HANDLEIDING TRIPARTIETE DIENSTVERLENING
HANDLEIDING TRIPARTIETE DIENSTVERLENING
APRIL 2018
1 BELANGRIJKE INFORMATIE
1.1 Inleiding
BinckBank is wettelijk verplicht u informatie over de tripartiete dienstverlening te verschaffen. Nadere uitwerking van deze dienstverlening is te vinden in de Cliëntenovereenkomst Tripartiete Dienstverlening
(“Cliëntenovereenkomst”) en de Voorwaarden bij deze Cliëntenovereenkomst.
Indien u vragen heeft over de tripartiete dienstverlening van BinckBank, verzoeken wij u zich te richten tot uw eigen Beleggingsonderneming.
1.2 Cliëntenonderzoek
Op grond van de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme (Wwft) dient BinckBank een cliëntenonderzoek te verrichten bij de cliënten met wie zij een zakelijke relatie aangaat. Dit houdt onder meer in dat zij zich op adequate wijze dient te vergewissen van
de identiteit van haar cliënten, de herkomst van het vermogen van haar cliënten en dat zij, voor zover het om rechtspersonen gaat, inzicht dient te krijgen in de kapitaal- en zeggenschapsstructuur van deze rechtspersonen.
Bij BinckBank gebeurt voornoemde identificatie bij natuurlijke personen in de regel door een kopie van een geldig paspoort of geldig rijbewijs bij een cliënt op te vragen in combinatie met zogenaamde eerste storting ter identificatie. Deze eerste storting ter identificatie houdt in dat een cliënt die voor de eerste maal geld naar zijn rekening bij BinckBank wil overboeken, dit dient te doen vanaf een rekening met dezelfde tenaamstelling aangehouden bij een bank gevestigd in de Europese Unie. Bij rechtspersonen gebeurt de identificatie door het opvragen van een gewaarmerkt uittreksel uit het handelsregister van de Kamer van Koophandel.
Op grond van het Customer Due Diligence (CDD) beleid van XxxxxXxxx dient u een aantal aanvullende vragen bij het openen van een rekening in te vullen. Deze hebben betrekking op uw vermogen, inkomen of omzet, startbedrag, land waar u belastingplichtig bent en op een eventueel belang in een beursgenoteerde
onderneming. Op basis van uw antwoorden kan er door uw Beleggingsonderneming contact met u worden opgenomen voor nadere informatie over de herkomst van uw vermogen.
U dient bij voortduring aan de Cliëntacceptatie criteria van BinckBank te voldoen. Meer informatie over
het cliëntacceptatie beleid kunt u opvragen bij uw Beleggingsonderneming.
1.3 US Persons
De dienstverlening van BinckBank waarvoor u heeft gekozen is beperkt van omvang: wij verzorgen de uitvoering en afwikkeling van orders in financiële instrumenten op verzoek van uw Beleggingsonderneming.
Andere bancaire diensten zoals hypotheken of verzekeringen verleent BinckBank niet. Ook hebben wij geen uitgebreid internationaal kantorennetwerk. BinckBank is dan ook een bank van relatief beperkte omvang. Voor personen op wie een buitenlands belastingplicht van toepassing is, worden vaak hoge
administratieve rapportageverplichtingen en andere eisen gesteld aan BinckBank. Grotere banken kunnen meestal wel aan die eisen voldoen, maar voor BinckBank is dat helaas niet altijd mogelijk. Daarom is XxxxxXxxx niet altijd in de gelegenheid om personen (of zakelijke entiteiten) met een specifieke buitenlandse belastingplicht van dienst te zijn.
Belangrijk voorbeeld hiervan zijn personen met een Amerikaanse belastingplicht. Deze personen worden door de Amerikaanse belastingdienst aangeduid met het begrip US Person. Zij kunnen bij BinckBank geen rekening aanhouden.
Bij het aangaan van de dienstverlening heeft u verklaard (of is komen vast te staan) dat u niet kwalificeert als USperson. Hieronder treft u de uitgebreide definitie van US Person aan. Indien u gedurende de dienstverlening alsnog als US-person zal gaan kwalificeren dan dient u dient u dit onverwijld aan uw Beleggingsonderneming door te geven. Indien u uw Belegginsonderneming niet tijdig informeert, bent u aansprakelijk voor alle schade die daardoor wordt veroorzaakt. Als gevolg van de toepasselijke Amerikaanse fiscale wet- en regelgeving verleent BinckBank geen dienstverlening aan US-persons en zal om die reden dan ook gerechtigd zijn om de cliëntrelatie te beëindigen.
Wanneer bent u een US Person?
U bent een US Person als u voldoet aan één van onderstaande situaties:
• U woont in de Verenigde Staten (inclusief de volgende Amerikaanse territoria: Puerto Rico, Guam en de Ameri- kaanse Maagdeneilanden).
• U bent een Amerikaans staatsburger.
• U heeft of had een bepaalde variant US Green Card. Vraag uw belastingadviseur naar de varianten waarbij u wel een US Person bent. Of kijk voor deze specifieke informatie op xxx.xxx.xxx.
Wanneer bent u ook een US Person?
U bent ook een US Person als u dit jaar en de twee jaar daarvoor ten minste 183 dagen in de Verenigde Staten bent geweest. Daarbij worden de dagen als volgt geteld:
• Alle dagen in de Verenigde Staten in het lopende jaar, en
• 1/3 van de dagen in de Verenigde Staten in het vorige jaar, en
• 1/6 van de dagen in de Verenigde Staten in het jaar daarvoor.
Daarnaast moet u ook in het huidige jaar ten minste 31 dagen in de Verenigde Staten zijn geweest.
Wanneer bent u een Amerikaans staatsburger?
U bent Amerikaans staatsburger als u voldoet aan één van onderstaande situaties:
• U bent geboren in de Verenigde Staten.
• U bent geboren in Puerto Rico.
• U bent geboren in Guam.
• U bent geboren op de Amerikaanse Maagdeneilanden.
• U bent genaturaliseerd tot Amerikaans staatsburger.
• Eén van uw ouders is Amerikaans staatsburger. Daarbij moet u ook aan overige voorwaarden voldoen voordat u een Amerikaans staatsburger bent. U vindt deze voorwaarden op xxx.xxx.xxx.
Wel of niet belastingplichtig als US Person?
Als u voldoet aan de status van US Person, dan kunt u belastingplichtig zijn in de Verenigde Staten. Bovenstaande criteria zijn echter niet volledig. Bijvoorbeeld een visum voor studenten of een diplomatenstatus kan leiden tot vrijstelling van bepaalde belastingverplichtingen. Of u kunt om andere redenen wel of niet belastingplichtig zijn in
de Verenigde Staten.
Bovenstaande opsomming is niet volledig. Twijfelt u of u een US Person bent? Vraag dan uw belastingadviseur hiernaar of kijk op xxx.xxx.xxx.
1.4 Overboeken van uw bestaande effectenportefeuille
Wilt u (een deel van) uw bestaande effectenportefeuille overboeken naar uw effectenrekening bij BinckBank, dan kunt u hiervoor het overboekingsformulier gebruiken dat u via uw Beleggingsonderneming ontvangt. Na ontvangst van het ingevulde overboekingsformulier zal BinckBank contact met uw bank opnemen en zorgdragen voor het overboeken van uw portefeuille.
Voor de afwikkeling van de overboekingsopdracht zijn wij afhankelijk van uw leverende bank. De wijze van het overboeken van effecten verschilt per instrument. Elk instrument kent een ander afwikkeltraject. Hierdoor komt het voor dat over te boeken effecten op verschillende momenten in uw portefeuille worden geboekt.
1.5 Uitvoering orders
XxxxxXxxx heeft haar ‘best execution’ beleid opgesteld op grond van Xxxxxxxxx 2004/39/EG betreffende markten
voor financiële instrumenten (MiFID). Best execution volgens de XxXXX houdt in dat BinckBank maatregelen dient te nemen om bij de uitvoering van de orders die zij via uw Beleggingsonderneming ontvangt het best mogelijke resultaat te halen, rekening houdend met de
prijs van een financieel instrument, de uitvoeringskosten, de snelheid, de waarschijnlijkheid van de uitvoering en afwikkeling en andere voor de uitvoering van een order relevante aspecten.
Uw Beleggingsonderneming kan u informeren over haar keuze voor het orderuitvoeringsbeleid van BinckBank.
1.6 Taal
De taal waarmee u met BinckBank kunt communiceren is Nederlands en Engels. Afschriften, documenten en andere informatie worden echter alleen in het Nederlands verstrekt.
1.7 Wijzigingen handleiding
De inhoud van deze handleiding is aan verandering onderhevig. De meest recente versie van de handleiding kunt u vinden op de website van uw Beleggingsonderneming of kunt u opvragen bij uw Beleggingsonderneming.
2 BEKIJKEN VAN UW PORTEFEUILLE EN ANDERE INFORMATIE VIA INTERNET
2.1 Inloggen
Om uw portefeuille en andere overzichten en/of informatie online te kunnen bekijken gaat u naar de internetsite van uw Beleggingsonderneming. Daar klikt u op de knop ‘inloggen’ om in het beveiligde gedeelte van de internetsite te komen.
Vervolgens verschijnt het inlogscherm. U logt in door in het bovenste veld uw 6-cijferig rekeningnummer en in het onderste veld uw wachtwoord in te vullen.
Het wachtwoord, dat u per e-mail ontvangt, is hoofd- lettergevoelig. Controleer daarom of de ‘Caps lock’-functie op uw toetsenbord niet actief is. Xxxx vervolgens op ‘aanmelden’.
Nadat u de eerste keer heeft ingelogd, dient u het wachtwoord te wijzigen in een door u zelf gekozen wachtwoord van minimaal 6 karakters. Er wordt u gevraagd eerst het, door uw Beleggingsonderneming namens BinckBank toegezonden wachtwoord in te vullen en vervolgens een zelfgekozen wachtwoord. Wij adviseren u na ieder bezoek uit te loggen door te klikken op ‘Uitloggen’ rechtsboven op de website.
