Contract
NN (partner):
...........................................................................................................
Nationaal Nummer (NN):
.........................................................................................................
VOORBEREIDING
VAN DE AANGIFTE IN DE BELASTING VAN NIET-INWONERS (natuurlijke personen)
Aanslagjaar 2021 - Inkomsten van het jaar 2020
DEEL 1
▲ Opgelet: deze voorbereiding is uitsluitend bestemd voor uzelf en kan dus niet als geldige aangifte naar de belastingdienst worden teruggezonden!
Aanbevelingen
a) Vul eerst deze voorbereiding in. U kunt er vrij berekeningen of vermeldingen (bv. verwijzingen naar verantwoordingsstukken) in aanbrengen, die u later kunnen helpen om de aangegeven bedragen gemakkelijker weer samen te stellen of er de oorsprong van terug te vinden.
Vergeet niet om ook de gegevens in bovenstaand rooster in te vullen. U vindt ze terug op de voorzijde van uw aangifte. Ze kunnen van pas komen als u contact wilt opnemen met uw belastingkantoor.
b) Breng daarna de gegevens uit deze voorbereiding over op uw papieren aangifte (als u een papieren aangifte indient):
- breng eerst de gegevens van vak I van de voorbereiding over in het gelijknamige vak op de voorzijde van die aangifte
- breng de gegevens waarvoor in de voorbereiding geen codes zijn voorgedrukt (bv. vak III, rubriek 5.2, vak VI, rubriek C, enz.) over in de over- eenstemmende vakken en rubrieken op de voorzijde van die aangifte
- breng ten slotte de bedragen en andere gegevens die u in de voorbereiding naast voorgedrukte codes van 6 cijfers (bv. 1250-11) hebt ingevuld, samen met die codes, over op de achterzijde van die aangifte.
c) Bewaar deze voorbereiding. Ze kan u later nog van nut zijn als uw belastingkantoor u om uitleg vraagt of als u een bezwaarschrift wilt indienen. U kunt er ook gebruik van maken om uw aangifte van volgend aanslagjaar in te vullen.
Bij ontvangst van uw aanslagbiljet krijgt u het detail van de vaststelling van uw belastbare inkomsten en van de berekening van de aanslag. Zo kunt u de verrichtingen van de belastingdienst volgen.
*
* *
Vul hierna de vakken in die u aanbelangen.
(Xxxx eerst aandachtig de toelichting, beschikbaar op xxx.xxx.xxxxxxx.xx)
BELANGRIJKE OPMERKINGEN:
1. Waar twee kolommen zijn voorzien, moeten personen die alleen een aangifte indienen, altijd de linkerkolom invullen.
Gehuwden en wettelijk samenwonenden van een verschillend geslacht die een gezamenlijke aangifte indienen, moeten de gegevens van de man in de linkerkolom en die van de vrouw in de rechterkolom invullen.
Gehuwden en wettelijk samenwonenden van hetzelfde geslacht die een gezamenlijke aangifte indienen, moeten de gegevens van de oudste in de linkerkolom en die van de jongste in de rechterkolom invullen.
2. Enkel de personen die één van de codes van vak III, A, 6 hebben aangekruist mogen de met een (*) gemerkte rubrieken invullen. Evenwel mogen de personen die één van de codes van xxx XXX, A, 7 hebben aangekruist de met een (*) gemerkte rubrieken van vak III en rubriek 2 (*) van vak VIII invullen.
Bovendien mogen enkel de personen die in dat vak III, A, 6 één van de codes hebben aangekruist met betrekking tot de lokalisatie in een Gewest (1093-71, 1094-70 of 1095-69) de met een (**) gemerkte rubrieken invullen. Bepaalde van deze rubrieken verwijzen tevens naar een voetnoot die de bestemming van deze rubriek beperkt tot één (of twee) bepaald(e) Gewest(en); in dat geval mogen deze rubrieken enkel worden ingevuld door personen die gelokaliseerd zijn in het betrokken Gewest (of één ervan) en die dus de code met betrekking tot de lokalisatie in dat Gewest hebben aangekruist.
Nr. 276.2 (deel 1)
Vak I - BANKREKENING, TELEFOONNUMMER(S) EN E-MAILADRES(SEN)
1. In vak I van uw aangifte vindt u het rekeningnummer (IBAN) en de bankidentificatiecode (BIC) van uw bankrekening waarop de belastingdienst uw eventuele teruggaven van inkomstenbelastingen, voorheffingen en voorafbetalingen in principe zal overschrijven. Zijn die gegevens correct en wilt u uw teruggaven verder op die rekening laten overschrijven, vul in deze rubriek 1 dan niets in! Als er in vak I van uw aangifte geen rekeningnummer vermeld is, als de vermelde gegevens niet correct zijn of als u uw teruggaven voortaan op een andere rekening wilt laten overschrijven, vul dan hieronder het IBAN-rekeningnummer en, als het een rekening in het buitenland betreft, de BIC-code in van de rekening waarop de belastingdienst uw teruggaven voortaan en tot herroeping mag overschrijven. Bevestig in voorkomend geval ook dat de houder van die rekening een mandataris is, die u gerechtigd hebt om teruggaven te ontvangen. Nieuwe rekening: IBAN □□□□ □□□□ □□□□ □□□□ □□□□ □□□□ □□□□ □□□□ □□ BIC □□□□□□□□□□□ (alleen in te vullen als het gaat om een rekening in het buitenland) Is de houder van deze rekening een mandataris, die u gerechtigd hebt om teruggaven te ontvangen? □ Ja |
2. Telefoonnummer(s) waarop uw belastingkantoor u of uw mandataris kan bereiken: □□□□□□□□□□□□□□□ (partner) □□□□□□□□□□□□□□□ |
3. E-mailadres(sen) waarop uw belastingkantoor u of uw mandataris kan bereiken: □□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□ (partner)□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□ |
Vak II - OPTIONELE REGULARISATIE
1046-21 □Bent u: a) een sportbeoefenaar die inkomsten heeft verkregen uit een in België als zodanig verrichte werkzaamheid gedurende hoogstens 30 dagen, of een podiumkunstenaar b) een onderzoeker die persoonlijke vergoedingen uit de exploitatie van uitvindingen heeft verkregen c) een vennoot of een lid van een vennootschap of een vereniging zonder rechtspersoonlijkheid die winst of baten heeft verkregen die voortkomen uit een in België uitgeoefende werkzaamheid d) een zelfstandige die in artikel 228, § 3, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 bedoelde inkomsten heeft verkregen dan kunt u er voor kiezen om deze aangifte in de belasting van niet-inwoners (natuurlijke personen) in te dienen. Die keuze moet u bevestigen door dit vakje aan te kruisen. Uw keuze is definitief, onherroepelijk en bindend. |
Vak III - PERSOONLIJKE GEGEVENS EN GEZINSLASTEN
Kruis de passende vakjes aan of vul de gevraagde gegevens in A. PERSOONLIJKE GEGEVENS 1. U was op 1.1.2021: - ongehuwd en niet wettelijk samenwonend 1001-66 □ - uit de echt gescheiden of daarmee gelijkgesteld (door de beëindiging van de wettelijke samenwoning) - van tafel en bed gescheiden | ||||
1002-65 □ gehuwd of wettelijk samenwonend - U bent in 2020 gehuwd en woonde sinds 2019 of vroeger, tot uw huwelijk, nog niet wettelijk samen met uw echtge- 1003-64 □ noot - U hebt in 2020 een verklaring afgelegd van wettelijke samenwoning 1004-63 □ De nettobestaansmiddelen van uw echtgenoot of wettelijk samenwonende partner bedroegen in 2020 niet meer dan 3.380 euro (1) (*) | ||||
1010-57 □ weduwnaar, weduwe of daarmee gelijkgesteld (door het overlijden van uw wettelijk samenwonende partner) 1011-56 □ Uw echtgenoot of wettelijk samenwonende partner is overleden in 2020. Voor u en hem of haar: 1012-55 □ kiest u voor één gemeenschappelijke aanslag 1013-54 □ kiest u voor twee afzonderlijke aanslagen | ||||
1018-49 □ feitelijk gescheiden 1019-48 □ Uw feitelijke scheiding vond plaats in 2020 | ||||
2. U was op 1.1.2021 gehuwd of wettelijk samenwonend maar u moet als alleenstaande worden belast omdat: - u als enige aan de belasting van niet-inwoners (natuurlijke personen) onderworpen inkomsten hebt verkregen, en - uw echtgenoot of wettelijk samenwonende partner in 2020 Belgische beroepsinkomsten die bij overeenkomst zijn vrij- gesteld of buitenlandse beroepsinkomsten had van meer dan 11.090 euro (1). 1051-16 □ u bent de man (of, bij partners van hetzelfde geslacht, de oudste partner) 1052-15 □ u bent de vrouw (of, bij partners van hetzelfde geslacht, de jongste partner) 1005-62 □ uw beroepsinkomsten bedragen meer dan die van de andere echtgenoot of wettelijk samenwonende partner | ||||
3. Deze aangifte gaat over: 1022-45 □ een belastingplichtige die in 2020 overleden is Bij zijn of haar overlijden was hij of zij: 1023-44 □ gehuwd of wettelijk samenwonend 1024-43 □ niet meer gehuwd of wettelijk samenwonend, maar in 2020 was hij of zij weduwnaar, weduwe of daarmee gelijkge- steld (door het overlijden van zijn of haar wettelijk samenwonende partner) geworden Voor de belastingplichtige en zijn of haar eerder in 2020 overleden echtgenoot of wettelijk samenwonende partner: 1025-42 □ kiest u voor één gemeenschappelijke aanslag 1026-41 □ kiest u voor twee afzonderlijke aanslagen | ||||
4. a) Hebt u in 2020 beroepsinkomsten verkregen die bij overeenkomst zijn vrijgesteld? | 1062-05 | □ Ja | 2062-72 | □ Ja |
b) Hebt u een zware handicap? (*) | 1028-39 | □ Ja | 2028-09 | □ Ja |
c) Als u alleen wordt belast en in B, 1 (*) tot B, 3 (*) hierna één of meer kinderen ten laste vermeldt, beantwoord dan ook de volgende vraag: maakte er op 1.1.2021 een andere persoon dan uw kinderen, pleeg- kinderen, kleinkinderen, achterkleinkinderen, ouders, pleegouders, grootouders, overgrootouders, broers en zussen, deel uit van uw ge- zin? (*) | 1101-63 | □ Neen |
(1) Als u in vak III, rubriek A, 4, d moet invullen (omdat u tijdens het inkomstenjaar minder dan 12 maanden aan de belasting van niet-inwoners (natuurlijke personen) onderworpen niet-rijksinwoner was), moet u dit bedrag vermenigvuldigen met het aantal maanden dat u in die rubriek moet invullen, en delen door 12. Rond het resultaat af naar het hogere of lagere veelvoud van 10 euro naargelang de eenheid 5 euro bereikt of niet.
