MEMO Aan : NVLF Van : ZinZ Juridisch Advies Betreft : juridische beoordeling wijzigingen in overeenkomst CZ 2019/2020 Datum : 21 september 2018 Toevoeging 2021
MEMO
Aan : NVLF
Van : ZinZ Juridisch Advies
Betreft : juridische beoordeling wijzigingen in overeenkomst CZ 2019/2020
Datum : 21 september 2018
Toevoeging 2021
De overeenkomst 2021 en de Algemene inkoopvoorwaarden zijn niet opnieuw beoordeeld omdat er ten opzichte van 2019 summiere wijzigingen hebben plaatsgevonden die niet van invloed zijn op de eerdere beoordeling.
Aandachtspunten t.b.v. matrix NVLF
Deel II Algemeen deel
Naar aanleiding van de definitie ‘zorgaanbieder’, alleen een natuurlijk persoon kan tevens een logopedist zijn (artikel 1);
Met de definitie ‘materiele controle’ lijkt CZ op de stoel van de zorgprofessional te gaan zitten. Materiele controle is bedoeld om doelmatigheid van zorg te controleren, niet om te beoordelen of een patiënt inhoudelijk goede zorg heeft gekregen (artikel 1);
In artikel 2 staan hoofdzakelijk verplichtingen waaraan een zorgaanbieder op grond van wet- en regelgeving al moet voldoen. Partijen zouden ook kunnen afspreken dat zij zich houden aan de geldende wet- en regelgeving en elkaar daarop kunnen aanspreken;
Let op: Als de waarneming langer duurt dan vier aaneengesloten maanden moet hiervan schriftelijk melding worden gedaan aan CZ. Het is echter niet duidelijk om welke waarneming het gaat. Bij een zorgaanbieder kunnen meerdere logopedisten werkzaam zijn. Als intern voor waarneming kan worden gezorgd, valt niet in te zien waarom dit – na vier maanden – aan CZ moet worden gemeld. En wat gaat CZ met deze informatie doen? (artikel 3 lid 2);
Als een logopedist een behandelrelatie niet wil aangaan, hoeft wettelijk geen sprake te zijn van een gewichtige reden (Nb. Deze voorwaarde geldt wel als de logopedist een behandelrelatie wil opzeggen). Het is niet duidelijk waarom CZ deze – onwenselijke – voorwaarde heeft opgenomen (artikel 3 lid 5);
Wij menen dat het handelen conform de Gedragscode Goed Zorgverzekeraarschap geen uitgangspunt is, maar dat CZ deze code behoort na te leven (artikel 5);
Het is niet duidelijk welke ketenafspraken CZ bedoeld. Daarbij zullen eventuele afspraken over gegevensuitwisseling in de keten moeten voldoen aan de Algemene Verordening Gegevensbescherming en andere relevante wetgeving (artikel 5 lid 4);
Let op: Artikel 11 lid 2 bevat een vrijwaring ten gunste van CZ. CZ legt zorgaanbieders contractueel veel verplichtingen op ten aanzien van de zorgverlening, echter weigert verantwoordelijkheid te nemen ingeval de patiënt schade lijdt die – mede – CZ valt te verwijten.
Zorgverzekeraar specifieke bepalingen
Op grond van deze overeenkomst geldt dat de praktijkmedewerker een logopedist moet zijn (artikel 1 sub n);
Als de verzekerde stelt te beschikken over een toezegging van CZ adviseren wij hiervan schriftelijk bewijs te vragen (artikel 2 lid 8);
Let op: een praktijkmedewerker is geen partij bij deze overeenkomst. Het is dan ook niet juist dat CZ in artikel 2 lid 11 heeft opgenomen dat een praktijkmedewerker en CZ elkaar rechtstreeks kunnen aanspreken;
De wachttijd mag maximaal vijf werkdagen bedragen. Wij adviseren om zo nodig afspraken van andere patiënten die bij CZ verzekerd zijn te verzetten om aan de door CZ gestelde eis te voldoen (artikel 2 lid 15);
Let op: voor het verlenen van gecontracteerde zorg op een nieuw praktijkadres is voorafgaande schriftelijke goedkeuring van CZ nodig (artikel 2 lid 17);
Let op: voor het informeren van de zorgverzekeraar is – bij voorkeur schriftelijke – toestemming van de patiënt nodig (artikel 3 lid 7);
Let op: CZ wil een afschrift van rapportages van de IGJ (artikel 3 lid 12);
Let op: de wettelijke bewaartermijn van medische gegevens is ten minste vijftien jaar, zie artikel 7: 454 lid 3 Burgerlijk Wetboek (artikel 5 lid 15);
Naar aanleiding van het bepaalde in artikel 6 lid 7, CZ zal het vermoeden van serieuze malversaties eerst wel moeten aantonen. Wij adviseren om CZ te verzoeken dit schriftelijk te doen;
De haakjes in artikel 7 lid 3 moeten komen te vervallen;
