Algemene Voorwaarden P1 Parkeren versie 10/2019
Algemene Voorwaarden P1 Parkeren versie 10/2019
De navolgende algemene voorwaarden hebben betrekking op het gebruik van de P1 parkeeraccommodaties, de koop/bestelling van producten en/of diensten bij P1 en overeenkomsten aangaande andere zaken.
Artikel 1
In deze Algemene Voorwaarden wordt verstaan onder:
Parkeeraccommodatie
De parkeergarage en/of het parkeerterrein en, in voorkomend geval, bijbehorend(e) terrein(en) en ruimte(n). De parkeeraccommodatie omvat mede de daarin en/of daarop aanwezige apparatuur.
Exploitant
De eigenaar, huurder en/of beheerder van de parkeeraccommodatie en/of hun/zijn vertegenwoordiger(s).
Klant
1. ParkeerderEigenaar, gebruiker, houder of inzittende van een motorvoertuig, dat in of op de parkeeraccommodatie is gebracht.
2. Abonnementhouder
Een klant die zijn motorvoertuig op grond van een stallingsovereenkomst (als hierna gedefinieerd) parkeert. Abonnementhouder is zowel een klant die een abonnements-factuur zelf voldoet als ook een klant die een abonnementskaart gebruikt en in dienst is van een bedrijf die de abonnementsfactuur voor hem voldoet.
3. Afnemer
Een persoon die, al dan niet handelend in de uitoefening van een bedrijf of beroep, in het kader van parkeren, producten en/of diensten van exploitant afneemt.
Laadpunt
Een in de parkeeraccommodatie aanwezig en tegen vergoeding beschikbaar elektrisch laadpunt om een motorvoertuig op te laden. Motorvoertuig
Onder een motorvoertuig wordt verstaan een personenauto of een motorfiets.
Parkeerbewijs
Zaken die gebruikt kunnen worden of handeling die verricht dient te worden om toegang tot de parkeeraccommodatie te verkrijgen, zoals, maar niet beperkt tot, parkeerkaart, waardekaart, parkeerpas, chipcard, creditcard, abonnementskaart, kentekenherkenning.
Parkeergeld
Bedrag dat klant verschuldigd is voor het gebruik van de parkeeraccommodatie. PMS
Een (parkeermanagement)systeem dat parkeerapparatuur in parkeeraccommodaties aanstuurt, bestaande uit een (centrale) computer met specifieke besturingssoftware, inclusief interfaces, voor aansturing van de parkeerapparatuur, welk systeem tevens een database bevat waarin benodigde transactiegegevens kunnen worden opgeslagen.
Stallingsovereenkomst
Overeenkomst strekkende tot een gebruik anders dan een eenmalig gebruik, welke overeenkomst schriftelijk wordt aangegaan. Speciaal verhuur
Overeenkomst tussen exploitant en afnemer in het kader van een (speciaal) parkeerarrangement met betrekking tot producten zoals, maar niet beperkt tot kortingskaarten, waardekaarten, uitrijkaarten tijdtegoedkaarten, congreskaarten, kortingsstempels.
Dag
Kalenderdag
Artikel 2
Deze Algemene Voorwaarden zijn van toepassing op de rechtsrelatie tussen de exploitant en de klant; de (eventuele) algemene voorwaarden van de klant worden door de exploitant uitdrukkelijk niet geaccepteerd.
Kort en lang parkeren
Artikel 3
Toegang tot de parkeeraccommodatie wordt uitsluitend verleend onder toepassing van de daarop betrekking hebbende navolgende voorwaarden, welke deel uitmaken van iedere parkeerovereenkomst tot stand gekomen tussen exploitant en klant.
Artikel 4
Een overeenkomst als bedoeld in artikel 3 van deze Algemene Voorwaarden wordt geacht tot stand te zijn gekomen door het enkele feit van het houderschap van een parkeerbewijs dan wel door het enkele feit van het gebruik van de parkeeraccommodatie.
Bij onenigheid over de vraag of er reeds gebruik wordt gemaakt van de parkeeraccommodatie, zal bepalend zijn het feit dat de klant zich op het tot de parkeeraccommodatie behorende terrein bevindt.
De prestatie waartoe de exploitant zich verplicht, is het ter beschikking stellen van een willekeurige plaats aan de klant in de parkeeraccommodatie. Tot de verplichting van de exploitant behoort niet bewaking van het motorvoertuig noch omvat de verplichting van de exploitant enige aansprakelijkheid.
