Contract
Deze Bijzondere Voorwaarden vormen één geheel met de Algemene Voorwaarden en de Algemene Begripsomschrijvingen. Veel verzekeringsbegrippen lichten wij toe in de Algemene Begripsomschrijvingen. Een aantal aanvullende begrippen leggen wij in het eerste artikel van deze verzekering uit.
Inhoud
Algemeen
Artikel 1 Aanvullende begripsomschrijvingen Artikel 2 Geldigheidsgebied
Artikel 3 Bijzondere uitsluitingen
De aansprakelijkheidsdekking
Artikel 4 Omvang van de dekking
Artikel 5 Schade aan ondergrondse eigendommen van derden
Artikel 6 Schade aan zaken van verzekeringnemer Artikel 7 Borgstelling
Artikel 8 Kosten ter voorkoming en vermindering van schade
Artikel 9 Beperking van de dekking Artikel 10 Aanvullende uitsluitingen
Artikel 11 Schaderegeling met benadeelden Artikel 12 Tijdelijke vervanging
Artikel 13 Verhaal op de verzekerde
De brand dekking
Artikel 14 Omvang van de dekking
Artikel 15 Dekking boven het verzekerde bedrag
De Brand/Diefstal dekking
Artikel 16 Omvang van de dekking Artikel 17 Beperking van de dekking
Artikel 18 Dekking boven het verzekerde bedrag Artikel 19 Bijzondere uitsluitingen
De Cascodekking
Artikel 20 Omvang van de dekking exclusief eigen gebrek
Artikel 21 Omvang van de dekking inclusief eigen gebrek
Artikel 22 Dekking boven het verzekerde bedrag Artikel 23 Opruimingskosten
Artikel 24 Beperking van de dekking Artikel 25 Bijzondere uitsluitingen
Schaderegeling bij Brand, Brand/Diefstal en Casco dekking
Artikel 26 Vaststelling van de schade Artikel 27 Vergoeding van de schade Artikel 28 Regelingen in geval van verlies Premie
Artikel 29 Premievaststelling
Artikel 30 Terugbetaling van premie
Clausules
Algemeen
Artikel 1 Aanvullende begripsomschrijvingen
In deze Bijzondere Voorwaarden wordt verstaan onder:
1. Gebeurtenis
Een voorval of een reeks van met elkaar verband
houdende voorvallen ten gevolge waarvan schade is ontstaan.
2. Maatschappij
De op de voorzijde van deze polismantel genoemde vennootschap.
3. Object
Het op het polisblad omschreven object met de tot de standaarduitrusting behorende onderdelen en standaard geleverde gereedschappen, alsmede het aan of in het object aanwezige blusapparaat.
4. Schade
a. Schade aan personen Xxxxxx of aantasting van de gezondheid van personen, al dan niet de dood tot gevolg hebbend, met inbegrip van de daaruit voort- vloeiende schade.
b. Xxxxxx aan zaken Xxxxxxxxxxxx en/of vernietiging en/of verloren gaan van roerende en/of onroerende zaken van anderen dan de verzekeringsnemer, met inbegrip van de daaruit voortvloeiende schade.
5. Verzekerde
a. De verzekeringsnemer, de eigenaar, de bezitter, de bestuurder en passagiers van het verzekerde object;
b. de werkgever van de onder a genoemde personen indien hij krachtens het burgerlijk recht aansprakelijk is voor de schade die door één van hen is veroorzaakt;
c. de houder van het verzekerde object, waaronder begrepen de huurder van het verzekerde object (al dan niet inclusief bestuurder), alsmede de opdrachtgever indien het verzekerde object in het kader van een overeenkomst van opdracht wordt gebruikt.
Artikel 2 Geldigheidsgebied
De verzekering is van kracht binnen Nederland, België en Luxemburg, alsmede in Duitsland binnen een strook van 50 km gelegen langs de Nederlandse grens.