Na het scherm ‘Inloggen’ komt u automatisch op het scherm van de welkomstpagina. Dit scherm ziet er als volgt uit:
2.2 Portefeuille
Het portefeuilleoverzicht geeft u in een oogopslag inzicht in uw totale actuele positie. In het overzicht wordt uw portefeuille weergegeven met de actuele koersen.
Gedurende de handelsdag wordt uw portefeuille gewaardeerd tegen de biedkoers (short positie tegen de laatkoers) en nabeurs tegen de slotkoers of settlementkoersen.
2.3 Instellingen
Om uw wachtwoord te veranderen klikt u op ‘instellingen’. Daar dient u eerst uw oude wachtwoord in te vullen en vervolgens twee keer uw nieuwe, zelfgekozen wachtwoord. Om het wachtwoord definitief aan te passen klikt u op ‘wachtwoord wijzigen’.
2.4 Rekeningafschriften
Via de internetportal van BinckBank, die benaderbaar is via de website van uw Beleggingsonderneming, vindt u een gecombineerde aan- en verkoopnota en een rekening-courantafschrift (“rekeningafschrift”). Het rekeningcourantafschrift is een weergave van uw rekening-courant bij BinckBank. Door de elektronische verstrekking van de gecombineerde aan- en verkoopnota
en rekening-courantafschrift heeft u uw afschriften sneller, worden portokosten bespaard en draagt u bij aan een beter milieu. Voor het toezenden van rekeningafschriften per post kunnen kosten in rekening worden gebracht.
U kunt uw afschriften bekijken door op ‘rekeningafschrift’ te klikken. U ziet dan de afschriften die u kunt aanklikken om gedetailleerd te bekijken. U kunt door middel van een datumselectie het aantal afschriften verkleinen. Voor alle afschriftnummers staat een icoon waar u op kunt klikken om uw afschrift te printen. Indien gewenst, kunt u de afschriften ook eenvoudig opslaan op uw computer.
Op het rekeningafschrift ziet u de transactiegegevens, onder andere het notabedrag en de betaalde provisie. Indien u nog vragen heeft over uw rekeningafschrift dan kunt u terecht bij uw Beleggingsonderneming.
Voor elke rekening die u aanhoudt bij BinckBank ontvangt u een apart afschrift. Ook voor rekeningen waarbij u van verschillende valutarekeningen gebruik maakt, ontvangt u voor elke valuta een apart afschrift (zie paragraaf 3.1).
2.5 Het positie-overzicht
Naast het rekeningafschrift met daarin alle mutaties op uw geld- en effectenrekening, vindt u het positie¬overzicht.
Het positieoverzicht wordt eens per maand aangemaakt en bevat een overzicht van uw verplichtingen en uw bestedingsruimte.
U kunt uw positie-overzichten bekijken door op ‘positie- overzicht’ te klikken. U ziet dan uw positie-overzichten. Deze kunt u aanklikken om ze gedetailleerd te bekijken. Voor alle positieoverzichten staat een icoon dat u kunt aanklikken om uw overzicht te printen. Indien gewenst, kunt u de afschriften ook eenvoudig opslaan. Het positieoverzicht toont de waarde van uw positie op de laatste dag van een kalendermaand.
Het positie-overzicht bevat de volgende gegevens:
• Portefeuille
• Geldsaldo
• Kredietfaciliteit
• Marginverplichting
• Bestedingsruimte (exclusief lopende orders)
3 DE GELD- EN EFFECTENREKENING
Uw geld- en effectenrekening zijn aan elkaar gekoppeld. Wanneer er een transactie in financiële instrumenten is verricht, wordt uw geldrekening automatisch gedebiteerd of gecrediteerd. Standaard wordt voor u een eurorekening geopend.
U kunt maximaal vijf externe tegenrekeningen opgeven en een onbeperkt aantal interne tegenrekeningen. XxxxxXxxx kan het beleid ten aanzien van de tegenrekeningen wijzigen en nadere eisen stellen aan de tegenrekeningen.
3.1 De vreemde valutarekening
Indien u handelt in een in vreemde valuta genoteerd fonds, wikkelt BinckBank deze orders af op uw euro- rekening. Het is mogelijk, in overleg met uw Beleggings- onderneming, een rekening in een andere valuta
te openen. Hiertoe kan een verzoek bij BinckBank gedaan worden. Na ontvangst van een dergelijk verzoek, zal XxxxxXxxx als dit mogelijk is een rekening in de desbetreffende valuta voor u openen. Via uw
Beleggingsonderneming wordt u hierover geïnformeerd.
BinckBank wikkelt alleen orders af indien u over voldoende bestedingsruimte beschikt. Hierbij wordt onder andere gekeken naar het totaal van uw geldsaldi (het rekening courant-saldo op de eurorekening plus het rekening courantsaldo op de vreemde valuta rekening die hiervoor wordt omgerekend naar euro’s). U kunt ook in fondsen genoteerd in vreemde valuta handelen wanneer op uw vreemde valutarekening onvoldoende saldo aanwezig is, zolang uw bestedingsruimte wel toereikend is. In dat geval wordt uw vreemde valuta rekening gedebiteerd. Over de debetstand die vervolgens ontstaat wordt debetrente in rekening gebracht.
3.2 Rentecondities
De hoogte van de rentepercentages die door BinckBank worden gehanteerd, vindt u in het ‘Tarieven en Conditieoverzicht BinckBank’. Wijzigingen worden schriftelijk of elektronisch aan u medegedeeld via uw Beleggingsonderneming. Over het saldo op elke rekening wordt apart rente berekend. De rente wordt achteraf op kwartaalbasis berekend.
3.3 Geld overboeken
U kunt van elke willekeurige rekening geld naar uw rekening bij BinckBank overmaken. U kunt geen contant geld storten of opnemen van uw rekening. BinckBank biedt geen kasfaciliteit.
Als u geld wilt overboeken naar uw effectenrekening geeft u uw bank opdracht een geldbedrag over te boeken naar uw IBAN rekeningnummer. Dit is geen verzamelrekening van Xxxxx, maar uw eigen geldrekening. Binnenkomende bedragen worden iedere twee uur verwerkt door BinckBank. Wanneer u dollars wilt overmaken, geeft u uw bank opdracht een overboeking te doen naar rekening XX00XXXX0000000000 (ABN AMRO Bank), ten name van XxxxxXxxx onder vermelding van uw naam en uw 6-cijferig relatienummer bij BinckBank.
Indien u geld van uw rekening bij BinckBank wenst op te nemen, dient u uw Beleggingsonderneming te verzoeken om geld over te maken naar (één van) uw vaste tegenrekening(en). U wordt geacht met deze opdracht
in te stemmen zodra u uw Beleggingsonderneming een opdracht tot overboeking geeft. XxxxxXxxx maakt slechts geld over naar de vaste tegenrekening die u bij het sluiten van de Cliëntenovereenkomst hebt opgegeven of later hebt gewijzigd conform de hierna volgende procedure.
U kunt uw tegenrekening(en) schriftelijk of digitaal wijzigen. Schriftelijk doet u dit door een ondertekende brief te sturen naar:
BinckBank Professional Services Xxxxxxx 00000
0000 XX Xxxxxxxxx
U kunt uw tegenrekening(en) ook wijzigen via het formulier ‘Wijzigen tegenrekening’ – verkrijgbaar bij uw Beleggings- onderneming. Dit formulier dient u te tekenen en per scan naar uw Beleggingsonderneming te sturen.
3.4 Geld overboeken van een rekening in het buitenland
Heeft u een rekening die bij een buitenlandse bank of een buitenlands filiaal van een Nederlandse bank loopt dan dient u goed te controleren of de bank gebruik maakt van SEPA. Indien de bank gebruik maakt van SEPA kan het bedrag direct worden overgeboekt naar het eigen IBAN rekeningnummer. De buitenlandse bank kan voor de SEPA boeking tevens om de BIC-code vragen. De BIC code is XXXXXX00.
Wanneer de buitenlandse bank (nog) geen gebruik maakt van SEPA of het een overboeking in dollars betreft dienen cliënten de volgende gegevens in de betalingsopdracht te vermelden:
Voor bedragen in euro’s vanaf een bank zonder SEPA: BIC/SWIFT Code: XXXXXX0X
IBAN Nr: IBAN XX00XXXX0000000000
NAW: BinckBank NV
Voor bedragen in US dollars: BIC/SWIFT Code: XXXXXX0X
IBAN Nr: IBAN XX00XXXX0000000000
NAW: BinckBank NV
Als omschrijving dient het zescijferige relatienummer bij BinckBank en de tenaamstelling mee te worden geven. Voor het overboeken van geld van een BinckBank rekening naar een rekening in een ander EU-land, worden door XxxxxXxxx geen kosten in rekening gebracht. Voorwaarde is wel dat de ontvangende instelling voldoet aan bepaalde voorwaarden en dat de klant de IBAN en BIC gegevens (of Swift code) doorgeeft aan BinckBank. Wordt er niet aan bovenstaande voorwaarden voldaan, dan brengt XxxxxXxxx kosten in rekening.
3.5 Geld overboeken tussen geldrekeningen
U heeft de mogelijkheid om, naast de externe tegenrekening(en), een onbeperkt aantal rekeningen als tegenrekening op te geven. Indien de tegenrekening een andere tenaamstelling heeft dan uw rekening bij BinckBank, dan dient u de interne tegenrekening eerst
schriftelijk of digitaal – voorzien van een handtekening – door te geven aan BinckBank. Daarna kan de interne overboeking telefonisch worden doorgegeven aan de Beleggingsonderneming. Indien de tenaamstelling van de ontvangende rekening exact gelijk is aan de tenaamstelling van uw BinckBank rekening, dan kan de interne over- boeking direct telefonisch worden doorgegeven aan de Beleggingsonderneming.
