Contract
26 februari 2024 | VERKOOPSVOORWAARDEN VAN EEN ERFPACHTRECHT | Xxx.xx. 2024/0117 |
NVDW – 22214666 – 19571
Op zesentwintig februari tweeduizend vierentwintig
ga ik, Meester Xxx XX XXXX, notaris te Zwalm (Xxxxxxxxx), vennoot van de vennootschap “De Smet & Willems, geassocieerde notarissen”, met zetel te Zwalm (Munkzwalm), Xxxxxxxxx 00 over tot het opstellen van de verkoopsvoorwaarden van de online verkoop op xxxxxx.xx van het hierna beschreven onroerend goed, op verzoek en in aanwezigheid van:
(…).
Hierna ook genoemd “de verkoper”, "de erfpachtgever " of “de verzoeker”.
INDELING VERKOOPSVOORWAARDEN
Deze verkoopsvoorwaarden bevatten de volgende delen:
A. De bijzondere verkoopsvoorwaarden en administratieve bepalingen;
B. De bijzondere voorwaarden inzake het recht van erfpacht
C. De algemene verkoopsvoorwaarden van toepassing voor alle online verkopen;
D. De definities, waarin de gebruikte termen worden omschreven;
E. De volmacht.
A. BIJZONDERE VERKOOPSVOORWAARDEN EN ADMINISTRATIEVE BEPALINGEN
Contactgegevens van het notariskantoor
Geassocieerde Notarissen De Smet & Willems Xxxxxxxxx 00, 0000 Xxxxx
Telefoon: 055/33.49.05 xxxxxxxx@xxxxxxxxxxxxxx.xx Beschrijving van het goed
GEMEENTE ZWALM - eerste afdeling - Munkzwalm
1. EEN RECHT VAN ERFPACHT op een perceel grond, gelegen aan de Zuidlaan 58, gekadastreerd volgens titel en recent kadastraal uittreksel, sectie B, nummer 312P4 P0000, met een oppervlakte volgens kadaster van één are eenendertig centiare (01a 31ca).
2. EEN RECHT VAN ERFPACHT op een gebouw, kadastraal beschreven als bibliotheek, op en met medegaande grond, gelegen aan de Zuidlaan 62, gekadastreerd volgens titel en recent kadastraal uittreksel, sectie B, nummer 312S3 P0000, met een oppervlakte volgens kadaster van elf are dertig centiare (11a 30ca).
3. EEN RECHT VAN ERFPACHT op een woonhuis op en met grond, gelegen aan de Zuidlaan 60 +, gekadastreerd volgens titel en recent kadastraal uittreksel, sectie B, nummer 312N4 P0000, met een oppervlakte volgens kadaster van één are eenennegentig centiare (01a 91ca).
4. EEN RECHT VAN ERFPACHT op een woonhuis, op en met grond, gelegen aan de Zuidlaan 60/ 002, gekadastreerd volgens titel en recent kadastraal uittreksel, sectie B, nummer 312S4 P0000, met een oppervlakte volgens kadaster van vierentwintig centiare (24ca).
5. EEN RECHT VAN ERFPACHT op een woonhuis, op en met grond, gelegen aan de Zuidlaan 62, gekadastreerd volgens titel en recent kadastraal uittreksel, sectie B, nummer 312R4 P0000, met een oppervlakte volgens kadaster van vierenzestig centiare (64ca).
De beschrijving van het goed wordt te goeder trouw gedaan op basis van de beschikbare eigendomstitels en de kadastrale gegevens, die slechts ten titel van inlichting vermeld worden. Tenzij anders vermeld in de verkoopsvoorwaarden worden enkel de onroerende goederen verkocht (in casu: in erfpacht gegeven), alsmede de goederen die door de wet als onroerend
beschouwd worden door incorporatie, bestemming of blijvende aanhechting.
De leidingen, tellers, buizen en bedradingen die aan water-, gas-, of elektriciteitsmaatschappijen of maatschappijen met een gelijkaardige dienstverlening toebehoren, zijn niet in de verkoop begrepen.
Oorsprong van eigendom (…).
De erfpachter zal zich moeten vergenoegen met bovengemelde oorsprong van eigendom en
van de eigenaar geen andere titel eisen dan een afschrift dezer akte.
Roerende goederen
De verzoeker verklaart dat in onderhavige verkoop geen roerende goederen zijn begrepen.
In zoverre de verzoeker niet alle roerende goederen uit het goed zou hebben verwijderd, zal de erfpachter, hetzij de goederen zonder vergoeding behouden, hetzij het recht hebben de roerende goederen uit het goed te laten verwijderen op kosten van de verzoeker.
Instelprijs
De instelprijs bedraagt achtduizend vijfhonderd euro (€ 8.500,00) . Minimumbod
Het minimumbod bedraagt honderd euro (€ 100,00). Dit betekent dat er met minstens honderd euro of een veelvoud hiervan moet geboden worden, en dat lagere biedingen niet aanvaard worden.
Aanvang en sluiting van de biedingen
De dag en het uur van de aanvang van de biedingen is woensdag 17 april 2024 om 11 uur. De dag en het uur van de sluiting van de biedingen is donderdag 25 april 2024 om 11 uur, onder voorbehoud van eventuele verlengingen ingevolge de zandloper en/of een algemene storing op het biedingsplatform zoals bepaald in artikel 9 van de algemene
verkoopsvoorwaarden.
Dag en uur ondertekening PV van toewijzing
Het proces-verbaal van toewijzing zal, behoudens andersluidende instructies van ondergetekende notaris en behoudens inhouding van het goed, ondertekend worden op het kantoor van ondergetekende notaris op dinsdag 30 april 2024 aanstaande om 16 uur.
Bezoeken
Het goed zal door de kandidaat-erfpachters kunnen bezocht worden mits voorafgaandelijke afspraak vast te leggen via het notariskantoor.
Ondergetekende notaris houdt zich het recht voor bezoeken in te lassen en/of de bezoekuren te wijzigen in het belang van de verkoop.
Overdracht recht van erfpacht
De erfpachter verkrijgt de erfpacht van het goed op het ogenblik waarop de toewijzing definitief wordt.
Genot – Gebruik
De erfpachter zal het genot van het goed verkrijgen nadat hij de eerste canon, de kosten en alle bijkomende lasten in hoofdsom en eventuele interesten heeft betaald. Vooraleer deze betalingen gedaan zijn, mag de erfpachter het goed niet geheel of gedeeltelijk afbreken, noch veranderen of wijzigen. Hij mag evenwel op zijn kosten bewarende maatregelen nemen.
De erfpachter treedt in alle rechten en verplichtingen van de verzoeker wat betreft de in de verkoopsvoorwaarden omschreven gebruikstoestand, onverminderd de rechten die hij krachtens het contract of de wet kan doen gelden en waaraan deze bepaling geen afbreuk doet. Indien het goed verhuurd is, zal de erfpachter er het genot van hebben door het innen van de huur- of pachtprijs berekend van dag tot dag, van zodra hij de prijs, de kosten en alle bijkomende lasten in hoofdsom en eventuele interesten heeft betaald. Indien de huur- of pachtprijs na vervallen termijn betaalbaar is, komt het gedeelte hiervan dat betrekking heeft op de periode van de vorige vervaldag tot op de dag van de ingenottreding door de erfpachter aan de verzoeker toe.
De erfpachter kan geen schuldvergelijking inroepen tussen de geboden prijs en de waarborgen die gestort zouden zijn door de huurders of de pachters.
Voorkooprecht – Voorkeurrecht
De verzoeker verklaart dat het goed niet belast is met een voorkoop- of voorkeurrecht.
Voor zover ze tegenstelbaar zijn, wijst de notaris desgevallend toe onder de opschortende voorwaarde van het niet-uitoefenen van het (de) voorkoop- of voorkeurrecht(en) van iedere persoon aan wie (een) dergelijk(e) recht(en) bij wet of bij overeenkomst toegekend zou(den) zijn.
Staat van het goed – Gebreken
Het goed wordt in erfpacht gegeven in de toestand waarin het zich op de dag van de toewijzing bevindt, ook al voldoet het niet aan de wettelijke voorschriften, zonder vrijwaring
voor zichtbare of verborgen gebreken en zonder enig verhaal noch recht om van de koop af te zien, zelfs wanneer de beschrijving van het goed en de opgave van de erfdienstbaarheden foutief, onnauwkeurig of onvolledig is.
De vrijstelling van de vrijwaring voor verborgen gebreken geldt niet voor een beroepsverkoper, noch voor een verkoper te kwader trouw.
Grenzen – Oppervlakte
De precieze grenzen en de aangegeven oppervlakte van het goed worden door de verzoeker niet gewaarborgd, zelfs al werd er een oud of recent opmetings- of afpalingsplan opgemaakt. Elk verschil van oppervlakte in meer of minder, al overtrof het een twintigste, is in het voordeel of in het nadeel van de erfpachter, behoudens, maar zonder waarborg, eventueel
verhaal tegen de opsteller van het plan als er één is.
Gemeenheden
Het goed wordt in erfpacht gegeven zonder vrijwaring voor het al dan niet bestaan van gemeenheden.
Erfdienstbaarheden
Het goed wordt in erfpacht gegeven met alle actieve en passieve, zichtbare en onzichtbare, erfdienstbaarheden waarmee het bezwaard of bevoordeeld kan zijn.
De verzoeker is ertoe gehouden de hem bekende conventionele erfdienstbaarheden te vermelden, behalve deze die zichtbaar zijn.
De verzoeker verklaart geen erfdienstbaarheden te hebben gevestigd lastens het goed en geen kennis te hebben van zichtbare erfdienstbaarheden, behoudens:
a) de erfdienstbaarheid van openbaar nut op perceel 312S3, zoals blijkt uit de stedenbouwkundige inlichtingen, hierna letterlijk overgenomen:
“5.1 Voor zover bekend is het onroerend goed bezwaard met andere erfdienstbaarheden van openbaar nut:
(…)
- erfdienstbare strook langs waterlopen van 2de en 3de categorie tbv ruimingswerken (wetgeving 28.12.1967): JA
- voet- en jaagpaden (buurtwegen): JA Status: bestaande voetweg (nummer 41)”
b) de erfdienstbaarheid van doorgang, die bij onderhavige akte wordt gevestigd: VESTIGING PUBLIEKE ERFDIENSTBAARHEID VAN DOORGANG
Is hier dienaangaande tussengekomen:
(…) voornoemd, is eigenaar van volgend onroerend goed:
GEMEENTE ZWALM - eerste afdeling - Munkzwalm
Een gebouw, kadastraal beschreven als bibliotheek, op en met medegaande grond, gelegen aan de Zuidlaan 62, gekadastreerd volgens titel en recent kadastraal uittreksel, sectie B, nummer 312S3 P0000, met een oppervlakte volgens kadaster van elf are dertig centiare (11a 30ca).
Oorsprong van eigendom:
Zie hoger. Vestiging
Tussen de gemeente Zwalm voornoemd en de koper – erfpachter wordt overeengekomen dat op dit goed , een eeuwigdurend recht van doorgang wordt gevestigd in het voordeel van de achterliggende recreatiesite, met name:
GEMEENTE ZWALM - eerste afdeling - Munkzwalm
Een eigendom, op en met medegaande grond, gelegen ter plaatse genaamd “Munckzwalm”, gekadastreerd volgens recent kadastraal uittreksel, sectie B, nummer 0220KP0000 met een oppervlakte volgens kadaster van negenenzestig are eenentwintig centiare (69 a 21 ca).
Op voormeld perceel 312S3 zal meer bepaald een doorgang beginnende vanaf de Zuidlaan naar de achtergelegen recreatiesite dienen te worden verleend, met een breedte van twee meter, waarbij het brugje over de Wijlegemsebeek niet wordt verlegd.
Dit recht van doorgang is ten behoeve van het publiek en zal toegankelijk zijn voor voetgangers en fietsers die de achterliggende recreatiesite willen bereiken.
De gemeente Zwalm zal de kosten voor gebruik en onderhoud van de doorgang dragen.
De verzoekers verklaren verder, behoudens de hierboven vermelde en gevestigde erfdienstbaarheden, zelf geen erfdienstbaarheden te hebben gevestigd lastens het bij deze in erfpacht gegeven eigendom, en geen kennis te hebben van op het eigendom rustende erfdienstbaarheden, andere dan deze hoger aangehaald.
De erfpachters treden met betrekking tot voormelde erfdienstbaarheid in alle rechten en verplichtingen van de verzoekers, zonder dat bovenstaande bepaling aan wie ook meer rechten zou kunnen toekennen dan hij thans bezit en onverminderd het recht van de erfpachters, op eigen risico en kosten en zonder tussenkomst noch aansprakelijkheid van de verzoekers, zich hiertegen te verzetten of zich op andere erfdienstbaarheden te beroepen.
Schade aan de grond of ondergrond
Zonder waarborg van hun bestaan treedt de erfpachter in de rechten die de verzoeker zou kunnen doen gelden ten aanzien van derden omwille van de schade die door exploitatiewerken aan de grond of de ondergrond veroorzaakt zou kunnen zijn, ongeacht de aard ervan.
Indien de erfpachter afstand doet van die eventuele schadevergoeding of indien de verzoeker voordien een vergoeding ontvangen had, moet de erfpachter het goed nemen in de staat waarin het zich bevindt, zonder verhaal tegen de verzoeker om welke reden dan ook, meer bepaald omwille van het niet herstellen van de vergoede schade.
Vorderingen tot vrijwaring
De erfpachter treedt eveneens in alle rechten die de verzoeker zou kunnen doen gelden tegen de arbeiders, aannemers of architecten die hij voor de werken of constructies aangeworven zou hebben, en meer bepaald deze die uit artikel 1792 van het Oud Burgerlijk Wetboek voortvloeien.
Mede-eigendom
Niet van toepassing op deze verkoop.
Federaal Kabels en Leidingen – Informatie Meldpunt (KLIP)
De verzoekers en de notaris vestigen de aandacht van de kandidaat-erfpachters op de noodzaak om op de website xxxxx://xxxx.xxxxxxxxxx.xx na te gaan of er zich op hoger beschreven onroerend goed ondergrondse gasleidingen of andere leidingen bevinden, en het bijzonder voorafgaand aan de uitvoering van werken betreffende het hoger beschreven onroerend goed.
Hypothecaire toestand
De goederen worden in erfpacht gegeven voor vrij, zuiver en niet belast met enige schuld of enig voorrecht, hypotheek, in-of overschrijving, en voor de zuiverende verkopen met overwijzing van de prijs aan de ingeschreven schuldeisers of de schuldeisers die hun rechten op geldige wijze hebben doen gelden binnen de door de wet bepaalde voorwaarden.
Na ingelicht te zijn geweest door de minuuthoudende notaris over de Pandwet van 11 juli 2013, verklaart de verzoeker dat:
- er zich in of op het goed geen roerende goederen bevinden die deel uitmaken van deze verkoop en die belast zijn met een pandrecht of die het voorwerp uitmaken van een eigendomsvoorbehoud;
- er evenmin goederen werden geïncorporeerd in het goed, die belast zijn met een pandrecht of die het voorwerp uitmaken van een eigendomsvoorbehoud.
Overdracht van risico’s – Verzekeringen
De risico’s met betrekking tot het goed gaan over op de erfpachtervanaf het ogenblik waarop de toewijzing definitief wordt. Vanaf dit ogenblik moet de erfpachter zelf zorgen voor de verzekering tegen brand en aanverwante risico’s, indien hij verzekerd wenst te zijn.
De verzoeker is gehouden het goed tegen brand en aanverwante risico’s te verzekeren tot de achtste dag te rekenen vanaf het ogenblik waarop de toewijzing definitief wordt, behoudens bij gerechtelijke openbare verkopen waar geen enkele garantie kan worden gegeven.
Abonnementen water, gas, elektriciteit
De erfpachter zal, vanaf zijn ingenottreding (tenzij de wet hem er eerder toe verplicht), de abonnementen inzake water, gas, elektriciteit en diensten van dezelfde aard op zijn naam overnemen of, indien de wetgeving dit toestaat, nieuwe contracten afsluiten. Hij moet vanaf datzelfde ogenblik de bijdragen hiervoor betalen, zodat de verzoeker hiervoor niet meer kan aangesproken worden.
