Contract
Criterium | Solidaire Pensioencontract | Flexibele Pensioencontract |
Hoofdcriterium: solidariteit | ||
1. Tussen deelnemersgroepen | • Toedeling beschermingsrendement en overrendement per leeftijdscohort. • Resultaten op overlijden en levenskansen worden gedeeld over gehele populatie. • Deel van rendement en premie wordt gebruikt voor opbouw solidariteitsreserve (van maximaal 15%) door huidige generatie. Solidariteitsreserve wordt (nadat die is gevuld) later gebruikt voor beperking van tegenvallers en intergenerationele risicodeling die bij kan dragen tot welvaartswinst voor toekomstige generatie. | • Solidariteit beleggingsresultaten in collectief (pensioentrekkenden en deel 58-plussers). • Resultaten op overlijden en levenskansen worden gedeeld in collectief (pensioentrekkenden en deel 58-plussers). • Geen solidariteitsreserve (op basis van huidige inzichten). Er is wel sprake van een minimum vereist eigen vermogen (van circa 1%). |
2. Tijdens opbouwfase | • Deling van beschermingsrendement en overrendement met pensioengerechtigden. • Minder opbouw door huidige generatie als deel van de premie wordt gebruikt voor vorming solidariteitsreserve. • De verwerking van resultaten op overlijden, levenskansen en arbeidsongeschiktheid kan via de solidariteitsreserve. | • Geen deling beleggingsrisico’s met pensioengerechtigden. • In opbouwfase leeftijdsafhankelijke beleggingsopbrengsten. • De verwerking van resultaten op overlijden, levenskansen en arbeidsongeschiktheid wordt solidair vormgegeven en moet nader worden uitgewerkt. |
3. Tijdens uitkeringsfase | • Deling van beschermingsrendement en overrendement met niet-pensioengerechtigden. • De verwerking van resultaten op overlijden, levenskansen en arbeidsongeschiktheid kan via de solidariteitsreserve | • Solidaire deling van beleggings- en verzekeringsresultaten in collectief (pensioengerechtigden en deel 58-plussers). |
Criterium | Solidaire Pensioencontract | Flexibele Pensioencontract |
Hoofdcriterium: collectiviteit | ||
1. Collectief beleggen | Ja | Ja |
Hoofdcriterium: zorgplicht | ||
1. Deelnemers ontzorgen | Ja • Geen keuzemogelijkheden in beleggingen. • Duidelijke communicatie over risicodekkingen en bereikbaar pensioen. | Ja • Goede default lifecycle (= standaard geadviseerde keuze voor beleggingsmix) en default variabel pensioen, voor wie ontzorgd wil worden. • Zorgvuldige begeleiding bij keuze afwijkende lifecycle. • Duidelijke communicatie over risicodekkingen en bereikbaar pensioen. |
2. Een toereikend pensioen verzorgen | Ja | Ja |
3. Perspectief op koopkrachtbehoud (indexatie) | Ja • Solidariteitsreserve vertraagt in eerste instantie het perspectief en dempt risico bij neergaande markten (nadat de solidariteitsreserve eerst gevuld is). • Opheffing leenrestrictie verhoogt het perspectief maar introduceert risico van verlies totale kapitaal jongeren. (zie ook ‘opheffen leenrestrictie’). | Ja • Geen buffers; alle resultaten zijn direct voor de deelnemer. • Geen sprake van beleggen ‘met geleend geld’. |
Criterium | Solidaire Pensioencontract | Flexibele Pensioencontract |
Hoofdcriterium: risicodiversificatie/risicobereidheid | ||
1. Keuzevrijheid om zelf te kiezen voor risicoprofiel beleggingen | Nee | Ja • In de opbouwfase is er naast een default lifecycle (= standaard geadviseerde keuze voor beleggingsmix) veelal een minder risicovolle en een meer risicovolle lifecycle. • Risicoprofiel wordt bepaald via zorgplicht/keuzemodule. • Soms wordt de mogelijkheid van vrij beleggen aangeboden; afhankelijk van afspraken met werkgever/sociale partners. |
2. Passend bij risicobereidheid alle deelnemers | • Op basis van gemiddelde risicobereidheid. • Geen keuze voor individu met afwijkende risicobereidheid individu. | • Opbouwfase: Default lifecycle(= standaard geadviseerde keuze voor beleggingsmix), die past bij de gemiddelde risicobereidheid. Afhankelijk van de vraag welk risico een deelnemer kan en wil lopen kan een deelnemer kiezen voor een minder risicovolle dan wel een meer risicovolle beleggingsmix. • Collectief Xxxxxxxx Xxxxxxxx (vanaf 58 jaar): op basis van gemiddelde risicobereidheid van deze groep deelnemers. Resultaten worden gespreid over meerdere jaren. |
