Algemene huurvoorwaarden voor zelfstandige woonruimte
Algemene huurvoorwaarden voor zelfstandige woonruimte
Artikel 1
Deze algemene huurvoorwaarden maken deel uit van de huurovereenkomst waarin zij van toepassing zijn verklaard.
Meer dan een huurder
Artikel 2
1. De in de aanhef van de overeenkomst genoemde huurders hebben elk een zelfstandig en volledig recht van huur dat zij gelijktijdig en met eerbiediging van elkaars rechten uitoefenen.
2. De huurprijs en de bijkomende kosten zijn slechts enkelvoudig verschuldigd voor de hierboven bedoelde huurrechten gezamenlijk.
Indien de overeenkomst ten aanzien van een of een aantal huurders eindigt, blijft (blijven) de andere huurder(s) het volledige bedrag van de huurprijs en van de bijkomende kosten verschuldigd.
3. Elk van de huurders is hoofdelijk aansprakelijk voor het gehele bedrag van de huurprijs en voor alle overige verplichtingen die voor hem en voor de andere huurder(s) uit deze overeenkomst en de wet voortvloeien.
4. Om de overeenkomst ten aanzien van alle huurders te doen eindigen, moet de opzegging aan of door elk van hen geschieden. Vindt de opzegging aan of door een of een aantal van hen plaats dan duurt de overeenkomst ten aanzien van de andere huurder(s) ongewijzigd voort.
Terbeschikkingstelling en aanvaarding
Artikel 3
1. Verhuurder zal op de daartoe overeengekomen datum het gehuurde in goede staat van onderhoud en zonder zichtbare gebreken aan huurder ter beschikking stellen.
2. Voor of bij de aanvang van de huur zullen huurder en verhuurder gezamenlijk het gehuurde inspecteren en in een opnamestaat vastleggen:
- de staat van het gehuurde;
- de termijn waarbinnen geconstateerde gebreken, beschadigingen of andere tekortkomin- gen door verhuurder zullen worden verholpen.
3. Zowel de huurder als de verhuurder ontvangen een door beiden ondertekend exemplaar van de opnamestaat.
Artikel 4
Huurder verklaart het gehuurde te aanvaarden overeenkomstig de in artikel 3 bedoelde opnamestaat.
Huurprijs en bijkomende kosten
Artikel 5
1. De huurprijs kan worden gewijzigd op grond van de Huurprijzenwet woonruimte, indien van toepassing.
2. Indien en voor zover de Huurprijzenwet woonruimte op de wijziging van de huurprijs niet van toepassing is, wordt de huurprijs door de verhuurder jaarlijks verhoogd met het in de huurovereenkomst overeengekomen percentage.
Indien het vorenstaande leidt tot een verhoging van de huurprijs binnen drie maanden na het sluiten van de overeenkomst is huurder bevoegd de huurovereenkomst met onmiddellijke ingang te ontbinden.
Artikel 6
1. De voor bijkomende leveringen en diensten verschuldigde voorschotbedragen kunnen door verhuurder worden verhoogd met ingang van de maand, volgende op de maand waarin het laatste overzicht als bedoeld in het derde lid aan huurder is verstrekt.
2. Indien en voor zover artikel 12 van de Huurprijzenwet woonruimte niet langer van toepassing is op de huurovereenkomst en het vorenstaande leidt tot een verhoging van de bijkomende leveringen en diensten verschuldigde voorschotbedragen binnen drie maanden na het sluiten van de overeenkomst is huurder bevoegd de huurovereenkomst te ontbinden.
3. Verhuurder verstrekt huurder elk jaar een naar de soort uitgesplitst overzicht van alle in rekening gebrachte kosten voor de bijkomende leveringen en diensten, met vermelding van de wijze van berekening.
Verschillen tussen de werkelijk gemaakte kosten en de door de huurder als voorschot betaalde bedragen zullen bij deze gelegenheid worden verrekend.
4. Indien verhuurder een of meer van de tot het overeengekomen pakket behorende leveringen en/of diensten wil wijzigen, dan wel het overeengekomen pakket wil uitbreiden met een of meer leveringen en/of diensten, dan wel de berekeningswijze van de vergoeding voor een of meer leveringen en/of diensten wil wijzigen, verklaart huurder zich daarmee bij voorbaat akkoord, mits:
- het belang van verhuurder bij de wijziging of uitbreiding zodanig is dat huurder in redelijkheid, de belangen van beide partijen in aanmerking genomen, zijn toestem- ming daaraan niet mag onthouden, en
- verhuurder tijdig huurder en (zo deze er is) de vertegenwoordiging van de huurders over de wijziging of uitbreiding heeft geïnformeerd en met huurder en de huurdersver- tegenwoordiging overleg heeft gevoerd, en
- de wijziging en/of uitbreiding van het pakket dan wel de wijziging van de bereke- ningswijze van een of meer vergoedingen niet wezenlijk afwijkt van hetgeen is overeengekomen.