3.6 Valutadatum
Naast de transactiedatum vindt u op uw rekeningafschrift ook de valutadatum. De valutadatum is de datum die geldt voor de renteberekening en kan verschillen van
de transactiedatum. BinckBank maakt voor haar betalingsverkeer gebruik van een aantal banken. De valutadatum die door BinckBank wordt gehanteerd is de door voornoemde banken gehanteerde valutadag. De valutadata van transacties op de NYSE Euronext zijn twee handelsdagen later dan de daadwerkelijke handelsdag (T+2). De valutadata op de Amerikaanse beurs zijn drie handelsdagen later dan de daadwerkelijke handelsdag (T+3). De transacties op de Euronext Liffe hebben een valutadatum die één handelsdag later is (T+1). Voor andere markten kunnen andere valuteringregels gelden.
3.7 Transactiemonitoring
BinckBank is op grond van wet- en regelgeving verplicht om transacties op uw rekening te monitoren. Wanneer de herkomst en/of ratio van een inkomende betaling niet adequaat kan worden vastgesteld, kan BinckBank deze betaling weigeren. Naar aanleiding van de monitoring kan door uw Beleggingsonderneming contact met u worden opgenomen.
4 MARGIN VOOR OPTIES EN FUTURES/ OVERIGE PROCEDURES
Voor ongedekt geschreven opties en voor futures is ter gedeeltelijke afdekking van het risico een
marginverplichting (waarborgsom) vereist. U bent verplicht deze op eerste verzoek aan XxxxxXxxx te voldoen.
De marginverplichting is een borgstelling voor onver- wachte toekomstige koersontwikkelingen, maar biedt geen garantie voor een groter verlies op deze positie. De margin wordt geblokkeerd en wordt ingehouden op de bestedingsruimte. Zodra de optiepositie of futurepositie wordt gesloten of expireert komt de margin te vervallen.
In onderstaande paragraaf wordt de marginberekening uiteengezet voor enkelvoudige optieposities en voor optiecombinaties (tweepotige combinaties). Bij BinckBank gelden de volgende marginregels en marginverlagende optiecombinaties.
4.1 Berekening van de margin voor enkelvoudige optieposities
Ongedekt geschreven call opties
De margin (M) op ongedekt geschreven call opties wordt als volgt berekend:
M= {P + %(2 x S - U)} x C
De uitkomst van de margin mag nooit lager zijn dan onderstaande voorwaarden:
1. P x 1,25 x C
2. {P + 0,50*} x C
* Voor AEX opties geldt een opslag van € 2 ofwel € 200 per contract.
M: Margin
P: Beste laatprijs van de optie tijdens de handelsdag (anders settlementkoers van de optie)
%: Marginpercentage
S: Beste biedprijs van het onderliggende aandeel tijdens de handelsdag (anders slotkoers van het aandeel)
U: Uitoefenprijs van de optie
C: Contractgrootte. In de regel heeft een optie betrekking op 100 aandelen. Voor sommige opties wijkt dit echter af (bijvoorbeeld wanneer de koers van de onderliggende waarde is aangepast als gevolg van een aandelensplitsing).
BinckBank behoudt zich het recht voor om te allen tijde zonder voorafgaande mededeling aan de cliënt het marginpercentage voor opties aan te passen, zonder dat aan de cliënt enige vergoedingverschuldigd is. Het marginpercentage is afhankelijk van de beweeglijkheid van de onderliggende waarde en kan als gevolg daarvan worden aangepast.
Ongedekt geschreven put opties
De margin (M) voor ongedekt geschreven put opties wordt als volgt berekend:
M = {P + %(2 x U - S)} x C
De formule dient aan de volgende voorwaarde te voldoen. De uitkomst van de marginformule mag nooit lager zijn dan de volgende voorwaarden:
1. P x 1,25 x C
2. {P + 0,50*} x C
* Voor AEX opties geldt een opslag van € 2 ofwel € 200 per contract.
M: Margin
P: Beste laatprijs van de optie tijdens de handelsdag (anders settlementkoers van de optie)
%: Marginpercentage
S: Beste biedprijs van het onderliggende aandeel tijdens de handelsdag (anders slotkoers van het aandeel)
U: Uitoefenprijs van de optie
C: Contractgrootte. In de regel heeft een optie betrekking op 100 aandelen. Voor sommige opties wijkt dit echter af (bijvoorbeeld wanneer de koers van de onderliggende waarde is aangepast als gevolg van een aandelensplitsing)
4.2 Optiecombinaties
Call spread en put spread
Het gelijktijdig aanhouden van zowel een gekochte als een geschreven positie in opties van dezelfde optieklasse, van hetzelfde type, met dezelfde expiratiemaand maar
met verschillende uitoefenprijzen is een call of put spread. Indien bij een call spread de gekochte call een lagere uitoefenprijs heeft dan de geschreven call is
de combinatie volledig gedekt en wordt geen margin geblokkeerd. Indien bij een put spread de gekochte put een hogere uitoefenprijs heeft dan de geschreven put is de combinatie volledig gedekt en wordt geen margin geblokkeerd.
Back spread
Indien bij een call spread de gekochte call een hogere uitoefenprijs heeft dan de geschreven call of bij een put spread de gekochte put een lagere uitoefenprijs heeft dan de geschreven put, is dit een back spread. De margin voor een back spread is het verschil tussen de uitoefenprijs van de gekochte en de geschreven positie vermenigvuldigd met de contractgrootte. Uiteraard zal de margin van
de combinatie niet hoger zijn dan de margin die wordt berekend over de enkelvoudig geschreven optie in de combinatie.
Time spread
Een time spread is een call of put spread waarbij de expiratiemaanden van de gekochte en geschreven opties verschillen. Wanneer de geschreven optie eerder expireert dan de gekochte optie, gelden de marginregels die
voor call spreads, put spreads en back spreads worden gehanteerd. Voor een time spread bestaande uit index- en valutaopties geldt bovendien een opslag van € 250 per combinatie. Expireert de gekochte optie eerder dan de geschreven optie dan worden de opties niet als
combinatie gezien en wordt over de geschreven optie de volledige margin berekend.
Straddle
Een straddle is een combinatie van een call en put optie met dezelfde onderliggende waarde, expiratiemaand en uitoefenprijs. U kunt een straddle kopen of schrijven.
Voor een gekochte straddle wordt geen margin berekend. Voor een geschreven straddle gelden de volgende voorwaarden:
1. De margin wordt aangehouden voor de optie – call of put – met de hoogste premie. De margin wordt berekend met behulp van de marginformule die geldt voor een ongedekt geschreven optie.
2. De uitkomst van bovenstaande formule mag nooit kleiner zijn dan de uitkomst van de volgende
formule: (beste laatprijs van de put + beste laatprijs van de call) x 1,25 x C; nabeurs wordt gebruik gemaakt van de beschikbare settlementkoersen.
Strangle
Een strangle is een combinatie van een call en een put optie met dezelfde onderliggende waarde en
expiratiemaand met verschillende uitoefenprijzen waarbij de uitoefenprijs van de put lager is dan de call. U kunt een strangle kopen of schrijven. Voor een gekochte strangle wordt geen margin berekend. Voor een geschreven strangle gelden de volgende voorwaarden:
1. De margin wordt aangehouden voor de optie – call of put – met de hoogste premie. De margin wordt berekend met behulp van de marginformule die geldt voor een ongedekt geschreven optie.
2. De uitkomst van bovenstaande formule mag nooit kleiner zijn dan de uitkomst van de volgende
formule: (beste laatprijs van de put + beste laatprijs van de call) x 1,25 x C; nabeurs wordt gebruik gemaakt van de beschikbare settlementkoers.
Cover
De cover is een combinatie van een geschreven call met de onderliggende waarde in portefeuille. De cover geldt alleen indien de contractgrootte van de optie gelijk
of kleiner is dan de hoeveelheid aandelen in de portefeuille. Er wordt geen margin geblokkeerd op de bestedingsruimte in geval van een cover. Indien gebruik wordt gemaakt van effectenkrediet dan is de maximale dekkingswaarde op de aandelen in cover conform de onderstaande formule.
De maximale dekkingswaarde zal echter nooit meer bedragen dan de reguliere dekkingswaarde op de aandelen:
(80% x (S-P)) x C
S: Beste biedprijs van het onderliggende aandeel tijdens de handelsdag (nabeurs slotkoers)
P: Beste laatprijs van de optie tijdens de handelsdag (nabeurs settlementkoers)
C: Contractgrootte. In de regel heeft een optie betrekking op 100 aandelen
Assignment
Indien een houder van een aandelenoptie gebruik maakt van het recht om de optie uit te oefenen dan wordt de schrijver van de optie verplicht om de aandelen uit
dit contract te leveren of aan te schaffen. De term ‘assignment’ betekent dat de schrijver van de optie wordt aangewezen om tot levering (in geval van een call) of tot aanschaf (in geval van een put) van de onderliggende waarde over te gaan.
Als opties door de koper worden uitgeoefend, ontvangt XxxxxXxxx daarvan de volgende beursdag bericht van
de beurs. XxxxxXxxx wijst vervolgens aan de hand van een ‘at random’ procedure een schrijver aan die aan zijn verplichting tot leveren of kopen moet voldoen.
4.3 Berekening van de margin voor futures
Initial margin
Per future wordt een vast bedrag aan margin geblokkeerd, de ‘initial margin’. BinckBank behoudt zich het recht voor om te allen tijde zonder voorafgaande mededeling aan de cliënt de initial margin voor futures aan te passen, zonder dat aan de cliënt enige vergoeding verschuldigd is.
Variation margin
Naast de initial margin wordt op dagelijkse basis de variation margin (future bijstelling) verrekend. De variation margin is afhankelijk van het aantal punten winst of verlies op uw futurepositie. De variation margins per future
zijn:
AEX Future (FTI):
€ 200 per futurepunt
Dow Jones Eurostoxx 50 Future (FESX):
€ 10 per futurepunt
DAX Future (FDAX):
€ 25 per futurepunt
BOBL Future (FGBM):
€ 10 per 0,01%
BUND Future (FGBL):
€ 10 per 0,01%
Euro Dollar future (FED):
USD 200 per USD 0,01
Dollar Euro future (FDE):
€ 200 per € 0,01
Gedurende de handelsdag wordt de lopende future bijstelling verrekend met de bestedingsruimte op basis van de dan geldende bied-of laatprijs.
