BEHEERSOVEREENKOMST

XXXXXXXXXXXXXXXXXXX

0000 - 0000

XXXXXX XX XXXXXXX REGERING EN HET AGENTSCHAP

VOOR BINNENLANDS BESTUUR

INHOUDSTAFEL

A. GENERIEK DEEL 5

I. Algemene bepalingen 5

Ondertekenende partijen (1) 5

Voorwerp van de overeenkomst (2) 5

Inwerkingtreding en duur van de overeenkomst (3) 5

Definities (4) 5

II. Engagementen van het agentschap 6

Relevante beleidsdoelstellingen / beleidskader (5) 6

Strategische organisatiedoelstellingen (6) en Operationele organisatiedoelstellingen (7) 7

Optioneel: strategische projecten (8) 8

Interne werking (9) 14

Optioneel: aanvullende opdrachten (10) en andere engagementen (11) 24

III Engagementen van de Vlaamse regering 25

Financiële bepalingen (12) en andere engagementen (13) 25

IV Financiële betrekkingen tussen de ondertekenende partijen 26

Herkomst van de financiële middelen van het agentschap (14), financiële betrekkingen tussen de ondertekenende partijen (15) 26

Algemene bepalingen inzake het beheer van de financiële middelen (16) 26

V Opvolging, rapportering en evaluatie 26

Opvolging (17), rapportering (18) 27

Evaluatie (19) 27

VI GESCHILLENREGELING (20) 27

VII Aanpassingen beheersovereenkomst – opschortende voorwaarden 28

Aanpassing van de beheersovereenkomst – opschortende voorwaarden (21) 28

VIII Aanvullende bepalingen en overgangsbepalingen 28

Bijzondere regelingen in verband met de pensioenlasten (22) 28

Aanvullende bepalingen (23) en Overgangsbepalingen (24) 28

B. SPECIFIEK DEEL 28

Verplichtingen van het agentschap inzake tarieven (25) 28

Samenwerkingsovereenkomsten (26) 28

Bijzondere bepalingen ten gevolge van specifieke situaties, eigen aan het agentschap (27) 29

IX BIJLAGEN FOUT! BLADWIJZER NIET GEDEFINIEERD.

1. Koppeling van de operationele beleidsdoelstellingen uit de beleidsnota’s aan de organisatiedoelstellingen van het agentschap

2. Lijst van voor te bereiden beleidsvoorstellen en regelgeving ter uitvoering van OOD 2

3. Afspraken tussen het kabinet Xxxxxxxxx en ABB

4. Afspraken tussen het Kabinet Van den Bossche en ABB

A. GENERIEK DEEL

I. Algemene bepalingen

1 Ondertekenende partijen

Tussen

de Vlaamse Regering, vertegenwoordigd door de Viceminister-president van de Vlaamse Regering, Vlaamse minister van Bestuurszaken, Binnenlands Bestuur, Inburgering, Toerisme en Vlaamse Rand, de xxxx Xxxxx Xxxxxxxxx, en door de Vlaamse minister van Energie, Wonen, Steden en Sociale Economie, mevrouw Xxxxx Xxx xxx Xxxxxxx,

en

het intern verzelfstandigd Agentschap voor Binnenlands Bestuur, gevestigd in de Xxxxxxxxxxxxx 00, 0000 Xxxxxxx, vertegenwoordigd door zijn leidend ambtenaar, de xxxx Xxxxx Xxxxxxxx, administrateur-generaal, hierna genoemd “het agentschap”,

wordt de volgende beheersovereenkomst gesloten.

2 Voorwerp van de overeenkomst

Deze beheersovereenkomst wordt gesloten overeenkomstig artikelen 8 en 9 van het kaderdecreet Bestuurlijk Beleid van 18 juli 2003 en geeft uitvoering aan artikel 5 van het oprichtingsbesluit van het Agentschap voor Binnenlands Bestuur van 28 oktober 2005.

Deze beheersovereenkomst is een wederzijdse overeenkomst die handelt over de bijzondere regels en voorwaarden waaronder het agentschap zijn taken vervult. Het is een stuur- en opvolgingsinstrument, in het bijzonder gericht op een doelmatige uitvoering of dienstverlening, opvolging en evaluatie.

Deze beheersovereenkomst legt de wederzijdse rechten en verplichtingen vast van het Vlaamse Gewest/de Vlaamse Gemeenschap en het agentschap bij alle activiteiten die het agentschap uitvoert ter realisatie van zijn opdracht van publiek belang.

3 Inwerkingtreding en duur van de overeenkomst

Deze beheersovereenkomst treedt in werking op 1 januari 2011 en eindigt op 31 december 2015.

4 Definities

Voor de toepassing van deze beheersovereenkomst wordt verstaan onder:

• De ministers: de Vlaamse minister van Bestuurszaken, Binnenlands Bestuur, Inburgering, Toerisme en Vlaamse Rand en de Vlaamse minister van Energie, Wonen, Steden en Sociale Economie

• Lokale overheden: de gemeenten, de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, de intergemeentelijke samenwerkingsverbanden, de eredienstinstellingen, de OCMW- verenigingen, de gemeentelijke intern en extern verzelfstandigde agentschappen;

• Provinciale overheden: de provincies en de provinciale intern en extern verzelfstandigde agentschappen;

• Voorzieningen: organisaties en diensten die werken in het kader van het inburgerings- en diversiteitsbeleid en die door het agentschap worden erkend en/of gesubsidieerd. Dit zijn onder andere de integratiediensten, de onthaalbureaus, de integratiecentra,

v.z.w. De Schroef, het Vlaams Minderhedencentrum, het Minderhedenforum, v.z.w. Tolkentelefoon;

• Centrumsteden: de grote steden Antwerpen en Gent en de middelgrote steden Aalst, Brugge, Hasselt, Kortrijk, Genk, Leuven, Mechelen, Oostende, Roeselare, Sint- Niklaas en Turnhout.

• Belanghebbenden: alle ‘partijen’ die worden beïnvloed door of invloed uitoefenen op de activiteiten van de organisatie, maar er formeel geen deel uitmaken. Voor ABB zijn dit bijvoorbeeld de lokale besturen, de onthaalbureaus, het kenniscentrum Vlaamse steden, de VVSG, de VVP, enzovoorts.

II. Engagementen van het agentschap

5 Relevante beleidsdoelstellingen / beleidskader

De volgende documenten vormen het beleidskader waarbinnen het agentschap opereert:

• Het regeerakkoord 2009-2014: Een daadkrachtig Vlaanderen in beslissende tijden Voor een vernieuwende, duurzame en warme samenleving.

• De beleidsnota Binnenland Bestuur 2009 - 2014, de beleidsnota Steden 2009 – 2014, de beleidsnota Inburgering & Integratie 2009 – 2014.

• De beleidsbrieven

• Commissie Efficiënte en Effectieve Overheid - Vlaanderen in Actie: Een slagkrachtige overheid in Vlaanderen.

In bijlage 1 is een overzichtstabel opgenomen die de koppeling weergeeft tussen de operationele beleidsdoelstellingen uit de beleidsnota’s en de operationele organisatiedoelstellingen van het agentschap.

In de rubrieken ‘strategische organisatiedoelstellingen’ (6) en ‘operationele organisatiedoelstellingen’ (7) hieronder worden de beleidsopties vertaald in concrete engagementen tussen de Vlaamse Regering en het agentschap zodat de specifieke bijdragen van het agentschap aan de beleidsdoelstellingen tot uiting komen.

6 Strategische organisatiedoelstellingen

Het agentschap gaat het engagement aan om, in het kader van deze beheersovereenkomst, te werken aan 4 strategische organisatiedoelstellingen (SOD). Deze strategische doelstellingen zijn gebaseerd op:

- Het beleidskader zoals opgenomen in §5 hierboven.

- De kernopdrachten van het agentschap zoals o.a. opgenomen in het oprichtingsbesluit van het agentschap.

- De generieke bepalingen voor de interne werking zoals opgenomen in §9 hieronder.

- De missie en visie van het agentschap zoals aangenomen door het directiecomité.

De missie van het agentschap luidt:

Het agentschap voor Binnenlands Bestuur creëert een kader voor een kwaliteitsvol, efficiënt en samenhangend Vlaams beleid betreffende het binnenlands bestuur, de steden, de inburgering en integratie, zodat de lokale en provinciale besturen en de organisaties uit de inburgerings- en integratiesector een kwaliteitsvolle dienstverlening kunnen bieden aan de burger.

De visie van het agentschap luidt:

In een geest van partnerschap wil ABB het logische aanspreekpunt zijn voor de belanghebbenden in het streven naar een kwaliteitsvol bestuur. De visie wordt door 3 pijlers ondersteund:

Positionering: ABB xxxxx zijn unieke positie, als ondersteuner van de toezichthoudende overheid, aan om de dialoog over binnenlands bestuur, stedenbeleid, inburgering en integratie tussen de lokale en regionale besturen, organisaties van inburgering en integratie, de minister, de belangengroepen en andere beleidsdomeinen te stimuleren

Kenniscentrum: ABB ontplooit zich verder als een kenniscentrum van en voor lokale en regionale besturen, organisaties van inburgering en integratie.

Advies en coaching: ABB ondersteunt lokale en regionale besturen, organisaties van inburgering en integratie o.m. door het aanreiken van vorming en toepasbare oplossingen waarbij voldoende ruimte wordt ingebouwd voor maatwerk voor de diverse besturen en organisaties.

De vier strategische doelstellingen luiden:

SOD 1: ABB ondersteunt de beleidsmakers bij het creëren van een juridisch, financieel en ondersteunend kader om de belanghebbenden maximale mogelijkheden te bieden voor het organiseren van een kwaliteitsvol bestuur.

Door deze strategische doelstelling na te streven, wil ABB ten behoeve van de ministers, sterk inzetten op een proactieve beleidsvoorbereiding en –ondersteuning, die qua aanbod mee evolueert met een uitgebreidere informatie- en kennisverzameling.

