OPRICHTING STICHTING
OPRICHTING STICHTING
Xxxxx, twintig juni tweeduizend elf, verscheen voor mij, xx. Xxxxxxxx Xxxxxx Xxxxx xxx xxx Xxxx, notaris te Den Haag:
de xxxx Xxx XXXXXXX, wonende te 2584 BJ Den Haag, Xxxxxxxxxxxx 00, xxxxxxx xx Xxxxxxxxx (Xxxxxx) op eenentwintig april negentienhonderd zevenenzeventig, legitimatie: Nederlands paspoort, nummer XXX0X0X00, gehuwd, hierna te noemen: ‘de oprichter’.
De oprichter richt bij deze en met onmiddellijke ingang een stichting op en stelt voor deze stichting de volgende statuten vast:
STATUTEN
Artikel 1 - Naam en zetel
1. Naam stichting
De stichting draagt de naam: Stichting Nelis.
2. Plaats van vestiging
Zij is gevestigd in de gemeente Den Haag.
Artikel 2 - Doel
1. Doel
De stichting heeft een algemeen belang ten doel: het opzetten en onderhouden van een ‘werkstimulerend platform in onder meer de gemeente Den Haag’ waaronder begrepen maar niet beperkt tot het begeleiden van jongeren, in de leeftijd van zestien (16) tot zevenentwintig (27) jaar met een grote afstand tot de arbeidsmarkt door via een verkorte mbo-opleiding Glazenwasser en detachering op maat, naar een betaalde baan in de glazenwassersbranche.
Daarmee beoogt de stichting tevens:
- de jongeren een positiever zelfbeeld te laten ontwikkelen;
- de jongeren succeservaringen te laten ervaren;
- de jongeren effectiever leren omgaan met teleurstellingen en tegenslagen;
- de jongeren leren op een effectieve en positieve wijze in een groep te laten functioneren;
- de jongeren leren met gezag om te laten gaan;
- de klantvriendelijkheid en het empatisch vermogen van de jongeren te vergroten;
- het doorzettingsvermogen van de jongeren te vergroten;
- en voorts al hetgeen met een en ander rechtstreeks of zijdelings verband houdt of daartoe bevorderlijk kan zijn, alles in de ruimste zin.
2. Middelen
Zij tracht dit doel ondermeer te bereiken door: het organiseren van leer- en werktrajecten in de schoonmaakbranche.
3. Winstoogmerk
De stichting heeft geen winstoogmerk.
Artikel 3 - Geldmiddelen
De geldmiddelen van de stichting bestaan uit:
- de eventueel ter gelegenheid van de oprichting van de stichting voor de verwezenlijking van haar doel bijeen gebrachte of te brengen bedragen of goederen;
- donaties;
- subsidies (ook van de overheid) en sponsorgelden;
- verkrijgingen krachtens erfstelling, legaat, schenking of gift;
- de inkomsten en revenuen die de stichting verkrijgt door de van haar uitgaande activiteiten en de exploitatie van haar bezittingen; en
- overige baten.
De stichting mag niet meer vermogen aanhouden dan redelijkerwijs nodig is voor de continuïteit van de voorziene werkzaamheden ten behoeve van de doelstelling van de stichting. Het is toegestaan om verkregen vermogen in stand te houden als de erflater of schenker dit heeft bepaald. De stichting dient haar vermogen conform haar statutaire doelstelling feitelijk te besteden aan haar doelstellingen.
De kosten van werving van gelden en de beheerkosten van de stichting dienen in redelijke verhouding te staan tot de bestedingen ten behoeve van het doel van de stichting.
Een bestuurder mag niet over het vermogen van de stichting beschikken alsof het zijn eigen vermogen is.
Artikel 4 - Het bestuur
1. Aantal bestuursleden
De stichting wordt bestuurd door het bestuur.
Het aantal leden wordt vastgesteld door het bestuur, maar zal ten minste uit drie (3) leden
bestaan.
Als het bestuur op enig moment niet uit het voorgeschreven aantal bestuursleden bestaat, zijn de dan in functie zijnde bestuursleden niettemin tot uitoefening van het bestuur bevoegd, onverminderd hun verplichting om onmiddellijk in de vacature(s) te voorzien.
