ALGEMENE LENINGVOORWAARDEN
ALGEMENE LENINGVOORWAARDEN
Metropoolregio Rotterdam Den Haag
1 Definities
In deze Algemene Leningvoorwaarden wordt verstaan onder:
1.1 Algemene Leningvoorwaarden deze algemene leningvoorwaarden van de MRDH.
1.2 Basisrente algemeen aanvaarde referentierente, zoals Euribor.
1.3 Betaaldag een TARGET dag.
1.4 Betaaldagconventie de methode voor het bepalen van de datum waarop betaling
van rente en/of aflossing plaatsvindt indien de contractuele vervaldatum geen Betaaldag is, waarbij voor de Geldlening geldt dat de aangepaste vervaldatum de eerstvolgende datum is die een Betaaldag is, tenzij in de Overeenkomst van Geldlening anders is overeengekomen.
1.5 Dagtellingsconventie de methode voor het vaststellen van de periode waarover de
opgelopen rente wordt berekend, waarbij onder meer wordt gebruikt actual/actual, actual/360, 30/360. Indien de rentevervaldatum conform de Betaaldagconventie wijzigt, wordt ingeval van de Geldlening de periode waarover rente wordt berekend niet aangepast, tenzij in de Overeenkomst van Geldlening anders is bepaald.
1.6 Euribor de Euro Interbank Offered Rate, zijnde de rente voor interbancaire deposito's in euro's gekoppeld aan een bepaalde renteperiode en die als zodanig is aangewezen onder de gezamenlijke verantwoordelijkheid van de Fédération Bancaire de L'Union Européenne (FBE) en de ACI-The Financial Market Association, dagelijks gepubliceerd om 11:00 's ochtends (Brusselse tijd) op Reuters of een daarvoor in de plaats komend medium.
1.7 Geldnemer de organisatie met of zonder rechtspersoonlijkheid, niet zijnde een natuurlijk persoon, die met de MRDH een Overeenkomst van geldlening is aangegaan, alsmede diens rechtsopvolgers onder algemene of bijzondere titel.
1.8 Geldlening Lening die door de MRDH wordt verstrekt aan de Geldnemer.
1.9 MRDH Metropoolregio Rotterdam Den Haag.
1.10 Hoofdsom het bedrag dat de MRDH aan de Geldnemer uit hoofde van een Geldlening ter beschikking stelt.
1.11 Inleenrente de rente die de MRDH betaalt of zou betalen voor het aantrekken van een geldlening met gelijke karakteristieken.
1.12 Kredietrevisie een periodieke beoordeling door de MRDH van de bedrijfsvoering, de feitelijke zeggenschap, de financiële of operationele structuur, de (eigendom van) goederen, de vermogenspositie, de resultaten of de vooruitzichten van de Geldnemer.
1.13
1.14
1.15
Materieel Nadelig Effect
Object Opslag
Iedere omstandigheid die een, naar het uitsluitend en redelijk oordeel van de MRDH nadelige invloed van betekenis heeft op:
1. de bedrijfsvoering, de feitelijke zeggenschap, de financiële of operationele structuur, de (eigendom van) goederen, de vermogenspositie, de resultaten of de vooruitzichten van de Geldnemer;
2. het vermogen van de Geldnemer om zijn verplichtingen op grond van de Overeenkomst van geldlening geheel of gedeeltelijk na te komen;
3. de rechtsgeldigheid of afdwingbaarheid van de Overeenkomst van geldlening of van rechten of rechtsmiddelen van de MRDH uit hoofde van de Overeenkomst van geldlening. Zaak of goed waarvoor door de Geldnemer een Geldlening is opgenomen.
Een individuele positieve marge ten opzichte van de Inleenrente of Basisrente, uitgedrukt in procenten en eventueel in
1.16
1.17
1.18
1.19
Overeenkomst van geldlening Restantverschuldigde TARGET dag
Werkdag
basispunten.
Overeenkomst tussen de Geldnemer en de MRDH, waarin de op de Geldlening van toepassing zijnde voorwaarden zijn vastgelegd.
De totale nominale restantschuld van de Geldlening vermeerderd met de opgelopen rente en kosten, alsmede de eventuele boeten en/of vergoedingen.
Een dag waarop het “Trans-European Automated Real-Time Gross Settlement Express Transfer” (“TARGET”) Systeem, of de opvolger daarvan, het TARGET2 Systeem, geopend is voor de afhandeling van betalingen dan wel een dag die, in het geval het TARGET Systeem of het TARGET2 Systeem ophoudt te bestaan, daarvoor in de plaats komt.
Elke dag, met uitzondering van een zaterdag, een zondag of een in Nederland erkende feestdag.
2 Algemene bepalingen
2.1 Toepasselijkheid
De Algemene Leningvoorwaarden zijn van toepassing op en maken deel uit van iedere Overeenkomst van Geldlening. Voor zover de inhoud van de Algemene Leningvoorwaarden afwijkt van of strijdig is met de inhoud van de Overeenkomst van Geldlening, gaat de inhoud van die Overeenkomst van Geldlening voor.
2.2 Looptijd Overeenkomst van Geldlening
2.2.1 De Overeenkomst van Geldlening wordt aangegaan voor de looptijd die in de Overeenkomst van Geldlening is bepaald.
2.2.2 Indien de Overeenkomst van Geldlening is aangegaan voor een bepaalde looptijd met een stilzwijgende verlenging van telkens een in de Overeenkomst van Geldlening aangegeven periode, wordt de Overeenkomst van Geldlening telkens met die periode verlengd, tenzij een van de partijen ten minste drie (3) maanden voor afloop van de looptijd per brief aan de andere partij heeft bericht de Overeenkomst van Geldlening niet te willen verlengen.
2.2.3 Indien de Overeenkomst van Geldlening is aangegaan voor onbepaalde tijd, houdt de Overeenkomst van Geldlening op van kracht te zijn op 31 december van het jaar waarin een van de partijen ten minste drie (3) maanden voor de genoemde datum aan de andere partij per brief te kennen heeft gegeven dat zij de Overeenkomst van Geldlening wenst te beëindigen.
