OVEREENKOMST OMLEGGING A9 TE BADHOEVEDORP
OVEREENKOMST OMLEGGING A9 TE BADHOEVEDORP
DE ONDERGETEKENDEN:
1. De Staat der Nederlanden, te dezen vertegenwoordigd door de Minister van Verkeer en Waterstaat, mevrouw Drs. K.M.H. Xxxxx, zetelende te Den Haag, verder te noemen ‘het Rijk’.
2. De Provincie Noord-Holland, ingevolge artikel 176 lid 2 van de Provinciewet te dezen vertegenwoordigd door de Gedeputeerde Verkeer en Vervoer, de xxxx Xxx. X. Xxxxx, hierna te noemen ‘de Provincie’.
3. De Gemeente Haarlemmermeer, te dezen vertegenwoordigd door de Wethouder Ruimtelijke Ordening en Luchthavenzaken, de heer Drs. M.J. Bezuijen, ingevolge artikel 171 lid 2 van de Gemeentewet, hierna te noemen ‘Gemeente Haarlemmermeer’.
4. Het Regionaal Orgaan Amsterdam, ingevolge artikel 45, lid 3 van de gemeen- schappelijke regeling ROA, te dezen vertegenwoordigd door de portefeuillehouder Xxxxxxx, mevrouw M.T.J. Xxxxxxxx-Xxxxxxxxx, hierna te noemen ‘ROA’.
5. De Gemeente Amsterdam, ingevolge artikel 171 lid 2 van de Gemeentewet, te dezen vertegenwoordigd door de Wethouder Verkeer en Vervoer, de xxxx X. xxx xxx Xxxxx, hierna te noemen ‘Gemeente Amsterdam’.
6. De Schiphol Nederland B.V., te dezen vertegenwoordigd door de heer Prof. Drs.
G.J. Cerfontaine, hierna te noemen ‘Schiphol’.
Partijen 2 tot en met 6 hierna gezamenlijk ook te noemen ‘Regionale partijen’. Het Rijk en de Regionale partijen hierna verder ook te noemen ‘Partijen’.
OVERWEGENDE DAT:
- op het huidige tracé van de rijksweg A9 door Badhoevedorp reeds lange tijd milieu-, leefbaarheids- en congestieproblemen zijn en door de ligging midden in Badhoevedorp veiligheids- en gezondheidsrisico’s aanwezig zijn.
- partijen het daarom noodzakelijk achten dat ter verbetering van de bereikbaarheid, leefbaarheid en de ruimtelijke en economische ontwikkeling de omlegging van de A9 bij Badhoevedorp wordt gerealiseerd.
- partijen een Projectscope (bijlage 1) hebben omschreven voor de omlegging van de A9 , welke geldt als alternatief voor de reeds bestaande plannen van het Rijk, de Benuttingsmaatregelen en de Reconstructie van knooppunt Badhoevedorp.
- de Projectscope en de Benuttingsmaatregelen hebben beide 2*3 rijstroken als uitgangspunt.
- Op basis van verkeerskundig onderzoek is gebleken dat binnen de Projectscope een éénduidig betere verkeerskundige oplossing is te realiseren voor de bereikbaarheid en doorstroming op de A9 en dat het deelproject weg zoals beschreven in de Projectscope duurzamer is dan de Benuttingsmaatregelen omdat de capaciteit binnen de uitgangspunten van de Projectscope relatief eenvoudig uitgebreid kan worden indien in de toekomst daar aanleiding voor mocht zijn.
- door een integrale aanpak een passende en doelmatige omlegging van de A9 mogelijk is alsmede een kwalitatief hoogwaardige gebiedsontwikkeling die enerzijds noodzakelijk is voor de financiering van de omlegging van de A9 en anderzijds noodzakelijk is voor het realiseren van een hoogwaardige ruimtelijke oplossing zodat voldoende draagvlak voor de omlegging van de A9 wordt gecreëerd.
