post en Vervoer
De netto toegevoegde waarde van het bedrijfsonderdeel VIP Post en Vervoer valt hoger uit dan in 2022. Dit wordt veroorzaakt door de extra omzet tijdens de verkiezingen.
MO
De netto toegevoegde waarde bij het bedrijfsonderdeel Maatschappelijk Ondernemen is in lijn met de begroting. Ten opzichte van het vorige verslagjaar valt deze hoger uit. Dit valt te verklaren door een nieuw afgesloten contract bij Dierenopvang Hart van Brabant, contract Vogelopvang, het beheer van extra kinderboerderijen en extra ontvangen opdrachten bij Fietsenbeheer.
KikMaat
De groei van KikMaat wordt veroorzaakt door een stijging van het TIIP-contract en de start van OAD (Ontwikkelingsgerichte Arbeidsmatige Dagbesteding). In de begroting was nog voorzien dat de inkoop van verkoop van OAD helemaal via onze exploitatie zou gaan. Dit is later aangepast en dat verklaart de daling van omzet en kosten ten opzichte van de begroting.
Bedrijfsvoering
De netto toegevoegde waarde van Bedrijfsvoering is met € 100.000 afgenomen opzichte van het vorige verslagjaar en iets gunstiger dan begroot. Dit wordt veroorzaakt door enkele losse opdrachten.
Overige bedrijfsopbrengsten
(in €1000) | Realisatie 2023 | Begroting 2023 | Realisatie 2022 | |
Bijdrage gemeente Dierenopvang | 623 | 639 | 571 | |
Subsidie Kinderboerderijen | 733 | 691 | 627 | |
Subsidie Vogelopvang | 82 | 0 | 22 | |
Omzet bonus brandstof | 5 | 0 | 0 | |
Transitievergoedingen Wsw | 1 | 252 | 0 | 405 |
Innovatiegelden TIIP | 29 | 0 | 67 | |
Subsidies overig | 0 | 0 | 14 | |
Ontvangen donaties | 2 | 82 | 10 | 0 |
DVO BV 18k | 492 | 459 | 524 | |
Doorbelasting La Poubelle | 3 | 000 | 000 | 000 |
Doorbelasting | ||||
personeel La Poubelle | 4 | 218 | 99 | 263 |
Doorbelasting personeel DSC | 5 | 1.051 | 871 | 1.168 |
Externe plaatsing DSC | 6 | 652 | 680 | 713 |
Winstaandeel DSC | 0 | 25 | 0 | |
5.064 | 4.121 | 5.103 |
1) In 2023 zijn minder transitievergoedingen uitbetaald dan vorig jaar. De transitievergoeding is de Diamant-groep verschuldigd aan Wsw werknemers die langer dan 2 jaar ziek zijn of bij ontslag. De vergoeding wordt vanuit het UWV aan Diamant-groep uitbetaald en is dus een opbrengst.
2) Ontvangen donaties bestaat onder andere uit te ontvangen nalatenschap.
3) DVO La Poubelle betreft dienstverlening van Diamant-groep aan La Poubelle in het kader van plaatsing SW-medewerkers en ondersteunde activiteiten. Deze is gestegen ten opzichte van 2022 en de begroting door meer gedetacheerde medewerkers.
4) Doorbelasting personeel La Poubelle betreft loonkosten van P-Wet/Ads-personeel welke in dienst zijn bij Diamant-groep, maar werkzaam zijn bij La Poubelle.
5) Doorbelasting personeel DSC betreft loonkosten van P-Wet/Ads-personeel welke in dienst zijn bij Diamant-groep, maar werkzaam zijn bij De Schoonmaak Coöperatie.
6) Externe plaatsing SW’ers bij DSC is het saldo van de te betalen begeleidingskosten en doorbelasting van de salariskosten van DSC.
Incidentele baten
(in €1000) | Realisatie 2023 | Begroting 2023 | Realisatie 2022 |
Diverse overige baten | 68 | 0 | 155 |
Totaal | 68 | 0 | 155 |
De post diverse overige baten bestaat voornamelijk uit boekwinsten op gedesinvesteerde auto’s en werkmaterieel.