d) Als u tijdens het inkomstenjaar minder dan 12 maanden aan de belasting van niet-inwoners (natuurlijke personen) onderworpen niet-rijksinwoner was, vermeld dan hier hoeveel maanden (van 0 tot 11) u aan die belasting onderworpen was (als u de 15de van de maand onderworpen was, mag u die maand meetellen, anders niet): ▲ Uitzondering: de maanden dat een overleden persoon de 15de van de maand niet meer aan de belasting van niet-inwoners (natuurlijke personen) onderworpen was door zijn of haar overlijden, mogen wel worden meegeteld. | 1199-62 ............ | |
5.1. Was u in België aan de sociale zekerheid onderworpen? | 1082-82 □ Ja 1083-81 □ Neen | 2082-52 □ Ja 2083-51 □ Neen |
5.2. Vul hierna uw gegevens in. Ingeval van een gemeenschappelijke aanslag vult u op de tweede lijn ook de gegevens van uw echt- genoot of wettelijk samenwonende partner in. Beroep uitgeoefend in 2020 Naam Voornaam Geboortedatum in België in het buitenland ...................................................... ................................................... .................................... .................................... ........................................ ...................................................... ................................................... .................................... .................................... ........................................ | ||
6. Als u in België belastbare beroepsinkomsten hebt verkregen die ten minste 75 % bedragen van het geheel van uw in het belastbaar tijdperk verkregen Belgische en buitenlandse beroepsinkomsten (75 %-regel), kruis dan het overeenstemmende vakje aan. U bent: - een inwoner van een Lidstaat van de Europese Economische Ruimte; andere dan België, ‘gelokaliseerd’: 1093-71 □ in het Vlaams Gewest 1094-70 □ in het Waals Gewest 1095-69 □ in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest - een inwoner van een andere staat 1073-91 □ | ||
7. Als u niet voldoet aan de 75 %-regel (als bedoeld in rubriek 6 hiervoor) en inwoner bent van Frankrijk, Nederland of Luxemburg, kruis dan het overeenstemmende vakje aan: 1078-86 □ Frankrijk 1079-85 □ Nederland 1080-84 □ Luxemburg | ||
8. Als u geen enkele code van de rubrieken 6 en 7 hiervoor hebt aangekruist (omdat u niet voldoet aan de 75 %-regel (als bedoeld in rubriek 6 hiervoor) en u ook geen inwoner bent van Frankrijk, Nederland of Luxemburg), kruis dan de code hierna aan: 1081-83 □ | ||
B. GEZINSLASTEN (Vul het gevraagde aantal in tenzij het gelijk is aan 0) 1. a) Aantal kinderen die fiscaal volledig te uwen laste zijn (*): 1030-37 ......... b) Aantal van de in 1, a vermelde kinderen met een zware handicap: 1031-36 ......... c) Aantal van de in 1, a vermelde kinderen die op 1.1.2021 nog geen 3 jaar waren en voor wie u in vak X, II, B geen belastingvermindering voor kinderoppas vraagt: 1038-29 ......... d) Aantal van de in 1, c vermelde kinderen met een zware handicap: 1039-28 ......... 2. a) Aantal kinderen die fiscaal te uwen laste zijn, maar voor wie de helft van het belastingvoordeel moet worden toegekend aan de andere ouder door de gelijkmatig verdeelde huisvesting van de kinderen (*): 1034-33 ......... b) Aantal van de in 2, a vermelde kinderen met een zware handicap: 1035-32 ......... c) Aantal van de in 2, a vermelde kinderen die op 1.1.2021 nog geen 3 jaar waren en voor wie u in vak X, II, B geen belastingvermindering voor kinderoppas vraagt: 1054-13 ......... d) Aantal van de in 2, c vermelde kinderen met een zware handicap: 1055-12 ......... 3. a) Aantal kinderen die fiscaal ten laste zijn van de andere ouder, maar voor wie de helft van het belasting- voordeel aan u moet worden toegekend door de gelijkmatig verdeelde huisvesting van de kinderen (*): 1036-31 ......... b) Aantal van de in 3, a vermelde kinderen met een zware handicap: 1037-30 ......... c) Aantal van de in 3, a vermelde kinderen die op 1.1.2021 nog geen 3 jaar waren en voor wie u in vak X, II, B geen belastingvermindering voor kinderoppas vraagt: 1058-09 ......... d) Aantal van de in 3, c vermelde kinderen met een zware handicap: 1059-08 ......... 4. a) Xxxxxx ouders, grootouders, overgrootouders, broers en zussen van 65 jaar of ouder die fiscaal te uwen laste zijn (*): 1043-24 ......... b) Aantal van de in 4, a vermelde personen met een zware handicap: 1044-23 ......... 5. a) Aantal andere personen die fiscaal te uwen laste zijn (noch uzelf, noch uw echtgenoot, noch uw samenwonende partner meetellen!) (*): 1032-35 ......... b) Aantal van de in 5, a vermelde personen met een zware handicap: 1033-34 ......... |
Vak IV - INKOMSTEN VAN IN BELGIË GELEGEN ONROERENDE GOEDEREN
NIET | 1105-59 ........................... 1106-58 ........................... 1107-57 ........................... 1108-56 ........................... 1109-55 ........................... 1110-54 ........................... 1112-52 ........................... 1113-51 ........................... 1115-49 ........................... 1116-48 ........................... 1114-50 ........................... | 2105-29 ............................ 2106-28 ............................ 2107-27 ............................ 2108-26 ............................ 2109-25 ............................ 2110-24 ............................ 2112-22 ............................ 2113-21 ............................ 2115-19 ............................ 2116-18 ............................ 2114-20 ............................ | ||
GEINDEXEERD | ||||
1. Onroerende goederen die u voor uw beroep gebruikt: | KI | |||
2. Gebouwen die u niet verhuurt, die u verhuurt aan natuurlijke | ||||
personen die ze niet voor hun beroep gebruiken, of die u verhuurt | ||||
aan andere rechtspersonen dan vennootschappen om ze te laten | ||||
ter beschikking stellen van natuurlijke personen die ze uitsluitend | ||||
als woning gebruiken: | KI | |||
3. Gronden, materieel en outillering die u niet verhuurt of die u | ||||
verhuurt aan natuurlijke personen die ze niet voor hun beroep | ||||
gebruiken: | KI | |||
4. Onroerende goederen die u volgens de pachtwetgeving | ||||
verhuurt voor land- of tuinbouwdoeleinden: | KI | |||
5. Onroerende goederen die u verhuurt in andere omstandigheden | ||||
dan in de nrs. 2 tot 4 hierboven: | ||||
a) gebouwen: | KI | |||
Brutohuur | ||||
b) gronden: | KI | |||
Brutohuur | ||||
c) materieel en outillering: | KI | |||
Brutohuur 6. Bedragen verkregen bij de vestiging of overdracht van een recht van erfpacht of opstal, of van een gelijkaardig onroerend recht: |
Vak V - WEDDEN, LONEN, WERKLOOSHEIDSUITKERINGEN, WETTELIJKE UITKERINGEN BIJ ZIEKTE OF INVALIDITEIT, VERVANGINGSINKOMSTEN EN WERKLOOSHEIDSUITKERINGEN MET BEDRIJFSTOESLAG
A. GEWONE BEZOLDIGINGEN 1. Xxxxxx, lonen, enz. (andere dan bedoeld in 13, a en 14, a): a) volgens fiches: b) die niet op een fiche zijn vermeld: 2. Totaal van de rubrieken 1, a en 1, b: 3. Vervroegd vakantiegeld (ander dan bedoeld in 13, b en 14, b): 4. Achterstallen (andere dan bedoeld in 8, b; 13, c en 14, c): 5. Opzeggingsvergoedingen (andere dan bedoeld in 13, d en 14, d) en inschakelingsvergoedingen: 6. Bezoldigingen van december 2020 (overheid): 7. Terugbetaling woon-werkverkeer: a) totaal bedrag: b) vrijstelling: 8. Niet-recurrente resultaatgebonden voordelen: a) gewone: b) achterstallen: 9. Werkgeverstussenkomsten in een privé-pc: a) totale bedrag van de tussenkomsten: b) vrijstelling: 10. Voor vrijstelling in aanmerking komende bezoldigingen voor over- uren in de horeca: a) bij werkgevers zonder een geregistreerd kassasysteem: 1) gewone bezoldigingen: aantal overuren: 2) achterstallen: aantal overuren: b) bij werkgevers met een geregistreerd kassasysteem: 1) gewone bezoldigingen: aantal overuren: 2) achterstallen: aantal overuren: 11. Voor vrijstelling in aanmerking komende bezoldigingen voor vrijwil- lige overuren gepresteerd van 1.4 tot en met 30.6.2020 bij werkge- vers in kritieke sectoren en/of van 1.10 tot en met 31.12.2020 bij werkgevers in cruciale sectoren in de strijd tegen de COVID-19- pandemie: a) bezoldigingen: b) aantal gepresteerde en in 2020 betaalde overuren: 12. Tegen 33 % belastbare bezoldigingen van gelegenheidswerkne- mers in de horeca: 13. Door sportbeoefenaars voor hun sportieve activiteiten verkregen: a) wedden, lonen, enz.: b) vervroegd vakantiegeld: c) achterstallen: d) opzeggingsvergoedingen: | (250) ........................... | (250) ............................ |
(250) ........................... | (250) ............................ | |
(250) ........................... | (250) ............................ | |
........................... | ............................ | |
1250-11 ........................... | 2250-78 ............................ | |
1251-10 ........................... | 2251-77 ............................ | |
1252-09 ........................... | 2252-76 ............................ | |
1308-50 ........................... | 2308-20 ............................ | |
1247-14 ........................... | 2247-81 ............................ | |
1254-07 ........................... | 2254-74 ............................ | |
1255-06 ........................... | 2255-73 ............................ | |
1242-19 ........................... | 2242-86 ............................ | |
