ACTIVITEITENVERSLAG
Sociaal Fonds voor de taxiondernemingen en de diensten voor het verhuren van voertuigen met chauffeur
ACTIVITEITENVERSLAG
VOOR DE PERIODE
VAN 01/01/2010 TOT 31/12/2010
Xxxxxxxxxxxxxx 0 – 0000 Xxxxxxx
1. INLEIDING
Het Fonds heeft tot doel het organiseren en het verzekeren van:
- de toekenning en de betaling van aanvullende sociale voordelen aan de werklieden en werksters uit de sector.
- de inning en de invordering van de bijdragen voor de werking van het fonds bij de werkgevers uit de RSZ-categorie 068.
Het Fonds mag zich eveneens inlaten met alle kwesties welke verband houden met de beroepsopleiding en met de bevordering van de tewerkstelling van de chauffeurs, alsook met de promotie van het beroep van (taxi)chauffeur en de sector van de taxiondernemingen en de diensten voor de verhuur van voertuigen met chauffeur.
Het Sociaal Fonds wordt beheerd door een Raad van Bestuur die paritair samengesteld is uit werkgevers- en werknemersvertegenwoordigers.
De samenstelling in 2010:
Werknemersafvaardiging Xxxxx Xxxxxxx (Ondervoorzitter) Xxxxxxx Xxxxxxx (Ondervoorzitster) Bestuurders Lieve Xxxxxx Xxxx-Xxxxx Xxxxxxxx Xxxxxxx Xxxxxxxx Xxx Xxxxxx | Werkgeversafvaardiging Xxxxxx Xxxxxx (Voorzitter) Xxxx Xxxxxx (Ondervoorzitter) Bestuurders Xxxx Xxx Xxxxxxxx Xxxxx Xxx Xxxxxxxx Xxx Xxx Xxxxxxxx Xxxxxx Xxxxxx |
Secretaris: Xxxxxx Xxxxxxxxxxxx |
2. ACTIVITEITSOVERZICHT VOOR HET JAAR 2010
NIEUW:
- De inwerkingtreding van het sectorconvenant met de Vlaamse Overheid (het Departement Werk en Sociale Economie) op 01/07/2010. (zie verder)
- De aanwerving van een sectorconsulent voor het uitvoeren van de engagementen opgenomen in het sectorconvenant.
- Financiële tussenkomst in de permanente vorming van de chauffeurs.
2.1 CAO ‘Risicogroepen’
De collectieve arbeidsovereenkomst van 5 maart 2009 houdende de maatregelen ten aanzien van de risicogroepen in de subsector van de taxiondernemingen en van de diensten voor het verhuren van voertuigen met chauffeur stelt dat de te leveren inspanning van 0,10% tot 0,15% wordt gebracht vanaf 1 januari 2009.
Volgende projecten uitgevoerd in 2010 werden medegefinancierd door de risicogroepen-CAO:
- Tussenkomst voor de werkgevers en de werknemers bij opleiding van nieuwe taxichauffeurs. (zie verder)
- Outplacement voor taxichauffeurs. (zie verder)
2.2 Geschenkcheques voor taxichauffeurs
In de collectieve arbeidsovereenkomst van 25 september 2009 werd vastgelegd dat de werkgevers in december 2009 en december 2010 zelf de geschenkcheques aan de taxichauffeurs, die beantwoorden aan de voorwaarden, zouden betalen. De arbeider ondertekent een speciaal ontvangstformulier.
De voorwaarden zijn:
- ingeschreven zijn als taxichauffeur
- 3 jaar anciënniteit hebben in het bedrijf op 1 december
- minstens één dag effectief gepresteerd hebben in het jaar van de uitbetaling
De bedragen van de geschenkcheques zijn:
- €35 voor een voltijdse werknemer.
- €35 voor een werknemer met een arbeidsregime van meer dan 50% van een voltijdse.
- €17,5 voor een werknemer met een arbeidsregime van 50% of minder van een voltijdse werknemer.
Nadien vorderen de werkgevers het bedrag terug bij het Sociaal Fonds met een speciaal aanvraagformulier waaraan de ondertekende ontvangstbewijzen toegevoegd worden.
Het Sociaal Fonds betaalt de geschenkcheques terug (enkel de nominale zichtwaarde van de cheques en niet de andere kosten) aan de werkgevers die de aanvraag correct ingediend hebben.
De berekening van het aantal gerechtigden op de geschenkcheques voor 2010 gaf het volgend resultaat: een voorzien bedrag van €48.020 voor de terugbetaling door het Sociaal Fonds.