10.2. Toelichtingen op lasten
Toelichting personeelskosten
(in €1000) | Realisatie 2023 | Begroting 2023 | Realisatie 2022 |
Loonkosten | 28.591 | 28.750 | 28.916 |
Sociale lasten | 4.766 | 4.653 | 4.810 |
Pensioenpremie | 2.389 | 2.387 | 2.533 |
Totaal loonkosten Wsw-werknemers | 35.746 | 35.790 | 36.259 |
Loonkosten | 5.947 | 6.429 | 4.622 |
Sociale lasten | 1.485 | 1.605 | 1.109 |
Pensioenpremie | 000 | 000 | 000 |
Totaal loonkosten Ads-werknemers | 7.969 | 8.614 | 6.136 |
Loonkosten inhuur Participatiebanen | 74 | 0 | 344 |
Loonkosten inhuur SBW ambtelijk | 11.627 | 11.926 | 11.116 |
Loonkosten inhuur 18k ambtelijk | 3.076 | 3.740 | 2.281 |
Studiekosten | 204 | 297 | 113 |
Reis- en verblijfskosten | 13 | 19 | 60 |
Werkkleding | 157 | 138 | 138 |
Vervoerskosten | 195 | 517 | 211 |
Eigen bijdrage vervoer | -14 | 0 | -15 |
Geneeskundige zorg | 382 | 322 | 392 |
Overige personeelskosten | 458 | 269 | 373 |
Totaal overige personeelskosten | 1.395 | 1.562 | 1.272 |
Totaal | 59.886 | 61.632 | 57.406 |
(bedragen in €) | Realisatie 2023 | Begroting 2023 | Realisatie 2022 |
Totale loonkosten per medewerker | |||
Wsw per SE | 34.823 | 33.802 | 33.305 |
P-Wet/Ads per FTE | 30.810 | 30.438 | 24.694 |
Inhuur Participatiebanen per FTE | 37.249 | 0 | 31.273 |
Inhuur SBW-ambtelijk per FTE | 62.880 | 75.007 | 67.698 |
Inhuur 18k-ambtelijk per FTE | 52.678 | 76.335 | 58.943 |
Personeelsbezetting | |||
Wsw (aantal ultimo jaar) | 1.215 | 1.220 | 1.244 |
Wsw (gemiddeld SE) | 1.056 | 1.058 | 1.122 |
P-Wet/Ads (gemiddeld FTE) | 261 | 283 | 249 |
Inhuur Participatiebanen (gemiddeld FTE) | 2 | 0 | 11 |
Inhuur SBW-ambtelijk (gemiddeld FTE) | 160 | 159 | 164 |
Inhuur 18k-ambtelijk (gemiddeld FTE) | 43 | 49 | 39 |
De loonkosten Wsw zijn ten opzichte van 2022 verder gedaald hetgeen in lijn ligt met de verwachte krimp. Dit is overeenkomstig de begroting.
De tegemoetkoming lage-inkomensvoordeel (LIV) en uitbetaalde transitievergoedingen zijn opgenomen onder de loonkosten Wsw-werknemers. De transitievergoedingen zijn niet begroot, waardoor de gemiddelde loonkosten hoger zijn dan begroot.
De loonkosten P-Wet/Ads-medewerkers die werkzaam zijn bij La Poubelle en de Schoonmaak Coöperatie worden doorbelast en zijn daarom niet opgenomen in de begroting.
De vervoerskosten zijn ten opzichte van de begroting lager omdat de intercompany-kosten (€330.000) uit de realisatiecijfers zijn gehaald.
Wet normering topinkomens
Per 1 januari 2013 is de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT) ingegaan. Deze verantwoording is opgesteld op basis van de volgende op Diamant- groep van toepassing zijnde regelgeving: BBV.
Het bezoldigingsmaximum in 2023 voor Diamant-groep is € 223.000 (Algemeen bezoldigings- maximum). Dit geldt naar rato van de duur en/of omvang van het dienstverband.
Voor topfunctionarissen zonder dienstbetrekking geldt met ingang van 1 januari 2020 voor de eerste 12 kalendermaanden een afwijkende normering, zowel voor de duur van de opdracht als voor het uurtarief. De eerste 6 maanden is het maandbedrag € 29.500 en de volgende 6 maanden € 22.400, een jaartotaal van € 311.400. Gemiddelde uurtarief voor 2023 is € 212.
In 2023 zijn er twee directeuren geweest: de heer H.A.P.J.M. Bool en de xxxx X. Xxxxxxxxx. De bezoldiging van de directeur Bool wordt verloond via Stichting Bevordering Werkgelegenheid (SBW). De bezoldiging van de directeur Xxxxxxxxx wordt verloond via 18k BV. De bezoldiging van de bestuursleden zijn opgenomen in de jaarrekening van de Diamant-groep.
