NOTA VAN WIJZIGINGEN D.D. 15 JULI 2019
NOTA VAN WIJZIGINGEN D.D. 15 JULI 2019
CAO
VOOR HET
SCHILDERS-, AFWERKINGS- EN GLASZETBEDRIJF IN NEDERLAND
SAG
1 oktober 2016 tot en met 30 september 2021
CAO VOOR HET SCHILDERS-, AFWERKINGS- EN GLASZETBEDRIJF IN NEDERLAND 2016 – 2021
Artikel 1
WERKINGSSFEER
1. De bepalingen van deze overeenkomst zijn – met inachtneming van de definities genoemd in dit artikel en van de beperkingen omschreven in lid 6 en lid 7 van dit artikel – van toepassing op bedrijven waarin en voor zover daarin het schilders-, afwerkings- en glaszetbedrijf als hoofdbedrijf of als wezenlijk onderdeel van de bedrijfsvoering wordt uitgeoefend.
2. Onder hoofdbedrijf wordt in de werkingssfeer van deze CAO verstaan het uitoefenen van het schilders-, afwerkings- en glaszetbedrijf, waarbij het aantal betrokken werknemers groter is dan het aantal werknemers, dat werkzaamheden verricht op het gebied van een andere bedrijfstak.
3. Als wezenlijk onderdeel van de bedrijfsvoering wordt voor de toepassing van deze overeenkomst beschouwd uitoefening van het schilders-, afwerkings- en glaszetbedrijf door een afdeling van een bedrijf, die tevens werkzaamheden op het gebied van (een) andere bedrijfstak(ken) verricht, indien het personeel van die afdeling in de regel niet wordt uitgewisseld met (een) andere afdeling(en), die werkzaamheden verricht(en) op het gebied van (een) andere bedrijfstak(ken), of indien die afdeling administratief en/of organisatorisch als een afzonderlijke eenheid is te beschouwen.
4. Onder uitoefening van het schilders-, afwerkings- en glaszetbedrijf wordt verstaan het bedrijfsmatig verrichten van een of meer der volgende werkzaamheden:
a. het aan of in roerende en onroerende goederen aanbrengen van verven, lak, coatings of soortgelijke producten, ongeacht de applicatiemethode- of techniek, alsmede het verrichten van de daarbij behorende werkzaamheden ter voorbereiding en nabewerking, zoals het repareren, egaliseren, schoonmaken, voorbehandelen, reinigen, ontvetten, ontroesten, aanbrengen van grondlagen, hechtlagen en tussenlagen en het vervoeren, opstellen, demonteren en monteren van objecten;
b. het aanbrengen van behangsel en andere te plakken afwerkingsmaterialen, het beschermen en verfraaien van wanden en/of plafonds met wandbekledingsmaterialen, maar uitgezonderd vloerbedekking, betimmeringen en gordijnen, alsmede het verrichten van de daarbij behorende werkzaamheden ter voorbereiding en nabewerking, zoals het verwijderen van oude wandbekleding, repareren en uitvlakken van wanden en het aanbrengen van tussenlagen;
c. het plaatsen van al of niet isolerende beglazing, beglazingssystemen en glasconstructies (puien, wanden, deuren, ramen), zowel in bestaande als nieuwe kaders, alsmede de daarbij behorende werkzaamheden ter voorbereiding en nabewerking, zoals verwijderen van bestaand glas en kit, plaatsen van noodvoorzieningen, repareren van kaders en/of kozijnen, glaslatten, hang- en sluitwerk, afwerken met kit, afdichting met rubber en schoonmaken;
d. het isoleren van spouwmuren, dakschotten en vloeren aan en in woningen en gebouwen en andere onroerende goederen;
e. het voor de uitvoering van de werkzaamheden, als genoemd onder a t/m d, kopen en/of in bestelling hebben en/of op voorraad houden van materialen alsmede het incidenteel verkopen van die materialen;
f. het plaatsen van steigers als dit in verband staat met het (doen) verrichten van bovenomschreven werkzaamheden;
g. het direct geven van technische en/of organisatorische leiding aan werknemers bij de uitvoering van de hiervoor omschreven werkzaamheden.
5. Als bedrijven in de zin van het eerste lid van dit artikel worden ook beschouwd natuurlijke personen en rechtspersonen, die schilderwerk in eigen beheer uitoefenen, zoals in het kader van het beheer, respectievelijk de exploitatie van woningen, respectievelijk van gebouwen, dit voor zover deze bedrijven of instellingen niet onder de werkingssfeer van een andere CAO of loonregeling vallen.
6. De CAO geldt ook voor bedrijven die lid zijn van OnderhoudNL en die vallen onder de werkingssfeer van de CAO voor de vlakglasbranche, maar die dispensatie hebben van de CAO voor de vlakglasbranche.
7. Niet als uitoefening van het schilders-, afwerkings- en glaszetbedrijf in de zin van deze CAO wordt beschouwd:
a. het door industriële bedrijven aanbrengen van verf-, lak- of coatingproducten op de door die bedrijven vervaardigde producten;
b. het uitoefenen van een classificeerbedrijf – waaronder verstaan wordt: ’het bedrijfsmatig ontdoen van ketelsteen of roest en schoonmaken (niet zijnde schilderwerk) en huidverven van vaartuigen en metalen oppervlakken en metalen constructies van schepen (of direct daarmee verband houdende). Onder schoonmaken dient mede verstaan te worden het aanbrengen van een eerste conserveringslaag in verband met zojuist genoemde reinigingswerkzaamheden’ – tenzij de uitoefening van deze werkzaamheden geschiedt in een bedrijf waarin het schilders-, afwerkings- en glaszetbedrijf het hoofdbedrijf is;
c. het spuiten van automobielen, tenzij dit geschiedt in een bedrijf, waarin het schilders-, afwerkings- en glaszetbedrijf het hoofdbedrijf is.
d. het in combinatie met het uitoefenen van een groothandel in glas plaatsen van al of niet isolerende beglazing, beglazingssystemen en glasconstructies (puien, wanden, deuren, ramen), zowel in bestaande als nieuwe kaders, alsmede de daarbij behorende werkzaamheden ter voorbereiding en nabewerking, zoals verwijderen van bestaand glas en kit, plaatsen van noodvoorzieningen, repareren van kaders en/of kozijnen, glaslatten, hang- en sluitwerk, afwerken met kit, afdichting met rubber en schoonmaken.
Toelichting: nieuw lid 4, sub e tot en met g, nieuw lid 6 alsmede nieuw lid 7, sub d ten behoeve van oplossing werkingssfeeroverlap met de CAO Vlakglas.
Artikel 9
DISPENSATIE
1. Partijen bij deze CAO zijn gezamenlijk bevoegd dispensatie te verlenen van de toepassing van één of meer bepalingen van deze CAO.
2. Partijen bij deze CAO dragen de behandeling van dispensatieverzoeken over aan de Dispensatiecommissie, waarin partijen bij deze CAO ieder met maximaal 2 leden zitting hebben. De leden worden benoemd door partijen bij deze CAO.
3. Een gemotiveerd dispensatieverzoek dient door de betreffende werkgever te worden ingediend bij het secretariaat van partijen bij deze CAO.
4. In een dispensatieverzoek dienen de volgende gegevens te zijn opgenomen:
a. de naam, het adres en de woonplaatsgegevens van de werkgever indien voor alle werknemers dispensatie wordt gevraagd;
b. de naam, het adres en de woonplaatsgegevens van de werkgever en de werknemers, indien een werkgever voor een gedeelte van zijn werknemers dispensatie vraagt;
x. xxx xxxxx bepalingen van de CAO dispensatie wordt gevraagd;
d. een nauwkeurige beschrijving van de aard en het bereik van het dispensatieverzoek;
e. de periode waarvoor dispensatie wordt gevraagd;
f. de motivering van het verzoek.
5. De Dispensatiecommissie stuurt de indiener van een dispensatieverzoek binnen 2 weken na de ontvangst van het verzoek een ontvangstbevestiging en vermeldt daarin tevens wanneer de Dispensatiecommissie het verzoek behandelt.
6. Op een dispensatieverzoek wordt door de Dispensatiecommissie binnen 13 weken na ontvangst van het verzoek schriftelijk en gemotiveerd een besluit genomen. Binnen deze termijn kan de Dispensatiecommissie de werkgever en de werknemers die het betreft verzoeken om een nadere
(mondelinge) toelichting te geven. Een verzoek om nadere toelichting wordt automatisch verlengd met de termijn gerekend vanaf het verzoek tot de ontvangst van de nadere toelichting.
7. Een dispensatieverzoek kan alleen worden toegekend indien:
a. voldaan wordt aan de criteria die zijn benoemd in de bepaling(en) waarvan dispensatie wordt gevraagd;
b. de werkgever aantoont dat van zodanige zwaarwegende omstandigheden sprake is dat in redelijkheid niet van hem kan worden verlangd dat één (1) of meer bepalingen van deze CAO op hem van toepassing zijn;
c. de door de werkgever voorgestelde dan wel toegepaste arbeidsvoorwaarde((n)regeling(en)) niet in strijd is (zijn) met wettelijke bepalingen.
8. Indien een dispensatieverzoek wordt toegekend dan geldt deze dispensatie vanaf de datum van toekenning en niet met terugwerkende kracht. De beslissing op een dispensatieverzoek is bindend.
9. Indien een dispensatieverzoek niet wordt toegekend dan kan de verzoeker binnen 6 weken een klacht indienen bij partijen bij deze CAO. Deze klacht bevat steekhoudende argumenten op grond waarvan de afwijzing naar de mening van de verzoeker op onjuiste gronden is genomen.
10. Aan het indienen van een dispensatieverzoek en de behandeling daarvan zijn voor de verzoeker(s), geen kosten verbonden.
11. Door partijen bij deze CAO en de dispensatiecommissie worden aan derden geen mededelingen gedaan over een ingediend dispensatieverzoek.
12. De dispensatiecommissie kan dispensatie van deze CAO verlenen aan de werkgever die lid is, en op 28 mei 2018 reeds lid was van Bouwend Nederland, vakgroep GBO, en tevens aangesloten is, en op 28 mei 2018 reeds aangesloten was bij het Bedrijfstakpensioenfonds voor de Groothandel in Vlakglas, de Groothandel in Verf, het Glasbewerkings- en het Glazeniersbedrijf en onder de werkingssfeer van deze CAO valt.
13. De dispensatiecommissie houdt een lijst bij van dispensatiebesluiten.
Toelichting: nieuw leden 12 en 13 ten behoeve van oplossing werkingssfeeroverlap met de CAO Vlakglas.
Bericht van: Landelijke Belangen Vereniging <10 2 e
@xxx.xx>
Onderwerp : oplossen werkingssfeeroverlap me s Datum : 15-07-2019 13:49
Bijlage : Nota van wijzigingen CAO SAG 2016 2021 15 juli 2019.docx
gewijzigde CAO tekst (schoon en gerenvooieerd) met betrekking tot de werkingssfeer en het dispensatieartikel om de overlap met de werkingssfeer van de CAO Vlakglas op te lossen.
Overeenkomst met betrekking tot aanpassing van de overeenkomst van 28 mei 2018
Inleiding
Op 28 mei 2018 hebben Bouwend Nederland, vakgroep glas, en OnderhoudNL, onder voorbehoud van goedkeuring door de betrokken werknemersorganisaties, afspraken gemaakt met betrekking tot de aanpassing van de werkingssfeerbepalingen van de cao voor de groothandel in vlakglas, het glasbewerkings- en het glazeniersbedrijf respectievelijk de cao voor het schilders-, afwerkings- en glaszetbedrijf in Nederland, alsmede met betrekking tot aanpassing van de werkingssfeerbepalingen van de verplichtstellingsbesluiten van het Bedrijfstakpensioenfonds voor de Groothandel in Vlakglas, de Groothandel in Verf, het Glasbewerkings- en het Glazeniersbedrijf respectievelijk het Bedrijfstakpensioenfonds voor het Schilders-, Afwerkings- en Glaszetbedrijf.
Aan de gemaakte afspraken hebben betrokken werknemersorganisaties nadien hun goedkeuring gegeven.
Reden voor de aanpassing van de wederzijdse werkingssfeerbepalingen was de overlap die er bestond tussen die werkingssfeerbepalingen. Daardoor was algemeen verbindend verklaring (avv) van beide cao’s niet langer mogelijk.
Bij het verzoek tot avv van de cao voor de groothandel in vlakglas, het glasbewerkings- en het glazeniersbedrijf bleek echter dat de Directie Uitvoeringstaken Arbeidsvoorwaardenwetgeving (UAW) van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid de overeengekomen (nieuwe) werkingssfeerbepaling niet vatbaar voor avv achtte. Naar mening van UAW was er nog steeds sprake van werkingssfeeroverlap. Tevens werd meegedeeld dat de werkingssfeer van de schilderscao en de werkingssfeer van de vlakglascao in samenhang beoordeeld zullen worden.
Bouwend Nederland, vakgroep glas, en OnderhoudNL hebben daarom op 17 juni 2019 met elkaar overlegd over de vraag hoe tegemoet te komen aan de bezwaren van UAW, zonder dat de geest van de overeenkomst van 28 mei 2018 daarbij zou worden aangetast. In vervolg op dit overleg zijn nieuwe cao-teksten opgesteld, die zijn besproken met UAW en met de betrokken werknemersorganisaties. De betrokken werknemersorganisaties hebben de overeengekomen teksten goedgekeurd.
Gelet op bovenstaande zijn Bouwend Nederland, vakgroep glas, en OnderhoudNL op17 juni 2019 de volgende wijzigingen en aanvullingen overeengekomen op de overeenkomst van 28 mei 2018 met betrekking tot de aanpassing van de werkingssfeerbepalingen.
Overeenkomst
Op 17 juni 2019 zijn Bouwend Nederland, vakgroep glas, en OnderhoudNL, met goedkeuring door de betrokken werknemersorganisaties, het navolgende overeengekomen met betrekking tot de wijziging en aanvulling van de overeenkomst van 28 mei 2018, die als bijlage is bijgevoegd.
Aanpassingen van de werkingssfeerbepalingen van de cao’s:
Collectieve arbeidsovereenkomst voor de groothandel in vlakglas, het glasbewerkings- en het glazeniersbedrijf
In artikel 1, Werkingssfeer, wordt de passage
“In afwijking van bovenstaande geldt deze cao niet voor natuurlijke of rechtspersonen die lid zijn, en op 28 mei 2018 reeds lid waren van OnderhoudNL, en tevens aangesloten zijn, en op 28 mei 2018 reeds aangesloten waren, bij het Bedrijfstakpensioenfonds voor het Schilders-, Afwerkings- en Glaszetbedrijf, ook als zij onder bovenstaande omschrijving vallen.”
vervangen door
“De cao geldt ook voor bedrijven die lid zijn van Bouwend Nederland vakgroep glas en die vallen onder de werkingssfeer van de cao voor het schilders- afwerkings- en glaszettersbedrijf in Nederland (SAG-cao), maar die dispensatie hebben van deze SAG-cao.”
Aan artikel 4, De vaste commissie, wordt een nieuw lid 5 toegevoegd, dat als volgt luidt:
“5. Dispensatie
De vaste commissie stelt een dispensatiecommissie in. De dispensatiecommissie kan dispensatie van de cao voor de vlakglasbranche verlenen aan de werkgever die lid is, en op 28 mei 2018 reeds lid was van OnderhoudNL, en tevens aangesloten is, en op 28 mei 2018 reeds aangesloten was bij het Bedrijfstakpensioenfonds voor het Schilders-, Afwerkings- en Glaszetbedrijf en onder de werkingssfeer van de cao voor de vlakglasbranche valt.
De werkgever richt zijn verzoek om dispensatie aan het secretariaat van de dispensatiecommissie. De dispensatiecommissie kan de werkgever om een nadere toelichting vragen in verband met de beoordeling van het verzoek. De dispensatiecommissie neemt binnen 3 maanden een beslissing over het dispensatieverzoek. De
dispensatiecommissie deelt de beslissing schriftelijk en met redenen omkleed mee aan de werkgever. De dispensatiecommissie houdt een lijst bij met dispensatiebesluiten.”
CAO Inzake de Stichting Opleidings- en Ontwikkelingsfonds voor de Vlakglasbranche (STOOV)
De huidige tekst van artikel 1 wordt vervangen door de volgende tekst:
“ARTIKEL 1 WERKINGSSFEER
De cao geldt voor iedere natuurlijke of rechtspersoon die in een onderneming of een afdeling daarvan zich uitsluitend of in hoofdzaak bezig houdt met:
1. de groothandel in vlakglas, al dan niet in combinatie met het plaatsen van bewerkt en/of onbewerkt vlakglas; en/of
2. de bedrijfsmatige bewerking e/of verwerking van vlakglas (zoals de productie van isolerend dubbelglas, gelaagd glas en voorgespannen / gehard glas), waaronder niet begrepen het plaatsen van vlakglas; en/of
3. het vervaardigen van glas in metaal (zoals geëtst en gebrandschilderd glas).
De cao geldt ook voor bedrijven die lid zijn van Bouwend Nederland Vakgroep glas en die vallen onder de werkingssfeer van de cao voor het schilders- afwerkings- en glaszettersbedrijf in Nederland (SAG-cao), maar die dispensatie hebben van deze SAG-cao.
Dispensatie
De dispensatiecommissie van de vaste commissie kan dispensatie van de cao inzake de Stichting Opleidings- en Ontwikkelingsfonds voor de Vlakglasbranche verlenen aan de werkgever die lid is, en op 28 mei 2018 reeds lid was van OnderhoudNL, en tevens aangesloten is, en op 28 mei 2018 reeds aangesloten was bij het Bedrijfstakpensioenfonds voor het Schilders-, Afwerkings- en Glaszetbedrijf en onder de werkingssfeer van de cao inzake de Stichting Opleidings- en Ontwikkelingsfonds voor de Vlakglasbranche voor de vlakglasbranche valt.
De werkgever richt zijn verzoek om dispensatie aan het secretariaat van de dispensatiecommissie. De dispensatiecommissie kan de werkgever om een nadere toelichting vragen in verband met de beoordeling van het verzoek. De dispensatiecommissie neemt binnen 3 maanden een beslissing over het dispensatieverzoek. De dispensatiecommissie deelt de beslissing schriftelijk en met redenen omkleed mee aan de werkgever. De dispensatiecommissie houdt een lijst bij met dispensatiebesluiten.
DEFINITIES
Deze overeenkomst verstaat onder:
Werkgever:
de natuurlijke of rechtspersoon die valt onder de werkingssfeer van deze cao.
Groothandel:
de bedrijfsuitoefening waarbij de onderneming voor eigen rekening en risico goederen betrekt, naar behoefte in voorraad houdt dan wel in bestelling heeft, en verkoopt aan bedrijfsmatige ge- en/of verbruikers of verwerkers dan wel groot- of kleinhandelaren.
werknemer:
iedere werknemer die werkt bij een werkgever als hierboven.
