Algemene voorwaarden De Vissertjes en BSO `t Aquarium
|
Algemene voorwaarden De Vissertjes en BSO `t Aquarium
|
Bijlage 1:
Algemene voorwaarden: ARTIKEL 1 –
Definities ARTIKEL 2 –
Toepasselijkheid ARTIKEL 3 –
Informatie verstrekking ARTIKEL 4 –
Aanmelding ARTIKEL 5 –
Aanbod ARTIKEL 6 –
De Overeenkomst ARTIKEL 7 –
Annulering ARTIKEL 8 –
Plaatsingsgesprek ARTIKEL 9 –
Duur en verlenging van de Overeenkomst ARTIKEL 10 –
Einde van de Overeenkomst ARTIKEL 11 –
Toegankelijkheid ARTIKEL 12 –
Wederzijds verplichtingen ARTIKEL 13 –
Verplichtingen van de Ondernemer ARTIKEL 14 –
Verplichtingen van de Ouder ARTIKEL 15 –
Wijziging van de Overeenkomst ARTIKEL 16 –
De prijs en wijziging van de prijs ARTIKEL 17 –
De betaling / Niet – tijdige betaling ARTIKEL 18 –
Toepasselijk recht en bevoegde rechter ARTIKEL 19 –
Klachtenprocedure
Geschillenregeling en de wettelijke klachtenregeling voor kinderopvang
Aanvullingen
Wijziging van deze voorwaarden
ARTIKEL 1 –
Definities In deze Algemene Voorwaarden wordt verstaan onder:
Aanvangsdatum:
De overeengekomen datum waarop de Kinderopvang aanvangt.
Buitenschoolse opvang:
Kinderopvang verzorgd door een kindercentrum voor kinderen in de leeftijd dat ze naar het basisonderwijs kunnen gaan, waarbij opvang wordt geboden voor of na de dagelijkse schooltijd, evenals gedurende vrije dagen of middagen en in de schoolvakanties.
Dagopvang: Kinderopvang verzorgd door een kindercentrum voor kinderen tot de leeftijd waarop zij het basisonderwijs volgen.
Geschillencommissie : De geschillencommissie kinderopvang.
Ingangsdatum: De datum waarop de overeenkomst is aangegaan.
Kindercentrum: Een voorziening waar kinderopvang plaatsvindt (xxxxxx xxx xxxxxxxxxxxxxxx). Opvang: Natuurlijke of rechtspersoon die een kindercentrum exploiteert.
Ouder: De bloed- of aanverwant in opgaande lijn of pleegouder van het kind op wie de kinderopvang betrekking heeft.
Oudercommissie: Advies- en overlegorgaan ingesteld door de opvang, bestaande uit een vertegenwoordiging van ouders wiens kinderen in het kindercentrum worden opgevangen. Overeenkomst: De overeenkomst van de kinderopvang tussen de ouder en de opvang. Partijen: De opvang en de ouder.
Schriftelijk: Onder schriftelijk wordt ook ‘elektronisch’ verstaan, tenzij de wet zich daartegen verzet.
ARTIKEL 2 – Toepasselijkheid 1. Deze Algemene Voorwaarden zijn van toepassing op de totstandkoming en uitvoering van de Overeenkomst. 2. De overeenkomst wordt gesloten tussen de opvang en de ouder.
ARTIKEL 3 – Aanmelding
1. De ouder meldt zich via een inschrijfformulier aan bij de opvang als geïnteresseerde voor Dagopvang of Buitenschoolse opvang voor zijn kind(eren) voor een bepaalde tijdsduur.
2. Op het inschrijfformulier geeft de ouder aan of hij ermee instemt dat het in artikel 5 bedoelde aanbod en/of de Algemene Voorwaarden eventueel elektronisch aan hem worden verstrekt.
3. De opvang bevestigt schriftelijk de ontvangst van de aanmelding.
4. Op de aanmelding zijn de inschrijfvoorwaarden van de opvang van toepassing.
5. De aanmelding verplicht noch de ouder noch de opvang tot het aangaan van een overeenkomst. de aanmelding moet slechts worden gezien als het verzoek van de ouder aan de opvang om een aanbod te doen met betrekking tot een overeenkomst tot het verlenen van kinderopvang.
