VERZEKERINGSVOORWAARDEN
VERZEKERINGSVOORWAARDEN
Stam Private Lease
Versie VVPLSL-010121
Ingangsdatum 01-01-2021
INHOUDSOPGAVE
ALGEMENE VOORWAARDEN
Begripsomschrijvingen 3
Verzekerd gebied 3
Beperkingen en uitsluitingen 3
Verplichtingen in geval van schade 4
Premie 4
Herziening van tarieven en/of voorwaarden 4
Sancties en/of handelsbeperkingen 4
Niet of beperkt verzekerd, omdat een andere verzekering ook geldt 4
Mededelingen 4
Geschillen 4
Privacy 4
Acceptatie via gevolmachtigden 4
Klachten 4
RUBRIEK 1
VERZEKERINGSVOORWAARDEN MOTORRIJTUIGEN
Verzekerden 5
Bonus-malusregeling 5
Beschadiging of bevuiling van binnenstoffering 5
RUBRIEK 2
BIJZONDERE VERZEKERINGSVOORWAARDEN AANSPRAKELIJKHEID
Wet Aansprakelijkheidsverzekering Motorrijtuigen (WAM) 6
Strekking en omvang van de verzekering 6
Beperkingen en uitsluitingen 6
Verhaalsrecht van verzekeraars 6
Behandeling van een schadegeval 6
RUBRIEK 3
BIJZONDERE VERZEKERINGSVOORWAARDEN CASCO
Cascoverzekering motorrijtuigen 7
Strekking en omvang van de beperkte cascodekking 7
Beperkingen en uitsluitingen 7
Herstellen van het motorrijtuig 8
Schadedekking 8
Afstand van verhaalsrechten 8
RUBRIEK 4
VERZEKERINGSVOORWAARDEN ONGEVALLEN IN- EN OPZITTENDEN
Wie is verzekerd? 9
Waarvoor bent u verzekerd? 9
Wat is beperkt verzekerd? 9
Wat is niet verzekerd? 9
Voor welk bedrag bent u verzekerd? 9
Hoe bepalen wij de uitkering of schadevergoeding? 9
Wij geven een uitkering bij overlijden of blijvende invaliditeit 10
Wanneer betalen wij wettelijke rente? 10
Voor de vaststelling van de uitkering geldt een aantal regels 11
RUBRIEK 5
VERZEKERINGSVOORWAARDEN SCHADE IN- EN OPZITTENDEN
Wie is verzekerd? 12
Waarvoor bent u verzekerd? 12
Wat is niet verzekerd? 12
Voor welk bedrag bent u verzekerd? 12
Hoe bepalen wij de uitkering of schadevergoeding? 12
Wij vergoeden schade bij letsel, aantasting van de gezondheid of overlijden 12
Voor de vaststelling van de schadevergoeding geldt een aantal regels 12
Wij vergoeden de reparatiekosten bij zaakschade 12
ALGEMENE VOORWAARDEN
1 Begripsomschrijvingen
1.1 Leasemaatschappij
Stam Lease B.V. ook wel Leasegever genoemd.
1.2 Gebeurtenis
Een voorval of een reeks met elkaar verband houdende voorvallen ten gevolge waarvan schade is ontstaan.
1.3 Motorrijtuig
Het in de lease-overeenkomst/leasecontract omschreven motorrijtuig (ook wel genoemd object, motorrijtuig, voertuig, (personen)auto, bedrijfswagen e.d.).
1.4 Verzekeraars
Diegenen die, eventueel gezamenlijk, het verzekerde risico dragen en/of gevolmachtigd optreden namens deze.
1.5 Verzekerden
Lessee, leasenemer, cliënt(en) genoemd in de lease-overeenkomst/leasecontract, de gemachtigde bestuurder van het motorrijtuig, alsmede de met het motorrijtuig vervoerd wordende personen.
1.6 Verzekeringnemer
Bedoeld wordt de lessee, leasenemer, cliënt(en) genoemd in de lease-overeenkomst/leasecontract welke, al dan niet in de leasetermijn verrekend, premie, kosten en eventueel assurantiebelasting is verschuldigd en welke middels de lease-overeenkomst/het leasecontract rechten en plichten ontleent aan deze voorwaarden.
2 Verzekerd gebied
De verzekering is van kracht in Europa en in de niet-Europese landen waarvoor het door verzekeraars afgegeven Internationaal Verzekeringsbewijs (groene kaart) geldig is, alsmede tijdens transport tussen de landen die van het verzekerd gebied deel uitmaken.
3 Beperkingen en uitsluitingen
3.1 Diefstal
De verzekering geeft geen dekking aan hen, die zich door diefstal of geweldpleging de macht over het motorrijtuig hebben verschaft en aan hen die, dit wetende, het motorrijtuig zonder geldige redenen gebruiken.
3.2 Opzet
De verzekering geeft geen dekking voor gebeurtenissen veroorzaakt met opzet of goedvinden van verzekerde.
3.3 Rijbewijs
3.3.1 De verzekering geeft geen dekking voor gebeurtenissen veroorzaakt gedurende de tijd dat de bestuurder:
- een rijverbod is opgelegd en/of zijn rijbewijs is ingenomen;
- de rijbevoegdheid is ontzegd;
- niet heeft voldaan aan de op zijn rijbewijs gestelde voorschriften;
- niet in het bezit is van een geldig, voor het motorrijtuig wettelijk voorgeschreven rijbewijs, dan wel niet heeft voldaan aan de overige ten aanzien van de rijbevoegdheid gestelde voorschriften.
3.3.2 Deze uitsluiting geldt niet voor die verzekerde die aantoont dat de bedoelde omstandigheden zich buiten zijn weten en tegen zijn wil hebben voorgedaan en dat hem ten aanzien daarvan redelijkerwijs niets valt te verwijten.
3.4 Ander gebruik
3.4.1 De verzekering geeft geen dekking voor gebeurtenissen veroorzaakt tijdens verhuur, of tijdens gebruik van het motorrijtuig anders dan waarvoor dit volgens opgaaf aan verzekeraars/leasemaatschappij is bestemd, behalve indien met het motorrijtuig een ander motorrijtuig bij wijze van vriendendienst wordt gesleept.
3.4.2 Deze uitsluiting geldt niet voor die verzekerde die aantoont dat de bedoelde omstandigheden zich buiten zijn weten en tegen zijn wil hebben voorgedaan en dat hem ten aanzien daarvan redelijkerwijs niets valt te verwijten.
3.5 Wedstrijden
3.5.1 De verzekering geeft geen dekking voor gebeurtenissen veroorzaakt tijdens het deelnemen aan een wedstrijd, snelheidsproef of -rit, tenzij het gaat om een regelmatigheids- of behendigheidswedstrijd of -rit, die niet langer duurt dan 24 uur en waarbij het snelheidselement niet van overwegend belang is.
3.5.2 Deze uitsluiting geldt niet voor die verzekerde die aantoont dat de bedoelde omstandigheden zich buiten zijn weten en tegen zijn wil hebben voorgedaan en dat hem ten aanzien daarvan redelijkerwijs niets valt te verwijten.
3.6 Molest
3.6.1 De verzekering geeft geen dekking voor schade veroorzaakt door of ontstaan uit:
3.6.1.1 gewapend conflict:
onder gewapend conflict wordt verstaan elk geval waarin staten of andere georganiseerde partijen elkaar, of althans de een de ander, gebruikmakend van militaire machtsmiddelen, bestrijden. Onder gewapend conflict wordt mede verstaan het gewapend optreden van een Vredesmacht der Verenigde Naties;
3.6.1.2 burgeroorlog:
onder burgeroorlog wordt verstaan een min of meer georganiseerde gewelddadige strijd tussen inwoners van eenzelfde staat, waarbij een belangrijk deel van de inwoners van die staat betrokken is;
3.6.1.3 opstand:
onder opstand wordt verstaan georganiseerd gewelddadig verzet binnen een staat, gericht tegen het openbaar gezag;
3.6.1.4 binnenlandse onlusten:
onder binnenlandse onlusten worden verstaan min of meer georganiseerde gewelddadige handelingen die zich op verschillende plaatsen voordoen binnen een staat;
3.6.1.5 oproer:
onder oproer wordt verstaan een min of meer georganiseerde plaatselijke gewelddadige beweging, gericht tegen het openbaar gezag;
3.6.1.6 muiterij:
onder muiterij wordt verstaan een min of meer georganiseerde gewelddadige beweging van leden van enige gewapende macht, gericht tegen het gezag waaronder zij gesteld zijn.