2.3 Wijziging van de Overeenkomst van Geldlening
2.3.1 De MRDH is gerechtigd om in bepalingen van de Overeenkomst van Geldlening en de bepalingen van alle daaruit voortvloeiende en samenhangende overeenkomsten eenzijdig wijzigingen en/of aanvullingen aan te brengen indien en voor zover deze voortvloeien uit de voor de MRDH geldende wettelijke voorschriften en de MRDH verplicht is hieraan uitvoering te geven dan wel indien en voor zover het gaat om wijzigingen en/of aanvullingen die algemeen gelden en/of organisatorisch of administratief van aard zijn.
2.3.2 Bij een Materieel Nadelig Effect, heeft de MRDH het recht om de voortzetting van de Overeenkomst van Geldlening te heroverwegen, de bestaande voorwaarden van de Overeenkomst van Geldlening aan te passen aan de alsdan geldende marktconforme voorwaarden en tarieven of om redelijke voorwaarden te stellen tot zekerheid voor de nakoming door de Geldnemer van de verplichtingen uit hoofde van de Overeenkomst van Geldlening, zulks onverminderd het bepaalde omtrent opzegging en onmiddellijke opeisbaarheid als bedoeld in artikel 3.18.
2.3.3 De MRDH zal de Geldnemer schriftelijk in kennis stellen van de wijzigingen en/of aanvullingen van de Overeenkomst van Geldlening ingevolge het in artikel 2.3.1 en 2.3.2 bepaalde. Tenzij anderszins vereist door een wettelijk voorschrift, zullen deze wijzigingen en/of aanvullingen van kracht worden op de in de mededeling van de MRDH genoemde datum, of, bij gebreke van een datum, vanaf de dertigste dag na dagtekening van de mededeling aan de Geldnemer.
2.3.4 Indien met de Geldnemer één of meerdere overeenkomsten zijn gesloten die voortvloeien uit of samenhangen met de Overeenkomst van Geldlening geldt het in dit artikel bepaalde ook ten aanzien van die overeenkomsten. 7
2.3.5 Andere wijzigingen en aanvullingen van de Overeenkomst van Geldlening dan in artikel 2.3.1 en
2.3.2 genoemd kunnen uitsluitend schriftelijk worden overeengekomen.
2.4 Kredietrevisie
2.4.1 De MRDH kan ten minste één keer per jaar de Geldnemer beoordelen op de bedrijfsvoering, de feitelijke zeggenschap, de financiële en operationele structuur, de (eigendom van) goederen, de vermogenspositie en/of de resultaten en vooruitzichten van de Geldnemer. De Geldnemer zal de MRDH op diens eerste verzoek alle inlichtingen en gegevens verstrekken welke naar het redelijk oordeel van de MRDH voor de Kredietrevisie van belang kunnen zijn.
2.4.2 De MRDH heeft het recht om op basis van de Kredietrevisie de voortzetting van de Overeenkomst van Geldlening te heroverwegen en de bestaande voorwaarden van de Overeenkomst van Geldlening aan te passen aan de alsdan geldende marktconforme voorwaarden en tarieven of om redelijke voorwaarden te stellen tot zekerheid voor de nakoming door de Geldnemer van de verplichtingen uit hoofde van de Overeenkomst van Geldlening, zulks onverminderd het bepaalde omtrent opzegging en onmiddellijke opeisbaarheid als bedoeld in artikel 3.18.
2.4.3 Indien de Kredietrevisie van de MRDH aanleiding geeft de voorwaarden van de Overeenkomst van Geldlening te herzien, zal zij over de door haar gewenste herziening in overleg treden met de Geldnemer. De MRDH zal na dit overleg de Geldnemer schriftelijk in kennis stellen van de wijzigingen en/of aanvullingen van de Overeenkomst van Geldlening. Tenzij anderszins vereist door een wettelijk voorschrift, zullen deze wijzigingen en/of aanvullingen van kracht worden op de in de mededeling van de MRDH genoemde datum, of, bij gebreke van een datum, vanaf de dertigste dag na dagtekening van de mededeling aan de Geldnemer.
2.4.4 Indien de Geldnemer niet instemt met de wijzigingen en/of aanvullingen als bedoeld in artikel 2.4.2 dient hij dit tijdig voor de datum van het van kracht worden van de wijzigingen en/of aanvullingen schriftelijk aan de MRDH mede te delen. De MRDH heeft het recht om na ontvangst van deze mededeling de Overeenkomst van Geldlening, zonder rechterlijke tussenkomst en zonder ingebrekestelling, met onmiddellijke ingang op te zeggen en de door haar verstrekte Geldlening met de rente, de eventuele boeten en/of vergoedingen en de kosten, voor zover van toepassing, onmiddellijk op te eisen door hiervan mededeling te doen aan de Geldnemer. De Geldnemer zal alsdan gehouden zijn om op de in de mededeling van de MRDH genoemde datum, of , bij gebreke van een datum, onverwijld, aan de MRDH een waarde te betalen die gelijk is aan de hoogste van de volgende waarden:
a. het Restantverschuldigde; of
b. de totale contante waarde van alle op de datum van opeising resterende rente- en aflossingsverplichtingen van de Geldlening, vermeerderd met de eventuele kosten, boeten en/of vergoedingen.
Deze totale contante waarde wordt door de MRDH bepaald op basis van het door de MRDH op het moment van opeising gehanteerde rendement voor opname van een geldlening met gelijke karakteristieken.
2.5 Contractovername
2.5.1 De MRDH is gerechtigd haar rechtsverhouding met de Geldnemer door middel van een akte van contractoverneming, cessie of anderszins geheel of gedeeltelijk over te dragen aan een derde.
2.5.2 De Geldnemer verleent door ondertekening van de Overeenkomst van Geldlening bij voorbaat zijn toestemming en medewerking aan overdracht in vorenbedoelde zin.