Stichting:
de Stichting Opleidings- en Ontwikkelingsfonds voor de Vlakglasbranche (STOOV).”
Xxx voor het schilders-, afwerkings- en glaszetbedrijf in Nederland
In artikel 1, Werkingssfeer, worden de navolgende wijzigingen aangebracht:
Aan het vierde lid wordt, onder vernummering van de onderdelen e en f tot f en g, een nieuw onderdeel e toegevoegd, dat als volgt luidt:
“e. het voor de uitvoering van de werkzaamheden, als genoemd onder a t/m d, kopen en/of in bestelling hebben en/of op voorraad houden van materialen alsmede het incidenteel verkopen van die materialen;”
Na het vijfde lid wordt, onder vernummering van lid 6 tot lid 7, een nieuw lid 6 ingevoegd dat als volgt luidt:
“6. De cao geldt ook voor bedrijven die lid zijn van OnderhoudNL en die vallen onder de werkingssfeer van de cao voor de vlakglasbranche, maar die dispensatie hebben van de cao voor de vlakglasbranche.”
Aan het nieuwe zevende lid wordt een onderdeel d toegevoegd, dat als volgt luidt:
“d. het in combinatie met het uitoefenen van een groothandel in glas plaatsen van al of niet isolerende beglazing, beglazingssystemen en glasconstructies (puien, wanden, deuren,
ramen), zowel in bestaande als nieuwe kaders, alsmede de daarbij behorende werkzaamheden ter voorbereiding en nabewerking, zoals verwijderen van bestaand glas en kit, plaatsen van noodvoorzieningen, repareren van kaders en/of kozijnen, glaslatten, hang- en sluitwerk, afwerken met kit, afdichting met rubber en schoonmaken.”
Het bestaande zevende lid “In afwijking van het bepaalde in lid 1 van dit artikel geldt deze cao niet voor natuurlijke of rechtspersonen die lid zijn, en op 28 mei 2018 reeds lid waren, van Bouwend Nederland, vakgroep GBO en tevens aangesloten zijn, en op 28 mei 2018 reeds aangesloten waren bij het Bedrijfstakpensioenfonds voor de Groothandel in Vlakglas, de Groothandel in Verf, het Glasbewerkings- en het Glazeniersbedrijf, ook als zij onder de omschrijving van lid 4 van dit artikel vallen.” komt te vervallen.
Aan artikel 9, Dispensatie, wordt een nieuw lid 12 en een nieuw lid 13 toegevoegd, die als volgt luiden:
“12. De dispensatiecommissie kan dispensatie van deze cao verlenen aan de werkgever die lid is, en op 28 mei 2018 reeds lid was van Bouwend Nederland, vakgroep GBO, en tevens aangesloten is, en op 28 mei 2018 reeds aangesloten was bij het Bedrijfstakpensioenfonds voor de Groothandel in Vlakglas, de Groothandel in Verf, het Glasbewerkings- en het Glazeniersbedrijf en onder de werkingssfeer van deze cao valt.
13. De dispensatiecommissie houdt een lijst bij van dispensatiebesluiten.”
Bovenstaande wijzigingen in de CAO voor het schilders-, afwerkings- en glaszetbedrijf in Nederland met betrekking tot werkingssfeer en dispensatie, zullen op identieke wijze worden aangebracht in de CAO Uitvoeringsregelingen voor het Schilders- Afwerkings- en Glaszetbedrijf.
Aldus overeengekomen op 17 juni 2019,
Namens Bouwend Nederland, Namens OnderhoudNL Vakgroep glas
10.2 e 10 2 e
Bijlage
Overeenkomst
Op 28 mei 2018 zijn Bouwend Nederland, vakgroep GBO, en OnderhoudNL, onder voorbehoud van goedkeuring door de betrokken werknemersorganisaties, het navolgende overeengekomen met betrekking tot de aanpassing van de werkingssfeerbepalingen van de Cao voor de groothandel in vlakglas, het glasbewerkings- en het glazeniersbedrijf respectievelijk de CAO voor het schilders-, afwerkings- en glaszetbedrijf in Nederland, alsmede met betrekking tot aanpassing van de werkingssfeerbepalingen van de verplichtstellingsbesluiten van het Bedrijfstakpensioenfonds voor de Groothandel in Vlakglas, de Groothandel in Verf, het Glasbewerkings- en het Glazeniersbedrijf respectievelijk het Bedrijfstakpensioenfonds voor het Schilders-, Afwerkings- en Glaszetbedrijf.
Aanpassingen van de werkingssfeerbepalingen van de cao’s:
“Werkingssfeerbepaling voor de collectieve arbeidsovereenkomst voor de groothandel in vlakglas, het glasbewerkings- en het glazeniersbedrijf
ARTIKEL 1
Werkingssfeer
De cao geldt voor iedere natuurlijke of rechtspersoon die in een onderneming of een afdeling daarvan zich uitsluitend of in hoofdzaak bezighoudt met:
1. de groothandel in vlakglas, al dan niet in combinatie met het plaatsen van bewerkt en/of onbewerkt vlakglas; en/of
2. de bedrijfsmatige bewerking en/of verwerking van vlakglas (zoals de productie van isolerend dubbelglas, gelaagd glas en voorgespannen/gehard glas), waaronder niet begrepen het plaatsen van vlakglas; en/of
3. het vervaardigen van glas in metaal (zoals geëtst en gebrandschilderd glas).
In afwijking van bovenstaande geldt deze cao niet voor natuurlijke of rechtspersonen die lid zijn, en op 28 mei 2018 reeds lid waren van OnderhoudNL, en tevens aangesloten zijn, en op 28 mei 2018 reeds aangesloten waren, bij het Bedrijfstakpensioenfonds voor het Schilders-, Afwerkings- en Glaszetbedrijf, ook als zij onder bovenstaande omschrijving vallen.
Definities
Werkgever: de natuurlijke of rechtspersoon die valt onder de werkingssfeer van deze cao.
Groothandel: De bedrijfsuitoefening waarbij de onderneming voor eigen rekening en risico goederen betrekt, naar behoefte in voorraad houdt dan wel in bestelling heeft, en verkoopt aan bedrijfsmatige ge- en/of verbruikers of verwerkers dan wel groot- of kleinhandelaren.”
Aan de werkingssfeerbepaling van de CAO voor het schilders-, afwerkings- en glaszetbedrijf in Nederland wordt de volgende bepaling toegevoegd:
“In afwijking van het bepaalde in lid 1 geldt deze cao niet voor natuurlijke of rechtspersonen die lid zijn, en op 28 mei 2018 reeds lid waren, van Bouwend Nederland, vakgroep GBO, en tevens aangesloten zijn, en op 28 mei 2018 reeds aangesloten waren, bij het Bedrijfstakpensioenfonds voor de Groothandel in Vlakglas, de Groothandel in Verf, het Glasbewerkings- en het Glazeniersbedrijf, ook als zij onder de omschrijving van lid 4 vallen.”
Aanpassing van de werkingssfeerbepalingen in de verplichtstellingsbesluiten van de bedrijfstakpensioenfondsen
Partijen zijn voorts overeengekomen dat zij zich zullen inspannen dat het georganiseerd bedrijfsleven (betrokken werkgevers- en werknemersorganisaties) komt tot aanpassing van de werkingssfeerbepalingen in de verplichtstellingsbesluiten van het Bedrijfstakpensioenfonds voor het schilders-, afwerkings- en glaszetbedrijf (Bpf Schilders) en van het Bedrijfstakpensioenfonds voor de Groothandel in Vlakglas, de Groothandel in Verf, het Glasbewerkings- en het Glazeniersbedrijf (Bpf Vlakglas), overeenkomstig de aanpassing van de werkingssfeerbepalingen van de cao’s als hierboven omschreven.
Het verzoek tot wijziging van het verplichtstellingsbesluit van Bpf Vlakglas zal zo spoedig mogelijk na ondertekening van deze overeenkomst door het georganiseerd overleg worden ingediend.
Het verzoek tot wijziging van het verplichtstellingsbesluit van Bpf Xxxxxxxxx zal door het georganiseerd overleg worden ingediend zodra het pensioenfonds opnieuw aan de periodieke representativiteitstoets door het Ministerie van Sociale zaken en werkgelegenheid zal moeten voldoen.
Aldus overeengekomen te Ridderkerk op 28 mei 2018,
Namens Bouwend Nederland, Namens OnderhoudNL
Vakgroep GBO
10.2 e 10 2 e
FORMULIER REPRESENTATIVITEITSGEGEVENS
(bedoeld in artikel 2:2, eerste lid, onderdeel d, van het Besluit aanmelding van collectieve arbeidsovereenkomsten en het verzoeken om algemeen verbindend verklaring)
Bij een avv-verzoek dienen de representativiteitsgegevens en de hiervoor gehanteerde onderzoeksmethodiek te worden opgegeven. Deze opgave kan worden ingediend aan de hand van dit formulier. Gebruikmaking van dit formulier is vereist bij een representativiteitspercentage onder de 60% en ingeval beargumenteerde bedenkingen tegen de representativiteit daartoe aanleiding geven.
INHOUD
1 REPRESENTATIVITEITSOPGAVE
• Werkgeversgegevens
o Direct aan de cao gebonden werkgevers
o Werkgevers gebonden door de werkingssfeer
• Gegevens werkzame personen
o Direct aan de cao gebonden personen en personen gebonden op basis van artikel 14 Wet op de CAO
o Personen gebonden door de werkingssfeer
2 TOELICHTING
• Gehanteerde onderzoeksmethode
• Gebruikte bronnen
• Wijze van meting
• Relatie tot de werkingssfeer
• Actualiteit van de cijfers
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Directie Uitvoeringstaken Arbeidsvoorwaardenwetgeving Datum, 24 AUGUSTUS 2010
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
J.P.H. Donner
Pagina 1
REPRESENTATIVITEITSOPGAVE CAO SAG 2016-2021
Het algemeen verbindend verklaren (avv) van bepalingen van een cao vereist dat naar het oordeel van de minister de cao-bepalingen waarop het avv-verzoek betrekking heeft, moeten gelden voor een belangrijke meerderheid van de in de bedrijfstak werkzame personen. Dit meerderheidsvereiste wordt bepaald aan de hand van de representativiteitsgegevens. De mate van representativiteit wordt als volgt berekend:
• het aantal personen werkzaam bij werkgevers gebonden door de cao, die naar aard van hun functie c.q. werkzaamheden binnen de werkingssfeer van de cao vallen (teller), gedeeld door
• het totale aantal personen, dat binnen de werkingssfeer van de cao zou vallen, indien de cao algemeen verbindend zou worden verklaard (noemer).
De in de cao gedefinieerde werkingssfeer dient als uitgangspunt voor het bepalen van het totale aantal personen dat in zowel de teller als de noemer wordt gehanteerd. Tot het aantal personen kunnen naast werknemers ook opdrachtnemers worden gerekend, indien in de cao geregeld is dat deze ook op hen van toepassing is. Uitzendkrachten in dienst van een andere (uitzend)werkgever dienen niet te worden meegeteld.
Gezien de verstrekkende consequenties van het algemeen verbindend verklaren van een cao is het noodzakelijk dat de representativiteitsopgave voldoet aan de eisen van:
• reproduceerbaarheid
• validiteit
• interne consistentie
• onderzoekstechnische kwaliteit, en
• actualiteit
Het is een vereiste voor de beoordeling van het representativiteitscijfer dat dit reproduceerbaar is. Brongegevens, gebruikte enquête, uitgevoerde berekeningen, analyses en extrapolatie moeten beschikbaar zijn, zodat desgevraagd een accountant, dan wel het Ministerie van SZW op basis hiervan het cijfer zelfstandig kan reproduceren.
Het begrip validiteit heeft betrekking op de vraag of daadwerkelijk is gemeten wat beoogd was. Is het te meten begrip, werkzame personen, op de juiste wijze gedefinieerd én zijn vervolgens de werkzame personen ook conform de operationalisering gemeten. Voor het begrip werkzame personen bijvoorbeeld speelt dan de werkingssfeer een rol en of op een juiste wijze is gecorrigeerd voor werkzame personen die in de werkingssfeer worden uitgesloten.
Bij de interne consistentie gaat het om gebruikte meeteenheden. De eenheid in de teller moet overeenstemmen met de gehanteerde eenheid in de noemer. In teller én noemer moeten standcijfers (gemeten op een bepaald moment) of stroomcijfers (gemeten over een periode) worden gebruikt. De definitie van werkzame personen moet in beide gelijk zijn. En ook de peildatum of de peilperiode moet in teller en noemer vergelijkbaar zijn.
Bij de beoordeling van de kwaliteit van het onderzoek wordt nagegaan of voldaan is aan de vereisten van zorgvuldigheid. Het gaat hierbij om zaken als de gebruikte methode om de gegevens te verzamelen, de omvang van de enquête, de hoogte van de non-respons, de gebruikte weging, gehanteerde analyses en uitgevoerde berekeningen.
De gegevens waarop het representativiteitscijfer is gebaseerd, mogen in principe niet ouder zijn dan één jaar, te rekenen vanaf de ingangsdatum van de cao.
Om te kunnen beoordelen of aan deze criteria wordt voldaan, dient een toelichting te worden gegeven op de verstrekte werkgeversgegevens en gegevens over het aantal werkzame personen.
WERKGEVERSGEGEVENS
1 Direct aan de cao gebonden werkgevers
Hoeveel werkgevers vallen direct onder de werkingssfeer van de cao1?
995
Geef aan op welke peildatum dan wel over welke periode de gegevens verzameld zijn.
1 januari 2019
2 Werkgevers gebonden door de werkingssfeer
Wat is het totale aantal werkgevers dat valt onder de werkingssfeer van de cao?
1933
Geef aan op welke peildatum dan wel over welke periode de gegevens verzameld zijn.
1 januari 2019
De wijze waarop de gegevens zijn verkregen over het aantal werkgevers dat direct en in totaal onder de werkingssfeer van de cao valt, moet worden toegelicht. Daarvoor is onderstaand een aantal aandachtspunten opgenomen. Afhankelijk van de gehanteerde methode kunnen de aandachtspunten al dan niet relevant zijn. Indien een van de genoemde methoden van toepassing is, dienen de vragen waarvoor een ‘□’ is opgenomen te worden aangevinkt en te worden beantwoord. De eerste vraag dient altijd te worden beantwoord. Er zijn globaal 3 methoden, die elkaar overigens niet uitsluiten: gebruik maken van bestaande bronnen/bestanden, onderzoek en extrapolatie. Daarnaast moet zonodig een toelichting worden gegeven op de actualiteit van de gebruikte gegevens. Achter de genoemde aandachtspunten is een verwijzing opgenomen naar een uitgebreidere toelichting in deel 2 van dit formulier. Dat deel gaat in op de gehanteerde onderzoeksmethode (ad. 1); de gebruikte bronnen (ad. 2); de wijze van meting (ad. 3); de relatie tot de werkingssfeer (ad. 4); en de actualiteit van de gegevens (ad. 5).
1 Een werkgever valt direct onder de werkingssfeer van een cao als hij lid is van een werkgeversorganisatie die betrokken is bij de totstandkoming van de cao.
Bestaande bronnen/bestanden
Geef voor het uitgevoerde onderzoek naar de bij vraag 1 en 2 opgegeven aantallen een beschrijving van:
• de gebruikte bronnen (ad. 2)
• de bronnen in relatie tot de werkingssfeer (ad. 4)
• de uitgevoerde correctie in de bronbestanden (ad. 4)
1. Bron 1: het aantal werkgevers uit de administratie van Stichting Uitvoeringsregelingen SAG, peildatum: 1 januari 2019 (teller).
2. Bron 2: het aantal werkgevers uit de verzekerdenadministratie van PGGM, peildatum: 1 januari 2019 (noemer).
3. In de werkingssfeer uitgesloten categorieën werkgevers zijn in de tellingen in deze representativiteitsopgave buiten beschouwing gelaten. Het betreft hier werkgevers van bedrijven die in de werkingssfeer zijn uitgesloten zoals:
a. industriële bedrijven die verf-, lak- of coatingproducten aanbrengen op de door die bedrijven vervaardigde producten;
b. classificeerbedrijf – waaronder verstaan wordt: ’het bedrijfsmatig ontdoen van ketelsteen of roest en schoonmaken (niet zijnde schilderwerk) en huidverven van vaartuigen en metalen oppervlakken en metalen constructies van schepen (of direct daarmee verband houdende) – tenzij de uitoefening van deze werkzaamheden geschiedt in een bedrijf waarin het schilders-, afwerkings- en glaszetbedrijf het hoofdbedrijf is;
c. een bedrijf dat automobielen spuit, tenzij dit geschiedt in een bedrijf waarin het schilders-, afwerkings- en glaszetbedrijf het hoofdbedrijf is.
Er is gebruik gemaakt van meerdere bestanden. Geef een beschrijving van:
• de representativiteit van de bestanden (ad. 2)
• uitgevoerde correcties voor dubbeltellingen (ad. 2)
• de wijze van ‘matching’ van de bestanden (ad. 1)
1. Actuele telling (teller) van het aantal werkgevers in de administratie van Stichting Uitvoeringsregelingen SAG, peildatum: 1 januari 2019. Deze werkgevers (met werknemers in dienst) zijn als lid eveneens aangesloten bij OnderhoudNL. Werkgevers zonder werknemers in dienst komen niet voor in de administratie van Stichting Uitvoeringsregelingen SAG.
2. Actuele telling (xxxxxx) van het aantal werkgevers volgens de maandelijkse opgave van het Bedrijfstakpensioenfonds SAG (PGGM) aan OnderhoudNL en LBV, peildatum: 1 januari 2019. Dit aantal komt voort uit de verzekerdenadministratie van het Bedrijfstakpensioenfonds SAG. Het aantal werkgevers zonder werknemers in dienst wordt door het Bedrijfstakpensioenfonds SAG in de telling buiten beschouwing gelaten.
De bronnen sluiten niet volledig aan bij de werkingssfeer. Geef een beschrijving van:
• de correcties die zijn uitgevoerd (ad. 4)
Niet van toepassing.
Onderzoek
Er is (aanvullend) steekproefonderzoek uitgevoerd, bijvoorbeeld op basis van een enquête. Geef een beschrijving met cijfermatige onderbouwing van:
• de gehanteerde methodiek (ad. 1)
• het steekproefkader in relatie tot de werkingssfeer (ad. 1)
• de respons (ad. 1)
• de representativiteit van de steekproef (ad. 1)
• eventueel gebruik van aanvullende informatie (ad. 1)
• toegepaste berekeningen en schattingen (ad. 1)
Niet van toepassing.
Extrapolatie
Onderzoeksgegevens zijn middels andere bronnen geëxtrapoleerd. Geef een beschrijving met cijfermatige onderbouwing van:
• de hiervoor gebruikte bronnen (ad. 2)
• de representativiteit van het verkregen bestand (ad. 2)
• de verschillen tussen de bronnen (ad. 2)
• eventueel uitgevoerde correcties (ad. 4)
Niet van toepassing.