3.6.2 De verzekering geeft geen dekking voor schade veroorzaakt gedurende de tijd dat het motorrijtuig in beslag is genomen of wordt gebezigd krachtens besluit van een Nederlandse of vreemde mogendheid.
3.7 Atoomkernreacties
Deze verzekering dekt geen schade veroorzaakt door, optredende bij of voortvloeiende uit atoomkernreacties, onverschillig hoe de reactie is ontstaan. Onder atoomkernreactie is te verstaan iedere kernreactie waarbij energie vrijkomt zoals kernfusie, kernsplitsing, kunstmatige en natuurlijke radioactiviteit.
4 Verplichtingen in geval van schade
4.1.1 Aanmelding
Zodra een gebeurtenis heeft plaatsgevonden op grond waarvan verzekeraars tot een vergoeding/dekking, verhaalbaar krachtens deze verzekering, gehouden zouden kunnen zijn, of zodra een vordering daartoe bij verzekerde is ingediend, is verzekerde verplicht het schadegeval met bekwame spoed te melden bij verzekeraars. Een schade dient in ieder geval bij Leasemaatschappij te worden gemeld binnen 48 uur nadat de schade bij verzekerde bekend is. Het volledig ingevulde en ondertekende Schade Aangifte Formulier dient binnen 10 werkdagen bij Leasemaatschappij te worden ingediend.
Een recht op uitkering van schade verjaart drie jaar, nadat de schade is ontstaan en dit bekend was of bekend had kunnen zijn Als de verzekeraar besluit bij de behandeling van een schade dat er niet betaald gaat worden, zal verzekeringnemer of verzekerde bericht ontvangen. Dan start een nieuwe verjaringstermijn van drie jaar. Deze start op de dag volgend op de datum van de berichtgeving.
Indien de bonus/malusregeling conform artikel 16 van toepassing is, heeft Leasemaatschappij het recht om bij constatering van niet gemelde schade(s) (conform bovenstaande procedure), de malusregeling toe te passen met terugwerkende kracht tot aanvangsdatum van de verzekering. De algemene voorwaarden behorende bij de lease-overeenkomst blijven daarnaast onverminderd van kracht.
4.1.2 Aangifte politie
In geval van diefstal of poging daartoe, verduistering, joyriding of oplichting dient verzekerde bovendien onmiddellijk aangifte te doen bij de bevoegde autoriteiten.
4.2 Bescheiden
Verzekerde is verplicht alle ontvangen bescheiden, zoals aansprakelijkstellingen, dagvaardingen en stukken betreffende strafvervolging terstond aan verzekeraars te doen toekomen en zich te onthouden van iedere toezegging, verklaring of handeling waaruit erkenning van een verplichting tot schadevergoeding afgeleid zou kunnen worden.
4.3 Inlichtingen
Verzekerde dient desverlangd een schriftelijke en ondertekende verklaring omtrent de oorzaak en toedracht en omvang van de schade aan verzekeraars over te leggen. De door de verzekerde verstrekte of te verstrekken opgaven, mondeling dan wel schriftelijk, zullen dienen tot de vaststelling van de omvang van de schade en het recht op uitkering.
5 Premie
5.1 N.v.t.
6 Herziening van tarieven en/of voorwaarden
6.1 N.v.t.
7 Sancties en/of handelsbeperkingen Bij aanvang van de verzekering
De verzekeringsovereenkomst komt niet tot stand als verzekeringnemer, verzekerde of een andere belanghebbende voorkomt op een nationale of internationale sanctielijst. Dit wordt achteraf getoetst door de verzekeraar. Daarom is een ‘opschortende voorwaarde’ van kracht. De toetsing wordt zo snel mogelijk uitgevoerd. Als verzekeringnemer, verzekerde of een andere belanghebbende niet voorkomt op een sanctielijst, dan is de overeenkomst geldig vanaf de op de polis vermelde ingangsdatum.
En als een persoon wel voorkomt op een sanctielijst? Dan wordt de aanvrager daarover schriftelijk geïnformeerd, dit gebeurt in ieder geval binnen dertig dagen nadat de polis is verzonden.
De opschortende voorwaarde luidt:
De overeenkomst komt alleen tot stand als er voldoende informatie beschikbaar is en uit toetsing niet blijkt dat het verboden is op grond van sanctiewet- of regelgeving financiële diensten te verlenen voor of ten behoeve van:
- verzekeringnemer, verzekerden, medeverzekerden en andere (rechts) personen die voordeel zouden kunnen hebben bij het bestaan van de overeenkomst;
- vertegenwoordigers en gemachtigden van het bedrijf van verzekeringnemer;
- uiteindelijk financieel belanghebbenden bij het bedrijf van de verzekeringnemer.
Gedurende de looptijd van de verzekering
De verzekeringsovereenkomst kan niet gehandhaafd worden als verzekerde, verzekeringnemer of een andere belanghebbende voorkomt op een nationale of internationale sanctielijst. De verzekeraar toetst regelmatig of relaties of andere belanghebbenden niet voorkomen op een sanctielijst.
De verzekeringsovereenkomst kan gehandhaafd worden zolang als uit toetsing niet blijkt dat het verboden is om op grond van sanctiewet- of regelgeving financiële diensten te verlenen voor of ten behoeve van:
- verzekeringnemer, verzekerden, medeverzekerden en andere (rechts) personen die voordeel zouden kunnen hebben bij het bestaan van de overeenkomst;
- vertegenwoordigers en gemachtigden van het bedrijf van verzekeringnemer;
- uiteindelijk financieel belanghebbenden bij het bedrijf van de verzekeringnemer.
Bij melding van een schade
Er wordt geen schade vergoed als de verzekeraar daarmee in strijd zou handelen met sanctiewet- of regelgeving die verbiedt dekking te verlenen of een schade uit te keren. Ook niet verzekerd is de schade of het belang van personen, ondernemingen, overheden of andere entiteiten dat de verzekeraar volgens nationale of internationale wet en/of regelgeving niet mogen verzekeren.
8 Niet of beperkt verzekerd, omdat een andere verzekering ook geldt
Deze verzekering biedt geen dekking als de verzekerde schade of verlies ook op een polis bij een andere verzekeraar is verzekerd of zou zijn verzekerd, als deze verzekering niet zou hebben bestaan. U bent wel verzekerd voor het deel van het schadebedrag, dat niet door die andere verzekeraar wordt uitgekeerd. Met uitzondering van het eigen risico dat bij die andere verzekeraar van kracht is.
Heeft uw verzekering bij de andere verzekeraar een zelfde bepaling als deze? Of worden wij het niet eens met de andere verzekeraar? Dan regelt de verzekeraar die het eerst door u is benaderd, de schade.
9 Mededelingen
9.1 Mededelingen aan verzekeringnemer kunnen door Leasemaatschappij rechtsgeldig worden gedaan aan het bij haar laatst bekende adres van verzekeringnemer.
10 Geschillen
Tenzij schriftelijk anders is overeengekomen geldt het volgende:
10.1 beslechting van geschillen voortvloeiende uit deze verzekeringsovereenkomst is onderworpen aan het Nederlandse recht en de in de Nederlandse verzekeringspraktijk geldende gebruiken;
10.2 alle geschillen betreffende deze verzekeringsovereenkomst zijn onderworpen aan de uitspraak van de bevoegde rechter in Nederland, naar keuze van verzekeraar.