SOD 2: ABB ondersteunt de handhaving van het wettelijk kader dat de Vlaamse Overheid voor de belanghebbenden uitwerkt. Dat gebeurt bij voorkeur proactief door de

belanghebbenden te adviseren en te ondersteunen, maar waar nodig ook post factum door ten behoeve van de minister en de gouverneurs beslissingen voor te bereiden om op te treden naar aanleiding van het handelen van belanghebbenden.

Door deze strategische doelstelling na te streven, wil ABB

a) prioritair inzetten op het (efficiënt) faciliteren (informeren, adviseren) van de belanghebbenden. Dat gebeurt vooral proactief en via een generiek/gestandaardiseerd (en op termijn) breder aanbod, dat digitaal en gebruiksvriendelijk toegankelijk is voor alle belanghebbenden;

b) wat de voorbereiding van het bestuurlijk toezicht en aanverwante dossierbehandeling betreft, ligt de focus op een verdere inhoudelijke beperking en een maximale uniformiteit in behandeling, door in afspraak met de minister:

- het systematisch toezicht op de bestuurshandelingen te beperken tot een aantal vooraf gedefinieerde aspecten;

- daarbij de focus te leggen op de behandeling van vragen van belanghebbenden en op onderzoeken in geval van klacht

- sterk in te zetten op een eenduidige aanpak en behandeling van de lokale en provinciale besturen in Vlaanderen.

SOD 3: ABB is een kenniscentrum dat aan zijn belanghebbenden relevante informatie ter beschikking stelt.

Door deze strategische doelstelling na te streven, wil ABB sterk inzetten op informatie- en kennisverzameling en –opvolging, met een steeds breder interessegebied. De inhoudelijke uitbouw van het kennismanagement gebeurt in overleg met de belanghebbenden.

SOD 4: ABB organiseert zijn interne werking op een efficiënte manier zodat het agentschap een kwaliteitsvolle, betrouwbare, klantgerichte dienstverlening kan bieden.

Door deze strategische doelstelling na te streven, wil ABB:

- de interne organisatie, werking en processen onderzoeken, en waar nodig hertekenen en standaardiseren met het oog op een optimale inzet van mensen en middelen;

- de taakverdeling tussen de afdelingen onderling deels heroriënteren om zodoende ruimte te creëren voor de realisatie van de voormelde strategische doelstellingen.

7 Operationele organisatiedoelstellingen

De 4 strategische organisatiedoelstellingen worden verder geoperationaliseerd in 22 operationele doelstellingen (OOD).

Er is een onderverdeling gemaakt in enerzijds doelstellingen inzake beleidsvoorbereiding en anderzijds doelstellingen inzake beleidsuitvoering.

Een OOD draagt bij tot het behalen van 1 of meerdere SOD’s. Voor elke OOD wordt hieronder aangegeven aan welke SOD ze bijdraagt.

Elke OOD wordt geconcretiseerd in een indicator met een te bereiken norm. Wanneer in een norm (bij OOD 1, 2, 3 en 11) wordt gesproken over een ‘afgesproken timing’ wordt bedoeld: een in wederzijds overleg overeengekomen, realistische timing. Dit betekent ook, onder meer voor OOD 2, dat verschuivingen in het ene project of bijkomende projecten gevolgen kunnen hebben voor (de timing van) de uitvoering van andere projecten.

Ten slotte wordt voor de OOD’s aangegeven op welke beleidsthema(‘s) ze van toepassing zijn: Binnenlands Bestuur, Stedenbeleid of Inburgering.

Operationele Organisatiedoelstelling		Beleidsthema			Indicator	Norm	SOD
		Bin nen lan ds Bes tuu r	Ste den	Inb urg erin g			1	2	3	4
Doelstellingen inzake beleidsvoorbereiding
1	ABB bereidt de beleidsdocumenten in het kader van de beleidscyclus tijdig voor.	X	X	X	Tijdigheid	100 % volgens de afgesproken termijn per document.	X
2	ABB bereidt beleidsvoorstellen en regelgeving voor ter uitvoering van de beleidsdoelstellingen in de beleidsnota’s, beleidsbrieven en ‘Vlaanderen In Actie’.	X	X	X	Voor te bereiden beleidsvoorstellen en regelgeving jaarlijks opnemen in het ondernemingsplan, op basis van de volledige lijst van voor te bereiden beleidvoorstellen en regelgeving voor de periode 2011 – 2015 opgenomen in bijlage 2	Volgens timing afgesproken in periodiek overleg kabinet – administratie (OKA)	X
3	ABB beantwoordt parlementaire vragen en vragen van de ministers tijdig.	X	X	X	Tijdigheid Overzicht van opdrachten kabinet en afgesproken timing.	100 % binnen de afgesproken termijn, met mogelijkheid tot occasionele afwijking na contact met het kabinet. Up-to-date tegen elk tweewekelijks OKA.	X
4	ABB verzamelt op een gestructureerde manier beleidsrelevante data en informatie (waaronder beleidseffecten) en gebruikt deze bij de beleidsvoorbereiding, -uitvoering en – evaluatie	X	X	X	Beschikbaarheid van een relevante set van beleidsinformatie	Tegen midden 2011: Projectplan (welke set van indicatoren wanneer, waar en hoe verzameld en beschikbaar). Tegen eind 2013: relevante set van beleidsinformatie beschikbaar	X		X

5	ABB informeert en attendeert minister op relevante ontwikkelingen in andere domeinen, oa. door netwerking, opvolging regeringsbeslissingen,…	X	X	X	Jaarlijks overzicht relevante zaken uit andere beleidsbrieven Jaarlijks uitgebreider netwerk van contactpersonen.	Overzicht vanaf beleidsbrieven 2011 2011: opstart uitbouw netwerk 2013: alle Vlaamse beleidsdomeinen in actueel netwerk	X	X	X
6	ABB volgt via de Stuurgroep Europa op een gestructureerde manier de internationale fora waaraan het deelneemt op, koppelt hierover terug naar de ministers en doet proactief voorstellen.	X	X	X	Agendering en verslaggeving vanuit stuurgroep over stand van zaken inzake lopende en toekomstige Europese en internationale dossiers met repercussies op ABB-materies	Minstens half jaarlijks (in functie van de wisseling van het Europees voorzitterschap en afhankelijk van agendasetting van de Raad van Europa)	X
Doelstellingen inzake beleidsuitvoering
7	ABB behandelt tijdig toezichtdossiers opdat de ministers en de gouverneurs binnen hun wettelijke termijn beslissingen kunnen nemen.	X			Tijdigheid	100% aan kabinet bezorgd voor het verstrijken van de termijn, waarvan 90 % aan kabinet bezorgd ten minste 7 kalenderdagen voor het verstrijken van de termijn en contactname met het kabinet over de overige 10 %.		X
8	ABB handelt tijdig boetedossiers af.			X	Doorlooptijd	100% binnen de wettelijke termijn, d.w.z. 50 of 70 (met hoorzitting) werkdagen te rekenen vanaf het dossier volledig is		X
9	ABB registreert en beantwoordt adviesvragen van belanghebbenden uit de sector binnenland	X			Aantallen beantwoord	90% van de vragen binnen 30 kalenderdagen		X

						beantwoord, te rekenen vanaf de volledigheid van het dossier (bij opvraging bijkomende informatie) Complexe dossiers: timing volgens afspraak.
10	ABB werkt zijn generiek aanbod aan advies en informatieverstrekking verder (gestandaardiseerd) uit om de belanghebbenden zo goed mogelijk te informeren.	X	X	X	Jaarlijks opnemen in het ondernemingplan	Jaarlijks uitgevoerd		X
11	ABB behandelt subsidie- en erkenningsdossiers tijdig of volgens de beschikbare middelen	X	X	X	Tijdigheid Binnen de beschikbare middelen	100 % volgens de wettelijke of afgesproken termijn per type dossiers 100 % binnen de beschikbare middelen per type	X
12	Bij de voorbereiding en opvolging van de convenanten met de lokale integratiediensten bewaakt ABB dat de beleidsprioriteiten van de minister zijn opgenomen.			X	Beleidsprioriteiten opgenomen	Beknopte beschrijving van de instrumenten waarin de beleidsprioriteiten werden opgenomen en de mate van uitvoering	X
13	ABB oefent controle uit op de besteding van de subsidies.		X	X	Plan per type dossier jaarlijks opnemen in het ondernemingsplan	Plan jaarlijks uitgevoerd	X
14	ABB voert doelgroepgerichte communicatie uit in functie van de beleidsdoelstellingen		X	X	Plan jaarlijks opnemen in het ondernemingsplan	Plan jaarlijks uitgevoerd	X	X
15	ABB zet verschillende coördinerende instrumenten (stadscontracten, stadsvernieuwingsprojecten, commissie Integratie, Interdepartementaal Projectteam Inburgering (IPI) , woonwagencommissie,..) in zodat de beleidsdoelstellingen van inburgering, integratie en stedenbeleid in andere beleidsdomeinen worden opgenomen		X	X	Ingezette instrumenten	Beknopte beschrijving van de ingezette instrumenten.	X

16	ABB ondersteunt de raden van verkiezingsbetwistingen bij de afhandeling van geldigverklaringen en betwistingen over de district-, gemeente-, OCMW-, en provincieraadverkiezingen en over de mandaten	X			Tijdigheid	Dossiers voorgelegd aan de raad volgens afspraak zodat de raad in de mogelijkheid is om uitspraak te doen binnen de wettelijke termijn	X
17	ABB legt benoemingsdossiers van burgemeesters en OCMW-voorzitters en eretitels zo snel mogelijk voor aan de minister	X			Tijdigheid	100 % van de dossiers aan de minister voorgelegd binnen 14 dagen na ontvangst van het advies van de procureur en gouverneur.	X

8 Strategische projecten

ABB definieert voor de periode 2011 – 2015 enkele strategische projecten. Dit zijn projecten die niet sluitend onder te brengen zijn onder de doelstellingencascade in §7, maar wel van strategisch belang zijn. Deze strategische projecten zijn:

Van ieder van onderstaande projecten werkt ABB tegen eind januari 2011 in nauwe samenwerking met het kabinet een projectplan uit met de mijlpalen en de onderlinge taakverdeling tussen kabinet en agentschap. Hieronder worden de belangrijkste punten weergegeven. De strategische projecten worden via het periodiek overleg kabinet-agentschap (OKA) opgevolgd en bijgestuurd.