Artikel 3 Bijzondere uitsluitingen
Naast de bepalingen die in de Algemene Voorwaarden zijn opgenomen, zijn de volgende uitsluitingen van toepassing:
Geen dekking wordt verleend voor schade:
1. indien de feitelijke bestuurder:
a. niet in het bezit is van een geldig, voor het verzekerde object wettelijk voorgeschreven rijbewijs
c.q. rijvaardigheidsbewijs. Deze uitsluiting geldt niet indien:
- de geldigheidsduur van het rijbewijs niet langer dan 1 jaar is verstreken en dit uitsluitend te wijten is aan het verzuim van de verzekerde om het rijbewijs te laten verlengen;
- de bestuurder geslaagd is voor het rijvaardigheidsexamen, maar het rijbewijs nog niet aan hem is uitgereikt;
b. de bevoegdheid tot het besturen van motorrijtuigen ingevolge een onherroepelijk vonnis is ontzegd;
2. veroorzaakt gedurende de periode dat het verzekerde object is verhuurd, tenzij uit het polisblad blijkt dat dit risico is meeverzekerd. Van verhuur is sprake wanneer het verzekerde object aan een ander (de huurder) ter beschikking wordt gesteld zonder een in dienst van de verzekeringsnemer zijnde bestuurder of de verzeke-
xxxxxxxxxx zelf als bestuurder;
3. ontstaan terwijl het verzekerde object werd gebruikt voor andere doeleinden dan waarvoor het bestemd is.
De aansprakelijkheidsdekking
Indien uit het polisblad blijkt dat Wettelijke Aansprakelijkheid is verzekerd, zijn de onderstaande artikelen 4 tot en met 13 van toepassing.
Artikel 4 Omvang van de dekking
1. Met voorbijgaan aan hetgeen anders in deze polisvoorwaarden mocht zijn bepaald, wordt deze verzekering geacht aan de door of krachtens de Wet Aansprakelijkheidsverzekering Motorrijtuigen (W.A.M.) gestelde eisen te voldoen.
2. De maatschappij biedt tot maximaal het op het polisblad als eerste genoemde verzekerde bedrag per
gebeurtenis dekking voor de aansprakelijkheid ingevolge de W.A.M. van alle verzekerden tezamen met of door het verzekerde object toegebracht.
3. Vindt de gebeurtenis plaats in een land behorende tot het geldigheidsgebied dat krachtens een met de W.A.M. overeenkomende wet een hoger maximumbedrag heeft voorgeschreven, dan geldt dit hoger bedrag.
4. Onder deze dekking is mede begrepen de aansprakelijkheid voor toegebrachte schade:
a. met of door een twee- of vierwielige aanhangwagen of daarmee gelijk te stellen object, gekoppeld aan het verzekerde object;
b. indien de onder a genoemde voertuigen van het verzekerde object zijn losgeraakt of losgemaakt, doch niet buiten het verkeer tot stilstand zijn gekomen. Indien deze voertuigen, na losraking of losmaking, veilig buiten het verkeer tot stilstand zijn gekomen, dan is de aansprakelijkheid gedekt, tenzij de schade is gedekt onder een andere verzekering, al dan niet van oudere datum;
c. met of door zaken, terwijl deze zaken zich bevinden op, of worden vervoerd met, vallen van, vallen uit, dan wel nadat deze zijn gevallen van of uit het verzekerde object en/of meeverzekerde aanhanger, die aan het verzekerde object is gekoppeld;
d. door personen, die zich, zonder het verzekerde object zelf te besturen, in of op het verzekerde object of de daaraan gekoppelde aanhanger bevinden dan wel daar in-, uit- of afstappen.
5. De maatschappij biedt tot maximaal het op het polisblad als tweede genoemde verzekerde bedrag per gebeurtenis dekking voor de aansprakelijkheid uit anderen hoofde dan de W.A.M. van alle verzekerden tezamen voor schade veroorzaakt met of door het verzekerde object, al dan niet met aangekoppeld materiaal of de daarmee vervoerd wordende lading of last.
Artikel 5 Schade aan ondergrondse eigendommen van derden
1. Onder de in artikel 4.5 genoemde dekking is mede begrepen de aansprakelijkheid voor beschadiging van ondergrondse eigendommen van derden, zoals kabels, leidingen, buizen e.d., met inbegrip van de daaruit voortvloeiende gevolgschade.
