Contract
<.. image(Document Cover Page. Document Number: 12370/14 DCL 1. Subject Codes: AVIATION 158 RELEX 662 USA 17. Heading: DERUBRICERING. Subject: Aanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD waarbij de Commissie wordt gemachtigd te onderhandelen over een wijziging van de Overeenkomst tussen de Verenigde Staten van Amerika en de Europese Gemeenschap betreffende samenwerking op het gebied van de reglementering van de burgerluchtvaartveiligheid, voor wat aanvullende gebieden van samenwerking en aanvaarding betreft. Location: Brussel. Date: 22 maart 2023. Interinstitutional Files: Not Set. Institutional Framework: Raad van de Europese Unie. Language: NL. Distribution Code: PUBLIC. GUID: 4983213826031880926_1) removed ..>
Raad van de Europese Unie
Brussel, 22 maart 2023 (OR. nl)
12370/14
DCL 1
AVIATION 158
RELEX 662
USA 17
DERUBRICERING1
van document: 12370/14 RESTREINT UE/EU RESTRICTED
d.d.: 6 augustus 2014 nieuwe status: Publiek
Betreft: Aanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD waarbij de Commissie wordt gemachtigd te onderhandelen over een wijziging van de Overeenkomst tussen de Verenigde Staten van Amerika en de Europese Gemeenschap betreffende samenwerking op het gebied van de reglementering van de burgerluchtvaartveiligheid, voor wat aanvullende gebieden van samenwerking en aanvaarding betreft
Hierbij gaat voor de delegaties de gederubriceerde versie van bovengenoemd document. De tekst van dit document is identiek aan die van de voorgaande versie.
1 Door de Europese Commissie op 17 februari 2023 gederubriceerd document.
RESTREINT UE/EU RESTRICTED
Raad van de Europese Unie
Brussel, 6 augustus 2014 (OR. en)
12370/14
RESTREINT UE/EU RESTRICTED AVIATION 158
RELEX 662
USA 17
BEGELEIDENDE NOTA
van: de heer Xxxxx XXXX XXXXXXXXX, directeur, namens de secretaris- generaal van de Europese Commissie
ingekomen: 5 augustus 2014
aan: de xxxx Xxx XXXXXXXXX, secretaris-generaal van de Raad van de Europese Unie
Nr. Comdoc.: COM(2014) 502 final
Betreft: Aanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD waarbij de Commissie wordt gemachtigd te onderhandelen over een wijziging van de Overeenkomst tussen de Verenigde Staten van Amerika en de Europese Gemeenschap betreffende samenwerking op het gebied van de reglementering van de burgerluchtvaartveiligheid, voor wat aanvullende gebieden van samenwerking en aanvaarding betreft
Hierbij gaat voor de delegaties document COM(2014) 502 final.
Bijlage: COM(2014) 502 final
EUROPESE COMMISSIE
Brussel, 5.8.2014
COM(2014) 502 final
Aanbeveling voor een
BESLUIT VAN DE RAAD
waarbij de Commissie wordt gemachtigd te onderhandelen over een wijziging van de Overeenkomst tussen de Verenigde Staten van Amerika en de Europese Gemeenschap betreffende samenwerking op het gebied van de reglementering van de burgerluchtvaartveiligheid, voor wat aanvullende gebieden van samenwerking en aanvaarding betreft
TOELICHTING
1. ACHTERGROND VAN HET VOORSTEL
Ingevolge het besluit van de Raad betreffende de sluiting van de Overeenkomst tussen de Verenigde Staten van Amerika en de Europese Gemeenschap betreffende samenwerking op het gebied van de regulering van de burgerluchtvaartveiligheid2, is deze overeenkomst3 op 1 mei 2011 in werking getreden. De overeenkomst kwam tot stand na onderhandelingen op basis van het Besluit van de Raad van 9 maart 2004 waarbij de Commissie werd gemachtigd de onderhandelingen te openen.