Strategische projecten Binnenlands Bestuur

a) Interne staatshervorming:

Het project ‘interne staatshervorming’ stelt tegen het einde van de regeerperiode een vereenvoudiging van het Vlaamse bestuurslandschap voorop. De minister van Binnenlands Bestuur trekt dit omvangrijke project. Doordat zowel de verschillende bestuursniveaus (Vlaanderen, provincies, lokale besturen) als de dertien Vlaamse beleidsdomeinen betrokken partij zijn, vergt dit project heel wat inhoudelijke en administratieve ondersteuning.

ABB neemt minimaal volgende taken op:

• Ondersteunende rol bij de uitwerking en uitvoering van het globaal project

• Algemene projectopvolging en coördinatie op het niveau van de administratie

• Secretariaatsrol diverse fora. Rol inzake externe en interne communicatie

• Inhoudelijk stimulerende rol bij conceptuele uitwerking en implementatie bestuurskundige aspecten

• Klankbordrol bij conceptuele uitwerking en implementatie in de functionele beleidsdomeinen

• Ondersteunen van de voorbereiding van eventuele vrijwillige fusies van gemeenten

Mijlpalen:

• 2011: Witboek Interne Staatshervorming + opvolgen van de uitwerking van de implementatietrajecten uit te werken door de inhoudelijk bevoegde beleidsdomeinen en terugkoppelen naar de minister

• 2011-2015: Periodieke opvolging implementatie in Bestuursforum en CAG (College van Ambtenaren-Generaal)

b) Ondersteuning implementatie BVR beleids- en beheerscyclus lokale en provinciale besturen

Op 25 juni 2010 keurde de VR het Besluit goed betreffende de (nieuwe) beleids- en beheerscyclus van de gemeenten, de provincies en de OCMW’s. Alle lokale en provinciale besturen zullen uiterlijk op 1 januari 2014 werken met dit nieuwe systeem. Als

ondersteunende administratie zal ABB er alles aan doen om de lokale en provinciale besturen optimaal te begeleiden in dit veranderingstraject.

ABB neemt minimaal volgende taken op:

- Optimale begeleiding van de geselecteerde pilootbesturen

- Algemeen informatieaanbod ten behoeve van lokale en provinciale besturen

o Ter beschikking stellen van nuttige documentatie via een specifieke website en meerdere publicaties (regelgeving, boekhoudfiches, best practices, opmaak van standaardbestek voor aanschaffing van software…);

o Ondersteuning door de organisatie van een permanente helpdeskfunctie

o Organisatie (in goede afspraak met partners) van vorming (cursussen, workshops, …)

- Ondersteuning van de besturen in hun veranderingsmanagement

- Ondersteuning van de softwareleveranciers;

- ICT-project om elektronische rapporteringen van begrotingen en jaarrekeningen te centraliseren, voor iedereen beschikbaar te maken en gemakkelijk te kunnen bewerken (ad hoc rapporteringen maken)

- Evaluatie van de regelgeving (en eventueel bijsturing ervan) o.b.v. de ervaringen van de pilootbesturen

Mijlpalen:

- 2011: Begeleiding pilootbesturen + uitbouw ondersteuningsaanbod

- 2012: Elektronische documentenuitwisseling begroting/rekening operationeel + eerste evaluatie van BVR

- 2013: Ondersteuning veralgemeende implementatie

- 2014: Ondersteuning veralgemeende implementatie

- 2015: Ondersteuning veralgemeende implementatie

c) Digitalisering van het bestuurlijk toezicht

Door optimaal gebruik te maken van de informaticatechnologie kunnen grote efficiëntiewinsten geboekt worden. Op het vlak van het bestuurlijk toezicht zullen belangrijke stappen gezet worden om de informatie-uitwisseling zo veel mogelijk te digitaliseren. Tegen einde 2012 werkt ABB een systeem uit waarbij de papierstroom m.b.t. het toezicht drastisch wordt verminderd.

ABB neemt minimaal volgende taken op:

- Ontwikkeling stappenplan naar volledige digitalisering toezicht

- Uitvoering eerste fase van de digitalisering van de toezending van papieren besluitlijsten en inzendingsplichtige besluiten door de lokale en provinciale besturen

- Vereiste aanpassingen aan de wetgeving.

Mijlpalen:

- 2011: Uitwerking projectplan volledige digitalisering

- 2012: Implementatie digitalisering documentenuitwisseling

- 2013-2015: Uitvoering volgende stappen digitalisering volgens projectplan

d) Ondersteuning uitbouw externe audit voor lokale besturen

De Vlaamse Regering beslist eind 2010 over de bijsturing van het vooropgestelde concept van externe audit voor de lokale besturen zoals bepaald in de organieke decreten. Conform deze beslissing wordt vanaf 2011 gestart met de geleidelijke uitbouw ervan.

ABB neemt minimaal volgende taken op:

- Voorbereiding van regelgeving: aanpassing organieke decreten, uitvoeringsbesluiten.

- In samenwerking met andere betrokkenen inhoudelijke ondersteuning conceptuele uitbouw

- Ondersteuning informatie- en communicatiecampagne naar de lokale besturen.

Mijlpalen:

- 2011: noodzakelijke legistieke aanpassingen in juiste vorm beschikbaar + nota met conceptuele input voor uitwerking externe audit, o.a. n.a.v. pilootprojecten FBBC.

- 2012-2015: In samenwerking met andere betrokkenen ondersteuning bij praktische implementatie (personeel, financieel, communicatief) externe audit.

e) Organisatie van de lokale en provinciale verkiezingen van 2012

Op 14 oktober 2012 hebben de verkiezingen plaats voor de vernieuwing van de provincieraden, de gemeenteraden en de districtsraden in Antwerpen. De vlekkeloze organisatie van deze verkiezingen is een van de kernopdrachten van ABB.

ABB neemt minimaal volgende taken op:

- Voorbereiding van regelgeving: kiesdecreet, uitvoeringsbesluiten, omzendbrieven en formulieren.

- Voorbereiding besluitvorming voor een eventueel nieuw digitaal stemsysteem.

- Leiden en coördineren van de materiële en praktische organisatie van de verkiezingen, met inbegrip van de ICT-ondersteuning met externe partners.

- Organiseren van de externe communicatie bij de voorbereiding van de verkiezingen en de bekendmaking van de resultaten.

Mijlpalen:

- 2011: Verdere uitvoering Kiesdecreet + voorbereiding besluitvorming digitaal stemsysteem

- 2012: Materiële en praktische organisatie verkiezingen

Strategische projecten Stedenbeleid

f) Actualisatie Vlaams stedenfonds

Tegen eind 2013 is het Vlaams Stedenfonds na evaluatie en in samenspraak met de steden geactualiseerd en klaar voor implementatie door de nieuwe stadsbesturen en de Vlaamse Gemeenschapscommissie voor de periode 2014-2019.

2011: visitatierapport per stad en VGC en syntheserapport

2011: stadsmonitor, uitgave 4 de editie

2012: actualisatievoorstel en implementatietraject 2013: afsluiten nieuwe beleidsovereenkomsten

g) Verlenging van de stadscontracten 2007-2012

De methodiek van de stadscontracten wordt in samenspraak met de steden uitgebreid met nieuwe sectoroverstijgende thema’s en de methodiek krijgt een structurele verankering in de reguliere werking van de Vlaamse overheid (= VIA, sleutelfiche).

2011: aanstelling accountmanagers

2011: actualisatie en addenda huidige stadscontracten 2012: eindevaluatie stadscontracten 2007- 2012

2012: implementatietraject nieuwe stadscontracten (o.a. CAG) 2013: afsluiten nieuwe contracten (versie 2)

h) Horizontaal Vlaams stedenbeleid

De ontwikkeling van een methodiek en netwerk voor het opvolgen van andere prioritaire beleidsdomeinen met impact op de steden en het stedenbeleid, waarbij aanbevelingen en aandachtspunten voor de steden naar andere beleidsdomeinen geformuleerd worden.

2011: opmaak prioriteitenlijst (bv. selectie VIA-sleutelprojecten, Pact 2020, armoede, jeugdwerkbeleidsplan, gezamenlijk luik wonen stadscontracten…) 2011: afsluiten van een protocol met het kenniscentrum Vlaamse steden voor o.m. het verzamelen en signaleren van aandachtspunten van de steden m.b.t. andere beleidsdomeinen

2011: instrument is ontwikkeld

2011: formulering aandachtspunten en aanbevelingen naar prioritaire beleidsdomeinen (inputindicator, voor outputindicator afhankelijk van andere beleidsdomeinen)

2012: formulering aandachtspunten en aanbevelingen naar prioritaire beleidsdomeinen (inputindicator, voor outputindicator afhankelijk van andere beleidsdomeinen)

Strategische projecten inburgering

i) Xxxxxxxx van een basispakket inburgering voor kandidaat-inwijkelingen in het land van herkomst

- wijzing decreet van 28 februari 2003 betreffende het Vlaamse inburgeringsbeleid

- uitwerking van de invoering van inburgering in het land van herkomst via een project in het kader van het Europees Integratiefonds (EIF) met als opdracht:

* fase 1) inventarisatie en formuleren van aanbevelingen;

* fase 2) concept- en materiaalontwikkeling;

* bepalen tijdpad voor de effectieve invoering van het basispakket inburgering in het land van herkomst.

j) Administratieve en organisatorische vereenvoudiging van de integratiesector

De integratiesector wordt hervormd met het oog op de toepassing van de principes van de interne staatshervorming. Concreet betekent dit een versterking van het lokale integratiebeleid met bovenlokale ondersteuning. Hiertoe zal het integratiedecreet worden gewijzigd, met als uitgangspunten:

Het lokale integratiebeleid:

Er wordt gestreefd naar een grote autonomie en verantwoordelijkheid van de lokale besturen voor de realisatie van hun lokale integratiebeleid. Hiertoe worden volgende principes gehanteerd:

- De gemeentelijke overheid is de regisseur van het lokale integratiebeleid: de gemeentelijke besturen zorgen, binnen de grenzen van het subsidiariteitsbeginsel, voor sturing en afstemming van het lokale integratiebeleid op hun grondgebied en voor coördinatie van de relevante actoren in de eigen stad en gemeente.

