Aanbestedingsleidraad conceptversie Eigenlijke Dialoogfase
Aanbestedingsleidraad conceptversie Eigenlijke Dialoogfase
voor DBFMO-Overeenkomst Tramlijnen 1 en 2 en eventuele aanvullende opdrachten (met inbegrip van de concessie ingevolge de Wet Personenvervoer 2000 voor het te verrichten openbaar vervoer)
Datum: 28 maart 2012
Inhoudsopgave
Inhoudsopgave 2
Voorwoord 5
1. Inleiding 6
1.1 Leidraad 6
1.2 Definities 6
1.3 Aanbesteder 6
2. Bijzonderheden Project 8
2.1 Project 8
2.2 Eventuele Aanvullende Opdrachten 9
2.3 Projectdoelen en scope 9
2.4 Kritieke Succes Factoren 11
2.5 DBFMO-Overeenkomst 11
2.6 Systeemgerichte Contractbeheersing 12
2.7 Betalingsregime en Projectfinanciering 12
2.8 Verzekeringen 13
2.9 Fasering aanbestedingsprocedure en uitvoering Project 13
2.10 Fasen - beknopt 14
2.11 Planologische procedures 15
3. Algemene Aanbestedingsinformatie 16
3.1 Akkoordverklaring Gegadigden 16
3.2 Toepasselijke regelgeving 16
3.3 Rechtsbescherming – forumkeuze 17
3.4 Afbreken procedure – terugtrekken Gegadigden 17
3.5 (Voor)aankondiging en Bekendmaking 18
3.6 Taal 18
3.7 Plafondprijs 18
3.8 Informatievoorziening: Dataroom en Persoonlijke website in PKM Relatics 19
3.9 Vertrouwelijkheid en Intellectuele Eigendomsrechten 19
3.10 Algemene en Vertrouwelijke Verduidelijkingen 20
3.11 Adviescommissies 21
3.12 Tenderboard 21
3.13 Probiteitsfunctionaris 21
3.14 Contact met omgevingspartijen en kabel- en leidingenbeheerders 21
3.15 Protocol Voorkoming Belangenverstrengeling 21
3.16 Belangenverstrengeling overigens 22
4. Prekwalificatiefase 24
5. Eerste Subfase Dialoog - Plan Van Aanpak 25
6. Plan van Aanpak - Algemeen 26
7. Inhoud Plan van Aanpak 27
8. Tweede Subfase Dialoog – Consultatiefase 28
9. Derde Subfase Dialoog – Eigenlijke Dialoogfase 29
9.1 Doel 29
9.2 Plannen en Processen: ontwikkeling daarvan tijdens aanbesteding, c.q. na gunning 29
9.3 Dialoog over en beoordeling van Dialoogproducten 29
9.4 Dialoog over andere onderdelen van de Inschrijving 34
9.5 Kwalitatieve gunningscriteria: xxxxxx en lijstrisico's 34
9.6 Europese Investeringsbank 37
9.7 Definitieve Dialoogproducten - Vaststelling Dialoogverslag - uitnodiging Inschrijving 37
10. Inschrijving 38
10.1 Doel 38
10.2 Datum "bevriezing" bepaalde gegevens 38
10.3 Inhoud Inschrijving 38
10.4 Financial Close Garantie en Gefixeerde schadevergoeding bij niet gestanddoening of niet bereiken van Financial Close 38
10.5 Contract c.q. Financial Close met opvolger 39
10.6 Beoordeling Inschrijvingen 39
10.7 Renterisico 39
10.8 Gunningscriterium 41
10.9 Uitgangspunten dienstregeling bij Inschrijving 41
10.10 Contante waarde Inschrijving 41
10.11 Exclusiviteitsbepaling Vreemd Vermogensverschaffers 42
10.12 Verduidelijking door Inschrijver 43
10.13 Aanwijzing Geselecteerde Inschrijver / Contract Close 43
10.14 Tegemoetkoming (ontwerp)kosten 43
11. Definitieve Gunning / Contract Close en Financial Close 44
11.1 Doel 44
11.2 Gestanddoeningstermijn 44
11.3 Gestanddoening – gefixeerde schadevergoeding 44
11.4 Procedure bij geen Contract Close of Financial Close met Geselecteerde Inschrijver 44
11.5 Eventuele actualisaties Fiancieel Model 44
11.6 Verzekeringen 45
Bijlage 1 – Definities 46
Bijlage 2 – DBFMO-Overeenkomst 50
Bijlage 3 – Dataroomreglement 51
Bijlage 4 - Eisen aan Dialoogproducten 54
Bijlage 4.1 – Dialoogproduct 1 – Basismanagementplan 54
Bijlage 4.2 – Dialoogproduct 2 – Inpassing- en vormgevingsplan 63
Bijlage 4.3 – Dialoogproduct 3 – Vervoerplan 69
Bijlage 4.4 – Dialoogproduct 4 – Rollend Materieelplan 72
Bijlage 4.5 – Xxxxxxxxxxxxxx 0 – Xxxxxxxxxxxxx Realisatie op Hoofdlijnen 74
Bijlage 5 – Model Dialoogverslag 77
Bijlage 6 – Lijstrisico's 78
Bijlage 7 – Outputspecificatie 83
Bijlage 8 – Eisen aan Inschrijving 84
Bijlage 8.1 – Model indieningsformulier Inschrijving 84
Bijlage 8.2 – Bijlagen bij Inschrijving 85
Bijlage 8.3 – Format financiële inschrijving 86
Bijlage 8.4 – Oorspronkelijk Financieel Model 90
Bijlage 8.5 – Modelformulier steunverklaring Aandeelhouders 94
Bijlage 8.6 – Modelformulier steunverklaring financieel adviseur 95
Bijlage 8.7 – Modelformulier steunverklaring (externe) vreemd vermogen verschaffer (inclusief EIB) (Mandated Lead Arranger/EIB) 96
Bijlage 8.8 – Model Financial Close garantie 98
Bijlage 8.9 – Model K-Verklaring 100
Bijlage 8.10 – Aangepaste Eigen Verklaring 101
Bijlage 9 – Overige bij Inschrijving in te dienen documenten 109
Bijlage 9.1 – Lijst Belangrijke Onderopdrachtnemers 109
Bijlage 9.2 – Formulier Rollend Materieel 111
Bijlage 9.3 – Formulier Opties 112
Bijlage 9.4 – Formulier Verbeteroptie duurzaamheid 113
Bijlage 9.5 – Formulier Lijstrisico's 114
Bijlage 9.6 – Geactualiseerde Projectplanning 116
Bijlage 10 – Proces-Verbaal score Inschrijving 117
Bijlage 10.1 – Individueel Formulier 117
Bijlage 10.2 – Scoreformulier Inschrijvingen 119
Voorwoord
Voor u ligt de Leidraad versie Eigenlijke Dialoogfase voor de aanbesteding van de DBFMO- Overeenkomst voor het ontwerp, de bouw (inclusief levering van het rollend materieel), de financiering, het onderhoud en het uitvoeren van het openbaar vervoer voor de nieuw aan te leggen Xxxxxxxxxx 0 xx 0 xx xx Xxxxxxxx Xxxxxxxxx ("Overeenkomst"), als voorportaal van een regionaal opererend hoogwaardig netwerk van trams en lightrail.
De Plan van Aanpakfase en de Consultatiefase zijn inmiddels afgesloten. Daarin hebben de Aanbesteder en de Gegadigden intensief overleg gevoerd. De Aanbesteder heeft de Aanbestedingsdocumenten naar aanleiding daarvan op een aantal punten geoptimaliseerd. Verder hebben interne reviewprocessen en verwerking van wensen van diverse stakeholders tot aanpassingen geleid. Tot slot heeft de Aanbesteder gebruik gemaakt van aanbevelingen die uit second opinions naar voren zijn gekomen.
De Eigenlijke Dialoogfase is bedoeld om de Gegadigden in staat te stellen de uitgevraagde Dialoogproducten te vervaardigen en daarover dialoog met de Aanbesteder te voeren. Deze Leidraad geeft u verder de nodige informatie over het vervolg van de procedure.
Ik wens u in deze fase een vruchtbare dialoog, inspiratie en veel succes toe. Mr. M.J. Olman,
Directeur project RegioTram
1. INLEIDING
1.1 Leidraad
De aanbestedingsprocedure voor het project RegioTram Groningen is beschreven in de diverse versies van de Aanbestedingsleidraad (Leidraad). Dit is de Leidraad versie Eigenlijke Dialoogfase.
Hierna volgt nog de versie Inschrijving.
De Aanbesteder kan een versie van de Leidraad overigens steeds nader uitwerken of wijzigen aan de hand van op dat moment bij de Aanbesteder bekende informatie en voortschrijdend inzicht.
De aanbestedingsprocedure is – vanwege het complexe karakter – gemodelleerd naar de concurrentiegerichte dialoog als bedoeld in artikel 29 van de Richtlijn 2004/18/EG en artikel 29 van het BAO. De Aanbesteder is zich er van bewust dat het deel dat betrekking heeft op de nieuwbouw, de financiering en de levering van het rollend materieel in beginsel wordt beheerst door de Richtlijn 2004/17/EG c.q. het BASS, waarin geen concurrentiegerichte dialoog is opgenomen, en dat het deel openbaar vervoer wordt beheerst door de voorschriften van de Wet en het Besluit Personenvervoer 2000. Het is op grond van artikel 37 lid 21 Bp2000 wettelijk echter toegestaan de aanbesteding van openbaar vervoer te organiseren in de vorm van een concurrentiegerichte dialoog (als aan de voorwaarden daarvoor wordt voldaan). De opzet van de aanbesteding als concurrentiegerichte dialoog in de zin van artikel 29 van het BAO is zodanig dat deze ook voldoet aan de onderhandelingsprocedure met voorafgaande bekendmaking als bedoeld in de Richtlijn 2004/17/EG en het BASS en overigens aan de voorschriften van § 2 van het Besluit Personenvervoer 2000. Overigens is op grond van artikel 8 lid 3 BASS toepasselijkheid van het BAO eveneens toegestaan.
1.2 Definities
Begrippen die in deze Leidraad met hoofdletters zijn geschreven zullen worden gedefinieerd in de Overeenkomst, of – wanneer zij niet in de Overeenkomst zullen zijn gedefinieerd – in deze Leidraad. Een lijst met definities is opgenomen als Bijlage 1.
De Aanbesteder zal ter informatie een Engelse vertaling van de Leidraad beschikbaar stellen. De Nederlandse versie is echter bindend.
1.3 Aanbesteder
De Aanbesteder is de door de Colleges van Gedeputeerde Staten van de Provincie Groningen en van Burgemeester en Wethouders van de Gemeente nog op te richten Gemeenschappelijke Regeling Openbaar Lichaam RegioTram. Tot het moment van oprichting daarvan zijn de (Colleges van de) Gemeente en de Provincie Groningen samen de Aanbesteder. Zij hebben gezamenlijk met Regio Groningen-Assen het Project RegioTram ingesteld, dat – als projectbureau – namens de Aanbesteder de aanbesteding en de projectvoorbereiding coördineert. Het nog op te richten Openbaar Lichaam RegioTram zal te zijner tijd als Opdrachtgever van de Overeenkomst en als concessieverlener ingevolge de Wet Personenvervoer optreden. Het is niet uitgesloten dat op enig moment tijdens de looptijd van de Overeenkomst een andere publieke rechtspersoon als Opdrachtgever en als concessieverlener ingevolge de Wet Personenvervoer 2000 zal gaan optreden. De Provincie Groningen en de Gemeente zullen jegens de Opdrachtnemer hoofdelijk aansprakelijk zijn voor de nakoming van de verplichtingen onder de Overeenkomst door de desbetreffende (mogelijk vervangende) Opdrachtgever jegens de Opdrachtnemer. Het voor de concessie van het openbaar vervoer overeenkomstig de Wet c.q. het Besluit Personenvervoer 2000 optredende bestuursorgaan zal in eerste instantie de Gemeenschappelijke Regeling Openbaar Lichaam RegioTram zijn (zie artikel 6(a) van de Overeenkomst). Het kan zijn dat gedurende de looptijd van de Overeenkomst wijzigingen hierop zullen plaatsvinden.
Het Openbaar Lichaam OV-Bureau Groningen Drenthe is overigens (onder meer) belast met de coördinatie en de ontwikkelfunctie van het als onderdeel van de Overeenkomst op te dragen
openbaar vervoer. Het OV-Bureau verleent ondersteuning aan Project RegioTram voor wat betreft de daarop betrekking hebbende onderdelen van aanbesteding en Overeenkomst.
Behalve de Provincie en Gemeente levert de Regio Groningen-Assen een financiële bijdrage. Het Ministerie van Infrastructuur en Milieu levert via het Regio Specifiek Pakket Zuiderzeelijn een financiële bijdrage.
Het correspondentieadres van de Aanbesteder voor deze aanbesteding is: Projectbureau RegioTram
Xxxxxxxxxxxx 00x
0000 XX XXXXXXXXX
T. (000) 000 00 00
F. (000) 000 00 00
E: xxxxxx@xxxxxxxxx.xxxxxxxxx.xx
Elektronische stukkenwisseling vindt in beginsel plaats via de persoonlijke website in PKM Relatics die de Aanbesteder in deze fase voor iedere Gegadigde heeft ingericht (zie par. 3.8.2 van deze Leidraad).
Contactpersoon is:
Contactpersoon: Mw. Mr. B.C. Lont, Projectsecretaris
Het is de Gegadigden overigens verboden om, anders dan op de in de Aanbestedingsdocumenten genoemde wijzen, over het Project contact te zoeken met de Aanbesteder, of met bestuurders en ambtenaren van de betrokken overheidspartijen (Gemeente, Provincie, OV-Bureau).
2. BIJZONDERHEDEN PROJECT
2.1 Project
De voorgeschiedenis met betrekking tot de voorgenomen aanleg van de Tramlijnen 1 en 2 is terug te vinden op de website van het Project RegioTram, xxx.xxxxxxxxx.xx. Op die website (xxxx://xxx.xxxxxxxxx.xx/xxxxxxxxxxx/) is ook een groot aantal documenten te vinden dat verdere achtergrondinformatie bevat over het project, de financiële aspecten, de besluitvorming en de aanbestedingsmethode. In de verhouding tot de Gegadigden is de tekst van deze Leidraad, zoals per fase van het project aan te passen, echter bindend. Voor wat betreft de scope van het Project verwijst de Aanbesteder naar de Dataroom (zie ook paragrafen 2.3 en 3.8.1 van deze Leidraad).
Kort gezegd bestaat het Project uit alle werkzaamheden en diensten die onder de uit deze aanbesteding voortvloeiende Overeenkomst moeten worden geleverd in verband met het ontwerp, de aanleg, de financiering, het onderhoud en de exploitatie van de complete vervoerssystemen van de Tramlijnen 1 en 2 van het Project RegioTram in de Gemeente, met inbegrip van de benodigde Traminfrastructuur, het Rollend Materieel en het daarmee uit te voeren Openbaar Vervoer in de zin van de Wet Personenvervoer 2000, alsmede ontwerp en bouw van de binnen de werkgrenzen liggende Gemeentelijke Infrastructuur en aanpassingen in de overige Gemeentelijke Infrastructuur als gevolg van de invoering van de tramlijnen. Voor wat betreft de Gemeentelijke Infrastructuur hoeft daaraan geen beheer en onderhoud plaats te vinden, voor zover zich dat buiten de Traminfrastructuur bevindt, en voor zover dit de gebruikelijke onderhouds- en garantieverplichtingen te boven gaat. Voor de Traminfrastructuur en voor de Gemeentelijke Infrastructuur, het Rollend Materieel en het Openbaar Vervoer is inmiddels de Outputspecificatie (op basis van systems engineering) beschikbaar.
De eigendom van de Traminfrastructuur zal verblijven bij de betrokken overheden, in casu de Gemeente. Het Rollend Materieel zal in beginsel in eigendom toebehoren aan de Aanbesteder (of een door de Aanbesteder aan te wijzen entiteit). Mogelijk dat tijdens de aanbesteding blijkt dat het meerwaarde kan hebben om de eigendom van het Rollend Materieel op een later moment te laten overgaan (bijvoorbeeld in verband met fiscale of financieringsoverwegingen). In ieder geval zal de eigendom van de complete systemen en het Rollend Materieel bij het einde van de Overeenkomst (bij Einddatum dan wel bij tussentijdse beëindiging) bij een van de betrokken overheden komen te rusten, en zullen deze alsdan aan de te stellen overdrachtseisen moeten voldoen. Deze eigendomsoverdracht aan de Opdrachtgever of een door hem aan te wijzen publieke entiteit mag onder geen beding worden belemmerd door eisen van de zijde van de financiers.
De Aanbesteder heeft ten aanzien van Social Return specifieke eisen in de Outputspecificatie opgenomen. De Gegadigden hebben hieraan ook al aandacht besteed in hun Plannen van Xxxxxx. Een van de eisen voor het Aanvangscertificaat is een social returnplan dat op het Plan van Xxxxxx zal zijn gebaseerd en dat voldoet aan de Outputspecificatie.
Binnen de Gemeente zullen gedurende de uitvoering van het Project, in het bijzonder de Realisatiefase, ook andere grote projecten in uitvoering zijn. In dit verband zullen de Gegadigden tijdens de Eigenlijke Dialoogfase, als onderdeel van het Omgevingsplan Realisatie op Hoofdlijnen, een faseringsplan voor de door hen te definiëren Deelgebieden moeten indienen dat in overeenstemming met het hoofdstuk Omgeving uit de Outputspecificatie zal moeten zijn. Aan de hand van dat faseringsplan kan de Opdrachtgever dan met de andere projecten afstemming laten plaatsvinden.
Voor wat betreft de beschikbaarheid van een Opslagterrein verwijst de Aanbesteder naar het hoofdstuk Omgeving uit de Outputspecificatie. Voor gebruik van een Opslagterrein zal de Opdrachtnemer aan de Gemeente een huur verschuldigd zijn.
xx Xxxxxxxxxx over de door hen te gebruiken Opslagterreinen, en de systematiek met betrekking tot
Tijdens de Eigenlijke Dialoogfase zal afstemming plaatsvinden tussen de Aanbesteder en ieder van
Deelgebieden, fasering, afsluiting, de benodigde certificaten en de eisen daarvoor en de daarmee samenhangende BLVC-aspecten.
De bedoeling van de Aanbesteder is om de periode waarin de tramlijn in gebruik is, de exploitatiefase, vanaf de Ingebruikstellingsdatum (voorheen genaamd Beschikbaarheidsdatum) 22,5 jaar te laten duren.
Deze aanbesteding houdt ook in de aanbesteding van de concessieverlening voor het verrichten van openbaar vervoer per tram over de Tramlijnen 1 en 2. Zie voor de rechtspositionele aspecten hiervan ook paragraaf 3.3 van deze Leidraad. In het kader daarvan heeft de Aanbesteder de volgens de Wet Personenvervoer 2000 benodigde overlegprocedures gevoerd met de diverse consumentenorganisaties als bedoeld in artikel 44 lid 3 Wet Personenvervoer 2000. Dit overleg kan tijdens de aanbesteding mogelijk nog worden voortgezet.
De Aanbesteder is zich ervan bewust dat artikel 24 van de Wet Personenvervoer 2000 op dit moment slechts concessies van maximaal 15 jaar toestaat, en dan na verkregen ontheffing van de Minister van Infrastructuur en Milieu. Op 3 december 2009 is de PSO-Verordening van kracht geworden. Op grond van artikel 4 leden 3 en 4 van de PSO-Verordening kan de maximale duur van een tramconcessie 22,5 jaar zijn. Op 27 april 2010 heeft het kabinet een wetsvoorstel tot wijziging van de Wet Personenvervoer 2000 (kamerstuk 32376) ingediend waaruit, in een nieuw artikel 24 lid 1 van de wet, de maximale concessieduur voor de onderhavige Overeenkomst op 22,5 jaar na de Geplande Ingebruikstellingsdatum voortvloeit. In de Memorie van Toelichting bij dit wetsvoorstel wordt opgemerkt dat de PSO-Verordening op dit punt al rechtstreekse werking heeft. Het Ministerie van Infrastructuur en Milieu heeft aan Project RegioTram bevestigd dat de maximaal toegestane concessieduur voor dit project 22,5 jaar is.
Voorafgaand aan de Eigenlijke Dialoogfase zal de Aanbesteder beschrijven van welke situatie de Gegadigden moeten uitgaan voor wat betreft het op de Overeenkomst toepasselijke regime van risicoallocatie, mede in het licht van de Verstrekte Gegevens.
2.2 Eventuele Aanvullende Opdrachten
De Aanbesteder sluit niet uit dat tijdens de looptijd van de Overeenkomst wijzigingen zullen worden opgedragen. Deze wijzigingen kunnen onder meer betrekking hebben op de volgende aspecten:
(i) Periodieke aanpassingen in de dienstregeling voor de Tramlijnen 1 en 2;
(ii) Gedogen van gebruik door derden van Tramlijnen 1 en 2, al dan niet met gelijktijdige beëindiging van de O-component van Tramlijnen 1 en 2, tegen betaling van een billijke infraheffing;
(iii) Eventuele uitbreidingen van de infrastructuur voor de Tramlijnen 1 en 2, en eventueel – binnen zekere grenzen - naar nieuwe lijnen;
(iv) Doorrijden in de Regio na beëindiging spoorconcessies in 2020;
(v) Aanschaf nieuw materieel op verzoek van de Aanbesteder; en
(vi) Overige wijzigingen
Zie hierover verder artikel 13 van de concept DBFMO-Overeenkomst.
2.3 Projectdoelen en scope
Bij het voorbereiden van het Project heeft de Aanbesteder een aantal Projectdoelen geformuleerd. De bedoeling van deze aanbesteding is om de Overeenkomst aan te gaan met die partij die geschikt is om de daaruit voortvloeiende verbintenissen zodanig te kunnen nakomen dat daarmee optimaal
aan de Projectdoelen zal worden voldaan (de zogenaamde "outstanding performance"). Daarvoor dienen ook de bij Prekwalificatie aangelegde minimumeisen en de gunningscriteria.
De Projectdoelen, de topeisen voor het Project op het hoogste niveau, zijn:
1. Kwaliteit
a. Vervoer
i. Betaalbaar, vlot, veilig, comfortabel en betrouwbaar vervoer voor een groeiend aantal reizigers;1
ii. Inpassing van het te verrichten openbaar vervoer binnen het tijdens de looptijd van de Overeenkomst bestaande openbaar vervoersnetwerk en – indien nodig – praktisch eenvoudig uit te breiden;
iii. Goed functionerend Systeem (met inbegrip van Traminfrastructuur).
b. Omgeving
i. Op esthetisch en ruimtelijk verantwoorde wijze ingepast;
ii. Een goed ingepaste en vormgegeven Traminfrastructuur en Gemeentelijke Infrastructuur;
iii. Goede coördinatie met andere gemeentelijke projecten in de openbare ruimte;
iv. De bouw en exploitatie van het systeem moet geen (of althans zo min mogelijk) hinder en overlast toebrengen aan bewoners, ondernemers en bezoekers van de Gemeente en aan gebruikers van het Systeem. Dat wil zeggen: bereikbaarheid van de directe omgeving van het Systeem moet in alle fasen van het Project worden gegarandeerd en de bouw en exploitatie mogen zo min mogelijk hinder in de zin van geluid, trillingen, stof en elektromagnetische velden aan de omgeving toebrengen terwijl schade aan de omgeving zoveel mogelijk moet worden voorkomen.
c. Duurzaamheid en Social Return
i. Het systeem moet een zo laag mogelijke belasting van het milieu inhouden;
ii. Het systeem moet een zo groot mogelijke graad van toekomstvastheid bezitten;
iii. Het systeem moet een behoorlijke graad van innovatie, maar wel "tested and proven" zijn;
iv. Alle bij het Project betrokken werknemers (personeel van ontwerpers, bouwers, exploitanten, betrokken overheden) moeten aan hun betrokkenheid de nodige arbeidsvreugde beleven;
v. Het project moet behoorlijke kansen bieden aan mensen met een grotere afstand tot de arbeidsmarkt.
d. Reputatie
i. Het systeem moet een uitstekende reputatie hebben, die afstraalt op de achterliggende overheden.
2. Veiligheid en Gezondheid
Ontwerp, bouw en exploitatie van het systeem moeten veilig en gezond zijn voor bouwers, alle mede-weggebruikers, het publiek, de omgeving, de passagiers en personeel.
3. Beschikbaarheid
a. Tijd
i. Beide tramlijnen moeten op de derde zondag in juli 2016 in exploitatie zijn;
ii. Daarvóór moet voldoende gelegenheid zijn geweest voor het proefbedrijf.
iii. De looptijd van de concessie begint op het moment dat de Opdrachtnemer start met de dienstregeling.
1 De Aanbesteder realiseert zich daarbij dat de Opdrachtgever van de DBFMO-Overeenkomst het geheel in eigen hand heeft de prijsstelling van het te verrichten openbaar vervoer vast te stellen.
b. Vervoer (‘openingstijden’): het vervoer moet betrouwbaar, in voldoende capaciteit en punctueel beschikbaar zijn voor reizigers.
c. Duurzaamheid (in de zin van onderhoudsarm): het systeem moet in het gebruik een zo laag mogelijke belasting op het milieu hebben.
4. Beheersbaarheid
a. Geld/Financiën
i. Het Project moet binnen het daarvoor door de Partijen en derden beschikbaar te stellen budget kunnen worden gerealiseerd;
ii. De besteding van de middelen moet transparant en rechtmatig geschieden;
iii. De voorziening moet betaalbaar zijn voor de passagiers;
iv. Mits de Opdrachtnemer zijn werk naar behoren uitvoert (waarvoor financiële prikkels zullen worden opgenomen), heeft hij recht op een "fair reward" voor die werkzaamheden.
b. Risico’s
Project RegioTram (en alle daarmee samenwerkende partijen) moet de risico's van het project binnen de wettelijke grenzen en die van de Overeenkomst kunnen beheersen.
c. Flexibiliteit
Het Project moet in voldoende mate rekening houden met de op dit moment voorzienbare wijzigingen; overigens moeten wijzigingen zoveel mogelijk worden ontmoedigd.
d. Samenwerking
Het Project moet in goede samenwerking tussen de Opdrachtgever, de Opdrachtnemer en de overige stakeholders worden uitgevoerd, waarbij eventueel optredende geschillen – indien deze niet kunnen worden voorkomen - zoveel mogelijk zelf tussen die partijen moeten kunnen worden opgelost.
In Systems Engineering termen zijn deze Projectdoelen de "Topeisen" van het project. De Aanbesteder vertaalt deze in een aantal systeemeisen (voor Traminfrastructuur en Gemeentelijke Infrastructuur, voor het Rollend Materieel en voor het Openbaar Vervoer) en subsysteem- c.q. objecteisen. Daarvan maken ook proces- en aspecteisen deel uit. De Gegadigden zullen daarop hun voorstellen moeten ontwikkelen en het resultaat daarvan (van de geselecteerde Inschrijver) gekoppeld aan de eisen vormt als geheel de Outputspecificatie van het Project.