2. Benoeming bestuursleden
Het bestuur voorziet zelf in zijn vacatures.
De benoeming van een bestuurder komt tot stand door een bestuursbesluit genomen met algemene stemmen in een vergadering waarin alle bestuursleden aanwezig of vertegenwoordigd zijn.
3. Voorziening in vacature
In een vacature moet zo spoedig mogelijk worden voorzien. Wanneer door nalatigheid, verschil van mening of enige andere reden de benoeming van een bestuurslid uitblijft, wordt daarin - overeenkomstig artikel 2:299 Burgerlijk Wetboek - voorzien door de bevoegde rechtbank, op verzoek van iedere belanghebbende of op vordering van het openbaar ministerie.
4. Zittingsperiode onbepaald
De bestuursleden worden voor onbepaalde tijd benoemd.
5. Financiële bepaling
De bestuurders ontvangen middellijk noch onmiddellijk enige beloning voor hun werkzaamheden. Zij hebben wel recht op een redelijke vergoeding van de door hen ten behoeve van de stichting gemaakte onkosten alsmede niet bovenmatige vacatiegelden. Bestuurders met een dienstverband met de stichting in hun hoedanigheid van werknemer kunnen wel worden bezoldigd. Deze vergoedingen worden in de jaarrekening zichtbaar gemaakt en nader toegelicht.
Bedrijfsmatige of beroepsmatige leveranties, werkzaamheden of dienstverlening door een bestuurslid aan of ten behoeve van de stichting, behoeven de voorafgaande goedkeuring van het voltallige bestuur, waarvan schriftelijk dient te blijken. Hetzelfde geldt als het bestuurslid bij deze leveranties, werkzaamheden of dienstverlening een indirect belang heeft.
6. Einde bestuurslidmaatschap
1. Het bestuurslidmaatschap eindigt:
x. door overlijden van een bestuurslid;
b. bij verlies van het vrije beheer over zijn vermogen;
c. bij schriftelijke ontslagneming (bedanken);
x. bij ontslag door de rechtbank op grond van artikel 2:298 van het Burgerlijk Wetboek;
e. bij ontslag door het bestuur in geval van de stichting in redelijkheid niet gevergd kan worden het bestuurslidmaatschap te laten voortduren, waartoe wordt besloten met algemene stemmen in een vergadering waarin alle bestuursleden (met uitzondering van het bestuurslid wiens ontslag aan de orde is) aanwezig of vertegenwoordigd zijn, zonder dat in het bestuur enige vacature bestaat. Het bestuurslid wiens schorsing aan de orde is, komt in deze vergadering geen stemrecht toe. Een bestuurslid wiens schorsing wordt voorgesteld, wordt in de gelegenheid gesteld zich in de bestuursvergadering te verantwoorden en zich daarbij door een raadsman te doen bijstaan;
f. indien de stichting een Raad van Advies heeft: door de benoeming van het bestuurslid als lid van de Raad van Advies.
2. Een bestuurslid kan door het bestuur worden geschorst, waartoe moet worden besloten met algemene stemmen in een vergadering waarin alle leden van het bestuur aanwezig of vertegenwoordigd zijn; het bestuurslid wiens schorsing aan de orde is, komt in deze vergadering geen stemrecht toe. Indien een bestuurslid is geschorst, dient binnen drie maanden na de ingang van de schorsing te worden besloten, hetzij tot ontslag, hetzij tot opheffing van de schorsing, bij gebreke waarvan de schorsing vervalt. Een geschorst bestuurslid heeft behoudens het hierna bepaalde geen toegang tot de bestuursvergaderingen en kan geen stem uitbrengen. Een bestuurslid wiens schorsing of ontslag wordt voorgesteld, wordt in de gelegenheid gesteld zich in de bestuursvergadering te verantwoorden en zich daarbij door een raadsman te doen bijstaan.
7. Samenstelling
Het bestuur kiest uit zijn midden een voorzitter, secretaris en penningmeester; van het eerste bestuur worden de leden evenwel in functie benoemd. Het bestuur kan ook plaatsvervangers aanwijzen die deze functies waarnemen in geval van ontstentenis of belet. De functies van secretaris en penningmeester kunnen in één persoon verenigd zijn.
