Onderstaande tekst dient louter ter informatie en is juridisch niet bindend. De EU-instellingen zijn niet aansprakelijk voor de inhoud. Alleen de besluiten die zijn gepubliceerd in het Publicatieblad van de Europese Unie (te raadplegen in EUR-Lex)...
Onderstaande tekst dient louter ter informatie en is juridisch niet bindend. De EU-instellingen zijn niet aansprakelijk voor de inhoud. Alleen de besluiten die zijn gepubliceerd in het Publicatieblad van de Europese Unie (te raadplegen in EUR-Lex) zijn authentiek. Deze officiële versies zijn rechtstreeks toegankelijk via de links in dit document
►B OVEREENKOMST
tussen de Europese Unie en het Vorstendom Liechtenstein betreffende de toepassing van sommige bepalingen van Besluit 2008/615/JBZ van de Raad inzake de intensivering van de grensoverschrijdende samenwerking, in het bijzonder ter bestrijding van terrorisme en grensoverschrijdende criminaliteit, van Besluit 2008/616/JBZ van de Raad betreffende de uitvoering van Besluit 2008/615/JBZ inzake de intensivering van de grensoverschrijdende samenwerking, in het bijzonder ter bestrijding van terrorisme en grensoverschrijdende criminaliteit, en de bijlage daarbij, en van Kaderbesluit 2009/905/JBZ van de Raad over de accreditatie van aanbieders van forensische diensten die laboratoriumactiviteiten verrichten
(PB L 184 van 10.7.2019, blz. 3)
Gerectificeerd bij:
►C1 Rectificatie PB L 18 van 27.1.2022, blz. 127 (22019A0710(01))
OVEREENKOMST
tussen de Europese Unie en het Vorstendom Liechtenstein betreffende de toepassing van sommige bepalingen van Besluit 2008/615/JBZ van de Raad inzake de intensivering van de grensoverschrijdende samenwerking, in het bijzonder ter bestrijding van terrorisme en grensoverschrijdende criminaliteit, van Besluit 2008/616/JBZ van de Raad betreffende de uitvoering van Besluit 2008/615/JBZ inzake de intensivering van de grensoverschrijdende samenwerking, in het bijzonder ter bestrijding van terrorisme en grensoverschrijdende criminaliteit, en de bijlage daarbij, en van Kaderbesluit 2009/905/JBZ van de Raad over de accreditatie van aanbieders van forensische diensten die laboratoriumactiviteiten verrichten
DE EUROPESE UNIE,
enerzijds, en
HET VORSTENDOM LIECHTENSTEIN,
anderzijds,
hierna gezamenlijk “de overeenkomstsluitende partijen” genoemd,
GELEID DOOR DE WENS de politiële en justitiële samenwerking tussen de lidstaten van de Europese Unie en het Vorstendom Liechtenstein te verbeteren, onverminderd de regelgeving ter bescherming van de indi- viduele vrijheid,
OVERWEGENDE dat de huidige betrekkingen tussen de overeenkomst- sluitende partijen, met name het Protocol tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap, de Zwitserse Bondsstaat en het Vorstendom Liechtenstein betreffende de toetreding van het Vorstendom Liechten- stein tot de Overeenkomst tussen de Europese Unie, de Europese Ge- meenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de wijze waarop Zwitser- land wordt betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikke- ling van het Schengenacquis (1), een toonbeeld zijn van nauwe samen- werking bij de bestrijding van criminaliteit,
EROP WIJZEND dat de overeenkomstsluitende partijen belang hebben bij een doeltreffende en vlotte politiële samenwerking tussen de lidstaten van de Europese Unie en het Vorstendom Liechtenstein, die verenigbaar is met de grondbeginselen van hun nationale rechtsstelsels en in over- eenstemming met de individuele rechten en de beginselen van het Euro- pees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de funda- mentele vrijheden, ondertekend te Rome op 4 november 1950,
ERKENNENDE dat Kaderbesluit 2006/960/JBZ van de Raad van 18 decem- ber 2006 betreffende de vereenvoudiging van de uitwisseling van in- formatie en inlichtingen tussen de rechtshandhavingsautoriteiten van de lidstaten van de Europese Unie (2) reeds regels bevat op grond waarvan de rechtshandhavingsautoriteiten van de lidstaten en het Vorstendom Liechtenstein snel en doeltreffend bestaande informatie en inlichtingen kunnen uitwisselen teneinde een strafrechtelijk onderzoek of een criminele-inlichtingenoperatie uit te voeren,
(1) PB EU L 160 van 18.6.2011, blz. 3.