2.5.3 De MRDH zal de Geldnemer vooraf of achteraf omtrent de contractovername informeren.
2.5.4 De MRDH is bevoegd om de derde partij aan wie zij haar rechtsverhouding met de Geldnemer overdraagt financiële en/of andere informatie met betrekking tot de Geldnemer en/of de Overeenkomst van Geldlening ter beschikking te stellen, voor zover dit naar het oordeel van de MRDH redelijkerwijs nodig of nuttig is in het kader van de overdracht en het beheer van de Overeenkomst van Geldlening.
2.6 Rechtsverwerking uitgesloten
De uitoefening door de MRDH van de rechten die voortvloeien uit de Overeenkomst van Geldlening, de tijdstippen waarop en de volgorde waarin deze rechten zullen worden uitgeoefend, is ter keuze van de MRDH. Xxxxxxx de MRDH op enig tijdstip nalaat nakoming te vragen van enige op de Geldnemer rustende verplichting of enig haar toekomend recht niet uitoefent, betekent dit niet dat de MRDH haar recht om nakoming te vragen of enig recht uit te oefenen prijsgeeft of daarvan afstand doet.
2.7 Bewijs
2.7.1 Behoudens aantoonbare rekenkundige vergissing, strekt de administratie van de MRDH tot volledig bewijs en is deze bindend voor de Geldnemer, ten aanzien van:
a. het saldo van de door de MRDH aan de Geldnemer verstrekte Geldlening;
b. alle overige door de Geldnemer krachtens de Overeenkomst van Geldlening aan de MRDH verschuldigde bedragen en alle ter zake hiervan ontvangen bedragen.
2.7.2 De Geldnemer is verplicht de door de MRDH aan hem toegezonden bevestigingen, nota’s of andere opgaven terstond na ontvangst te controleren. Bij constatering van een onjuistheid of onvolledigheid zal de Geldnemer de MRDH daarvan zo spoedig mogelijk in kennis stellen.
2.7.3 De Geldnemer kan opgaven van de MRDH van hetgeen aan de MRDH is verschuldigd slechts betwisten na betaling onder voorbehoud van rechten. Indien de Geldnemer de inhoud van deze opgaven niet heeft betwist binnen twaalf (12) maanden nadat de stukken redelijkerwijs geacht
kunnen worden de Geldnemer te hebben bereikt, geldt de inhoud van die stukken als door de Geldnemer te zijn goedgekeurd.
2.8 Toepasselijk recht
Op de Overeenkomst van Geldlening is Nederlands recht van toepassing
2.9 Bevoegde rechter
Alle geschillen voortvloeiende uit of verband houdende met de Overeenkomst van Geldlening zullen in eerste instantie worden voorgelegd aan de bevoegde rechter te Den Haag.
3 Verstrekking Geldlening
3.1 Beschikking
De Geldnemer kan pas over een Geldlening beschikken en de MRDH zal de Hoofdsom van een Geldlening pas aan de Geldnemer verstrekken nadat (i) de beschikking tot verlening van subsidie in de vorm van een lening is genomen, (ii) alle in de Overeenkomst van Geldlening vermelde zekerheden ten behoeve van de MRDH te harer genoegen zijn gevestigd of gesteld, (iii) alle verklaringen, documenten en inlichtingen aan de MRDH zijn verstrekt, (iv) is voldaan aan de overige voorwaarden die zijn gesteld in de Overeenkomst van Geldlening en de daarvan deel uitmakende voorwaarden en (v) zich geen gronden van onmiddellijke opzegbaarheid en opeisbaarheid als bedoeld in artikel 3.18 voordoen. De MRDH heeft het recht de Overeenkomst van Geldlening, zonder rechterlijke tussenkomst en zonder ingebrekestelling, met onmiddellijke ingang op te zeggen indien de Geldnemer om de hiervoor omschreven redenen niet over een Geldlening kan beschikken.
3.2 Verplichting tot het verstrekken van Geldlening door de MRDH
De MRDH zal de door de Geldnemer onder de Overeenkomst van Geldlening opgevraagde gelden op het eerste verzoek van de Geldnemer aan de Geldnemer verstrekken tot maximaal de in de Overeenkomst van Geldlening aangegeven Hoofdsom, onverminderd het bepaalde in artikel 3.1.
3.3 Opname van Geldlening door de Geldnemer
3.3.1 De Geldnemer is over het niet opgenomen deel van de ter beschikking gestelde Geldlening een bereidstellingsprovisie verschuldigd onder de voorwaarden zoals die zijn bepaald in de Overeenkomst van Geldlening.
3.3.2 Indien de Geldnemer niet binnen drie (3) maanden na inwerkingtreding van de Overeenkomst van Geldlening een naar het uitsluitend en redelijk oordeel van de MRDH substantieel deel van de Geldlening heeft opgenomen, heeft de MRDH het recht de Overeenkomst van Geldlening, zonder rechterlijke tussenkomst en ingebrekestelling, met onmiddellijke ingang op te zeggen dan wel de voorwaarden van de Overeenkomst van Geldlening aan te passen.
3.4 Uitbetaling door de MRDH aan de Geldnemer van de Geldlening
3.4.1 De gehele of gedeeltelijke uitbetaling aan de Geldnemer van een Geldlening kan plaatsvinden bij een bankinstelling die rekening houdt bij De Nederlandse Bank N.V. De Geldnemer dient de MRDH ten minste vijf (5) Werkdagen voor de datum van de gehele of gedeeltelijke uitbetaling van Geldlening schriftelijk in kennis te stellen van zijn rekeningnummer en de bankinstelling.