4.4 Gebruik van het effectenkrediet als margin Het is mogelijk om de dekkingswaarde op effecten te gebruiken voor de marginverplichting. Over het gebruik van dekkingswaarde voor de marginverplichting wordt geen debetrente berekend. Wel wordt de geblokkeerde margin ingehouden op uw bestedingsruimte. BinckBank biedt u de mogelijkheid automatisch gebruik te maken van krediet op het onderpand van effecten. De effectenkredietfaciliteit vergroot uw bestedingsruimte.
Als gevolg van koersbewegingen kan de hoogte van het effectenkrediet, en daarmee uw bestedingsruimte, variëren. U loopt hierdoor het risico dat uw
bestedingsruimte negatief wordt. Omdat een negatieve bestedingsruimte niet is toegestaan, zal BinckBank u dan verzoeken het tekort binnen vijf handelsdagen (behalve bij futures) aan te zuiveren.
BinckBank adviseert daarom de bestedingsruimte niet volledig te benutten. Daarnaast wordt de
bestedingsruimte beïnvloed door de marginverplichting. Door een eventuele marginverhoging als gevolg van koersbewegingen kan een tekort in uw bestedingruimte ontstaan. Ook zaken zoals het afboeken van
kosten van aanvullende door XxxxxXxxx verstrekte diensten, afboekingen van rente, verhoging van het marginpercentage en het aanhouden van een vreemde valuta geldrekening kunnen de bestedingsruimte negatief beïnvloeden. Vanaf het moment dat een negatieve bestedingsruimte wordt geconstateerd, treedt de tekortenprocedure in werking.
4.5 Procedure expiratiedag
Als houder van een expirerende long positie in een optie biedt XxxxxXxxx de volgende keuzes:
1. opdracht tot exercise;
2. sluiting van de positie op de beurs;
3. expiratieprocedure BinckBank.
De expiratieprocedure BinckBank betekent dat de optie door BinckBank wordt uitgeoefend indien de long optie positie 2% of meer ‘in de money’ is, tenzij marktomstandig- heden anders doen besluiten. De hieruit verkregen aandelen bij uitgeoefende call optie of de geleverde aandelen bij uitgeoefende put optie worden de eerst- volgende handelsdag na expiratie weer verkocht (bij een call) c.q. gekocht (bij een put) bij eerste gelegenheid. Bij een positieve opbrengst ontvangt u als cliënt 75% van
de opbrengst. Het geldbedrag wordt in de week na de expiratiedatum op uw geldrekening gestort.
De 25% inhouding door BinckBank is een vergoeding voor de administratieve handelingen en risicopremie.
Bij indexopties vindt geen fysieke levering plaats. De winst of verlies wordt na de expiratie van de optie afgerekend tegen de expiratiekoers. Dit gebeurt op basis van contante verrekening (cash settlement). Contante verrekening betekent verrekening van het verschil tussen de expiratiekoers en de uitoefenprijs van de indexoptie.
4.6 Afwijkende expiratieprocedure BOBL (FGBM) en BUND (FGBL) future
Voor bovenstaande Eurex futures geldt een afwijkende expiratieprocedure. Deze futures hebben bij afwikkeling een fysieke levering van de onderliggende waarde. Het is bij BinckBank niet toegestaan om de future positie middels fysieke levering af te laten wikkelen. Om fysieke levering te voorkomen, wordt u verplicht om uw future positie door te rollen dan wel te sluiten voor de door
BinckBank gestelde deadline. Mocht na het verstrijken van de deadline nog posities openstaan in een expirerende future, dan heeft XxxxxXxxx het recht over te gaan tot het sluiten van de positie middels een bestens order op uw rekening. BinckBank is niet aansprakelijk voor de prijs die gemaakt wordt bij het sluiten van de positie. Een eventueel nog lopende order in de positie wordt door BinckBank geroyeerd.
Leverings- en betalingsdatum
Op de 10e kalenderdag van de maand is de leverings- en betalingsdatum. Indien de 10e geen handelsdag is, dan is het de eerstvolgende handelsdag.
Laatste handelsdag
De laatste handelsdag bij BinckBank is drie handelsdagen voor de leverings-en betalingsdatum. Nog openstaande posities in Eurex futures sluit BinckBank op de laatste Eurex-handelsdag, te weten twee handelsdagen voor de leverings- en betalingsdatum. Hiervoor wordt € 50 in rekening gebracht.
4.7 Aanwijzing van opties (assignment)
Als opties door de koper worden uitgeoefend, ontvangt XxxxxXxxx daarvan de volgende beursdag bericht van
de beurs. XxxxxXxxx wijst vervolgens aan de hand van een ‘at random’ procedure een schrijver aan die aan zijn verplichting tot leveren of kopen moet voldoen.
Let op! De eventueel te leveren aandelen dienen per vorige handelsdag geleverd te worden. Dit is met name van belang op ex-dividend datum. U kunt worden aangewezen door XxxxxXxxx op ex-dividend datum, echter dient u de aandelen – bij een call optie – te leveren per vorige handelsdag inclusief het dividend. Uw Beleggingsonderneming wordt op de hoogte gesteld van een aanwijzing van uw optie(s). Heeft u een call optie geschreven dan dient u de onderliggende waarde te leveren tegen de uitoefenprijs. Heeft u als schrijver van de call optie de onderliggende waarde niet in bezit, dan koopt BinckBank de aandelen automatisch terug door middel van een bestens order aan. Wordt u aangewezen op een put optie dan krijgt u de onderliggende waarde tegen de uitoefenprijs in uw bezit. Houdt u er rekening mee dat u voor openstaande geschreven aandelenopties vrijwel altijd wordt aange- wezen indien de opties bij sluiting van de beurs op expiratiedag ‘in the money’ zijn.
5 TEKORTENPROCEDURE
5.1 Tekortenprocedure
Dagelijks gaat XxxxxXxxx na of uw bestedingsruimte voldoende is om uw debetstand en/of uw verplichtingen te dekken. Uw bestedingsruimte dient te allen tijde een positief saldo te vertonen. Een negatieve bestedings- ruimte is niet toegestaan. Als u een negatieve bestedings- ruimte heeft, geeft XxxxxXxxx u de gelegenheid om dit tekort binnen vijf handelsdagen na het constateren van het tekort aan te zuiveren. Hierbij hanteert BinckBank de volgende tekortenprocedure:
• Elke dag na sluiting van de beurs wordt op basis van slot-en settlementkoersen bepaald of uw rekening een positieve of negatieve bestedingsruimte vertoont. Dit is een momentopname waarbij op dat moment de bestedingsruimte vastgesteld wordt. Als uw rekening een tekort aan bestedingsruimte vertoont informeert de Beleggingsonderneming u op de eerste beursdag over dit tekort. Dagelijks wordt uw rekening na sluiting van de beurs gecontroleerd. Dit moment zal bepalend zijn voor de vraag of die dag sprake is geweest van een negatieve bestedingsruimte.
• In de tekortenmededeling aan uw Beleggingsonderne- ming staat dat u het tekort binnen vijf handelsdagen (behalve bij futures) na het constateren van het tekort dient aan te zuiveren om het sluiten van (een deel van) de portefeuille te voorkomen. Als er op deze datum nog steeds een tekort wordt geconstateerd, gaat XxxxxXxxx op deze dag vanaf 15.00 uur, tenzij anders vermeld in het tekortenbericht aan uw Beleggingsonderneming, over tot het sluiten van posities om het tekort aan te zuiveren. Als u een bedrag overmaakt, adviseren wij u rekening te houden met de duur van de overboeking en zorg te dragen voor enige marge.
• Op de laatste dag van de tekortenprocedure houdt BinckBank rekening met lopende overboekingen. U kunt hiervoor een print screen van uw overboeking in het rekeningoverzicht toesturen van een derde bank. Op dit overzicht dient het bedrag, uw naam en uw rekeningnummer bij BinckBank en de datum van
overboeking te zijn opgenomen. Deze dient voor 15:00 uur, tenzij anders vermeld op het tekortenbericht van uw beleggingsonderneming, op de laatste dag van de tekortenprocedure zijn ontvangen.
• De tekortenprocedure blijft onverkort van kracht ook als uw Beleggingsonderneming om welke reden dan ook de tekortenberichten niet heeft ontvangen.
5.2 Tekortenprocedure bij futurehandel
Als uw rekening na sluiting van de beurs een negatieve bestedingsruimte vertoont en u één of meerdere futureposities aanhoudt, treedt de ‘tekortenprocedure bij futurehandel’ in werking. Het maakt daarbij geen verschil op welke beurs u een futurepositie heeft.Procedure om uw bestedingsruimte te beoordelen:
• Elke dag voor de opening van de Nederlandse beurs wordt bepaald of uw rekening een positieve of nega- tieve bestedingsruimte vertoont (eerste handelsdag). Als uw rekening op dat moment een tekort vertoont en u heeft één of meerdere futureposities in uw porte- feuille dan dient het tekort op de volgende handelsdag aangezuiverd te zijn.
• Als de bestedingsruimte op uw effectenrekening negatief is, ontvangt uw Beleggingsonderneming een tekortenbericht. In het tekortenbericht staat voor welke datum en tijdstip u het tekort moet aanzuiveren om gedwongen sluiting van (een deel van) de portefeuille te voorkomen.
• Als er op de tweede handelsdag nog steeds een tekort wordt geconstateerd, gaat XxxxxXxxx op deze dag vanaf
15.00 uur, tenzij anders vermeld in het tekortenbericht, over tot het sluiten van posities om het tekort aan te zuiveren. Dit kunnen futureposities zijn, maar ook an- dere posities.
5.3 Uitzondering
BinckBank behoudt zich het recht voor om bij constatering van een tekort – in afwijking van de hier eerder beschre- ven procedures – eerder tot het sluiten van posities in de portefeuille (of een gedeelte hiervan) over te gaan.
