HC 5A, 10-12-2019, Overeenkomsten
HC 5A, 10-12-2019, Overeenkomsten
Er is natuurlijk een verschil tussen de overeenkomst en de verbintenis. Er zijn verschillende soorten overeenkomsten waar verbintenissen uit voort vloeien. Meestal sluiten partijen overeenkomsten om een verbintenis aan te gaan, maar dit is niet altijd het geval. Indien dit wel zo is, is sprake van een obligatoire overeenkomst. Daarnaast bestaan ook de liberatoire overeenkomst (bijvoorbeeld de kwijtschelding) en de neutrale overeenkomst (bijvoorbeeld de dading). Een eenzijdige overeenkomst is een overeenkomst waar slechts één verbintenis uit voortvloeit. Bij een wederkerige overeenkomst zijn dat er minimaal twee of meer. Tussen wederkerige overeenkomsten onderling bestaan ook verschillen. Sommige overeenkomsten worden beslagen door de strenge leer (Contractus stricti iuris) en anderen door de redelijkheid en billijkheid (bonae fidei). Beide manieren betreffen de manier waarop de overeenkomsten moeten worden uitgelegd. De redelijkheid en billijkheid kan een aanvullende werking hebben en een beperkende werking.
Bijzondere overeenkomsten
Elke overeenkomst die partijen aangaan zijn ook bindend. Zij konden echter niet elke overeenkomst zomaar aangaan. Er golden immer alleen bepaalde typen overeenkomsten. Dit kwam door het Romeinse procesrecht. Er kon alleen geprocedeerd worden als in het praetorisch edict een actie daarvoor was opgenomen. Als die er niet was, dan kon ook niet geprocedeerd worden. Er was een type contract dat altijd gebruikt kon worden, de stipulatie. De stipulatie is de plechtige beloften om iets wel of niet te doen. In het algemeen zijn er vier soorten overeenkomsten:
● contractus re;
De contractus re is een reële overeenkomst. Er moet een prestatie zijn verricht, voordat de andere afdwingbaar is.
● contractus verbis;
Dit is de mondelinge overeenkomst.
● contractus litteris;
Dit is de schriftelijke overeenkomst. De Romeinen maakten gebruik van een kasboek. Daarin kon de naam van de schuldenaar worden geschreven en daarmee was de verbintenis afdwingbaar. Dit type is uiteindelijk vervallen.
● contractus consensu.
Dit is de consensuele overeenkomst. Dit werd gebruikt bij koop, huur, maatschap en lastgeving. De wilsovereenstemming stond hierbij centraal.
Buiten deze type contracten is er nog een andere soort, het innominaatcontract. Deze valt buiten het stelsel dat hiervoor besproken werd. Het is een restcategorie van overeenkomsten.
Innominaatcontracten
Belangrijke soorten die onder de innominaatcontracten vielen zijn het bruikleen ter bede (precarium), de ruilovereenkomst (do ut des/permutatio), het trödelvertrag (do ut facias/aestimatum), de facio ut des (ik doe opdat gij voor mij iets terug doet) en de dading (facio ut facias/transactio). Voor alle innominaatcontracten geldt dat eerst door iemand gepresteerd moet worden om de andere prestatie afdwingbaar te maken. Wanneer de eigen prestatie is verricht, maar de tegenprestatie niet (condictio causa data, causa non secuta) dan kon je de actio praescriptis verbis instellen. Bij reguliere contracten had een eiser nooit de keuze om nakoming of schadevergoeding te vorderen, er moest altijd nakoming worden gevorderd. Bij innomiteitscontracten kon wel altijd de eigen prestatie (dat wil zeggen ontbinding) terugvorderen.
Contractus Re – Mutuum
Deze contractsvorm beslaat soortzaken en speelt zich af in de eigendomsoverdracht. Het is een eenzijdige overeenkomst. Het vertaalt naar verbruikleen. In beginsel was mutuum een vriendendienst. Naast het contract van mutuum moest een stipulatie plaatsvinden voor het rentebeding. Dat was geen onderdeel van het mutuum. Mutuum wordt geregeerd door het stricti iuris. Dat levert problemen op met de rente, omdat dan misbruik gemaakt kan worden van de rentevoet. Daardoor zijn er rentebeperkingen ingevoerd onder de Christelijke keizers.
HC 5B, 11-12-2019, Overeenkomsten Contractus Re – Commodatum
Commodatum is de bruikleenovereenkomst. Xxxxxxxxx was een onvolmaakt wederkerig contract. Het werd beheerst door de redelijkheid en de billijkheid (bonae fidei). Vanuit bruikleen zijn twee acties mogelijk. De actio commodati directa en de actio commodati contraria. De eerste actie ziet op een situatie waarin de bruikleennemer de zaak niet terug wil geven aan de gever. De tweede actie ziet op de kosten die de bruikleennemer heeft gemaakt voor het behoud van de zaak. Deze kan hij dan op de bruikleengever verhalen. Naar Romeins recht heeft de bruikleennemer een hele hoge zorgplicht.