Belastingen
Alle belastingen, voorheffingen en andere fiscale lasten van welke aard ook met betrekking tot het in erfpacht gegeven goed worden door de erfpachter berekend van dag tot dag gedragen en betaald vanaf de datum van opeisbaarheid van de prijs of, indien deze vroeger plaatsvindt, vanaf zijn ingenottreding. Belastingen op onbebouwde percelen, op tweede verblijfplaatsen, op leegstaande of verwaarloosde gebouwen, alsook de reeds gevestigde verhaalbelastingen, blijven daarentegen integraal ten laste van de verzoeker voor het lopende jaar.
Renovatieverplichting niet-residentiële gebouwen
De erfpachter wordt erop gewezen dat voor wat betreft voormelde niet-residentiële gebouwen, binnen vijf jaar vanaf vandaag aan de volgende minimale energieprestatieniveaus moet voldoen:
1. als voor dakisolatie op vandaag de minimale R-waarde van 0,75 m2K/W niet gehaald wordt, wordt dakisolatie met een maximale U-waarde van 0,24 W/m2K geplaatst
2. enkel glas wordt vervangen door beglazing met een maximale U-waarde 1 W/m2K
3. centrale warmteopwekkers die deel uitmaken van een installatie voor ruimteverwarming die op vandaag ouder dan vijftien jaar zijn, worden vervangen door een nieuwe warmteopwekker, tenzij kan worden aangetoond dat de installatie voor ruimteverwarming aan de minimale installatie-eisen voor renovatie, zoals beschreven in Bijlage XII van het Energiebesluit, voldoet. Als er een aardgasnet aanwezig is in de straat, mag daarbij geen nieuwe stookolieketel geplaatst worden
4. Koelinstallaties die op vandaag ouder zijn dan vijftien jaar en gebruik maken van koelmiddelen op basis van ozonlaagafbrekende stoffen, zoals omschreven in titel II, hoofdstuk 1.1, artikel 1.1.2 van het VLAREM of gebruik maken van koelmiddelen met een GWP-waarde van minstens 2500, berekend volgens de methodiek vastgelegd in bijlagen I, II en IV van EU- verordening 517/2014, worden verplicht vervangen door koelinstallaties die geen gebruik maken van dergelijke koelmiddelen
Binnen vijf jaar vanaf vandaag moet een nieuw EPC niet-residentiële gebouwen zijn opgemaakt.
Indien de erfpachter evenwel het in erfpacht gegeven goed binnen vijf jaar vanaf vandaag zal slopen, is hij vrijgesteld van de renovatieverplichting.
Een deel van in erfpacht gegeven goed komt voor op de inventaris van bouwkundig erfgoed, zoals blijkt uit de hierna vermelde bepalingen inzake ‘Onroerenderfgoeddecreet’.
Hierdoor is de erfpachter vrijgesteld van de verplichtingen inzake:
- dakisolatie (voor de schildelen waarop de bescherming rust)
- het vervangen van enkel glas (voor de schildelen waarop de bescherming rust)
De erfpachter is gewezen op de mogelijke administratieve geldboetes bij niet-naleving van de renovatieverplichting.
Voor verdere informatie worden de partijen verwezen naar xxx.xxxxxxxxxxxxx.xx of een energiedeskundige.
Renovatieverplichting residentiële gebouwen en gebouweenheden
Een deel van de goederen, hierboven genoemd als ‘woonhuis’ is een residentieel gebouw/residentiële gebouweenheid.
De erfpachter wordt erop gewezen dat het goed binnen vijf jaar vanaf de authentieke akte het minimale energieprestatieniveau label D moet halen en een nieuw EPC moet opgemaakt worden om dit aan te tonen.
De erfpachter wordt erop gewezen dat er bepaalde uitzonderingen gelden voor onroerend erfgoed en bij sloop.
Verder wordt de erfpachter erop gewezen dat een andere (strengere of lichtere) renovatieplicht kan gelden, als hij binnen de vijf jaar na de authentieke akte de bestemming van het goed wijzigt.
Voor verdere informatie worden de partijen verwezen naar xxx.xxxxxxxxxxxxx.xx of een energiedeskundige.
ADMINISTRATIEVE BEPALINGEN
Woningkwaliteitsbewaking – consultatie register van herstelvorderingen
De verzoeker verklaart dat het goed voldoet aan de woningkwaliteitsvereisten en op het goed geen vordering of veroordeling rust.
Overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.51 van de Vlaamse Codex Wonen, consulteerde de notaris het register van herstelvorderingen, vermeld in artikel 3.44, §1, derde lid van de Vlaamse Codex Wonen.
Het register van herstelvorderingen bevat geen informatie over het goed.
Leegstand –onbebouwde percelen
a) De verzoekers verklaren dat het goed niet opgenomen is in de inventaris inzake heffing op leegstand van gebouwen en woningen en dat hen geen administratieve akte werd betekend dat het pand behoudens gegronde betwisting, op de inventaris zal worden gezet.
De eventuele heffing in verband met leegstand voor het lopende jaar blijft integraal ten laste van de verzoeker.
b) De verzoekers verklaren dat het goed is niet opgenomen in het register van onbebouwde percelen zoals opgelegd door artikel 2.2.5. lid 1 van het decreet van 27 maart 2009 betreffende het grond- en pandenbeleid.
De eventuele heffing op de onbebouwde percelen voor het lopende jaar blijft integraal ten laste van de verzoeker.
c) De erfpachter zal op 1 januari van het jaar dat volgt op het ondertekenen van de authentieke akte bedoelde xxxxxxx(en) verschuldigd zijn, los van de wettelijke mogelijkheden die hij heeft met het oog op het bekomen van een schorsing of vrijstelling van de heffing in zijnen hoofde en voor de eventuele doorhaling van het goed op het register/de inventaris.
Ongeschiktheid en onbewoonbaarheid woningen
De verzoeker verklaart dat het onroerend goed een woning is zoals omschreven in artikel 1.3, §1 van de Vlaamse Codex Wonen, met name: “woning: elk onroerend goed of het deel ervan dat hoofdzakelijk bestemd is voor de huisvesting van een gezin of alleenstaande.”
De verzoeker verklaart dat het onroerend goed niet is opgenomen in de inventaris van ongeschikte en/of onbewoonbare woningen, en er bijgevolg geen vordering of veroordeling op rust zoals vermeld in artikel 3.43 van de Vlaamse Codex Wonen.
Stedenbouwkundige verklaringen – algemeen
Wat betreft het deel grond horende bij het goed verklaart de verzoeker dat er geen stedenbouwkundige vergunning of omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen werd afgeleverd, noch een stedenbouwkundig attest dat laat voorzien dat een dergelijke vergunning zou kunnen bekomen worden en dat bijgevolg geen verzekering kan worden gegeven omtrent de mogelijkheid om op gemeld goed te bouwen of daarop enige vaste of verplaatsbare inrichting op te stellen die voor bewoning kan worden gebruikt.
Geen bouwwerk noch enige vaste of verplaatsbare inrichting die voor bewoning kan worden gebruikt mag worden opgericht op zelfde goed zolang de stedenbouwkundige vergunning niet is verkregen.
De verzoekers verklaren geen bouw- of verbouwingswerken te hebben uitgevoerd zonder vergunning daar waar nodig, en dat alle door hen uitgevoerde werken overeenkomstig de vergunningen werden uitgevoerd, en dat er bij hun weten geen bouwovertredingen bestaan of werden vastgesteld.
De erfpachters erkennen door ondergetekende notaris te zijn ingelicht over het feit dat het instandhouden van eventuele bouwovertredingen eveneens een inbreuk kan uitmaken op de wettelijke bepalingen inzake stedenbouw, behoudens eventuele verjaring.
De erfpachter wordt er op gewezen dat het belangrijk is om in de mate van het mogelijke ook zelf na te gaan of voorschreven eigendom wel volledig in overeenstemming is met de bestaande vergunningen en wetgeving. Hij kan zich hiervoor rechtstreeks wenden tot de dienst stedenbouw van de gemeente of de stad waarin het eigendom gelegen is om inzage te vragen van de afgeleverde vergunningen en bijhorende plannen.
De verzoeker is immers niet noodzakelijk op de hoogte van stedenbouwkundige overtredingen die werden begaan vóór hij zelf eigenaar werd van het goed, en de optredende notaris gaat enkel voort op de informatie die hen door die stedenbouwkundige dienst van de gemeente of de stad wordt bezorgd, stedenbouwkundige dienst die vaak helemaal niet op de hoogte is van het bestaan van stedenbouwkundige overtredingen.
Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening
De informatieverplichtingen van de notaris zoals bepaald in de artikelen 5.2.1, 5.2.5 en 5.2.6 Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening moeten slechts worden toegepast met betrekking tot de onroerende goederen gelegen in de gemeenten en steden die beschikken over een goedgekeurd plannen- en vergunningenregister, bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad.
De gemeente Zwalm beschikt over een goedgekeurd plannen- en vergunningenregister.
De erfpachters erkennen voor het verlijden van onderhavige akte een kopie van het uittreksel uit het plannen- en vergunningenregister met bijgevoegde vastgoedinformatie van de voormelde gemeente de dato 8 januari 2024 te hebben ontvangen, kennis te hebben genomen van de inhoud daarvan en daarbij voldoende toelichting te hebben bekomen van ondergetekende notaris.
Zij ontslaan ondergetekende notaris ervan de inhoud hiervan letterlijk in onderhavige akte over te nemen.
Met toepassing van artikel 5.2.1. Vlaamse Codex Ruimtelijke ordening verklaart de instrumenterende notaris op grond van gemeld stedenbouwkundig schrijven, opzoekingen op de Algemene Administratie van de Patrimoniumdocumentatie en na ondervraging van de verkopende partij nog wat volgt:
1. dat de meest recente stedenbouwkundige bestemming van het goed volgens het gewestplan Oudenaarde de dato 24 februari 1977 voor perceel 312S3: deels woongebieden en deels gebieden voor gemeenschapsvoorzieningen en openbaar nut is, en voor de overige percelen: woongebieden is.
2. dat er voor het goed geen (recente) stedenbouwkundige vergunning/omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen werd afgeleverd, behoudens :
- voor perceel 312S3: de vergunning de dato 19 december 2008 voor “het inrichten schoolgebouw als jeugdhuis”, en de vergunning de dato 12 februari 2010 voor “ renovatie van een bestaand bijgebouw - voormalige bibliotheek - opsmuk en verfraaiing, vervangen houten roostering en plaatsen buitentrap”.
- voor percelen 312S4 en 312R4: de vergunning de dato 14 april 2010 voor “aanpassingswerken aan een bestaande woning:\\inrichten van twee noodwoningen/doorgangswoningen voor het huisvesten van twee particuliere gezinnen”.
Constructies opgericht voor 29 maart 1962 of voor de definitieve vaststelling van het gewestplan worden vermoed vergund te zijn;
3. dat het goed niet het voorwerp uitmaakt van een maatregel als vermeld in titel VI, hoofdstuk III en IV Vlaamse Codex Ruimtelijke ordening, en dat er geen procedure voor het opleggen van een dergelijke maatregel hangende is;
4. dat hen geen voorkooprecht werd betekend zoals bedoeld in artikel 2.4.1 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening.
5. dat er voor het onroerend goed geen verkavelingsvergunning/omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden van toepassing is,
6. dat hierboven beschreven onroerend goed niet het voorwerp uitmaakt van een voorkeursbesluit of een projectbesluit, en dat er bijgevolg op het onroerend goed ook geen voorkooprecht rust zoals vermeld in artikel 2.4.1 of artikel 34 van het decreet van 25 april 2014 betreffende complexe projecten.
7. dat het onroerend goed niet het voorwerp uitmaakt van een aanduiding als "watergevoelig openruimtegebied" overeenkomstig artikel 5.6.8 §1 Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening;
8. dat de stedenbouwkundige inlichtingen nog vermelden hetgeen volgt:
“2.12 In welke zuiveringszone bevindt zich het onroerend goed Centraal gebied: JA”
(…)
3. HUISVESTING EN ECONOMIE
3.1 Het onroerend goed is gelegen in:
(…) 3.1.2 een woningbouwgebied: JA”
De minuuthoudende notaris verwijst partijen naar artikel 4.2.1 van de Vlaamse Codex
Ruimtelijke Ordening, waarin een opsomming wordt gegeven van de handelingen waarvoor een stedenbouwkundige vergunning vereist is. De notaris informeert partijen dat de vergunningsplicht in bepaalde gevallen wordt vervangen door een meldingsplicht.
Partijen verklaren kopie van dit artikel te hebben ontvangen.
Aan de erfpachters wordt meegedeeld dat de raadpleging van de tekst van voormeld artikel
4.2.1 niet volstaat om te bepalen of voor een bepaald werk, handeling of wijziging, al dan niet een stedenbouwkundige vergunning vereist is.
Met name wordt een vrijstelling voorzien van de verplichting om een stedenbouwkundige vergunning te bekomen voor bepaalde kleine werken, handelingen en wijzigingen in het besluit van de Vlaamse regering van 14 april 2000 tot bepaling van vergunningsplichtige functiewijzigingen en van de werken, handelingen en wijzigingen waarvoor geen stedenbouwkundige vergunning nodig is. Anderzijds kunnen de gemeenten en de provincies de vergunningsplicht uitbreiden tot andere werken, handelingen en wijzigingen dan deze die vermeld zijn in voormeld artikel 4.2.1. Om die reden is het aangeraden, indien men wil weten of al dan niet een stedenbouwkundige vergunning vereist is voor een bepaald werk, handeling of wijziging, inlichtingen in te winnen bij de gemeente van de ligging van de onroerende goederen of bij een deskundige, zoals een architect.
De aandacht van de erfpachters wordt in het bijzonder gevestigd op het feit dat voor bepaalde wijzigingen van de functie, het gebruik of de bestemming van een onroerend goed een voorafgaande stedenbouwkundige vergunning vereist is en dat deze stedenbouwkundige vergunning niet steeds kan worden bekomen.
De erfpachters verklaren dat zij kennis hebben van de bestaande functie en bestemming en het huidige gebruik van de onroerende goederen en dat zij na de aankoop geen wijziging willen aanbrengen in de functie, het gebruik of de bestemming van de aangekochte onroerende goederen.
De optredende notaris wijst partijen op artikel 5.2.5 (de verplichte vermeldingen in de onderhandse akte), artikel 6.2.2., 4° (de sancties in geval van inbreuk op de informatieplicht vermeld in de artikelen 5.2.1 tot en met 5.2.6) en artikel 6.6.2 Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (de gevallen waarin de erfpachters en huurders de vernietiging kunnen vragen van hun titel en de voorwaarden waaronder kan worden verzaakt aan deze vordering tot vernietiging).
Planbatenheffing
De verzoeker verklaart geen kennis te hebben van enige planbatenheffing, zoals vermeld in artikel 2.6.8. Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening.
Onteigening - rooilijn
De verzoeker verklaart dat hij er geen kennis van heeft dat het goed voorwerp zou zijn van een beschikking inzake onteigening.
De verzoekers bevestigen tevens dat er hen voor het goed geen enkel onteigeningsbesluit werd betekend.
De verzoekers verklaren tevens dat er geen enkele procedure hangende is betreffende het goed.
Indien het goed mocht onderworpen zijn aan gehele of gedeeltelijke onteigening, lijnrichting betreffende voorbouw of achterbouw, urbanisatievereisten of welkdanige overheidsbesluiten of reglementen, zullen de erfpachters zich moeten gedragen naar al de voorschriften ervan, zonder voor verlies of onbruikbaarheid van grond, weigering van toelating tot bouwen, verbouwen, herbouwen, afstand van meerwaarde, bezwarende voorwaarden of welke andere reden ook, enig verhaal tegenover de verzoekers of de notaris te kunnen uitoefenen.
De verzoeker verklaart dat voor zover hem bekend het goed wel getroffen is door specifieke stedenbouwkundige vereisten, zoals een rooilijnplan of lijnrichting.
Dienaangaande wordt verwezen naar voormeld uittreksel uit het plannenregister van de betreffende gemeente, waaruit blijkt dat het goed wordt getroffen door een rooilijn ingevolge een gewestelijk rooilijnplan ‘Xxxxxxxx xx. 00 Xxxxxxx-Xxxxxxxxxxx gemeente Munkzwalm’ de dato 5 april 1958.
