Artikel 4: Opdrachtnemer 4 Artikel 5: Combinaties en onderaannemerschap (KEUZE) 4 Artikel 6: Overdracht van rechten, fusie of joint venture – Bezwaring (KEUZE) 5 Artikel 7: Considerans, Uitgangspunten voor de samenwerking 5

1. Gedefinieerde termen hebben in enkelvoud en meervoud overeenkomstige betekenis. De definities zoals vastgelegd in artikel 1.1 Jeugdwet, artikel 1.1 Besluit Jeugdwet, artikel 1 Regeling Jeugdwet en de gemeentelijke verordeningen, beleids- en nadere regels zijn onverkort van toepassing.

2. Aanvullende definities zijn vastgelegd in bijlage x.

Toelichting artikel 1: De hierna vetgedrukte delen in de tekst van een artikel zijn variabelen waarin bij iedere toepassing van deze overeenkomt keuzes in gemaakt moeten worden.

Artikel 2: Bijlagen bij deze Overeenkomst

1. De Overeenkomst bevat de volgende bijlagen die daarvan integraal onderdeel uitmaken:

- X

- Y

- Z

2. In het geval van tegenstrijdigheden tussen de Overeenkomst en (tussen) bijlagen, geldt de volgende rangorde, waarbij het bovengenoemde document voorgaat op het daarna genoemde document:

- Overeenkomst

- X

- Y

- Algemene Inkoopvoorwaarden VNG

- Z

HOOFDSTUK 2: PARTIJEN

Artikel 3: Opdrachtgever

1. Opdrachtgever is de Regionale Inkooporganisatie Groninger Gemeenten (RIGG), overeenkomstig het daartoe verstrekte mandaat door het Dagelijks Bestuur van de Gemeenschappelijke Regeling Publieke Gezondheid en Zorg (PG&Z), en krachtens verstrekte opdracht door de Groninger Gemeenten, te weten, Eemsdelta, Groningen, Het Xxxxxxxx, Midden-Groningen, Oldambt, Pekela, Stadskanaal, Veendam, Westerkwartier en Westerwolde.

2. De directeur van de RIGG vertegenwoordigt Opdrachtgever.

Artikel 4: Opdrachtnemer

1. Opdrachtnemer is [Naam opdrachtnemer, handelsnaam].

2. Opdrachtnemer is een jeugdhulpaanbieder; een natuurlijke persoon die, het verband van natuurlijke personen dat, of de rechtspersoon die bedrijfsmatig jeugdhulp doet verlenen onder verantwoordelijkheid van het college.

3. Opdrachtnemer maakt schriftelijk kenbaar welke persoon of personen op basis van wetgeving, statuten of anderszins rechtsgeldig bevoegd zijn hem te vertegenwoordigen, een en ander conform het uittreksel uit het Handelsregister.

4. Opdrachtnemer houdt Opdrachtgever op de hoogte van wijzigingen in gegevens, zoals vertegenwoordigingsbevoegdheid, contactpersonen, financiële en administratieve gegevens en adresgegevens.

Artikel 5: Combinaties en onderaannemerschap (KEUZE)

1. Opdrachtnemer kan zelfstandig, in onderaanneming of als combinatie diensten aanbieden.

2. Twee of meer jeugdhulpaanbieders kunnen gezamenlijk diensten aanbieden, waarbij alle aan de combinatie deelnemende combinanten contractspartner van gemeente worden en hoofdelijke aansprakelijkheid aanvaarden. Als jeugdhulpaanbieders in combinatie een dienst aanbieden, benoemen zij voor die uitvoering een penvoerder die het contact onderhoudt met Gemeente. Een combinatie geldt als één Opdrachtnemer. Alle aan een combinatie deelnemende combinanten dienen

de in deze contracteringsprocedure voor de toetsing van de geschiktheid de gevraagde informatie te overleggen en aan de gestelde eisen te voldoen.

2. Bij onderaannemerschap biedt Opdrachtnemer diensten aan die onder zijn inhoudelijke en financiële verantwoordelijkheid worden verleend door een andere jeugdhulpaanbieder van jeugdhulp met inachtneming van de vereisten zoals geformuleerd in (de Bijzondere delen van) de Overeenkomst. De vergoeding die Opdrachtnemer in zijn rol als hoofdaannemer ontvangt uit het budgettaire kader voor zijn coördinerende werkzaamheden is gemaximeerd. De vergoeding bedraagt nooit meer dan 15% van het rekentarief bij het berekenen van het taakgerichte budget.

3. Onderaannemerschap en combinatievorming is alleen toegestaan als Opdrachtgever daarvoor schriftelijk toestemming heeft gegeven.

Toelichting artikel 5: Per toepassing van de overeenkomst kunnen afwijkende keuzes worden voorgestaan daar waar het gaat om het werken met onderaannemers.

Deze keuze wordt vooral beïnvloed door het voorwerp, de totale hoeveelheid te contracteren partijen, de onderlinge afhankelijkheid en de looptijd van de overeenkomst.

Artikel 6: Overdracht van rechten, fusie of joint venture – Bezwaring (KEUZE)

1. Opdrachtnemer verplicht zich ertoe dat bij de overdracht van de onderneming aan een derde, of bij overdracht van de zeggenschap over de onderneming aan een derde, of bij overdracht van de activiteiten zoals in de Overeenkomst aan een derde, dat die derde de rechten en plichten zoals vastgelegd in de Overeenkomst ongewijzigd overneemt. Aangezien Opdrachtgever de genoemde rechten en plichten op basis van de Overeenkomst moet kunnen afdwingen bij de derde, geldt voor gemaakte (extra) kosten door Opdrachtnemer en derde volledige aansprakelijkheid voor de overdragende jeugdhulpaanbieder.

2. Opdrachtnemer is niet bevoegd om aan hem voorgeschoten bedragen voorwerp te maken van zekerheid tegenover een derde.

3. Opdrachtnemer is zonder schriftelijke toestemming van Gemeente niet bevoegd het Algemene deel van de Overeenkomst, de Bijzondere delen van de Overeenkomst en hun daaruit voortvloeiende rechten tegenover Opdrachtgever uit hoofde van het Algemene deel van de Overeenkomst of de Bijzondere delen van de Overeenkomst te bezwaren, te verpanden, te belasten met een beperkt recht of anderszins voorwerp te maken van zekerheid jegens een derde.

4. Opdrachtnemer is verplicht Opdrachtgever tijdig in kennis te stellen van een voornemen tot vervreemding of overdracht van de onderneming van Opdrachtnemer, ongeacht de vorm waarin die vervreemding gestalte krijgt, en/of van een voornemen om op aanmerkelijke wijze de zeggenschap over die onderneming te wijzigen. Bij hun mededeling informeert Opdrachtnemer Opdrachtgever over de eventuele meerwaarde van een wijziging als bedoeld in de eerste volzin voor de jeugdige en/of ouder(s) alsmede over het (mogelijke) effect van de wijziging op de verhoudingen op de regionale of lokale markt voor diensten in de Jeugdwet die Opdrachtnemer levert.

5. Overdracht van de activiteiten zoals in de Overeenkomst aan een derde (contractsovername in de zin van artikel 6:159 van het Burgerlijk Wetboek) kan enkel geschieden bij (driepartijen) Akte, waarbij Opdrachtgever bevestigt in te stemmen met deze overdracht c.q. overname.

Toelichting artikel 6: Per toepassing van de overeenkomst kunnen afwijkende keuzes worden voorgestaan daar waar het gaat om het werken met onderaannemers.

Deze keuze wordt vooral beïnvloed door het voorwerp, de totale hoeveelheid te contracteren partijen, de onderlinge afhankelijkheid en de looptijd van de overeenkomst.