Dit kan ook het geval zijn indien BinckBank u al heeft verzocht om het tekort binnen uiterlijk twee handelsdagen (tekortenprocedure futurehandel) respectievelijk vijf handelsdagen (tekortenprocedure) aan te zuiveren. Een dergelijke situatie kan zich voordoen indien als gevolg van een plotselinge grote koersdaling de waarde van de portefeuille zodanig is afgenomen dat het tekort niet of in beperkte mate kan worden aangezuiverd middels het sluiten van posities.
6 ZEKERHEDEN
6.1 Bewaarfunctie
Ter bescherming van uw financiële instrumenten is één van de hierna volgende beschermingsmaatregelen van toepassing:
1. De financiële instrumenten worden bewaard via het regime van de Wet giraal effectenverkeer (Wge);
2. De financiële instrumenten worden bewaard door Bewaarbedrijf BinckBank B.V.
Effecten binnen de Wet giraal effectenverkeer
Sinds 1 januari 2011 vallen alle effectendie door beleggers via een effectenrekening bij banken worden aangehouden, onder de beschermende werking van de Wge, tenzij een bank ervoor kiest om effecten via een speciaal hiervoor opgerichte entiteit, een bewaarbedrijf, aan te houden.
Vóór januari 2011 vielen buitenlandse effecten niet onder de bescherming van de Wge.
BinckBank bewaart heden alle effecten die zijn genoteerd op één van de Euronext beurzen, futures via het regime van de Wge en zal zo spoedig mogelijk ook andere effecten, via het systeem van de Wge gaan bewaren.
Op het moment dat ‘Wge effecten’ zijn geleverd geldt de cliënt, op wiens effectenrekening de effecten zijn bijgeschreven, als mede-eigenaar van de betreffende effecten in het door BinckBank beheerde verzameldepot. Alle cliënten die deze stukken in bewaring hebben, verkrijgen tezamen en naar evenredigheid van ieders tegoed het collectieve eigendom van het verzameldepot,
d.w.z. van alle in bewaring zijnde effecten van het betreffende fonds. U loopt vanaf het tijdstip van levering geen risico bij een faillissement van BinckBank omdat de rechten op deze effecten een rechtstreekse vordering betreft op het verzameldepot.
Effectenbewaard via Bewaarbedrijf BinckBank B.V. Effecten die niet via het regime van de Wge bewaard worden, worden niet geleverd aan BinckBank maar aan
Bewaarbedrijf BinckBank B.V. (hierna; ‘Bewaarbedrijf’). De cliënt, op wiens effectenrekening de effecten zijn bijgeschreven, heeft na de levering een vordering op het Bewaarbedrijf. De enige activiteit van het Bewaarbedrijf is het bewaren van effecten voor cliënten van BinckBank. Andere activiteiten zijn uitdrukkelijk verboden waardoor het risico dat het Bewaarbedrijf failliet gaat vrijwel is
uitgesloten. XxxxxXxxx is hoofdelijk aansprakelijk voor alle verplichtingen van het Bewaarbedrijf jegens de cliënten.
Indien BinckBank failliet gaat, blijft uw vordering op het Bewaarbedrijf buiten het faillissement en kunt u de effecten zonder problemen overboeken naar (het bewaarbedrijf van) een andere bank.
Heden bewaart BinckBank de volgende effecten nog via het Bewaarbedrijf; alle effecten die niet op één van de Euronext beurzen genoteerd zijn. BinckBank zal zo spoedig mogelijk deze effecten (bv. andere buitenlandse effecten) via het regime van de Wge gaan bewaren.
Na deze overgang vallen deze effecten onder de hiervoor genoemde beschermingsmaatregel.
Derivaten
Hoe is de bescherming van uw derivaten geregeld?
Per 1 april 2016 is deze bescherming geregeld in de Wet giraal effectenverkeer. Door deze wijziging is er ook een afgescheiden vermogen voor derivatenposities en de daarbij door u gegeven zekerheden. Voor 1 april 2016 vielen deze posities en zekerheden bij een eventueel faillissement in de failliete boedel.
Hoe werkt deze nieuwe wettelijke bescherming?
Om te begrijpen hoe de wettelijke bescherming werkt, leggen wij u eerst uit hoe de verschillende posities heten als u ons een opdracht geeft voor een derivatentransactie. Als u aan ons een order geeft voor bijvoorbeeld beursgenoteerde opties of futures, gaan wij
in uw opdracht en voor uw rekening en risico derivatentransacties aan met derde partijen. Voor deze transacties moet u ons soms zekerheden geven. In welke gevallen dit moet blijkt uit de voorwaarden. U mag ons deze zekerheden geven in de vorm van geld of beleggingen op uw rekening. Deze derivatentransactie leidt tot een positie (rechten en verplichtingen), die we hierna een cliëntpositie noemen. Wij gaan voor deze
cliëntpositie - als tussenpersoon - een overeenkomst aan met een derde partij. De positie in de administratie van die derde partij, die het gevolg is van de overeen-
komst tussen ons en die derde partij, wordt de corresponderende positie genoemd. Dit komt omdat deze positie het spiegelbeeld is van de cliëntpositie. Uw rechten en verplichtingen uit de derivatentransacties en de eventueel door u gegeven zekerheden vallen in ons afgescheiden derivatenvermogen. Wij houden in onze administratie bij welke cliëntposities overeenkomen met welke corresponderende posities en dat wij deze posities administreren als derivatenvermogen.
Er zijn vervolgens twee manieren waarop uw derivaten wettelijk zijn beschermd tegen een faillissement vanBinck.
(1) De curator kan in het geval Xxxxx failliet is gegaan, de posities (cliëntposities en corresponderende posities) samen met de door u gegeven zekerheden, aan een andere bank overdragen. Op die manier blijven uw derivatentransacties in stand en zal u de
betreffende derivatentransacties bij die andere bank kunnen voortzetten.
(2) De andere mogelijkheid is dat uw vordering uit hoofde van de cliëntpositie wordt teruggehaald uit (verhaald op) de corresponderende positie.
Wat gebeurt er als een curator bij een faillissement uw derivaten niet kan laten overdragen?
Indien de curator de derivaten en uw zekerheden niet kan overdragen, bijvoorbeeld omdat er geen partij is die de posities wil of kan overnemen, zal de curator hoogst- waarschijnlijk uw derivatentransacties beëindigen. Ook om andere redenen kan uw cliëntpositie worden beëindigd voor de beoogde einddatum (closing out). Er wordt dan een eindafrekening gemaakt. Het zou dan kunnen dat u niet al uw geld terug krijgt ingeval bij de eindafrekening een positief saldo resteert. De reden hiervoor is dat uw vordering wordt voldaan uit de transactie die wij met
een derde partij zijn aangegaan. Hierbij wordt uw positie beschermd, maar de door u gestorte zekerheden worden slechts beschermd voor de zekerheid die wij bij een derde gestort hebben. Als er een vordering over is, krijgt u een restvordering (in geld) op de failliete boedel en op onze corresponderende positie.
6.2 Beleggerscompensatie- en depositostelsel
Depositogarantiestelsel
De particuliere rekeninghouder krijgt volgens het depositogarantiestelsel bescherming als een bank niet meer aan haar verplichtingen kan voldoen (bijvoorbeeld in geval van faillissement). Het depositogarantiestelsel garandeert een bedrag van € 100.000 per persoon per instelling (ongeacht het aantal rekeningen). In het geval van een en/of rekening van twee personen geldt dit per persoon.
Beleggerscompensatiestelsel
In de situatie dat financiële instrumenten niet kunnen worden teruggegeven bent u verzekerd voor een bedrag tot maximaal € 20.000 per rekening. Voor een en/of rekening gelden dezelfde bedragen (dus niet twee keer de bedragen).
6.3 Toezicht
BinckBank staat onder toezicht van De Nederlandsche Bank, de Autoriteit Financiële Markten en is geregistreerd als deelnemende instelling aan het Klachteninstituut Financiële Dienstverlening.
6.4 Klachtenprocedure
Als u een klacht heeft over de dienstverlening van XxxxxXxxx als beschreven in de Cliëntenovereenkomst, verzoeken wij u dit zo snel mogelijk aan ons kenbaar
te maken. U kunt dit doen door het indienen van een schriftelijke klacht aan:
BinckBank Professional Services Xxxxxxx 00000
0000 XX Xxxxxxxxx
Klachtencommissie KiFid
BinckBank is als deelnemende financiële instelling onderworpen aan het Reglement van het Klachteninstituut Financiële Dienstverlening (KiFid). Voordat u bij het Klachteninstituut schriftelijk een klacht kunt indienen, moet deze eerst aan BinckBank zijn voorgelegd. Als voor uw klacht geen passende oplossing komt, kunt u deze klacht voorleggen aan een geschillencommissie.
Voor het indienen van een klacht gelden onder andere de volgende termijnen:
1) de klacht moet binnen een jaar na het moment waarop u van de feiten kennis heeft genomen of redelijkerwijs had kunnen nemen, worden voorgelegd aan BinckBank
2) de klacht moet binnen drie maanden nadat geen overeenstemming met XxxxxXxxx is bereikt, worden voorgelegd aan de Klachtencommissie
De termijnen worden strikt toegepast.
Op xxx.xxxxx.xx vindt u de voorwaarden waaraan uw klacht moet voldoen om deze in te kunnen dienen bij de Klachtencommissie en kunt u een klachtenformulier downloaden.
7 ADRESSEN
Adres:
BinckBank Professional Services Xxxxxxx Xxxxxxxxxxx 000
0000 XX Xxxxxxxxx
Postadres:
BinckBank Professional Services Xxxxxxx 00000
0000 XX Xxxxxxxxx
8 KENMERKEN VAN FINANCIËLE INSTRUMENTEN EN DAARAAN VERBONDEN SPECIFIEKE RISICO’S
Het doel van dit hoofdstuk is u op hoofdlijnen een beeld te geven van de essentiële kenmerken van financiële instru- menten en de daaraan verbonden risico’s. Dit hoofdstuk kan niet alle kenmerken van alle financiële instrumenten en de daaraan verbonden risico’s beschrijven. De in- formatie in dit artikel is niet op uw persoonlijke situatie toegesneden en geeft geen uitputtende beschrijving van de voor u geldende rechten en plichten aangaande beleg- gingen in financiële instrumenten.