In de in paragraaf 3.8.1 en Bijlage 3 te bespreken Dataroom is een aantal documenten opgenomen dat gezamenlijk de "scope" van het Project beschrijft. Deze documenten geven, naast deze Leidraad, een breder overzicht van de scope en de achterliggende ambities van het Project.
2.4 Kritieke Succes Factoren
De Projectdoelen staan onder andere aan de basis van de formulering van de Kritieke Succesfactoren (KSF-en) voor de inmiddels afgesloten Plan van Aanpakfase. De Plan van Aanpakfase was de eerste echte (sub)fase van de Dialoog.
2.5 DBFMO-Overeenkomst
Als Bijlage 2 is de concept-DBFMO-Overeenkomst aan deze Leidraad gevoegd.
De Aanbesteder zal de concept-DBFMO-Overeenkomst aan de hand van de resultaten van de Eigenlijke Dialoogfase voor iedere Gegadigde individueel completeren:
(a) Het Basismanagementplan en de diverse dialoogproducten zullen als onderdeel van Bijlage 8 (het Managementplan, zoals overeenkomstig artikel 8.1. van de Overeenkomst na Contract Close verder uit te werken) in de Overeenkomst worden verwerkt;
(b) Overige door de Gegadigde tijdens de aanbestedingsprocedure te ontwikkelen documenten (zoals het overzicht van de verzekeringspolissen in Bijlage 13) zullen als bijlagen bij de Overeenkomst worden gevoegd.
Voor zover de Aanbesteder de Overeenkomst overigens aanpast, zal dit zodanig tijdig gebeuren dat de Gegadigden daarmee bij de voorbereiding van de Inschrijving in voldoende mate rekening kunnen houden.
2.6 Systeemgerichte Contractbeheersing
De Aanbesteder past bij de aanbesteding en – als Opdrachtgever – bij de uitvoering van de Overeenkomst systeemgerichte contractbeheersing (SCB) toe.
Onder dat systeem ligt de verantwoordelijkheid voor het voldoen aan eisen uit de Overeenkomst bij de Opdrachtnemer. De Opdrachtnemer beheerst zijn project en kan het voldoen aan de eisen van (deel)producten aantonen met de registraties uit zijn verificatie- en keuringsplannen. Het belangrijkste element van de projectbeheersing van de Opdrachtnemer is dat hij zelf tijdig afwijkingen signaleert, tijdig passende (correctieve, corrigerende en/of preventieve) maatregelen neemt en dit hele proces regelmatig evalueert.
De Aanbesteder heeft bewust gekozen voor een rol op afstand waarbij er minimale bemoeienis is met de invulling van het projectmanagement en kwaliteitsmanagement van de Opdrachtnemer.
Beheersing op afstand is een intensief en dynamisch proces. De Opdrachtgever richt samen met de Opdrachtnemer een mix van tijdens de aanbesteding door de Opdrachtnemer ontwikkelde toetsen in die risicogestuurd is en gebaseerd is op de eisen van de DBFMO-Overeenkomst. Het proces van toetsen wordt continu geoptimaliseerd en mogelijke aanleidingen tot optimalisatie zijn Bijzondere Omstandigheden en andere risico’s, Wijzigingen, nieuwe inzichten in de voortgang van het werk, bevindingen en Tekortkomingen. De mix van toetsen omvat systeem-, proces- en producttoetsen.
De Aanbesteder veronderstelt de Gegadigden met deze wijze van projectbeheersing bekend. Aanvullende informatie inzake SCB is beschikbaar op:
xxxx://xxx.xxxxxxxxxxxxxxx.xx/xxxxxxxxxxxxx/xxxxxxxxxx/xxxxxxxxxxxxxxx_xxxxxxxxxxxxxxxxxx
Op deze site treft men de Handreiking SCB versie 2007 aan. Deze handreiking is slechts ter informatie.
2.7 Betalingsregime en Projectfinanciering
De Opdrachtnemer zal tijdens de looptijd van de Overeenkomst, naast een vijftal piekbetalingen, een prestatieafhankelijke periodieke Beschikbaarheidvergoeding ontvangen, bestaande uit een vast en een variabel deel.
De Opdrachtgever stelt Beschikbaarheidsvergoeding betaalbaar dadelijk na de Ingebruikstellingsdatum.
Het betalingsregime kent prikkels om de beschikbaarheid, alsmede de kwaliteit van de te leveren diensten, te optimaliseren (bijvoorbeeld in verband met beschikbaarheid, veiligheid, omgevingshinder, klachtafhandeling, kwaliteit van het Openbaar Vervoer, etc.). De periode tussen Ingebruikstellingsdatum en de Einddatum is 22,5 jaar. Een en ander is geregeld in Bijlage 2 bij de DBFMO-Overeenkomst.
De Opdrachtnemer moet zorg dragen voor Projectfinanciering. Voor een definitie daarvan: zie Bijlage 1 van de concept DBFMO-Overeenkomst.
2.8 Verzekeringen
De Aanbesteder schrijft geen verzekeringen voor. De risicoverdeling tussen Opdrachtgever en Opdrachtnemer volgt uit de DBFMO-Overeenkomst. Zie echter ook paragraaf 11.6 van deze Leidraad en – uiteindelijk – Bijlage 13 bij de DBFMO-Overeenkomst.
2.9 Fasering aanbestedingsprocedure en uitvoering Project
De aanbestedingsprocedure verloopt in een aantal fasen. In het hiernavolgende schema zijn deze fasen weergegeven. De opgegeven data zijn nog steeds onder voorbehoud, indicatief en de Aanbesteder zal deze gedurende de aanbestedingsprocedure van tijd tot tijd wijzigen.
Actie | Planning |
Aankondiging | Afgerond |
Startbijeenkomst | Afgerond |
Indienen verzoeken tot deelname | Afgerond |
Beoordeling | Afgerond |
Rechtsbeschermingstermijn niet geselecteerde Gegadigden | Afgerond |
1e subfase dialoog (Plan van Aanpakfase) | Afgerond |
Indienen Plan van Aanpak | Afgerond |
Beoordeling Plannen van Aanpak | Afgerond |
Rechtsbeschermingstermijn scores op Plannen van Aanpak | Afgerond |
2e subfase van Dialoog (Consultatiefase) | Afgerond |
3e subfase van Dialoog (Eigenlijke Dialoogfase) | 26 april tot 27 juli 2012 |
Rechtsbeschermingstermijn beoordeling Dialoogproducten | Vervallen |
Uitnodiging Inschrijving | 30 juli 2012 |
Indienen Inschrijving voorwaardelijk gecommitteerd | 17 september 2012 |
Indienen steunverklaring Vreemd Vermogensverschaffer | Uiterlijk 1 oktober 2012 |
Beoordeling Inschrijvingen | 17 september tot 8 oktober 2012 |
Aanwijzing Geselecteerde Inschrijver | 30 oktober 2012 |
Rechtsbeschermingstermijn sluit | 14 november 2012 |
Actie | Planning |
Contract close2 | 14 december 2012 |
Financial close | Uiterlijk 31 januari 2013 |
2.10 Fasen - beknopt
2.10.1 Prekwalificatiefase Deze is afgerond
2.10.2 Dialoog
De Aanbesteder maakt gebruik van de in artikel 29 lid 4 van de Richtlijn 2004/18/EG en van het BAO geboden mogelijkheid om de Dialoog in opeenvolgende subfasen te laten verlopen. In deze aanbestedingsprocedure bestaat de Dialoog uit de volgende drie subfasen:
• Fase 1: Plan van Aanpakfase, die inmiddels is afgerond;
• Fase 2: Consultatiefase, die inmiddels is afgerond;
• Fase 3: Eigenlijke Dialoogfase.
2.10.3 Fase Inschrijving
Na het beëindigen van de Eigenlijke Dialoogfase door de Aanbesteder volgt de fase Inschrijving.
Gunning van het Project vindt plaats op basis van het criterium van de economisch meest voordelige inschrijving.
De inschrijving moet overigens lager zijn dan de voor die Gegadigde vastgestelde Plafondprijs.
2.10.4 Fase gunning en Contract Close / Financial Close
Na aanwijzing van de Geselecteerde Inschrijver kan deze beginnen met de voorbereidende werkzaamheden ten behoeve van Contract Close en Financial Close, en ook die voorbereidende werkzaamheden die in verband met het kunnen halen van de planning zonder Aanvangscertificaat al kunnen en moeten worden uitgevoerd (zie artikel 4.2.(a) van de Overeenkomst. De Aanbesteder denkt hierbij bijvoorbeeld aan overleg met Kabel- en Leidingenbeheerders. Echter, voor Contract Close mogen geen werkzaamheden "buiten" worden uitgevoerd.
Voorwaarde voor het bereiken van Contract Close (en vervolgens Financial Close) is instemming met het gunningsbesluit en de daarmee samenhangende kredietverlening door Gemeenteraad en Provinciale Staten. Mochten deze uiteindelijk niet instemmen met het sluiten van de overeenkomst, dan zal de Opdrachtnemer aanspraak kunnen maken op een substantiële vergoeding van de daadwerkelijk en aantoonbaar door hem gemaakte kosten, zowel tijdens de aanbesteding, als daarna.
Over de omvang van de benodigde werkzaamheden en deze vergoeding wil de Aanbesteder met de Gegadigden vroeg in de Eigenlijke Dialoogfase met de Gegadigden dialoog voeren.
2 In de periode van 8 tot 30 oktober vindt bestuurlijke besluitvorming plaats door dagelijkse colleges. Tussen 31-10 en 12-12 vindt besluitvorming plaats door Gemeenteraad en Provinciale Staten
2.11 Planologische procedures
Voor het Project moeten vier afzonderlijke bestemmingsplannen worden vastgesteld. Nadere informatie daarover is te vinden in de Dataroom.
De uiteindelijke uitkomsten van de planologische procedures kunnen een effect hebben op de verdere voortgang van de aanbestedingsprocedure en op de precieze inhoud van het Project.
3. ALGEMENE AANBESTEDINGSINFORMATIE
3.1 Akkoordverklaring Gegadigden
Door indiening van een Plan van Xxxxxx hebben de Gegadigden zich onvoorwaardelijk akkoord verklaard met de in de Leidraad versie Plan van Xxxxxx beschreven aanbestedingsprocedure.
Door deel te nemen aan de Eigenlijke Dialoogfase veronderstelt de Aanbesteder dat de Gegadigden onvoorwaardelijk akkoord zijn met de in de Leidraad Eigenlijke Dialoogfase beschreven procedure.
3.2 Toepasselijke regelgeving
De Aanbesteder voert deze aanbestedingsprocedure als concurrentiegerichte dialoog (artikel 29 Richtlijn 2004/18/EG, artikel 29 Besluit aanbestedingsregels voor overheidsopdrachten en Hoofdstuk 4 van het ARW 2005).
Op grond van de Wet personenvervoer 2000 moet aan de opdrachtnemer van de Overeenkomst ook een concessie voor het verrichten van openbaar vervoer als bedoeld in de Wet personenvervoer 2000 worden verleend.
De Opdrachtnemer zal zelf de "communautaire vergunning" als bedoeld in artikel 4 Wp2000 zal moeten hebben, dan wel gebruik zal kunnen maken van de vergunning van de door hem in te schakelen openbaar vervoerder.
Voor zover hier in de Leidraad niet van wordt afgeweken, is op deze aanbestedingsprocedure onder meer de volgende wet- en regelgeving van toepassing:
▪ De Richtlijn 2004/18/EG van het Europees Parlement en de Raad van 31 maart 2004, betreffende de coördinatie van de procedures voor het plaatsen van overheidsopdrachten voor werken, leveringen en diensten (Pb. L 134/114, 30 april 2004);
▪ De Richtlijn 89/665/EEG van de Raad van 21 december 1989 houdende de coördinatie van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen betreffende de toepassing van de beroepsprocedures inzake het plaatsen van overheidsopdrachten voor leveringen en voor de uitvoering van werken, zoals gewijzigd door Xxxxxxxxx 2007/66/EG van het Europees Parlement en de Raad van 11 december 2007 tot wijziging van de Richtlijnen 89/665/EEG en 92/13/EEG van de Raad met betrekking tot de verhoging van de doeltreffendheid van de beroepsprocedures inzake het plaatsen van overheidsopdrachten;
▪ De Wet Implementatie Rechtsbescherming Aanbestedingen ("WIRA"), Staatsblad 2010, 38;
▪ Het Besluit van 16 juli 2005, houdende regels betreffende de procedures voor het gunnen van overheidsopdrachten voor werken, leveringen en diensten (Besluit aanbestedingsregels voor overheidsopdrachten "BAO"), Staatsblad 2005, 408 (nadien gewijzigd in Staatsblad 2007, 313) op basis van de Raamwet EU-voorschriften aanbestedingen;
▪ Het Besluit van 16 juli 2005, houdende regels betreffende de procedures voor het gunnen van opdrachten in de sectoren water- en energievoorziening, vervoer en postdiensten (Besluit aanbestedingen speciale sectoren "BASS"), Staatsblad 2005, 409 op basis van de Raamwet EU-voorschriften aanbestedingen;
▪ Het Aanbestedingreglement Werken 2005 (ARW 2005);
▪ Wet BIBOB en Beleidsregels BIBOB;
▪ PSO-Verordening;
▪ Wet Personenvervoer 2000;
▪ Besluit Personenvervoer 2000
3.3 Rechtsbescherming – forumkeuze
De Aanbesteder zal op rechtsgevolg gerichte besluiten tijdens de aanbesteding schriftelijk aan de betreffende Gegadigde(n) of Inschrijver(s) mededelen.
Als een Gegadigde of Inschrijver bezwaren heeft tegen het desbetreffende besluit, moet hij binnen 15 kalenderdagen na verzending van het besluit door de Aanbesteder een kort geding aanhangig hebben gemaakt tegen dat besluit van de Aanbesteder. Het geding is aanhangig vanaf de dag der dagvaarding (artikel 125 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering).
Deze termijn is geen vervaltermijn. Maar, als een Gegadigde of Inschrijver niet binnen 15 kalenderdagen na verzending van het besluit daadwerkelijk een kort geding aanhangig heeft gemaakt, is de Aanbesteder vrij om (verder) gevolg te geven aan het besluit.
Ieder geschil tussen de bij de aanbestedingsprocedure betrokkenen dat ontstaat naar aanleiding van de aanbestedingsprocedure waarop de Leidraad van toepassing is, moet worden voorgelegd aan de burgerlijke rechter te Groningen.
Op grond van de Wet Personenvervoer 2000, die van toepassing is op de te zijner tijd door de Opdrachtgever te verlenen concessie voor het te verrichten tramvervoer, zijn geschillen over de gunning van de concessie in hoogste instantie onderworpen aan beslechting door het College van Beroep voor het Bedrijfsleven.
Daaraan doet niet af dat het besluit tot concessieverlening 1-op-1 is verbonden aan het gunningsbesluit van de Overeenkomst met alle bijbehorende prestaties, waarvan de waarde die van het verrichten van het feitelijk vervoer overtreft. De in het bestuursrecht geboden rechtsbescherming kan niet worden weggecontracteerd.
De Aanbesteder heeft hiervoor de volgende regeling ingesteld:
• De Gegadigde ziet af van het zoeken c.q. uitlokken van rechtsbescherming onder het bestuursrecht terzake enig besluit van de Aanbesteder in verband met deze aanbesteding; de rechtsbescherming is die welke wordt geboden onder artikel 4.33 ARW-2005;
• De uitsluiting van rechtsbescherming onder het bestuursrecht betreft uitsluitend besluiten van de Aanbesteder in het kader van de aanbesteding zélf en niet besluiten van Aanbesteder over andere onderwerpen (bijvoorbeeld in verband met vergunningverlening);
• Als de civiele rechter zich terzake van enig geschil onbevoegd verklaart, staat het een Gegadigde vrij om zich tot de bestuursrechter te wenden;
• Als anderen dan de Gegadigde zich tot de bestuursrechter wenden, kan de Gegadigde zich als belanghebbende in de desbetreffende procedure bij de bestuursrechter mengen.
• De procedure met betrekking tot de concessieverlening volgt uit artikel 6(a) van de DBFMO- Overeenkomst.
De kans op succes van een actie tegen de concessieverlening bij de bestuursrechter wordt verder beperkt, door voor gunning van de concessie (slechts) het gunningscriterium te laten gelden dat aan de desbetreffende inschrijver de DBFMO-overeenkomst is gegund.
Over deze regeling heeft de Aanbesteder dialoog met de Gegadigden gevoerd en deze hebben hiermee ingestemd.
3.4 Afbreken procedure – terugtrekken Gegadigden
De Aanbesteder kan de aanbestedingsprocedure tussentijds afbreken.
Als de Aanbesteder overgaat tot het afbreken van de aanbestedingsprocedure, dan zal de Aanbesteder de Gegadigden afhankelijk van het stadium waarin de aanbestedingsprocedure zich bevindt en afhankelijk van de tot dan toe door de Gegadigden gepleegde inspanningen, een door de Aanbesteder vast te stellen redelijke vergoeding betalen voor de door de Gegadigde gemaakte kosten, tot aan het maximum van de in paragraaf 10.14 van deze Leidraad opgenomen per Gegadigde daarin genoemde vergoeding.
Gegadigden mogen zich tot aan het indienen van de Inschrijving uit de aanbestedingsprocedure terugtrekken zonder ten opzichte van de Aanbesteder schadeplichtig te zijn. Gegadigden die zijn uitgenodigd tot deelname aan een volgende fase van de aanbestedingsprocedure maar die zich niettemin terugtrekken, hebben geen aanspraak op enige tegemoetkoming in de (ontwerp)kosten. Aanbesteder kan in bijzondere gevallen van deze regel afwijken, bijvoorbeeld als het besluit tot terugtrekking is gelegen in een zodanige wijziging door de Aanbesteder in de Aanbestedingsdocumenten dat van de betrokken Gegadigde in redelijkheid niet kan worden verlangd dat hij de aanbestedingsprocedure vervolgt dan wel als de Aanbesteder door de tot dan toe door de Gegadigde ingediende dialoogproducten is gebaat.
3.5 (Voor)aankondiging en Bekendmaking
De aanbestedingsprocedure is ook bekend gemaakt op de internetsite xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xx.
De vooraankondiging is op 11 november 2010 verzonden naar het Bureau Publicaties van de Europese Gemeenschappen (TED). De vooraankondiging is op 16 november 2010 gepubliceerd in de TED onder PB-nummer 2010/S 222-339762.
De aankondiging is op 7 december 2010 verzonden naar het Bureau Publicaties van de Europese Gemeenschappen. De aankondiging is op 9 december 2010 gepubliceerd in de TED, onder PB- nummer 2010/S 000-000000.
3.6 Taal
De taal waarin deze aanbestedingsprocedure wordt gevoerd is Nederlands. Uitsluitend ter informatie zal de Aanbesteder bepaalde documenten in de Engelse taal beschikbaar kunnen stellen. De tekst van de Leidraad in de Nederlandse taal is bindend. Voor zover de Aanbesteder niet anders zal aangeven, zullen alle stukken die de Gegadigden bij Aanbesteder indienen in de Nederlandse taal moeten zijn gesteld.
Op verzoek van Xxxxxxxxxx kunnen – alleen na toestemming van de Aanbesteder – bepaalde dialooggesprekken in het Engels worden gevoerd en bepaalde Dialoogproducten in de Engelse taal worden ingediend. Dat zal in beginsel alleen het geval zijn bij juridische en financiële onderwerpen en bij hoge uitzondering bij tramtechnische onderwerpen.
3.7 Plafondprijs
De herziene Plafondprijs voor de uitvoering van de Overeenkomst bedraagt een netto contante waarde van € 303 miljoen op 1 januari 2012, exclusief BTW, op basis van een disconteringsvoet van 7,7%, rekening houdende met een indexering van het deel van de Beschikbaarheidsvergoeding dat verband houdt met de operationele kosten tegen de toepasselijke indices, en rekening houdende met vijf piekbetalingen van €25 miljoen op respectievelijk 1 januari 2014, 1 juli 2014, 1 januari 2015,1 juli
2015 en 16 juli 2016.
De Plafondprijs zal per Inschrijver worden verlaagd met het bedrag van de bijtelling van door hem overeengekomen Lijstrisico's. Zie hierover verder Bijlage 6.
De Inschrijving mag de Plafondprijs, zoals eventueel verlaagd ten gevolge van de keuze van de Inschrijver voor bepaalde Lijstrisico's (zie Bijlage 6), niet overschrijden. Inschrijvingen die daaraan niet voldoen zijn ongeldig.
3.8 Informatievoorziening: Dataroom en Persoonlijke website in PKM Relatics
3.8.1 Website- Dataroom
Ten behoeve van deze aanbestedingsprocedure heeft de Aanbesteder een extranet site ingericht, de Dataroom. Daarop is een virtuele dataroom geplaatst waarop het Dataroomreglement (Bijlage 3) van toepassing is.
3.8.2 Persoonlijke website in PKM Relatics
In deze aanbestedingsprocedure wordt gebruik gemaakt van de mogelijkheid om communicatie tussen Gegadigden en de Aanbesteder langs elektronische weg te doen plaatsvinden.
Iedere Gegadigde heeft toegang tot een persoonlijke website in PKM Relatics. Verzoeken tot verduidelijkingen van Gegadigden kunnen uitsluitend via deze website aan de Aanbesteder worden gericht. De Aanbesteder zal de inlichtingen – behalve via Nota's van Inlichtingen – ook via deze website aan Gegadigden mededelen.
Gegevens die langs elektronische weg tussen de Aanbesteder en de Gegadigden worden gecommuniceerd, zullen – voor zover het gaat om tekst - in pdf-bestandsformat worden aangeleverd; eventueel kan dit in Word of Excel format, indien de Aanbesteder daartoe – al dan niet op verzoek van Xxxxxxxxxx – besluit. Ontwerpbestanden kunnen in overleg tussen de Aanbesteder en de Gegadigden ook in andere bestandsformaten, zoals in .dwg, .dgn, Autocad of Microstation worden uitgewisseld.
De Probiteitsfunctionaris heeft ook toegang tot de persoonlijke websites.
3.9 Vertrouwelijkheid en Intellectuele Eigendomsrechten
3.9.1 Vertrouwelijkheid door de Gegadigden te betrachten
Door aan de aanbestedingsprocedure deel te nemen verplichten de Gegadigden zich alle informatie die zij van de Aanbesteder ontvangen - voor zover niet beschikbaar in het publieke domein - geheim te zullen houden en niet aan derden te zullen verstrekken. Zij mogen dergelijke informatie wel verstrekken aan (onder)opdrachtnemers van de Gegadigden die bij de aanbestedingsprocedure zijn betrokken, onder oplegging van dit vertrouwelijkheidsbeding. Deze verplichting geldt niet als uit de Leidraad dan wel uit andere mededelingen van de Aanbesteder uitdrukkelijk het tegendeel voortvloeit.
3.9.2 Vertrouwelijkheid door de Aanbesteder te betrachten en intellectuele eigendomsrechten Als vertrouwelijk worden aangemerkt:
(i) Referentiegegevens, Plannen van Aanpak (met uitzondering van de daarin opgenomen generieke – openbare – gedeelten), Dialoogproducten en Inschrijvingen;
(ii) Vertrouwelijke Verduidelijkingen als bedoeld in paragraaf 3.10.2;
(iii) Alle overige informatie die – naar haar aard – vertrouwelijk is.
De Aanbesteder zal Vertrouwelijke informatie als zodanig behandelen. De Aanbesteder zal vertrouwelijke informatie derhalve niet bekend maken aan derden – waaronder begrepen andere Gegadigden – behoudens wanneer de Aanbesteder op grond van enige wettelijke verplichting, dan wel in het kader van een rechtsgeding, redelijkerwijs gehouden is tot openbaarmaking. Alvorens de Aanbesteder in die situaties vertrouwelijke informatie aan derden verstrekt, zal hij met de betreffende Gegadigde overleg plegen over een voor laatstgenoemde minst bezwaarlijke manier van bekendmaking, onverminderd de nakoming van voormelde verplichtingen door Aanbesteder.
Door deelneming aan de aanbestedingsprocedure gaan eventueel bij de Gegadigden verblijvende intellectuele eigendomsrechten niet op de Aanbesteder over, tenzij anders overeengekomen.
3.10 Algemene en Vertrouwelijke Verduidelijkingen
Gedurende de aanbestedingsprocedure kunnen de Gegadigden de Aanbesteder vragen om inlichtingen over het Project en over de Aanbestedingsdocumenten. Verzoeken om inlichtingen kunnen leiden tot door de Aanbesteder in de Dataroom of anderszins te geven Xxxxxxxx en Vertrouwelijke Verduidelijkingen.
Verzoeken tot verduidelijkingen moeten worden ingediend door middel van de inlichtingenmodule van de speciaal door de Aanbesteder ingerichte persoonlijke website in PKM Relatics van ieder van de Gegadigden, zie hiervoor 3.8.2 van deze Leidraad.
De Aanbesteder kan ook uit eigener beweging inlichtingen aan de Gegadigden verstrekken.
Per fase in de aanbestedingsprocedure zal de Aanbesteder aangeven tot welke datum verzoeken om inlichtingen kunnen worden ingediend.
3.10.1 Algemene Verduidelijkingen
In beginsel zal de Aanbesteder op verzoeken om inlichtingen reageren door middel van in Nota's van Inlichtingen op te nemen Algemene Verduidelijkingen. Algemene Verduidelijkingen zijn voor iedere Gegadigde gelijkluidende en gelijkgeldende aanpassingen, uitwerkingen en toelichtingen, dan wel andersoortige informatie op of over het Project of de Aanbestedingsdocumenten.
Als de Aanbesteder op een verzoek om inlichtingen van een Gegadigde reageert door middel van Algemene Verduidelijkingen, dan zal de Aanbesteder dit verzoek om inlichtingen geanonimiseerd weergeven en beantwoorden op een voor alle Gegadigden toegankelijke manier.
3.10.2 Vertrouwelijke Verduidelijkingen
Als de behandeling van een verzoek om inlichtingen van een Gegadigde als Algemene Verduidelijkingen tot gevolg heeft dat vertrouwelijke informatie omtrent de door de Gegadigde voorgenomen of voorgestelde oplossingen - dan wel andere bedrijfsvertrouwelijke informatie – zou kunnen worden prijsgegeven, kan de Gegadigde de Aanbesteder gemotiveerd verzoeken om dit verzoek als Vertrouwelijke Inlichting te behandelen. De Aanbesteder beslist op een dergelijk verzoek.
Als de Aanbesteder dit verzoek inwilligt zal hij de inlichtingen uitsluitend ter kennis brengen van de desbetreffende Gegadigde door middel van Vertrouwelijke Verduidelijkingen.
Als de voorgenomen of voorgestelde oplossingen uitsluitend mogelijk zijn door aanpassing van het Project of de Aanbestedingsdocumenten en de Aanbesteder van oordeel is dat een dergelijke aanpassing in zijn belang is, zal de Aanbesteder Algemene Verduidelijkingen kunnen geven inhoudende een aanpassing van het Project of de Aanbestedingsdocumenten. De Aanbesteder zal over de formulering van de Algemene Verduidelijkingen overleg voeren met de Gegadigde die het verzoek om inlichtingen heeft gedaan. De Gegadigde zal daarbij aan Aanbesteder een voorstel kunnen doen voor de formulering van de Algemene Verduidelijkingen.