Artikel 7: Considerans, Uitgangspunten voor de samenwerking

Uitgangspunten: Partijen zullen in hun samenwerking op basis van de Overeenkomst steeds de volgende uitgangspunten in acht nemen:

a. Vertrouwen: Het handelen van Partijen onder de Overeenkomst zal zijn gebaseerd op wederzijds vertrouwen.

b. Transparantie: De werkwijze van Partijen onder de Overeenkomst en de resultaten van de samenwerking zijn openbaar, tenzij Wet- en regelgeving – zoals bijvoorbeeld de Wet openbaarheid

van bestuur en de Algemene Verordening Gegevensbescherming – zich daartegen verzetten. Concurrentiegevoelige informatie is niet openbaar.

c. Professionaliteit: Opdrachtnemer zal vanuit zijn eigen bekwaamheden en vakkennis de werkzaamheden die voortvloeien uit de Overeenkomst uitvoeren en hierbij de hoogste standaarden van vakkennis, beroepsbekwaamheid en gangbare normen in acht nemen.

d. Verantwoordelijkheid: Partijen zijn zich ervan bewust dat informatie waarover een Partij beschikt, voor de andere Partij essentieel kan zijn. Partijen zullen steeds zodanig tijdig die informatie aan elkaar ter beschikking stellen, dat de nodige acties kunnen worden ondernomen.

e. Eerlijkheid: Partijen zullen elkaar steeds eerlijk en naar waarheid op de hoogte stellen van alle feiten die van belang zijn voor een goede dialoog en goede uitvoering van de samenwerking onder het Algemene deel van de Overeenkomst en het Bijzondere deel van de Overeenkomst(en).

f. Financieel kader: Partijen erkennen dat Opdrachtgever beschikt over schaarse publieke financiële middelen en dat Partijen gezamenlijk verantwoordelijk zijn voor een zo doelmatig mogelijke inzet daarvan.

g. Oplossingsgericht: Partijen committeren zich aan het direct en wederzijds oplossen van conflicten en geschillen binnen het raamwerk dat deze Overeenkomst instelt.

h. Objectiviteit: Partijen zullen ieder potentieel conflicterend belang aan elkaar melden.

i. Partnerschap: Partijen erkennen en hebben oog voor elkaars belangen en die van jeugdigen bij het nastreven van de doelstellingen zoals vastgelegd in de Programmaplannen (bijlage 1), het Inkoopplan (bijlage 2) en de concretiseringsrapportages (bijlage 3).

j. Betrouwbaarheid: Partijen gedragen zich als betrouwbare partners en komen de door hen gedane toezeggingen steeds na.

k. Integriteit: Partijen hebben respect voor alle betrokken belangen, met name die van de partijen die een belang hebben of zouden kunnen hebben bij de uitvoering van de Overeenkomst

l. Diversiteit: Partijen streven een inclusieve samenleving na, met oog voor de diversiteit aan jeugdigen en ouders, en erkennen daarom dat een divers zorglandschap nodig is.

m. Belang van de jeugdige: Partijen zullen ieder potentieel conflicterend belang aan elkaar melden; het belang van de jeugdige en/of ouder(s) gaat boven het individuele belang van Opdrachtgever en Opdrachtnemer.

n. Commitment: Partijen committeren zich aan deze samenwerking.

HOOFDSTUK 3: VOORWERP

Artikel 8: Voorwerp van deze Overeenkomst

1. Opdrachtnemer levert, in opdracht van Opdrachtgever, diensten in het kader van de Jeugdwet volgens de voorwaarden van de Overeenkomst inclusief bijlagen, die daarvan integraal deel uitmaken.

2. De diensten zijn gericht op het uitvoeren van een taak. De taak (waaronder de diensten en de verwachte hoeveelheden daarvan) is omschreven in bijlage x.

3. Opdrachtnemer ontvangt voor het uitvoeren van de taak de volgende vergoeding: x.

Toelichting artikel 8: Daar waar het gaat over het definiëren van het voorwerp van de overeenkomst, zal ook moeten worden aangegeven hoe de opdracht zich verhoudt tot andere (regionale) overeenkomsten voor het leveren van jeugdhulp.

Artikel 9: Verklaring Opdrachtnemer

1. Opdrachtnemer verklaart en kan op verzoek van Opdrachtgever aantonen dat de Uitsluitingscriteria genoemd in artikel 19 en/of het Aanmeldingsdocument, niet op hem van toepassing zijn.

2. Opdrachtnemer verklaart en kan op verzoek van Opdrachtgever aantonen dat hij voldoet aan de geschiktheidseisen genoemd in artikel 20 en/of het Aanmeldingsdocument.

3. Opdrachtnemer verklaart en kan op verzoek van Opdrachtgever aantonen dat hij binnen het vastgestelde budget voldoet aan de specifieke eisen en voorwaarden die zijn gesteld aan de uitvoering van de taak.

Artikel 10: Aanlevering informatie

1. Als Opdrachtnemer op basis van de Overeenkomst de verplichting heeft documenten of andere informatie over te leggen of als Opdrachtgever hierom verzoekt, dan legt Opdrachtnemer deze

documenten of andere informatie binnen de gestelde termijn, gestructureerd en overzichtelijk over, op verzoek met een toelichting.

2. Als Opdrachtgever formats voorschrijft voor documenten of andere informatie, dan maakt de Opdrachtnemer daar gebruik van.

3. Opdrachtgever neemt documenten of andere informatie die te laat en/of ongeordend is overgelegd of waarbij niet is gebruikgemaakt van de voorgeschreven formats niet in behandeling.

Artikel 11: Algemene inkoopvoorwaarden

1. De algemene inkoopvoorwaarden VNG zijn bij uitsluiting van toepassing op de Overeenkomst. De algemene inkoopvoorwaarden zijn opgenomen in bijlage x. Opdrachtnemer erkent bij ondertekening van de Overeenkomst deze algemene inkoopvoorwaarden te hebben ontvangen en te accepteren.

2. De algemene voorwaarden van Opdrachtnemer zijn niet van toepassing.

3. Als Opdrachtnemer voor het leveren van diensten één of meer overeenkomsten sluit met een jeugdige en/of zijn ouder(s), dan kan Opdrachtnemer zijn algemene leveringsvoorwaarden van toepassing verklaren op die overeenkomsten, mits deze niet strijdig zijn met deze Overeenkomst.

Artikel 12: Duur van de Overeenkomst

1. De Overeenkomst gaat in op x en loopt tot x.

2. Partijen kunnen deze Overeenkomst in onderling overleg en met wederzijdse instemming tweemaal verlengen met een periode van 12 maanden. Partijen maken dit schriftelijk aan elkaar kenbaar, uiterlijk 2 maanden voor de afloop van deze Overeenkomst.

3. Als de Overeenkomst eindigt, om wat voor reden dan ook, blijven de bepalingen op het moment van beëindiging van kracht, voor zover dit voor de afwikkeling van de Overeenkomst noodzakelijk is.

4. Partijen behouden onverminderd de mogelijkheid de Overeenkomst tussentijds op te zeggen conform artikel 16.

5. Wanneer partijen gebruik maken van de mogelijk de duur van deze Overeenkomst te verlengen als bedoeld in het tweede lid, hebben zij tijdig overleg om het budget voor dat jaar vast te stellen. Daarbij zijn de uitgangspunten die worden gehanteerd bij de opbouw van het budget als bedoeld in bijlage x leidend.

Toelichting artikel 12: De bepalingen over de mogelijkheid tot verlenging van de Overeenkomst zijn optioneel. Artikel 16 is een keuze artikel. Wanneer deze niet wordt toegepast, kan de verwijzing in lid 4 worden verwijderd.

HOOFDSTUK 4: COMMUNICATIE, OVERLEG, WIJZIGINGEN, BEËINDIGEN

Artikel 13: Eenzijdige wijziging Overeenkomst door Opdrachtgever (KEUZE)

1. Opdrachtgever kan op 1 juli en op 1 januari van elk kalenderjaar eenzijdig wijzigingen doorvoeren op (voorwaarden van) de Overeenkomst, op diensten en op tarieven. Opdrachtgever kondigt deze wijzigingen uiterlijk een half jaar voordat deze ingaan aan. Voor dit eenzijdig wijzigen van de Overeenkomst gelden de volgende voorwaarden:

a. consultatie: de wijzigingen zijn tussen aankondiging en uiterlijk drie kalendermaanden voor het doorvoeren gepresenteerd aan Opdrachtnemers;

b. inhoud: als Wet- of regelgeving, daaronder begrepen Gemeentelijke verordeningen, of individuele hulpvragen van jeugdigen en/of ouder(s) noodzaken tot het toevoegen of verwijderen van individuele diensten of uitvoeringsvoorwaarden, dan kan Opdrachtgever benodigde wijzigingen doorvoeren, tenzij dit de algemene aard van de opdracht verandert;

c. voorwaarden: als wettelijke voorwaarden, daaronder begrepen voorwaarden in Gemeentelijke verordeningen, aan diensten of jeugdhulpaanbieders wijzigen, dan kan Opdrachtgever tot benodigde wijzigingen overgaan, tenzij dit de algemene aard van de opdracht verandert;

2. De Opdrachtnemer die de gewijzigde Overeenkomst niet wil uitvoeren kan deze opzeggen conform de opzeggingsregeling van artikel 16. Als sprake is van opzegging, dan is Opdrachtnemer verplicht om per direct in overleg te treden met andere jeugdhulpaanbieders over de overname van personeel, onverminderd het bepaalde in de artikelen 662 en 663 van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek en over het zo veel mogelijk voortzetten van bestaande hulpverleningsrelaties tussen hulpverleners en jeugdigen.

Toelichting artikel 13: Per toepassing van de overeenkomst kunnen afwijkende keuzes worden voorgestaan daar waar het gaat om de mogelijkheid om de overeenkomst (eenzijdig) te wijzigen. Met name bij een taakgerichte uitvoeringsvariant is overleg tussen een beperkte hoeveelheid partijen het uitgangspunt.

