HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN 8
Samenwerkingsovereenkomst Bereikbaarheidsagenda Zuidoost-Brabant 2017-2030
Inhoud
HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN 8
Artikel 1 | Begripsbepalingen | 8 |
Artikel 2 | Onderwerp en doel van de overeenkomst | 9 |
Artikel 3 | Karakter van de overeenkomst | 9 |
Artikel 4 | Uitgangspunten van de samenwerking | 9 |
HOOFDSTUK 2 ORGANISATIE VAN DE SAMENWERKING 11
Artikel 5 | Algemene werkwijze van de samenwerking | 11 |
Artikel 6 | Rollen en taken van partijen | 11 |
Artikel 7 | Portefeuillehoudersoverleg Mobiliteit en Innovatie, samenstelling | 12 |
Artikel 8 | Portefeuillehoudersoverleg, taken en verantwoordelijkheden | 12 |
Artikel 9 | Portefeuillehoudersoverleg, vergaderingen en besluitvorming | 12 |
Artikel 10 | De Stuurgroep Bereikbaarheidsagenda, samenstelling | 13 |
Artikel 11 | De Stuurgroep Bereikbaarheidsagenda, taken en verantwoordelijkheden | 13 |
Artikel 12 | Bestuurlijk subregionaal overleg, samenstelling | 14 |
Artikel 13 | Bestuurlijk subregionaal overleg, taken en verantwoordelijkheden | 14 |
Artikel 14 | Het programmateam, samenstelling | 14 |
Artikel 15 | Het programmateam, taken | 15 |
Artikel 16 | Programmacoördinator | 16 |
Artikel 17 | Ambtelijk subregionaal overleg en subregiocoördinator | 16 |
Artikel 18 | Projectleider | 16 |
HOOFDSTUK 3 FINANCIËN 17
Artikel 19 | Financiering van de programma-organisatie | 17 |
Artikel 20 | Financiering van projecten, algemeen | 17 |
Artikel 21 | Financiering regiobrede projecten | 17 |
Artikel 22 | Financiering routegebonden projecten | 18 |
Artikel 23 | Subsidiëring | 18 |
Artikel 24 | Verdeling van de subsidiegelden | 18 |
Artikel 25 | Verrekenen Renteopbrengst en bankkosten | 19 |
HOOFDSTUK 4 JURIDISCHE ASPECTEN 20
Artikel 26 | Machtiging en volmacht | 20 |
Artikel 27 | Connexiteit | 20 |
Artikel 28 | Verhouding gemeenten onderling | 20 |
HOOFDSTUK 5 OVERIGE- EN SLOTBEPALINGEN 21
Artikel 29 | Wijziging | 21 |
Artikel 30 | Opheffing | 21 |
Artikel 31 | Toetreding | 21 |
Artikel 32 | Uittreding | 21 |
Artikel 33 | Geschillenbeslechting | 22 |
Artikel 34 | Duur overeenkomst | 22 |
Artikel 35 | Bekendmaking en inwerkingtreding | 22 |
Artikel 36 | Citeertitel | 22 |
Samenwerkingsovereenkomst Bereikbaarheidsagenda Zuidoost-Brabant 2017-2030
het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Asten, na verkregen toestemming van de gemeenteraad d.d. 6 november 2018, ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door de portefeuillehouder Verkeer en vervoer, de heer Th.X. Xxxxxxx
het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Bergeijk, na verkregen toestemming van de gemeenteraad d.d. 27 september 2018, ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door de portefeuillehouder Verkeer en vervoer, de heer M.M. Kuijken
het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Best, na verkregen toestemming van de gemeenteraad d.d. 8 oktober 2018, ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door de portefeuillehouder Mobiliteit, Verkeer en vervoer, de xxxx X. Xxxxxxxx
het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Bladel, na verkregen toestemming van de gemeenteraad d.d. 20 september 2018, ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door de portefeuillehouder Mobiliteit, de heer X.X.X.X. xxx xxx Xxxxxx
het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Cranendonck, na verkregen toestemming van de gemeenteraad d.d. 23 oktober 2018, ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door de portefeuillehouder Verkeer en vervoer, de heer X.X.X. xxx xxx Xxxx
het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Deurne, na verkregen toestemming van de gemeenteraad d.d. 6 november 2018, ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door de portefeuillehouder Bereikbaarheid, de heer W.A. Verhees
het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Eersel, na verkregen toestemming van de gemeenteraad d.d. 25 september 2018, ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door de portefeuillehouder Xxxxxxx en mobiliteit, de heer S.J. Kraaijeveld
het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Eindhoven, na verkregen toestemming van de gemeenteraad d.d. 2 oktober 2018, ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door de portefeuillehouder Mobiliteit, mevrouw M.C.T.M. List-de Roos
het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Geldrop-Mierlo, na verkregen toestemming van de gemeenteraad d.d. 10 december 2018, ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door de portefeuillehouder Bereikbaarheid en verkeer, de xxxx X. xxx xx Xxxx