5. Huurder zal in ieder geval in redelijkheid zijn toestemming aan de wijziging of uitbreiding niet kunnen onthouden indien:
- een aanzienlijke meerderheid van de huurders binnen het complex of een gedeelte van het complex met de voorgestelde wijziging of uitbreiding heeft ingestemd, en
- de voorgestelde wijziging of uitbreiding uitsluitend complexgewijs of per betreffend gedeelte kan worden gerealiseerd.
6. Indien huurder een of meer van de tot het overeengekomen pakket behorende leveringen en/of diensten wil wijzigen, dan wel het overeengekomen pakket leveringen en/of diensten wil wijzigen en/of uitbreiden, verklaart verhuurder zich daarmee bij voorbaat akkoord, mits:
- het belang van huurder bij de wijziging of uitbreiding zodanig is dat verhuurder in redelijkheid, de belangen van beide partijen in aanmerking genomen, zijn toestemming daaraan niet mag onthouden, en
- de voorgestelde wijziging of uitbreiding uitsluitend complexgewijs of per gedeelte daarvan kan worden gerealiseerd, en
- een aanzienlijke meerderheid van de huurders binnen het complex of betreffend gedeelte daarvan met de voorgestelde wijziging of uitbreiding heeft ingestemd.
7. In de gevallen bedoeld in het vierde lid en het zesde lid van dit artikel verklaart huurder zich tevens akkoord met een eventueel daaruit voortvloeiende verhoging van de kosten en het maandelijkse voorschotbedrag daarop, voor zover die verhoging redelijk en in overeenstemming is met de daarvoor geldende regels. De verhoging zal ingaan op de eerste dag van de maand volgend op die waarin de wijziging of uitbreiding is ingegaan. Indien het vorenstaande leidt tot een verhoging van de huurprijs binnen drie maanden na het sluiten van de overeenkomst is de huurder bevoegd de huurovereenkomst te ontbinden.
Verplichtingen verhuurder
Artikel 7
1. Verhuurder zal huurder gedurende de huurtijd het rustig genot van het gehuurde verschaffen. Verhuurder is niet aansprakelijk voor feitelijke stoornis in het huurgenot door derden.
2. Verhuurder zal het gehuurde in goede staat houden en alle daartoe noodzakelijke reparatie- en onderhoudswerkzaamheden, voor zover deze niet op grond van de algemene huurvoorwaarden door huurder moeten worden verricht, uitvoeren.
3. Verhuurder zal alle gebreken die het gebruik van het gehuurde verhinderen of ernstig belemmeren opheffen, ook al kende hij deze niet bij de aanvang van de huur.
4. Verhuurder is niet aansprakelijk voor schade die huurder lijdt ten gevolge van een gebrek als bedoeld in het vorige lid, dan wel van stagnaties in de tot het gehuurde behorende installaties, tenzij de verhuurder ter zake grove schuld of ernstige nalatigheid kan worden verweten.
Verplichtingen huurder
Artikel 8
1. Huurder zal de verschuldigde huurprijs en bijkomende vergoedingen voor de eerste van iedere maand voldoen door middel van storting of overschrijving op rekeningnummer 00.00.00.000 bij de BNG te Den Haag. Huurder zal hiertoe bij voorkeur een machtiging aan verhuurder afgeven.
2. Huurder zal zich bij het voldoen aan zijn betalingsverplichting niet beroepen op verrekening tenzij de rechter hem daartoe heeft gemachtigd.
Artikel 9
1. Huurder zal het gehuurde als een goed huurder en overeenkomstig de daaraan gegeven bestemming van woonruimte gebruiken.
2. Huurder zal het gehuurde gedurende de huurtijd zelf bewonen en er zijn hoofdverblijf hebben.
3. Huurder zal ervoor zorgdragen dat aan omwonenden geen overlast wordt veroorzaakt.
4. Huurder dient verhuurder schriftelijk te verzoeken om toestemming tot het onderverhuren of in gebruik geven van (een gedeelte van) het gehuurde aan derden. Voor het onderverhu- ren of in gebruik geven van een gedeelte van het gehuurde zal die toestemming door verhuurder worden gegeven mits de huurder zelf het gehuurde als hoofdverblijf heeft en er geen sprake is van overbewoning waardoor verhuurder schade zou kunnen lijden.
