Convenant Zoeklicht
Convenant Zoeklicht
April 2020
Inhoudsopgave
Convenant Zoeklicht 2020 3
Artikel 1 (Wettelijke) taken, verantwoordelijkheden en verplichtingen 5
Artikel 2 Doel van de samenwerking 5
Artikel 3 Gezamenlijke verplichtingen 6
Artikel 4 Aard en inhoud van de samenwerking 6
Artikel 5 Grondslag verwerking 7
Artikel 6 Gegevensverwerking 8
Artikel 7 Verstrekking aan derden en bijzondere gegevens 9
Artikel 8 Rechten van betrokkenen 9
Artikel 9 Privacyverklaring en informatieplicht 9
Artikel 10 Beveiliging, geheimhouding, datalek, bewaren en verwijderen 10
Artikel 11 Aansturing Convenant Zoeklicht (Overlegvormen) 11
Artikel 12 Communicatie inzet en verdeling middelen communicatiebudget 11
Artikel 13 Looptijd en evaluatie 11
Nadere uitwerking van de aard en inhoud van de samenwerking en daarbij behorende uitwisseling/verwerking van persoonsgegevens, zoals genoemd in artikel 4 11
C. Afstemming handhavingsacties in een individueel onderzoeksdossier 14
D. Bestandsbewerking en -vergelijking 14
E. Preventie (niet limitatief) 15
Bijlage II Rapport van Bevindingen 16
Convenant Zoeklicht 2020
Overwegende dat:
I. Het recht op huisvesting een sociaal grondrecht is neergelegd in artikel 22, tweede lid van de Grondwet: Bevordering van voldoende woongelegenheid is voorwerp van zorg der overheid;
II. De gemeente hiervoor wettelijke taken heeft op grond van de Huisvestingswet, de Woningwet, de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) en daarbij geldende aanverwante regelingen;
III. Corporaties op grond van de Woningwet en aanverwante regelgeving, de taak hebben aangewezen doelgroepen te huisvesten en daarbij een (wettelijke) verantwoordelijkheid hebben voor het juist gebruik van hun huurwoningen en daaraan gerelateerd vastgoed;
IV. Huurwoningen een zeer schaars goed zijn in de gemeente Amsterdam, zowel sociale, middeldure als vrije sectorhuurwoningen. Daarom stuurt de gemeente op bewoning en gebruik van de (huur)woningenvoorraad. Voor sociale en nieuwbouw middeldure huurwoningen is een huisvestingsvergunning nodig en voor vormen van ander gebruik dan wonen is voor de gehele woonruimtevoorraad een voorraadvergunning nodig.
V. Onrechtmatige bewoning of ander gebruik van schaarse woningen moet worden tegengegaan, zodat deze woningen weer beschikbaar komen en een krachtig handhavingsbeleid daaromtrent noodzakelijk is en blijft;
VI. Corporaties namens de gemeente huisvestingsvergunningen afgeven en dientengevolge controleren of de daarvoor aangewezen huurwoningen in gebruik mogen worden gegeven aan de huurder.
VII. Het onjuist gebruik van (woon)adressen, en het in strijd met de inschrijvingsplicht van burgers in de Basisregistratie Personen – zeker wanneer dit plaatsvindt om onrechtmatige bewoning of het onrechtmatig ontvangen van een uitkering te maskeren – door partijen onwenselijk wordt gevonden;
VIII. De gemeente de rechtmatigheid van het gebruik van overheidsuitkeringen dient te waarborgen en dat de feitelijke woon- en leefsituatie hierbij een essentiële rol speelt;
IX. De gemeente verantwoordelijk is voor de juistheid en volledigheid van Basisregistratie personen, en corporaties hieraan een bijdrage leveren door, met instemming van huurders, verhuizingen door te geven voor verwerking in de Basisregistratie personen;
X. Woonfraude, uitkeringsfraude of inschrijffraude grote maatschappelijke en financiële schade tot gevolg hebben voor partijen als ook voor burgers;
XI. Partijen sinds 1995 op het gebied van handhaving met elkaar samenwerken teneinde te komen tot een effectievere handhavingsaanpak voor de verschillende vormen van fraude en deze samenwerking krachtig willen voortzetten;
XII. Gegevensuitwisseling – waaronder persoonsgegevens – is noodzakelijk om partijen effectief gebruik te kunnen laten maken van hun bestuursrechtelijk of privaatrechtelijk instrumentarium;
XIII. Het Convenant Zoeklicht daarom wordt vernieuwd waarbij gelijktijdig de voorschriften omtrent bescherming van persoonsgegevens worden aangepast overeenkomstig de Algemene verordening gegevensbescherming.
