Praktijkovereenkomst Beroepsonderwijs
Praktijkovereenkomst Beroepsonderwijs
Ingaande vanaf schooljaar 2023-2024
Inhoud
1. Opleidingsblad praktijkovereenkomst (versie 1) 4
Artikel 1 Opleidingsblad en algemene voorwaarden 4
2. Algemene voorwaarden praktijkovereenkomst 7
Artikel 7 Aard van de overeenkomst 7
Artikel 8 Tussentijdse wijzigingen 7
Artikel 9 Inhoud en inrichting 8
Artikel 10 (Inspannings-)verplichting leerbedrijf 9
Artikel 11 (Inspannings-)verplichting instelling 9
Artikel 12 (Inspannings-)verplichting student 10
Artikel 13 Xxxxxx afspraken met de student 10
Artikel 14 Praktijktijd en verlof 10
Artikel 15 Gedragsregels, veiligheid en aansprakelijkheid 10
Artikel 16 Problemen en conflicten tijdens de beroepspraktijkvorming 11
Artikel 17 Gegevensuitwisseling en privacy 12
Artikel 18 Duur en beëindiging overeenkomst 12
Artikel 19 Vervangende praktijkplaats 13
Wijziging opleidingsblad praktijkovereenkomst beroepsonderwijs (versie 2) 14
Versieblad 16
Wat is een praktijkovereenkomst (POK)?
Je gaat binnenkort stage lopen. Dan ga je je vak in de praktijk leren. We noemen dat bij Curio beroepspraktijkvorming (BPV). Wanneer je BPV gaat doen, sluit je een praktijkovereenkomst (POK) af. Het is een persoonlijk contract tussen jou, de school en het leerbedrijf. Dit contract vind je meteen achter deze uitleg in dit document.
Wat staat er in de POK?
In de POK staan de afspraken tussen jou, Curio en het bedrijf of de instelling waar je je BPV gaat volgen met onder andere:
• Het aantal uren dat je stage loopt en in welke periode
• De naam van je BPV-begeleider en de BPV-opleider
• Eventueel de keuzedelen die je (gedeeltelijk) doet in de BPV
In de algemene voorwaarden van de POK vind je nog meer informatie over jouw rechten en plichten tijdens de stage.
Wat moet je doen?
1. Tekenen
Deze praktijkovereenkomst moet door alle 3 de partijen worden ondertekend voordat je stage gaat lopen:
1. Door jou
2. Door school
3. Door het leerbedrijf
Het is belangrijk dat deze ondertekening geregeld is, voordat je de BPV gaat volgen. Dit is onder andere, omdat je dan pas verzekerd bent voor je BPV.
Wanneer je een BBL-opleiding volgt, sluit je de POK af met de school en het bedrijf waar je werkt. De POK is géén arbeidsovereenkomst, maar regelt de afspraken tussen jou als student, de school en het bedrijf.
2. Inleveren
Je bent er zelf (mede) verantwoordelijk voor dat de POK, ondertekend door alle 3 de partijen, weer wordt ingeleverd op school.
Heb je nog vragen?
Xxxx meer over je stage: xxxxx://xxx.xxxxx.xx/xxx/xxxxxx-xxxx/xxxxx/
Ook kun je altijd vragen stellen aan je stagebegeleider.
Veel succes met je BPV!
1.Opleidingsblad praktijkovereenkomst (versie 1)
Dit opleidingsblad wordt gebruikt voor de eerste inschrijving van de student)
Ondergetekenden:
De onderwijsinstelling:
Stichting Curio Onderwijsgroep West-Brabant (Curio), te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door de sectordirecteur:
• Naam sector :
• Naam directeur :
En de student:
• Naam :
• Straat + huisnummer :
• Postcode + woonplaats :
• Geboortedatum : :
• Studentnummer :
En de praktijkbiedende organisatie: ( leerbedrijf)
• Naam :
• Leerbedrijf ID :
• Adres :
• Postcode + plaats :
Komen als volgt overeen:
Artikel 1 Opleidingsblad en algemene voorwaarden
1.1 Dit opleidingsblad vormt samen met de algemene voorwaarden de tussen partijen gesloten praktijkovereenkomst. Voor zover daarvan in dit opleidingsblad niet wordt afgeweken, zijn de algemene voorwaarden van toepassing. Deze algemene voorwaarden zijn gepubliceerd onder de naam Xxxxxxxxxxxxxxxxxxxx en zijn beschikbaar via xxx.xxxxx.xx Als Curio het opleidingsblad voor de tweede of daaropvolgende keer uitgeeft, hoeft deze door partijen niet opnieuw ondertekend te worden, indien de in artikel 8 van de algemene voorwaarden bedoelde procedure wordt doorlopen. Het nieuwe opleidingsblad wordt geacht alsdan het voorgaande opleidingsblad te vervangen.