het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Gemert-Bakel, na verkregen toestemming van de gemeenteraad d.d. 26 september 2018, ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door de portefeuillehouder Mobiliteit, xxxxxxx X. xxx Xxxx
het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Heeze-Leende, na verkregen toestemming van de gemeenteraad d.d. 5 november 2018, ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door de portefeuillehouder Xxxxxxx, de heer X.X.X. xx Xxx
het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Helmond, na verkregen toestemming van de gemeenteraad d.d. 9 oktober 2018, ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door de portefeuillehouder Mobiliteit, mevrouw M.J.A. Maas
het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Laarbeek, na verkregen toestemming van de gemeenteraad d.d. 11 oktober 2018, ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door de portefeuillehouder Mobiliteit, de heer A.J.L. Meulensteen
het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Nuenen c.a., na verkregen toestemming van de gemeenteraad d.d. 27 september 2018, ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door de portefeuillehouder Mobiliteit, xxxxxxx X. xxx Xxxxxx
het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Oirschot, na verkregen toestemming van de gemeenteraad d.d. 20 november 2018, ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door de portefeuillehouder Mobiliteit, de xxxx X. Xxxxxxx
het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Reusel-De Mierden, na verkregen toestemming van de gemeenteraad d.d. 23 oktober 2018, ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door de portefeuillehouder Economie, de heer F.P.M. Rombouts
het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Someren, na verkregen toestemming van de gemeenteraad d.d. 25 oktober 2018, ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door de portefeuillehouder Xxxxxxx, de heer A.A.H. Swinkels
het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Son en Breugel, na verkregen toestemming van de gemeenteraad d.d. 1 november 2018, ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door de portefeuillehouder Mobiliteit en infrastructuur, de xxxx X. Xxxxxxx
het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Valkenswaard, na verkregen toestemming van de gemeenteraad d.d. 11 oktober 2018, ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door de portefeuillehouder Verkeer en mobiliteit, de xxxx X. Xxxxxxx
het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Veldhoven, na verkregen toestemming van de gemeenteraad d.d. 30 oktober 2018, ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door de portefeuillehouder Verkeer en bereikbaarheid, de heer X.X.X.X. xxx xxx Xxxxx
het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Waalre, na verkregen toestemming van de gemeenteraad d.d. 23 oktober 2018, ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door de portefeuillehouder Mobiliteit, de heer H.M. Kruip
gezamenlijk te noemen: ‘Partijen’
In aanmerking nemende dat:
Op Rijksniveau is onderkend dat een goed vestigingsklimaat en goede bereikbaarheid van de Brainport Eindhoven en Greenport Venlo essentieel zijn om de regio internationaal te laten concurreren;
het Rijk met die doelstelling het programma “Bereikbaarheid Zuid-Nederland” (inmiddels ”XxxxxxxxX.XX”) in het Meerjarenprogramma Infrastructuur, Ruimte en Transport 2015, heeft opgenomen;
in dat programma acht deelopgaven worden benoemd om de bereikbaarheid van Zuid-Nederland te verbeteren;
één van die deelopgaven het Bereikbaarheidsakkoord Zuidoost-Brabant is;
dat het Bereikbaarheidsakkoord in de regio onderdeel uitmaakt van de Bereikbaarheidsagenda “Brainport Duurzaam Slim Verbonden, Mobiel door slimme keuzes”, waarin 21 gemeenten uit de Metropoolregio Eindhoven een breed pakket van projecten presenteren om de bereikbaarheid van de regio te verbeteren;
door samen te werken een beter perspectief ontstaat op een toereikende financiële dekking van de benodigde investeringen, door gezamenlijk nieuwe externe bronnen aan te wenden, waarbij ingezet wordt op Europese, Rijks- en provinciale subsidies, maar ook op verdienmogelijkheden in of met de markt;
de provincie Noord-Brabant inmiddels een subsidiebudget ter hoogte van 55,75 miljoen euro beschikbaar heeft gesteld om financieel bij te dragen aan het uitvoeren van de projecten uit het Bereikbaarheidsakkoord die de 21 gemeenten nodig achten om de druk op de infrastructuur te verminderen;
partijen, in vervolg op de eerder afgesloten Intentieovereenkomst Bereikbaarheidsakkoord Zuidoost- Brabant 2017-2030, afspraken wensen te maken over de organisatorische, financiële en juridische opzet van de samenwerking ter uitvoering van de Bereikbaarheidsagenda.
