Overeenkomst
Overeenkomst
inzake samenwerking tussen
de Minister van Onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap en
de Minister van Hoger Onderwijs van de Repubiek Cuba.
Binnen de wettelijke bevoegdheden van de Minister van Onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap van het Koninkrijk België en de Minister van Hoger Onderwijs van de Repu- bliek Cuba,
hierna partijen genoemd,
erkennende het grote belang van onderwijs voor de maat- schappelijke ontwikkeling;
overwegende de gemeenschappelijke belangen inzake het opstarten en ontwikkelen van samenwerking inzake onder- wijs:
geleid door de wil de bevordering van onderwijs te pro- moten in beide Partijen;
overtuigd dat xxxxxxxxxx samenwerking een bijdrage zal zijn aan de verhoging van de welvaart en het welzijn van de volkeren van beide Partijen:
overwegende de belangrijke bijdrage die geleverd werd tot de wederzijdse cooperatie en de evolutie van de respectieve onderwijspolitiek;
uitdrukking gevend aan hun wil tot het promoten van de wederzijdse samenwerking,
hebben de Partijen als volgt besloten:
artikel 1 :
De Partijen zullen de samenwerking inzake onderwijs en onderwijskundig onderzoek in beide landen verder ontwik- kelen, rekening houdend met de prioriteiten door hen bepaald en zij zullen eveneens de rechtstreekse kontak- ten tussen de partijen bevorderen.
Artikel 2 :
De Partijen zullen inspanningen doen om de samenwerking te bevorderen inzake het hoger onderwijs en het onder- wijskundig onderzoek tussen de onderwijsinstellingen van beide Partijen en dit in de volgende prioritaire domei- nen :
Computerwetenschappen, municaties;
Biotechnologie; Veeartsenijkunde; Landbouw:
Medische technologie; Farmacologie:
met inbegrip van telecom-
Alternatieve energiebronnen; Milieubescherming; Neurowetenschappen; Educatieve wetenschappen; ingernieurswetenschapen.
De eerste onderwijsprojecten die in het kader van dit akkoord worden gerealisederd dienen uiterlijk op 1 april 1998 door een Vlaamse universiteit ter financiering bij de Vlaamse Minister van Onderwijs te worden ingediend.
Als startmogelijkheid worden in het kader van de post-
universitaire vorming zesentwintig (26) beurzen voor-
zien, inhoudende de reiskosten en de verblijfskosten
voor minimum twee (2) en maximum drie (3) maanden. De namen van de kandidaten dienen voor 31 december 1997 te worden medegedeeld. Dit beurzenstelsel kan nadien in wederzijds overleg hernieuwd worden.
Artikel 3 :
De Partijen kunnen een beroep doen op de instellingen van hoger onderwijs voor de implementatie van dit ak- koord.
De Vlaamse Partij zal een financiële toelage verlenen aan de Vlaamse instellingen die aan de uitvoering van dit akkoord participeren.
De Partijen zullen algemene informatie uitwisselen over het statuut, de structuur, de activiteiten en het niveau van de onderwijsinstellingen die voorgesteld worden voor deelname aan de uitvoering van de samenwerkingsprojecten in het kader van dit akkoord.
Artikel 4 :
De financiële kost van de uitvoering van dit akkoord zal case by case worden bepaald.
Artikel 5 :
De Partijen zullen een coördinator aanduiden om de com- municatie te verzekeren en om de informatie uitwisseling te vergemakkelijken binnen de objectieven van dit ak- koord.
De coördinaten hiervan worden aan elkaar meegedeeld, ten laatste één (1) maand na datum van de ondertekening van dit akkoord.
Artikel 6 :
Een steering committee zal de implementatie van dit akkoord coördineren.
Elke twee jaar zal een vergadering worden georganiseerd
van de coördinatoren. voor de lente van 1998.
Artikel 7 :
De eerste vergadering is gepland
Dit akkoord wordt gesloten voor de periode 1997-2003.
Gedaan te Havanna, de 23 oktober 1997, in vier origine- len, twee in het Nederlands en twee in het Spaans, alle vier met een gelijke rechtskracht.
den Bossche resident van
Minister van Hoger Onder wijs van de Republiek Cuba,
Xxxx Xxxx Xxxxxx Xxxxx vice-Minister