- het Rijk in het kader van het MIT budgetten heeft gereserveerd voor de Reconstructie van het knooppunt Badhoevedorp alsmede een budget voor de Benuttingsmaatregelen, welke budgetten het Rijk bereid is aan te wenden voor de financiering van de omlegging van de A9 (Deelproject weg) mits er voldoende commitment is van de Regionale Partijen voor de omlegging van de A9 en om het Deelproject mede te financieren.
- Partijen hebben geconcludeerd dat het deelproject weg moeten kunnen worden gerealiseerd binnen een taakstellend budget.
- In het kader van het onderzoek naar de risico’s van het Project, xxxxxx’x zijn geïdentificeerd in zowel de planfase als ook de aanbestedings- en bouwfase en dat in het kader van deze Overeenkomst tevens afspraken zullen worden gemaakt, teneinde deze risico’s zoveel mogelijk weg te nemen dan wel te beheersen.
ZIJN OVEREENGEKOMEN ALS VOLGT:
Artikel 1 Begripsbepalingen
In deze Overeenkomst wordt verstaan onder:
Benuttingsmaatregelen: De voor de benutting van de vluchtstrook van het huidige wegtracé A9 tussen Lijnden en het knoop- punt Badhoevedorp te realiseren ingrepen waar- voor in het MIT investeringsbudgetten zijn vastge- legd.
Reconstructie knooppunt Badhoevedorp: De ter verbetering van de doorstroming op en rond
het knooppunt Badhoevedorp te nemen maatrege- len waarvoor in het MIT investeringsbudgetten zijn vastgelegd.
Project: De omlegging van de A9 nabij Badhoevedorp en de herontwikkeling van het oude wegtracé en Badhoevedorp-Zuid, bestaande uit het Deelproject weg en het Deelproject ontwikkelingslocaties.
Projectscope: De ruimtelijke, verkeerskundige, functionele-, en ontwerptechnische uitgangspunten waarbinnen op basis van de in deze Overeenkomst vastgelegde afspraken aangaande het Deelproject weg en het Deelproject ontwikkelingslocaties zullen worden gerealiseerd.
Deelproject weg: Het onderdeel van het Project bestaande uit de omlegging van de A9 inclusief alle andere infrastructurele ingrepen, zoals omschreven in de Projectscope.
Deelproject ontwikkelingslocaties: Het onderdeel van het Project bestaande uit de
(her)ontwikkelingslocaties van de door de omlegging vrijkomende gronden op en langs het oude wegtracé (locaties 1 tot en met 6), Badhoevedorp-Zuid en Wildenhorst (locatie 7), zoals aangegeven op kaart in de Projectscope.
Uitwerkingsfase: De periode van uiterlijk zes maanden die start vanaf het moment van ondertekening van deze Overeenkomst ten behoeve van de nadere uitwerking van het Project totdat een Voorkeurs- variant voor het Deelproject weg zal worden vastgesteld.
Voorkeursvariant Het aan het einde van de Uitwerkingsfase vast te stellen wegtracé voor de omlegging van de A9 dat als uitgangspunt zal dienen voor de Tracé/MER- procedure.
Inbreng Partijen De financiële bijdrage van de verschillende partijen zoals genoemd in artikel 6 met dien verstande dat de bijdrage van de gemeente Haarlemmermeer (artikel 6 lid 1 e) mede gekoppeld is aan de inbreng van gronden van het Rijk voor € 1. De bijdrage van het Rijk (via de grond) bedraagt daardoor feitelijk ca. € 45 miljoen.
Artikel 2 Doel van de Overeenkomst
2.1 De overeenkomst heeft tot doel de afspraken vast te leggen die Partijen hebben gemaakt aangaande de financiering van de omlegging van de A9 door middel van de realisatie van het Project op basis van de Projectscope als ook de wijze waarop Partijen zullen samenwerken tijdens de Uitwerkingsfase binnen de in deze Overeenkomst vastgelegde organisatorische, verkeerskundige, ruimtelijke, programmatische en financiële uitgangspunten.
