REGLEMENT
REGLEMENT
Subsidiëring voor toepassing van carbon farming technieken
Artikel 1. Voorwerp
Via dit reglement kunnen landbouwers financiële steun aanvragen voor de toepassing van Carbon Farming technieken. De doelstelling van dit reglement is:
-lokale CO2 compensatie van de uitstoot van de dienstverplaatsingen van het provinciebestuur West-Vlaanderen door CO2 duurzaam vast te leggen in de landbouwbodems, en zo bij te dragen aan het realiseren van de klimaatdoelstellingen, als onderdeel van het ruimer klimaatplan waar ook provinciale ambities rond koolstofuitstootreductie benoemd worden.
-meer koolstof opslaan in de bodem, leidend tot betere bodemvruchtbaarheid, weerbare gewassen, meer biodiversiteit, minder erosie, een verhoogd waterhoudend vermogen en een betere opname van nutriënten door de plant. Door koolstof op te slaan in de bodem kan de landbouwsector zich ook beter wapenen tegen extreme weersomstandigheden en de impact van klimaatwijzigingen.
Deze steun aan de landbouwers wordt gecatalogeerd als de-minimissteun, volgens de Verordening (EU) nr 1408/2013 van de Commissie van 18 december 2013 inzake de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun in de landbouwsector (PB L 352 van 24 december 2013).
Artikel 2. Aanvraagcriteria
Om in aanmerking te komen voor subsidie moet cumulatief aan de volgende criteria zijn voldaan:
1° de aanvrager is land- of tuinbouwer die beschikt over een landbouwnummer bij Departement Landbouw en Visserij van de Vlaamse Overheid;
2° de gronden waarop de technieken worden toegepast, moeten zich bevinden op het grondgebied van de Provincie West-Vlaanderen;
3° de toegepaste technieken moeten voorkomen op de onderstaande limitatieve lijst met technieken:
- groenbedekkers en onderzaai (bv. van gras bij mais) maximaal inzetten
- bijkomende compost gebruiken
- grasland aangepast beheren
- maximaal vaste organische mest gebruiken
- een verruimde teeltrotatie toepassen, bv. monocultuur van mais doorbreken door zaaien van een graangewas
Extra informatie rond toepassing van de technieken is als bijlage van dit reglement toegevoegd.
4e De landbouwer scheurt geen blijvende graslanden op zijn bedrijf in de eerste 5 jaar na aanvraag van subsidie via dit reglement.
5e Het gaat om bijkomende of vernieuwende technieken die niet zouden worden toegepast op het bedrijf als deze niet gefinancierd zouden worden in het kader van dit reglement.
Artikel 3. Aanvraagprocedure
1. De provincie West-Vlaanderen organiseert in samenwerking met Inagro een oproep tot toepassen van carbon farming technieken in het kader van dit reglement, inclusief een elektronisch aanvraagformulier en een vooropgestelde inschrijvingsdatum.
2. De geïnteresseerde landbouwer dient het daartoe bestemde elektronisch aanvraagformulier in tegen de vooropgestelde inschrijvingsdatum die bij oproep wordt kenbaar gemaakt. .
3. Op basis van deze gegevens, zal een prioritering gemaakt worden van de geschikte landbouwers. Hierbij wordt rekening gehouden met tijdstip van aanmelding en motivatie. De eerste aanmeldingen worden eerst beschouwd; bedrijven die beogen de implementatie van deze technieken op lange termijn in hun bedrijfsvisie te integreren genieten de voorkeur.
4. Na prioritering contacteert een medewerker van Inagro de landbouwer om een (online) gesprek in te plannen om de mogelijkheden voor het bedrijf te bekijken. Er wordt bekeken en besproken welke technieken voor de bedrijfsvoering het meest interessant zijn naar koolstofopslag toe. Hierbij wordt het potentieel aan opslag van extra koolstof bekeken, en gepolst wat de landbouwer ziet zitten, alsook naar zijn motivatie. Binnen bedrijven wordt een voorkeur gegeven aan percelen waarvan het koolstofpercentage zich beneden de streefzone bevindt, maar pH concentratie zich hierbinnen situeert. Tijdens deze bespreking wordt met de landbouwer ook de mogelijkheid bekeken als op zijn bedrijf de overeengekomen hoeveelheid op te slagen koolstof aanhoudbaar blijft in de komende 5 jaar.
5. Vervolgens worden overeenkomsten opgemaakt waarin is opgenomen welke (combinatie van) techniek(en) op welk(e) perce(e)l(en) zal worden toegepast, en de bijkomende koolstofopslag die hiermee gepaard gaat.
6. Toekenning van subsidies gebeurt binnen de grenzen van de beschikbare middelen op het provinciaal meerjarenplan. Indien de gevraagde subsidies uit de aanvragen de beschikbare middelen overschrijden zal de beoordelingscommissie (zie art. 5) een prioritering opmaken op basis van tijdstip aanvraag, motivering, potentie koolstofopslag en mogelijkheid tot maximum aantal ha per bedrijf.
Artikel 4. Subsidiecriteria
Om in aanmerking te komen voor subsidie moet cumulatief aan de volgende criteria zijn voldaan:
- De percelen zijn geregistreerd als landbouwgrond.