Gelet op artikel 1 en 8 van de Wet gemeenschappelijke regelingen,
verklaren te zijn aangegaan de navolgende Samenwerkingsovereenkomst Bereikbaarheidsagenda Zuidoost-Brabant 2017-2030, welke zij aanmerken als een (lichte) gemeenschappelijke regeling als bedoeld in artikel 1, eerste lid, van de Wet gemeenschappelijke regelingen:
Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen
Artikel 1 Begripsbepalingen
a. Bereikbaarheidsagenda:
de lange termijn visie inclusief het projectenboek van partijen ter verbetering van de bereikbaarheid en de leefbaarheid van de regio;
b. Bereikbaarheidsakkoord:
dat gedeelte van de Bereikbaarheidsagenda Zuidoost-Brabant waarvoor de provincie een bijdrage aan de financiering levert als onderdeel van het programma XxxxxxxxX.XX (deelopgave 8) en waaraan deelnemende gemeenten Asten, Deurne, Eindhoven, Geldrop-Mierlo, Gemert-Bakel, Helmond, Laarbeek, Nuenen c.a., Someren, Son en Breugel;
c. Colleges :
de colleges van Burgemeester en wethouders van de deelnemende partijen;
d. Metropoolregio Eindhoven:
het samenwerkingsverband tussen de colleges en gemeenteraden van 21 gemeenten in de regio Zuidoost-Brabant;
e. Programmaraad XxxxxxxxX.XX:
het gremium dat verantwoordelijk is voor de aansturing van het programma XxxxxxxxX.XX op o.a. samenhang en voortgang van de in dat programma onderscheiden deelopgaven;
f. Projecten:
fysieke ingrepen in de infrastructuur ter verbetering van het vervoersnetwerk (auto, fiets en openbaar vervoer) en slimme mobiliteitsoplossingen, gericht op het beter benutten van het bestaande vervoersnetwerk, alsmede studies in het kader van die ingrepen of oplossingen;
g. Projectenboek:
het vigerende pakket van projecten zoals door de colleges c.q. het Portefeuillehoudersoverleg vastgesteld ter verbetering van de bereikbaarheid en leefbaarheid van de regio;
h. Provinciale projecten:
verkeersprojecten die gekoppeld zijn aan de provinciale wegen;
i. Regiobrede projecten:
het deel van de projecten dat betrekking heeft op een slimmer gebruik van het bestaande vervoersnetwerk in de hele regio door middel van slimme mobiliteitsoplossingen;
j. Routegebonden projecten:
het deel van het projectenboek dat betrekking heeft op het realiseren van fysieke ingrepen in het vervoersnetwerk, op basis van gebiedsgerichte programma’s;
k. Regeling:
(lichte) gemeenschappelijke regeling als bedoeld in artikel 1, eerste lid, van de Wet gemeenschappelijke regelingen;
l. XxxxxxxxX.XX:
een door het Rijk geaccordeerd mobiliteitsprogramma bestaande uit acht samenhangende deelopgaven in Noord-Brabant en Limburg en gericht op de verbetering van de doorstroming en bereikbaarheid in de corridor Breda-Venlo (A58, A2, A67), de A2 Weert- Eindhoven, de N279 Veghel- Asten en het gebied Zuidoost-Brabant;
m. Strategische partners:
(semi)-overheidsinstanties of private entiteiten die hetzelfde doel nastreven als partijen en over regionale handelingscapaciteit beschikken;
n. Triple helix:
de samenwerking tussen overheid, bedrijfsleven en kennisinstellingen, gericht op het benutten van de potentie voor innovatie en economische ontwikkeling in een kenniseconomie.
Artikel 2 Onderwerp en doel van de overeenkomst
1. Onderwerp van deze overeenkomst is het opzetten van een samenwerking tussen partijen over het effectueren van de Bereikbaarheidsagenda Zuidoost-Brabant.
2. Doel van de overeenkomst en daarmee van de samenwerking is het onder de noemer van “Bereikbaarheidsagenda Zuidoost-Brabant” komen tot overeenstemming over het realiseren van projecten om de bereikbaarheid en leefbaarheid van de regio Zuidoost-Brabant, voor zover het grondgebied van partijen bevattend, te verbeteren.
3. Partijen willen hun doel bereiken door het maken van afspraken over:
a. de organisatie van de samenwerking;
b. financiering van de overeengekomen projecten;
c. juridische aspecten van de samenwerking.
4. Voor zover aanvullende of afwijkende afspraken worden gemaakt over projecten die deel uitmaken van het Bereikbaarheidsakkoord, worden die in deze overeenkomst afzonderlijk benoemd.
Artikel 3 Karakter van de overeenkomst
Deze overeenkomst heeft het karakter van een gemeenschappelijke regeling in de zin van artikel 1, eerste lid, de Wet gemeenschappelijke regelingen. Totstandkoming, inhoud en naleving worden beheerst door regels van publiek recht.
Artikel 4 Uitgangspunten van de samenwerking
Partijen onderkennen dat deze overeenkomst voortbouwt op bestuurlijke afspraken over de Bereikbaarheidsagenda, zoals vastgelegd in de intentieovereenkomst behorende bij het document “Brainport Duurzaam Slim Verbonden” en de Intentieovereenkomst Bereikbaarheidsakkoord Zuidoost-
Brabant 2017-2030. Voor een goed begrip van deze overeenkomst, worden die bestuurlijke afspraken hier nog eens bevestigd:
a. ingezet wordt op smart mobility, co-modaliteit en bundeling en begeleiding van autoverkeer naar robuuste randen;
b. partijen beschouwen hun inzet in het kader van de Bereikbaarheidsagenda en –akkoord als een gezamenlijke strategie voor mobiliteit in de periode 2017–2030;
c. gekozen is voor een aanpak waarbij in geografisch opzicht diverse regionale mobiliteitsrelaties bestaan die in onderlinge samenhang de basis vormen voor een gezamenlijk projectenboek;
d. het samenstellen van het projectenboek is een aangelegenheid van de colleges van alle partijen, met uitzondering van het gedeelte dat de routegebonden projecten bevat die deel uitmaken van het Bereikbaarheidsakkoord. Samenstelling van dat gedeelte is een exclusieve aangelegenheid van de colleges van de 10 betrokken gemeenten;
e. het gehele projectenboek heeft een adaptief karakter: het kan jaarlijks worden aangepast;
f. de Bereikbaarheidsagenda is gericht op het verwezenlijken van een schaalsprong voor fiets en openbaar vervoer. De Bereikbaarheidsagenda heeft een co-modaal karakter (smart-mobility, fiets, OV, knooppunten en auto);
g. de verantwoordelijkheid voor het uitvoeren van de projecten ligt op het niveau van de betrokken partijen en eventuele strategische partners.
Hoofdstuk 2 Organisatie van de samenwerking
Artikel 5 Algemene werkwijze van de samenwerking
1. De samenwerking wordt licht opgezet, in die zin dat geen juridische entiteit wordt ingesteld of opgericht. In die zin wordt gesproken van een lichte gemeenschappelijke regeling.