8. Taak
De stichting wordt bestuurd door het bestuur.
Het bestuur draagt jaarlijkse zorg voor de opstelling van een beleidsplan dat inzicht geeft in:
- de werkzaamheden die de stichting verricht;
- de manier waarop de stichting geld wil werven;
- het beheer van het vermogen van de stichting;
- de besteding van het vermogen van de instelling.
Artikel 5 - Vertegenwoordiging van de stichting
1. De stichting wordt vertegenwoordigd door:
- het bestuur; of
- de voorzitter en de secretaris samen; of
- de voorzitter en de penningmeester samen; of
- twee gezamenlijk handelende bestuursleden.
2. Het bestuur kan aan een bestuurslid of een derde volmacht verlenen om de stichting binnen de grenzen van die volmacht te vertegenwoordigen.
Artikel 6 - Bevoegdheid bestuur
1. Registergoederen
Het bestuur is alleen bevoegd tot het aangaan van overeenkomsten tot verkrijging, vervreemding en bezwaring van registergoederen indien hiertoe een bestuursbesluit is genomen met algemene stemmen; hiervan dient schriftelijk te blijken.
2. Zekerheidstelling voor anderen
Het bestuur is alleen bevoegd tot het aangaan van overeenkomsten waarbij de stichting zich als borg of hoofdelijk medeschuldenaar verbindt, zich voor een ander sterk maakt of zich tot zekerheid voor een schuld van een ander verbindt, mits dit berust op een met algemene meerderheid van stemmen genomen bestuursbesluit waarvan schriftelijk dient te blijken.
Artikel 7 - Bestuursvergaderingen
1. Frequentie
Het bestuur vergadert ten minste eenmaal per kwartaal en voorts zo dikwijls als de voorzitter of één ander bestuurslid dit gewenst acht(en).
2. Oproeping en notulering
De secretaris roept op tot de vergadering door middel van een schriftelijke oproeping aan
alle leden van het bestuur. Tussen de dag van verzending en die van de vergadering moeten ten minste zeven dagen liggen. De oproeping bevat een agenda van de te behandelen onderwerpen en waarnodig een nadere toelichting.
De secretaris of een andere door de voorzitter daartoe aangewezen persoon maakt van het verhandelde in de vergadering notulen op die - nadat zij zijn vastgesteld - door de voorzitter en de secretaris worden ondertekend.
Ieder lid van het bestuur heeft recht op een door de secretaris uit te reiken en door hem te ondertekenen kopie van de notulen.
3. Vertegenwoordiging door volmacht
Een bestuurslid mag zich op de vergadering door een ander bestuurslid laten vertegenwoordigen. Daartoe is een aan de voorzitter te overleggen schriftelijke volmacht vereist.
Een bestuurslid kan gevolmachtigde zijn voor ten hoogste één bestuurslid.
Artikel 8 - Besluitvorming door het bestuur
1. Geldigheid
Het bestuur kan zowel in als buiten vergadering besluiten nemen.
Voorzover in deze statuten niet anders is bepaald kan een besluit in de vergadering alleen worden genomen als meer dan de helft van het aantal in functie zijnde bestuursleden aanwezig of vertegenwoordigd is.
Een besluit buiten de vergadering vereist eenstemmigheid van alle in functie zijnde bestuursleden, waarvan schriftelijk dient te blijken.
Als werd gehandeld in strijd met het in deze statuten over de oproeping van de vergadering bepaalde, kan het bestuur niettemin rechtsgeldige besluiten nemen, mits de ter vergadering afwezige bestuurders vóór het tijdstip van de vergadering hebben verklaard zich niet tegen de besluitvorming te verzetten.
2. Wijze van stemmen
De stemmingen geschieden mondeling, tenzij een bestuurslid schriftelijke stemming verlangt.
3. Vereiste meerderheid
Voorzover in deze statuten niet anders is bepaald, worden besluiten genomen met gewone meerderheid van stemmen.