1243-18 ........................... | 2243-85 ............................ | |
1240-21 ........................... | 2240-88 ............................ | |
1241-20 ........................... | 2241-87 ............................ | |
1335-23 ........................... | 2335-90 ............................ | |
1336-22 ........................... | 2336-89 ............................ | |
1337-21 ........................... | 2337-88 ............................ | |
1338-20 ........................... | 2338-87 ............................ | |
1395-60 ........................... | 2395-30 ............................ | |
1396-59 ........................... | 2396-29 ............................ | |
1397-58 ........................... | 2397-28 ............................ | |
1398-57 ........................... | 2398-27 ............................ | |
1306-52 ........................... | 2306-22 ............................ | |
1307-51 ........................... | 2307-21 ............................ | |
1263-95 ........................... | 2263-65 ............................ | |
1273-85 ........................... | 2273-55 ............................ | |
1274-84 ........................... | 2274-54 ............................ | |
1275-83 ........................... | 2275-53 ............................ | |
1276-82 ........................... | 2276-52 ............................ |
14. Door scheidsrechters voor hun activiteiten als scheidsrechter tijdens sportwedstrijden, en door opleiders, trainers en begeleiders voor hun activiteiten voor sportbeoefenaars verkregen: a) wedden, lonen, enz.: b) vervroegd vakantiegeld: c) achterstallen: d) opzeggingsvergoedingen: 15. Premie van het Impulsfonds voor de huisartsengeneeskunde verkregen door een erkend huisarts om zich te vestigen in een ‘prioritaire’ zone: 16. Afstand (enkel) tussen uw woonplaats en uw plaats van tewerkstel- ling op 1.1.2021 (alleen invullen als u rubriek 18 hierna niet invult en als die afstand ten minste 75 km bedraagt): 17. Niet ingehouden persoonlijke sociale bijdragen: 18. Andere beroepskosten (alleen invullen als u geen toepassing van het wettelijk forfait wenst): B. WERKLOOSHEIDSUITKERINGEN 1. Uitkeringen zonder anciënniteitstoeslag: a) gewone uitkeringen (wettelijke en aanvullende): b) aanvullende uitkeringen van december 2020 (overheid): c) achterstallen: 2. Uitkeringen met anciënniteitstoeslag: a) gewone uitkeringen (wettelijke): b) achterstallen: C. WETTELIJKE UITKERINGEN BIJ ZIEKTE OF INVALIDITEIT 1. Gewone uitkeringen: 2. Uitkeringen van december 2020 (overheid): 3. Achterstallen: D. VERVANGINGSINKOMSTEN 1. Aanvullende vergoedingen betaald door een gewezen werkgever krachtens een cao of een individuele overeenkomst: a) met een clausule van doorbetaling bij werkhervatting: 1) verkregen bovenop werkloosheidsuitkeringen met bedrijfstoe- slag (voorheen brugpensioenen): a. gewone vergoedingen: 1. voor periodes tot 31.12.2015 (≠ achterstallen): 2. voor periodes vanaf 1.1.2016 (≠ achterstallen): b. vergoedingen van december 2020 (overheid): c. achterstallen: 1. voor periodes tot 31.12.2015: 2. voor periodes vanaf 1.1.2016: 2) verkregen bovenop werkloosheidsuitkeringen die u als volle- dig werkloze hebt verkregen of had kunnen verkrijgen als u het werk niet had hervat: a. gewone vergoedingen: b. vergoedingen van december 2020 (overheid): c. achterstallen: b) zonder clausule van doorbetaling bij werkhervatting: 1) gewone vergoedingen: 2) vergoedingen van december 2020 (overheid): 3) achterstallen: Hebt u na uw ontslag bij bovenbedoelde werkgever, maar vóór 1.1.2021 het werk hervat bij een andere werkgever of als zelfstandige? 2. Aanvullende ziekte- of invaliditeitsuitkeringen: 3. Uitkeringen bij beroepsziekte of arbeidsongeval (wettelijke en aanvullende): 4. Andere: 5. Onder 2 tot 4 bedoelde uitkeringen van december 2020 (overheid): 6. Achterstallen van onder 2 tot 4 bedoelde uitkeringen: | 1277-81 ........................... | 2277-51 ........................... |
1278-80 ........................... | 2278-50 ........................... | |
1279-79 ........................... | 2279-49 ........................... | |
1280-78 ........................... | 2280-48 ........................... | |
1267-91 ........................... | 2267-61 ........................... | |
1256-05 km | 2256-72 km | |
1257-04 ........................... | 2257-71 ........................... | |
1258-03 ........................... | 2258-70 ........................... | |
1260-01 ........................... | 2260-68 ........................... | |
1304-54 ........................... | 2304-24 ........................... | |
1261-97 ........................... | 2261-67 ........................... | |
1264-94 ........................... | 2264-64 ........................... | |
1265-93 ........................... | 2265-63 ........................... | |
1266-92 ........................... | 2266-62 ........................... | |
1303-55 ........................... | 2303-25 ........................... | |
1268-90 ........................... | 2268-60 ........................... | |
1319-39 ........................... | 2319-09 ........................... | |
1321-37 ........................... | 2321-07 ........................... | |
1322-36 ........................... | 2322-06 ........................... | |
1324-34 ........................... | 2324-04 ........................... | |
1339-19 ........................... | 2339-86 ........................... | |
1292-66 ........................... | 2292-36 ........................... | |
1300-58 ........................... | 2300-28 ........................... | |
1293-65 ........................... | 2293-35 ........................... | |
1294-64 ........................... | 2294-34 ........................... | |
1301-57 ........................... | 2301-27 ........................... | |
1295-63 ........................... | 2295-33 ........................... | |
1297-61 □ Ja | 2297-31 □ Ja | |
1298-60 □ Neen | 2298-30 □ Neen | |
1269-89 ........................... | 2269-59 ........................... | |
1270-88 ........................... | 2270-58 ........................... | |
1271-87 ........................... | 2271-57 ........................... | |
1302-56 ........................... | 2302-26 ........................... | |
1272-86 ........................... | 2272-56 ........................... | |
(Zie ook het vervolg van vak V op de volgende blz.) |
Vak V - WEDDEN, LONEN, WERKLOOSHEIDSUITKERINGEN, WETTELIJKE UITKERINGEN BIJ ZIEKTE OF INVALIDITEIT, VERVANGINGSINKOMSTEN EN WERKLOOSHEIDSUITKERINGEN MET BEDRIJFSTOESLAG - VERVOLG
E. WERKLOOSHEIDSUITKERINGEN MET BEDRIJFSTOESLAG (voor- heen brugpensioenen) 1. Wettelijke werkloosheidsuitkeringen: a) gewone uitkeringen: b) achterstallen: 2. Bedrijfstoeslag: a) gewone bedrijfstoeslag: 1) voor periodes tot 31.12.2015 (≠ achterstallen): 2) voor periodes vanaf 1.1.2016 (≠ achterstallen): b) achterstallen: 1) voor periodes tot 31.12.2015: 2) voor periodes vanaf 1.1.2016: F. INHOUDINGEN VOOR AANVULLEND PENSIOEN 1. Gewone bijdragen en premies: 2. Bijdragen en premies voor individuele voortzetting: 3. Bijdragen en premies voor een vrij aanvullend pensioen voor werk- nemers: G. OVERUREN DIE RECHT GEVEN OP EEN OVERWERKTOESLAG 1. Totale aantal werkelijk gepresteerde overuren: a) die in aanmerking komen voor de begrenzing tot 180 uren: b) die in aanmerking komen voor de begrenzing tot 360 uren: 2. Berekeningsgrondslag van de overwerktoeslag voor overuren die recht geven op een belastingvermindering: a) van 66,81 %: b) van 57,75 %: H. BEDRIJFSVOORHEFFING 1. Volgens fiches: 2. Op het niet op een fiche vermelde vakantiegeld vermeld in A, 1, b: 3. Totaal van de rubrieken 1 en 2: I. INHOUDINGEN VOOR DE BIJZONDERE BIJDRAGE VOOR DE SOCIALE ZEKERHEID: X. OVERHEIDSPERSONEEL ZONDER ARBEIDSOVEREENKOMST (*): K. WERKBONUS (*): L. WERKHERVATTINGSLOON Als u in D, 1, a, 1, a, 1; D, 1, a, 1, c, 1 of D, 1, a, 2 aanvullende vergoe- dingen of in E, 2, a, 1 of E, 2, b, 1 een bedrijfstoeslag hebt ingevuld, en u na uw ontslag bij uw gewezen werkgever het werk hebt hervat bij één of meer nieuwe werkgevers, vermeld dan hier het loon (A, 1 + A, 7, a + A, 9, a - A, 7, b - A, 9, b) dat u van die nieuwe werkgever(s) hebt ver- kregen: M. ROERENDE VOORHEFFING OP IN A, 1 OF A, 4 VERMELDE INKOMSTEN UIT AUTEURSRECHTEN, NABURIGE RECHTEN EN WETTELIJKE EN VERPLICHTE LICENTIES: N. HELPENDE GEZINSLEDEN VAN ZELFSTANDIGEN Code Vermeld hiernaast de code waaronder de inkomsten als ................ helpend gezinslid van een zelfstandige zijn aangegeven ................ (bv. 1250-11) en het bedrag. Vermeld op de laatste regel ................ het beroep van de zelfstandige. Beroep | 1281-77 ........................... | 2281-47 ............................ |
1282-76 ........................... | 2282-46 ............................ | |
1235-26 ........................... | 2235-93 ............................ | |
1327-31 ........................... | 2327-01 ............................ | |
1236-25 ........................... | 2236-92 ............................ | |