De overeenkomst heeft onder meer tot doel ervoor te zorgen dat het hoge niveau van samenwerking en harmonisering tussen de Verenigde Staten en de Europese Unie op de gebieden die onder de overeenkomst vallen, wordt voortgezet. Deze aanpak wordt ook ondersteund door bewijsmateriaal dat in de loop der jaren is verzameld. Een aantal gemeenschappelijke acties, waaronder een vergelijking van het regelgevingskader van de EU en de VS, initiële vertrouwenscheppende maatregelen (bezoeken om elkaars systemen te bekijken en te beoordelen) en verdere vertrouwenscheppende maatregelen (in het geval van de bestaande bijlagen) hebben aangetoond dat beide rechtssystemen over het algemeen voor een gelijkwaardig veiligheidsniveau zorgen, ook al blijven de normen verschillend.
Zoals uiteengezet in artikel 2, onder B, van de overeenkomst, heeft de overeenkomst betrekking op:
• goedkeuring van luchtwaardigheid en toezicht op burgerluchtvaartproducten;
• milieutests en goedkeuring van burgerluchtvaartproducten; en
• goedkeuring van en toezicht op onderhoudsfaciliteiten.
Onverminderd het voorgaande werd in de onderhandelingsrichtsnoeren bij het Besluit van de Raad van 9 maart 2004 ook vermeld dat deze overeenkomst procedures moest bevatten om ze uit te breiden tot andere gebieden van samenwerking, op basis van een gezamenlijke schriftelijke verklaring van de partijen bij de overeenkomst. De relevante procedures hiervoor zijn vastgesteld in artikel 2, onder C, en artikel 19, onder B, van de overeenkomst.
Tijdens de uitvoering van de overeenkomst hebben de Federal Aviation Administration (FAA) van de Verenigde Staten en de Commissie, met name via besprekingen in de Bilaterale Raad voor Toezicht, vastgesteld dat beide partijen de mogelijkheid tot samenwerking wensen uit te breiden tot gebieden die verder reiken dan de huidige bepalingen van de overeenkomst.
De partijen hebben overleg gepleegd over de gebieden waarop in de nabije toekomst kan worden samengewerkt, zoals luchtvaartproducten (de deelgebieden zijn nog niet behandeld), vergunningen en opleiding van personeel, vluchtuitvoering, luchtvaartterreinen en luchtverkeersbeheers- en luchtvaartnavigatiediensten (ATM/ANS). Nieuwe bijlagen op deze gebieden zouden beide partijen in staat stellen de praktische eisen voor het verkrijgen van
2 Besluit 2011/719/EU, PB L 291 van 2.11.2011, blz. 1.
3 PB L 291 van 2.11.2011, blz. 3.
certificaten, goedkeuringen of vliegbewijzen sterk te beperken door zoveel mogelijk rekening te houden met de werkzaamheden die reeds door de autoriteiten van de andere partij zijn verricht (respectievelijk de FAA en het EASA). Het vermijden van dubbel werk bij controles kan aanzienlijke financiële en operationele besparingen opleveren, niet alleen voor de Europese industrie, maar ook voor het mkb en individuele burgers aan beide zijden van de Atlantische Oceaan die actief zijn op luchtvaartgerelateerde domeinen, zoals vliegen, onderhoud of opleiding. Er zij op gewezen dat op de samenwerkingsgebieden vluchtuitvoering, luchtvaartterreinen en luchtverkeersbeheers- en luchtvaartnavigatiediensten de vertrouwenscheppende acties die de basis vormen voor eventuele verdere toekomstige samenwerking nog steeds aan de gang zijn.
Beide partijen hebben erop gewezen dat bij de verdere samenwerking prioriteit moet worden gegeven aan vliegbewijzen en opleidingen van piloten, en hebben deskundigen de opdracht gegeven de opties te onderzoeken en technische voorstellen te doen. Tijdens de onderhandelingen over de Europese regels inzake vliegbewijzen was al duidelijk geworden dat duizenden houders van vliegbewijzen (boven 10 000 ft) die in een derde land zijn afgegeven, baat zouden vinden bij een dergelijke bijlage omdat zij hun vliegbewijs niet hoeven om te zetten, zoals bepaald in de Europese regels. Aangezien dit aanzienlijke financiële en operationele besparingen zou opleveren, hebben verscheidene pilotenverenigingen zich een sterk pleitbezorger getoond van dit punt. In de praktijk zou deze samenwerking inhouden dat verklaringen van overeenstemming en documenten wederzijds worden aanvaard en dat technische bijstand wordt verleend met betrekking tot vliegbewijzen van privépiloot en toezicht op de naleving. De lidstaten zullen een vliegbewijs kunnen afgeven op basis van het VS-vliegbewijs na een vereenvoudigde procedure waarbij alleen enkele bijzondere voorwaarden moeten worden geverifieerd. Het EASA zal er op toezien dat het niveau van samenwerking op peil wordt gehouden door deel te nemen aan verdere vertrouwenscheppende acties.