2.2 De overeenkomst heeft tot doel de afspraken die de Regionale Partijen hebben gemaakt terzake de realisatie van het Deelproject ontwikkelingslocaties vast te leggen. Het Rijk is uitdrukkelijk geen partij bij deze afspraken betreffende het Deelproject ontwikkelingslocaties. Het Rijk verbindt zich in dit kader wel aan artikel 10.
Artikel 3 Projectscope
3.1 Partijen stellen vast dat voldoende is aangetoond dat binnen de Projectscope (bijlage 1) een betere functionaliteit gerealiseerd kan worden dan met de Benuttingmaatregelen in combinatie met de Reconstructie van het knooppunt Badhoevedorp alsmede dat aangetoond is dat het Deelproject weg binnen de Projectscope realiseerbaar is binnen een taakstellend budget van € 300 miljoen inclusief aansluiting Parkstad binnen de projectscope (prijspeil 1 januari 2005) (hierna “het Taakstellende budget”).
3.2 Partijen zijn zich er van bewust dat de Projectscope geen definitief wegtracé benoemt. Partijen zullen gezamenlijk in de Uitwerkingsfase een Voorkeursvariant bepalen binnen de in deze Overeenkomst en de Projectscope vastgelegde uitgangspunten waarbij het verbeteren van de leefbaarheid in Badhoevedorp door alle partijen wordt onderschreven.
3.3 Voor het Deelproject weg zal niet méér worden gerealiseerd dan door de wet wordt voorgeschreven (sober en doelmatig) en op het moment van ondertekening van de Overeenkomst bestuurlijk is overeengekomen.
3.4 Gemeente Amsterdam ziet af van de ontsluiting van de locatie Parkstad via een directe aansluiting op de Westrandweg, omdat binnen de Projectscope van de omlegging A9 voorzien is in een aansluiting Badhoevedorp/Parkstad inclusief een verdubbeling van de T106 tot de grens van de Projectscope. Gemeente Amsterdam zal zorgdragen voor de verbinding T106 van Parkstad tot de grens van de Projectscope op gelijke wijze zoals door haar bij de aansluiting Parkstad op de Westrandweg was voorzien. Gemeente Haarlemmermeer zal voor zover deze verbinding op haar grondgebied wordt gereali- seerd met in acht name van artikel 10 haar medewerking hieraan verlenen.
Artikel 4 Uitwerkingsfase
4.1 Na ondertekening van deze Overeenkomst zullen Partijen in een periode van uiterlijk 6 maanden nadere planvorming verrichten. Partijen zullen in deze Uitwerkingsfase op basis van het taakstellende budget en de vastgestelde Projectscope en de in deze overeenkomst benoemde uitgangspunten komen tot een Voorkeursvariant voor het Deelproject weg.
4.2 Partijen onderkennen het belang van de gezamenlijke vaststelling van één Voorkeurs- variant. De noodzakelijke procedures kunnen met een Voorkeursvariant voortvarend worden doorlopen, waarmee tevens de mogelijkheid wordt geschapen om de Tracé/MER-procedure en de aanbestedingsprocedure te vervlechten, hetgeen tot belangrijke tijdwinst kan leiden.
4.3 Indien Partijen onverhoopt geen consensus bereiken over een Voorkeursvariant zal het Rijk uiterlijk 7 maanden na ondertekening van de Overeenkomst, binnen de uitgangs- punten van de Overeenkomst, een Voorkeursvariant vaststellen.
4.4 In de Uitwerkingsfase zal door het Rijk een startnotitie als bedoeld in artikel 3 van de Tracéwet als onderdeel van de Tracé/MER-procedure worden voorbereid.
4.5 De uitwerking, engineering, aanbesteding en realisatie van het Deelproject weg zal plaatsvinden onder eindverantwoordelijkheid van het Rijk.
