Bijlage 8
Bijlage 8
bij het Convenant inzake de samenwerking tussen het
Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit en het Ministerie van Financiën bij de uitvoering van wettelijke taken op het beleidsterrein
van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit door de Douane.
De samenwerking inzake Intellectuele eigendomsrechten voor kwekersrecht, benamingen van oorsprong, geografische benamingen en geografische aanduidingen.
1. Kader van deze bijlage
Deze bijlage maakt deel uit van het Convenant inzake de samenwerking tussen het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit en het Ministerie van Financiën bij de uitvoering van wettelijke taken op het beleidsterrein van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit door de Douane van 27 juni 2019 (hierna: Convenant). De bepalingen van het Convenant zijn onverkort van toepassing op deze bijlage.
Deze bijlage regelt de samenwerking tussen de bovengenoemde ministeries en de Douane met betrekking tot de handhaving van de intellectuele eigendomsrechten (hierna: IE-rechten) waarvoor de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (hierna: LNV) verantwoordelijk is en benoemd zijn in Verordening 608/2013. | ||
Deze bijlage vervangt de bijlage 8 van maart 2007 bij de (voormalige) Kaderovereenkomst inzake de samenwerking tussen het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) en het Ministerie van Financiën bij de uitvoering van niet-fiscale douanetaken ten behoeve van LNV. | ||
2. | Regelgeving | |
a. | Regelgeving | Verordening 608/2013 inzake de handhaving van intellectuele- eigendomsrechten door de Douane (hierna: Verordening 608/2013). De verordening heeft betrekking op meerdere IE-rechten. Deze bijlage ziet uitsluitend op de hierna genoemde IE-rechten. |
LNV is verantwoordelijk voor het beleid, de wetgeving, de uitvoering en de handhaving van: • Kwekersrecht; • Beschermde oorsprongsbenamingen; • Beschermde geografische aanduidingen. |
In het kader van de reikwijdte van de bijlage is de volgende wet- en regelgeving van belang:
• Verordening 2100/94 (communautair kwekersrecht);
• Zaaizaad- en Plantgoedwet (nationaal kwekersrecht);
• Verordening 1151/2012 inzake oorsprongsbenamingen en geografische aanduidingen van landbouwproducten en levensmiddelen;
• Verordening 1308/2013 inzake oorsprongsbenamingen en geografische aanduidingen van wijn;
• Verordening 251/2014 inzake geografische aanduidingen van gearomatiseerde wijnbouwproducten;
• Verordening 2019/787 inzake geografische aanduidingen van gedistilleerde dranken;
• Landbouwkwaliteitsregeling;
• Landbouwkwaliteitswet;
• Landbouwwet;
• Regeling wijn en olijfolie.
b. Doel regelgeving
Het algemene doel van Verordening 608/2013 is het voorkomen dat goederen die vermoedelijk inbreuk maken op een IE-recht en die afkomstig zijn uit derde landen in het vrije verkeer van de Europese Unie (hierna: EU) terecht komen. Ook ziet de verordening toe op de uitvoer en wederuitvoer van dergelijke goederen.
3. Samenwerkende organisaties
• Het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (hierna: LNV)
• De Belastingdienst/Douane (hierna: Douane), waaronder Douane Groningen / Landelijk Team Intellectuele eigendomsrechten (hierna: Team IER).
4. Doel van de samenwerking
Versterken van en het efficiënt en effectief uitvoeren van het toezicht op de naleving van de hierboven genoemde IE-regelgeving met betrekking tot het buitengrensoverschrijdende goederenvervoer en vermoedelijke inbreuken op de onder LNV vallende IE-rechten op grond van Verordening 608/2013.
5. Verantwoordelijkheden, taken en bevoegdheden
a. Taak Douane De Douane houdt toezicht op het binnen of buiten het grondgebied van de EU brengen van goederen en controleert daarbij, zowel op verzoek van de rechthebbenden als ex officio, goederen die vermoedelijk inbreuk maken op de IE-rechten uit Verordening 608/2013.
b. Bevoegdheden Douane
Team IER behandelt de verzoeken van rechthebbenden voor het douane- optreden en alle overige taken die voortvloeien uit de toepassing van de procedures uit Verordening 608/2013. Team IER informeert de NVWA over zaken die mogelijk in aanmerking komen voor strafrechtelijke afhandeling.