Peildatum
Er zijn gegevens gebruikt ouder dan een jaar, (terug)gerekend vanaf de ingangsdatum van de cao. Geef een beschrijving van:
• de reden waarom het niet mogelijk is om gegevens van recenter datum te leveren (ad. 5)
• de aannemelijkheid dat sindsdien binnen de bedrijfstak geen grote fluctuaties in de genoemde aantallen zijn opgetreden. Indien wel sprake is van grote fluctuaties is aanvullend onderzoek of extrapolatie nodig (ad. 5)
Niet van toepassing.
Overig
Overige opmerkingen
Niet van toepassing.
GEGEVENS WERKZAME PERSONEN
3 Direct aan de cao gebonden personen en personen gebonden op basis van artikel 14 Wet op de CAO2
Hoeveel personen worden direct dan wel op basis van artikel 14 van de Wet op de CAO aan de cao gebonden?
12.699
Geef aan op welke peildatum dan wel over welke periode de gegevens verzameld zijn.
1 januari 2019
4 Personen gebonden door de werkingssfeer
Wat is het totale aantal personen dat valt onder de werkingssfeer van de cao?
14.009
Geef aan op welke peildatum dan wel over welke periode de gegevens verzameld zijn.
1 januari 2009
De wijze waarop de gegevens zijn verkregen over het aantal werkzame personen dat direct en in totaal onder de werkingssfeer van de cao valt, moet worden toegelicht. Daarvoor is onderstaand een aantal aandachtspunten opgenomen. Afhankelijk van de gehanteerde methode kunnen de aandachtspunten al dan niet relevant zijn. Indien een van de genoemde methoden van toepassing is, dienen de vragen waarvoor een ‘□’ is opgenomen te worden aangevinkt en te worden beantwoord. De eerste vraag dient altijd te worden beantwoord. Er zijn globaal 3 methoden, die elkaar overigens niet uitsluiten: gebruik maken van bestaande bronnen/bestanden, onderzoek, en extrapolatie. Daarnaast moet zonodig een toelichting worden gegeven op de actualiteit van de gebruikte gegevens. Achter de genoemde aandachtspunten is een verwijzing opgenomen naar een uitgebreidere toelichting in deel 2 van dit formulier. Dat deel gaat in op de gehanteerde onderzoeksmethode (ad. 1); de gebruikte bronnen (ad. 2); de wijze van meting (ad. 3); de relatie tot de werkingssfeer (ad. 4); en de actualiteit van de gegevens (ad. 5).
2 Een persoon valt direct onder de werkingssfeer van een cao als hij werkzaam is bij een werkgever die lid is van een werkgeversorganisatie die betrokken is bij de totstandkoming van de cao. Ook anders of niet georganiseerde werkzame personen in dienst van een aangesloten werkgever dienen dus te worden meegeteld.
Bestaande bronnen/bestanden
Voor het uitgevoerde onderzoek, geef een beschrijving van:
• de gebruikte bronnen (ad. 2)
• de bronnen in relatie tot de werkingssfeer (ad. 4)
• de uitgevoerde correctie in de bronbestanden (ad. 4)
• de gehanteerde meeteenheid (ad. 3)
1. Bron 1: het aantal werknemers uit de administratie van Stichting Uitvoeringsregelingen SAG, peildatum: 1 januari 2019 (teller).
2. Bron 2: het aantal werknemers uit de verzekerdenadministratie van PGGM, peildatum: 1 januari 2019 (noemer).
3. Werknemers die werkzaam zijn bij de in de werkingssfeer uitgesloten categorieën bedrijven zijn in de tellingen in deze representativiteitsopgave buiten beschouwing gelaten. Het betreft hier werknemers in dienst van bedrijven die in de werkingssfeer zijn uitgesloten zoals:
d. industriële bedrijven die verf-, lak- of coatingproducten aanbrengen op de door die bedrijven vervaardigde producten;
e. classificeerbedrijf – waaronder verstaan wordt: ’het bedrijfsmatig ontdoen van ketelsteen of roest en schoonmaken (niet zijnde schilderwerk) en huidverven van vaartuigen en metalen oppervlakken en metalen constructies van schepen (of direct daarmee verband houdende) – tenzij de uitoefening van deze werkzaamheden geschiedt in een bedrijf waarin het schilders-, afwerkings- en glaszetbedrijf het hoofdbedrijf is;
f. een bedrijf dat automobielen spuit, tenzij dit geschiedt in een bedrijf waarin het schilders-, afwerkings- en glaszetbedrijf het hoofdbedrijf is.
Is gebruik gemaakt van meerdere bestanden, geef een beschrijving van:
• de representativiteit van de bestanden (ad. 2)
• uitgevoerde correcties voor dubbeltellingen (ad. 2)
• de wijze van matching van bestanden (ad. 1)
1. Actuele telling (teller) van het aantal werknemers in de administratie van Stichting Uitvoeringsregelingen SAG, peildatum: 1 januari 2019. De werkgevers met werknemers in dienst zijn als lid eveneens aangesloten bij OnderhoudNL. Werkgevers zonder werknemers in dienst komen niet voor in de administratie van Stichting Uitvoeringsregelingen SAG.
2. Actuele telling (xxxxxx) van het aantal werknemers volgens de maandelijkse opgave van het Bedrijfstakpensioenfonds SAG (PGGM) aan OnderhoudNL en LBV, peildatum: 1 januari 2019. Dit aantal komt voort uit de verzekerdenadministratie van het Bedrijfstakpensioenfonds SAG. Het aantal werkgevers zonder werknemers in dienst wordt door het Bedrijfstakpensioenfonds SAG in de telling buiten beschouwing gelaten.
3. Werknemers van vrijwillig aangesloten werkgevers, gedispenseerde werkgevers zonder eigen rechtsgeldige CAO én uitzendkrachten zijn in de representativiteitsopgave niet meegeteld.
Sluiten de bronnen niet volledig aan bij de werkingssfeer, geef een beschrijving van:
• de correcties die zijn uitgevoerd (ad. 4)
Niet van toepassing.
Onderzoek
Is er aanvullend steekproefonderzoek uitgevoerd, bijvoorbeeld op basis van een enquête, eef een beschrijving van:
• de gehanteerde methodiek (ad. 1)
• het steekproefkader in relatie tot de werkingssfeer (ad. 1)
• de respons (ad. 1)
• de representativiteit van de steekproef (ad. 1)
• eventueel gebruik van aanvullende informatie (ad. 1)
• toegepaste berekeningen en schattingen (ad. 1 )
Niet van toepassing.
Extrapolatie
Indien onderzoeksgegevens middels andere bronnen zijn geëxtrapoleerd, geef een beschrijving van:
• de hiervoor gebruikte bronnen (ad. 2)
• de representativiteit van het verkregen bestand (ad. 2)
• de verschillen tussen de bronnen (ad. 2)
• eventueel uitgevoerde correcties (ad. 4)
Niet van toepassing.
Peildatum
Zijn gegevens gebruikt ouder dan een jaar, (terug)gerekend vanaf de ingangsdatum van de cao, geef een beschrijving van:
• de reden waarom het niet mogelijk is om gegevens van recenter datum te leveren (ad. 5)
• de aannemelijkheid dat sindsdien binnen de bedrijfstak geen grote fluctuaties in de genoemde aantallen zijn opgetreden. Indien wel sprake is van grote fluctuaties is aanvullend onderzoek of extrapolatie nodig (ad. 5)
Niet van toepassing.
Overig
Overige opmerkingen
Niet van toepassing.
2 TOELICHTING
De door cao-partijen bij een verzoek tot algemeen verbindend verklaren van cao-bepalingen aangeleverde representativiteitsgegevens dienen, ten behoeve van de beoordelingscriteria, te worden voorzien van een toelichting op de volgende punten:
1. De wijze waarop het onderzoek is uitgevoerd
a. populatieonderzoek
b. steekproefonderzoek
c. extrapolatie
2. De gebruikte bronnen voor het onderzoek
a. uitgevoerde correcties
3. De wijze van meting
a. aard van de gegevens
4. De relatie tot de werkingssfeer van de cao
a. uitgesloten werkzame personen
b. vrijwillige aansluiting
x. xxxxxxxxxxxxxxx
5. De peildatum of de periode waarop de cijfers betrekking hebben
Op grond van paragraaf 4.1 van het Toetsingskader AVV laat de minister periodiek en steekproefsgewijs onderzoek uitvoeren naar de kwaliteit van de representativiteitsgegevens bij avv-verzoeken. Om dit te kunnen doen is het noodzakelijk dat het representativiteitscijfer reproduceerbaar is. Dit betekent dat alle oorspronkelijke (bron)gegevens die zijn gebruikt bij de opgave van de representativiteit bij het laatst ingewilligde avv-verzoek moeten worden bewaard, zodat deze desgevraagd beschikbaar kunnen worden gesteld. De oorspronkelijke gegevens worden dus niet bij het avv-verzoek meegestuurd.
ad 1 Gehanteerde onderzoeksmethode
Het is noodzakelijk dat een beschrijving van de gehanteerde onderzoeksmethode wordt gegeven. Het gaat om de vraag hoe de gegevens zijn verzameld. Idealiter wordt er gebruik gemaakt van populatiebestanden, zowel voor werkgeversaantallen als aantallen werkzame personen die onder de werkingssfeer van de cao dan wel het avv-besluit vallen.
Indien geen populatiegegevens beschikbaar zijn, kan gebruik worden gemaakt van steekproefonderzoek. Het gebruik van steekproefgegevens vereist dat een toelichting wordt gegeven op de uitvoering van de enquête, de respons, de representativiteit, verzamelde aanvullende informatie, uitgevoerde berekeningen en schattingen.
Aandachtspunten:
• Beschrijving van de gehanteerde onderzoeksmethode.
• Een beschrijving van de hierbij gebruikte bestanden.
• De manier waarop de steekproef is getrokken (waaronder het gebruikte steekproefkader).
• De respons van de steekproef.
• De representativiteit van het steekproefonderzoek.
• Op bestanden toegepaste correcties ten opzichte van de populatie;
• Het gebruik van aanvullende informatie.
• De manier waarop berekeningen, schattingen en eventuele extrapolaties zijn uitgevoerd.
• Het is niet zorgvuldig om het aantal werkzame personen van niet-responderende bedrijven op nul in te schatten.
Streef altijd naar de verkrijging van gegevens uit één bronbestand. Dit doet u door het bestand waarin de gegevens van de aangesloten werkgevers zijn opgenomen, te matchen met het bestand waaruit de totale aantallen werkgevers en werkzame personen zijn opgenomen. Een nadere uitleg over de uitvoering van het matchen van bestanden is te
vinden in het rapport Kwaliteit representativiteitsgegevens bij avv-verzoeken, Stand van Zaken 2008, eindrapport, p. 20 (zie de website xxx.xxx.xx).
ad 2 Gebruikte bronnen
Een representativiteitsopgave moet een beschrijving bevatten van de gebruikte bronnen. Niet alle bronnen zijn even betrouwbaar. Ook zijn niet alle bronnen even volledig gegeven de werkingssfeer van de cao. Inherent hieraan is het gebruik van meerdere bronnen. Van belang is dat de gebruikte bronnen en de daarbij gehanteerde berekeningen met het oog op de eis van reproduceerbaarheid goed worden beschreven en bewaard.
Aandachtspunten:
• Het is aan te bevelen zo min mogelijk bronnen te gebruiken.
• Worden gegevens uit verschillende bronnen gebruikt, dan vereist dit een toelichting op onderlinge vergelijkbaarheid waarbij aandacht nodig is voor dubbeltellingen, uitgesloten groepen werkzame personen en verschillen in meetmomenten.
• Gebruik van branche- of sectoronderzoek vereist een toelichting op de representativiteit van de gegevens. Aandacht vereist de periode waarin het onderzoek is gehouden, de onderzoeksmethode en de relatie tot de werkingssfeer.
• Ten aanzien van de gebruikte bronnen wordt aandacht gevraagd voor de vrijwillig aangesloten werkgevers, (gedeeltelijk) gedispenseerde werkgevers en de actualiteit van de gegevens.
ad 3 Xxxxx xxx xxxxxx
Uitgangspunt bij het berekenen van het representativiteitscijfer is dat de teller en de noemer worden uitgedrukt in dezelfde eenheid. Idealiter worden de teller en de noemer uitgedrukt in aantallen personen. Andere meeteenheden worden in principe afgeraden. Andere maatstaven die worden gebruikt om tot een berekening te komen van het aantal personen zijn de loonsom, aantal fte’s of omzetgegevens. U dient dan wel aannemelijk te maken dat de gebruikte maatstaf een goede afspiegeling is van het aantal personen zodat geen sprake is van een systematische eenzijdige vertekening van het representativiteitsgegevens. In geval van fte als meeteenheid moet aannemelijk worden gemaakt dat de parttimefactor van georganiseerde ten opzichte van ongeorganiseerde werkgevers vergelijkbaar is. Dit betreft de eis van interne consistentie. Teller en de noemer moeten in dezelfde eenheid worden uitgedrukt en de peildata moeten vergelijkbaar zijn.
Aandachtspunten:
• De wijze van meting moet dezelfde zijn voor teller en noemer. De eenheid moet gelijk zijn. Gegevens moeten ofwel standcijfers óf stroomcijfers zijn.
• De gegevens moeten zijn uitgedrukt in dezelfde eenheid. In de teller aantallen personen dan ook in de noemer aantallen personen gebruiken.
• Het gebruik van een andere meeteenheid dan aantallen personen vereist een gedegen toelichting op het gebruikte bestand en in hoeverre de gebruikte maatstaf een goede afspiegeling is van het aantal werkzame personen.
ad 4 Relatie tot de werkingsfeer
De representativiteitsopgave dient gerelateerd te zijn aan de werkingssfeer van de cao. In de werkingssfeer uitgesloten categorieën werkzame personen moeten dan ook in de tellingen voor de representativiteitsopgave buiten beschouwing worden gelaten. Het is van belang dat daadwerkelijk gemeten wordt wat beoogd was. Het gaat hier om de validiteit van de gegevens.
Aandachtspunten:
• Aandacht voor vrijwillig aangesloten werkgevers die in de representativiteitsopgave niet moeten worden meegenomen.
• De bronnen mogen niet vervuild zijn met werkzame personen die niet onder de werkingssfeer vallen. Hierbij kan gedacht worden aan onder andere uitzendkrachten en hoger personeel.
• In de tellingen moeten van (onderdelen van) de cao gedispenseerden wel worden meegerekend, behalve indien sprake is van een integrale dispensatie vanwege een eigen rechtsgeldige cao.
• Indien gebruik wordt gemaakt van een verplicht gesteld bedrijfstakpensioenfonds, dient –indien van toepassing- gecorrigeerd te worden voor jongere werkzame personen die wel onder de werkingssfeer van de cao vallen, maar niet deelnemen aan het bedrijfstakpensioenfonds. Ook dient gecorrigeerd te worden voor werkgevers die zijn vrijgesteld van het bedrijfstakpensioenfonds, maar niet zijn gedispenseerd van de cao.
ad 5 Actualiteit van de cijfers
Voor de representativiteitsopgave dient de datum of de periode waarop de cijfers betrekking hebben te worden vermeld. Als regel geldt dat gegevens, om te voldoen aan de eis van actualiteit, niet ouder dan één jaar mogen zijn gerekend vanaf de ingangsdatum van de cao. Tevens geldt dat de verschillende peildata niet te ver uit elkaar moeten liggen, omdat anders de interne consistentie van de representativiteitsopgave in het geding is. Als uitgangspunt hierbij geldt dat de peildata in principe niet meer dan één jaar uiteen mogen liggen.
In geval de peildata te ver in het verleden liggen kunnen de gegevensbestanden op basis van de werkgelegenheidsontwikkeling in de branche worden geactualiseerd, oftewel geëxtrapoleerd. De marktontwikkelingen in het verleden vormen de basis om de huidige waarden met een zekere onzekerheidsmarge te voorspellen.
Het is dan wel van belang om expliciet te vermelden op welke gegevens deze extrapolatie is gebaseerd en hoe die is uitgevoerd. De bestanden die hiervoor gebruikt worden moeten vergelijkbaar zijn naar bijvoorbeeld verhouding voltijders-deeltijders of de verhouding grote- kleine bedrijven.
Aandachtspunten:
• De actualiteit van de gebruikte gegevens. Deze mogen gerekend vanaf de ingangsdatum van de cao in beginsel niet ouder zijn dan 1 jaar. Indien de gebruikte gegevens ouder zijn, dient vermeld te worden waarom het niet mogelijk is om gegevens van recenter datum te leveren (zie ook aanvulling bij de vraag over actualiteit).
• Het toepassen van extrapolatie. Indien op basis van andere gegevensbronnen de gegevens voor de representativiteitsopgave zijn geactualiseerd dient aangegeven te worden welke bronnen gebruikt zijn en op welke wijze voor onderlinge afwijkingen tussen de bronnen is gecorrigeerd. Een nadere uitleg over de wijze van extrapoleren is te vinden in het rapport Kwaliteit representativiteitsgegevens bij avv-verzoeken, Stand van Zaken 2008, eindrapport, p. 21 (zie de website xxx.xxx.xx).
• De peildatum dan wel de periode waarop de gegevens betrekking hebben.
Naar aanleiding van dit verzoek zijn schriftelijke bedenkingen ingebracht door FNV en CNV Vakmensen.
Deze bedenkingen kunnen als volgt worden samengevat:
Bedenkinghebbenden twijfelen of er voldoende draagvlak is voor de cao in de branche van de schilders-, afwerkings- en glaszetbedrijven en geven aan dat zij van mening zijn dat de cao voor het Schilders-, Afwerkings- en Glaszetbedrijf in Nederland (hierna cao SAG) een groot aantal verslechteringen inhoudt ten opzichte van de cao SAG zoals die eerder met bedenkinghebbenden is gesloten waardoor de bepalingen van de cao SAG in zijn algemeenheid niet algemeen verbindend zouden moeten worden verklaard wegens strijdigheid met de doelstelling van avv. Tevens zijn bedenkinghebbenden van mening dat ze onvoldoende zijn betrokken bij het cao-overleg.
Bedenkinghebbenden zijn van mening dat cao-partijen niet onafhankelijk van elkaar hebben gecontracteerd en trekken met name de onafhankelijkheid van de Landelijke Belangen Vereniging (LBV) als vakbond in deze sector in twijfel.
Tot slot zijn bedenkingen ingediend tegen algemeenverbindendverklaring (avv) van specifieke cao-bepalingen wegens strijdigheid met het recht en tegen avv van bepalingen van de cao SAG in zijn algemeenheid wegens strijdigheid met de doelstelling van avv.