1.2 Xxxxx schrijft de student in voor een door de praktijkbiedende organisatie verzorgde beroepspraktijkvorming.
Artikel 2 De BPV gegevens
• De bpv begint op ………….-………………-……………....
• De bpv eindigt op …………-………………-……………....
(met inachtneming van het bepaalde in artikel 13 van de praktijkovereenkomst).
• Totaal aantal te volgen bpv-uren:
• Indien van toepassing:
Verdeling bpv uren over de studiejaren: zie onderwijs en examenregeling
• Werklocatie :
Adres :
Postcode + plaats :
Artikel 3 Inhoud BPV
Crebocode | BOL/BBL | Beoogd niveau | |
Domein | ………………… | ………………… | ………………… |
of: | |||
Kwalificatiedossier | ………………… | ………………… | ………………… |
of: | |||
Kwalificatie | ………………… | ………………… | ………………… |
Cohort | ………………… |
Bpv in het kader van een keuzedeel:
Naam keuzedeel 1:
Code keuzedeel 1:
Datum begin bpv keuzedeel 1:
Geplande einddatum bpv keuzedeel 1:
Totaal aantal te volgen bpv-uren keuzedeel 1:
Naam keuzedeel 2:
Code keuzedeel 2:
Datum begin bpv keuzedeel 2:
Geplande einddatum bpv keuzedeel 2:
Totaal aantal te volgen bpv-uren keuzedeel 2:
Artikel 4 Begeleiding
4.1 Naam praktijkopleider ( stage): ...........................................................................
De praktijkopleider, aangewezen door de praktijkbiedende organisatie, is belast met het begeleiden van de student op de plaats waar de beroepspraktijkvorming wordt verricht.
4.2 Naam praktijkbegeleider ( onderwijs): .......................................................................
De praktijkbegeleider, aangewezen door Xxxxx, ziet er op toe dat de begeleiding en de ontwikkeling van de student in de beroepspraktijkvorming zich voltrekt volgens de afgesproken werkwijze in de regeling met betrekking tot het onderwijs en de examinering.
Artikel 5 Ondertekening
5.1 De student en de praktijkbiedende organisatie verklaren door ondertekening kennis te hebben genomen van en in te stemmen met de algemene voorwaarden die deel uitmaken van deze praktijkovereenkomst. Xxxxx verklaart door ondertekening van deze overeenkomst de in de algemene voorwaarden, behorende bij deze overeenkomst, opgenomen verplichtingen te zullen nakomen.
5.2 De student verklaart door ondertekening van deze overeenkomst kennis te hebben genomen van de documenten waar in deze overeenkomst naar wordt verwezen, dan wel de documenten die onderdeel uitmaken van of als bijlage bij deze overeenkomst zijn gevoegd, te hebben ontvangen dan wel te hebben ingezien.
Aldus overeengekomen en in drievoud opgemaakt:
Plaats | ………………………………………………… |
Datum | ………………………………………………… |
De onderwijsinstelling, te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door de sectordirecteur:
Naam en voorletters | ……………………………………………………… |
Directeur van | ……………………………………………………… |
Handtekening | ……………………………………………………… |
Datum | ……………………………………………………… |
De praktijkbiedende organisatie, te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door:
Naam en voorletters | ………………………………………………………. |
Functie | ………………………………………………………. |
Handtekening | ………………………………………………………. |
Datum | ………………………………………………………. |
(ingeval de werkgever een ander is dan de praktijkbiedende organisatie) De werkgever: te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door:
Naam en voorletters | ……………………………………………………… |
Functie | ………………………………………………………. |
Handtekening | ………………………………………………………. |
Datum | ………………………………………………………. |
De student | ………………………………………………………. |
Naam en voorletters | ……………………………………………………… |
Handtekening | ……………………………………………………… |
Datum | ……………………………………………………… |
Als bovenstaande gegevens niet kloppen, neem dan binnen 10 werkdagen na ontvangst van het bpv-blad contact op met de studentenadministratie (dit geldt voor de student en voor de praktijkbiedende organisatie).