Het effectief terugbetaalde bedrag aan geschenkcheques voor 2010 door het Sociaal bedraagt op 1 mei 2011: €19.810 (aan 37 bedrijven).
2.3 Outplacement voor taxichauffeurs
Het Sociaal Fonds voorziet sinds de CAO van 18 december 2007 in de organisatie van outplacement voor de taxichauffeurs.
De taxichauffeur wiens werkgever de arbeidsovereenkomst heeft beëindigd en die volgens de van toepassing zijnde wettelijke bepalingen recht heeft op outplacement, kan aanspraak maken op outplacementbegeleiding georganiseerd door het Sociaal Fonds.
De voorwaarden zijn:
- Minimum 45 jaar op het ogenblik van het ontslag.
- Geen ontslag om dringende redenen.
- Minimum 1 jaar ononderbroken in dienst bij de werkgever.
De werkgever dient de ontslagen arbeider te informeren binnen de 15 dagen na het einde van de arbeidsovereenkomst dat hij/zij het Sociaal Fonds kan contacteren voor het outplacementaanbod.
De ontslagen taxichauffeur vraagt de outplacementbegeleiding aan bij het Sociaal Fonds binnen de 2 maand na het einde van zijn arbeidsovereenkomst.
Voor 2010 hebben we de volgende cijfers:
- 1 persoon heeft het volledige traject gevolgd.
- 14 mensen hebben alleen de eerste fase gevolgd.
- 3 mensen kwamen op intake (info over outplacement en het traject) maar zijn niet ingestapt.
De mensen werden begeleid: 2 in regio Gent, 9 in regio Xxxxxxx, 0 in regio Antwerpen, 1 persoon in Roeselare.
2.4 Aanvullende sociale uitkering en getrouwheidspremie
De werknemers die gedurende minstens 1 jaar aangesloten zijn bij de interprofessionele organisaties die de werknemers vertegenwoordigen, komen in aanmerking voor de toekenning van een jaarlijkse aanvullende uitkering, genoemd ‘sociale uitkering’ en een getrouwheidspremie op voorwaarde dat ze op 30 september van 2010 ingeschreven zijn op de personeelslijsten van een werkgever uit de RSZ-categorie 068.
Het bedrag van beide voordelen samen werd vastgesteld op : Voor 2010: €125 per jaar (betaalbaar vanaf 2011).
De betaling gebeurt door ACV-Transcom of door BTB. Nadien is er een terugbetaling van het Sociaal Fonds aan beide vakbondsorganisaties.
2.5 Aanvullende werkloosheidsuitkering
Er wordt een zogenaamde ‘aanvullende werkloosheidsuitkering’ uitgekeerd aan de arbeiders en arbeidsters die beantwoorden aan de volgende voorwaarden:
- Werkloos zijn door gebrek aan werk ten gevolge van economische redenen.
- In dienst zijn van de werkgever op het tijdstip van de aanvang van de werkloosheid.
- Gerechtigd zijn op een werkloosheidsuitkering bij toepassing van de wetgeving op de werkloosheidsverzekering.
Het bedrag van de aanvullende werkloosheidsuitkering wordt vastgesteld op €2 per werkloosheidsdag met een maximum van €60 per kalenderjaar.
De werkgever betaalt de aanvullende werkloosheidsuitkering rechtstreeks aan zijn werknemer. Het Sociaal Fonds betaalt, na aanvraag via een speciaal formulier, terug aan de werkgever.
2.6 Vergoeding bij arbeidsongeschiktheid
Deze uitkering wordt toegekend aan arbeiders en arbeidsters die beantwoorden aan de volgende voorwaarden:
- Sinds minstens 60 dagen ononderbroken arbeidsongeschikt zijn ten gevolge van ziekte, ongeval of een arbeidsongeval.
- In dienst zijn van een taxi of VVB-bedrijf bij aanvang van de arbeidsongeschiktheid.
- De primaire arbeidsongeschiktheidsuitkeringen genieten in toepassing van de wetgeving op de ziekte- en invaliditeitsverzekering.
De bedragen zijn:
- €25 na de eerste 60 dagen ononderbroken ongeschiktheid
- €35 meer na de eerste 120 dagen ononderbroken ongeschiktheid
- €40 meer na de eerste 180 dagen ononderbroken ongeschiktheid
- €45 meer na de eerste 240 dagen ononderbroken ongeschiktheid
De vergoeding eindigt na 12 maanden.