(2) PB EU L 386 van 29.12.2006, blz. 89.
ERKENNENDE dat het van cruciaal belang is dat exacte informatie snel en doeltreffend kan worden uitgewisseld teneinde de internationale sa- menwerking op het gebied van rechtshandhaving te stimuleren,
INDACHTIG het doel om procedures in te voeren ter bevordering van snelle, efficiënte en goedkope gegevensuitwisselingsmiddelen, en dat voor het gezamenlijke gebruik van gegevens, in die procedures de res- pectieve verantwoordelijkheden moeten worden bepaald en de procedu- res de nodige waarborgen moeten bieden wat betreft de juistheid en de beveiliging van de gegevens bij doorgifte en opslag; alsmede procedures voor de registratie van gegevensuitwisseling en beperkingen op het gebruik van de uitgewisselde gegevens,
EROP WIJZEND dat deze overeenkomst derhalve bepalingen bevat die stoelen op de voornaamste bepalingen van Besluit 2008/615/JBZ van de Raad van 23 juni 2008 inzake de intensivering van de grensover- schrijdende samenwerking, in het bijzonder ter bestrijding van terro- risme en grensoverschrijdende criminaliteit (3) en Besluit 2008/616/JBZ van de Raad van 23 juni 2008 betreffende de uitvoering van Besluit 2008/615/JBZ inzake de intensivering van de grensoverschrijdende sa- menwerking, in het bijzonder ter bestrijding van terrorisme en grens- overschrijdende criminaliteit (4), met inbegrip van de bijlage, alsmede Kaderbesluit 2009/905/JBZ van de Raad van 30 november 2009 over de accreditatie van aanbieders van forensische diensten die laboratoriumac- tiviteiten verrichten (5), en die dienen ter verbetering van de informatie-uitwisseling waarbij de lidstaten van de Europese Unie en het Vorstendom Liechtenstein elkaar toegang verlenen tot hun geauto- matiseerde DNA-analysebestanden, geautomatiseerde vingerafdrukiden- tificatiesystemen en voertuigregistratiegegevens,
EROP WIJZEND dat in het geval van nationale DNA-analysebestanden en geautomatiseerde vingerafdrukidentificatiesystemen, een hit/no hit-systeem de verzoekende staat, in een tweede fase, in staat moet stellen specifieke met een dossier verband houdende persoonsgegevens op te vragen in de staat die het dossier beheert en, waar nodig, via rechtshulpprocedures, waaronder die welke ingevolge Kaderbesluit 2006/960/JBZ van de Raad zijn vastgesteld, om nadere informatie te verzoeken,
OVERWEGENDE dat die bepalingen de bestaande procedures aan de hand waarvan de lidstaten van de Europese Unie en het Vorstendom Liechtenstein kunnen nagaan of een andere staat, over de door hen benodigde informatie beschikt, aanzienlijk zouden bespoedigen en, zo ja, welke staat,
OVERWEGENDE dat grensoverschrijdende gegevensvergelijking een nieuwe dimensie zal geven aan de misdaadbestrijding en dat de infor- matie die door het vergelijken van gegevens wordt verkregen, nieuwe onderzoeksmethoden mogelijk zal maken en daardoor een cruciale rol spelen bij de ondersteuning van de rechtshandhavings- en justitiële autoriteiten van de staten,
OVERWEGENDE dat de regels gebaseerd zijn op netwerkverbindingen tussen de nationale gegevensbanken van de staten,
(3) PB EU L 210 van 6.8.2008, blz. 1.