3.4.2 De uitbetaling geschiedt steeds op de in de Overeenkomst van Geldlening aangegeven opnamedatum of opnamedata, mits tijdig voor deze datum of data de Overeenkomst van Geldlening rechtsgeldig ondertekend door of namens de Geldnemer in het bezit is van de MRDH en de Geldnemer aan de overige door de MRDH gestelde voorwaarden heeft voldaan. Indien de verlangde stukken niet op bovenbedoeld tijdstip in het bezit zijn van de MRDH dan wel niet is voldaan aan andere door de MRDH gestelde voorwaarden, geschiedt uitbetaling zo spoedig mogelijk na ontvangst van deze stukken respectievelijk voldoening aan deze voorwaarden. Latere uitbetaling, voor zover niet aan de MRDH te wijten, brengt geen wijziging in de datum die omtrent het ingaan van de rente is overeengekomen noch in andere tijdsbepalingen. De MRDH is niet aansprakelijk voor latere uitbetaling voor zover deze niet aan haar te wijten is.
3.4.3 De uitbetaling geschiedt ineens dan wel in termijnen, afhankelijk van de tussen de MRDH en Geldnemer gemaakte afspraken.
3.4.4 De uitbetalingsplicht van de nog te verstrekken termijnen vervalt, als zich één van de gronden van onmiddellijke opzegbaarheid en opeisbaarheid, als bedoeld in artikel 3.18 voordoet.
3.5 Besteding van Geldlening door Xxxxxxxxx
3.5.1 De door de Geldnemer middels de Geldlening verkregen gelden mogen slechts aangewend worden ter verwezenlijking van de investering in een Object of Objecten ten behoeve van de door de MRDH vastgestelde publieke taak.
3.5.2 De Geldnemer meldt afwijkingen van de onder artikel 3.5.1.bedoelde investering terstond aan de MRDH.
3.5.3 De Geldnemer legt binnen één (1) maand na realisatie van de onder artikel 3.5.1. bedoelde investering rekening en verantwoording af over de besteding van de door middel van de Geldlening verkregen gelden.
3.6 Rente
3.6.1 Met betrekking tot de Geldlening wordt door de MRDH aan de Geldnemer op jaarbasis een rente in rekening gebracht zoals in de Overeenkomst van Geldlening is bepaald.
3.6.2 Het rentetarief voor de Geldlening wordt door de MRDH bepaald op basis van de door de MRDH gehanteerde marktconforme rente, dan wel de in de Overeenkomst van Geldlening bepaalde Basisrente op jaarbasis, verhoogd met een marktconforme Opslag, een en ander zoals vermeld in de Overeenkomst van Geldlening.
3.7 Basisrente Euribor
Indien de MRDH bij toepassing van artikel 3.6 Euribor als Basisrente hanteert en de MRDH de rente niet of niet meer in redelijkheid op basis van Euribor of de bij Euribor vastgestelde looptijd kan vaststellen, zal de MRDH dit onmiddellijk aan de Geldnemer melden. De MRDH zal alsdan een vervangende basis vaststellen waarop de MRDH de rente kan bepalen en welke basis zo veel mogelijk gelijk zal zijn aan Euribor of de bij Euribor vastgestelde looptijd.
3.8 Berekening van de rente
Bij de berekening van de rente voor de Geldlening als bedoeld in artikel 3.6 wordt conform de Dagtellingsconventie elke maand en elk jaar op het juiste aantal dagen gesteld (actual/actual), behoudens voor zover de rente wordt berekend op basis van Xxxxxxx, in welk geval elke maand op het juiste aantel dagen en elk jaar op driehonderdzestig dagen wordt gesteld (actual/360), of hiervan anderszins in de Overeenkomst van Geldlening wordt afgeweken.
3.9 Renteherziening
3.9.1 Indien in de Overeenkomst van Geldlening een renteherzieningsdatum is opgenomen dan zal per deze datum de hoogte van de rentevoet van de Geldlening als vermeld in de Overeenkomst van Geldlening in onderling overleg tussen de MRDH en de Geldnemer opnieuw worden vastgesteld. Genoemd overleg zal door de MRDH uiterlijk drie (3) maanden voorafgaand aan de hiervoor genoemde renteherzieningsdatum worden geïnitieerd.
3.9.2 Indien het onder het vorige lid bedoelde overleg tussen de MRDH en de Geldnemer niet tot overeenstemming heeft geleid over de hoogte van de voor het vervolg van de Geldlening te gelden herziene rentevoet, zal uiterlijk twee (2) weken voorafgaand aan bovengenoemde renteherzieningsdatum het overleg worden beëindigd en zal door de MRDH een definitief voorstel aan de Geldnemer worden gedaan ten aanzien van de hoogte van de voor het vervolg van de Geldlening geldende herziene rentevoet.
3.9.3 Indien de MRDH en de Geldnemer uiterlijk zeven (7) kalenderdag na de datum van het in het vorige lid genoemde definitieve voorstel geen overeenstemming hebben bereikt over de hoogte van de voor het vervolg van de Geldlening te gelden rentevoet, dan zal het Restantverschuldigde opeisbaar zijn en voor het geheel voor 100 procent door de Geldnemer worden voldaan.
3.10 Aflossing
Algehele of gedeeltelijke aflossing van de door de MRDH aan de Geldnemer verstrekte Geldlening zal, behoudens voortijdige beëindiging op grond van artikel 3.18 en behoudens voor zover hiervan in de Overeenkomst van Geldlening wordt afgeweken, geschieden op de in de Overeenkomst van Geldlening aangegeven datum of data, al dan niet weergegeven in een betaalschema dat aan de Overeenkomst van Geldlening is gehecht.
3.11 Vervroegde aflossing
3.11.1 Algehele of gedeeltelijke vervroegde aflossing van door de MRDH aan de Geldnemer verstrekte Geldlening is niet toegestaan, tenzij de MRDH hiertoe uitdrukkelijk en schriftelijke toestemming verleent, dan wel dit in de Overeenkomst van Geldlening is overeengekomen. De MRDH is gerechtigd om aan het verlenen van toestemming voorwaarden te verbinden. Indien de MRDH toestemming verleent aan algehele of gedeeltelijke vervroegde aflossing of indien de mogelijkheid van algehele of gedeeltelijke vervroegde aflossing in de Overeenkomst van Geldlening is overeengekomen, vindt vervroegde aflossing plaats op een tussen de MRDH en de Geldnemer in onderling overleg vast te stellen tijdstip en zal de Geldnemer aan de MRDH een waarde betalen die gelijk is aan de hoogste van de volgende waarden:
a. het Restantverschuldigde; of
b. de totale contante waarde van alle op de datum van opeising resterende rente- en aflossingsverplichtingen van de Geldlening, vermeerderd met de eventuele kosten, boeten en/of vergoedingen.
