HAVENREGLEMENT Jachthaven "Port Entrepot", (versie 16-7-2020)

HAVENREGLEMENT Jachthaven "Port Entrepot", (versie 16-7-2020)

1. Algemeen

1.1. Een ieder die zich op het terrein of in de haven van “Vereniging van Eigenaars Kopgebouw en Jachthaven Entrepot” bevindt, wordt geacht de inhoud van dit reglement te kennen, zich daaraan te houden alsmede aanwijzingen van het bestuur en de door het bestuur aangewezen personen op te volgen. Rechten en plichten krachtens dit reglement verleend of opgedragen kunnen niet aan anderen worden overgedragen, tenzij het bestuur hierin anders beslist.

2. Definities

2.1. De jachthaven:

Het bij de “Vereniging van Eigenaars Kopgebouw en Jachthaven Entrepot” in exploitatie zijnde wateroppervlak, terreinen, steigers, bebouwing, constructies, afrasteringen etc.

2.2. De vereniging:

“Vereniging van Eigenaars Kopgebouw en Jachthaven Entrepot”.

2.3. Het bestuur:

Het bestuur van “Vereniging van Eigenaars Kopgebouw en Jachthaven Entrepot”.

2.4. De havenmeester:

De door en onder verantwoordelijkheid van het bestuur aangewezen persoon/personen, belast met de regeling van en de controle op de dagelijkse gang van zaken in de jachthaven.

2.5. De gebruiker:

Huurder van een ligplaats, passant, bezoeker, etc.

3. Geldigheid

3.1. Dit havenreglement is vastgesteld door het bestuur en kan te allen tijde aangevuld of gewijzigd worden.

3.2. Eerdere havenreglementen zijn met ingang van bovengenoemde datum vervallen.

4. Beheer en toezicht

4.1. Het beheer en toezicht van de jachthaven berust bij het bestuur.

4.2. De havenmeester is door het bestuur belast met het dagelijks havenbeheer en de uitvoering van het havenreglement en is hiervoor verantwoording verschuldigd aan het bestuur.

4.3. Een ieder die zich in de jachthaven bevindt dient de aanwijzingen van de havenmeester op te volgen.

4.4. Indien huurder zijn vaartuig en toebehoren aan derden in gebruik wil geven dient zij persoonlijk de havenmeester vooraf daarvan in kennis te stellen.

4.5. Het is huurder verboden op de ligplaats en/of enig deel van de jachthaven commerciële activiteit te ontwikkelen/exploiteren en/of doen exploiteren op generlei wijze dan ook. Onder dit laatste wordt mede verstaan daartoe strekkende borden, mededelingen en aanduidingen,

zelfs al deze zich bijvoorbeeld virtueel en buiten de haven plaats hebben. Hieronder wordt niet begrepen het normaal en niet op naar het oordeel van verhuurder en/of de havenmeester te koop zetten van uw jacht.

5. Aansprakelijkheid

5.1. Het gebruik van de voorzieningen die de vereniging biedt, geschiedt op eigen risico. De vereniging is niet aansprakelijk voor schade, hoe ook genaamd, die dientengevolge of door welke andere oorzaak dan ook mocht ontstaan. De gebruiker van dergelijke voorzieningen vrijwaart de vereniging voor alle aansprakelijkheid, hoe ook genaamd, die hij of derden in verband daarmee mochten doen gelden.

5.2. Het in lid 5.1 bepaalde is van overeenkomstige toepassing, indien door of vanwege het bestuur, in het kader van het havenbeheer, een vaartuig wordt betreden, verhaald of anderszins beroerd en dientengevolge aan dat vaartuig, jegens derden of anderszins schade mocht ontstaan.

5.3. Indien een vaartuig in verband met overtreding van dit reglement, overeenkomstig dit reglement door of vanwege het bestuur wordt verhaald, verwijderd of elders gestald, zijn de daaraan verbonden kosten voor rekening van de betreffende eigenaar of houder.

5.4. Het in lid 5.3 bepaalde is van overeenkomstige toepassing indien door of vanwege het bestuur, maatregelen worden genomen om schade aan vaartuigen te voorkomen of te beperken, ongeacht of deze maatregelen naar het oordeel van de betrokken eigenaar of houder redelijkerwijs noodzakelijk waren.