Criterium | Solidaire Pensioencontract | Flexibele Pensioencontract |
3. Bereidheid delen van risico’s met andere groepen | • Risico’s worden gedeeld via leeftijdsafhankelijke verdeling van beschermingsrendement en overrendement en (in een later stadium) via solidariteitsreserve. Solidariteit reikt over alle groepen. • Het gevolg is dat de huidige groep deelnemers en pensioentrekkenden de komende jaren minder pensioen opbouwen omdat een deel van de rendementen (en mogelijk een deel van de premies) wordt gebruikt om de solidariteitsreserve op te bouwen. | • Beleggings- en verzekeringsresultaten worden in het collectief (=pensioengerechtigden en deel 58-plussers) met elkaar gedeeld. • Risico’s worden alleen met vergelijkbare groep deelnemers gedeeld. Dat voorkomt dat er sprake is van herverdeling tussen verschillende groepen. |
4. Opheffen leenrestrictie | • Het is mogelijk om voor jongeren meer dan 100% in zakelijke waarden te beleggen. Dan kan naar verwachting gemiddeld en op den duur een hoger rendement worden behaald. • Er is een risico dat het kapitaal na kort dienstverband en overdracht (aanmerkelijk) lager wordt dan de ingelegde premies vanwege marktomstandigheden op een bepaald moment. | • Het is niet mogelijk om voor jongeren meer dan 100% in zakelijke waarden te beleggen. |
5. Keuzevrijheid tussen vast en variabel pensioen | • Geen keuzevrijheid op dit vlak. Pensioen is altijd variabel. | • Variabel is het uitgangspunt (de default). De deelnemer heeft de mogelijkheid om te kiezen voor een vast pensioen waarbij in de uitkeringsfase geen risico meer wordt gelopen (door middel van shoprecht). • Voor SBZ geldt: vast pensioen alleen bij een andere uitvoerder. |
Criterium | Solidaire Pensioencontract | Flexibele Pensioencontract |
6. Bepalen rendement | • Mogelijke complicaties bij waardering van de rendementen op illiquide beleggingen. • Mogelijke complicaties bij maandelijkse(?) berekening van beschermingsrendement en overrendement. | • Mogelijke complicaties bij waardering van de rendementen op illiquide beleggingen. |
Hoofdcriterium: individuele benadering | ||
1. Opgebouwd pensioen- vermogen voor het individu | Nee • Solidariteitsreserve blijft achter bij waardeoverdracht naar ander pensioenfonds. | Ja • Volledig opgebouwd vermogen is beschikbaar voor waardeoverdracht. |
2. Persoonlijk, meer op individu gerichte pensioenregeling | Nee, omdat • er geen individuele keuzemogelijkheden zijn in beleggingsmix, en • vullen en verdelen solidariteitsreserve kan leiden tot herverdeling. | Ja, omdat • er individuele keuzemogelijkheden zijn in de beleggingsmix (in opbouwfase) en • er geen herverdeling is door middel van een solidariteitsreserve. |
Criterium | Solidaire Pensioencontract | Flexibele Pensioencontract |
Hoofdcriterium: uitlegbaarheid | ||
1. Toekennen rendement aan opbrengsten | • Rendementstoerekening afhankelijk van mate van toerekening beschermingsrendement en overrendement. De regels rondom vaststelling en toezegging van de rendementen in het nieuwe contract zijn complex en voor discussie vatbaar. Dit leidt niet alleen tot een zorgplicht voor de fondsbestuurders, maar wellicht ook tot onbegrip en ontevredenheid bij deelnemers. • Toedeling gaat per leeftijdscohort. Afhankelijk van hoe breed deze cohorten zijn, kunnen aanmerkelijke en niet gemakkelijk verklaarbare sprongen in rendement voorkomen. Het is bijvoorbeeld mogelijk dat jongeren en ouderen een positief rendement hebben en de middengroep een negatief rendement heeft. • Verzekeringstechnische rendementen moeilijk herleidbaar. | • Rendementen afhankelijk van beleggingsmix. In de opbouwfase zijn deze rendementen direct afleidbaar van de koersen. Hiermee is duidelijk wie recht heeft op welk rendement. • In het uitkeringscollectief zijn de beleggingsrendementen ook herleidbaar en uitlegbaar. • De lifecycles hanteren leeftijdscohorten van enkele maanden. Zo ontstaat een geleidelijk glijpad in het leeftijdsafhankelijke rendement. • Verzekeringstechnische rendementen moeilijk herleidbaar. |