Draagvlak voor de cao en strijdigheid met de doelstellingen van algemeenverbindendverklaring
Naar aanleiding van de bedenkingen dat er geen draagvlak bestaat voor algemeenverbindendverklaring van de cao SAG, hetgeen volgens bedenkinghebbenden zijn oorzaak vindt in onder meer de twijfel of LBV leden in de sector heeft, het ontbreken van een regulier cao traject, een reguliere achterbanraadpleging en met uitzondering van een loonsverhoging een groot aantal verslechteringen van arbeidsvoorwaarden, merk ik het volgende op:
Ten aanzien van de bedenkingen over het draagvlak van de cao merk ik op dat de cao- bepalingen waarop het verzoek tot avv betrekking heeft reeds moeten gelden voor een naar het oordeel van de minister belangrijke meerderheid van de in de bedrijfstak werkzame personen (art. 2, eerste lid, Wet AVV en paragraaf 4.1 van het Toetsingskader AVV). Op grond van de voorgeschreven berekeningswijze van het meerderheidsvereiste, vertegenwoordigen partijen blijkens hun representativiteitsopgave een belangrijke meerderheid van de werkzame personen in de bedrijfstak. De Wet AVV en het Toetsingskader AVV kennen geen representativiteitseisen voor werknemersorganisaties. Voor de uitkomst van de berekening van het meerderheidspercentage is het derhalve niet relevant dat FNV en CNV Vakmensen geen partij bij deze cao zijn.
In reactie op de bedenkingen dat LBV geen leden in de sector heeft, heeft LBV aangegeven wel degelijk leden in de bedrijfstak SAG te hebben. LBV organiseert sedert 1 januari 1998 (ruim 21 jaar) leden die vallen onder de werkingssfeer van de xxx XXX. LBV geeft verder aan dat het voor de ledenraadpleging niet afhankelijk was van de (extra) nieuwe leden die zich tijdens een referendum alsnog hebben aangemeld om hun stem uit te kunnen brengen. De leden hebben zich na het bereiken van een principeakkoord hierover kunnen uitspreken door dit akkoord door middel van een referendum goed of af te keuren en de leden hebben de cao SAG goedgekeurd.
Naar aanleiding van het voorgaande is gebleken dat er voldoende draagvlak is voor de cao in de branche van de schilders-, afwerkings- en glaszetbedrijven, zoals bedoeld in paragraaf 4 van het Toetsingskader AVV.
Naar aanleiding van de bedenkingen dat in de nieuwe cao SAG met uitzondering van een loonsverhoging slechtere arbeidsvoorwaarden zijn overeengekomen, wordt opgemerkt dat de totstandkoming en de inhoud van afspraken omtrent arbeidsvoorwaarden in beginsel een verantwoordelijkheid van werkgevers en werknemers en hun organisaties is. Bij de beoordeling van een avv-verzoek vindt geen vergelijking van arbeidsvoorwaardenpakketten plaats van nieuwe cao’s met eerder afgesloten cao’s.
Verder betwisten partijen bij de cao SAG uitdrukkelijk dat de cao SAG een verslechtering inhoudt ten opzichte van de vorige cao SAG. Zij geven aan dat weliswaar bepaalde elementen minder gunstige regelingen bevatten ten opzichte van de vorige cao, maar tegelijkertijd bevat de cao SAG ook een aantal verbeteringen.
Het staat cao-partijen vrij om zich te organiseren, collectieve acties uit te voeren en in vrijheid cao-onderhandelingen te voeren. Avv heeft als doel het collectieve arbeidsvoorwaardenoverleg, in de vorm van cao’s, te ondersteunen en te beschermen. Het afzien van avv zou de bescherming van de in vrijheid overeengekomen cao door de belangrijke meerderheid in de bedrijfstak teniet doen en een te grote beperking inhouden van het recht op onderhandelingsvrijheid, organisatie en collectieve actie van partijen bij de onderhavige cao. Juist bij het afzien van avv zou de minister zich mengen in dit cao conflict en het recht op onderhandelingsvrijheid, organisatie en collectieve actie van partijen bij de onderhavige cao te veel beperken. Er is niet gebleken van bijzondere omstandigheden.
Op grond van het bovenstaande concludeer ik dat er geen strijdigheid is met de doelstellingen van algemeenverbindendverklaring.
Cao-overleg
Op grond van paragraaf 3.2 van het Toetsingskader AVV worden bedenkingen die betrekking hebben op onvoldoende betrokkenheid bij het cao-overleg normalerwijze als evident kansloos aangemerkt. Ten aanzien van deze bedenkingen vindt deze bepaling rechtstreeks toepassing. Ik zie geen aanleiding om hier in dit specifieke geval van af te wijken.
De onafhankelijkheid van LBV als vakbond
Ten aanzien van de bedenkingen tegen de onafhankelijkheid van LBV merk ik op, dat verenigingen van werkgevers en werknemers onafhankelijk van elkaar moeten zijn, dat wil zeggen dat zij vrij moeten zijn van inmenging van de één in de zaken van de ander bij de oprichting, de uitoefening van werkzaamheden en het beheer van hun organisaties (ILO-verdrag nr. 98). De elementen die bij de onafhankelijkheid aan de orde kunnen komen, zijn:
– de historie van de werknemersvereniging en werkgever(svereniging);
– de lidmaatschapsbasis van de werknemers- en werkgeversvereniging;
– de organisatie en structuur van de werknemers- en werkgeversvereniging;
– de financiën van (met name) de werknemersvereniging;
– de faciliteiten die door de werkgever(s) geboden worden aan bestuurders/leden van de werknemersvereniging;
– de voorgeschiedenis van de cao(-onderhandelingen).
In reactie op deze bedenkingen heeft LBV het volgende te kennen gegeven:
- LBV is opgericht op 3 maart 1969 en bestaat inmiddels 50 jaar. LBV sluit als onafhankelijke vakbond sedert 1994 rechtsgeldige cao’s, waaronder ook cao’s waarvoor AVV is verleend.
- LBV is formeel bevoegd tot het afsluiten van cao’s. LBV had en heeft wel degelijk leden in de bedrijfstak SAG en organiseert sedert 1 januari 1998 (ruim 21 jaar) leden die vallen onder de werkingssfeer van de xxx XXX. LBV geeft verder aan dat het voor de ledenraadpleging niet afhankelijk was van de (extra) nieuwe leden die zich tijdens een referendum alsnog hebben aangemeld om hun stem uit te kunnen brengen. De leden hebben zich na het bereiken van een principeakkoord hierover kunnen
uitspreken door dit akkoord door middel van een referendum goed of af te keuren en de leden hebben de cao SAG goedgekeurd.
- Het beleid van LBV wordt jaarlijks toegelicht tijdens de algemene ledenvergadering van LBV waar het bestuur van LBV tevens rekenschap geeft van de genomen bestuursbesluiten, het jaarverslag en de jaarcijfers.
- LBV is vrij van inmenging van de OnderhoudNL bij de oprichting, de uitoefening van werkzaamheden en het beheer.
- Door OnderhoudNL worden geen faciliteiten geboden aan bestuursleden of leden van LBV, noch aan het ambtelijk secretariaat van LBV.
- Toen het duidelijk werd dat de onderhandelingen tussen bedenkinghebbenden en OnderhoudNL volledig waren vastgelopen, heeft LBV zich namens haar leden gemeld bij OnderhoudNL om deel te nemen aan de onderhandelingen. LBV zag geen noodzaak om zich eerder in deze onderhandelingen te voegen aangezien LBV ervan uitging dat dit onderhandelingstraject wederom tot een cao zou leiden.
LBV geeft aan volledig aan de in het ILO-verdrag 98 gestelde eisen omtrent onafhankelijkheid te voldoen.
Naar aanleiding van het voorgaande is de onafhankelijkheid van LBV als vakbond (in deze sector) en het onafhankelijk van elkaar contracteren van de betrokken werkgevers en werknemersorganisaties voldoende aangetoond.
Inhoud van de cao
Bedenkingenhebbenden zijn van mening dat artikel 10, derde lid, sub c en artikel 73 niet voor avv in aanmerking komen wegens strijdigheid met het recht. Op grond van paragraaf 3.2 van het Toetsingskader AVV geldt dat bedenkingen die betrekking hebben op de inhoud van cao-bepalingen, voor zover deze bepalingen op grond van het Toetsingskader AVV voor avv in aanmerking komen, normaliter evident kansloos zijn. Het behoort tot de bevoegdheid van de bij de cao betrokken partijen om de inhoud van de cao vast te stellen. Bij de beoordeling of cao-bepalingen voor avv in aanmerking komen, wordt getoetst op kennelijke strijdigheid met de Wet AVV, het recht en het avv-beleid zoals verwoord in het Toetsingskader AVV. Bij de beoordeling van de aangehaalde bepalingen is niet gebleken van kennelijke strijdigheid met de Wet AVV, het recht en het avv-beleid zoals verwoord in het Toetsingskader AVV.
Op grond van het hier bovenstaande moet worden geconcludeerd dat de bovenstaande bedenkingen geen beletsel vormen om tot algemeenverbindendverklaring over te gaan.
De in dictum I opgenomen bepalingen zijn algemeen verbindend verklaard voor een periode van twee jaar te rekenen vanaf de datum van inwerkingtreding van dit besluit.
Dictum III
Voor zover de in dictum I opgenomen bepalingen strijdig zijn met bij of krachtens de wet gestelde of te stellen regelen, prevaleren deze regelen. Dit betekent in het licht van de gelijke behandelingswetgeving dat ten aanzien van bepalingen waarin onderscheid wordt gemaakt terwijl daarvoor een objectieve rechtvaardiging vereist is, partijen in de uitvoeringspraktijk moeten zorgen voor een legitiem doel waarbij de ingezette middelen voor het bereiken van dat doel passend en noodzakelijk zijn.
Dictum IV
Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst en vervalt na twee jaar te rekenen vanaf de datum van inwerkingtreding van dit besluit en heeft geen terugwerkende kracht.
’s-Gravenhage,
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
namens deze,
De directeur Uitvoeringstaken Arbeidsvoorwaardenwetgeving,
X.X.X. xxx xxx Xxxx
10 2 e
10 2 e
10 2 e
Onderwerp: cao voor de groothandel in vlakglas, xxx XXXXX en xxx Xxxxxxxxx
Datum: donderdag 11 juli 2019 16:29:35
Bijlagen: STOOV en REG Vlakglas cao.msg
xxx XXX, xxx XXXXXXXX en xxx XXXXX.docx
Hoi 10 2 e
De AWVN (in overleg met LBV) heeft de bijgaande aangepaste werkingssfeer- en dispensatie-artikelen van de cao’s Vlakglas, cao STOOF en cao Schilders ter voorconsultatie voorgelegd (zie bijgevoegde mail). Zowel AWVN als LBV zijn beiden akkoord bij cao-partijen aan het ophalen.
Wij hebben de gewijzigde bepalingen bekeken en zijn van mening dat met de wijzigingen het eerder geconstateerde werkingssfeeroverlap wordt opgelost. Voor jouw gemak heb ik alle werkingssfeer- en dispensatie-artikelen in een document opgenomen.
Xxx xxx aangeven of jij akkoord gaat met de door partijen gekozen oplossing? Uiteraard onder de voorwaarde dat zowel AWVN als LBV akkoord kunnen ophalen van de cao- partijen.
Dank alvast met het meedenken.
Mvg, 10.2.e 10.2.e en 10 2 e
WERKINGSSFEER
1. De bepalingen van deze overeenkomst zijn – met inachtneming van de definities genoemd in dit artikel en van de beperkingen omschreven in lid 6 en lid 7 van dit artikel – van toepassing op bedrijven waarin en voor zover daarin het schilders-, afwerkings- en glaszetbedrijf als hoofdbedrijf of als wezenlijk onderdeel van de bedrijfsvoering wordt uitgeoefend.
2. Onder hoofdbedrijf wordt in de werkingssfeer van deze CAO verstaan het uitoefenen van het schilders-, afwerkings- en glaszetbedrijf, waarbij het aantal betrokken werknemers groter is dan het aantal werknemers, dat werkzaamheden verricht op het gebied van een andere bedrijfstak.
3. Als wezenlijk onderdeel van de bedrijfsvoering wordt voor de toepassing van deze overeenkomst beschouwd uitoefening van het schilders-, afwerkings- en glaszetbedrijf door een afdeling van een bedrijf, die tevens werkzaamheden op het gebied van (een) andere bedrijfstak(ken) verricht, indien het personeel van die afdeling in de regel niet wordt uitgewisseld met (een) andere afdeling(en), die werkzaamheden verricht(en) op het gebied van (een) andere bedrijfstak(ken), of indien die afdeling administratief en/of organisatorisch als een afzonderlijke eenheid is te beschouwen.
4. Onder uitoefening van het schilders-, afwerkings- en glaszetbedrijf wordt verstaan het bedrijfsmatig verrichten van een of meer der volgende werkzaamheden:
a. het aan of in roerende en onroerende goederen aanbrengen van verven, lak, coatings of soortgelijke producten, ongeacht de applicatiemethode- of techniek, alsmede het verrichten van de daarbij behorende werkzaamheden ter voorbereiding en nabewerking, zoals het repareren, egaliseren, schoonmaken, voorbehandelen, reinigen, ontvetten, ontroesten, aanbrengen van grondlagen, hechtlagen en tussenlagen en het vervoeren, opstellen, demonteren en monteren van objecten;
b. het aanbrengen van behangsel en andere te plakken afwerkingsmaterialen, het beschermen en verfraaien van wanden en/of plafonds met wandbekledingsmaterialen, maar uitgezonderd vloerbedekking, betimmeringen en gordijnen, alsmede het verrichten van de daarbij behorende werkzaamheden ter voorbereiding en nabewerking, zoals het verwijderen van oude wandbekleding, repareren en uitvlakken van wanden en het aanbrengen van tussenlagen;
c. het plaatsen van al of niet isolerende beglazing, beglazingssystemen en glasconstructies (puien, wanden, deuren, ramen), zowel in bestaande als nieuwe kaders, alsmede de daarbij behorende werkzaamheden ter voorbereiding en nabewerking, zoals verwijderen van bestaand glas en kit, plaatsen van noodvoorzieningen, repareren van kaders en/of kozijnen, glaslatten, hang- en sluitwerk, afwerken met kit, afdichting met rubber en schoonmaken;
d. het isoleren van spouwmuren, dakschotten en vloeren aan en in woningen en gebouwen en andere onroerende goederen;
d.e. het voor de uitvoering van de werkzaamheden, als genoemd onder a t/m d, kopen en/of in bestelling hebben en/of op voorraad houden van materialen alsmede het incidenteel verkopen van die materialen;
e.f. het plaatsen van steigers als dit in verband staat met het (doen) verrichten van bovenomschreven werkzaamheden;
f.g. het direct geven van technische en/of organisatorische leiding aan werknemers bij de uitvoering van de hiervoor omschreven werkzaamheden.
5. Als bedrijven in de zin van het eerste lid van dit artikel worden ook beschouwd natuurlijke personen en rechtspersonen, die schilderwerk in eigen beheer uitoefenen, zoals in het kader van het beheer, respectievelijk de exploitatie van woningen, respectievelijk van gebouwen, dit voor zover deze bedrijven of instellingen niet onder de werkingssfeer van een andere CAO of loonregeling vallen.
Met opmaak: Lettertype: Cursief
5.6. De cao geldt ook voor bedrijven die lid zijn van OnderhoudNL en die vallen onder de werkingssfeer van de cao voor de vlakglasbranche, maar die dispensatie hebben van de cao voor de vlakglasbranche.
6.7. Niet als uitoefening van het schilders-, afwerkings- en glaszetbedrijf in de zin van deze CAO wordt beschouwd:
a. het door industriële bedrijven aanbrengen van verf-, lak- of coatingproducten op de door die bedrijven vervaardigde producten;
b. het uitoefenen van een classificeerbedrijf – waaronder verstaan wordt: ’het bedrijfsmatig ontdoen van ketelsteen of roest en schoonmaken (niet zijnde schilderwerk) en huidverven van vaartuigen en metalen oppervlakken en metalen constructies van schepen (of direct daarmee verband houdende). Onder schoonmaken dient mede verstaan te worden het aanbrengen van een eerste conserveringslaag in verband met zojuist genoemde reinigingswerkzaamheden’ – tenzij de uitoefening van deze werkzaamheden geschiedt in een bedrijf waarin het schilders-, afwerkings- en glaszetbedrijf het hoofdbedrijf is;
c. het spuiten van automobielen, tenzij dit geschiedt in een bedrijf, waarin het schilders-, afwerkings- en glaszetbedrijf het hoofdbedrijf is;
c.d. het in combinatie met het uitoefenen van eende groothandel in vlakglas plaatsen van al of niet isolerende beglazing, beglazingssystemen en glasconstructies (puien, wanden, deuren, ramen), zowel in bestaande als nieuwe kaders, alsmede de daarbij behorende werkzaamheden ter voorbereiding en nabewerking, zoals verwijderen van bestaand glas en kit, plaatsen van noodvoorzieningen, repareren van kaders en/of kozijnen, glaslatten, hang- en sluitwerk, afwerken met kit, afdichting met rubber en schoonmaken.
7. In afwijking van het bepaalde in lid 1 van dit artikel geldt deze CAO niet voor natuurlijke of rechtspersonen die lid zijn, en op 28 mei 2018 reeds lid waren, van Bouwend Nederland, vakgroep GBO en tevens aangesloten zijn, en op 28 mei 2018 reeds aangesloten waren bij het Bedrijfstakpensioenfonds voor de Groothandel in Vlakglas, de Groothandel in Verf, het Glasbewerkings- en het Glazeniersbedrijf, ook als zij onder de omschrijving van lid 4 van dit artikel vallen.
Artikel 9
DISPENSATIE
1. Partijen bij deze CAO zijn gezamenlijk bevoegd dispensatie te verlenen van de toepassing van één of meer bepalingen van deze CAO.
2. Partijen bij deze CAO dragen de behandeling van dispensatieverzoeken over aan de Dispensatiecommissie, waarin partijen bij deze CAO ieder met maximaal 2 leden zitting hebben. De leden worden benoemd door partijen bij deze CAO.
3. Een gemotiveerd dispensatieverzoek dient door de betreffende werkgever te worden ingediend bij het secretariaat van partijen bij deze CAO.
4. In een dispensatieverzoek dienen de volgende gegevens te zijn opgenomen:
a. de naam, het adres en de woonplaatsgegevens van de werkgever indien voor alle werknemers dispensatie wordt gevraagd;
b. de naam, het adres en de woonplaatsgegevens van de werkgever en de werknemers, indien een werkgever voor een gedeelte van zijn werknemers dispensatie vraagt;
x. xxx xxxxx bepalingen van de CAO dispensatie wordt gevraagd;
d. een nauwkeurige beschrijving van de aard en het bereik van het dispensatieverzoek;
e. de periode waarvoor dispensatie wordt gevraagd;
f. de motivering van het verzoek.
5. De Dispensatiecommissie stuurt de indiener van een dispensatieverzoek binnen 2 weken na de ontvangst van het verzoek een ontvangstbevestiging en vermeldt daarin tevens wanneer de Dispensatiecommissie het verzoek behandelt.