Artikel 5 Deelproject ontwikkelingslocaties
5.1 Om te komen tot verbetering van de ruimtelijke structuur in Badhoevedorp alsmede ter dekking van bijdragen van de Gemeente Haarlemmermeer leggen Regionale partijen zich voor de ontwikkelingslocaties vast op het navolgende bouwprogramma:
- Locatie Badhoevedorp-West:
80.000 m² (kavel) primair voor Schiphol-gebonden bedrijven. Regionale/lokale bedrijvigheid niet uitgesloten.
- Locatie woon- en wandelbos en wegenwacht-locatie: minimaal 110 vrijstaande vrije sector woningen.
- Locatie Centrum:
3.500 m² commerciële functies en minimaal 450 gestapelde vrije sector woningen.
- Locatie Schuilhoeve-Groene Zoom en locatie Schuilhoeve/sportvelden:
45.000 m² b.v.o. kantoren en bedrijven (geluidwerende functie), minimaal 40 vrije sector woningen op de locatie Schuilhoeve – Groene zoom en minimaal 400 vrije sector woningen op de locatie Schuilhoeve - sportvelden.
- Xxxxxxx Xxxxxxxxxxx:
een sportpark van circa 14 hectare binnen de contouren van de Groene Carré- Noord.
5.2 Ten aanzien van de locatie Badhoevedorp-Zuid bestaan contractuele afspraken gemaakt door de Schiphol Area Development Company N.V. en Chipshol Forward N.V. Regionale partijen komen in aanvulling op het bepaalde in artikel 5.1 overeen het bouwprogramma voor deze locatie vast te stellen nadat overleg heeft plaatsgevon-
den met bovengenoemde private partijen dan wel hun rechtsopvolgers, waarbij als uitgangspunt geldt: 250.000 m² b.v.o. kantoren (70%) en bedrijven (30%). Indien het bouwprogramma voor dit gebied resulteert in een hoger totaalaanbod aan bedrijfsterreinen en kantooroppervlak en/of een ander tempo van uitgifte dan afgesproken binnen het ontwikkelprogramma van het Bestuursforum Schiphol zoals dat ten tijde van het sluiten van deze overeenkomst geldt, verklaart de Gemeente Haarlemmermeer dat zij dit volledig zal compenseren in een gebied binnen de gemeentegrenzen van Haarlemmermeer.
5.3 De uitwerking, engineering, ontwikkeling en realisatie van het Deelproject ontwikkelingslocaties zal plaatsvinden onder verantwoordelijkheid van de Gemeente Haarlemmermeer na nauw overleg met de Regionale Partijen.
5.4 Artikel 10 is op het bepaalde in dit artikel normaal van toepassing.
Artikel 6 Financiering van het Deelproject weg
6.1 Ter financiering van het taakstellende budget van het Deelproject weg (zie artikel 3.1) garanderen Partijen, binnen de kaders en de uitgangspunten van deze Overeenkomst, de volgende bedragen op de genoemde betalingsmomenten (1 juli van het genoemde jaar, tenzij anders gespecificeerd) ter beschikking te stellen voor het project e.g. te betalen aan het Rijk:
a Het Rijk (V&W) stelt een budget beschikbaar van € 153,4 miljoen (prijspeil 1 januari 2005). Hierin zijn begrepen de MIT-budgetten welke reeds zijn gereserveerd voor de reconstructie knooppunt Badhoevedorp,de benutting van het huidige wegtracé A9 tussen Lijden en het knooppunt Badhoevedorp, de besparing op het onderhoudsbudget en de gepland afrit Parkstad op de toekomstige Westrandweg en gelden voor de verbetering van de leefbaarheid en de luchtkwaliteit.
b Provincie stelt ter beschikking en betaalt aan het Rijk een bedrag van € 15 miljoen in de vorm van een lumpsum bijdrage, of op een in nader overleg te bepalen wijze, met als betalingsmoment 7 maanden na ondertekening van de overeenkomst. De provinciale bijdrage vervalt wanneer niet uiterlijk 7 maanden na ondertekening van de overeenkomst een voorkeursvariant is benoemd.
c Gemeente Haarlemmermeer stelt ter beschikking en betaalt in 2006 of op een in nader overleg te bepalen wijze aan het Rijk een bedrag van EUR 16,5 miljoen (prijspeil 1 januari 2005).