2. Algemene voorwaarden praktijkovereenkomst
Artikel 6 Randvoorwaarden
6.1 De studentenraad xxx Xxxxx heeft ingestemd met de model praktijkovereenkomst van Stichting Curio Onderwijsgroep West-Brabant (Curio) en de bijbehorende algemene voorwaarden.
6.2 Deze overeenkomst wordt gesloten tussen student, de onderwijsinstelling en de praktijkbiedende organisatie, in deze overeenkomst ook wel aangeduid als “partijen” en wordt beheerd door Curio.
6.3 De student is ingeschreven bij Curio op grond van een inschrijvingsbesluit mbo.
6.4 Op de praktijkovereenkomst is uitsluitend Nederlands recht van toepassing.
6.5 De praktijkbiedende organisatie beschikt op de datum van ondertekening van de praktijkovereenkomst over een gunstige beoordeling van de SBB als bedoeld in artikel
1.5.3 van de WEB. Als de bpv alleen voor een keuzedeel wordt gevolgd, dan is het van belang dat de praktijkbiedende organisatie beschikt over een erkenning van SBB.
6.6 Indien er naast deze praktijkovereenkomst ook sprake is van een stageovereenkomst tussen de student en de praktijkbiedende organisatie dan gaan, ingeval van strijdigheid tussen de bepalingen in de praktijkovereenkomst en de stageovereenkomst, de bepalingen uit deze praktijkovereenkomst voor.
Artikel 7 Aard van de overeenkomst
7.1 De Algemene Voorwaarden vormen samen met het opleidingsblad de praktijkovereenkomst als bedoeld in artikel 7.2.8. van de WEB
7.2 In deze overeenkomst staan de algemene rechten en plichten van partijen. Afspraken die specifiek gaan over de door de deelnemer te volgen bpv, staan in het opleidingsblad. Het opleidingsblad is een onlosmakelijk onderdeel van deze overeenkomst. Overal waar in deze overeenkomst ‘bpv’ staat, wordt de bpv bedoeld zoals vermeld op het opleidingsblad.
Artikel 8 Tussentijdse wijzigingen
8.1 De praktijkovereenkomst en meer in het bijzonder, de bpv-gegevens zoals opgenomen op het opleidingsblad, kunnen gedurende de bpv-periode met schriftelijke of mondelinge instemming van partijen worden gewijzigd of aangevuld.
8.2 Indien de wijziging van bpv-gegevens voortkomt uit een wijziging van het opleidingstraject van de student, dient daaraan een verzoek van de student om wijziging in het opleidingstraject en een aanpassing van het inschrijvingsbesluit mbo aan vooraf te gaan.
8.3 De bpv-gegevens betreffende de opleiding in het kader waarvan de bpv wordt gevolgd, kunnen alleen worden gewijzigd op verzoek van de student. Aan dit verzoek kan een overleg, dan wel advies van de instelling of de praktijkbiedende organisatie vooraf gaan.
8.4 De bpv-gegevens betreffende de begin- en geplande einddatum, duur en omvang van de bpv, kunnen ook worden gewijzigd op verzoek van de praktijkbiedende organisatie. Een dergelijk verzoek wordt door Xxxxx enkel gehonoreerd na overleg met en instemming van de student en indien dit in overeenstemming is met het aan de deelnemer door de instelling aangeboden onderwijsprogramma en de student hierdoor zijn minimale bpv-uren kan behalen.
8.5 In geval van een tussentijdse wijziging van de bpv-gegevens, wordt het opleidingsblad gedurende de looptijd van de bpv vervangen door een nieuw opleidingsblad.
8.6 Curio stuurt het nieuwe opleidingsblad zo spoedig mogelijk schriftelijk (op papier of digitaal) aan de student (en in het geval van minderjarigheid ook naar zijn/haar ouder(-s) of wettelijk vertegenwoordiger(-s)) als deze bij de inschrijfprocedure bezwaar hebben gemaakt bij de studentenadministratie tegen het zelfstandig aangaan en ondertekenen van de praktijkovereenkomst) en aan de praktijkbiedende organisatie.