Als dit overleg niet tot overeenstemming leidt over de formulering van de te verstrekken Algemene Verduidelijkingen, zal de betreffende Gegadigde zijn verzoek om (Vertrouwelijke) Verduidelijkingen mogen intrekken en zal de Aanbesteder geen (Vertrouwelijke of Algemene) Verduidelijkingen verstrekken naar aanleiding van dit ingetrokken verzoek, tenzij het verzoek tot (Vertrouwelijke) Verduidelijkingen betrekking had op een fout in de Aanbestedingsdocumenten, waarover de Aanbesteder de overige Gegadigden moet informeren.
3.11 Adviescommissies
Voor de Plan van Aanpakfase had de Aanbesteder vier Adviescommissies ingesteld.
Deze Adviescommissies zijn geconsulteerd voor de inrichting van het verder verloop van de aanbesteding.
De Aanbesteder zal tijdens de Eigenlijke Dialoogfase geen Adviescommissies meer gebruiken voor het scoren van Dialoogproducten
De Aanbesteder zal tijdens de Eigenlijke Dialoogfase leden van alle oorspronkelijke Adviescommissies kunnen verzoeken bijstand te verlenen bij de dialoog over de Dialoogproducten.
3.12 Tenderboard
De Aanbesteder laat zich door een tenderboard adviseren en ondersteunen gedurende de besluitvorming van de aanbestedingsprocedure. De tenderboard is samengesteld uit de volgende personen:
• Xxx Xxxxxxx (voormalig directeur Xxxxx Xxxxxx b.v.), Voorzitter, tevens Probiteitsfunctionaris.
• Xxxxxxx Xxxx (directeur Infraprojecten Prorail)
• Xxx Xxxxxxxx (voormalig hoofdingenieur-directeur Rijkswaterstaat Noord-Nederland)
• Xxxxxxxxx Xxxxxxxx (partner en architect Xxxxxxx Xxxxxxxxxxx)
• Xxx Xxxxxxx (partner Xxxxxxxx Xxxxx)
Het is de Gegadigden verboden om in het kader van deze aanbestedingsprocedure of naar aanleiding van het Project contact op te nemen met de leden van de tenderboard, zoals het de leden van de tenderboard verboden zal zijn om met de Gegadigden contact op te nemen over de aanbesteding.
3.13 Probiteitsfunctionaris
De Aanbesteder heeft een onafhankelijke Probiteitsfunctionaris aangesteld, die er op zal toezien, dat alle fases van het aanbestedingsproces (van prekwalificatie tot en met gunning) correct en eerlijk verlopen, zodat alle Gegadigden gelijke kansen hebben om het Project gegund te krijgen. Deze functionaris is Xxx Xxxxxxx voornoemd. Aan alle Gegadigden is een exemplaar van de functieomschrijving van de Probiteitsfunctionaris verstrekt.
3.14 Contact met omgevingspartijen en kabel- en leidingenbeheerders
De Gegadigden mogen gedurende de Dialoog geen contact over onderhavige aanbesteding of over het Project hebben met (onderdelen van) de Provincie, de Gemeente, het OV-bureau Groningen Drenthe, met de Regio Groningen-Assen, met kabel- en leidingenbeheerders of met andere omgevingsbelanghebbenden, anders dan na schriftelijke toestemming van de Aanbesteder. Gegadigden moeten verzoeken tot het verlenen van deze schriftelijke toestemming als verzoek tot inlichtingen bij de Aanbesteder indienen.
3.15 Protocol Voorkoming Belangenverstrengeling
Bij Project RegioTram is een aantal extern ingehuurde personen en partijen betrokken bij de voorbereiding van alle stappen die uiteindelijk leiden tot aanbesteding van het project. Op grond van overweging (8) van de Richtlijn 2004/18/EG mogen aanbestedende diensten advies vragen of aanvaarden dat bij het opstellen van het bestek kan worden gebruikt, op voorwaarde echter dat een
dergelijk advies niet tot uitschakeling van de mededinging leidt. Voor zover de externe partijen (personen of hun werkgevers) zouden willen overwegen om bij de aanbesteding aan marktzijde op te treden, zal dus moeten worden vastgesteld in welke mate dat eventueel tot een niet toegestane uitschakeling van de mededinging zou kunnen leiden. In dit verband heeft de Aanbesteder een Protocol voorkoming Belangenverstrengeling opgesteld, dat op verzoek bij de Aanbesteder verkrijgbaar is. Dit protocol bevat een aantal modelverklaringen. Het volgende is een samenvatting van het Protocol.
(a) Externe partijen (of werknemers daarvan) die aan de voorbereiding van de aanbesteding hebben meegewerkt en die in aanmerking willen komen voor deelname aan de aanbesteding van de tram, maar dan aan marktzijde, krijgen daarvoor toestemming, onder ondertekening van Modelverklaring A.
(b) Het is externe partijen die ook aan de aanbesteding meewerken niet toegestaan om ook bij de aanbesteding aan de marktzijde mee te werken, tenzij zich omstandigheden voordoen als hierna omschreven. Dit verbod geldt voor alle tot een bepaald concern of groep van ondernemingen behorende zuster- of dochterbedrijven
(c) Project RegioTram geeft in beginsel geen toestemming aan bedrijven die aan Projectbureauzijde betrokken zijn bij de aanbesteding, maar die ook aan de marktzijde willen optreden. Aanbesteder geeft deze toestemming alleen in dringende gevallen, als blijkt dat het niet beschikbaar zijn van deze adviseur voor de markt onvermijdelijk leidt tot een tekort aan bekwame adviseurs aan marktzijde waardoor een beperking in de mededinging zou kunnen optreden. Verder zal dan moeten komen vast te staan (a) dat er tijdens de aanbesteding geen enkel contact zal kunnen plaatsvinden tussen de betrokken werknemers, noch fysiek (zoals: niet op hetzelfde kantoor werken, niet gezamenlijk betrokken bij interne of externe projecten, niet lid van dezelfde commissies, etc.), per email, telefonisch, op het informatienetwerk, of anderszins (b) dat het betrokken bedrijf adequate "Chinese walls" heeft ingesteld op haar netwerken en bij documentmanagement systemen, zulks naar tevredenheid van het Project RegioTram en (c) waarbij zowel het bedrijf als alle betrokken werknemers (diegenen die bij Project RegioTram werken en diegenen die bij de marktpartij werken) een verklaring hebben getekend aangehecht als Modelverklaring B, die zij in afschrift aan het Projectbureau moeten overleggen.
(d) Project RegioTram staat toe dat werknemers van bedrijven die uitsluitend aan de marktzijde werken voor meer dan één Gegadigde werkzaamheden verrichten, als die eerstgenoemde bedrijven geen Aandeelhouder of Belangrijke Onderopdrachtnemer zijn.
(e) Individuen die in de aanbestedingsfase voor Project RegioTram hebben gewerkt en die – door een verandering van werkkring – tijdens de aanbesteding komen te werken bij een bedrijf als bedoeld onder (c) hiervoor), moeten een Modelverklaring B tekenen en zijn mogen verder niet aan marktzijde bij de aanbesteding van het project betrokken worden.
(f) Als vaststaat dat tussen een werknemer van een bedrijf dat meedoet aan de aanbesteding (en waarbij die werknemer is betrokken) en een lid van de Tenderboard, van een Adviescommissie, of een werknemer van Project RegioTram een Persoonlijke Relatie3 bestaat, dan moeten beiden een Modelverklaring C tekenen.
3.16 Belangenverstrengeling overigens
Overigens wijst de Aanbesteder op de volgende voorschriften:
3 Persoonlijke Relatie: (a) familierelatie tot en met de 3e graad, of zwager/schoonzus (b) vrienden/kennissen (met kans 1-op-1 contacten ten minste drie keer per jaar), (c) lid van hetzelfde bestuur, commissie, sportteam, verbanden met bijzondere interesses zoals bijvoorbeeld in toneel-, muziek-, natuur-, cultuur- of wetenschapsverband (met kans 1-op-1 contacten ten minste drie keer per jaar)
• Artikel 23 lid 1 Wet Personenvervoer
• Artikel 15 Gemeentewet
• Artikel 15 Provinciewet
Deze en soortgelijke voorschriften verbieden het verenigen van een lidmaatschap van een vertegenwoordigend bestuursorgaan met het in bepaalde vormen optreden voor of namens partijen die diensten of werken aan de Aanbesteder, de Gemeente of de Provincie zouden leveren. Voor de aanbesteding hoeven deze voorschriften geen gevolg te hebben, mogelijk wel voor de uiteindelijke Opdrachtnemer.
4. PREKWALIFICATIEFASE
Deze fase is inmiddels afgerond.
5. EERSTE SUBFASE DIALOOG - PLAN VAN AANPAK
Deze fase is inmiddels afgerond.
6. PLAN VAN AANPAK - ALGEMEEN
Deze fase is inmiddels afgerond.
7. INHOUD PLAN VAN AANPAK
Deze fase is inmiddels afgerond.
8. TWEEDE SUBFASE DIALOOG – CONSULTATIEFASE
Deze fase is inmiddels afgerond.
9. DERDE SUBFASE DIALOOG – EIGENLIJKE DIALOOGFASE
9.1 Doel
Het doel van de Eigenlijke Dialoogfase is:
(a) Gegadigden de gelegenheid te bieden met de Aanbesteder overleg te voeren over de door hen in te dienen Dialoogproducten en eventuele andere bij Inschrijving in te dienen documenten;
(b) De door Xxxxxxxxxx te vervaardigen Dialoogproducten met hen te bespreken en te beoordelen;
(c) Met ieder van de Gegadigden de inhoud van de Overeenkomst met alle daarbij behorende bijlagen vast te stellen, met uitzondering van de elementen die op of na de Inschrijving worden vastgesteld.
9.2 Plannen en Processen: ontwikkeling daarvan tijdens aanbesteding, c.q. na gunning
De Aanbesteder wil niet reeds tijdens de aanbesteding alle plannen en processen die nodig zijn voor de uitvoering van het Project laten ontwikkelen. Voor de aanbesteding is het nodig dat de Dialoogproducten voldoen aan de volgende uitgangspunten:
De Gegadigden moeten de volgende vijf Dialoogproducten indienen:
• Een Dialoogproduct Basismanagementplan (zie Bijlage 4.1)
• Een Dialoogproduct Inpassings- en Vormgevingsplan (zie Bijlage 4.2)
• Een Dialoogproduct Vervoerplan (zie Bijlage 4.3)
• Een Dialoogproduct Rollend Materieelplan (zie Bijlage 4.4)
• Een Dialoogproduct Omgevingsplan Realisatie op Hoofdlijnen (zie Bijlage 4.5).
In paragraaf 9.3 van deze Leidraad geeft de Aanbesteder aan op welke wijze de beoordeling van de Dialoogproducten zal geschieden.
Alleen de uiteindelijke Opdrachtnemer zal de overige voor de uitvoering van het Project benodigde plannen moeten vervaardigen.
9.3 Dialoog over en beoordeling van Dialoogproducten
9.3.1 Toetsing aan eisen
Door ieder Dialoogproduct moeten de Gegadigden aan de Aanbesteder door middel van eigen verificatie- en validatiemethoden aantonen dat zij door middel van de daarin door hen beschreven processen en werkzaamheden aan de voor het desbetreffende onderdeel van het Dialoogproductrelevante eisen uit de Outputspecificatie, de Overeenkomst en de Leidraad zullen voldoen.
Ieder Dialoogproduct moet dus een eigen verificatierapport bevatten.
De Dialoogproducten moeten, in hun definitieve vorm, voldoen aan de volgende eisen:
• Deze moeten SMART en robuust zijn;
• Deze moeten op helder geformuleerde en duidelijke wijze inzicht bieden in de indeling, opbouw en uitwerking van de desbetreffende voorstellen van de Gegadigden, voor zover nodig voorzien van tabellen, grafieken, diagrammen of ander beeldmateriaal;
• Deze moeten de achterliggende overheden (Provincie, Gemeente, OV-Bureau) bij gunning in staat stellen zich een beeld te vormen uitgaande van "what they see is what they get";
• Deze moeten tenminste de in het Plan van Aanpak aangeboden kwaliteit bieden (tenzij de situatie als bedoeld in paragraaf 9.3.4 zich voordoet);
• Deze moeten voldoen aan de (daarvoor relevante) eisen gesteld in de Overeenkomst, de Leidraad en de Outputspecificatie;
• Deze moeten voorzien zijn van verificatie- en validatiemechanismen waarmee de Gegadigden aantonen dat de Dialoogproducten aan de gestelde eisen voldoen;
• Deze moeten een duidelijke weergave bevatten van de door de Gegadigden, indien zij Opdrachtnemer zouden worden, na te komen verbintenissen, een en ander af te dwingen door middel van het Prestatie Meet Systeem;
• Deze moeten een zodanige onderlinge samenhang hebben dat deze als geheel onderdeel kunnen uitmaken van het als Bijlage 8 in de Overeenkomst te voegen Managementplan; en
• Deze moeten de Gegadigden in staat stellen om hun Inschrijvingen te kunnen beprijzen.
Tijdens de dialooggesprekken voorafgaande aan de definitieve indiening daarvan zullen de Gegadigden met de Aanbesteder op hun verzoek dialoog kunnen voeren over de inhoud van het desbetreffende Dialoogproduct. Daarbij zal de Aanbesteder steeds gemotiveerd aangeven in welke mate het Dialoogproduct al dan niet voldoet aan de daaraan gestelde eisen.
De Aanbesteder zal de Gegadigden daarbij niet "beschermen" tegen het "bovenmatig" voldoen aan de gestelde eisen.
De Aanbesteder zal ieder Dialoogproduct dat door een Gegadigde met de status "definitief" is ingediend definitief beoordelen op het voldoen aan de in de Aanbestedingsdocumenten gestelde eisen. De Dialoogproducten zullen in het Dialoogverslag worden vastgesteld.
Hoewel de Dialoog juist als doel heeft om dit te voorkomen zal de Aanbesteder Dialoogproducten die niet voldoen aan de gestelde eisen ongeldig verklaren. Dit zal kunnen leiden tot het verwijderen van de Gegadigde uit de aanbestedingsprocedure. Op het daartoe strekkende besluit van Aanbesteder is paragraaf 2.3 van toepassing.
9.3.2 Dialoogteams
De Aanbesteder zal dialoogteams samenstellen waarin de benodigde specialistische expertise en de achterliggende stakeholders zullen zijn vertegenwoordigd. Deze dialoogteams zullen zich kunnen laten adviseren door een "schil" van vertegenwoordigers van bepaalde stakeholders: gemeente, provincie, OV-Bureau en kabel- en leidingbeheerders. Ook kunnen de dialoogteams zich laten ondersteunen door andere adviseurs. Uiteraard zal daarbij vertrouwelijkheid worden gewaarborgd.
Dialoogteam: Basismanagementplan (1)
- Xxxxx xxx Xxxxxxxxx (trekker, inhoudelijk voorzitter en beoordelaar 1)
- Xxxx Xxxxxxxx
- Xxxxxxx Xxx Xxxxxxx (beoordelaar 2)
- Xxxxx Xxxxxxxxxx
- Xxx Xxxxxxx
- Xxxxx xxx xxx Xxxxx (technisch voorzitter) Externe deskundigen:
- Xxx Xxxxxxx
- Xxxxx xx Xxxx
Dialoogteam: Inpassing & vormgeving (2)
- Xxxxxxx Xxx Xxxxxxx (trekker, inhoudelijk voorzitter en beoordelaar 1)
- Xxxx Xxxxxxx
- Xxx xxx Xxxxx (beoordelaar 2)
- Xxx Xxxxxxx
- Xxxxxx Xxxxxxxxx
- Xxxxx xxx xxx Xxxxx (technisch voorzitter) Externe deskundigen:
- Xxxx Xxxxxxx;
- Xxxx xxx Xxxxxx
- Xxxx Xxxxxxxxx
Indien gewenst in te zetten overige interne expertise bij de interne beoordeling:
- Xxxxx Xxxxxxxxx (groen)
- Toine van Boheemen (constructie en ondergrondse infra)
- Xxxxx Xxxxxxxx (tramsysteem)
- Xxxxx xxx Xxxxxx (verkeer)
Dialoogteam Rollend materieel & Vervoer (3 en 4)
- Xxxxx Xxxxxxxxxx (trekker, inhoudelijk voorzitter en beoordelaar 1)
- Xxxxx Xxxxxx (beoordelaar 2)
- Xxxxxx Xxxxxxxxx
- Xxxx Xxxxxxxx
- Xxxx Xxxxxxx
- Xxx Xxxxxxx
- Xxxxx xxx xxx Xxxxx (technisch voorzitter) Externe deskundige:
- Xxxxx Xxxxxxx
Dialoogteam Omgevingsplan realisatie op hoofdlijnen (5)
- Xxxx Xxxxxxx (trekker, inhoudelijk voorzitter en beoordelaar 1)
- Xxxxxxx Xxxxxxx (beoordelaar 2)
- Xxxxxxx Xxx
- Xxxx Xxxxxxx
- Xxx Xxxxxxx
- Xxxxx xxx xxx Xxxxx (technisch voorzitter) Externe deskundige
- Xxxxxx Xxxxxx
- Xxxxxxxxx xx Xxxxx
Indien gewenst in te zetten overige interne expertise bij de interne beoordeling:
- Xxxxx Xxxxxx
- Xxx Xxxxxx
- Xxxx Xxxxxxxxxx
- Xxxx Xxxxxx
Dialoogteam Financieel & Juridisch (F&J)
- Xxxx Xxxxxxxx (Trekker Overeenkomst)
- Xxxxxx Xxx (Trekker Betalingsmechanisme)
- Xxxxx xxx Xxxxxxxxx (Trekker Leidraad)
- Xxxxx Xxxxxxxxxx
- Xxxx Xxxxx
- Xxxx Xxxxxxx
- Xxxx Xxxxx
- Xxxxxx Xxxxxx
- Xxx Xxxxxxx
- Xxxxxxx Xxxx
- Xxxxx xxx xxx Xxxxx
9.3.3 Dialoog over Dialoogproducten
Gegadigden moeten de door hen te ontwikkelen Dialoogproducten steeds indienen door middel van hun persoonlijke website in het PKM Relatics systeem. Dialoogproducten moeten digitaal in (annoteerbaar) PDF format worden aangeleverd. De ontwerpen moeten daarnaast in .dwg of .dgn bestanden worden aangeleverd.
Tijdens de Eigenlijke Dialoogfase zal een dialoog over ieder door hen te ontwikkelen Dialoogproduct worden gevoerd, zowel mondeling (op de door de Aanbesteder aangegeven data) als schriftelijk. Dat overleg kan gaan over de voorbereiding op de ontwikkeling van de Dialoogproducten maar ook over het Dialoogproduct zelf. Op verzoek van Xxxxxxxxxx kan de Aanbesteder vervolgens naar aanleiding daarvan Vertrouwelijke en in voorkomende gevallen Algemene Verduidelijkingen geven. Dit laatste zou echter, in de Eigenlijke Dialoogfase, in beginsel beperkt moeten blijven tot herstel door de Aanbesteder van fouten in de Aanbestedingsdocumenten.
De Aanbesteder zal zo spoedig mogelijk de indeling van deze dialooggesprekken definitief vaststellen en de Gegadigden daarvoor bij de uitnodiging voor de Eigenlijke Dialoogfase uitnodigen. Daarbij zal de Aanbesteder in beginsel steeds maximaal één dagdeel per Gegadigde per Dialoogproduct toewijzen.
De dialoog zal plaatsvinden in maximaal drie ronden. Indien een dialoogproduct in een eerder stadium aan de eisen voldoet kan ook met minder ronden worden volstaan. De Gegadigden kunnen voor bepaalde producten ook de eerste, dan wel de tweede ronde voorbij laten gaan, maar dan zijn er nog twee ronden over.
Voor het Dialoogproduct 2 geldt dat de Gegadigden in de maand april 2012 in concept gereed zijnde delen van hun Aanbiedingsontwerp c.q. Beeldkwaliteitsplan alvast ter toetsing en beoordeling bij de Aanbesteder mogen indienen. De Aanbesteder zal dit met de Gegadigden bespreken op 23 en 24 april 2012.
Eerste concept
Indiening: 8 mei 2012
Bespreking: tussen 21 en 25 mei 2012
Tweede concept
Indiening: 11 juni 2012
Bespreking: tussen 25 en 29 juni 2012
Derde concept
Indiening: 2 juli 2012
Bespreking: tussen 16 en 20 juli 2012
Het is mogelijk om de verschillende Dialoogproducten per versie gefaseerd aan te leveren, waarbij steeds de uiterste data van indiening moeten worden aangehouden.
Bij het indienen van een volgende versie moeten de Gegadigden door middel van trackchanges / compareversies de verschillen met de vorige versie aangeven.
De Gegadigde mogen in een volgend concept niet een lager kwaliteitsniveau aanbieden dan in een eerder ingediend concept.
9.3.4 Voortbouwen op Plan van Aanpak / Tegenstrijdigheid Plan van Aanpak en Aanbestedingsdocumenten
De Gegadigden zullen in het vervolg van de procedure, en bij de uitvoering van de DBFMO- Overeenkomst, gebonden zijn aan de in het Plan van Xxxxxx voorgestelde processen en daarop moeten voortbouwen. Alleen als (a) wegens niet aan de Gegadigde toerekenbare, zwaarwegende redenen de Gegadigde in redelijkheid niet meer aan het Plan van Aanpak kan worden gehouden, hetgeen de Gegadigde gemotiveerd heeft aan te tonen, dan wel (b) de Gegadigde aannemelijk kan maken dat vasthouden aan één of meer onderdelen van het door hem ingediende Plan van Aanpak voor de Gegadigde een belemmering is om een optimale score op het totaal van de door hem aangeboden Wensen te kunnen realiseren (dus zonder daarbij acht te slaan op daarmee samenhangende veranderingen in de Netto Contante Waarde van de Inschrijving), zal de Opdrachtgever hem toestemming verlenen om van het Plan van Aanpak af te wijken.
Bij tegenstrijdigheid tussen Aanbestedingsdocumenten en Plan van Aanpak gaan de Aanbestedingsdocumenten voor.
9.4 Dialoog over andere onderdelen van de Inschrijving
Aanbesteder nodigt Xxxxxxxxxx uit om op een door henzelf maar in overleg met de Aanbesteder te bepalen moment een concept-versie van het Oorspronkelijk Financieel Model in te dienen. Doel hiervan is verkennend te toetsen of aan de gestelde eisen in Bijlage 8.4 van deze Leidraad voldaan kan worden. Aanbesteder zal de concept-versie van het Oorspronkelijk Financieel Model toetsen aan de bijbehorende verificatietabel en Bijlage 8.4 van deze Leidraad en aangeven of inderdaad aan de gestelde eisen is voldaan zoals door Xxxxxxxxxx aangegeven in de verificatietabel.
Aanbesteder wenst vooruitlopend op de door de Aanbesteder na de ontvangst van de Inschrijving uit te voeren benchmark van de Swap Base Rate al in de Eigenlijke Dialoogfase een dergelijke benchmark uitvoeren. Doel hiervan de kans op eventuele misverstanden hierover tijdens de beoordeling van de Inschrijvingen te beperken. Aanbesteder zal hiervoor tijdig Reference Rates communiceren en de Gegadigden verzoeken hun debt profiles (Date + Balance), Day Count Floating Leg, Day Count Fixed Leg en resulterende swaprate aan te leveren.
Aanbesteder wenst vooruitlopend op de Inschrijving een toets uit te voeren op de direct aantoonbare relatie tussen 1) de vergoedingen per kilometer (BRKM-prijs), per uur (BRU-prijs) en per dienstregelingsuur Te Vergoeden Vervangend Vervoer (DRU/VV-prijs) en 2) de betreffende onderliggende variabele kosten (zoals bedoeld in Artikel 10.9). Aanbesteder zal hierom de Gegadigden verzoeken de (indicatieve) respectievelijke vergoedingen aan te leveren voorzien van een onderbouwing. De Gegadigden committeren zich eraan bij Inschrijving niet wezenlijk af te wijken van deze opbouw van BBV-variabel. Het is de Gegadigden derhalve niet toegestaan bij Inschrijving meer dan 20% af te wijken van de (indicatieve) vergoedingen per kilometer (BRKM-prijs), per uur (BRU-prijs) en per dienstregelingsuur Te Vergoeden Vervangend Vervoer (DRU/VV-prijs).
9.5 Kwalitatieve gunningscriteria: xxxxxx en lijstrisico's
9.5.1 Kwalitatieve gunningscriteria: Wensen (Opties)
Ten aanzien van de Wensen (de Opties) geldt dat de Aanbesteder bepaalde vooraf omschreven prestaties heeft gekoppeld aan een bepaalde waardering. Zie verder Bijlage 4 waarin de eisen aan de dialoogproducten en de wensen (opties) zijn beschreven.
De Aanbesteder wijst erop dat indien de Gegadigden overwegen een Optie aan te bieden, zij deze Optie in het Dialoogproduct reeds moeten beschrijven, met daarbij een beschrijving van de eisen die in verband daarmee komen te vervallen, conform Bijlage 4. Eerst bij Inschrijving echter behoeven de Gegadigden zich aan door hen eventueel aan te bieden Opties te committeren.
9.5.2 Lijstrisico's
De Aanbesteder verwijst naar Bijlage 6 voor een beschrijving van het systeem van de Lijstrisico's.
9.5.3 Beschrijving Dialoogproducten
In de tabel hierna heeft de Aanbesteder aangegeven welke Dialoogproducten de Gegadigden moeten ontwikkelen en wanneer zij deze moeten indienen.
Dialoogproduct | Vindplaats Eisen | Wens | Dialoog, vaststelling en indiening opties |
Basismanagementplan | Bijlage 4.1 | Geen | Dialoog en vaststelling tijdens Eigenlijke Dialoogfase |
Inpassings- en Vormgevingsplan | Bijlage 4.2 | Opties Inpassing & Vormgeving | Dialoog en vaststelling tijdens Eigenlijke Dialoogfase Keuze voor Opties bij Inschrijving; Opties wel beschrijven in Dialoogproduct |
Vervoerplan | Bijlage 4.3 | Opties Openbaar Vervoer | Dialoog en vaststelling tijdens Eigenlijke Dialoogfase Keuze voor Opties bij Inschrijving; Opties wel beschrijven in Dialoogproduct (eventueel gecombineerd met Rollend Materieel) |
Rollend Materieelplan | Bijlage 4.4 | Opties Rollend Materieel | Dialoog en vaststelling tijdens Eigenlijke Dialoogfase Materieelkeuze bij Inschrijving |
Omgevingsplan Realisatie op Hoofdlijnen | Bijlage 4.5 | Verbeteroptie Duurzaamheidsscore | Dialoog en vaststelling tijdens Eigenlijke Dialoogfase Invulling van Optie bij Inschrijving; Uitwerking Optie wel beschrijven in Dialoogproduct |
9.5.4 Relatie met beoordeling Inschrijvingen
De Aanbesteder zal de scores die de Inschrijvers voor de Wensen zullen hebben ontvangen, aftrekken van de contante waarde van de Inschrijving.