Artikel 5
Een klant die zijn motorvoertuig in de parkeeraccommodatie wenst te brengen, dient uit een bij de ingang van de parkeeraccommodatie geplaatste automaat een parkeerbewijs op te vragen, dan wel het hem ter beschikking gestelde parkeerbewijs te gebruiken. Het parkeer-bewijs is en blijft eigendom van de exploitant, is niet overdraagbaar en dient bij het beëindigen van het gebruik van de parkeeraccommodatie aan de exploitant te worden teruggegeven.
Artikel 6
Een parkeerbewijs geeft, mits wordt voldaan aan de overige bepalingen van deze Algeme- ne Voorwaarden, recht op toegang tot de parkeeraccommodatie en het daarin brengen en parkeren van één motorvoertuig. Indien geconstateerd wordt dat een klant op welke manier dan ook twee of meerdere motorvoertuigen tegelijkertijd via één parkeerbewijs parkeert, is exploitant gerechtigd hem de toegang tot de parkeeraccommodatie onmiddellijk te ontzeggen. Exploitant verschaft de klant eerst weer toegang tot de parkeeraccommodatie na betaling van gederfde parkeerinkomsten op basis van het vigerende kortparkeertarief en een boete ter hoogte van € 100,-. Exploitant bepaalt wanneer de klant hernieuwd recht op toegang tot de parkeeraccommodatie wordt verschaft.
Artikel 7
Tot de parkeeraccommodatie worden uitsluitend toegelaten motorvoertuigen op twee, drie of vier wielen met een lengte van max. 4.88 meter, een breedte van xxx. 1.83 meter en een gewicht van minder dan 2500 kilogram; de hoogte van deze motorvoertuigen mag niet meer bedragen dan die welke bij de ingang van de parkeeraccommodatie staat aangegeven.
Artikel 8
Geen toegang tot de parkeeraccommodatie hebben motorvoertuigen als bedoeld in artikel 7 indien deze een aanhangwagen van welke aard ook, hieronder mede begrepen caravans, voortrekken.
Het parkeren van aanhangwagens van welke aard ook, hieronder mede begrepen caravans, is niet toegestaan.
Artikel 9
1. Motorvoertuigen mogen uitsluitend worden geparkeerd in de daarvoor bestemde vakken en voorts met inachtneming van de bepalingen van deze Algemene Voorwaarden en van de door de exploitant gegeven aanwijzingen. De in- en uitritten alsmede de rijstroken dienen te allen tijde open en berijdbaar te worden gehouden.
2. Motorvoertuigen die in strijd met het bepaalde onder 1. zijn geparkeerd kunnen te allen tijde door de exploitant worden verwijderd en zo nodig buiten de parkeer- accommodatie worden gebracht. De kosten van verwijdering, bestaande uit takel- en/of sleepkosten en andere daarmee verband houdende kosten worden bij de eigenaar, gebruiker of houder van het motorvoertuig in rekening gebracht.
Artikel 10
De exploitant is, wanneer dat naar zijn oordeel noodzakelijk is, te allen tijde gerechtigd om een klant en/of diens motorvoertuig de toegang tot de parkeeraccommodatie te weigeren. Dit geval zal zich met name voordoen indien exploitant weet of vermoedt dat een motorvoertuig ontplofbare of andere gevaarlijke stoffen vervoert, daaronder niet begrepen motorbrandstof in het daarvoor bestemde reservoir van het motorvoertuig, alsmede in het geval de exploitant van oordeel is dat het motorvoertuig, gelet op de omvang en/of zwaarte, dan wel door de zaken die daarmede worden vervoerd, aan de omgeving schade kan toebrengen; dit in de meest ruime zin.
Artikel 11
De klant en alle anderen die zich in de parkeeraccommodatie bevinden dienen deze Algemene Voorwaarden en de door de exploi- tant gegeven aanwijzingen en opdrachten onmiddellijk en stipt op te volgen. Het niet, niet tijdig of niet behoorlijk opvolgen van deze aanwijzingen en opdrachten kan leiden tot verwijdering uit de parkeeraccommodatie, onverminderd de verplichting van de weigerachtige tot vergoeding van de door hem veroorzaakte schade.
Algemene Voorwaarden P1 Parkeren – pagina 1
Q-Park Operations Netherlands VI B.V., Q-Park Off Street B.V., Q-Park Off Street Exploitatie B.V., P1 Off Street Management B.V., Q-Park Parking Eindhoven B.V., Q-Park Parking Amsterdam Centrum B.V., Q-Park Parking Hooghuis B.V., Q-Park Parking De Kroon B.V.