De salariskosten van de heer H.A.P.J.M. Bool exclusief doorbelastingen en inclusief werkgeverslasten bedragen € 15.626 in 2023 (in 2022 € 181.463).
De salariskosten van de xxxx X. Xxxxxxxxx exclusief doorbelastingen en inclusief werkgeverslasten bedragen € 134.331 in 2023. De privébijtelling van de auto van de zaak bedraagt € 5.636 per jaar. De directeuren zijn voor 75 % van hun tijd werkzaam voor SBW, de totale loonkosten zijn € 116.696.
In de WNT-verantwoording wordt de heer H.A.P.J.M. Bool volledig verantwoordt omdat hij in dienst is bij Stichting Bevordering Werkgelegenheid (SBW).
De directeur Bool is in dienst van Stichting Bevordering Werkgelegenheid (SBW). De bezoldiging verantwoord in de WNT bij Diamant-groep bedraagt het gefactureerde bedrag inclusief werkgeverslasten vanuit Stichting Bevordering Werkgelegenheid (SBW) aan de Diamant-groep, minus de lasten die worden doorbelast aan de gelieerde entiteiten van de Diamant-groep.
De directeur Xxxxxxxxx is in dienst van 18k BV. De bezoldiging verantwoord in de WNT bij Diamant-groep bedraagt het gefactureerde bedrag inclusief werkgeverslasten vanuit 18k BV aan de Diamant-groep, minus de lasten die worden doorbelast aan de gelieerde entiteiten van de Diamant-groep.
Er zijn meerdere WNT-tabellen. Onderstaand staan de drie tabellen die betrekking hebben op de organisatie.
Conform artikel 2.1, vijfde lid, WNT mag het totaal van de bezoldiging(en) bij de WNT-instelling(en) en de bezoldiging bij de gelieerde rechtspersoon niet hoger zijn dan het algemene bezoldigingsmaximum van artikel 2.3 WNT. Binnen de SBW en de Diamant-groep is geen sprake van overschrijding van het algemene bezoldigingsmaximum.
Bezoldiging topfunctionarissen
1a. Leidinggevende topfunctionarissen en gewezen topfunctionarissen met dienstbetrekking. Tevens leidinggevende topfunctionarissen zonder dienstbetrekking vanaf de 13e maand van de functievervulling.
Gegevens 2023
(bedragen in €) | De heer H.A.P.J.M. Bool |
Functiegegevens | Directeur |
Aanvang en einde functievervulling in 2023 | 1/1 - 31/1 |
Omvang dienstverband (als deeltijd in fte) | 0,75 |
Dienstbetrekking | Nee |
Beloning plus belastbare onkostenvergoedingen | 11.720 |
Beloningen betaalbaar op termijn | 0 |
Subtotaal | 11.720 |
Individueel WNT-maximum | 14.205 |
-/- Onverschuldigd betaald bedrag | N.v.t. |
Totaal bezoldiging | 11.720 |
Het bedrag van de overschrijdingen en de reden waarom de overschrij- | N.v.t. |
dingen al dan niet is toegestaan | |
Toelichting op de vordering wegens onverschuldigde betaling | N.v.t. |
Gegevens 2022 | De heer |
H.A.P.J.M. Bool | |
Functiegegevens | Directeur |
Aanvang en einde functievervulling in 2022 | 1/1 - 31/12 |
Omvang dienstverband 2022 (in fte) | 0,8 |
Dienstbetrekking | Nee |
Beloning plus belastbare onkostenvergoedingen | 154.650 |
Beloningen betaalbaar op termijn | 0 |
Subtotaal | 154.650 |
Individueel WNT-maximum | 172.800 |
Totaal bezoldiging | 154.650 |
1b. Leidinggevende topfunctionarissen zonder dienstbetrekking in de periode kalendermaand 1 t/m 12.