5. In appartementengebouwen c.q. flatgebouwen wordt het houden van huisdieren gedoogd. Het is toegestaan om zeer beperkt huisdieren te houden, mits deze huisdieren geen overlast veroorzaken voor omwonenden. Wordt daadwerkelijk overlast geconstateerd, dan is de huurder verplicht deze overlast onmiddellijk te doen stoppen, op wat voor manier ook.
6. In appartementengebouwen c.q. flatgebouwen kan het drogen van de was gebeuren op het balkon. Hierbij moet de was wel binnen het balkon blijven, en mag dus niet over de rand van het balkon worden gehangen.
Artikel 10
1. Geringe en dagelijkse onderhouds- en reparatiewerkzaamheden komen voor rekening van huurder; hieronder vallen:
- het witten, sausen, behangen en schilderen binnenshuis;
- het vervangen van gebroken of beschadigde glasruiten binnenshuis/buitenshuis en spiegels;
- het gebruikelijke onderhoud van en kleine reparaties aan hang- en sluitwerk, schakelaars, contactdozen, deurbel e.d.;
- het ontstoppen van closetpotten, vaste wastafels, gootstenen, riolen, putten, vuilstortko- kers e.d.;
- het vegen van de schoorsteen;
- het schoonhouden van de gemeenschappelijke ruimten;
- het schoonhouden van de dakgoten;
- de aanleg en het onderhoud van de privé-tuin;
- het onderhoud van de gemeenschappelijke groenvoorziening;
- het gebruikelijke onderhoud van geiser/boiler/c.v.-radiatoren e.d.;
- het onderhoud van de waterkranen en het treffen van voorzieningen aan waterleidingen bij sterk vriezend weer;
- alle overige onderhouds- en reparatiewerkzaamheden die naar redelijkheid voor rekening van huurder zijn.
2. Huurder zal de in het eerste lid bedoelde werkzaamheden, indien en voor zover niet is overeengekomen dat zij tegen vergoeding door verhuurder zullen worden verricht, vakkundig uitvoeren en de regels en aanwijzingen ter zake van daartoe bevoegde instanties in acht nemen.
3. Onderhouds- en reparatiewerkzaamheden aan de centrale verwarmingsinstallatie en aan de antenne-inrichting mogen uitsluitend door of vanwege verhuurder worden uitgevoerd.
4. Wanneer in de woning aluminium of kunststof kozijnen zijn aangebracht, dan dienen deze in ongeschonden staat te blijven. Dat wil dus zeggen dat in aluminium of kunststof kozijnen niet mag worden geboord of gespijkerd. De aluminium of kunststof kozijnen mogen ook niet worden geschilderd.
5. In een groot aantal woningen zijn leidingen in de vloer verwerkt. Er mag dan niet in de vloer worden geboord of gespijkerd. Dit geldt in ieder geval voor woningen vanaf het bouwjaar 1990. Xxxxxxx bij twijfel even contact op te nemen met de woningstichting.
6. Bij de voor- en achterdeur van de woning moet het straatwerk onder de kozijndorpel blijven. Ligt het straatwerk tegen de dorpel aan, dan wordt de dorpel rot.
7. De appartementengebouwen zijn gesitueerd op gezichtsbepalende lokaties. Vandaar dat bij deze gebouwen alleen buitenzonneweringen mogen worden gehangen in een bepaalde uitvoering en kleurstelling. De bewoners van de betreffende complexen worden bij het aangaan van de huurovereenkomst hierover nader geïnformeerd.
Artikel 11
Huurder is aansprakelijk voor schade die aan het gehuurde is ontstaan door een hem toe te rekenen tekortschieten in de nakoming van een verplichting uit de huurovereenkomst. Alle schade behalve brandschade wordt vermoed daardoor te zijn ontstaan.
Artikel 12
1. Huurder zal verhuurder op zijn verzoek in de gelegenheid stellen het gehuurde op technische en andere gebreken te controleren.
2. Huurder zal alle noodzakelijke onderhouds- en reparatiewerkzaamheden aan het gehuurde of van direct aangrenzende woningen die niet tot na het einde van de huur kunnen worden uitgesteld gedogen.
3. Huurder zal personen die door verhuurder zijn belast met het afleggen van controlebezoe- ken of het uitvoeren van werkzaamheden na legitimatie hunnerzijds in het gehuurde toelaten.