11 Privacy
De bij de aanvraag van een verzekering verstrekte persoonsgegevens, alsmede nader over te leggen persoonsgegevens, kunnen door verzekeraars worden verwerkt ten behoeve van het bemiddelen, aangaan en uitvoeren van verzekeringsovereenkomsten en overige (financiële) diensten en het beheren van daaruit voortvloeiende relaties, met inbegrip van de voorkoming en bestrijding van fraude en van activiteiten gericht op de vergroting van het klantenbestand.
12 Acceptatie via gevolmachtigden
12.1 Voor zover acceptatie via gevolmachtigden heeft plaatsgevonden, verklaren deze dat zij hebben getekend voor de verzekeraars en de voor deze geaccepteerde aandelen, zoals die zijn vermeld en gespecificeerd in de door de gevolmachtigden bij de Cooperatieve Vereniging Nederlandse Assurantie Beurs b.a. (CVNAB) gedeponeerde verdelingsopgaven.
12.2 Indien de betrokken verzekeraars en de voor deze geaccepteerde aandelen niet in de polis zijn vermeld wordt desgevraagd door de in het eerste lid genoemde Cooperatieve Vereniging aan belanghebbenden een opgave van die verzekeraars en hun aandelen verstrekt.
12.3 De belanghebbenden kunnen zich voor het verkrijgen van de in het tweede lid bedoelde opgave eveneens tot Leasemaatschappij wenden.
13 Klachten
13.1 Eventuele klachten die verband houden met deze verzekeringsovereenkomst, kunnen schriftelijk onder vermelding van naam, adres en lease- overeenkomstnummer ingediend worden bij de directie van Leasemaatschappij.
RUBRIEK I - VERZEKERINGSVOORWAARDEN MOTORRIJTUIGEN
14 Verzekerden
In aansluiting op het vermelde in art. 1.5 wordt onder verzekerde eveneens verstaan de werkgever van de genoemde verzekerden, indien hij voor de door de verzekerde veroorzaakte schade wettelijk aansprakelijk is.
15 N.v.t.
16 Bonus-malusregeling
De Bonus-malusregeling geldt alleen indien in de lease-overeenkomst expliciet is gemeld, dat de Bonus-malusregeling van toepassing is. Indien deze vermelding in de lease-overeenkomst ontbreekt, zijn alle artikelen vallend onder artikel 16 niet van toepassing.
16.1 Bonus-malusschaal voor individuele auto-/motorverzekeringen
huidige premie- trede | Premie- percentage | aantal aangemelde schade(n) | |||
geen nieuwe premietrede | 1 | 2 | 3 | ||
20 | 25 | 20 | 15 | 8 | 1 |
19 | 25 | 20 | 13 | 7 | 1 |
18 | 25 | 19 | 12 | 6 | 1 |
17 | 25 | 18 | 11 | 6 | 1 |
16 | 25 | 17 | 10 | 5 | 1 |
15 | 25 | 16 | 9 | 5 | 1 |
14 | 30 | 15 | 8 | 4 | 1 |
13 | 32,5 | 14 | 7 | 3 | 1 |
12 | 35 | 13 | 7 | 3 | 1 |
11 | 37,5 | 12 | 6 | 2 | 1 |
10 | 40 | 11 | 6 | 2 | 1 |
9 | 45 | 10 | 5 | 1 | 1 |
8 | 50 | 9 | 4 | 1 | 1 |
7 | 55 | 8 | 3 | 1 | 1 |
6 | 60 | 7 | 2 | 1 | 1 |
5 | 70 | 6 | 1 | 1 | 1 |
4 | 80 | 5 | 1 | 1 | 1 |
3 | 90 | 4 | 1 | 1 | 1 |
2 | 100 | 3 | 1 | 1 | 1 |
1 | 125 | 2 | 1 | 1 | 1 |
16.2 De premiekorting wordt ondanks schade-aanmelding verleend:
16.2.1 indien geen schadevergoeding is verschuldigd wegens aansprakelijkheidsschade of een cascoschade;
16.2.2 indien de betaalde schade dan wel geleden schade volledig is verhaald;
16.2.3 indien het een schade betreft ontstaan door een van de in art. 24.1 genoemde oorzaken;
16.2.4 indien verzekeraars de betaalde schade niet kunnen verhalen uitsluitend als gevolg van het bestaan van een schaderegelingsakkoord met andere verzekeraars;
16.2.5 indien verzekerde een volledig ingevuld en door betrokken partijen ondertekend zogenaamd “Europees schade-aangifteformulier” inzendt, waaruit naar het oordeel van verzekeraars blijkt, dat ter zake van die schade geen betaling ten laste van hen komt; blijkt in een later stadium dat toch een betaling ten laste van verzekeraars dient te geschieden, dan wordt de premiekorting voor schadevrij verloop alsnog aangepast;
16.2.6 indien verzekerde de betaalde schade inclusief de extern gemaakte kosten binnen 3 maanden na de eerstvolgende contractsvervaldag, nadat verzekeraars hem de omvang daarvan hebben medegedeeld, terugbetaalt;
16.2.7 indien er sprake is van een aanrijding met een fietser of voetganger, waarbij ter zake van het ontstaan van die aanrijding aan de verzekerde geen enkel verwijt kan worden gemaakt.
16.3 De korting geldt niet voor de premie voor een uitsluitend cascoverzekering en evenmin voor de premie van een brand-, explosie-, zelf- ontbranding- en/of diefstalverzekering.
16.4 Verzekerde heeft per januari van een jaar recht op een bonustrede conform artikel 16.1, indien Verzekerde gedurende het voorgaande kalenderjaar geen schade heeft aangemeld en de verzekering minimaal de laatste 6 maanden van het voorgaande jaar van toepassing is geweest.
16.5 Een malustrede conform artikel 16.1, zal van toepassing zijn vanaf de maand volgend op de schadedatum.
17 Beschadiging of bevuiling van binnenstoffering
Onder deze verzekering is medebegrepen beschadiging of bevuiling van de binnenstoffering van het motorrijtuig ontstaan bij het kosteloos vervoer van personen, die bij een ongeval betrokken waren. Deze dekking is zonder eigen risico en is eveneens van kracht, indien uitsluitend een verzekering tegen de gevolgen van wettelijke aansprakelijkheid is gesloten.
RUBRIEK 2 - BIJZONDERE VERZEKERINGSVOORWAARDEN AANSPRAKELIJKHEID
Alle artikelen behorend tot Rubriek 2 zijn alleen van toepassing indien in de lease-overeenkomst expliciet is gemeld, dat de WA verzekering onderdeel uitmaakt van de lease-overeenkomst. Indien deze vermelding in de lease-overeenkomst ontbreekt, zijn alle artikelen vallend onder Rubriek 2 niet van toepassing.
18 Wet Aansprakelijkheidsverzekering Motorrijtuigen (WAM)
Met voorbijgaan van hetgeen anders in de verzekeringsvoorwaarden van deze polis mocht zijn bepaald, wordt deze verzekering geacht aan de door of krachtens de Wet Aansprakelijkheidsverzekering Motorrijtuigen (WAM) gestelde eisen te voldoen.
19 Strekking en omvang van de verzekering
19.1 Algemeen
Deze verzekering verleent dekking tegen de financiële gevolgen van de aansprakelijkheid van verzekerde voor schade aan personen en/of zaken van derden – de daaruit voortvloeiende schade daaronder begrepen - met of door het motorrijtuig veroorzaakt en wel voor alle verzekerden tezamen tot ten hoogste het op het polisblad of laatst afgegeven aanhangsel vermelde bedrag per gebeurtenis. Indien het motorrijtuig een personenauto of bestelauto is, wordt een tweewielige aanhangwagen (of ander tweewielig voertuig of voertuig met tandemas), welke aan het motorrijtuig is gekoppeld, als deel van het motorrijtuig beschouwd. Onder aanhangwagen wordt verstaan iedere aanhangwagen, gekoppeld aan een personenauto of bestelauto, die in combinatie met een BE-rijbewijs mag worden gereden. Indien de schade is veroorzaakt in een tot het verzekerd gebied behorend land, waar in de wet een hoger verzekerd bedrag is voorgeschreven, geeft de verzekering dekking tot dit hogere bedrag.