Teneinde deze ontwikkelingen te weerspiegelen, dient artikel 2, onder B, van de overeenkomst te worden gewijzigd.
In artikel 4, lid 4, van het Besluit van de Raad van 7 maart 2011 betreffende de sluiting van de overeenkomst4 is bepaald hoe de overeenkomst kan worden gewijzigd. Om te voldoen aan de bepalingen van dit artikel en aan de relevante bepalingen van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie moeten formele onderhandelingen met de Verenigde Staten worden gevoerd.
De Commissie beveelt de Raad daarom aan haar te machtigen om te onderhandelen over deze wijziging van de overeenkomst.
2. RESULTATEN VAN DE RAADPLEGING VAN BELANGHEBBENDE PARTIJEN EN EFFECTBEOORDELINGEN
De voorlopige conclusie van de besprekingen tussen de Commissie en de FAA is dat beide partijen het toepassingsgebied van de overeenkomst willen uitbreiden tot andere gebieden. In het algemeen is de luchtvaartsector consequent voorstander van nauwere samenwerking,
4 PB L 291 van 2.11.2011, blz. 1.
erkenning en harmonisering tussen de twee grootste markten, de VS en de EU, teneinde paal en perk te stellen aan onnodige transactiekosten die weinig of geen veiligheidswaarde hebben, maar de concurrentiekracht van de sector doen afnemen. Dit is met name belangrijk nu er in andere werelddelen nieuwkomers op markt verschijnen. Dit argument wordt verder versterkt door de vertrouwenscheppende acties, de EASA-audits die zijn uitgevoerd en de controles die het EASA in het kader van de huidige bijlagen heeft uitgevoerd op het toezicht op de blijvende luchtwaardigheid door de FAA, teneinde na te gaan of de FAA inderdaad namens het EASA correct toezicht houdt op in de VS gevestigde volgens Deel 145 erkende onderhoudsorganisaties.
Gezien het voorgaande heeft een eerste vergelijking van de regelgevingskaders van de EU en de VS die betrekking hebben op de in punt 1 vermelde uitbreidingsgebieden aangetoond dat het raadzaam is de regelgevende eisen en procedures aan beide zijden van de Atlantische Oceaan te vereenvoudigen met het oog op de toevoeging van nieuwe gebieden. Dit kan de twee systemen dichter bij elkaar brengen en aanzienlijke besparingen opleveren wat de organisatiestructuur, hulpmiddelen, opleidingsprogramma’s, interne processen en toezichtsprogramma’s betreft.
De nieuwe bijlagen bij de overeenkomst die nodig zijn om de wederzijdse aanvaarding op een bepaald gebied effectief te kunnen toepassen, zullen worden opgesteld en aangenomen volgens de specifieke procedures in de overeenkomst en in Besluit 2011/719/EU. Voor deze nieuwe bijlagen zal de Commissie een afzonderlijk en aanvullend voorstel voor een besluit van de Raad opstellen.