Deze totale contante waarde wordt door de MRDH bepaald op basis van het door de MRDH op het moment van opeising gehanteerde rendement voor opname van een geldlening met gelijke karakteristieken.
3.11.2 De aankondiging om tot algehele of gedeeltelijke vervroegde aflossing over te gaan zal tijdig voor de feitelijke aflossingsdatum schriftelijk door de Geldnemer aan de MRDH moeten worden medegedeeld. Deze aankondiging is onherroepelijk.
3.12 Betalingen door de Geldnemer aan de MRDH
3.12.1 Alle door de Geldnemer aan de MRDH verschuldigde betalingen zullen geschieden door storting op of overschrijving naar een nader door de MRDH aan te wijzen bankrekening.
3.12.2 Alle betalingen zullen geschieden in euro, zonder enig beroep op verrekening en zonder enige aftrek of inhouding van welke aard of uit welke hoofde ook en zonder kosten voor de MRDH.
3.12.3 De betalingen zullen gerekend worden allereerst te zijn geschied voor de voldoening van de kosten, vervolgens van de boeten, daarna van de vergoedingen, vervolgens van de rente en als laatste van de Hoofdsom van de verstrekte Geldlening.
3.13 Tijdstip van betaling
Xxxxxxxx van de gelden die door de Geldnemer aan de MRDH zijn verschuldigd zal steeds plaatsvinden op zodanige wijze dat uiterlijk op de overeengekomen vervaldatum de MRDH daarover de volledige en vrije beschikking krijgt. Indien de vervaldatum een datum is die geen Betaaldag is, zal de betaling plaatsvinden, op de wijze zoals in artikel 3.12 bedoeld, conform de in de Overeenkomst van Geldlening vermelde Betaaldagconventie. Indien TARGET of de opvolger daarvan ophoudt te bestaan, wijst de MRDH de dagen aan die voor de toepassing van deze bepaling in de plaats komen voor de dagen waarop TARGET of de opvolger daarvan niet open is en gelden de overige dagen voor de toepassing van deze bepaling als dagen die in de plaats komen voor de dagen waarop TARGET of de opvolger daarvan wel open is.
3.14 Verrekening
De MRDH is te allen tijde bevoegd (maar niet verplicht) om al hetgeen zij al dan niet opeisbaar of onder voorwaarden van de Geldnemer te vorderen heeft, te verrekenen met al dan niet opeisbare tegenvorderingen van de Geldnemer op haar.
De Geldnemer is niet bevoegd zijn verplichtingen uit hoofde van de Overeenkomst van Geldlening of deze Algemene leningvoorwaarden te verrekenen met enige vordering op de MRDH.
3.15 Boete bij niet-tijdige betaling van rente en/of aflossing
Indien de Geldnemer het aan rente en/of aflossing verschuldigde niet op tijd en overeenkomstig het bepaalde in de Overeenkomst van Geldlening heeft voldaan, zal hij aan de MRDH een boete betalen. Deze boete is verschuldigd over het achterstallige bedrag gedurende de periode van verzuim. Deze boete wordt berekend naar een percentage, dat gelijk is aan de depositorente van de Europese Centrale Bank, vermeerderd met 4 procent.
3.16 Opslagen, kosten, provisies
3.16.1 Opslagen en provisies worden in de Overeenkomst van Geldlening aangegeven.
3.16.2 Alle kosten voor het (doen) vestigen of stellen van zekerheden ten behoeve van de MRDH zijn voor rekening van de Geldnemer.
3.16.3 Alle kosten die de MRDH in redelijkheid maakt in verband met de uitoefening door de MRDH van haar rechten uit de Overeenkomst van Geldlening dan wel tot behoud van haar rechten uit de Overeenkomst van Geldlening - daaronder begrepen de kosten van incasso, juridische bijstand en deskundigen en proceskosten - zijn voor rekening van de Geldnemer.
3.17 Belastingen
Alle belastingen en/of heffingen die op of met betrekking tot de verstrekking van de Geldlening of over hetgeen door de Geldnemer aan de MRDH verschuldigd is, worden of zullen worden geheven komen ten laste van de Geldnemer.