d Gemeente Haarlemmermeer stelt ter beschikking en betaalt in de periode van 2010 tot en met 2018 aan het Rijk een bedrag van € 90,9 miljoen (prijspeil 1 januari 2005). Dit bedrag is verdeeld in de volgende percentages: 1,5% in 2010, 1,5% in 2011, 1,5% in 2012, 10,0% in 2015, 21,5% in 2016, 32,0% in 2017 en
32,0% in 2018. Deze bedragen zijn gebaseerd op de opbrengsten uit het Deelproject ontwikkelingslocaties.
e Het ROA stelt een indicatief bedrag van € 10,5 miljoen als subsidie aan elementen van het onderliggend wegennet/openbaar vervoer infrastructuur en de fietsinfrastructuur, op basis van het besluit van het Dagelijks Bestuur van het ROA
d.d. 2 juni 2005, ter beschikking. Op de ROA-bijdrage zijn de eisen en bepalingen zoals in de ROA subsidieverordening Infrastructuur 2004 en de ROA Handleiding subsidieaanvragen 2004 geformuleerd, van toepassing. De betaling is voorzien in 2012, maar is afhankelijk van de uitvoering van het onderliggende wegennet.
f Schiphol stelt ter beschikking en betaalt in 2011 aan het Rijk een geconditioneerd bedrag van € 15 miljoen (prijspeil 1 januari 2005). De condities waaronder Schiphol deze bijdrage betaalt heeft zij vastgelegd in haar brief van 23 juni 2005
aan de minister van Verkeer en Waterstaat, welke als bijlage aan de Overeenkomst is gehecht.
g Partijen zullen onderzoek doen naar de mogelijkheden van extra (overige) lokale, regionale, nationale, dan wel Europese subsidiebronnen ter financiering van het Project en zullen zich ervoor inspannen om deze subsidies voor het Deelproject weg te verwerven (bijvoorbeeld BONroute).
6.2 Indien in de Uitwerkingsfase blijkt dat de hoogte van alle bijdragen en subsidies, door bijdragen van andere partijen dan genoemd in artikel 6.1, groter is dan het Taakstellende budget, dan zal de Stuurgroep een besluit nemen hoe om te gaan met dit surplus.
6.3 Indien in de uitwerkingsfase blijkt dat de hoogte van de raming van het Rijk van het Deelproject weg lager is dan het Taakstellende budget van € 300 miljoen , dan zullen de bijdragen van Partijen naar rato van de inbreng van Partijen worden verlaagd.
6.4 Indien in de Uitwerkingsfase blijkt dat de hoogte van de kosten van het Deelproject weg hoger zijn dan het Taakstellende budget van € 300 miljoen, dan zullen Partijen met elkaar optimalisaties en terugvalopties bespreken en kiezen zoals benoemd in de Projectscope om zo de kosten van het Deelproject weg te verlagen.
6.5 De bijdragen van partijen zijn inclusief B.T.W., behoudens in lid 1 sub f omschreven indicatieve bijdrage van het ROA welke kwalificeert als een subsidie. De in lid 1 omschreven bijdragen en bedragen zijn prijspeil 1 januari 2005 en worden geïndexeerd vanaf ondertekening van de overeenkomst tot de in lid 1 vastgestelde betalings- momenten op basis van de Index voor Bruto Overheidsinvesteringen, behoudens de bijdrage van de Provincie die niet geïndexeerd wordt en de bijdrage van XXX die geïndexeerd zal worden (BDU-index) vanaf het moment dat het Dagelijks Bestuur van het ROA de subsidiebeschikking afgeeft.
6.6 Indien blijkt dat door vertraagde realisatie van het Deelproject weg het Deelproject ontwikkelingslocaties geheel of gedeeltelijk vertraagt is de Gemeente Haarlemmermeer gerechtigd haar bijdragen als bedoeld in lid 1 sub e pro rata later te betalen.