Veranderende omstandigheden kunnen veelal leiden tot de wens om eenzijdig te kunnen wijzigen.

Artikel 16 is een keuze artikel. Wanneer deze niet wordt toegepast, kan lid 2 komen te vervallen.

Artikel 14: Eenzijdige wijziging Overeenkomst vanwege gewijzigde contractstandaarden

1. Opdrachtgever wijzigt de Overeenkomst tussentijds als contractstandaarden beschikbaar zijn voor dit type overeenkomst (inspanningsgericht, outputgericht, taakgericht). De contractstandaarden kunnen zien op:

- het gebruikte format voor de overeenkomst;

- de beschrijving van de prestaties, zonder de prestaties zelf inhoudelijk te wijzigen;

- bepalingen die zien op de levering van jeugdhulp/ jeugdbeschermingsmaatregelen/ jeugdreclassering, zoals indexering, continuïteit van zorg, wachttijden, cliëntenstop, zorgweigering- en beëindiging, wijzigen zorgbehoefte jeugdige, onderaanneming en vergelijkbare bepalingen;

- bepalingen die zien op informatievoorziening, overleg en uitwisseling van gegevens, zoals informatievoorziening aan de gemeente;

- bepalingen inzake het gebruik van iJW-standaarden, berichtenverkeer en vergelijkbare bepalingen;

- bepalingen inzake declaratie en betaling, zoals onverschuldigde betaling, declaratie en betaling, uitgangspunten voor betaling, budgetplafonds en vergelijkbare bepalingen;

- bepalingen inzake fraude, niet-nakoming en geschillen, zoals UBO, fraude, niet nakoming en vergelijkbare bepalingen;

- bepalingen inzake duur en einde overeenkomst, zonder de duur van de overeenkomst zelf aan te passen, overdracht van rechten bij fusie en overname, financiële verantwoordelijkheid en vergelijkbare bepalingen;

- algemene slotbepalingen, zoals social return, vrijwaring, wijzigen van omstandigheden, geschillenregeling en vergelijkbare bepalingen.

2. Opdrachtgever neemt deze contractstandaarden ongewijzigd over en laat met de contractstandaarden strijdige bepalingen vervallen, tenzij

- (een) over te nemen contractstandaard(en) en te laten vervallen bepaling(en) leidt/leiden tot het veranderen van de algemene aard van de opdracht, in welk geval Opdrachtgever alleen die contractstandaard(en) overneemt of bepaling(en) laat vervallen waarbij dat niet het geval is; en/of

- een eventuele verhoging van de prijs door de wijziging meer bedraagt dan 50% van de waarde van de oorspronkelijke opdracht.

3. Opdrachtgever neemt een termijn van maximaal zes maanden in acht, ingaande de dag na het beschikbaar komen van de contractstandaarden, om de wijziging door te voeren.

4. Opdrachtnemer weigert de wijziging niet op onredelijke gronden. Als de gevolgen van de wijziging naar het oordeel van Opdrachtnemer onredelijk zijn, of Partijen anderszins niet tot overeenstemming komen over de (gevolgen van) de wijziging van de Overeenkomst, dan heeft Opdrachtnemer het recht de overeenkomst op te zeggen als Opdrachtgever van hem niet kan vergen de overeenkomst ongewijzigd voort te zetten.

5. Opzegging op grond van dit artikel geeft Partijen geen recht op vergoeding van schade en/of kosten. De mogelijkheid tot wijziging in dit artikel laat het wijzigen van de Overeenkomst op basis van het bepaalde in art. 2.163b, 2.163d, 2.163e, 2.163f Aanbestedingswet 2012 en overige wijzigingsclausules opgenomen in de Overeenkomt onverlet.

Toelichting artikel 14: Let op: naar aanleiding van de ontwikkeling van Landelijke Contractstandaarden is deze Landelijk gehanteerde wijzigingsclausule opgenomen in het GCM. Dit deel van de wijzigingsclausule is niet optioneel.

Artikel 15: Communicatie over wijzigingen, bijlagen wijzigen

1. Alle communicatie over wijzigingen van deze Overeenkomst tussen Partijen vindt plaats via X (e-mail, Vendorlink, overlegstructuur, etc.), tenzij Opdrachtgever anders bepaalt. Correspondentie die Partijen niet op bovenstaande wijze verzenden, beschouwen Partijen als niet verzonden.

2. Als bijlagen bij de Overeenkomst wijzigen, is het voldoende de gewijzigde bijlage(n) bij de Overeenkomst te vervangen en is het niet noodzakelijk een gewijzigde Overeenkomst op te stellen.

Artikel 16: Opzegging van de Overeenkomst (KEUZE)

1. Elke Partij kan deelname aan de Overeenkomst bij schrijven (schriftelijk of via e-mail) (gedeeltelijk) opzeggen. De opzeggende Partij vergewist zich ervan dat de opzegging de wederpartij (tijdig en volledig) heeft bereikt.

2. Als Opdrachtgever gebruikmaakt van de mogelijkheid tot opzeggen, dient de Opdrachtgever een opzegtermijn van zes kalendermaanden te hanteren, rekenend vanaf datum schrijven van opzegging.

3. Opdrachtnemer kan elk kalenderjaar gebruik maken van de mogelijkheid tot opzeggen op 1 januari of op 1 juli en neemt daarbij een opzegtermijn van minimaal drie en maximaal zes kalendermaanden in acht als er sprake is van jeugdigen in zorg. De Opdrachtnemer die de Overeenkomst wil beëindigen door opzegging per 1 januari, maakt zijn opzegging dus kenbaar via de lid 1 beschreven wijze op uiterlijk 1 oktober. De Opdrachtnemer die de Overeenkomst wil beëindigen door opzegging per 1 juli, maakt zijn opzegging dus kenbaar via de lid 1 beschreven wijze op uiterlijk 1 april.

4. Vanaf de datum dat de opzegtermijn ingaat, kan Xxxxxxxxxxxxx geen nieuwe jeugdigen meer in hulp nemen en weigert Xxxxxxxxxxxxx nieuwe jeugdigen. Opdrachtnemer levert diensten tot aan de opzegdatum. Indien de Opdrachtnemer ondanks de opzegtermijn nieuwe jeugdigen in zorg of hulp neemt op grond van de Overeenkomst vergoedt Opdrachtgever deze diensten niet.

5. Als Opdrachtnemer gebruikmaakt van de mogelijkheid tot opzegging, is deze verplicht om per direct in overleg te treden met andere jeugdhulpaanbieders over de overname van personeel, onverminderd het bepaalde in de artikelen 662 en 663 van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek en over het zo veel mogelijk voortzetten van bestaande hulpverleningsrelaties tussen hulpverleners en jeugdigen.

6. Als Opdrachtnemer de deelname aan het Algemene deel van de Overeenkomst opzegt of geen deelname heeft aan een Bijzonder deel, is daarmee de Overeenkomst in zijn geheel automatisch opgezegd.

Toelichting artikel 16: Per toepassing van de overeenkomst kunnen afwijkende keuzes worden voorgestaan daar waar het gaat om de mogelijkheid tot opzegging van de overeenkomst. Deze keuze worden vooral beïnvloed door het voorwerp, de totale hoeveelheid te contracteren partijen, de onderlinge afhankelijkheid en de looptijd van de overeenkomst.

De opzegtermijnen zijn telkens (lokaal) in te vullen, afhankelijk van onderlinge afhankelijkheid, looptijd, etc. Het is van belang oog te houden voor de andere verwijzingen naar opzegtermijnen in deze Overeenkomst.

Artikel 17: Directe ontbinding van de Overeenkomst

1. Opdrachtgever kan de Overeenkomst tussentijds per aangetekende brief (buitengerechtelijke verklaring) eenzijdig en per direct (gedeeltelijk) ontbinden zonder ingebrekestelling als:

a. bij Opdrachtnemer sprake is van één van de Uitsluitingscriteria genoemd in artikel 19;

b. Opdrachtnemer niet langer voldoet aan de Geschiktheidseisen genoemd in artikel 20;

c. Opdrachtnemer niet of niet meer voldoet aan de Overeenkomst gestelde kwalitatieve voorwaarden c.q. uitvoeringseisen;

d. een fusie of overname van Opdrachtnemer volgens Opdrachtgever aantoonbaar negatieve gevolgen heeft voor Opdrachtgever of voor de jeugdige en/of ouder(s);

e. sprake is van een integriteitsschending of fraude.

f. Opdrachtnemer een negatief rapport van de Inspectie Gezondheidszorg & Jeugd en/of Gemeentelijke toezichthouder heeft ontvangen en geen herstelplan maakt of uitvoert.

2. De bewijslast voor het niet aanwezig zijn van één of meer voornoemde situaties ligt bij Opdrachtnemer.

3. Opdrachtgever is bij directe ontbinding op voorgaande gronden geen schadevergoeding of vergoeding van andere kosten verschuldigd aan Opdrachtnemer. Opdrachtnemer is gehouden alle kosten die gepaard gaan met of voortvloeien uit de directe ontbinding zelf te vergoeden.