(4) PB EU L 210 van 6.8.2008, blz. 12.
(5) PB EU L 322 van 9.12.2009, blz. 14.
OVERWEGENDE dat de staten onder bepaalde voorwaarden al dan niet persoonsgebonden gegevens moeten kunnen verstrekken teneinde in verband met grootschalige evenementen met een grensoverschrijdende dimensie de uitwisseling van gegevens te verbeteren met het oog op de voorkoming van strafbare feiten en de handhaving van de open- bare orde en veiligheid,
ERKENNENDE dat niet alleen de informatie-uitwisseling moet worden verbeterd, maar ook andere vormen van nauwere samenwerking tussen politiediensten moeten worden gereguleerd, met name waar het gaat om gezamenlijke veiligheidsoperaties (bijvoorbeeld gezamenlijke patrouil- les),
OVERWEGENDE dat het hit/no hit-systeem een structuur voor de ver- gelijking van anonieme profielen biedt, waarbij aanvullende persoons- gegevens pas na een hit worden uitgewisseld, en dat de verstrekking en de ontvangst van die gegevens vallen onder het nationale recht, met inbegrip van de rechtshulpvoorschriften en dat deze opzet een adequaat systeem waarborgt voor gegevensbescherming, met dien verstande dat voor de verstrekking van persoonsgegevens aan een andere staat een toereikend niveau van gegevensbescherming in de ontvangende staten is vereist,
OVERWEGENDE dat het Vorstendom Liechtenstein de kosten van zijn eigen autoriteiten in verband met de toepassing van deze overeenkomst draagt,
ERKENNENDE dat, aangezien de accreditatie van aanbieders van forensi- sche diensten die laboratoriumactiviteiten verrichten een belangrijke stap is naar een veiligere en effectievere uitwisseling van forensische infor- matie, sommige bepalingen van Kaderbesluit 2009/905/JBZ van de Raad derhalve door het Vorstendom Liechtenstein dienen te worden nageleefd;
OVERWEGENDE dat de verwerking van persoonsgegevens, op grond van deze overeenkomst, door de autoriteiten van het Vorstendom Liech- tenstein met het oog op het voorkomen, opsporen of onderzoeken van terrorisme en grensoverschrijdende criminaliteit onderworpen dient te zijn aan normen voor de bescherming van persoonsgegevens uit hoofde van het nationaal recht van het Vorstendom Liechtenstein die voldoen aan Xxxxxxxxx (EU) 2016/680 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens door bevoegde au- toriteiten met het oog op de voorkoming, het onderzoek, de opsporing en de vervolging van strafbare feiten of de tenuitvoerlegging van straf- fen, en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Kaderbesluit 2008/977/JBZ van de Raad (6),
ZICH BASEREND op het wederzijds vertrouwen van de lidstaten van de Europese Unie en het Vorstendom Liechtenstein in de structuur en werking van hun rechtsstelsels,
ERMEE REKENING HOUDENDE dat op grond van de overeenkomst tussen de Zwitserse Bondsstaat en het Vorstendom Liechtenstein ten aanzien van de samenwerking in het kader van de Zwitserse informatie- systemen wat betreft vingerafdrukgegevens en DNA-profielen (7), beide landen dezelfde gegevensbanken en informatie-uitwisselingssystemen gebruiken voor respectievelijk DNA en vingerafdrukgegevens,
(6) PB EU L 119 van 4.5.2016, blz. 89.
(7) Liechtensteinisches Landesgesetzblatt 2006 Nr. 75; Liechtensteinische Rechtsvorschrift 0.369.101.2.