3.18 Opzeggings- en opeisingsgronden
3.18.1 De MRDH is gerechtigd de Overeenkomst van Geldlening door mededeling aan de Geldnemer, zonder rechterlijke tussenkomst en zonder ingebrekestelling, met onmiddellijke ingang op te zeggen en de door haar verstrekte Geldlening met rente, de eventuele boeten en/of vergoedingen en de kosten, voor zover van toepassing, geheel of gedeeltelijk op te eisen in geval van:
a. het door de Geldnemer handelen in strijd met de Algemene leningvoorwaarden MRDH;
b. tekortkoming door de Geldnemer in de nakoming van één of meer uit de Overeenkomst van Geldlening voortvloeiende verplichtingen;
c. indien de MRDH de bij wet bepaalde bevoegdheid tot de regionale uitvoering van de verkeer- en vervoerstaak en de daarmee samenhangende rijksuitkering aan (een) ander(e) publiekrechtelijk(e) orga(a)n(en) moet overdragen en dientengevolge de beschikking ter uitvoering waarvan de Geldlening is verstrekt intrekt of de subsidie in de vorm van de Geldlening op nihil wordt gesteld;
d. tekortkoming door de Geldnemer in de nakoming van één of meer van zijn verplichtingen uit hoofde van enige overeenkomst van kredietverlening aan de Geldnemer, gesloten met de MRDH of met een derde;
e. gehele of gedeeltelijke opschorting door de Geldnemer van betalingen of het vervroegd opeisbaar worden van enige vordering op de Geldnemer uit hoofde van enige overeenkomst van kredietverlening aan de Geldnemer, gesloten met de MRDH of met een derde;
f. tekortkoming door een groepsmaatschappij van de Geldnemer als bedoeld in artikel 2:24b van het Burgerlijk Wetboek, in de nakoming van één of meer van haar verplichtingen uit hoofde van enige overeenkomst van kredietverlening, gesloten met de MRDH of met een derde, indien dit, naar het oordeel van de MRDH, een Materieel Nadelig Effect heeft of waarschijnlijk is dat dit een Materieel Nadelig Effect zal hebben op de verhaalspositie van de MRDH;
g. eigen verzoek door de Geldnemer tot verkrijging van surséance van betaling;
h. eigen aangifte door de Geldnemer als bedoeld in artikel 1 van de Faillissementswet;
i. een vonnis van faillietverklaring van de Geldnemer;
j. executoriaal beslag op een, naar het oordeel van de MRDH, wezenlijk bestanddeel van de goederen van de Geldnemer;
k. conservatoir beslag op een, naar het oordeel van de MRDH, wezenlijk bestanddeel van de goederen van de geldnemer dat niet binnen een termijn van één maand na de beslaglegging is opgeheven;
x. xxxxxxxxxx, opheffing, liquidatie of verlies van rechtspersoonlijkheid van de Geldnemer;
m. een juridische fusie of splitsing door de geldnemer en/of de aankondiging door de Geldnemer van de nederlegging van het voorstel tot fusie dan wel het voorstel tot splitsing;
n. een, naar het oordeel van de MRDH, wezenlijke verslechtering van de financiële positie of verminderde kredietwaardigheid van de Geldnemer die de MRDH gegronde vrees geeft dat het door de Geldnemer uit hoofde van de Overeenkomst van Geldlening aan de MRDH verschuldigde niet of niet volledig zal worden voldaan;
o. het zich voordoen van één of meer van de hierboven onder lid g tot en met lid n genoemde omstandigheden ten aanzien van een groepsmaatschappij als bedoeld in artikel 2:24b van het Burgerlijk Wetboek die met de Geldnemer in een groep is verbonden;
p. het zich voordoen van één of meer van de hierboven onder lid g tot en met lid n genoemde omstandigheden ten aanzien van een derde die zich jegens de MRDH, ter zake de verplichtingen van de Geldnemer, borg of garant heeft gesteld dan wel enige andere vorm van zekerheid heeft verstrekt;
q. het voordoen van één of meer van de hierboven onder lid g tot en met lid n genoemde omstandigheden ten aanzien van één of meer aandeelhouders van de Geldnemer;
r. het zich voordoen van een gebeurtenis of reeks van gebeurtenissen die een Materieel Nadelig Effect heeft of waarvan het naar het uitsluitend en redelijk oordeel van de MRDH waarschijnlijk is dat die een Materieel Nadelig Effect heeft;
s. het door de Geldnemer of een dochtermaatschappij van de Geldnemer als bedoeld in artikel 2:24a van het Burgerlijk Wetboek zonder schriftelijke toestemming van de MRDH vervreemden (waaronder begrepen het in economisch eigendom overdragen) van een, naar oordeel van de MRDH, substantieel deel van zijn activa dan wel het zonder schriftelijke toestemming van de MRDH geheel of voor een aanmerkelijk deel in ander handen overgaan van de aandelen in het kapitaal van de Geldnemer of een dochtermaatschappij van de Geldnemer als bedoeld in artikel 2:24a van het Burgerlijk Wetboek;
t. het zonder schriftelijke toestemming van de MRDH onderbrengen van één of meer van de activiteiten van de Geldnemer in een andere organisatie met of zonder rechtspersoonlijkheid of in een rechtsvorm zonder rechtspersoonlijkheid of in een publiekrechtelijke rechtspersoon of publiekrechtelijk lichaam;
u. het zonder schriftelijke toestemming van de MRDH aanbrengen van een wijziging in de statuten, interne organisatie- of bestuursregeling of andere constitutieve overeenkomst van de Geldnemer, die, naar het oordeel van de MRDH de belangen van de MRDH kan schaden;
v. een naar het oordeel van de MRDH ingrijpende wijziging in de regelgeving met betrekking tot de financiering en/of exploitatie van de Geldnemer;
x. het vervallen, tenietgaan of in waarde verminderen van door de Geldnemer of door één of meer derden aan de MRDH verstrekte zekerheden;
x. het niet of niet langer rechtsgeldig of afdwingbaar zijn van bedongen zekerheden en/of het niet hebben van de tussen de MRDH en de Geldnemer overeengekomen rang van het zekerheidsrecht;
y. het ontbreken van een goedkeurende verklaring van een naar het oordeel van de MRDH respectabele accountant met betrekking tot de laatst vastgestelde jaarrekening van de Geldnemer of de weigering van de accountant om een goedkeurende verklaring af te geven;
z. het niet langer rechtsgeldig en/of voor de Geldnemer bindend zijn van enige verplichting onder de Overeenkomst van Geldlening;
aa. voortzetting van de Overeenkomst van Geldlening, naar het oordeel van de MRDH, de integriteit en/of de reputatie van de MRDH aantast of de relatie van de MRDH met derden schaadt dan wel het naar oordeel van de MRDH redelijkerwijs aanwezig zijn van dit risico;
bb. het zich voordoen van een geval als bedoeld in artikel 3 van de Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur.
3.18.3 Onverminderd het bepaald inzake de boete voor niet-tijdige betalingen als bepaald in artikel 3.15 en onverminderd alle andere rechten van de MRDH, zal de Geldnemer bij opeising op grond van dit artikel, en conform ook het overigens in de Overeenkomst van Geldlening, met inbegrip van de hierop van toepassing zijnde voorwaarden, bepaalde, op de in de desbetreffende mededeling genoemde datum, of, bij gebreke van een datum, onverwijld, aan de MRDH een waarde betalen die gelijk is aan de hoogste van de volgende waarden:
a. het Restantverschuldigde; of
b. de totale contante waarde van alle op de datum van opeising resterende rente- en aflossingsverplichtingen van de Geldlening, vermeerderd met de eventuele kosten, boeten en/of vergoedingen.