2. Deze dekking geldt alleen indien verzekerde
aannemelijk kan maken, dat hij tenminste 3 dagen maar niet langer dan 3 maanden voor aanvang van het werk de voorgenomen werkzaamheden heeft gemeld bij het Kabels en Leidingen Informatie Centrum (KLIC). Indien de werkzaamheden worden uitgevoerd op niet openbare (water)wegen of (bedrijfs)terreinen, dan wel bij niet KLIC aangesloten kabel- en/of leidingbeheerders, dan dient verzekerde aannemelijk te maken dat de gegevens betreffende de ligging van kabels en leidingen tenminste 3 dagen maar niet langer dan 3 maanden voor aanvang van de voorgenomen werkzaamheden zijn opgevraagd bij de eigenaar of beheerder van die betreffende (water)wegen of (bedrijfs)terreinen. Tevens dient verzekerde aannemelijk te maken dat bij de uitvoering van de werkzaamheden de exacte ligging van de kabels, leidingen of buizen is geverifieerd door handmatig controleren of vrijmaken van de desbetreffende kabels, leidingen of buizen, dan wel door het gebruik van in de praktijk bewezen deugdelijke elektronische- en/of radiografische apparatuur.
3. Per verzekeringsjaar geldt een eigen risico van € 500,-
per gebeurtenis voor elke tweede en volgende schade aan ondergrondse kabels, buizen, leidingen e.d., alsmede op de eventuele gevolgschade daarvan.
Artikel 6 Schade aan zaken van verzekeringnemer
1. De maatschappij biedt, tot een maximumbedrag van
€ 500.000,- per gebeurtenis, dekking voor beschadiging, vernietiging of verloren gaan van andere verzekeringsnemer in eigendom toebehorende zaken, alsmede voor de aansprakelijkheid voor schade aan zaken die verzekerde onder zich heeft uit hoofde van een huur-, leen- of andere overeenkomst.
2. Deze dekking geldt niet indien de schade is gedekt onder een andere verzekering - al dan niet van oudere datum - of onder een andere verzekering zou zijn gedekt indien deze verzekering niet bestond.
3. Bedrijfs- of gevolgschade, geleden door de verzekeringsnemer zelf, alsmede schade aan of verlies van het verzekerde object waarmee of waardoor de schade of het verlies is veroorzaakt, is niet in de hier omschreven dekking begrepen.
Artikel 7 Borgstelling
1. Er bestaat, zonodig boven het verzekerde bedrag, recht op verstrekking van een waarborgsom van ten hoogste
€ 25.000,- indien deze, tengevolge van een gedekte gebeurtenis, door de bevoegde overheidsinstanties wordt verlangd voor de vrijlating van verzekerde, de teruggave van zijn rijbewijs, of de opheffing van een beslag, gelegd op het verzekerde object.
2. Door het aanvaarden van de verstrekking machtigt de verzekerde de maatschappij onherroepelijk daarover te beschikken, zodra deze weer wordt vrijgegeven en aanvaardt hij de verplichting zijn volle medewerking te verlenen aan het verkrijgen van onverwijlde restitutie aan de maatschappij.
3. De verzekerde is verplicht het bedrag van de verstrekking zo spoedig mogelijk terug te betalen, indien dit door de vorengenoemde instantie aan hem is terugbetaald.
Artikel 8 Kosten ter voorkoming en vermindering van schade
De maatschappij biedt, zonodig boven het ter zake van aansprakelijkheid verzekerde bedrag, tot een maximum van
€ 500.000,- per gebeurtenis dekking voor de onkosten die door een verzekerde zijn gemaakt ter voorkoming of vermindering van schade in de zin van artikel 283 W.v.K.
Artikel 9 Beperking van de dekking
1. Indien een in artikel 1.5.c omschreven verzekerde aansprakelijk is en deze persoon niet is de verzekeringsnemer of diens werknemer/ondergeschikte, kunnen uitsluitend aan deze verzekering rechten worden ontleend na hiertoe uitdrukkelijk verkregen toestemming van verzekeringsnemer.
2. Indien echter de aansprakelijkheid van de in lid 10.1 genoemde verzekerde tevens is gedekt onder een andere verzekering - al dan niet van oudere datum - of onder een andere verzekering zou zijn gedekt indien deze verzekering niet bestond, kan desondanks aan deze verzekering geen recht op schadevergoeding worden ontleend.