2. De samenwerking kent bestuurlijke en ambtelijke overleggen.
De bestuurlijke overlegstructuur bestaat uit:
a. het Portefeuillehoudersoverleg Mobiliteit en Innovatie;
b. de Stuurgroep Bereikbaarheidsagenda;
c. bestuurlijk subregionaal overleg.
De ambtelijke overlegstructuur bestaat uit:
a. programmateam;
b. programmacoördinator;
c. ambtelijk subregionaal overleg;
d. subregiocoördinator;
e. projectleiders.
Artikel 6 Rollen en taken van partijen
1. Alle partijen hebben, ieder voor zover het de bevoegdheid van de colleges betreft, als taak het aandragen van projecten, het gezamenlijk samenstellen van een projectenboek via het Portefeuillehoudersoverleg en het zorgdragen voor afdoende financiële dekking van de projecten.
2. In aansluiting op het uitgangspunt dat partijen eindverantwoordelijkheid hebben voor het vaststellen van het projectenboek, geldt als principe dat zij zelf zorgdragen voor de gehele voorbereiding, uitvoering en nazorg van de vastgestelde projecten die zij (mede) financieren. Hieronder wordt nadrukkelijk, maar niet uitsluitend, begrepen alle handelingen in verband met het voldoen aan publiekrechtelijke regelingen en het aanbesteden en inkopen van het werk, de dienst of de levering.
3. Het college van de gemeente Helmond heeft als specifieke taak:
a. het beheren van in totaal € 55,75 miljoen als subsidie van de provincie Noord-Brabant in de cofinanciering van het projectenboek;
b. het verdelen van het bedrag als bedoeld onder a, onder partijen conform een door het college van Helmond vastgestelde Subsidieregeling Bereikbaarheidsakkoord Zuidoost-Brabant 2017- 2030 en in overeenstemming met de in deze regeling vastgelegde afspraken;
c. het zorgdragen voor het nakomen van de verplichtingen uit hoofde van de subsidiebeschikking van Gedeputeerde Staten;
d. het vaststellen van een jaarlijks bestedingsplan, op basis van een bindend advies van het Portefeuillehoudersoverleg Mobiliteit en Innovatie;
e. het voeren van de administratie over de kosten van het programmateam.
Artikel 7 Portefeuillehoudersoverleg Mobiliteit en Innovatie, samenstelling
1. Het Portefeuillehoudersoverleg bestaat uit de 21 portefeuillehouders mobiliteit.
2. Vertegenwoordigers van de provincie Noord-Brabant en van Rijkswaterstaat nemen als adviseur deel aan de vergaderingen van het Portefeuillehoudersoverleg.
3. De voorzitter is tevens vertegenwoordiger van partijen in de Programmaraad XxxxxxxxX.XX
4. Het Portefeuillehoudersoverleg kan vertegenwoordigers van het bedrijfsleven of van kennisinstellingen uitnodigen om als adviseur deel te nemen aan haar bijeenkomsten.
5. Het secretariaat van het Portefeuillehoudersoverleg wordt gevoerd door de Metropoolregio Eindhoven.
Artikel 8 Portefeuillehoudersoverleg, taken en verantwoordelijkheden
1. Het Portefeuillehoudersoverleg is in het kader van deze overeenkomst verantwoordelijk voor de koersbepaling, organisatie en programmering van de Bereikbaarheidsagenda.
2. Het Portefeuillehoudersoverleg heeft als primaire taak het samenstellen van het projectenboek.
3. Verdere taken van het Portefeuillehoudersoverleg zijn:
a. het geven van een bindend advies aan het college van Helmond over besluiten die het neemt in het kader van de subsidiering van projecten uit het Bereikbaarheidsakkoord;
b. het besluiten over inhoud, proces en financiering van de regiobrede projecten.
c. het monitoren van de voortgang van realisatie van de geprogrammeerde projecten en het bezien of de programmering op het niveau van de Bereikbaarheidsagenda aanpassing behoeft (adaptieve programmering).
Artikel 9 Portefeuillehoudersoverleg, vergaderingen en besluitvorming
1. Het Portefeuillehoudersoverleg komt in het kader van de Bereikbaarheidsagenda minimaal 2 keer per jaar bij elkaar.
2. De werkwijze is gelijk aan die van het reguliere Portefeuillehoudersoverleg Mobiliteit en Innovatie van de Metropoolregio Eindhoven.
3. Bij besluitvorming binnen het Portefeuillehoudersoverleg over aangelegenheden die de Bereikbaarheidsagenda betreffen wordt gestreefd naar unanimiteit. Bij het ontbreken van unanimiteit vindt geen besluitvorming plaats totdat partijen overeenstemming hebben bereikt over een (alternatieve) oplossing.
4. Bij verhindering of ontstentenis van een lid van het Portefeuillehoudersoverleg kan hij uitsluitend door de betreffende partij vervangen worden door een ander lid afkomstig uit het betreffende college van burgemeester en wethouders.
Artikel 10 De Stuurgroep Bereikbaarheidsagenda, samenstelling
1. De Stuurgroep Bereikbaarheidsagenda is samengesteld uit één portefeuillehouder Mobiliteit uit ieder van de navolgende subregio ‘s en gemeenten:
x. Xx Xxxxxx:
Bergeijk, Bladel, Eersel, Reusel-De Mierden en Oirschot;
x. Xxxx:
Asten, Deurne, Eindhoven, Geldrop-Mierlo, Gemert-Bakel, Helmond, Laarbeek, Nuenen c.a., Someren en Son en Breugel;
c. Zuid:
Bergeijk, Cranendonck, Xxxxx-Xxxxxx, Valkenswaard, Waalre;
x. XXXXXX:
Best, Oirschot, Veldhoven, Eindhoven, Nuenen c.a., en Son en Breugel;
e. Eindhoven;
f. Helmond.