4. Als sprake is van directe ontbinding, dan is Opdrachtnemer verplicht per direct in overleg te treden met andere jeugdhulpaanbieders over de overname van personeel, onverminderd het bepaalde in de artikelen 662 en 663 van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek en over het zo veel mogelijk voortzetten van bestaande hulpverleningsrelaties tussen hulpverleners en jeugdigen.

5. Opdrachtnemer met wie het Algemene deel van de Overeenkomst en/of de Bijzondere delen van de Overeenkomst door directe ontbinding is/zijn beëindigd door Opdrachtgever, kan gedurende twee jaren na de datum van die directe ontbinding niet opnieuw deelnemen aan de Overeenkomst en/of de Bijzondere delen van de Overeenkomst met Opdrachtgever. Een verzoek tot hernieuwde deelname of voortzetting van deelname aan het Algemene deel van de Overeenkomst en/of de Bijzondere delen van de Overeenkomst die door directe ontbinding zijn geëindigd, neemt Opdrachtgever voor een periode van twee jaar na de datum van die directe ontbinding niet in behandeling.

Artikel 18: Tekortkoming in de nakoming, opschorting

1. Als Opdrachtnemer tekortschiet bij het nakomen van verplichtingen die op hem rusten uit hoofde van de Overeenkomst, dan stelt Opdrachtgever in de gevallen waarin Opdrachtgever daartoe bij Wet verplicht is, Opdrachtnemer schriftelijk in gebreke. Opdrachtnemer krijgt dan de mogelijkheid binnen een redelijke, door Opdrachtgever te bepalen termijn (hierna ‘de hersteltermijn’) zijn verplichtingen alsnog na te komen, mits nakoming van die verplichtingen niet blijvend onmogelijk is.

2. Gedurende de hersteltermijn genoemd in lid 1, en na die periode als Opdrachtnemer niet binnen de hersteltermijn alsnog nakomt, kan Opdrachtgever;

a. een stop op toeleiding jeugdigen (cliëntenstop) opleggen, tenzij sprake is van een jeugdbeschermingsmaatregel of jeugdreclassering;

b. schadevergoeding van Opdrachtnemer vorderen;

c. betalingen van voorschotten aan Opdrachtnemer opschorten;

d. eventuele openstaande schulden verrekenen met openstaande vorderingen.

3. Als Opdrachtnemer ook na de in lid 1 beschreven ingebrekestelling zijn verplichtingen niet (tijdig) nakomt, dan is Opdrachtnemer in verzuim. De Opdrachtnemer die in verzuim is, voldoet niet meer aan de voorwaarden van de Overeenkomst. Opdrachtgever kan in die situatie onder andere overgaan tot (gedeeltelijke) buitengerechtelijke ontbinding of opschorting.

4. Als Opdrachtgever gebruikmaakt van haar recht op opschorting, stelt zij een door haar te bepalen termijn waarbinnen Opdrachtnemer verplicht is om aan te tonen dat hij weer aan de voorwaarden voldoet. De te stellen termijn bedraagt maximaal drie maanden.

5. Als Opdrachtgever gebruikmaakt van haar recht tot opschorting, legt zij aan Opdrachtnemer een stop op toeleiding jeugdigen (cliëntenstop) op. Een dergelijke stop communiceert Opdrachtgever schriftelijk aan Opdrachtnemer. Als een stop van kracht is, mag Opdrachtnemer geen nieuwe jeugdigen in zorg of hulp nemen. De verantwoordelijkheid om – indien een stop van kracht is – daadwerkelijk geen nieuwe jeugdigen in zorg of hulp te nemen ligt bij Opdrachtnemer. Opdrachtgever zal indien een stop van kracht is het (laten) toeleiden van jeugdigen naar een Opdrachtnemer (doen) stoppen. In het geval een stop van kracht is, communiceert Opdrachtgever actief aan verwijzers dat voor Opdrachtnemer een stop van kracht is. Deze informatie publiceert Opdrachtgever ook op de website van Opdrachtgever. Indien Opdrachtnemer ondanks een stop nieuwe jeugdigen in zorg of hulp neemt op grond van de Overeenkomst vergoedt Opdrachtgever deze diensten niet.

6. Opdrachtgever heft de opschorting op indien Opdrachtnemer binnen de daartoe op grond van lid 4 gestelde termijn aantoont weer te voldoen aan de voorwaarden die ten grondslag lagen aan de opschorting. Opdrachtgever heft op dat moment ook de cliëntenstop op genoemd onder lid 5.

HOOFDSTUK 5: UITSLUITINGSCRITERIA, GESCHIKTHEIDSEISEN, UITVOERINGSEISEN

Artikel 19: Uitsluitingscriteria

1. Op Opdrachtnemer zijn geen uitsluitingscriteria van toepassing.

2. Mocht er gedurende de looptijd van deze Overeenkomst een uitsluitingscriterium van toepassing worden op Opdrachtnemer, is dat grond voor ontbinding van de Overeenkomst als bedoeld in artikel 17.

3. Opdrachtgever hanteert daarbij de volgende uitsluitingscriteria:

- De jeugdhulpaanbieder is bij (onherroepelijke) rechterlijke uitspraak veroordeeld voor een strafbaar feit als bedoeld in artikel 2.86 van de Aanbestedingswet.

- De jeugdhulpaanbieder heeft één of meer van de verplichtingen als bedoeld in artikel 2.81 van de Aanbestedingswet geschonden.

- De jeugdhulpaanbieder verkeert in staat van faillissement, heeft zijn werkzaamheden gestaakt, jegens hem geldt een surseance van betaling of een faillissementsakkoord, of de jeugdhulpaanbieder verkeert in een vergelijkbare situatie ingevolge een soortgelijke procedure uit hoofde van op hem van toepassing zijnde Wet- en regelgeving.

- De jeugdhulpaanbieder heeft met andere ondernemers overeenkomsten gesloten die gericht zijn op vervalsing van de mededinging.

- Er is sprake van een belangenconflict in de zin van artikel 1.10b van de Aanbestedingswet, welk conflict niet effectief kan worden verholpen met minder ingrijpende maatregelen.

- Er is sprake van vervalsing van de mededinging door eerdere betrokkenheid van de jeugdhulpaanbieder bij de voorbereiding van de aanbestedingsprocedure in de zin van artikel 2.51 van de Aanbestedingswet, welke vervalsing niet effectief kan worden verholpen met minder ingrijpende maatregelen.

- De jeugdhulpaanbieder is aanzienlijk of voortdurend tekortgekomen in de nakoming van een eerdere overheidsopdracht, waarbij dit heeft geleid tot vroegtijdige beëindiging van die opdracht, tot schadevergoeding of tot andere vergelijkbare sancties.

- De jeugdhulpaanbieder heeft zich in ernstige mate schuldig gemaakt aan valse verklaringen bij het verstrekken van informatie die nodig is voor de controle op het ontbreken van gronden voor uitsluiting of het voldoen aan de geschiktheidseisen of heeft die informatie achtergehouden, dan wel was niet in staat de ondersteunende documenten als bedoeld in artikelen 2.101 en 2.102 van de Aanbestedingswet over te leggen.

- De jeugdhulpaanbieder heeft getracht om het besluitvormingsproces van de opdrachtgeven onrechtmatig te beïnvloeden, om vertrouwelijke informatie te verkrijgen die hem onrechtmatige voordelen in de aanbestedingsprocedure kan bezorgen, of heeft door nalatigheid misleidende informatie verstrekt die een belangrijke invloed kan hebben op besluiten inzake uitsluiting, selectie en gunning.

- De jeugdhulpaanbieder voldoet aan zijn verplichtingen tot betaling van belastingen of van sociale zekerheidspremies.

4. Opdrachtgever stelt de ontvangst van een correct en volledig Uniform Europees Aanbestedingsdocument voorwaardelijk aan het aangaan van deze Overeenkomst en kan bij aanvang van de Overeenkomst, en op ieder moment tijdens de looptijd daarvan, bewijsmiddelen opvragen ter controle van het voldoen aan het bepaalde in dit artikel, zoals een verklaring van de Belastingdienst en een Gedragsverklaring Aanbesteden.