Uit het schrijven van het Agentschap Wegen en Verkeer de dato 10 maart 2023 blijkt letterlijk hetgeen volgt:
“1. Vastlegging ten opzichte van de bestaande as van de gewestweg (N4150001 van 13.4 -35 tot 13.4 +6):
- de rooilijn valt samen met grens openbaar domein / bestaande voorgevellijn.
- de bouwlijn valt samen met de rooilijn. Zie bijlage.”
De erfpachters erkennen hiervan volledig op de hoogte te zijn door een kopie van gezegde rooilijnplannen te hebben kunnen raadplegen via het notariskantoor.
Risicozones voor overstroming
In toepassing van artikel 129 §4 van de wet van 4 april 2014, verklaart de instrumenterende notaris dat, volgens zijn opzoekingen, het goed niet gelegen is in een risicozone voor overstroming, zoals afgebakend door het Koninklijk Besluit de dato 28 februari 2007, zoals gewijzigd bij Koninklijk Besluit de dato 20 september 2017.
Waterparagraaf
Overeenkomstig artikel 1.3.3.3.2 van de Codex integraal waterbeleid verklaart de instrumenterende notaris, op basis van de raadpleging van de door de overheid ter beschikking gestelde digitale kaarten, dat het goed:
- perceel 312S4 niet gelegen is in overstromingsgevoelig gebied zoals vastgesteld door de Vlaamse regering;
- de overige percelen wel gelegen zijn in overstromingsgevoelig gebied zoals vastgesteld door de Vlaamse regering;
- niet gelegen is in een afgebakend overstromingsgebied of afgebakende oeverzone zoals vastgesteld door de Vlaamse regering;
Verder wordt door de verzoeker meegedeeld dat volgens het overstromingsrapport voor het goed volgende P-score en G-score geldt:
a) voor perceel 312N4, 312P4, 312S3:
“Perceelscore of P-score: D Gebouwenscore of G-score: D Ligging in Signaalgebied: neen
Ligging in afgebakende oeverzone of afgebakend overstromingsgebied: neen.
b) voor perceel 312R4:
“Perceelscore of P-score: B Gebouwenscore of G-score: B Ligging in Signaalgebied: neen
Ligging in afgebakende oeverzone of afgebakend overstromingsgebied: neen.”
c) voor perceel 312S4:
“Perceelscore of P-score: A Gebouwenscore of G-score: A Ligging in Signaalgebied: neen
Ligging in afgebakende oeverzone of afgebakend overstromingsgebied: neen.”
Daarbij geldt als legende:
A: geen overstroming gemodelleerd
B: kleine kans op overstromingen onder klimaatverandering C: kleine kans op overstromingen
D: middelgrote kans op overstromingen.
Onroerenderfgoeddecreet
a) Bescherming
Op vraag van de instrumenterende notaris verklaart de verzoeker uitdrukkelijk dat het onroerend goed niet voorkomt op een voorontwerp of ontwerp van lijst, noch op een definitieve lijst van voor bescherming vatbare monumenten, archeologisch waardevol patrimonium, landschappen, stads- of dorpsgezichten, dat hij dienaangaande geen waarschuwing of betekening heeft ontvangen en dat hij evenmin weet heeft van enig voornemen daartoe
b) Inventarisatie
De verzoeker verklaart dat het goed, behoudens hetgeen hierna vermeld, nietopgenomen is op één van de inventarissen vermeld in artikel 4.1.11 Onroerenderfgoeddecreet, meer bepaald:
1° de landschapsatlas,
2° de inventaris van archeologische zones,
3° de inventaris van het landschappelijk erfgoed, en 4° de inventaris van het bouwkundig erfgoed.
De verzoeker verklaart tevens dat zij geen enkele waarschuwing in dit verband betreffende het goed ontvangen hebben.
De instrumenterende notaris bevestigt dat dit ook niet blijkt uit een opzoeking in de databank die door het Agentschap Onroerend Erfgoed digitaal beschikbaar werd gesteld.
De verzoeker verklaart dat de percelen 312S4, 312S3, 312R4 en 312P4 wel een bouwkundig element zijn, opgenomen in de inventaris van het bouwkundig erfgoed, als “Gemeentelijke jongensschool”, gekend onder ID nummer 45201 beschreven op xxxxx://xx.xxxxxxx.xxx/xxxxxxxxxxxxxxx/00000 en ID nummer 56806 en beschreven op xxxxx://xx.xxxxxxx.xxx/xxxxxxxxxxxxxxxxxxx/00000.
De verzoeker verklaart dat de perceel 312P4 wel een bouwkundig elementis, opgenomen in de inventaris van het bouwkundig erfgoed, als “Burgerhuis”, gekend onder ID nummer 45200 en verder beschreven op xxxxx://xx.xxxxxxx.xxx/xxxxxxxxxxxxxxx/00000.
De erfpachter in dezer verklaart conform artikel 4.1.11 onroerenderfgoeddecreet op de hoogte gebracht te zijn door de instrumenterende notaris van de rechtsgevolgen van voormelde inventarisatie, vermeld in hoofdstuk 4 van voormeld decreet.
c) Informatieplicht
De kandidaat-erfpachter worden erop gewezen dat de wetgeving die van toepassing is in het Vlaamse Gewest op de bescherming van onroerend erfgoed beperkende maatregelen inhoudt en voorziet in een informatieplicht.
Natuurdecreet
De verzoeker verklaart dat het goed niet is gelegen binnen:
- een Vlaams ecologisch netwerk (VEN),
- een natuurreservaat en zijn uitbreidingsperimeter gelegen binnen de groen- en bosgebieden, de bosuitbreidingsgebieden en de met al deze gebieden vergelijkbare bestemmingsgebieden aangewezen op de plannen van aanleg of de ruimtelijke uitvoeringsplannen van kracht in de ruimtelijke ordening, of het Vlaams ecologisch netwerk;
- een door de Vlaamse regering afgebakende perimeter binnen de groen- en bosgebieden en de bosuitbreidingsgebieden en de al met deze gebieden vergelijkbare bestemmingsgebieden aangewezen op de plannen van aanleg of de ruimtelijke uitvoeringsplannen van kracht in de ruimtelijke ordening gelegen binnen het integraal verwevings- en ondersteunend netwerk (IVON);
- de afbakening van een natuurinrichtingsproject;
- een terrein waarop een goedgekeurd natuurbeheerplan van toepassing is. Bosdecreet
Een grondoppervlakte valt onder de voorschriften van het Bosdecreet wanneer deze beantwoordt aan de wettelijke definitie van bos (Bosdecreet artikel 3). Het Bosdecreet blijft van toepassing op onwettig ontboste grondoppervlakten.
Verwijzend naar artikel 3 van het Bosdecreet, heeft de verzoeker uitdrukkelijk verklaard dat het goed niet valt onder toepassing van het Bosdecreet van de Vlaamse Gemeenschap van 13 juni 1990, gewijzigd bij decreet van 18 mei 1999, thans opgenomen in de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en dit omdat het hierboven vermelde goed niet kan aanzien worden als een bos, een kaalvlakte, een niet beboste oppervlakte nodig voor het behoud van het bos, een bestendige bosvrije oppervlakte of strook of recreatieve uitrusting binnen het bos en omdat er zich op het goed geen aanplantingen bevinden die hoofdzakelijk bestemd zijn voor de houtvoortbrengst.
Rookmelders
De notaris wijst de kandidaat-erfpachter en de verzoeker er op dat sedert 1 januari 2020 het wettelijk verplicht is in Vlaanderen om elke verdieping van een woning te voorzien van minstens één rookmelder en dit zowel voor huurwoningen als voor woningen die de eigenaar zelf bewoont. De notaris informeert de kandidaat-erfpachter en de verzoeker dat de Vlaamse Regering de wijze van plaatsing van de rookmelders, het aantal rookmelders en de locaties van plaatsing
bepaalt en dat zij zich hieromtrent dienen te informeren.
De verzoekers verklaren dat de woningen die deel uitmaken van de erfpacht wel uitgerust zijn
met rookmelders, conform voormelde reglementering.
Vlaamse Codex Wonen
De verzoeker verklaart dat de instrumenterende notaris hem de bepalingen aangaande het wettelijk recht van voorkoop waarover het VWF, Vlabinvest apb, de sociale huisvestingsmaatschappijen binnen hun werkgebied, en de gemeenten op hun grondgebied beschikken, overeenkomstig artikel 5.76 van de Vlaamse Codex Wonen, heeft uiteengezet.
De voormelde instanties beschikken over een recht van voorkoop in geval van:
1° een woning die opgenomen is in het leegstandsregister, vermeld in boek 2, deel 2, titel 3, in het register van verwaarloosde gebouwen en woningen, vermeld in artikel 2.15, of in de inventaris;
2° de woning, bedoeld in artikel 3.31, die niet werd gesloopt binnen de door de Vlaamse Regering bepaalde termijn;
3° een perceel, bestemd voor woningbouw, dat gelegen is in een door de Vlaamse Regering te bepalen bijzonder gebied.
Het voorkooprecht geldt niet als een sociale huisvestingsmaatschappij verkoopt of als in uitvoering van het gemeentelijk actieprogramma, vermeld in artikel 2.6, een grond wordt verkocht met het oog op de verwezenlijking van een sociaal woonaanbod. Bij verkoop door een titularis van het voorkooprecht hebben alleen de conform artikel 5.80, eerste lid, hoger in rangorde staande titularissen van het voorkooprecht een voorkooprecht.
Van het recht van voorkoop zijn uitgesloten:
1° de woningen die deel uitmaken van een gebouw met meerdere woningen, waarbij de verkoop mede-eigendom over gemeenschappelijke delen doet ontstaan;
2° afzonderlijke garages en staanplaatsen voor fietsen en motorrijtuigen;
3° afzonderlijke loten van een goedgekeurde verkaveling die niet in zijn geheel wordt verkocht; 4° de aankoop van een woning of een perceel bestemd voor woningbouw door een of meer natuurlijke personen, op voorwaarde dat deze verkrijgers geen andere woning of ander perceel bestemd voor woningbouw volledig in volle eigendom of volledig in vruchtgebruik hebben, op de
dag van het sluiten van de overeenkomst tot koop.
De verzoeker verklaart dat het goed:
- geen woning is die opgenomen is in het leegstandsregister, vermeld in boek 2, deel 2, titel 3, in het register van verwaarloosde gebouwen en woningen, vermeld in artikel 2.15, of in de inventaris;
- geen woning is, bedoeld in artikel 3.31, die niet werd gesloopt binnen de door de Vlaamse Regering bepaalde termijn;
- geen perceel is, bestemd voor woningbouw, dat gelegen is in een door de Vlaamse Regering te bepalen bijzonder gebied.
Bijgevolg is voormeld voorkooprecht overeenkomstig artikel 5.76 van de Vlaamse Codex Wonen niet van toepassing.
Bovendien blijkt uit de opzoeking van de instrumenterende notaris in het themabestand Vlaamse voorkooprechten van het e-voorkooploket dat er geen voorkooprecht Vlaamse Codex Wonen geldt.
ATTESTEN
Bodemdecreet
1. De verzoekers verklaren dat er op de grond voorwerp van onderhavige akte bij hun weten geen inrichting gevestigd is of was, of geen activiteit wordt of werd uitgevoerd die opgenomen is in de lijst van inrichtingen en activiteiten die bodemverontreiniging kunnen veroorzaken, als bedoeld in artikel 6 van het Bodemdecreet.
2. De verzoekers verklaren dat de erfpachters op de hoogte zijn gebracht van de inhoud van de bodemattesten afgeleverd door OVAM voor elk perceel afzonderlijk op 6 maart 2023 overeenkomstig artikel 101 van genoemd Xxxxxxx.
De inhoud van dit attest luidt:
“2 INHOUD VAN HET BODEMATTEST
Deze grond is niet opgenomen in het grondeninformatieregister.
2.0 EXTRA INFORMATIE:
2.1 INFORMATIE UIT DE GEMEENTELIJKE INVENTARIS
De OVAM heeft geen aanwijzingen dat deze grond een risicogrond is.
2.2 UITSPRAAK OVER DE BODEMKWALITEIT
Er zijn geen aanwijzingen bij de OVAM dat op deze grond een bodemverontreiniging voorkomt.
2.3 BIJKOMENDE ADVIEZEN EN/OF BEPALINGEN
Er zijn geen gebruiksadviezen of gebruiksbeperkingen van toepassing op deze grond. Voor grondverzet dient er pas vanaf een volume van 250m³ een technisch verslag opgemaakt te worden.
Dit bodemattest vervangt alle vorige bodemattesten. 3 OPMERKINGEN
1 Voor meer informatie: xxx.xxxx.xx/xxxxxxxxxxx.
3 Maatregelen opgelegd of van toepassing buiten het kader van het Bodemdecreet worden niet vermeld op het bodemattest. Hiervoor kunt u best contact opnemen met uw lokaal bestuur.
4 De OVAM staat niet in voor de juistheid van de aan haar verstrekte gegevens.”
3. De verzoekers verklaren met betrekking tot het goed:
- geen weet te hebben van bodemverontreiniging die schade kan berokkenen aan de erfpachters of aan derden, of die aanleiding kan geven tot een saneringsverplichting, tot gebruiksbeperkingen of tot andere maatregelen die de overheid in dit verband kan opleggen.
- niet het voorwerp heeft uitgemaakt van een oriënterend bodemonderzoek, uitgevoerd op eigen initiatief of ambtshalve door de OVAM, noch van een beschrijvend bodemonderzoek noch van een bodemsaneringsproject.
- - tot op heden, vanwege de OVAM geen registratieattest te hebben ontvangen noch een betekening om over te gaan tot een oriënterend of beschrijvend bodemonderzoek.
4. Comparanten erkennen dat de optredende notaris erop heeft gewezen dat bedoelde attesten geen zekerheid bieden omtrent de werkelijke bodemgesteldheid.
5. Ondergetekende notaris bevestigt dat alle bepalingen van "Hoofdstuk VIII: overdrachten" van het decreet op bodemsanering en bodembescherming werden toegepast.
Stookolietank
De verzoeker verklaart dat er aan het bij deze in erfpacht gegeven eigendom geen ondergrondse of bovengrondse stookolietank is, ook geen buiten gebruik gestelde.
Elektrische installaties
a) betreffende de goederen te Zwalm, Xxxxxxxx 00 xxx 0 xx xxx 0:
De verzoeker verklaart dat het voorwerp van deze verkoop een wooneenheid is in de zin van hoofdstuk 8.4., afdeling 8.4.2. van Boek 1 van 8 september 2019 van het Algemeen Reglement op de Elektrische Installaties (AREI), waarvan de elektrische installatie niet het voorwerp is geweest van een volledig controleonderzoek overeenkomstig het oud AREI voorafgaandelijk de ingebruikname van de installatie.
De verzoeker overhandigt bij deze aan de erfpachter het proces-verbaal van controleonderzoek opgemaakt door de vereniging zonder winstoogmerk Electrotest te Melsbroek, op datum van 28 augustus 2023.
Het proces-verbaal stelt vast dat de elektrische installatie beantwoordt aan de voorschriften van het reglement.
De erfpachter erkent van de verzoeker het origineel exemplaar van het betreffende proces- verbaal verkregen te hebben.
De aandacht van de erfpachter wordt erop gevestigd dat de installatie uiterlijk op 28 augustus 2048 terug dient gekeurd te worden door een erkend organisme overeenkomstig hoofdstuk 6.5., afdelingen 6.5.1. en 6.5.2. van Boek 1 van het Algemeen Reglement.
b) betreffende de goederen te Zwalm, Xxxxxxxx 00 en Xxxxxxxx 00:
De verzoeker verklaart dat het voorwerp van deze verkoop een wooneenheid is in de zin van hoofdstuk 8.4., afdeling 8.4.2. xxx Xxxx 1 van 8 september 2019 van het Algemeen Reglement
op de Elektrische Installaties (AREI), waarvan de elektrische installatie niet het voorwerp is geweest van een volledig controleonderzoek overeenkomstig het oud AREI voorafgaandelijk de ingebruikname van de installatie.