6. Na ontvangst van de aanmelding kan de opvang de ouder direct een aanbod doen. Het is ook mogelijk dat de opvang de ouder op een wachtlijst plaatst.
7. Bij plaatsing op een wachtlijst stelt de opvang de ouder hiervan schriftelijk in kennis. Zodra een ouder in verband met zijn rang op de wachtlijst daarvoor in aanmerking komt, zal de opvang de ouder alsnog een aanbod als bedoeld in artikel 4 doen.
ARTIKEL 4 – Aanbod
1. Naar aanleiding van de aanmelding kan de opvang de ouder een aanbod doen.
2. Het aanbod bevat gegevens over de opvang, een omschrijving van zijn dienstverlening, - de naam en geboortedatum van het kind; - de beschikbare aanvangsdatum; - de beschikbare opvangsoort en de beschikbare locatie; - de prijs behorende bij het aanbod; - de wijze van betaling en eventuele meerkosten van afwijkende betalingswijzen; - de looptijd van de overeenkomst; - een verwijzing naar de toepasselijkheid van deze Algemene Voorwaarden; - een dagtekening.
3. Het aanbod vindt schriftelijk plaats en gaat vergezeld van de Algemene Voorwaarden.
ARTIKEL 5 – De Overeenkomst
1. De Overeenkomst komt tot stand door aanvaarding door de ouder van het door de opvang gedane aanbod.
2. De ouder aanvaardt het aanbod Schriftelijk.
3. De opvang bevestigt de ontvangst van de aanvaarding schriftelijk.
4. Binnen het kader van de overeenkomst komt de opvang de vrijheid toe de Kinderopvang naar eigen inzicht in te vullen.
ARTIKEL 6 – Plaatsingsgesprek
1. De opvang nodigt de ouder tijdig uit voor een gesprek.
2. In dit gesprek komt het volgende aan de orde:
a. De voor de Kinderopvang benodigde specifieke gegevens van de ouder en zijn kind; waaronder de benodigde Burger Service Nummer(s).
b. De aanvang en duur van de wenperiode;
c. De algemene of tijdelijke aandachtspunten en bijzonderheden voor de specifieke opvang van het kind (dagritme, voeding, ziekte, medicatie, ontwikkeling en dergelijke);
d. De individuele wensen van de ouder en dat daarmee rekening gehouden wordt voor zover dit redelijk mogelijk is;
e. De wijze van communicatie;
f. Het maken van uitstapjes;
g. Het maken van foto’s en/of video’s van het kind;
h. De wettelijke aansprakelijkheid van de ouder voor schade veroorzaakt door zijn kind.
En daarnaast, in geval van Buitenschoolse opvang:
3. De opvang bevestigt de tijdens het plaatsingsgesprek gemaakte afspraken Schriftelijk aan de ouder.
ARTIKEL 7– Duur en verlenging van de Overeenkomst
1. De Overeenkomst wordt aangegaan voor de maximale termijn van het overeengekomen type Kinderopvang.
2. De maximale termijn voor Dagopvang duurt tot de leeftijd waarop het kind basisonderwijs volgt.
3. De maximale termijn voor Buitenschoolse opvang duurt van de leeftijd dat het kind basisonderwijs kan volgen, tot de dag waarop het voortgezet onderwijs voor het kind begint.
4. In afwijking van het bepaalde in lid 1 kunnen Partijen een kortere duur overeenkomen van maximaal één jaar.
5. Na afloop van de overeenkomst die conform lid 4 is aangegaan voor een kortere duur dan de maximale termijn, kunnen partijen de overeenkomst verlengen. Verlenging vindt niet stilzwijgend plaats.
6. Een verlenging van de overeenkomst wordt schriftelijk overeengekomen.
ARTIKEL 8 – Einde van de overeenkomst
1. De Overeenkomst eindigt van rechtswege door het verstrijken van de in de overeenkomst opgenomen termijn.
2. Daarnaast eindigt de overeenkomst door (tussentijdse) opzegging door één van partijen.
3. De opvang is slechts bevoegd de overeenkomst op te zeggen op grond van een zwaarwegende reden.
Als zwaarwegende redenen worden in ieder geval aangemerkt:
a. De situatie dat de ouder gedurende 1 maand in verzuim is ten aanzien van zijn betalingsverplichting;
b. Voortduring van situaties als genoemd in artikel 11 lid 2 sub a en c;
c. De situatie genoemd in artikel 11 lid 2 sub b;
d. De omstandigheid dat de Ondernemer vanwege een niet aan hem toerekenbare oorzaak langdurig of blijvend niet meer in staat is de Overeenkomst uit te voeren;
e. Een bedrijfseconomische noodzaak die de continuïteit van de locatie waar het kind is geplaatst in gevaar brengt.