Definities
Onder woonfraude, uitkerings- of inschrijffraude worden in dit convenant het volgende verstaan:
Woonfraude | • Onrechtmatige bewoning door zonder een huisvestingsvergunning in gebruik nemen of geven van een op grond van de Huisvestingswet 2014 in Amsterdam aangewezen gereguleerde huurwoning, of • Onrechtmatig gebruik door zonder op grond van de Huisvestingswet 2014 vereiste onttrekkings-, samenvoeg- omzettings- of woningvormvergunning gebruik te maken van een woning voor andere doeleinden dan (permanente) bewoning, of • Onrechtmatig gebruik van een woning en daaraan gerelateerd vastgoed dat in strijd is met de Woningwet of de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht. • Het in strijd handelen met het huurcontract en bijbehorende algemene voorwaarden, van een (sociale) huurwoning en daaraan gerelateerd vastgoed, voor zover dat tevens in strijd is met de Huisvestingswet, Leegstandwet, Woningwet of Wet algemene bepaling omgevingsrecht. |
Uitkeringsfraude | • Het onrechtmatig ontvangen of houden van een gemeentelijke uitkering, of inkomensvoorziening op grond van een onjuiste voorspiegeling van de woon- of leefsituatie. |
Inschrijffraude | • Een onjuiste of onvolledige inschrijving in de gemeentelijke Basisregistratie personen, waarbij een onjuiste woon- of leefsituatie wordt voorspiegeld. |
Partijen
1. De gemeente Amsterdam, in dit convenant bedoeld:
de Directie Basisinformatie, de Directie Wonen, de Directie Inkomen, vertegenwoordigd door het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam;
en
2. De woningcorporaties;
1. Stichting Alliantie Amsterdam,
2. Woningstichting Eigen Haard,
3. Woonstichting De Key,
4. Woningstichting Rochdale,
5. Woningstichting Stadgenoot,
6. Stichting Ymere,
7. DUWO,
8. Woonzorg Nederland,
9. Yvastgoed B.V., komen het volgende overeen:
Artikel 1 (Wettelijke) taken, verantwoordelijkheden en verplichtingen
Partijen stemmen de uitvoering van hun wettelijke taken, verantwoordelijkheden en verplichtingen op elkaar af en gaan de samenwerkingen aan ten aanzien van de gemeenschappelijk erkende (handhavings)doelstellingen. Het gaat hierbij om de volgende doelen:
a. Bevorderen van de rechtvaardige verdeling van betaalbare woonruimte in Amsterdam. Dat wil zeggen de rechtmatige bewoning van woningen die behoren tot de aangewezen goedkope voorraad als bedoeld in de Huisvestingswet, waarvoor een huisvestingsvergunning noodzakelijk is en beëindiging van onrechtmatig gebruik daarvan.
b. Beëindigen van onrechtmatig gebruik van huurwoningen en aan woningen gerelateerd vastgoed in strijd met de Woningwet en de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht en afgesloten huurcontracten.
c. Bevorderen van de leefbaarheid en veiligheid in woningen en in buurten.
d. Bevorderen dat een ieder die in Amsterdam een (bijstands)uitkering ontvangt ingevolge de sociale wetgeving en aanverwante regelgeving als genoemd in artikel 6, daar gezien zijn/haar woon- en leefsituatie ook recht op heeft en het bedrag van de uitkering correct is vastgesteld.
e. Bevorderen van administratieve en feitelijke juistheid van de gegevens in de Basisregistratie personen, waardoor de kwaliteit van de Basisregistratie op peil kan blijven.
f. Toewijzen en verhuren van corporatiehuurwoningen onder de liberalisatiegrens overeenkomstig het bepaalde in de Woningwet, het Besluit toegelaten instellingen volkshuisvesting 2015 en de Huisvestingsverordening Amsterdam.
g. Correcte registratie van verhuisgegevens in de Basisregistratie personen die namens de huurders die daarmee instemmen, plaats vindt.
Artikel 2 Doel van de samenwerking
1. De samenwerking is gericht op een efficiënter en effectiever omgaan met de middelen die partijen voor de uitvoering van hun (wettelijke) taken, verantwoordelijkheden en verplichtingen ter beschikking staan. Hieronder wordt in ieder geval verstaan: het efficiënt en effectief toezichthouden, handhaven (optreden), en samenwerken ter voorkoming van woonfraude, en daarmee samenhangende uitkeringsfraude of inschrijffraude.
2. Hiervoor is het noodzakelijk dat partijen de in dit convenant gedefinieerde informatie, waaronder persoonsgegevens, met elkaar delen, voor zover de uitwisseling noodzakelijk is voor bovenstaande taken.
3. De vaststelling van de feitelijke woon – en leefsituatie in de woning is een overkoepelend belang van partijen.
Artikel 3 Gezamenlijke verplichtingen
1. Partijen richten een overlegstructuur in, te weten een Stuurgroep Zoeklicht en een of meer (uitvoerings)overleggen, waar onder meer (woon)fraudecases worden besproken.
2. Partijen overleggen jaarlijks over de wijze en de frequentie van communicatie(campagnes) ten aanzien van de uitvoering dit convenant.
3. Partijen dragen zorg voor voldoende personele inzet en middelen voor de uitvoering van dit convenant.
4. De inzet van mensen en middelen heeft betrekking op uitvoering van de activiteiten genoemd in artikel 4 en op de communicatie zoals genoemd in artikel 12.
5. Partijen leggen eigen dossiers aan in gevallen van fraude waarin uitsluitend persoonsgegevens worden vastgelegd die voor handhavingsactiviteiten van de betreffende partij noodzakelijk zijn.
Artikel 4 Aard en inhoud van de samenwerking
Partijen werken samen in de vorm van onderstaande activiteiten. In bijlage I is beschreven welke (persoons)gegevens worden verwerkt per activiteit, aan wie deze ter beschikking worden gesteld en welk belang (doel) hiermee gediend wordt.
A. Meldpunt Zoeklicht
Meldpunt Zoeklicht omvat de volgende activiteiten (1 t/m 6):
1. Het hebben van een centraal meldpunt bij de gemeente, waarbij een ieder digitaal een melding kan doen van een vermoeden van woonfraude, inschrijvingsfraude dan wel uitkeringsfraude, waarbij gebruik wordt gemaakt van een digitaal meldingsformulier.