De uit Verordening 608/2013 voortvloeiende bevoegdheden van de Douane zien op het vasthouden van de goederen of het opschorten van de vrijgave van de goederen waarvoor de rechthebbende ter zake een verzoek heeft ingediend of waarvan de Douane ex officio heeft geconstateerd dat ze vermoedelijk inbreuk maken op een IE-recht. De Douane ontleent haar controlebevoegdheden in het toezicht aan de Algemene douanewet (hierna: Adw). De Douane kan informatie overdragen op grond van de Adw.
Bij het afhandelen van een strafbaar feit maakt de Douane gebruik van haar opsporingsbevoegdheden op grond van het Besluit buitengewoon opsporingsambtenaar Belastingdienst/ Douane. De Douane gebruikt haar opsporingsbevoegdheid echter uitsluitend voor die gevallen waarin door de NVWA - na aanmelding van een zaak door Team IER - medegedeeld is dat er een opsporingsonderzoek wordt ingezet. In alle andere gevallen handelt de Douane een bevinding van een mogelijke inbreuk op een IE-recht af volgens de procedures uit Verordening 608/2013.
In artikel 17 van de Wet op de economische delicten zijn de ambtenaren van de rijksbelastingdienst, bevoegd inzake douane, aangewezen als opsporingsambtenaar voor o.a. inbreuken op kwekersrechten, beschermde geografische aanduidingen, en beschermde oorsprongsbenamingen.
c. Verantwoorde- lijkheid en taken ministerie van LNV
De Minister van LNV is verantwoordelijk voor de hierboven benoemde regelgeving en bepaalt het beleid, de uitvoering en de handhaving van de onder hem vallende IE-rechten.
LNV informeert de Douane over relevante wetgeving, beleid(sprioriteiten) en andere informatie met betrekking tot de taken die voortvloeien uit deze bijlage. Communicatie met betrekking tot de onderhavige taak van deze bijlage is primair de verantwoordelijkheid van LNV.
6. Uitvoering
a. Werkwijze De handhavingstaken van de Douane omvatten het toezicht op buitengrens-overschrijdend goederenverkeer (zowel binnenkomend als uitgaand). Uitgangspunt voor het douanetoezicht is risicobeheersing. Dat houdt in dat de Douane zich vooral richt op risicovolle goederenzendingen. Risicobeheersing omvat alle samenhangende activiteiten gericht op het onderkennen, afdekken en zoveel mogelijk voorkomen van risico's. Risicobeheersing kent een aantal onderdelen, die met elkaar een leercirkel vormen. De Douane verricht dit toezicht aan de buitengrens van de EU en op het grondgebied van Nederland op goederen die onder douanetoezicht staan.
b. Afhandeling vermoedelijke inbreuken IE- rechten
Integraal handhavingsniveau
In beginsel geldt dat elke douanecontrole gericht is op de handhaving van alle fiscale- en niet-fiscale wetgeving, waarvan de uitvoering aan de Douane is opgedragen. Dit betekent dat bij elke douanecontrole in relatie tot goederen die zich niet in het vrije verkeer van de EU bevinden, wordt gecontroleerd op mogelijke inbreuken op de onder deze bijlage vallende IE- rechten.
Specifiek handhavingsniveau
Bij specifieke controles op het gebied van IE-recht gebruikt de Douane zo veel mogelijk de indicatoren die het bedrijfsleven op grond van Verordening 608/2013 aanlevert aan de douane bij verzoeken om namens het bedrijfsleven op te treden. De Douane stelt alleen controle-opdrachten op, als de verstrekte informatie van een IE-rechthebbende een voldoende gespecificeerd verzoek heeft ingediend en de daartoe benodigde gedetailleerde informatie bevat.
Daarnaast gebruikt de Douane haar eigen expertise en indicatoren om inbreukmakende goederen te stoppen, bijvoorbeeld met een themagerichte aanpak. Ook daar waar steekproefcontroles worden gedaan, of controles met een andere risico-insteek zal de Douane bij het aantreffen van inbreukmakende goederen optreden.