- Het integratiebeleid wordt opgenomen in het strategisch meerjarenplan van de stad (eerste plan start op 1 januari 2014).

De ondersteuning van het lokaal integratiebeleid op Vlaams niveau:

Met het oog op efficiëntie en effectiviteit, wordt er gestreefd naar een zo maximaal mogelijke ondersteuning van het lokale integratiebeleid. Daartoe dienen minstens volgende elementen verzekerd worden:

- Ondersteuning van gemeenten zonder integratiedienst

- Stimuleren, opvolgen en evalueren van het lokaal integratiebeleid

- Netwerking en afstemming

- Expertise-inbreng en kwaliteitsbewaking

De rol van het agentschap zal door hervorming van de integratiesector evolueren van controlerend naar coachend. Bovendien zal door de inbedding van het lokale integratiebeleid in de gemeentelijke planningsprocessen, de administratieve last zowel voor de lokale besturen als voor het agentschap substantieel verminderen.

Strategisch project interne werking

k) Strategisch project interne werking

In het kader de budgettaire restricties en het streven naar administratieve vereenvoudiging start ABB een project op voor de rationalisering van haar interne werking. De jaarlijkse actualisatie van het PeP inclusief de effectieve bezetting wordt toegevoegd aan het ondernemingsplan.

Op korte termijn start ABB een interne oefening met volgende uitgangspunten:

- Herallocatie van middelen o.b.v. gewijzigde taakstelling ten gevolge van taken die de laatste jaren verminderd zijn, niet meer uitgeoefend worden, of in de toekomst zullen wegvallen.

- Procesoptimalisaties en rationalisering van centrale afdeling en provinciale afdelingen, standaardisering en afstemming van de dossierbehandeling met het oog op een eenduidige aanpak, behandeling en voorstel van standpuntbepaling binnen ABB

- Beperking van het systematisch toezicht tot vooraf gedefinieerde aspecten.

- Focus op behandeling van vragen van belanghebbenden en op onderzoeken in geval van klacht

- Focus op generieke en digitale informatieverstrekking aan de belanghebbenden op agentschapsniveau.

- Focus bij individuele dienstverlening op niet-alledaagse vragen, uitbouw generieke ondersteuning op website voor veel voorkomende en basisvragen.

- Geleidelijke uitbreiding van opvolging/netwerking met de verschillende beleidsvelden.

Op langere termijn (einde regeerperiode) start ABB een fundamenteel onderzoek, extern begeleid, naar de positionering en taakstelling van ABB in functie van een gewijzigd bestuurlijk landschap.

Mijlpalen:

- 2011: Personeelsplan (PeP), met inbegrip van analyse van de werklast

- 2011: Implementatie efficiëntie-oefening

- 2012-2015: Voorbereiding toekomstige heroriëntering agentschap

9 Interne werking

De doelstellingen rond de interne werking van het agentschap vloeien voort uit de algemene generieke doelstelling i.v.m organisatiebeheersing / maturiteitsinschatting maar ook uit de generieke doelstelling i.v.m. efficiëntiewinsten en eigenlijk eerst en vooral uit de bekommernis om de inhoudelijke operationele doelstellingen te kunnen halen (in een besparingscontext).

De generieke doelstellingen, vastgelegd door de Vlaamse Regering zijn:

- Iedere entiteit verhoogt verder de maturiteit van de eigen organisatie aan de hand van een verbetertraject.

- Elke entiteit definieert een verbetertraject om meetbare efficiëntiewinsten te realiseren.

- De lijnmanagers zullen ook elke medewerker stimuleren om zijn taken en werkmethode en die van haar of zijn dienst, in vraag te stellen en verbetervoorstellen te doen. Het zichzelf en de eigen werking in vraag stellen, zeker ook op het vlak van taken die niet langer relevant zijn, moet ook elke entiteit zich stellen los van besparingen of andere externe druk.

In §8 (strategische projecten) is ook een strategisch project over de interne werking opgenomen, de doelstellingen over de interne werking moeten dan ook samen gelezen worden met dit strategisch project.

Operationele Organisatiedoelstelling		Beleidsthema			Indicator	Norm	SOD
		Bi nn enl an ds Be stu ur	Ste de n	Inb urg eri ng			1	2	3	4
Doelstellingen m.b.t. de interne werking
18	ABB organiseert zijn interne dienstverlening op een adequate en kostenefficiënte manier.	X	X	X	% VTE in management- ondersteunende functies Tevredenheid van het personeel over de interne dienstverlening	zoals bepaald op Vlaams niveau Te bepalen na nulmeting	X	X	X	X
19	ABB verhoogt verder de maturiteit van de eigen organisatie aan de hand van een verbetertraject via de verschillende thema’s van organisatiebeheersing	X	X	X	Maturiteitsinschatting volgens de leidraad organisatiebeheersing	T.o.v. laatste inschatting IAVA: minimaal verhogen tot niveau 3, dit behouden en continu verhogen.	X	X	X	X
20	Via een geoptimaliseerde (kwantitatieve en kwalitatieve) personeelsplanning en hierop afgestemde inzet van andere HR- instrumenten zorgt ABB ervoor dat het personeelseffectief niet stijgt, terwijl de kwaliteit van de dienstverlening niet daalt	X	X	X	- Personeelsplan volgens richtlijnen op Vlaams niveau - Aantal VTE - Uitvoering van de BO	- Personeelsplan beschikbaar - Aantal VTE gelijk of lager dan op 15/07/2009 - Jaarlijkse rapportering over de uitvoering van de BO	X	X	X	X

21	ABB digitaliseert zijn werking gestaag zodat het efficiënt kan functioneren in een digitaliserende omgeving	X	X	X	ICT-plan	ICT-plan uitgevoerd in 2015	X	X	X	X
22	ABB levert inspanningen om de diversiteit binnen het personeelsbestand te bevorderen en de streefcijfers, zoals geformuleerd in de beslissing van 1 september 2006 van de Vlaamse Regering, stapsgewijs en op een voor het agentschap realistische manier te benaderen. Cruciale randvoorwaarden voor ABB zijn: - de mogelijkheden tot aanwerving tijdens de duur van de beheersovereenkomst, rekening houdend met de budgettaire beperkingen en de vermindering van het personeelseffectief; - het aanbod aan kandidaten uit kansengroepen meer in het bijzonder van allochtone afkomst, rekening houdend met de statutaire aard van de wervingen, die in hoofdzaak gebeurt op het niveau A in uitvoering van het personeelsplan	X	X	X	% vrouwen in middenmanagementfuncties % personeelsleden van allochtone afkomst	- Startsituatie: 25% vrouwen in middenkaderfuncties (N- 1) op 31.12 2009 (laatste diversiteitsplan); - 2011: 33% - 2012- 2015: minimaal behouden van percentage 33% - Startsituatie: 0,90% op basis van interne bevraging 0,23% op basis van vrijwillige registratie op 31.12 2009 (laatste diversiteitsplan); - 2011- 2015: geleidelijke stijging percentage - 2011: wellicht status quo wegens vermindering personeelsbestand door vermindering apparaatskredieten, m.i.v. niet vervangen van vertrekkende personeelsleden ten gevolge van vermindering weddenbudgetten - 2012 – 2015: geleidelijke verhoging ten opzichte van startsituatie	X	X	X	X

% personeelsleden met een arbeidshandicap richting 4%-streefcijfer
- Startsituatie: 2,27 % op 31.12 2009 (laatste diversiteitsplan); - 2011: wellicht status quo wegens vermindering personeelsbestand door vermindering apparaatskredieten, m.i.v. niet vervangen van vertrekkende personeelsleden ten gevolge van vermindering weddenbudgetten - 2012 – 2015: geleidelijke verhoging ten opzichte van startsituatie richting 4,5 %-streefcijfer

10 Aanvullende opdrachten

De hiernavolgende aanvullende opdrachten zijn aan ABB toevertrouwd:

- voorbereiding van verlenen van eretekens voor het personeel en de mandatarissen van de lokale en de provinciale besturen.

Ondersteunen of organiseren van allerlei commissies en organen:

- De Vlaamse Adviescommissie voor Volksraadplegingen ondersteunen.

- De Commissie voor Tuchtaangelegenheden ondersteunen.

- De Woonwagencommissie ondersteunen.

- Comité C1 ondersteunen.

- College van gouverneurs ondersteunen.

- Opvolgen van werkbezoeken van de gouverneur in zijn bestuurskundige opdrachten ten behoeve van de Vlaamse Regering.

- Commissie Integratie ondersteunen.

- Het secretariaat van de Interministeriële Conferentie Integratie in de Maatschappij (ICIM) opnemen.

- Interdepartementaal Projectteam Inburgering (IPI) ondersteunen.

- de raden van de verkiezingsbetwistingen ondersteunen.

- Adviescolleges van het Vormingscentrum ondersteunen.

- Ambtenarentokens van lokale ambtenaren behandelen.

- E-tendering voor lokale besturen ondersteunen.

In uitvoering van de beslissing van de Vlaamse Regering van 9 januari 2004 ondersteunt het agentschap de gouverneurs op hun verzoek – door inzet van maximaal 2 VTE in elk van de provinciale afdelingen- in de uitvoering van sommige kleinschalige niet-bestuurskundige taken waarvoor het om efficiëntiereden niet zinvol is om vanuit andere beleidsdomeinen personeel en middelen ter beschikking te stellen van de gouverneurs. Deze zijn niet noodzakelijkerwijze identiek in elk van de provincies. Het betreft meer in het bijzonder:

- Voorzitterschap bekkencomités, bevoegdheden inzake milieuvergunningen, organisatie thematische vergaderingen met mandatarissen en ambtenaren van de besturen.

- Toezichtbevoegdheden gouverneur op polders en wateringen; aanwijzing gemeentelijke ambtenaren belast met de opsporing van bouwmisdrijven; restauratiepremies t.b.v. beschermde monumenten; bijzondere gewestbijdrage rioleringswerken (MiNafonds), enz.