2. Het routeren van ontvangen meldingen bij Meldpunt Zoeklicht, dat wil zeggen het doorgeven van ontvangen meldingen genoemd bij onderdeel 1, aan de partij die naar aanleiding van de melding op grond van zijn (wettelijke) taken moet handelen.
3. Het kunnen ontvangen van meldingen van vermoedens van uitkeringsfraude aan Meldpunt Zoeklicht.
4. Het bevorderen en ondersteunen van het proces van de nakoming van de wettelijke terugmeldingen inzake de Basisregistraties Adressen en Gebouwen (BAG) , en personen (BRP) aan de Directie Basisinformatie.
5. Directie Inkomen en Directie Basisinformatie melden vermoedens van woonfraude aan de Directie Wonen via Meldpunt Zoeklicht.
6. Partijen doen statusmeldingen aan Meldpunt Zoeklicht over onderzoeken naar aanleiding van een melding op een individueel dossier. De statusmelding omvat: onderzoek loopt/ onderzoek afgerond. Meldpunt Zoeklicht informeert de partij die de melding heeft gedaan.
B. Combiteams
1. Het samen uitvoeren van toezicht en handhaving in individuele gevallen van vermoedens van woonfraude, inschrijvingsfraude of uitkeringsfraude wordt gedaan in combiteams. Dit betreft het gezamenlijk selecteren van individuele dossiers voor van fraude-onderzoeken en of huisbezoeken, die kunnen leiden tot bestuursrechtelijke en civielrechtelijke maatregelen om de vastgestelde onrechtmatige bewoning c.q. gebruik van de woning te beëindigen, het onrechtmatig gebruik van een uitkering te beëindigen, dan wel een onrechtmatigheid met betrekking tot een inschrijving in de Basisregistratie personen te beëindigen.
2. De Stuurgroep Zoeklicht bepaalt binnen welk gebied of binnen welk thema er adressen voor de gegevensvergelijking worden geselecteerd.
3. Voordat de huisbezoeken worden gepland, vergelijken de aan het project deelnemende partijen hun (persoons)gegevens over het betreffende adres aan de hand van een menselijke check. Op basis van de uitkomsten hiervan, worden die adressen geselecteerd waar sprake is van concrete aanwijzingen voor woonfraude, uitkeringsfraude en/of inschrijvingsfraude.
4. De samenstelling van de combiteams hangt af van de aard van de te onderzoeken gevallen en de doelen van het onderzoek.
5. Na het huisbezoek wordt door de toezichthouder van de gemeente een Rapport van bevindingen opgesteld. Het Rapport van bevindingen wordt gedeeld met de partij die in het onderzoek is betrokken.
C. Afstemming handhavingsmaatregelen
Partijen informeren elkaar over de op te leggen maatregelen aan personen, die betrokken bij vastgestelde woonfraude, inschrijffraude dan wel uitkeringsfraude en stemmen indien nodig hun handhavingsacties met elkaar af.
D. Bestandsbewerking en -vergelijking
Partijen kunnen ten behoeve van opsporing van vermoedens van fraude bij de uitvoering van de (wettelijke) taken van partijen, zoals genoemd in artikel 1 en 6 en het realiseren van de in artikel 1 en 2 genoemde doelstellingen eigen bestanden analyseren, prioriteren en vergelijken met bestanden van andere partijen. Het betreft de volgende bestanden:
1. Bestand Meldingen Zoeklicht
Directie Wonen kan bestanden delen met corporaties inzake de binnengekomen meldingen bij Meldpunt Zoeklicht over vermoedens van woonfraude.
2. Signalen BRP
Directie Basisinformatie kan geselecteerde bestanden met persoonsgegevens die zijn gebaseerd op patronen van onregelmatigheden in de BRP waarbij sprake is van vermoedens van woonfraude of uitkeringsfraude, delen met partijen.
3. Fraudemeldingen van corporaties
Corporaties kunnen adresgegevens waarover bij hen woonfraudemeldingen zijn ontvangen, delen met partijen.
Corporaties kunnen adresgegevens inzake leegstaande en bewoonde woonruimten delen met partijen.
Corporaties kunnen de Basisregistratie raadplegen in verband met vermoedens van woonfraude.
4. Huisvestingsvergunning
Corporaties verstrekken aan Directie Wonen periodiek bestanden met persoonsgegevens van huurders aan wie een huisvestingsvergunning is verstrekt.
E. Preventie
Partijen werken samen om nieuwe gevallen van woonfraude, uitkeringsfraude of inschrijffraude te voorkomen en te verstoren, daarbij hun primaire taak in het oog houdend.
F. Rapportage en evaluatie
Partijen leveren geanonimiseerde behaalde resultaten van individuele onderzoeksdossiers voor evaluatie van activiteiten en periodieke ( integrale) managementrapportages aan andere partijen bij dit convenant, die in ieder geval inzicht geven in de behaalde resultaten over:
• het aantal lopende woonfraudezaken
• het aantal afgehandelde woonfraudezaken
• het aantal vrijgekomen (sociale) huurwoningen en daaraan gerelateerd vastgoed
• het aantal doorgevoerde correcties in de Basisregistratie personen
• het aantal beëindigde uitkeringen
• het aantal ongewijzigd voorgezette uitkeringen
• het aantal gewijzigd voortgezette uitkeringen
• Overige gerelateerde bijzonderheden
Artikel 5 Grondslag verwerking
Dit convenant heeft betrekking op het toezicht op en de handhaving en de uitvoering van de hiernavolgende genoemde wet- en regelgeving. De uitvoering van deze wettelijke taken worden in samenhang beschouwd als een noodzakelijke taak van algemeen belang.