Artikel 10 Aanvullende uitsluitingen
Naast de uitsluitingen die in de Algemene Voorwaarden en in artikel 3 van deze Bijzondere voorwaarden zijn opgenomen, gelden de volgende bepalingen.
Uitgesloten is de aansprakelijkheid:
1. voor schade wegens lichamelijk letsel, toegebracht aan de bestuurder van het verzekerde object dat het ongeval veroorzaakt;
2. voor schade veroorzaakt door degene, die het verzekerde object bestuurt, bedient of zich daarop bevindt zonder uitdrukkelijke of stilzwijgende machtiging van iemand die tot die machtiging bevoegd is;
3. van de bezitter te kwader trouw of van de houder te kwader trouw;
4. wegens aantasting van bodem, lucht en water als gevolg van verontreiniging, tenzij deze verontreiniging het gevolg is van een plotselinge onzekere gebeurtenis en deze gebeurtenis niet het rechtstreekse gevolg is van een langzaam (in)werkend proces;
5. voor schade die voortvloeit uit contractuele verplichtingen voor zover die verder gaan dan de wettelijke aansprakelijkheid;
6. voor schade verband houdende met of veroorzaakt door heiwerkzaamheden of het slaan of trekken van damwanden;
7. voor schade aan vervoerde zaken, ook tijdens het laden en lossen daarvan;
8. voor schade aan aanhangwagens of andere objecten, die aan het verzekerde object zijn gekoppeld of na koppeling daarvan zijn losgemaakt of losgeraakt, zolang zij nog niet veilig buiten het verkeer tot stilstand zijn gekomen.
Artikel 11 Schaderegeling met benadeelden
De maatschappij belast zich met de regeling en de vaststelling van de schade. Zij heeft te allen tijde het recht benadeelden rechtstreeks schadeloos te stellen en met hen schikkingen te treffen. Zij zal daarbij de belangen van verzekerde in het oog houden.
Artikel 12 Tijdelijke vervanging
De verzekering is gedurende de tijd dat het op het polisblad omschreven verzekerde object voor onderhoud of reparatie tijdelijk buiten gebruik is mede van kracht voor een vervangend, niet aan de verzekeringsnemer toebehorend, gelijkwaardig en gelijksoortige object, tenzij de schade is gedekt onder een andere verzekering - al dan niet van oudere datum - of onder een andere verzekering zou zijn gedekt indien deze verzekering niet bestond.
Artikel 13 Verhaal op de verzekerde
In de gevallen waarin de maatschappij krachtens de W.A.M. of een daarmee overeenkomende buitenlandse wet tot vergoeding van schade en kosten is verplicht zonder dat er sprake is van een gedekte gebeurtenis, heeft de maatschappij het recht het door haar verschuldigde te verhalen op de verzekeringsnemer en de aansprakelijke verzekerde. De maatschappij zal dit recht niet uitoefenen jegens de aansprakelijke verzekerde, die niet is de verzekeringnemer, tenzij hij niet te goeder trouw mocht aannemen dat zijn aansprakelijkheid voor de schade is gedekt. De maatschappij zal van zijn verhaalsrecht tegenover de verzekeringsnemer of diens erfgenamen geen gebruik maken, indien de schade door een ander dan de verzekeringsnemer is veroorzaakt nadat de verzekering is geëindigd.
Brand dekking
Indien uit het polisblad blijkt dat de Brand dekking van toepassing is, zijn de onderstaande artikelen 14 en 15 van kracht.
Artikel 14 Omvang van de dekking
Wij bieden dekking voor de schade aan het verzekerde object door brand, ontploffing, blikseminslag, zelfontbranding en kortsluiting.
Artikel 15 Dekking boven het verzekerde bedrag
De maatschappij biedt, zonodig boven het voor het verzekerde object verzekerde bedrag, doch tot maximaal dat verzekerde bedrag, voorts dekking voor:
1. de redelijke, in verband met een gedekte gebeurtenis gemaakte kosten van:
a. berging en opruiming van het verzekerde object;
b. noodzakelijke bewaking en stalling van het verzekerde object;
c. vervoer het verzekerde object naar de dichtstbijzijnde werkplaats voor zover het verzekerde object deze werkplaats niet op eigen kracht kan bereiken;
d. noodzakelijke demontage om de kosten van het herstel te kunnen vaststellen;
e. een eventuele noodreparatie;
2. de van de verzekerde gevorderde bijdrage in averijgrosse met betrekking tot het verzekerde object.