4. Staken van stemmen
Mocht bij stemming over de benoeming van personen bij eerste stemming geen meerderheid worden verkregen, dan zal een nieuwe stemming plaats hebben. Indien ook dan geen meerderheid verkregen wordt, zal bij een tussenstemming worden beslist tussen welke personen zal worden herstemd.
Staken de stemmen bij verkiezing van personen, dan beslist het lot; staken de stemmen bij een andere stemming dan is het voorstel verworpen.
Artikel 9 - Raad van Advies
1. Taak
Het bestuur van de stichting kan besluiten tot de instelling van een Raad van Advies.
De Raad van Advies houdt toezicht op de algemene gang van zaken in de stichting en het beleid van het bestuur.
2. Aantal
Het aantal leden van de Raad van Advies wordt vastgesteld door het bestuur.
3. Xxxxxxxxx, schorsing en ontslag
Indien er wordt besloten tot instelling van een Raad van Advies worden haar leden benoemd, geschorst en ontslagen door het bestuur.
4. Vergadering en besluitvorming
De Raad van Advies komt zo vaak bijeen als het bestuur wenselijk acht.
5. Reglement Raad van Advies
In een reglement van de Raad van Advies kunnen nadere regelingen worden opgenomen omtrent de wijze van benoeming van de leden van Raad, het functieprofiel waaraan de leden dienen te voldoen, alsmede hun taken en bevoegdheden.
Het reglement wordt opgemaakt, gewijzigd of beëindigd door het bestuur.
Een reglement mag niet in strijd zijn met de statuten of de wet en evenmin onderwerpen bevatten die naar het geldende recht in statuten behoren te worden geregeld.
Artikel 10 – Comité van Aanbeveling
1. Taak
Het bestuur van de stichting kan besluiten tot de instelling van een Comité van Aanbeveling.
2. Aantal
Het aantal leden van het Comité van Aanbeveling wordt vastgesteld door het bestuur.
3. Xxxxxxxxx, schorsing en ontslag
Indien er wordt besloten tot instelling van een Comité van Aanbeveling worden haar leden benoemd, geschorst en ontslagen door het bestuur.
4. Leden Comité van Aanbeveling
Leden van het Comité van Aanbeveling kunnen slechts zijn zij, die wegens hun bijzondere maatschappelijke verdiensten en/of hun waardevolle maatschappelijke contacten kunnen bijdragen aan de realisering van de doelstelling van de stichting.
5. Reglement Comité van Aanbeveling
In een reglement van het Comité van Aanbeveling kunnen nadere regelingen worden opgenomen omtrent de wijze van benoeming van de leden het Comité, het functieprofiel waaraan de leden dienen te voldoen, alsmede hun taken en bevoegdheden.
Het reglement wordt opgemaakt, gewijzigd of beëindigd door het bestuur.
Een reglement mag niet in strijd zijn met de statuten of de wet en evenmin onderwerpen bevatten die naar het geldende recht in statuten behoren te worden geregeld.
Artikel 11 - Boekjaar, financiële administratie en archief
1. Boekjaar
Het boekjaar van de stichting is gelijk aan het kalenderjaar.
2. Administratie en archief
Het bestuur is verplicht van de vermogenstoestand van de stichting en van alles wat de werkzaamheden van de stichting betreft zodanig te administreren dat de rechten en verplichtingen van de stichting steeds kunnen worden gekend en de administratie met alle bescheiden en andere gegevensdragers die daarbij horen zorgvuldig en op voor naslag en controle toegankelijke wijze te bewaren.
Uit de administratie moet de aard en de omvang blijken van:
- de aan de afzonderlijke bestuursleden toekomende onkostenvergoedingen en/of vacatiegelden;
- de kosten die door de stichting zijn gemaakt ten behoeve van de werving van gelden en het beheer van de stichting;
- de andere uitgaven van de goeddoelinstelling;
- de inkomsten van de goeddoelinstelling;
- het vermogen van de goeddoelinstelling.
3. Jaarstukken en begroting
Het bestuur zorgt jaarlijks voor een financieel jaarverslag, waaruit blijkt van de ontvangsten
en uitgaven van het afgelopen boekjaar en de vermogenstoestand van de stichting aan het einde daarvan.