Wettelijke grondslagen voor de gegevensverwerking door de gemeente (Directie Basisinformatie, Directie Inkomen Directie Wonen) (artikel 6.1 AVG sub c en e)
a. Wet basisregistratie personen artikel. 2.34, 2.38, 2,39, 2.43, 2.45, 3.9
b. Besluit basisregistratie personen artikel 27 en 28
c. Huisvestingswet 2014, artikel 4, 8, 21, 22 en 24, 32, 33 en 34
d. Leegstandwet
e. Participatiewet artikel 7 en 53a
Wet Inkomensvoorziening Ouderen en gedeeltelijk Arbeidsongeschikte Werknemers (Ioaw), artikel 14 en 34
f. Opiumwet, artikel 3
g. Wet Algemene bepalingen omgevingsrecht, artikel 5.2 en 5.19
h. Woningwet (kwaliteit) artikel 92a
Wettelijk grondslagen voor de gegevensverwerking door de corporaties
Corporaties hebben een bijzondere positie in het maatschappelijk verkeer met bijzondere wettelijke en gemeentelijke opdrachten. Corporaties hebben daardoor een gerechtvaardigd belang om woonfraude te bestrijden en om bij te dragen aan en goede taakuitvoering van de gemeente. Daarnaast kunnen zij zich beroepen op uitvoering van de huurovereenkomst.
a. De Woningwet, artikel 19, 45, 47, 48
b. BTIV 2015, artikel 56 en bijbehorende bijlage 5 en artikel 57
c. Wet basisregistratie personen art. 2.39 & art. 2.49 lid 1 sub c
d. Uitvoering (huur)overeenkomst (art. 7:232 e.v. BW) artikel 6.1 sub b AVG)
e. Artikel 6.1 sub c AVG voor zover het de relatie tussen de toezichthouder van de gemeente en de convenantspartijen betreft. (wettelijke verplichting om mee te werken aan toezicht)
f. Artikel 6 .1 sub e AVG, (taak van algemeen belang, bevorderen leefbaarheid)
g. Artikel 6.1 sub f AVG (gerechtvaardigd belang om bij te dragen aan een goede taakuitvoering van de gemeente)
Artikel 6 Gegevensverwerking
Rechtmatige verwerking
1. Persoonsgegevens worden in overeenstemming met de wet en op een behoorlijke en zorgvuldige wijze verwerkt (artikel 5 AVG).
2. Persoonsgegevens worden alleen verwerkt voor de in artikel 1 en 2 gestelde doelen.
3. De te verstrekken gegevens zijn gelet op de doeleinden waarvoor ze worden verwerkt toereikend, ter zake dienend en niet bovenmatig.
Doel van de verwerking
1. Verstrekking van (persoons)gegevens vindt slechts plaats over objecten en natuurlijke personen die binnen de Stuurgroep zijn aangewezen voor het onderzoek in het kader van de bestuurlijke boete en het beëindigen van de onrechtmatigheden bij bewoning ,bij inschrijving in de BRP, dan wel bij het ontvangen van een uitkering.
2. De gegevens die de deelnemers in overeenstemming met de bepalingen van dit convenant ontvangen worden gebruikt in onderzoek dat kan leiden tot bestuursrechtelijke en civielrechtelijke maatregelen teneinde de onrechtmatige bewoning dan wel het onrechtmatige gebruik van de woning te beëindigen dan wel onrechtmatigheden bij inschrijving in de BRP of het ontvangen van een uitkering te beëindigen.
3. In het kader van de bestuursrechtelijke en civielrechtelijke maatregelen als bedoeld onder het vorige lid kunnen de gegevens aan belanghebbenden bij deze maatregelen ter beschikking worden gesteld. (zie ook artikel 4 onder C).
Verwerkingsverantwoordelijkheid
Iedere partij is verantwoordelijk voor zijn eigen gegevensverwerking binnen de samenwerking en neemt afdoende maatregelen ter beveiliging van de betreffende persoonsgegevens. (zie ook artikel 10).
Artikel 7 Verstrekking aan derden en bijzondere gegevens
1. Gegevens die zijn verstrekt in het kader van dit convenant zullen niet met derden worden gedeeld, tenzij hiervoor uitdrukkelijke toestemming is verleend door de partij van wie de gegevens afkomstig zijn, en de rechtmatigheid van de verstrekking vooraf is getoetst door de partij van wie de gegevens afkomstig zijn.
2. Bijzondere persoonsgegevens als bedoeld in de AVG worden in beginsel niet verwerkt door partijen, tenzij dit noodzakelijk is voor de uitoefening van de (wettelijke) taken en bevoegdheden van(een van de) partijen, zoals genoemd in artikel 1.
Artikel 8 Rechten van betrokkenen
Inzage, verbetering, bewaren, verwijderen, informatieverstrekking aan betrokkene, inzage en afschrift voor betrokkene, wijzigen persoonsgegevens
1. De rechten van betrokkene als bedoeld in Hoofdstuk III van de AVG, kunnen zowel bij de woningcorporatie waarbij betrokkene een woning huurt, als de gemeente Amsterdam worden uitgeoefend. Betrokkene kan een van deze partijen schriftelijk:
a. verzoeken om inzage te verschaffen over de verwerking van zijn of haar persoonsgegevens;
b. verzoeken om inzage te geven in zijn of haar persoonsgegevens;
c. verzoeken om verbetering, aanvulling, verwijdering of afscherming van zijn of haar persoonsgegevens indien deze feitelijk onjuist zijn, voor de doeleinden van de verwerking onvolledig of niet ter zake dienend zijn dan wel anderszins in strijd met een wettelijk voorschrift worden verwerkt;
d. verzoeken om het wissen van gegevens (recht op vergetelheid);
e. verzoeken om beperking van de gegevensverwerking;
f. bezwaar maken tegen de verwerking van zijn of haar persoonsgegevens.