Brand/diefstal dekking
Indien uit het polisblad blijkt dat de Brand/diefstal dekking van toepassing is, zijn de onderstaande artikelen 16 tot en
met 19 van kracht.
Artikel 16 Omvang van de dekking
1. brand, ontploffing, blikseminslag, zelfontbranding en kortsluiting;
2. diefstal, braak, verduistering door een ander dan de verzekeringsnemer, joyriding en vermissing, alsmede de daarbij aan het verzekerde object ontstane schade door een van buiten komend onheil, door kwaadwillige beschadiging en door onoordeelkundig gebruik.
Artikel 17 Beperking van de dekking
In geval van diefstal of vermissing van of joyriding met het verzekerde object geldt voor cascoschade een extra eigen risico van 25% van het schadebedrag met een minimum van
€ 5.000,- per gebeurtenis. Het extra eigen risico zal worden toegepast tezamen met eventuele andere van toepassing zijnde eigen risico’s. Voor toepassing van het extra eigen risico maakt het geen verschil of het object later geheel of gedeeltelijk wordt teruggevonden. Het extra eigen risico zal niet worden toegepast indien:
1. het verzekerde object was uitgerust met een door de SCM goedgekeurd beveiligingssysteem en
2. dit beveiligingssysteem in overeenstemming is met de voorgeschreven beveiligingsklasse en
3. dit beveiligingssysteem jaarlijks is gecontroleerd en goedgekeurd door een SCM-BMWT erkend inbouwbedrijf en -dit beveiligingssysteem ten tijde van de diefstal, vermissing of joyriding in werking was en - voor het overige de normale zorgvuldigheid is betracht, teneinde het risico van diefstal, vermissing of joyriding te voorkomen.
Artikel 18 Dekking boven het verzekerde bedrag
De maatschappij biedt, zonodig boven het voor het verzekerde object verzekerde bedrag, doch tot maximaal dat verzekerde bedrag, voorts dekking voor:
1. de redelijke, in verband met een gedekte gebeurtenis gemaakte kosten van:
a. berging en opruiming van het verzekerde object;
b. noodzakelijke bewaking en stalling van het verzekerde object;
c. vervoer het verzekerde object naar de dichtstbijzijnde werkplaats voor zover het verzekerde object deze werkplaats niet op eigen kracht kan bereiken;
d. noodzakelijke demontage om de kosten van het herstel te kunnen vaststellen;
e. een eventuele noodreparatie;
2. de van de verzekerde gevorderde bijdrage in averijgrosse met betrekking tot het verzekerde object.
Artikel 19 Bijzondere uitsluitingen
Naast de uitsluitingen die in de Algemene Voorwaarden en in artikel 3 van deze Bijzondere voorwaarden zijn opgenomen, gelden de volgende bepalingen.
Niet verzekerd is:
1. schade die het directe gevolg is van aan de verzekeringsnemer te verwijten onvoldoende onderhoud van en/of onvoldoende zorg voor een verzekerd object, dan wel te wijten is aan diens grove schuld of grove nalatigheid;
2. diefstal van het verzekerde object, indien dit onbeheerd wordt achtergelaten op een aanhangwagen;
3. verduistering van het verzekerde object in geval van verhuur als omschreven in artikel 3.2, tenzij verzekerde zich door middel van een geldig legitimatiebewijs van de identiteit van de huurder heeft overtuigd. Een afschrift van het legitimatiebewijs dient bij de melding van de schade te worden overgelegd;
De cascodekking
Indien uit het polisblad blijkt dat het verzekerde object Casco (exclusief of inclusief eigen gebrek) is verzekerd, zijn de onderstaande artikelen 20 en 25 van toepassing.