Aan alle vormen van beleggen zijn risico’s verbonden. Binck wijst erop dat de beleggingen in financiële instrumenten bijzondere risico’s met zich meebrengen vanwege hun specifieke kenmerken. Deze risico’s zijn afhankelijk van de aard van de belegging. Een belegging kan in meer of mindere mate speculatief zijn. Soms kunt u alleen uw inleg verliezen, maar het is ook mogelijk om
meer dan uw inleg te verliezen, bijvoorbeeld als u in opties en futures belegt.
Meestal geldt dat een belegging met een hoger verwacht rendement grotere risico’s met zich mee brengt.
Ingeval de kenmerken van de financiële instrumenten waarin u wenst te beleggen niet in dit hoofdstuk staan beschreven, dient u zich van de beleggingsrisico’s van deze financiële instrumenten op de hoogte te stellen. Xxxxx raadt u aan om gebruik te maken van de informatie die middels de Essentiële Beleggersinformatie, prospectussen, jaarrekeningen, berichten over corporate actions enzovoorts beschikbaar komen. Met behulp van deze informatie zou u het risico van het financiële instrument kunnen beoordelen in relatie tot uw persoonlijke financiële situatie om hiermee vervolgens een afweging te maken voor uw beleggingsbeslissingen. Xxxxx beperkt zich tot het uitvoeren van orders en geeft daarbij geen advies.
Beleggingsfondsen
Door te beleggen in een beleggingsfonds kunt u een spreiding van uw beleggingsportefeuille bereiken die anders slechts met een aanzienlijk groter vermogen te bereiken valt. Met behulp van een beleggingsfonds heeft u tevens de mogelijkheid om in financiële instrumenten te beleggen die voor de particuliere beleggers doorgaans niet beschikbaar zijn. De wijze waarop de fondsbeheerder de beleggingsportefeuille samenstelt staat uitgebreid beschreven in het desbetreffende prospectus. De fondsbeheerder van een beleggingsfonds stelt een portefeuille samen binnen een vooraf vastgestelde verdeling over de verschillende beleggingscategorieën zoals liquide middelen, aandelen, obligaties, vastgoed en grondstoffen.
Het aanbieden van beleggingsfondsen komt tot stand via een gereglementeerde beurs en buiten de beurs om.
Dit onderscheid wordt aangeduid als beursgenoteerde en niet beursgenoteerde beleggingsfondsen. Daarnaast
kan onderscheid worden gemaakt in open-end- en closed- end beleggingsfondsen. Een open-end beleggingsfonds heeft de mogelijkheid om nieuwe aandelen uit te geven op het moment dat er nieuw geld in het beleggingsfonds stroomt. De waarde van een open-end beleggingsfonds handelt rondom de intrinsieke waarde. Een closed-end beleggingsfonds heeft niet de mogelijkheid om nieuwe aandelen uit te geven waardoor de koers afhangt van de vraag en het aanbod op de financiële markt. Voor closed- end beleggingsfondsen is het van belang om gebruik te maken van limiet-orders. Hierdoor wordt voorkomen dat er een transactie tot stand komt tegen een onverwacht hoge of lage koers.
Het risico van een beleggingsfonds is sterk afhankelijk van de doelstelling die het fonds heeft. U zult vooraf
een inschatting moeten maken over de risico’s van een beleggingsfonds alvorens u daarin belegd. Voor een beleggingsfonds kan gelden dat u de volledige inleg verliest.
Tevens kan het fonds wel of niet gebruik maken van geleend geld om de beleggingen te financieren.
Een dergelijke constructie vergroot doorgaans de koersfluctuaties van het beleggingsfonds.
Posities in niet beursgenoteerde beleggingsfondsen kunnen in bepaalde gevallen uitsluitend verkregen worden door voorinschrijvingen. Dit houdt in dat er geen directe levering tegenover de betaling staat. Beleggers die zich voorinschrijven op een niet beursgenoteerd beleggingsfonds dienen in acht te nemen dat hier een verhoogd kredietrisico aan verbonden is, doordat er geen directe levering tegen betaling plaatsvindt. Het risico bestaat dat de uitgevende instelling failliet gaat tussen de periode van voorinschrijving en de uiteindelijke levering van de posities.
Het bedrag dat voor de voorinschrijving is gereserveerd om de levering van de positie te bekostigen komt dan in de failliete boedel van de uitgevende instelling. In dat geval kunnen aan Cliënt geen aandelen in het beleggingsfonds worden geleverd, maar blijft de betalingsverplichting van Client evenwel bestaan. XxxxxXxxx aanvaardt geen aansprakelijkheid indien zich dit risico realiseert.
Nadere informatie over een specifiek beleggingsfonds kunt u vanaf 1 juli 2012 terugvinden in het document ‘Essentiële Beleggersinformatie’. De Essentiele Beleggersinformatie beschrijft op beknopte wijze en in niet-technische woorden de beleggingspropositie die de beleggingsinstelling aan de belegger aanbiedt.
Alle gereguleerde beleggingsinstellingen in Nederland moeten de Essentiële Beleggersinformatie beschikbaar hebben. De Essentiële Beleggersinformatie vervangt de Financiële Bijsluiter die we in Nederland tot nu toe kennen voor beleggingsinstellingen. Binck verkrijgt de
Essentiële Beleggersinformatie van de aanbieder van een beleggingsfonds. Het kan voorkomen dat een aanbieder geen Essentiële Beleggersinformatie heeft opgesteld. Dit kan bijvoorbeeld het geval zijn bij een beleggingsfonds uit het buitenland waar de aanbieder niet verplicht is om Essentiele Beleggersinformatie op te stellen.
Obligaties
Een obligatie is een schuldbewijs uitgegeven door een overheidsinstelling of onderneming. De koper van een obligatie leent de uitgever van een obligatie een bedrag tegen een van te voren overeengekomen periode tegen een vastgestelde rentepercentage. Een uitzondering hierop is de zero-coupon obligatie. Deze obligatie keert geen rente gedurende de looptijd uit. Het rendement op deze obligaties wordt verkregen uit het verschil tussen de aanschafkoers en de latere aflossingskoers.
Er bestaat een grote variëteit aan soorten obligaties. Naast de meer traditionele obligaties bestaan bijzondere vormen van obligaties met een complex karakter (complexe obligaties).
Dat karakter kan betrekking hebben op de wijze van rentebetaling, de wijze van aflossing, de wijze van uitgifte en bijzondere leningsvoorwaarden. Het rendement op de obligatie kan bijvoorbeeld (mede) afhankelijk worden gesteld van de geldende
rentestand (voorbeelden zijn surplusobligaties en rente- indexobligaties) of van de winst van de instelling die de obligatie heeft uitgegeven (zoals winstdelende obligaties en inkomstenobligaties). Gezien de bijzondere risico’s van complexe obligaties kunnen zij in het algemeen niet als vastrentende waarden worden beschouwd.
Een belegging in obligaties draagt risico’s met zich mee. Het risico van de obligatie komt tot uitdrukking in de geldende marktrente en de kredietwaardigheid van
de uitgevende instelling. Een stijgende marktrente zal doorgaans een daling van de koers van de obligatie tot gevolg hebben en vice versa. Bij een daling van de
kredietwaardigheid van de uitgevende instelling loopt u een groter risico dat niet wordt voldaan aan de betaling van rente en aflossing van de obligatie. Dit heeft eveneens een koersdaling tot gevolg. Ingeval van een faillissement zal een obligatiehouder worden vooropgesteld aan
de aandeelhouder bij een eventuele uitkering aan de schuldeisers. Desondanks bestaat ook bij een belegging in obligaties het risico dat uw gehele inleg verloren gaat.
Complexe obligaties bieden in het algemeen het vooruitzicht op een hoger (coupon)rendement dan traditionele obligaties, maar daar staat tegenover dat aan complexe obligaties ook hogere risico’s zijn verbonden dan aan traditionele obligaties.
Een perpetuele obligatie karakteriseert zich als een eeuwigdurende lening waardoor aflossing van de lening onzeker is. Het risico bestaat dat de couponrente van de perpetuele obligatie tijdelijk of structureel lager ligt dan op traditionele obligaties van dezelfde of vergelijkbare uitgevende instellingen. Indien bijvoorbeeld de koers van
bestaande obligaties daalt omdat bij nieuwe obligaties een hogere couponrente wordt geboden, zal het daardoor veroorzaakte koersverlies van een perpetuele obligatie hoger zijn dan het koersverlies van een traditionele obligatie, omdat bij de perpetuele obligatie niet het vooruitzicht bestaat dat de lening zal worden afgelost en dan tegen een beter rendement kan worden herbelegd.
Daarnaast brengt het eeuwigdurende karakter van perpetuele obligaties mee dat de looptijd langer kan uitvallen dan bij traditionele obligaties, waardoor een groter debiteurenrisico wordt gelopen.
Aan achtergestelde obligaties is een groot debiteurenrisico verbonden, omdat de houder van een achtergestelde obligatie bij een eventueel faillissement van de uitgevende instelling in een veel slechtere positie verkeert dan de houder van een traditionele obligatie, die als concurrent crediteur kan opkomen.
Aan obligaties met een (direct dan wel later ingaande) variabele rentevoet, zoals “floating rate notes” en “steepeners”, is het risico verbonden dat de couponrente op een gegeven moment lager uitvalt dan verwacht, hetgeen niet alleen leidt tot een lager rendement maar tevens tot koersverlies.
Converteerbare obligaties
De meest gangbare converteerbare obligatie is een obligatie die gedurende de zogenaamde conversieperiode tegen de conversiekoers onder bepaalde voorwaarden (meestal op verzoek van de belegger) kan worden omgewisseld tegen aandelen. Er wordt een onderscheid gemaakt naar “convertibles” en “reverse convertibles”.