Dit verslag dient binnen vijf maanden na afloop van het boekjaar van de stichting door het bestuur te zijn vastgesteld.
Artikel 13 - Donateurs
1. Begrip
Donateurs zijn zij die zich hebben verplicht de stichting door middel van een of meer door het bestuur vast te stellen bijdragen financieel te steunen en als zodanig door het bestuur zijn toegelaten. De verplichting tot betaling van een jaarlijkse bijdrage eindigt eerst met ingang van het boekjaar dat volgt op het boekjaar waarin het donateurschap is geëindigd.
2. Rechten donateurs
Donateurs hebben toegang tot door het bestuur te bepalen, van de stichting uitgaande, evenementen, kosteloos of tegen verminderd tarief.
Artikel 14 - Statutenwijziging
1. Bevoegdheid en besluitvorming
Het bestuur is bevoegd de statuten te wijzigen.
Het besluit daartoe kan slechts schriftelijk worden genomen met algemene stemmen in een vergadering waarin alle bestuursleden aanwezig of vertegenwoordigd zijn.
Als op deze vergadering niet alle bestuursleden aanwezig of vertegenwoordigd zijn, zal - niet eerder dan twee weken en niet later dan zes weken na de eerste vergadering - een nieuwe vergadering kunnen worden uitgeschreven. In die nieuwe vergadering kan dan - met behoud van de eisen van algemene stemmen - tot statutenwijziging worden besloten, ongeacht het aantal dan aanwezige of vertegenwoordigde bestuursleden.
2. Uitvoering
Het bestuur draagt zorg voor de uitvoering van het besluit. De statutenwijziging komt tot stand door middel van een daartoe op te maken notariële akte. Twee bestuursleden gezamenlijk zijn bevoegd daarbij namens de stichting op te treden, onder overlegging aan de notaris van het stuk of de stukken waaruit van het rechtsgeldig besluit tot wijziging en de voorgeschreven goedkeuring daarvan blijkt.
Een authentiek afschrift van de akte van wijziging en een doorlopende tekst van de gewijzigde statuten moeten worden neergelegd bij het Handelsregister.
Artikel 15 - Ontbinding van de stichting, fusie, splitsing
1. Ontbindingsbesluit
Het bestuur is bevoegd de stichting te ontbinden.
Voor het besluit tot ontbinding gelden dezelfde regels als hiervoor opgenomen voor het besluit tot statutenwijziging.
Het besluit tot ontbinding geeft zo mogelijk ook aan welke bestemming wordt gegeven aan het na vereffening blijkende vereffeningssaldo.
Als de stichting op het tijdstip van haar ontbinding geen baten meer heeft, houdt zij op te bestaan. In dat geval doet het bestuur daarvan opgave aan het Handelsregister.
Als de stichting op het tijdstip van haar ontbinding wel baten heeft, dient dit batig liquidatiesaldo te worden besteed aan een kwalificerende goeddoelinstelling, dan wel op enige andere wijze die het algemeen belang dient.
De boeken en bescheiden van de ontbonden stichting blijven gedurende zeven jaar nadat de stichting heeft opgehouden te bestaan onder bewaring van de door het bestuur bij het besluit tot ontbinding aangewezen persoon. Binnen acht dagen na het ingaan van zijn bewaarplicht moet de aangewezen bewaarder zijn naam en adres opgeven aan het Handelsregister.
2. Andere oorzaak
De stichting wordt bovendien ontbonden:
- door insolventie nadat de stichting in staat van faillissement is verklaard of door opheffing van het faillissement wegens de toestand van de boedel;
- door een daartoe strekkende rechterlijke uitspraak in de bij de wet genoemde gevallen.
3. Fusie of splitsing
Voor een besluit tot fusie of splitsing van de stichting of onderdelen daarvan gelden dezelfde regels van besluitvorming en goedkeuring als voorgeschreven voor een statutenwijziging, onverminderd de eisen van de wet.
Artikel 16 - Vereffening
1. Vereffenaars
De vereffening van het vermogen van de ontbonden stichting en de afwikkeling van haar zaken geschiedt door het bestuur.