Artikel 20 Omvang van de dekking exclusief eigen gebrek
De maatschappij biedt, indien uit het polisblad blijkt dat dit risico is meeverzekerd, tot maximaal het op het polisblad genoemde verzekerde bedrag, dekking voor schade aan of verlies van het verzekerde object door:
3. brand, ontploffing, blikseminslag, zelfontbranding en kortsluiting;
4. botsen, stoten, omslaan, te water of van de weg geraken, slippen, ongeacht of de gebeurtenis een gevolg is van een eigen gebrek van het verzekerde object;
5. diefstal, braak, verduistering door een ander dan de verzekeringsnemer, joyriding en vermissing, alsmede de daarbij aan het verzekerde object ontstane schade door een van buiten komend onheil, door kwaadwillige beschadiging en door onoordeelkundig gebruik;
6. breuk van de zich in het verzekerde object bevindende ruiten, alsmede de schade aan het verzekerde object, veroorzaakt door de ruitbreuk ook indien de schade niet gepaard ging met een ander in dit artikel gedekte gebeurtenis;
7. rellen, relletjes (waaronder niet begrepen kwaadwillige beschadiging);
8. storm, waaronder wordt verstaan wind met een windsnelheid van tenminste 14 meter per seconde (windkracht 7 of hoger) en door die storm vallende voorwerpen;
9. aardbeving, aardverschuiving, hagel, instorting tengevolge van een natuurverschijnsel, lawines, overstroming, van een berg of natuurlijke helling vallend gesteente, vloedgolf, vulkanische uitbarsting;
10. botsing met luchtvaartuigen, delen daarvan of voorwerpen daaruit;
11. bevriezing die het gevolg is van een gedekte gebeurtenis;
12. ieder ander onverwacht van buiten komend onheil.
Artikel 21 Omvang van de dekking inclusief eigen gebrek
De maatschappij biedt, indien uit het polisblad blijkt dat dit risico is meeverzekerd, tot maximaal het op het polisblad genoemde verzekerde bedrag, dekking voor schade aan of verlies van het verzekerde object door:
1. een in artikel 20 genoemde gebeurtenis;
2. eigen gebrek (waaronder is begrepen zowel de fout als het eigen gebrek als de gevolgen daarvan), tenzij de schade is gedekt onder een andere verzekering - al dan
niet van oudere datum - of onder een andere verzekering zou zijn gedekt indien deze verzekering niet bestond, danwel indien hiervoor een garantieregeling van toepassing is.
Deze dekking blijft gedurende ten hoogste 48 maanden na de ingangsdatum van deze verzekering van kracht. Na verloop van de hiervoor genoemde termijn wordt de dekking per de eerstvolgende premievervaldag omgezet naar de dekking als vermeld in artikel 20 (cascodekking exclusief eigen gebrek).
Artikel 22 Dekking boven het verzekerde bedrag
De maatschappij biedt, zonodig boven het voor het verzekerde object verzekerde bedrag, doch tot maximaal dat verzekerde bedrag, voorts dekking voor:
1. de redelijke, in verband met een gedekte gebeurtenis gemaakte kosten van:
a. berging en opruiming van het verzekerde object;
b. noodzakelijke bewaking en stalling van het verzekerde object;
c. vervoer het verzekerde object naar de dichtstbijzijnde werkplaats voor zover het
Artikel 25 Bijzondere uitsluitingen
Naast de uitsluitingen die in de Algemene Voorwaarden en in artikel 3 van deze Bijzondere voorwaarden zijn opgenomen, gelden de volgende bepalingen.
Niet verzekerd is:
1. schade die het directe gevolg is van aan de verzekeringsnemer te verwijten onvoldoende onderhoud van en/of onvoldoende zorg voor een verzekerd object, dan wel te wijten is aan diens grove schuld of grove nalatigheid;
2. diefstal van het verzekerde object, indien dit onbeheerd wordt achtergelaten op een aanhangwagen;
3. verduistering van het verzekerde object in geval van verhuur als omschreven in artikel 3.2, tenzij verzekerde zich door middel van een geldig legitimatiebewijs van de identiteit van de huurder heeft overtuigd. Een afschrift van het legitimatiebewijs dient bij de melding van de schade te worden overgelegd;
4. schade bestaande uit de herstelkosten van slijtage als natuurlijk gevolg van de werking en het gebruik van het verzekerde object.
verzekerde object deze werkplaats niet op eigen kracht kan bereiken;
d. noodzakelijke demontage om de kosten van het herstel te kunnen vaststellen;
e. een eventuele noodreparatie;
2. de van de verzekerde gevorderde bijdrage in averijgrosse met betrekking tot het verzekerde object.
