Goedkeuring' van eene met de gemeente Rotterdam gesloten overeenkomst tot ruiling van grond.
259. 2-3.
Goedkeuring' van eene met de gemeente Rotterdam gesloten overeenkomst tot ruiling van grond.
Artikel 3.
De geruilde oppervlakten worden wederzijds overgedragen en. geleverd vrij van hypothecaire inschrijvingen, wordende overigens alle vrijwaring, behalve die voor den eigendom, uitgesloten.
25». 3.
Artikel 4.
Van alle actie tot vordering wegens over- of ondermaat wordt wederzijds afgezien.
MEMORIE VAN TOELICHTING.
Artikel 5.
Zoodra de overweg over den spoorweg tegenover de Slaghek- straat vervalt, eindigt het beheer en onderhoud der gemeente Rotterdam van het kadastrale perceel Rotterdam sectie V, n°. 133B.
Artikel 6.
De grond- en andere lasten van de geruilde gronden geheven wordende, komen van 1 Januari af, volgende op het jaar waarin de goedkeuring bij Wet is verkregen, onderscheidenlijk ten laste van de nieuwe eigenaars.
Artikel 7.
Alle rechten en kosten vallende op deze akte met teekening en op hare overschrijving in de openbare registers, welke overschrijving door de zorg van voornoemden ontvanger zal geschieden, komen ten laste van de gemeente Rotterdam en zullen aan en ten kantore van dien ontvanger worden betaald tegen behoorlijke kwijting en tegen uitreiking van een exemplaar dezer akte, binnen acht dagen nadat haar het bedrag daarvan schriftelijk zal zijn medegedeeld.
Aldus in "drievoud opgemaakt en geteekend te Rotterdam
4 Juli 1923 en te 's Gravenhage 31 Juli 1923.
In verband met de stadsuitbreiding van de gemeente Rotter- dam in den West-Varkenoordschen polder en den daarmede gepaard gaanden aanleg van de tramverbinding Oranjeboom- straat—Putschelaan is overbrugging van den spoorweg nabjj den West-Varkenoordschen weg noodzakelijk.
Voor het maken van deze overbrugging en van de verschil- lende daarheen leidende opritten zal aan de gemeente Rotter- dam krachtens artikel 58 van de' overeenkomst 1890 S. S. vergunning worden verleend. Aangezien bij' het tot stand komen van de overbrugging in verband met de opheffing van overwegen ook het spoorwegbelang gebaat is, zal nader met de gemeente eene overeenkomst worden aangegaan, waarbij geldelijke bijdragen van het Rijk en de spoorwegmaatschappij worden geregeld.
Te zijner tijd zullen de daarvoor noodige gelden worden aangevraagd.
Ten behoeve van bedoeld werk is eene ruiling van spoorweg- en gemeentegronden noodzakelijk.
Aangezien bedoelde ruiling ook in het belang van den spoorweg wordt geacht, zijn niet de gemeente Rotterdam onderhandelingen gevoerd, welke geleid hebben tot het op- maken van de in afschrift aan het wetsontwerp gehechte overeenkomst, waartegen bij de ondergeteekenden geen beden- king bestaat.
De te ruilen gronden zijn vanwege het Rijk door twee deskundigen geschat; door de gemeente zal, wegens de hoogere
De Raad van Toezicht op de Spoonoegdiensten,
(gut.) A. H. W. XXX XXX XXXX,
Voorzitter.
(get.) X. X. XxXXXXXXXXXX XXXXXXXX,
Secretaris.
Burgemeester en Wethouders van Rotterdam,
(get.) v. AALTEN,
1°. Burgemeester. (get.) PEIFFER,
1°. Secretaris.
waarde van de door haar te verkrijgen perceelen, aan het Rijk eene toegift van f 154 899,50 worden betaald.
Aangezien evenwel bij den opzet der zaak uitgegaan is van het standpunt, dat de voor de oveibrugging noodige grond kosteloos aan de gemeente zou worden afgestaan, is in de in de eerste plaats genoemde overeenkomst bepaald, dat aan de gemeente voor de verrekening hiervan een bedrag van f 101 682 zal worden betaald.
De ondergeteekenden meenen de goedkeuring van voren- bedoelde ruilovereenkomst in overweging te mogen geven. ')
De Ontvanger der Registratie n°. 3 en Domeinen te Rotterdam,
(get.) XXX XXXXXXXXXX.
Voor eensluidend afschrift,
De Secretaris-Generaal van het Departement van Waterstaat,
SALVERDA DE GRAVE.
De Minister van Waterstaat,
G. J. VAN SWAAY.
De Minister van Financiën,
H. G'OLIJN.
l) De bjj de ruilovereenkomst behoorende teekening is op de xxxxxxx xxx xx Xxxxx ter inzage van de leden nedergelegd.