4. Onvoorziene omstandigheden voorbehouden zullen deze bezoeken resp. werkzaamheden slechts plaatsvinden op werkdagen tussen 08.00 en 16.30 uur en van tevoren worden aangekondigd.
5. Xxxxxxx heeft tijdens de uitvoering van werkzaamheden geen recht op vermindering van de huurprijs, tenzij de werkzaamheden langer dan veertig dagen duren.
Artikel 13
1. Verhuurder zal gedurende de huurtijd niet zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van huurder de gedaante en/of inrichting van het gehuurde veranderen.
2. Onder veranderingen als bedoeld in dit artikel worden verstaan veranderingen en/of aanpassingen die de gebruiksmogelijkheden van het gehuurde wezenlijk beïnvloeden en/of geriefsverbeteringen.
Veranderingen van het gehuurde uitsluitend bestaande uit een andere materiaalkeuze bij het uitvoeren van onderhouds- en vervangingswerkzaamheden worden niet aangemerkt als veranderingen in de zin van dit artikel.
3. Huurder zal in ieder geval in redelijkheid zijn toestemming aan de verandering niet kunnen onthouden indien:
- een aanzienlijke meerderheid van de huurders binnen het complex of een gedeelte van dat complex met de voorgestelde verandering heeft ingestemd, en
- de voorgestelde verandering uitsluitend complexgewijs of per betreffend gedeelte kan worden aangebracht, en
- verhuurder tijdig huurder en (zo deze er is) de vertegenwoordiging van de huurders heeft geïnformeerd over de voorgenomen verandering en met huurder en de huurders- vertegenwoordiging daarover heeft overlegd, en
- het belang van verhuurder bij het realiseren van de verandering zodanig is dat huurder in redelijkheid, de belangen van beide partijen in aanmerking genomen, zijn toestem- ming aan de voorgenomen verandering niet kan onthouden.
Onder het belang van de verhuurder als bedoeld in de vorige zin wordt ook begrepen het door verhuurder kunnen verkrijgen van geldelijke steun van de overheid ten behoeve van de voorgenomen verandering.
Indien de verandering wezenlijk afwijkt van hetgeen is overeengekomen is huurder bevoegd de overeenkomst te ontbinden.
4. Huurder verklaart zich tevens akkoord met een eventuele huurverhoging als gevolg van de verandering, voor zover die huurverhoging redelijk en in overeenstemming is met de daarvoor geldende wettelijke bepalingen.
De huurverhoging gaat in op de eerste dag van de maand volgend op die waarin de verandering is gerealiseerd.
Indien het vorenstaande leidt tot een verhoging van de huurprijs binnen drie maanden na het sluiten van de overeenkomst is huurder bevoegd de huurovereenkomst te ontbinden.
Huurderszelfwerkzaamheid
Artikel 14
1. Voor het aanbrengen van veranderingen aan het gehuurde dient huurder verhuurder schriftelijk om toestemming te verzoeken. Onder het aanbrengen van veranderingen wordt in dit artikel onder meer verstaan:
- aan-, bij- of verbouwen;
- wegbreken;
- het aanbrengen van buitenzonweringen;
- het plaatsen van buitenantennes, zendmasten, e.d.;
- het treffen van isolatievoorzieningen;
- het bezetten van wanden en plafonds;
- het aanbrengen van tegelvloeren.
2. Verhuurder zal de in het vorige lid bedoelde toestemming slechts weigeren, indien de voorgenomen verandering:
- de belangen van verhuurder, waaronder begrepen de door verhuurder te behartigen belangen van woningzoekenden en toekomstige huurders schaadt;
- in strijd is met enig wettelijk voorschrift waaronder begrepen ieder voorschrift van een ter zake bevoegde instantie of instelling;
- onrechtmatig is jegens derden.
3. Verhuurder zal binnen twee maanden zijn beslissing en ingeval geen toestemming wordt verleend onder opgaaf van redenen aan huurder mededelen.
4. Verhuurder kan aan een te verlenen toestemming voorwaarden verbinden met betrekking tot de te toe passen constructie en materialen, de wijze van uitvoeren, onderhoud, verzekeringen, belastingen en retributies, aansprakelijkheden, de oplevering bij het einde van de huur enz.
5. Huurder is niet verplicht veranderingen die hij met toestemming van verhuurder heeft aangebracht bij het einde van de huur ongedaan te maken, tenzij die ongedaanmaking door de verhuurder bij het verlenen van zijn toestemming nadrukkelijk is bedongen. Veranderingen die zonder toestemming zijn aangebracht zullen door huurder op eerste aanzegging van verhuurder ongedaan worden gemaakt.
