PROTOCOL INZAKE DE OVERDRACHT VAN DE LOKALE PROVINCIEWEGEN
PROTOCOL INZAKE DE OVERDRACHT VAN DE LOKALE PROVINCIEWEGEN
Partijen:
- PROVINCIE ……… vertegenwoordigd door …, hierna genoemd de Xxxxxxxxx
- VLAAMSE GEMEENSCHAP en VLAAMSE GEWEST, vertegenwoordigd door hun regering, in de personen van Xxxx Xxxxxxx, minister-president van de Vlaamse Regering en Vlaams minister van Institutionele Hervormingen, Bestuurszaken, Buitenlands Beleid, Media, Toerisme, Havens, Landbouw, Zeevisserij en Plattelandsbeleid, Xxxx Xxx Xxxxxxxx, viceminister-president van de Vlaamse Regering en Vlaams minister van Financiën,, Begroting en Ruimtelijke Ordening, Xxxxxx Xxxxxx, Vlaams minister van Binnenlands Bestuur, Stedenbeleid, Wonen en Inburgering en Xxxxx Xxxxxxx, Vlaams minister van Openbare Werken, Energie, Leefmilieu en Natuur, hierna genoemd de Vlaamse Overheid
Artikel 1. Voorwerp van de overeenkomst
Partijen komen overeen om de lokale provinciewegen, omschreven in bijlage 1, in te delen bij de gemeentewegen, mits de gemeenteraad daarmee instemt.
De eigendomsoverdracht gebeurt op grond van een besluit van de Vlaamse Regering in uitvoering van artikel 192 Gemeentedecreet, waarvan het ontwerp als bijlage 2 bij dit protocol gaat.
Artikel 2. Verbintenissen van de Provincie
Art. 2.1 De Provincie verbindt zich ertoe om de nodige inspanningen te leveren om de instemming van de gemeenteraad met deze overdracht te bekomen, onder meer in functie van de goede staat van onderhoud waarin deze wegen zich in mindere of meerdere mate bevinden.
Art. 2.2 De Provincie zal in elk geval tijdens deze legislatuur ten belope van minimaal 50% van de vrijgekomen werkingsmiddelen afkomstig van de begrotingsposten (in vastleggingen) voor het onderhoud van de wegen zoals opgenomen in de rekeningen van de gewone dienst van het jaar 2007 aanwenden voor investeringen in verkeersveiligheid en mobiliteit. Prioritair is een versnelde realisatie van het Bovenlokaal Functioneel Fietsroutenetwerk, waarin de Provincie een belangrijke ondersteunende taak heeft.
Artikel 3. Verbintenissen van de Vlaamse overheid
Art. 3.1 De Vlaamse overheid zal de Provincie compenseren voor de inspanningen die ze levert om deze wegen in goede staat over te dragen aan de gemeenten via een schuldovername ten belope van de financiële tussenkomst zoals opgenomen als bijlage 3. Deze bijlage omvat een overzicht van de over te nemen weggedeelten en de corresponderende bedragen per weggedeelte.
Bovenop dit bedrag, neemt de Vlaamse overheid tevens een gedeelte van de rente als van de eventueel verschuldigde wederbeleggingsvergoeding voor haar rekening volgens de modaliteiten bepaald in artikel 6.
Art. 3.2 Indien een gemeente, ondanks de duidelijke en ernstige inspanningen vanwege de provincie, niet instemt met de overdracht van een lokale weg, zal deze weg uiterlijk op 1 januari 2012 ingedeeld worden bij de gewestwegen, mits terugstorting door de Provincie van het in uitvoering van artikel 3.1 door de Vlaamse overheid betaalde bedrag met betrekking tot dit weggedeelte. De bedragen van de gedane verbeteringswerken aan deze wegen na de datum van de ondertekening van dit protocol worden op deze terugstorting in mindering gebracht.