Contractus Re – Depositum
Het gaat hier om bewaarneming van een zaak. De bewaarnemer is dan houder voor de bewaargever. Daar werd geen vergoeding voor gevraagd, anders bevond men zich namelijk bij de huur/verhuur. Net als bij de commodatum is het een onvolmaakt wederkerig contract waardoor deze beheerst wordt door de redelijkheid en billijkheid (bonae fidei). De eerste actie ziet op een situatie waarin de bewaarnemer de zaak niet terug wil geven aan de gever. De tweede actie ziet op de kosten die de bewaarnemer heeft gemaakt voor het behoud van de zaak. Deze kan hij dan op de bewaargever verhalen. De zorgplicht van de bewaarnemer staat gelijk aan die van iemand die over zijn eigen zaak beschikt. De aansprakelijkheid is hier het tegenovergestelde van de commodatum. De bewaarnemer is niet snel aansprakelijk omdat hij niet veel baat heeft bij de overeenkomst.
Een nieuwe vorm van bewaargeving is door Xxxxxxxxxxx in het leven geroepen, de depositum irregulare. Deze ziet op soortzaken en stelt de bewaarnemer in staat om de zaak wel te verbruiken tegen een vergoeding van de uitlening inclusief rente. Rente kan daardoor vormloos worden bedongen. Er hoefde dan geen aparte stipulatios te worden gemaakt voor het betalen van rente, zoals bij de mutuum wel het geval is.
Contractus Re – Pignus
De pignus is de pandovereenkomst. Een pandrecht kon worden gevestigd door het afgeven van de zaak. Pas door het afgeven van de zaak ontstaat de overeenkomst. Wat belangrijk is voor het vestigen van de pandovereenkomst (niet het pandrecht) is dat deze ook wordt beheerst door de bonae fidei.
Contractus verbis
De meest centrale mondelinge overeenkomst is de stipulatio. Hij bestaat uit woorden en consensus en komt tot stand door vraag en antwoord. Inhoudelijk is de stipulatio erg breed. Vrijwel alles kon d.m.v. stipulatio worden overeengekomen. Bij de stipulatio komt vaak voor bij de borgtocht, een derdenbeding of nevenbedingen.
Xxxxxxxxxxx overeenkomsten
‘De enkele consensus bindt’ is een centrale bepaling bij consensuele overeenkomsten. Deze vorm komt voornamelijk uit het canonieke recht. Er zijn vier soorten consensuele overeenkomsten: (1) koop en verkoop, (2) huur en verhuur, (3) maatschap en (4) lastgeving. Deze overeenkomsten hebben gemeen dat zij moesten worden afgesloten tussen aanwezige partijen. De consensuele overeenkomst is volmaakt wederkerig en wordt beheerst door de bonae fidei.
Koop en verkoop – Emptio et venditio
Per contract hadden de Romeinen over en weer bepaalde acties die gevorderd konden worden. Bij koop en verkoop zijn dit voor de koper de actio empti en voor de verkoper de actio venditi. Oftewel, de vordering tot de verplichtingen die de koper op zich nam en vordering tot betaling door de koper aan de verkoper. Er gelden verplichtingen voor de koper. Het betalen van de koopprijs, de bepaalbaarheid van de overeenkomst en de waarachtigheid van de prijs. Ook moet de prijs rechtvaardig zijn, iustum. De verkoper had ook enkele te vervullen verplichtingen. De Romeinen vonden dat de verkoper het ongestoorde bezit moest verschaffen (vacua possessio). Wanneer de verkoper een zaak verkoopt waarover hij niet beschikkingsbevoegd is, dan had de koper geen poot om op te staan. De tweede verplichting is dat de verkoper moet vrijwaren tegen uitwinning. In een proces moest de verkoper de koper helpen te bewijzen dat de koper rechtmatig eigenaar was geworden.
Verborgen gebreken
Op de slaven- en dierenmarkt in het oude Rome gold de Aedillis Curulis. Het betreft gebreken die ten tijde van de koop aanwezig waren. Er kon dan een actio quanti minoris (prijsvermindering) of een actio redhibitoria (vernietiging) worden ingesteld door de koper van de zaak met een verborgen gebrek. Let hierbij op het feit dat een koop wel altijd voor het risico van de koper komt: res perit emptoris. De verkoper kan zich op overmacht beroepen, de koper moet zijn verbintenis gewoon voldoen.
Huur en verhuur – locatio conductio
Romeinse regels m.b.t. huur zijn heel hard. Koop breekt in het Romeins recht wel huur, in tegenstelling tot het Nederlands recht. Over en weer zijn er acties uit huur (verschaffen van huurruimte en betalen van huurpenningen)
Lastgeving – mandatum
Lastgeving is ook een consensueel contract. De belangrijkste vorm van lastgeving is het cessiemandaat. Cessie op zichzelf bestond niet. De vordering op zichzelf kon niet verkocht worden vanwege het persoonlijke karakter. Wel kon de inningsbevoegdheid verkocht worden via het cessiemandaat. Het ‘verkopen’ van de inningsbevoegdheid is dan de lastgeving. De lastnemer tot inning krijgt van de Praetor ook een actie. Precies dezelfde actie die de eigenaar van de vordering ook in kan stellen. Dit is de actio utilis. Omdat de eigenaar zelf beschikkingsbevoegd bleef was het zaak voor de lastnemer zaak zo snel mogelijk de vordering te innen. Wanneer de eigenaar alsnog zelf de vordering zou innen dan kon de lastnemer een exceptio doli instellen voor onbehoorlijk gedrag.