De verzoeker overhandigt bij deze aan de erfpachter het proces-verbaal van controleonderzoek opgemaakt door de vereniging zonder winstoogmerk Electrotest te Melsbroek, op datum van 28 augustus 2023.
Het proces-verbaal stelt vast dat de elektrische installatie niet beantwoordt aan de voorschriften van het reglement.
De erfpachter erkent van de verzoeker het origineel exemplaar van het betreffende proces- verbaal verkregen te hebben.
Partijen komen overeen dat enkel de erfpachter, met uitsluiting van de verzoeker, de kosten van een aanpassing aan de normen en herkeuring van de elektrische installatie op zich zal nemen en dit zonder verhaal tegen de verzoeker.
De erfpachter erkent ingelicht te zijn van zijn verplichtingen:
- de aanpassing aan de normen van de elektrische installatie te laten vaststellen door een erkend organisme binnen een termijn van 18 maanden te rekenen vanaf de akte van toewijs;
- zijn identiteit en de datum van de huidige authentieke akte mede te delen aan het erkend organisme dat het hierboven vermeld controleonderzoek heeft uitgevoerd.
De erfpachter behoudt de mogelijkheid om het controleonderzoek van de herkeuring te laten uitvoeren door een ander erkend organisme. In dat geval zal de erfpachter het organisme dat het vorige controleonderzoek heeft uitgevoerd hiervan op de hoogte moeten stellen.
De erfpachter erkent ingelicht te zijn geweest door de instrumenterende notaris betreffende:
- de sancties voorzien in het Algemeen Reglement;
- de gevolgen en de verantwoordelijkheid die hij loopt door het gebruik van een elektrische installatie die niet beantwoordt aan de voorschriften van de betreffende Reglement.
Asbestinventarisattest
b) De verzoeker verklaart dat zich op het goed een of meerdere toegankelijke constructies van vóór 2001 bevinden zoals gedefinieerd in het decreet betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen.
De verzoeker beschikt hiervoor over een asbestinventarisattest met unieke code UC: 20230127-000098.000 op 27 januari 2023.
De verzoeker en erfpachter verklaren uitdrukkelijk dat de erfpachter, vóór het verlijden van huidige akte, op de hoogte werd gebracht van het bestaan en de inhoud van dit asbestinventarisattest.
De samenvattende conclusie van dit attest luidt:
“Niet-asbestveilig
Tijdens de inspectie vastgesteld: 4 Asbestmaterialen, 2 Beperkingen, 0 Uitsluitingen”
De verzoeker verklaart dat er geen nieuw attest werd afgeleverd en dat de toestand niet gewijzigd is.
Er is sprake van een gewijzigde toestand als:
1° er nieuwe asbesthoudende materialen zijn aangetroffen;
2° er werken zijn gebeurd die tot gevolg hebben dat het inspectiegebied, zoals opgenomen in het bestaand asbestinventarisattest als asbestveilig beschouwd kan worden;
3° de toestand van de asbesthoudende materialen zichtbaar gewijzigd is door een calamiteit of een incident.
De verzoeker verklaart verder geen kennis te hebben van aanwezige asbest, behalve deze eventueel vermeld in het asbestinventarisattest.
De erfpachter verklaart kennis te hebben van de voorgeschreven wettelijke bepalingen voor de behandeling, verwijdering en het afvoeren van asbest bij afbraak of renovatie van het goed en verklaart de wettelijke bepalingen te zullen naleven.
De erfpachter heeft kennis genomen van dit asbestattest via de bijlage geüpload op xxxxxx.xx. Het origineel van dit attest zal worden bezorgd aan de erfpachter na volledige betaling van de prijs en kosten.
Energieprestatiecertificaat
a) betreffende het goed gelegen te Zwalm, Xxxxxxxx 00.
Een geldig energieprestatiecertificaat kleine niet-residentiële gebouwen werd opgemaakt met betrekking tot het goed, voorwerp van huidige verkoop, door energiedeskundige Xxxxx Xx Xxxxxx van V.E.T.O & Partners gedateerd op 27 september 2023 met vermelding van certificaatnummer 20230927-0003000523-KNR-1, en energielabel F.
b) betreffende het goed gelegen te Zwalm, Xxxxxxxx 00.
Een geldig energieprestatiecertificaat werd opgemaakt met betrekking tot het goed, voorwerp van huidige verkoop, door energiedeskundige Xxxxx Xx Xxxxxx van V.E.T.O & Partners gedateerd op 24 oktober 2023 met vermelding van certificaatnummer 20231024-0003000307- KNR-2, en energielabel F.
c) betreffende het goed gelegen te Zwalm, Zuidlaan 60 bus 1.
Ingevolge artikel 4 van het Besluit van de Vlaamse Regering van 11 januari 2008 houdende de invoering van het energieprestatiecertificaat voor residentiële gebouwen bij verkoop en verhuur en de uitvoering van de energieaudit, in werking getreden op 1 november 2008, moet iedere eigenaar die een residentieel gebouw wil verkopen over een energieprestatiecertificaat beschikken.
Een geldig energieprestatiecertificaat werd opgemaakt met betrekking tot het goed, voorwerp van huidige verkoop, door energiedeskundige Xxxxx Xx Xxxxxx van V.E.T.O & Partners gedateerd op 24 oktober 2023 met vermelding van certificaatnummer 20231024-0003022117- RES-1.
d) betreffende het goed gelegen te Zwalm, Zuidlaan 60 bus 2.
Ingevolge artikel 4 van het Besluit van de Vlaamse Regering van 11 januari 2008 houdende de invoering van het energieprestatiecertificaat voor residentiële gebouwen bij verkoop en verhuur en de uitvoering van de energieaudit, in werking getreden op 1 november 2008, moet iedere eigenaar die een residentieel gebouw wil verkopen over een energieprestatiecertificaat beschikken.
Een geldig energieprestatiecertificaat werd opgemaakt met betrekking tot het goed, voorwerp van huidige verkoop, door energiedeskundige Xxxxx Xx Xxxxxx van V.E.T.O & Partners gedateerd op 24 oktober 2023 met vermelding van certificaatnummer 20231024-0003022757- RES-1.
e) gemeenschappelijke bepalingen betreffende voorgaande certificaten
Partijen verklaren uitdrukkelijk dat de erfpachters vóór het verlijden van huidige akte op de hoogte werden gebracht van de inhoud van dit energieprestatiecertificaat door inzage ervan op het notariaat of de beschikbaarheid van de documenten op de website van Biddit.
Het origineel van dit certificaat wordt heden door de verzoekers aan de erfpachters overhandigd.
De erfpachters erkennen te weten dat dit energieprestatiecertificaat een louter informatief document is, en dat dit ook geen verplichtingen oplegt om de energieprestatie van de woning te verbeteren overeenkomstig de eventueel in het EPC terzake gesuggereerde maatregelen. Zij verklaren tevens te weten dat zij in geen geval aanspraak kunnen maken op prijsvermindering of uitvoering van aanpassingswerken op kosten van de verzoekers ingevolge de informatie verstrekt in het energieprestatiecertificaat.
Voor meer info verwijst ondergetekende notaris naar xxx.xxxxxxxxxxxxx.xx/xxxxxxxxxxxxxx.
Het EPC voor residentiële gebouwen heeft een geldigheidsduur van tien jaar. Die periode vangt aan op de datum van de opmaak van het energieprestatiecertificaat.
EPC gemene delen
Een geldig energieprestatiecertificaat gemeenschappelijke delen werd opgemaakt met betrekking tot het goed, voorwerp van huidige verkoop, door energiedeskundige Xxxxx Xx Xxxxxx van V.E.T.O & Partners gedateerd op 24 oktober 2023 met vermelding van certificaatnummer 20231024-0003021857-GD-3.
Partijen verklaren uitdrukkelijk dat de erfpachters vóór het verlijden van huidige akte op de hoogte werden gebracht van de inhoud van dit energieprestatiecertificaat door inzage ervan op het notariaat of de beschikbaarheid van de documenten op de website van Biddit.
Postinterventiedossier
Voor de bouw-, verbouw- en renovatiewerken, uitgevoerd aan het goed sinds 1 mei 2001
waarvoor een beroep werd gedaan op 1 of meer aannemers, dient ingevolge het K.B. van 25 januari 2001 betreffende de tijdelijke of mobiele werkplaatsen een ‘postinterventiedossier’ (PID) te worden opgesteld, dat uiterlijk bij het verlijden van de notariële akte door de verzoeker aan de erfpachter moet worden overhandigd.
a) voor wat betreft percelen 312S3, 312S4 en 312R4:
Op vraag van de instrumenterende notaris of er voor het hoger beschreven eigendom reeds een postinterventiedossier werd opgesteld, antwoorden de verzoekers bevestigend. Beide partijen verklaren dat dit dossier aan de erfpachters zal worden overhandigd na betaling van de prijs en kosten.
b) voor wat betreft de overige percelen:
Op vraag van de instrumenterende notaris of er voor het hoger beschreven eigendom reeds een postinterventiedossier werd opgesteld, antwoorden de verzoekers ontkennend, en bevestigen zij dat er aan dit eigendom sinds 1 mei 2001 geen werken werden uitgevoerd door één of meerdere aannemers waarvoor een postinterventiedossier diende te worden opgesteld, noch over een postinterventiedossier te beschikken welke hem door vorige eigenaars werden overhandigd betreffende voordien uitgevoerde werken.
De notaris vestigt de aandacht van de erfpachterer op dat, indien werken worden uitgevoerd aan een onroerend goed waarvoor een postinterventiedossier dient te worden opgesteld, het PID zorgvuldig bewaard moet worden, en indien nodig aangevuld, omdat het in geval van eigendomsoverdracht aan de nieuwe eigenaar zal moeten overhandigd te worden.
De notaris vestigt bovendien de aandacht van de erfpachter op het belang om elk bewijs van zelf of door een derde uitgevoerde werken zorgvuldig bij te houden (facturen, aankoopbewijzen van materialen, foto’s, plannen…), om bij een latere verkoop aan de nieuwe eigenaar te kunnen overhandigen.
Tienjarige aansprakelijkheid – procedures- geschillen
Voor zover de tienjarige aansprakelijkheid van de aannemer en de architect nog niet verstreken is bij het verlijden van de notariële akte, gaan alle rechten op dat vlak over op de erfpachters.
De verzoekers verklaren dat er op heden geen procedures lopen tegen aannemers of architecten. De verzoekers verklaren dat er op heden ook geen andere procedures lopen of geschillen bestaan betreffende het goed.
Verplichte verzekering van de tienjarige burgerlijke aansprakelijkheid aannemer
Voor werken in onroerende staat waarvan de definitieve stedenbouwkundige vergunning werd afgeleverd na 1 juli 2018 bestaat er een verplichte tienjarige aansprakelijkheidsverzekering voor alle actoren in de bouwsector, met name de architect, de aannemer en de andere dienstverleners in de bouwsector.
De verzoeker verklaart dat er geen dergelijke werken zijn uitgevoerd en deze verzekeringsplicht niet van toepassing is.
Verwarmingsaudit
De notaris wijst de kandidaat-erfpachters op de reglementering in het Vlaams Gewest in verband met de verwarmingsaudit, met name het Besluit van de Vlaamse Regering van 8 december 2006, zoals gewijzigd bij Besluit van 12 september 2008 (Belgisch Staatsblad 27 april 2007 en 31 oktober 2008) betreffende het onderhoud en het nazicht van stooktoestellen voor de centrale verwarming van gebouwen en/of voor de aanmaak van sanitair water.
De kandidaat-erfpachter dient zijn eigen zaak te maken van de jaarlijkse of tweejaarlijkse controle zoals voorzien in voormeld besluit, zonder verhaal tegen de verzoekers.
Zonnepanelen
De verzoekers verklaren dat er geen zonnepanelen op of aan de goederen zijn aangebracht. Publiciteitspanelen
De verzoekers verklaart dat de goederen niet uitgerust zijn met een publiciteitspaneel, ingevolge een contract met een derde partij.
B. DE BIJZONDERE VOORWAARDEN INZAKE HET RECHT VAN ERFPACHT
I. VOORAFGAANDELIJKE UITEENZETTING – BEËINDIGING BESTAANDE ERFPACHT
De comparanten zetten voorafgaandelijk uiteen dat zij de bestaande erfpacht op een deel van
voormelde eigendom willen beëindigen, onder opschortende voorwaarde van het tekenen van aan proces verbaal van toewijs, als volgt:
Is alhier tussengekomen:
a) (…). voornoemd,
zijnde “de erfpachtgever”, en
b) (…). zijnde de “erfpachter”,
die verklaren de erfpacht op het hierna beschreven onroerend goed, zoals gevestigd bij akte verleden op 6 november 2009 voor Meester Xxxx Xxxxxx, destijds notaris te Zwalm, overgeschreven op het hypotheekkantoor te Oudenaarde op 17 november daarna, depotnummer 69-T-17/11/2009-13204, vervoegd te willen beëindigen, en dit te rekenen vanaf het ondertekenen van het proces-verbaal van toewijs in het kader van onderhavige openbare verkoop.
Bij inhouding van het goed, is de opschortende voorwaarde niet vervuld en blijft deze erfpacht behouden.
De erfpachter verklaart hierbij kosteloos afstand te doen van zijn recht van erfpacht in het voordeel van de erfpachtgever, waardoor de erfpacht op hierna gemeld goed als beëindigd kan worden beschouwd (te rekenen vanaf het ondertekenen van het proces-verbaal van toewijs):
GEMEENTE ZWALM - eerste afdeling - Munkzwalm
1. Een woonhuis, op en met grond, gelegen aan de Zuidlaan 62, gekadastreerd volgens titel sectie B, deel van nummer 312/T/3, en recent kadastraal uittreksel, sectie B, nummer 312R4 P0000, met een oppervlakte volgens kadaster van vierenzestig centiare (64ca).
2. een woonhuis, op en met grond, gelegen aan de Zuidlaan 60/ 002, gekadastreerd volgens titel en recent kadastraal uittreksel, sectie B, nummer 312S4 P0000, met een oppervlakte volgens kadaster van vierentwintig centiare (24ca).
II. RECHT VAN ERFPACHT
COMPARANTEN VERKLAREN VOLGENDE OVEREENKOMST VAN ERFPACHT TE SLUITEN.
De erfpachtgever geeft, onder de hierna vermelde lasten en voorwaarden, in erfpachtaan de erfpachter, die aanvaardt, het zakelijke gebruiksrecht op voormeld onroerend goed dat aan de erfpachtgever toebehoort:
Beschrijving van het goed Zie hoger.
Eigendomsaanhaling Zie hoger.
Duurtijd
Deze overeenkomst van erfpacht wordt gesloten voor een vaste termijn van 99 jaar, met ingang op het ogenblik van de definitieve toewijzing, om alsdan van rechtswege te eindigen bij het verstrijken van de termijn, dan wel vroeger door verval van rechtswege, zoals bepaald onder de titel ‘Beëindiging”.
Staat van het goed
De erfpachter aanvaardt het goed in zijn huidige staat die hij verklaart wel te kennen.
Hij zal geen aanspraak kunnen maken op vergoeding of vermindering van de hierna bepaalde erfpachtvergoeding wegens gebreken aan de gebouwen of aan de grond of aan de ondergrond noch wegens misrekening in de aangeduide oppervlakte.
De grondeigenaar waarborgt dat op het goed geen enkele erfdienstbaarheid werd toegestaan of bestaat die de uitwerking van de voorgenomen bouwplannen zou verhinderen of bemoeilijken, met uitzondering van de wettelijke erfdienstbaarheden, de in onderhavige akte vermelde erfdienstbaarheden en de stedenbouwkundige bepalingen die de erfpachter verklaart wel te kennen.
Het goed is vrij van huur en gebruiksrechten en is vanaf heden ter vrije beschikking van de erfpachter, behoudens hetgeen hierna bepaald onder “Vestiging huurrecht in het voordeel van de gemeente Zwalm”.
De erfpachtgever verklaart dat het hoger beschreven goed vrij en zuiver is van alle voorrechten, inschrijvingen, overschrijvingen en alle mogelijke belemmeringen.
Naast de hierboven aangehaalde rechten en plichten zijn ook alle andere bepalingen vervat
in de artikelen 3.167 tot 3.176 van het Burgerlijk Wetboek onverminderd van toepassing.