2. Het secretariaat van de Stuurgroep wordt gevoerd door het Programmateam Bereikbaarheidsagenda.
Artikel 11 De Stuurgroep Bereikbaarheidsagenda, taken en verantwoordelijkheden
1. De Stuurgroep Bereikbaarheidsagenda is in het kader van deze samenwerkingsovereenkomst verantwoordelijk voor de onderlinge afstemming van projecten in de subregio ‘s en de adaptieve programmering van de Bereikbaarheidsagenda als geheel.
2. Taken van de Stuurgroep zijn:
a. het voorbereiden van de agenda van het Portefeuillehoudersoverleg, waaronder het ter besluitvorming voorleggen aan dat gremium van aanpassingen aan het projectenboek;
b. het aanwijzen van een bestuurlijk opdrachtgever voor het uitvoeren van een regiobreed project uit het projectenboek;
c. het aansturen van het programmateam.
3. De Stuurgroep heeft nadrukkelijk geen rol in de advisering over de financiering van routegebonden projecten die deel uitmaken van het Bereikbaarheidsakkoord.
Artikel 12 Bestuurlijk subregionaal overleg, samenstelling
1. Een bestuurlijk subregionaal overleg bestaat uit de portefeuillehouders Mobiliteit van een subregio als bedoeld in artikel 10, eerste lid, aanhef en onder a tot en met d.
2. Een portefeuillehouder kan deelnemen aan meerdere bestuurlijke subregionale overleggen, al naar gelang de indeling van de subregio ‘s.
3. Secretaris van een bestuurlijk subregionaal overleg is de subregiocoördinator.
Artikel 13 Bestuurlijk subregionaal overleg, taken en verantwoordelijkheden
1. Het bestuurlijk subregionaal overleg heeft geen formele status, in die zin dat het fungeert als een voorbereidend overleg voor Stuurgroep en Portefeuillehoudersoverleg.
2. Uitzondering op de informele status is het bestuurlijk subregionaal overleg-Oost. Dat overleg is formeel verantwoordelijk voor het opstellen van een bindend advies aan het Portefeuillehoudersoverleg over het verlenen van een subsidiebijdrage aan routegebonden projecten uit het Bereikbaarheidsakkoord.
3. Primaire taak van het bestuurlijk subregionaal overleg is het zorgdragen voor interne afstemming van de gemeentegrens overstijgende projecten van de Bereikbaarheidsagenda en het mede op basis daarvan voordragen van projecten voor opname in het projectenboek.
4. Verdere taken van het bestuurlijk subregionaal overleg zijn:
a. het bepalen van de bestuurlijke opdrachtgever voor een routegebonden project met een gemeentegrensoverschrijdend karakter binnen een subregio;
b. het betrekken van strategische partners bij routegebonden projecten de Bereikbaarheidsagenda.
Artikel 14 Het programmateam, samenstelling
1. Het programmateam is als volgt samengesteld:
a. de programmacoördinator;
b. de vier subregiocoördinatoren;
c. een ambtelijk vertegenwoordiger van de gemeente Eindhoven en een van de gemeente Helmond;
d. een ambtelijk vertegenwoordiger van het regiobrede project Landingsplaats Brainport Smart Mobility;
e. een ambtelijk vertegenwoordiger van Rijkswaterstaat en een van de provincie Noord-Brabant;
f. een programmaondersteuner;
g. een financieel adviseur;
h. een communicatieadviseur.
2. Het programmateam staat onder leiding van de programmacoördinator. Deze coördinator is afkomstig uit het programmateam en kan desgewenst periodiek worden aangewezen door het Portefeuillehoudersoverleg.
3. Aanvullend op de vaste samenstelling wordt gewerkt met een flexibele schil. Deze flexibele schil bestaat uit personeel van verschillende disciplines, zoals juridisch advies en public affairs, dat afkomstig is van partijen en van de provincie.
Artikel 15 Het programmateam, taken
1. Het programmateam is de centrale spil van de Bereikbaarheidsagenda. Het team is het eerste aanspreekpunt voor het initiëren, coördineren en bewaken van de procesmatige en inhoudelijke samenhang van de Bereikbaarheidsagenda.
2. Het programmateam ondersteunt daar waar mogelijk en wenselijk de samenwerkende partijen om de projecten uit de Bereikbaarheidsagenda op te starten en af te ronden. Dat doet het programmateam door:
a. het samenstellen van het concept projectenboek inclusief het onderdeel Bereikbaarheidsakkoord en het daarop gebaseerde jaarlijks op te stellen concept bestedingsplan;
b. het onderling afstemmen van voorgenomen projecten met de bestuurlijke en ambtelijke aanspreekpunten van gemeenten;
c. het monitoren van de uitvoering van projecten conform het vastgestelde projectenboek en bestedingsplan en het op basis daarvan tweemaal per jaar rapporteren aan het Portefeuillehoudersoverleg via tussenkomst van de Stuurgroep;
d. het zoeken naar alternatieve financieringsbronnen voor de uitvoering van projecten;
e. het zorgdragen voor een goede samenwerking binnen de triple helix.