4. Opzegging vindt plaats door middel van een aan de andere partij gerichte gemotiveerde schriftelijke verklaring en
a. met inachtneming van een opzegtermijn van één maand, in geval van opzegging door de ouder;
b. met inachtneming van een redelijke termijn, welke minimaal één maand bedraagt, in geval van opzegging door de opvang;
c. met onmiddellijke ingang in geval van opzegging door de opvang op grond van artikel 10 lid 3 onder a.
5. Gedurende de opzegtermijn duurt de betalingsverplichting van de ouder voort. De opzegtermijn gaat in op de datum waarop de ouder of de opvang de verklaring van opzegging heeft ontvangen. De verklaring wordt geacht te zijn ontvangen op de datum van het poststempel op de envelop van de opzeggingsbrief, op de datum van de e-mail waarmee de verklaring is verstuurd of op de datum waarop de elektronische verklaring is verstuurd, tenzij in de verklaring een latere datum is genoemd.
6. Anders dan door het verstrijken van de overeengekomen termijn en anders dan door opzegging, eindigt de overeenkomst met onmiddellijke ingang in geval van overlijden van het kind.
ARTIKEL 9- Toegankelijkheid
1. De locatie waar het kind is geplaatst, is in beginsel toegankelijk voor het kind zolang hierover overeenstemming bestaat tussen opvang en ouder.
2. De opvang heeft het recht het kind en/of de ouder de toegang tot de locatie te weigeren voor de duur van de periode dat een normale opvang van het kind redelijkerwijs niet van de opvang mag worden verwacht en het kind niet op de gebruikelijke wijze kan worden opgevangen. Bijvoorbeeld omdat:
a. Het kind door ziekte of anderszins extra verzorgingsbehoeftig is;
b. Het kind en/of de ouder een risico of bedreiging vormt voor de geestelijke en/of lichamelijke gezondheid of veiligheid van anderen, na te zijn gewaarschuwd, tenzij een waarschuwing redelijkerwijs niet van de opvang mag worden verwacht;
c. De opvang van het kind een normale opvang van de andere kinderen onevenredig verzwaard of belemmert.
3. Ingeval de opvang het kind en/of de ouder de toegang tot de locatie weigert, treedt de opvang met de ouder in overleg om te zoeken naar een voor alle Partijen acceptabele oplossing voor de situatie.
4. Indien de ouder het niet eens is met de beslissing van artikel 11 lid 2 om toegang te weigeren en het overleg met de opvang niet tot een oplossing heeft geleid, kan hij deze beslissing aan de geschillencommissie voorleggen met het verzoek het geschil volgens de verkorte procedure als bedoeld in het reglement van de geschillencommissie Kinderopvang te behandelen.
5. Tijdens de verkorte procedure mag de opvang de plaats niet opzeggen.
ARTIKEL 10 – Wederzijdse verplichtingen
1. Partijen dragen samen zorg voor een adequate informatie-uitwisseling over het kind.
2. Partijen dragen de verantwoordelijkheid voor het kind op de volgende wijze aan elkaar over: a. Bij Dagopvang: de ouder is bij het brengen verantwoordelijk voor het kind en de opvang bij het ophalen, tot het moment dat partijen er redelijkerwijs van uit mogen gaan dat de overdracht van verantwoordelijkheid daadwerkelijk heeft plaats gevonden.
b. Bij Buitenschoolse opvang: de wijze waarop het kind naar de Buitenschoolse opvang komt en deze verlaat, bepaalt de overgang van verantwoordelijkheid voor het kind. Partijen maken hierover schriftelijk afspraken.