6. Op een dispensatieverzoek wordt door de Dispensatiecommissie binnen 13 weken na ontvangst van het verzoek schriftelijk en gemotiveerd een besluit genomen. Binnen deze termijn kan de Dispensatiecommissie de werkgever en de werknemers die het betreft verzoeken om een nadere (mondelinge) toelichting te geven. Een verzoek om nadere toelichting wordt automatisch verlengd met de termijn gerekend vanaf het verzoek tot de ontvangst van de nadere toelichting.
7. Een dispensatieverzoek kan alleen worden toegekend indien:
a. voldaan wordt aan de criteria die zijn benoemd in de bepaling(en) waarvan dispensatie wordt gevraagd;
b. de werkgever aantoont dat van zodanige zwaarwegende omstandigheden sprake is dat in redelijkheid niet van hem kan worden verlangd dat één (1) of meer bepalingen van deze CAO op hem van toepassing zijn;
c. de door de werkgever voorgestelde dan wel toegepaste arbeidsvoorwaarde((n)regeling(en)) niet in strijd is (zijn) met wettelijke bepalingen.
8. Indien een dispensatieverzoek wordt toegekend dan geldt deze dispensatie vanaf de datum van toekenning en niet met terugwerkende kracht. De beslissing op een dispensatieverzoek is bindend.
9. Indien een dispensatieverzoek niet wordt toegekend dan kan de verzoeker binnen 6 weken een klacht indienen bij partijen bij deze CAO. Deze klacht bevat steekhoudende argumenten op grond waarvan de afwijzing naar de mening van de verzoeker op onjuiste gronden is genomen.
10. Aan het indienen van een dispensatieverzoek en de behandeling daarvan zijn voor de verzoeker(s), geen kosten verbonden.
11. Door partijen bij deze CAO en de dispensatiecommissie worden aan derden geen mededelingen gedaan over een ingediend dispensatieverzoek.
12. De dispensatiecommissie kan dispensatie van deze CAO verlenen aan de werkgever die lid is, en op 28 mei 2018 reeds lid was van Bouwend Nederland, vakgroep GBO, en tevens aangesloten is, en op 28 mei 2018 reeds aangesloten was bij het Bedrijfstakpensioenfonds voor de Groothandel in Vlakglas, de Groothandel in Verf, het Glasbewerkings- en het Glazeniersbedrijf en onder de werkingssfeer van deze CAO valt.
00.00.Xx dispensatiecommissie houdt een lijst bij van dispensatiebesluiten.
AWVN vindt dat HR in de boardroom thuishoort. Daartoe leidt de Leergang strategisch HRM van AWVN en Nyenrode Business Universiteit u op.
In 7 dagen leert u meer toegevoegde waarde leveren aan het realiseren van de doelstellingen van uw organisatie in een dynamische wereld.
Op al onze offertes, opdrachten, diensten en adviezen zijn onze Algemene Voorwaarden van toepassing.
10 2 e
10 2 e
10 2 e
; 10.2.e
Onderwerp: Conceptmail naar mw. 10.2.e (Vlakglas) m.b.t. werkingssfeeroverlap
Datum: maandag 15 april 2019 13:36:32
Bijlagen: image001.png
Hai 10.2.e en 10.2.e
Zouden jullie naar onderstaand conceptmailtje willen kijken en jullie op- en aanmerkingen hierop kunnen geven? Vervolgens passen we evt. onze bericht aan en versturen wij deze naar mw.
10 2 e
Alvast bedankt!
Groetjes,
10 2 e
en 10.2.e
Geachte mevrouw 10.2.e
Dank voor uw bericht van 9 april jl. met een aangepaste concepttekst voor de werkingssferen. Wij hebben het voorstel bekeken. Hoewel wij zien dat het de juiste kant opgaat, hebben wij hierbij nog wel de volgende vragen:
1. Wij hebben geconstateerd dat indien men van een van de cao’s gedispenseerd wil worden, er volgens de door u voorgestelde bepaling aan drie vereisten moet worden voldaan:
a. Men moet onder de werkingssfeer van de desbetreffende cao vallen
b. De werkgever dient lid te zijn van de (andere) werkgeversorganisatie (partij andere cao) en tevens op 28 mei 2018 reeds lid te zijn van die (andere) werkgeversorganisatie
c. De werkgever was reeds op 28 mei 2018 aangesloten bij de desbetreffende (andere) BPF.
🡺 Wij vragen ons hierbij af wat dit betekent voor gemengde bedrijven (werkgevers waarbij zowel schilders- als vlakglaswerkzaamheden plaatsvinden) die niet aan het tweede vereiste voldoen (lidmaatschap), maar wel aan de overige vereisten voldoen. Krijgen zij ook dispensatie? Indien dit niet het geval is, onder welke cao komen zij dan te vallen? Kunt u uitleggen hoe dit precies te interpreteren is voor die groep?
2. Is de werkingssfeeroverlapping hiermee voor alle groepen (lid, niet lid, gemengd etc.) opgelost?
Wij wachten uw reactie met belangstelling af.
Met vriendelijke groet,
mw. mr. 10.2.e
Beleidsmedewerker
........................................................................
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Directie Uitvoeringstaken Arbeidsvoorwaardenwetgeving Afdeling Collectieve Arbeidsvoorwaarden
Xxxxxxxxxxxxxx 0x 0000 XX x Xxx Xxxx Xxxxxxx 00000 x 0000 XX x Xxx Xxxx
........................................................................
E: 10 2 e
T: 10.2.e
@xxxxxx.xx
-----Oorspronkelijk bericht-----
Van: 10.2.e
@mozard nl <10 2 e
@mozard nl>
Verzonden: dinsdag 5 maart 2019 14:50
Aan: 10.2.e
@minszw nl>
Onderwerp: RE: Zaak 1188 - 199 - Groothandel in Vlakglas, het Glasbewerkings- en het Glazeniersbedrijf - AWVN
Dit betreft een signalering van een e-mail met betrekking tot zaak 1188. Door de behandelaar van de zaak aan te roepen via:
xxxxx://xxx-xxxxxxxx.xxxxxx nl/mozard/!suite10.scherm0713?mSdv=2541
Goedemiddag mevrouw 10.2.e ,
We zijn voor de vlakglasbranche in overleg om een oplossing te bedenken voor de werkingssfeeroverlap. Een oplossing die beide partijen acceptabel zouden vinden.
1. De eerste optie is om alle glaszetterswerkzaamheden te renvooieren. We verwachten dat dit een groot bezwaar zal zijn voor beide partijen, omdat dit om veel bedrijven gaat, maar we gaan het zeker als optie aanbieden.
1. Een andere optie is, om de werkingssfeer eerst goed gespiegeld te krijgen (vlakglas is dan de groothandel en het glaszetten en de schilders is dan het glaszetten, maar zonder groothandel). De extra bepaling die er nu bij staat (met de peildatum) is in feite een soort overgangsbepaling. Die bepaling en de lijst worden dan uit de werkingssfeer gehaald. Die zouden we kunnen vervangen door een dispensatiebepaling in de cao op te nemen. Criterium in de cao is dan dat je lid bent en op 28 mei 2018 lid was van OnderhoudNL en op 28 mei 2018 aangesloten was bij het Bedrijfstakpensioenfonds voor het Schilders-, Afwerkings- en Glaszetbedrijf.
In de schilderscao zou dan eenzelfde dispensatiebepaling (gespiegeld) kunnen worden opgenomen.
Graag hoor ik van u of de tweede optie een optie is die we kunnen uitwerken in teksten en dan met de twee branches kunnen bespreken?
Vriendelijke groet,
10 2 e
AWVN
Van: Directie Uitvoeringstaken Arbeidsvoorwaardenwetgeving [mailto 10.2.e
Verzonden: woensdag 27 februari 2019 08:55
@xxxxxx.xx]
Aan 10 2 e
@awvn nl>
Onderwerp: Zaak 1188 - 199 - Groothandel in Vlakglas, het Glasbewerkings- en het Glazeniersbedrijf - AWVN
[xxxx://xxxxxxxx xxxxxx.xx/xxx/xxxx/X-xxxxxxxx SZW UAW.png] Geachte mevrouw 10.2.e
Mijn collega's en ik zijn donderdag om 14.00 uur in de gelegenheid om telefonisch te overleggen omtrent het werkingssfeeroverlap. Schikt dat?
Volledigheidshalve wijs ik u erop dat het bespreken van de (on)mogelijkheden van het oplossen van het werkingssfeeroverlap met de Schilderscao onder voorbehoud geschiedt. Mijn collega's en ik kunnen telefonisch geen toezeggingen doen. We kunnen alleen een voorconsultatie geven wanneer er ook een daadwerkelijke gewijzigde werkingssfeertekst voorligt.
Ik hoor het graag of morgenmiddag om 14.00 uur u schikt. Met vriendelijke groet,
mw. mr. 10.2.e
Beleidsmedewerker
........................................................................
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Directie Uitvoeringstaken Arbeidsvoorwaardenwetgeving Afdeling Collectieve Arbeidsvoorwaarden
Xxxxxxxxxxxxxx 0x 0000 XX x Xxx Xxxx Xxxxxxx 00000 x 0000 XX x Xxx Xxxx
........................................................................
E: 10 2 e
T: 10 2 e
@xxxxxx.xx<mailto 10.2.e
@xxxxxx.xx>
Met deze verwijzing kunt u via onze website informatie opvragen over de status van de zaak:
xxxxx://xxxxx.xxxxxx nl/mozard/!verwijzing? mRef=mzrdrefm3u63ar31pnilmdqisg4jvq3qpg699bq162pvemvferdrzm
Reageren via e-mail is mogelijk als u onderstaande referentie onderaan uw reactie laat staan: mzrdrefm3u63ar31pnilmdqisg4jvq3qpg699bq162pvemvferdrzm
Hoe meet je verzuim, stress en burnout. En is stress per definitie negatief? In de clinic Grip op verzuim, stress, burnout<xxxxx://xxx.xxxx nl/agenda/cursus/grip-op-verzuim-stress-burnout/?
utm source=email&utm medium=email&utm campaign=Grip%20op%20verzuim%20stress%20burnout> op 4 april in Bunnik leert u hier meer over. Ook gaan we concreet aan de slag met het interpreteren van stress- en verzuimdata.
Op al onze offertes, opdrachten, diensten en adviezen zijn onze Algemene Voorwaarden<xxxxx://xxx.xxxx.xx/xxxxxxxx-xxxxxxxxxxx/> van toepassing.
10 2 e
10 2 e 10 2 e
Onderwerp: FW: Zaak 1188 - 199 - Groothandel in Vlakglas, het Glasbewerkings- en het Glazeniersbedrijf - AWVN
Datum: dinsdag 5 maart 2019 14:52:59
Hi dames,
Zie onderstaand bericht van mw. 10.2.e 10 2 e
wat we hiermee doen?
Groetjes,
10 2 e
zullen wij i.v m. de afwezigheid van 10.2.e
even afstemmen
de cao vallen ook werknemers jonger dan 21 jaar en ouder dan 65 jaar. Kunt u aangeven of er gebruik is gemaakt van de BPFV als bron voor werknemers en indien dit zo is (deze bron ook laten opnemen in de representativiteitsopgave) of er een correctie heeft plaatsgevonden t.a.v. de verschillende leeftijdsgrenzen?
- Tenslotte het verzoek om aan te geven of is voldaan aan sub g op de representativiteits-checklist, namelijk of de grenzen van het domein waarover de gegevens zijn verzameld, gerelateerd zijn aan de werkingssfeer van de cao, waarbij ook duidelijk is dat in de werkingssfeer uitgesloten categorieën personen in de tellingen buiten beschouwing zijn gelaten. Indien dit zo is, graag een zin opnemen in de opgave waaruit dit blijkt.
Inhoudelijke POIT-punten:
- Zoals al eerder besproken, is de aangepaste versie van art. 1 betreffende de werkingssfeer op dit moment niet vatbaar voor avv. Schilders die op 28 mei 2018 lid waren van OnderhoudNL en tevens aangesloten waren bij Bedrijfstakpensioenfonds Schilders-, afwerkings- en glaszetbedrijf zijn uitgesloten van de vlakglascao. Het werkingssfeeroverlap is hiermee echter nog niet verholpen. Nieuwe schilders vallen nu namelijk ook onder de werkingssfeer van de vlakglascao. Ook kunnen derden (geen lid) nu gebonden worden door twee avv-besluiten. Tevens is in de cao ook een lijst met leden opgenomen. Deze ledenlijst is eveneens niet avv-baar. Zoals besproken adviseren we u om in gesprek te treden met de Schilders hierover. De werkingssfeer van de schilderscao en de werkingssfeer van de vlakglascao zullen in samenhang beoordeeld worden. Voor die tijd kunt u ons benaderen voor een voorconsultatie vwb de werkingssfeer.
- Art. 18 lid 4 is ons niet duidelijk. Kunt u de bedoeling van dit artikel uitleggen?
- Art. 20 lid 8 regelt dat de werknemer het verzoek tot aanpassing van de arbeidsduur ten minste vier maanden voor het beoogde ingangstijdstip bij de werkgever moet indienen. De Wet Flexibel Werken (WFW) bepaalt dat dit ten minste twee maanden moet zijn (art. 2 lid 3 WFW). Art. 2 lid 15 bepaalt dat hiervan kan worden afgeweken indien om vermeerdering van arbeidsduur wordt verzocht. Het artikel in de cao ziet niet enkel op vermeerdering van arbeidsduur. Wij verzoeken u om dit cao-artikel in overeenstemming te brengen met de WFW.
- Art. 25 lid 3 spreekt enkel van xxxxxx in verband met ondertrouw en huwelijk. Geregistreerd partnerschap wordt niet genoemd. Er wordt hierdoor ongeoorloofd onderscheid gemaakt in arbeidsvoorwaarden tussen gehuwden en ongehuwden. Wij verzoeken u om ook geregistreerd partnerschap in dit artikel op te nemen. Dit geldt ook voor de definitie van ‘levenspartner’ in art. 1.
- Art. 30 lid 1 in strijd met art. 7:628 lid 1 BW. De werkgever dient het loon door te betalen indien de arbeid niet is verricht door een oorzaak die in redelijkheid voor rekening van de werkgever behoort te komen.
Weersomstandigheden zoals vermeld in art. 30 van de cao behoren tot een oorzaak die voor redelijkheid voor rekening van de werkgever dient te komen. Afwijking ten nadele van de werknemer van 7:628 BW is niet mogelijk, blijkens lid 9 van dit artikel. Graag ontvangen wij een toelichting op de samenhang tussen art. 30 lid 1 en art. 31 lid 1 van de cao.
De volgende artikelen worden ambtshalve gerenvooieerd:
- Art. 13 lid 1 tweede tabel (vanaf 1 jan 2018) en art. 13 lid 6 eerste gedachtestreepje; loonsverhoging van 2% per 1 maart 2019 worden mogelijk gerenvooieerd. Dit wordt eerst intern nog besproken.
- Art. 24 lid 8 bepaalt dat als de werknemer ziek wordt tijdens vakantiedagen, hij op een later moment aanspraak kan maken op deze vakantiedagen, mits de behandelend arts heeft verklaard dat de ziekte de werknemer zodanig in zijn bewegingsvrijheid heeft beperkt dat de bedoeling van de vakantie ni het geheel niet tot haar recht heeft kunnen komen. Dit is in strijd met art. 7:637 lid 1 en 638 lid 8, dat bepaalt dat de dagen waarop de werknemer ziek was gedurende zijn vastgestelde vakantie, niet als vakantiedagen worden aangemerkt. Wel kan hier schriftelijk, met instemming van de werknemer, van worden afgeweken, echter enkel met de garantie dat het minimum aantal vakantiedagen van 7:634 BW door de werknemer genoten wordt. De laatste zin van dit artikel zal daarom ambtshalve gerenvooieerd worden.
- Art. 24 lid 12 bepaalt dat de extra vakantiedagen i.v m. leeftijd vervallen een half jaar na het jaar waarin de uren zijn opgebouwd. Art. 7:640a bepaalt dat wettelijke vakantieuren 6 maanden na het jaar waarin de uren zijn opgebouwd vervallen. De bovenwettelijke vakantieuren vervallen echter volgens art. 7:642 BW pas 5 jaar na het jaar waarin ze zijn opgebouwd. De extra uren voor leeftijd zijn bovenwettelijk, dus dit lid is in strijd met 7:642 BW en zal daarom gerenvooieerd worden.
- 4.4 (lijst met namen)
Volledigheidshalve deel ik u mede dat aangepaste cao tekst moeten worden aangemeld als tussentijdse wijziging. U kunt eventueel de aangepaste cao tekst als voorconsultatie per mail voorleggen.
Het bovenstaande heeft tot gevolg dat uw avv-verzoek pas na ontvangst van de ontbrekende gegevens inhoudelijk in behandeling kan worden genomen.
In dit verband verzoek ik u binnen uiterlijk drie weken na dagtekening van onderhavige mail op het bovenstaande te reageren. Mocht u niet in de gelegenheid zijn binnen deze termijn een afdoende reactie te geven, verzoek ik u schriftelijk hiervan de reden(en) aan te geven en daarbij te vermelden wanneer u verwacht met een afdoende reactie te komen.
Met vriendelijke groet,
Met vriendelijke groet, mw. mr. 10.2.e
Beleidsmedewerker
........................................................................
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Directie Uitvoeringstaken Arbeidsvoorwaardenwetgeving Afdeling Collectieve Arbeidsvoorwaarden
Xxxxxxxxxxxxxx 0x 0000 XX x Xxx Xxxx Xxxxxxx 00000 x 0000 XX x Xxx Xxxx
........................................................................
E: 10 2 e
T: 10 2 e
@xxxxxx.xx<mailto 10.2.e
@xxxxxx.xx>
Met deze verwijzing kunt u via onze website informatie opvragen over de status van de zaak:
xxxxx://xxxxx.xxxxxx nl/mozard/!verwijzing? mRef=mzrdrefnxyyjc4bmlc9wfnimnvsuiqglegdz5c36w1w3xhgferdrzm
Reageren via e-mail is mogelijk als u onderstaande referentie onderaan uw reactie laat staan: mzrdrefnxyyjc4bmlc9wfnimnvsuiqglegdz5c36w1w3xhgferdrzm
Wat betekenen de veranderingen door robotisering en technologie voor de inzet van personeel en voor de taken, kennis en vaardigheden van uw medewerkers? Laat u informeren op 5 april in Dordrecht ‘Impact van technologie op werk’<xxxxx://xxx.xxxx.xx/xxxxxx/xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx/xxxx-xxx-xxxxxx-xxxxxxxxxxx-xx- werk/? utm_source=email&utm_medium=email&utm_campaign=Impact%20van%20technologie%20op%20werk> Voor de eerste 25 inschrijvers: aansluitend rondleiding Duurzaamheidsfabriek.
Op al onze offertes, opdrachten, diensten en adviezen zijn onze Algemene Voorwaarden<xxxxx://xxx.xxxx.xx/xxxxxxxx-xxxxxxxxxxx/> van toepassing.