Gegevens 2023
(bedragen in €) | De heer Y. De xxxx X. Xxxxxxxxx Torunoglu | |
Functiegegevens | Directeur | Directeur |
Kalenderjaar | 2023 | 2022 |
Periode functievervulling in kalenderjaar | 6/3 - 31/12 | N.v.t. |
Aantal kalendermaanden functievervulling in het | 10 | N.v.t. |
kalenderjaar | ||
Omvang van het dienstverband in uren per | 843 | N.v.t. |
kalenderjaar | ||
Individuele toepasselijke bezoldigingsmaximum | ||
Maximaal uurtarief in het kalenderjaar | 212 | 206 |
Maxima op basis van de normbedragen per maand | 266.600 | 0 |
Individueel toepasselijke maximum gehele | 178.716 | |
periode kalendermaand 1 t/m 12 | ||
Bezoldiging (alle bedragen exclusief BTW) | ||
Bezoldiging in de betreffende periode | 111.929 | 0 |
Bezoldiging gehele periode kalendermaand | 111.929 | |
1 t/m 12 | ||
-/- Onverschuldigd betaald en nog niet | N.v.t. | |
terugontvangen bedrag | ||
Bezoldiging | 111.929 | |
Het bedrag van de overschrijding en de reden waarom | N.v.t. | N.v.t. |
de overschrijding al dan niet is toegestaan | ||
Toelichting op de vordering wegens onverschuldigde | N.v.t. | |
betaling | ||
Topfunctionarissen met een totale bezoldiging van € 1.900 of minder
1d. Topfunctionarissen inclusief degenen die op grond van hun voormalige functie nog 4 jaar als topfunctionaris worden aangemerkt met een totale bezoldiging van € 1.900 of minder:
Naam topfunctionaris | Functie |
Xxxxxxx X. Xxxxxx (tot 1 december) | Voorzitter |
De xxxx X. Xxxxxxxx (vanaf 1 december) | Voorzitter |
Mevrouw X. xxx xxx Xxxx (tot 1 oktober) | Vicevoorzitter |
Xxxxxxx X. Xxxxxx (vanaf 1 oktober) | Lid |
De heer X.X. Xxxxxxxx | Lid |
Mevrouw X. Xxxxxxxxx (DB vanaf 14 december) | Lid/vicevoorzitter |
De xxxx X. xxx Xxxxx | Lid |
Mevrouw X. xxx Xxxx | Xxx |
Xxxxxxx X. xx Xxxx | Xxx |
Onvoorzien
Onder de post onvoorzien staat het algemene budget voor onvoorziene uitgaven. De post onvoorzien is verantwoord onder de post overige bedrijfskosten. In 2023 is hier geen gebruik van gemaakt.
Overige bedrijfskosten
(in €1000) | Realisatie 2023 | Begroting 2023 | Realisatie 2022 | |
Huurkosten | 420 | 401 | 386 | |
Onderhoudskosten | 1 | 1.934 | 1.582 | 1.610 |
Gereedschap en hulpstoffen | 151 | 125 | 130 | |
Energie | 2 | 1.150 | 920 | 863 |
Verzekeringen en belastingen | 468 | 494 | 497 | |
Schoonmaakkosten | 326 | 256 | 289 | |
Verkoop- en commerciële kosten | 19 | 42 | 23 | |
Kosten wagenpark | 203 | 175 | 158 | |
Telefoonkosten | 3 | 303 | 144 | 158 |
Abonnementen en contracten | 000 | 000 | 000 | |
Accountantskosten | 4 | 181 | 70 | 50 |
Inhuur derden en diensten | 5 | 2.268 | 1.603 | 1.673 |
Dotatie groot onderhoud | 6 | 300 | 300 | 717 |
Dotatie reorganisatiekosten | 7 | 170 | 0 | 85 |
Dotatie Werkhervattingskas | 8 | 107 | 0 | 315 |
Dotatie Voorzieningen debiteuren | 11 | 0 | 0 | |
Schadevergoedingen | 45 | 0 | 0 | |
Diverse overige lasten | 000 | 000 | 000 | |
Totaal | 8.647 | 6.666 | 7.527 |
1) De toename onderhoudskosten bestaat uit extra onderhoud groot werkmaterieel Xxxxx Xxxx en extra onderhoudskosten automatisering.
2) Bestaat uit elektra, gas, water en brandstoffen voor wagenpark en rijdend materieel. Mede door de hogere prijzen zijn de kosten hoger dan begroot.
3) De toename van de telefoonkosten ten opzichte van vorige verslagjaar komt door aanschaf van mobiele telefoons ad. € 150.000.
4) Accountantskosten zijn hoger dan begroot, komt mede door meerwerk voor de jaarrekening van 2022.
5) De inhuur van derden en diensten is hoger dan begroot omdat er door openstaande vacatures meer ingehuurd moest worden en door tijdelijke ondersteuning voor HR24.
6) Conform het onderhoudsplan heeft de reguliere jaarlijkse dotatie voorziening groot onderhoud van € 300.000 plaatsgevonden. In kader van verduurzamingsproject is afgesproken een extra dotatie ad € 425.000 op te nemen in 2023, hiervoor is een bestemmingsreserve aangewend.