1340-18 ........................... | 2340-85 ............................ | |
1285-73 ........................... | 2285-43 ............................ | |
1283-75 ........................... | 2283-45 ............................ | |
1387-68 ........................... | 2387-38 ............................ | |
1305-53 ........................... | 2305-23 ............................ | |
1317-41 ........................... | 2317-11 ............................ | |
1233-28 ........................... | 2233-95 ............................ | |
1234-27 ........................... | 2234-94 ............................ | |
(286) ........................... | (286) ............................ | |
(286) ........................... | (286) ............................ | |
(286) ........................... | (286) ............................ | |
........................... | ............................ | |
1286-72 ........................... | 2286-42 ............................ | |
1287-71 ........................... | 2287-41 ............................ | |
1290-68 □ Ja | 2290-38 □ Ja | |
1284-74 ........................... | 2284-44 ............................ | |
1296-62 ........................... | 2296-32 ............................ | |
1299-59 ........................... | 2299-29 ............................ | |
Bedrag | ||
.............................................................. | ||
.............................................................. | ||
.............................................................. | ||
............................................. | .............................................. |
Vak VI - PENSIOENEN
A. PENSIOENEN 1. Andere dan de onder 2 en 3 bedoelde pensioenen a) Wettelijke pensioenen verkregen vanaf de wettelijke pensioen- leeftijd: 1) gewone: 2) pensioenen van december 2020 (overheid): 3) achterstallen: b) Overlevingspensioenen en overgangsuitkeringen: 1) gewone: 2) pensioenen van december 2020 (overheid): 3) achterstallen: c) Andere pensioenen, renten (behalve omzettingsrenten) en als zodanig geldende kapitalen, afkoopwaarden, enz., die gezamen- lijk belastbaar zijn: 1) gewone: 2) pensioenen van december 2020 (overheid): 3) achterstallen: d) Kapitalen en afkoopwaarden die afzonderlijk belastbaar zijn: 1) tegen 33 %: 2) tegen 20 %: 3) tegen 18 %: 4) tegen 16,5 %: a. gekapitaliseerde waarde van wettelijke pensioenen verkregen vanaf de wettelijke pensioenleeftijd: b. gekapitaliseerde waarde van overlevingspensioenen: c. andere: 5) tegen 10 %: e) Omzettingsrenten van kapitalen en afkoopwaarden die zijn betaald of toegekend: 1) in 2020: 2) tijdens de jaren 2008 tot 2019: 2. Arbeidsongevallen en beroepsziekten (wettelijke vergoedingen wegens blijvende ongeschiktheid) a) Uitkeringen, toelagen en renten (behalve omzettingsrenten): b) Achterstallen van onder a bedoelde uitkeringen, enz.: c) Omzettingsrenten van kapitalen die zijn betaald of toegekend: 1) in 2020: 2) tijdens de jaren 2008 tot 2019: 3. Pensioensparen a) Pensioenen, renten, spaartegoeden, kapitalen en afkoopwaar- den die gezamenlijk belastbaar zijn: b) Spaartegoeden, kapitalen en afkoopwaarden die afzonderlijk be- lastbaar zijn: 1) tegen 33 %: 2) tegen 16,5 %: 3) tegen 8 %: 4. Niet ingehouden persoonlijke sociale bijdragen: B. BEDRIJFSVOORHEFFING 1. Volgens fiches: 2. Totaal van rubriek 1: | 1228-33 ........................... | 2228-03 ............................ |
1314-44 ........................... | 2314-14 ............................ | |
1230-31 ........................... | 2230-01 ............................ | |
1229-32 ........................... | 2229-02 ............................ | |
1315-43 ........................... | 2315-13 ............................ | |
1231-30 ........................... | 2231-97 ............................ | |
1211-50 ........................... | 2211-20 ............................ | |
1316-42 ........................... | 2316-12 ............................ | |
1212-49 ........................... | 2212-19 ............................ | |
1213-48 ........................... | 2213-18 ............................ | |
1245-16 ........................... | 2245-83 ............................ | |
1253-08 ........................... | 2253-75 ............................ | |
1232-29 ........................... | 2232-96 ............................ | |
1237-24 ........................... | 2237-91 ............................ | |
1214-47 ........................... | 2214-17 ............................ | |
1215-46 ........................... | 2215-16 ............................ | |
1216-45 ........................... | 2216-15 ............................ | |
1218-43 ........................... | 2218-13 ............................ | |
1217-44 ........................... | 2217-14 ............................ | |
1224-37 ........................... | 2224-07 ............................ | |
1226-35 ........................... | 2226-05 ............................ | |
1227-34 ........................... | 2227-04 ............................ | |
1219-42 ........................... | 2219-12 ............................ | |
1220-41 ........................... | 2220-11 ............................ | |
1221-40 ........................... | 2221-10 ............................ | |
1222-39 ........................... | 2222-09 ............................ | |
1223-38 ........................... | 2223-08 ............................ | |
(225) ........................... | (225) ............................ | |
(225) ........................... | (225) ............................ | |
(225) ........................... | (225) ............................ | |
1225-36 ........................... | 2225-06 ............................ | |
C. BELGISCHE PENSIOENEN VAN INWONERS VAN POLEN OF URUGUAY Vermeld het land waar u inwoner van bent, de code waarnaast ze zijn ingevuld (bv. 1228-33) en het bedrag van de hierboven vermelde pensioenen waarvoor u in toepassing van artikel 18 (voor inwoners van Polen) of artikel 17 (voor inwoners van Uruguay) van het betrok- ken dubbelbelastingverdrag aanspraak maakt op een beperking van de aldus geheven belasting. Land: .............................................................. Code: ................... Bedrag: ....................................... .............................................................. ................... ....................................... .............................................................. ................... ....................................... .............................................................. ................... ....................................... |
Vak VII - DIVERSE INKOMSTEN
1. Persoonlijke vergoedingen uit de exploitatie van uitvindingen, | ||
toegekend aan onderzoekers: | ||
a) brutobedrag: | 1209-52 ........................... | 2209-22 ............................ |
b) bedrijfsvoorheffing: | 1210-51 ........................... | 2210-21 ............................ |
2. Belastbaar bedrag van de meerwaarden op aandelen, verwezenlijkt buiten het normale beheer van een privévermogen: | 1169-92 ........................... | 2169-62 ............................ |
3. Belastbaar bedrag van de meerwaarden, verwezenlijkt bij de gehele of gedeeltelijke overdracht van belangrijke deelnemingen aan rechtsperso- nen gevestigd buiten de Europese Economische Ruimte: | 1174-87 ........................... | 2174-57 ............................ |
4. Winst of baten uit diensten verleend in het kader van de deeleconomie of uit occasionele diensten tussen burgers, en vergoedingen voor verenigingswerk: | ||
a) brutobedrag: | 1460-92 ........................... | 2460-62 ............................ |
b) kosten: | 1248-13 ........................... | 2248-80 ............................ |
Vak VIII - AFTREKBARE VORIGE VERLIEZEN EN ONDERHOUDSUITKERINGEN, EVENALS VERREKENBARE ROERENDE VOORHEFFING
1. Nog aftrekbare beroepsverliezen van vorige belastbare tijdperken: | ||
a) betreffende een in de vorm van een feitelijke vereniging uitgeoe- fende werkzaamheid: | 1350-08 ........................... | 2350-75 ........................... |
b) andere: | 1349-09 ........................... | 2349-76 ........................... |
2. Onderhoudsuitkeringen (werkelijk betaald bedrag) (*): | ||
a) verschuldigd door u zelf: | 1390-65 ........................... | 2390-35 ........................... |
b) verschuldigd door beide echtgenoten of wettelijk samenwonenden sa- men: | 1392-63 ................................... | |
3. Verrekenbare roerende voorheffing ingehouden op dividenden die (voor maximaal 800 euro (1)) van de belasting van niet-inwoners (natuurlijke personen) zijn vrijgesteld: | 1437-18 ........................... | 2437-85 ........................... |
(1) Als u in vak III, rubriek A, 4, d moet invullen (omdat u tijdens het inkomstenjaar minder dan 12 maanden aan de belasting van niet-inwoners (natuurlijke personen) onderworpen niet-rijksinwoner was), moet u dit bedrag vermenigvuldigen met het aantal maanden dat u in die rubriek moet invullen, en delen door 12. Rond het resultaat af naar de hogere of lagere euro naargelang de centiemen 50 bereiken of niet.