Indien men hervalt binnen de eerste 12 werkdagen volgend op het einde van deze periode arbeidsongeschiktheid, maakt dit deel uit van de vorige arbeidsongeschiktheid.
Het plafond bedraagt €145 per jaar.
De werkgever betaalt de vergoeding rechtstreeks aan de arbeider/arbeidster. Nadien wordt de terugbetaling aangevraagd bij het Sociaal Fonds via een speciaal aanvraagformulier.
In 2010 werden er door het Sociaal Fonds vergoedingen voor arbeidsongeschiktheid terugbetaald voor een bedrag van €3311,94.
2.7 Vergoeding bij definitief verval attest medische schifting
De arbeiders en arbeidsters uit de sector hebben recht op een premie in geval van definitieve intrekking van het bewijs van medische schifting. Als voorwaarde wordt gesteld dat men minimum 5 jaar bij dezelfde onderneming moet tewerkgesteld zijn. Sinds 25 september 2009 bedraagt de premie €1000.
De premie wordt door de werkgever aan de werknemer betaald. Nadien kan, mits voorlegging van het attest van definitief verlies medische schifting en een aanvraagformulier, een terugbetaling van het Sociaal Fonds worden gevraagd.
In 2010 werd voor een bedrag van €1500 aan vergoedingen bij definitief verlies van het attest medische schifting terugbetaald.
2.8 Afscheidspremie
Deze premie wordt toegekend aan de arbeiders en arbeidsters die de pensioengerechtigde leeftijd bereiken alsmede aan diegenen die worden opgenomen in het brugpensioenstelsel.
Deze premie is eenmalig en wordt betaald door de werkgever aan de werknemer. Nadien betaalt het Sociaal Fonds het bedrag terug aan de werkgever na voorlegging van één of meerdere anciënniteitbewijzen en een aanvraagformulier.
De bedragen zijn:
- Voor een arbeidsregime van meer dan 50% ten opzichte van een voltijdse werknemer volgens arbeidscontract: €50 per 5 jaar ononderbroken anciënniteit in de sector.
- Voor een arbeidsregime van 50% of minder ten opzichte van een voltijdse werknemer volgens arbeidscontract: €25 per 5 jaar ononderbroken anciënniteit in de sector.
In 2010 werd door het Sociaal Fonds voor een bedrag van €200 aan afscheidspremies terugbetaald.
2.9 Vergoeding bij overlijden
In geval van overlijden van een arbeider of arbeidster die actief is tewerkgesteld in een taxi- of VVB-onderneming en die de pensioengerechtigde leeftijd nog niet heeft bereikt, wordt er een premie toegekend aan de overlevende echtgeno(o)t(e) of aan de persoon die kan bewijzen de begrafeniskosten te hebben gedragen van de overleden arbeider of arbeidster.
Sinds 25 september 2009 bedraagt de premie €1000.
De betaling gebeurt rechtstreeks door de werkgever aan de rechthebbende. Nadien betaalt het Sociaal Fonds terug na voorlegging van het aanvraagformulier en de nodige attesten.
2.10 Uniformvergoeding
Indien de arbeiders of arbeidsters 200 voltijdse arbeidsdagen per jaar kunnen bewijzen tussen 1 juli van het jaar voorafgaande aan het jaar waarop de uniformvergoeding betrekking heeft en 30 juni van het jaar waarop de uniformvergoeding betrekking heeft, hebben zij recht op een forfaitaire uniformvergoeding van €150 per jaar.
Indien zij deeltijds tewerkgesteld werden gedurende de referteperiode hierboven vermeld, dan wordt het bedrag van de forfaitaire uniformvergoeding verminderd naar evenredigheid van het arbeidsregime. De eis om minimum 200 arbeidsdagen te kunnen bewijzen om recht te hebben op de vergoeding wordt eveneens verminderd naar evenredigheid van het arbeidsregime van de werkman.
De betaling van de uniformpremies gebeurt rechtstreeks door het Sociaal Fonds aan de arbeiders en arbeidsters. Sinds 2010 gebeurt dit op de bankrekening van de werknemer. Er wordt hiertoe door het Sociaal Fonds een brief naar elke rechthebbende gestuurd met de vraag het bankrekeningnummer door te geven of te controleren.
Rechthebbenden kunnen nog gedurende 5 jaar hun recht laten gelden, vandaar blijft er een totale provisie voor de uitbetaling uniformvergoeding voorzien gedurende nog vijf jaar.
Voor de uniformpremies van 2010 zijn er in totaal 2923 rechthebbende arbeiders/arbeidsters voor een bedrag van €361.935.