7) Een nieuw vaststellingsovereenkomst is in 2023 afgesloten, hiervoor is mede een dotatie toegevoegd ad € 170.000 aan de voorziening reorganisatie kosten.
8) Een dotatie Werkhervattingskas (Whk) regeling SW-medewerkers is toegevoegd. Er loopt nog een discussie of dit terecht is.
Incidentele lasten
(in €1000) | Realisatie 2023 | Begroting 2023 | Realisatie 2022 |
Diverse overige lasten | 27 | 37 | 70 |
Totaal | 27 | 37 | 70 |
Rijksvergoeding Wsw
(in €1000) | Realisatie 2023 | Begroting 2023 | Realisatie 2022 |
Bruto Rijksbijdrage | 35.994 | 34.623 | 35.536 |
Ontvangen van derden Wsw-gelden | 76 | 0 | 12 |
Betaald aan derden Wsw-gelden | 35 | 0 | 56 |
Compensatie Wsw-budget | 0 | 0 | 0 |
Extra compensatie | 0 | 0 | 0 |
Omvang Rijksvergoeding Wsw | 36.035 | 34.623 | 35.492 |
Loonkosten Wsw | 35.746 | 35.790 | 36.259 |
Subsidieresultaat Wsw | 288 | -1.166 | -768 |
Verhouding loonkosten Wsw (%) | 101% | 97% | 97% |
Aantal gerealiseerde SE’s | 1.056 | 1.058 | 1.122 |
Rijksvergoeding per SE | €33.596 | €33.802 | €30.403 |
Subsidie Aan de Slag
(in €1000) | Realisatie 2023 | Begroting 2023 | Realisatie 2022 |
Loonkostensubsidie P-Wet/Ads | 6.509 | 7.590 | 4.819 |
Loonkosten P-Wet/Ads | 7.969 | 8.614 | 6.136 |
Subsidieresultaat | -1.460 | -1.023 | -1.317 |
Verhouding loonkosten (%) | 82% | 88% | 79% |
Aantal gerealiseerde FTE | 277 | 300 | 249 |
Saldo van financiële baten en lasten
(in €1000) | Realisatie 2023 | Begroting 2023 | Realisatie 2022 |
Betaalde bankrente en kosten Ontvangen rente | 217 71 | 64 0 | 125 5 |
Totaal | 146 | 64 | 120 |
De post betaalde bankrente en kosten bestaat uit betaalde rente geldlening 18k € 149.000 (2022: 100.000), rente en kosten kredietfaciliteit € 48.000 (2022: €4.000) en overige betaalde rente en kosten € 20.000 (2022: € 21.000). De post ontvangen rente bestaat uit ontvangen rente schatkistbankieren € 70.000 (2022: €1.000) en overige ontvangen rente € 1.000 (2022: € 4.000).
Mutaties in reserves
(in €1000) | Realisatie 2023 | Begroting 2023 | Realisatie 2022 |
Gerealiseerde saldo | 203 | -509 | 348 |
Toevoegingen aan reserves | 1.475 | 0 | 0 |
Onttrekkingen van reserves | 1.556 | 0 | 928 |
Totaal | 284 | -509 | 1.276 |
Het resultaat over 2023 is € 284.000 positief.
Algemene dekkingsmiddelen
Het overzicht van de algemene dekkingsmiddelen bestaat uit de volgende componenten:
- lokale heffingen, waarvan de besteding niet gebonden is
- algemene uitkeringen
- dividend
- saldo van de financieringsfunctie
- overige algemene dekkingsmiddelen
De componenten dividend en saldo van de financieringsfunctie zijn van toepassing.
Dividend
In 2023 is er geen dividend uitgekeerd door Bedrijfsmatige Projecten (Bepro) BV aan de Diamant-groep.
Saldo van de financieringsfunctie
Het saldo van de financieringsfunctie bestaat uit de ontvangen rentebaten over de uitzettingen, alsmede de betaalde rentelasten over de aangegane leningen en over de aangetrokken middelen in rekeningcourant.
Voornoemde baten en lasten laten zich als volgt specificeren:
(in €1000) | |
Lening 18k Saldo per 31-12-2022 | 4.225 |
Toevoegingen | 0 |
Aflossingen | 0 |
Saldo per 31-12-2023 | 4.225 |
Betaalde rente 2023 | 149 |
Dit betreft een langlopende lening bij BV 18k met een flexibel rentepercentage dat maandelijks bepaald wordt. De rentelast in 2023 van deze lening was €149.000 (2022: €100.000). Het gemiddelde rentepercentage over 2023 is 3,53% (2022: 2,36%). In 2023 heeft er geen aflossing plaatsgevonden en de verwachting is dat dit de komende jaren ook niet gaat gebeuren.