5.5. Bij overtredingen van het havenreglement die schade veroorzaken aan de jachthaven en/of het milieu, wordt de schade voor zover als naar het oordeel van het bestuur noodzakelijk, hersteld op kosten van de overtreder; eventuele boetes bij milieuverontreinigingen worden verhaald op de veroorzaker van de verontreiniging.

5.6. Indien een vaartuig aan meerdere personen toebehoort, zijn zij gehouden om één van hen aan te wijzen die geacht wordt hen te vertegenwoordigen; niettemin is elk der mede-eigenaren jegens de vereniging hoofdelijk verbonden voor al hetgeen de vereniging in verband met dat vaartuig of de ligplaats daarvan, te vorderen mocht hebben. Deze aansprakelijkheid vervalt indien men niet langer

mede-eigenaar is en dit per aangetekend schrijven aan het bestuur kenbaar is gemaakt.

5.7. Voor het vaartuig waarmee een ligplaats wordt ingenomen dient een WA-verzekering te zijn afgesloten. Op een daartoe strekkend verzoek van het bestuur dient de polis ter inzage te worden gegeven.

6. Passanten

6.1. Een ieder die, anders dan als seizoen ligplaatshouder, met een vaartuig de jachthaven bezoekt, dient zich bij eerste gelegenheid bij de havenmeester te melden.

6.2. Op de dag van zijn vertrek dient de passant zijn ligplaats voor 12.00 uur te verlaten.

6.3. Indien de passant niet in staat is om voor het in artikel 6.2 aangegeven tijdstip de ligplaats te verlaten, is deze een etmaal liggeld verschuldigd.

7. Manoeuvreren

7.1. Het is verboden de schroef in beweging te brengen als het schip vast ligt.

7.2. In de haven mag niet met een hogere snelheid dan 5 km per uur worden gevaren.

7.3. Het is niet toegestaan in de jachthaven te zeilen.

7.4. Vaartuigen zonder mechanische voortbeweging dienen naar een veilige plek aan de buitenzijde van de jachthaven te worden versleept, om te worden opgetuigd, zonder dat daardoor mogelijke schade aan andere schepen kan worden toegebracht.

8. Afmeren

8.1. Het is verboden elders in de jachthaven ligplaats te nemen dan is toegewezen.

8.2. Een ieder dient zorg te dragen dat zijn vaartuig deugdelijk is afgemeerd/gesteld, zodanig dat het vrij blijft van andere vaartuigen, steigers of palen. Een boegspriet/kluifhout dient, voor zover mogelijk, te worden ingenomen of getopt. Elk vaartuig dient te zijn voorzien van toereikende stootwillen. Bij gebreke van één en ander kan daarin door de havenmeester, op kosten van de betrokkenen, worden voorzien.

8.3. Een ieder moet gedogen dat andere vaartuigen, op aanwijzing van de havenmeester naast of tegen het zijne afmeren.

8.4. Het is niet toegestaan vast te maken op andere dan daarvoor ingerichte plaatsen, behoudens aanwijzingen van de havenmeester.

8.5. Dekzeilen dienen, in het bijzonder gedurende het winterseizoen, stormvast te zijn bevestigd, goed passend te zijn en van een deugdelijke kwaliteit te zijn vervaardigd.

8.6. Gebruiker zal de havenmeester toestaan hem of haar tijdelijk een andere dan de toegewezen ligplaats toe te wijzen, als enigerlei belang van de haven zulks vereist.

9. Veiligheid

9.1. Op het water van de jachthaven zijn in het algemeen de wettelijke bepalingen van het Binnenvaart Politiereglement (BPR) van kracht. Op het haventerrein zijn van toepassing de wegenverkeerswet, het verkeersreglement en de door de gemeente opgelegde regels.

9.2. Bij een geval van storm, brand, ongeval of enig ander onheil is een ieder die op het terrein aanwezig is verplicht hulp te verlenen.

9.3. De eigenaar of houder van een vaartuig met ingebouwde motor of motor met losse tank is verplicht er zorg voor te dragen dat zich een in goede staat verkerende en goede snelwerkende blusser, ter bestrijding van brand, aan boord bevindt.

9.4. Het in voorraad hebben en bijvullen van benzine dient met de grootste zorgvuldigheid te gebeuren, zodat het geen gevaar kan opleveren voor de omgeving.

9.5. Gasinstallaties aan boord van vaartuigen dienen veilig en volgens de geldende voorschriften uitgevoerd te zijn en ook zo gebruikt te worden.