Een convertible biedt het recht om aan het eind van de looptijd de obligatie om te wisselen tegen een vooraf vastgestelde hoeveelheid aandelen. De houder van een “reverse convertible” heeft de verplichting, indien de uitgevende instelling gebruik maakt van dit recht, om een vooraf vastgestelde hoeveelheid aandelen te kopen tegen een bepaalde prijs.
De converteerbare obligatie vertoont kenmerken van zowel een obligatie als van een aandeel. Voor de
xxxxxx’x wordt derhalve verwezen naar de risico’s die zijn verbonden aan deze financiële instrumenten. De reverse convertible heeft een verhoogd risico in zich omdat de belegger verplicht kan worden aandelen te kopen en het moment waarop de belegger aan die verplichting wordt gehouden buiten zijn macht ligt.
Aandelen
Aandelen zijn deelnemingen in het aandelenkapitaal van een vennootschap. De aandeelhouder krijgt stemrecht in de onderneming en (meestal) recht op dividend.
De koers van het aandeel zal sterk fluctueren naarmate de winstverwachtingen van onderneming onzeker zijn. De koers is met name afhankelijk van macro-economische ontwikkelingen, nieuws over bedrijf en/of de sector en het dividendbeleid. De opbrengst van een aandeel zal per type onderneming sterk verschillen. Aandelen bieden daarbij een onzeker rendement waarbij u de kans loopt uw gehele inleg te verliezen. Ingeval van een faillissement worden de aandeelhouders achtergesteld aan de overige schuldeisers.
Certificaten van aandelen
Certificaten van aandelen zijn financiële instrumenten die originele aandelen vertegenwoordigen. De aandelen
zelf zijn meestal in beheer bij een administratiekantoor. Certificaathouders zijn als het ware deelgerechtigd in de onderliggende aandelen. Niet alle rechten die aan aandelen verbonden zijn, zijn ook van toepassing op certificaten van aandelen. Vaak is bijvoorbeeld het aan aandelen verbonden stemrecht beperkt.
De risico’s van certificaten zijn in principe dezelfde als de risico’s die verbonden zijn aan gewone aandelen.
Opties en futures
Opties en futures (maar ook bijvoorbeeld sprinters en turbo’s) worden ook wel ‘derivaten’ genoemd, omdat deze financiële instrumenten zijn afgeleid van de koers van een onderliggende waarde (meestal een aandeel, index of grondstof).
Opties
Een optie is een contract waarbij de partij die de optie verstrekt (de “schrijver”) aan zijn wederpartij het recht toekent om een onderliggende waarde, bijvoorbeeld een pakket aandelen, gedurende of aan het einde van een overeengekomen periode te kopen (we spreken dan van een “call-optie”) of te verkopen (we spreken dan van een “put-optie”) tegen een prijs die van te voren is bepaald of waarvan overeengekomen is op welke wijze deze bepaald zal worden. Voor dit recht betaalt de wederpartij meestal een premie aan de schrijver. De premie van de optie is veelal een fractie van de waarde van de onderliggende waarde. Hierdoor leidt een koersschommeling van de onderliggende waarde tot grotere winsten of verliezen voor de houder van een optie (de zogenaamde hefboomwerking).
Gekochte (long) opties
De koper van een optiecontract heeft het recht (niet de verplichting) om gedurende of aan het eind van een
bepaalde periode een hoeveelheid van een onderliggende waarde te kopen (call-optie) of te verkopen (put-optie) tegen een vooraf overeengekomen prijs. Voor het recht dat de koper van een optie verkrijgt, betaalt de koper een premie.
Het verlies voor de koper van een optie is beperkt tot de betaalde premie. Door de hefboomwerking van de optie zal de waarde ervan echter wel sterk fluctueren. Het risico om uw inleg te verliezen is groter dan bij een investering in hetzelfde onderliggende aandeel. De kans om de inleg volledig te verliezen neemt toe naarmate de uitoefenprijs hoger is ingeval van een call-optie of lager is ingeval van een put-optie.
Geschreven (short) opties
Een schrijver van een optie neemt de verplichting (geen recht) op zich om de onderliggende waarde te leveren (schrijver van call-optie) of af te nemen (schrijver van put-optie) tegen de afgesproken prijs. Hij heeft dus leveringsplicht of ontvangstplicht, waarvoor de schrijver een premie ontvangt. Om er zeker van te zijn dat een schrijver aan zijn verplichtingen kan voldoen, dient de schrijver zekerheid (margin) te stellen.
De margin die de schrijver van een optie dient aan te houden geeft enige dekking voor koersverliezen maar sluit niet uit dat er een groter verlies optreedt dan de grootte van het marging bedrag. De schrijver van een optie kan te maken krijgen met (onbeperkte) verliezen, die vele malen groter kunnen zijn dan de ontvangen premie. Naast het schrijven van een optie met een bijbehorende margin verplichting als dekking is het ook mogelijk om (deels) gedekte call-opties te schrijven, bijvoorbeeld door call- opties te schrijven op aandelen die in portefeuille zijn.
Future
Een future is een termijncontract waarbij zowel de koper als de verkoper zich verplicht om een
vastgestelde hoeveelheid van de onderliggende waarde (aandelenindex, obligatieleningen, aardappels etc) te kopen dan wel te verkopen. De afwikkeling van een future is ofwel op basis van fysieke levering of op basis van cash settlement (contante verrekening). Ingeval van fysieke levering verplicht men zich om de onderliggende waarde daadwerkelijk te leveren aan de tegenpartij. Ingeval van cash settlement vindt er een verrekening plaats op basis van de settlementkoers op de dag van expiratie. Voor de verplichtingen die voortvloeien uit een futurepositie moet een margin gestort worden. Deze margin wordt elke dag na beurs door een bijstelling gecorrigeerd voor koers mutaties.
Bij het aangaan van een future hoeft maar een gering deel van de werkelijke waarde te worden gestort, de zogenaamde margin. Een beperkte koersschommeling kan echter tot grote verliezen (of winsten) leiden (=hefboomwerking). De margin die de belegger in futures dient te storten geeft enige dekking voor koersverliezen maar sluit niet uit dat er een groter verlies optreedt dan de grootte van het marginbedrag. Het verlies op een termijncontract kan aanzienlijk zijn. Het verlies hoeft niet beperkt te zijn tot de inleg. Zorgvuldig afgewogen dient te worden of dergelijke transacties voor u geschikt zijn, mede gelet op uw financiële positie en het doel van de belegging.
Warrant
De warrant vertoont de kenmerken van een optiecontract met als belangrijkste verschil dat de warrant niet wordt uitgegeven door de beurs maar door de onderneming of overheidsinstelling. Dit heeft als gevolg dat het niet mogelijk is om short te gaan in warrants posities.
De risico’s die zijn verbonden aan een warrant zijn vergelijkbaar met de risico’s die zijn verbonden aan het kopen van opties. In hoeverre de uitgevende instelling kan voldoen aan de betalingsverplichting bepaalt het verschil tussen het risico van een optie en een warrant. Dit brengt mee dat een belegging in warrants geheel verloren kan gaan, bijvoorbeeld indien de uitgevende instelling failliet gaat. Bij warrants is dus sprake van een verhoogd krediet risico in vergelijking met opties die door de beurs worden uitgegeven.
Trackers
Trackers zijn beleggingsproducten die een bepaalde index volgen. Een tracker met een fysieke structuur zou beschouwd kunnen worden als een beleggingsfonds waarin de aandelen van een index in een gelijke verhouding zijn opgenomen. Een tracker met een synthetische structuur kan beschouwd worden als een beleggingsfonds dat middels een derivatenconstructie (juridisch contract of (OTC) derivaat) een bepaalde index nabootst. Trackers combineren de voordelen van aandelen met die van een beleggingsfonds, omdat ze wel de spreiding bieden die een beleggingsfonds biedt, maar in tegenstelling tot beleggingsfondsen (en net als aandelen) de hele dag verhandelbaar zijn. Een tracker
probeert zo nauwkeurig mogelijk dezelfde onderliggende waarde en weging als de index waar de tracker betrekking op heeft aan te houden.
De risico’s zijn bij trackers kleiner dan bij aandelen aangezien de tracker een index volgt en niet één bepaald aandeel. Indien de koers van de index daalt, zal de koers van een tracker die de index volgt ook dalen. In principe zijn de risico’s van trackers gelijk aan de risico’s van de onderliggende waarden waarin belegd wordt (de risico’s van een fysieke tracker op de AEX zijn gelijk aan de risico’s van een rechtstreekse belegging in de AEX). Hierop zijn twee uitzonderingen: (i) Bij synthetische trackers bestaat een zogenaamd tegenpartij risico. Op het moment dat de partij die zich via de swapconstructie verplicht heeft de performance van de te volgende index te leveren failliet zou gaan, zou de waarde van de tracker flink kunnen dalen. Dit risico zou eventueel beperkt kunnen worden door het onderpand dat al dan niet bedongen is als onderdeel van de swapconstructie. (ii) Het uitlenen
van effecten. Fondsmanagers kunnen de financiële instrumenten verbonden aan de fysieke trackers (onderliggende waarden) uitlenen aan derden. De (leen)opbrengst die hier tegenover staat wordt vaak gedeeld tussen fondsmanager en belegger, maar het risico dat hiermee gepaard gaat, komt volledig voor rekening van de belegger. Net als bij de synthetische variant kan het risico worden beperkt door het bedingen van een onderpand, maar dat neemt het risico van eventuele waardevermindering van de tracker niet weg. Bovengenoemde risico’s gelden overigens ook voor de meeste beleggingsfondsen aangezien die bijna allemaal
de mogelijkheid hebben om met synthetische constructies te werken en/of effecten uit te lenen.
Structured products
Structured products zijn door banken uitgegeven effecten met een bepaalde vaste looptijd. Terugbetaling van de hoofdsom op de einddatum en de tussentijdse betalingen zijn gebonden aan externe factoren zoals de koers van een index of aandeel. Deze producten worden verhandeld op de beurs. Er is altijd een prospectus aanwezig.