- Voorbereiden van de besluitvorming inzake jachtverloven, jachtvergunningen en jachtplannen waarvoor beslissingsbevoegdheid aan de arrondissementscommissaris is toevertrouwd.

11 Andere engagementen

Het Managementcomité van het beleidsdomein Bestuurszaken engageert zich om gedurende de looptijd van deze beheersovereenkomst:

(1) het management- en prestatiemeetsysteem ‘Modo’ te hanteren voor de rapportering over de beleids- en beheersdoelstellingen aan de functioneel bevoegde ministers;

(2) de samenwerking tussen het agentschap en departement verder te versterken via duidelijke afspraken rond de processen van beleidsvoorbereiding en rapportering die jaarlijks door het MC worden (her)bekrachtigd;

(3) aan de hand van gemeenschappelijke indicatoren en/of kengetallen een gecoördineerde monitoring op het niveau van het beleidsdomein op te zetten rond een aantal thema’s, waarmee het management van het agentschap rekening houdt bij het nastreven van de gewenste output en de te leveren prestaties. De thema’s, die onder de rubriek ‘Engagementen van het agentschap’ van deze beheersovereenkomst een entiteitspecifieke invulling kunnen hebben, zijn:

- personeelstevredenheid;

- aanwezigheidsbeleid;

- diversiteit;

- personeelsomvang;

- duurzaamheid

- vorming, training en opleiding;

- werkplekken.

III Engagementen van de Vlaamse regering

12 Financiële bepalingen:

De beheersovereenkomst 2011-2015 wordt geënt op de meerjarenraming. In het kader van de begrotingscyclus (begrotingsopmaak en begrotingscontrole) worden jaarlijks door het Vlaams Parlement de financiële engagementen gestemd die moeten worden doorvertaald in het jaarlijks ondernemingsplan.

De Vlaamse Regering verleent aan het Agentschap voor Binnenlands Bestuur jaarlijks de nodige begrotingskredieten voor de uitvoering van haar beleidsprogramma's of

projecten zoals geconcretiseerd in de jaarlijkse ondernemingsplannen, en voor de interne werking van het agentschap.

De financiële engagementen van de Vlaamse Regering dienen te passen binnen de contraintes van de meerjarenbegroting en de jaarlijks door het Vlaams Parlement gestemde begroting.

Indien bij de jaarlijkse goedkeuring van de begroting van de Vlaamse Gemeenschap door het Vlaams Parlement, de Vlaamse Regering dit engagement niet kan waarmaken, of indien in het geval van budgettaire noodwendigheid de Vlaamse Regering genoodzaakt wordt tot dringende en onvoorziene maatregelen, geeft dit aanleiding tot het verminderd en gewijzigd uitvoeren van taken en opdrachten die in de beheersovereenkomsten en/of het ondernemingsplan als minder prioritair worden beschouwd. Het ondernemingsplan wordt in voorkomend geval opgemaakt conform de gewijzigde budgettaire omstandigheden.

Een aanpassing van de budgetten kan eveneens aanleiding geven tot heronderhandeling en/of aanpassing van de aangegane engagementen in deze beheersovereenkomst. Indien genoodzaakt kan de beheersovereenkomst worden aangepast volgens de voorwaarden, bepaald in de rubriek 'Aanpassing van de beheersovereenkomst - opschortende voorwaarden'.

13 Andere engagementen

De Vlaamse Regering verbindt er zich toe om steeds een sluitend juridisch kader aan te reiken waarbinnen het agentschap zijn activiteiten kan ontplooien en zijn engagementen kan realiseren.

IV Financiële betrekkingen tussen de ondertekenende partijen

14 Herkomst van de financiële middelen van het agentschap

De financiële middelen van het agentschap zijn opgenomen in 4 programma’s van de algemene uitgavenbegroting van de Vlaamse overheid:

- A Apparaatskredieten

- H Lokale en regionale besturen

- I Stedenbeleid

- J Inburgering

De ontvangsten van het agentschap op de programma’s H Lokale en Regionale Besturen van de algemene middelenbegroting zijn ontvangsten bestemd voor de gezamenlijke uitgaven.

15 Financiële betrekkingen tussen de ondertekenende partijen

Niet van toepassing

16 Algemene bepalingen inzake het beheer van de financiële middelen

Inzake het financieel beleid is het agentschap onderworpen aan de wetgeving op de Rijkscomptabiliteit.

Het agentschap rapporteert op semesteriële basis over de benutting van de toegewezen kredieten. Zij maakt voorafgaandelijk aan elke begrotingscontrole een raming van de benutting op jaarbasis.

Jaarlijks dienst het agentschap bij de Vlaamse Regering een begrotingsontwerp in, conform de begrotingsrichtlijnen en binnen de gestelde termijnen.

Het agentschap engageert zich, bij het nastreven van de organisatiedoelstellingen, tot het realiseren van de in de begroting voorziene ESR-saldo.

V Opvolging, rapportering en evaluatie

De onderlinge afstemming tussen de verschillende partijen over de uitvoering van deze beheersovereenkomst gebeurt via het periodiek overleg kabinet – agentschap (OKA), via de beleidsraad en waar nodig op adhoc basis.

17 Opvolging

De uitvoering van de beheersovereenkomst zal halfjaarlijks opgevolgd worden in het directiecomité in de eerstvolgende vergadering na 30 juni en na 31 december.

18 Rapportering

Het agentschap rapporteert jaarlijks voor 31 maart over de uitvoering van de beheersovereenkomst aan de ministers via het jaarrapport, met een historisch luik en een toekomstig luik (het ondernemingsplan).

Dit rapport zal duidelijk verwijzen naar de strategische organisatiedoelstellingen, normen en indicatoren die zijn bepaald in de beheersovereenkomst.

De rapportering wordt maximaal gebaseerd op informatie die afkomstig is uit het interne management- en prestatiemeetsysteem (MODO) dat op het niveau van het beleidsdomein wordt uitgebouwd.

Het eindrapport zal uiterlijk zes maanden voor het einde van de duurtijd van de beheersovereenkomst aan de ministers en het departement worden voorgelegd.

De Vlaamse Regering kan op elk moment bijkomende informatie of stukken die betrekking hebben op de uitvoering van de beheersovereenkomst, opvragen.

19 Evaluatie

De uitvoering van de beheersovereenkomst wordt jaarlijks geëvalueerd door de ondertekenende partijen op basis van het jaarrapport.

Deze evaluatie vindt plaats tijdens een jaarlijks overlegmoment ten laatste in de maand mei van het jaar n+1. Zowel de resultaten als de externe omstandigheden in positieve en negatieve zin worden geëvalueerd.

Als een partij verbintenissen van de beheersovereenkomst niet naleeft, plegen de partijen overleg over de te nemen bijsturingsmaatregelen.

Bij de jaarlijkse evaluatie van de uitvoering van de beheersovereenkomst gaan de partijen na of er al dan niet aanpassingen aan de beheersovereenkomst moeten worden aangebracht.

VI Geschillenregeling

20 Geschillenregeling

Voor alle eventuele geschillen met betrekking tot deze beheersovereenkomst wordt steeds, in onderling overleg tussen de ondertekenende partijen, gestreefd naar een wederzijds aanvaardbare oplossing.

Enkel in de hoogst uitzonderlijke gevallen waarin na herhaaldelijk overleg geen wederzijds aanvaardbare oplossing kan worden bereikt, wordt het geschil, voorgelegd aan de voltallige Vlaamse Regering die de finale beslissing neemt.

Er zijn geen formele sanctioneringsmiddelen voorzien in het geval de partijen hun verbintenissen niet nakomen bij de uitvoering van de beheersovereenkomst. De resultaten van de evaluatie zullen wel als input gebruikt worden voor de persoonlijke evaluatie van de administrateur-generaal.

VII Aanpassingen beheersovereenkomst – opschortende voorwaarden

21 Aanpassing van de beheersovereenkomst – opschortende voorwaarden

Indien zich tijdens de duur van de overeenkomst ingrijpende wijzigingen voordoen, hetzij in de maatschappelijke omgeving waarin het agentschap actief is, hetzij in de beleidsopties, hetzij door een interventie door de Vlaamse minister bevoegd voor financiën en begroting in overleg met de Vlaamse Regering t.g.v. een belangrijke wijziging van het financiële engagement van de Vlaamse Regering tijdens de duur van de beheersovereenkomst, en deze wijzigingen de opdrachten van het agentschap dermate veranderen dat deze veranderingen niet kunnen ingepast worden in de vigerende afspraken tussen de partijen, dan kan de beheersovereenkomst op vraag van één van de ondertekenende partijen (of van de minister bevoegd voor financiën en begroting) opnieuw onderhandeld en aangepast worden.

VIII Aanvullende bepalingen en overgangsbepalingen

22 Bijzondere regelingen in verband met de pensioenlasten

Niet van toepassing

23 Aanvullende bepalingen

Niet van toepassing

24 Overgangsbepalingen

Niet van toepassing

B. SPECIFIEK DEEL

25 Verplichtingen van het agentschap inzake tarieven

Niet van toepassing

26 Samenwerkingsovereenkomsten

Het agentschap kan voor de goede uitvoering van zijn doelstellingen samenwerkingsovereenkomsten sluiten met andere overheden of met privé-organisaties.

27 Bijzondere bepalingen ten gevolge van specifieke situaties, eigen aan het agentschap

Niet van toepassing.

IX BIJLAGEN

Bijlage 1

Koppeling van alle beleidsdoelstellingen uit de beleidsnota’s aan één of meerdere organisatie doelstellingen in de beheersovereenkomst.