9.6. Het is niet toegestaan op de steigers te fietsen, te rolschaatsen, te skeeleren of op andere wijze voort te bewegen anders dan lopend, mindervalide personen hiervan uitgezonderd.

9.7. Het is niet toegestaan in de jachthaven te zwemmen.

9.8. Het is niet toegestaan steigers geheel of gedeeltelijk te blokkeren.

9.9. Het is niet toegestaan open vuur te gebruiken, barbecueën daaronder begrepen.

9.10. Het is in de winterperiode niet toegestaan licht ontvlambare stoffen zoals gas, benzine, petroleum en kerosine aan boord te hebben.

9.11. Het is in de winterperiode niet toegestaan accu’s aangekoppeld te laten.

9.12. Het is verboden in de jachthaven groot onderhoudswerk of reparaties te verrichten.

10. Milieu

10.1. Het is niet toegestaan in de jachthaven onderwatertoiletten te gebruiken.

10.2. Het is niet toegestaan stoffen in het water of op het terrein van de jachthaven te lozen of te brengen, zowel waar het betreft brandstoffen, oliën, vetten bilgewater en dergelijke als huishoudelijk afval, de inhoud van chemische toiletten en andere stoffen die het milieu kunnen verontreinigen; hieronder valt het gebruik van een ontvetter zoals een afwasmiddel teneinde brandstof die tijdens het tanken in het water is gekomen op te lossen.

10.3. Het is verboden stoffen als onder punt 10.2 omschreven elders te deponeren of af te geven anders dan op de daarvoor bestemde plaats in de jachthaven; ontbreekt die mogelijkheid dan blijft men zelf verantwoordelijk voor een goede milieuvriendelijke afvoer van deze stoffen.

10.4. Het is niet toegestaan om drinkwater te gebruiken, anders dan voor het vullen van watertanks.

11. Overlast

11.1. Een ieder is gehouden in de jachthaven orde, rust en zindelijkheid te betrachten, de veiligheid in acht te nemen en te voorkomen dat men door zijn gedrag aanstoot geeft. In het bijzonder geldt dat iedere eigenaar/gebruiker van een schip zodanig afmeert c.q. zijn tuigage zodanig vastzet dat geen geluidshinder voor omwonenden ontstaat, alsook dat na 22.00 uur nog slechts op huiskamer geluidsniveau wordt gecommuniceerd conform de algemene plaatselijke verordening (APV).

11.2. Het is niet toegestaan in de jachthaven aggregaten te laten draaien.

11.3. Het is niet toegestaan in de jachthaven het doen ten gehore brengen van muziek of gesproken woord door middel van mechanische weergevers met grote geluidssterkte.

11.4. Het is verboden in de jachthaven groot onderhoudswerk of reparaties te verrichten.

11.5. Het is niet toegestaan in de jachthaven motoren te gebruiken anders dan voor het verplaatsen van het vaartuig.

11.6. Het is niet toegestaan in de jachthaven huisdieren los te laten lopen of uit te laten.

11.7. Het is niet toegestaan in de jachthaven losse onderdelen, tassen, zeilen, bootspullen, of andere persoonlijke zaken op de steigers achter te laten.

11.8. Het is niet toegestaan om op de steigers vaste opstap hulpmiddelen te bevestigen.

12. Algemene bepalingen

12.1. Het aanbrengen of voeren van enige reclame, in welke vorm dan ook, is zonder toestemming van het bestuur niet toegestaan.

12.2. Vaartuigen of andere voorwerpen die zich op of in de jachthaven bevinden zonder dat daartoe het recht is verleend, of anders dan waartoe het recht is verleend, kunnen door of vanwege het bestuur worden verwijderd; het in artikel 5.2 en 5.3 bepaalde is van (overeenkomstige) toepassing.

12.3. Het is niet toegestaan permanent verblijf te houden aan boord.

13. Naleving havenreglement

13.1. Alle ligplaatshouders zijn verplicht het bestuur zoveel mogelijk steun te verlenen om de goede gang van zaken in de jachthaven te bevorderen

13.2. Bij overtreding van het havenreglement, die niet op eerste sommatie ophoudt of ongedaan wordt gemaakt, is het bestuur bevoegd de betrokkene de toegang tot de haven tijdelijk of permanent te ontzeggen en zonodig de huurovereenkomst van de ligplaats zonder het recht op schadevergoeding of andere compensatie voor huurder per direct op te zeggen.

14. Slotbepaling

14.1. In alle gevallen waarin dit reglement niet voorziet, beslist het bestuur.