Vak IX - INTERESTEN EN KAPITAALAFLOSSINGEN VAN LENINGEN EN SCHULDEN, PREMIES VAN INDIVIDUELE LEVENSVERZEKERINGEN EN ERFPACHT- EN OPSTALVERGOEDINGEN OF GELIJKAARDIGE VERGOEDINGEN, DIE RECHT GEVEN OP EEN BELASTINGVOORDEEL
▲ Opgelet: vermeld de in dit vak bedoelde uitgaven en de andere gevraagde gegevens in de passende rubriek! • Xxxxxxx XX, A (*) is in principe bestemd voor de interesten van leningen die van 1.1.2009 tot 31.12.2011 zijn gesloten om energiebespa- rende uitgaven te financieren (en die voldoen aan de voorwaarden voor een interestbonificatie van de Staat). • Xxxxxxx X (**) is bestemd voor de (niet in rubriek II, A (*) vermelde) uitgaven voor de woning die op het tijdstip van de betaling uw ‘eigen woning’ was (zie echter punt 2 van de belangrijke opmerkingen op bladzijde 1). Onder ‘eigen woning’ wordt verstaan: de woning die u als eigenaar, bezitter, erfpachter, opstalhouder of vruchtgebruiker zelf betrok of niet zelf betrok om één van de volgende redenen: beroepsredenen, redenen van sociale aard, wettelijke of contractuele belemmerin- gen waardoor u de woning onmogelijk zelf kon betrekken, of de stand van de bouw- of verbouwingswerkzaamheden waardoor u de woning niet zelf kon betrekken (zie ook de toelichting voor meer bijzonderheden). • Xxxxxxx XX, B is bestemd voor de (niet in rubriek II, A (*) vermelde) uitgaven die geen betrekking hebben op een woning of voor een woning die op het tijdstip van de betaling niet uw ‘eigen woning’ was. | ||
I. GEWESTELIJK: NIET IN II, A (*) VERMELDE UITGAVEN VOOR UW ‘EIGEN WONING’ (**) 1. Interesten en kapitaalaflossingen van hypothecaire leningen gesloten van 2016 tot 2019 en premies van individuele levensverzekeringen die in aanmerking komen voor de Vlaamse ‘geïntegreerde woonbonus’ (**) (1) a) Interesten en kapitaalaflossingen: b) Premies van individuele levensverzekeringen tot waarborg of wedersamenstelling van die leningen: Nr. contract Naam van de verzekeringsinstelling ........................ ................................................................... ........................ ................................................................... Als u in 1 interesten, kapitaalaflossingen of premies hebt vermeld, beantwoord ook de volgende vragen: - was de woning waarvoor die leningen zijn aangegaan, op 31.12.2020 nog altijd uw enige woning? - aantal kinderen ten laste op 1 januari van het jaar na het jaar van afsluiting van die leningen? 2. Interesten en kapitaalaflossingen van hypothecaire leningen en premies van individuele levensverzekeringen gesloten vanaf 2016 die in aanmerking komen voor de Waalse ‘chèque habitat’ (**) (2) a) Leningen gesloten in 2020 1) Interesten en kapitaalaflossingen: 2) Premies van individuele levensverzekeringen tot waarborg of wedersamenstelling van die leningen: Nr. contract Naam van de verzekeringsinstelling ................... ................................................................... ................... ................................................................... b) Leningen gesloten van 2016 tot 2019 1) Interesten en kapitaalaflossingen: 2) Premies van individuele levensverzekeringen tot waarborg of wedersamenstelling van die leningen: Nr. contract Naam van de verzekeringsinstelling ................... ................................................................... ................... ................................................................... Als u in 2, b interesten, kapitaalaflossingen of premies hebt ver- meld, beantwoord ook de volgende vraag: was de woning waarvoor die leningen zijn aangegaan, op 31.12.2020 nog altijd uw enige woning? 3. Interesten en kapitaalaflossingen van hypothecaire leningen en premies van individuele levensverzekeringen gesloten vanaf 2005 die in aanmerking komen voor de gewestelijke ‘woonbonus’ (**) a) Leningen gesloten vanaf 2015 (3) 1) Interesten en kapitaalaflossingen: 2) Premies van individuele levensverzekeringen tot waarborg of wedersamenstelling van die leningen: Nr. contract Naam van de verzekeringsinstelling ................... ................................................................... ................... ................................................................... Als u in 3, a interesten, kapitaalaflossingen of premies hebt ver- meld, beantwoord ook de volgende vragen: - was de woning waarvoor die leningen zijn aangegaan, op 31.12.2020 nog altijd uw enige woning? - aantal kinderen ten laste op 1 januari van het jaar na het jaar van afsluiting van die leningen? | 3334-61 ........................... | 4334-31 ............................ |
3335-60 ........................... | 4335-30 ............................ | |
3336-59 □ Ja | 4336-29 □ Ja | |
3337-58 □ Neen | 4337-28 □ Neen | |
3330-65 ........................... | 4330-35 ............................ | |
3338-57 ........................... | 4338-27 ............................ | |
3339-56 ........................... | 4339-26 ............................ | |
3324-71 ........................... | 4324-41 ............................ | |
3325-70 ........................... | 4325-40 ............................ | |
3322-73 □ Ja | 4322-43 □ Ja | |
3323-72 □ Neen | 4323-42 □ Neen | |
3360-35 ........................... | 4360-05 ............................ | |
3361-34 ........................... | 4361-04 ............................ | |
3344-51 □ Ja | 4344-21 □ Ja | |
3345-50 □ Neen | 4345-20 □ Neen | |
3346-49 ........................... | 4346-19 ............................ | |
(Zie ook het vervolg van vak IX op de volgende blz.) |
(1) Xxxxxxx alleen bestemd voor belastingplichtigen gelokaliseerd in het Vlaams Gewest.
(2) Xxxxxxx alleen bestemd voor belastingplichtigen gelokaliseerd in het Waals Gewest.
(3) In het Vlaams Gewest is deze rubriek alleen bestemd voor leningen gesloten in 2015.
In het Brussels Hoofdstedelijk Gewest is deze rubriek alleen bestemd voor leningen gesloten in 2015 of 2016.