2. Stichting in liquidatie
De stichting blijft na haar ontbinding voortbestaan indien en voorzover dit voor de vereffening van haar zaken nodig is.
Gedurende de vereffening blijven de bepalingen van de statuten voor zoveel mogelijk en nodig van kracht.
In stukken en aankondigingen die van de stichting uitgaan, moeten aan de naam van de stichting worden toegevoegd de woorden ‚in liquidatie‛.
3. Bestemming vereffeningssaldo
Voor zover dat nog geen deel uitmaakt van het ontbindingsbesluit, bepaalt het bestuur welke bestemming, na betaling van alle schulden, aan de overgebleven bezittingen van de stichting (het vereffeningssaldo) zal worden gegeven.
Voor dit nader besluit tot bestemming van het vereffeningssaldo gelden dezelfde vereisten als gelden voor het besluit tot ontbinding. Het vereffeningssaldo dient te worden besteed overeenkomstig het doel van de stichting of dient te worden besteed ten behoeve van een instelling als bedoeld in artikel 6.33, onderdeel b, van de Wet Inkomstenbelasting 2001 (een door de belastingdienst erkende algemeen nut beogende instelling).
De vereffening eindigt op het tijdstip waarop geen aan de vereffenaars bekende baten meer aanwezig zijn.
De stichting houdt in geval van vereffening op te bestaan op het tijdstip waarop de vereffening eindigt. De vereffenaars doen daarvan opgave aan het Handelsregister.
Artikel 17 - Reglementen
Het bestuur kan een huishoudelijk reglement of andere reglementen vaststellen, wijzigen of intrekken. Een reglement mag niet in strijd zijn met de statuten of de wet en evenmin onderwerpen bevatten die naar het geldende recht in statuten behoren te worden geregeld. Artikel 18 - Onvoorziene gevallen
In alle gevallen waarin door de statuten of de wet niet is voorzien, beslist het bestuur.
SLOTBEPALINGEN
Eerste bestuur
Door de oprichter wordt het eerste aantal bestuursleden vastgesteld op drie (3) en tot eerste bestuurders benoemd:
1. de oprichter;
2. xxxxxxx Xxxxx xxx Xxxxx- Xxxxxxxx, wonende te 0000 XX Xxxxxx, Xxxxxxxxxx 00X, geboren te Den Haag op zestien mei negentienhonderd eenenzestig;
3. de xxxx Xxxxxx xx Xxxx, wonende te 0000 XX Xxxxx, Xxxxxxxxxxxx 0, geboren te Leiden op negentien juni negentienhonderd vijfenzestig.
De onder 1 genoemde persoon vervult de functie van voorzitter van het bestuur, de onder 2 genoemde persoon vervult de functie van penningmeester en de onder 3 genoemde persoon vervult de functie van secretaris van het bestuur.
Inschrijving in het Handelsregister
Het bestuur draagt zorg voor onmiddellijke eerste inschrijving van de stichting in het Handelsregister, mede om te voorkomen dat bestuursleden door het ontbreken daarvan eventueel persoonlijk aansprakelijk kunnen zijn voor verbintenissen van de stichting.
Eerste boekjaar
Het eerste boekjaar van de stichting eindigt op eenendertig december tweeduizend elf.
Adres
Het adres van de stichting is 0000 XX Xxx Xxxx, Xxxxxxx xxx Xxxxxxxxxxxx 000.
Slot
De comparant is mij, notaris, bekend.
WAARVAN AKTE
verleden te Den Haag ten dage in het hoofd van deze akte gemeld.
Na zakelijke opgave en toelichting van de inhoud van deze akte aan de verschenen persoon heeft deze verklaard tijdig voor het verlijden van de inhoud van deze akte te hebben kennisgenomen, daarmee in te stemmen en op volledige voorlezing daarvan geen prijs te stellen. Vervolgens is deze akte, na beperkte voorlezing, onmiddellijk door de comparant en mij, notaris, ondertekend.
(Volgt ondertekening door comparant en notaris)
UITGEGEVEN VOOR AFSCHRIFT