ERKENNENDE dat de bepalingen van de bilaterale en multilaterale over- eenkomsten van toepassing blijven voor alle aangelegenheden die niet in deze overeenkomst zijn geregeld;
HEBBEN BESLOTEN DE VOLGENDE OVEREENKOMST TE SLUITEN:
Artikel 1
Onderwerp en doel
1. Behoudens deze overeenkomst zijn de artikelen 1 tot en met 24, artikel 25, lid 1, en de artikelen 26 tot en met 32 en artikel 34 van Besluit 2008/615/JBZ van de Raad inzake de intensivering van de grensoverschrijdende samenwerking, in het bijzonder ter bestrijding van terrorisme en grensoverschrijdende criminaliteit, van toepassing op de bilaterale betrekkingen tussen het Vorstendom Liechtenstein en elke lidstaat.
2. Behoudens deze overeenkomst zijn de artikelen 1 tot en met 19 en artikel 21 van Besluit 2008/616/JBZ van de Raad betreffende de uit- voering van Besluit 2008/615/JBZ inzake de intensivering van de grens- overschrijdende samenwerking, in het bijzonder ter bestrijding van ter- rorisme en grensoverschrijdende criminaliteit, en, met uitzondering van punt 1 van hoofdstuk 4, van de bijlage ervan, van toepassing op de bilaterale betrekkingen tussen het Vorstendom Liechtenstein en elke lidstaat.
3. De verklaringen die de lidstaten uit hoofde van Besluiten 2008/615/JBZ en 2008/616/JBZ van de Raad hebben afgelegd, zijn ook van toepassing op hun bilaterale betrekkingen met het Vorstendom Liechtenstein.
4. Behoudens deze overeenkomst zijn de artikelen 1 tot en met 5 en artikel 6, lid 1, van Kaderbesluit 2009/905/JBZ van de Raad over de accreditatie van aanbieders van forensische diensten die laboratoriumac- tiviteiten verrichten, van toepassing op de bilaterale betrekkingen tussen het Vorstendom Liechtenstein en elke lidstaat.
Artikel 2
Definities
Voor de toepassing van deze overeenkomst wordt verstaan onder:
1) “overeenkomstsluitende partijen”: de Europese Unie en het Vorsten- dom Liechtenstein;
2) “lidstaat”: een lidstaat van de Europese Unie;
3) “staat”: een lidstaat of het Vorstendom Liechtenstein.
Artikel 3
Eenvormige toepassing en uitlegging
1. Om ervoor te zorgen dat de in artikel 1 bedoelde bepalingen zo eenvormig mogelijk worden toegepast en uitgelegd, volgen de overeen- komstsluitende partijen de ontwikkeling van de rechtspraak van het Hof van Justitie van de Europese Unie en van de bevoegde rechtscolleges van het Vorstendom Liechtenstein betreffende die bepalingen op de voet. Daartoe wordt een mechanisme voor de regelmatige wederzijdse uitwisseling van die rechtspraak opgezet.
Artikel 4
Geschillenbeslechting
Een geschil tussen het Vorstendom Liechtenstein en een lidstaat betref- fende de uitlegging of de toepassing van deze overeenkomst of van een in artikel 1 bedoelde bepaling en daarop betrekking hebbende wijzigin- gen kan door een partij bij het geschil verwezen worden naar een ver- gadering van de vertegenwoordigers van de regeringen van de lidstaten van de Europese Unie en van het Vorstendom Liechtenstein, met het oog op een snelle beslechting van het geschil.
Artikel 5
Wijzigingen
1. Indien een wijziging moet worden aangebracht in de in artikel 1 bedoelde bepalingen, stelt de Europese Unie het Vorstendom Liechten- stein zo spoedig mogelijk op de hoogte en neemt zij in voorkomend geval zijn opmerkingen in ontvangst.
2. Wijzigingen van de in artikel 1 bedoelde bepalingen worden het Vorstendom Liechtenstein door de Europese Unie na aanneming zo spoedig mogelijk ter kennis gebracht.
Het Vorstendom Liechtenstein besluit onafhankelijk of het de inhoud van een dergelijke wijziging aanvaardt en die in zijn interne rechtsorde omzet. Dat besluit wordt binnen drie maanden na de in de eerste ali- nea bedoelde kennisgeving ter kennis van de Europese Unie gebracht.