Artikel 4. Algemene principes inzake de schuldovername
Art. 4.1 Deze schuldovername zal zoveel mogelijk verlopen volgens de modaliteiten toegepast bij de overname van de leningen van gemeenten in het kader van het Lokaal Pact. Deze uitvoeringsbepalingen zijn opgenomen in het rondschrijven van 21 maart 2008 van de xxxx Xxxxxx Xxxxxx, minister van Binnenlands Bestuur en verfijnd via een brief van de administratie Financiën en Begroting.
Art. 4.2 De Vlaamse overheid neemt als nieuwe debiteur (een deel van) de uitstaande schulden van de vroegere debiteur, zijnde de Provincie, over en is als nieuwe debiteur verplicht de schuld terug te betalen tegenover de crediteurs (de banken).
Art. 4.3 De volgende schulden komen in aanmerking voor overname:
• Schulden op lange termijn die contractueel werden aangegaan vóór 1/01/2008.
• Kredietopeningen of andere vormen van prefinanciering ten bedrage van hun debetpositie op 31/12/2007 die geconsolideerd zijn ten laatste op het moment van hun overname door de Vlaamse overheid.
Art. 4.4 Enkel door financiële instellingen verstrekte leningen, waarvan de last finaal gedragen wordt door een entiteit die binnen de definitie van het ESR-handboek wordt aanzien als overheid, kunnen worden overgenomen, m.a.w.:
• leningen die door provincies aangegaan werden en verstrekt aan een autonoom provinciebedrijf, komen slechts in aanmerking voor zover dit autonoom provinciebedrijf éénduidig als overheid werd erkend binnen de definitie van het ESR- handboek;
• leningen verstrekt door instellingen die niet beschouwd worden als financiële instellingen conform de definitie van het ESR-handboek, komen niet in aanmerking.
Art. 4.5 Leningen die op eindvervaldag komen in 2008 zijn, gezien hun korte looptijd, niet zinvol om vervroegd terug te betalen.
Art. 4.6 De vaststelling van de over te nemen schulden gebeurt in overleg tussen de provincie, de banken en het departement Financiën en Begroting van het ministerie van de Vlaamse overheid.
Mogelijke vragen m.b.t. de in aanmerking te nemen schulden voor overname kunnen worden voorgelegd aan het departement Financiën en Begroting, dat daarover, indien nodig, in samenspraak treedt met het Instituut voor de Nationale Rekeningen (I.N.R.).
Art. 4.7 De wetgeving inzake overheidsopdrachten is niet van toepassing op deze schuldovername-operatie. Indien de schuldovername-operatie gepaard gaat met andere, parallel opgezette financiële operaties, dienen deze laatste afzonderlijk te worden beoordeeld.
Art. 4.8 De Hoge Raad van Financiën verleende op 10 januari 2008 een positief advies over deze geplande schuldovername. Dit positief advies dat een voorwaarde was voor het sluiten van een lokaal pact, werd verstrekt mits de Vlaamse overheid op voldoende diepgaande wijze de aard en de draagwijdte van de eventueel te betalen wederbeleggingsvergoeding kan bepalen.
Art. 4.9 Volgende vormen van financiële schuld kunnen worden overgenomen.
Enkel leningen die op notoriteit van de Provincie zijn aangegaan komen in aanmerking,
m.a.w. schulden waaraan andere zekerheden zijn verbonden, worden uitgesloten.
Komen in aanmerking:
• klassieke lening: lening met een vaste rentevoet of variabele/herzienbare rentevoet (3-maandelijks, 6-maandelijks, jaarlijks, 3-jaarlijks, 5-jaarlijks, …). De herziening gebeurt op basis van een referentierentevoet (Euribor, IRS, OLO, …).
• Leningen met rentestructuren (swap, optie, …).
Artikel 5 Selectie van de leningen
Art. 5.1 De Provincie kan autonoom de leningen selecteren die ze wenst te laten overnemen door de Vlaamse overheid.
Art. 5.2 Echter, de Vlaamse overheid verkiest deze leningen te selecteren voor overname waarvan de wederbeleggingsvergoeding minimaal is bij een maximale marktwaarde (de zogenaamde mark-to-market) van deze leningen.