10 2 e
10 2 e
Onderwerp: FW: Zaak 1188 - 199 - Groothandel in Vlakglas, het Glasbewerkings- en het Glazeniersbedrijf - AWVN
Datum: dinsdag 26 februari 2019 16:33:34
Hoi 10 2 e
Zie hieronder het bericht van mevr. 10.2.e van de AWVN. Ik zie dat as. Donderdag krap wordt in de agenda's,
maar ik denk dat 14.00 uur wel en optie is. Ik moet om 15.00 uur uiterlijk weg (heb een uurtje verlof ivm de bespreking van mijn scriptie op de VU), maar verwacht niet dat het een uur zal duren.
Zal ik mevrouw 10.2.e
Ik zal kijken of 10.2.e
voorstellen om haar om 14.00 uur, na het inwerkmoment, te bellen? dan ook aanwezig kan zijn.
Groetjes,
10 2 e
10 2 e
10 2 e
Onderwerp: RE: bellen mw 10 2 e
Datum: donderdag 7 maart 2019 14:30:45
Ik kan vanaf nu. Heb verder geen overleg staan.
Van: 10 2 e
@xxxxxx.xx>
Verzonden: donderdag 7 maart 2019 14:02
Aan: 10 2 e
Onderwerp: bellen mw 10.2.e
@XXXXXX.XX>
Hi 10 2 e
Mw. 10.2.e
vraag hoe laat we haar vanmiddag kunnen bellen. Wanneer heb jij tijd?
Gr,
10 2 e
10 2 e
10 2 e
10 2 e
Onderwerp: RE: e-mail mw. 10 2 e
Datum: donderdag 11 juli 2019 16:08:11
Bijlagen: image001.png
Hai 10.2.e
Ziet er goed uit! Heb alleen twee opmerkingen (zin en zinsnede in oranje gemaakt). Eerste oranje zin: zin heb ik gewijzigd voor het geval er toch nog iets aan de hand kan zijn met de tekst. Hoewel we geen slecht nieuws verwachten, wil ik wel wat voorzichtig zijn met het maken van toezeggingen of opwekken van verwachtingen.
Tweede oranje zin: zin m.b.t. rep.opgave heb ik ietwat gewijzigd, omdat het fijn zou zijn als pp in hun rep.opgave e.e.a. verduidelijken (gerelateerde werkingssfeer, bronnen etc.).
Ik vond het er verder er goed uitzien! Laat maar weten als je het ermee eens bent!
Groetjes,
10 2 e
Geachte mevrouw 10.2.e
In reactie op uw e-mail van 9 juli jl., vraag ik uw aandacht voor het volgende.
We zullen de tekstvoorstellen intern nog afstemmen, maar het lijkt op het eerste oog een mooie oplossing voor het werkingssfeeroverlap. Zodra wij een terugkoppeling hebben ontvangen, ontvangt u daar nader bericht van.
Ik wijs u nog wel op de overige openstaande PO-punten, die u op 25 februari jl. zowel telefonisch als per e-mail zijn medegedeeld. Het betreft enkele vragen omtrent de representativiteitsopgave en enkele punten omtrent de cao-tekst.
Volledigheidshalve voeg ik hieronder de tekst van de desbetreffende e-mail bij.
Graag ontvang ik nog van u een gewijzigde cao-tekst waarin deze PO-punten zijn doorgevoerd, evenals een toelichting op de representativiteitsopgave en een vernieuwde representativiteitsopgave.
Ik ga ervan uit u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd.
Van: 10 2 e
@xxxxxx.xx>
Verzonden: donderdag 11 juli 2019 15:51
Aan: 10 2 e
CC: 10.2.e
@xxxxxx.xx> @XXXXXX.XX>
Onderwerp: e-mail mw. 10 2 e
Hoi 10 2 e
Hierbij een tekstvoorstel voor de mail naar mw 10.2.e
Kun jij hiernaar kijken en evt.
opmerkingen doorgeven? Dan kunnen we ‘m hopelijk vandaag nog uitsturen! Gr 10.2.e
Geachte mevrouw 10.2.e
In reactie op uw e-mail van 9 juli jl., vraag ik uw aandacht voor het volgende.
We zullen de tekstvoorstellen intern nog afstemmen, maar het lijkt op het eerste oog een mooie oplossing voor het werkingssfeeroverlap. Zodra de tekstvoorstellen definitief zijn goedgekeurd, krijgt u nader bericht.
Ik wijs u nog wel op de overige openstaande PO-punten, die u op 25 februari jl. zowel telefonisch als per e-mail zijn medegedeeld. Het betreft enkele vragen omtrent de representativiteitsopgave en enkele punten omtrent de cao-tekst.
Volledigheidshalve voeg ik hieronder de tekst van de desbetreffende e-mail bij.
Graag ontvang ik nog van u een gewijzigde cao-tekst waarin deze PO-punten zijn doorgevoerd, evenals een toelichting op de representativiteitsopgave dan wel evt. een vernieuwde representativiteitsopgave.
Ik ga ervan uit u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd.
Met vriendelijke groet,
mw. mr. 10.2.e
Beleidsmedewerker
........................................................................
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Directie Uitvoeringstaken Arbeidsvoorwaardenwetgeving Afdeling Collectieve Arbeidsvoorwaarden
Xxxxxxxxxxxxxx 0x 0000 XX x Xxx Xxxx Xxxxxxx 00000 x 0000 XX x Xxx Xxxx
........................................................................
E: 10 2 e
T: 10.2.e
@xxxxxx.xx
Geachte mevrouw 10.2.e
Zoals zojuist telefonisch besproken mail ik u hierbij de overige POIT-punten van de cao Vlakglas.
PO-punten t.a.v. de representativiteitsopgave (geldt ook voor de fonds-cao)
- De werkingssfeer van de reguliere cao en de fonds-cao is niet hetzelfde. De representativiteitsopgave is echter wel hetzelfde. Kunt u dit toelichten?
- In de werkingssfeerbepaling is opgenomen dat ook een ‘afdeling van een onderneming’ onder de werkingssfeer valt. Onduidelijk is echter hoe dit is onderzocht en of en hoe in de representativiteitsopgave rekening is gehouden met afdelingen van ondernemingen. Graag ontvangen wij een toelichting hierop.
- In het representativiteitsonderzoek is aangegeven dat in het bestand werknemers zijn opgenomen die onder de verplichtstelling van de BPFV. Dat zijn werknemers tussen de 21 jaar en 65 jaar. Onder de werkingssfeer van de cao vallen ook werknemers jonger dan 21 jaar en ouder dan 65 jaar. Kunt u aangeven of er gebruik is gemaakt van de BPFV als bron voor werknemers en indien dit zo is (deze bron ook laten opnemen in de representativiteitsopgave) of er een correctie heeft plaatsgevonden t.a.v. de verschillende leeftijdsgrenzen?
- Tenslotte het verzoek om aan te geven of is voldaan aan sub g op de representativiteits- checklist, namelijk of de grenzen van het domein waarover de gegevens zijn verzameld, gerelateerd zijn aan de werkingssfeer van de cao, waarbij ook duidelijk is dat in de werkingssfeer uitgesloten categorieën personen in de tellingen buiten beschouwing zijn gelaten. Indien dit zo is, graag een zin opnemen in de opgave waaruit dit blijkt.
Inhoudelijke POIT-punten:
- Zoals al eerder besproken, is de aangepaste versie van art. 1 betreffende de werkingssfeer op dit moment niet vatbaar voor avv. Schilders die op 28 mei 2018 lid waren van OnderhoudNL en tevens aangesloten waren bij Bedrijfstakpensioenfonds Schilders-, afwerkings- en glaszetbedrijf zijn uitgesloten van de vlakglascao. Het werkingssfeeroverlap is hiermee echter nog niet verholpen. Nieuwe schilders vallen nu namelijk ook onder de werkingssfeer van de vlakglascao. Ook kunnen derden (geen lid) nu gebonden worden door twee avv-besluiten. Tevens is in de cao ook een lijst met leden opgenomen. Deze ledenlijst is eveneens niet avv-baar. Zoals besproken adviseren we u om in gesprek te treden met de Schilders hierover. De werkingssfeer van de schilderscao en de werkingssfeer van de vlakglascao zullen in samenhang beoordeeld worden. Voor die tijd kunt u ons benaderen voor een voorconsultatie vwb de werkingssfeer.
- Art. 18 lid 4 is ons niet duidelijk. Kunt u de bedoeling van dit artikel uitleggen?
- Art. 20 lid 8 regelt dat de werknemer het verzoek tot aanpassing van de arbeidsduur ten minste vier maanden voor het beoogde ingangstijdstip bij de werkgever moet indienen. De Wet Flexibel Werken (WFW) bepaalt dat dit ten minste twee maanden moet zijn (art. 2 lid 3 WFW). Art. 2 lid 15 bepaalt dat hiervan kan worden afgeweken indien om vermeerdering van arbeidsduur wordt verzocht. Het artikel in de cao ziet niet enkel op vermeerdering van arbeidsduur. Wij verzoeken u om dit cao-artikel in overeenstemming te brengen met de WFW.
- Art. 25 lid 3 spreekt enkel van xxxxxx in verband met ondertrouw en huwelijk. Geregistreerd partnerschap wordt niet genoemd. Er wordt hierdoor ongeoorloofd onderscheid gemaakt in arbeidsvoorwaarden tussen gehuwden en ongehuwden. Wij verzoeken u om ook geregistreerd partnerschap in dit artikel op te nemen. Dit geldt ook voor de definitie van ‘levenspartner’ in art. 1.
- Art. 30 lid 1 in strijd met art. 7:628 lid 1 BW. De werkgever dient het loon door te betalen indien de arbeid niet is verricht door een oorzaak die in redelijkheid voor rekening van de werkgever behoort te komen. Weersomstandigheden zoals vermeld in art. 30 van de cao behoren tot een oorzaak die voor redelijkheid voor rekening van de werkgever dient te komen. Afwijking ten nadele van de werknemer van 7:628 BW is niet mogelijk, blijkens lid 9 van dit artikel. Graag ontvangen wij een toelichting op de samenhang tussen art. 30 lid 1 en art. 31 lid 1 van de cao.
De volgende artikelen worden ambtshalve gerenvooieerd:
- Art. 13 lid 1 tweede tabel (vanaf 1 jan 2018) en art. 13 lid 6 eerste gedachtestreepje; loonsverhoging van 2% per 1 maart 2019 worden mogelijk gerenvooieerd. Dit wordt eerst
intern nog besproken.
- Art. 24 lid 8 bepaalt dat als de werknemer ziek wordt tijdens vakantiedagen, hij op een later moment aanspraak kan maken op deze vakantiedagen, mits de behandelend arts heeft verklaard dat de ziekte de werknemer zodanig in zijn bewegingsvrijheid heeft beperkt dat de bedoeling van de vakantie ni het geheel niet tot haar recht heeft kunnen komen. Dit is in strijd met art. 7:637 lid 1 en 638 lid 8, dat bepaalt dat de dagen waarop de werknemer ziek was gedurende zijn vastgestelde vakantie, niet als vakantiedagen worden aangemerkt. Wel kan hier schriftelijk, met instemming van de werknemer, van worden afgeweken, echter enkel met de garantie dat het minimum aantal vakantiedagen van 7:634 BW door de werknemer genoten wordt. De laatste zin van dit artikel zal daarom ambtshalve gerenvooieerd worden.
- Art. 24 lid 12 bepaalt dat de extra vakantiedagen i.v.m. leeftijd vervallen een half jaar na het jaar waarin de uren zijn opgebouwd. Art. 7:640a bepaalt dat wettelijke vakantieuren 6 maanden na het jaar waarin de uren zijn opgebouwd vervallen. De bovenwettelijke vakantieuren vervallen echter volgens art. 7:642 BW pas 5 jaar na het jaar waarin ze zijn opgebouwd. De extra uren voor leeftijd zijn bovenwettelijk, dus dit lid is in strijd met 7:642 BW en zal daarom gerenvooieerd worden.
- 4.4 (lijst met namen)
Volledigheidshalve deel ik u mede dat aangepaste cao tekst moeten worden aangemeld als tussentijdse wijziging. U kunt eventueel de aangepaste cao tekst als voorconsultatie per mail voorleggen.
Het bovenstaande heeft tot gevolg dat uw avv-verzoek pas na ontvangst van de ontbrekende gegevens inhoudelijk in behandeling kan worden genomen.
In dit verband verzoek ik u binnen uiterlijk drie weken na dagtekening van onderhavige mail op het bovenstaande te reageren. Mocht u niet in de gelegenheid zijn binnen deze termijn een afdoende reactie te geven, verzoek ik u schriftelijk hiervan de reden(en) aan te geven en daarbij te vermelden wanneer u verwacht met een afdoende reactie te komen.
Met vriendelijke groet,
Met vriendelijke groet, mw. mr. 10.2.e Beleidsmedewerker
........................................................................
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Directie Uitvoeringstaken Arbeidsvoorwaardenwetgeving Afdeling Collectieve Arbeidsvoorwaarden
Xxxxxxxxxxxxxx 0x 0000 XX x Xxx Xxxx Xxxxxxx 00000 x 0000 XX x Xxx Xxxx
........................................................................
E: 10.2.e
T: 10.2.e
@xxxxxx.xx
Met deze verwijzing kunt u via onze website informatie opvragen over de status van de zaak:
xxxxx://xxxxx.xxxxxx.xx/xxxxxx/!xxxxxxxxxx?
mRef=mzrdrefamxkpnltdt4h48nvmlly272v1pipagsy1g96ilvzferdrzm
Reageren via e-mail is mogelijk als u onderstaande referentie onderaan uw reactie laat staan:
mzrdrefamxkpnltdt4h48nvmlly272v1pipagsy1g96ilvzferdrzm
10 2 e
10 2 e
10 2 e
"1 10.2.e
0; 10 2 e
@xxxxxx.xx"
Onderwerp: RE: STOOV en REG Vlakglas cao
Datum: vrijdag 12 juli 2019 10:12:20
Bijlagen: image001.png image003.png
Geachte mevrouw 10.2.e
Dank voor uw bericht.
Aangaande de werkingssfeeroverlap kan ik u alvast mededelen dat wij akkoord zijn met de aangepaste artikelen t.a.v. de werkingssfeer en dispensatiebepaling cao STOOF, cao Vlakglas en cao Schilders.
Voor wat uw reactie op de representativiteitsopgave betreft, zal ik u maandag na een intern overleg z.s.m. een terugkoppeling geven.
Tevens zal ik de door u aangepaste cao afwachten.
Hopende u hiermee voorlopig voldoende te hebben ingelicht.
Met vriendelijke groet,
mw. mr. 10.2.e
Beleidsmedewerker
........................................................................
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Directie Uitvoeringstaken Arbeidsvoorwaardenwetgeving Afdeling Collectieve Arbeidsvoorwaarden
Xxxxxxxxxxxxxx 0x 0000 XX x Xxx Xxxx Xxxxxxx 00000 x 0000 XX x Xxx Xxxx
........................................................................
E: 10 2 e
T:10.2 e
@xxxxxx.xx
Van: 10 2 e
[mailto:10.2.e
@xxxx.xx]
Verzonden: donderdag 11 juli 2019 18:10
Aan: 10 2 e
<10.2.e
@xxxxxx.xx>
Onderwerp: [***MOGELIJK SPAM***] RE: STOOV en REG Vlakglas cao Geachte mevrouw 10.2.e
De nummering bij de activiteiten zal in de cao STOOV worden aangepast.
De antwoorden op de vragen over de representativiteit staan hieronder in rood:
De werkingssfeer van de reguliere cao en de fonds-cao is niet hetzelfde. De representativiteitsopgave is echter wel hetzelfde. Kunt u dit toelichten? M.i. is deze wel exact hetzelfde.
- In de werkingssfeerbepaling is opgenomen dat ook een ‘afdeling van een onderneming’ onder de werkingssfeer valt. Onduidelijk is echter hoe dit is onderzocht en of en hoe in de representativiteitsopgave rekening is gehouden met afdelingen van ondernemingen. Graag ontvangen wij een toelichting hierop. Het woord “afdeling” staat volgens mij altijd al in beide cao’s, waarom dan nu deze opmerking? In de rep-toets is daar geen aandacht aan besteed (zoals ook alle vorige keren). Dat kan ook niet omdat die gegevens er niet zijn.
- In het representativiteitsonderzoek is aangegeven dat in het bestand werknemers zijn opgenomen die onder de verplichtstelling van de BPFV. Dat zijn werknemers tussen de 21 jaar en 65 jaar. Onder de werkingssfeer van de cao vallen ook werknemers jonger dan 21 jaar en ouder dan 65 jaar. Kunt u aangeven of er gebruik is gemaakt van de BPFV als bron voor werknemers en indien dit zo is (deze bron ook laten opnemen in de representativiteitsopgave) of er een correctie heeft plaatsgevonden t.a.v. de verschillende leeftijdsgrenzen? Deze opmerking begrijp ik niet. In de rep-toets staat helemaal niets over BPFV. Dat bestand is ook niet gebruikt n.a.v. eerdere vergelijkbare opmerkingen (zie bijv. de lijst met bronnen in de rep-toets)
- Tenslotte het verzoek om aan te geven of is voldaan aan sub g op de representativiteits- checklist, namelijk of de grenzen van het domein waarover de gegevens zijn verzameld, gerelateerd zijn aan de werkingssfeer van de cao, waarbij ook duidelijk is dat in de werkingssfeer uitgesloten categorieën personen in de tellingen buiten beschouwing zijn gelaten. Indien dit zo is, graag een zin opnemen in de opgave waaruit dit blijkt. De grenzen van het domein waarover de gegevens zijn verzameld, zijn gerelateerd aan de werkingssfeer van de cao. Er zijn geen categorieën uitgezonderd.
Vriendelijke groet, 10.2.e 10.2.e
Van: 10 2 e
<10 2 e
@xxxxxx.xx>
Verzonden: donderdag 11 juli 2019 16:52
Aan: 10 2 e
<10.2.e
@xxxx.xx>; 10.2.e
@xxxxxx.xx>
@xxxxxx.xx'
Onderwerp: RE: STOOV en REG Vlakglas cao Geachte mevrouw 10.2.e
In reactie op uw e-mail van 9 juli jl., vraag ik uw aandacht voor het volgende.
We zullen de tekstvoorstellen intern nog afstemmen, maar het lijkt op het eerste oog een mooie oplossing voor het werkingssfeeroverlap. Zodra wij een terugkoppeling hebben ontvangen, ontvangt u daar nader bericht van.
Ik wijs u nog wel op de overige openstaande PO-punten, die u op 25 februari jl. zowel telefonisch als per e-mail zijn medegedeeld. Het betreft enkele vragen omtrent de representativiteitsopgave en enkele punten omtrent de cao-tekst.
Volledigheidshalve voeg de desbetreffende e-mail als bijlage toe.
Graag ontvang ik nog van u een gewijzigde cao-tekst waarin deze PO-punten zijn doorgevoerd, evenals een toelichting op de representativiteitsopgave en een vernieuwde representativiteitsopgave.