3. Indien de inhoud van de wijziging voor het Vorstendom Liechten- stein pas bindend kan worden nadat aan zijn grondwettelijke verplich- tingen is voldaan, deelt het Vorstendom Liechtenstein de Europese Unie zulks bij zijn kennisgeving mee. Het Vorstendom Liechtenstein deelt de Europese Unie onverwijld schriftelijk mee wanneer aan alle grondwet- telijke verplichtingen is voldaan. Wanneer geen referendum vereist is, vindt de kennisgeving plaats onmiddellijk na het verstrijken van de referendumtermijn. Indien een referendum vereist is, beschikt het Vor- stendom Liechtenstein voor het verrichten van de kennisgeving over een termijn van ten hoogste achttien maanden vanaf de kennisgeving door de Europese Unie. Vanaf de datum waarop de wijziging voor het Vor- stendom Liechtenstein in werking moet treden, tot de mededeling dat aan de grondwettelijke verplichtingen is voldaan, past het Vorstendom Liechtenstein indien mogelijk de inhoud van de wijziging voorlopig toe.
4. Indien het Vorstendom Liechtenstein de inhoud van de wijziging niet aanvaardt, wordt deze overeenkomst opgeschort. De overeenkomst- sluitende partijen komen bijeen om elke mogelijkheid tot voortzetting van de goede werking van de overeenkomst te onderzoeken, met in- begrip van de mogelijkheid om de gelijkwaardigheid van wetgeving te erkennen. De opschorting wordt opgeheven zodra het Vorstendom Liechtenstein kennisgeving doet dat het de inhoud van wijziging aan- vaardt of indien de overeenkomstsluitende partijen overeenkomen de bestaande overeenkomst opnieuw toe te passen.
6. De leden 4 en 5 van dit artikel zijn niet van toepassing op wijzi- gingen betreffende hoofdstuk 3, 4 of 5 van Besluit 2008/615/JBZ van de Raad of betreffende artikel 17 van Besluit 2008/616/JBZ van de Raad ten aanzien waarvan het Vorstendom Liechtenstein de Europese Unie met redenen omkleed heeft meegedeeld de wijziging niet te aan- vaarden. In dergelijke gevallen blijven, onverminderd het bepaalde in artikel 10 van deze overeenkomst, in de bilaterale betrekkingen tussen het Vorstendom Liechtenstein en elke lidstaat de betrokken bepalingen van toepassing in de versie van voor de wijziging.
Artikel 6
Evaluatie
De overeenkomstsluitende partijen stemmen ermee in deze overeen- komst uiterlijk vijf jaar na de inwerkingtreding gezamenlijk aan een evaluatie te onderwerpen. De evaluatie heeft in het bijzonder betrekking op de praktische uitvoering, de uitlegging en de verdere ontwikkeling van de overeenkomst en behelst ook aangelegenheden zoals de gevol- gen van de ontwikkeling van de Europese Unie met betrekking tot het voorwerp van de overeenkomst.
Artikel 7
Verhouding tot andere instrumenten
1. Het staat het Vorstendom Liechtenstein vrij om bilaterale of multila- terale overeenkomsten of regelingen inzake grensoverschrijdende samen- werking met lidstaten die op de datum van de sluiting van deze overeen- komst van kracht zijn, te blijven toepassen, voor zover die overeenkomsten of regelingen verenigbaar zijn met de doelstellingen van deze overeenkomst. Het Vorstendom Liechtenstein stelt de Europese Unie in kennis van derge- lijke overeenkomsten of regelingen die van toepassing zullen blijven.
2. Na de inwerkingtreding van deze overeenkomst staat het Vorsten- dom Liechtenstein vrij om andere bilaterale of multilaterale overeen- komsten of regelingen inzake grensoverschrijdende samenwerking met lidstaten te sluiten of in werking te doen treden, voor zover die over- eenkomsten of regelingen de mogelijkheid bieden de doelstellingen van deze overeenkomst te verruimen of te verbreden. Het Vorstendom Liechtenstein stelt de Europese Unie binnen drie maanden na de onder- tekening van dergelijke nieuwe overeenkomsten of regelingen hiervan in kennis, of, wat betreft overeenkomsten of regelingen die reeds voor- afgaand aan de inwerkingtreding van deze overeenkomst waren onder- tekend, binnen drie maanden na de inwerkingtreding van dergelijke nieuwe overeenkomsten of regelingen.