8.7 De student (en in het geval van bezwaar van de ouder(-s) en/of wettelijk vertegenwoordiger(-s) van de minderjarige student zoals in het voorgaande lid bedoeld) en de praktijkbiedende organisatie worden in de gelegenheid gesteld om binnen 10 werkdagen na verzending van het nieuwe opleidingsblad schriftelijk dan wel mondeling aan de studentenadministratie door te geven als de inhoud van het nieuwe opleidingsblad niet correct is.
8.8 Indien de student of de praktijkbiedende organisatie aangeeft dat de aangepaste bpv- gegevens niet correct (in overeenstemming met het verzoek dan wel de instemming van de niet verzoekende partij) zijn weergegeven, dan zal de instelling overgaan tot correctie van de betreffende bpv-gegevens.
8.9 Indien de student of de praktijkbiedende organisatie een bezwaar kenbaar maakt dat erop gericht is dat de bpv gegevens zijn aangepast zonder dat daaraan een verzoek of instemming ten grondslag heeft gelegen, dan zal Curio overgaan tot schrapping van het nieuwe bpv-blad. In dit geval blijft de student de bpv in de praktijkbiedende organisatie volgen zoals vermeld op het oorspronkelijke opleidingsblad, totdat alsnog instemming van beide partijen wordt verkregen.
8.10 Als de student en/of de praktijkbiedende organisatie niet binnen de termijn van artikel
8.7 reageren, dan vervangt het nieuwe opleidingsblad het vorige opleidingsblad en wordt daarmee een onderdeel van de praktijkovereenkomst.
Artikel 9 Inhoud en inrichting
9.1 Beroepspraktijkvorming maakt onderdeel uit van elke beroepsopleiding zoals bedoeld in de Wet educatie en beroepsonderwijs. De beroepspraktijkvorming vindt plaats bij een door de Samenwerkingsorganisatie Beroepsonderwijs Bedrijfsleven (verder: SBB) erkend leerbedrijf op grondslag van een praktijkovereenkomst. In de praktijkovereenkomst worden afspraken over de beroepspraktijkvorming vastgelegd zodat de student in staat wordt gesteld de voor de kwalificatie/keuzedeel benodigde kennis en ervaring op te doen. De activiteiten die door de student in het kader van de praktijkovereenkomst worden uitgevoerd, hebben een leerfunctie.
9.2 Uitgangspunt van de beroepspraktijkvorming zijn de voor de opleiding geldende onderwijs- en vormingsdoelen zoals die staan beschreven in de onderwijs- en examenregeling (OER) van de opleiding. Aan de beroepspraktijkvorming ligt een inhoudelijk plan voor de beroepspraktijkvorming ten grondslag dat in de OER is opgenomen of waarnaar in de OER wordt verwezen.
Het dient voor de praktijkbiedende organisatie helder te zijn welk deel van de kwalificatie de student tijdens zijn bpv moet behalen. De OER staat gepubliceerd op de website van Curio waar de opleiding wordt aangeboden.
9.3 Van de opleiding op basis van de herziene kwalificatiedossiers maken keuzedelen een
onlosmakelijk onderdeel uit. Het volgen van keuzedelen en het afsluiten met een examen is een verplicht onderdeel van de opleiding. De student kiest bij aanvang van of gedurende de opleiding keuzedelen. Dit wordt vastgelegd op een voor de student zichtbare plek. De student kan kiezen voor een keuzedeel dat in de beroepspraktijkvorming wordt ingevuld. In dat geval wordt dit geregistreerd op het opleidingsblad dat onlosmakelijk onderdeel uitmaakt van deze praktijkovereenkomst. Er kunnen meerdere keuzedelen bij één leerbedrijf worden gevolgd al dan niet aanvullend op de lopende praktijkovereenkomst.
Artikel 10 (Inspannings-)verplichting leerbedrijf
10.1 De praktijkbiedende organisatie stelt de student in staat om de afgesproken leerdoelen te behalen en zo zijn bpv te behalen. De praktijkbiedende organisatie draagt zorg voor voldoende dagelijkse begeleiding en opleiding van de student op de werkvloer.
10.2 De praktijkbiedende organisatie wijst een praktijkopleider aan die is belast met de begeleiding van de student tijdens de beroepspraktijkvorming. De student weet bij aanvang van de bpv wie de praktijkopleider is. De gegevens van de praktijkopleider zijn te vinden in de bpv-map.