ARTIKEL 11– Verplichtingen van de opvang
1. De opvang is op grond van de overeenkomst gehouden om Kinderopvang te leveren onder de overeengekomen voorwaarden.
2. De opvang staat er voor in dat:
a. De Kinderopvang die onder zijn verantwoordelijkheid plaatsvindt: - overeenstemt met de geldende wet- en regelgeving; - verricht wordt overeenkomstig de eisen van goed vakmanschap en met gebruikmaking van deugdelijk materiaal;
b. Een Kindercentrum dat onder zijn verantwoordelijkheid valt, geschikt is voor een verantwoorde opvang van kinderen, zowel wat betreft personele als materiële voorzieningen. Een nadere regeling van de wijze waarop de opvang voldoet aan zijn verplichtingen genoemd in artikel 13 lid 1. 3. De opvang houdt rekening met de individuele wensen van de ouder voor zover dit redelijkerwijs mogelijk is.
ARTIKEL 12– Verplichtingen van de ouder
1. De ouder meldt bijzonderheden van medische aard of in de ontwikkeling van het kind reeds bij de aanmelding.
2. De ouder draagt zorg dat de opvang beschikt over alle gegevens die van belang zijn voor de bereikbaarheid van de ouder.
3. De ouder houdt zich aan de regels die binnen het Kindercentrum gelden.
4. De ouder onthoudt zich van enige gedraging die de uitvoering van de overeenkomst van de zijde van de opvang verzwaart en draagt zorg dat zijn kind zich hiervan ook onthoudt.
5. De ouder brengt en haalt het kind op tijd en draagt zorg voor de nakoming van deze verplichting door anderen die het kind namens hem brengen en halen.
6. De opvang legt de bevoegdheid van anderen dan de ouders om het kind van de Kinderopvang te halen schriftelijk vast indien de ouder daarom verzoekt.
7. De ouder betaalt de opvang conform de daarover gemaakte afspraken en binnen de betalingstermijn, althans draagt hiervoor de verantwoordelijkheid.
ARTIKEL 13 – Wijzigingen van de Overeenkomst
1. De opvang heeft het recht om de overeenkomst eenzijdig te wijzigen op grond van zwaarwegende redenen. Zwaarwegende redenen zijn in ieder geval wijziging van wet- en regelgeving dan wel bedrijfseconomische omstandigheden die de continuïteit van de locatie waar het kind is geplaatst in gevaar brengen .
2. Wijzigingen van de overeenkomst kondigt de ondernemer tijdig van te voren aan, met een termijn die minimaal één maand bedraagt.
3. In het geval dat de wijziging van de overeenkomst leidt tot een wezenlijke wijziging van de te verlenen Kinderopvang, dan heeft de ouder de bevoegdheid om de overeenkomst te ontbinden met ingang van de dag waarop de wijziging in werking treedt.
ARTIKEL 14 – De prijs en wijziging van de prijs
1. De prijs die de ouder voor de Kinderopvang moet betalen wordt vooraf overeengekomen.
2. De opvang is bevoegd om de overeengekomen prijs na drie maanden na de ingangsdatum aan te passen, waaronder te verhogen. De opvang kondigt een dergelijke prijswijzigingen van te voren aan.
ARTIKEL 15 – De betaling / Niet-tijdige betaling
1. De ouder betaalt op basis van een schriftelijke factuur en uiterlijk op de factuur vermelde betalingsdatum.
2. Bij gebreke van volledige en tijdige betaling is de ouder van rechtswege in verzuim.
3. De opvang zendt na het verstrijken van de betalingsdatum een schriftelijke betalingsherinnering en geeft de ouder de gelegenheid binnen 7 dagen na ontvangst van deze betalingsherinnering alsnog te betalen.
4. Als na het verstrijken van de termijn genoemd in de betalingsherinnering nog steeds niet is betaald, brengt de ondernemer rente in rekening vanaf het verstrijken van de in de factuur genoemde uiterste betalingsdatum. Deze rente is gelijk aan de wettelijke rente.
6. Door de opvang gemaakte buitengerechtelijke kosten om betaling van een schuld van de ouder af te dwingen, kunnen aan de ouder in rekening worden gebracht. De hoogte van de buitengerechtelijke incassokosten is onderworpen aan wettelijke grenzen.
7. Een gedane betaling strekt in de eerste plaats ter voldoening van de verschuldigde kosten en rente en vervolgens ter voldoening van de oudst openstaande schulden.