Ik ga ervan uit u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd.
Met vriendelijke groet,
mw. mr. 10.2.e
Beleidsmedewerker
........................................................................
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Directie Uitvoeringstaken Arbeidsvoorwaardenwetgeving Afdeling Collectieve Arbeidsvoorwaarden
........................................................................
E: 10 2 e
T: 10.2.e
@xxxxxx.xx
Met deze verwijzing kunt u via onze website informatie opvragen over de status van de zaak:
xxxxx://xxxxx mozard nl/mozard/!verwijzing?mRef=mzrdrefei0n478jclxbd8y40jit73zfh28eijo9uzsywv2lferdrzm
Reageren via e-mail is mogelijk als u onderstaande referentie onderaan uw reactie laat staan: mzrdrefei0n478jclxbd8y40jit73zfh28eijo9uzsywv2lferdrzm
Van: 10 2 e
@xxxx.xx>
Verzonden: dinsdag 9 juli 2019 18:07
Aan: 10 2 e
@xxxxxx.xx>; 10 2 e
@xxxxxx.xx; 10.2.e
<10.2.e
CC: 10.2.e
@XXXXXX.XX>; 10.2.e
@xxxx.xx>
@xxxxxx.xx>
Onderwerp: STOOV en XXX Xxxxxxxx cao
Urgentie: Hoog
Geachte dames, 10.2.e 10.2.e
en 10.2.e ,
De Vlakglasbranche en de Schildersbranche hebben overleg gehad en daarna zijn de
heer 10.2.e
en ik met de teksten aan de slag gegaan. Wij zijn beiden akkoord bij
cao-partijen aan het ophalen. De overeenkomst zal worden aangepast door mijn collega de heer 10.2.e
De cao-teksten zijn aangepast conform het overleg met jullie. Graag wil ik deze twee cao-teksten in voorconsultatie geven (STOOV en regulier). Dan kunnen we daarna overgaan tot officiële indiening van de ttw’s en de avv-aanvraag.
Kunnen jullie mij laten weten wanneer jullie een reactie kunnen geven? Ik werk nog voor tot de 18e en ik zou ze graag voor die datum ingediend hebben. Hoor graag of dat lukt, of dat ik vervanging moet gaan inregelen.
Vriendelijke groet,
10 2 e 10.2.e
Senior adviseur arbeidsvoorwaarden
10 2 e
10 2 e
Onderwerp: RE: STOOV en REG Vlakglas cao
Datum: vrijdag 12 juli 2019 09:58:39
Bijlagen: image001.png image003.png
Hai 10.2.e en 10 2 e
Maandag bespreken lijkt me ook goed. Verder stuur ik maandag het bericht over de opgeloste werkingssfeeroverlapping.
Ik heb zo verlof en ben momenteel bezig met twee pensioenprocedures. Daarbij kan ik maandag na ons gesprek dan tegelijkertijd een reactie op haar reactie omtrent de PO-punten geven.
Groetjes,
10 2 e
Van: 10 2 e
Verzonden: vrijdag 12 juli 2019 09:54
Aan: 10 2 e
CC: 10.2.e
@xxxxxx.xx> @xxxxxx.xx>
Onderwerp: RE: STOOV en REG Vlakglas cao
Hoi 10 2 e
Prima om de reactie maandag te bespreken. Maar lijkt mij wel goed als je vandaag al mailt over
de werkingssfeeroverlap. 10 2 e
heeft niet zo veel tijd voor haar vakantie. 10 2 e
werkt
vandaag maar 2 uurtjes, voor zover ik weet. Mvg, 10 2 e
Van: 10 2 E
10.2.e
@xxxxxx.xx>
Verzonden: vrijdag 12 juli 2019 09:35
Aan: 10 2 e
CC: 10.2.e
@xxxxxx.xx> @XXXXXX.XX>
Onderwerp: FW: STOOV en XXX Xxxxxxxx cao
Hoi collega’s,
Zie hieronder de reactie va mw. 10.2.e
(blauw). Maandag even bespreken?
op de PO-punten (in rood) en mijn reactie daarop
10 2 e
dank voor het doorsturen van de mail gister, ik was al weg. Wanneer stuur jij ’t bericht
dat het werkingssfeeroverlap is opgelost? Vandaag al of maandag incl. inhoudelijke reactie op de PO-punten? Lijkt me goed om het iig gelijktijdig te doen
Groetjes,
10 2 e
Van: 10 2 e
@xxxx.xx>
Verzonden: donderdag 11 juli 2019 18:06
Aan: 10 2 e
CC: 10.2.e
@xxxxxx.xx> @xxxxxx.xx>
Onderwerp: RE: STOOV en REG Vlakglas cao
Geachte mevrouw 10.2.e ,
Hieronder de beantwoording van de nog open staande vragen. In zijn algemeenheid de vraag aan jullie of het mogelijk is om daar waar aanpassing nodig is, voor deze cao te werken met renvooi? Dit omdat we voor de vakantieperiode zitten en ik niet weet of het nog lukt om de bepalingen te wijzigen in die zin.
Artikel 18 lid 4 is een afwijking in de zin van artikel 16. Lid 1 van de WML. 16 lid 1 WML bepaalt dat bij cao kan worden afgeweken van het recht op vakantiebijslag. Art 18 lid 4 cao zet op de situatie van arbeidsongeschiktheid, waarin de werknemer recht heeft op een WIA-uitkering. In die situatie krijgt hij ook geen vakantiebijslag. Dit is niet logisch omdat men in principe de eerste twee jaar van de arbeidsongeschiktheid loon doorbetaald krijgt en nog geen recht heeft op een WIA-uitkering. Nog steeds niet duidelijk dus. Wat hiermee te doen?
Artikel 20 lid 8 zal ik aanpassen. Gelet op de aanhef van de mail, begrijp ik niet zo goed of mw Postma dit artikel nu voor deze ronde nog gaat aanpassen, of dat ze dit voor een volgende ronde meeneemt en wij deze nu ambtshalve dienen te renvooieren.
Artikel 25 lid 3
Dit is een uitgebreide inhoudelijke aanpassing, waar cao-partijen over zullen moeten discussiëren. Kan dit onderdeel voor deze keer middels renvooi opgelost, waarbij we dit in de onderhandelingen voor de volgende keer meenemen? Voor nu ambtshalve renvooieren lijkt me prima.
Artikel 30
De hoofdregel is die van Artikel 30 lid 1. Dit is een afwijking bij cao die te maken heeft met de regeling onwerkbaar weer. xxxxx://xxx.xxxx.xx/xxxxxxxxxx-xxxx/ Als de werkgever geen gebruik maakt van de wettelijke voorziening of de aanvraag door het UWV wordt afgewezen, dan geldt artikel 31. Helder. De regeling onwerkbaar weer (zie link) lijkt een soort variant op wtv. Met deze uitleg snap ik de bepaling beter. Dat het om de regeling onwerkbaar weer gaat, blijkt
m.i. niet duidelijk uit het artikel (‘de wettelijke voorziening’). Pp vragen dit te verduidelijken of ook zo in orde?
Het ambtshalve renvooi begrijp ik en heb ik gedeeltelijk ook al toegepast.
De antwoorden op de vragen over de representativiteit staan hieronder in rood:
De werkingssfeer van de reguliere cao en de fonds-cao is niet hetzelfde. De representativiteitsopgave is echter wel hetzelfde. Kunt u dit toelichten? M.i. is deze wel exact hetzelfde. Volgens mij zit het verschil m in de definitie van werknemer, waarbij bij de reguliere cao leidinggevend personeel wordt uitgesloten en bij de STOOV niet.
- In de werkingssfeerbepaling is opgenomen dat ook een ‘afdeling van een onderneming’ onder de werkingssfeer valt. Onduidelijk is echter hoe dit is onderzocht en of en hoe in de representativiteitsopgave rekening is gehouden met afdelingen van ondernemingen. Graag ontvangen wij een toelichting hierop. Het woord “afdeling” staat volgens mij altijd al in beide
xxx’x, waarom dan nu deze opmerking? In de rep-toets is daar geen aandacht aan besteed (zoals ook alle vorige keren). Dat kan ook niet omdat die gegevens er niet zijn. Is dit akkoord? Bij andere cao’s maken we hier nooit een punt van.
- In het representativiteitsonderzoek is aangegeven dat in het bestand werknemers zijn opgenomen die onder de verplichtstelling van de BPFV. Dat zijn werknemers tussen de 21 jaar en 65 jaar. Onder de werkingssfeer van de cao vallen ook werknemers jonger dan 21 jaar en ouder dan 65 jaar. Kunt u aangeven of er gebruik is gemaakt van de BPFV als bron voor werknemers en indien dit zo is (deze bron ook laten opnemen in de representativiteitsopgave) of er een correctie heeft plaatsgevonden t.a.v. de verschillende leeftijdsgrenzen? Deze opmerking begrijp ik niet. In de rep-toets staat helemaal niets over BPFV. Dat bestand is ook niet gebruikt n.a.v. eerdere vergelijkbare opmerkingen (zie bijv. de lijst met bronnen in de rep-toets). Ik zie in de rep ook niks over BPFV. Ik kan deze opmerking niet (meer) zo goed plaatsen, weten jullie nog wat het was?
- Tenslotte het verzoek om aan te geven of is voldaan aan sub g op de representativiteits- checklist, namelijk of de grenzen van het domein waarover de gegevens zijn verzameld, gerelateerd zijn aan de werkingssfeer van de cao, waarbij ook duidelijk is dat in de werkingssfeer uitgesloten categorieën personen in de tellingen buiten beschouwing zijn gelaten. Indien dit zo is, graag een zin opnemen in de opgave waaruit dit blijkt. Zullen we doen. In orde
Vriendelijke groet, 10.2.E
Van: 10 2 e
@xxxxxx.xx>
Verzonden: donderdag 11 juli 2019 17:01
Aan: 10 2 e
CC: 10.2.e
@xxxx.xx>
@xxxxxx.xx>
Onderwerp: RE: STOOV en REG Vlakglas cao Geachte mevrouw 10.2.e
Bijgaand de PO-mail van 25 februari jl. van mijn collega mw. 10.2.e
van de Vlagklas.
Met vriendelijke groet,
mw. mr.10.2.e
Beleidsmedewerker
........................................................................
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Directie Uitvoeringstaken Arbeidsvoorwaardenwetgeving Afdeling Collectieve Arbeidsvoorwaarden
........................................................................
in de reguliere procedure
E: 10 2 e
T: 10.2.e
@xxxxxx.xx
Van: 10 2 e
@xxxx.xx>
Verzonden: donderdag 11 juli 2019 16:56
Aan: 10 2 e
@xxxxxx.xx>
Onderwerp: RE: STOOV en REG Vlakglas cao
Geachte mevrouw 10.2.e
Is het mogelijk om mij de soortgelijke brief van de reguliere cao te sturen? Die is naar mijn collega gestuurd, maar die is er niet.
Vriendelijke groet, 10.2.e
10 2 e
10 2 e
10 2 e
Onderwerp: RE: Voorstel aangepaste werkingssfeer cao SAG
Datum: vrijdag 12 juli 2019 09:28:00
Bijlagen: image001.png
Geachte heer 10.2.e
Mevrouw 10.2.e
heeft de aangepaste artikelen t.a.v. de werkingssfeer en dispensatiebepaling
xxx Xxxxxxxxx, xxx Xxxxxxxx en xxx XXXXX
voorgelegd ter voorconsultatie. Ik begrijp dat er nu akkoord wordt opgehaald bij de betrokken
xxx xxxxxxxx. Wij hebben positief geadviseerd richting mevrouw 10.2.e t.a.v. de voorstellen.
Ik ben vanaf volgende week vrijdag op vakantie. Het zou fijn zijn als begin/medio volgende week de gewijzigde cao aangemeld en voor avv
kan worden aangeboden in onze zaakvolgsysteem, zodat ik zelf nog de stukken kan beoordelen en de stukken ter visie kan leggen zodat ik
geen vervanger hoef te regelen.
Het is ook van belang dat bij de indiening ook expliciet wordt aangegeven dat de werkingssfeeroverlap is opgelost, door de doorgevoerde
Wijzigingen in de cao.
Met vriendelijke groet, mw. mr. 10.2.e
Senior beleidsmedewerker Directie UAW
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Xxxxxxxxxxxxxx 0 / 0000 XX Xxx Xxxx
Xxxxxxx 00000 / 0000 XX Xxx Xxxx
T: 10 2 e
/ E: 10.2.e
@xxxxxx.xx
Ministery of Social Affairs and Employment
Directorate UAW |T: 10.2.e
| E: 10.2.e
@xxxxxx.xx
10 2 e
10 2 e 10 2 e 1 1
Onderwerp: RE: Zaak 1188 - 199 -0 G0r.oothandel in Vlakglas, het Glasbewerkings- en het Glazeniersbedrijf - AWVN
Datum: woensdag 24 april 2019 12:00:24
Bijlagen: image002.png image003.png image004.png
Hi
Ik denk dat het ook wel volstaat. Mi hoef je mevr. 10.2.e
niet verder te vragen. Maar we
moeten 10.2.e
toch informeren over de uitkomst van de mailwisseling en dan is het handig om
de laatste 2 mails van mevrouw 10.2.e
nog even bij 10 2 e
neer te leggen en aan te geven dat
het wat ons betreft in orde is. Tevens vragen of zij het hiermee eens is. Wil jij dat doen 10.2.e
Dank alvast!
Mvg, 10 2 e
Van: 10 2 e
@xxxxxx.xx>
Verzonden: woensdag 24 april 2019 11:39
Aan: 10 2 e
@xxxxxx.xx>; 10 2 e
@XXXXXX.XX>
Onderwerp: RE: Zaak 1188 - 199 - Groothandel in Vlakglas, het Glasbewerkings- en het Glazeniersbedrijf - AWVN
Hi 10 2 e en 10.2.e
Mevrouw 10 2 e
antwoordt bevestigend op onze vraag of het werkingssfeeroverlap nu voor alle
werkgevers (lid, niet-lid gemend, etc.) is opgelost. Daarmee zegt ze dus ook dat het is opgelost voor de werkgevers die niet lid zijn van Xxxxxxx NL of Onderhoud NL, echter niet heel expliciet. Ik denk dat haar antwoord wel volstaat, maar we zouden het natuurlijk zekerheidshalve zoals
10 2 e
zegt nog een keer expliciet kunnen navragen.
Wat denken jullie?
Gr,
10 2 e
Van: 10 2 e
@xxxxxx.xx>
Verzonden: woensdag 24 april 2019 11:30
Aan: 10 2 e
@XXXXXX.XX>; 10.2.e
@xxxxxx.xx>
Onderwerp: FW: Zaak 1188 - 199 - Groothandel in Vlakglas, het Glasbewerkings- en het Glazeniersbedrijf - AWVN
Hai 10.2.e en 10.2.e
Zie hieronder de reactie van 10.2.e
Zal ik nog specifiek informeren naar of het voor de
ongeorganiseerden hiermee ook opgelost is of denken jullie dat mw. 10.2.e
met haar eerdere
antwoord bedoelt dat het voor die werkgevers ook is opgelost? Uit de reactie van mw. 10.2.e
leid ik namelijk af dat ze hier wel rekening mee heeft gehouden? Groetjes
Van: 10 2 e
Verzonden: woensdag 24 april 2019 10:06
Aan: 10 2 e
@xxxxxx.xx>
Onderwerp: Re: Zaak 1188 - 199 - Groothandel in Vlakglas, het Glasbewerkings- en het Glazeniersbedrijf - AWVN
Dag 10 2 e
Ik zie dat 10.2.e
een mogelijke werkingssfeeroverlap, die bij ongeorganiseerde
werkgevers kan ontstaan, dus werkgevers die geen lid zijn van Onderhoud NL of van Bouwend NL, heeft proberen op te lossen door een extra uitzondering te formuleren in de SAG-cao.
Als een mogelijke werkingssfeeroverlap voor ongeorganiseerde werkgevers hiermee is opgelost, lijkt het wel in orde. Ik zou er voor de zekerheid nog wel naar informeren.
De uitdaging die Xxxxxxx dan moet aangaan met partijen bij de SAG-cao, is dat de uitzonderingsbepaling in de SAG-cao is opgenomen (en niet in de Vlakglas, opdrachtgever AWVN).....
Groetjes,
10 2 e
Verzonden met BlackBerry Work(xxx.xxxxxxxxxx.xxx)
Van: "10.2.e
@xxxxxx.xx>
Verzonden: 24 apr. 2019 08:18
Aan: "10.2.e
@XXXXXX.XX>
Onderwerp: FW: Zaak 1188 - 199 - Groothandel in Vlakglas; het Glasbewerkings- en het Glazeniersbedrijf - AWVN
Hierbij voor de volledigheid nogmaals de tekstvoorstellen van de Vlagklas waarover mijn vorige mail gaat.
Dank!
Groet,
10 2 e
Van: 10 2 e
Verzonden: woensdag 10 april 2019 12:19
Aan: 10 2 e
CC: 10.2.e
@XXXXXX.XX>
@xxxxxx.xx>; 10.2.e
@xxxxxx.xx>
Onderwerp: FW: Zaak 1188 - 199 - Groothandel in Vlakglas, het Glasbewerkings- en het Glazeniersbedrijf - AWVN
Hoi 10 2 e
Zie bijgaande voorstel. Pp hebben de zin in de dispensatiebepaling waar jij vragen over had aangepast. Zij hebben ook de rest van de dispensatiebepalingen aangepast en “dispensatie van rechtswege” is niet meer in het artikel opgenomen. Wij denken dat hiermee de werkingssfeeroverlap is opgelost en de dispensatiebepaling ook in orde is.
Ben jij het daarmee eens?
10 2 e
10 2 e 10.2.e
Onderwerp: RE: Zaak 1188 - 199 - Groothandel in Vlakglas, het Glasbewerkings- en het Glazeniersbedrijf - AWVN
Datum: woensdag 10 april 2019 12:04:07
Bijlagen: image002.png image003.png image004.png
Hoi 10 2 e en 10.2.e
Mee eens. Het dispensatieartikel is nu inderdaad duidelijk en volgens mij wordt ook het werkingssfeeroverlap nu opgelost.
Groetjes,
10 2 e
Van: 10 2 e
@xxxxxx.xx>
Verzonden: woensdag 10 april 2019 11:15
Aan: 10 2 e
@XXXXXX.XX>; 10.2.e
@xxxxxx.xx>
Onderwerp: RE: Zaak 1188 - 199 - Groothandel in Vlakglas, het Glasbewerkings- en het Glazeniersbedrijf - AWVN
Hai 10.2.e
Volgens mij is het met het nieuwe voorstel inderdaad wel in orde. Dispensatieartikel is inderdaad verduidelijkt.