10.3 De praktijkbiedende organisatie verklaart zich bereid om beoordeling van de bpv door een functionaris van Curio in de praktijkbiedende organisatie mogelijk te maken.
10.4 De student wordt door de praktijkbiedende organisatie in staat gesteld om tijdens de bpv-periode deel te nemen aan het onderwijs dat door Xxxxx volgens het geldende rooster wordt aangeboden evenals aan toetsen of examens.
Artikel 11 (Inspannings-)verplichting instelling
11.1 Curio draagt zorg voor voldoende begeleiding door de bpv-begeleider. De student weet bij aanvang van de bpv wie zijn begeleider is. De gegevens van de bpv- begeleider zijn te vinden in de verkregen, al dan niet digitale, informatie rondom de bpv.
11.2 De bpv-begeleider vanuit Curio volgt het verloop van de beroepspraktijkvorming door het onderhouden van regelmatige contacten met de student en met de praktijkopleider van de praktijkbiedende organisatie en bewaakt de voortgang en de aansluiting van de leerdoelen van de student op de leermogelijkheden in de praktijkbiedende organisatie.
11.3 Curio maakt het rooster tijdig bekend zodat de student en de praktijkbiedende organisatie hier rekening mee kunnen houden.
11.4 Curio heeft de eindverantwoordelijkheid bij de beoordeling of de student die onderdelen van de kwalificatie die in de beroepspraktijkvorming zijn gevolgd, heeft behaald. De procedure van de beoordeling en de wijze van beoordeling van de bpv, staan beschreven in de onderwijs- en examenregeling (OER) van de opleiding.
11.5 Curio neemt het oordeel van de praktijkbiedende organisatie over de student mee als onderdeel van de beoordeling van de student.
Artikel 12 (Inspannings-)verplichting student
12.1 De student spant zich zo goed mogelijk in om zijn leerdoelen binnen de afgesproken termijn met succes af te ronden. Dat is voor of uiterlijk op de geplande einddatum die is opgenomen op het bpv-blad. In het bijzonder is de student verplicht daadwerkelijk de bpv te volgen, en op de met de praktijkbiedende organisatie afgesproken dagen en tijden aanwezig te zijn, tenzij dit om zwaarwegende redenen niet van hem kan worden verwacht.
12.2 Voor afwezigheid van de bpv gelden voor de student de regels zoals deze door de praktijkbiedende organisatie gehanteerd worden evenals de regels zoals deze in in het studentenstatuut zijn vastgesteld.
Artikel 13 Xxxxxx afspraken met de student
13.1 Indien gewenst kunnen de instelling, de student en de praktijkbiedende organisatie nadere individuele afspraken maken. Bijvoorbeeld over de leerdoelen, de begeleiding of de beoordeling van de student, of over verlof van de student indien wordt afgeweken van het hierna volgende artikel over praktijktijd en verlof, of over vergoeding.
13.2 Deze afspraken zullen schriftelijk worden vastgelegd in een addendum en onderdeel uitmaken van de praktijkovereenkomst.
13.3 Aanpassingen voor studenten met een ondersteuningsbehoefte, zoals aanpassingen in tijd, vorm en werkplek worden onderbouwd en vastgelegd in het ondersteuningsformulier.
Artikel 14 Praktijktijd en verlof
14.1 De dagelijkse bpv-tijd is voor de student in overeenstemming met de arbeidstijd die geldt voor de plaats waar hij is geplaatst, tenzij anders wordt overeengekomen en voor zover niet in strijd met de Arbeidstijdenwet.
14.2 Ten aanzien van vrijaf en verlof gelden voor de student die de status heeft van werknemer de bepalingen zoals deze zijn opgenomen in de arbeidsvoorwaarden geldende voor de praktijkbiedende organisatie. Ten aanzien van vrijaf en verlof gelden voor de student die de status heeft van stagiair de bepalingen zoals deze zijn opgenomen in de vakantieregeling voor studenten van de instelling, tenzij de student in de praktijkbiedende organisatie anders overeen gekomen is op grond van het voorgaande artikel.
14.3 De praktijkbiedende organisatie stelt de student in de gelegenheid om deel te nemen aan toetsen of examens van de instelling die tijdens de periode van de beroepspraktijkvorming plaatsvinden.