Artikel 12 Artikel 17
Voor het gebruik van de parkeeraccommodatie is de klant parkeergeld verschuldigd. Het parkeergeld wordt berekend volgens de door de exploitant vastgestelde tarieven, zoals deze in de parkeeraccommodatie of bij de ingang van de parkeeraccommodatie staan vermeld.
Artikel 13
Het parkeerbewijs heeft een van te voren overeengekomen geldigheidsduur, dan wel vermeldt de datum en het tijdstip van aanvang van het gebruik van de parkeeraccommodatie en is, voor wat die gegevens betreft, bindend voor elk van de partijen.
Artikel 14
Om met zijn motorvoertuig de parkeeraccommodatie te verlaten dient de klant het door hem verschuldigde parkeergeld te voldoen. Betaling van het parkeergeld dient te geschieden door het bij de inrit verkregen parkeerbewijs in te voeren in de daarvoor bestemde betaalautomaat. De betaalauto- maat stelt het einde van de parkeertijd vast en berekent de parkeerduur en het daarvoor verschuldigde parkeergeld. De door de automaat bepaalde gegevens zijn bindend voor alle partijen.
In voorkomende gevallen kan betaling ook geschieden bij de kassa, alwaar de door exploitant aangewezen kassier het parkeerbewijs invoert in de daarvoor bestemde automaat, welke het einde van de parkeertijd en de parkeerduur vaststelt en het daarvoor vastgestelde parkeergeld berekent. De door de automaat bepaalde gegevens zijn bindend voor alle partijen.
Indien exploitant en klant dit van te voren apart overeengekomen zijn, kan betaling van het parkeerbewijs ook vooraf per bank of contant bij de exploitant geschieden.
Artikel 15
Na ontvangst van de betaling geeft het parkeerbewijs de klant gedurende een periode van vijftien minuten, te rekenen vanaf het moment van betaling, het recht en de gelegenheid om zijn motorvoertuig buiten de parkeeraccommodatie te brengen. Indien genoemde periode verstrijkt zonder dat de klant zijn motorvoertuig buiten de parkeeraccommodatie heeft gebracht dan vangt een nieuwe parkeertermijn aan waarvoor opnieuw parkeergeld verschuldigd is.
In het geval dat de klant vooraf zijn parkeergeld voldaan heeft, als bedoeld in artikel 14, geldt steeds een periode van vijftien minuten voor het uitrijden van het motorvoertuig.
Artikel 16
Bemiddeling door derden bij de aankoop/verkrijging van parkeerbewijzen is slechts mogelijk met instemming van exploitant, welke instemming in beginsel van stilzwijgende aard zal/kan zijn.
Exploitant is echter gerechtigd om op ieder moment, zonder opgaaf van reden, de verstrekking van parkeerbewijzen te weigeren of te staken ingeval van bemiddeling sprake is, waarbij de aansprakelijkheid van exploitant voor enige schade ter zake is uitgesloten.
Bij verlies of anderszins ontbreken van het parkeerbewijs kan een motorvoertuig alleen dan buiten de parkeeraccommodatie worden gebracht indien en nadat de klant de maximale vergoeding per dag heeft betaald, voor elke dag of een gedeelte daarvan dat het motorvoertuig, naar het uitsluitend oordeel van de exploitant, in de parkeeraccommodatie aanwezig is geweest.
Het niet betalen van parkeergeld en het kort na een voorganger via de nog openstaande slagboom uitrijden is ten strengste verboden. De klant verbeurt alsdan een direct opeisbare boete van € 250,-, onverminderd het recht van exploitant om de werkelijke schade te vorderen. Exploitant behoudt het recht om de toegang voor het betreffende motorvoertuig voor (on)bepaalde tijd te ontzeggen.
Artikel 18
De parkeeraccommodatie is geopend op dagen en tijden door de exploitant te bepalen en deze worden bij de ingang van de parkeeraccommodatie op een voor een ieder duidelijke wijze bekend gemaakt. De exploitant is te allen tijde gerechtigd van deze openingstijden af te wijken dan wel deze te wijzigen.
Buiten de openingstijden is het, anders dan met toestemming van de exploitant, niet mogelijk om een motorvoertuig in of buiten de parkeeraccommodatie te brengen.
Artikel 19
Zonder voorafgaande en schriftelijke toestemming van de exploitant mag een motorvoertuig niet langer dan vier weken ononderbroken in/op de parkeer- accommodatie geparkeerd zijn.