Vak IX - INTERESTEN EN KAPITAALAFLOSSINGEN VAN LENINGEN EN SCHULDEN, PREMIES VAN INDIVIDUELE LEVENSVERZEKERINGEN EN ERFPACHT- EN OPSTALVERGOEDINGEN OF
NIET GEINDEXEERD | |
KI | |
persoon die ze niet en andere rechtsper- e te laten ter beschik- en die ze uitsluitend | |
KI | |
KI |
GELIJKAARDIGE VERGOEDINGEN, DIE RECHT GEVEN OP EEN BELASTINGVOORDEEL - VERVOLG
b) Leningen gesloten van 2005 tot 2014 1) Interesten en kapitaalaflossingen: 2) Premies van individuele levensverzekeringen tot waarborg of wedersamenstelling van die leningen: Nr. contract Naam van de verzekeringsinstelling ................... ................................................................... ................... ................................................................... Hebt u in 3, b interesten, kapitaalaflossingen of premies vermeld die slaan op een lening gesloten vanaf 2011? Zo ja, - was de woning waarvoor die lening is aangegaan, op 31.12.2020 nog altijd uw enige woning? - aantal kinderen ten laste op 1 januari van het jaar na het jaar van afsluiting van die lening? 4. Andere dan de in 1 tot 3 bedoelde interesten, die in aanmerking komen voor een gewestelijke belastingvermindering (**) a) Gegevens over het vrijgestelde inkomen van uw ‘eigen woning’: - die u niet verhuurt: - die u verhuurt aan een natuurlijke voor zijn beroep gebruikt of aan e soon dan een vennootschap om z king stellen van natuurlijke person als woning gebruiken: - die u verhuurt in andere omstandigheden: Brutohuur b) Interesten van hypothecaire leningen (met een minimumlooptijd van 10 jaar) die na 30.4.1986 en (in principe) vóór 2005 zijn geslo- ten om in België: 1) uw enige woning te bouwen of in nieuwe staat (met btw) te ver- werven: a. leningen gesloten vanaf 2015 (1): b. leningen gesloten vóór 2015: 2) uw enige en bij het sluiten van de lening sedert ten minste 15 of 20 jaar in gebruik zijnde woning te vernieuwen: a. leningen gesloten in 2015 of 2016 (2): b. leningen gesloten vóór 2015: Datum van de lening (dag, maand, jaar): Bedrag van de lening: Aantal kinderen ten laste op 1 januari van het jaar na het jaar van afsluiting van de lening: Datum van ingebruikneming van de nieuwe woning of van de vol- tooiing van de vernieuwingswerken (dag, maand, jaar): Totale kostprijs van de vernieuwingswerken (btw inbegrepen): Uw aandeel in de ‘eigen woning’: Aandeel in de ‘eigen woning’, van personen die de lening samen met u hebben aangegaan: Xxxx het om de ‘eigen woning’ van beide samen belaste echtge- noten of wettelijk samenwonenden, die voor beiden de enige wo- ning is? c) Andere dan de in b bedoelde interesten van leningen en schulden voor het verwerven of behouden van uw ‘eigen woning’: 1) leningen die (in principe) vóór 2005 zijn gesloten: a. leningen gesloten vanaf 2015 (3): b. leningen gesloten vóór 2015: 2) andere schulden aangegaan vóór 2016: a. schulden aangegaan in 2015 (4): b. schulden aangegaan vóór 2015: 5. Kapitaalaflossingen van hypothecaire leningen aangegaan voor het verwerven of (ver)bouwen van uw ‘eigen woning’ (**): a) die in aanmerking komen voor de gewestelijke vermindering voor het bouwsparen: 1) leningen gesloten vanaf 1989 en (in principe) vóór 2005: a. leningen gesloten vanaf 2015 (1): b. leningen gesloten vóór 2015: | 3370-25 ........................... 3371-24 ........................... 3372-23 □ Ja 3380-15 □ Neen 3374-21 □ Ja 3375-20 □ Neen 3373-22 ........................... 3100-04 ........................... 3106-95 ........................... 3109-92 ........................... 3110-91 ........................... 3133-68 ........................... 3138-63 ........................... 3134-67 ........................... 3139-62 ........................... 3140-61l...ı...l...ı...l...ı...ı...ı...l 3141-60 ........................... 3142-59 ........................... 3144-57l...ı...l...ı...l...ı...ı...ı...l 3145-56 ........................... 3148-53 ….…….…,…... % 3149-52 ….…….…,…... % | 4370-92 ........................... 4371-91 ........................... 4372-90 □ Ja 4380-82 □ Neen 4374-88 □ Ja 4375-87 □ Neen 4373-89 ........................... 4100-71 ........................... 4106-65 ........................... 4109-62 ........................... 4110-61 ........................... 4133-38 ........................... 4138-33 ........................... 4134-37 ........................... 4139-32 ........................... 4140-31l...ı...l...ı...l...ı...ı...ı...l 4141-30 ........................... 4142-29 ........................... 4144-27l...ı...l...ı...l...ı...ı...ı...l 4145-26 ........................... 4148-23 ….…….…,…... % 4149-22 ….…….…,…... % |
3136-65 □ Ja 3137-64 □ Neen 3150-51 .................................. 3146-55 .................................. 3151-50 .................................. 3152-49 .................................. | ||
3359-36 ........................... 3355-40 ........................... | 4359-06 ........................... 4355-10 ........................... |
(1) Rubriek alleen bestemd voor belastingplichtigen gelokaliseerd in het Waals Gewest of in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. In het Brussels Hoofdstedelijk Gewest is deze rubriek alleen bestemd voor leningen gesloten in 2015 of 2016.
(2) Rubriek alleen bestemd voor belastingplichtigen gelokaliseerd in het Waals Gewest of in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. In het Waals Gewest is deze rubriek alleen bestemd voor leningen gesloten in 2015.
(3) In het Vlaams Gewest is deze rubriek alleen bestemd voor leningen gesloten in 2015.
In het Brussels Hoofdstedelijk Gewest is deze rubriek alleen bestemd voor leningen gesloten in 2015 of 2016.
(4) Xxxxxxx alleen bestemd voor belastingplichtigen gelokaliseerd in het Vlaams Gewest.
2) leningen gesloten vóór 1989:
b) die in aanmerking komen voor de gewestelijke vermindering voor het lange termijnsparen (leningen gesloten vanaf 1993) (1):
6. Premies van individuele levensverzekeringen (**):
a) die in aanmerking komen voor de gewestelijke vermindering voor het bouwsparen:
1) contracten tot waarborg of wedersamenstelling van hypothe- caire leningen gesloten vanaf 2015 (2):
2) contracten tot waarborg of wedersamenstelling van hypothe- caire leningen gesloten vóór 2015:
a. contracten gesloten vanaf 1989:
b. contracten gesloten vóór 1989:
b) die in aanmerking komen voor de gewestelijke vermindering voor het lange termijnsparen:
1) contracten gesloten vanaf 1989 (3):
2) contracten gesloten vóór 1989:
c) Nr. contract Naam van de verzekeringsinstelling
........................ ...................................................................
........................ ...................................................................
7. Betaalde erfpacht- en opstalvergoedingen of gelijkaardige ver- goedingen (**):
3356-39 ...........................
3358-37 ...........................
3350-45 ...........................
3351-44 ...........................
3352-43 ...........................
3353-42 ...........................
3354-41 ...........................
4356-09 ...........................
4358-07 ...........................
4350-15 ...........................
4351-14 ...........................
4352-13 ...........................
4353-12 ...........................
4354-11 ...........................
a) contracten gesloten van 2015 tot 2019 (4):
b) contracten gesloten vóór 2015:
II. FEDERAAL
A. INTERESTEN VAN LENINGEN GESLOTEN VAN 2009 TOT 2011 OM ENERGIEBESPARENDE UITGAVEN TE FINANCIEREN (*):
B. NIET IN II, A (*) VERMELDE UITGAVEN DIE NIET SLAAN OP UW
‘EIGEN WONING’
3143-58 ..................................
3147-54 ..................................
1143-21 ..................................
1. Interesten en kapitaalaflossingen van hypothecaire leningen gesloten van 2005 tot 2013 die in aanmerking komen voor de | ||||
federale ‘woonbonus’ (*): | 1370-85 | ........................... | 2370-55 | ........................... |
2. Premies van individuele levensverzekeringen gesloten vanaf 2005 die in aanmerking komen voor de federale ‘woonbonus’ (*): | 1371-84 | ........................... | 2371-54 | ........................... |
Nr. contract Naam van de verzekeringsinstelling
....................... .........................................................................
....................... .........................................................................
Hebt u in 1 (*) of 2 (*) interesten, kapitaalaflossingen of premies ver- meld die slaan op een lening gesloten vanaf 2011?
Zo ja, - was de woning waarvoor die lening is aangegaan, op 31.12.2020 nog altijd uw enige woning?
- aantal kinderen ten laste op 1 januari van het jaar na het jaar van afsluiting van die lening?
3. Andere dan de in 1 bedoelde interesten, die in aanmerking komen voor een federaal belastingvoordeel:
a) (*) van hypothecaire leningen (met een minimumlooptijd van
10 jaar) die na 30.4.1986 en (in principe) vóór 2005 zijn gesloten om in België:
- uw enige woning te bouwen of in nieuwe staat (met btw) te verwerven:
- uw enige en bij het sluiten van de lening sedert ten minste 15 of 20 jaar in gebruik zijnde woning te vernieuwen:
Uw aandeel in de woning:
Aandeel in de woning, van personen die de lening samen met u hebben aangegaan:
Gaat het om een woning van beide samen belaste echtgenoten of
1372-83 □ Ja
1380-75 □ Neen
1374-81 □ Ja
1375-80 □ Neen
1373-82 ...........................
1138-26 ...........................
1139-25 ...........................
1148-16 ….…….…,…... %
1149-15 ….…….…,…... %
1136-28 □ Ja
2372-53 □ Ja
2380-45 □ Neen
2374-51 □ Ja
2375-50 □ Neen
2373-52 ...........................
2138-93 ...........................
2139-92 ...........................
2148-83 ….…….…,…... %
2149-82 ….…….…,…... %
wettelijk samenwonenden, die voor beiden de enige woning is?
b) van andere dan de in a bedoelde schulden voor het verwerven of behouden van onroerende goederen die niet vrijgestelde onroe- rende inkomsten hebben opgebracht:
1137-27 □ Neen
1146-18 ........................... 2146-85 ...........................
(Zie ook het vervolg van vak IX op de volgende blz.)
(1) In het Vlaams Gewest is deze rubriek alleen bestemd voor leningen gesloten vóór 2016.
In het Brussels Hoofdstedelijk Gewest is deze rubriek alleen bestemd voor leningen gesloten vóór 2017.
(2) Rubriek alleen bestemd voor belastingplichtigen gelokaliseerd in het Waals Gewest of in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. In het Brussels Hoofdstedelijk Gewest is deze rubriek alleen bestemd voor leningen gesloten in 2015 of 2016.