19.2 Schade aan eigen motorrijtuigen
19.2.1 Bedrijfsmotorrijtuig
Indien het verzekerde motorrijtuig schade veroorzaakt aan een ander motorrijtuig, waarvan verzekeringnemer de eigenaar of houder is, zullen verzekeraars de schade aan dat andere motorrijtuig vergoeden, indien en voorzover zij daartoe krachtens de verzekeringsvoorwaarden gehouden zouden zijn geweest als de schade niet door de verzekeringnemer, maar door een willekeurige benadeelde was geleden, tenzij:
19.2.1.1 dat andere motorrijtuig in de zin van de WAM als deel van het verzekerde motorrijtuig kan worden aangemerkt;
19.2.1.2 de schade is toegebracht in een gebouw of op een terrein in gebruik bij verzekeringnemer.
19.2.1.3 Uitgesloten is de uit het ongeval voortvloeiende bedrijfsschade en eventuele waarde-vermindering.
19.2.2 Andere gezinsmotorrijtuigen van verzekeringnemer
Indien de verzekering betrekking heeft op een gezinspersonenauto en met of door deze personenautoschade wordt toegebracht aan een andere personenauto, waarvan het kenteken op naam staat van verzekerde, vergoeden verzekeraars - mits deze auto’s hoofdzakelijk door verzekeringnemer of de bij hem inwonende gezinsleden worden bestuurd - de schade aan de andere auto (met inbegrip van de daaruit voortvloeiende schade), indien en voor zover zij daartoe krachtens de verzekeringsvoorwaarden gehouden zouden zijn geweest als de schade niet aan verzekeringnemer maar aan een derde was toegebracht.
19.3 Mede-inzittenden/mede-opzittenden
Binnen de grenzen van deze polis is onder deze verzekering begrepen de aansprakelijkheid van personen, die zich zonder het motorrijtuig zelf te besturen, in of op het motorrijtuig bevinden, dan wel daar in-, op-,af-, of uitstappen, een en ander met uitsluiting van schade, toegebracht aan het verzekerde motorrijtuig en aan de daarmee, daarin, respectievelijk daarop vervoerd wordende zaken.
19.4 Zekerheidstelling
Indien ter waarborging van de rechten van benadeelden door een buitenlandse overheid het stellen van zekerheid wordt verlangd om de opheffing van een op het motorrijtuig gelegd beslag of invrijheidstelling van een verzekerde te verkrijgen, verstrekken verzekeraars deze zekerheid tot ten hoogste EUR 50.000,00 per gebeurtenis, mits sprake is van een gedekte schade. Verzekerden zijn verplicht verzekeraars te machtigen over de zekerheidstelling te beschikken zodra deze wordt vrijgegeven; zij zullen alle medewerking moeten verlenen om de terugbetaling te verkrijgen.
19.5 Lading en/of andere zaken
Onder de verzekering is begrepen de aansprakelijkheid van de op deze polis verzekerde personen voor schade aan derden toegebracht met of door lading of andere zaken, terwijl deze zich bevinden op, worden vervoerd met, vallen van, dan wel nadat deze zijn gevallen van het motorrijtuig. Aansprakelijkheid voor schade bij het laden en lossen is slechts verzekerd voor zover niet gedekt door een andere verzekering, al dan niet van oudere datum.
19.6 Gekoppeld object
Onder de verzekering is begrepen de aansprakelijkheid van de op deze polis verzekerde personen, voor schade aan derden toegebracht met of door objecten, zolang deze objecten zijn gekoppeld aan het motorrijtuig, of nadat deze zijn losgemaakt of losgeraakt doch nog niet definitief buiten het verkeer tot stilstand zijn gekomen. Betreft de verzekering een motorrijtuig met een “maximaal toelaatbaar gewicht” van meer dan
3.500 kg, dan is de dekking uitsluitend van kracht indien dit uitdrukkelijk in de polis of het laatst afgegeven aanhangsel is vermeld.
19.7 Proceskosten en wettelijke rente
Boven het verzekerd bedrag worden vergoed:
19.7.1 de kosten van met goedvinden of op verlangen van verzekeraars gevoerde procedures en in hun opdracht verleende rechtsbijstand;
19.7.2 de wettelijke rente over het door de verzekering gedekte gedeelte van de hoofdsom.
20 Beperkingen en uitsluitingen
Naast de uitsluitingen als vermeld in art. 3 zijn op deze rubriek voorts van toepassing de hierna te noemen beperkingen en uitsluitingen:
20.1 uitgesloten is schade aan zaken die de verzekeringnemer onder zich heeft of die met het motorrijtuig worden vervoerd. Onder zaken die met het motorrijtuig worden vervoerd, worden niet verstaan de kleding en lijfsieraden die passagiers dragen;
20.2 uitgesloten is de aansprakelijkheid voor personenschade toegebracht aan de bestuurder van het motorrijtuig dat het ongeval veroorzaakt.
21 Verhaalsrecht van verzekeraars
21.1 In alle gevallen, waarin verzekeraars krachtens de WAM of een met de WAM overeen-komende buitenlandse wet schade hebben moeten vergoeden, waartoe zij op grond van de polisbepalingen tegenover de desbetreffende verzekerde niet zijn gehouden, zijn verzekeraars gerechtigd deze door hen vergoedde schade te verhalen op de jegens de benadeelde aansprakelijke verzekerde, alsmede op de verzekeringnemer. Dit verhaalsrecht omvat bovendien de door verzekeraars ter zake van deze schade gemaakte kosten.
21.2 Een verhaalsrecht jegens de verzekerden komt verzekeraars ook toe bij schade veroorzaakt na het einde van de verzekering of de dekking. Indien de schade door een ander dan de verzekeringnemer is veroorzaakt nadat de verzekering overeenkomstig art. 8.3.3 is geëindigd, zullen verzekeraars van hun verhaalsrecht tegenover de verzekeringnemer of zijn erfgenamen geen gebruik maken, indien deze voldaan hebben aan de verplichting tot kennisgeving die krachtens genoemde bepaling op hen rust.
22 Behandeling van een schadegeval
Verzekeraars hebben het recht aanspraken van benadeelden naar eigen inzicht te behandelen, een schade rechtstreeks aan benadeelden te vergoeden en met hen schikkingen te treffen. Bestaat een schadevergoeding uit periodieke uitkeringen en is de waarde van die uitkeringen met inachtneming van eventuele andere schadevergoedingen hoger dan het verzekerde bedrag, dan wordt de duur of de hoogte van die uitkeringen naar evenredigheid verminderd.
RUBRIEK 3 - BIJZONDERE VERZEKERINGSVOORWAARDEN CASCO
Alle artikelen behorend tot Rubriek 3 zijn alleen van toepassing indien in de lease-overeenkomst expliciet is gemeld, dat de Cascoverzekering onderdeel uitmaakt van de lease-overeenkomst. Indien deze vermelding in de lease-overeenkomst ontbreekt, zijn alle artikelen vallend onder Rubriek 3 niet van toepassing.