3. Het programmateam draagt zorg voor de inhoudelijke voorbereiding van de agendapunten over de Bereikbaarheidsagenda voor de Stuurgroep en het Portefeuillehoudersoverleg.
4. Het programmateam adviseert het Portefeuillehoudersoverleg over besluitvorming in het kader van de Subsidieregeling Bereikbaarheidsakkoord Zuidoost-Brabant 2017-2030. Artikel 13, tweede lid van deze overeenkomst is daarbij onverminderd van toepassing.
5. Het programmateam wijst uit haar midden contactpersonen aan voor elk regiobreed project respectievelijk deelopgave van het programma XxxxxxxxX.XX.
Artikel 16 Programmacoördinator
1. De programmacoördinator wordt op voordracht van de Stuurgroep aangewezen door het Portefeuillehoudersoverleg
2. De programmacoördinator geeft leiding aan het programmateam en is het formeel aanspreekpunt voor zowel partijen als externe partners.
3. De programmacoördinator neemt als adviseur deel aan bijeenkomsten van de Stuurgroep en het Portefeuillehoudersoverleg. Hij adviseert over de samenhang en uitvoering van de Bereikbaarheidsagenda.
4. De programmacoördinator is werkzaam bij een deelnemende gemeente.
5. De programmacoördinator bewaakt de uitgaven voor het programmateam binnen het door partijen toegekende budget. Hij legt hierover jaarlijks verantwoording af aan het Portefeuillehoudersoverleg.
Artikel 17 Ambtelijk subregionaal overleg en subregiocoördinator
1. Het ambtelijk subregionale overleg bereidt de besprekingen van het bestuurlijk subregionale overleg voor.
2. Voorzitter van het ambtelijk subregionale overleg is de betrokken subregiocoördinator van het programmateam.
3. De subregiocoördinator is verantwoordelijk voor de communicatie en het organiseren van het overleg in de eigen subregio.
Artikel 18 Projectleider
1. De projectleider is ambtelijk verantwoordelijk voor inhoud, communicatie en de voortgang van zowel de routegebonden projecten als de regiobrede projecten. Hij volgt daarbij de werkwijze van de eigen organisatie.
2. De projectleider levert informatie over de voortgang van de projecten aan het programmateam. De informatie wordt op een dusdanig tijdstip aangeleverd dat het programmateam in staat is zijn taken naar behoren te vervullen.
Hoofdstuk 3 Financiën
Artikel 19 Financiering van de programma-organisatie
1. De organisatiekosten bestaan uit de personele kosten van het programmateam en de kosten voor extern advies. Deze kosten worden gedragen door partijen gezamenlijk naar rato van het aantal inwoners.
2. De organisatiekosten worden jaarlijks voor het daaropvolgende kalenderjaar vastgesteld door het Portefeuillehoudersoverleg.
3. Werkzaamheden ten behoeve van specifieke projecten worden niet uit het budget voor de programmakosten betaald maar volgen de financieringsopzet zoals hierna beschreven.
Artikel 20 Financiering van projecten, algemeen
1. Bij de afspraken over financiering wordt een onderscheid gemaakt in kosten van regiobrede projecten en van de routegebonden projecten en provinciale projecten.
2. De financiële verantwoordelijkheid voor de routegebonden projecten en het gemeentelijke deel van de provinciale projecten ligt bij de partijen die in het projectenboek genoemd staan als deelnemer aan dat project terwijl die voor de regiobrede projecten op basis van collectiviteit bij alle partijen gezamenlijk ligt.
Artikel 21 Financiering regiobrede projecten
1. Regiobrede projecten worden met inachtneming van het hierna in art. 23 bepaalde gefinancierd door partijen op basis van het aantal inwoners.
2. Iedere partij neemt de benodigde middelen van een regiobreed project dat is opgenomen in het projectenboek op in haar ontwerpbegroting die zij ieder jaar ter vaststelling aanbiedt aan de eigen raad. Hierbij mag de totale gemeentelijke bijdrage verspreid worden over een periode van maximaal 10 jaar. Een gemeente mag daarom ieder jaar een tiende deel van haar bijdrage in de totale kosten via de eigen begroting reserveren.
3. Zodra voor een regiobreed project subsidie is verleend door het college van Helmond, draagt elke partij uit de eigen reservering bij aan de financiering. De gemeente Helmond draagt zorg voor zowel het innen van die bijdrage bij iedere gemeente als voor het vervolgens doorbetalen aan de verantwoordelijke gemeente.
4. Uiteindelijke verrekening vindt plaats op basis van werkelijk gemaakte kosten, ook naar rato van het aantal inwoners.
Artikel 22 Financiering routegebonden projecten
1. De financiering van de directe uitvoeringskosten van een routegebonden project is met inachtneming van het hierna in art. 23 bepaalde een primaire verantwoordelijkheid van partijen die deelnemen aan het project. Zij dragen er onderling zorg voor dat afdoende financiering voorhanden is c.q. voldoende budget is gereserveerd.
2. De financiering van alle voorbereidingskosten van een maatregel komt eveneens voor rekening van de partijen die het betreft.
Artikel 23 Subsidiëring
1. De navolgende projecten komen in aanmerking voor subsidiering via het Bereikbaarheidsakkoord:
a. de regiobrede projecten, tot een maximum van 50% van de subsidiabel gestelde kosten;
b. de routegebonden projecten die zijn opgenomen in het Bereikbaarheidsakkoord, tot een maximum van 25% van de subsidiabel gestelde kosten;
c. het gemeentelijke deel van een provinciaal project, tot een maximum van 25% van dat gedeelte van de subsidiabel gestelde kosten.