Artikel 20: Geschiktheidseisen

1. Opdrachtnemer voldoet aan de volgende geschiktheidseisen ten aanzien van financiële en economische draagkracht:

a) Opdrachtnemer is in het bezit van een bedrijfsaansprakelijkheidsverzekering die gebruikelijk is in de branche. Het standaard verzekerd bedrag is EUR 2.500.000,00 per kalenderjaar met minimale dekking per gebeurtenis van EUR 1.000.000,00. De (potentiële) jeugdhulpaanbieder is daarmee verzekerd tegen wettelijke aansprakelijkheid voor risico’s die voortvloeien uit de uitoefening van zijn taken. Voor (potentiële) jeugdhulpaanbieders die micro-ondernemingen zijn, geldt een aangepaste eis. Het standaard verzekerd bedrag is EUR 1.000.000,00 per kalenderjaar met minimale dekking per gebeurtenis van EUR 500.000,00. Micro- ondernemingen zijn ondernemingen met minder dan tien FTE werknemers en een jaarlijkse omzet (het in een bepaalde periode omgezette bedrag) of balans (een staat van de activa en passiva van een onderneming) van minder dan twee miljoen euro.

b) Opdrachtnemer beschikt over voldoende financiële en economische draagkracht om de opdracht uit te voeren. Opdrachtnemer voldoet hieraan wanneer hij met de meest recente jaarrekening - waarvan de controleverklaring ex. 2:393 BW op het moment van aanmelden niet ouder is dan 365 dagen – kan aantonen dat:

- Opdrachtnemer voldoet aan de financiële ratio’s zoals deze zijn uitgewerkt in bijlage X.

- Er geen mogelijke claims bekend zijn of gedurende de periode van de uitvoering van de Overeenkomst geen investeringen noodzakelijk zijn die zijn bedrijf in een zodanige positie kan brengen dat de financieel-economische draagkracht of de continuïteit daarvan in gevaar kan worden gebracht;

- De in i. bedoelde controleverklaring ex. artikel 2:393 BW geen zogenoemde

‘continuïteitsparagraaf’ bevat.

2. Opdrachtnemer voldoet aan de volgende geschiktheidseisen ten aanzien van technische bekwaamheid en beroepsbekwaamheid:

a) Opdrachtnemer beschikt daartoe over een geldig certificaat voor een kwaliteitsmanagementsysteem met een scope die passend is voor de geleverde vorm van jeugdhulp, zoals NEN-EN 15224, ISO 9001:2015 of een HKZ-certificering passend bij de jeugdhulp ende organisatiegrootte. Ook volstaat een eigen kwaliteitssysteem. De aanbieder dient aan te tonen dat het kwaliteitssysteem vergelijkbaar is met voornoemde certificeringen middels een certificaat en een auditrapport. De audit dient jaarlijks te zijn uitgevoerd door een onafhankelijke, IRCA erkende leadauditor ISO 9001, die toetst of Opdrachtnemer voldoet aan vigerende wet- en regelgeving, kwaliteitsnormen en toetst of er sprake is van een werkend kwaliteitssysteem.

b) Opdrachtnemer beschikt over een administratiesysteem dat hem in staat stelt bij de start van de overeenkomst en bij de uitvoering van de overeenkomst te werken met het berichtenverkeer, volgens de voorgeschreven i-standaarden, in lijn met de voorgeschreven uitvoeringsvariant.

3. Opdrachtnemer voldoet aan de volgende geschiktheidseisen ten aanzien van beroepsbevoegdheid:

a) Opdrachtnemer dient ingeschreven te staan in het beroeps- of handelsregister volgens de eisen van de wetgeving van het vestigingsland van de onderneming (in Nederland: bij de Kamer van Koophandel).

b) Opdrachtnemer draagt er zorg voor dat alle personen die uitvoerend of regievoerend bij de jeugdhulp worden betrokken, over de passende beroepsregistratie beschikken. Afhankelijk van de werkzaamheden is dit:

- een registratie bij de SKJ voor HBO- en HBO+-geschoolde jeugd- en gezinsprofessionals;

- een BIG-registratie voor GZ-psychologen, Orthopedagogen-generalist, klinisch (neuro)psychologen, psychotherapeuten, (Kinder- en Jeugd)psychiaters, Artsen en Verpleegkundigen/verpleegkundig specialist;

- een NIP-registratie voor Kinder- en jeugdpsychologen;

- een registratie bij de SKJ voor gedragsdeskundigen (orthopedagoog, (ontwikkelings)psycholoog of psycholoog met afstudeerrichting klinische psychologie);

- een registratie bij de beroepsvereniging NVRG voor vaktherapeuten;

- een (voor)registratie in het Registerplein ‘sociaal werker’ voor MBO-opgeleide jeugd- en gezinsprofessionals.

4. Mocht gedurende de looptijd van deze Overeenkomst blijken dat Opdrachtnemer niet langer voldoet aan deze geschiktheidseisen, is dat grond voor ontbinding van de Overeenkomst als bedoeld in artikel 17.

Artikel 21: Informeren jeugdige en/of ouders

Opdrachtnemer informeert de jeugdige en/of ouders voorafgaande aan het leveren van de jeugdhulp minimaal één keer en indien nodig meerdere keren over algemene zaken, klachtenregeling, cliëntparticipatie en vertrouwenspersoon zoals omschreven in paragraaf 4.3 van het uitvoeringsbesluit Jeugdwet, de inhoud van de jeugdhulp en de eventuele kosten voor de jeugdige en/of diens ouders/verzorgers. Door Opdrachtnemer wordt getoetst of de jeugdige en/of ouders deze informatie ontvangen en begrepen heeft/hebben.

Artikel 22: Inzet personeel

1. Opdrachtnemer hanteert de uitgangspunten van het Besluit Jeugdwet, het Normenkader voor verantwoorde werktoedeling en het Kwaliteitskader Jeugd bij de inzet van personeel bij de uitvoering van, of regievoering op de jeugdhulp.

2. Indien Opdrachtnemer besluit niet-geregistreerde of niet-gekwalificeerde professionals in te zetten, dan maakt deze op verzoek van Opdrachtgever aannemelijk dat dit niet afdoet aan de kwaliteit, dan wel dat het onder bepaalde omstandigheden noodzakelijk kan zijn om dat werk aan anderen toe te delen (‘Pas toe of leg uit’ principe als bedoeld in het Normenkader verantwoorde werktoedeling); afspraken hierover en over de verantwoordelijkheidsverdeling zijn vastgelegd in een professioneel statuut of kwaliteitsstatuut.

3. Wanneer Opdrachtnemer naar het oordeel van Opdrachtgever niet aannemelijk maakt dat de inzet van niet-geregistreerde of niet-gekwalificeerde professionals niet afdoet aan de kwaliteit, kunnen deze professionals niet bij de uitvoering van de jeugdhulp worden betrokken.

4. Opdrachtnemer garandeert dat de personen, die bij het regievoeren op of uitvoeren van jeugdhulp in contact (kunnen) komen met de jeugdige en/of diens ouders/verzorgers, in het bezit zijn van een geldige Verklaring Omtrent het Gedrag als bedoeld in artikel 4.1.6 van de Jeugdwet.

5. De Opdrachtnemer die krachtens de Overeenkomst jeugdhulp levert aan jeugdigen in deze jeugdhulpregio, waarvoor op basis van de ‘Landelijke samenwerkingsafspraken jeugd-GGZ’ een Kinder- en Jeugdpsychiater is vereist, garandeert dat deze psychiaters ook op verzoek worden inzet voor crisismeldingen die binnenkomen via Spoed voor Jeugd Groningen, ongeacht of deze psychiaters een dienstbetrekking hebben of dat met deze psychiaters een overeenkomst van opdracht bestaat.

Artikel 23: Interventies en richtlijnen

1. Opdrachtnemer voldoet aan het toetsingskader ‘Verantwoorde Hulp voor Jeugd’ van de Inspectie Gezondheidszorg & Jeugd en – daar waar van toepassing – aan de toepasselijke kernverwachtingen zoals gehanteerd door de IG&J voor ‘nieuwe toetreders in de jeugdhulp’, ‘jeugdhulp zonder verblijf’, ‘jeugdhulp met verblijf’ en ‘gesloten jeugdhulp’.

2. Er wordt, daar waar deze beschikbaar zijn, gebruik gemaakt van evidence based en/of practice based

methodieken zoals beschreven bij de ‘databank effectieve jeugdinterventies’ van het NJI, het

‘Kenniscentrum Kinder- en jeugdpsychiatrie’ dan wel het ‘Kenniscentrum LVB’. Hiervan kan alleen afgeweken worden indien Opdrachtnemer aantoont dat deze evidence based en/of practice based methodieken niet aanwezig zijn of niet afdoende zijn en er volgens Xxxxxxxxxxxxx wel een aantoonbaar goed en gelijkwaardig alternatief ingezet kan worden.

3. Jeugdhulp wordt uitgevoerd volgens de voor het vakgebied en de discipline geldende richtlijnen (i.e. de professionele standaard), zoals de ’Richtlijnen van Kenniscentrum Kinder- & Jeugdpsychiatrie’, de ‘Richtlijnen jeugdhulp en jeugdbescherming’ van het NJI en de ‘Richtlijn effectieve Interventies LVB’ van het kenniscentrum LVB, de door VWS landelijk vastgestelde ‘Kwaliteitscriteria Gezinshuizen’ de richtlijn ‘residentiele jeugdhulp xxxx://xxxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xx/, de multidisciplinaire richtlijnen, de normen van de beroepsgroep voor verslavingszorg, dementie en eetstoornissen en voor de

behandeling van verslavingszorg, dementie en eetstoornissen, en/of aangesloten zijn bij de landelijke kwaliteitsplatforms voor IHT, MST Nederland, Fact Nederland).