Artikel 15 Gedragsregels, veiligheid en aansprakelijkheid
15.1 De student is verplicht de binnen de praktijkbiedende organisatie geldende regels, voorschriften en aanwijzingen in het belang van de orde, veiligheid en gezondheid in acht te nemen. De praktijkbiedende organisatie licht de student voor aanvang van de bpv over deze regels in.
15.2 De student is verplicht alles geheim te houden wat hem onder geheimhouding wordt toevertrouwd of wat er als geheim te zijner kennis is gekomen of waarvan hij het vertrouwelijke karakter redelijkerwijs moet begrijpen.
15.3 De praktijkbiedende organisatie treft overeenkomstig de Arbeidsomstandighedenwet, maatregelen die gericht zijn op de bescherming van lichamelijke en geestelijke veiligheid van de student.
15.4 De praktijkbiedende organisatie is aansprakelijk voor schade die de student tijdens of in verband met de bpv mocht lijden, tenzij de praktijkbiedende organisatie aantoont dat zij de in artikel 7:658 lid 1 van het Burgerlijk Wetboek genoemde verplichtingen is nagekomen, of dat de schade in belangrijke mate het gevolg is van opzet of bewuste roekeloosheid van de student.
15.5 De praktijkbiedende organisatie is aansprakelijk voor de schade die de student in de uitoefening van zijn werkzaamheden tijdens of in verband met de bpv toebrengt aan de (eigendommen van het) leerbedrijf of aan (de eigendommen van) derden, tenzij sprake is van opzet of bewuste roekeloosheid van de student.
15.6 Curio is gevrijwaard voor schade die is ontstaan aan de student, de praktijkbiedende organisatie of derden in de uitoefening van de bpv.
15.7 De aansprakelijkheid van Curio is in alle gevallen beperkt tot de voorwaarden en de daarop gebaseerde dekking in de afgesloten verzekering van de instelling. Dit betekent dat die aansprakelijkheid beperkt is tot het uit te keren bedrag door de verzekeringsmaatschappij van de instelling.
15.8 De praktijkbiedende organisatie is verzekerd tegen het financiële risico van wettelijke bedrijfsaansprakelijkheid, ook tegenover de student. Curio sluit voorts ten behoeve van de student een verzekering af met een secundaire dekking tegen de risico’s van wettelijke aansprakelijkheid. Dit laat de primaire aansprakelijkheid van de praktijkbiedende organisatie onverlet.
15.9 Curio is niet aansprakelijk voor diefstal, verduistering, verlies en/of beschadiging van eigendommen of bezittingen van de student op de plaats waar de beroepspraktijkvorming wordt verricht, dan wel voor schade die de student lijdt ingeval van schorsing en/of verwijdering als bedoeld in het studentenstatuut.
Artikel 16 Problemen en conflicten tijdens de beroepspraktijkvorming
16.1 Bij problemen of conflicten tijdens de bpv richt de student zich in eerste instantie tot de praktijkopleider van de praktijkbiedende organisatie en/of de bpv-begeleider van de instelling. Deze proberen om samen met de student tot een oplossing te komen.
16.2 Wanneer de student vindt dat het probleem of conflict niet naar tevredenheid is opgelost en de oorzaak van het probleem of conflict is dat de praktijkbiedende organisatie de afspraken in deze overeenkomst niet of onvoldoende nakomt, dan kan de student in overleg met de bpv-begeleider van de instelling de mogelijkheden bespreken.
16.3 Als partijen er in onderling overleg niet uitkomen, kan de student een klacht indienen via de klachtenregeling van de onderwijsinstelling. De procedure voor het indienen van een klacht is duidelijk vastgelegd door de school en zichtbaar voor de student.
16.4 De praktijkbiedende organisatie treft maatregelen die gericht zijn op voorkoming of bestrijding van vormen van seksuele intimidatie, discriminatie, agressie of geweld. In het geval van seksuele intimidatie, discriminatie, agressie en/of geweld, heeft de student het recht om de werkzaamheden per direct neer te leggen zonder dat dit reden is voor een negatieve beoordeling. De student moet de werkonderbreking direct melden bij de praktijkopleider en de bpv-begeleider. Wanneer dit niet mogelijk is, dan meldt de student de werkonderbreking bij de vertrouwenspersoon van de praktijkbiedende organisatie of van de instelling.