3. De in de leden 1 en 2 bedoelde overeenkomsten en regelingen laten de betrekkingen met de lidstaten die daarbij geen partij zijn, onverlet.
4. Deze overeenkomst laat bestaande overeenkomsten betreffende rechts- bijstand of wederzijdse erkenning van rechterlijke beslissingen onverlet.
Artikel 8
Kennisgevingen, verklaringen en inwerkingtreding
1. De overeenkomstsluitende partijen stellen elkaar in kennis van de voltooiing van de noodzakelijke procedures, waarmee zij te kennen geven dat zij ermee instemmen door de overeenkomst te worden gebonden.
2. De Europese Unie kan ermee instemmen door deze overeenkomst gebonden te worden, zelfs al zijn de besluiten inzake de verwerking van persoonsgegevens die overeenkomstig Besluit 2008/615/JBZ van de Raad zijn of worden verstrekt, nog niet ten aanzien van alle lidstaten ge- nomen.
3. Artikel 5, leden 1 en 2, worden vanaf de datum van ondertekening van deze overeenkomst voorlopig toegepast.
4. Ten aanzien van wijzigingen van de in artikel 1 bedoelde bepa- lingen die na de ondertekening maar voorafgaand aan de inwerking- treding van deze overeenkomst zijn aangenomen, vangt de in artikel 5, lid 2, tweede alinea, bedoelde periode van drie maanden aan op de datum waarop de overeenkomst in werking treedt.
5. Bij de in lid 1 bedoelde kennisgeving of, indien daarin is voorzien, op enig later tijdstip, legt het Vorstendom Liechtenstein de in artikel 1, lid 3, bedoelde verklaringen af.
6. Deze overeenkomst treedt in werking op de eerste dag van de derde maand na de datum van de laatste kennisgeving als bedoeld in lid 1.
7. Verstrekking door de lidstaten en het Vorstendom Liechtenstein van persoonsgegevens op grond van deze overeenkomst vindt niet plaats voordat de bepalingen van hoofdstuk 6 van Besluit 2008/615/JBZ van de Raad in het nationale recht van de bij de verstrekking betrokken staten zijn uitgevoerd.
Teneinde na te gaan of zulks in het Vorstendom Liechtenstein het geval is, worden overeenkomstig de voorwaarden en regelingen die met het Vorstendom Liechtenstein zijn overeengekomen, een evaluatiebezoek en een proefproject uitgevoerd, die identiek zijn aan die welke krachtens hoofdstuk 4 van de bijlage bij Besluit 2008/616/JBZ van de Raad in de lidstaten zijn uitgevoerd.
Aan de hand van het verslag van de algehele evaluatie en nadat dezelfde stappen zijn gezet als bij de aanvang van geautomatiseerde gegevensuit- wisseling in de lidstaten, besluit de Raad met ingang van welke datum of data de lidstaten persoonsgegevens overeenkomstig deze overeen- komst aan het Vorstendom Liechtenstein mogen verstrekken.
8. De bepalingen van Richtlijn (EU) 2016/680 van het Europees Parlement en de Raad worden door het Vorstendom Liechtenstein ten uitvoer gelegd en toegepast. Het Vorstendom Liechtenstein stelt de Europese Commissie in kennis van de tekst van de belangrijkste bepa- lingen die op het door die richtlijn bestreken gebied worden vastgesteld.
9. ►C1 De artikelen 1 tot en met 5 en artikel 6, lid 1, van Kader- besluit 2009/905/JBZ van de Raad, worden door het Vorstendom Liechtenstein ◄ uitgevoerd en toegepast. Het Vorstendom Liechtenstein deelt de Europese Commissie de tekst mede van de belangrijkste bepa- lingen die op het door dat kaderbesluit van de Raad bestreken gebied worden vastgesteld.