Het risico wordt bepaald door de contractspecificaties. In veel gevallen is de hoofdsom gewaarborgd en daarmee het risico beperkt tot (vooral) het faillissementsrisico van de uitgevende instelling. Aangeraden wordt in alle gevallen het prospectus te lezen.
Alternatieve beleggingen (alternative investments) Alternatieve beleggingen zijn beleggingen in niet- traditionele beleggingscategorieën. Naast de reeds toegelichte niet-beursgenoteerde beleggingsfondsen vallen ook participatiemaatschappijen, andere beleggingsvehikels en beleggingsproducten die een bovengemiddeld rendement nastreven met veelal een bovengemiddeld of hoog risico onder deze categorie.
Daarbij wordt vaak gebruik gemaakt van bijzondere technieken en kennis op gebied van derivaten.
Soms belegt een investeringsvehikel (deels) in niet- beursgenoteerde aandelen. Soms in startende, risicovolle ondernemingen. Voorbeelden van alternatieve investeringen zijn: hedge funds, private equity funds, fondsen die uitsluitend beleggen in ondergewaardeerde ondernemingen, fondsen die slechts in een bepaalde
sector beleggen, fondsen die beleggen in afgewaardeerde vorderingen, participatiemaatschappijen en publiek/ private investeringen.
De alternatieve beleggingen kenmerken zich vaak door een hoge minimum inleg, beperkte
uittredingsmogelijkheden (veelal slechts één maal per maand of kwartaal, soms zelfs pas na een aantal jaren), relatief hoge instap- en managementkosten (waaronder een performance fee), beperkte of geen
verhandelbaarheid, weinig transparantie, geen toezicht door toezichthoudende instanties. Alternatieve beleggingen bieden daarbij een onzeker rendement waarbij u de kans loopt uw gehele inleg te verliezen. De beleggingen in deze categorie hebben een afwijkend risico/ rendementsprofiel in vergelijking tot de traditionele beleggingscategorieën zoals aandelen en obligaties. Voor alternatieve investeringen geldt dat de beleggings- resultaten min of meer onafhankelijk zijn van (en daarmee een lage samenhang hebben met) die van de traditionele beleggingscategorieën. Hierdoor kan opname van alternatieve beleggingen in een portefeuille die bestaat uit aandelen en obligaties leiden tot een afname van het risico van de gehele portefeuille.
Overige financiële instrumenten met hefboomwerking Naast opties en futures bestaan er ook nog andere financiële instrumenten met een hefboomwerking.
Hefboominstrumenten zijn speculatieve beleggings- producten en geven geen of slechts beperkte bescherming aan de belegger. Een kleine procentuele verandering in een onderliggende waarde zal een hogere procentuele verandering in de waarde van het instrument opleveren. Met andere woorden, de koers van deze producten kan snel stijgen maar ook weer snel dalen.
Met de aanschaf van deze instrumenten kan er worden gespeculeerd op zowel een koersstijging als een koersdaling van de onderliggende waarde. Met
uitzondering van termijncontracten en (geschreven) opties kan bij hefboominstrumenten de investering het maximale verlies zijn.
De risico’s die zijn verbonden aan het kopen van dergelijke producten zijn vergelijkbaar met de risico’s die zijn verbonden aan het kopen van opties. Voorbeelden van producten met een hefboomwerking Sprinters, turbo’s en Speeders, die hieronder worden beschreven. Ze hebben als verschil met opties dat er geen tijdspremie (tijds- en verwachtingswaarde) dient te worden betaald. Bovendien kunnen er géén onbeperkte verliezen optreden zoals bij futures en geschreven opties. Een laatste verschil ligt in de rente die wordt betaald. Met bovenstaande producten kan men beleggen met een hefboom en dat is mogelijk doordat belegd wordt met een beperkte inleg. Een koper betaalt niet het gehele bedrag voor de onderliggende waarde, maar slechts een deel. Het overige deel wordt gefinancierd door de uitgevende instelling. Over dit gedeelte betaalt de koper rente. Hij betaalt deze rente
niet rechtstreeks. Door de hefboom is een belegging in deze financiële instrumenten risicovoller dan een directe belegging in de onderliggende waarde.
Turbo’s
Turbo’s zijn hefboominstrumenten. Zij hebben vergelijkbare eigenschappen en worden door verschillende partijen uitgegeven. De hefboomwerking maakt van een kleine beweging van de koers een grote beweging. Hiermee kan de belegger versneld inspelen op een eventuele koersstijging of koersdaling.
Voor een volledig beeld van de werking van een turbo, de bijkomende risico’s en uitgebreide scenario voorbeelden verwijzen wij u naar de productbrochure die door de uitgevende instelling van de turbo wordt gepubliceerd.
Koers- en hefboomrisico van een turbo
Het verlies op een turbo kan groter zijn dan wanneer direct in de onderliggende waarde zou worden belegd.
Dit kan zich voordoen als u in een turbo long belegt en de koers van de onderliggende waarde daalt of
wanneer u belegt in een turbo short en de koers van de onderliggende waarde stijgt. U kunt maximaal uw inleg verliezen.
De koersen van turbo’s waarvan de onderliggende waarden niet in euro’s noteren, kunnen worden beïnvloed door veranderingen in de wisselkoers.
Indien er op de secundaire markt geen handel mogelijk is
– bijvoorbeeld in het geval van een storing – is het mogelijk dat de waarde van de turbo snel stijgt of daalt zonder dat u uw positie kunt sluiten.
Bij turbo’s met een hoge hefboom loopt u de volgende extra risico’s:
Bij turbo’s met een hoge hefboom ligt het stop loss-niveau dicht bij de huidige koers van de onderliggende waarde.
Naast het extra risico dat u loopt doordat deze hoge hefboom het negatieve rendement versterkt als uw visie niet uitkomt, betekent dit dat de kans dat het stop
loss-niveau wordt bereikt groter is. Deze kans neemt toe naarmate u een positie langer vasthoudt.
Stop loss-niveau en afloopdatum
De turbo wordt beëindigd als de koers van de onderliggende waarde het stop loss-niveau bereikt. Het stop lossniveau van de onderliggende waarde kan op andere tijdstippen bereikt worden dan de tijden waarop de turbo’s zelf verhandelbaar zijn. De stop loss niveaus worden – afhankelijk van de uitgevende instelling – dagelijks/ maandelijks aangepast. Een stop loss niveau aanpassing kan ervoor zorgen dat de turbo wordt beëindigd.
Behalve door het bereiken van het stop loss-niveau, kan een turbo ook worden beëindigd als een afloopdatum van toepassing is. Afhankelijk van de aanbieder zijn turbo’s verkrijgbaar met- of zonder een einddatum.
Kredietrisico op de uitgevende instelling
Turbo’s zijn financiële constructies. Dit betekent dat u bijvoorbeeld in het geval van faillissement van de
aanbieder een deel van de waarde, en in het slechtste geval de gehele waarde van de belegging kunt verliezen. Daarbij is het zo dat beleggers in turbo’s geen aanspraak maken op de onderliggende waarde.
Liquiditeitsrisico
Turbo’s worden verhandeld op de secundaire markt. Dit gebeurt via de beurs (multilateraal) maar ook via andere platforms (OTC). Bij zowel de turbo’s die multilateraal als bilateraal worden aangeboden treedt de uitgevende instelling op als liquidity provider c.q. market maker en bieden ze de belegger de mogelijkheid om de turbo’s te verkopen of aan te kopen.
Xxxxxx’x gerelateerd aan het beleggen in turbo’s met een future als onderliggende waarde
De koers van een future kan verschillen van de spotprijs voor een bepaalde onderliggende waarde op de markt (voor levering). U dient er alert op te zijn dat de onderliggende waarde dus niet de spotkoers is maar de koers van de future.
Rendement Certificaten
Rendement Certificaten zijn een alternatief voor een rechtstreekse belegging in aandelen. Zij bieden beleggers de mogelijkheid een aantrekkelijk rendement te verkrijgen, ook als de koers van de onderliggende waarde stagneert of gematigd daalt.
Op de einddatum wordt de uitbetaling uitsluitend bepaald door de slotkoers van de onderliggende waarde. Rendement Certificaten keren geen dividend uit. Rendement Certificaten hebben drie belangrijke eigenschappen: (i) het betreffende gestructureerde product uitgegeven door een uitgevende instelling
met een bepaalde de onderliggende waarde (keuze uit verschillende aandelen, indices etc waarop een
Rendement Certificaat gekocht kan worden, (ii) het vaste rendement, ook wel het terugbetalingsmaximum van het Rendement Certificaat op de einddatum, zolang de onderliggende waarde gedurende de looptijd niet onder een vooraf vastgestelde ondergrens (rendementsgrens) komt en (iii) in geval de onderliggende waarde onder
de rendementsgrens komt, wordt slechts de slotkoers terugbetaald.
Rendement Certificaten zijn net als aandelen beleggings- producten zonder kapitaalbescherming. Zij onderwerpen de belegger aan een risico op volledig of gedeeltelijk verlies van het belegde kapitaal. Het vaste rendement vormt een terugbetalingsmaximum op de einddatum, ook als de onderliggende waarde een hogere slotkoers behaalt dan dat rendement (winstderving in vergelijking met een rechtstreekse belegging in de onderliggende waarde). Het vaste rendement komt te vervallen indien de rendementsgrens wordt bereikt tijdens de looptijd van het certificaat. De belegger ontvangt op de einddatum
de slotkoers van de onderliggende waarde waarbij het vaste rendement weer als terugbetalingsmaximum geldt. Er kan dus sprake zijn van een kapitaalverlies indien de koers van de onderliggende waarde lager eindigt dan de aankoopkoers van het certificaat. Wij wijzen erop dat dit eerder kan gebeuren, indien de onderliggende waarde een volatiel karakter heeft. Beleggers in Rendement Certificaten lopen daarnaast een kredietrisico op de uitgevende instelling en op de garant van de uitgevende instelling. Voor nadere informatie dient u het prospectus te raadplegen.
BinckBank Professional Services
Xxxxxxx 00000
0000 XX Xxxxxxxxx
BB/PROF/HA/ TD/0418