Artikel 23 Opruimingskosten
De maatschappij biedt, zonodig boven het voor het verzekerde object verzekerde bedrag, doch tot maximaal dat verzekerde bedrag, voorts dekking voor de kosten verbonden aan lichting en/of opruiming na verlies van het verzekerde object, mits een verzekerde op grond van wet of overeenkomst tot lichting of opruiming verplicht is, dan wel indien lichting en/of opruiming redelijkerwijs nodig wordt geoordeeld. Deze dekking geldt alleen dan, indien het totaal verlies het gevolg is van een gedekte gebeurtenis.
Artikel 24 Beperking van de dekking
In geval van diefstal of vermissing van of joyriding met het verzekerde object geldt voor cascoschade een extra eigen risico van 25% van het schadebedrag met een minimum van
€ 5.000,- per gebeurtenis. Het extra eigen risico zal worden toegepast tezamen met eventuele andere van toepassing zijnde eigen risico’s. Voor toepassing van het extra eigen risico maakt het geen verschil of het object later geheel of gedeeltelijk wordt teruggevonden. Het extra eigen risico zal niet worden toegepast indien:
4. het verzekerde object was uitgerust met een door de SCM goedgekeurd beveiligingssysteem en
5. dit beveiligingssysteem in overeenstemming is met de voorgeschreven beveiligingsklasse en
6. dit beveiligingssysteem jaarlijks is gecontroleerd en goedgekeurd door een SCM-BMWT erkend inbouwbedrijf en -dit beveiligingssysteem ten tijde van de diefstal, vermissing of joyriding in werking was en - voor het overige de normale zorgvuldigheid is betracht, teneinde het risico van diefstal, vermissing of joyriding te voorkomen.
Schaderegeling bij de Brand, Brand/diefstal
en Casco dekking
Indien uit het polisblad blijkt het verzekerde object voor Xxxxx, Brand/diefstal of Casco is verzekerd, zijn de onderstaande artikelen 26 tot en met 28 van toepassing.
Artikel 26 Vaststelling van de schade
Bij schade aan of verlies van het verzekerde object wordt de omvang van de schade vastgesteld:
1. Vaststelling van de waarde voor de gebeurtenis
Als waarde van het verzekerd object voor de gebeurtenis wordt aangehouden de dagwaarde. Onder dagwaarde wordt verstaan de verkoopwaarde van het verzekerde object in de staat zoals die was op het moment onmiddellijk voor de schade.
2. Vrijheid van reparatie
Gaan de kosten van herstel van de aan het verzekerde object toegebrachte schade een bedrag van € 500,- niet te boven, dan kan die schade worden hersteld zonder een machtiging van de maatschappij. De maatschappij dient onmiddellijk van de gebeurtenis in kennis te worden gesteld, terwijl een gespecificeerde rekening van een deskundig reparateur moet worden overgelegd. De beschadigde onderdelen, voor zover zij zijn vervangen, dienen ter beschikking te blijven van de maatschappij.
Artikel 27 Vergoeding van de schade
1. De maatschappij vergoedt tot ten hoogste het verzekerde bedrag:
a. bij schade aan het verzekerde object
de kosten van herstel tot ten hoogste het bedrag dat bij verlies zou zijn betaald, onder aftrek van een redelijke bedrag voor normale slijtage. Wanneer de kosten van herstel meer bedragen dan het verschil tussen de dagwaarde van het verzekerde object onmiddellijk voor en de waarde daarvan na een gedekte gebeurtenis, dan wordt de waarde vergoed als vastgesteld in artikel 26.1, verminderd met de waarde van de restanten;
b. bij verlies van het verzekerde object
de waarde als vastgesteld in artikel 26.1
billijk is. Wij betalen de premie pas terug nadat de groene kaart die is afgegeven bij ons is ingeleverd.
2. De maatschappij heeft het recht de vergoeding van de reparatiekosten op te schorten zolang de schade niet
deugdelijk is gerepareerd. De maatschappij dient in de gelegenheid te worden gesteld de reparatie te controleren.