(3) In het Vlaams Gewest is deze rubriek alleen bestemd voor contracten tot waarborg of wedersamenstelling van hypothecaire leningen gesloten vóór 2016.
In het Brussels Hoofdstedelijk Gewest is deze rubriek alleen bestemd voor contracten tot waarborg of wedersamenstelling van hypothe- caire leningen gesloten vóór 2017.
(4) In het Waals Gewest is deze rubriek alleen bestemd voor contracten gesloten in 2015.
In het Brussels Hoofdstedelijk Gewest is deze rubriek alleen bestemd voor contracten gesloten in 2015 of 2016.
Vak IX - INTERESTEN EN KAPITAALAFLOSSINGEN VAN LENINGEN EN SCHULDEN, PREMIES VAN INDIVIDUELE LEVENSVERZEKERINGEN EN ERFPACHT- EN OPSTALVERGOEDINGEN OF
GELIJKAARDIGE VERGOEDINGEN, DIE RECHT GEVEN OP EEN BELASTINGVOORDEEL - VERVOLG
4. Kapitaalaflossingen van hypothecaire leningen aangegaan voor het verwerven of (ver)bouwen van een andere woning dan uw ‘eigen woning’ (*): a) die in aanmerking komen voor de federale vermindering voor het bouwsparen (leningen gesloten vanaf 1993 en (in principe) vóór 2005): b) die in aanmerking komen voor de federale vermindering voor het lange termijnsparen: 1) leningen gesloten vanaf 1989: 2) leningen gesloten vóór 1989: 5. Premies van individuele levensverzekeringen (*): a) die in aanmerking komen voor de federale vermindering voor het bouwsparen (contracten gesloten vanaf 1993): b) die in aanmerking komen voor de federale vermindering voor het lange termijnsparen: 1) contracten gesloten vanaf 1989: 2) contracten gesloten vóór 1989: c) Nr. contract Naam van de verzekeringsinstelling ...................... ........................................................................ ...................... ...................................................................... .. 6. Betaalde erfpacht- en opstalvergoedingen of gelijkaardige vergoedingen voor onroerende goederen die niet vrijgestelde onroerende inkomsten hebben opgebracht: | 1355-03 ........................... | 2355-70 | ........................... |
1358-97 ........................... | 2358-67 | ........................... | |
1359-96 ........................... | 2359-66 | ........................... | |
1351-07 ........................... | 2351-74 | ........................... | |
1353-05 ........................... | 2353-72 | ........................... | |
1354-04 ........................... | 2354-71 | ........................... | |
1147-17 ........................... | 2147-84 | ........................... |
Vak X - (UITGAVEN DIE RECHT GEVEN OP) BELASTINGVERMINDERINGEN
I. GEWESTELIJK | |||
A. UITGAVEN VOOR BESCHERMDE ONROERENDE GOEDEREN (**) (1): | 3385-10 ........................... | 4385-77 | ........................... |
B. BETALINGEN VOOR PRESTATIES IN HET KADER VAN HET | |||
WIJK-WERKEN (**) (2): | 3363-32 ........................... | 4363-02 | ........................... |
C. BETALINGEN VOOR PRESTATIES IN HET KADER VAN | |||
PLAATSELIJKE WERKGELEGENHEIDSAGENTSCHAPPEN | |||
(PWA-CHEQUES) (**) (3): | 3365-30 ........................... | 4365-97 | ........................... |
D. DIENSTENCHEQUES (**) | |||
1. Betalingen voor prestaties betaald met dienstencheques (4): | 3364-31 ........................... | 4364-01 | ........................... |
2. Aantal dienstencheques (5): | 3366-29 ........................... | 4366-96 | ........................... |
E. IN HET KADER VAN GEREGISTREERDE EN UITERLIJK OP | |||
31.12.2018 GESLOTEN RENOVATIEOVEREENKOMSTEN TER | |||
BESCHIKKING GESTELDE BEDRAGEN DIE IN AANMERKING | |||
KOMEN VOOR BELASTINGVERMINDERING (**) (2) | |||
Totaal van de ter beschikking gestelde bedragen: | |||
1. op 1.1.2020: | 3332-63 ........................... | 4332-33 | ........................... |
2. op 31.12.2020: | 3333-62 ........................... | 4333-32 | ........................... |
F. BELASTINGVERMINDERING VOOR UITGAVEN VOOR | |||
DAKISOLATIE IN EEN WONING DIE OP 31 DECEMBER VAN HET | |||
JAAR VAN HET BEGIN VAN DE WERKEN TEN MINSTE 5 JAAR IN GEBRUIK GENOMEN WAS (**) (5): | 3317-78 | .................................. | |
G. BELASTINGVERMINDERING VOOR UITGAVEN VOOR DE | |||
VERNIEUWING VAN EEN WONING VERHUURD VIA EEN SOCIAAL VERHUURKANTOOR (**) (6): | 3395-97 | .................................. | |
II. FEDERAAL | |||
A. GIFTEN (*): | 1394-61 | .................................. | |
B. VOOR BELASTINGVERMINDERING IN AANMERKING KOMEND | |||
BEDRAG VAN DE UITGAVEN VOOR KINDEROPPAS (*): | 1384-71 | .................................. | |
C. BEZOLDIGINGEN VAN EEN HUISBEDIENDE (*): | 1389-66 | .................................. | |
D. BIJDRAGEN EN PREMIES VOOR EEN AANVULLEND PENSIOEN | 1342-16 ........................... | 2342-83 | ........................... |
VOOR ZELFSTANDIGEN: |
(1) Xxxxxxx alleen bestemd voor belastingplichtigen gelokaliseerd in het Vlaams Gewest of in het Waals Gewest.
(2) Xxxxxxx alleen bestemd voor belastingplichtigen gelokaliseerd in het Vlaams Gewest.
(3) Xxxxxxx alleen bestemd voor belastingplichtigen gelokaliseerd in het Waals Gewest of in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
(4) Rubriek alleen bestemd voor belastingplichtigen gelokaliseerd in het Vlaams Gewest of in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
(5) Rubriek alleen bestemd voor belastingplichtigen gelokaliseerd in het Waals Gewest.
(6) In het Brussels Hoofdstedelijk Gewest is deze rubriek alleen bestemd voor uitgaven gedaan vóór 2016. In het Vlaams Gewest is deze rubriek alleen bestemd voor uitgaven gedaan vóór 2019.
E. BETALINGEN VOOR PENSIOENSPAREN (*): | 1361-94 ........................... | 2361-64 ........................... |
F. BETALINGEN VOOR HET VERWERVEN VAN NIEUWE KAPITAAL- | ||
AANDELEN VAN EEN IN DE EUROPESE ECONOMISCHE RUIMTE | ||
GEVESTIGDE VENNOOTSCHAP WAARIN U WERKNEMER BENT | ||
OF WAARVAN UW VENNOOTSCHAP-WERKGEEFSTER EEN | ||
(KLEIN)DOCHTERONDERNEMING IS | ||
1. Betalingen gedaan in 2020: | 1362-93 ........................... | 2362-63 ........................... |
2. Terugname van de voorheen verkregen belastingvermindering | ||
door de vervroegde overdracht van aandelen in 2020: | 1366-89 ........................... | 2366-59 ........................... |
G. BETALINGEN DIE RECHT GEVEN OP DE BELASTING- | ||
VERMINDERING VOOR HET VERWERVEN VAN NIEUWE | ||
AANDELEN VAN STARTENDE ONDERNEMINGEN | ||
1. Betalingen die recht geven op de vermindering van 30 % (*): | 1318-40 ........................... | 2318-10 ........................... |
2. Betalingen die recht geven op de vermindering van 45 % (*): | 1320-38 ........................... | 2320-08 ........................... |
3. Terugname van de voorheen werkelijk verkregen belasting- | ||
vermindering: | 1328-30 ........................... | 2328-97 ........................... |
H. BETALINGEN DIE RECHT GEVEN OP DE BELASTING- | ||
VERMINDERING VOOR HET VERWERVEN VAN NIEUWE | ||
AANDELEN VAN GROEIBEDRIJVEN (*): | ||
1. Betalingen gedaan in 2020: | 1334-24 ........................... | 2334-91 ........................... |
2. Terugname van de voorheen werkelijk verkregen belasting- | ||
vermindering: | 1343-15 ........................... | 2343-82 ........................... |
I. BETALINGEN DIE RECHT GEVEN OP DE BELASTINGVERMIN- | ||
DERING VOOR HET VERWERVEN VAN NIEUWE AANDELEN | ||
VAN ONDERNEMINGEN DIE HUN OMZET STERK HEBBEN ZIEN | ||
DALEN DOOR DE COVID-19 PANDEMIE (*): | 1345-13 ........................... | 2345-80 ........................... |
J. PREMIES VAN EEN RECHTSBIJSTANDSVERZEKERING (**): | 1344-14 ........................... | 2344-81 ........................... |
K. MINDERWAARDEN OP AANDELEN GELEDEN NAAR | ||
AANLEIDING VAN DE GEHELE VERDELING VAN HET | ||
MAATSCHAPPELIJK VERMOGEN VAN PRIVATE PRIVAKS (*): | 1329-29 ........................... | 2329-96 ........................... |
L. BELASTINGVERMINDERING VOOR: | ||
- LAGE ENERGIEWONINGEN: | 1347-11 .................................. | |
- PASSIEFWONINGEN: | 1367-88 .................................. | |
- NULENERGIEWONINGEN: | 1348-10 .................................. | |
M. BELASTINGVERMINDERING VOOR HET VERWERVEN VAN | ||
AANDELEN VAN ERKENDE ONTWIKKELINGSFONDSEN | ||
1. Belastingvermindering voor aandelen verworven in 2020 (*): | 1323-35 | ........................... 2323-05 ........................... |
2. Terugname van de voorheen werkelijk verkregen belasting- | ||
vermindering door de vervroegde overdracht van aandelen | ||
in 2020: | 1376-79 | ........................... 2376-49 ........................... |
N. BELASTINGVERMINDERING VOOR UITGAVEN VOOR HET | ||
VERWERVEN VAN EEN NIEUWE ELEKTRISCHE: | ||
- MOTORFIETS OF DRIEWIELER (*): | 1325-33 .................................. | |
- VIERWIELER (*): | 1326-32 .................................. | |
O. BELASTINGVERMINDERING VOOR UITGAVEN IN HET KADER VAN EEN ADOPTIEPROCEDURE (*): | 1341-17 .................................. |
Vak XI - BEDRAGEN DIE IN AANMERKING KOMEN VOOR EEN GEWESTELIJK BELASTINGKREDIET (**)
A. VLAAMS BELASTINGKREDIET VOOR WINWINLENINGEN (1) 1. Bedragen die in aanmerking komen voor het jaarlijks belasting- krediet Uitstaand saldo van de uitgeleende of ter beschikking gestelde be- dragen: a) op 1.1.2020: b) op 31.12.2020: 2. Bedrag dat in aanmerking komt voor het eenmalig belasting- krediet In 2020 definitief verloren gegaan bedrag van de hoofdsom: a) van Winwinleningen gesloten vanaf 16.3.2020: b) van Winwinleningen gesloten vóór 16.3.2020: | 3377-18 ........................... | 4377-85 | ........................... |
3378-17 ........................... | 4378-84 | ........................... | |
3368-27 ........................... | 4368-94 | ........................... | |
3379-16 ........................... | 4379-83 | ........................... | |
(Zie ook het vervolg van vak XI op de volgende blz.) |
(1) Xxxxxxx alleen bestemd voor belastingplichtigen gelokaliseerd in het Vlaams Gewest.
