Bijlage 4: Toegangsproces beschermd wonen
Bijlage 4: Toegangsproces beschermd wonen
Regio Nijmegen en Rivierenland
Versie 28 mei 2019
Vooraf
Dit document gaat over de hoofdlijnen van het toegangsproces beschermd wonen met betrekking tot zorg in natura. Dit document is opgesteld als bijlage van de offerteaanvraag van de aanbesteding beschermd wonen/beschermd thuis 2020. Gedurende de looptijd van de overeenkomst kan de Opdrachtgever aanleiding zien om dit toegangsproces op detail of zelfs grondig te herzien. Alle relevante partners worden hier bij betrokken en over geïnformeerd.
In het Standaard Administratie Protocol (bijlage 6) staat beschreven hoe de berichtuitwisseling en de administratie precies in zijn werk gaat. In deze bijlage beschrijven we uitsluitend hoe dit op hoofdlijnen samenhangt met het toegangsproces.
Het proces op hoofdlijnen
1. De inwoner meldt zich bij de Toegang Beschermd Wonen met de behoefte/zorgvraag voor beschermd wonen of beschermd thuis
2. De Toegang vraagt alle relevante informatie bij de cliënt en/of diens begeleider. Een reeds door inwoner en Opdrachtnemer opgesteld herstelplan kan hier onderdeel van zijn. NB: Bij een her-indicatie dient er altijd een actueel herstelplan en een evaluatie hiervan aanwezig te zijn.
3. De Toegang beoordeelt of de inwoner in aanmerking komt voor beschermd wonen of dat beschermd thuis beter passend zou zijn. De Toegang kan ook besluiten om de inwoner over te dragen aan het sociale wijkteam omdat een lokale Wmo voorziening meer passend is.
4. De Toegang BW stemt af en adviseert over de meest passende zorgaanbieder, onder andere d.m.v. het ketenoverleg1 beschermd wonen.
5. Indien beschermd wonen/Beschermd Thuis: De Toegang stuurt het advies cq. de ‘productbestelling’ naar de afdeling zorg en inkomen van de gemeente Nijmegen. Hierbij hoort ook de toewijzing aan een Opdrachtnemer. De gemeente neemt in principe altijd het advies van de toegang over.
6. De afd. Z&I (gem. Nijmegen) zorgt voor een beschikking die de inwoner ontvangt en stuurt een toewijzing
(301) bericht naar de Opdrachtnemer.
7. De toewijzing (301) bevat een toewijzing voor een specifiek product. Dit is altijd het lichtste product binnen de categorie (BW: Beschermd Wonen Licht [15N11] of BT: Beschermd Thuis Licht [15N02]). Ook wordt altijd een toewijzing voor dagbesteding gestuurd.
8. De Opdrachtnemer stuurt als een ander product passend is een verzoek om toewijzing (315) met hierin het juiste (meest passende, daadwerkelijk te leveren) product naar de gemeente, binnen de toegewezen categorie (beschermd wonen of beschermd thuis). Opdrachtnemer heeft zich bij het aanvragen van een bepaald product te conformeren aan de voorwaarden zoals in de Overeenkomst zijn genoemd.
9. De gemeente wijst het gevraagde product toe (via een toewijzingsbericht 301) en sluit het oorspronkelijke product af. Als er met terugwerkende kracht wordt aangevraagd en er al gedeclareerd is op het oude product wordt pas een nieuwe toewijzing gestuurd nadat de creditering op het oude product is ontvangen.
10. De zorginstelling kan met de juiste zorgtoewijzing een declaratie sturen naar de gemeente.
1 In het ketenoverleg worden tussen Opdrachtgever, Opdrachtnemers en Toegang afspraken gemaakt over de plaatsing van cliënten, de stand van de wachtlijst en urgente of ingewikkelde casuïstiek.
11. Opschalen van zorg (van beschermd thuis naar beschermd wonen) gaat altijd via de TBW. Afschaling van beschermd wonen naar beschermd thuis kan in principe altijd. Hiervoor wordt wel een beschikking naar de klant verstuurd. Opschalen en afschalen binnen het productbereik beschermd wonen of beschermd thuis kan de Opdrachtnemer zelf door middel van het verzoek om toewijzing (315). In deze gevallen wordt geen beschikking gestuurd.
12. De Toegang voert periodiek een herstelplanbespreking uit met de Opdrachtnemer en de cliënt om te monitoren of de doelen zoals in het herstelplan omschreven behaald worden. Indien dit niet naar tevredenheid gebeurd zal dit met Opdrachtnemer besproken worden in de evaluatie van het contract.
Dagbesteding
Iedere cliënt met een beschikking voor beschermd wonen of beschermd thuis kan, indien de situatie daarom vraagt, dagbesteding krijgen van de Opdrachtnemer. Standaard beschikt de gemeente 5 dagdelen dagbesteding. Hiervoor wordt een toewijzing (301) voor dagbesteding gestuurd. Indien er meer dagbesteding noodzakelijk is dan kan er een aanvraag bij de Toegang BW worden gedaan met een kopie van het herstelplan waaruit blijkt waarom meer dan 5 dagdelen dagbesteding het meest passend is. De Toegang BW kan extra dagbesteding toekennen in de vorm van het product ‘aanvullende dagbesteding’. Een productbestelling voor aanvullende dagbesteding gaat naar de gemeente. Inwoner ontvangt hiervoor een beschikking en aanbieder een toewijzing (301) voor de aanvullende dagbesteding. Het oude product dagbesteding wordt afgesloten.
Extra begeleiding
In de pakketten BW en BT zit standaard 2,5 uur begeleiding per week (130 u per jaar) en eventueel een component groepsbegeleiding. Wanneer – in uitzonderlijke gevallen - de individuele begeleiding onvoldoende is dient de zorgaanbieder dit aan te tonen bij de TBW met het herstelplan en de inzet en afspraken die tot nog toe zijn gedaan en gemaakt. De TBW kan aanvullende uren toekennen en doet dit middels een productbestelling bij de gemeente. Inwoner ontvangt hiervoor een beschikking en de zorgaanbieder een zorgtoewijzing voor (extra) begeleiding.
Overbruggingszorg
Op het moment dat een cliënt is toegewezen aan een zorgaanbieder neemt de zorgaanbieder verantwoordelijkheid over het zorgtraject van de betreffende cliënt. Als er op het moment van toewijzing nog geen geschikte plek beschikbaar is of er om andere redenen nog geen passend zorgtraject gestart kan worden dan levert de zorgaanbieder overbruggingszorg in de vorm van ambulante begeleiding. De zorgaanbieder maakt daarbij passende en haalbare afspraken over de bereikbaarheid buiten de reguliere werktijden. De zorgaanbieder verzoekt dmv een 315 bericht om een toewijzing voor : begeleiding/overbruggingszorg