In totaal werd op 1 mei 2011 reeds een bedrag uitbetaald van € 347.356,55 over 2794 werknemers.
2.11 Opleidingen
2.11.1 Tussenkomst voor opleidingen van taxichauffeurs
Sinds de CAO van 25 september 2009 wordt het Sociaal Fonds belast met de betaling van een forfaitaire tussenkomst in de opleidingskost van nieuwe taxichauffeurs.
Een forfaitaire tussenkomst van €500 in de opleidingskost wordt verleend per kandidaat-taxichauffeur die opgeleid wordt, aan de werkgevers die een door het Sociaal Fonds erkende opleiding voor taxichauffeurs organiseren.
Deze forfaitaire tussenkomst wordt slechts verleend voor zover de kandidaat- taxichauffeur nog tewerkgesteld is bij dezelfde werkgever na 6 maanden. Zij is enkel van toepassing voor de opleiding van werklieden die niet ingeschreven werden in het paritair comité van het vervoer en de logistiek als taxichauffeur in de loop van de 5 jaren die aan hun aanwerving voorafgingen. Voor deeltijds aangeworven taxichauffeurs wordt de forfaitaire tussenkomst pro rata toegekend.
De bedrijven moeten voor hun opleidingsprogramma vooraf een erkenning verkregen hebben van het Sociaal Fonds. De erkenningvoorwaarden worden door de Raad van Bestuur van het Sociaal Fonds vastgelegd.
Tot op heden zijn 14 bedrijven erkend door het Sociaal Fonds voor het geven van opleidingen aan taxichauffeurs.
Een forfaitaire tussenkomst van €500 in de kosten opgelopen tijdens bovenvermelde opleiding, wordt tevens verleend aan de werklieden die tewerkgesteld worden als taxichauffeur, de opleiding gevolgd hebben, de laatste 5 jaar niet als taxichauffeur tewerkgesteld waren en nog steeds tewerkgesteld zijn bij dezelfde werkgever na 6 maanden. De forfaitaire tussenkomst wordt geproratiseerd voor de betrokken taxichauffeurs die deeltijds tewerkgesteld worden.
In 2010 werden 195 personen opgeleid tot taxichauffeurs in 12 erkende bedrijven uit de sector. Daarvoor werden tot op 1 mei 2011 72 financiële tussenkomsten verleend aan de werkgever en de chauffeurs.
2.11.2 Financiële tussenkomst van de VDAB in taxiopleidingen voor werkzoekenden
Op 1 oktober 2009 is een samenwerkingsakkoord tussen het Sociaal Fonds en de VDAB in werking getreden dat voorziet in een tussenkomst van de VDAB in de opleidingen aan werkzoekenden tot taxichauffeur.
De VDAB betaalt aan het Sociaal Fonds €400 per opgeleide werkzoekende in bedrijven waarvan de opleiding door het Sociaal Fonds erkend werd. Het Sociaal Fonds stort hiervan €300 door aan de werkgever en €100 aan de werkzoekende die de opleiding heeft gevolgd. Deze storting gebeurt na het succesvol beëindigen van de opleiding, ook indien de werkzoekende nadien niet wordt aangeworven.
Voorwaarden voor het verkrijgen van deze tussenkomst zijn:
- De kandidaat is als werkzoekende ingeschreven bij de VDAB en de opleiding op het bedrijf is tijdig gemeld aan het Sociaal Fonds en de VDAB.
- De opleiding duurt 9 dagen en wordt succesvol voltooid door de werkzoekende.
- Er werd voor het begin van de opleiding een contract opgemaakt tussen de werkzoekende en de VDAB.
In 2010 volgden 38 werkzoekenden een opleiding in een door het Sociaal Fonds erkend bedrijf, in het kader van deze samenwerkingsovereenkomst met de VDAB.
2.11.3 Collectieve beroepsopleiding bij Bruxelles Formation
Bruxelles Formation organiseert voor Brusselse Franstalige werkzoekenden een collectieve opleiding tot taxichauffeur. Tijdens deze opleiding worden de werkzoekenden voorbereid op het taxi-examen van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Hiertoe wordt vanuit het Sociaal Fonds aan Bruxelles Formation een voertuig (minibus) ter beschikking gesteld.
In 2010 werden 54 personen na selectie toegelaten tot een opleiding bij Bruxelles Formation, 49 hebben de opleiding beëindigd. Daarvan namen 40 kandidaten deel aan het taxi-examen en zijn er 36 geslaagd.