4. Jeugdhulp die door Opdrachtnemer in het buitenland wordt uitgevoerd voldoet aan de door de VNG gestelde kaders: Afsprakenkader buitenlands zorgaanbod jeugd.

Artikel 24: Medische verwijsroute (KEUZE)

Als een jeugdige zich bij Opdrachtnemer meldt met een verwijzing, niet via de Gemeentelijke toegang, dan beoordeelt Opdrachtnemer vervolgens met deze verwijzing inhoudelijk welke diensten de jeugdige precies nodig heeft, met welke frequentie en voor hoe lang (de duur en de omvang). Opdrachtnemer bepaalt de inhoud van de voorziening.

Artikel 25: Normaliseren (KEUZE)

Partijen spannen zich op basis van hun eigen verantwoordelijkheden in tot het normaliseren van hulp- en zorgvragen, waaronder ook verstaan het leren omgaan met beperkingen. Zowel bij aanvang van de dienstverlening als gedurende de dienstverlening aan een jeugdige en/of ouder(s) benut en onderzoekt Opdrachtnemer de mogelijkheden vanuit het netwerk van het gezin. Opdrachtnemer zoekt actief naar mogelijkheden voor beëindiging van de zorg- of hulplevering, vermindering van inzet van expertise en/of intensiteit van jeugdzorg, en betrekt hierbij – onder meer – de mogelijkheden van de inzet van lichtere hulp en inzet van voorliggende voorzieningen.

Artikel 26: Seksueel misbruik

Opdrachtnemer heeft aantoonbaar kennis van en handelt aantoonbaar naar de uitgangspunten van de nota van commissie Xxxxxxx 'Norm voorkomen seksueel misbruik in de jeugdzorg'.

Artikel 27: Acceptatieplicht

Opdrachtnemer verleent jeugdhulp aan de jeugdige die volgens de daarvoor gestelde wettelijke bepalingen of gemeentelijke regelgeving naar hem is verwezen, tenzij:

a. een stop toeleiding jeugdigen (‘cliëntenstop’) is opgelegd door Opdrachtgever of tussen partijen is overeengekomen;

b. Opdrachtgever dit in redelijkheid niet van Opdrachtnemer kan verlangen. Opdrachtnemer toont aan dat van een dergelijke situatie sprake is.

Toelichting Artikel 27: Bij een algemene voorziening verwijzen naar de verordening en nadere regels. Ten aanzien van sub b: Hier dienen aan de hand van de opdracht, nadere werkafspraken over te worden gemaakt met de opdrachtnemer.

Artikel 28: Continuïteit

Opdrachtnemer garandeert continuïteit van de dienstverlening aan de jeugdige, ook tijdens vakanties, feestdagen en ziekte van de medewerker(s) van Opdrachtnemer, tenzij de aard van de hulpvraag dit niet noodzakelijk maakt.

Artikel 29: Locatie (KEUZE)

1. Opdrachtnemer levert de jeugdhulp zoveel mogelijk ambulant; afhankelijk van de jeugdhulp in de thuissituatie van de jeugdige, op school of vanuit een locatie van Opdrachtnemer. Opdrachtnemer beperkt zoveel mogelijk de reisbewegingen die door uitvoerend betrokken medewerkers en/of de jeugdige en/of diens ouders/verzorgers dienen te worden gemaakt.

2. Als de jeugdhulp wordt geleverd op een locatie, dan organiseert Opdrachtnemer deze zoveel als mogelijk in de directe leefomgeving van de jeugdige, althans zoveel als mogelijk in de provincie Groningen, althans zo veel als mogelijk in het Xxxxxxx (xxxxxx xx xxxxxxxxxx Xxxxxxxxx, Xxxxxxxxx en Drenthe).

3. De locatie waar Opdrachtnemer de jeugdzorg levert, voldoet aan alle op de locatie en jeugdhulp van toepassing zijnde Wet- en regelgeving.

Artikel 30: Samenwerking

1. Opdrachtnemer werkt in afstemming en samenwerking met de verwijzer en verstrekt bij het eindigen van de jeugdhulp een evaluatieverslag aan de verwijzer.

2. Opdrachtnemer maakt gebruik van de werkwijze en het instrument voor gezamenlijke planvorming Samen1Plan – of een vergelijkbare in de regio vastgestelde standaard – wanneer het gezien de hulpvraag van de cliënt nodig is met meerdere partijen samen te werken.

3. Opdrachtnemer betrekt en weegt de in het verleden aan jeugdige of ouder(s) verleende diensten mee in de opstelling van het hulpverleningsplan om vast te stellen welke aanpak wel of juist niet heeft gewerkt.

Artikel 31 Toekomstplan jeugdigen vanaf 16,5

Opdrachtnemer werkt met een ‘Toekomstplan jeugdigen vanaf 16,5’ bij jeugdigen waarvan het aannemelijk is dat de zorg doorloopt na het 18e levensjaar, aan de hand van de checklist Menzis werkagenda.

Artikel 32: Spoedeisende hulpvragen en crisis

1. Opdrachtnemer handelt direct bij spoedeisende vragen en situaties van de bij Opdrachtnemer in hulp of zorg zijnde jeugdigen.

2. Daartoe is Opdrachtnemer 24 uur per dag en 7 dagen per week bereikbaar en beschikbaar voor de jeugdige, de ouders/verzorgers, politie en justitie en medewerkers van Spoed voor Jeugd Groningen voor afstemming, informatiedeling en/of het bieden van jeugdhulp.

3. Opdrachtnemer is verantwoordelijk voor de juiste toeleiding naar Spoed voor Jeugd Groningen en de jeugdhulpaanbieder die crisis jeugdhulp levert en draagt, samen met deze jeugdhulpaanbieder, zorg voor een warme overdracht en toeleiding naar passende vervolghulp.

Artikel 33: Verlengde jeugdhulp (KEUZE)

1. De jeugdhulpaanbieder werkt volgens de Werkwijze Verlengde jeugdhulp zoals opgenomen in het Protocol Bedrijfsvoering (bijlage x).

2. Verlengde jeugdhulp maakt altijd onderdeel uit van het budget toegekend aan de taak (zie artikel 2).

3. Als de jeugdige de volwassen leeftijd (18 jaar) bereikt, dan eindige alle opdrachten tot het leveren van diensten onder deze overeenkomst automatisch, tenzij de wet anders bepaalt of Gemeente anders besluit.

4. De jeugdhulpaanbieder neemt de werkwijze uit lid 1 op in de eigen werkprocessen.

Toelichting artikel 33: Hierin zal per toepassing van de overeenkomst een keuze moeten worden gemaakt. Deze is afhankelijk van het voorwerp.

Artikel 34: Wachttijden

1. Opdrachtnemer spant zich in om wachttijden te voorkomen en hanteert de Treek-normen voor de doorlooptijden. Opdrachtnemer geeft actief informatie aan eenieder die daarom vraagt over wachttijden en het voeren van wachttijdbeheer.

2. In het geval van wachttijden houdt Opdrachtnemer zicht op de jeugdige die wacht op de start van de jeugdhulp en levert Opdrachtnemer overbruggingszorg als bedoeld in de Treek-normen.

3. Opdrachtnemer informeert de verwijzer proactief over wachttijden (dus voor het ontstaan, de ontwikkeling en het einde van de wachttijden) door de beschikbaarheidswijzer actueel te houden.

4. Een stop toeleiding jeugdigen (‘cliëntenstop’) in het kader van wachttijden is alleen mogelijk na schriftelijke toestemming van Opdrachtgever.

Toelichting artikel 34: Bij de taakgerichte variant is het van belang hiernaast te beschrijven of de Opdrachtgever kan uitwijken naar een derde bij(ernstige) wachtlijstproblematiek en wat dit alsdan betekent voor het budget c.q. de kosten van de Opdrachtnemer.

Artikel 35: Participatie van jeugdigen

Opdrachtnemer past bij het uitvoeren van de jeugdhulp participatie van jeugdigen toe:

- binnen het eigen hulpverleningsplan van de jeugdige;

- bij de organisatie van de uitvoering;

- bij beleidsontwikkeling.

Artikel 36: Religieuze of culturele achtergrond

Opdrachtnemer houdt bij de uitvoering van de jeugdhulp rekening met de religieuze en/of culturele achtergrond van ouders en jeugdige, tenzij er redenen zijn om hiervan af te wijken, bijvoorbeeld in het kader van veiligheid.