2. Het nemen van een beslissing over subsidiering is een taak van de gemeente Helmond. Deze beslissing wordt genomen op grond van de Subsidieregeling Bereikbaarheidsakkoord Zuidoost- Brabant 2017-2030, welke door partijen is geaccordeerd.
3. Indien de uiteindelijke kosten van een project lager uitvallen dan geraamd in het projectenpakket, wordt de subsidie naar rato naar beneden bijgesteld. Partijen verplichten zich betaalde voorschotten op eerste aanwijzing geheel of gedeeltelijk aan het college van Helmond terug te betalen. Mutatis mutandis geldt hetzelfde voor projecten die niet ten uitvoer worden gebracht en daarom uit het projectenboek worden geschrapt.
4. De niet bestede of terugbetaalde subsidies blijven ten goede komen aan projecten van het Bereikbaarheidsakkoord.
Artikel 24 Verdeling van de subsidiegelden
1. In geval van een project waarbij meerdere partijen betrokken zijn, wordt subsidie verleend aan de in het projectenboek genoemde verantwoordelijke partij. Alleen met deze partij onderhoudt het college van Helmond een subsidierelatie.
2. De verantwoordelijke partij als bedoeld in het vorige lid, vraagt de subsidie aan bij het college van de gemeente Helmond en kan door dat college hoofdelijk worden aangesproken op naleving van de subsidievoorwaarden respectievelijk –verplichtingen.
3. De gemeente Helmond stelt met het oog op een uniforme procesgang een pro forma aanvraag om subsidie op. Deze aanvraag volgt dezelfde procedure als de aanvragen van de overige gemeenten, met dien verstande dat geen formele beslissing op de aanvraag van Helmond wordt genomen.
Artikel 25 Verrekenen Renteopbrengst en bankkosten
De gemeente Helmond verrekent rente-inkomsten uit het door de provincie beschikbaar gestelde bedrag en bankkosten in verband met het uitvoeren van de subsidieregeling, met de programmakosten als bedoeld in artikel 19.
Hoofdstuk 4 Juridische aspecten
Artikel 26 Machtiging en volmacht
1. Partijen dragen zorg voor een voldoende machtiging respectievelijk volmacht aan hun vertegenwoordiger in het Portefeuillehoudersoverleg en aan de programmacoördinator.
2. De machtiging respectievelijk volmacht is beperkt tot het verrichten van de volgende (rechts)handelingen.
Portefeuillehoudersoverleg:
a. het samenstellen en wijzigen van het projectenboek;
b. het geven van een bindend advies aan het college van Helmond over besluiten die het college voornemens is te nemen in het kader van de Subsidieregeling Bereikbaarheidsakkoord Zuidoost- Brabant 2017-2030;
c. het inbrengen van de wensen van partijen in de Programmaraad XxxxxxxxX.XX.
Programmacoördinator:
a. het inhuren van specifieke deskundigheid voor het programmateam binnen het toegekende budget;
b. het uitdragen van de belangen van partijen in regionale gremia;
c. het doen van uitgaven voor advieskosten als bedoeld in artikel. 19, lid 1, die passen binnen het toegekende budget.
Artikel 27 Connexiteit
Deze overeenkomst volgt de bestuursrechtelijke subsidieverhouding xxxxxx xx xxxxxxxx Xxxxxxx xx xx xxxxxxxxx Xxxxx-Xxxxxxx. Indien een wijziging in deze subsidieverhouding leidt tot een terugbetalingsverplichting van de gemeente Helmond aan de provincie Noord-Brabant stellen partijen zich garant voor financiële compensatie. De gemeente Helmond mag op geen enkele wijze financieel nadeel ondervinden vanwege haar rol als subsidiebeheerder en –verdeler.
Artikel 28 Verhouding gemeenten onderling
1. Partijen spreken elkaar onderling aan op het uitvoeren van projecten waaraan zij deelnemen c.q. de rechten en verplichtingen die daaruit voortvloeien. Zo nodig sluiten zij hierover een overeenkomst af.
2. Deze overeenkomst mag niet in strijd zijn met bestaande (samenwerkings)afspraken tussen de colleges en gemeenteraden van de Metropool regio Eindhoven-gemeenten c.q. reeds gesloten overeenkomsten. Mocht daarvan sprake zijn dan blijven de bepalingen van de onderhavige overeenkomst buiten toepassing.
Hoofdstuk 5 Overige- en slotbepalingen
Artikel 29 Wijziging
1. Partijen kunnen in overeenstemming met elkaar en na verkregen toestemming van hun gemeenteraden, besluiten tussentijds wijzigingen aan te brengen in deze overeenkomst en in de daarop gebaseerde samenwerkingsafspraken.
2. Elke partij kan de andere partijen schriftelijk verzoeken de overeenkomst te wijzigen.
3. Partijen treden met elkaar in overleg binnen één maand na ontvangst van het verzoek als bedoeld in het tweede lid.
Artikel 30 Opheffing
1. Deze overeenkomst kan worden opgeheven na een daartoe strekkend besluit van alle partijen. Een voorstel tot wijziging kan door elke partij afzonderlijk worden gedaan.
2. De opheffing treedt in werking na bekendmaking.
Artikel 31 Toetreding
1. Toetreding van een bestuursorgaan tot deze overeenkomst vindt plaats op voorwaarde dat partijen daarmee unaniem instemmen.