Na afloop van deze termijn is de klant naast het parkeergeld tevens een boete verschuldigd van € 100,- per dag voor elke dag na afloop van genoemde termijn dat het motorvoertuig van de klant in/op de parkeeraccommodatie aanwezig is, zonder dat voorafgaande ingebrekestelling en rechterlijke tussenkomst vereist is en onverminderd het recht van exploitant om daarnaast en daarenboven vergoeding van kosten, schaden en interesten te vorderen.
Artikel 20
De parkeeraccommodatie is uitsluitend, en niet langer dan noodzakelijk is voor het onmiddellijk in- en uitrijden, toegankelijk voor de eigenaar, bezitter, houder of inzittende van een motorvoertuig dat zich in/op de parkeeraccommodatie bevindt, dan wel aldaar wordt geparkeerd. Alle anderen hebben slechts toegang na toestemming van de exploitant.
Artikel 21
De motor van een motorvoertuig mag slechts in werking zijn voor zover dat noodzakelijk is voor het onmiddellijk in- en uitrijden van de parkeeraccommodatie.
Artikel 22
De klant dient zijn geparkeerde motorvoertuig steeds afdoende afgesloten te hebben.
Artikel 23
Het is verboden om in de parkeeraccommodatie te roken of open vuur te maken.
Artikel 24
Het is verboden brandbare, explosieve, corrosieve, giftige of anderszins gevaarlijke en/of schadelijke stoffen voor mens en milieu in de parkeeraccommodatie te brengen; dit met uitzondering van motorbrandstoffen in het normaal daarvoor bestemde brandstof- reservoir van het motorvoertuig.
Motorvoertuigen met een L.P.G.-installatie of een andere gasinstallatie mogen slechts in het daarvoor bestemde deel van de parkeeraccommodatie worden geparkeerd.
Artikel 25
Het is, anders dan met voorafgaande toestemming van de exploitant, verboden om de parkeeraccommodatie voor andere doeleinden te gebruiken dan voor het parkeren van motorvoertuigen.
Artikel 26
Het is verboden om afval op andere dan daarvoor bestemde plaatsen achter te laten.
Artikel 27
Het is zonder schriftelijke toestemming van de exploitant niet toegestaan in, op of aan de parkeeraccommodatie reclame, in welke vorm dan ook, te maken.
Artikel 28
In de parkeeraccommodatie zijn de bepalingen van de Wegenverkeerswet, van het Reglement Verkeersregels en Verkeers- tekens en de daarbij behorende bijlagen en nadere regels van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat in de garage voor motorvoertuigen een maximumsnelheid geldt van 6 kilometer per uur en voetgangers te allen tijde voorrang hebben boven motorvoertuigen.
Artikel 29
De tussen partijen tot stand gekomen overeenkomst omvat niet de bewaking van of het voortdurende toezicht op een ieder die en op al hetgeen dat zich in/op de parkeeraccommodatie bevindt, dan wel enige aansprakelijkheid vanwege de exploitant van de parkeeraccommodatie.
Met name aanvaardt de exploitant geen enkele aansprakelijkheid voor diefstal of het verloren gaan van eigendommen van de klant, noch aanvaardt de exploitant enige aansprakelijkheid voor welke schade dan ook aan de eigendommen van de klant, ter zake van lichamelijk letsel of enige andere schade, direct of indirect veroorzaakt door of tengevolge van het gebruik van de parkeeraccommodatie.
voordoen indien het in het belang van een goed beheer is dat een vaste verhogingsdatum wordt gewenst, zoals 1 juli van enig jaar.
dezelfde vergoeding verschuldigd als in het geval voornoemd goed verloren is, dan wel in het ongerede is geraakt tijdens de duur van de stallings-overeenkomst.
Artikel 30
De klant is aansprakelijk voor alle schade die door of ten gevolge van het gebruik van de parkeeraccommodatie door hem is veroorzaakt. Schade door de klant veroorzaakt aan de parkeeraccommodatie of de daarbij behorende apparatuur dient ter plaatse te worden vergoed, tenzij de klant voldoende zekerheid kan stellen, zulks ten genoegen van de exploitant, dat de schade op hem kan worden verhaald. Voor de vaststelling van het bedrag van de schade zal een door of namens de exploitant opgestelde expertise beslissend zijn. De kosten van deze expertise zijn voor rekening van de klant.