Beleidsnota Binnenlands Bestuur 2009 - 2014

Beleidsdoelstelling uit beleidsnota	OOD uit beheers- overeenkomst
1. “Een interne staatshervorming”
1.1. Meer bevoegdheden voor de gemeenten, een sluitende lijst van provinciale bevoegdheden met een grondgebonden karakter	2 + strategisch project
1.2. Mogelijkheden creëren voor sterke gemeenten en democratisch gelegitimeerde lokale samenwerkingsverbanden	2
2. “Een volwaardig partnerschap over de grenzen van de beleidsdomeinen en bestuursniveaus heen”
2.1. De beleids- en controleprocessen van de verschillende overheidsniveaus meer op elkaar afstemmen	2
2.2 Betere planning, minder planlasten	2
2.3 Afschaffen van koppelsubsidies en verminderen van het specifiek toezicht	2
2.4 Het Belfortprincipe bevestigen	2
2.5 Een decretaal kader voor interbestuurlijke samenwerking	2
3. “Verhogen van de bestuursefficiëntie door gebruik van ICT, gegevensdeling en procesbeheer tussen Vlaanderen, de lokale besturen en de provincies”
3.1 De afstemming van de beleidsprocessen op andere bestuursniveaus ondersteunen	2
3.2 Elektronisch informatie uitwisselen en de beschikbare gegevens maximaal delen tussen overheden	2, 10
3.3 Elektronisch ontsluiten van lokale en provinciale informatie voor burger en mandataris	2, 4
4. “Sterke en verantwoordelijke lokale besturen
4.1 Het gemeente-, OCMW- en provinciedecreet verder uitvoeren	10
4.2 De samenwerking tussen gemeenten en OCMW’s stimuleren	2
4.3 Het financiële luik van de organieke decreten implementeren	10 2
4.4 Een externe audit voor de lokale besturen	2
4.5 Het uitvoeringsbesluit opmaken over de rechtspositieregeling voor het personeel van de OCMW’s	10
4.6 Mogelijkheden creëren voor personeelsmobiliteit tussen de Vlaamse overheidsbesturen	2
4.7 Het decreet op de intergemeentelijke samenwerking bijsturen	2
4.8 Het decreet op de erediensten verder uitvoeren	11 2
4.9. Verantwoordelijke en efficiënte lokale en provinciale besturen	2
4.10 De groei van het Gemeentefonds en het Provinciefonds bestendigen	11
4.11 Een hervorming van het Gemeentefonds en het Provinciefonds voorbereiden	2

4.12 De Elia-compensatie behouden en de lokale financiën ondersteunen	11
4.13 Overleggen met de federale overheid	2
4.14 Een versoepelde procedure bij investeringssubsidies	11 2
4.15 De uitvoering van de rechtspositieregeling ondersteunen	10 2
4.16 De vertegenwoordigers van werkgevers en werknemers evenwaardig bij het sectoraal overleg betrekken	2
4.17 De opbouw van een tweede pensioenpijler ondersteunen	2
5. “Een efficiënte organisatie van de lokale en provinciale verkiezingen van 2012”
5.1 Een Vlaams kiesdecreet voor de lokale verkiezingen tot stand brengen	2 + strategisch project
5.2 De lokale verkiezingen van 14 oktober 2012 efficiënt organiseren	2 + strategisch project
5.3 De start van de nieuwe lokale bestuursperiode ondersteunen	10
6. “Correct taalgebruik en versterking van het Nederlandstalig karakter van de Vlaamse rand rond Brussel”
6.1. Het bestuurlijk toezicht in de randgemeenten strikt en consequent uitoefenen	7
7 “Binnenlands Bestuur in Europees en internationaal perspectief”
7.1 Het Belgische EU-voorzitterschap in 2010 aangrijpen voor actieve ervaringsuitwisseling	6
7.2 pro-actief deelnemen aan op internationale fora	6
7.3 Betere informatieverstrekking aan de lokale besturen	10
7.4 De werking van de EGTS-structuur verbeteren	2
8 “Een ondersteunende administratie voor de lokale en provinciale besturen”
8.1 De werking van het agentschap voortdurend verbeteren	10, 18 t/m 22
8.2 Maximaal inzetten op informatie, communicatie en ondersteuning	10
8.3 Het bestuurlijk toezicht correct uitoefenen	7

Beleidsnota Inburgering & Integratie 2009 - 2014

Beleidsdoelstelling uit beleidsnota	OOD uit beheers- overeenkomst
0. Langetermijn visie en -strategie voor het integratie- en inburgeringsbeleid in Vlaanderen
0. 1 Staten-Generaal van Inburgering en Integratie	4
1. Meer nieuwe Vlamingen vinden hun plaats in onze samenleving
1.1 Meer mensen leren en spreken Nederlands	12
1.2 Ouders van schoolgaande kinderen vinden hun weg naar het onthaalbureau	2, 12
1.3 Meer oudkomers volgen een IB-traject	2
1.4 Meer inburgeringscontracten via meer gerichte communicatie	2, 14
1.5 Kandidaat-inwijkelingen volgen in het land van herkomst al een basiscursus inburgering	2, 12, 15
1.6 Het civiele effect van inburgering is verhoogd	2
1.7 Inburgering is ingeburgerd	14
1.8 Het integratiedecreet is uitgevoerd	2
1.9 De stem van de doelgroepen wordt gehoord.	2

1.10 Erfgoedbeleid is een hefboom voor integratie	2
1.11 Het Debat over rol van de Islam in sl wordt niet uit de weg gegaan	2
2. De doelmatigheid van het aanbod is verder verbeterd.
2.1 De Huizen van het Nederlands zijn een spil in het realiseren van een kwaliteitsvol en behoeftedekkend aanbod Nederlands als tweede taal.	n.v.t.
2.2 Een actief taalpromotiebeleid ondersteunt het integratieproces	n.v.t.
2.3 Taalbeleid als impuls	n.v.t.
2.4 Het inburgeringsaanbod is een aanbod op maat	2
2.5 Stimuleren van maatschappelijke participatie krijgt voldoende aandacht	2
2.6 Er is een volwaardig inburgeringsbeleid voor -18	2
2.7 Er is een vlotte overgang van het primaire naar secundaire IB-traject	2, 15, 12
2.8 De integratiecentra stimuleren voorzieningen en overheden om te interculturaliseren	2
2.9 De sector van het sociaal tolken en vertalen is verder uitgebouwd	2
2.10 Naar een behoeftedekkend aanbod van kwaliteitsvolle woonwagenterreinen	2, 15
2.11 Mzp worden georiënteerd naar een zinvol toekomstperspectief	15
3. De efficiëntie en effectiviteit van het Vlaamse inburgerings- en integratiebeleid is verhoogd.
3.1 Middelen en doelen zijn beter op elkaar afgestemd.	2
3.2 Doelmatige projectsubsidies	11
3.3 De planlast is verminderd	2
3.4 Het VLEMI versterkt integratie- en inburgeringssector	2
3.5 Handhavingsbeleid verhoogt de efficiëntie vh inburgeringsbeleid	8, 2
3.6 Lokale besturen voeren een integratiebeleid	11, 10
4. Coördinatie en systematische opvolging zijn een feit.
4.1 Er is een gecoördineerd Vlaams beleid	15
4.2 Er is een gecoördineerd Vlaams inburgeringsbeleid in onze hoofdstad	15
4.3 Er is oog voor de nationale, Europese en internationale context	6
4.4 De kruispuntbank Inburgering is de centrale databank voor de opvolging van inburgeraars en cursisten NT2	2
4.5 Er is een permanente onderzoekslijn inburgering en integratie	4
4.6 Er wordt een eenduidige definitie van de doelgroep gehanteerd	2

Beleidsnota Steden 2009 - 2014

Strategische beleidsdoelstelling uit beleidsnota	Gerelateerde operationele doelstelling uit beleidsnota
SD 1: “Wonen in de stad wordt aantrekkelijker”	XX0, XX0,
SD 2. "Een ruimtelijk stedelijk gebiedsgericht ontwikkelen"	XX0, XX0
SD 3. "De steden zetten in op een warme samenleving"	XX0, XX0, XX0
SD 4. "De steden groeien uit tot belangrijke centra van creativiteit en ondernemerschap"	XX0, XX0, XX0
SD 5. "De steden vergroenen"	XX0, XX0
SD 6. " Een slimme mobiliteit voor de steden"	XX0, XX0, XX0
SD 7. "De steden bieden meer ruimte voor inspraak en	XX0, XX0, XX0

betrokkenheid van bewoners”
SD 8. "Een versterkt en doeltreffend Vlaams stedenbeleid in partnerschap met steden die goed bestuurd worden"	XX0, XX0, XX0, XX0, XX0
SD 9. "Alle beleidsdomeinen van de Vlaamse overheid ondersteunen de steden"	XX0, XX0, XX0, XX0, XX0, XX0
Operationele doelstelling uit beleidsnota	OOD uit beheersovereenkomst
OD 1. Tegen eind 2013 is het Vlaams Stedenfonds na evaluatie en in samenspraak met de steden geactualiseerd en klaar voor implementatie door de nieuwe stadsbesturen en de VGC in de periode 2014 - 2019.	11, 13, 2
OD 2. Het stadsvernieuwingsfonds wordt verder gezet en geoptimaliseerd	2, 4, 11, 15, 13, 10
OD 3. De stadsregionale samenwerking faciliteren	2
OD 4. Het Vlaamse Stedenbeleid zet de steden positief in de kijker	14, 6
OD 5. De steden maken gebruik van de stadsmonitor voor hun strategische jaarplanning	4, 2
OD 6. De methodiek van de stadscontracten wordt in samenspraak met de steden uitgebreid met nieuwe sectoroverschrijdende thema's en de methodiek krijgt een structurele verankering in de reguliere werking van de Vlaamse overheid	2, 15
OD 7. Wisselwerkingen met andere beleidsvelden binnen de Vlaamse Overheid opstarten en bestaande verstevigen	15, 4, 5
OD 8. Het Vlaamse Stedenbeleid beter wetenschappelijk ondersteunen	4
OD 9. De samenwerking en het overleg met andere overheden en stakeholders intensifiëren en intern afstemmen in functie van een beter geïntegreerd en onderbouwd stedenbeleid	2, 6, 10, 5

BIJLAGE 2

Alle zaken uit de drie beleidsnota’s die via OOD 2 worden uitgevoerd. In de laatste kolom is ‘DBZ’ ingevuld wanneer de betreffende actie wordt uitgevoerd door middel van een gezamenlijk project met het Departement Bestuurszaken.