6.7 De Gemeente Haarlemmermeer en de Provincie betalen aan het Rijk de in lid 1 sub c, d, en e genoemde bedragen bij een latere betaling dan het betalingsmoment zoals opgenomen in lid 1 inclusief rentevergoeding. Als er sprake is van een latere betaling zoals bedoeld in lid 7 dan is er geen rentevergoeding verschuldigd. De rentevergoeding wordt gevormd door de samengestelde rente die door de in lid 1 sub c, d en e genoemde bedragen wordt gegenereerd gedurende de periode welke aanvangt met de dag waarop het geïndexeerde bedrag blijkens lid 1 of lid 7 door de Gemeente Haarlemmermeer en de Provincie aan het Rijk met inachtneming van de bepalingen uit deze overeenkomst beschikbaar zou moeten worden gesteld en de dag waarop het bedrag door het Rijk daadwerkelijk wordt opgeëist. De samengestelde rente bestaat uit de marktrente (staatsleningen met een looptijd van 10 jaar, jongste 10 jaren, 6 maanden voor ingangsdatum) plus een opslag van 2%.
6.8 Wanneer niet voor 31 december 2011 een tracébesluit ter zake het Deelproject weg is genomen of indien het project op 1 januari 2020 niet gereed is of op het moment eerder dan 1 januari 2020 wanneer blijkt dat het project niet wordt gerealiseerd, betaalt het Rijk uiterlijk drie maanden na deze constatering de provinciale en gemeentelijke bijdrage terug, inclusief de wettelijke rente over de periode waarin zij over de provinciale en gemeentelijke bijdrage beschikte.
Artikel 7 Grondeigendom en grondoverdracht
7.1 De grondeigendommen van het Rijk in het Deelproject ontwikkelingslocaties zullen door het Rijk aan de Gemeente Haarlemmermeer voor € 1 worden overgedragen na realisatie van het Deelproject weg of zoveel eerder als mogelijk, indien de gronden niet benodigd zijn voor de instandhouding van de huidige A9 respectievelijk de realisatie van het Deelproject weg. De gronden zullen door de Gemeente Haarlemmermeer worden aangewend om het Deelproject ontwikkelingslocaties te realiseren, teneinde aan haar verplichting als bedoeld in artikel 6 lid 1 sub e te kunnen voldoen.
7.2 De gronden zullen door het Rijk conform de ‘Gedragslijn inzake bodemverontreiniging Staatseigendommen’, geschikt voor het gebruik als bedoeld in artikel 5.1 leeg, ontruimd en ontdaan van verhardingen c.a. dan wel, indien de gronden met niet-ernstige of niet- urgente verontreiniging worden overgedragen, onder bijbetaling door de Staat van de meerkosten die door de aanwezigheid daarvan ontstaan bij de ontwikkeling van de bewuste gronden voor het gebruik als bedoeld in artikel 5.1.
Artikel 8 Afspraken over vermijden en beheersen van risico’s van het project
8.1 De Voorkeursvariant zal gerealiseerd worden voor rekening en risico van het Rijk.
8.2 Indien tijdens de uitwerkings-, planvormings- of uitvoeringsfase een Partij een aanpassing(en) van de Projectscope wenst, zullen de andere Partijen als voorwaarde voor hun medewerking daarvoor in elk geval kunnen stellen dat de kosten die met de aanpassing gemoeid zijn, verminderd met eventuele besparingen als gevolg daarvan ten opzichte van het taakstellend budget, door de betreffende Partij worden betaald (conform het principe “de veroorzaker betaald”).
8.3 Indien blijkt dat het bouwprogramma bedoeld in artikel 5.1 wel gerealiseerd kan worden, doch de grondopbrengsten daaruit niet voldoende zijn om de bijdrage van de Gemeente Haarlemmermeer aan het Deelproject weg te dekken, komt dat voor rekening en risico van de Gemeente Haarlemmermeer.
8.4 In de uitwerkingsfase zullen Partijen overleggen over de meest gunstige uitvoeringswijze van (onderdelen van) het Deelproject weg waarbij onder meer gekeken wordt naar fiscaliteiten.