Artikel 31
1. De exploitant is te allen tijde gerechtigd om het motorvoertuig terug te houden, zolang niet al hetgeen hij hetzij op grond van de parkeerovereenkomst als bedoeld in artikel 3, hetzij uit andere hoofde van de klant te vorderen heeft, is voldaan.
2. Indien de bezitter en/of eigenaar van het motorvoertuig niet voldoet aan de betalingsverplichting ingevolge artikel 18, is de exploitant ook gerechtigd ervoor te kiezen, onverminderd de gehoudenheid tot betaling door bezitter en/of eigenaar, het motorvoertuig door een bergingsbedrijf uit/van de accommodatie te laten verwijderen. Op het moment dat het motorvoertuig, ingevolge het voorgaande, op last van de exploitant uit de parkeeraccommodatie wordt verwijderd, ontvalt aan de bezitter en/of eigenaar van - en/of derde belanghebbende bij - het motorvoertuig ieder recht op grond waarvan de exploitant tot enige aansprakelijkheid in rechte zou kunnen worden betrokken. Gedurende drie maanden na verwijdering van het motorvoertuig uit de parkeeraccommodatie kan de eigenaar het motorvoertuig ophalen bij het bergingsbedrijf tegen betaling van een bedrag dat bestaat uit de vordering van de exploitant en de kosten van het bergingsbedrijf.
Abonnementen
Artikel 32
1. Voor zover in dit artikel, dan wel in de stallingsovereenkomst hiervan niet wordt afgeweken, zijn alle overige bepalingen van deze Algemene Voorwaarden onverkort van toepassing bij gebruik van de parkeeraccommodatie op grond van zulk een stallingsovereenkomst.
2. De overeenkomst tot stalling van een motorvoertuig wordt volgens de vigerende tarieven afgesloten voor de duur van een vooraf schriftelijk vast te stellen periode. Deze periode wordt telkenmale stilzwijgend met dezelfde duur verlengd.
3. Beide partijen zijn gerechtigd het abonnement schriftelijk op te zeggen. Tenzij in de stallingsovereenkomst een andere termijn is overeengekomen, dient de abonnementhouder de exploitant minimaal één kalendermaand voor het einde van de overeengekomen periode per aangetekende post op de hoogte gebracht te hebben van diens voornemen om zijn abonnement te beëindigen. Overigens is de exploitant vrij tot het aanpassen van het tarief, ook al mocht de stallingovereenkomst eerst recentelijk zijn aangegaan. Dit geval zal zich met name
4. Mocht een abonnementhouder niet wensen in te stemmen met een tariefverhoging, dan kan hij de overeenkomst schriftelijk beëindigen binnen twee weken nadat de tariefsverhoging door de exploitant te zijner kennis is gebracht en wel tegen de datum, waarop de aangekondigde tariefsverhoging ingaat.
5. Het abonnementsgeld dient bij vooruitbetaling te worden voldaan, uiterlijk voor of op de eerste dag van het ingaan van het betreffende tijdvak. De wijze van factureren staat de exploitant hierin vrij. Abonnementhouders krijgen de abonnementskaart(en) eerst ter beschikking gesteld na het afgeven van een machtiging die de exploitant machtigt de abonnements- bedragen periodiek automatisch te incasseren.
6. Exploitant factureert door middel van een online factuur, tenzij abonnementhouder zijn voorkeur voor een papieren factuur aan exploitant kenbaar maakt. Voor een papieren factuur zal exploitant aan abonnementhouder een vergoeding in rekening brengen.
7. Indien de abonnementhouder nalatig blijft in betaling van het verschuldigde op de overeengekomen vervaldatum, zal deze abonnementhouder, onverminderd de overige rechten die voor de exploitant uit deze niet- betaling voortvloeien, 2% van het achterstallige parkeergeld verschuldigd zijn per maand of een gedeelte van een maand dat betaling niet plaatsvindt.
Indien van de parkeeraccommodatie gebruik wordt gemaakt zonder dat het abonnementsgeld tijdig is voldaan, is de exploitant gerechtigd parkeergeld volgens het tarief van eenmalig gebruik bij de abonnementhouder in rekening te brengen.
8. Het abonnement geeft geen recht op een vaste plaats in de parkeeraccommodatie. De exploitant is gerechtigd om een deel van de parkeeraccommodatie aan te wijzen dat bestemd is voor motorvoertuigen van abonnementhouders.