10. De bevoegde autoriteiten van het Vorstendom Liechtenstein mo- gen de bepalingen van hoofdstuk 2 van Besluit 2008/615/JBZ van de Raad niet toepassen voordat het Vorstendom Liechtenstein de in de leden 8 en 9 van dit artikel bedoelde maatregelen heeft uitgevoerd en toegepast.
Toetreding van nieuwe lidstaten tot de Europese Unie
De toetreding van nieuwe lidstaten tot de Europese Unie schept krach- tens deze overeenkomst rechten en verplichtingen tussen die nieuwe lidstaten en het Vorstendom Liechtenstein.
Artikel 10
Opzegging
1. Deze overeenkomst kan te allen tijde door een van de overeen- komstsluitende partijen worden opgezegd door nederlegging van een kennisgeving van opzegging bij de andere overeenkomststluitende partij.
2. De opzegging van deze overeenkomst overeenkomstig lid 1 wordt van kracht zes maanden na de nederlegging van de kennisgeving van opzegging.
Deze overeenkomst is opgesteld in tweevoud in de Bulgaarse, de Deense, de Duitse, de Engelse, de Estse, de Finse, de Franse, Griekse, de Hongaarse, de Italiaanse, de Kroatische, de Letse, de Litouwse, de Maltese, de Nederlandse, de Poolse, de Portugese, de Roemeense, de Sloveense, de Slowaakse, de Spaanse, de Tsjechische en de Zweedse taal, zijnde alle teksten gelijkelijk authentiek.
Съставено в Брюксел на двадесет и седми юни две хиляди и деве- тнадесета година.
Hecho en Bruselas, el veintisiete de junio de dos mil diecinueve. V Bruselu dne dvacátého sedmého června dva tisíce devatenáct. Udfærdiget i Bruxelles den syvogtyvende juni to tusind og nitten.
Geschehen zu Brüssel am siebenundzwanzigsten Juni zweitausendneunzehn.
Kahe tuhande üheksateistkümnenda aasta juunikuu kahekümne seits- mendal päeval Brüsselis.
Έγινε στις Βρυξέλλες, στις είκοσι εφτά Ιουνίου δύο χιλιάδες δεκαεννέα. Done at Brussels on the twenty-seventh day of June in the year two thousand and nineteen.
Fait à Bruxelles, le vingt-sept juin deux mille dix-neuf.
Sastavljeno u Bruxellesu dvadeset sedmog lipnja godine dvije tisuće devetnaeste.
Fatto a Bruxelles, addì ventisette giugno duemiladiciannove. Briselē, divi tūkstoši deviņpadsmitā gada divdesmit septītajā jūnijā.
Priimta du tūkstančiai devynioliktų metų birželio dvidešimt septintą dieną Briuselyje.
Xxxx Xxxxxxxxxxx, a kétezer-tizenkilencedik év június havának huszon- hetedik napján.
Magħmul fi Brussell, fis-sebgħa u għoxrin jum ta' Ġunju fis-sena elfejn u dsatax.
Gedaan te Brussel, zevenentwintig juni tweeduizend negentien. Sporządzono w Brukseli dnia dwudziestego siódmego czerwca roku dwa tysiące dziewiętnastego.
Feito em Bruxelas, em vinte e sete de junho de dois mil e dezanove. Întocmit la Bruxelles la douăzeci și șapte iunie două mii nouăsprezece. V Bruseli dvadsiateho siedmeho júna dvetisícdevätnásť.
V Bruslju, dne sedemindvajsetega junija leta dva tisoč devetnajst. Tehty Brysselissä kahdentenakymmenentenäseitsemäntenä päivänä kesä- kuuta vuonna kaksituhattayhdeksäntoista.
Som skedde i Bryssel den tjugosjunde juni år tjugohundranitton.