Dat streefdoel wordt mathematisch als volgt beschreven:
Gesteld dat :
• N het nominaal uitstaand kapitaal is
• R de, sinds de laatste rentevervaldag gelopen rente (bepaald op dag T)
• W de wederbeleggingsvergoeding, exclusief het gebeurlijk aandeel van de verlopen rente (bepaald op dag T)
• M : de mark-to-market waarde (bepaald op dag T);
• S : streefdoel/objectief
• T : (bankwerk)dag, waarop de Vlaamse overheid, in akkoord met de provincie en de desbetreffende bank, de lening overneemt (en vervroegd terugbetaalt)
S = [(M – R) – (N+W)] / N
De leningen met de hoogste S-waarde (die desgevallend negatief kan zijn) beantwoorden het best aan het voormelde streefdoel. Logischerwijze worden de leningen die het meest in aanmerking komen voor overname, gerangschikt volgens dit doel. Tot een vooraf bepaald maximum zullen bijgevolg leningen met N-hoofdsom worden overgenomen.
Art. 5.3 Niettegenstaande het streefdoel (met name dat de Provincie op de meest duurzame wijze tracht zijn financiële lasten te drukken, bij de minste kost) uitgedrukt volgens de formule
hierboven beschreven, zal de Vlaamse overheid een eventuele andere keuze van de Provincie respecteren en zal zij dus bereid zijn leningen over te nemen die beantwoorden aan andere, te motiveren doelstellingen voor de Provincie. Zo is het mogelijk dat de Provincie ter gelegenheid van deze operatie bijvoorbeeld haar verhouding vlottende/vaste schuld in functie van de gewijzigde marktomstandigheden wenst bij te stellen, of de omloopsnelheid van haar leningen wenst te veranderen.
Artikel 6. Financiële lasten van de Vlaamse overheid
Art. 6.1 De Vlaamse overheid neemt bij de vervroegde terugbetaling aan de bank, het kapitaal ten bedrage van de financiële tussenkomst bedoeld in artikel 3.1 ten laste.
Indien een lening gedeeltelijk wordt overgenomen door de Vlaamse overheid, kan de Provincie kiezen om het resterend deel zelf rechtstreeks met de betrokken bank of via de Vlaamse overheid vervroegd terug te betalen of de lening ten bedrage van het resterende deel pro rata verder te laten lopen.
Art. 6.2 De gelopen rente is ten laste van de Provincie. De uitgavenkredieten daarvoor staan normaal ingeschreven in de provinciale budgetten voor 2008. De Vlaamse overheid zal niettemin één week rente voor haar rekening nemen.
Art. 6.3 Omdat de Provincie binnen haar budget geen rekening heeft gehouden met de mogelijkheid van de overname en vervroegde terugbetaling, zal de Vlaamse overheid de eventueel verschuldigde wederbeleggingsvergoeding ten laste nemen tot een bepaald maximum.
Dit maximum wordt bepaald aan de hand van twee plafonds die per lening gelden:
• Plafond 1: 4,194% van de overgenomen hoofdsom;
• Plafond 2: Indien de wederbeleggingsvergoeding contractueel is bepaald als het Reëel Financieel Verlies (= funding loss) inclusief gederfde winsten (marges) tot eindvervaldag, neemt de Vlaamse overheid ten hare laste:
- het Reëel Financieel Verlies (wordt berekend tot de eerstvolgende renteherzieningsdatum);
- 15 basispunten marge (wordt berekend van de eerstvolgende renteherzieningsdatum tot eindvervaldag).
Voor zover de toekomstige financiële stromen van leningen éénduidig vaststaan (of de marges boven/onder de hieronder voorkomende referentierentevoeten vastliggen), kan M (en W) bij klassieke leningen gemakkelijk afgeleid worden uit de formule van de netto contante waarde. Bij vele leningen, zeker deze met gestructureerde producten, is deze afleiding minder duidelijk en moeten complexere technieken worden aangewend, die een zo goed mogelijke schatting van deze marktwaarde geven.
Het wordt aan de Provincie zelf overgelaten of zij de marktwaarde van haar leningen wil laten schatten door en in samenspraak met haar bankiers of dat zij deze zelf wil schatten, al dan niet aan de hand van een gratis ter beschikking gestelde analysetoepassing. De Vlaamse overheid neemt de vaste kosten voor haar rekening.