Voor wat betreft het Rollend Materieelplan geldt dat de Gegadigden tijdens de Eigenlijke Dialoogfase meer dan één materieelsoort (maximaal drie) mogen voorstellen, zolang deze in ieder geval voldoen aan de daaraan te stellen eisen. De Gegadigden moeten zelf beslissen met welk type materieel (één type) zij zullen inschrijven.
9.6 Europese Investeringsbank
De Aanbesteder verwacht dat er een redelijke kans bestaat dat betrokkenheid van de EIB financieel voordeel oplevert. De relatief gunstige kredietmarges van de EIB kunnen – ondanks eventuele andere minder aantrekkelijke financieringscondities – een drukkend effect hebben op de totale financieringskosten en daarmee de Inschrijvingen.
Ervaringen bij voorgaande projecten hebben geleerd dat er verbeteringen mogelijk zijn in de inpassing van de EIB in de aanbestedingsprocedure en het kredietproces.
De Aanbesteder heeft daarom het traject met de EIB voortgezet, niet alleen om tot een positief besluit over elegibility te komen, maar ook om parallel te werken aan de voorwaarden voor een ongestoorde aanbesteding. Kortweg komt het erop neer dat – anders dan in voorgaande projecten – bij inschrijving een commitment-niveau wordt bereikt dat gelijkwaardig is aan het commitment van commerciële banken. Dus zonder ‘outstanding issues’ en ‘finalisation of due diligence’.
Om dit te bereiken hanteert de Aanbesteder één steunverklaring voor alle financiers, dus ook voor de EIB (zie Bijlage 8.7).
De EIB overweegt inmiddels formeel om een lening te verstrekken van maximaal € 80 miljoen. De EIB is graag bereid om met de Gegadigden overleg te plegen ter voorbereiding op de Inschrijving.
9.7 Definitieve Dialoogproducten - Vaststelling Dialoogverslag - uitnodiging Inschrijving
De Gegadigden moeten de definitieve versies van hun Dialoogproducten indienen op uiterlijk vrijdag 27 juli te 15:00 uur. Zij moeten dat doen langs elektronische weg (PKM Relatics) en in persoon in hard copy op het kantoor van de Aanbesteder. Bij die gelegenheid zal de Aanbesteder ook het hierna te noemen Dialoogverslag ondertekenen. De Gegadigden wordt verzocht vooraf met Aanbesteder een afspraak te maken voor het indienen van het Dialoogverslag en het indienen ervan. De Gegadigden moeten zelf het Dialoogverslag samenstellen, zodat de Aanbesteder bij indiening slechts de volledigheid behoeft te controleren en het verslag behoeft te ondertekenen. Aanbesteder zal de volledige procedure voor indiening en vaststelling van het Dialoogverslag nog nader bekend maken.
De Aanbesteder zal na indiening en goedkeuring van de definitieve versie van de Dialoogproducten het resultaat van de Eigenlijke Dialoogfase vastleggen in een schriftelijk op te stellen Dialoogverslag (het proces-verbaal als bedoeld in artikel 4.18.4 van het ARW-2005). Het Dialoogverslag bevat de tussen de Aanbesteder en de Gegadigde vastgestelde Overeenkomst en een overzicht van de ingediende Dialoogproducten. De Gegadigde zal zijn Inschrijving op het Dialoogverslag moeten baseren.
Een model hiervoor is als Bijlage 5 bij deze Leidraad gevoegd.
Na afloop van de Dialoog zal de Aanbesteder de Gegadigden uitnodigen tot het indienen van de Inschrijving.
10. INSCHRIJVING
10.1 Doel
Deze fase heeft tot doel de Geselecteerde Inschrijver aan te wijzen. Deze fase wordt verder uitgewerkt in de Leidraad Inschrijving.
10.2 Datum "bevriezing" bepaalde gegevens
De Aanbesteder verwijst naar de volgende onderdelen van de DBFMO-Overeenkomst:
• artikel 13.1(b)(iii), Bijlage 1, definities van Informatief Document, Relevante Wetswijziging,
• artikel 13.1(b)(ii), Bijlage 1, Deel 2 (Bijzondere Omstandigheden) Categorie II onder (i),
In deze bepalingen komen periodes van twee respectievelijk drie maanden voor, voorafgaande aan de Inschrijving. De Aanbesteder verzoekt de Inschrijvers om desalniettemin alert te zijn op eventuele wijzigingen. Als dergelijke wijzigingen onvermijdelijk moeten leiden tot aanpassingen van bepaalde reeds vastgestelde Dialoogproducten, dan zal de Aanbesteder, na overleg met de beide Inschrijvers, zo nodig de aanbestedingsprocedure verlengen om daarvoor gelegenheid te geven.
Aanbesteder zal voor 26 april 2012 een overzicht aanleveren van de Verstrekte Gegevens (in de zin van de DBFMO-Overeenkomst). Aanbesteder zal deze lijst tijdens de Eigenlijke Dialoogfase kunnen aanvullen, maar zal dit slechts in zeer beperkte mate doen.
10.3 Inhoud Inschrijving
De Inschrijving zal gebaseerd moeten zijn op het Dialoogverslag en zal, behalve uit het Inschrijvingsbiljet (Bijlage 8.1) moeten bestaan uit de onderdelen genoemd in Bijlage 8.2 van deze Leidraad).
10.4 Financial Close Garantie en Gefixeerde schadevergoeding bij niet gestanddoening of niet bereiken van Financial Close
Bij Inschrijving zullen de Inschrijvers de Financial Close Garantie moeten stellen ten bedrage van
€ 5 miljoen. Deze garantie mag ook worden gesteld in de vorm van maximaal drie garanties. Artikel 3.3(a) van de concept DBFMO-Overeenkomst is vanaf Inschrijving reeds op de Financial Close Garantie van toepassing.
De Inschrijver die als Geselecteerde Inschrijver zal worden aangewezen en die (a) zijn inschrijving niet gestand doet, c.q. (b) niet overeenkomstig artikel 3.2 van de concept DBFMO- Overeenkomst Financial Close bereikt binnen de op grond van de in de DBFMO-Overeenkomst gestelde – eventueel te verlengen – termijn is aan de Aanbesteder een gefixeerde (en gemaximeerde) schadevergoeding verschuldigd van € 5 miljoen. De Financial Close Garantie moet worden gesteld tot zekerheid voor de nakoming van de eventuele verbintenis tot het betalen van deze gefixeerde schadevergoeding.
De Aanbesteder zal de Financial Close garantie terugsturen aan een (Geselecteerde) Inschrijver
c.q. de Opdrachtnemer op de eerste van de navolgende momenten:
• wanneer het besluit van Aanbesteder om de Inschrijving van Inschrijver ongeldig te verklaren definitief is geworden;
• wanneer Financial Close is bereikt is met de (eventueel opvolgend) Geselecteerde Inschrijver (zie artikel 3.3(b) van de DBFMO-Overeenkomst;.
• uiterste datum Financial Close garantie.
10.5 Contract c.q. Financial Close met opvolger
De Aanbesteder zal – indien met de Geselecteerde Inschrijver niet tot Contract Close c.q. Financial Close zal worden gekomen – de opvolgend Inschrijver, indien deze een geldige inschrijving heeft gedaan, als Geselecteerde Inschrijver aanwijzen.
Zie hierover paragraaf 11.4 van deze Leidraad.
10.6 Beoordeling Inschrijvingen
10.6.1 Geldigheid
De Aanbesteder zal allereerst nagaan of de Inschrijvingen geldig zijn. De Inschrijving moet voldoen aan volgende eisen:
a) de Inschrijving moet zijn gebaseerd op het Dialoogverslag, waarvan onderdeel uitmaakt de Overeenkomst, met de tot dan toe gecompleteerde bijlagen;
b) de Inschrijving moet geheel worden ingericht volgens het modelformulier Inschrijving (Bijlage 8.1) en de Bijlagen genoemd in Bijlage 8.2 moeten daaraan zijn gehecht, ingericht volgens de voorschriften van de Leidraad versie Inschrijving; N.B.: de Steunverklaring Vreemd Vermogensverschaffer (Bijlage 8.7) mag later, maar moet uiterlijk op [30 oktober 2012], 15u bij de Aanbesteder zijn ingediend;
c) de Inschrijving moet voldoen aan het bepaalde in de Leidraad versie Inschrijving; en
d) de contante waarde van de Inschrijving als gedefinieerd in paragraaf 10.10 moet lager liggen dan de voor ieder van de Inschrijvers individueel vastgestelde Plafondprijs;
e) de Inschrijving moet door de Inschrijver gaaf, onherroepelijk en onvoorwaardelijk gestand worden gedaan voor een periode van 18 weken na de datum indiening Inschrijving genoemd in de Uitnodiging tot het doen van de Inschrijving.
10.7 Renterisico
Het renterisico over de periode tussen Inschrijving en Financial Close, verblijft onder voorwaarden bij de Aanbesteder. Dit houdt concreet in dat enkel wijzigingen in Reference Rates ten opzichte van de Reference Rates die door de Aanbesteder ten behoeve van de Inschrijving zijn opgegeven leiden tot aanpassing van de Bruto Beschikbaarheidsvergoeding. Aanvullend verblijft het risico van de EIB Reference Rate tussen Inschrijving en Financial Close bij de Aanbesteder.
Indien de Inschrijver wenst uit te gaan van een Swap Base Rate, dan moet deze gebaseerd zijn op de door de Aanbesteder vastgestelde Reference Rates en indien van toepassing de EIB Reference Rate. De Swap Base Rate is onderhevig aan een benchmark, uitgevoerd door de Aanbesteder. Duidelijkheidshalve merkt Aanbesteder op dat de in de Reference Rates geen fees of andere kosten doorberekend vanuit de Financiers zijn inbegrepen.
Reference Rates en EIB Reference Rate
Gegadigden moeten de Bruto Beschikbaarheidsvergoeding in de Inschrijving baseren op:
• de Reference Rates die door de Aanbesteder op een transparante en objectieve basis worden vastgesteld en voorafgaand aan de Inschrijving bekend zijn;
• indien van toepassing, op de door de EIB aan de Gegadigde bekend gemaakte EIB Reference Rate.
Op Financial Close zal de Bruto Beschikbaarheidsvergoeding in geval van wijziging van de Reference Rates en/of de EIB Reference Rate worden aangepast volgens een door Aanbesteder vastgesteld Financial Close Protocol. Het Oorspronkelijk Financieel Model moet aanpassing van de Bruto Beschikbaarheidsvergoeding faciliteren. Daarbij geldt dat
a) om 12:00 uur CET, 5 Werkdagen voorafgaand aan de Inschrijving zal de Aanbesteder de bij de Inschrijving te hanteren Reference Rates vaststellen;
b) op het tijdstip van Financial Close zullen de te hanteren Swap Base Rate en, indien van toepassing, de EIB Reference Rate, door zowel de Geselecteerde inschrijver als de Aanbesteder, volgens een door Aanbesteder vastgesteld Financial Close Protocol nagenoeg real-time worden vastgesteld om de aanpassing van de Bruto Beschikbaarheidsvergoeding te faciliteren.
De Reference Rates kennen de navolgende structuur:
Reference Rates | Quote | Fixing | Against |
EONIA | [●] | Actual/360 | |
1 month Euribor | [●] | Actual/360 MID | |
3 month Euribor | [●] | Actual/360 MID | |
6 month Euribor | [●] | Actual/360 MID | |
1 year Euribor SWAP | [●] | 30/360 MID | 3 month Euribor |
2 year Euribor SWAP | [●] | 30/360 MID | 6 month Euribor |
3 year Euribor SWAP | [●] | 30/360 MID | 6 month Euribor |
4 year Euribor SWAP | [●] | 30/360 MID | 6 month Euribor |
5 year Euribor SWAP | [●] | 30/360 MID | 6 month Euribor |
6 year Euribor SWAP | [●] | 30/360 MID | 6 month Euribor |
7 year Euribor SWAP | [●] | 30/360 MID | 6 month Euribor |
8 year Euribor SWAP | [●] | 30/360 MID | 6 month Euribor |
9 year Euribor SWAP | [●] | 30/360 MID | 6 month Euribor |
10 year Euribor SWAP | [●] | 30/360 MID | 6 month Euribor |
12 year Euribor SWAP | [●] | 30/360 MID | 6 month Euribor |
15 year Euribor SWAP | [●] | 30/360 MID | 6 month Euribor |
20 year Euribor SWAP | [●] | 30/360 MID | 6 month Euribor |
25 year Euribor SWAP | [●] | 30/360 MID | 6 month Euribor |
30 year Euribor SWAP | [●] | 30/360 MID | 6 month Euribor |
1 Year EUR Basis SWAP | [●] | Act/360 MID | 1M vs. 3M |
2 Year EUR Basis SWAP | [●] | Act/360 MID | 1M vs. 3M |
3 Year EUR Basis SWAP | [●] | Act/360 MID | 1M vs. 3M |
4 Year EUR Basis SWAP | [●] | Act/360 MID | 1M vs. 3M |
5 Year EUR Basis SWAP | [●] | Act/360 MID | 1M vs. 3M |
6 Year EUR Basis SWAP | [●] | Act/360 MID | 1M vs. 3M |
7 Year EUR Basis SWAP | [●] | Act/360 MID | 1M vs. 3M |
8 Year EUR Basis SWAP | [●] | Act/360 MID | 1M vs. 3M |
9 Year EUR Basis SWAP | [●] | Act/360 MID | 1M vs. 3M |
10 Year EUR Basis SWAP | [●] | Act/360 MID | 1M vs. 3M |
11 Year EUR Basis SWAP | [●] | Act/360 MID | 1M vs. 3M |
12 Year EUR Basis SWAP | [●] | Act/360 MID | 1M vs. 3M |
15 Year EUR Basis SWAP | [●] | Act/360 MID | 1M vs. 3M |
20 Year EUR Basis SWAP | [●] | Act/360 MID | 1M vs. 3M |
25 Year EUR Basis SWAP | [●] | Act/360 MID | 1M vs. 3M |
30 Year EUR Basis SWAP | [●] | Act/360 MID | 1M vs. 3M |
1 Year EUR Basis SWAP | [●] | Act/360 MID | 3M vs. 6M |
2 Year EUR Basis SWAP | [●] | Act/360 MID | 3M vs. 6M |
Reference Rates | Quote | Fixing | Against |
3 Year EUR Basis SWAP | [●] | Act/360 MID | 3M vs. 6M |
4 Year EUR Basis SWAP | [●] | Act/360 MID | 3M vs. 6M |
5 Year EUR Basis SWAP | [●] | Act/360 MID | 3M vs. 6M |
6 Year EUR Basis SWAP | [●] | Act/360 MID | 3M vs. 6M |
7 Year EUR Basis SWAP | [●] | Act/360 MID | 3M vs. 6M |
8 Year EUR Basis SWAP | [●] | Act/360 MID | 3M vs. 6M |
9 Year EUR Basis SWAP | [●] | Act/360 MID | 3M vs. 6M |
10 Year EUR Basis SWAP | [●] | Act/360 MID | 3M vs. 6M |
11 Year EUR Basis SWAP | [●] | Act/360 MID | 3M vs. 6M |
12 Year EUR Basis SWAP | [●] | Act/360 MID | 3M vs. 6M |
15 Year EUR Basis SWAP | [●] | Act/360 MID | 3M vs. 6M |
20 Year EUR Basis SWAP | [●] | Act/360 MID | 3M vs. 6M |
25 Year EUR Basis SWAP | [●] | Act/360 MID | 3M vs. 6M |
30 Year EUR Basis SWAP | [●] | Act/360 MID | 3M vs. 6M |
10.8 Gunningscriterium
Het gunningscriterium is dat van de economisch voordeligste inschrijving. De economisch voordeligste inschrijving is de Inschrijving met het laagste als volgt te bepalen bedrag.
De Aanbesteder zal het bedrag van een geldige Inschrijving bepalen door bij elkaar op te tellen:
a) De netto contante waarde van de Inschrijving;
b) Een reductie voor de score op het Plan van Xxxxxx;
c) Een reductie voor de score op de Opties;
d) Een bijtelling in verband met de Lijstrisico's;
De Aanbesteder zal deze scores voor ieder van de Inschrijvers overnemen op het formulier als bedoeld in Bijlage 10.1.
10.9 Uitgangspunten dienstregeling bij Inschrijving
De Inschrijver moet zijn Inschrijving inrichten volgens de tabel weergegeven in Bijlage 8.3, met de bijbehorende vergoedingen per kilometer (BRKM-prijs), vergoedingen per uur (BRU-prijs) en vergoeding per dienstregelingsuur Te Vergoeden Vervangend Vervoer (DRU/VV-prijs) in prijspeil
1 januari 2012. De vergoedingen per kilometer (BRKM-prijs), per uur (BRU-prijs) en per dienstregelingsuur Te Vergoeden Vervangend Vervoer (DRU/VV-prijs) zijn bedoeld om de betreffende variabele kosten af te dekken en dienen hiermee dan ook een direct aantoonbare relatie te hebben.
10.10 Contante waarde Inschrijving
De Aanbesteder bepaalt de contante waarde van de Inschrijving als volgt: Stap 1
De Aanbesteder zet het aangeboden vaste deel van de Bruto Beschikbaarheidsvergoeding in prijspeil 1 januari 2012 uit in een voor de Inschrijver te verwachten cijferreeks die is gebaseerd op de Geplande Ingebruikstellingsdatum op 15 juli 2016 waarbij de Bruto Beschikbaarheidsvergoeding in de relatie tot enige maand aan het einde van die maand valt.
Stap 2
De Aanbesteder voegt hieraan het aangeboden variabele deel van de Bruto Beschikbaarheidsvergoeding in prijspeil 1 januari 2012 toe in voor de Inschrijver te verwachten cijferreeksen die zijn gebaseerd op:
▪ de door de Inschrijver in de Inschrijving opgenomen vergoeding per kilometer voor de scenario’s A, B en C en de door de Aanbesteder genoemde hoeveelheden per jaar en wegingsfactoren bij deze scenario’s;
▪ de door de Inschrijver in de Inschrijving opgenomen vergoeding per uur voor de scenario’s A, B en C en de door de Aanbesteder genoemde hoeveelheden per jaar en wegingsfactoren bij deze scenario’s;
▪ de door de Inschrijver in de Inschrijving opgenomen vergoeding per dienstregelingsuur voor Te Vergoeden Vervangend Vervoer en (enkel ten behoeve van de beoordeling) een hoeveelheid van 75 per Betaalperiode.
De vergoeding per kilometer en uur voor de in het desbetreffende scenario toepasselijke aantal kilometers of uren wordt vastgesteld op basis van een lineaire relatie tussen de vergoedingen zoals opgenomen in de Inschrijving. Enkel ten behoeve van de beoordeling hanteert de Aanbesteder de volgende wegingsfactoren en referentiewaarden voor hoeveelheden kilometers en uren per jaar, resulterend in een per Betaalperiode gelijk bedrag.
Scenario | Aantal kilometers op basis van 365 dagen | Aantal uren op basis van 365 dagen | Wegingsfactoren |
A | 705.000 | 47.500 | 25% |
B | 890.000 | 60.000 | 50% |
C | 1.075.000 | 72.500 | 25% |
Stap 3
In de uit stap 1 en 2 resulterende cijferreeksen verwerkt de Aanbesteder de indexering op basis van de door de Inschrijver aangeboden Indexeringsformule voor het vaste deel van de BBVen de door de Inschrijvers aangeboden Indexeringformules voor het variabele deel van de BBV en de vergoeding per dienstregelingsuur Vervangend Busvervoer. De door Inschrijvers aangeboden Indexeringsformules zijn onderdeel van de Inschrijving. Het format Indexeringsformule is opgenomen in Bijlage 8.3. De Aanbesteder hanteert voor elke in deze formule toegepaste index een referentiewaarde zoals opgenomen in de annex bij Bijlage 8.3.
Stap 4
De Aanbesteder voegt aan de resulterende cijferreeks de 5 piekbetalingen van € 25 miljoen toe. Enkel ten behoeve van de beoordeling houdt de Aanbesteder rekening met de timing van de 5 Piekbetalingen op respectievelijk 1 januari 2014, 1 juli 2014, 1 januari 2015, 1 juli 2015 en 15 juli
2016.
Stap 5
De Aanbesteder maakt de uit stap 4 resulterende cijferreeks contant naar 1 januari 2012 met gebruik van een nominale disconteringsvoet van 7,7%.
De berekening van de contante waarde van de Inschrijving is in detail uitgewerkt in het “rekenmodel contante waarde van de Inschrijving”. Aanbesteder zal dit rekenmodel aan de Gegadigden ter beschikking stellen in de Dataroom.
10.11 Exclusiviteitsbepaling Vreemd Vermogensverschaffers
Teneinde het proces naar Financial Close te faciliteren, ontslaat de Aanbesteder de Inschrijvers hun vreemd vermogensverschaffers van eventuele exclusiviteitsverplichtingen zodra een ander als Geselecteerde Inschrijver wordt aangewezen. Wanneer de Aanbesteder op enig moment genoodzaakt is om een ander dan de oorspronkelijke Geselecteerde Inschrijver als Geselecteerde Inschrijver aan te wijzen, dan moeten de aan de oorspronkelijk Geselecteerde Inschrijver verbonden vreemd vermogensverschaffers tevens worden ontslagen van eventuele exclusiviteitsverplichtingen.
10.12 Verduidelijking door Inschrijver
Op verzoek van de Aanbesteder kan de Inschrijver met de economisch meest voordelige inschrijving worden verzocht aspecten van zijn Inschrijving te verduidelijken of in de inschrijving opgenomen verbintenissen te bevestigen, op voorwaarde dat deze verduidelijking/wijziging de inhoudelijke aspecten van de inschrijving of van de aankondiging niet wezenlijk wijzigt en niet leidt of dreigt te leiden tot concurrentievervalsing of discriminatie.
10.13 Aanwijzing Geselecteerde Inschrijver / Contract Close
De Inschrijver met de economisch meest voordelige Inschrijving is de Inschrijver met de laagste gescoorde waarde van de Inschrijving. De gescoorde waarde van de Inschrijving wordt berekend door de contante waarde te corrigeren met de score op het plan van aanpak, de wensen en de lijstrisico's, conform het formulier in Bijlage 10.1. De Aanbesteder brengt de individuele eindscores over op het formulier als voorgeschreven in Bijlage 10.2 De Inschrijver met de laagste gescoorde waarde van de Inschrijving zal worden aangewezen als Geselecteerde Inschrijver.
De Aanbesteder bericht elke Inschrijver die heeft ingeschreven gelijktijdig en onder opgaaf van redenen omtrent de voorgenomen gunning. De Aanbesteder vermeldt daarbij de naam van de Inschrijver die als Geselecteerde Inschrijver is aangewezen en aan wie de Aanbesteder dus voornemens is te gunnen. Aan dit voornemen tot gunning kunnen geen rechten worden ontleend. Het bericht van de Aanbesteder inzake het gunningsvoornemen houdt geen aanvaarding in, als bedoeld in artikel 6:217, eerste lid, van het Burgerlijk Wetboek, van een aanbod van een Inschrijver.
Het gunningsvoornemen houdt – naast het voornemen tot het sluiten van de Overeenkomst tussen de Aanbesteder en de Geselecteerde Inschrijver – tevens in het voornemen in van het bevoegde bestuursorgaan om bij Contract Close de concessie te verlenen voor het verrichten van Openbaar Vervoer per tram. De concessie zal feitelijk in werking treden na afgifte van het Ingebruikstellingscertificaat en dan 22,5 jaar duren.
De Aanbesteder behoudt zich het recht voor niet tot gunning over te gaan. Het besluit tot gunning is voorbehouden aan het bestuur de Aanbesteder, die daarvoor toestemming nodig zal hebben van de Staten van de Provincie en de Raad van de Gemeente.
10.14 Tegemoetkoming (ontwerp)kosten
De Aanbesteder zal de Gegadigde die een geldige Inschrijving indient maar niet wordt aangemerkt als Geselecteerde Inschrijver een tegemoetkoming (ontwerp)kostenvergoeding betalen van 50% van zijn daadwerkelijk en aangetoonde (bijvoorbeeld met accountantsverklaring) gemaakte kosten met – indien de werkelijke kosten hoger waren dan €
4.000.000 – een maximum van € 2.000.000, exclusief BTW, als vergoeding voor de door hem gemaakte kosten. De Aanbesteder zal de vergoeding betalen nadat de Geselecteerde Inschrijver Financial Close heeft bereikt
11. DEFINITIEVE GUNNING / CONTRACT CLOSE EN FINANCIAL CLOSE
11.1 Doel
Doel van deze fase is het bereiken van Contract Close en van Financial Close. Tijdens deze fase zullen geen wijzigingen op de Overeenkomst mogelijk zijn.
Deze fase zal nader worden uitgewerkt in de uitnodiging tot het doen van een Inschrijving en de bijbehorende Leidraad.
11.2 Gestanddoeningstermijn
De Inschrijvers moeten hun Inschrijving gedurende 14 weken na Inschrijving gestand doen voor wat betreft de component financieringen en 36 weken na Inschrijving gestand doen voor de overige componenten.
11.3 Gestanddoening – gefixeerde schadevergoeding
De Aanbesteder verwijst naar paragraaf 10.4 van deze Leidraad.
11.4 Procedure bij geen Contract Close of Financial Close met Geselecteerde Inschrijver
Indien de Aanbesteder met de oorspronkelijke Geselecteerde Inschrijver niet tot Contract Close
c.q. Financial Close zal kunnen komen zal hij de opvolgend Inschrijver, mits deze een geldige Inschrijving heeft gedaan, als opvolgend Geselecteerde Inschrijver aanwijzen. Voor zover op dat moment de gestanddoeningstermijn voor de component financieringen reeds zal zijn verstreken zullen de Aanbesteder en de opvolgend Geselecteerde Inschrijver zich inspannen tot Contract Close en Financial Close te komen waarbij de component financieringen en de eventueel te wijzigen Geplande Ingebruikstellingsdatum (en eventueel andere noodzakelijke wijzigingen) zal worden behandeld analoog aan artikel 3.5, c.q. artikel 13.1 van de DBFMO-Overeenkomst. Voor het bereiken van Contract Close zal wederom instemming van de Gemeenteraad en Provinciale Staten nodig zijn. Paragraaf 2.10.4 van de Leidraad is van overeenkomstige toepassing.
11.5 Eventuele actualisaties Fiancieel Model
Het niet uit te sluiten dat de Geselecteerde Inschrijver in de periode tussen Inschrijving en Financial Close behoefte heeft aan actualisaties van het Financieel Model. Dit staat de Aanbesteder toe onder de voorwaarden:
• Dat de actualisaties telkens transparant zijn voor de Aanbesteder
• Dat de actualisaties de BBV niet verhogen
• Dat de actualisaties geen invloed hebben op de gevoeligheid van de BBV voor rentewijzigingen
• Dat de Aanbesteder uiterlijk een week voor Financial Close beschikt over het geactualiseerd Oorspronkelijk Financieel Model, voorzien van een verklaring van een auditor dat voldaan wordt aan de eisen aan het Oorspronkelijk Financieel Model en de genoemde voorwaarden
• Aanbesteder is voornemens tijdens de ‘Pre-financial close optimisation procedure’ een schaduw berekening te maken van de ‘Bandwidth of Accepted BBV Parameters’ op basis van het (aangepaste) Oorspronkelijk Financieel Model. Om de Aanbesteder hiertoe in staat te stellen verwacht Aanbesteder van de Geselecteerde Inschrijver een helder
optimalisatie algoritme (al dan niet geautomatiseerd middels een eenvoudige Visual Basic code) dat gevolgd wordt tijdens Financial Close. Uitgangspunt is dat swap quotes van de dry runs en ‘Pre-financial close optimisation procedure’ worden gebruikt voor elke opvolgende modeloptimalisatie. Gevolg is dat de wijziging van de BBV tijdens de uiteindelijke ‘Execution of the interest rate swaps’ procedure naar verwachting klein is en een vrij nauwkeurige BBV gevonden kan worden binnen een relatief kort tijdsbestek.