Рог la Unión Europea Za Evropskou unii
For Den Europæiske Union Für die Europäische Union Euroopa Liidu nimel
Για την Ευρωπαϊκή Ένωση For the European Union Pour l'Union européenne Za Europsku uniju
Per l'Unione europea Eiropas Savienības vārdā – Europos Sąjungos vardu Az Európai Unió részéről Għall-Unjoni Ewropea Voor de Europese Unie
W imieniu Unii Europejskiej Pela União Europeia
Pentru Uniunea Europeană Za Európsku úniu
Za Evropsko unijo Euroopan unionin puolesta För Europeiska unionen
За Княжество Лихтенщайн
Por el Principado de Liechtenstein Za Lichtenštejnské knížectví
For Fyrstendømmet Liechtenstein Für das Fürstentum Liechtenstein Liechtensteini Vürstiriigi nimel
Για το Πριγκιπάτο του Λιχτενστάιν For the Principality of Liechtenstein Pour la Principauté de Liechtenstein Za Kneževinu Lihtenštajn
Per il Xxxxxxxxxx del Liechtenstein Lihtenšteinas Firstistes vārdā – Lichtenšteino Kunigaikštystės vardu A Liechtensteini Hercegség részéről Għall-Prinċipat tal-Liechtenstein Voor het Vorstendom Liechtenstein W imieniu Księstwa Liechtensteinu Pelo Principado do Listenstaine Pentru Principatul Liechtenstein
Za Lichtenštajnské kniežatstvo Za Kneževino Lihtenštajn
Liechtensteinin ruhtinaskunnan puolesta För Furstendömet Liechtenstein
Verklaring van de overeenkomstsluitende partijen bij de ondertekening van de Overeenkomst
De Europese Unie en het Vorstendom Liechtenstein, partijen bij de Overeenkomst betreffende de toepassing van sommige bepalingen van Besluit 2008/615/JBZ van de Raad inzake de intensivering van de grensoverschrijdende samenwerking, in het bijzonder ter bestrijding van terrorisme en grensoverschrijdende criminaliteit, van Besluit 2008/616/JBZ van de Raad betreffende de uitvoering van Besluit 2008/615/JBZ inzake de intensivering van de grensoverschrijdende sa- menwerking, in het bijzonder ter bestrijding van terrorisme en grens- overschrijdende criminaliteit, en de bijlage daarbij, en van Kaderbesluit 2009/905/JBZ van de Raad over de accreditatie van aanbieders van forensische diensten die laboratoriumactiviteiten verrichten (hierna “de overeenkomst” genoemd), verklaren:
Met het oog op de uitwisseling van gegevens betreffende DNA-profielen, vingerafdrukken en voertuigkentekens is het noodzake- lijk dat het Vorstendom Liechtenstein voor elk van deze categorieën met elk van de lidstaten bilaterale verbindingen opzet.
Om deze taak te vergemakkelijken, worden alle beschikbare documen- ten, softwareproducten en lijsten met contacten aan het Vorstendom Liechtenstein toegezonden.
Het Vorstendom Liechtenstein kan met lidstaten die dergelijke uitwis- selingen reeds hebben uitgevoerd, een informeel partnerschap aangaan, teneinde in de opgedane ervaringen te delen en praktische en technische bijstand te krijgen. Over de gang van zaken bij een dergelijk partner- schap dient met de betrokken lidstaten overeenstemming te worden bereikt.
Voor informatie, verduidelijking of andere ondersteuning kunnen Liech- tensteinse deskundigen zich altijd wenden tot het voorzitterschap van de Raad, de Commissie of erkende deskundigen op de betrokken gebieden. Evenzo zal de Commissie, wanneer zij contact heeft met vertegenwoor- digers van de lidstaten bij de voorbereiding van voorstellen of medede- lingen, ook contact opnemen met vertegenwoordigers van het Vorsten- dom Liechtenstein.
Liechtensteinse deskundigen kunnen worden uitgenodigd voor vergade- ringen waar deskundigen van de lidstaten in Raadsverband technische aspecten bespreken die rechtstreeks betrekking hebben op de toepassing en ontwikkeling van de inhoud van bovengenoemde besluiten van de Raad.