Aan artikel 9 lid 2 zou moeten worden toegevoegd dat opzegging door de zorgaanbieder mogelijk is als CZ niet langer over de vereiste vergunningen beschikt. Verder dient artikel 9 lid 3 sub d tot en met sub f, voor zover van toepassing, wederkerig te zijn. Niet valt in te zien waarom alleen CZ in die situaties mag opzeggen. Ook het vierde lid van dit artikel 9 zou wederkerig moeten zijn. Of komen te vervallen;
Let op: als een derde partij wordt ingeschakeld voor de zorgverlening dan moet de zorgaanbieder garanderen dat ook hiervoor een beroeps- en aansprakelijkheidsverzekering is afgesloten. CZ wil zo nodig een kopie van de polis inzien dus houdt hiermee rekening bij het inschakelen van een derde partij (artikel 11 lid 3);
In artikel 11 lid 4 herhaalt CZ nog eens geen verantwoordelijkheid te willen nemen;
Let op: CZ stelt een verwijzing verplicht (artikel 12);
De CV en VOF worden in de definitie van zorgaanbieder (artikel 1 sub a deel II) niet vermeld (artikel 13 lid 1);
Let op: De verplichting die CZ in artikel 14 lid 6 sub a heeft opgenomen, betekent voor de zorgaanbieder extra administratieve lasten. Ook is dat het aan de verzekerde om na te gaan hoe hij/zij is verzekerd en of CZ een overeenkomst met de zorgaanbieder heeft. De logopediepraktijk zou de verzekerden van CZ daarover niet over hoeven te informeren.
Los van het feit dat kanttekeningen kunnen worden geplaatst bij de juridische toelaatbaarheid van de verplichting die CZ in artikel 14 lid 6 sub b aan de zorgaanbieder oplegt om nog gedurende twaalf maanden na einde van de overeenkomst het gecontracteerde tarief te declareren voor CZ verzekerden die in behandeling zijn, is het de vraag of CZ hiermee niet in strijd handelt met het wettelijk stelsel, zoals volgt uit de WMG, Zorgverzekeringswet en Mededingingswet. Als de overeenkomst tussen zorgverzekeraar en zorgaanbieder is beëindigd, geldt immers dat de zorgaanbieder het eigen tarief mag hanteren (met inachtneming van de toepasselijke NZa beleidsregels). Er lijkt sprake te zijn van misbruik van machtspositie door de zorgverzekeraar.
Naar aanleiding van het bepaalde in artikel 14 lid 6 sub c wijzen wij u erop dat beëindiging van de overeenkomst tussen zorgverzekeraar en zorgaanbieder geen gewichtige reden vormt in de zin van artikel 7:460 Burgerlijk Wetboek. De logopedist mag de behandelrelatie met de patiënt niet wegens deze reden opzeggen. Met het bepaalde in artikel 14 lid 6 sub c gaat CZ voorbij aan het recht van de patiënt op vrije keuze van zorgverlener. Daarbij wordt met deze verplichting inbreuk op de vertrouwensrelatie tussen logopedist en patiënt gemaakt.
Bijlage 1
Het is niet duidelijk wat CZ bedoelt met transparant logopedisch handelen (zie inleidende tekst);
De zogenaamde kwaliteitseisen van CZ betreffen verplichtingen waartoe zorgaanbieders op grond van wet- en regelgeving gehouden zijn. Het herhalen leidt enkel tot administratieve lastenverzwaring. Met een beknopte, ‘to the point’ overeenkomst had CZ kunnen bijdragen aan het beperken van de administratieve laste zodat de zorgaanbieder meer tijd overhoudt voor de patiëntenzorg. Het verbeteren van de kwaliteit wordt met deze bijlage niet bereikt;
Bijlage 2
Bij een groepsbehandeling kan de privacy van de verzekerde niet geheel geborgd zijn daar er altijd minimaal een tweede patiënt tegelijkertijd wordt behandeld.
Bijlage 3
Met de gedetailleerde eisen die CZ stelt aan de praktijkinrichting mengt CZ zich met de bedrijfsvoering van de zorgaanbieder;
Bijlage 4 geen opmerkingen
Addendum
Let op: declaraties dienen uiterlijk 1 maart van het daarop volgende jaar te zijn ingediend (artikel 3 lid 14);
Let op: als een verzekerde klaagt over de declaratie dan onttrekt CZ zich aan de contractuele afspraken en legt direct de incasso bij de zorgaanbieder neer. Dat is niet redelijk, te meer CZ eist dat de zorgverzekeraar de incasso alleen mag voortzetten als de klacht tot tevredenheid van de verzekerde is afgehandeld (artikel 3 lid 16). Als zorg is verleend, is de patiënt ‘loon’ verschuldigd (zie artikel 7:461 Burgerlijk Wetboek);
Wees erop bedacht dat de wettelijke bewaartermijn van financiële documenten langer is dan de termijn die CZ eist (artikel 3 lid 18);
Een verrekenbeding is niet redelijk (artikel 5).