Clausuleblad garantie tegen onderverzekering
Xxxxxxxxxxxx garantie tegen onderverzekering
behorende bij Uitgebreide Inboedelverzekering BI 02
Alle bepalingen in de Algemene Verzekeringsvoorwaarden BI 02 die in strijd zijn met hetgeen in dit clausuleblad wordt bepaald, zijn vervallen.
1 Vaststelling verzekerd bedrag
Deze verzekering is aangegaan onder het beding dat het verzekerde bedrag door verzekeringnemer is vastgesteld, met gebruikmaking van de door verzekeraars gehanteerde inboedelwaardemeter of inventarisatielijst.
2 Indexering, hernieuwde vaststelling van het verzekerde bedrag
2.1 Jaarlijks worden per premievervaldag het verzekerde bedrag en in evenredigheid daarmee de premie verhoogd of verlaagd overeenkomstig het laatste door het Centraal Bureau voor de Statistiek berekende indexcijfer voor woninginboedels.
2.2 Verzekeringnemer is gerechtigd om gedurende de looptijd van de verzekering, door middel van het invullen van de meest recente inboedelwaardemeter of inventarisatielijst, een hernieuwde opgave van de samenstelling en nieuwwaarde van de inboedel te doen en het verzekerde bedrag overeenkomstig te laten aanpassen.
2.3 Voorts dient verzekeringnemer op verzoek van verzekeraars een dergelijke hernieuwde opgave te verstrekken, onder meer in de volgende situaties:
- na verhuizing;
- na schade (melding);
- na verloop van vijf jaar na een vorige opgave;
- nadat verzekeraars van een wijziging in de samenstelling van de inboedel kennis hebben genomen.
3 Garantie tegen onderverzekering
Verzekeraars garanderen in geval van een gedekte schade, geen beroep op onderverzekering te doen indien de waarde van de inboedel is vastgesteld door invulling van de inboedelwaardemeter of inventarisatielijst volgens de daarin vermelde aanwijzingen.
4 Vergoeding van de schade
4.1 De schadevergoeding is gelijk aan het bedrag dat voor schade en kosten is vastgesteld, met inachtneming van de toepasselijke maxima en eigen risico's als vermeld in de Algemene Verzekeringsvoorwaarden BI 02 en de eventueel van toepassing zijnde clausules.
4.2 Voor de hiernagenoemde zaken wordt - tenzij op het polisblad of laatst afgegeven polisaanhangsel een afzonderlijk bedrag is meeverzekerd - dekking geboden tot de volgende maxima:
- lijfsieraden tot € 5.000,-;
- audiovisuele en computerapparatuur tot € 10.000,-;
- antiek, kunst, verzamelingen, muziekinstrumenten, foto- en filmapparatuur en goud en zilver(werk) geen lijfsieraden zijnde, gezamenlijk tot € 12.500,-;
Onverminderd het bepaalde in artikel 2.1.7 van de Algemene Verzekeringsvoorwaarden BI 02.
4.3 Als huurdersbelang worden door verzekerde aangebrachte aan-/verbouwingen en onderdelen van het gebouw welke volgens wet, gewoonte of overeenkomst voor rekening van de huurder of gebruiker komen, geacht tevens onder deze verzekering en het verzekerde bedrag van de inboedel te zijn begrepen. De voor artikel 2.4.3 van de Algemene Verzekeringsvoorwaarden BI 02 geldende limiet van 10% van het verzekerde bedrag wordt geacht te zijn doorgehaald.
4.4 De regeling in 4.1 geldt niet, indien bij schaderegeling blijkt, dat de inboedelwaardemeter of inventarisatielijst bij de vaststelling van het verzekerde bedrag niet overeenkomstig de aanwijzingen is gebruikt, zodanig dat de verzekeringnemer heeft begrepen of heeft moeten begrijpen dat het op die wijze vastgestelde verzekerde bedrag niet in overeenstemming is met de inboedel.
Verzekeraars vergoeden in dat geval van alle vastgestelde schaden en kosten een evenredig deel, met inachtneming van de toepasselijke maxima en eigen risico's als vermeld in de Algemene Verzekeringsvoorwaarden BI 02 en de eventueel van toepassing zijnde clausules. De regeling in 4.1 is evenmin van toepassing als verzekeringnemer niet heeft voldaan aan een verzoek van verzekeraars tot herwaardering als bedoeld in 2.3.