Artikel 9 Organisatie
9.1 De door Partijen ingestelde Stuurgroep heeft als taak de begeleiding en bewaking van de tijdige totstandkoming van een Voorkeursvariant.
9.2 In de Stuurgroep wisselen Partijen informatie uit en zullen alle benodigde besluiten worden genomen die wenselijk of noodzakelijk zijn voor de coördinatie en voortgang van de door Partijen te verrichten onderzoeken, planuitwerkingen en optimalisaties. De Stuurgroep bepaalt tevens de communicatiestrategie met betrekking tot het Project.
9.3 De Stuurgroep bestaat uit de bestuurlijk vertegenwoordigers van betrokken Partijen en wordt voorgezeten door de vertegenwoordiger van de Gemeente Haarlemmermeer.
9.4 De door Partijen ingestelde Projectgroep voert de besluiten van de Stuurgroep uit. Tevens zal de Projectgroep de uitvoering van de benodigde onderzoeken, planuitwer- king en optimalisaties ter hand nemen en de besluitvorming in de Stuurgroep voorberei- den. Elk der partijen zal in deze Projectgroep een vertegenwoordiger afvaardigen en voldoende ambtelijke capaciteit en inspanningen beschikbaar stellen.
9.5 De Projectgroep kan vakinhoudelijke werkgroepen vormen en instellen voor specifieke uitwerkingen van het Project. De Projectgroep staat onder leiding van een door de Gemeente Haarlemmermeer in overleg met de Stuurgroep aangewezen projectmanager.
9.6 Partijen zullen over de inhoudelijke en financiële voortgang van het Project regelmatig in overleg treden.
9.7 Alle Partijen dragen de eigen kosten voor deelname aan de benodigde overleggen en het verrichten van de eigen werkzaamheden. Externe kosten worden aan het begin van de Uitwerkingsfase gebudgetteerd en zullen door de Stuurgroep worden geaccordeerd.
Artikel 10 Procedures
10.1 Partijen spannen zich in om de noodzakelijke publiek- en privaatrechtelijke medewerking voor het Project te verkrijgen met behoud van de publiekrechtelijk verantwoordelijkheid van Partijen en zullen hierin in gezamenlijkheid optreden.
10.2 Partijen zullen zich onthouden van het op enigerlei wijze belemmeren of vertragen van de totstandkoming van planologische maatregelen die voor de realisatie van het Project zijn vereist.
10.3 Alle in deze Overeenkomst aangegane verplichtingen gelden binnen de beperkingen van de bevoegdheden van partijen en hun bestuursorganen en laten hun publiekrechtelijke verantwoordelijkheden en de uitoefening van hun publiekrechtelijke bevoegdheden onverlet.
10.4 Partijen zullen zich, voor zover dat in hun vermogen ligt, maximaal inspannen om de voor de realisatie van het project te voeren procedures, streekplanuitwerking, te verlenen vergunningen, grondverwervingen en de in het kader van de uitvoering te verrichten aanleg- en/of bouwactiviteiten te laten plaatsvinden, zodanig dat het Deelproject weg en Deelproject ontwikkelingslocaties zoveel mogelijk overeenkomstig de planning (bijlage 2) gerealiseerd kunnen worden.
10.5 Het Rijk zal na vaststelling van een Voorkeursvariant voortvarend een start maken met de noodzakelijke Tracéwet-procedure met het doel dat de omgelegde A9 uiterlijk
31 december 2015 wordt opengesteld voor het verkeer.
10.6 Partijen zullen na vaststelling van een Voorkeursvariant voortvarend een start maken met de noodzakelijke overige procedures met als doel een tijdige ontwikkeling en realisatie van het Deelproject weg waaronder ook het (onderliggend) wegennet, niet zijnde rijkswegen en het Deelproject ontwikkelingslocaties.