ARTIKEL 16 – Toepasselijk recht en bevoegde rechter
1. Nederlands recht is van toepassing op de overeenkomst.
2. De bevoegde Nederlandse rechter is bevoegd te oordelen over de overeenkomst, niet tegenstaande de bevoegdheid van de Geschillencommissie, zoals bedoeld in artikel 20 om van een in dat artikel genoemd geschil kennis te nemen.
ARTIKEL 17 – Klachtenprocedure
1. Klachten over de uitvoering van de overeenkomst moeten schriftelijk, volledig en duidelijk omschreven worden ingediend bij de opvang. De ouder moet de klacht indienen binnen bekwame tijd nadat hij het gebrek in prestatie heeft ontdekt of redelijkerwijze had behoren te ontdekken, waarbij een klacht binnen een termijn van twee maanden na ontdekking tijdig is.
2. De opvang behandelt de klacht overeenkomstig haar interne klachtenprocedure. Bij het opstellen of wijzigen van deze procedure heeft de oudercommissie adviesrecht conform het bepaalde in de Wet Kinderopvang.
3. Indien de klacht niet in der minne kan worden opgelost ontstaat een geschil dat vatbaar is voor de geschillenregeling van artikel 20.
ARTIKEL 18 – Geschillenregeling en de wettelijke klachtenregeling voor Kinderopvang
1. Geschillen tussen ouder en opvang over de totstandkoming of de uitvoering van de overeenkomst kunnen zowel door de ouder als door de opvang aanhangig worden gemaakt bij de geschillencommissie Kinderopvang, Xxxxxxxxxxxxx 00, Xxxxxxx 00 000, 0000 XX Xxx Xxxx, (xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xx).
2. Een geschil wordt door de geschillencommissie slechts in behandeling genomen, indien de ouder zijn klacht eerst bij de opvang heeft ingediend.
3. Leidt de klacht niet tot een oplossing dan moet het geschil binnen 12 maanden na de datum waarop de ouder de klacht bij de opvang indiende, schriftelijk of in een andere door de geschillencommissie te bepalen vorm bij deze commissie aanhangig worden gemaakt.
4. Wanneer de ouder een geschil aanhangig maakt bij de geschillencommissie, is de opvang aan deze keuze gebonden. Indien de opvang een geschil aanhangig wil maken bij de geschillencommissie, moet hij de ouder schriftelijk vragen zich binnen vijf weken uit te spreken of hij daarmee akkoord gaat. De opvang dient daarbij aan te kondigen dat hij zich na het verstrijken van voornoemde termijn vrij zal achten het geschil bij de rechter aanhangig te maken.
5. De geschillencommissie doet uitspraak met inachtneming van de bepalingen van het voor haar geldende reglement. Het reglement van de geschillencommissie is beschikbaar via xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xx en wordt desgevraagd toegezonden. Voor de behandeling van een geschil is een vergoeding verschuldigd. De beslissingen van de geschillencommissie geschieden bij wege van bindend advies.
6. Uitsluitend de rechter dan wel de hierboven genoemde Geschillencommissie is bevoegd van geschillen kennis te nemen.
ARTIKEL 19 – Wijziging van deze voorwaarden
1 Deze Algemene Voorwaarden zijn opgesteld door Brancheorganisatie Kinderopvang. Brancheorganisatie Kinderopvang kan haar algemene Voorwaarden voor kinderopvang wijzigen en herzien.
2 De opvang is gerechtigd om de overeenkomst in die zin eenzijdig te wijzigen, dat daarop de meest recente versie van de door de Brancheorganisatie Kinderopvang vastgestelde Algemene Voorwaarden Kinderopvang van toepassing worden verklaard. De ouder verklaart zich door aanvaarding van deze Algemene Voorwaarden met een dergelijke wijziging akkoord.
3 De opvang informeert de ouder schriftelijk over een wijziging van de Algemene Voorwaarden. 4 De wijzigingen treden 1 maand en één week na deze kennisgeving, of op een latere datum als dit in de kennisgeving vermeld is, in werking, tenzij een afwijkende wettelijke termijn is vereist, die dan wordt toegepast.
In het geval dat de wijziging van de Algemene Voorwaarden leidt tot een wezenlijke wijziging van de overeenkomst dan heeft de ouder de bevoegdheid om tot de dag waarop de wijzigingen in werking treden de overeenkomst op te zeggen tegen de dag waarop de wijziging in werking treedt.
|