2. Een verzoek als bedoeld als bedoeld in het eerste lid, dat specifiek betrekking heeft op de verwerking van persoonsgegevens in het kader van Zoeklicht, kan worden ingediend bij de gemeente Amsterdam, bij het Loket persoonsgegevens gemeente Amsterdam, onder vermelding van “Zoeklicht”. De gemeente zal het verzoek doorgeleiden naar de betreffende woningcorporatie, alsmede uitzetten binnen de betrokken directies van de gemeente Amsterdam.
3. De partij die de gegevens heeft verstrekt, wordt op de hoogte gebracht van het verzoek om informatie. Deze kan, onder verwijzing naar de weigeringsgronden genoemd in lid 4, negatief adviseren over de inzage.
4. Het verzoek om inzage in de gegevens kan worden geweigerd voor zover dit noodzakelijk is in het belang van:
a. de veiligheid van de staat;
b. de voorkoming, opsporing en vervolging van strafbare feiten;
c. gewichtige economische en financiële belangen van de staat en andere openbare lichamen;
d. het toezicht op de naleving van wettelijke voorschriften die zijn gesteld ten behoeve van de belangen, bedoeld onder b en c, of;
e. de bescherming van de betrokkene of van de rechten en vrijheden van een ander.
Artikel 9 Privacyverklaring en informatieplicht
1. Partijen dragen er ieder voor zich zorg voor dat hun privacyverklaring in overeenstemming is met het gebruik van (persoons)gegevens op grond van dit convenant.
2. Ten einde ervoor te zorgen dat personen en organisaties bekend worden met de gegevensuitwisseling in het kader van dit samenwerkingsverband wordt dit convenant door de deelnemende partners gepubliceerd op hun website en of op andere wijze openbaar gemaakt.
Artikel 10 Beveiliging, geheimhouding, datalek, bewaren en verwijderen
Beveiliging (artikel 32 AVG)
1. Partijen nemen alle passende technische en organisatorische maatregelen om de persoonsgegevens die worden verwerkt, te beveiligen en beveiligd te houden tegen verlies, verminking of tegen enige vorm van onrechtmatige verwerking. Partijen zullen minimaal eens per drie jaar een risicoanalyse uitvoeren ten aanzien van de samenwerking binnen Zoeklicht en op grond van de uitkomsten de benodigde technische en organisatorische maatregelen nemen bij de deelnemende partijen.
2. Indien een partij constateert dat niet meer wordt voldaan aan de eis van een passend beveiligingsniveau, stelt de overige partijen hiervan onmiddellijk in kennis. Partijen nemen passende maatregelen bij het uitwisselen van persoonsgegevens, om de risico’s van het constateerde hiaat in de informatiebeveiliging te beperken. In het uiterste geval kunnen deelnemende partijen besluiten geen persoonsgegevens te verstrekken, tot dat is vastgesteld dat partijen de vereiste maatregelen aangaande informatiebeveiliging hebben getroffen.
Bevoegd
3. De uitwisseling van persoonsgegevens op grond van dit convenant vindt uitsluitend plaats tussen de medewerkers van partijen en door de partijen die zijn belast met de uitvoering van afspraken in het kader van de samenwerking en die in dat kader zijn gemachtigd tot het verwerken van persoonsgegevens.
4. Partijen houden bij wie bevoegd zijn om in het kader van de samenwerking persoonsgegevens te verwerken. Zij garanderen dat de persoonsgegevens alleen toegankelijk zijn voor de daartoe bevoegde medewerkers.
Geheimhouding
5. De medewerkers zijn verplicht tot geheimhouding van alle persoonsgegevens en aangehaakte informatie die zij in het kader van deze samenwerking verwerken. Iedere convenantpartner staat er voor in dat zijn medewerkers deze geheimhoudingsplicht naleven. Na beëindiging van de samenwerking blijft de geheimhoudingsplicht bestaan.
6. Iedere partij neemt passende maatregelen om te waarborgen dat zijn medewerkers deze geheimhouding nakomen.
7. Partijen zullen elkaar op verzoek gegevens aanleveren over de beveiliging van persoonsgegevens en geven elkaar feedback op dit onderwerp.
Meldpunt datalekken en informatie-beveiligingsincidenten
8. Iedere inbreuk op de informatiebeveiliging die plaatsvindt binnen de samenwerking tussen partijen, wordt binnen 24 uur gedeeld met betrokken partijen na het bekend worden daarvan.
9. Een datalek als bedoeld in artikel 33 van de AVG wordt binnen 24 uur bij de betrokken partijen gemeld, conform de daartoe door partijen vastgesteld incidentmanagementprocedures, bijlagen bij dit convenant.
10. De partij die aangemerkt kan worden als verantwoordelijke voor de persoonsgegevens die betrokken zijn bij het datalek, zal dit afhandelen en waar nodig het incident melden bij de Autoriteit Persoonsgegevens en betrokkene. Indien meerdere partijen als verantwoordelijke zijn aan te merken, bepalen partijen onderling welke partij de coördinatie en afhandeling van het datalek op zich zal nemen.