23 Cascoverzekering motorrijtuigen
Verzekerde wordt, tot ten hoogste het op de lease-overeenkomst/leasecontract of laatst afgegeven aanhangsel genoemde bedrag onder aftrek van het geldende eigen risico/eigen bijdrage, dekking geboden voor vergoeding van schade aan het motorrijtuig ontstaan door de gebeurtenissen hierna genoemd in art. 24.1 en bovendien door xxxxxx, omslaan, slippen, van de weg of te water geraken of door andere van buiten komende onheilen. Daarenboven wordt de verzekerde dekking geboden voor:
23.1 voor zover niet reeds gedekt krachtens art. 15, de kosten van bewaking en vervoer van het motorrijtuig naar de meest nabij gevestigde reparateur, bij wie het motorrijtuig kan worden hersteld van de in de aanhef van dit artikel bedoelde beschadigingen;
23.2 bijdrage in de averij-grosse;
23.3 schade aan of verlies van de niet tot de standaarduitrusting behorende accessoires/opties, voor zover deze aan of in het motorrijtuig vast zijn gemonteerd en uitdrukkelijk zijn meeverzekerd. Bovengenoemde accessoires/opties worden lineair in 4 jaar afgeschreven naar € 0,-. Geen vergoeding wordt verleend voor zaken als radardetectoren en lasershields.
23.4 Verzekeraar zal in geval van gedekte cascoschaden aan het motorrijtuig nimmer overgaan tot uitkering van schadevergoedingen/-bedragen aan verzekerde/verzekeringnemer. Het biedt de verzekerde/verzekeringnemer slechts dekking voor haar aansprakelijkheidspositie jegens Leasemaatschappij. Voor in de lease-overeenkomst opgenomen en conform deze verzekeringsvoorwaarden gedekte privé-eigendommen van verzekerde kan als uitzondering hierop wel een schade-uitkering plaatsvinden aan verzekerde.
24 Strekking en omvang van de beperkte cascodekking
24.1 Indien blijkens het polisblad of laatst afgegeven aanhangsel het risico van beperkte cascoschade aan het motorrijtuig is verzekerd, wordt de verzekerde dekking geboden voor schade ontstaan door:
a diefstal, verduistering, vandalisme, voor zover niet gepleegd door personen die op enigerlei wijze verbonden zijn aan verzekerde (bijvoorbeeld; relationeel, familiair, arbeidsvoorwaardelijk of zakelijk), joyriding, alsmede beschadiging ten gevolge van poging tot diefstal van het motorrijtuig en/of van daarin aanwezige zaken of beschadiging gedurende de tijd dat het motorrijtuig was ontvreemd. Verzekeraars zijn gerechtigd de dekking te weigeren indien kopie deel III of het overschrijvingsbewijs van het kentekenbewijs niet kan worden overgelegd. Niet meeverzekerd zijn zaken die niet als accessoires in de zin van de polis kunnen worden aangemerkt;
b brand, explosie, kortsluiting en blikseminslag;
c ruitbreuk, niet gepaard gaande met een andere beschadiging van het motorrijtuig, behalve door de scherven van de ruit;
d overstroming, hagelstenen, aardverschuiving, sneeuwlawines of het omwaaien van het motorrijtuig, (om)vallende voorwerpen;
e storm (waaronder wordt verstaan een windsnelheid van ten minste 14 meter per seconde);
f botsing met vogels, loslopende dieren of overstekend wild. Schade die ontstaat bij de eventuele daaropvolgende of daaruit voortvloeiende botsingen is niet gedekt;
g een van buiten komend onheil gedurende de tijd, dat het motorrijtuig voor transport met een vervoermiddel aan een transportonderneming is overgedragen, met uitzondering van schade ontstaan tijdens takelen en slepen en van schade als schrammen, krassen of lakschade;
h relletjes; hieronder worden verstaan incidentele geweldmanifestaties.
24.2 Zonder dat sprake is van een gedekte gebeurtenis als omschreven in art. 23 en 24.1 worden vergoed de ter voorkoming van diefstal van het verzekerde motorrijtuig noodzakelijke kosten van wijziging, of - als zulks niet mogelijk is - vervanging van sloten van het verzekerde motorrijtuig, indien de motorrijtuigsleutels na diefstal met braak of na beroving met geweld in het bezit van onbevoegden zijn geraakt. Onder motorrijtuigsleutels worden in dit verband verstaan alle mechanische en/of elektronische middelen met behulp waarvan de portieren van het motorrijtuig kunnen worden geopend en/of de motor van het motorrijtuig kan worden gestart. De vergoeding zal ten hoogste 3% van het verzekerd bedrag ‘casco’ of ‘beperkt casco’ bedragen. De hiervoor bedoelde diefstal of beroving dient te blijken uit een proces-verbaal van aangifte, waarin de motorrijtuigsleutels afzonderlijk vermeld staan.
25 Beperkingen en uitsluitingen
Naast de uitsluitingen als vermeld in art. 3 van de algemene voorwaarden zijn op de cascoverzekering voorts de hierna te noemen beperkingen en uitsluitingen van toepassing:
25.1 uitgesloten is schade door bevriezing anders dan als rechtstreeks gevolg van een gebeurtenis vastgelegd in art. 23 en 24.1;
25.2 uitgesloten is schade ten gevolge van slijtage of waardevermindering, alsmede schade, die het rechtstreeks en uitsluitend gevolg is van onoordeelkundig gebruik van het mechanisme, constructie- of materiaalfouten, eigen gebrek of een andere inwendige oorzaak. Indien echter als verder gevolg daarvan een gebeurtenis heeft plaatsgehad in de zin van art. 23 en 24.1 is de daardoor veroorzaakte schade gedekt;
25.3 uitgesloten is schade door het niet kunnen gebruiken van het motorrijtuig.
25.4 Audiovisuele apparatuur
Schade aan of verlies van vast aan het voertuig gemonteerde audio/visuele apparatuur als gevolg van braak aan het motorrijtuig of diefstal is beperkt tot maximaal EUR 500,00 per gebeurtenis, tenzij bij de vaststelling van het verzekerde bedrag voor casco of beperkt casco rekening is gehouden met een hogere waarde voor deze apparatuur. Uitgesloten is schade door diefstal van deze apparatuur, welke vast in het motorrijtuig is gemonteerd en waarvan na de diefstal het bijbehorende verwijderbare (bedienings)paneel niet getoond kan worden.
25.5 Alcohol/ander middel
25.5.1 Uitgesloten is schade veroorzaakt terwijl de bestuurder van het motorrijtuig ten tijde van de gebeurtenis onder zodanige invloed van alcoholhoudende dranken of enig ander genees-, bedwelmend- of opwekkend middel verkeerde, dat de bestuurder niet in staat kon worden geacht het motorrijtuig naar behoren te besturen, dan wel dat hem dit door de wet of overheid is of zou zijn verboden; tevens uitgesloten is schade waarbij de bestuurder geweigerd heeft mee te werken aan een ademtest, bloed- of urineproef of enig ander onderzoek door overheidsbeambten die daarvoor bevoegd zijn.
25.5.2 Deze uitsluiting geldt niet voor die verzekerde die aantoont dat de bedoelde omstandigheden zich buiten zijn weten en tegen zijn wil hebben voorgedaan en dat hem ten aanzien daarvan redelijkerwijs niets valt te verwijten.
25.6 Diefstal na vermissing motorrijtuigsleutels of het achterlaten daarvan in het motorrijtuig
De verzekering biedt geen dekking aan diefstal van het verzekerde motorrijtuig indien verzekeringnemer - nadat hem bekend was geworden dat de motorrijtuigsleutels waren gestolen of vermist - niet zo spoedig mogelijk adequate maatregelen heeft getroffen om diefstal van het motorrijtuig door gebruikmaking van de gestolen of vermiste sleutels te voorkomen. Onder motorrijtuigsleutels dienen in dit verband te worden verstaan alle mechanische en/of elektronische middelen met behulp waarvan de portieren van het motorrijtuig kunnen worden geopend en/of de motor van het motorrijtuig kan worden gestart.
Tevens wordt geen dekking geboden aan diefstal van het verzekerde motorrijtuig indien de motorrijtuigsleutels onbeheerd in het motorrijtuig zijn achtergelaten.