Rechten en verplichtingen van de partijen 1 – Algemeen
De erfpachter bekomt het volle gebruik en genot van voormeld onroerend goed op last geen handeling te stellen die de waarde van het onroerend goed zou verminderen.
Waardeverminderingen die het gevolg zijn van normale slijtage, ouderdom of overmacht komen hierbij niet in aanmerking.
Het is de erfpachter toegestaan de bestemming van het onroerend goed te wijzigen. 2 – Bestemming van in erfpacht gegeven goed
a) Rechten op het in erfpacht gegeven goed
De erfpachter mag op eigen kosten alle bouwwerken en beplantingen uitvoeren zelfs indien hij de bestemming van het onroerend goed daardoor zou wijzigen voor zover hij de waarde ervan niet vermindert.
De plannen die de wijzigingen, verbouwingen en nieuwe constructies aanduiden, worden ter informatie aan de erfpachtgever meegedeeld bij aangetekend schrijven.
De erfpachter heeft recht op de vruchten en, voor zover de uitbating een aanvang heeft genomen vóór het ontstaan van het erfpachtrecht, op de opbrengsten die in vruchten zijn omgezet.
Indien de erfpachter bouwwerken of beplantingen verkrijgt of uitvoert tijdens de duur van de erfpacht, zijn zij zijn eigendom, met toepassing van de leer van hetaccessoir opstalrecht zoals bepaald in artikel 3.182 van het Burgerlijk Wetboek.
b) Bijzondere bestemming van het in erfpacht gegeven goed
De erfpachter verbindt er zich toe om op de in erfpacht gegeven onroerende goederen een woningproject te realiseren binnen de 60 maanden vanaf het verlijden van de akte. Als realisatie wordt beschouwd: de oplevering van het gebouw voor bewoning.
Per 12 maanden vertraging is een jaarlijkse boete verschuldigd door de erfpachter gelijk aan 2 x de jaarlijkse erfpachtvergoeding behoudens bewijs dat de vertraging buiten zijn wil om is. Indien het woningsproject niet opgeleverd is binnen de 120 maanden vanaf de toewijzing,
vervalt de erfpacht van rechtswege.
Het woonproject dient te voldoen aan de toegankelijkheidsvoorwaarden opgenomen in het Besluit van de Vlaamse Regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening betreffende toegankelijkheid en dit ongeacht de publiek toegankelijke oppervlakte.
Het woonproject dient voor een mix aan bewoners toegankelijk te zijn en voorziet ook in een mix van diverse grootte van woonentiteiten. Het gebouw dient derhalve bewoonbaar te zijn voor een grote diversiteit van bewoners die daar hun hoofdverblijfplaats kunnen vestigen.
De bestemming van het gebouw mag door de erfpachter niet gewijzigd noch uitgebreid worden zonder de uitdrukkelijke, schriftelijke en voorafgaande toestemming van het college van burgemeester en schepenen van de gemeente Zwalm.
3 – Vervreemding
Het is de erfpachter of zijn rechtsopvolgers mits voorafgaande kennisgeving aan de eigenaar en behoudens aangetekend bezwaar binnen de termijn van 60 dagen na de kennisgeving, toegestaan de onroerende goederen waarvan hij eigenaar is in het kader van een accessoir opstalrecht zoals bepaald in artikel 3.182 Burgerlijk Wetboek, te vervreemden, te hypothekeren, met zakelijke rechten te bezwaren of er enig ander recht op toe te staan binnen de grenzen en duur van de erfpacht.
4 – Verplichtingen van de erfpachter a) Algemeen
Tijdens de duur van de erfpacht is de erfpachter gehouden tot alle lasten en belastingen met betrekking tot het onroerend goed dat het voorwerp is van zijn erfpachtrecht en met betrekking tot de bouwwerken en beplantingen waarvan hij eigenaar is overeenkomstig artikel 3.182 van het Burgerlijk Wetboek.
Hij moet alle onderhoudsherstellingen en grove herstellingen in de zin van de artikelen 3.153 en 3.154, § 1 van het Burgerlijk Wetboek uitvoeren aan het onroerend goed waarop zijn recht betrekking heeft en aan de bouwwerken en beplantingen die bestonden bij de aanvang van de
erfpacht en die hij in de loop van de erfpacht zelf zou oprichten. b) Vestiging huurrecht in het voordeel van de gemeente Zwalm
De erfpachter verbindt zich ertoe de gebouwen en bijhorende grond verder te verhuren aan de gemeente Zwalm tegen een huurprijs van vijfhonderd euro (€ 500,00) per maand, ten laatste tot aan de start van de werken door de erfpachter na het bekomen van een omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen voor het project.
Deze huur kan beëindigd worden zowel door de erfpachter als erfpachtgever mits opzegging, waarbij rekening moet worden gehouden met een opzegtermijn van 3 maanden, zonder dat een opzegvergoeding verschuldigd is.
De huurprijs is gebonden aan de gezondheidsindex basis 12/2023 en jaarlijks op 1 januari indexbaar.
Het pand wordt door de huurder bestemd als tijdelijke noodopvang.
De huurder verbindt zich ertoe het verhuurde pand goed te onderhouden en het bij het einde van de huur terug te geven in de staat zoals het zich bevond.
De wettelijke huurderslasten zijn ten laste van de huurder.
Op straffe van schadevergoeding zal de huurder de verhuurder onverwijld verwittigen per aangetekend schrijven van elk schadegeval waarvan de herstelling ten laste van de verhuurder is.
Bovendien zal de huurder de verhuurder en/of zijn vertegenwoordiger in de gelegenheid stellen elk schadegeval te onderzoeken en eventueel de nodige werken te laten uitvoeren. Zelfs als de herstellingswerken uitgevoerd door de verhuurder meer dan veertig dagen duren, kunnen zij geen aanleiding tot schadevergoeding aan de huurder zijn.
De huur is niet overdraagbaar.
Het verbruik van water, elektriciteit, gasolie, gas, T.V.-distributie, telefoon en dergelijke meer, evenals de huur van de meters en toestellen alsook onderhoud van de verwarmingsinstallatie zijn ten laste van de huurder. De meters staan op zijn naam.
De huurder verbindt zich ertoe alle herstellingen die krachtens de wet of de gebruiken ten laste van de huurder zijn, te zullen uitvoeren. Hij zal ook de andere herstellingen uitvoeren, voor zover zij veroorzaakt werden door zijn eigen fout of door de fout van een persoon, dier of zaak voor dewelke hij moet instaan.
De huurder zal eveneens de nodige verzekeringen m.b.t. het pand afsluiten, zodat hij gedurende de hele huurtijd verzekerd is tegen de huurdersrisico's en brand.
Op het eerste verzoek van de verhuurder zal hij het bewijs van de verzekering leveren evenals van de betaling van de laatste vervallen premie.
De hierboven vermeldde minimale huurvoorwaarden kunnen in onderling overleg worden aangepast in een aparte onderhandse overeenkomst.
5 – Verzekeringsplicht van de erfpachter
De erfpachter is verplicht het onroerend goed in volle eigendom te verzekeren voor de gebruikelijke risico’s en hiervoor de premies te betalen. In ieder geval is de erfpachter verplicht het goed te verzekeren tegen brand.
Deze verplichting geldt zowel voor de gebouwen die bestonden bij de aanvang van de erfpacht en eigendom gebleven zijn van de erfpachtgever, als voor de gebouwen en werken die de erfpachter zelf zal oprichten en uitvoeren in de loop van deze erfpacht. De erfpachter moet het bewijs van de verzekering en de verzekeringspolis aan de erfpachtgever voorleggen op diens eerste verzoek.
Indien de erfpachter niet aan deze verplichting van verzekering voldoet, mag de erfpachtgever zelf een verzekering nemen en is de erfpachter verplicht hem de kosten daarvan onmiddellijk te vergoeden.
De erfpachter verbindt er zich toe wat betreft het in erfpacht gegeven goed, de verzekeringspolis van de eigenaar inzake brand en andere risico's over te nemen voor de duur van deze polis en daarna verbindt de erfpachter zich er toe het bovenvermelde in erfpacht gegeven goed gedurende de gehele duur van de erfpacht voldoende te verzekeren tegen brand en andere risico's die de gehele of gedeeltelijke vernietiging van het goed tot gevolg kunnen hebben bij een verzekeringsmaatschappij die door de eigenaar voorafgaand en schriftelijk is aanvaard. De verzekering moet gesloten worden ten bedrage van minimaal het huidig verzekerd
bedrag, aangepast aan de abex-index.
De erfpachter verbindt er zich toe om met de door de verzekeringsmaatschappij uitgekeerde sommen, het in erfpacht gegeven goed in zijn oorspronkelijke staat te herstellen of er op te bouwen, in nauwe samenwerking en overleg met de eigenaar.
De eigenaar verbindt er zich toe aan de erfpachter alle redelijke medewerking te verlenen om voormelde herstellingswerken of heropbouw zo vlot mogelijk te laten verlopen.
Indien de gehele of gedeeltelijke vernietiging van het bovenvermeld goed tot gevolg heeft dat de erfpachter niet langer het genot of het volle genot van het bovenvermelde goed heeft en deze gehele of gedeeltelijke vernietiging te wijten is aan een oorzaak waarvan de erfpachter niet verantwoordelijk kan geacht worden, zal de jaarlijkse canon voor de duur van de genotsderving in evenredigheid met de genotsderving verminderd worden.
De erfpachter zal jaarlijks de bewijzen van de regelmatige betaling van de verzekeringspremies aan de eigenaar bezorgen, onmiddellijk nadat de premies betaald zijn.
De erfpachter verbindt er zich toe in de verzekeringspolis een beding te laten opnemen krachtens dewelke de verzekeringsmaatschappij er zich toe verbindt de eigenaar schriftelijk op de hoogte te brengen van de niet-betaling van de premie door de erfpachter ten laatste drie weken, nadat de premie had moeten betaald worden.
De erfpachter bezorgt de eigenaar een kopie van de verzekeringspolis, onmiddellijk na de ondertekening ervan.
6 – Natrekking en vergoeding
Bij het eindigen van het erfpachtrecht gaat het eigendomsrecht van de bouwwerken en beplantingen uitgevoerd door de erfpachter over op de erfpachtgever of diens rechtsopvolger.
Bij het beëindigen van de erfpacht, hetzij door het verstrijken van de termijn, hetzij door een in rechte uitgesproken ontbinding of onvermogen/faling of andere insolventieprocedure, wordt de erfpachtgever van rechtswege eigenaar van alle door de erfpachter opgerichte gebouwen en uitgevoerde werken.
Er zal daarbij geen vergoeding verschuldigd zijn door de eigenaar aan de erfpachter voor de eventuele bouw en/of verbouwingswerken en/of infrastructuurwerken welke de erfpachter heeft gedaan en zullen de bestaande gebouwen, uitgevoerde infrastructuurwerken en opstallen van rechtswege eigendom zijn van de eigenaar van de grond, behoudens in het hieronder gemelde geval.
In geval van beëindiging van de erfpacht, ongeacht de reden hiervan, tijdens de oorspronkelijke vastgestelde looptijd komen partijen overeen dat één van volgende keuzes zal worden gemaakt door de Grondeigenaar:
Deze keuze kan gemaakt worden rekening houdend met de eventueel op het einde van het erfpachtrecht, openstaande saldo van het krediet welke aangegaan werd specifiek tot het bouwen of verbouwen van het woonproject of een gedeelte ervan.
De erfpachtgever kan één van volgende keuzes (A- B – C ) maken:
A. De Erfpachtgever-Grondeigenaar engageert zich tegenover de kredietgever om, in geval van beëindiging van het erfpachtrecht, de volledige openstaande schuld van de Erfpachter tegenover de kredietgever specifiek voor het betreffende woonproject, af te lossen met uitsluiting van een eventuele wederbeleggingsvergoeding.
B. De Erfpachtgever-Grondeigenaar zal, in geval van beëindiging van de erfpacht, ongeacht de reden hiervan, de gebouwen op zijn terrein verwerven tegen de overname van de openstaande schuld jegens de kredietgever specifiek voor het woonproject; in dit geval zal de Grondeigenaar de schuld verder afbetalen volgens de termijnen en modaliteiten voorzien in de kredietovereenkomst tussen de Erfpachter en de kredietgever.
C. De kredietgever neemt de verplichtingen van de Erfpachter over van deze laatste, of duidt een derde aan om deze verplichtingen over te nemen. In dat laatste geval dient deze derde een entiteit te zijn die reeds actief is in de sector en de activiteiten aldus probleemloos kan voortzetten. Ingeval de kredietgever de verplichtingen overneemt, zal deze vrijgesteld worden van de betaling van een jaarlijkse canon, zo lang als de kredietgever deze rechten onder zich heeft. Indien de verplichtingen aan een derde worden overgedragen, is de jaarlijkse canon zoals aanvankelijk overeengekomen tussen Erfpachter en Grondeigenaar wel verschuldigd. De vrijstelling van de verplichting om de jaarlijkse canon te betalen vervalt op de datum van de
vroegste van de volgende twee gebeurtenissen: de overdracht aan een derde is correct geformaliseerd of een termijn van achttien maanden is verstreken sedert de aangetekende brief waarmee (…) aan de bank heeft laten weten te kiezen voor de optie C.
De Erfpachtgever-Grondeigenaar verbindt er zich toe om de overdracht van het recht van erfpacht, alsook van alle constructies op het terrein, te aanvaarden, van zodra de door de kredietgever voorgestelde kandidaat de nodige referenties en solvabiliteit kan voorleggen om de verplichtingen die uit het recht van erfpacht voorkomen te voldoen.
7 – Onteigening
De grondeigenaar verbindt zich ertoe de erfpachter onmiddellijk op de hoogte te brengen indien een onteigeningsprocedure tegen hem zou worden ingesteld.
Xxxxxxx van onteigening om reden van openbaar nut verzaakt de erfpachter aan ieder verhaal tegen de erfpachtgever, en zal hij zijn rechten desgevallend rechtstreeks doen gelden tegenover de onteigenende overheid, dit evenwel zonder rechtstreeks of onrechtstreeks inbreuk te maken op de vergoedingen die aan de erfpachtgever verschuldigd zijn of toekomen.
Het deel van de onteigeningsvergoeding dat overeenstemt met de waarde van de grond zal steeds toekomen aan de erfpachtgever.
8 – Wijzigingen bij overeenkomst
Het staat de partijen vrij met wederzijdse instemming wijzigingen aan te brengen aan onderhavige overeenkomst op voorwaarde dat deze wijzigingen worden vastgelegd op een uitdrukkelijke wijze bij geschrift. Zij kunnen eveneens in wederzijds akkoord de erfpachtovereenkomst vervroegd beëindigen onder de voorwaarden die zij zullen overeenkomen.
9 – Hoofdelijkheid en ondeelbaarheid
De erfpachter evenals zijn rechtsopvolgers te welken titel ook, zijn hoofdelijk en ondeelbaar tussen hen verplicht tot uitvoering van de uit onderhavige akte voortspruitende verbintenissen met de meest uitgebreide werking van ondeelbaarheid.
10 – Hypothecaire toestand
De erfpachtgever verklaart uitdrukkelijk dat de thans in erfpacht gegeven onroerende goederen vrij en zuiver van alle bevoorrechte of hypothecaire inschrijvingen en belemmeringen in erfpacht worden gegeven.
11 - Erfpachtvergoeding
De erfpacht wordt toegestaan tegen een jaarlijkse erfpachtvergoeding die gelijk is aan de toegewezen prijs, zoals zal blijken uit het proces-verbaal van toewijs.
Deze vergoeding is jaarlijks betaalbaar op tien januari van ieder jaar op rekeningnummer (…) van de grondeigenaar of op een andere rekening die hij zal aanduiden. De eerste betaling berekend pro rata temporis zal worden voldaan binnen 6 weken te rekenen vanaf toewijzing. De erfpachtvergoeding die niet op haar vervaldag wordt betaald, zal van rechtswege en zonder aanmaning een interest opbrengen berekend aan de wettelijke interestvoet verhoogd met twee ten honderd vanaf de vervaldag tot de betaling, en dit onverminderd alle andere
rechten en vorderingen die de grondeigenaar kan laten gelden.