Artikel 37: Meldcode en verwijsindex

1. Opdrachtnemer hanteert de meldcode voor het signaleren van- en handelen bij huiselijk geweld en kindermishandeling.

2. Opdrachtnemer maakt gebruik van de Verwijsindex risicojongeren zoals genoemd in de Jeugdwet.

Artikel 38: Vertrouwenspersoon

Opdrachtnemer stelt een vertrouwenspersoon in de gelegenheid zijn taak uit te voeren.

Artikel 39: Klachtenregeling

Opdrachtnemer hanteert een behoorlijke en transparante klachtenregeling.

Artikel 40: Privacy

Opdrachtnemer committeert zich aan de Algemene verordening gegevensbescherming (AVG), de Jeugdwet en, indien van toepassing, de Wet op de geneeskundige behandelingsovereenkomst (WGBO).

Artikel 41: Calamiteiten

1. Opdrachtnemer meldt ernstige incidenten onverwijld bij Opdrachtgever en stemt af over de opvolging en afhandeling naar aanleiding van dat incident.

2. Opdrachtnemer meldt calamiteiten onverwijld bij de Inspectie Gezondheidszorg & Jeugd en bij Opdrachtgever en stemt af over de opvolging en afhandeling naar aanleiding van de calamiteit.

Artikel 42: Incidentenrapportage

Opdrachtgever verwacht van Xxxxxxxxxxxxx dat deze incidenten registreert, deze periodiek analyseert en naar aanleiding daarvan verbetermaatregelen neemt.

Artikel 43: Inspectie en Gemeentelijke toezichthouder

1. Opdrachtnemer werkt onvoorwaardelijk mee met inspecties van bij Wet benoemde inspectieorganen en/of Gemeentelijk toezichthouders en geven opvolging aan aanbevelingen die uit deze inspecties voortkomen met inachtneming van de privacy van betrokkene(n). Op het moment dat één van voornoemde toezichthouders een onderzoek schriftelijk aankondigt, meldt Opdrachtnemer dit schriftelijk en per ommegaande aan Opdrachtgever.

2. Als een inspecteur of een toezichthouder, om wat voor reden dan ook, concludeert dat de Opdrachtnemer een verbeterplan moet opstellen om volledig te voldoen aan Wet- of regelgeving en/of om risico’s, van welke aard of omvang dan ook, beter te beheersen, dan meldt Opdrachtnemer dit aan Opdrachtgever. Hier opvolgend stuurt Opdrachtnemer een kopie van dit verbeterplan terstond aan de Gemeenten.

3. Opdrachtnemer informeert Opdrachtgever actief over inspectierapporten en eventueel herstelplan.

Artikel 44: Klanttevredenheid- en klantervaringsonderzoek (KEUZE)

1. Opdrachtnemer is verplicht minimaal één keer per twee jaar een representatief en onafhankelijk klanttevredenheidsonderzoek uit te voeren en overhandigt de resultaten hiervan aan Opdrachtgever. Onderdeel van het klanttevredenheidsonderzoek moet minimaal de vraag zijn of de jeugdige de jeugdzorg als herstel ondersteunend of helpend heeft ervaren.

2. Opdrachtnemer is op verzoek van Opdrachtgever verplicht volledige medewerking te verlenen aan het door Opdrachtgever verplicht uit te voeren klantervaringsonderzoek.

3. Opdrachtnemer vraag jeugdigen en/of ouder(s) of Opdrachtgever hen mag benaderen voor gesprekken over de kwaliteit van de diensten.

Artikel 45: Archiefmateriaal

Opdrachtnemer hanteert bij het beheer van (digitaal) archiefmateriaal in dossiers de uitgangspunten van de Archiefwet 2021. Hieronder begrepen de toepassing van de geldende selectielijst van archiefbescheiden van gemeentelijke en intergemeentelijke organen. Vernietiging, ontoegankelijk maken, vervanging, vervreemding en overdracht van dossiers door Opdrachtnemer gebeurt in samenspraak met Opdrachtgever. Bij beëindiging van individuele opdrachten of van het Bijzondere deel van de Overeenkomst draagt Opdrachtnemer zorg voor de overdracht in goede, geordende en toegankelijke staat van de lopende dossiers, aan de organisatie die Opdrachtgever aanwijst.

HOOFDSTUK 6: FINANCIEEL

Artikel 46: Budget

1. Voor de uitvoering van de opdracht zoals beschreven in de aanbestedingsdocumenten stelt

Opdrachtgever een budget beschikbaar van € XXX. De berekening en prognose op basis waarvan het

budget is vastgesteld, is opgenomen in bijlage x.

2. Opdrachtgever stelt het budget beschikbaar voor alle kosten die nodig zijn voor het leveren van (diensten, consultatie, innovatie, samenwerking en de ontwikkelopgaven zoals benoemd in de aanbestedingsdocumenten en de overeenkomst).

3. Opdrachtnemer monitort actief en bewaakt de levering van de diensten binnen het budget op basis van de berekening en prognose zoals opgenomen in bijlage x. Partijen bespreken regelmatig de prognoses die Opdrachtnemer maakt, waarbij Opdrachtnemer Opdrachtgever tijdig informeert als blijkt dat zich veranderingen in de zorg- en hulpvraag voordoen die kunnen leiden tot frictie met het beschikbare budget, Opdrachtnemer de benodigde zorg en hulp niet kan leveren in het voor dat jaar

beschikbare budget, of wanneer onderbesteding lijkt te ontstaan. Daar waar Xxxxxxxxxxxxx van mening is dat dit gevolgen zou moeten hebben voor het budget, wordt de procedure als bedoeld in artikel 49 gevolgd.

Artikel 47: Winstmaximum

1. Opdrachtnemer zet het budget maximaal in voor jeugdhulp met zo min mogelijk overheadkosten. Bij eventuele overschotten op het contractresultaat hoger dan 5%, mag jeugdhulpaanbieder deze reserveren voor aanvaardbare kosten en zal Opdrachtgever deze niet verrekenen als Opdrachtnemer deze aantoonbaar inzet voor (innovatie van) jeugdhulp binnen het bestek van de taak.

2. Opdrachtnemer zal noch aan enige groepsmaatschappij noch aan enige van haar bestuurders noch aan familielid (2e graad) van deze bestuurders:

- betalingen verrichten anders dan passend binnen de normale bedrijfsvoering van een jeugdhulpaanbieder;

- geen kwijting verlenen voor enige (bestaande) schuld;

- geen leningen, voor welke duur dan ook, verstrekken.

3. Elke overeenkomst van Opdrachtnemer met een derde heeft plaats gevonden op een “at arms

length”-basis; de overeenkomst(en) met een bestuurder of een aan een bestuurder gelieerde partij is getoetst door een onafhankelijke toezichthoudende instantie en/of wijkt niet af van soortgelijke transacties in de zorg en is te allen tijde marktconform.

4. Opdrachtnemer zal aan Opdrachtgever berichten in hoeverre er sprake is geweest van dividenduitkeringen en de invloed van die eventuele uitkering op de solvabiliteit van Opdrachtnemer.

5. Opdrachtnemer zal als bijlage bij de jaarrekening aan de Opdrachtgever verstrekken een opgave van de inkomsten uit hoofde van deze Overeenkomst en de aan deze overeenkomst toe te rekenen variabele en vaste kosten over het boekjaar waar ook de jaarrekening betrekking heeft. Indien en voor zover het contractresultaat meer is dan 5% van de inkomsten; dan zal Opdrachtnemer voor dit meerdere op de balans een specifieke bestemmingsreserve vormen voor mogelijke toekomstige verliezen uit hoofde van deze Overeenkomst. Deze reserve zal niet eerder vrijvallen dan na beëindiging van deze Overeenkomst.

6. Opdrachtgever heeft het recht de aan haar in het kader van dit artikel toegezonden documentatie zelf of door een derde te laten controleren door controle van de administratie van de Opdrachtnemer die Opdrachtgever op eerste verzoek daartoe in staat zal stellen.

Artikel 48: Indexering

1. Opdrachtgever past jaarlijks een indexering toe op het budget van de opdracht.

2. Opdrachtgever berekent de indexering op basis van het indexcijfer Overheidsbijdrage in de Arbeidskostenontwikkeling ("OVA") voor personele kosten.

3. De indexering voor jaar T wordt berekend aan de hand van de door de Nederlandse Zorgautoriteit gepubliceerde voorlopige OVA van jaar T, plus het verschil (positief of negatief) tussen de voorlopige OVA en definitieve OVA van jaar T-1.

4. Opdrachtgever publiceert op 1 oktober van het jaar T-1 het indexeringspercentage dat wordt gehanteerd voor het budget van het jaar T.

5. Indexering conform deze paragraaf vindt voor het eerst plaats per 1 januari 2023.

Artikel 49: Veiligheidsventiel

1. Opdrachtgever kan op basis van gesprekken met Opdrachtnemer en een analyse van de ontwikkelingen in (vraag naar) Jeugdhulp binnen het bestek van de taak, besluiten het budget aan te passen.