26 Herstellen van het motorrijtuig
26.1 Verzekerde is verplicht met het herstellen of doen herstellen van het motorrijtuig te wachten totdat leasemaatschappij of door hen aangewezen deskundige(n) hem daartoe toestemming hebben verleend.
26.2 Indien echter de beschadiging van dien aard is, dat verder rijden onmogelijk is of gevaar oplevert voor het verkeer of voor het motorrijtuig zelf, doch het motorrijtuig door een eenvoudige voorlopige voorziening weer in zodanige toestand gebracht kan worden, dat het zonder die gevaren kan worden gebruikt, is verzekerde tot zodanige voorlopige voorziening bevoegd.
26.3 Expertise van schade en toestemming tot herstel geschieden steeds zonder dat verzekeraars daardoor hun gehoudenheid tot vergoeding van de schade erkennen.
27 Schadedekking
27.1 Schaderegeling bij diefstal, braak, verduistering of joyriding
Bij de gebeurtenissen diefstal, braak, verduistering en joyriding is verzekerde verplicht direct aangifte te doen bij de politie. Verzekeringnemer verklaart zich bij vermissing van het motorrijtuig akkoord met het aanmelden door verzekeraars van de voertuig-gegevens aan het Vermiste Objecten Register (VOR), zodat door de overheid erkende particuliere organisaties door verzekeraars ingeschakeld kunnen worden voor het terugvinden en terugbezorgen van het motorrijtuig.
Verzekerde kan ook zelf rechtstreeks de vermissing van het motorrijtuig doorgeven aan verzekeraars. Het recht op dekking ontstaat nadat een termijn van 30 dagen is verstreken zonder dat het motorrijtuig is teruggevonden.
27.2 N.v.t.
27.3 Eigen risico/Eigen bijdrage
Het toepasselijke Eigen Risico (ook wel Eigen Bijdrage genoemd) is vastgelegd in de lease-overeenkomst/leasecontract.
28 N.v.t.
29 Afstand van verhaalsrechten
29.1 Verzekeraars doen jegens de uitdrukkelijk of stilzwijgend door verzekerde gemachtigde bestuurder van het motorrijtuig en diens werkgever afstand van verhaalsrechten ter zake van door hen betaalde vergoeding, tenzij de schade is veroorzaakt door opzet of grove roekeloosheid van de bestuurder of terwijl deze ten tijde van de gebeurtenis onder zodanige invloed van alcoholhoudende dranken of enig ander genees-, bedwelmend of opwekkend middel verkeerde, dat deze niet in staat kon worden geacht het motorrijtuignaar behoren te besturen, dan wel dat hem dit door de wet of overheid is of zou zijn verboden.
29.2 De afstand van het verhaalsrecht, als omschreven in art. 29.1 is niet van toepassing, indien de schade is ontstaan gedurende de periode, dat het motorrijtuig tegen betaling in behandeling, onderhoud of reparatie was.
RUBRIEK 4 - VERZEKERINGSVOORWAARDEN ONGEVALLEN IN- OPZITTENDEN
Alle artikelen behorend tot Rubriek 4 zijn alleen van toepassing indien in de lease-overeenkomst expliciet is gemeld, dat de Personen Ongevallen Inzittendenverzekering (P.O.I.) onderdeel uitmaakt van de lease-overeenkomst. Indien deze vermelding in de lease-overeenkomst ontbreekt, zijn alle artikelen vallend onder Rubriek 4 niet van toepassing.
In deze rubriek 4 noemen we de verzekerden ‘u’ en de verzekeraar ‘wij’.
Met de Ongevallenverzekering voor in- en opzittenden (P.O.I.) verzekert u een uitkeringsbedrag voor overlijden of blijvende invaliditeit door een verkeersongeval..
Let op: artikel 8 ‘Niet of beperkt verzekerd, omdat een andere verzekering ook geldt’ is niet van toepassing op de Ongevallenverzekering voor in- en opzittenden.
4.a Wie is verzekerd?
Verzekerd zijn:
• degenen die zich bevinden op de zitplaatsen van de auto, die volgens wettelijke bepalingen en maatstaven is ingericht.
• de bestuurder en passagier(s) die op-, in-, af- of uitstappen.
• de bestuurder en passagier(s) die gedurende de rit langs de weg.
- aan de auto een noodreparatie verrichten of daarbij behulpzaam zijn, of
- de auto vullen met brandstof, of
- de ruiten van de auto schoonmaken.
4.b Waarvoor bent u verzekerd?
In geval van overlijden of blijvende invaliditeit door een verkeersongeval krijgt u een bedrag uitgekeerd.
Het moet gaan om een ongeval dat verband houdt met de deelname aan het verkeer met de verzekerde auto. Met een ongeval bedoelen wij een plotseling van buitenaf inwerkend geweld. Dit moet onvoorzien, onverwacht en ongewild zijn. Een overlijden, blijvende invaliditeit of de schade die ontstaat door het ongeval moet een rechtstreeks en direct gevolg zijn van dit geweld. En het ongeval moet medisch aantoonbaar leiden tot de blijvende invaliditeit of het overlijden.
Op voorwaarde dat alle hiervoor genoemde vereisten van toepassing zijn, bedoelen we met een ongeval ook:
• verbranding, bevriezing, blikseminslag, elektrische ontlading, verdrinking, verstikking en zonnesteek.
• het binnenkrijgen van ziektekiemen door een onvrijwillige val in het water of in een andere vloeistof.
• wondinfectie en bloedvergiftiging die het rechtstreeks gevolg is van een ongeval.
• verergering of complicaties van letsel die het rechtstreeks gevolg is van de eerste hulp of de medische behandeling na een ongeval.
• acute vergiftiging door het ongewild binnenkrijgen van giftige stoffen, anders dan virussen of bacteriële ziektekiemen. Let op: daarmee bedoelen we niet alcohol of verdovende, opwekkende, slaap- en geneesmiddelen, waaronder soft- en harddrugs.
Een ongeval is niet het ontstaan of de verergering van een ingewandsbreuk (hernia) of een uitstulping van de tussenwervelschijf (hernia nuclei pulposi).
Materiële schade
Bij een verkeersongeval bent u ook verzekerd voor schade aan of verlies van:
• zaken die door u of een verzekerde aan het lichaam worden gedragen.
• bagage, die zich op of in de auto bevindt. Diefstal of vermissing van deze zaken is niet verzekerd.
En u bent verzekerd voor gevolgschade als gevolg van het letsel of overlijden door een verkeersongeval. Bijvoorbeeld huishoudelijk hulp of vervoer. Voor deze schade aan zaken, bagage en de gevolgschade samen vergoeden wij tot maximaal € 450,- per verzekerde persoon.
4.c Wat is beperkt verzekerd? Te veel in- en/of opzittenden
Mocht blijken dat er bij een ongeval meer in- en/of opzittenden waren dan het aantal waarvoor de auto is ingericht, dan verminderen wij de uitkering per verzekerde passagier naar verhouding van het aantal zitplaatsen. De uitkering vermenigvuldigen wij dan met de uitkomst van het aantal in- en/of opzittenden ouder dan achttien jaar gedeeld door het aantal zitplaatsen. Daarbij rekenen we voor drie personen jonger dan achttien jaar, twee personen van achttien jaar of ouder.
Bestaande aandoeningen
Het kan zijn dat u of verzekerde voor het ongeval bekend was met een aandoening, ziekte of gebrek. In dat geval keren we hetzelfde uit als we zouden uitkeren als een geheel valide en gezond persoon het ongeval zou zijn overkomen. Is er voor het ongeval al een gedeeltelijk (functie)verlies van een orgaan of lichaamsdeel aanwezig? Dan verminderen wij de uitkering met een evenredig deel. Bijvoorbeeld een bestaande longfunctie van 60% die na een ongeval 30% is. Bij een gezond persoon met een longfunctie van 100%, zou dit een vermindering van 70% zijn. In dit voorbeeld is dit 50%.