Het is de abonnementhouder niet toegestaan zijn recht te verhuren of weder te verhuren, dan wel in welke vorm dan ook aan een ander af te staan. Mocht de exploitant blijken dat van het betreffende recht gebruik wordt gemaakt door een ander dan de abonnementhouder of diens motorvoertuig, dan zal de abonnementhouder zonder nadere ingebrekestelling en onverkort de overige rechten van de exploitant om daarnaast en daarboven schadevergoeding te eisen, een boete verschuldigd zijn ad € 25,- voor elk uur dat een onbevoegde van het betreffende recht gebruik maakt.
9. De door de exploitant aan de abonnementhouder ter hand te stellen bescheiden, benodigd om de abonnementhouder in de mogelijkheid te stellen van de betreffende parkeeraccommodatie gebruik te maken, blijven eigendom van de exploitant. Bij verlies, diefstal, beschadiging of in ongerede raken van deze bescheiden dan wel dit bescheid, is de gebruiker onverwijld verplicht hiervan melding te doen bij de exploitant. Voor het verstrekken door de exploitant van nieuwe bescheiden is de gebruiker verschuldigd een bedrag ter hoogte van de dan geldende administratiekosten.
10. Uiterlijk op de laatste dag van de stallingsovereenkomst dienen al de door de exploitant aan de abonnementhouder ter hand gestelde bescheiden te worden ingeleverd. Indien de abonnementhouder nalatig blijft tot inlevering van voornoemde goederen, is de abonnementhouder, zonder dat enige nadere ingebrekestelling is vereist, voor elk goed dat niet wordt ingeleverd
11. Indien de abonnementhouder nalatig blijft in de nakoming van enige verplichting, welke ingevolge de wet, de plaatselijke verordeningen en gebruiken en/of de met hem afgesloten overeenkomst, inclusief de daarop van toepassing zijnde voorwaarden die op hem rusten, pleegt de abonnementhouder wanprestatie, zonder dat daartoe enige verdere ingebrekestelling is vereist.
De exploitant is alsdan gerechtigd de overeenkomst middels schriftelijk bericht te beëindigen en de abonnementhouder de toegang tot de parkeeraccommodatie te weigeren. De abonnementhouder zal gehouden zijn om aan de exploitant alle schade te vergoeden, door deze laatste te lijden als gevolg van de in het voorgaande bedoelde nalatigheid en/of door tussentijdse beëindiging van de stallingovereenkomst, onverminderd de gehoudenheid van beide partijen tot nakoming van die verplichtingen, welke tot aan de beëindiging van de stallingsovereenkomst voor ieder van hen zouden zijn ontstaan of zullen ontstaan.
12. In alle gevallen waarin de exploitant een sommatie, ingebrekestelling of ander exploit aan de abonnementhouder doet uitbrengen of ingeval van noodzakelijke procedures tegen de abonnementhouder, ook om deze tot ontruiming van diens motorvoertuig uit de parkeeraccommodatie te dwingen, is de abonnementhouder verplicht alle daarvoor gemaakte kosten, ook voor rechtskundige bijstand, zowel in als buiten rechte, aan de exploitant te vergoeden, tenzij deze procedure ten onrechte is aangegaan.
13. In geval van wanbetaling der parkeergelden worden de buitengerechtelijke incassokosten tussen partijen bij voorbaat vastgesteld op 15 % van de onbetaalde som, doch tenminste € 250,-. In het geval dat de buitengerechtelijke incasso door een gemachtigde dan wel een raadsman geschiedt, dienen deze bedragen te worden vermeerderd met de door de exploitant aan zijn gemachtigde dan wel zijn raadsman over de buitengerechtelijke incassokosten verschuldigde omzetbelasting, tenzij de exploitant deze omzetbelasting kan verrekenen.
Betalingen, door de abonnementhouder gedaan na het uitgaan van de sommatie of de dagvaarding, strekken in de eerste plaats tot voldoening van de voormelde kosten, ook al vermeldt de abonnementhouder bij betaling een andere bestemming.
14. Wijzigingen ter zake van deze overeenkomst, welke noodzakelijk zijn tengevolge van besluiten van overheidswege, dan wel vanwege aanwijzingen van overheidswege waaronder mede worden verstaan aanwijzingen vanwege de brandweer, zullen voor de abonnementhouder geen ontbindende voorwaarden vormen voor deze overeenkomst, doch van kracht zijn als waren zij letterlijk in deze overeenkomst opgenomen. Indien de abonnementhouder meer dan één maand geen genot heeft kunnen hebben van zijn recht op grond van feiten en omstandigheden, welke aan de zijde van de exploitant zijn gelegen, zal de abonnementhouder slechts een evenredig gedeelte van het parkeergeld verschuldigd zijn.