Deze erfpachtvergoeding zal op één januari van ieder jaar, en voor het eerst op 1 januari 2025, worden aangepast aan het indexcijfer van de gezondheidsindex volgens de formule: (basisvergoeding x nieuwe index) / basisindex.
De basisindex is van de maand van het ondertekenen van het proces-verbaal van toewijzing. De nieuwe index is deze van de maand voorafgaand aan de indexering.
12 – Beëindiging
De erfpacht eindigt van rechtswege:
- bij het verstrijken van de termijn behoudens voorafgaande verlenging/hernieuwing,
- bij niet nakoming van de verplichting tot realisatie van het woonproject door de erfpachter conform de opgelegde voorwaarden en binnen de hierboven afgesproken termijn na de toewijzing.
- bij gebreke van betaling van twee achtereenvolgende erfpachtvergoedingen, niet betaling van de hierboven opgenomen boetes binnen de 12 maanden ondanks minstens 2 aangetekende aanmaningen, en dit niettegenstaande elk later aanbod of consignatie.
- ingeval de erfpachter failliet verklaard wordt of onderworpen wordt aan een andere
insolventieprocedure zoals een gerechtelijk akkoord of een collectieve schuldenregeling.
- bij gerechtelijke ontbinding.
C. ALGEMENE VERKOOPSVOORWAARDEN
De ondergetekende notaris verklaart dat de termen ‘verkoper’ en ‘koper’ in onderstaande
verkoopsvoorwaarden moeten worden gelezen als respectievelijk ‘verzoeker/erfpachtgever’ en ‘erfpachter’.
Toepassingsgebied
Artikel 1. Deze verkoopsvoorwaarden zijn van toepassing op alle online verkopen op xxxxxx.xx van onroerende goederen – vrijwillige, gerechtelijke en vrijwillige onder gerechtelijke vorm - waartoe wordt overgegaan in België.
In geval van tegenstrijdigheid tussen de algemene en bijzondere verkoopsvoorwaarden, primeren de bijzondere verkoopsvoorwaarden.
Toetreding
Artikel 2. De online verkoop op xxxxxx.xx moet worden aanzien als een toetredingscontract.
De verkoper, de koper, elke bieder, ongeacht of hij zich sterk maakt of lasthebber is, en de borgen worden geacht onvoorwaardelijk in te stemmen met de verkoopsvoorwaarden.
Wijze van verkopen
Artikel 3. De toewijzing gebeurt in het openbaar in één enkele online zitting bij opbod.
Artikel 4. Het niet oproepen of niet toewijzen van het goed geldt tegenover elke belanghebbende als betekening van de inhouding van het goed.
Artikel 5.
De notaris leidt de verkoop. Hij moet een minimumbod vaststellen. Hij kan op elk ogenblik en zonder verplichting tot verantwoording, onder meer:
a) de verkoop opschorten;
b) één of meerdere goederen uit de verkoop nemen;
c) een bod weigeren of het als onbestaande verklaren omwille van een juridische oorzaak die kan worden gerechtvaardigd (onbekwaamheid, insolventie, …); hij mag de vorige biedingen in afdalende volgorde hernemen, zonder dat de bieders zich hiertegen kunnen verzetten.
d) De notaris kan in geval van overlijden van de door de notaris weerhouden bieder vóór het ondertekenen van het proces-verbaal van toewijzing, ofwel zijn bod weigeren en zich wenden tot één van de vorige bieders, ofwel zich wenden tot de erfgenamen van de overleden bieder of tot één of meerdere door de erfgerechtigden van de overleden bieder aangewezen persoon/personen.
e) van iedere bieder een zekerheid of een borg eisen (te stellen op kosten van de bieder);
f) elke vergissing, zowel bij de ontvangst van de biedingen, als bij het toewijzen, rechtzetten;
g) onder voorbehoud van wettelijke beperkingen, de verkoopsvoorwaarden wijzigen of aanvullen met bedingen die alleen latere bieders binden;
h) bepalen in de bijzondere verkoopsvoorwaarden dat de toewijzing kan plaatsvinden onder de opschortende voorwaarde van het verkrijgen van een financiering door de koper en voor zover deze laatste daar om verzoekt. Indien deze mogelijkheid niet in de verkoopsvoorwaarden is opgenomen, kan de koper hier dus niet om verzoeken.
i) indien meerdere goederen worden te koop gesteld, verschillende loten vormen en deze vervolgens, in functie van de biedingen, per lot of in één of meerdere massa’s toewijzen met het oog op het verkrijgen van het beste resultaat. Indien de resultaten gelijkaardig zijn zal voorrang worden gegeven aan de toewijzing van de afzonderlijke loten. Deze regeling doet geen afbreuk aan artikel 50, tweede lid, van de pachtwet wanneer deze van toepassing is. De notaris beslecht soeverein alle geschillen.
Biedingen
Artikel 6. De biedingen worden enkel online gedaan via de beveiligde website xxx.xxxxxx.xx, wat in de publiciteit wordt medegedeeld.
De notaris bepaalt soeverein het minimumbedrag van de biedingen. Artikel 7. Enkel biedingen in euro worden aanvaard.
Het verloop van een online verkoop op xxxxxx.xx
Artikel 8. Iedere persoon die een bod wenst uit te brengen, kan hiertoe overgaan tijdens de
periode bepaald in de verkoopsvoorwaarden en meegedeeld in de publiciteit.
Artikel 9. De periode van de biedingen wordt vastgesteld op acht kalenderdagen. De bijzondere verkoopsvoorwaarden vermelden de dag en het uur van de aanvang en de dag en het uur van de sluiting van de biedingen. Bieden kan gedurende deze periode, onder voorbehoud van de zandloper.
Indien er op enig moment binnen een periode van 5 minuten vóór het uur van de sluiting van de biedingen nog één of meerdere biedingen worden uitgebracht, wordt het mechanisme van de “zandloper” automatisch ingeschakeld. Dit houdt in dat in een dergelijk geval de termijn om te bieden met 5 minuten wordt verlengd. Tijdens deze verlenging kunnen enkel diegenen die reeds een bod hebben uitgebracht vóór het initiële einduur, bieden. Indien er door deze bieders één of meerdere biedingen worden uitgebracht tijdens deze verlenging, loopt de “zandloper” van 5 minuten opnieuw vanaf het einde van de voorgaande 5 minuten. De biedingen worden in elk geval afgesloten op de dag zoals voorzien in de bijzondere verkoopsvoorwaarden, zodat de “zandloper” in elk geval stopt om 24 uur van de dag van de sluiting van de biedingen.
Om een algemene storing op het biedingsplatform te voorkomen of te herstellen, kan de biedingsperiode verlengd of hernomen worden zoals aangekondigd op de website.
Biedsystemen
Artikel 10. Algemeen
Een bieder kan hetzij een bod uitbrengen via afzonderlijke biedingen (systeem van
« manuele biedingen»), hetzij automatische biedingen laten genereren door het systeem tot een op voorhand door hem vastgesteld plafond (systeem van « automatische biedingen »).
De eerste bieder kan een bod plaatsen dat gelijk is aan of hoger is dan de instelprijs. Bij een automatische bieding en indien geen enkele bieder al een bod heeft ingevoerd, genereert het automatische biedsysteem een bod dat gelijk is aan de instelprijs.
Daarna brengt de bieder of het automatische biedsysteem biedingen uit die hoger zijn dan het huidige bod van een andere (manuele of automatische) bieder, rekening houdend met de minimum biedingsdrempel, maar onder voorbehoud van wat hierna volgt.
Voorrang van automatische biedingen
De automatische biedingen hebben altijd voorrang op de manuele biedingen.
Wanneer een bieder een manuele bieding doet die gelijk is aan het plafond dat vooraf werd ingesteld door een bieder die gebruik maakt van het automatische biedsysteem, zal het systeem voor hem een bod genereren voor een bedrag gelijk aan het manueel uitgebrachte bod.
Wanneer verschillende bieders het automatisch biedsysteem gebruiken, gaat de voorrang naar de eerste bieder die zijn plafond heeft ingevoerd.
Plafond (bereikt)
Een bieder kan steeds zijn plafond stopzetten of verhogen vooraleer dit plafond werd bereikt of wanneer het werd bereikt en hij de hoogste bieder is. In dat geval, voor wat de voorrangsregel betreft, wordt de datum en het uur waarop zijn initieel plafond werd vastgelegd, behouden.
Wanneer het plafond van een bieder werd bereikt en deze laatste niet langer de hoogste bieder is, staat het hem vrij om een manueel bod in te voeren of een nieuw plafond in te stellen. In dat geval, voor wat de voorrangsregel betreft, zal hij rang innemen op de datum en het uur dat dit nieuwe plafond werd ingevoerd.
Gevolgen van een bod
Artikel 11. Het uitbrengen van een online bod houdt in dat iedere bieder tot en met de dag van de sluiting van de biedingen of tot het goed wordt ingehouden:
- door zijn bod gebonden blijft en zich er toe verbindt om de door hem geboden prijs te betalen;
- instemt met de gebruiksvoorwaarden van deze website volgens de daartoe vastgelegde procedure;
- zich kenbaar maakt volgens het elektronisch proces voorzien op de website;
- instemt met alle verplichtingen opgenomen in de verkoopsvoorwaarden en in het bijzonder zijn biedingen ondertekent volgens het elektronisch proces voorzien op de website;
- bereikbaar is voor de notaris.
Artikel 12. Na de sluiting van de biedingsperiode, houdt het uitbrengen van een online bod in dat:
- de 5 hoogste (en verschillende) bieders gebonden blijven en bereikbaar zijn voor de notaris tot en met de ondertekening van de akte van toewijzing of de inhouding van het goed, doch maximum 10 werkdagen na de sluiting van de biedingen;
- de bieder die door de notaris wordt weerhouden overeenkomstig artikel 13 van deze algemene verkoopsvoorwaarden en waarvan het geboden bedrag wordt aanvaard door de verkoper, zal verschijnen voor de notaris om het proces-verbaal van toewijzing te tekenen.
Het sluiten van de biedingen
Artikel 13. Vóór de toewijzing gaat de notaris over tot de gebruikelijke verificaties (onbekwaamheid, insolventie, …) ten aanzien van de hoogste en laatste bieder en wendt hij zich desgevallend tot één van de voorafgaande bieders overeenkomstig artikel 5 van deze algemene verkoopsvoorwaarden.
De notaris stelt vervolgens de verkoper in kennis van het bedrag van het weerhouden bod, zonder de identiteit van de bieder mee te delen. Indien de verkoper dit bedrag aanvaardt, wordt het goed toegewezen. Indien de verkoper daarentegen niet akkoord kan gaan met dit bedrag, wordt het goed ingehouden.
De notaris wijst het goed toe binnen een periode van maximum tien werkdagen na het ogenblik waarop de online biedingen werden afgesloten. De toewijzing geschiedt op één en dezelfde dag, enerzijds door het online meedelen van het hoogste in aanmerking genomen bod en anderzijds door het opstellen van een akte waarin het hoogste in aanmerking genomen bod en de instemming van de verkoper en van de koper worden vastgesteld.
Weigering ondertekening PV van toewijzing
Artikel 14. In afwijking van het gemeen recht, vindt de verkoop slechts plaats op het ogenblik van de ondertekening van het proces-verbaal van toewijzing door de instrumenterende notaris, zodat het gaat om een plechtige overeenkomst. Zolang het proces-verbaal van toewijzing niet werd ondertekend, is de verkoop niet voltooid.
Elke door de notaris weerhouden bieder wiens bod aanvaard werd door de verkoper moet het proces-verbaal van toewijzing ondertekenen op het door de notaris vastgestelde ogenblik en dit ten belope van het hoogste bedrag dat hij heeft geboden. Indien hij nalaat om het proces- verbaal van toewijzing te ondertekenen, blijft hij in gebreke.
De instrumenterende notaris vermeldt de identiteit van de in gebreke blijvende bieder(s) en het bedrag van zijn/hun hoogste bod in het proces-verbaal van toewijzing.
De verkoper heeft dan de keuze om:
- ofwel te verzoeken aan de rechtbank dat zij beveelt dat de bieder de akte moet ondertekenen, desgevallend op straffe van een dwangsom ;
- ofwel het goed uit de verkoop terug te trekken en van rechtswege en zonder ingebrekestelling een schadevergoeding te bekomen;
- ofwel de akte te ondertekenen met één van de vorige bieders en van rechtswege en zonder ingebrekestelling een schadevergoeding te bekomen.
Elke in gebreke blijvende bieder moet een forfaitaire schadevergoeding van minimum €
5.000 (vijf duizend euro) betalen.
Meer specifiek moet de door de notaris weerhouden hoogste en laatste bieder wiens bod aanvaard werd door de verkoper het volgende betalen :
o een forfaitaire vergoeding gelijk aan 10% van zijn weerhouden bod, met als minimum € 5.000 (vijf duizend euro) indien het goed niet wordt toegewezen aan een andere bieder (d.i. één van de vijf hoogste bieders).
o een forfaitaire vergoeding gelijk aan het verschil tussen zijn weerhouden bod en het bedrag van de toewijzing, met als minimum € 5.000 (vijf duizend euro) indien het goed wordt toegewezen aan een andere bieder.
De vorige bieders die eveneens in gebreke blijven, moeten elk een forfaitaire vergoeding betalen van € 5.000 (vijf duizend euro).
Indien meerdere bieders opeenvolgend in gebreke blijven, worden hun schadevergoedingen
zoals hierboven bepaald gecumuleerd.
De verkoper die het bod van een door de notaris weerhouden bieder heeft aanvaard, moet het proces-verbaal van toewijzing ondertekenen op het door de notaris vastgestelde ogenblik. Indien hij nalaat om het proces-verbaal van toewijzing te ondertekenen, blijft hij in gebreke.
Deze bieder heeft dan de keuze om:
- ofwel te verzoeken aan de rechtbank dat zij beveelt dat de verkoper de akte moet ondertekenen, desgevallend op straffe van een dwangsom ;
- ofwel van rechtswege en zonder ingebrekestelling aanspraak te maken op een forfaitaire vergoeding gelijk aan 10% van het weerhouden bod, met als minimum €
5.000 (vijf duizend euro).
Instelprijs en premie
Artikel 15. De notaris dient een instelprijs te bepalen. Hij kan hiervoor het advies inwinnen van een door hem aangestelde deskundige. Deze instelprijs wordt vastgelegd in de verkoopsvoorwaarden en vermeld in de publiciteit.
De vaststelling van een instelprijs is geen aanbod tot verkopen.
De eerste bieder die een bedrag gelijk of hoger dan de instelprijs biedt, krijgt een premie van één procent (1 %), berekend op zijn eerste bod, op voorwaarde dat het goed definitief aan hem wordt toegewezen en mits hij aan alle verkoopsvoorwaarden voldoet. Deze premie komt ten laste van de massa.
Als niemand de instelprijs biedt, zal de notaris een eerste bod uitlokken door afmijning overeenkomstig art. 1193 of 1587 Ger.W., waarna de verkoop wordt voortgezet bij opbod. In een dergelijk geval, zal er geen premie verschuldigd zijn. De notaris zal dus de instelprijs op xxxxxx.xx verlagen (verlaagde startprijs).
Opschortende voorwaarde van het verkrijgen van een financiering door de koper
Artikel 16. De bijzondere verkoopsvoorwaarden kunnen bepalen dat de toewijzing kan plaatsvinden onder de opschortende voorwaarde van het verkrijgen van een financiering door de koper. Bij gebreke hieraan kan de koper zich dus niet beroepen op deze opschortende voorwaarde. De bijzondere verkoopsvoorwaarden stellen de modaliteiten van deze voorwaarde vast. Indien de voorwaarde zich niet vervult, staat de persoon die om de opschortende voorwaarde heeft verzocht in voor de kosten die zijn gemaakt met het oog op de toewijzing binnen de grenzen die zijn vastgelegd in de verkoopsvoorwaarden.