3. De maatschappij doet geen beroep op onderverzekering.
Artikel 28 Regelingen in geval van verlies
1. Bij verlies van het verzekerde object door diefstal, verduistering, joyriding, of vermissing is de verzekeringsnemer verplicht dit terug te nemen wanneer dit binnen 30 dagen na de gebeurtenis wordt terug verkregen. In dat geval worden de kosten vergoed voor het herstel van de schade die aan het verzekerde object is ontstaan in de tijd dat dit niet ter beschikking van de verzekeringsnemer stond tengevolge van een dergelijke gebeurtenis.
2. Bij terugverkrijging van het gestolen of verduisterde object later dan na 1 maand, kan de verzekeringsnemer na terugbetaling van het schadebedrag, verminderd met het bedrag van de in dit artikel onder lid 1 genoemde herstelkosten, het verzekerde object terugnemen.
3. Bij verlies van het verzekerde object zal de maatschappij eerst tot schadevergoeding overgaan nadat een termijn van 30 dagen is verstreken en nadat de eigendomsrechten ter zake van de te vergoeden zaken aan de maatschappij zijn overgedragen. De uitkering van de schadepenningen zal bij een gekentekend object niet eerder plaatsvinden dan nadat de verzekeringsnemer alle delen van het bij het verzekerde object behorende kentekenbewijs aan de maatschappij heeft overhandigd.
4. Bij totaal verlies (in technische zin) van het verzekerde object behoudt de maatschappij zich het recht voor het wrak daarvan over te doen dragen aan een door haar aan te wijzen partij. De uitkering van de schadepenningen zal niet eerder plaatsvinden dan nadat de verzekeringsnemer alle delen van het bij een gekentekend verzekerde object behorende kentekenbewijs aan de maatschappij heeft overhandigd.
Premie
Artikel 29 Premievaststelling
1. De premie wordt, afhankelijk van de dekking, onder meer bepaald aan de hand van:
a. de catalogus- of dagwaarde van het object;
b. het soort object;
c. de aard van het gebruik van het object.
2. Indien wij een onjuistheid in de door de verzekeringnemer opgegeven gegevens constateren, hebben wij het recht de premie en de voorwaarden, na kennisgeving aan de verzekeringnemer en eventueel met terugwerkende kracht, te herzien
Artikel 30 Terugbetaling van premie
Bij tussentijdse beëindiging van de verzekering betalen wij - behalve bij verkoop - de premie over het resterende deel van de verzekeringstermijn terug wanneer en voor zover dit
Clausules
Onderstaande clausules zijn uitsluitend van kracht indien dat op het polisblad vermeld staat.
LM01 Beperking schade door diefstal, vermissing of verduistering
Geen dekking wordt verleend voor schade door diefstal, vermissing of verduistering van het verzekerde object.
In afwijking hiervan is diefstal van het verzekerde object wel gedekt:
1. na voorafgaande braak aan het voertuig, waarin het verzekerde object zich bevond, mits verzekerde kan aantonen dat de inbraak heeft plaatsgevonden tussen
7.00 uur en 19.00 uur;
2. als gevolg van diefstal van het gehele voertuig, waarin het verzekerde object zich bevond, mits verzekerde kan aantonen dat:
a. de diefstal heeft plaatsgevonden tussen 7.00 uur en
19.00 uur en
b. het voertuig ten tijde van de diefstal deugdelijk was afgesloten;
3. indien het verzekerde object ten tijde van de diefstal werd gebruikt voor werkzaamheden en verzekerde kan aantonen dat de diefstal heeft plaatsgevonden tussen
7.00 uur en 19.00 uur;
4. na voorafgaande braak aan het pand (steen/hard), waarbinnen het verzekerde object zich bevond.
In deze clausule wordt verstaan onder "braak": het zich wederrechtelijk toegang verschaffen door het verbreken van afsluitingen, gepaard gaande met zichtbare beschadiging. Hieronder is niet begrepen het zich wederrechtelijk toegang verschaffen door gebruik van valse sleutels dan wel van de echte sleutel, indien deze op onrechtmatige wijze werd verkregen.