4.d Wat is niet verzekerd?
Naast de uitsluitingen die in hoofdstuk 2 staan, is niet verzekerd schade aan de passagier(s) die niet op de wettelijk toegestane zitplaatsen worden vervoerd.
4.e Voor welk bedrag bent u verzekerd? Blijvende invaliditeit
De verzekerde is maximaal verzekerd voor het bedrag dat op uw polisblad staat.
Overlijden
De verzekerde is maximaal verzekerd voor het bedrag dat op uw polisblad staat.
Het kan zijn dat wij een uitkering hebben gedaan voor blijvende invaliditeit, maar dat de verzekerde later toch overlijdt als gevolg van het ongeval. In dat geval verminderen wij de uitkering bij overlijden met de uitkering die wij deden voor blijvende invaliditeit.
4.f Hoe bepalen wij de uitkering of schadevergoeding?
Wij stellen de mate van blijvende invaliditeit vast
Wij stellen de mate van blijvende invaliditeit vast zodra er sprake is van een blijvende toestand. Maar uiterlijk vierentwintig maanden na het ongeval, tenzij u of de verzekerde ons vraagt om met de vaststelling te wachten tot een blijvende toestand is ingetreden.
De uitkering voor blijvende invaliditeit hangt af van de mate van blijvende invaliditeit. Het percentage waarvoor u of de verzekerde invalide is, vermenigvuldigen wij met het verzekerde bedrag.
Bij de vaststelling van de mate van blijvende invaliditeit houden wij geen rekening met het beroep of de bezigheden van u of de verzekerde.
In de tabel op de volgende pagina staat welke percentages van blijvende invaliditeit wij gebruiken.
In niet in de tabel vermelde gevallen van functieverlies stellen wij de uitkering vast op basis van de mate van blijvende invaliditeit voor het gehele lichaam. De mate van functieverlies stellen wij dan vast volgens de meest recente normen van de American Medical Association (A.M.A.) en de meest recente richtlijnen van de Nederlandse Vereniging voor Neurologie en de Nederlandse Orthopaedische Vereniging.
Uitkeringspercentage bij blijvende invaliditeit Volledig verloren gaan van de geïntegreerde complexe hogere hersenfuncties door traumatische beschadiging van de hersenen. | 100% |
Algehele ongeneeslijke verlamming | 100% |
Geheel verlies of functieverlies van: | |
De arm tot in het schoudergewricht | 75% |
De arm tot in het ellebooggewricht of tussen elleboog- en schoudergewricht | 65% |
De hand tot in het polsgewricht of de arm tussen pols – en ellebooggewricht | 60% |
Het been tot in het heupgewricht | 70% |
Het been tot in het kniegewricht of tussen knie- en heupgewricht | 60% |
De voet tot in het enkelgewricht of het been tussen enkel- en kniegewricht | 50% |
De grote teen | 10% |
Iedere andere teen | 5% |
De duim | 25% |
De wijsvinger | 15% |
De middelvinger | 12% |
De ringvinger of de pink | 10% |
Bij samengesteld vinger- of handletsel keren wij nooit meer uit dan 60% van het verzekerd bedrag. | |
Geheel verlies van: | |
Het gezichtsvermogen van beide ogen | 100% |
Het gezichtsvermogen van één oog | 30% |
Het gehoor van beide oren | 50% |
Het gehoor van één oor | 20% |
In alle andere gevallen van functieverlies stellen wij de uitkering vast op basis van de mate van blijvende invaliditeit voor het gehele lichaam. | |
Gedeeltelijk verlies: |
Bij een gedeeltelijk (functie)verlies vermenigvuldigen wij dat percentage (functie)verlies met het percentage dat in de rechter kolom staat. Bijvoorbeeld 40% functieverlies van de duim vermenigvuldigd met de 25% uit de rechter kolom. De uitkomst vermenigvuldigen wij met het verzekerde bedrag.
Het recht op een uitkering na een ongeval beoordelen wij aan de hand van de informatie van medische en andere deskundigen die wij aanwij- zen.
Het kan zijn dat u of de verzekerde overlijdt voordat wij de mate van invaliditeit hebben vastgesteld. In dat geval ontvangt u of de verzekerde geen uitkering voor blijvende invaliditeit, maar volgt een uitkering voor overlijden. Dit geldt niet als het overlijden geen rechtstreeks en direct gevolg is van het ongeval. Dan stellen wij de mate van invaliditeit vast op basis van de laatst bij ons bekende gegevens. De hoogte van de uitkering is in dit geval even hoog als dat de uitkering zou zijn als u of de verzekerde niet was overleden.
Wij stellen de uitkering bij overlijden vast
De uitkering voor overlijden stellen wij vast nadat wij het onderzoek naar het ongeval, de doodsoorzaak en het verband tussen beiden hebben afgesloten.
4.g Wij geven een uitkering bij overlijden of blijvende invaliditeit
De verzekerde krijgt bij blijvende invaliditeit of overlijden de uitkering. Bij overlijden van de verzekerde, gaat de uitkering naar de wettige echtgeno(o) t(e) van de verzekerde. En als die er niet is dan gaat de uitkering naar de wettige erfgenamen.
Het kan zijn dat er na het overlijden niemand begunstigde is voor de uitkering. In dat geval vervalt het recht op uitkering. Nooit zal de uitkering vervallen aan de Staat. En ook nooit stellen wij de uitkering beschikbaar om de schulden van de verzekerde te betalen.
Wij stellen vast op welk bedrag u, de verzekerde of de begunstigde recht heeft. Daarna betalen wij zo snel mogelijk de uitkering en/of de schadevergoeding. En de eventuele kosten en andere vergoedingen.
4.h Wanneer betalen wij wettelijke rente?
Wij verhogen de uitkering voor blijvende invaliditeit met wettelijke rente als:
• u of de verzekerde recht heeft op een uitkering, en
• u of de verzekerde al zijn verplichtingen is nagekomen en dat blijft doen, en
• wij de uitkering nog niet hebben vastgesteld drie maanden nadat het ongeval bij ons is gemeld.
Wij verhogen de uitkering met de wettelijke rente vanaf drie maanden nadat het ongeval bij ons is gemeld. Tot het moment waarop wij de uitkering hebben vastgesteld.
4.i Voor de vaststelling van de uitkering geldt een aantal regels De verplichtingen van u en verzekerde
U of verzekerde is verplicht om bij een ongeval:
• ons hierover zo spoedig mogelijk te informeren.
• zich direct geneeskundig te laten behandelen en alles te doen voor een spoedige genezing.
• zich te laten onderzoeken door een arts die wij aanwijzen, als wij dat vragen. De kosten daarvoor vergoeden wij.
• ons zo spoedig mogelijk maar in ieder geval 48 uur voor de begrafenis of de crematie te melden dat de verzekerde is overleden.
• ons direct te informeren over uw of zijn geheel of gedeeltelijk herstel.
• geen feiten of omstandigheden te verzwijgen die van belang zijn voor de vaststelling van de uitkering of vergoedingen.
• ons te machtigen om inlichtingen in te winnen bij derden.
De verplichtingen van een erfgenaam
De erfgenamen van u of de verzekerde zijn verplicht om bij een ongeval:
• ons direct te informeren als u of de verzekerde in direct levensgevaar is.
• ons zo spoedig mogelijk maar in ieder geval 48 uur voor de begrafenis of de crematie te melden, dat de verzekerde is overleden.
• hun toestemming en medewerking te geven voor alle acties die wij nodig vinden om de doodsoorzaak vast te stellen.
• alle gegevens die wij vragen aan ons te geven.
• geen feiten of omstandigheden te verzwijgen die van belang zijn voor de vaststelling van de uitkering.
• ons te machtigen om inlichtingen in te winnen bij derden.