15. Indien de abonnementhouder de overeenkomst wenst te wijzigen als gevolg van aanschaffing door hem van een vervangend motorvoertuig, dan zal de schriftelijke stallingsovereenkomst door middel van een door beide partijen ondertekende aanvullende overeenkomst gewijzigd worden. Voordat voornoemde
wijziging heeft plaatsgevonden, kan de abonnementhouder geen enkel recht ten behoeve van het nieuwe motorvoertuig doen gelden. De exploitant is vrij in de beoordeling of het nieuwe motorvoertuig onder de stallingsovereenkomst kan worden gebracht.
Artikel 33
Indien de abonnementhouder de overeenkomst tussentijds beëindigt, worden geen vooruitbetaalde bedragen gerestitueerd dan wel verrekend over de resterende tijd van de overeengekomen periode. Het inleveren van de abonnementskaart(en) en/of het niet gebruiken van de abonnementskaart(en), houdt géén beëindiging van de stallingsovereenkomst in. De abonnementhouder kan de stallingsovereenkomst slechts beëindigen per aangetekende post ter adressering van het hoofdkantoor van exploitant, daarbij de gestelde opzegtermijn in acht nemend.
Speciaal verhuur
Artikel 34
1. Dit artikel is van toepassing bij speciaal verhuur, zoals gedefinieerd in artikel 1. Voor zover in dit artikel, dan wel in de overeenkomst hiervan niet wordt afgeweken, zijn alle overige bepalingen van deze Algemene Voorwaarden onverkort van toepassing bij gebruik van de parkeer- accommodatie in het kader van speciaal verhuur.
2. De klant c.q. afnemer ontvangt bij of na de levering een rekening. Het totaalbedrag dient binnen 14 dagen na factuurdatum, dan wel vóór de in de factuur vermelde uiterste betaaltermijn, te zijn voldaan.
3. Mocht de klant c.q. afnemer na gemaand te zijn niet of niet volledig betalen, dan wordt het verschuldigde bedrag met buiten- gerechtelijke incassokosten verhoogd. Bij vaststelling van de incassokosten zal worden aangesloten bij de normen waaraan de rechters van de rechtbank, sector kanton, zich houden. Na aanmaning is de klant c.q. afnemer naast voormelde incassokosten tevens de wettelijke rente verschuldigd zoals deze geldt voor levering van goederen of diensten tegen betaling.
4. Tenzij anders overeengekomen zijn de speciaal verhuurbewijzen gedurende één jaar na de op het afhaalbericht vermelde aanmaakdatum geldig.
5. Het is de klant c.q. afnemer niet toegestaan speciaal verhuurbewijzen door te verkopen aan derden. Mocht de exploitant blijken dat de betreffende speciaal verhuurbewijzen aan derden worden doorverkocht, dan behoudt de exploitant zich het recht voor de betreffende speciaal verhuurbewijzen te blokkeren en geen nieuwe overeenkomst met klant c.q. afnemer aan te gaan. Bovendien zal de klant
c.q. afnemer zonder nadere ingebrekestelling en onverkort de overige rechten van de exploitant om daarnaast en daarboven schadevergoeding te eisen, een boete verschuldigd zijn ad. € 25,- voor elk uur dat een onbevoegde van een speciaal verhuurbewijs gebruik maakt.
6. Mocht de klant c.q. afnemer besluiten de speciaal verhuurbewijzen na ontvangst niet te gebruiken en/of ongebruikt terug te sturen, vindt geen restitutie en/of creditering plaats van reeds betaalde en/of reeds gefactureerde bedragen.
7. De overeenkomst wordt volgens de vigerende tarieven afgesloten. Het staat de exploitant vrij te allen tijde het tarief aan te passen.
Overig
Artikel 35
De mogelijkheid om bij in de parkeeraccommodatie aanwezige laad- punten een elektrisch motorvoertuig op te laden, bestaat op basis van beschikbaarheid; reserveren van een laadpunt is niet mogelijk. Klanten dienen zelf over een laadpas te beschikken en dienen ervoor zorg te dragen dat het motorvoertuig over voldoende energie of alternatieve brandstof te beschikt om de parkeeraccommodatie te kunnen verlaten.