Deze totale contante waarde wordt door de MRDH bepaald op basis van het door de MRDH op het moment van opeising gehanteerde rendement voor opname van een geldlening met gelijke karakteristieken.
3.18.4 Indien na het aangaan van de Overeenkomst van Geldlening ten gevolge van inwerkingtreding of wijziging van, of wijziging in de interpretatie of toepassing van wet- en/of regelgeving en/of al dan niet kracht van wet hebbende voorschriften of richtlijnen het aan de MRDH niet langer is toegestaan om haar verplichtingen uit hoofde van de Overeenkomst van Geldlening na te komen, is de MRDH gerechtigd om de Overeenkomst van Geldlening, zonder rechterlijke tussenkomst en zonder ingebrekestelling, met onmiddellijke ingang op te zeggen en de door haar aan de Geldnemer
verstrekte Geldlening met de rente, de eventuele boete en/of vergoedingen en de kosten, onmiddellijk op te eisen.
3.19 Zekerheden
Indien de Geldnemer zich op grond van de Overeenkomst van Geldlening jegens de MRDH heeft verbonden om tot zekerheid voor de voldoening van al hetgeen de Geldnemer aan de MRDH uit hoofde van de Overeenkomst van Geldlening verschuldigd is en/of te eniger tijd zal worden, aan de MRDH, de MRDH conveniërende zekerheden te verstrekken en in stand te houden, dan staat de Geldnemer er voor in dat:
a. hij eigenaar is van en beschikkingsbevoegdheid heeft ten aanzien van het te bezwaren goed en dat het eigendomsrecht dan wel de beperkte rechten van de Geldnemer ten aanzien van het te bezwaren goed niet wordt betwist, in rechte of anderszins;
b. hij hiermee geen verplichtingen jegens of rechten van derden schendt, en
c. dat het zekerheidsrecht de rang heeft zoals overeengekomen.
3.20 Aanvullende zekerheid
Als een door of namens de Geldnemer gestelde zekerheid op enig moment onvoldoende is geworden voor de nakoming van zijn bestaande verplichtingen jegens de MRDH, dan is de Geldnemer verplicht om op eerste verzoek van de MRDH die zekerheid aan te (laten) vullen en/of te (laten) vervangen. Een verzoek van de MRDH als hiervoor bedoeld dient schriftelijk te geschieden en de reden van het verzoek te vermelden. De omvang van de gevraagde zekerheid dient in redelijke verhouding te staan tot het beloop van de desbetreffende verplichtingen van de Geldnemer.
3.21 Vervreemden en bezwaren van vermogensrechten en zekerheden ten behoeve van derden
3.21.1 Zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de MRDH zal de Geldnemer zijn tegenwoordige en toekomstige onroerende en roerende zaken en zijn andere vermogensrechten (waaronder begrepen, maar niet beperkt tot, zijn vorderingsrechten jegens derden), of delen daarvan, niet aan derden verkopen, ruilen, schenken, inbrengen in een vennootschap of op andere wijze geheel of gedeeltelijk vervreemden of met hypotheek, pand of enig ander beperkt recht bezwaren (“negative pledge”).
3.21.2 Zou het verstrekken van vorenbedoelde zekerheid aan derden om welke reden dan ook wenselijk dan wel noodzakelijk zijn, dan zal door de Geldnemer aan de MRDH gelijktijdig een minimaal gelijkwaardige zekerheidspositie worden verschaft (“pari passu”).
3.21.3 Het in de vorige leden bepaalde geldt niet ten aanzien van door de Geldnemer te vestigen hypotheekrecht ten behoeve van de Stichting Waarborgfonds Sociale Woningbouw (het WSW), de Stichting Waarborgfonds voor de Zorgsector (het WfZ) en de Stichting Waarborgfonds Hoger Beroepsonderwijs (het Waarborgfonds HBO) indien de Geldnemer op basis van het Reglement van Deelneming van een van deze waarborgfondsen verplicht is zekerheden aan het betreffende waarborgfonds te verstrekken of ten behoeve van haar te vestigen.
3.21.4 Zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de MRDH zal de Geldnemer zich niet:
a. voor een derde borg stellen, dan wel als hoofdelijk schuldenaar verbinden;
b. zich voor een derde sterk maken; of
c. zich tot zekerstelling voor een schuld van een derde verbinden, of het afsluiten van enige overeenkomst inzake het aangaan of verstrekken van geldleningen.
3.22 Statutenwijziging
Zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de MRDH zal de Geldnemer geen wijziging aanbrengen in zijn statuten, gemeenschappelijke regeling, interne organisatie- of bestuursregeling of andere constitutieve overeenkomst.
3.23 Herbestemming
Zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de MRDH zal de Geldnemer geen andere bestemming geven aan het Object waarvoor de Geldlening is verstrekt of aan andere onroerende zaken die de MRDH tot zekerheid strekken.
3.24 Inlichtingen
3.24.1 De Geldnemer zal zowel op eerste schriftelijk verzoek van de MRDH als ongevraagd aan de MRDH alle inlichtingen en gegevens verstrekken welke naar het redelijke oordeel van de MRDH voor de MRDH van belang kunnen zijn. Tot deze inlichtingen en gegevens kan behoren een actueel taxatierapport van alle door de MRDH aan te geven onroerende zaken van de Geldnemer (waaronder begrepen erfpacht- en opstalrechten) opgesteld door een beëdigd taxateur.
3.24.2 De Geldnemer zal de MRDH tijdig en schriftelijk informeren over:
a. iedere voorgenomen wijziging van zijn statuten, gemeenschappelijke regeling, interne organisatie- of bestuursregeling of andere constitutieve overeenkomst of wettelijke grondslag en de inhoud daarvan;
b. iedere voorgenomen wijziging van haar bestuurssamenstelling;
c. ieder voornemen tot opheffing en ontbinding, juridische fusie of splitsing ten minste 13 weken voordat het definitieve besluit te dien aanzien wordt genomen;
d. overige bijzondere ontwikkelingen in zijn onderneming of instelling.