11.6 Verzekeringen
Na aanwijzing van de Geselecteerde Inschrijver, zullen de Geselecteerde Inschrijver en de Aanbesteder de inhoud van Bijlage 12 bij de DBFMO-Overeenkomst vaststellen volgens de volgende procedure.
11.6.1 Procedure Verzekeringen Exploitatiefase na aanwijzing Geselecteerde Inschrijver
De procedure heeft tot doel vast te stellen welke verzekeringen zullen vallen onder de werking van artikel 14 van de DBFMO-Overeenkomst (Verzekeringen) en de bijbehorende premiehoogten en de dekkingsomvang vast te stellen.
11.6.2 Eisen aan de in te dienen gegevens
De Geselecteerde Inschrijver moet uiterlijk 20 Werkdagen voor de geplande Contractdatum de volgende gegevens bij de Aanbesteder indienen:
(i) een concept-polis voor de Construction All Risks verzekering, met eventuele ALOP/DSU dekking, en een eventuele AVB verzekering waaruit moet blijken dat onder Xxxxxxx XX aansprakelijkheid jegens derden zal zijn verzekerd in overeenstemming met artikel 12 van de DBFMO-Overeenkomst;
(ii) een overzicht van de verzekeringen die de Geselecteerde Inschrijver onder de werking van artikel 14 van de DBFMO-Overeenkomst wenst te brengen. In het overzicht mogen slechts de volgende verzekeringen voor de Exploitatiefase worden opgenomen:
o een business interruption/advanced loss of profitverzekering anders voor loss of profits;
o een property damage verzekering; en
o een bedrijfsaansprakelijkheidsverzekering;
en
(iii) per verzekering genoemd in het overzicht: een door de verzekeraar gewaarmerkte offerte waaruit blijkt de dekkingen, de uitsluitingen, het eigen risico, de ingangsdatum van de verzekering en een opgave van de verzekeringspremie ter zake van die verzekering. De verzekeringspremie moet per dekking (ook in een gecombineerde verzekering) zijn gegeven en moet marktconform zijn.
De desbetreffende verzekeraars moeten voldoen aan dezelfde ratingvereisten als vreemd vermogensverschaffers (zie de DBFMO-Overeenkomst).
11.6.3 Reactie van de Aanbesteder
De Aanbesteder zal binnen 15 Werkdagen na ontvangst van de gegevens genoemd in paragraaf 11.6.2, aan de Geselecteerde Inschrijver mededelen of hij meent dat de gegevens voldoen aan de eisen genoemd in paragraaf 11.6.2. Als de Aanbesteder mededeelt dat hij meent dat de gegevens voldoen aan de eisen genoemd in paragraaf 11.6.2, worden deze gegevens opgenomen als Bijlage 12 bij de DBFMO-Overeenkomst. Als de Aanbesteder mededeelt dat hij meent dat de gegevens niet voldoen aan de eisen genoemd in paragraaf 11.6.2, zal hij daarvoor de redenen opgeven en zal de Geselecteerde Inschrijver zo spoedig mogelijk alsnog de gegevens indienen die aan deze eisen voldoen.
BIJLAGE 1 – DEFINITIES
Termen die in de Leidraad met een hoofdletter zijn geschreven zijn gedefinieerd in deze Bijlage dan wel in de concept-DBFMO-Overeenkomst.
Aanbesteder
De nog op te richten Gemeenschappelijk Regeling Openbaar Lichaam Project RegioTram ("Project RegioTram") en - in de fase voor oprichting - de Provincie en de Gemeente gezamenlijk.
Aanbestedingsdocumenten
De Aanbestedingsleidraden in de diverse versies, de Overeenkomst, de Algemene en Vertrouwelijke Verduidelijkingen vastgelegd in Nota's van Inlichtingen of via de persoonlijke websites in PKM Relatics van de Gegadigden, de uitnodigingen tot een (volgende) fase in de aanbestedingsprocedure en alle overige documenten die de Aanbesteder in het kader van de aanbestedingsprocedure aan de Gegadigden zal verstrekken en als zodanig zal aanmerken.
Aandeelhouder
Een (rechts)persoon die als (toekomstig) aandeelhouder in de SPV (i.o.) is aangemeld.
Afsluitingplan
Het door de Gegadigde en vervolgens door de Opdrachtnemer op te stellen afsluitingsplan dat vanaf de Aanvangsdatum deel zal uitmaken van het Managementplan, waarin alle Afsluitingen (en de Dagdelen waarop deze zullen plaatsvinden) tot Ingebruikstelling tenminste 12 maanden tevoren zijn opgenomen en elk Kwartaal geactualiseerd zal worden op grond van artikel
Algemene Verduidelijkingen
Door de Aanbesteder aan alle Gegadigden verstrekte informatie overeenkomstig paragraaf 2.10 van de Leidraad.
BAO
Besluit Aanbesteding Overheidsopdrachten (Stb. 2005, 418).
BASS
Besluit Aanbesteding Speciale Sectoren (Stb. 2005, 419).
Belangrijke Onderopdrachtnemer
Een (rechts)persoon op wiens technische bekwaamheid door een Gegadigde een beroep wordt gedaan ter voldoening aan eisen met betrekking tot de technische bekwaamheid.
Beleidsregels BIBOB
Beleidsregels integriteit en uitsluiting bij aanbestedingen in BIBOB-sectoren, nadien gewijzigd in Staatscourant 2005, 251.
Consultatiefase
De in hoofdstuk 8 van de Leidraad beschreven fase van de aanbestedingsprocedure.
Contract Close
Het moment van ondertekening van de Overeenkomst.
Dataroom
Het integrale systeem dat bestaat uit een verbinding met een server van de Aanbesteder en op deze server functionerende software waarmee Gegadigden toegang krijgen tot het digitaal archief met daarin documenten en gegevens die verband houden met de aanbestedingsprocedure van het Project.
Dataroomreglement
Het in Bijlage 5 bij de Leidraad opgenomen reglement waarin toegang en gebruik van de Dataroom is vastgelegd.
Dialoog
De Plan van Aanpakfase, Consultatiefase en Eigenlijke Dialoogfase gezamenlijk.
Dialoogproducten
Door de Aanbesteder uit te vragen en door de Gegadigden in te dienen plannen en processen.
Dialoogverslag Eigenlijke Dialoogfase
De vastlegging van hetgeen de Aanbesteder en de Gegadigde tijdens de Dialoog hebben besproken. Het Dialoogverslag Eigenlijke Dialoogfase zal tenminste bevatten een limitatieve opsomming van alle documenten waarop de Inschrijving moet worden gebaseerd, de opslagen als gevolg van de verdeling van de Lijstrisico´s, de opslagen als gevolg van de waardering van Dialoogproducten en de Wensen en de voor de Gegadigde geldende Plafondprijs.
EIB Reference Rate
Het rentepercentage dat de “cost of funding” van de EIB reflecteert zoals opgenomen in de (indicatieve) term sheet van de EIB.
Eigenlijke Dialoogfase
De in hoofdstuk 9 van de Leidraad beschreven fase van de aanbestedingsprocedure.
Faseringsplan
Het door de Gegadigden, als onderdeel van hun dialoogproduct Omgevingsplan op hoofdlijnen Realisatiefase te ontwikkelen plan, waarin zij aangeven – en zich daaraan verbinden – welke indeling van Deelgebieden zij bij de uitvoering van de Werkzaamheden tijdens de Realisatiefase zullen hanteren en in welke volgorde zij de desbetreffende Werkzaamheden zullen uitvoeren.
Financial Close
De datum waarop de financieringsovereenkomsten worden ondertekend.
Financial Close Garantie
De bij de Inschrijving te voegen bankgarantie.
Gegadigde
Een SPV of één of meer (rechts)personen handelend namens een SPV i.o. die zich hebben aangemeld voor deelname aan de onderhavige aanbestedingsprocedure.
Gemeente
De gemeente Groningen
Gemeentelijke Infrastructuur
Het binnen de Gemeente van het Project deel uitmakende areaal dat buiten beheer van de Opdrachtnemer valt
Geplande Ingebruikstellingsdatum
De in de Overeenkomst op te nemen dag waarop de ingang van de dienstregeling voor Tramlijn 1 en Tramlijn 2 is voorzien te weten 15 juli 2016.
Geselecteerde Inschrijver
De Inschrijver met wie de Aanbesteder voornemens is de DBFMO-Overeenkomst aan te gaan.
Ingebruikstellingsdatum
De datum waarop het Ingebruikstellingscertificaat door de Opdrachtgever is afgegeven.
Inschrijving
De uiteindelijke inschrijving die ingevolge hoofdstuk 10 van de Leidraad door de daartoe uitgenodigde Xxxxxxxxxx wordt gedaan.
Kritieke Succesfactoren (KSF‘en)
De door de Aanbesteder gedurende de Plan van Aanpakfase uitvraagde en door de Gegadigden bij hem in te dienen (concept)voorstellen.
Leidraad
De aanbestedingsleidraad van de Overeenkomst, steeds toegesneden op de desbetreffende fase van de aanbesteding.
Lijstrisico’s
De in Bijlage 6 genoemde categorieën risico's.
Opdrachtgever
Openbaar Lichaam Regiotram Groningen.
Opdrachtnemer
De partij met wie de Opdrachtgever de DBFMO-Overeenkomst aangaat.
Openbaar Vervoer
Het verrichten van openbaar vervoer per tram in de zin van de Wet Personenvervoer 2000 of het Besluit Personenvervoer 2000 of een daarvoor in de plaats komende regeling
Openbaar Vervoerder
De partij die het Openbaar Vervoer verricht.
Opslagterrein
Het gebied dat als zodanig door de Aanbesteder is aangemerkt in de Outputspecificatie.
Opties
De in paragraaf 9.4.1 van de Leidraad beschreven kwalitatieve gunningscriteria.
Overeenkomst
De in deze aanbesteding aan de orde zijnde DBFMO-overeenkomst (inclusief de daarbij behorende bijlagen) met inbegrip van de daarin van tijd tot tijd in overeenstemming met deze overeenkomst aangebrachte wijzigingen.
Plafondprijs
Het door de Aanbesteder van tijd tot tijd vast te stellen bedrag waaronder de contante waarde van de Inschrijving op straffe van ongeldigheid daarvan moet blijven en die – tot de uitnodiging tot het doen van de Inschrijving – een indicatief karakter zal hebben.
Plan van Aanpak
Het in de Plan van Aanpakfase door de Gegadigden in te dienen plan waarin door Xxxxxxxxxx voorstellen worden gedaan hoe om te gaan met een aantal door de Aanbesteder voor het welslagen van het Project benoemde Xxxxxxxx Succes Factoren.
Plan van Aanpakfase
De in hoofdstuk 5 tot en met 7van de Leidraad beschreven fase van de aanbestedingsprocedure.
Prekwalificatiefase
De desbetreffende inmiddels afgesloten fase van de aanbestedingsprocedure.
Probiteitsfunctionaris
De functionaris als bedoeld in paragraaf 3.13 van deze Leidraad.
Project
Alle leveringen, werkzaamheden en diensten die op grond van de Overeenkomst moeten worden uitgevoerd.
Projectdoelen
De in paragraaf 2.3 beschreven topeisen voor het gehele Project.
Projectsecretaris
De daartoe aangestelde functionaris.
Provincie
De Provincie Groningen
PSO-Verordening
Verordening (Eg) Nr. 1370/2007 van het Europees Parlement en de Raad van 23 oktober 2007 betreffende het openbaar personenvervoer per spoor en over de weg en tot intrekking van Verordening (EEG) nr. 1191/69 van de Raad en Verordening (EEG) nr. 1107/70 van de Raad.
Reference Rates
De in paragraaf 10.7 van deze Leidraad bekend gemaakt rentepercentages.
Rollend Materieel
Het materieel waarmee de Opdrachtnemer op grond van de Overeenkomst het Openbaar Vervoer verricht.
SPV
Speciale Project Vennootschap (Special Purpose Vehicle), georganiseerd in de vorm van een besloten vennootschap.
Swap Base Rate
De door de Inschrijver bepaalde swap rate welke gebaseerd is op de Reference Rates.
Tendermanager
De daartoe aangestelde functionaris.
Traminfrastructuur
Het geheel van infrastructurele objecten dat zich bevindt binnen het beheergebied van de Opdrachtnemer alsmede het Tramsysteem.
Uitnodiging tot het deelnemen aan de Eigenlijke Dialoogfase
Het document waarmee de Aanbesteder de daarvoor geselecteerde Gegadigden uitnodigt tot deelname aan de Eigenlijke Dialoogfase.
Uitnodiging tot het doen van de Inschrijving
Het document waarmee de Aanbesteder de daarvoor geselecteerde Gegadigden uitnodigt tot het indienen van de Inschrijving.
Vertrouwelijke Verduidelijkingen
Door de Aanbesteder aan de Gegadigde verstrekte vertrouwelijke informatie overeenkomstig paragraaf 3.10 van de Leidraad.
Wensen
De door de Aanbesteder vast te stellen kwalitatieve gunningscriteria waarop de Xxxxxxxxxx/Inschrijvers door middel van Dialoogproducten of de Inschrijving kwalitatief kunnen scoren.
Wet BIBOB
Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur.
BIJLAGE 2 – DBFMO-OVEREENKOMST
De Aanbesteder verwijst naar de DBFMO Overeenkomst zoals deze in een afzonderlijk document aan de Gegadigden is verstrekt.
BIJLAGE 3 – DATAROOMREGLEMENT
1. Inleiding
Deze bijlage bevat de regels die van toepassing zijn op het gebruik van de Dataroom en de daaruit verkregen informatie ten behoeve van de inschrijving op het project RegioTram Groningen. Tevens wordt informatie gegeven over het gebruik van de Dataroom.
Het Reglement is van toepassing op de:
▪ Plan van Aanpakfase
▪ Consultatiefase
▪ Dialoogfase
▪ Fase Inschrijving
▪ Afronding aanbesteding
Term | Definitie |
Dataroom | Het integrale systeem dat bestaat uit een verbinding met een server van de Aanbesteder en op deze server functionerende software waarmee Gegadigden toegang krijgen tot het digitaal archief met daarin documenten en gegevens die verband houden met de aanbestedingsprocedure van het Project. |
Dataroom Reglement | Dit reglement. |
Toegangsgegevens | De toegangsgegevens waarmee de Gegadigde een veilige internet verbinding tussen de Gegadigde en de digitale dataroom tot stand kan brengen. |
PKM/Relatics | Informatiebeheersoftware, specifiek voor Project RegioTram Groningen ingericht als dataroom |
Verklaring conformeren Dataroom Reglement | Een ondertekend formulier waarin de Gegadigde verklaart zich te conformeren aan het Dataroom Reglement. |
2. Stukken in de Dataroom
De Dataroom bevat gegevens (contracten, documenten, tekeningen etc.) die door de Aanbesteder in het kader van de Aanbesteding van het contract RegioTram Groningen aan de Gegadigden ter beschikking worden gesteld. De Aanbesteder kan tijdens de aanbestedingsprocedure stukken wijzigen en toevoegen aan de Dataroom. Door de Gegadigde kan in de Dataroom gecontroleerd worden welke stukken gewijzigd zijn en welke stukken zijn toegevoegd vanaf een opgegeven datum.
3. Disclaimer
Bij de in de Dataroom opgenomen gegevens (contracten, documenten, tekeningen etc.) staat aangegeven of de Aanbesteder hiervan de juistheid of volledigheid garandeert, of dat deze uitsluitend voor informatieve doeleinden zijn opgenomen. In het laatste geval, staat de Aanbesteder niet in voor de juistheid of volledigheid van deze gegevens, ongeacht of deze afkomstig zijn van Aanbesteder of van derden. Aan de in de Dataroom opgenomen gegevens of het ontbreken van bepaalde gegevens in de Dataroom kunnen geen rechten worden ontleend, tenzij uit de Overeenkomst iets anders voortvloeit.
4. Toegang
Er wordt een handleiding ten behoeve van het gebruik ter beschikking gesteld aan de Gegadigden. Hierin staat onder meer beschreven hoe bekeken kan worden wat de nieuwe of gewijzigde documenten zijn en hoe de Gegadigden op nieuwe of gewijzigde documenten geattendeerd kunnen worden.
Indien de Dataroom langer dan 2 Werkdagen aaneengesloten niet functioneert vanwege een technische calamiteit bij de Aanbesteder, streeft de Aanbesteder ernaar de inhoud van de Dataroom vanaf dat moment tot aan het moment dat de Dataroom weer functioneert aan de Gegadigde op DVD ter beschikking te stellen. Op het moment dat de Dataroom weer functioneert, vervalt de geldigheid van de DVD.
5. Voorwaarden bij het gebruik van de Dataroom
Voor het gebruik van de Dataroom verkrijgt de Gegadigde via persoonlijke toegangsgegevens toegang tot de dataroom via xxx.xxxxxxxxxxx.xxx/xxxxxxxxx_xxxxxxxx.
Voor het gebruik van de Dataroom gelden de volgende voorwaarden:
1. | Gegadigden conformeren zich aan het Dataroom Reglement (en tekenen hiervoor). |
2. | Gegadigden zijn uitsluitend gerechtigd van de Dataroom gebruik te maken in het kader van de Aanbesteding van het contract RegioTram Groningen. Elk ander gebruik van de Dataroom is verboden en kan tot het verwijderen van de Gegadigde uit de aanbestedingsprocedure leiden. |
3. | Gegadigden zijn verantwoordelijk voor het gebruik van de Dataroom. Tevens dienen Gegadigden doeltreffende maatregelen te nemen ter voorkoming van misbruik door derden. |
4. | Gegadigden zijn verplicht om eventuele beveiligingsincidenten onmiddellijk (binnen 24 uur) aan de Aanbesteder te melden. |
5. | De Aanbesteder is gerechtigd Gegadigden de toegang te ontzeggen, in geval er twijfel bestaat over het rechtmatig gebruik. |
6. | De documenten die in de Dataroom beschikbaar worden gesteld, zijn onderworpen aan het gestelde in de Leidraad en dienen na de Aanbesteding te worden verwijderd van de systemen van de Gegadigden. De Opdrachtnemer is vrijgesteld van deze verplichting. De werking van de Dataroom valt tevens onder deze paragraaf. |
7. | Er mogen geen (originele) documenten worden verwijderd uit de Dataroom. Op geen enkele wijze mag (in) een document gewijzigd worden of schade toegebracht worden. Het toevoegen van documenten aan de Dataroom geschiedt alleen conform de aanwijzingen van de Aanbesteder. |
8. | De documenten, die in de Dataroom beschikbaar zijn/worden gesteld en eventuele kopieën daarvan, zijn onderworpen aan geheimhouding. Het is Gegadigden niet toegestaan de inhoud van de documenten op welke wijze dan ook, direct of indirect ter beschikking te stellen van anderen, waaronder expliciet begrepen andere Gegadigden en de adviseurs en andere externe personen of instellingen van die Gegadigden. Informatie mag wel ter beschikking worden gesteld aan door de Gegadigden ingehuurde adviseurs en andere externe personen of instellingen zolang het in het kader is van deze Aanbesteding. |
9. | Gegadigden mogen de hulpmiddelen voor toegang tot de Dataroom uitsluitend gebruiken voor het doel waarvoor deze aan hen ter beschikking zijn gesteld. |
10. | Documenten, e-mails, en overige zaken die niet voor de Gegadigde bestemd zijn, moet de Gegadigde onmiddellijk retourneren aan de afzender. De Gegadigde mag van de inhoud van deze stukken niet meer kennis nemen dan noodzakelijk is om te achterhalen dat deze niet voor hem bestemd zijn en om de afzender te achterhalen. Na terugzending, of als de afzender niet bekend is, moeten alle bij de Gegadigde achterblijvende e-mails en/of afschriften worden vernietigd. |
11. | Gegadigden verklaren bekend te zijn met het feit, dat het handelen in strijd met de geheimhoudingsplicht kan leiden tot het verwijderen van de Gegadigde uit de aanbestedingsprocedure en bekend te zijn met de verplichting om aangifte te doen van elke schending van de geheimhoudingsplicht. Dit onverminderd hetgeen is bepaald in artikel 162 van het Wetboek van Strafvordering. |
12. | De Aanbesteder kan het Dataroom Reglement wijzigen. De Gegadigden zullen een gewijzigd exemplaar toegestuurd krijgen met het verzoek om opnieuw de Verklaring conformeren Dataroom Reglement te ondertekenen. De Aanbesteder kan een Gegadigde de toegang tot de Dataroom weigeren zolang deze die de Verklaring conformeren Dataroom Reglement niet ondertekent. |
BIJLAGE 4 - EISEN AAN DIALOOGPRODUCTEN
Bijlage 4.1 – Dialoogproduct 1 – Basismanagementplan
Doel
Het door de Opdrachtnemer op te stellen Managementplan, Bijlage 8 bij de DBFMO-Overeenkomst, moet de Opdrachtnemer in staat te stellen om, in samenwerking met de Opdrachtgever, het Project succesvol te kunnen uitvoeren.
Het uitgewerkte Managementplan is een van de eisen om het Aanvangscertificaat te verkrijgen.
Tijdens de Eigenlijke Dialoogfase moeten de Gegadigden als Dialoogpoduct 1 alleen een Basismanagementplan opleveren. Daarin zullen zij een overzicht – de hierna te noemen catalogus – moeten opnemen van alle processen en deelplannen die zij – als zij Opdrachtnemer zouden zijn – moeten inrichten ten behoeve van het Project. Verder zullen zij een aantal processen c.q. deelplannen nader moeten uitwerken. Een overzicht daarvan, alsmede van de eisen waaraan die processen en deelplannen moeten voldoen, is in de onderstaande tabel opgenomen.
De andere tijdens de Eigenlijke Dialoogfase uit te werken Dialoogproducten zullen als deelplannen – eventueel nader uit te werken – onderdeel worden van het Managementplan.