Artikel 36
Ten behoeve van het via de boekingssite online-reserveren van (een) parkeerplaats(en) in een bepaalde parkeeraccommodatie verwerkt de exploitant de daartoe benodigde door de klant verstrekte persoonsgegevens. In het via de website X0.xx toegankelijke ‘Privacy statement P1’ wordt aangegeven op welke wijze de exploitant met persoonsgegevens omgaat. Op de boekingssite zijn de meest gestelde vragen en antwoorden met betrekking tot het online-reserveren opgenomen.
Artikel 37
Camerabeelden die een beveiligingsdoel dienen, worden in beginsel maximaal 30 dagen bewaard. Camerabeelden ten behoeve van kentekenherkenning, die een registratiedoel dienen, worden, na uitrijden, in beginsel eveneens maximaal 30 dagen bewaard. Het voorgaande laat onverlet dat exploitant gehouden kan zijn om beelden en/of geregistreerde kentekens in opdracht van een daartoe bevoegd (overheids)orgaan langer te bewaren dan wel af te staan.
Artikel 38
1. De exploitant beschikt over een voldoende bekend gemaakte klachten- procedure en behandelt een klacht overeenkomstig deze klachtenprocedure.
2. Klachten over de uitvoering van de overeenkomst moeten binnen bekwame tijd, volledig en duidelijk omschreven worden ingediend bij de exploitant, nadat de klant de gebreken heeft geconstateerd.
3. Bij de exploitant ingediende klachten worden in beginsel binnen een termijn van 21 dagen, gerekend vanaf de datum van ontvangst, beantwoord. Als een klacht een voorzienbaar langere verwerkingstijd vraagt, wordt door de exploitant binnen de termijn van 14 dagen geantwoord met een bericht van ontvangst en een indicatie wanneer de klant een meer uitvoerig antwoord kan verwachten.
Artikel 39
De exploitant kan de Algemene Voorwaar- den op ieder moment aanpassen, dan wel aanvullen. Het is de verantwoordelijkheid van de klant om van de laatste versie van de Algemene Voorwaarden kennis te nemen. Aan abonnementhouders en afnemers worden deze meegezonden; voor een ieder zijn deze beschikbaar via het internet (xxx.x0.xx) en/of in de parkeeraccommodatie en/of na toezending op verzoek.
Artikel 40
Alle geschillen voortvloeiende uit de tussen exploitant en klant gesloten overeenkomst inclusief onderhavige voorwaarden, zijn bij uitsluiting onderworpen aan het oordeel van de burgerlijke rechter die bevoegd is in de vestigingsplaats van de exploitant, welke recht zal spreken met toepassing van Nederlands recht.
Indien de klant geen ondernemer is, kan slechts dan berechting door de in de vesti- gingsplaats van de exploitant bevoegde rechter plaatsvinden, indien de klant niet binnen 1 maand nadat de exploitant zich schriftelijk jegens hem op dit beding heeft beroepen voor beslechting van het geschil door de volgens de wet bevoegde rechter heeft gekozen.
Artikel 41
Een tekortkoming kan de exploitant niet worden toegerekend indien deze te wijten is aan een van de wil van de exploitant onafhankelijke omstandigheid als gevolg waarvan de nakoming van de verplichting van de overeenkomst redelijkerwijs door de klant niet meer van de exploitant kan worden verlangd. Hieronder worden in ieder geval begrepen werkstaking, brand, overheidsmaatregelen, bedrijfsstoringen alsmede een tekortkoming in de nakoming door betrokken derden.
Artikel 42
Afspraken c.q. overeenkomsten met personeelsleden van de exploitant binden de exploitant niet indien deze door exploitant niet schriftelijk zijn bevestigd. Als leden van het personeel zijn in dit verband te beschouwen alle werknemers en medewerkers die geen vertegenwoordigingsbevoegdheid hebben.
Artikel 43
Voor zover enig beding in de tussen de exploitant en de klant gesloten overeenkomst, waaronder begrepen de onderhavige Algemene Voorwaarden, nietig is c.q. vernietigbaar is c.q. de wederpartij stelt dat enig beding niet van toepassing is omdat dit in de gegeven omstandigheden naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar zou zijn en een beroep hierop door de rechter wordt gehonoreerd c.q. aanvaard, dient dit beding te worden geconverteerd in een zodanig beding dat zoveel als mogelijk recht wordt gedaan aan de strekking van het nietige c.q. vernietigde
c.q. buiten toepassing gelaten beding.
Deze Algemene Voorwaarden zijn gedepo- neerd bij de Kamer van Koophandel.