- De begunstigde levert de locatie van het perceel/ de percelen aan, aan de hand van gegevens uit de verzamelaanvraag.
- Het beheer van het perceel is gedurende de looptijd van de overeenkomst in handen van de begunstigde of de begunstigde ziet er op toe dat de beschreven techniek in deze overeenkomst wordt uitgevoerd door de gebruiker.
- De begunstigde is lid van een lerend netwerk of zal zich lid maken van een lerend netwerk dat werkt rond verbetering van de bodem en/of koolstoflandbouw (in overleg met Inagro)
- De begunstigde gaat akkoord met het voorgesteld beheer per maatregel: zie bijgevoegde fiches per maatregel.
- De begunstigde voert de techniek of combinatie van technieken vastgelegd in de overeenkomst uit gedurende de looptijd van de overeenkomst.
- De begunstigde bezorgt bewijsstukken van toepassing per maatregel (aankoopfacturen, gewichtsbewijzen, foto’s).
- Er mag op de percelen in hetzelfde jaar géén andere subsidie met een of meer gelijkaardige voorwaarden worden verleend.
- De begunstigde geeft hiervoor ook toestemming aan de provincie om de verzamelaanvraag op te vragen bij het departement landbouw en visserij.
- De begunstigde gaat akkoord om mee te werken aan externe communicatie over deze piloot
· Artikel 5. Beoordelingscommissie
Voor de behandeling van de dossiers wordt een beoordelingscommissie opgericht. Deze bestaat uit leden van Inagro en de provincie. De beoordelingscommissie verstrekt op basis van de aspecten vermeld bij aanvraagcriteria, aanvraagprocedure en subsidiecriteria een gemotiveerd advies en prioritering aan de deputatie. Dit advies betreft het al dan niet selecteren van een landbouwer met zijn voorgesteld koolstofopslagproject, alsook de evaluatie bij het beoordelen van de correcte uitvoering van de opgelegde maatregelen.
Artikel 6. Bedrag en uitbetaling subsidie
Het bedrag van de subsidie bedraagt 50€ per ton CO2 opgeslagen, tenzij de kost van toepassing van de maatregel minder bedraagt. In dat geval wordt uitbetaling beperkt tot de kostprijs. Dit bedrag wordt overgeschreven na toepassing van de maatregelen en bezorging van de gevraagde bewijsstukken in artikel 4. Binnen de oproep en de overeenkomst wordt ook de einddatum van indienen bewijsstukken benoemd.
De subsidie wordt uitbetaald door een overschrijving op de bankrekening van de begunstigde.
Artikel 7. Beheer en Instandhouding
De landbouwer verbindt zich er toe om de maatregel als een goed huisvader te beheren, gebruiken en in stand te houden. Hij verklaart in de komende 5 jaar te streven naar koolstofopbouw in de bodem op bedrijfsniveau, en dat hij geen blijvende graslanden zal scheuren gedurende een periode van 5 jaar startend vanaf datum van de ondertekening.
Artikel 8. Wijzigingen, uitzonderingen, controle en sancties
Als de gegevens die bij de aanvraag werden verstrekt, veranderd zijn (bv. niet of gedeeltelijk plaatsvinden van de geplande activiteiten), brengt de aanvrager Inagro daarvan onmiddellijk via mail op de hoogte. Elke wijziging kan onderwerp zijn van een vernieuwde advisering en goedkeuring.
De provincie West-Vlaanderen heeft het recht om de aanwending van de subsidies te (laten) controleren op basis van het provinciaal reglement van 25 mei 2000 inzake ‘de controle op de toekenning en de aanwending van subsidies en op het toestaan van reservevorming door subsidietrekkers’. Controle en toezicht op het beheer, gebruik en de instandhouding van de technieken gebeurt door aangestelden binnen Inagro.
Deze aangestelden hebben het recht om de goederen te betreden en om, in het algemeen, al de nodige vaststellingen betreffende het beheer, gebruik en de instandhouding te doen.
Indien blijkt dat de opgelegde voorwaarden door de begunstigde werden geschonden dan kan de deputatie de subsidie schorsen, intrekken of terugvorderen (geheel of gedeeltelijk). De deputatie kan hierbij beslissen om de organisatie van de betrokken begunstigde voor de periode van vijf jaar, met ingang van de beslissing van de deputatie, uit te sluiten voor elke provinciale subsidie.
Artikel 9. Overeenkomst
Indien wederzijds beslist wordt om verder te gaan met het project, wordt een overeenkomst afgesloten tussen de landbouwer en de provincie. In deze overeenkomst worden de afspraken verder verfijnd.
Artikel 10. Betwistingen en uitzonderingen
De deputatie beslist over alle betwistingen met betrekking tot de toepassing van dit reglement.
De deputatie beslist in alle gevallen die niet geregeld zijn in dit reglement, eventueel na advies van de bevoegde commissie.
Artikel 11. Inwerkingtreding & duur
Dit reglement treedt in werking vanaf 3 maart 2023 en is van kracht tot 31 december 2025, onder voorbehoud van voldoende beschikbare middelen op het provinciaal meerjarenplan.
Brugge, 2 maart 2023
De Provinciegriffier De voorzitter
Xxxxx XXXXXXXX Xxxxxxxx XXXXXXXXX