Vak XI - BEDRAGEN DIE IN AANMERKING KOMEN VOOR EEN GEWESTELIJK BELASTINGKREDIET (**) - VERVOLG
B. WAALS BELASTINGKREDIET VOOR ‘COUP DE POUCE’-LENINGEN (1) 1. Uitstaand saldo van de uitgeleende bedragen van ‘coup de pouce’- leningen gesloten vanaf 2017: a) op 1.1.2020: b) op 31.12.2020: 2. Uitstaand saldo van de uitgeleende bedragen van ‘coup de pouce’-leningen gesloten in 2016: a) op 1.1.2020: b) op 31.12.2020: 3. Data waarop u de geldmiddelen ter beschikking hebt gesteld: ............................................................................................................................... ............................................................................................................................... C. BRUSSELS BELASTINGKREDIET VOOR PROXI-LENINGEN (2) 1. Bedrag dat in aanmerking komt voor het jaarlijks belastingkrediet Uitstaand saldo van de uitgeleende of ter beschikking gestelde be- dragen op 31.12.2020: 2. Bedrag dat in aanmerking komt voor het eenmalig belastingkrediet Bedrag van de hoofdsom dat in 2020 definitief verloren is gegaan: | 3384-11 ........................... | 4384-78 | ........................... |
3386-09 ........................... | 4386-76 | ........................... | |
3387-08 ...................... | 4387-75 | ...................... | |
3388-07 ...................... | 4388-74 | ...................... | |
3392-03 ........................... | 4392-70 | ........................... | |
3393-02 ........................... | 4393-69 | ........................... |
Vak XII - VOORAFBETALINGEN VOOR HET AANSLAGJAAR 2021
Totaal bedrag van de betalingen: Als u: - hierboven voorafbetalingen hebt ingevuld die betrekking hebben op het 3e of 4e kwartaal van 2020, en - inkomsten aangeeft in vak XIV (bezoldigingen van bedrijfsleiders), van XV (winst), vak XVI (baten) of vak XVIII (bezoldigingen van meewer- kende echtgenoten en wettelijk samenwonende partners), beantwoord dan ook de volgende vraag: Hebt u in de periode van 12.3 tot 31.12.2020: - een rechtstreekse deelneming aangehouden in een vennootschap gevestigd in een staat bedoel in artikel 307, § 1/2, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 (een staat die niet effectief of substantieel de standaard op het gebied van de uitwisseling van in- lichtingen op verzoek toepast of een staat die voorkomt op de lijst van staten zonder of met een lage belasting), of - voor een totaal bedrag van 100.000 euro of meer betalingen ge- daan aan vennootschappen gevestigd in een bovenbedoelde staat, waarvan u niet kan aantonen dat u ze hebt gedaan in het kader van werkelijke en oprechte verrichtingen die het gevolg zijn van recht- matige financiële of economische behoeften? | 1570-79 ........................... 1583-66 □ Ja 1584-65 □ Neen | 2570-49 ........................... 2583-36 □ Ja 2584-35 □ Neen |
(1) Rubriek alleen bestemd voor belastingplichtigen gelokaliseerd in het Waals Gewest.
(2) Xxxxxxx alleen bestemd voor belastingplichtigen gelokaliseerd in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
Vak XIII - INKOMSTEN VAN BUITENLANDSE OORSPRONG EN DE VAN BELGISCHE OORSPRONG VRIJGESTELDE INKOMSTEN
BELANGRIJKE OPMERKING: In dit vak XIII moet u alle inkomsten van buitenlandse oorsprong en alle van Belgische oorsprong vrijgestelde inkomsten vermelden die u tijdens het belastbaar tijdperk hebt verkregen. Deze inkomsten zijn niet als dusdanig belastbaar in de belasting van niet-inwoners (natuurlijke personen). Deze inkomsten moeten echter in voorkomend geval in aanmerking genomen worden voor de juiste toepassing van een aantal bepalingen. Als u geen dergelijke inkomsten hebt verkregen, kruist u hierna onder A, 4 het betreffende vakje ‘nihil’ aan. A. TOTALE INKOMSTEN | ||
1. Beroepsinkomsten ‘zonder vermeerdering’ a) Pensioenen: b) Werkloosheidsuitkeringen: c) Wettelijke ziekte- en invaliditeitsuitkeringen: d) Andere vervangingsinkomsten: e) Andere beroepsinkomsten ‘zonder vermeerdering’: 2. Beroepsinkomsten ‘met vermeerdering’ (winst, baten, bezoldigingen van bedrijfsleiders): 3. Andere inkomsten (onroerende inkomsten, diverse inkomsten,…): 4. Als u tijdens het belastbaar tijdperk geen inkomsten hebt verkregen, waarvan u wordt gevraagd ze in vak XIII te vermelden, kruis dan het betreffende vakje hiernaast aan: B. SPORTGERELATEERDE INKOMSTEN 1. Beroepsinkomsten ‘zonder vermeerdering’ Vermeld hier het bedrag van de hiervoor onder A, 1, e (code 1049-18 of 2049-85) opgenomen beroepsinkomsten die werden verkregen als sportbeoefenaar, of als scheidsrechter, opleider, trainer of begeleider voor activiteiten voor sportbeoefenaars: 2. Beroepsinkomsten ‘met vermeerdering’ Vermeld hier het bedrag van de hiervoor onder A, 2 (code 1050-17 of 2050-84) opgenomen beroepsinkomsten die werden verkregen als sportbeoefenaar, of als scheidsrechter, opleider, trainer of begeleider voor activiteiten voor sportbeoefenaars: | Nettobedragen 1330-28 ............................ 2330-95 ............................ 1331-27 ............................ 2331-94 ............................ 1332-26 ............................ 2332-93 ............................ 1333-25 ............................ 2333-92 ............................ 1049-18 ............................ 2049-85 ............................ Nettobedrag 1050-17 ........................... 2050-84 ............................ Nettobedrag 1053-14 ........................... 2053-81 ............................ 1057-10 □ Nihil 2057-77 □ Nihil Nettobedrag 1091-73 ............................ 2091-43 ............................ Nettobedrag | |
1092-72 ............................ | 2092-42 ............................ |
Aantal toegevoegde bladen: …………………………. Datum: .................................................................................
▲ OPGELET: ALS U EEN PAPIEREN AANGIFTE INDIENT, VERGEET DAN NIET:
- de gegevens die u hebt ingevuld in vak I van deze voorbereiding over te brengen op de voorzijde van die aangifte
- de bedragen en andere gegevens die u in deze voorbereiding naast voorgedrukte codes van 6 cijfers (bv. 1250-11) hebt ingevuld,
samen met die codes over te brengen op de achterzijde van die aangifte
- de gegevens waarvoor in deze voorbereiding geen codes zijn voorgedrukt (bv. vak III, rubriek 5.2, vak VI, rubriek C, enz.) over te bren- gen in de overeenstemmende vakken en rubrieken op de voorzijde van die aangifte.