Artikel 7. Procedure en timing
Art. 7.1 Onder voorbehoud van een tijdige decretale machtiging en begrotingsaanpassing, wordt volgende procedure en timing overeengekomen.
Art. 7.2 De Provincie bezorgt samen met de ondertekende beslissing van de deputatie de leningscontracten en de recentste aflossingstabellen van de geselecteerde leningen ten laatste in november 2008 (dag van overname min tien bankwerkdagen of T-10) aan het departement Financiën en Begroting.
De Vlaamse overheid zal de selectiebeslissing van de deputatie dezelfde dag overmaken aan de betrokken banken.
In december (spot min 2 dagen of T-2) zal de financiële instelling de definitieve wederbeleggingsvergoeding vaststellen en meedelen aan de Vlaamse Overheid. De Vlaamse overheid zal intussen een akkoord proberen te sluiten met de betrokken banken over de manier waarop de wederbeleggingsvergoeding moet worden berekend.
In december (T-1) zal de Vlaamse overheid de definitief vastgestelde wederbeleggingsvergoedingen van de bank controleren. Na controle zal aan de Provincie worden gevraagd om haar deel van de gelopen intrest en wederbeleggingsvergoeding te betalen (dag van de overname). De provincie kan de betaling uitvoeren op rekeningnummer 000-0000000-00 of IBAN: XX00 0000 0000 0000 - BIC: XXXXXXXX van de Vlaamse
overheid. In geval van laattijdige betaling is een nalatigheidsintrest verschuldigd (Eonia + 25 basispunten).
In december (dag van de overname of dag T) zal de Vlaamse overheid de bank betalen en vindt de overname plaats.
Indien er geen akkoord is bereikt met de bank zal de Provincie hiervan worden verwittigd. In dit scenario dient de Xxxxxxxxx een nieuwe selectie over te maken. In onderling overleg tussen de provincie en de Vlaamse Overheid kan deze timing worden aangepast.
Artikel 8. Boekhoudkundige verwerking
De Provincie verwerkt de overname van het gedeelte van de uitstaande leningschulden enkel in de algemene boekhouding door het debiteren van de algemene rekeningen:
- 1701 voor de overname van leningen ten laste van de provincie;
- 172 voor de overname van xxxxxxxx ten laste van derden;
en het crediteren van de algemene rekening 10000 - Beginkapitaal
In voorkomend geval verwerkt de Provincie het gedeelte van de wederbeleggingsvergoeding dat ten hare laste valt in haar budget en in de budgettaire en algemene boekhouding op het artikel:
010/650 Kosten van schulden
Kredietoverschrijding op bovenstaand artikel is mogelijk. Het nodige krediet wordt in dat geval zo snel mogelijk ingeschreven bij budgetwijziging. De betaling van de desbetreffende wederbeleggingsvergoedingen mag echter worden uitgevoerd zonder de budgetwijziging af te wachten.
Opgemaakt in Brussel op …2008 in 2 originele exemplaren, één voor elke partij.
PROVINCIE ANTWERPEN
Mevr. Xxxx Xxxxxxxx De xxxx Xxxxx Xxxxxx
Gedeputeerde Provinciegriffier
VLAAMSE GEMEENSCHAP/GEWEST
Mevr. Xxxxx Xxxxxxx
Vlaams minister van Openbare Werken, Energie, Leefmilieu en Natuur
De xxxx Xxxxxx Xxxxxx
Vlaams minister van Binnenlands Bestuur, Stedenbeleid, Wonen en Inburgering
De heer Xxxx Xxx Xxxxxxxx viceminister-president van de Vlaamse
Regering en Vlaams minister van Financiën, Begroting en Ruimtelijke Ordening
De xxxx Xxxx Xxxxxxx
minister-president van de Vlaamse Regering en Vlaams minister van Institutionele Hervormingen, Bestuurszaken, Buitenlands Beleid, Media, Toerisme, Havens, Landbouw, Zeevisserij en Plattelandsbeleid