Wettelijke indeplaatsstelling
Artikel 17. De koper doet afstand van de wettelijke indeplaatsstelling die in zijn voordeel bestaat krachtens artikel 5.220, 3° van het Burgerlijk Wetboek, en geeft volmacht aan de ingeschreven schuldeisers, aan de medewerkers van de notaris en aan alle belanghebbenden, gezamenlijk of afzonderlijk handelend, om opheffing te verlenen en om de doorhaling te vorderen van alle inschrijvingen, overschrijvingen en randmeldingen die, ondanks zijn afstand, in zijn voordeel zouden bestaan ingevolge voormelde indeplaatsstelling.
Uitdrijving
Artikel 18. Indien de eigenaar of één van hen het goed zelf bewoont of gebruikt, moet hij het ontruimen en ter beschikking stellen van de koper binnen de termijn vastgesteld in de verkoopsvoorwaarden en, indien deze termijn niet zou vastgesteld zijn, vanaf de dag van de ingenottreding door de koper. Voldoet de eigenaar niet aan deze verplichting, dan zal hij daartoe worden aangemaand en zo nodig worden uitgedreven, evenals degenen die het goed met hem bewonen of gebruiken, met al hun goederen, door een gerechtsdeurwaarder aangezocht door de koper (na betaling van de prijs in hoofdsom, interesten, kosten en andere bijkomende lasten), op vertoon van een grosse van de toewijzingsakte, dit alles zo nodig met behulp van de openbare macht.
De uitdrijvingskosten zijn ten laste van de koper, onverminderd zijn verhaalsrecht tegen de in gebreke gebleven bewoner.
Toewijzing aan een medeveiler
Artikel 19. De medeveiler aan wie het goed wordt toegewezen, heeft dezelfde verplichtingen als elke andere koper. Hij is gehouden de gehele koopprijs te betalen zonder dat hij schuldvergelijking kan inroepen. Commandverklaring door de medeveiler is niet toegelaten.
Sterkmaking
Artikel 20. De bieder aan wie het goed wordt toegewezen en die verklaart te hebben gekocht voor een derde voor wie hij zich sterk maakt is verplicht om binnen de termijn bepaald voor de betaling van de prijs of, desgevallend, binnen de door de notaris vastgestelde termijn, aan deze laatste de authentieke bekrachtiging voor te leggen van degene voor wie hij zich sterk heeft gemaakt. Bij gebrek aan bekrachtiging binnen deze termijn wordt deze bieder onweerlegbaar geacht de aankoop voor eigen rekening te hebben gedaan.
Aanwijzing van lastgever
Artikel 21. De koper heeft het recht om op eigen kosten een lastgever aan te wijzen in overeenstemming met de wettelijke bepalingen.
Borg
Artikel 22. Iedere bieder of koper moet op zijn kosten en op eerste verzoek van de notaris tot zekerheid van de betaling van koopprijs, kosten en toebehoren, een solvabele borg stellen of aan de notaris een borgsom storten, door de notaris bepaald.
Indien aan dit verzoek niet onmiddellijk wordt voldaan, zal het bod als niet bestaande kunnen beschouwd worden zonder opgave van redenen.
Hoofdelijkheid – Ondeelbaarheid
Artikel 23. Alle verplichtingen die uit de verkoop voortvloeien, rusten van rechtswege hoofdelijk en ondeelbaar op de koper, op degenen die voor de koper geboden hebben, op al degenen die voor gezamenlijke rekening kopen, op degenen die voor de koper bij sterkmaking gekocht hebben of command verklaarden, op de borgen onderling en op degenen voor wie zij zich borg stellen, alsook op de erfgenamen en rechtverkrijgenden van elk der bedoelde personen.
Bovendien komen de kosten van een eventuele betekening aan de erfgenamen van de koper te hunnen laste (artikel 4.98, lid 2 van het Burgerlijk Wetboek).
Prijs
Artikel 24. De koper moet de prijs in euro betalen op het kantoor van de notaris, binnen zes weken te rekenen vanaf het ogenblik waarop de toewijzing definitief wordt. Voor deze periode is geen interest verschuldigd aan de verkoper.
Deze betaling is bevrijdend voor de koper.
De betaling kan enkel gebeuren per overschrijving op de derdenrekening van de notaris.
De koper moet in het proces-verbaal van toewijzing verklaren via het debet van welke bankrekening hij de verkoopprijs en de kosten zal betalen of heeft betaald.
De prijs wordt onmiddellijk opeisbaar bij niet-tijdige betaling van de kosten, mits ingebrekestelling.
Kosten (Vlaams Gewest)
Artikel 25. De kosten, rechten en erelonen bij de verkoop ten laste van de koper worden berekend zoals hierna uiteengezet.
Deze bestaan uit een degressief percentage dat berekend wordt op de prijs en de eventuele lasten - daarin begrepen de kwijtingskosten pro fisco geschat op 0,5 % van de prijs. Dit bedrag is verschuldigd, zelfs indien er geen afzonderlijke kwijtingsakte wordt getekend.
Dit bedrag gaat uit van een verschuldigd registratierecht van twaalf percent (12 %). Voor onderhavige erfpacht is slechts een registratierecht van vijf percent (5%) verschuldigd,
zodat de forfaits met zeven percent (7%) zullen verminderd worden.
Het bedraagt:
- Eenentwintig komma tien procent (21,10%), voor prijzen boven dertigduizend euro (€ 30.000,00) tot en met veertigduizend euro (€ 40.000,00);
- Negentien komma veertig procent (19,40%), voor prijzen boven veertigduizend euro (€ 40.000,00) tot en met vijftigduizend euro (€ 50.000,00);
- Achttien komma dertig procent (18,30%), voor prijzen boven vijftigduizend euro (€ 50.000,00) tot en met zestigduizend euro (€ 60.000,00);
- Zeventien komma vijftig procent (17,50%), voor prijzen boven zestigduizend euro (€ 60.000,00) tot en met zeventigduizend euro (€ 70.000,00);
- Zestien komma vijfentachtig procent (16,85%), voor prijzen boven zeventigduizend euro (€ 70.000,00) tot en met tachtigduizend euro (€ 80.000,00);
- Zestien komma vijfendertig procent (16,35%), voor prijzen boven tachtigduizend euro
(€ 80.000,00) tot en met negentigduizend euro (€ 90.000,00);
- Vijftien komma vijfennegentig procent (15,95%), voor prijzen boven negentigduizend euro (€ 90.000,00) tot en met honderdduizend euro (€ 100.000,00);
- Vijftien komma zestig procent (15,60%), voor prijzen boven honderdduizend euro (€ 100.000,00) tot en met honderd en tienduizend euro (€ 110.000,00);
- Vijftien komma vijfendertig procent (15,35%), voor prijzen boven honderd en tienduizend euro (€ 110.000,00) tot en met honderdvijfentwintigduizend euro (€ 125.000,00);
- Vijftien komma nul vijf procent (15,05%), voor prijzen boven honderdvijfentwintigduizend euro (€ 125.000,00) tot en met honderdvijftigduizend euro (€ 150.000,00);
- Veertien komma vijfenzestig procent (14,65%), voor prijzen boven honderdvijftigduizend euro (€ 150.000,00) tot en met honderdvijfenzeventigduizend euro (€ 175.000,00);
- Veertien komma veertig procent (14,40%), voor prijzen boven honderdvijfenzeventigduizend euro (€ 175.000,00) tot en met tweehonderdduizend euro (€ 200.000,00);
- Veertien komma vijftien procent (14,15%), voor prijzen boven tweehonderdduizend euro (€ 200.000,00) tot en met tweehonderdvijfentwintigduizend euro (€ 225.000,00);
- Veertien procent (14,00%), voor prijzen boven tweehonderdvijfentwintigduizend euro (€ 225.000,00) tot en met tweehonderdvijftig duizend euro (€ 250.000,00);
- Dertien komma negentig procent (13,90%), voor prijzen boven tweehonderdvijftig duizend euro (€ 250.000,00) tot en met tweehonderdvijfenzeventigduizend euro (€ 275.000,00);
- Dertien komma vijfenzeventig procent (13,75%), voor prijzen boven tweehonderdvijfenzeventigduizend euro (€ 275.000,00) tot en met driehonderdduizend euro (€ 300.000,00);
- Dertien komma zestig procent (13,60%), voor prijzen boven driehonderdduizend euro (€ 300.000,00) tot en met driehonderdvijfentwintigduizend euro (€ 325.000,00);
- Dertien komma vijftig procent (13,50%), voor prijzen boven driehonderdvijfentwintigduizend euro (€ 325.000,00) tot en met driehonderdvijfenzeventigduizend euro (€ 375.000,00);
- Dertien komma vijfendertig procent (13,35%), voor prijzen boven driehonderdvijfenzeventigduizend euro (€ 375.000,00) tot en met vierhonderdduizend euro (€ 400.000,00);
- Dertien komma vijfentwintig procent (13,25%), voor prijzen boven vierhonderdduizend euro (€ 400.000,00) tot en met vierhonderdvijfentwintigduizend euro (€ 425.000,00);
- Dertien komma twintig procent (13,20%), voor prijzen boven vierhonderdvijfentwintigduizend euro (€ 425.000,00) tot en met vijfhonderdduizend euro (€ 500.000,00);
- Dertien komma nul vijf procent (13,05%), voor prijzen boven vijfhonderdduizend euro (€ 500.000,00) tot en met vijfhonderdvijftigduizend euro (€ 550.000,00);
- Dertien procent (13,00%), voor prijzen boven vijfhonderdvijftigduizend euro (€ 550.000,00) tot en met zeshonderdduizend euro (€ 600.000,00);
- Twaalf komma vijfennegentig procent (12,95%), voor prijzen boven zeshonderdduizend euro (€ 600.000,00) tot en met zevenhonderdvijftigduizend euro (€ 750.000,00);
- Twaalf komma tachtig procent (12,80%), voor prijzen boven zevenhonderdvijftigduizend euro (€ 750.000,00) tot en met één miljoen euro (€ 1.000.000,00);
- Twaalf komma vijfenzestig procent (12,65%), voor prijzen boven één miljoen euro (€ 1.000.000,00) tot en met twee miljoen euro (€ 2.000.000,00);
- Twaalf komma vijfenveertig procent (12,45%), voor prijzen boven twee miljoen euro (€ 2.000.000,00) tot en met drie miljoen euro (€ 3.000.000,00);
- Twaalf komma veertig procent (12,40%), voor prijzen boven drie miljoen euro (€ 3.000.000,00) tot en met vier miljoen euro (€ 4.000.000,00);
- Twaalf komma vijfendertig procent (12,35%), voor prijzen boven de vier miljoen euro (€ 4.000.000,00);
Voor prijzen tot en met dertigduizend euro (€ 30.000,00) is dit aandeel vrij te bepalen door de notaris, in functie van het dossier.
Artikel 25bis. Algemene bepalingen inzake kosten voor alle gewesten – lastens de koper
Bij afzonderlijke toewijzing van meerdere loten wordt het percentage van de kosten berekend op de prijs en de lasten van elk lot en bij toewijzing in massa op de prijs en de lasten van de massa, behoudens in geval van gesplitste commandverklaring (waar het overeenstemmende percentage afzonderlijk wordt berekend op de prijs en de lasten van de aldus gevormde loten).
Het bedrag bepaald in artikel 25 omvat een verschuldigd registratierecht aan het gewone tarief (12% voor het Vlaams Gewest en 12,5% voor het Brussels Hoofdstedelijk en Waals Gewest), alsook een deelname in de kosten en erelonen.
Indien een wettelijke bepaling aanleiding geeft tot vrijstelling van registratierechten, een lager tarief of een of meerdere andere gunstregimes (bijvoorbeeld verdelingsrecht of een verlaagd tarief, meeneembaarheid, abattement), tot vermeerdering van het verschuldigde registratierecht of tot opeisbaarheid van btw of indien de koper recht heeft op een aanpassing van het wettelijk ereloon, zal het bedrag zoals bepaald in artikel 25 worden verminderd ten belope van het verschil met het lagere registratierecht en/of het lagere ereloon of worden verhoogd of worden vermeerderd met het verschil met het hoger registratierecht of met de verschuldigde btw.
De hoogst weerhouden bieder moet dit bedrag op het ogenblik van de ondertekening van het proces-verbaal van toewijzing, doch uiterlijk vijf dagen na de afsluiting van de biedingsperiode, betalen. Dit gebeurt op dezelfde wijze zoals in artikel 24 voorzien werd voor de betaling van de prijs.
De gevolgen van een eventuele door de fiscale administratie vastgestelde tekortschatting blijven ten laste van de koper.
Volgende kosten dient de koper bijkomend te dragen : kosten van de akten van borgstelling die zouden gevraagd worden, van de bekrachtiging door de persoon voor wie hij zich zou hebben sterk gemaakt of van de commandverklaring, alsook eventuele vergoedingen of nalatigheidsinteresten waartoe hij zou gehouden zijn bij niet tijdige betaling. Deze kosten dienen betaald te worden binnen de termijnen die voorzien zijn voor de betaling van de kosten. Artikel 25ter. Algemene bepalingen inzake kosten voor alle gewesten – lastens de verkoper
De verkoper dient het saldo van de kosten en erelonen van de verkoop te dragen, evenals de kosten van de overschrijving, de kosten van de ambtshalve inschrijving, van een eventuele grosse en van de akten van kwijting, opheffing en eventuele rangregeling.
Schuldvergelijking
Artikel 26. De koper kan geen enkele schuldvergelijking inroepen tussen zijn koopprijs en één of meer schuldvorderingen, van welke aard dan ook, die hij tegen de verkoper zou kunnen hebben.
Er zijn gebeurlijk twee uitzonderingen op deze regel:
- indien de koper kan genieten van de instelpremie mag hij deze premie in mindering brengen van de verschuldigde prijs;
- indien hij de eerste ingeschreven hypothecaire schuldeiser is (en dit ten belope van zijn hypothecair gewaarborgde vordering) en geen enkele andere schuldeiser aanspraak kan maken op de verdeling van de prijs in dezelfde mate als hij.
Er mag evenmin schuldvergelijking ingeroepen worden in geval van verkoop aan een mede- eigenaar-medeveiler, die voor de geheelheid van de prijs met een derde-koper wordt gelijkgesteld, behoudens eventuele afwijking in de verkoopsvoorwaarden.
Nalatigheidsinteresten
Artikel 27. Na het verstrijken van de betalingstermijnen is de koper, ongeacht de oorzaak van de laattijdigheid en zonder afbreuk te doen aan de eisbaarheid, vanaf de dag van de eisbaarheid tot de dag van betaling, van rechtswege en zonder ingebrekestelling interest verschuldigd op de prijs, de kosten en de bijkomende lasten, of op het onbetaalde gedeelte ervan. De rentevoet wordt vastgesteld in de verkoopsvoorwaarden. Voorzien deze niets, geldt de wettelijke rentevoet in burgerlijke zaken verhoogd met vier procentpunten.
Sancties
Artikel 28. Indien de koper, al dan niet medeveiler, nalaat om de prijs, de intresten, de kosten of andere bijhorigheden van de verkoop te betalen, of nalaat om andere lasten of voorwaarden van de verkoop na te komen, heeft de verkoper het recht:
- hetzij om de ontbinding van de toewijzing te vervolgen,
- hetzij het onroerend goed opnieuw openbaar te verkopen ten laste van de in gebreke gebleven koper,
- hetzij het verkochte goed of ieder ander goed toebehorende aan de in gebreke gebleven koper te doen verkopen op beslag.
Deze mogelijkheden verhinderen niet dat de verkoper bovendien elke schadevergoeding kan eisen van de in gebreke gebleven koper en van degenen die samen met hem gehouden zijn.
Ontbinding van de verkoop: De ontbinding van de verkoop vindt plaats zonder voorafgaandelijke rechterlijke tussenkomst, na een ingebrekestelling bij deurwaardersexploot waarbij de verkoper aan de koper zijn wil te kennen zal hebben gegeven om van het voordeel van deze bepaling gebruik te maken, indien hieraan geen nuttig gevolg is gegeven binnen vijftien dagen. In een dergelijk geval zal de in gebreke gebleven koper gehouden zijn tot betaling van een som gelijk aan tien procent van de koopprijs, die de verkoper toekomt als een forfaitaire schadeloosstelling. De verkoper geeft in de ingebrekestelling of in een afzonderlijke akte de tekortkoming aan die aan de koper verweten wordt en die de ontbinding van de verkoop rechtvaardigt.