2. Het Portefeuillehoudersoverleg brengt binnen 3 maanden nadat zij kennis heeft genomen van de toetredingswens, advies uit aan partijen over de gevolgen van de toetreding voor de samenwerking.
3. Toetreding vindt plaats met ingang van 1 januari van het jaar volgende op dat waarin het college van de toetredende gemeente daartoe met toestemming van zijn gemeenteraad heeft besloten, door partijen is vastgesteld dat de toetredende partij voldoet aan de eventueel aan de toetreding verbonden voorwaarden en de voor toetreding noodzakelijke wijziging van de overeenkomst in werking is getreden.
Artikel 32 Uittreding
1. Elke partij of een nadien toegetreden partij heeft het recht bij aanvang van elke nieuwe bestuursperiode te besluiten uit de overeenkomst te treden door schriftelijke opzegging, gericht aan het Portefeuillehoudersoverleg. Partijen onderkennen dat voor opzegging c.q. uittreding toestemming van de eigen gemeenteraad vereist is.
2. Het Portefeuillehoudersoverleg brengt binnen 3 maanden na ontvangst van de schriftelijke wens tot uittreding, advies uit aan partijen over de gevolgen van de opzegging voor de samenwerking.
3. Partijen bepalen unaniem wat de gevolgen zijn voor de partij die opzegt. In ieder geval blijven financiële bijdragen aan projecten waaraan een partij zich verbonden heeft en waarvoor de
gemeente Helmond een bijdrage in het kader van de Subsidieregeling Bereikbaarheidsakkoord Zuidoost-Brabant 2017-2030 heeft toegekend, verschuldigd totdat het project is afgerond. Partijen kunnen gezamenlijk anders besluiten.
4. Verder verliest een opzeggende partij iedere aanspraak op nieuwe cofinanciering vanuit de zojuist genoemde subsidieregeling vanaf het moment dat zij geen partij meer is van deze samenwerkingsovereenkomst.
5. Opzeggen kan alleen per 1 januari van een kalenderjaar dat volgt op de datum van ontvangst van de opzegging.
Artikel 33 Geschillenbeslechting
Geschillen over de toepassing van deze samenwerkingsovereenkomst, in de ruimste zin tussen besturen van partijen worden beslecht conform het bepaalde in artikel 28 van de Wet gemeenschappelijke regelingen.
Artikel 34 Duur overeenkomst
Deze overeenkomst wordt aangegaan voor de periode tot en met 31 december 2030, waarna deze van rechtswege eindigt.
Artikel 35 Bekendmaking en inwerkingtreding
1. Partijen dragen op de gebruikelijke wijze zorg voor de bekendmaking van de besluiten tot wijziging, opheffing, toetreding en uittreding.
2. Het college van de gemeente Helmond draagt zorg voor het toezenden van deze overeenkomst aan Gedeputeerde Staten van de provincie Noord-Brabant en voor bekendmaking daarvan aan alle partijen door kennisgeving van de inhoud daarvan in de Staatscourant.
3. Deze overeenkomst treedt in werking met ingang van de achtste dag na publicatie in de Staatscourant.
Artikel 36 Citeertitel
Deze overeenkomst kan worden aangehaald als de Samenwerkingsovereenkomst Bereikbaarheidsagenda Zuidoost-Brabant 2017-2030.
Aldus overeengekomen te Eindhoven en ondertekend d.d. 12 december 2018:
De gemeente Asten, namens deze, portefeuillehouder de heer Th.X. Xxxxxxx
De gemeente Bergeijk, namens deze, portefeuillehouder de heer M.M. Kuijken
De gemeente Best, namens deze, portefeuillehouder de xxxx X. Xxxxxxxx
De gemeente Bladel, namens deze, portefeuillehouder de heer X.X.X.X. xxx xxx Xxxxxx
De gemeente Cranendonck, namens deze, portefeuillehouder de heer X.X.X. xxx xxx Xxxx
De gemeente Deurne, namens deze, portefeuillehouder de heer X.X. Verhees
De gemeente Eersel, namens deze, portefeuillehouder de heer S.J. Kraaijeveld
De gemeente Eindhoven, namens deze, portefeuillehouder mevrouw M.C.T.M. List-de Roos
De gemeente Geldrop-Mierlo, namens deze, portefeuillehouder de xxxx X. xxx xx Xxxx
De gemeente Gemert-Bakel, namens deze, portefeuillehouder xxxxxxx X. xxx Xxxx
De gemeente Heeze-Leende, namens deze, portefeuillehouder de heer X.X.X. xx Xxx
De gemeente Helmond, namens deze, portefeuillehouder mevrouw M.J.A. Maas
De gemeente Laarbeek, namens deze, portefeuillehouder de heer A.J.L. Meulensteen
De gemeente Nuenen c.a., namens deze, portefeuillehouder xxxxxxx X. xxx Xxxxxx
Xx xxxxxxxx Xxxxxxxx, namens deze, portefeuillehouder de xxxx X. Xxxxxxx
De gemeente Reusel-de Mierden, namens deze, portefeuillehouder de heer F.P.M. Rombouts
De gemeente Someren, namens deze, portefeuillehouder de heer A.A.H. Swinkels
De gemeente Son en Breugel, namens deze, portefeuillehouder de xxxx X. Xxxxxxx
De gemeente Valkenswaard, namens deze, portefeuillehouder de xxxx X. Xxxxxxx
De gemeente Veldhoven, namens deze, portefeuillehouder de heer X.X.X.X. xxx xxx Xxxxx
De gemeente Waalre, namens deze, portefeuillehouder de heer H.M. Kruip