Eisen
Het door de Gegadigden op te stellen Basismanagementplan, moet voldoen aan de volgende eisen:
Inhoud | Bovenliggende eis |
Eisen aan het Basismanagementplan | Plan van Aanpak (KSF1, en voor zover van toepassing andere onderdelen daarvan) |
Norm ISO/IECC 15288:2008 of daaraan gelijkwaardig | |
Leidraad | |
De Concept DBFMO-Overeenkomst | |
Het Managementplan moet de Gegadigde in staat stellen haar verplichtingen uit de Overeenkomst, zoals onder meer weergegeven in de Outputspecificatie, deugdelijk na te komen | |
Het Basismanagementplan moet aantoonbaar tenminste van hetzelfde niveau zijn als door aan de Gegadigde gelieerde partijen (zoals tot de Gegadigde behorende Onderopdrachtnemers c.q. daaraan gelieerde partijen) toegepast bij grotere geïntegreerde infrastructuurprojecten, in het bijzonder DBFM(O)-projecten. |
Inhoud | Bovenliggende eis |
0. Inleiding/leeswijzer/verantwoording | Vrij aan de Gegadigden: een korte inleiding op het Dialoogproduct |
1. Catalogus Van alle voor de uitvoering van het Project op grond van de Outputspecificatie, de DBFMO- Overeenkomst en op grond van het eigen inzicht van de Gegadigde benodigde deelplannen (met bijbehorende processen). Te zijner tijd – vóór afgifte Aanvangscertificaat – moet het gehele Managementplan gereed zijn. | |
2. Uitgewerkte plannen voor de 10 meest kritische processen (behalve die welke in de overige Dialoogproducten al zijn voorgeschreven), waaronder in ieder geval de processen genoemd onder 2 en 3 hierna. De Gegadigden mogen ook niet met zoveel woorden in de norm ISO 15288 aangeduide processen opnemen indien deze – naar het oordeel van de Gegadigde – kritisch zijn voor het succes van het Project, een en ander in overleg met de Aanbesteder. | Waar van toepassing zal de Gegadigde daarbij ook moeten aangeven op welke wijze door de Opdrachtnemer zal worden voldaan aan de toepasselijke veiligheidseisen. |
2.1 Quality Management Processes | Par. 6.2.5 ISO 15288, eventueel in combinatie met XXX-XXX/XXX XX 00000 |
2.2 Project Planning Processes In het Dialoogproduct Omgevingsplan Realisatie op Hoofdlijnen moeten de Gegadigden een Faseringsplan opleveren. In dit onderdeel van het Dialoogproduct Basismanagementplan moeten de Gegadigden hun planningsprocessen beschrijven. Die zullen moeten worden gemonitored door een dynamische planning welke tevens de basis zullen zijn voor de op te stellen Projectplanning (zie de definitie in de Overeenkomst). De Projectplanning moet zodanig worden ingericht dat de Opdrachtnemer aan de hand daarvan in staat zal zijn de daarmee samenhangende verbintenissen uit de Overeenkomst uit te voeren (zie de artikelen 4.2.(b) en 9.2.(c)). De Opdrachtnemer moet bij Inschrijving (en voorafgaande aan het verkrijgen Aanvangscertificaat) een Geactualiseerde Projectplanning indienen. Overigens moet de Opdrachtnemer op grond van de Overeenkomst de Projectplanning van tijd tot tijd actualiseren. Daarnaast zal de Opdrachtnemer gedurende de | Par. 6.3.1 ISO 15288 |
Inhoud | Bovenliggende eis |
Realisatiefase iedere maand een "forecast" voor het Afsluitingsplan aan de Opdrachtgever moeten overhandigen (zie het Dialoogproduct Omgevingsplan Realisatie op Hoofdlijnen, Bijlage 4.5). | |
2.3 Decision Management Processes Als onderdeel hiervan zal de Gegadigde onder meer een organisatiestructuur voor alle fasen van het Project moeten voorstellen, waarbij ook de raakvlakken met de diverse (publieke) stakeholders zijn weergegeven. Uit deze structuur moet duidelijk zijn wat de rolverdeling zal zijn tussen Opdrachtgever (met publieke stakeholders) en Opdrachtnemer, met name ook als het gaat om de relatie tot de ontwikkeling, toetsing, acceptatie, verificatie en validatie van de diverse door de Opdrachtnemer te ontwikkelen producten, alsmede de overeen te komen Wijzigingsprocessen. Deze structuur moet ook rekening houden met de diverse uit de Outputspecificatie voortvloeiende overlegstructuren. De Aanbesteder wil in dit kader ook vernemen welke eisen en wensen de organisatie van de Gegadigde (als toekomstig Opdrachtnemer) stelt aan de organisatie/overlegstructuur van de Aanbesteder (als toekomstig Opdrachtgever). Uiteindelijk moeten beide organisaties een samenwerkingsverband gaan vormen. Het lijkt de Aanbesteder ook goed om te verkennen wat de Gegadigden intern willen overeenkomen ten aanzien van de contractstructuur binnen het consortium. | Par. 6.3.3 ISO 15288 |
2.4 Risk Management Processes Uit deze processen – te verduidelijken door een risicoregister en een risicobeheersplan – zal duidelijk moeten worden op welke wijze de Opdrachtnemer gedurende het gehele Project actief bijdraagt aan de analyse van risico's, de door de Opdrachtnemer al dan niet in samenwerking met de Opdrachtgever te treffen preventieve beheersmaatregelen en de beheersing van restrisico's. Ook zal de Opdrachtnemer daarbij moeten aangeven wat bij deze risico's de kans is op het zich voordoen van Gevallen van Vergoeding, Gevallen van Uitstel, Gevallen van Overmacht, andere aansprakelijkheden, Tekortkomingen, Beschikbaarheidscorrecties en Prestatiekortingen. De Opdrachtnemer kan in dit onderdeel volstaan met een analyse van de 25 | Par. 6.3.4 ISO 15288 |
Inhoud | Bovenliggende eis |
meest belangrijke risico's. Bij het Managementplan voor het Aanvangscertificaat zal het risicobeheersplan volledig moeten zijn uitgewerkt. | |
2.5 Design processes: Het gaat hier om een systeem waaruit de Aanbesteder kan afleiden op welke wijze de samenwerking tussen de Opdrachtgever en de Opdrachtnemer en andere stakeholders zal worden georganiseerd bij de uitwerking van het Inpassings- en Vormgevingsplan tot Definitief Ontwerp (c.q. andere door de Gegadigden voor te stellen toetsingsontwerpen) en bij de uitwerking van het te kiezen Rollend Materieel tot de definitieve vormgeving van het Rollend Materieel. Daarbij moet de Opdrachtnemer steeds kunnen aantonen dat de te vervaardigen ontwerpproducten aan de uit de Overeenkomst voortvloeiende eisen voldoen (door middel van een verificatierapport). Voorts moeten de Gegadigden aangeven: - op welke wijze het integrale vormgevingsproces van het project wordt aangepakt en gewaarborgd, van vormgevingsvisie tot en met de Ingebruikstellingsdatum. Onder integraal vormgeven en ontwerpen wordt verstaan het zorg dragen voor onderlinge samenhang van alle in het zicht komende componenten; - welke ontwerpstappen in het proces worden onderkend; - op welke wijze raakvlakken met de diverse disciplines wordt beheerst, waarbij onder meer van belang is de samenwerking tussen de diverse ontwerpdisciplines; - op welke wijze de samenhang van alle componenten wordt gewaarborgd; en - wanneer specifieke ontwerpdisciplines worden ingeschakeld, welke positie zij zal innemen en welke werkzaamheden zij zullen verrichten binnen het ontwerp- en realisatieproces en op welke wijze zij aantoonbaar een rol krijgen bij het ontwerp- en realisatieproces. | Par. 6.4.3 ISO 15288 |
2.6 Verification / Validation Processes | Par. 6.4.6 en 6.4.8 ISO 15288 |
2.6.1 Het Certificatenplan: in dit plan – onderdeel van de verificatie- en validatieprocessen – zal de Gegadigden moeten aangeven waaraan moet worden voldaan om de verschillende, in de Overeenkomst genoemde, certificaten te kunnen behalen. Zie hiervoor het voorlopig overzicht dat aan het slot van deze |
Inhoud | Bovenliggende eis |
Bijlage 4.1 is opgenomen. |
2.6.2 Verificatierapport: Als onderdeel van het Dialoogproduct Basismanagementplan moeten de Gegadigden een verificatierapport indienen waarin aantoonbaar is gemaakt dat alle onderdelen van het Basis Managementplan en de overige Dialoogproducten op elkaar zijn afgestemd (integraliteit) en alle onderdelen daarvan aan de in de Leidraad, de Overeenkomst c.q. de Outputspecificatie gestelde eisen voldoen (voor zover in dit stadium van toepassing), c.q. bij de uitvoering van de Overeenkomst aan de daaraan gestelde eisen, waaronder de Outputspecificatie | |
2.6.3 Het Performance Measurement System (Prestatiemeetsysteem / "PMS") – eveneens een verificatieproces – moet zodanig worden opgezet dat Partijen onder de Overeenkomst in staat zijn om het betalingsmechanisme zonder geschillen uit te voeren. De Gegadigden moeten als onderdeel van het Basismanagementplan het door hen te ontwikkelen PMS beschrijven, waarin zij verificatiemethoden (meetinstrumenten voor de diverse uit de Overeenkomst voortvloeiende KPI's) ontwikkelen, zoals het voertuigvolgsysteem. Zij moeten in ieder geval een beschrijving geven van het systeem dat Partijen in staat stelt om de Beschikbaarheidscorrecties en Prestatiekortingen vast te stellen. Daarnaast moeten zij de opzet van het systeem beschrijven om Prestatiekortingen in de diverse categorieën te monitoren. Ook moeten zij uitwerken het systeem waarmee tijdens de Realisatiefase Prestatiekortingen kunnen worden vastgesteld. | |
2.7. Maintenance Processes Hierin moeten de Gegadigden op hoofdlijnen een Beheer- en Onderhoudsplan presenteren, gebaseerd op een duidelijke onderhoudsfilosofie. | Par. 6.4.10 ISO 15288 Hoofdstuk 4.3 Outputspecificatie |
3.1 Project Assessment, Process Improvement, Process Capability Determination Processes Het geheel van processen die de Opdrachtnemer gedurende de uitvoering van de Werkzaamheden steeds in staat stellen om haar eigen processen onder het Managementplan te begrijpen en te verbeteren. Voor zover deze processen betrekking hebben op de Realisatiefase behoeft de Gegadigde alleen te beschrijven op welke wijze zij de ontwerp en bouwactiviteiten evalueert, met name eventuele fouten daarin, en zij naar aanleiding daarvan verbeteringen zal aanbrengen in de uitvoering van de Werkzaamheden ("lerend effect"). | ISO/IEC 15504-2:2004 |
Toetsing
De Gegadigden moeten door middel van een daarin opgenomen verificatierapport zelf aantonen dat het plan van zodanige kwaliteit dat zij daardoor kunnen voldoen aan de daaraan gestelde eisen.
Wensen
Niet van toepassing Format
Het format is vrij.
Verwerking in Overeenkomst
Het Basismanagementplan moet door de Opdrachtnemer worden uitgewerkt tot Managementplan, een voorwaarde voor afgifte van het Aanvangscertificaat.
Voorlopig Overzicht eisen aan certificaten, door de Gegadigden verder uit te werken in het kader van hun Certificatenplan
EISEN AAN CERTIFICATEN - ROMPCERTIFICATENPLAN
AANVANGSCERTIFICAAT | ||
Voor afgifte van het Aanvangscertificaat moet de Opdrachtnemer in overeenstemming met zijn Managementplan aantonen dat hij aan alle daarvoor gestelde eisen heeft voldaan. | ||
Eis | Betreft | Vindplaats |
Financial Close | Artikel 3.2 Overeenkomst | |
Uitvoeringsgarantie | Artikel 3.4 Overeenkomst | |
Managementplan met bijbehorende deelplannen | Artikel 8.1 (a) Overeenkomst | |
Kwaliteitssysteemdeelcertificaat | Artikel 8.1 (b) Overeenkomst | |
Prestatie Meet Systeem | Artikel 8.2 (a) Overeenkomst | |
Omgevingsplan Realisatie, met daarin ondermeer: Faseringsplan Afsluitingsplan Vergunningenplan K+L plan & hinderplan (LVC) | ||
Social Returnplan | Outputspecificatie | |
Geactualiseerde Projectplanning | ||
Implementatieplan Rollend Materieel | ||
Implementatieplan Openbaar Vervoer | ||
STARTCERTIFICAAT (PER DEELGEBIED) | ||
Voor afgifte van het Startcertificaat moet de Opdrachtnemer in overeenstemming met zijn Managementplan aantonen dat hij aan alle daarvoor gestelde eisen heeft voldaan. | ||
Eis | Betreft | Vindplaats |
Aanvangscertificaat | ||
Verkeersbesluiten | ||
Toestemming beheerder | (voorheen) Artikel 4.2(c)(iii) Overeenkomst | |
Projectovereenstemming met relevante netbeheerders | Artikel 5.2(f) Overeenkomst | |
Deel Omgevingsplan | ||
VOLTOOIINGSCERTIFICAAT (PER DEELGEBIED) | ||
Voor afgifte van het Voltooiingscertificaat moet de Opdrachtnemer in overeenstemming met zijn Managementplan aantonen dat hij aan alle daarvoor gestelde eisen heeft voldaan. | ||
Eis | Betreft | Vindplaats |
Verificatierapport | Opleverdossier |
INGEBRUIKSTELLINGSCERTIFICAAT | ||
Voor afgifte van het Ingebruikstellingscertificaat moet de Opdrachtnemer in overeenstemming met zijn Managementplan aantonen dat hij aan alle daarvoor gestelde eisen heeft voldaan. | ||
Eis | Betreft | Vindplaats |
Alle Opleveringscertificaten | ||
Verzekeringspolissen Exploitatiefase | Artikel 14.1 Overeenkomst | |
Goedkeuringen ILT en ISA |
Goedgekeurde dienstregeling | ||
Verificatierapport | ||
Coördinatie met andere vervoerders | Eis 0288 | |
Huisregels voor passagiers | ||
Methode voor Medewerkerstevredenheidsmetingen | ||
Integraal Veiligheidsplan Exploitatie | Eis 0385 | |
Calamiteitenplan | Eis 1738 | |
Uitvoeringsplan Sociale Veiligheid | Eis 1742 | |
Klachtenregeling | Eis 1923 | |
Marketing & Vervoerplan | Eis 1852 | |
Ontwikkelgroepenplan | Eis 1851 | |
OVERDRACHTSCERTIFICAAT | ||
Voor afgifte van het Overdrachtscertificaat moet de Opdrachtnemer in overeenstemming met zijn Managementplan aantonen dat hij aan alle daarvoor gestelde eisen heeft voldaan. | ||
Eis | Betreft | Vindplaats |
Inspectierapporten | ||
Audits op inspectierapporten | ||
Overdracht van alle contracten met derden die nodig zijn om te kunnen blijven exploiteren met Tramsysteem en Rollend Materieel | ||
Bijlage 4.2 – Dialoogproduct 2 – Inpassing- en vormgevingsplan
1. Doel
Het Inpassing- en vormgevingsplan moet de Opdrachtnemer in staat te stellen om, in samenwerking met de Opdrachtgever, de inpassing en vormgeving van de infrastructuur van het systeem Regiotram succesvol te kunnen uitvoeren. Het Inpassing- en vormgevingsplan is de basis van het ontwerp van de Infrastructuur waarop het verdere ontwerp na gunning wordt uitgewerkt. Daarnaast draagt het Inpassing- en vormgevingsplan in grote mate bij aan het visueel maken van het door de gegadigde aangeboden ontwerp van de infrastructuur. Het Inpassings- en Vormgevingsplan wordt uitgevoerd met in achtneming van de Design processes (zie onder 2.5 Dialoogproduct Basis Managementplan).
2. Eisen
Het door de Gegadigden op te stellen Inpassing- en vormgevingsplan, moet voldoen aan de volgende eisen:
Inhoud | Bovenliggende eis |
Inpassing- en vormgevingsplan dat in ieder geval de volgende onderdelen bevat: 1. Aanbiedingsontwerp 2. Beeldkwaliteitplan 3. Sfeerbeelden | Plan van Aanpak (KSF3, en voor zover van toepassing andere onderdelen daarvan) |
Norm ISO/IECC 15288:2008 of daaraan gelijkwaardig | |
Consistent met het Dialoogproduct Basismanagementplan | |
De relevante delen van de Outputspecificatie met de bijbehorende documenten (deze worden zo snel mogelijk bekend gemaakt). | |
Concept DBFMO-Overeenkomst | |
Leidraad | |
Inleiding en verantwoording / leeswijzer | Zie Dialoogproduct 1 |
1. Aanbiedingsontwerp | Het Aanbiedingsontwerp bevat minstens het gehele oppervlak van het Referentieontwerp en het invloedsgebied (aanheling directe omgeving) |
Het Aanbiedingsontwerp heeft een uitwerkingsniveau gelijkwaardig aan het “Kaartenboek, Tramlijn 1 Zernike en Tramlijn 2 Kardinge”, met uitzondering van de maatvoering in de dwarsprofielen. Het Aanbiedingsontwerp bevat: Kaartbladen (1:1000), indeling en nummering als in het kaartenboek; Profielen (1:200), indeling (bestaand en nieuw onder elkaar), locatie en nummering als in het kaartenboek. |
Inhoud | Bovenliggende eis |
Het Aanbiedingsontwerp wordt zowel analoog als digitaal aangeleverd Analoog aanleveren: A3 formaat Digitaal aanleveren: Bestandformaat DWG/DGN en PDF (via Relatics) | |
2. Beeldkwaliteitsplan | Het Beeldkwaliteitsplan is een toelichting op het aanbiedingsontwerp en beschrijft en visualiseert de te leveren beeldkwaliteit van het gehele ontwerp. |
De beeldkwaliteit moet inzicht geven in hoe de volgende onderwerpen integraal onderdeel uitmaken van het Aanbiedingsontwerp: De “thema’s” zoals beschreven in het Kaderdocument Vormgeving De groenobjecten uit het Groenkader zoals beschreven in het Kaderdocument Xxxxx | |
De te leveren beeldkwaliteit van de volgende tien delen van het ontwerp van de Gegadigden moet – als herkenbare vormfamilie (zie de Outputspecificatie) – integraal gevisualiseerd zijn: • Schuitendiep; • Oosterhamrikkade, tussen Oppenheimstraat en Diephuisstraat; • Halte Kardinge; • Halte Grote Markt Boterdiep, tussen Brouwerstraat en Korenstraat; • Noorderstation; • Halte Zernikeplein; • Zonnelaan, tussen Meteoorstraat en Saturnuslaan; • Onderdoorgang UWV-gebouw + halte Hoofdstation; • Bloemsingel, tussen Vrydemalaan en W.A. Scholtenstraat; • Gedempte Zuiderdiep, tussen Herestraat en Oosterstraat. Indien de Gegadigden overwegen om Xxxxxx (Opties) – maar dan alleen de fietsverbinding en het bovenleidingloos tijden - aan te bieden dan zullen de Gegadigden daarvan ook de |
Inhoud | Bovenliggende eis |
benodigde visualisaties moeten vervaardigen. | |
Deze visualisaties moeten een voldoende aantal 3D visualisaties bevatten, waaronder vogelvluchtperspectieven en ooghoogteperspectieven van de hiervoor genoemde kenmerkende delen van het ontwerp van de Gegadigden. De gekozen oplossing moet in haar meest karakteristieke facetten en realistisch worden getoond op een "rendering"-niveau dat aansluit bij de door de Aanbesteder ter beschikking gestelde documenten. | |
Het Beeldkwaliteitsplan wordt zowel analoog als digitaal aangeleverd. Analoog aanleveren: A3 formaat gebundeld in een document Digitaal aanleveren: Bestandformaat PDF | |
3. Sfeerbeelden van de volgende drie delen van het ontwerp van de Gegadigde | De Sfeerbeelden (panelen) dienen als presentatiemiddel richting publiek en bestuur, onmiddellijk na aanwijzing van de Geselecteerde Inschrijver. De Sfeerbeelden moeten de gekozen oplossing in al haar facetten en waarheidsgetrouw tonen, een en ander op een hoogwaardig en realistisch rendering niveau. |
Inhoud | Bovenliggende eis |
• Halte Grote Markt • Noorderstation en • Schuitendiep. De Geselecteerde Inschrijver moet de resterende zeven sfeerbeelden uit zijn Beeldkwaliteitplan leveren binnen drie weken na aanwijzing van de Geselecteerde Inschrijver. Indien de Gegadigden een of meer Wensen (Opties) – maar dan alleen de fietsverbinding en het bovenleidingloos tijden - heeft aangeboden dan zal de Geselecteerde Inschrijver daarvan ook de benodigde sfeerbeelden bij de resterende zeven moeten vervaardigen. | Een paneel per deel (na aanwijzing als Geselecteerde Inschrijver in totaal 10 stuks) |
De Sfeerbeelden geven minimaal het volgende weer: Situatieschets 3D visualisaties, waaronder vogelvluchtperspectieven en ooghoogte perspectieven | |
De Sfeerbeelden worden zowel analoog als digitaal aangeleverd in. Analoog aanleveren: Paneelafmetingen ca. 1 x 2 m1 Digitaal aanleveren: Bestandformaat PDF (op DVD) |
3. Wensen: Opties
Het toepassen van de hieronder genoemde Opties wordt als volgt gewaardeerd:
Nr | Wens (Verbeteroptie) | Subwens | Wenswaarde NCW (1-1-2012) | Bonuswens |
1 | Bovenleidingloos rijden op: | • Grote Markt | € 4.750.000 | € 361.000, maar alleen in combinatie met wens 9 (zie Opties Openbaar Vervoer en Rollend Materieel) volledig |
Indien naast de Grote Markt nog meer delen bovenleidingloos wordt gereden geldt het volgende: | ||||
a | • Oosterstraat | € 285.000 | n.v.t. | |
b | • Maagdenbrug | € 265.000 | n.v.t. | |
c | • Herebrug | € 245.000 | n.v.t. | |
d | • Schuitendiep | € 225.000 | n.v.t. | |
e | • Kreupelstraat | € 205.000 | n.v.t. | |
f | • Herestraat en Hereplein | € 175.000 | n.v.t. | |
4 | Fietsverbinding over Xxx Xxxxxxxxxxxxxxxx integreren in ontwerp | € 3.575.000 | n.v.t. | |
5 | Bomen eis dikte van 35-40 cm omtrek naar dikte 45-50 cm | € 840.000 | n.v.t. | |
6 | Bomen op haltes. Eenduidig beeld in de bomenstructuur. | € 280.000 | n.v.t. | |
7 | Natuurstenen verhardingsmateriaal op Schuitendiep en Bloemsingel | € 700.000 | n.v.t. | |
8 | Vervallen | |||
Totale Wenswaarde | € 11.545.000 | € 361.000 |
Indien de Gegadigde overweegt bij Inschrijving Opties aan te bieden zal hij deze in het Dialoogproduct Inpassing & Vormgeving al wel moeten hebben uitgewerkt. Daarbij moet de Gegadigde dan tevens zelf aangeven welke eisen uit de Outputspecificatie daarmee komen te vervallen.
Het Dialoogproduct zal ook een verificatie/validatie moeten bevatten waarmee de Gegadigde aantoont dat zij aan de gestelde eisen voldoet.
4. Format
Het format is – afgezien van de voorschriften genoemd onder eisen – vrij.
5. Verwerking in Overeenkomst
Het Inpassings- en Vormgevingsplan is een deelplan van het Managementplan en zal als onderdeel van Bijlage 8 aan de Overeenkomst worden gehecht.
Bijlage 4.3 – Dialoogproduct 3 – Vervoerplan
1. Doel
Uitgangspunt is dat het openbaar vervoer per tram een aantrekkelijk hoogwaardig alternatief wordt voor met name de auto. Deze makkelijke, snelle en comfortabele manier van reizen, is tegelijk een veel milieuvriendelijker vervoermiddel dan de auto. Daarbij gelden de volgende hoofddoelstellingen: Aantrekkelijk, Snel, Makkelijk, Comfortabel, Beschikbaar, Betrouwbaar, Schoon, Veilig en gezond, Goed functioneel, ruimtelijk en mooi ingepast in de omgeving, Duurzaam, omgevingsvriendelijk en milieu, Reputatie, Eenvoudig in beheer en onderhoud. Het doel is dat de inschrijver er voor zorgt dat de aangeboden openbaar vervoerdienst per tram zo goed mogelijk aan de bovenstaande voor dit plan relevante hoofddoelstellingen voldoen. Het doel van het Vervoerplan is dat de Gegadigde de Aanbesteder laat zien op welke wijze dit wordt verwezenlijkt.
2. Eisen
Het door de Gegadigden op te stellen Vervoerplan, moet voldoen aan de volgende voorschriften:
• De Outputspecificatie (geheel hoofdstuk 4.4);
• De concept DBFMO-Overeenkomst;
• De Leidraad;
• Plan van Aanpak (KSF2, en voor zover van toepassing andere onderdelen daarvan);
• Norm ISO/IECC 15288:2008 of daaraan gelijkwaardig;
• Het Dialoogproduct Basismanagementplan.
3. Inhoud:
Het Vervoerplan moet de basis vormen voor het als onderdeel van het Managementplan (Aanvangscertificaat) op te stellen Implementatieplan Openbaar Vervoer. Het moet de onderstaande hoofdstukken bevatten:
0. Inleiding / leeswijzer / verantwoording
1. Relatie Opdrachtnemer - Opdrachtgever
2. Relatie met de reiziger (klachten, proactiviteit)
3. Dienstregelingsprocessen, in relatie tot: Beschikbaarheid, Betrouwbaarheid, Wachttijden, Aansluitingen en Vervangend Vervoer
4. Kwaliteitsborging
5. Personeel
6. Calamiteitenorganisatie
7. Marketing en communicatie
8. Sociale veiligheid en controle op zwartrijden
9. Veiligheid
10. Toegankelijkheid
11. Verificatie en validatie
De Aanbesteder wil zien hoe de Gegadigde aantoont en aannemelijk maakt op welke wijze hij er voor zorgt dat de gevraagde kwaliteit wordt geleverd. Daarbij moet hij tevens een relatie leggen met de te behalen jaarlijkse klantwaardering.
Het implementatieplan maakt geen deel uit van het Vervoerplan. Het bij het Aanvagscertificaat op te leveren implementatieplan bevat een overzichtelijk stappenplan, een planning, waarin wordt aangegeven op welk moment welke (deel)stappen worden ondernomen om het aangeboden product zoals aangegeven in het Vervoerplan en het Rollend Materieel op tijd en op een juiste wijze te leveren.
4. Wensen (Opties)
Extra zit- en staanplaatsen (deze wens mag worden beschreven in het Rollend Materieelplan)
Gegadigde heeft de verplichting om minimaal 13 tramvoertuigen met ieder een minimale capaciteit van 290 reizigers aan te bieden. De minimale door de Gegadigde te bieden capaciteit bedraagt derhalve 13 x 290 = 3770.
Voor iedere extra plaats die, in opdracht van de Opdrachtgever, iedere dag tussen 06.30 en 19.30 kan worden ingezet voor de uitvoering van de dienstregeling, van 3771 tot en met 4095, krijgt de gegadigde een bonus toebedeeld van € 7.600,- per plaats. Daarbij moet de Gegadigde zich houden aan de eisen ten aanzien van de verhouding van zitplaatsen en staanplaatsen. Wanneer de Gegadigde 4095 plaatsen aanbiedt bedraagt de toegedeelde bonus dan € 2.470.000,-. Extra plaatsen in voertuigen die alleen als reserve gebruikt worden tellen dus niet mee.
Voor iedere extra plaats die, in opdracht van de Opdrachtgever, iedere dag tussen 06.30 en 19.30 kan worden ingezet voor de uitvoering van de dienstregeling, van 4096 tot en met 4420, krijgt de Gegadigde een bonus toebedeeld van € 5.700,- per plaats. Daarbij moet de Gegadigde zich houden aan de eisen ten aanzien van de verhouding van zitplaatsen en staanplaatsen. Wanneer de Gegadigde 4420 plaatsen aanbiedt bedraagt de toegedeelde bonus om van 4096 naar 4420 te komen € 1.852.000,-. Extra plaatsen in voertuigen die alleen als reserve gebruikt worden tellen dus niet mee.
Extra ritten in de ochtendspits
Het betreft hier extra ritten op de tramlijn Hoofdstation – Zernike. Het gaat daarbij om extra ritten op werkdagen. De frequentie wordt in de spits verhoogd van 8 maal naar 10 maal per uur per richting. Deze 10 ritten zullen net als dat ook het geval is bij een frequentie van 8 maal per uur in een gelijke regelmaat worden uitgevoerd. Bij een frequentie van 10 maal per uur betekent dat, dat er om de 6 minuten een rit vertrekt. Deze extra ritten dienen te worden uitgevoerd zodanig dat in het vertrekuurblok tussen 08.00 uur en 08.59 uur 10 ritten vertrekken vanaf het Hoofdstation naar Zernike en dat in het vertrekuurblok tussen 09.00 uur en 09.59 uur 10 ritten vertrekken vanaf het Hoofdstation naar Zernike. Aangezien de voertuigen van de Remise op Zernike afkomstig zijn, geldt dat deze frequentie vanaf Zernike naar het Hoofdstation voorafgaand aan deze uurblokken wordt aangeboden. Met andere woorden de extra ritten van het Hoofdstation naar Zernike worden niet voorafgegaan door matritten van de remise naar het hoofdstation maar ook in de dienstregeling opgenomen van Xxxxxxx naar het Hoofdstation.
Nr | Wens (Verbeteroptie) | Subwens | Wenswaarde NCW (1-1-2012) | Bonuswens |
9 | Extra capaciteit staanplaatsen en zitplaatsen (zie paragraaf 4) | Eerste 325 plaatsen (ten opzichte van de totale capaciteit) | € 7.600 per extra plaats (maximaal € 2.470.000) | Combinatie met wens 1 (zie aldaar). |
10 | Idem. Extra bovencapaciteit (zie paragraaf 4) | Plaatsen 326 tot 650 (ten opzichte van de totale capaciteit) | € 5.700 per extra plaats (maximaal € 1.852.000) | n.v.t. |
11 | Extra ritten in de ochtendspits | Frequentie van 10 x per uur | € 330.000 | n.v.t. |
Totale Wenswaarde | € 4.652.000 (maximaal) |
Indien de Gegadigde overweegt bij Inschrijving Opties aan te bieden zal hij deze in het Dialoogproduct al wel moeten hebben uitgewerkt. Ten aanzien van de wens om extra ritten moet de Inschrijver bij de Inschrijving aangeven of de wens wordt uitgevoerd of niet.
5. Format
Het format is vrij.
6. Verwerking in Overeenkomst
Het Vervoerplan is een deelplan van het Managementplan en zal als onderdeel van Bijlage 8 aan de Overeenkomst worden gehecht.
Bijlage 4.4 – Dialoogproduct 4 – Rollend Materieelplan
1. Doel
Uitgangspunt is dat de tram een aantrekkelijk hoogwaardig alternatief wordt voor met name de auto. Deze makkelijke, snelle en comfortabele manier van reizen, is tegelijk een veel milieuvriendelijker vervoermiddel dan de auto. Daarbij gelden de volgende hoofddoelstellingen: Aantrekkelijk, Snel, Makkelijk, Comfortabel, Beschikbaar, Betrouwbaar, Schoon, Veilig en gezond, Goed functioneel, ruimtelijk en mooi ingepast in de omgeving, Duurzaam, omgevingsvriendelijk en milieu, Reputatie, Eenvoudig in beheer en onderhoud. Het doel is dat de inschrijver er voor zorgt dat tramvoertuigen worden ingezet die zo goed mogelijk aan de (voor dit dialoogproduct relevante onderdelen van) bovenstaande hoofddoelstellingen voldoen.