Nieuwe verkoop – Herveiling bij rouwkoop: Indien de verkoper kiest voor een nieuwe verkoop kan de in gebreke gebleven koper deze nieuwe verkoop enkel tegenhouden door op het kantoor van de notaris een toereikend bedrag in consignatie te geven om alle schulden, in hoofdsom, intresten en bijkomende lasten, te vereffenen waartoe hij zich verbonden had volgens de verkoopsvoorwaarden, alsook de kosten van de rechtspleging en de publiciteitskosten van de nieuwe verkoop.
Dezelfde notaris houdt de nieuwe verkoop. Indien nodig, stelt de bevoegde rechtbank een nieuwe notaris aan. De verkoop geschiedt volgens de bepalingen vermeld in de verkoopsvoorwaarden. Deze nieuwe verkoop vindt plaats op kosten en voor risico van de in gebreke gebleven koper, overeenkomstig de artikelen 1600 en volgende van het Gerechtelijk Wetboek, zoals volgt:
- Zodra de notaris ertoe verzocht wordt door enig persoon gerechtigd om de rouwkoop te vervolgen, maant hij, per gerechtsdeurwaardersexploot of per aangetekende brief met ontvangstbevestiging, de in gebreke blijvende koper aan om binnen een termijn van acht dagen zijn verplichtingen, voorzien in artikel 1596 van het Gerechtelijk Wetboek, te voldoen of de clausules van de toewijzing uit te voeren.
- Bij gebrek aan voorafgaand verzoek, maant de notaris, vanaf de dag volgend op de in de verkoopsvoorwaarden vastgestelde vervaldag om te voldoen aan de verplichtingen voorzien in artikel 1596 van het Gerechtelijk Wetboek of aan de clausules van de toewijzing, binnen een redelijke termijn de in gebreke blijvende koper aan, per gerechtsdeurwaardersexploot of per aangetekende zending met ontvangstbewijs, om zijn verplichtingen te voldoen binnen een termijn van acht dagen.
- Bij niet-nakoming van de verplichtingen waarin artikel 1596 van het Gerechtelijk Wetboek voorziet of de clausules van toewijzing door de koper bij het verstrijken van hogervermelde termijn van acht dagen, informeert de notaris onmiddellijk alle personen die gerechtigd zijn de rouwkoop te vervolgen per aangetekende zending.
- Binnen een termijn van vijftien dagen te rekenen vanaf de datum van de aangetekende zending beoogd door het vorige lid, dient de notaris verzocht te worden om de rouwkoop te vervolgen, op straffe van verval. Bij gebrek hieraan, zijn slechts de andere rechtsmiddelen mogelijk.
- De termijnen van deze bepaling worden berekend overeenkomstig artikel 52 en volgende van het Gerechtelijk Wetboek.
Onverminderd de hierna bepaalde vergoedingen en intresten, is de in gebreke gebleven koper verplicht het verschil te betalen tussen zijn aankoopprijs en de prijs behaald bij de nieuwe verkoop, zonder het eventueel verschil in meer te kunnen opeisen. Dit verschil in meer komt toe aan de verkoper of aan zijn schuldeisers.
De in gebreke gebleven koper is eveneens gehouden tot betaling van de intresten op zijn prijs en de kosten, aan de bedongen rentevoet en dit voor de periode beginnend bij de dag waarop de toewijzing aan hem zelf definitief is geworden, en eindigend op de dag dat de toewijzing op
nieuwe verkoop definitief wordt, alsook tot betaling van de kosten die door zijn tekortkoming werden veroorzaakt en niet ten laste van de nieuwe koper worden gelegd, met daarenboven een som gelijk aan tien procent van zijn koopprijs die de verkoper toekomt als een forfaitaire schadeloosstelling.
Voor wat betreft de kosten, kan de in gebreke gebleven koper zich in geen geval beroepen noch op het feit dat de nieuwe koper heeft kunnen genieten van een verminderd registratierecht, van de meeneembaarheid en/of van een abattement, noch op artikel 159, 2°, van het Wetboek van registratierechten, om zijn schulden te doen verminderen. Evenmin kan hij die in herveiling koopt zich beroepen op de vrijstelling van artikel 159, 2°, van het Wetboek van registratierechten.
Uitvoerend onroerend beslag: Indien de verkoper kiest voor een procedure van verkoop na uitvoerend onroerend beslag, geschiedt deze op de wijze die door het Gerechtelijk Wetboek georganiseerd wordt. De vervolgingen zullen op dezelfde wijze uitgeoefend kunnen worden op elk ander goed dat aan de schuldenaar toebehoort, zonder dat de verkoper, in afwijking van artikel 1563 van het Gerechtelijk Wetboek, voorafgaandelijk de ontoereikendheid van het goed waarop hij een voorrecht heeft, dient aan te tonen.
Machten van de lasthebber
Artikel 29. Wanneer een verkoper, een koper of een andere tussenkomende partij één of meerdere lasthebber(s) aanstellen in de verkoopsvoorwaarden, wordt elke lasthebber geacht de volgende machten te hebben in de mate dat de lastgever die machten heeft:
- de verkoop volgen, de verkoopsvoorwaarden bepalen en wijzigen, de goederen doen toewijzen aan de prijs die de lasthebber raadzaam oordeelt, de prijs en de bijhorigheden ontvangen en daarover kwijting verlenen of de prijs, de kosten en toebehoren betalen en er kwijting voor ontvangen;
- uitstel van betaling verlenen, toestemmen in kantmeldingen en indeplaatsstellingen met of zonder waarborg;
- afstand doen van alle zakelijke rechten, van de ontbindende rechtsvordering en van de wettelijke indeplaatsstelling, opheffing verlenen en toestemmen in de doorhaling van alle inschrijvingen, overschrijvingen en kantmeldingen, beslagen en verzet aantekeningen, de Algemene Administratie van de Patrimoniumdocumentatie ontslaan een inschrijving ambtshalve te nemen met of zonder bewijs van betaling;
- alle vervolgingen instellen en beslag leggen, herveilen en andere middelen tot tenuitvoerlegging aanwenden;
- alle akten en processen-verbaal ondertekenen, woonplaats kiezen, in de plaats stellen en, in het algemeen, alles doen wat de omstandigheden vereisen.
Waarschuwing
Artikel 30. Alle informatie uitgaande van de verkoper en/of derden, met inbegrip van overheden en overheidsdiensten, wordt enkel onder hun verantwoordelijkheid verstrekt.
De inlichtingen die worden vermeld in de publiciteit zijn louter informatief. Tussen partijen gelden enkel de vermeldingen opgenomen in de verkoopsvoorwaarden.
D. DE DEFINITIES
- De verkoopsvoorwaarden: alle bepalingen die in de algemene en bijzondere
voorwaarden of in het proces-verbaal van toewijzing zijn opgenomen.
- De verkoper: de eigenaar of eenieder die om de verkoping verzoekt en het goed te koop aanbiedt, ook al is het goed nog niet effectief verkocht.
- De koper: diegene aan wie het goed wordt toegewezen.
- Het goed: het onroerend goed dat of de onroerende goederen die op deze wijze zal of zullen te koop aangeboden worden en die, behoudens inhouding, zal of zullen verkocht zijn.
- De online verkoop: de verkoop die uitsluitend online en via xxx.xxxxxx.xx verloopt. De verkoop geschiedt desgevallend zoals voorzien is in de artikelen 1193 en 1587 van het Gerechtelijk Wetboek. Het is een synoniem voor de openbare verkoop.
- De verkoop: de overeenkomst die bereikt is tussen verkoper en koper.
- Het online bod / De online bieding: het bod dat wordt uitgebracht via de beveiligde
website xxx.xxxxxx.xx, ontwikkeld en beheerd onder de verantwoordelijkheid van de Koninklijke Federatie van het Belgisch Notariaat (Fednot).
- De manuele bieding: de bieding die op een bepaald ogenblik wordt uitgebracht;
- De automatische bieding: de bieding die automatisch wordt gegenereerd door het automatische biedsysteem en die niet hoger kan zijn dan het plafond dat de bieder vooraf heeft ingesteld. Het automatische biedsysteem biedt hoger telkens wanneer er een nieuwe bieding wordt geregistreerd en dit tot het door de bieder bepaalde bedrag wordt bereikt;
- De bieder: hij of zij die een bod uitbrengt, hetzij een eenmalig bod waarbij de bieder zelf het vorige bod verhoogt, hetzij via het systeem van de automatische biedingen, waarbij de bieder het systeem biedingen laat genereren tot een op voorhand door de bieder vastgesteld plafond.
- De instelprijs: de prijs waaraan de opbiedingen kunnen beginnen.
- Het minimumbod: het bedrag waar minimaal mee moet opgeboden worden; lagere biedingen worden niet aanvaard. De bieder zal bij eenmalige biedingen minstens met dit bedrag moeten opbieden. Bij automatische biedingen zal de bieding telkens stijgen met dit minimumbod. De notaris stelt het minimumbod vast.
- De afsluiting van de biedingen: het ogenblik vanaf wanneer niet meer kan geboden worden. Het is het einde van de enige zitting. Dit wordt virtueel bepaald.
- De toewijzing: de verrichting waarbij enerzijds het hoogste in aanmerking genomen bod wordt meegedeeld op xxxxxx.xx en anderzijds de akte van toewijzing wordt verleden waarin het hoogste in aanmerking genomen bod en de instemming van de verkoper en van de koper worden vastgesteld. Dit dient op één dag te geschieden.
- Het ogenblik waarop de toewijzing definitief wordt: het ogenblik,
ofwel van de toewijzing, indien geen opschortende voorwaarden van toepassing zijn, ofwel waarop alle opschortende voorwaarden waaraan de verkoop onderworpen is, vervuld
zijn.
- De notaris: de notaris die de verkoop leidt.
- De werkdag : elke dag met uitzondering van een zaterdag, een zondag of een wettelijke feestdag.
- De zitting : het tijdsbestek waarbinnen de biedingen kunnen gebeuren.
E. VOLMACHT
De verzoeker, hierna " de lastgever " te noemen, stelt aan als bijzondere lasthebbers, elk met
macht afzonderlijk te handelen: (…).
Hierna “de lasthebber” te noemen.
Wie de lastgever op onherroepelijke wijze gelast om:
- voor hem en in zijn naam het hierboven beschreven onroerend goed te verkopen onder de vormen, voor de prijzen (onder voorbehoud van het beding inzake minimale prijs, dat hierna volgt), onder de lasten, bedingen en voorwaarden en aan zodanige persoon of personen die de lasthebber zal goedvinden.
- alle loten te vormen, alle verklaringen te doen, alle bepalingen betreffende erfdienstbaarheden en gemeenschappen te bedingen.
- de lastgever te verbinden tot alle vrijwaring en tot het verlenen van alle rechtvaardigingen en opheffingen.
- het tijdstip van ingenottreding te bepalen, de plaats, wijze en termijn van betaling van de verkoopprijzen, kosten en alle bijhorigheden vast te stellen, alle overdrachten en aanwijzingen van betaling te geven, de verkoopprijzen, kosten en alle bijhorigheden te ontvangen, ervan kwijting en ontlasting te geven met of zonder indeplaatsstelling.
- de goederen te verkavelen, splitsen, onder het beheer van gedwongen mede-eigendom brengen, daartoe alle vergunningen en attesten aanvragen; alle verkavelings-, splitsings- en verdelingsakten, alle basisakten en reglementen van mede-eigendom en soortgelijke akten opstellen en ondertekenen, inclusief de ondertekening van akten van gratis-grondafstand en de uitvoering van alle opgelegde lasten en voorwaarden.
- de Algemene Administratie van de Patrimoniumdocumentatie geheel of gedeeltelijk uitdrukkelijk te ontslaan om welke reden ook om ambtshalve inschrijving te nemen; na of zonder betaling, opheffing te verlenen van verzet, inbeslagnemingen en andere beletselen, opheffing te verlenen en in de doorhaling toe te stemmen van alle bezwarende in- en overschrijvingen hoegenaamd en randmeldingen van inpandgeving met of zonder verzaking aan voorrechten, hypotheek, ontbindende rechtsvordering en alle zakelijke rechten, af te zien van alle vervolgingen en dwangmiddelen.
- van de kopers en anderen alle waarborgen en hypotheken te aanvaarden tot zekerheid van betaling of uitvoering van verbintenissen.
- bij gebrek aan betaling of uitvoering van voorwaarden, lasten of bedingen alsmede ingeval van welkdanige betwistingen, te dagvaarden en voor het gerecht te verschijnen als eiser of als verweerder, te doen pleiten, verzet te doen, in beroep te gaan en zich in cassatie te voorzien, kennis te nemen van alle titels en stukken, vonnissen en arresten te bekomen, alle zelfs buitengewone middelen van uitvoering aan te wenden, zoals rouwkoop, verbreking van de verkoop, onroerend beslag, enzovoort, steeds een dading te treffen en een compromis te sluiten.
- Over te gaan, hetzij in der minne, hetzij gerechtelijk tot alle regelingen, vereffeningen en verdelingen, alle inbrengen doen of eisen, alle voorafnemingen doen of daarin toestemmen, de kavels samenstellen, deze in der minne toebedelen of bij verloting toewijzen, alle opleggen bepalen, deze ontvangen of betalen, alle goederen in onverdeeldheid laten, alle schikkingen, overeenkomsten en dadingen sluiten.
- Ingeval één of verschillende der hogergemelde rechtshandelingen bij sterkmaking verricht werden, deze goed te keuren en te bekrachtigen.
- Hiertoe alle rechtshandelingen te sluiten, alle akten en stukken te tekenen, in de plaats te stellen, woonplaats te kiezen en in het algemeen alles te doen wat noodzakelijk of nuttig zou zijn, zelfs niet uitdrukkelijk in deze vermeld.
Indien het goed niet zou worden toegewezen is de lastgever erover ingelicht dat hij ingevolge artikel 2002 van het (oud) Burgerlijk Wetboek hoofdelijk instaat voor de gemaakte kosten.
Deze lastgeving beperkt geenszins de andere verkoopsmogelijkheden voor het geval de verkoop geen doorgang zou vinden; zij kan desgevallend ook gebruikt worden bij een latere verkoop uit de hand.
De lastgever verklaart dat hij #geen btw-belastingplichtige is, dat hij evenmin binnen de vijf jaar voor heden een gebouw vervreemd heeft onder het btw-stelsel en dat hij tenslotte geen deel uitmaakt van een feitelijke of tijdelijke vereniging die btw- belastingplichtige is.
De lastgever verklaart op onherroepelijke wijze akkoord te zijn dat het goed zal worden toegewezen aan de minimumprijs (desgevallend, voor de minimumprijs voor elk lot) vastgelegd in een schriftelijke verklaring die de lastgever ondertekend overmaakt aan de notaris voorafgaand aan de online tekoopstelling van het goed. Het is de lastgever verboden om het goed uit de online verkoop terug te trekken zodra de minimumprijs is bereikt. Hij verklaart bovendien deze minimumprijs niet te wijzigen dan door middel van een authentieke akte, verleden door de notaris die om de online verkoop werd verzocht, uiterlijk op het ogenblik van de toewijzing. Deze akte kan ook worden verleden door een andere notaris en zal haar effect hebben voor zover de notaris gelast met de online verkoop ervan op de hoogte is gesteld en een kopie van deze akte in ontvangst neemt. De lastgever verklaart perfect op de hoogte te zijn van het feit dat hij de kosten, rechtstreeks of onrechtstreeks verbonden aan de huidige verkoop, draagt indien het goed niet wordt toegewezen.
Bevestiging identiteit.
Ondergetekende notaris bevestigt dat de identiteit van de partijen hem werd aangetoond aan de hand van de door de wet vereiste stukken.
Recht op geschriften.
Het recht bedraagt vijftig euro (€ 50,00). Ontwerp akte.
De verzoeker verklaart kennis te hebben genomen van het ontwerp van deze akte op 3 januari 2024.
WAARVAN PROCES-VERBAAL, opgesteld op mijn kantoor te Zwalm, op hogervermelde datum, en na voorlezing van en toelichting bij deze akte, integraal voor wat betreft de door de wet bedoelde vermeldingen en gedeeltelijk voor wat betreft de overige vermeldingen heeft de verzoeker samen met mij, notaris, getekend.