Bewaren en verwijderen
11. Persoonsgegevens worden door partijen niet langer bewaard dan noodzakelijk in het kader van de verwezenlijking van de in dit convenant gestelde doelstellingen, echter uiterlijk tot de voor de betrokken partij geldende, bij of krachtens de wet voorgeschreven bewaartermijn (zie
m.n. art. 4 Regeling BRP en de Archiefwet in samenhang met de VNG Selectielijst).
12. Na het verstrijken van de wettelijke bewaartermijn worden de gegevens op zodanige wijze vernietigd dan wel gewist dat zij niet terug te halen zijn.
Artikel 11 Aansturing Convenant Zoeklicht (Overlegvormen)
Stuurgroep Zoeklicht
1. De activiteiten en projecten die plaats vinden in het kader van dit convenant worden aangestuurd door de Stuurgroep Zoeklicht.
2. De Stuurgroep kiest zelf haar voorzitter.
3. Corporaties worden in de Stuurgroep vertegenwoordigd door de Amsterdamse Federatie van woningcorporaties.
4. De gemeente faciliteert het secretariaat van de Stuurgroep.
5. Iedere deelnemende partij of deelnemende gemeentelijke directie heeft één vertegenwoordiger op management en of directieniveau in de Stuurgroep.
6. De Stuurgroep bepaalt jaarlijks op basis van een werkplan de strategie van Xxxxxxxxx en stelt de inzet van middelen vast. In het werkplan worden acties en projecten vastgelegd, die worden gestart ter uitvoering van de doelstellingen van het convenant.
7. Indien partijen, al dan niet gezamenlijk, na de invoering van het convenant nieuwe activiteiten willen starten, is instemming nodig van de Stuurgroep. Dergelijke activiteiten kunnen alleen worden gestart, indien zij passen binnen de doelstellingen van het convenant.
8. Na goedkeuring door de Stuurgroep en instemming van het College van burgemeester en wethouders en de corporaties , wordt een addendum aan het convenant toegevoegd.
9. De Stuurgroep beslist over de inrichting van een overlegstructuur tussen partijen. Binnen de overlegstructuur zullen de volgende taken een plaats krijgen:
- het opstellen van een jaarverslag van Zoeklicht;
- het beheren van het Meldpunt Zoeklicht;
- het organiseren van de samenwerking tussen de partners bijvoorbeeld door middel van themabijeenkomsten en ad hoc werkgroepen;
- het nader ontwikkelen van de Zoeklicht-aanpak en het initiëren van innovatie in die aanpak ter voorbereiding van besluitvorming in de Stuurgroep;
- de verdere ontwikkeling van Zoeklicht als centraal punt waar kennis en expertise over de aanpak van woonfraude wordt verzameld en gedeeld.
- het ontwikkelen, organiseren en leiden van (deel)projecten en bestandsvergelijkingen.
Artikel 12 Communicatie inzet en verdeling middelen communicatiebudget
Partijen overleggen jaarlijks over de wijze en de frequentie van communicatie(campagnes) met betrekking tot de uitvoering van activiteiten die vallen onder dit convenant.
Artikel 13 Looptijd en evaluatie
1. Dit convenant treedt in werking met ingang van 1 april 2020 en heeft een looptijd van vier jaar.
2. Na ommekomst van de looptijd wordt de werkingsduur steeds stilzwijgend verlengd voor de duur van een jaar.
3. Iedere partij kan opzeggen met inachtneming van een opzegtermijn van een jaar.
4. Jaarlijks vindt een evaluatie plaats, mede aan de hand van de rapportage genoemd in artikel 4, lid 8, die in ieder geval wordt besproken in de Stuurgroep Zoeklicht.
Bijlage I
Nadere uitwerking van de aard en inhoud van de samenwerking en daarbij behorende uitwisseling/verwerking van persoonsgegevens, zoals genoemd in artikel 4
Wijzigingsprotocol
Wijzigingen of uitbreidingen van de hieronder genoemde verwerkingen van persoonsgegevens kunnen alleen plaatsvinden na goedkeuring door de Stuurgroep Zoeklicht en instemming van het College van burgemeester en wethouders en de corporaties.. Het Convenant Zoeklicht wordt dan uitgebreid met een addendum.
A. Meldpunt Zoeklicht
Het Meldpunt Zoeklicht ontvangt en registreert meldingen over vermoedens c.q. concrete aanwijzingen van fraude. Een melding kan worden gedaan door eenieder.(Bijvoorbeeld door een derde of een organisatie of een gemeentelijke dienst).
A 1 Registeren van meldingen over vermoedens van (woon)fraude
De volgende (persoons)gegevens worden verwerkt:
• Adres (straatnaam, huisnummer, huisletter, etage, postcode, woonplaats)
• Inhoud van de melding (wat is gemeld)
• Type melding; telefonisch, of via de website
• Eigenaar van het gemelde adres
• Gegevens melder (tenzij anoniem)
• Aantal bewoners dat daar verblijft (indien bekend)
• Tijdstip waarop bewoner(s) thuis is/zijn (indien bekend)
• Familierelatie bewoners (indien bekend)
• Adres oorspronkelijke bewoner/huurder (indien bekend)
• Woning/woonboot
• Eventuele bijlage(n) die een relatie hebben met de melding bijvoorbeeld foto’s pand
A2 Het routeren van ontvangen meldingen bij Meldpunt Zoeklicht
Meldpunt Zoeklicht geeft ontvangen meldingen genoemd bij onderdeel 1, door aan de partij die naar aanleiding van de melding op grond van zijn (wettelijke) taken moet handelen. Hierbij worden de (persoons)gegevens verwerkt die zijn genoemd bij onderdeel 1 en daaraan wordt toegevoegd:
• Informatie over de partij aan wie de melding wordt toegestuurd.