Groet,
10 2 e
Van: 10 2 e
Verzonden: woensdag 10 april 2019 09:04
Aan: 10 2 e
@xxxxxx.xx>; 10 2 e
@xxxxxx.xx>
Onderwerp: RE: Zaak 1188 - 199 - Groothandel in Vlakglas, het Glasbewerkings- en het Glazeniersbedrijf - AWVN
Ha 10.2.e
Volgens mij wordt met het nieuwe voorstel de werkingssfeeroverlap opgelost. Disp. art. is mi ook in orde. Graag jullie bevindingen. Vervolgens zal ik de mail nog afstemmen met 10 2 e
Mvg, 10 2 e
10 2 e
10 2 e
Onderwerp: werkingssfeeroverlap
Begin: maandag 15 april 2019 11:00:00
Eind: maandag 15 april 2019 11:30:00
Locatie: 11e
Bijlagen: RE Zaak 1188 - 199 - Groothandel in Vlakglas het Glasbewerkings- en het Glazeniersbedrijf - AWVN.msg
Graag bevestiging dat we in het zaaltje terecht kunnen middels accepteren van vergaderverzoek? Dank alvast.
Ha 10.2.e
Dank nogmaals! Wij willen nog even brainstormen over jouw vragen voordat we met Awvn mailen. Ik plan voor maandag een kort overleg in. Het is best nog wel ingewikkeld en dan is het goed om e.e.a. goed door te vragen zodat ik de juiste vragen kan stellen aan mevr. 10.2.e
De volgende vereisten zijn er om dispensatie verleend te krijgen:
Dispensatie van de cao schilders (Onderhoud NL is partij bij de cao schilders):
Dispensatie van de cao vlakglas (Bouwend Nederland, vakgroep GBO is partij bij de cao vlakglas):
- valt onder de werkingssfeer van xxx xxxxxxxxx;
- valt onder de werkingssfeer van xxx xxxxxxxx;
- de werkgever die lid is, en op 28 mei 2018 reeds lid was van Bouwend Nederland, vakgroep GBO,
- werkgever die lid is, en op 28 mei 2018 reeds lid was van OnderhoudNL;
- en tevens aangesloten is, en op 28 mei 2018 reeds aangesloten was bij het BPF Vlakglas
- en tevens aangesloten is, en op 28 mei 2018 reeds aangesloten was bij BPF Schilders
De gemengde bedrijven (zowel schilders als zetten van glas) die niet aan één van de criteria voor dispensatie voldoen, vallen als ze een groothandel zijn en vlakglas zetten onder de cao vlakglas. Als ze kleinhandel zijn en vlakglas zetten onder de schilderscao. Of is dit te simpel gedacht?
Ik denk namelijk dat AWVN met een dergelijke reactie komt en dan is het de vraag of een dergelijke reactie volstaat.
Mvg, 10 2 e 10.2.e
From: Directie Uitvoeringstaken Arbeidsvoorwaardenwetgeving
10.2.e
@xxxxxx.xx>
To: Federatie Nederlandse Vakbeweging 10 2 e
Subject: Xxxx 00000 - Xxxxxxxxxxx ontvangen
Date: 20.09.2019 11:52:49 (+0200)
@xxx.xx>
Geachte mevrouw van 10 2 e ,
Bij deze bevestigen wij de ontvangst van de door u ingediende bedenkingen. Wanneer de bedenkingen in behandeling worden genomen, ontvangt u daarvan bericht.
Dit bericht is geautomatiseerd aangemaakt en daarom niet ondertekend. De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
namens deze,
De directeur Uitvoeringstaken Arbeidsvoorwaardenwetgeving,
X.X.X. xxx xxx Xxxx
Met deze verwijzing kunt u via onze website informatie opvragen over de status van de zaak:
xxxxx://xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xx/xxxxxx/!xxxxxxxxxx? mRef=mzrdrefd969xi5n6kr9ai98sniawxkrjnpu114ybsu4k2sjferdrzm
Reageren via e-mail is mogelijk als u onderstaande referentie onderaan uw reactie laat staan: mzrdrefd969xi5n6kr9ai98sniawxkrjnpu114ybsu4k2sjferdrzm
From: Directie Uitvoeringstaken Arbeidsvoorwaardenwetgeving
<10 2 e
@xxxxxx.xx>
To: Federatie Nederlandse Vakbeweging <10.2.e @xxx.xx>
Subject: Zaak 20394 betreft (759 - SCHILDERS-, AFWERKINGS- EN GLASZETBEDRIJF IN
NEDERLAND) is opgeschort
Date: 24.09.2019 11:41:19 (+0200)
Geachte mevrouw Van10 2 e ,
Uw zaak betreffende Zaak 20394 - 759 - SCHILDERS-, AFWERKINGS- EN GLASZETBEDRIJF IN
NEDERLAND is opgeschort. De reden van de opschorting is: i.v.m. reactie op de bedenkingen.
Op 20-09-2019 ontving ik uw bedenking(en) tegen het avv-verzoek van (gewijzigde) bepalingen van de cao .
Uw bedenkingen zijn inmiddels in behandeling genomen.
De bedenkingenprocedure voorziet erin dat de ingediende bedenkingen voor reactie worden voorgelegd aan cao-partijen. Na ontvangst van deze reactie wordt de bedenkingenprocedure voortgezet.
De bedenkingen, de reactie van cao-partijen en het voorgenomen besluit van de Minister of eventueel specifieke vragen van de Minister kunnen aan de Stichting van de Arbeid worden voorgelegd met een verzoek om een reactie, tenzij de bedenkingen een herhaling zijn van eerder ingebrachte bedenkingen waarover al besloten is of indien de bedenkingen in het licht van staand beleid evident kansloos zijn.
Op het avv-verzoek en de hiertegen ingebrachte bedenkingen wordt een met redenen omkleed besluit genomen, waarvan mededeling wordt gedaan in de Staatscourant.
U wordt schriftelijk geïnformeerd over het genomen besluit. Met vriendelijke groet,
10.2.e
Directie Uitvoeringstaken Arbeidsvoorwaardenwetgeving
Met deze verwijzing kunt u via onze website informatie opvragen over de status van de zaak:
xxxxx://xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xx/xxxxxx/!xxxxxxxxxx? mRef=mzrdrefnbeckyo0rej43innyc7q2h5rj1sdzu127sfvsx8zferdrzm
Reageren via e-mail is mogelijk als u onderstaande referentie onderaan uw reactie laat staan: mzrdrefnbeckyo0rej43innyc7q2h5rj1sdzu127sfvsx8zferdrzm
From: Directie Uitvoeringstaken Arbeidsvoorwaardenwetgeving
<10 2 e
@xxxxxx.xx>
To: Federatie Nederlandse Vakbeweging <10.2.e
Subject: zaak 20394 caonr 759 schilderscao
Date: 20.11.2019 13:05:55 (+0100)
@xxx.xx>
Geachte heer/mevrouw,
Naar aanleiding van de door u ingebrachte bedenkingen tegen het avv-verzoek van bepalingen van de xxx Xxxxxxxxx, vraag ik uw aandacht voor het volgende.
Op het avv-verzoek is een met redenen omkleed besluit genomen, dat integraal is gepubliceerd in de Staatscourant van 20-11-2019, publicatienr. 48994. Het besluit is te downloaden van xxxxx://xxxx.xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xx.
Ik ga ervan uit u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd.
10.2.e
Met deze verwijzing kunt u via onze website informatie opvragen over de status van de zaak:
xxxxx://xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xx/xxxxxx/!xxxxxxxxxx? mRef=mzrdrefjjm4odfw8u0gx1ss3qgva7xsfskmy9canbeq7itlferdrzm
Reageren via e-mail is mogelijk als u onderstaande referentie onderaan uw reactie laat staan: mzrdrefjjm4odfw8u0gx1ss3qgva7xsfskmy9canbeq7itlferdrzm
• In de vorige procedure is door Bouwend Nederland bedenkingen ingediend t.a.v. de werkingssfeer, de overlap had betrekking op het plaatsen van glas, zoals in beide cao’s zijn genoemd.
Huidige procedure:
Naar aanleiding van het huidige avv-verzoek zijn schriftelijke bedenkingen ingebracht door FNV en CNV Vakmensen.
Deze bedenkingen kunnen als volgt worden samengevat:
• Bedenkinghebbenden twijfelen of er voldoende draagvlak is voor de cao in de branche van de schilders-, afwerkings- en glaszetbedrijven en geven aan dat zij van mening zijn dat de CAO SAG een groot aantal verslechteringen inhouden ten opzichte van de CAO SAG zoals die eerder met bedenkinghebbenden is gesloten waardoor de bepalingen van de cao SAG in zijn algemeenheid niet algemeen verbindend zonder moeten worden verklaard wegens strijdigheid met de doelstelling van avv.
• Tevens zijn bedenkingehebbenden van mening dat ze onvoldoende zijn betrokken bij het cao-overleg.
• Bedenkinghebbenden zijn van mening dat cao-partijen niet onafhankelijk van elkaar hebben gecontracteerd en trekken met name de onafhankelijkheid van de Landelijke Belangen Vereniging (LBV) als vakbond in deze sector in twijfel.
• Tot slot zijn bedenkingen ingediend tegen algemeen verbindendverklaring (avv) van specifieke cao-bepalingen wegens strijdigheid met het recht.
• Representativiteit (actualiteit/rep.onderzoek):
10.2.G
Gebruikte bronnen:
Bron 1: het aantal werkgevers en werknemers uit de administratie van Stichting Uitvoeringsregelingen SAG, peildatum: 1 januari 2019 (teller).
2. Bron 2: het aantal werkgevers en werknemers uit de verzekerdenadministratie van PGGM, peildatum: 1 januari 2019 (noemer).
3. In de werkingssfeer uitgesloten categorieën werkgevers zijn in de tellingen in deze representativiteitsopgave buiten beschouwing gelaten. Het betreft hier werkgevers van bedrijven die in de werkingssfeer zijn uitgesloten. Werknemers die werkzaam zijn bij de in de werkingssfeer uitgesloten categorieën bedrijven zijn in de tellingen in deze representativiteitsopgave buiten beschouwing gelaten.
Rep. onderzoek is in orde. Er is geen gebruik gemaakt van extrapolatie volgens rep.opgave.
12.699 |
14.009 |
90,65% |
1 januari 2019 |
1 oktober 2016 |
HUIDIG AVV VERZOEK
aantal werknemers in dienst van xxxxx. werkgevers totaal aantal werknemers representativiteitspercentage
peildatum ingangsdatum CAO
10.446 |
14.762 |
70,76% |
1 september 2016 |
VORIG AVV VERZOEK
aantal werknemers in dienst van xxxxx. werkgevers totaal aantal werknemers representativiteitspercentage
peildatum
• Evidenties Statuten (check statuten bij wijziging werkingssfeer; check partijen bij convenanten e.d.):
wno en wgo zijn in orde.
10.2.G
Wijzigingen in concept-besluit n.a.v. intervisie:
10.2.G
Afwijkende meningen:
Eenmalig geschrapt/ambtshalve renvooi (NATRAJECT):
• Kop: titel cao.
• Pagina’s 1, 4 en 6: titel cao.
• kop Artikel 2.
• kop Artikel 7.
• kop Artikel 17 t/m 22.
• Artikel 23 lid 4: “de bij deze cao betrokken” 2x i.v.m. neutrale formulering
georganiseerde/ongeorganiseerde.
• kop Artikel 27.
• Artikel 34 lid 11, Overlijden: laatste zin over uitkering is te ruim geformuleerd en niet cf. 7:674 lid 4 en lid 6 BW.
• kop Artikel 35.
• Artikel 35: kop “2016” (valt buiten avv-periode).
• Artikel 39 kop.
• Artikel 41 lid 8c en lid 10c.
• Artikel 42 schema jaar 2017 en 2018; 2022 t/m 2027 (valt buiten avv- periode).
• Artikel 43 schema jaar 2017; 2018 en 2022 (valt buiten avv-periode).
• Artikel 45 en artikel 46 kop.
• Artikel 58 lid 1 partieel (met ingang…2016/2017) en lid 5 en lid 6. Lid 6 loonschalen week 1 en week 41 2017 (1e, 2e en 3e loonschalen). Bij loonschalen Week 25 van 2019 partieel de 1e loonschaal omdat deze lager is dan wml per 1-1-2020.
• Artikel 60 en 61 kop.
• Artikel 63 partieel (met ingang van 1 januari 2017).
• Artikel 65 lid 1 c, is niet avv-baar omdat er niet sprake is van een nieuw in diensttreding.
• Artikel 70 lid 2 betreft een fondsbepaling en hoort thuis in een fondscao, de bepaling is derhalve niet avv-baar en wordt ambtshalve gerenvooieerd.
• Bijlage 5 loonschalen 2018 en loonschaal 2019 partieel 1e t/m 3e aanloopschaal, omdat deze lager dan wml per 1-1-2020, zijn.
• “Bijlage 7” kop
• Bijlage 9: Artikel 33 niet avv-baar, valt buiten avv-periode.
Inhoudelijk
11.1
11.1
• Checklist inhoudelijke toetspunten
Hoog-risicogebieden en prioritaire onderwerpen 2019
1. Wet AVV en Toetsingskader, bijvoorbeeld:
Cao-fondsen (w.o. mutaties in doelstelling, structuurwijziging (let op vermindering avv’de stichtingen), betalingsvoorwaarden, sectoroverschrijdende doelstellingen, individuele trekkingsrechten, mededeling gescheiden incasso-administratie) | |
Bekendmaking premie op website (niet toegestaan i.g.v. werknemerspremie) | |
Internationalisering . WagwEU | Artikel 4 en bijlage 6 WagwEU. |
. onderscheid nationaliteit | |
. ww-aanvulling grensarbeiders | |
Naleving Cao . NEN-certificatie | Artikel 2 (naleving en handhaving) is gerenvooieerd door pp. Artikel 68, boetebepaling werknemer. In orde. Artikel 8 SNA keurmerk |
. omgekeerde bewijslast | |
. inlenersaansprakelijkheid | Artikel 14, lid 15? |
. vergewisbepaling | Art 8 (uitzendkrachten), in orde |
Verwijzingen naar wetgeving in werkingssfeer | |
Bindend advies | Artikel 9, lid 8, in orde |
2. Specifieke onderwerpen (SZW-regelgeving), bijvoorbeeld:
Wet Aanpak Schijnconstructies (WAS): . inhouding | |
. verrekening | |
Wet Werk en Zekerheid (toets gehele cao of deze is aangepast aan de WWZ): . loondoorbetaling | |
. oproepkrachten | |
. proeftijd; aanzeg- en opzegtermijn en ketenregeling • artikel 10 lid 3 sub a cf 7: 667 lid 1 BW (einde ovk. bepaalde tijd) • artikel 10 lid 3 sub b cf 7: 667 lid 3 BW (tussentijdse opzegging) • artikel 10 lid 3 sub c cf 7: 668a lid 12 BW (afwijken bij cao van keten) • artikel 10 lid 4 a: cf. 7: 667 lid 1 BW • artikel 10 lid 4 b: cf. 7: 667 lid 2 BW • artikel 10 lid 4 c en lid d: cf. 7: 668 lid 1 sub a en sub b BW | artikel 10 (arbeidsovereenkomst) in orde |
• artikel 10 lid 6 (arbeidsovereenkomst werknemers BBL): cf. 7: 668a lid 9 BW (afwijken bij cao bij educatie mogelijk). • artikel 10 lid 7 (proeftijd) sub a: cf. 7: 652 lid 2 BW. • artikel 10 lid 7 (proeftijd) sub b sub 1: cf. 7: 652 lid 4 BW • artikel 10 lid 7 (proeftijd) sub b sub 3: cf. 7: 652 lid 2 BW • artikel 10 lid 7 (proeftijd) sub c: cf. 7: 670a lid 2b BW • artikel 10 lid 8 sub a en b (aanzegtermijn): cf. 7: 668 lid 1 BW • artikel 10 lid 8 sub c (aanzegtermijn): conform 7: 668 BW; • artikel 10 lid 9a (opzegtermijn): cf. 7:672 lid 1 BW • artikel 10 lid 9b sub 1 (opzegtermijn): cf. 7:672 lid 2a BW • artikel 10 lid 9b sub 2 (opzegtermijn): cf. 7:672 lid 6 BW (afwijken in cao toegestaan). • artikel 10 lid 9c: cf. cf. 7:672 lid 7 BW | |
. concurrentiebeding | |
. uitzendarbeid | |
. ontslagvergoedingen, ontslagcommissies | |
Begrenzing flexibele contracten (min-/max-, op-afroepcontracten, nuluren etc. (7:628)) | |
WML | Artikel 47 vakantietoeslag lid 3 Artikel 34 lid 1 Artikel 58 (loon leerling- werknemer):In lid 3 is opgenomen dat altijd WML betaald moet worden. |
Participatiewet (loonschaal startend op WML-niveau voor werknemers met arbeidsbeperking niet in staat WML te verdienen) | Na artikel 73, door pp gerenvooieerd. |
Loonbegrip . bij ziekte (7:629) | Artikel 34, niet in orde Pp gevraagd om aan te passen. |
. bij vakantie (7:610 en 7:639) | |
Kraam- en geboorteverlof | Art. 50 lid 3 in orde |
3. Ontwikkelingen arbeidsvoorwaarden:
Decentralisatie/maatwerk | |
ZZP-ers/OVO Vorige traject: In het vorige traject was een artikel 6 lid 3 inzake onderaanneming opgenomen en de daarbij horende bijlage 11. Werkgevers mochten alleen in zee gaan met zzp’ers die zich verzekerd hebben tegen de gevolgen van arbeidsongeschiktheid en een pensioenvoorziening hebben getroffen. 11.1 |
11.1 In dit traject speelt dit niet meer daar in de cao door partijen geen bepaling is opgenomen over zzp-ers en een verplichte arbeidsongeschiktheidsverzekering (artikel 6 Onderaanneming) van de vorige cao, is vervallen). Artikel 6 regelt nu de looptijd van de cao en is door pp gerenvooieerd. | |
Payrolling | |
Gewijzigde dispensatieregels per 1-4-2014 (let ook op renvooi dispensatiebepaling) • Artikel 9 Dispensatie (voorheen artikel 8) is in het vorige traject aangepast en is conform de gewijzigde regels inzake dispensatie. In de huidige procedure is het artikel aangepast en nog steeds in orde. • Artikel 23 lid 6 (voorheen artikel 16 lid 5). Betreft niet een dispensatiebepaling in de zin van TK avv, maar voldoet wel aan alle voorwaarden genoemd in TK avv. | Artikel 9, in orde Artikel 23 lid 6. |
4. Gelijke behandeling/direct onderscheid (niet in de werkingssfeer):
Leeftijd | Artikel 4O Artikel 41 Artikel 42 en 43: |
Voltijd/Deeltijd | |
Vast/Tijdelijk |
5. In duur uitgewerkte bepalingen tijdens looptijd:
• Artikel 44 laatste kolom 2021 april/mei.
• Artikel 47 lid 1 sub, c, d,e.
• Artikel 58 Lid 6 loonschalen week 13 van 2018 e.v. (3e, 4e en 5e loonschaal). Lid 6 sub a en sub b.