2. Hiertoe bestaat aanleiding wanneer de berekening en prognose om het budget vast te stellen voor wat betreft de gehanteerde volumes of de zwaarte van de gevraagde interventies niet meer overeenkomen met de werkelijkheid, door buiten de invloedsfeer van Opdrachtnemer liggende ontwikkelingen.

Toelichting artikel 49: Dit artikel bevat een minimale standaard – die in enkel deze vorm niet voldoende specifiek zal zijn. Aan de hand van de concrete budgetbepaling van iedere specifieke taakgerichte opdracht en de onderbouwing daarvan is het van belang ook de ventielbepaling nader te concretiseren.

Daar waar gewenst kan aan de opdracht eveneens een Bonus/Malus regeling worden verbonden. Deze is enkel aan de hand van de specifieke opdracht nader uit te werken.

Artikel 50: Betaling

1. Opdrachtgever betaalt Opdrachtnemer maandelijks uiterlijk op de 21e van de maand 1/12 van het budget.

2. Indien Opdrachtnemer tekortschiet in de nakoming van de Overeenkomst kan de Opdrachtgever de betaling geheel of gedeeltelijk opschorten (één en ander indachtig het bepaalde in artikel 18).

3. Bijstellingen kunnen overeenkomstig worden verrekenend met de betalingen op grond van lid 1.

Artikel 51: Onverschuldigde betaling

Opdrachtgever is geen vergoeding verschuldigd voor prestaties die niet door of namens Opdrachtnemer zijn verricht. Eventuele onverschuldigde betalingen worden door Opdrachtnemer aan Opdrachtgever terugbetaald.

HOOFDSTUK 7: MONITORING EN VERANTWOORDING ALGEMEEN

Artikel 52: Monitoring

1. Opdrachtgever toetst de uitvoering van de opdracht op basis van deze Overeenkomst.

2. Opdrachtnemer rapporteert periodiek, schriftelijk en mondeling, over de voortgang van de opdracht aan de Opdrachtgever.

3. Partijen wisselen iJW-berichten uit via de landelijke infrastructuur met gebruikmaking van de knooppunten Gemeentelijk Gegevensknooppunt en VECOZO Schakelpunt.

4. Daarbij registreren Opdrachtgever en Opdrachtnemer ten behoeve van de monitoring op de opdracht ten minste 315- en 301-berichten en start- en stopzorg berichten (307- en 308-berichten).

Toelichting artikel 52: Binnen de Ontwikkeltafel Data en Monitoring worden standaarden ten aanzien van het gebruik en monitoring van berichtenverkeer nader uitgewerkt. Het concept-GCM zal worden bijgewerkt aan de hand van de uitkomst van de adviezen van deze Ontwikkeltafel.

Artikel 53: Financiële verantwoording en controle bij jaarafsluiting

1. Opdrachtgever ontvangt uiterlijk 1 december van het lopende jaar (T) de voor haar vanuit de opdracht relevante bevindingen van de uitgevoerde interim-controle door de accountant van de Opdrachtnemer.

2. Uiterlijk 1 mei (jaar T+1) ontvangt Opdrachtgever de definitieve verantwoording. Deze verantwoording is voorzien van een controleverklaring van de accountant. Waar mogelijk levert Opdrachtnemer op een eerder moment een concept verantwoording aan.

3. Opdrachtgever kan Opdrachtnemer ten behoeve van de verantwoording en controle bij de jaarafsluiting om aanvullende gegevens en informatie verzoeken. Opdrachtnemer levert deze gegevens en informatie zo spoedig mogelijk aan en gebruikt daarbij het door de Opdrachtgever gehanteerde format.

4. Indien landelijke verplichting daartoe aanleiding geven, is de Opdrachtgever gerechtigd om eenzijdig de vereisten voor verantwoording aan te passen.

Artikel 54: Materiële controle en fraudebestrijding

1. Opdrachtgever is gerechtigd tot het verrichten van formele controle, materiële controle, detailcontrole en het doen van fraudeonderzoek conform paragraaf 6b van de Regeling Jeugdwet.

2. Als Opdrachtgever onrechtmatigheid of fraude constateert, verhaalt hij de kosten van dit onderzoek op Opdrachtnemer.

3. Door Opdrachtgever gedane betalingen voor prestaties waarbij onrechtmatigheid of fraude door Opdrachtnemer vaststaat, zijn onverschuldigd. Artikel 50 van deze Overeenkomst is van overeenkomstige toepassing.

Artikel 55: Jaarverslag

Uiterlijk 1 juni volgend op het kalenderjaar (T+1) stuurt Opdrachtnemer conform paragraaf 4.3 van de Jeugdwet een kopie van het daargenoemde verslag, tenzij Opdrachtnemer een solistisch werkende Opdrachtnemer (zelfstandig gevestigde beroepsbeoefenaar) is of publicatie gebeurt op de website xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xx.

Artikel 56: Informatieplicht

1. Opdrachtnemer informeert Opdrachtgever direct bij:

a. financiële problemen;

b. het in gevaar zijn van de continuïteit en/of kwaliteit van de jeugdhulp;

c. voornemen tot fusie of overname.

2. Opdrachtnemer informeert Opdrachtgever proactief bij een (voorgestelde) wijziging in de bedrijfsvoering of het jeugdzorgaanbod die consequenties kan hebben voor Opdrachtgever.

Artikel 57: Meewerkingsplicht

Opdrachtnemer verleent zijn volledige medewerking aan rekenkamer(commissies), rekenkameronderzoeken van Opdrachtgever en onderzoek door onderzoeksbureaus ingeschakeld door Opdrachtgever en levert alle benodigde dan wel opgevraagde documenten en informatie tijdig aan.

HOOFDSTUK 8: SLOTBEPALINGEN

Artikel 58: Geschillen

1. Partijen komen overeen dat zij alvorens gebruik te maken van een gang naar de rechter bij het ontstaan van geschillen bij de uitvoering van het Algemene deel van de Overeenkomst of daaruit voortkomen Bijzondere delen van de Overeenkomst zij eerst in onderling overleg zullen treden om deze geschillen op te lossen. Wanneer na dit onderling overleg een oplossing van het geschil zich niet aandient, staat de gang naar de rechter open.

Partijen kunnen gebruik maken van de mogelijkheid tot mediation, waarbij Partijen die een geschil met elkaar hebben de kosten daarvan in gelijke delen dragen. Leidt in dat geval onderling overleg

en/of mediation niet binnen drie maanden tot een oplossing van het geschil, dan staat de gang naar de rechter open.

2. Partijen leggen geschillen voor aan de bevoegde rechter in de Rechtbank Noord-Nederland.

3. Op de Overeenkomst is uitsluitend Nederlands recht van toepassing.

Artikel 59: Kennisgevingen, Gemeentelijk handelen

1. Kennisgevingen die Partijen op grond van de Overeenkomst aan elkaar zullen doen, vinden schriftelijk plaats. Mondelinge mededelingen, toezeggingen of afspraken die betrekking hebben op deze Overeenkomst, hebben geen rechtskracht, tenzij deze uitdrukkelijk schriftelijk zijn bevestigd door het daartoe bevoegde orgaan van de Partij aan wie dit is gericht.

2. Indien en voor zover van toepassing geldt het bepaalde in de Overeenkomst onverlet de publiekrechtelijke verantwoordelijkheden van Opdrachtgever. Dit houdt in, dat er van de zijde van Opdrachtgever geen sprake is van een toerekenbare tekortkoming, indien het handelen naar deze verantwoordelijkheden eist dat Opdrachtgever publiekrechtelijke rechtshandelingen verricht die niet in het voordeel zijn van de aard of de strekking van deze Overeenkomst.

3. Het bepaalde in dit artikel is tevens van toepassing op nader af te sluiten overeenkomsten, waaronder

– maar niet uitsluitend – de Bijzondere delen van de overeenkomsten.

Artikel 60: Gedeeltelijke nietigheid

Indien de Overeenkomst of enige bepaling daarin nietig is of vernietigd wordt, tast dit de geldigheid van de overige bepalingen niet aan. Partijen zullen indien dit zich voordoet met elkaar in overleg treden om te trachten overeenstemming te bereiken over aanpassing van de Overeenkomst zodanig dat deze niet langer nietig of vernietigbaar is danwel om overeenstemming te bereiken over een bepaling, ter vervanging van de nietige of vernietigde bepaling, die voor wat betreft aard en strekking zo dicht mogelijk aansluit bij de nietige of vernietigde bepaling.

Document Metadata

Table of Contents

Artikel 4: Opdrachtnemer 4 Artikel 5: Combinaties en onderaannemerschap (KEUZE) 4 Artikel 6: Overdracht van rechten, fusie of joint venture – Bezwaring (KEUZE) 5 Artikel 7: Considerans, Uitgangspunten voor de samenwerking 5

Document Metadata