Het doel van het Rollend Materieelplan is om de Aanbesteder te laten zien op welke wijze dit wordt verwezenlijkt. De Gegadigde moet hiertoe een Rollend Materieelplan indienen, waarin zij aangeeft welk materieel gedurende de exploitatieperiode wordt ingezet en op welke wijze invulling wordt gegeven aan de in de outputspecificatie gestelde eisen ten aanzien van het materieel.
Tijdens de Eigenlijke Dialoogfase is het toegestaan dat het Rollend Materieelplan nog bestaat uit maximaal drie verschillende voertuigtypes. Bij Inschrijving moet de inschrijver aangeven met welk type (maximaal 1 soort) materieel hij de Overeenkomst zal uitvoeren.
2. Eisen
Het door de Gegadigden op te stellen Rollend Materieelplan, moet voldoen aan de volgende eisen:
• De Outputspecificatie (geheel hoofdstuk 4.2);
• Plan van Aanpak (KSF2, en voor zover van toepassing andere onderdelen daarvan);
• De Leidraad;
• Norm ISO/IECC 15288:2008 of daaraan gelijkwaardig;
• De Concept-DBFMO-Overeenkomst;
• Consistentie met het Dialoogproduct Basismanagementplan (Dialoogproduct 1).
3. Inhoud
Het Rollend Materieelplan moet de basis vormen voor het als onderdeel van het Managementplan (Aanvangscertificaat) op te stellen Implementatieplan Rollend Materieel. Het moet de onderstaande elementen bevatten
0. Inleiding / Leeswijzer / Verantwoording
1. De omvang van de vloot (minimaal in te zetten voor dienstregeling + reservevoertuigen)
2. Een beschrijving van het type materieel.
• Een overzicht van de technische parameters van het voertuig, waarbij tevens wordt aangetoond dat het materieel kan voldoen aan de eisen die zijn gesteld aan het Profiel van Xxxxx Xxxxxx, en het Kinetisch Omgevingsprofiel;
• Tekening van het vooraanzicht en het zijaanzicht met daarin de maten van de voertuigen en onderdelen van het voertuig aangegeven;
• Overzichtstekening van bovenaf gezien waarin de verdeling van de zitplaatsen (vaste stoelen en klapstoelen) en voorzieningen op terug zijn te zien.
• Een overzicht van het aantal zitplaatsen en staanplaatsen
• Fotobeelden/schetsbeelden van het exterieur van de tram (en/of beschrijving van het proces om te komen tot definitief exterieur van de tram).
3. Een beschrijving van de wijze waarop wordt voldaan aan de in de Outputspecificatie gestelde eisen aan het materieel.
a. Tekstuele beschrijving, waarbij in het bijzonder wordt ingegaan op de volgende onderwerpen: (sociale) veiligheid, toegankelijkheid, informatievoorziening, kwaliteit zitplaatsen; zowel stoelen als ook steek tussen de stoelen, breedte van de stoelen, reinheid en andere comfort en dienstverlenende aspecten.
b. Beelden (mag zowel fotomateriaal, als schetsbeelden zijn)
c. Beelden van het interieur van de tram (en/of beschrijving van het proces om te komen tot definitief interieur van de tram). Mag zowel in met schetsimpressies als foto’s;
d. (in samenhang met Dialoogproduct 1): de processen die de Opdrachtnemer samen met de Opdrachtgever zal doorlopen om uiteindelijk tot de definitieve vormgeving van het in te zetten Rollend Materieel te komen.
4. Kwaliteitsborging
5. Verificatie en Validatie.
4. Opties:
Zie Dialoogproduct Openbaar Vervoer.
Ten aanzien van de wens om extra zit/staanplaatsen moet de Inschrijver bij Inschrijving aangeven of hij de wens zal honoreren en, zo ja, hoeveel extra zit/staanplaatsen hij aanbiedt.
5. Format
Het format is vrij.
6. Verwerking in Overeenkomst
Het Rollend Materieelplan is een deelplan van het Managementplan en zal als onderdeel van Bijlage 8 aan de Overeenkomst worden gehecht.
Bijlage 4.5 – Dialoogproduct 5 – Omgevingsplan Realisatie op Hoofdlijnen
1. Doel
Het Omgevingsplan Realisatie op Hoofdlijnen moet er voor zorgen dat de realisatie van de Regiotram zorgt voor zo weinig hinder en overlast voor de omgeving. Dit gebeurt onder de noemer BLVC. BLVC omvat het tijdig in kaart brengen van de (mogelijk negatieve) effecten op de Bereikbaarheid, Leefbaarheid en Veiligheid van woningen, voorzieningen, bedrijven etc. tijdens de realisatie van het Project, het bepalen van de maatregelen die getroffen (kunnen) worden om deze negatieve effecten te vermijden en het vastleggen van de maatregelen hoe hierover met de buurt wordt gecommuniceerd.
Verder bevat het Omgevingsplan Realisatie op Hoofdlijnen de duurzaamheidsaspecten van de realisatie van de Regiotram. Het gaat hierbij om het in beeld brengen van de MKI (Milieukosten indicatie).
Het Omgevingsplan Realisatie is een van de eisen om het Aanvangscertificaat te verkrijgen.
2. Eisen
▪ Het moet zijn gebaseerd op het Plan van Aanpak (KSF3, en voor zover van toepassing andere onderdelen daarvan);
▪ Het moet zijn gebaseerd op de norm ISO/IECC 15288:2008 of daaraan gelijkwaardig;
▪ Het moet voldoen aan de Outputspecificatie (Hoofdstuk 4.5)
▪ Het moet voldoen aan de DBFMO-Overeenkomst;
▪ Het moet voldoen aan de Leidraad;
Het Omgevingsplan Realisatie op Hoofdlijnen moet in ieder geval de volgende hoofdstukken bevatten:
1. Inleiding / leeswijzer / verantwoording
2. Faseringsplan, hierin moeten de Gegadigden een beschrijving geven van de door hen te onderscheiden Deelgebieden en de fasering waarin deze Deelgebieden door hen zullen worden uitgevoerd (een en ander ten behoeve van de afstemming door de Aanbesteder met andere projecten in de stad Groningen);
3. Afsluitingsplan, waarin een risicoanalyse bereikbaarheid/doorstroming op stad- (hoofdwegen) en wijkniveau (gebiedsontsluitingswegen) is opgenomen. Gegadigden signaleren hierin kritieke delen van de hoofd- en gebiedsontsluitingswegen vanuit de fasering en werkwijze uitvoering realisatie Regiotram en beschrijven op welke wijze zij de bereikbaarheid voor de betreffende wegen voor alle weggebruikers ((brom)fietsverkeer en gemotoriseerd verkeer, hulpdiensten en openbaar vervoer) zullen handhaven, ook in relatie tot raakvlakprojecten die effecten op de bereikbaarheid hebben. Het als onderdeel van dit Dialoogproduct in te dienen Afsluitingsplan moet de kaders bevatten voor het vóór het Aanvangscertificaat in te dienen Afsluitingsplan, c.q. daarvoor een format te geven. Dat plan moet het eerste jaar van de Realisatiefase te omvatten en de Inschrijver moet dit vervolgens iedere maand actualiseren voor een periode gelijk aan het opvolgende jaar. Het Dialoogproduct moet één uitgewerkt
voorbeeld voor de beschrijving van een afsluiting bevatten. Bij dit plan moeten tekeningen 1:1000 worden gevoegd.
4. Xxxxxxxxxx; hierin moeten de Gegadigden een uitwerking geven van de Outputspecificatie waarin de L, V en C componenten van het BLVC-kader naar voren komen. Daarin moeten zij duidelijk maken hoe de belendende c.q. getroffen bewoners, ondernemers, bedrijven, voorzieningen e.d. in een ‘normale’ leefbare omgeving kunnen blijven functioneren hoe met deze ‘omgeving’ gecommuniceerd zal worden;
5. Kabels- en Leidingenplan: hierin moeten de Gegadigden beschrijven op welke wijze zij met de betrokken kabel- en leidingbedrijven zullen samenwerken om volgens de Planning (een en ander in overeenstemming met de planningsprocessen uit Dialoogproduct 1 en de Faserings- en Afsluitingsplannen uit Dialoogproduct 5) als Opdrachtnemer tot Projectovereenstemming te komen. Tevens moeten de Xxxxxxxxxx moeten hierin ook aangeven op welk moment de samenwerking met de kabel- en leidingbedrijven moet beginnen, zo nodig voor Contract Close. Voorts moeten de Gegadigden op hoofdlijnen aangeven op welke wijze zij de desbetreffende werkzaamheden zullen doen uitvoeren, voor het geval zij ook daadwerkelijk opdracht van de kabel- en leidingbedrijven zullen krijgen.
6. Vergunningenplan: hierin moeten de Gegadigden beschrijven op welke wijze zij de tijdige verkrijging van de benodigde vergunningen, ontheffingen e.d. zullen verzorgen.
7. Verificatie/validatie
3. Wensen: Verbeteroptie duurzaamheid
Voor het bepalen van de duurzaamheidwens is een nulmeting duurzaamheid realisatie Regiotram uitgevoerd middels het calculatieprogramma DuboCalc. Deze nulmeting (opgenomen in de Dataroom, alsmede de uitgangspunten voor de nulmeting) is uitgevoerd voor de GWW onderdelen van een aantal tracédelen (Zonnelaan (inclusief kluifrotonde Noordelijke Ringweg tot het Noorderstation en st. Walburgstraat/Kattehage t/m Gedempte Zuiderdiep), waarbij het referentieontwerp het uitgangspunt is. De totale lengte van deze tracédelen is circa 2,75 km (exclusief Gelkingestraat). Deze tracédelen zijn representatief voor de overige tracédelen. De railcomponenten en kunstwerken zijn niet in deze nulmeting opgenomen.
De MKI prestatie van de 2,75 km tracé is geëxtrapoleerd naar een MKI prestatie zoals die voor het gehele tracé (11 km) zou zijn. De MKI prestatie voor het gehele tracé is hierdoor 926879 x 4 = 3707516.
Voor zover de MKI prestatie van het Omgevingsplan Realisatie op Hoofdlijnen van een Gegadigde meer dan 5% gunstiger is dan de nulmeting, wordt dit per procent (afgerond op 1 decimaal) gewaardeerd met € 76.000 met een maximum van € 1.5 miljoen. Hiermee belonen we tot circa 25% gunstiger MKI prestatie ten opzichte van de nulmeting.
Gegadigde dient de duurzaamheidsaspecten van zijn ontwerp in te voeren in het verstrekte DuboCalc nulmeting bestand, waardoor de veranderende MKI-score van Xxxxxxxxx duidelijk wordt. Daarnaast moet de Gegadigde op het formulier duurzaamheid (Bijlage 9.4) bondig en SMART beschrijven op welke onderdelen de milieuwinst is behaald. Verder moet Gegadigde bij haar definitief ontwerp aan te tonen dat temminste invulling is gegeven aan de milieuwinst zoals dat in dit dialoogproduct is aangegeven en zoals dat zal worden opgenomen in de Overeenkomst.
Zie Bijlage 9.4 voor het desbetreffende formulier bij Inschrijving.
Wenswaarde is € 1,5 miljoen (maximaal)
4. Format
Het format is vrij. Bij de onderdelen 4(a) en 4(b) moet de gegadigde de uitwerking ondersteunen met kaartmateriaal schaal 1:1000. Voor kaartmateriaal dat noodzakelijk is voor communicatiedoeleinden mag van dit formaat worden afgeweken. Al het kaartmateriaal dient de Gegadigde als dwg/dgn en pdf te verstrekken.
5. Verwerking in Overeenkomst
Het Omgevingsplan Realisatie op Hoofdlijnen is een deelplan van het Managementplan en zal als onderdeel van Bijlage 8 aan de Overeenkomst worden gehecht.
BIJLAGE 5 – MODEL DIALOOGVERSLAG
De ondergetekenden
1. [naam Gegadigde], vertegenwoordigd door [naam] ("Gegadigde") en
2. het Projectbureau RegioTram, vertegenwoordigd door [mw. Xx. X. Xxxx] ("Aanbesteder")
VERKLAREN
(a) Gegadigde neemt deel aan de aanbesteding van de DBFMO-Overeenkomst voor het project RegioTram, de ondertekenaars voldoende bekend;
(b) Als onderdeel van de dialoog heeft Xxxxxxxxx de volgende Dialoogproducten ingediend:
▪ Het Basismanagementplan, d.d. [⚫]
▪ Het Inpassings- en Vormgevingsplan, d.d. [⚫]
▪ Het Vervoerplan, d.d. [⚫]
▪ Het Rollend Materieelplan, d.d. [⚫]
▪ Het Omgevingsplan, d.d. [⚫]
(c) Deze Dialoogproducten zullen integraal als Bijlage 8 (Managementplan) aan de DBFMO- Overeenkomst worden gehecht indien Gegadigde de aanbesteding wint;
(d) Xxxxxxxxx zal haar inschrijving op deze Dialoogproducten baseren;
(e) Al de hiervoor genoemde documenten, tezamen met dit verslag, vormen het Dialoogverslag (proces-verbaal als bedoeld in artikel 4.18.3 van het ARW-2005).
Aldus opgemaakt en ondertekend te Groningen op [datum]
Gegadigde Aanbesteder
BIJLAGE 6 – LIJSTRISICO'S
1. Inleiding
De Aanbesteder staat een systeem van Lijstrisico's voor waarbij alle als Geval van Vergoeding of als geval van Uitstel aangemerkte gevallen als geheel een rol spelen.
Daarbij onderscheidt de Aanbesteder twee typen Lijstrisico's:
• Het Lijstrisico "eigen risico": een waardering die betrekking heeft op de mate waarin de Gegadigden zelf bijdragen in het door hen eventueel te lijden Financieel Nadeel, en
• Het Lijstrisico "Richtdatum": een waardering die betrekking heeft op de mate waarin de Gegadigden zelf bijdragen in de door hen eventueel op te lopen Xxxxxxxx Vertraging.
In paragraaf 2 van deze Bijlage geeft de Aanbesteder:
• Een tweetal alternatieven ("Subsets") voor Artikel 2.1 van Bijlage 3 bij het Concept voor de Overeenkomst (Bijlage 2 bij deze Leidraad. Bij beide alternatieven heeft de Aanbesteder vermeld tot welke bijtelling als Lijstrisico de aanvaarding van dat alternatief door een Inschrijver zal leiden.
• een aantal alternatieven ("Subsets") voor het tijdstip van de Richtdatum. Bij deze alternatieven heeft de Aanbesteder vermeld tot welke bijtelling als Lijstrisico de aanvaarding van dat alternatief door een Inschrijver zal leiden.
2. Lijstrisico Eigen Risico Financieel Nadeel
SUBSET α – BIJTELLING ALS LIJSTRISICO € 3 MILJOEN
2.1 Vergoeding
(a) De Opdrachtgever moet het Financieel Nadeel dat kan worden toegerekend aan het desbetreffende Geval van Vergoeding aan de Opdrachtnemer vergoeden als volgt:
(i) bij een Geval van Vergoeding Categorie I: volledig;
(ii) bij een Geval van Vergoeding Xxxxxxxxx XX: volledig, met dien verstande dat de Opdrachtnemer met betrekking tot:
(A) elk Geval van Vergoeding Categorie II voor zover dat plaatsvindt in de periode tot aan de Ingebruikstelling het volgende gedeelte van het Financieel Nadeel voor zijn eigen rekening zal nemen:
I. 50% voor zover het Financieel Nadeel kleiner is dan of gelijk is aan € 50.000; en
II. 30% voor zover het Financieel Nadeel groter is dan € 50.000 maar kleiner is dan of gelijk is aan € 250.000;
één en ander voor zover het totaalbedrag aan Financieel Nadeel dat de Opdrachtnemer voor eigen rekening neemt met betrekking tot Gevallen van Vergoeding Categorie II voor zover die plaatsvinden in de periode tot aan Ingebruikstelling niet groter is dan € 1 miljoen; en
(B) elk Geval van Vergoeding Categorie II voor zover dat plaatsvindt in de periode na Ingebruikstelling het volgende gedeelte van het Financieel Nadeel voor zijn eigen rekening zal nemen:
I. 50% voor zover het Financieel Nadeel kleiner is dan of gelijk is aan €100.000; en
II. 30% voor zover het Financieel Nadeel groter is dan € 100.000 maar kleiner is dan of gelijk is aan € 500.000;
één en ander voor zover het totaalbedrag aan Financieel Nadeel dat de Opdrachtnemer voor eigen rekening neemt met betrekking tot Gevallen van Vergoeding Categorie II voor zover die plaatsvinden in de periode vanaf Ingebruikstelling niet groter is dan € 2 miljoen;
SUBSET β – BIJTELLING ALS LIJSTRISICO € 0
2.1 Vergoeding
(a) De Opdrachtgever moet het Financieel Nadeel dat kan worden toegerekend aan het desbetreffende Geval van Vergoeding aan de Opdrachtnemer vergoeden als volgt:
(i) bij een Geval van Vergoeding Categorie I: volledig;
(ii) bij een Geval van Vergoeding Xxxxxxxxx XX: volledig, met dien verstande dat de Opdrachtnemer met betrekking tot:
(A) elk Geval van Vergoeding Categorie II voor zover dat plaatsvindt in de periode tot aan de Ingebruikstelling het volgende gedeelte van het Financieel Nadeel voor zijn eigen rekening zal nemen:
I. 50% voor zover het Financieel Nadeel kleiner is dan of gelijk is aan € 150.000; en
II. 30% voor zover het Financieel Nadeel groter is dan €150.000 maar kleiner is dan of gelijk is aan € 750.000;
één en ander voor zover het totaalbedrag aan Financieel Nadeel dat de Opdrachtnemer voor eigen rekening neemt met betrekking tot Gevallen van Vergoeding Categorie II voor zover die plaatsvinden in de periode tot aan Ingebruikstelling niet groter is dan €2,5 miljoen; en
(B) elk Geval van Vergoeding Categorie II voor zover dat plaatsvindt in de periode na Ingebruikstelling het volgende gedeelte van het Financieel Nadeel voor zijn eigen rekening zal nemen:
I. 50% voor zover het Financieel Nadeel kleiner is dan of gelijk is aan € 250.000; en
II. 30% voor zover het Financieel Nadeel groter is dan € 250.000 maar kleiner is dan of gelijk is aan € 1.25 miljoen;
één en ander voor zover het totaalbedrag aan Financieel Nadeel dat de Opdrachtnemer voor eigen rekening neemt met betrekking tot Gevallen van Vergoeding Categorie II voor zover die plaatsvinden in de periode vanaf Ingebruikstelling niet groter is dan € 5 miljoen;
3. Lijstrisico Richtdatum
Het concept voor de DBFMO-Overeenkomst voorziet in een nieuwe benadering van Kritieke Vertraging en Geval van Uitstel. Daarvoor heeft de Aanbesteder een nieuw begrip geïntroduceerd: de Richtdatum. De Richtdatum is een datum die ligt vóór de Geplande Ingebruikstellingsdatum.
Op grond van artikel 9.2.(c) van de DBFMO-Overeenkomst schuift - als sprake is van een Geval van Uitstel - de Richtdatum op met een periode die gelijk is aan de duur van de toepasselijke Kritieke Vertraging. Als de Richtdatum eenmaal ligt op een moment op of na de Geplande Ingebruikstellingsdatum, schuift de Geplande Ingebruikstellingsdatum op met de alsdan opgelopen Kritieke Vertraging (behalve als die Kritieke Vertraging weer moet worden ingelopen).
De Aanbesteder wil door middel van het Lijstrisco "Richtdatum" de Gegadigden de mogelijkheid bieden een Richtdatum voor te stellen. Hoe verder de Richtdatum ligt vóór de Geplande Ingebruikstellingsdatum 15 juli 2016, des te lager is de bijtelling voor dit Lijstrisico.
De tabel hieronder geeft daarvoor een aantal mogelijkheden ("Subsets"). De Gegadigden kunnen bij Inschrijving een keuze voor een van deze Richtdata maken. Bij iedere Richtdatum is aangegeven tot welke bijtelling op de Inschrijving van de desbetreffende Inschrijver dit zal leiden bij de beoordeling op het gebied van het Lijstrisico Richtdatum
Subset | Richtdatum | Bijtelling in € |
κ | 5 Kalenderdagen voor de Geplande Ingebruikstellingsdatum | 2,75 miljoen |
X | 00 Kalenderdagen voor de Geplande Ingebruikstellingsdatum | 2,5 miljoen |
Μ | 20 Kalenderdagen voor de Geplande Ingebruikstellingsdatum | 1,75 miljoen |
Π | 30 Kalenderdagen voor de Geplande Ingebruikstellingsdatum | 1 miljoen |
Ω | 50 Kalenderdagen voor de Geplande Ingebruikstellingsdatum | 0 |
Tabel Richtdatum
Bij de Inschrijving zullen de Inschrijvers in de daarvoor bij de Leidraad Inschrijving te voegen tabel moeten aangeven voor welke Subsets zij zowel voor het Lijstrisico Eigen Risico als voor het Lijstrisico
Richtdatum opteren. Voor de beoordeling van hun Inschrijving zal de Aanbesteder de bij de door de Inschrijvers gekozen behorende waarden bij de Netto Contante Waarde van de Inschrijving optellen.
4. Verlaging Plafondprijs
De Plafondprijs wordt voor iedere individuele Inschrijver verlaagd met het bedrag van de bijtelling voor de beide gekozen Lijstrisico's.
BIJLAGE 7 – OUTPUTSPECIFICATIE
Afzonderlijk bijgevoegd
BIJLAGE 8 – EISEN AAN INSCHRIJVING
Bijlage 8.1 – Model indieningsformulier Inschrijving
[naam Inschrijver] dient hierbij haar Inschrijving in voor het project RegioTram en verklaart:
(i) De door Inschrijver, Belangrijke Onderopdrachtnemer of Aandeelhouder ingevulde Eigen Verklaring, met inachtneming van eventueel reeds schriftelijk aan de Aanbesteder kenbaar gemaakte wijziging van in betreffende Eigen Verklaring opgenomen omstandigheden, is op het moment van Inschrijving nog met de werkelijkheid overeenstemt, juist en volledig.
(ii) Haar Inschrijving geheel is in overeenstemming met het Dialoogverslag Eigenlijke Dialoogfase;
(iii) Zij doet haar Inschrijving integraal en onvoorwaardelijk gestand tot [datum invullen: 18 weken na datum indiening Inschrijving];
(iv) De in haar Inschrijving opgenomen Bruto Beschikbaarheidsvergoeding is gebaseerd op door de Aanbesteder bekend gemaakte Reference Rates en, indien van toepassing, de door de EIB opgegeven EIB Reference Rate;
(v) Zij aanvaardt dat de in haar Inschrijving opgenomen Bruto Beschikbaarheidsvergoeding op Financial Close wordt aangepast overeenkomstig de in paragraaf [*] van de Leidraad versie Inschrijving opgenomen procedure;
(vi) Zij aanvaardt dat de contante waarde van de Inschrijving wordt bepaald met het in de Dataroom opgenomen rekenmodel contante waarde van de Inschrijving zoals bedoeld in paragraaf 10.10 van de Leidraad versie Inschrijving;
(vii) Zij aanvaardt dat zij, indien zij haar Inschrijving niet jegens Aanbesteder integraal gestand doet, zij jegens Aanbesteder onmiddellijk een gefixeerde schadevergoeding zal verbeuren van € 5 miljoen. Dit zal onder meer het geval zijn indien zij niet tijdig Financial Close bereikt. Gegadigde heeft een bankgarantie gesteld die onder Tabblad C aan deze Inschrijving is gehecht. Deze gefixeerde schadevergoeding is alleen dan niet verschuldigd indien het niet bereiken van Financial Close het gevolg is van verstoring van financiële markten of een Bijzondere Omstandigheid, zoals omschreven in de Aanbestedingsdocumenten;
(viii) Haar Inschrijving is niet tot stand gekomen onder invloed van een overeenkomst, besluit of gedraging in strijd met het Nederlandse of Europese mededingingsrecht.
Aldus getekend te [plaats], [datum] [naam Inschrijver],
[naam vertegenwoordigingsbevoegd natuurlijk persoon] [functie]
[handtekening]
Bijlage 8.2 – Bijlagen bij Inschrijving
Bijlagen bij Inschrijving:
Tabblad A Formele eisen
1. Uittreksels handelsregister Inschrijver.
2. Kopie identiteitsbewijs ondertekenaar(s) Inschrijving.
Tabblad B Financieel deel Inschrijving
De financiële aanbieding moet in ieder geval de volgende onderdelen (in de aangegeven volgorde en nummering) bevatten:
1. Bruto Beschikbaarheidsvergoeding in prijspeil 1 januari 2012, exclusief BTW, volgens het format in Bijlage 8.3.
2. Oorspronkelijk Financieel Model conform de eisen in Bijlage 8.4
3. Steunverklaring Aandeelhouders (conform modelformulier Bijlage 8.5 van de Leidraad versie Inschrijving).
5. Steunverklaring financieel adviseur (conform modelformulier Bijlage 8.6 van de Leidraad versie Inschrijving).
6. Steunverklaring (externe) vreemd vermogen verschaffer (Mandated Lead Arranger) (conform modelformulier Bijlage 8.7 van de Leidraad versie Inschrijving); N.B. Deze verklaring mag later dan de Inschrijving, maar moet op uiterlijk 1 oktober bij de Aanbesteder zijn ingediend;
7. Financial Close garantie conform format Bijlage 8.8 van Leidraad versie Inschrijving).
Tabblad C Kwalitatief deel van de Inschrijving
1. Overzicht Belangrijke Onderaannemers (Zie Bijlage 9.1)
2. Formulier Rollend Materieel (Zie Bijlage 9.2)
3. Formulier Opties (Zie Bijlage 9.3)
4. Formulier Verbeteroptie Duurzaamheidsscore (Zie Bijlage 9.4)
5. Formulier Lijstrisico's (Zie Bijlage 9.5)
6. Geactualiseerde Projectplanning (Zie Bijlage 9.6)
Bijlage 8.3 – Format financiële inschrijving
De Ondergetekende, [_ naam Inschrijver ] verklaart hiermee gaaf en onvoorwaardelijk, als onderdeel van haar Inschrijving voor de Overeenkomst RegioTram Groningen, de Financiële Inschrijving aan te bieden. Deze Financiële Inschrijving is in overeenstemming met de voorwaarden genoemd in de Leidraad versie Inschrijving.