A 3 Routeren zoeklichtmeldingen van corporaties bij een vermoeden van uitkeringsfraude via Meldpunt Zoeklicht aan Directie Inkomen en terugkoppeling daarop ( Proces Linge)
De volgende (persoons) gegevens worden verwerkt:
• Adres (straatnaam, huisnummer, huisletter, postcode, woonplaats)
• Inhoud van de melding (vermoeden van uitkeringsfraude)
• Type melding; telefonisch, of via de website
• Naam corporatie
• Naam medewerker(s) corporaties
• Datum constatering
Indien uit het bij Meldpunt Zoeklicht binnengekomen signaal een vermoeden van uitkeringsfraude wordt gemeld, wordt vanuit het Meldpunt Zoeklicht een signaal gegeven aan de Directie Inkomen (via xxxxxxxxxxxxxxx@xxxxxxxxx.xx)
De volgende persoonsgegevens worden verwerkt:
• Adres (straatnaam, huisnummer, postcode, woonplaats)
• Inhoud van de melding (wat is gemeld)/
• Volledige voor- en achterna(a)m(en), geboortedatum in BRP ingeschreven bewoner(s)
• Volledig voor- en achterna(a)m(en), geboortedatum, identiteitsbewijzen aangetroffen bewoner(s)
• Eigenaar van het gemelde adres
• Naam behandelaar
• Datum constatering
Optioneel (geen persoonsgegeven)
Informatie over object (woning) t.b.v. de Basisadministratie Gebouwen (BAG)
Binnen twee maanden koppelt Directie Inkomen het resultaat terug aan Meldpunt Zoeklicht (Directie Wonen). De volgende (persoons)gegevens worden verwerkt:
• Adres (straatnaam, huisnummer, postcode, woonplaats)
• Volledige voor- en achterna(a)m(en), geboortedatum aanwezig bewoner(s)
• Status onderzoek: gestart/beëindigd
• Datum constatering
Directie Wonen verstrekt bovenstaande gegevens aan de corporatie die eigenaar is van de betreffende woning.
De corporatie koppelt binnen twee maanden het resultaat terug aan Meldpunt Zoeklicht via een email (via xxxxx.xxxxx@xxxxxxxxx.xx) met in de titel: ‘Resultaat Linge/corporatie’. In deze mail staat de volgende informatie:
• Adres (straat, huisnummer, postcode, woonplaats)
• Type fraude
• Start beëindiging huurcontract: ja/nee
• Naam corporatie
A4 Wettelijke terugmeldingen in het kader van de Wet Basisregistratie personen
De terugmeldingen worden gedaan op xxxxxxxxxxxx@xxxxxxxxxxxxxxx.xx De volgende (persoons)gegevens worden verwerkt:
• Adres
• Volledige voor- en achterna(a)m(en) aangetroffen personen
De terugmeldingen worden gedaan aan xxxxxxxxxxxx@xxxxxxxxxxxxxxx.xx De volgende (persoons)gegevens worden verwerkt:
• Adres (straat, huisnummer, huisletter, postcode, woonplaats)
• Volledige voor- en achterna(a)m(en) aangetroffen personen
• Volledige voor- en achterna(a)m(en) in basisregistratie ingeschreven personen
• Vorig woonadres ingeschreven bewoner(s)
• Geboortedata
• Naam eigenaar woning
• Bron voor terugmelding, met ter zake doende bijlage(n)
B. Combiteams
Samenwerken tussen gemeente en corporaties bij het toezichthouden op individuele dossiers inzake concrete aanwijzingen dan wel vermoedens van woonfraude dan wel inschrijffraude. Ten behoeve van het selecteren van huisbezoeken, worden de volgende (persoons)gegevens verwerkt:
Gegevens corporatie
• Adresgegevens (straat, huisnummer, huisletter, postcode, woonplaats)
• Naam huurder(s) (volledige voor- en achterna(a)m(en))
• Geboortedata huurder(s)
• Huurcontract
• Historie woonsituatie op dat adres
Gegevens gemeente (verrijking)
• Volledige voor – en achterna(a)m(en), geboortedatum, geslacht en inschrijvingsdatum BRP van ingeschreven bewoner(s)contractuele huurders
• Status van een eventueel lopend onderzoek op de ingeschreven bewoner(s) dat relevant is voor de uitvoering van de handhavingstaak door Directie Wonen
• Aantal kamers, oppervlakte, aantal bouwlagen en locatie van de woning
• Eigenaar woning
• Internetinformatie over de gebruiksfunctie van het adres
• Locatie school minderjarige kinderen
Na het huisbezoek wordt door de toezichthouder van de gemeente een Rapport van bevindingen opgesteld . De inhoud van het Rapport van Bevindingen is opgenomen in Bijlage II.
Het Rapport van bevindingen wordt zonder ID gegevens, ter beschikking gesteld aan de daartoe bevoegde medewerker van de corporatie.
C. Afstemming handhavingsacties in een individueel onderzoeksdossier
Het betreft hier delen van (persoons)gegevens in een onderzoek op een individueel adres om indien het noodzakelijk is de handhavingsacties van gemeente en corporaties ten aanzien van dat adres op elkaar af te kunnen stemmen.