2.11.4 IBO’s
De IBO (Individuele Beroepsopleiding) is een langdurige opleiding (minimum 4 weken, maximum 6 maand) op de werkvloer. De werkzoekende VDAB-kandidaat ontvangt tijdens de opleiding zijn of haar uitkering en een productiviteitspremie (betaald door de werkgever via de VDAB). Hierdoor krijgt de IBO-kandidaat een bedrag dat vrijwel overeenkomt met een volwaardig maandloon. Bovendien heeft de kandidaat een uitzicht op een vaste job, het bedrijf engageert zich om een arbeidscontract van onbepaalde duur af te sluiten en om de stagiair niet te ontslaan gedurende een periode minstens gelijk aan de opleidingsduur.
In 2010 werden 73 IBO’s georganiseerd in de sector. 55 IBO’s werden positief beëindigd. Van deze 73 IBO’s, hadden er 47 plaats in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
2.11.5 Vooropleidingstraject bij KIEM
In de stad Antwerpen wordt door vzw Kiem een vooropleiding georganiseerd, waarbij werkzoekenden via een opleiding met aandacht voor een persoonlijke begeleiding en coaching de taxisector beter leren kennen. De kandidaten worden tijdens deze vooropleiding voorbereid op het stadsexamen voor het behalen van het taxibrevet in Antwerpen. Na het voltooien zijn de werkzoekenden klaar om, mits een korte opleiding op het bedrijf, direct aan de slag te kunnen als taxichauffeur.
In 2010 werden 2 vooropleidingen georganiseerd met daarin 13 cursisten. Hiervan zijn er reeds 7 aan de slag in een taxibedrijf. 3 cursisten uit de opleiding van december 2010 moeten nog het examen om het Antwerpse Taxibrevet te behalen, afleggen. 2 cursisten zijn aan het werk buiten de taxisector, 1 cursist heeft geen blanco uittreksel uit het strafregister.
2.11.6 Permanente vorming
In 2010 werd beslist om initiatieven omtrent permanente vorming terug te betalen door het Sociaal Fonds. 106 chauffeurs kregen een bijscholing in hetzij anti- agressietraining, toeristische kennis, sociale vaardigheden of defensief rijden. De organiserende werkgever kreeg hiervoor een financiële tussenkomst van het Sociaal Fonds.
Vanaf begin 2011 zal een vaste procedure in werking treden om een forfaitaire tussenkomst van het Sociaal Fonds te verkrijgen in de kosten van de permanente vorming.
2.12 Sectorconvenant
Sinds 1 juli 2010 is een sectorconvenant afgesloten tussen de Vlaamse Overheid (Departement Werk en Sociale Economie) en het Sociaal Fonds. Dit convenant loopt tot 31 december 2011. Tijdens deze werkingsperiode krijgt het Sociaal Fonds
subsidies van de overheid om een aantal engagementen, opgenomen in het convenant, uit te werken.
De 3 grote thema’s in het convenant zijn:
- Zorgen voor de instroom van gekwalificeerde, competente werknemers in de sector.
- Competentie-ontwikkeling van de werknemers in de sector o.a. door het stimuleren van permanente vorming.
- Waken over de diversiteit en evenredige arbeidsdeelname van werknemers in de sector.
2.13 Werking van het Sociaal Fonds
De dagelijkse opvolging van het Sociaal Fonds werd opgedragen aan de beroepsorganisatie GTL, die hiervoor werkingsmiddelen krijgt.
Daarnaast werd eind 2010 ook een sectorconsulent aangeworven voor de uitwerking en de concretisering van de engagementen opgenomen in het sectorconvenant met de Vlaamse Overheid (zie hierboven).
2.14 Ondersteuning van arbitrage
Ook in 2010 ondersteunde het Sociaal Fonds financieel arbitrage- en bemiddelingsinitiatieven in Zaventem en de provincie Antwerpen.
Dit voor een bedrag van €10.000.
2.15 Website Sociaal Fonds
Ten einde de werkgevers- en werknemersorganisaties op de hoogte te houden van de recentste wetgevingen, CAO’s en de sociale voordelen en tussenkomsten van het Sociaal Fonds stelt het fonds een website ter beschikking.
In de loop van 2011 wordt de website van het Sociaal Fonds vernieuwd met de bedoeling nog meer tegemoet te komen aan de vragen van werkgevers, werknemers en kandidaat-taxichauffeurs.
3. BESLUIT
Ook in 2010 is het Sociaal Fonds erin geslaagd haar doelstellingen binnen de budgettaire mogelijkheden te ontwikkelen.