2. Transparantie | • Net zo transparant als nu, in de betekenis van ‘het delen van informatie’. • Vanwege moeilijk uitlegbare verdeling van rendementen en werking solidariteitsreserve minder transparant in de betekenis van ‘begrijpelijk’. | • Net zo transparant als nu, in de betekenis van ‘het delen van informatie’. • Transparant in de zin van ‘begrijpelijk’ omdat rendementen herleidbaar zijn. • Vanwege geleidelijke inkoop in collectief 10 jaar voorafgaand aan de pensioendatum en spreiding van rendementen in uitkeringsfase wat ingewikkelder dan zuiver beschikbaar premiesysteem. |
Criterium | Solidaire Pensioencontract | Flexibele Pensioencontract |
Hoofdcriterium: uitvoerbaarheid | ||
1. Kosten uitvoering pensioencontract aanvaardbaar | • Administratief bezien ingewikkelder dan middelloonregeling en flexibele pensioencontract, waardoor waarschijnlijk hogere kosten pensioenbeheer dan bij een bestaande middelloonregeling. | • Naar verwachting lagere kosten pensioenbeheer dan huidige situatie. |
2. Evenwichtige vormgeving transitie incl. invaren | Ja • Mogelijk wordt (deel van) de reserves gebruikt ter compensatie mindere opbouw voor oudere deelnemer na overgang leeftijdsonafhankelijke premie. | Ja • Mogelijk wordt leeftijdsafhankelijke premie voor bestaande deelnemers voortgezet waardoor reserves kunnen worden ingebracht in individuele kapitalen. |
3. Inrichting operationeel integer en geautomatiseerd | • Kan worden gerealiseerd. • Vanwege het nieuwe product is er geen administratie met een bewezen track record. | • Bewezen realiseerbaar. • Wereldwijd en ook in Nederland is veel ervaring opgedaan met premieregelingen in een unit-administratie. Hangt wel van de administrateur af. |
Hoofdcriterium: SBZ-specifiek | ||
1. Vrijwillig karakter | • Niet meekrijgen van solidariteitsreserve bij waardeoverdracht past minder bij niet-verplichtgesteld bedrijfstakpensioenfonds. | • Passend; bij waardeoverdracht is geen sprake van achterblijven solidariteitsreserve. |
2. Passend bij arbeidsmarkt | • Voornamelijk geschikt voor werknemers die hun gehele werkzame leven bij hetzelfde pensioenfonds blijven. | • Betere aansluiting bij ontwikkelingen in maatschappij en arbeidsmarkt (meer behoefte aan zelf aan de knoppen zitten, meer kortere dienstverbanden). • Individuele keuzemogelijkheden beleggingen. |
Criterium | Solidaire Pensioencontract | Flexibele Pensioencontract |
3. Opbouw deelnemers- populatie | • Omdat sprake is van een homogene groep kan digitalisering en communicatie specifiek worden afgestemd. • Bij bepaling risicohouding kan rekening worden gehouden met vergelijkbaar risicodraagvlak en gemiddelde risicobereidheid. • Omdat er ook relatief veel werknemers zijn met een kort dienstverband kan het opheffen van de leenrestrictie en het niet meegeven van solidariteitsreserve bij overdracht leiden tot aanvullende (reputatie)risico’s. | • Omdat sprake is van homogene groep kan digitalisering en communicatie specifiek worden afgestemd. • Bij bepaling risicohouding default lifecycle (= standaard geadviseerde keuze voor beleggingsmix) en collectieve beleggingsmix kan rekening worden gehouden met vergelijkbare risicodraagvlak. • Bij afwijkende risicobereidheid kan worden gekozen voor minder risicovolle en meer risicovolle lifecycle in opbouwfase. • Gemiddeld korte dienstverband in de sector. Bij vertrek uit de sector is waardeoverdracht mogelijk zonder dat een solidariteitsreserve achterblijft. |
4. Typerend voor de (zorg)verzekeringsbranche: • Collectiviteit • Solidariteit • Keuzepalet / eigen verzekering samenstellen • Goed verzorgde arbeidsvoorwaarden | Ja Ja Nee Ja | Ja Ja Ja Ja |
Criterium | Solidaire Pensioencontract | Flexibele Pensioencontract |
Typerend voor de financiële sector: • Zelf beleggen • Aanvullende dienstverlening met advies bij financiële planning | Niet mogelijk. Binnen collectief contract niet van toepassing omdat er geen keuze (in het beleggingsbeleid) mogelijk is. Het is wel mogelijk om bovenop de basisregeling op basis van het contract een aanvullende regeling op basis van het flexibele pensioencontract te hebben. Dat leidt tot aanvullende kosten voor pensioenbeheer aangezien dan twee contracten moeten worden uitgevoerd. | Vaak mogelijk. Kan in de toekomst worden aangeboden (tegen meerkosten betreffende werkgever). |