16.5 Conform het stagepact moet het duidelijk zijn waar de student stagediscriminatie of stagemisbruik kan melden op de instelling, hoe de ondersteuning en nazorg eruit ziet en welke stappen de instelling na een melding neemt.
16.6 Grote incidenten, bpv-klachten die structureel van aard zijn en/of meldingen en signalen van stagediscriminatie meldt de instelling bij SBB.
Artikel 17 Gegevensuitwisseling en privacy
17.1 De student heeft recht op inzage in het eigen studentendossier en meer in het bijzonder in de door de instelling verwerkte gegevens met betrekking tot de beroepspraktijkvorming
17.2 Bij het uitwisselen van gegevens over de student nemen Curio en de praktijkbiedende organisatie de Algemene Verordening Gegevensbescherming en overige regelgeving over privacy in acht. Dit betekent onder meer dat zij zorgvuldig omgaan met de persoonsgegevens van de student en dat zij daarover transparant zijn richting de student. In het privacyreglement van de instelling is opgenomen dat de gegevens van de student op grond van een wettelijke plicht, dan wel op grond van toestemming van de student aan de praktijkbiedende organisatie kunnen worden verstrekt.
Artikel 18 Duur en beëindiging overeenkomst
18.1 De praktijkovereenkomst treedt na ondertekening van het eerste bpv-blad in werking en wordt in principe aangegaan voor de duur van de bpv-periode zoals vermeld op het bpv- blad.
18.2 De praktijkovereenkomst eindigt van rechtswege:
a. Op het moment dat de student de bpv met positieve beoordeling heeft voltooid of in het geval van een keuzedeel indien de student de bpv heeft voltooid.
b. Door het verstrijken van de geplande einddatum zoals vermeld op het bpv-blad.
c. Door het eindigen van de inschrijving van de student.
d. Door ontbinding of door verlies van rechtspersoonlijkheid van de praktijkbiedende organisatie of wanneer de praktijkbiedende organisatie ophoudt het in de praktijkovereenkomst bedoelde beroep in het genoemde bedrijf uit te oefenen.
e. Wanneer de erkenning van de praktijkbiedende organisatie zoals bedoeld in artikel
7.2.10 van de WEB is verlopen of ingetrokken.
Een beëindiging van rechtswege zal door de instelling schriftelijk worden bevestigd aan de student en de praktijkbiedende organisatie.
18.3 De praktijkovereenkomst kan in onderling overleg tussen Curio, de student en de praktijkbiedende organisatie met wederzijds goedvinden worden beëindigd.
18.4 De praktijkovereenkomst kan (buitengerechtelijk) worden ontbonden:
a. Door de praktijkbiedende organisatie als de student zich ondanks nadrukkelijke (herhaalde) waarschuwing, niet houdt aan gedragsregels zoals genoemd in artikel
15.1 en 5.2 van deze algemene voorwaarden.
b. Door een van de partijen als op grond van zwaarwegende omstandigheden in redelijkheid niet langer van deze partij kan worden verlangd de praktijkovereenkomst te laten voortduren.
c. Door een van de partijen als de instelling, de student of de praktijkbiedende organisatie de hem bij wet of in de praktijkovereenkomst opgelegde verplichtingen niet nakomt.
d. Door de student of de praktijkbiedende organisatie, als de arbeidsovereenkomst (indien aanwezig) tussen de student en de praktijkbiedende organisatie wordt beëindigd.
18.5 Een ontbinding door een van de partijen op grond van het voorgaande lid vindt schriftelijk plaats aan de andere partijen met vermelding van de reden van ontbinding.
18.6 Voorafgaand aan een ontbinding op grond van voorgaand lid onder c dient de partij die zijn verplichtingen niet nakomt door de andere partijen in de gelegenheid te worden gesteld om binnen een termijn van twee weken alsnog zijn verplichtingen na te komen. Een schriftelijke ingebrekestelling is niet nodig indien nakoming blijvend onmogelijk is of als de partij reeds te kennen heeft gegeven zijn verplichtingen niet meer na te zullen komen en het stellen van een termijn overbodig is.