De volgende (persoons)gegevens kunnen worden verwerkt:
Gegevens corporatie:
• Adres (straatnaam, huisnummer, huisletter, etage, postcode en straatcode)
• Naam huurder(s) (volledige voor- en achterna(a)m(en))
• Huurcontract
• Eventueel vonnis met betrekking tot ontbinding huurcontract
• Puntentelling woning
• Foto’s
• Rapport van bevindingen
• Plattegrond/indeling woning
• Verklaring onderhuurder(s) (aangetroffen bewoners)
Indien een huisvestingsvergunning voor het adres is verleend, tevens:
• Adresgegevens vergunninghouder (straat, huisnummer, huisletter, etage, postcode, woonplaats)
• Naam vergunninghouder(s) (volledige voor – en achterna(a)m(en))
• Geboortedatum/-data vergunninghouder(s)
• Datum verstrekken huisvestingsvergunning
• Geslacht
• Burgerlijke staat
• Bestemming volgens huisnummerregistratie
• Kamertal
• Oppervlakte
• Soort bergruimte
• Huurprijs
• Datum vaststelling huur
• Telefoonnummer
• Emailadres
D. Bestandsbewerking en -vergelijking
Partijen kunnen eigen bestanden analyseren, prioriteren. Het vergelijken met bestanden van andere partijen, kan alleen met betrekking tot de hieronder vermelde bestanden.
1. Bestand Meldingen Zoeklicht
Directie Wonen kan bestanden met binnengekomen meldingen bij Meldpunt Zoeklicht over vermoedens van woonfraude analyseren, prioriteren op meldingen en delen met partijen ten behoeve van de combiteams. Hierbij worden de volgende (persoonsgegevens verwerkt:
• Adres (straatnaam, huisnummer, huisletter, postcode, woonplaats)
• Inhoud van de melding (wat is gemeld)
• Type melding; telefonisch, of via de website
• Gegevens melder (tenzij anoniem)
• Eigenaar van het gemelde adres
• Informatie over de partij aan wie de melding wordt toegestuurd.
2. Signalen Basisregistratie personen (BRP)
Directie Basisinformatie kan geselecteerde bestanden met persoonsgegevens die zijn gebaseerd op patronen van onregelmatigheden in de BRP waarbij sprake is van vermoedens van woonfraude of uitkeringsfraude, delen met partijen .
Hierbij worden de volgende (persoons)gegevens verwerkt:
• Adres (straatnaam, huisnummer, huisletter, etage, postcode, woonplaats)
3. Fraudemeldingen corporaties
Corporaties kunnen bij hen binnengekomen meldingen van woonfraude delen met partijen ten behoeve van onderzoek in combiteams. Hierbij worden de volgende (persoons)gegevens verwerkt:
• Adres (straatnaam, huisnummer, huisletter, etage, postcode, woonplaats, stadsdeel) Corporaties kunnen bestanden inzake leegstaande en bewoonde woonruimten delen met partijen ten behoeve van onderzoek naar leegstand dan wel de feitelijke woon- en leefsituatie op een adres. Hierbij worden de volgende (persoons)gegevens verwerkt.
• Adres (straatnaam, huisnummer, huisletter, etage, postcode, woonplaats, stadsdeel)
4. Huisvestingsvergunning
Corporaties verstrekken aan Directie Wonen periodiek bestanden met persoonsgegevens van huurders aan wie een huisvestingsvergunning is verstrekt. Hierbij worden de volgende (persoons)gegevens verwerkt:
• Adres (straat, huisnummer, huisletter, etage, postcode, woonplaats)
• Ingangsdatum huurcontract
• Na(a)m(en) (hoofd)huurder(s), en medehuurder(s)
E. Preventie (niet limitatief)
• Vergroten kennis medewerkers van partijen (bijvoorbeeld opleiden personeel deelnemende partijen)
• Gezamenlijke acties en campagnes ter voorkomen van fraude.
F. Rapportage en evaluatie
Gaat om geanonimiseerde gegevensbestanden. Geen persoonsgegevens.
Bijlage II Rapport van Bevindingen
In het Rapport van bevindingen worden de volgende (persoons)gegevens vastgelegd:
• Datum huisbezoek
• Toestemming aangetroffen bewoner(s) voor huisbezoek
• Adres (straat, huisnummer, huisletter, postcode, woonplaats)
• Naam eigenaar woning
• Naam bewoner(s) uit de BRP (volledige voor- en achterna(a)m(en))
• Geboortedatum bewoner(s) uit de BRP
• Naam aangetroffen bewoner(s) (volledige voor- en achterna(a)m(en))
• Geboortedatum aangetroffen bewoner(s)
• ID nr. aangetroffen bewoners (dit gegeven gaat niet naar de corporaties)
• Verslag feitelijke situatie in de woning met betrekking tot de bewoning c.q. verblijf van de aangetroffen personen in de woning
• Beeldverslag feitelijke gebruikssituatie in woning
• Ter zake doende andere bijlagen
• Gegevens woning uit Citydata
• Huurcontract/huurbedrag
• Indeling woning
• Gebruik volgens bestemmingsplan
• Eventuele wetsovertreding
• Behandelend toezichthouder(s)/fraudemedewerker
Erratum
Na instemming van het college van burgemeester en wethouders op 24 maart 2020 is de tekst op drie plaatsen aangepast:
• Pagina 6, artikel 4, onder B, lid 2 Stuurgroep Wonen is gewijzigd in Stuurgroep Zoeklicht.
• Pagina 11, artikel 11, lid 8, na de woorden “instemming van het College van burgemeester en wethouders” toegevoegd “en de corporaties”.
• Pagina 12 Bijlage I, onder wijzigingsprotocol wordt na “instemming van het College van burgemeester en wethouders” toegevoegd “en de corporaties.”