3.24.3 De Geldnemer zal de MRDH in ieder geval onmiddellijk schriftelijk informeren over het niet nakomen van de aan de Geldlening verbonden betalingsverplichtingen of zodra zich een feit of omstandigheid voordoet die ertoe zou kunnen leiden dat een opzeggings- en opeisingsgrond als bedoeld in artikel
3.18 ontstaat of zou kunnen ontstaan, of zodra de Geldnemer wetenschap of een redelijk vermoeden heeft dat zich een dergelijk feit of omstandigheid op korte termijn zou kunnen voordoen.
3.25 Jaarrekening, jaarverslag en begroting
3.25.1 De Geldnemer zal direct na vaststelling van zijn jaarrekening (waaronder wordt verstaan: de balans en de verlies- en winstrekening met de toelichting) en jaarverslag, doch uiterlijk zes (6) maanden na het verstrijken van het boekjaar de MRDH in het bezit stellen van de vastgestelde jaarrekening en jaarverslag, welke voldoen aan de daaraan door de wet gestelde eisen, voorzien van een verklaring als bedoeld in art 2:393 lid 5 van het Burgerlijk Wetboek van een naar het oordeel van de MRDH respectabele accountant.
3.25.2 In het geval de Geldnemer een geconsolideerde jaarrekening heeft, zal de Geldnemer de MRDH bij het verstrekken van deze jaarrekening inzicht geven in de verplichtingen van de Geldnemer en zijn deelnemingen die niet uit de balans blijken, zoals onderlinge garantieverplichtingen.
3.25.3 De Geldnemer zal direct na vaststelling van zijn exploitatiebegroting voor het komende boekjaar, doch uiterlijk drie (3) maanden voor aanvang van dat boekjaar de MRDH in het bezit stellen van de vastgestelde gespecificeerde exploitatiebegroting.
3.26 Financiële en overige informatie
De Geldnemer zal zo spoedig mogelijk aan de MRDH al die financiële informatie ter beschikking stellen die in het algemeen aan geldgevers en andere crediteuren ter beschikking wordt gesteld en voorts alle overige informatie, indien en voor zover de MRDH daarom verzoekt. De MRDH zal slechts overige informatie opvragen voor zover dit voor haar van belang is voor de beoordeling van de kredietwaardigheid of de integriteit van de Geldnemer dan wel voortvloeit uit enig wettelijk voorschrift.
3.27 Waarderingsgrondslagen en boekhoudregels
3.27.1 Indien de MRDH in het kader van de leningverstrekking aan de Geldnemer eisen heeft gesteld aan de vermogenspositie van de Geldnemer, al dan niet door het hanteren van normen voor of een berekeningswijze van bepaalde financiële ratio’s, is de Geldnemer zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de MRDH niet bevoegd om de grondslagen voor waardering en resultaatbepaling van activa en passiva en de regels inzake boekhouding, balanspresentatie en financiële verslaggeving aan te passen.
3.27.2 Indien de grondslagen voor waardering en resultaatbepaling van activa en passiva en de regels inzake boekhouding, balanspresentatie en financiële verslaggeving worden aangepast, heeft de MRDH het recht de eisen die zij heeft gesteld aan de vermogenspositie van de Geldnemer aan te passen en normen voor of een berekeningswijze van bepaalde financiële ratio’s opnieuw vast te stellen.
3.28 Verzekering
3.28.1 De Geldnemer zal bij een solvabele verzekeraar verzekeringen aangaan en in stand houden met betrekking tot:
a. het Object of Objecten waarvoor de Geldlening is verstrekt en de onroerende zaken die de MRDH tot zekerheid strekken op basis van de herbouwwaarde tegen brand- en stormschade en andere risico’s of aanspraken;
b. wettelijke aansprakelijkheid en bestuurdersaansprakelijkheid;
c. overige activa en bedrijf en voor zodanige verzekerde bedragen en met zodanige polisvoorwaarden, als gebruikelijk is in de desbetreffende branche.
3.28.2 De Geldnemer zal de MRDH, op eerste verzoek van de MRDH, alle informatie verstrekken over dergelijke verzekeringen als de MRDH redelijkerwijs mag vragen.
3.29 Instandhouding
De geldnemer is verplicht het Object of de Objecten waarvoor de Geldlening is verstrekt en aan de roerende en onroerende zaken die de MRDH tot zekerheid strekken ten genoegen van de MRDH voortdurend in goede staat te houden.
3.30 Goedkeuringen, licenties en toestemmingen
De Geldnemer zal al hetgeen doen dat nodig is om alle machtigingen, goedkeuringen, licenties, toestemmingen en vergunningen en eventuele vrijstellingen die noodzakelijk of wenselijk zijn voor de Geldnemer voor het rechtsgeldig aangaan van en nakomen van verbintenissen en het uitoefenen van rechten onder de Overeenkomst van Geldlening, te verkrijgen, in stand houden en na te leven en zal zorgdragen voor de rechtsgeldigheid en afdwingbaarheid van de Overeenkomst van Geldlening. De Geldnemer zal, op eerste verzoek van de MRDH, kopieën van dergelijke machtigingen, goedkeuringen, licenties, toestemmingen, vergunningen en vrijstellingen aan de MRDH overleggen.
3.31 Schuldbekentenis
Op eerste verzoek van de MRDH zal de Geldnemer een of meerdere schuldbekentenissen, met vervaldata als door de MRDH vast te stellen, aan de MRDH verschaffen tot het totaalbedrag dat de Geldnemer, op het moment van afgifte van deze schuldbekentenissen, aan de MRDH, uit welke hoofde dan ook, schuldig is.
3.32 Kennisgevingsadres
Alle mededelingen aan de MRDH dienen te worden verricht aan het volgende adres:
Metropoolregio Rotterdam Den Haag Afdeling Financiën
Xxxxxxx 00
0000 XX Xxx Xxxx