Strategische Beleidsdoelstelling uit beleidsnota	Operationele Beleidsdoelstelling uit beleidsnota	Acties uit beleidsnota	Samen met DBZ?
Beleidsnota Binnenlands Bestuur
1. “Een interne staatshervorming”	1.1. . Meer bevoegdheden voor de gemeenten, een sluitende lijst van provinciale bevoegdheden met een grondgebonden karakter	-interne staatshervorming met herbekijken taakinhoud, overdracht bevoegdheden en financiële middelen, beperken van aantal interveniërende bestuurslagen tot max 2.
		-organiseren overleg tussen Vlaamse Regering en lokale en provinciale besturen
		-specifiek overleg bij totstandkoming nieuwe regelgeving
		-aanpassing provinciedecreet met betrekking tot sluitende lijst van provinciale bevoegdheden met grondgebonden karakter
	1.2. Mogelijkheden creëren voor sterke gemeenten en democratisch gelegitimeerde lokale samenwerkingsverbanden	-gemeenten aanmoedigen over te gaan tot vrijwillige fusie en onderzoeken hoe financiële stimuli gegeven kunnen worden
		-onderzoek naar juridische mogelijkheden tot vorming van nieuwe samenwerkingsverbanden van gemeenten, onder andere de toepasbaarheid van de regelgeving inzake agglomeraties en federaties van gemeenten
2. “Een volwaardig partnerschap over de grenzen van de beleidsdomeinen en bestuursniveaus heen”.	2.1. De beleids- en controleprocessen van de verschillende overheidsniveaus meer op elkaar afstemmen	-inventarisatie en analyse van de processen en procedures waarin verschillende lagen optreden	DBZ
		-uittekenen plan van aanpak voor coördinerende opdracht van gouverneurs om werking gedeconcentreerde diensten van Vlaamse overheid af te stemmen op andere bestuursniveaus	DBZ
	2.2 Betere planning, minder planlasten	-decreet planlastvermindering uitwerken	DBZ
		-effectieve reductie van planlasten door aanpassing diverse sectorale regelgevingen	DBZ
	2.3 Afschaffen van koppelsubsidies en verminderen van het specifiek toezicht	-inventaris opmaken van bestaande koppelsubsidies	DBZ
		-nodige wetgevende initiatieven nemen om koppelsubsidies af te schaffen	DBZ
		-inventaris opmaken van bestaande vormen van specifiek toezicht	DBZ

		-nodige wetgevende initiatieven nemen om die vormen van specifiek toezicht die kunnen vervangen worden door algemeen toezicht, af te schaffen	DBZ
	2.4 Het Belfortprincipe bevestigen	-Voorstel tot hervorming reguleringsimpactanalyse, met verbeterde toepassing van het Belfortprincipe voorleggen	DBZ
	2.5 Een decretaal kader voor interbestuurlijke samenwerking	-aan de Vlaamse Regering een ontwerpdecreet voorleggen dat een juridisch kader bevat om vormen van samenwerking tussen de Vlaamse overheid, de lokale besturen en de provincie mogelijk te maken	DBZ
3 “Verhogen van de bestuursefficiëntie door gebruik van ICT, gegevensdeling en procesbeheer tussen Vlaanderen, de lokale besturen en de provincies”	3.1 De afstemming van de beleidsprocessen op andere bestuursniveaus ondersteunen	geen acties in beleidsnota
	3.2 Elektronisch informatie uitwisselen en de beschikbare gegevens maximaal delen tussen overheden	-lokale belastingsverordeningen op gebruiksvriendelijke wijze ontsluiten
		-onderzoek naar verbetering van elektronische informatiedoorstroming tussen de lokale besturen, de provincies en de Vlaamse overheid	DBZ
	3.3 Elektronisch ontsluiten van lokale en provinciale informatie voor burger en mandataris	-onderzoek naar hoe de informaticatechnologie kan ingezet worden voor het versturen van de notulen en om raadsleden inzage te geven in dossiers
4. Xxxxxx en verantwoordelijke lokale besturen	4.2 De samenwerking tussen gemeenten en OCMW’s stimuleren	-onderzoek of er nog aanpassingen nodig zijn aan de organieke regelgeving om de integratie en samenwerking tussen gemeente en OCMW nog verder te faciliteren en eventueel toekennen van bijkomende stimuli
	4.3 Het financiële luik van de organieke decreten implementeren	-uitvoeringsbesluiten financiële luik gemeente, OCMW en provincie zo spoedig mogelijk aan de Vlaamse Regering voorleggen
		-werkgroep met vertegenwoordigers van de Vlaamse overheid, de lokale besturen en de provincies formuleert voorstellen voor bijsturing en vereenvoudiging i.v.m. financiële bepalingen in de organieke decreten
		-uitbouw implementatietraject voor invoering nieuw financieel instrumentarium
	4.4 Een externe audit voor de lokale besturen	-op korte termijn zowel in de schoot van de Vlaamse Regering als met de lokale en de provinciale besturen overleggen over de beleidsbeslissingen die op het vlak van de externe audit best genomen worden

		-overleg met de minister-president van de Vlaamse Regering en de betrokken leidend ambtenaren over de wijze waarop de Interne Audit van de Vlaamse Overheid (IAVA) mee kan werken aan dit project
		-stapsgewijze implementatie van de audit voor lokale besturen
	4.6 Mogelijkheden creëren voor personeelsmobiliteit tussen de Vlaamse overheidsbesturen	-creëren van een juridische grondslag voor de organisatie van externe mobiliteit tussen lokale overheden	DBZ
		-creëren van een juridische basis voor interbestuurlijke mobiliteit tussen overheidsbesturen	DBZ
	4.7 Het decreet op de intergemeentelijke samenwerking bijsturen	-bijsturing decreet intergemeentelijke samenwerking, in overleg met de lokale besturen
		-hervorming organisatie van het toezicht op de intergemeentelijke samenwerkingsverbanden met oa herdenken figuur van regeringscommissaris
		-overleggen over de digitalisering van de papierstroom en het elektronisch organiseren van de informatiestroom naar de raadsleden toe en dit in overleg met de raadsleden
	4.8 Het decreet op de erediensten verder uitvoeren	-evaluatie decreet erediensten en nieuwe financiële regels met eventuele bijsturing tegen aantreden van de nieuwe gemeente- en provinciebesturen na de verkiezingen van 2012
		-in overleg met de vertegenwoordigers van de eredienstbesturen en de lokale besturen zoeken naar oplossingen om aan ongebruikte kerkgebouwen een nieuwe bestemming te geven
	4.9. Verantwoordelijke en efficiënte lokale en provinciale besturen	-onderzoeken welke kencijfers relevant zijn als indicator voor een kwaliteitsvol bestuur met het oog op onderlinge benchmarking
	4.11 Een hervorming van het Gemeentefonds en het Provinciefonds voorbereiden	'-samen met de vertegenwoordigers van de lokale besturen de wijze van financiering en herfinanciering van de lokale besturen via het Gemeentefonds heroverwegen
		-een aantal ongewenste neveneffecten van de huidige verdelingsregeling van het Gemeentefonds wegwerken
		-onderzoek naar mogelijkheid om kwaliteitsparameters in te bouwen in de criteria voor de verdeling van de middelen uit het Gemeentefonds
	4.13 Overleggen met de federale overheid	overleggen met federale overheid over een aantal financiële dossiers die de lokale besturen aanbelangen

	4.14 Een versoepelde procedure bij investeringssubsidies	-versoepelen van de subsidieregeling op basis van het regeerakkoord
	4.15 De uitvoering van de rechtspositieregeling ondersteunen	-knelpunten die bij de implementatie naar voren komen nauwgezet opvolgen en inventariseren, zodat het mogelijk is om waar nodig de regelgeving nog aan te vullen, te verbeteren en te vereenvoudigen
	4.16 De vertegenwoordigers van werkgevers en werknemers evenwaardig bij het sectoraal overleg betrekken	-juridische regeling uitwerken zodat werkgevers van de lokale sector betrokken worden bij het syndicaal overleg over personeelsaangelegenheden
	4.17 De opbouw van een tweede pensioenpijler ondersteunen	-overleggen met de verschillende besturen over de rol de Vlaamse overheid in de pensioenproblematiek	DBZ
		-onderzoeken hoe Vlaanderen de lokale besturen kan helpen bij de uitbouw van een tweede pensioenpijler	DBZ
5. “Een efficiënte organisatie van de lokale en provinciale verkiezingen van 2012”	5.1 Een Vlaams kiesdecreet voor de lokale verkiezingen	- opmaak kiesdecreet - wijziging wetgeving organisatie provincieraadverkiezingen mbt indeling districten -aantal te verkiezen provincieraadsleden aanpassen - overleggen met federale overheid over anomalieën kieswetgeving
	5.2 De lokale verkiezingen van 14 oktober 2012 efficiënt organiseren	- beslissing geautomatiseerd stemmen -praktische ondersteuning, met max ondersteuning van moderne informaticatechnologie - op xxxxxxxxxxxxxxx.xx alle relevante info ter beschikking stellen en uitslag publiceren
7 “Binnenlands Bestuur in Europees en internationaal perspectief”	7.4 De EGTS-structuur optimaliseren	-evalueren van EGTS Kortrijk- Lille-Doornik met oog op formuleren verbetervoorstellen voor de EGTS-structuur
Beleidsnota Inburgering & Integratie
1. Meer nieuwe Vlamingen vinden hun plaats in onze samenleving	1.2 Ouders van schoolgaande kinderen vinden hun weg naar het onthaalbureau	- inburgeringsaanbod op maat doelgroep 'ouders van schoolgaande kinderen
		- stimuleren participatie nieuwe Vlamingen aan schoolgebeuren van hun kinderen
		- ouders van schoolgaande kinderen beter naar het OB toeleiden.
	1.3 Meer oudkomers volgen een IB-traject	- optimalisatie samenwerking tussen OB en VDAB zodat inwerkingsklanten maximaal bereikt worden
		- voor Brussel nagaan waar en met wie het gesprek hierover moet worden gevoerd.