Artikel 19 Vervangende praktijkplaats
19.1 Indien de praktijkovereenkomst wordt beëindigd omdat de praktijkbiedende organisatie niet aan haar verplichtingen voldoet (de praktijkplaats is niet of niet volledig beschikbaar is, de begeleiding schiet tekort of ontbreekt, de praktijkbiedende organisatie beschikt niet langer over een gunstige beoordeling als bedoeld in artikel 7.2.10 van de WEB of er is sprake van andere omstandigheden die maken dat de bpv niet langer naar behoren kan plaatsvinden), dan bevordert de instelling na overleg met SBB dat een toereikende vervangende voorziening zo snel als mogelijk beschikbaar wordt gesteld voor de student.
Artikel 20 Slotbepaling
20.1 Bij problemen of conflicten tijdens de beroepspraktijkvorming richt de student zich in eerste instantie tot de praktijkopleider. Wordt voor de student geen oplossing bereikt, dan wordt een en ander voorgelegd aan de praktijkbegeleider. Indien voornoemde personen in gezamenlijk overleg niet tot een oplossing komen, wordt de zaak voorgelegd aan de directies van de praktijkbiedende organisatie en de Curio.
20.2 In de gevallen waarin deze praktijkovereenkomst niet voorziet, beslissen de directies van de praktijkbiedende organisatie en de onderwijsinstelling na overleg met de student. Indien van toepassing wordt de SBB betrokken.
20.3 Geschillen voortvloeiend uit deze overeenkomst worden voorgelegd aan de bevoegde rechter te Breda.
20.4 Indien van deze overeenkomst een vertaling is uitgereikt, dan is bij geschillen over de uitleg van de overeenkomst de Nederlandse versie doorslaggevend.
20.5 Als het om zaken gaat die de verantwoordelijkheid van SBB raken, dan wordt SBB bij dit overleg betrokken.
Wijziging opleidingsblad praktijkovereenkomst beroepsonderwijs (versie 2)
(Dit opleidingsblad wordt gebruikt bij wijzigingen gedurende de eerste inschrijving van de student)
Dit opleidingsblad behoort bij de praktijkovereenkomst en wijzigt artikel 2 en/of 3 van het eerste en ondertekende opleidingsblad. Dit opleidingsblad wordt geacht het voorgaande opleidingsblad (versie 1) te vervangen.
Op verzoek van de student:
Naam | ……………………………………………………. |
Straat + huisnummer | ……………………………………………………. |
Postcode + woonplaats | …………………………………………………….. |
Geboortedatum | ……………………………………………………. |
Studentnummer | …………………………………………………….. |
Leerbedrijf ID | …………………………………………………….. |
Wordt de inschrijving als volgt gewijzigd:
De student wordt als volgt ingeschreven voor de beroepspraktijkvorming (bpv): De bpv eindigt op …………-………………-……………....
(met inachtneming van het bepaalde in artikel 8 van de praktijkovereenkomst). Aantal te volgen bpv-uren ………………………………..
Indien van toepassing:
Verdeling bpv-uren over de studiejaren: zie Onderwijs- en Examenregeling
Crebocode | BOL/BBL | Beoogd niveau | |
Domein | ………………… | ………………… | ………………… |
of: | |||
Kwalificatiedossier | ………………… | ………………… | ………………… |
of: | |||
Kwalificatie | ………………… | ………………… | ………………… |
Cohort | …………………. |
Bpv in het kader van een keuzedeel: Naam keuzedeel 1:
Code keuzedeel 1:
Datum begin bpv keuzedeel 1: Geplande einddatum bpv keuzedeel 1:
Totaal aantal te volgen bpv-uren keuzedeel 1:
Naam keuzedeel 2:
Code keuzedeel 2: Datum begin bpv keuzedeel 2: Geplande einddatum bpv keuzedeel 2:
Totaal aantal te volgen bpv-uren keuzedeel 2:
LET OP:
(1) Als de opleidingsgegevens op dit blad niet juist zijn, neem dan binnen tien werkdagen contact op met de studentenadministratie (Dit geldt voor de student en voor de praktijkbiedende organisatie)!
(2) Wijzigingen van de beroepspraktijkvorming zoals vermeld op dit opleidingsblad kunnen gevolgen hebben voor het recht op studiefinanciering. Kijk voor meer informatie op xxx.xxx.xx. Wijzigingen kunnen ook gevolgen hebben voor de aanspraak die de praktijkbiedende organisatie kan maken op middelen uit de subsidieregeling praktijkleren. Kijk voor meer informatie op xxx.xxx.xx.