Let op: u, de verzekerde of de erfgenamen moeten de verplichtingen nakomen. Als een verplichting niet is nagekomen, vervalt het recht op een uitkering.
Bent u zoals hierboven staat, verplicht ons te informeren? En doen u, verzekerde of de erfgenamen dat later dan 5 jaar na het ongeval? Dan hebben u, de verzekerde of de erfgenamen geen recht op een uitkering.
RUBRIEK 5 - VERZEKERINGSVOORWAARDEN SCHADE IN-OPZITTENDEN
Alle artikelen behorend tot Rubriek 5 zijn alleen van toepassing indien in de lease-overeenkomst expliciet is gemeld, dat de Schadeverzekering Inzittenden (S.V.I.) onderdeel uitmaakt van de lease-overeenkomst. Indien deze vermelding in de lease-overeenkomst ontbreekt, zijn alle artikelen vallend onder Xxxxxxx 5 niet van toepassing.
In deze rubriek 5 noemen we de verzekerden ‘u’ en de verzekeraar ‘wij’.
Met de Schadeverzekering voor in- en opzittenden (S.V.I.) verzekert u schade door onder andere letsel of overlijden door een verkeersongeval.
5.a Wie is verzekerd?
Verzekerd zijn:
• degenen die zich bevinden op de zitplaatsen van de auto, die volgens wettelijke bepalingen en maatstaven is ingericht.
• de bestuurder en passagier(s) die op-, in-, af- of uitstappen.
• de bestuurder en passagier(s) die gedurende de rit langs de weg:
- aan de auto een noodreparatie verrichten of daarbij behulpzaam zijn, of
- de auto vullen met brandstof, of
- de ruiten van de auto schoonmaken.
5.b Waarvoor bent u verzekerd?
Bij een verkeersongeval bent u verzekerd voor:
• personenschade. Met personenschade bedoelen wij schade door letsel of aantasting van de gezondheid. En ook het overlijden dat het gevolg is van het letsel of de aantasting. We bedoelen met personenschade ook de schade die voortvloeit uit het letsel of de aantasting.
• schade door derving van levensonderhoud van nabestaanden. Zoals dit omschreven staat in artikel 6:108 lid 1 van het Burgerlijk Wetboek.
• immateriële schade (smartengeld). Zoals dit omschreven staat in artikel 6:106 lid1 sub b van het Burgerlijk Wetboek.
• begrafeniskosten tot maximaal € 15.000,- per inzittende.
Bij een verkeersongeval bent u ook verzekerd voor schade of verlies van zaken die eigendom zijn van u of een verzekerde en zich op of in de auto bevinden.
Diefstal of vermissing van deze zaken is niet verzekerd.
Het moet gaan om een ongeval dat verband houdt met de deelname aan het verkeer met de verzekerde auto. Met een ongeval bedoelen wij een plotseling van buitenaf inwerkend geweld. Dit moet onvoorzien, onverwacht en ongewild zijn. De schade die ontstaat door het ongeval moet een rechtstreeks en direct gevolg zijn van dit geweld. En het ongeval moet – behalve waar het om zaakschade gaat - leiden tot medisch aantoonbare schade.
Op voorwaarde dat alle hiervoor genoemde vereisten van toepassing zijn, bedoelen we met een ongeval ook:
• verbranding, bevriezing, blikseminslag, elektrische ontlading, verdrinking, verstikking en zonnesteek.
• het binnenkrijgen van ziektekiemen door een onvrijwillige val in het water of in een andere vloeistof.
• uitputting, verhongering of verdorsting door een onvrijwillige afzondering van de buitenwereld.
• wondinfectie en bloedvergiftiging die het rechtstreeks gevolg is van een ongeval.
• verergering of complicaties van letsel die het rechtstreeks gevolg is van de eerste hulp of de medische behandeling na een ongeval.
• acute vergiftiging door het ongewild binnenkrijgen van giftige stoffen, anders dan virussen of bacteriële ziektekiemen.
Let op: daarmee bedoelen we niet alcohol of verdovende, opwekkende, slaap- en geneesmiddelen, waaronder soft- en harddrugs.
5.c Wat is niet verzekerd?
Naast de uitsluitingen die in hoofdstuk 2 staan, is niet verzekerd:
• schade doordat de passagier(s) niet op de wettelijk toegestane zitplaatsen worden vervoerd.
• schade ontstaan door het niet dragen van de voorgeschreven veiligheidsgordel(s) of helm(en).
• schade aan zaken, behorende tot enige handelsvoorraad, lading en bagage.
• schade aan uitrusting of losse en vaste accessoires van de auto.
• geld, onbewerkte edelmetalen, ongezette edelstenen, papieren van waarde, monstercollecties, kunstvoorwerpen en zaken met zeldzaamheidswaarde.
• schade aan een aanhangwagen en de daarmee vervoerde zaken.
• de kosten als omschreven in artikel 6:96 lid 2 Burgerlijk Wetboek. Tenzij wij toestemming of opdracht hebben gegeven om die kosten te maken. Dit artikel gaat over de kosten om schade en aansprakelijkheid vast te stellen.
• de kosten door een derde gemaakt, als omschreven in artikel 6:107 Burgerlijk Wetboek. Tenzij wij toestemming of opdracht hebben gegeven om die kosten te maken. Dit artikel gaat over kosten door derden bij letselschade.
5.x Xxxx welk bedrag bent u verzekerd?
U bent verzekerd per gebeurtenis en voor alle verzekerden samen tot maximaal het bedrag dat op uw polisblad staat.
5.e Hoe bepalen wij de uitkering of schadevergoeding?
De hoogte van de schade stellen wij vast volgens de regels die gelden voor de onrechtmatige daad in het Burgerlijk Recht.
5.f Wij vergoeden schade bij letsel, aantasting van de gezondheid of overlijden
U of de verzekerde krijgt bij letsel of aantasting van de gezondheid een schadevergoeding. Bij overlijden van u of de verzekerde, gaat de uitkering naar de erfgenamen. De personen die bij overlijden de uitkering kunnen krijgen, noemen wij de begunstigden.
Het kan zijn dat er na het overlijden niemand begunstigde is voor de schadevergoeding. In dat geval vervalt het recht op vergoeding. Nooit zal de vergoeding vervallen aan de Staat. En ook nooit stellen wij de vergoeding beschikbaar om schulden van de verzekerde te betalen.
Wij stellen vast op welk bedrag u, de verzekerde of de begunstigde recht heeft. Daarna betalen wij zo snel mogelijk de schadevergoeding. En de eventuele kosten en andere vergoedingen.
5.g Voor de vaststelling van de schadevergoeding geldt een aantal regels
De verplichtingen van u en verzekerde
U of verzekerde is verplicht om bij een ongeval:
• ons direct te informeren in geval van geheel of gedeeltelijk herstel.
• alle gegevens die wij vragen aan ons te geven.
• geen feiten of omstandigheden te verzwijgen die van belang zijn voor de vaststelling van de vergoeding(en).
• ons te machtigen om inlichtingen in te winnen bij derden.
De verplichtingen van een erfgenaam
De erfgenamen van u of de verzekerde zijn verplicht in geval van een schade:
• ons direct te informeren als een verzekerde in direct levensgevaar is.
• ons zo spoedig mogelijk maar in ieder geval 48 uur voor de begrafenis of de crematie te melden dat de verzekerde is overleden.
• ons te machtigen om inlichtingen in te winnen bij derden.
Belangrijk: u, de verzekerde of de erfgenamen moeten de verplichtingen nakomen. Als een verplichting niet is nagekomen, vervalt het recht op een uitkering.
5.h Wij vergoeden de reparatiekosten bij zaakschade
Bij zaakschade vergoeden wij de reparatiekosten tot maximaal het verschil tussen de dagwaarde onmiddellijk voor het ontstaan van de schade en de waarde van de restanten. Zijn de reparatiekosten hoger of is reparatie niet mogelijk, dan vergoeden wij dat verschil.