Als de Douane bij de uitvoering van haar toezicht een vermoedelijke inbreuk constateert op IE-rechten, handelt zij overeenkomstig de procedures uit Verordening 608/2013. De vermoedelijke inbreuk wordt gemeld aan de Team IER.
Team IER informeert - wanneer een bevinding aan de voorwaarden voldoet voor strafrechtelijke afdoening - de NVWA. De NVWA geeft binnen 4 uur aan Team IER door of een strafrechtelijk onderzoek wordt gestart. Als dat het geval is, neemt de NVWA de inbreukmakende goederen in beslag of neemt de Douane op verzoek van de NVWA de goederen in beslag.
Wanneer een bevinding niet aan de voorwaarden voldoet of de NVWA terugkoppelt dat de bevinding niet strafrechtelijk wordt opgepakt, wordt vervolgens de toepasselijke procedure uit Verordening 608/2013 gevolgd. Indien niet tot een civiel- of strafrechtelijke procedure wordt overgegaan, geeft de Douane de goederen vrij zodat deze hun douanebestemming kunnen volgen.
Overeenkomstig Verordening 608/2013 handelt de Douane ten aanzien van
- persoonlijke bagage van reizigers alleen bij bevindingen waarbij sprake is van een handelskarakter.
c. Douane-
laboratorium en monstername
d. Douane-
voorschrift
Het Douanelaboratorium heeft geen taak in de uitvoering van deze bijlage.
De Douane beschrijft in overleg met LNV, zoals bedoeld in art. 6 van het Convenant, in het voorschrift ‘Intellectuele eigendomsrechten’ van het Handboek VGEM, op welke wijze de Douane uitvoering geeft aan deze taak.
7. Planning, rapportage en evaluatie
a. Doelstellingen en prioritering
b. Rapportage en evaluatie
Jaarlijks stelt de Douane de omvang van het toezicht vast voor de taak van deze bijlage in een uitvoeringsplan. Op verzoek levert LNV beleidsprioriteiten en andere relevante informatie aan ten behoeve van dit plan. Het plan is gebaseerd op risicoanalyse. In het uitvoeringsplan wordt het douanetoezicht uitgewerkt voor de relevante douaneprocessen. Dit plan wordt besproken met LNV. Het uitvoeringsplan wordt verwerkt in het Handhavingsplan Douane. Als gelet op de totaliteit van douanetaken in dit plan en de daarbinnen te stellen uitvoeringsprioriteiten wordt verwacht dat de voorgenomen handhavingsinspanning voor de taak van deze bijlage niet of niet volledig kan worden uitgevoerd, wordt dit besproken met LNV.
De Douane en LNV bespreken jaarlijks of de afspraken in deze bijlage nog actueel en toereikend zijn en of er wensen en/of knelpunten in de samenwerking met betrekking tot de uitvoering van deze taak zijn. Indien nodig vindt actualisering van de bijlage plaats.
De Douane draagt zorg voor de rapportage aan LNV over haar activiteiten met betrekking tot de taak van deze bijlage. Aan de hand van de te behandelen verzoeken voor douaneoptreden, het uitgevoerde toezicht en de geconstateerde bevindingen, wordt het resultaat van de activiteiten in dit jaarlijkse overleg besproken. Als het overleg daartoe aanleiding geeft, kunnen de jaarlijkse afspraken bijgesteld worden.
8. Informatie-uitwisseling
a. Informatie- uitwisseling
Voor zover het de samenwerking dan wel taak van de Douane met betrekking tot deze bijlage betreffen, zullen LNV en de Douane doelgebonden:
• elkaar informeren over de interpretatie van wet- en regelgeving, de achtergronden ervan en de beleidsmatige prioriteiten;
• elkaar desgevraagd, relevante gegevens ten behoeve van risicovinding, risicoanalyse en evaluatie beschikbaar stellen (niet zijnde persoons- of bedrijfsgegevens);
• elkaar betrekken bij nieuwe of gewijzigde wetgeving en niet-bindende bepalingen/beleidsinstrumenten op het gebied van de hierboven benoemde regelgeving en bij handhavingsbeleid,
• elkaar informeren over nieuwe ontwikkelingen, trends of nieuw ontstane risico's (niet zijnde persoons- of bedrijfsgegevens);
• fungeren als aanspreekpunt voor elkaar voor de beantwoording van (beleidsmatige) vragen voortvloeiende uit de samenwerking en uitvoering van deze bijlage.