3. JURIDISCHE ELEMENTEN VAN HET VOORSTEL Samenvatting van de voorgestelde maatregel
De voorgestelde wijziging van de overeenkomst zou de mogelijkheid creëren om samen te werken op andere gebieden die onder de bevoegdheid van de partijen vallen, voor zover een specifiek besluit wordt genomen voor elk nieuw gebied dat wordt toegevoegd. Nieuwe gebieden die aan bod kunnen komen, zijn bijvoorbeeld burgerluchtvaartproducten (de deelgebieden zijn nog niet behandeld), vergunningen en opleiding van personeel, vluchtuitvoering, luchtvaartterreinen, luchtverkeersbeheers- en luchtvaartnavigatiediensten, en andere gebieden die passend worden geacht. De voorgestelde uitbreiding van de overeenkomst is in overeenstemming met de geest en de letter van de basisverordening van de EU inzake luchtvaartveiligheid en zou bijdragen tot de verwezenlijking van de in artikel 12 van Verordening 216/2008 uiteengezette doelstellingen van de Unie op het gebied van samenwerking met derde landen.
Rechtsgrondslag
De rechtsgrondslag is artikel 218, leden 3 en 4, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie.
Bij wijze van achtergrond verdient ook artikel 12 van Verordening 216/2008 te worden vermeld. In dat artikel worden immers de doelstellingen uiteengezet op het gebied van
samenwerking met derde landen, met name de erkenningsovereenkomsten tussen de Europese Unie en derde landen.
4. GEVOLGEN VOOR DE BEGROTING
Geen gevolgen voor de EU-begroting.
Aanbeveling voor een
BESLUIT VAN DE RAAD
waarbij de Commissie wordt gemachtigd te onderhandelen over een wijziging van de Overeenkomst tussen de Verenigde Staten van Amerika en de Europese Gemeenschap betreffende samenwerking op het gebied van de reglementering van de burgerluchtvaartveiligheid, voor wat aanvullende gebieden van samenwerking en aanvaarding betreft
DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 218, leden 3 en 4,
Gezien de aanbeveling van de Europese Commissie, Overwegende hetgeen volgt,
(1) De Overeenkomst tussen de Verenigde Staten van Amerika en de Europese Gemeenschap betreffende samenwerking op het gebied van de regulering van de burgerluchtvaartveiligheid5 is op 1 mei 2011 in werking getreden.
(2) Het huidige toepassingsgebied van de overeenkomst, zoals vastgesteld in artikel 2, onder B, omvat goedkeuring van luchtwaardigheid en toezicht op burgerluchtvaartproducten, milieutests en goedkeuring van burgerluchtvaartproducten en goedkeuring van en toezicht op onderhoudsfaciliteiten.
(3) Tijdens de uitvoering van de overeenkomst hebben de Federal Aviation Administration (FAA) van de Verenigde Staten en de Europese Unie, vertegenwoordigd door de Commissie, met name via besprekingen in de Bilaterale Raad voor Toezicht, vastgesteld dat beide partijen de mogelijkheid tot samenwerking wensen uit te breiden tot gebieden die verder reiken dan de huidige bepalingen van de overeenkomst.
(4) Beide partijen hebben erop gewezen dat nauwere samenwerking tot stand moet worden gebracht. Uit de werkzaamheden van deskundigen is gebleken dat het haalbaar en noodzakelijk is de overeenkomst uit te breiden tot aanvullende gebieden van samenwerking en aanvaarding.
5 PB L 291 van 9.11.2011, blz.3.
(5) De Bilaterale Raad voor Toezicht heeft het recht bestaande bijlagen te wijzigen en nieuwe bijlagen vast te stellen binnen het toepassingsgebied van de overeenkomst, maar heeft niet het recht het toepassingsgebied van de overeenkomst te wijzigen,
HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:
Artikel 1
De Commissie wordt hierbij gemachtigd om namens de Europese Unie te onderhandelen over een wijziging van de Overeenkomst tussen de Verenigde Staten van Amerika en de Europese Gemeenschap betreffende samenwerking op het gebied van de regulering van de burgerluchtvaartveiligheid, voor wat de uitbreiding van het toepassingsgebied ervan tot andere samenwerkingsgebieden betreft.
Artikel 2
De Commissie zal de onderhandelingen voeren in overeenstemming met de onderhandelingsrichtsnoeren die in bijlage 1 bij dit besluit zijn uiteengezet.
Artikel 3
De onderhandelingen zullen worden gevoerd in overleg met [naam van het speciaal comité]
Artikel 4
Dit besluit is gericht tot de Commissie. Gedaan te Brussel,
Voor de Raad De Voorzitter