6. Huurder brengt veranderingen aan het gehuurde geheel voor eigen rekening en risico aan. Verhuurder is ter zake geen andere vergoeding of bijdrage verschuldigd dan waartoe hij zich bij of na het verlenen van de toestemming als bedoeld in het eerste lid nadrukkelijk heeft verbonden.
7. Huurder is verplicht tot onderhoud en reparatie van de door hem aangebrachte veranderin- gen, tenzij partijen anders zijn overeengekomen.
Beëindiging van de overeenkomst
Artikel 15
1. Huurder kan de huurovereenkomst door opzegging per de eerste van de maand beëindigen, met inachtneming van een opzeggingstermijn van een maand. De opzegging geschiedt bij aangetekende brief of deurwaardersexploot.
2. Verhuurder kan de huurovereenkomst tegen de eerste van de maand bij aangetekende brief of deurwaardersexploot opzeggen. Hij geeft daarbij de gronden aan die tot de opzegging hebben geleid. De door verhuurder in acht te nemen opzeggingstermijn bedraagt drie maanden, welke termijn voor ieder jaar dat de overeenkomst heeft geduurd met een maand wordt verlengd tot maximaal zes maanden.
3. De huurovereenkomst wordt door opzegging door verhuurder niet beëindigd, tenzij huurder binnen zes weken schriftelijk verklaart in de beëindiging toe te stemmen, dan wel de rechter op vordering van verhuurder de datum heeft vastgesteld waarop de overeen- komst zal eindigen.
4. Huurder en verhuurder kunnen te allen tijde de overeenkomst met wederzijds goedvinden beëindigen op een door hen daartoe te bepalen datum.
Oplevering
Artikel 16
1. Huurder zal bij het einde van de huurovereenkomst het gehuurde in goede staat en geheel ontruimd aan verhuurder teruggeven.
2. Het gehuurde wordt geacht in goede staat te verkeren indien, uitgaande van de in artikel 3 bedoelde opnamestaat, blijkt dat:
- huurder zijn reparatie- en onderhoudsverplichtingen als bedoeld in artikel 10 is nagekomen;
- huurder alle schade aan het gehuurde waarvoor hij op grond van artikel 11 aansprakelijk is heeft hersteld;
- veranderingen als bedoeld in artikel 14 ongedaan zijn gemaakt, indien en voor zover verhuurder met inachtneming van het in het vijfde lid van dat artikel bepaalde ongedaanmaking heeft geëist;
- door huurder aangebrachte voorzieningen die niet ongedaan behoeve te worden gemaakt, in goede staat van onderhoud verkeren.
3. Huurder zal alle door de verhuurder bij aanvang van de huur verstrekte sleutels op de dag waarop hij het gehuurde ontruimt, aan verhuurder afgeven.
4. Verhuurder heeft het recht alle roerende zaken die zich na de ontruiming nog in het gehuurde bevinden op kosten van huurder te verwijderen, tenzij hem bekend is dat die zaken door de opvolgende huurder zijn overgenomen.
Inspectie
Artikel 17
1. Voor het einde van de huurovereenkomst zullen huurder en verhuurder gezamenlijk het gehuurde inspecteren en in een rapport vastleggen welke voor rekening van huurder komende herstelwerkzaamheden noodzakelijk zijn om het gehuurde in goede staat te brengen.
Verhuurder verstrekt aan huurder een opgave van de geschatte kosten van herstel.
2. Zowel huurder als verhuurder ontvangt een door beiden ondertekend exemplaar van het inspectierapport.
3. Verhuurder zal huurder in de gelegenheid stellen om binnen een door verhuurder te bepalen redelijke termijn de in het inspectierapport genoemde werkzaamheden uit te voeren.
4. Indien huurder het gehuurde niet binnen de gestelde termijn in goede staat heeft gebracht is verhuurder zonder nadere ingebrekestelling gerechtigd de in het inspectierapport genoemde herstelwerkzaamheden uit te voeren en de daarmee gemoeide kosten aan huurder in rekening te brengen.
Inspraak en overleg
Artikel 18
1. Verhuurder stelt huurder in de gelegenheid zich uit te spreken over alle beleids- en beheerszaken die voor huurder van wezenlijk belang zijn.
2. Verhuurder zal plannen betreffende groot onderhoud, woningverbetering of wijziging van bijkomende leveringen en diensten tijdig en zo volledig mogelijk aan huurder voorleggen en in goed overleg met hem verder ontwikkelen.
Aldus vastgesteld op 20 maart 1997.