Vast deel Bruto Beschikbaarheidsvergoeding
Bruto Beschikbaarheidsvergoeding per Betaalperiode | € [ _in cijfers ] zegge [ in letters _] euro |
Geplande Ingebruikstellingsdatum | [ 15 juli 2016 _] |
Indexering vast deel Beschikbaarheidsvergoeding
Index n | Publicerende Instantie | An,1 | An,2 | An,3 | An,4 | An,5 | An,6 |
Variabel deel Bruto Beschikbaarheidsvergoeding
BRKM-prijs
Aantal kilometers op basis van 365 dagen | Bedrag (per eenheid, prijspeil 1-1-2012) |
40.000 | € [ _in cijfers ] |
80.000 | € [ _in cijfers ] |
BRU-prijs
Aantal uren op basis van 365 dagen | Bedrag (per eenheid, prijspeil 1-1-2012) |
615.000 | € [ _in cijfers ] |
1.165.000 | € [ _in cijfers ] |
DRU/VV-prijs
€ [ _in cijfers ]
Vergoeding per dienstregelingsuur Te Vergoeden Vervangend Vervoer
Indexering variabel deel Bruto Beschikbaarheidsvergoeding
Indexering BRKM
n | Index (n) | Publicerende instantie | % te indexeren (ai) |
1 | [⚫⚫] | [⚫⚫] | [⚫⚫] |
2 | [⚫⚫] | [⚫⚫] | [⚫⚫] |
3 | [⚫⚫] | [⚫⚫] | [⚫⚫] |
… | [⚫⚫] | [⚫⚫] | [⚫⚫] |
n | [⚫⚫] | [⚫⚫] | [⚫⚫] |
Indexering BRU | |||
n | Index (n) | Publicerende instantie | % te indexeren (ai) |
1 | [⚫⚫] | [⚫⚫] | [⚫⚫] |
2 | [⚫⚫] | [⚫⚫] | [⚫⚫] |
3 | [⚫⚫] | [⚫⚫] | [⚫⚫] |
… | [⚫⚫] | [⚫⚫] | [⚫⚫] |
n | [⚫⚫] | [⚫⚫] | [⚫⚫] |
Indexering DRU/VV | |||
n | Index (n) | Publicerende instantie | % te indexeren (ai) |
1 | [⚫⚫] | [⚫⚫] | [⚫⚫] |
2 | [⚫⚫] | [⚫⚫] | [⚫⚫] |
3 | [⚫⚫] | [⚫⚫] | [⚫⚫] |
… | [⚫⚫] | [⚫⚫] | [⚫⚫] |
n | [⚫⚫] | [⚫⚫] | [⚫⚫] |
Toelichting Indexeringsformule
Onderdeel van de Inschrijving zijn de Indexeringsformules voor het vaste deel van de Bruto Beschikbaarheidsvergoeding en voor de variabele delen van de Bruto Beschikbaarheidsvergoeding. De door de Gegadigde aangeboden Indexeringsformules worden onderdeel van de Overeenkomst. De Gegadigde kiest uit de hierna opgenomen limitatieve lijst met indices de indices die hij wenst op te nemen in de Indexeringsformules.
Het is Xxxxxxxxxx toegestaan het vaste deel van de Bruto Beschikbaarheidsvergoeding te indexeren voor zover deze indexering (in het bij Inschrijving over te leggen Financieel Model aantoonbaar) betrekking heeft op de operationele uitgaven (OPEX) waarop het vaste deel van de Bruto Beschikbaarheidsvergoeding betrekking heeft en het rendement op Eigen Vermogen. Het is Gegadigden toegestaan het variabele deel van de Bruto Beschikbaarheidsvergoeding te indexeren voor zover deze indexering (in het bij Inschrijving over te leggen Financieel Model aantoonbaar) betrekking heeft op de operationele uitgaven (OPEX) waarop het variabele deel van de Bruto Beschikbaarheidsvergoeding betrekking heeft.
Voor elke gekozen index moet de Gegadigde een wegingsfactor aanbieden. Voor het vaste deel van de Bruto Beschikbaarheidsvergoeding geldt dat deze wegingsfactoren mogen verschillen per hieronder beschreven periode. Enkel ten behoeve van de berekening van de contante waarde van de Inschrijving hanteert de Aanbesteder de volgende referentiewaarden bij de volgende limitatieve lijst van te hanteren indices.
Instantie | Index n | Periode | Referentiewaarde |
CBS | GWW: Grond-, weg- en waterbouw (42/43) | Januari | 3,55% |
CBS | GWW Wegen met open verharding (42111) | Januari | 2,44% |
CBS | GWW Wegen met gesloten verharding (42112) | Januari | 5,08% |
CBS | GWW Boven- en ondergrondse spoorwegen (4212) | Januari | 3,66% |
CBS | GWW Bruggen en tunnels (4213) | Januari | 2,03% |
CBS | GWW Werken voor vloeistoffen (4221) | Januari | 3,07% |
CBS | GWW Waterbouwkundige werken (4291) | Januari | 3,69% |
CBS | GWW Bouwrijp maken van terreinen (4312) | Januari | 3,25% |
CBS | GWW Elektrische installaties (4321) | Januari | 2,21% |
CBS | CPI afgeleid (2006 = 100) | Januari | 1,67% |
CBS | Nederland, HICP (2005 = 100) | Januari | 1,88% |
CBS | Eurozone, MUICP (2005 = 100) | Januari | 2,09% |
CBS | Europese Unie, EICP (2005 = 100) | Januari | 2,26% |
CBS | Metaal/elektrotechn. Industrie 27-35 CAO lonen contractuele loonkosten en arbeidsduur; indexcijfers (2000=100) | Januari | 2,16% |
CBS | Bouwnijverheid (10-45) XXX xxxxx contractuele loonkosten en arbeidsduur; indexcijfers (2000=100) | Januari | 2,22% |
CBS | Schoonmaak diensten (747) XXX xxxxx contractuele loonkosten en arbeidsduur; indexcijfers (2000=100) | Januari | 2,45% |
CBS | Openbaar vervoer (60) XXX xxxxx contractuele loonkosten en arbeidsduur; indexcijfers (2000=100) | Januari | 1,97% |
CROW | Loonkosten | Januari | 2,50% |
CROW | Risico Regeling GWW Gasolie hoog accijns | Januari | 7,21% |
CROW | Risico Regeling GWW Gasolie laag accijns | Januari | 7,23% |
CROW | Risico Regeling GWW Elektriciteit | Januari | 6,62% |
CROW | Risico Regeling GWW Grind- en Industriezand | Januari | 2,85% |
CROW | Risico Regeling GWW Steenslag en brekerzand | Januari | 2,63% |
CROW | Risico Regeling GWW Betonmortel | Januari | 2,95% |
CROW | Risico Regeling GWW Betonproducten | Januari | 0,68% |
CROW | Risico Regeling GWW Cement | Januari | 1,34% |
CROW | Risico Regeling GWW Breuksteen | Januari | 2,54% |
CROW | Risico Regeling GWW Kunststof incl. pvc, excl. Geosynth. | Januari | 4,07% |
CROW | Risico Regeling GWW Betonstaal | Januari | 9,40% |
CROW | Risico Regeling GWW Staal excl. Betonstaal | Januari | 7,07% |
CROW | Risico Regeling GWW Wegenbouw bitumen | Januari | 9,33% |
CROW | Risico Regeling GWW Bitumen. Bindmiddelen | Januari | 6,62% |
CROW | Risico Regeling GWW Mineraal asfaltmengsel incl. brandstof | Januari | 2,97% |
Eurostat | HICP excl. Tobacco (00XTOBAC) (EA) (2005 = 100) | Januari | 1,99% |
Gegadigden moeten de Indexeringsformules indienen gebruik makend van de tabellen in het Format Financiële Inschrijving. Voor de goede orde merkt Aanbesteder in dat verband op dat de door Gegadigde ingevulde indexen inclusief wegingsfactoren vaststaan en na indiening van de Inschrijving alleen nog beperkt kunnen worden gewijzigd voor zover dit voorkomt uit een verandering van de Bruto Beschikbaarheidsvergoeding als gevolg van Financial Close. De wegingsfactoren opgenomen in het Oorspronkelijk Financieel Model bij Inschrijving moeten overeenkomen met de wegingsfactoren (waaronder het aantal decimalen) opgenomen in de Financiële Inschrijving.
Bijlage 8.4 – Oorspronkelijk Financieel Model
1. Omschrijving
Het Oorspronkelijk Financieel Model is het model waarmee de Gegadigde zijn Inschrijving financieel onderbouwt.
Op Contract Close zullen Partijen het Oorspronkelijk Financieel Model waarmerken. Voor de wijze waarop het Oorspronkelijk Financieel Model wordt ingezet na Contract Close verwijst de Aanbesteder naar artikel 3.6 lid (a) en lid (b) van de Overeenkomst.
Het Oorspronkelijk Financieel Model mag in het Engels worden ingediend.
2. Eisen aan het product
Het Oorspronkelijk Financieel Model moet voldoen aan de hieronder opgenomen organisatorische, functionele, modeltechnische en inhoudelijke eisen.
a) Organisatorische eisen
(i) Het Oorspronkelijk Financieel Model bestaat uit een rekenmodel met handleiding en gebruiksinstructies;
(ii) De Gegadigde moet het Oorspronkelijk Financieel Model in digitaal formaat indienen. Het bij het Oorspronkelijk Financieel Model behorende logboek en de bijbehorende handleiding moeten tevens in analoog formaat worden ingediend;
(iii) De Aanbesteder eist dat het Oorspronkelijk Financieel Model is voorzien van een verklaring van een onafhankelijke auditor die verklaart dat het model voldoet aan de door Aanbesteder gestelde eisen zoals opgenomen in deze Bijlage 8.4én dat het model geen modeltechnische fouten bevat die materiële consequenties hebben. Aanbesteder staat toe dat de bedoelde verklaring van een onafhankelijk auditor in de Engelse taal is opgesteld en dat de verklaring op naam van de Gegadigde gesteld is;
(iv) De handleiding bij het rekenmodel moet een verificatietabel bevatten waarin ten minste is opgenomen:
o de (letterlijke) eisen die Aanbesteder stelt aan het Oorspronkelijk Financieel Model;
o een oordeel van de Gegadigde of al dan niet aan de betreffende eis is voldaan; en
o een toelichting waaruit blijkt dat aan betreffende eis is voldaan inclusief (waar mogelijk) een eenduidige referentie naar de plaats in het Oorspronkelijk Financieel Model.
(v) Het Oorspronkelijk Financieel Model moet consistent zijn met de toepasselijke Dialoogproducten, waaronder het Dialoogproduct Planning.
b) Functionele eisen
De Gegadigde moet de modelstructuur en rekenregels van het Oorspronkelijk Financieel Model zodanig vormgeven dat het Oorspronkelijk Financieel Model aan onderstaande functionele eisen voldoet:
(i) Eenduidig en expliciet zichtbaar uitrekenen c.q. vaststellen van de Bruto Beschikbaarheidsvergoeding;
(ii) Eenduidig en expliciet zichtbaar uitrekenen c.q. vaststellen van de Gewogen Gemiddelde Vermogenskostenvoet;
(iii) het moet mogelijk zijn de koppeling te maken tussen de Bruto Beschikbaarheidsvergoeding en
o de Reference Rates of de Swap Base Rate; en
o indien van toepassing de EIB Reference Rate;
in overeenstemming met de door de Aanbesteder bekend te maken procedure zoals bedoeld in paragraaf 10.7 van de Leidraad;
(iv) Gebruiksvriendelijkheid op tenminste de onderdelen rekensnelheid, het faciliteren van Financial Close en het uitvoeren van gevoeligheidsanalyses;
(v) Het moet mogelijk zijn het model op een transparante en herleidbare manier te optimaliseren en heroptimaliseren.
c) Inhoudelijke eisen
De Gegadigde moet de modelstructuur en rekenregels van het Oorspronkelijk Financieel Model zodanig vormgeven dat het Oorspronkelijk Financieel Model aan onderstaande inhoudelijke eisen voldoet.
(i) Het Oorspronkelijk Financieel Model moet in overeenstemming zijn met algemeen aanvaarde accounting principes (voor PPS-projecten);
(ii) Het Oorspronkelijk Financieel Model moet (minimaal) inzicht bieden in:
o de Bruto Beschikbaarheidsvergoeding (BBV) per einde van elk kwartaal in prijspeil 01/01/2012 exclusief BTW;
o de voorlopige Aanvangsdatum, de Geplande Richtdatum en de Geplande Ingebruikstellingsdatum en de Einddatum;
o de Indexeringsformule; de parameters die deel uitmaken van de Indexeringsformule
moeten worden benoemd alsmede worden gekwantificeerd, waarbij het Format Indexeringsformule zoals opgenomen in Bijlage 10 van deze Leidraad wordt aangehouden;
o de contante waarde van de Inschrijving, volgens berekeningswijze zoals door Aanbesteder gehanteerd;
o alle relevante veronderstellingen als (economische) levensduur, afschrijvingsduren (gespecificeerd naar projectonderdelen). Deze eis wordt als voldaan beschouwd als het Oorspronkelijk Financieel Model de informatie levert die benodigd is om financiële resultaten samen te stellen die voldoen aan de accounting standaard volgens het bepaalde in II.3 sub a;
o verwachtingen ten aanzien van Beschikbaarheidscorrecties en Prestatiekortingen, fiscale behandeling, vermogenssoorten (inclusief marges en fees), looptijden lening(en), vereist rendement op Eigen Vermogen na belasting en vermogensstructuur alsmede andere financiële instrumenten;
o per financieringsfaciliteit de opbouw van het van toepassing zijnde rentepercentage;
o decompositie van de kostenposten op tenminste het niveau van de werkpakketten.
o separaat inzicht in de aard en omvang van de EIB-financiering;
o op welke momenten gedurende de contractduur welke bedragen aan omzetbelasting, vennootschapsbelasting, en eventuele andere relevante belastingen betaald c.q. ontvangen worden;
o inzicht in zowel de minimale, werkelijke als gemiddelde cover ratio’s, zijnde tenminste de Debt Service Cover Ratio (DSCR), de Loan Life Cover Ratio (LLCR) en de Project Life Cover Ratio (PLCR), volgens de definitie welke door Financiers wordt verlangd;
o inzicht in de Internal Rate of Return (IRR) over de gehele looptijd voor tenminste de Project IRR - Pre Tax, Project IRR - Post tax, Equity investor IRR, Subordinated debt IRR (post tax), Blended equity IRR (post tax), volgens de definitie welke door Financiers wordt verlangd;
o inzicht in elk ander financieel ratio welke door de financiers wordt verlangd, dan wel relevant is voor de financieringsstructuur.
o debt profiles.
d) Modeltechnische en modelstructuureisen
Aanvullend op de door de Gegadigde op te stellen modelstructuur en modeltechnische rekenregels, gelden de volgende eisen op het gebied van modeltechniek en -structuur:
(i) Het Oorspronkelijk Financieel Model moet tenminste overzichten bevatten van:
o samenvatting van de output;
o databoek;
o ratio analyse;
o balans;
o resultatenrekening;
o kasstromenoverzicht;
o financieringsstructuur;
o Beschikbaarheidsvergoeding gefaseerd in de tijd;
o piekbetalingen;
o overige opbrengsten;
o belastingen.
(ii) Het Oorspronkelijk Financieel Model moet toepasbaar zijn in de Nederlandse of Engelse versie van Microsoft Excel 2007.
(iii) Het Oorspronkelijk Financieel Model moet een zelfstandig werkend model zijn en derhalve geen koppelingen naar derde modellen bevatten en geen plug-ins of andere software van derden vereisen;
(iv) Alle functies van het Oorspronkelijk Financieel Model, de formules en verwijzingen moeten operationeel zijn. Op geen van de onderdelen van het Oorspronkelijk Financieel Model mag een wachtwoordbeveiliging zitten;
(v) Het Oorspronkelijk Financieel Model moet voldoen aan de aan een financieel model te stellen eisen, in termen van transparantie en audit-trace. Concreet betekent dit tevens een duidelijk onderscheid tussen input (variabele invoer en gefixeerde invoer), calculatievelden en output. Het moet traceerbaar zijn waar cellen naar verwijzen en/of zijn afgeleid, voor zover dit mogelijk is met de auditing tools van de software (als bepaald in II.4 sub b);
(vi) Het Oorspronkelijk Financieel Model moet voorzien zijn van een handleiding. Deze handleiding moet zo zijn opgesteld dat deze (tenminste) de volgende onderdelen bevat:
o een beschrijving van de aannames;
o een gebruikersinstructies;
o een beschrijving van de functionaliteiten;
o een gedetailleerde beschrijving van de werking van eventuele macro’s;
o een gedetailleerde beschrijving van de wijze waarop de gevoeligheidsanalyses worden uitgevoerd.
(ix) Het Oorspronkelijk Financieel Model moet een logboek bevatten waarin aanpassingen worden opgenomen. Het logboek moet bovendien van de materiële aanpassingen de reden van de aanpassing en de principes van de aanpassing op hoofdlijnen beschrijven;
(x) Het Oorspronkelijk Financieel Model moet het uitvoeren van gevoeligheidsanalyses faciliteren op ondermeer de volgende onderdelen:
o veranderingen in de rente kosten;
o veranderingen in de inflatie;
o veranderingen in de vennootschapsbelasting en BTW;
o veranderingen in de aanlegkosten;
o veranderingen in de onderhoudskosten;
o veranderingen in de Beschikbaarheidscorrectie en Prestatiekorting.
Daarnaast moet het mogelijk zijn om op de in de handleiding beschreven wijze gevoeligheidsanalyses uit te voeren op de volgende onderdelen:
o vertraging van de werkzaamheden;
o vertraging van Financial Close
(xi) De projecties (einde periode) moeten voor de Realisatiefase op maand- of kwartaalniveau worden weergegeven en voor de Exploitatiefase tenminste op halfjaarniveau;
(xii) De projecties moeten in nominale bedragen zijn uitgedrukt;
(xiii) Het dominante prijspeil (waarin onder andere de Bruto Beschikbaarheidsvergoeding moet worden uitgedrukt) is 1 januari 2012;
(xiv) De projecties moeten worden getoond tot tenminste drie jaar na de Einddatum van de concept Overeenkomst;
De in het Oorspronkelijk Financieel Model gehanteerde terminologie moet aansluiten op de in de concept Overeenkomst opgenomen begrippen of Engelse vertaling daarvan.
Bijlage 8.5 – Modelformulier steunverklaring Aandeelhouders
[Naam Aandeelhouder] participeert voor [percentage]% in [naam Inschrijver].
[Naam Aandeelhouder] bevestigt dat, onder de voorwaarde dat aan [naam Inschrijver] wordt gegund, [naam Aandeelhouder] overeenkomstig haar deelneming in [naam Inschrijver] een bedrag zal investeren, dat naar rato van deelname wordt ingebracht en maximaal EUR [•] miljoen in de vorm van eigen vermogen in en/of achtergestelde lening aan Opdrachtnemer bedraagt.
[Naam Aandeelhouder] bevestigt dat de Inschrijving d.d. [datum] is voorzien van een aanbieding van Vreemd Vermogen Verschaffers ter completering van de financiering van het Project.
Deze Steunverklaring wordt uitsluitend verstrekt ten behoeve van [naam Inschrijver] en geen andere (rechts)persoon is gerechtigd op deze verklaring te vertrouwen of daaraan rechten te ontlenen.
Deze Steunverklaring is onderworpen aan Nederlands recht. [naam Aandeelhouder]
[naam vertegenwoordigingsbevoegd natuurlijk persoon] [functie]
[handtekening]
Bijlage 8.6 – Modelformulier steunverklaring financieel adviseur
[Naam financieel adviseur] is door [naam Inschrijver] aangesteld als financieel adviseur voor de financiering van het Project RegioTram.
In de hoedanigheid van financieel adviseur van [naam Inschrijver] verklaart [Naam financieel adviseur] dat de Inschrijving d.d. [datum Inschrijving]:
(i) aansluit bij de financiële raming en de planning zoals deze [naam Inschrijver] voor ogen staat voldoende robuust is om [naam Inschrijver] onder normale omstandigheden aan al haar financiële verplichtingen voortvloeiend uit de Overeenkomst te kunnen laten voldoen; en duidelijk maakt hoe [naam Gegadigde] voldoende financiering voor het Project aantrekt om [naam Inschrijver] onder normale omstandigheden aan al haar financiële verplichtingen voortvloeiend uit de Overeenkomst te kunnen laten voldoen; .
(ii) is voorzien van steunverklaringen van (externe) vreemd vermogen verschaffers voor een totaalbedrag van EUR [_bedrag ].
Deze Steunverklaring wordt uitsluitend verstrekt ten behoeve van [naam Inschrijver] en geen andere (rechts)persoon is gerechtigd op deze verklaring te vertrouwen of daaraan rechten te ontlenen.
Deze Steunverklaring is onderworpen aan Nederlands recht. [naam financieel adviseur]
[naam vertegenwoordigingsbevoegd natuurlijk persoon] [functie]
[handtekening]
Bijlage 8.7 – Modelformulier steunverklaring (externe) vreemd vermogen verschaffer (inclusief EIB) (Mandated Lead Arranger/EIB)
[naam vreemd vermogen verschaffer] is door [naam Inschrijver] gecommitteerd als [arrangeur/underwriter/vreemd vermogenverschaffer] ten behoeve van de financiering van het Project RegioTram.
In het kader van de Inschrijving van [naam Inschrijver] met betrekking tot het Project RegioTram, heeft [vreemd vermogen verschaffer] samen met haar juridisch adviseur [naam], haar technisch adviseur [naam] en haar verzekeringsadviseur [naam] de due diligence uitgevoerd met betrekking tot (het bepaalde in):
• de Aanbestedingsdocumenten d.d. [ _datum ] met kenmerk [ kenmerk ] (waaronder de Overeenkomst, met Bijlagen van [datum] met kenmerk [ kenmerk ]); en
• de Inschrijving d.d.[datum] van [naam Gegadigde].
Op grond van deze due diligence is [naam vreemd vermogen verschaffer] tot de conclusie gekomen dat de Aanbestedingsdocumenten en de Inschrijving geen elementen bevatten die het hieronder bedoelde financieringsarrangement verhinderen.
[naam vreemd vermogen verschaffer] biedt een financieringsarrangement aan [naam Inschrijver], voor een bedrag van [bedrag]- genoemd in haar brief d.d., [_ datum brief ] met kenmerk [ kenmerk brief ] gedurende [aantal] weken na [ datum Inschrijving _].
Het aan [naam Inschrijver] aangeboden financieringsarrangement is onvoorwaardelijk met uitzondering van de volgende -limitatief opgesomde- voorwaarden:
• [de definitieve goedkeuring door de [naam van het daartoe bevoegde orgaan van vreemd vermogen verschaffer] van [ naam vreemd vermogen verschaffer ]; en
• afronden van de financierings- c.q. leningdocumenten in de rechtsverhouding tussen [naam Inschrijver] en [naam vreemd vermogen verschaffer] ("satisfactory loan documentation").]
• [verwijzing naar een commitment en eventueel mandate letter welke aanvullende voorwaarden bevatten]
Deze Steunverklaring wordt uitsluitend verstrekt ten behoeve van de Aanbesteder van het Project RegioTram en geen andere (rechts)persoon is gerechtigd op deze verklaring te vertrouwen of daaraan rechten te ontlenen.
[OPTIONEEL: Ter voorkoming van misverstanden, deze verklaring vormt geen onvoorwaardelijke of onherroepelijke verbintenis, of een rechtens bindende verplichting, hoegenaamd ook, tot het verstrekken van financiering.]
Deze Steunverklaring is onderworpen aan Nederlands recht.
Deze Steunverklaring heeft een geldigheidstermijn van [ minimaal gelijk aan
gestanddoeningstermijn van [aantal] weken ] dagen na datum [ datum Inschrijving_ ]. [Plaats]/[Datum]
[naam bank of financiële instelling]
[naam vertegenwoordigingsbevoegd natuurlijk persoon]
[functie] [handtekening]
Bijlage 8.8 – Model Financial Close garantie
[Naam en overige gegevens bank of financiële instelling] garantienummer [garantienummer]
DE ONDERGETEKENDE,
[Naam bank of financiële instelling], gevestigd te [plaats] (de “Bank”) IN AANMERKING NEMENDE DAT:
[Naam Inschrijver], (statutair ) gevestigd te [plaats], kantoorhoudende te ([postcode]) [plaats] aan de [adres], hierna te noemen de "Inschrijver" op [datum] is uitgenodigd tot het indienen van een Inschrijving door het Openbaar Lichaam RegioTram Groningen, hierna te noemen de "Aanbesteder" in het kader van de aanbestedingsprocedure van de DBFMO-Overeenkomst RegioTram met [kenmerk], hierna te noemen de “DBFMO-Overeenkomst”;
de Inschrijver ingevolge de aanbestedingsleidraad [datum, kenmerk] (hierna te noemen: de “Leidraad”) en de DBFMO-Overeenkomst gehouden is ten behoeve van de Aanbesteder een bankgarantie te doen stellen tot zekerheid voor de nakoming van zijn verplichting jegens de Aanbesteder tot betaling van een gefixeerde schadevergoeding wanneer hij zijn Inschrijving niet binnen [gestanddoeningstermijn] onvoorwaardelijk gestand doet en zijn verplichting tot betaling van een vergoeding wanneer hij niet uiterlijk op [datum: [gestanddoeningstermijn] Financial Close zoals nader beschreven in de DBFMO-Overeenkomst bereikt;
ondergetekende bereid is de desbetreffende bankgarantie ten gunste van de Aanbesteder te stellen onder na te noemen voorwaarden;
VERKLAART ALS VOLGT:
1. De Bank stelt zich hierbij als zelfstandige verbintenis tegenover de Aanbesteder onherroepelijk en onvoorwaardelijk garant voor de verplichting van Geselecteerde Inschrijver op grond van de Leidraad tot betaling van een gefixeerde schadevergoeding wanneer hij zijn inschrijving niet binnen 18 weken onvoorwaardelijk gestand doet en voor zijn verplichting op grond van de DBFMO-Overeenkomst tot betaling van een vergoeding wanneer hij niet uiterlijk op [datum [gestanddoeningstermijn] Financial Close bereikt, zulks tot een maximumbedrag van EUR 8 miljoen. Deze bankgarantie is een abstracte afroepgarantie. De Bank komt in geen geval een beroep toe op de onderliggende rechtsverhouding tussen de Aanbesteder en de Inschrijver voortvloeiend uit de Leidraad en/of als vervat in de DBFMO-Overeenkomst;
2. Met het oog op het bepaalde onder 1. verbindt de Bank zich jegens de Aanbesteder om op eerste schriftelijk verzoek van de Aanbesteder zonder opgaaf van redenen te verlangen of nader bewijs te vragen aan deze te zullen voldoen als eigen verplichting al hetgeen de Aanbesteder jegens de Bank verklaart uit hoofde van de voornoemde verplichting tot het bereiken van Financial Close van de Geselecteerde Inschrijver te vorderen te hebben, zulks met inachtneming van het onder 1. van deze bankgarantie bedoelde maximumbedrag.
3. Deze bankgarantie heeft een geldigheidstermijn van [gestanddoeningstermijn + negen maanden] na datum [uiterste datum Inschrijving].
4. Deze bankgarantie vervalt bij het stellen van de Uitvoeringsgarantie als bedoeld in artikel 3.4 van de DBFMO-Overeenkomst.
5. Op deze bankgarantie is Nederlands recht van toepassing. Alle geschillen die mochten ontstaan naar aanleiding van deze bankgarantie zullen worden beslecht door de bevoegde rechter te Groningen.
Deze bankgarantie moet na afloop aan de ondergetekende worden geretourneerd op het adres: [adres].
[Plaats]/[Datum]
[naam bank of financiële instelling]
[naam vertegenwoordigingsbevoegd natuurlijk persoon] [functie]
[handtekening]