(in €1000) | |
Kredietfaciliteit | |
Saldo per 31-12-2022 | 987 |
Toevoegingen | 950 |
Aflossingen | 0 |
Saldo per 31-12-2023 | 1.989 |
Betaalde rente 2023 | 48 |
Dit betreft een kredietfaciliteit van € 2.000.000. Over het opgenomen bedrag is een rente verschuldigd en over het niet opgenomen bedrag een bereidstellingsprovisie. De totale lasten voor 2023 zijn € 48.000 (2022: 4.000).
De uitzettingen in de vorm van schatkistbankieren heeft in 2023 geresulteerd in € 70.000 (2022: 1.000) aan rentebaten.
Overzicht van baten en lasten per taakveld
(in €1000) Taakvelden Gemeenschappelijke Regeling | Realisatie 2023 Baten Lasten | Begroting 2023 Baten Lasten | ||
Taakveld 0 Bestuur en Ondersteuning | 1.556 1.556 | 1.475 1.475 | 0 0 | 0 0 |
0.10 Mutaties reserves Totaal Taakveld 0. | ||||
Taakveld 6 Sociaal Domein | ||||
6.4 Begeleide participatie | 73.208 | 71.471 | 72.454 | 71.939 |
6.5 Arbeidsparticipatie | 6.509 | 8.043 | 7.590 | 8.614 |
Totaal Taakveld 6. | 79.717 | 79.514 | 80.044 | 80.553 |
Totaal Taakvelden | 81.273 | 80.989 | 80.044 | 80.553 |
Bij taakveld 6.4 Begeleide participatie behoren voorzieningen ter bevordering van maatschappelijke participatie die niet gericht zijn op doorstromen naar arbeid. Bij taakveld 6.5 behoren alle op arbeid gerichte participatie en re-integratie voorzieningen.
Bijlage 1. Rechtmatigheidsverantwoording 2023
Verantwoordelijkheid dagelijks bestuur
De baten en lasten alsmede de balansmutaties moeten getrouw in de jaarrekening worden opgenomen. Uit het getrouw opnemen van de baten en lasten alsmede de balansmutaties, blijken een drietal rechtmatigheidscriteria niet expliciet. Dit betreffen het begrotings-, voorwaarden-, en misbruik- en oneigenlijk gebruikcriterium.
In deze rechtmatigheidsverantwoording licht het dagelijks bestuur toe in hoeverre bij de in de jaarrekening verantwoorde baten en lasten, alsmede de balansmutaties het begrotings-, voorwaarden-, en misbruik- en oneigenlijk gebruik criterium zijn nageleefd. Dit houdt in dat de verantwoorde baten en lasten, alsmede de balansmutaties in overeenstemming zijn met door het Algemene Bestuur vastgestelde kaders zoals de begroting en verordeningen en met bepalingen in de relevante wet- en regelgeving. Bij de waarderingsgrondslagen in de jaarrekening is het door het algemeen bestuur op 5 oktober 2023 vastgestelde normenkader van de relevante wet- en regelgeving verder toegelicht.
Grensbedrag
Deze verantwoording hanteert een grensbedrag omdat alleen de van belang zijnde aspecten in de verantwoording hoeven te worden betrokken. Deze grens is door het algemeen bestuur bepaald en bedraagt 3 % van de totale lasten inclusief toevoegingen aan de reserves en is daarmee vastgesteld op € 2.400.000. De grondslag voor deze verantwoording is de Kadernota Rechtmatigheid 2023 van de Commissie BBV november 2023.
Bevindingen
Het dagelijks bestuur is van mening dat de in deze jaarrekening verantwoorde baten en lasten alsmede de balansmutaties rechtmatig tot stand zijn gekomen binnen de daarvoor gestelde grens.
Voorwaardencriterium: geen afwijkingen
Begrotingscriterium: geen afwijkingen Misbruik- en oneigenlijk gebruik-criterium: geen afwijkingen
Aanvullende toelichting
In de paragraaf bedrijfsvoering is aanvullende informatie opgenomen over de financiële rechtmatigheid. Deze uitleg is gebaseerd op de Kadernota rechtmatigheid van de commissie BBV en op basis van de afspraken met het algemeen bestuur vastgelegd in de financiële verordening Diamant-groep 2023 (art. 9.3 en 16.3).