In de bijlage ‘Gegevensuitwisseling: Algemene afspraken en Technische afspraken en procedures aangaande Incidenteel Leveringsverzoek(en) Gegevens en Spontane Gegevensverstrekking’ is de uitwerking van de (wijze van) gegevensuitwisseling opgenomen.
b. Juridisch Bij doelgebonden informatie-uitwisseling, zoals bedoeld in lid a, verstrekken de algemeen directeur Douane, in zijn hoedanigheid van inspecteur als bedoeld in artikel 1:3, lid 1 onderdeel c Adw, en de door hem gemandateerde ambtenaren met gebruikmaking van de in artikel 1:33, lid 3 Adw gegeven bevoegdheid, op verzoek gegevens voor zover deze noodzakelijk zijn voor de uitvoering van het bepaalde bij of krachtens de in artikel 1:1 Adw bedoelde regelingen dan wel voor de uitvoering van het bepaalde bij of krachtens die wet, aan de in deze bijlage genoemde organisatie(s).
9. Scholing en helpdesk
a. Opleiding en scholing
b. Helpdesk- functie
De Douane is verantwoordelijk voor de inzet van gekwalificeerd personeel voor de uitvoering van de taken die voortvloeien uit deze bijlage. LNV levert desgevraagd steun bij de opleiding van douanemedewerkers op het gebied van de controle op de naleving van de regelgeving inzake IE-rechten.
De douanemedewerker wordt in de basisopleiding kennis bijgebracht over IE-rechten en de procedures. De Douane zet daarnaast specialisten (vraagbaken IER) in om een goede controle op de mogelijke inbreuken op IE-rechten te waarborgen. Deze vraagbaken worden intern opgeleid en periodiek bijgeschoold met (indien gewenst) hulp van deskundigen van LNV.
Partijen brengen elkaar geen kosten in rekening voor hun aandeel in de ontwikkeling van lesmateriaal en het leveren van docenten.
Binnen de Douane vervult Team IER de primaire helpdeskfunctie voor de douanemedewerkers. Team IER is het enige aanspreekpunt voor IE- rechthebbenden en andere belanghebbenden over alle zaken gedurende de opschorting van de vrijgave of de vasthouding van de vermoedelijk inbreukmakende goederen. Vragen over procedures en informatieverzoeken worden altijd doorgeleid naar Team IER.
Afspraken over het functioneren van de help-deskfuncties worden vastgelegd in het Handboek VGEM, voorschrift Intellectuele eigendomsrechten.
10. Overleg, coördinatie en beheer
a. Overleg Ten minste eenmaal per jaar vindt beleidsoverleg plaats tussen LNV en Douane over de uitvoering van de taken van deze bijlage en het functioneren van de samenwerking volgens deze bijlage en het uitvoeringsplan.
b. Coördinatie en beheer van deze bijlage
LNV: DG Agro, directie Plantaardige Agroketens en Voedselkwaliteit.
Douane: Landelijk kantoor, afdeling Handhavingsbeleid (Dossierhouder IER).
11. Publicatie in de Staatscourant
Van de inwerkingtreding van deze bijlage wordt melding gemaakt in de Staatscourant. De bijlage wordt gepubliceerd op de website van de Belastingdienst/Douane.
Aldus overeengekomen en in tweevoud ondertekend,
Op………2…0…j…an…u…a…r.i. 22002201, te Den Haag Op …1…8…d…e…ce…m…b…e…r .. 2020, te Rotterdam
Namens de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,
De directeur Plantaardige Agroketens en Voedselkwaliteit,
Mw. drs. M.C. Beens
Namens de Staatssecretaris van Financiën,
De directeur Xxxxxx/Handhavingsbeleid en internationale aangelegenheden,
Dhr. A.B.W. Kooij MPM