Artikel 11 Onvoorziene omstandigheden
11.1 Indien de Overeenkomst niet langer onverkort kan worden uitgevoerd als gevolg van onvoorziene omstandigheden welke van dien aard zijn dat naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid van één of meer Partijen geen ongewijzigde instandhouding van de overeenkomst kan worden gevergd, treden Partijen op verzoek van de Partij of Partijen die zich op de onvoorziene omstandigheid beroept of beroepen in overleg, teneinde te bezien of de overeenkomst op voor alle Partijen aanvaardbare voorwaarden aan deze omstandigheid kan en moet worden aangepast.
11.2 Partijen merken als onvoorziene omstandigheid in elk geval aan de situatie dat:
- Formele regelingen of besluiten leiden tot de niet- of slechts gedeeltelijke goed- keuring, de schorsing of de vernietiging van besluiten die uit de Overeenkomst voortvloeien, één en ander met inbegrip van wijzigingen van regelingen, beleids- wijzigingen of onherroepelijke beslissingen van een overheid of rechterlijke instantie.
- Van rijkswege, vanwege gewijzigde beleidsinzichten in de Ministerraad en/of de Eerste en Tweede Kamer der Staten Generaal, de voor realisatie van het Project benodigde financiële middelen niet of niet in voldoende mate ter beschikking worden gesteld.
11.3 Indien het overleg zoals benoemd in lid 1 niet binnen 12 weken na aanvang tot een voor iedere Partij aanvaardbare aanpassing van de Overeenkomst leidt, kunnen Partijen handelen conform artikel 12.
Artikel 12 Rechtskarakter, geschillenregeling en bevoegde rechter
12.1 Op deze Overeenkomst is het Nederlands recht van toepassing.
12.2 Met de in deze Overeenkomst neergelegde afspraken beogen Partijen elkaar te binden en de nakoming daarvan in rechte afdwingbaar te doen zijn.
12.3 Een Partij die meent dat een geschil bestaat over de uitvoering van deze Overeenkomst deelt dat schriftelijk aan alle andere Partijen mee. De mededeling bevat een aanduiding van het geschil.
12.4 Binnen 4 weken na de schriftelijke mededeling overleggen Partijen over een oplossing voor het geschil. Indien het overleg niet binnen 6 weken na de mededeling tot een oplossing van het geschil heeft geleid, wordt het geschil beslecht door de bevoegde rechter te Amsterdam.
12.5 Derden kunnen aan het bepaalde in deze Overeenkomst op geen enkele wijze, direct of indirect, rechten ontlenen.
Artikel 13 Inwerkingtreding en werkingsduur
13.1 Deze Overeenkomst treedt in werking op de dag volgend op die waarop deze door Partijen is ondertekend.
13.2 De Overeenkomst eindigt als aan alle verplichtingen is voldaan.
13.3 De Overeenkomst kan door een Partij tussentijds worden ontbonden indien Partijen daarover schriftelijk overeenstemming bereiken.
Artikel 14 Bijlagen bij deze Overeenkomst
14.1 Bijlagen maken onlosmakelijk deel uit van de Overeenkomst.
14.2 De volgende bijlagen zijn onderdeel van deze Overeenkomst:
- Bijlage 1: Projectscope.
- Bijlage 2: Brief van de Schiphol Group aan de minister van Verkeer en Waterstaat, mevrouw K.M.H. Peijs over de Rijksweg A9, kenmerk 515,
d.d. 23 juni 2005.
Ondertekening
Aldus overeengekomen, in zevenvoud opgemaakt en ondertekend te Haarlemmermeer
d.d. 31 oktober 2005.
Staat der Nederlanden: Provincie Noord-Holland:
Minister van Verkeer en Waterstaat
……………………………… ………………………………
K.M.H. Xxxxx X. Xxxxx
Regionaal Orgaan Amsterdam: Gemeente Haarlemmermeer:
……………………………… ………………………………
M.T.J. Blankers-Kasbergen M.J. Bezuijen
Schiphol Nederland B.V.: Gemeente Amsterdam:
……………………………… ………………………………
G.J. Cerfontaine X. xxx xxx Xxxxx