		- Opvolgen samenwerking tussen onthaalbureau en VDAB inzake oudkomers met een OCMW- inkomen
		- Voor Brussel nagaan hoe samenwerking tussen Brusselse OCMW's en Brussels onthaalbureau gerealiseerd kan worden
	1.4 Meer inburgeringscontracten via meer gerichte communicatie	Evalueren wervingsmateriaal en aanpassen waar nodig.
		- Initiatieven om buitenlandse diplomatieke posten in België te informeren over inburgering
		- Op basis van onderzoek naar randvoorwaarden die drempels creëren samen met OB's initiatieven nemen om moeilijk bereikbaren beter te bereiken.
	1.5 Kandidaat-inwijkelingen volgen in het land van herkomst al een basiscursus inburgering	- onderzoek naar omvang fenomeen en sociale kenmerken van en welbevinden in deze gezinnen
		- uitwerken basispakket inburgering waardoor kandidaat- inwijkelingen de mogelijkheid hebben om zich in het land van herkomst voor te bereiden op komst naar Vlaanderen of Brussel.
	1.6 Civiele effect van inburgering is verhoogd	- inburgeringscentificaat voor wie slaagt voor alle evaluatietests en minstens NT2 A2 behaald heeft.
		- samen met sociale partners en middenveld nagaan welke beleidsinitiatieven nodig zijn om civiel effect te verhogen
		- onderzoeken hoe civiele effect van inburgering kan verhoogd via personeelsstatuut voor Vlaamse ambtenaren en rechtspositieregeling voor lokale besturen	DBZ
		- evaluatietest MO en deelcertificaat MO voorzien
	1.8 Het integratiedecreet is uitgevoerd	uitvoeren integratiedecreet, uitvoeringsbesluit
	1.9 De stem van de doelgroepen wordt gehoord.	- versterken van de werking van het Minderhedenforum
		'- verder verfijnen rol integratiecentra, integratiediensten en Minderhedenforum, federaties en zelforganisaties via UVB
		'- nauw betrekken Minderhedenforum bij participatiecommissie
	1.10 Erfgoedbeleid is een hefboom voor integratie	nieuwe initiatieven om nieuwe Vlamingen op actieve manier bij erfgoedbeleid te betrekken
	1.11 Debat over rol van de Islam in sl wordt niet uit de weg gegaan	vertegenw. erkende moskeeën en Moslimexecutieve actief betrekken

2. De doelmatigheid van het aanbod is verder verbeterd.	2.4 Het inburgeringsaanbod is een aanbod op maat	- meer maatwerk zodat inburgering instroom in onderwijs/werk ondersteunt en stimuleert
	2.5 Stimuleren van maatschappelijke participatie krijgt voldoende aandacht	- uitbreiden primaire inburgeringstraject met een luik mp
		- vertalen van goede praktijkvoorbeelden zoals Nl systeem van inburgeringscoaches naar de Vlaamse context
	2.6 Er is een volwaardig inburgeringsbeleid voor -18	- Goed uitgebouwd aanbod maatschappelijke participatie voor -18
	2.7 Er is een vlotte overgang van het primaire naar secundaire IB-traject	- stevig uitbouwen onderdeel maatschappelijke participatie in primaire traject
		- verhogen civiel effect inburgeringsattest en inburgeringscertificaat
	2.8 De integratiecentra stimuleren voorzieningen en overheden om te interculturaliseren	- In overleg met alle beleidsdomeinen en sector concrete taken centra duidelijker afbakenen, op elkaar afstemmen en hiervoor richtlijnen opnemen in UVB - VLEMI ontwikkelt strategisch planningskader waarin de taken van integratiecentra duidelijk omschreven en op elkaar afgestemd zijn - optimaliseren werken met convenanten en de samenwerking met andere instrumenten van het inburgerings- en integratiebeleid - duur convenanten afstemmen om planningscycli lokale besturen - mogelijkheden om lokale integratiebeleid in te passen in breder beleidsveld worden uitgebreid
	2.9 De sector van het sociaal tolken en vertalen is verder uitgebouwd	- in overleg met de sector, de overheden en betrokken maatschappelijke voorzieningen nagaan wat meest haalbare kaart is om het kader te vertalen in concrete regelgeving
	2.10 Naar een behoeftedekkend aanbod van kwaliteitsvolle woonwagenterreinen
3. De efficiëntie en effectiviteit van het Vlaamse inburgerings- en integratiebeleid is verhoogd	3.1 Middelen en doelen zijn beter op elkaar afgestemd	- efficiënt en transparant financieringssysteem de onthaalbureaus.
		- Rol van schipperswerking binnen integratiedecreet onderzoeken of ze in overleg met collega-ministers onderbrengen bij ander beleidsdomein

	3.3 De planlast is verminderd	- Nagaan hoe de administratieve (plan)lasten voor inburgeraars, onthaalbureaus en andere instanties kan ingeperkt - Bij uitwerken uitvoeringsbesluiten integratiedecreet verminderen planlast concretiseren
	3.4 VLEMI versterkt integratie- en inburgeringssector	Zo snel mogelijk nodige UVB voor: '- coördinerende rol VLEMI tav integratiecentra en -diensten - driejaarlijks planningskader als sturend instrument voor de integratiecentra - versterken regierol lokale besturen - Nagaan hoe VLEMI structurele rol kan opnemen als expertisecentrum inburgering
	3.5 Handhavingsbeleid verhoogt de efficiëntie vh inburgeringsbeleid	- Opvolgen uitvoering nieuwe sanctieprocedure -Op basis van evaluatie wordt sanctiesysteem waar nodig bijgestuurd
4. Coördinatie en systematische opvolging zijn een feit	4.4 De kruispuntbank Inburgering is de centrale databank voor de opvolging van inburgeraars en cursisten NT2	Op basis van de aanbevelingen van de doorlichting wordt de KBI verder uitgebouwd tot een centrale databank
	4.6 Er wordt een eenduidige definitie van de doelgroep gehanteerd	De nodige initiatieven nemen in samenspraak met de minister bevoegd voor Gelijke Kansen en voortbouwend op eerdere werkzaamheden hierrond
Beleidsnota Steden
1: “Wonen in de stad wordt aantrekkelijker”	Via: XX0, XX0,
2. "Een ruimtelijk stedelijk gebiedsgericht ontwikkelen"	Via: XX0, XX0
3. "De steden zetten in op een warme samenleving"	Via: XX0, XX0, XX0
4. "De steden groeien uit tot belangrijke centra van creativiteit en ondernemerschap"	Via: XX0, XX0, XX0
5. "De steden vergroenen"	Via: XX0, XX0
6. " Een slimme mobiliteit voor de steden"	Via: XX0, XX0, XX0
7. "De steden bieden meer ruimte voor inspraak en betrokkenheid van bewoners"	Via: XX0, XX0, XX0

8. "Een versterkt en doeltreffend Vlaams stedenbeleid in partnerschap met steden die goed bestuurd worden"	Via: XX0, XX0, XX0, XX0, XX0
9. "Alle beleidsdomeinen van de Vlaamse overheid ondersteunen de steden"	Via: XX0, XX0, XX0, XX0, XX0, XX0
	1. Tegen eind 2013 is het Vlaams Stedenfonds na evaluatie en in samenspraak met de steden geactualiseerd en klaar voor implementatie door de nieuwe stadsbesturen en de VGC in de periode 2014 - 2019	Visitatie in 2011
		Opvolging aanbevelingen Rekenhof (Bijsturen en updaten Stedenfonds, wetenschappelijk onderzoek)
	2. Het stadsvernieuwingsfonds wordt verder gezet en geoptimaliseerd	- Optimaliseren van de ondersteuning van stadsvernieuwingsprojecten
		- duurzaamheid, kindvriendelijkheid, revitalisering van achterstandswijken en toegankelijkheid - ontwikkelen toegankelijksheids- richtlijnen in samenwerking met het Vlaams Expertisecentrum Toegankelijkheid
		- kwaliteit vd uitvoeringsplannen opnemen in de beoordeling - verbeterde vorm van Publiek - Private Samenwerking
		- opvolging Jessica
		- Onteigeningsplannen voor stadsvernieuwingsprojecten adviseren
	3. De stadsregionale samenwerking faciliteren	- stimuleren stadsregionale samenwerking -opvolging van het advies van de Vl. Adviesraad -concrete voorstellen in overleg Vl. Minister BB
	5. De steden maken gebruik van de stadsmonitor voor hun strategische planning	Onderzoek op welke manier en met welke partners de internationale positie van de steden kan gemeten worden
	6. De methodiek van de stadscontracten wordt in samenspraak met de steden uitgebreid met nieuwe sectoroverschrijdende thema's en de methodiek krijgt een structurele verankering in de reguliere werking van de Vlaamse overheid	- Verderzetten stadscontracten 2007 - 2012
		- evalueren SC en het beheer op punt stellen
		- Tijdig voorbereiden modaliteiten en de inhoud van de nieuwe stadscontracten
		- de stadscontracten worden eind 2012 door de VR afgesloten, verderzetten stadscontracten 2007 - 2012

		budgettair engagement in meerjarig investeringsplan op te stellen aan het begin van de legislatuur
		- een politiek-ambtelijke gemengde stuurgroep Stadscontracten, onder voorzitterschap van de minister van Vlaams Stedenbeleid, die gevoed wordt vanuit de verschillende begeleidingsteams SC en het KVS. Deze stuurgroep kan coördinerend optreden en de besluitvorming van de VR voorbereiden
		- projectleider voor coördinatie van de stadscontracten
		- onderzoeken of de projectleiding voor sommige stadscontracten (en andere toekomstige partnerschappen en coproducties) niet kan waargenomen worden onder de vorm van een duo- projectleiderschap, waarbij zowel één vertegenwoordiger op Vlaams als één op stedelijk niveau wordt aangesteld
	9. De samenwerking en het overleg met andere overheden en stakeholders intensifiëren en intern afstemmen in functie van een beter geïntegreerd en onderbouwd stedenbeleid	- mee inschrijven van het Vlaamse stedenbeleid in de visie, de prioriteiten en de acties van het Vlaamse beleid voor het versterken van de band met Brussel en de Vlaamse Rand - de huidige beleidsinstrumenten van het Vlaams stedenbeleid worden verdergezet en toegankelijk voor de VGC en waar mogelijk afgestemd op maat van de VGC
		- verder uitbouwen ondersteuningsprogramma voor de steden