Algemene voorwaarden bedrijfsfinancieringen van de Rabobank 2010
Algemene voorwaarden bedrijfsfinancieringen van de Rabobank 2010
Algemene voorwaarden bedrijfsfinancieringen van de Rabobank 2010
1 Definities
In deze algemene voorwaarden wordt verstaan onder:
Achterstelling: De verplichting om geen (gehele of gedeeltelijke) betaling van de achtergestelde vordering(en) en de daarover verschuldigde rente aan te nemen, deze vordering(en) en de daarover verschuldigde rente niet in verrekening te brengen, niet te vervreemden of te bezwaren, niet nogmaals achter te stellen en geen zekerheid voor deze vordering(en) en de rente te accepteren van (een van) de schuldenaar(schuldenaren) van die achtergestelde vordering(en).
Akte: Schriftelijk(e) en/of elektronisch(e) document(en), zowel samen als ieder afzonderlijk, waarin de (voorwaarden van de) geldlening en/of de depotrekening en/of het krediet en/of contragarantie en/of de bankgarantiefaciliteit (mede) zijn vastgelegd en/of schriftelijk(e) en/of elektronisch(e) document(en) waarin een partij zich tegenover de bank als hoofdelijk mededebiteur verbindt en/of waarin een partij toetreedt tot de kredietovereenkomst en/of de contragarantie en/of de bankgarantiefaciliteitovereenkomst.
Bank: De bank of banken, vermeld in de akte, en bij geldleningen ook de Rabohypotheek bank N.V., gevestigd te Amsterdam, en/of haar/hun rechtsvoorgangers en/of haar/hun rechtsopvolgers, zowel samen als ieder afzonderlijk.
Bankgarantie: Elke schriftelijke of elektronische zelfstandige verbintenis tegenover derden en/of hun rechtsopvolgers tot betaling van een geldsom die de bank en/of Rabobank Nederland en/of een derde (in)direct in opdracht van opdrachtgever aangaat en/of elke borgtocht van de bank en/of Rabobank Nederland in opdracht van opdrachtgever.
Bankgarantie faciliteit: Een faciliteit ten behoeve van opdrachtgever waarbinnen de opdrachtgever de bank kan verzoeken een of meer bankgaranties en/of bereidverklaringen aan derden en/of hun rechtsopvolgers af te (laten) geven.
Bereidverklaring: Een schriftelijke verklaring van de bank, waarin zij zich op verzoek van opdrachtgever bereid verklaart tot afgifte van een bankgarantie aan een derde, mits aan bepaalde door de bank gestelde voorwaarden wordt voldaan.
Compensatie limiet: De door de bank vastgestelde (totale) beschikkingsruimte op een afzonderlijke rekening. Contragarantie: De (hoofdelijke) verbintenis(sen) van elke opdrachtgever jegens de bank en/of Rabobank
Nederland tot betaling van alles wat de bank en/of Rabobank Nederland van opdrachtgever te vorderen heeft of zal hebben uit hoofde van de in zijn opdracht gestelde bankgarantie(s) en/of bereidverklaringen inzake afgifte bankgarantie, waaronder mede begrepen rente, provisies en kosten.
Debiteur: De natuurlijke perso(o)n(en) en/of rechtsperso(o)n(en) en/of de (beherende en/of besturende) venno(o)t(en) van een commanditaire vennootschap en/of van een vennootschap onder firma en/of van een commanditaire of andere openbare vennootschap met of zonder rechtspersoonlijkheid en/of vergelijkbare entiteiten naar enig buitenlands of internationaal recht, zowel samen als ieder afzonderlijk, op wie de bank (mede) een vordering uit hoofde van een geldlening heeft of verkrijgt. Hieronder is mede begrepen degene of degenen, zowel samen als ieder afzonderlijk, die een hoofdelijke medeschuldverbintenis voor de geldlening is/zijn aangegaan.
Depotrekening: De rekening waarop (een deel van) de geldlening is gestort als bedoeld in het artikel over depotstorting en verpanding in deze algemene voorwaarden.
Financiering: Elke geldlening en elk krediet, zowel samen als ieder afzonderlijk.
Financierings faciliteit: Elke geldlening, elk krediet en elke contragarantie, zowel samen als ieder afzonderlijk.
Financierings informatie: Alle informatie over het krediet, de geldlening en/of de bankgarantiefaciliteit en/of contragarantie en/of depotrekening en/of de voorwaarden die van toepassing zijn.
Gecombineerde saldo: Het bedrag op enig moment van het totaal van alle creditsaldi op de rekeningen verminderd met het totaal van alle debetsaldi op de rekeningen.
Geldlening: De door de bank aan de debiteur verstrekte/te verstrekken geldlening dan wel bij administratieve splitsing van een geldlening in meer bedragen elk geldleningbedrag.
Goed: Xxxx zaak en elk vermogensrecht.
Hypothecair onderpand: Elke tot zekerheid voor een of meer schulden (mede) van de klant (mede) ten behoeve van de bank hypothecair verbonden registergoed.
Klant: De kredietnemer, toetreder, opdrachtgever en/of de debiteur, zowel samen als ieder afzonderlijk.
Klantgroep: Klant en alle huidige en toekomstige (directe en indirecte) dochtermaatschappijen in de zin van artikel 24a Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, of vergelijkbare entiteiten naar buitenlands of internationaal recht en alle (directe of indirecte) meerderheidsaandeelhouders met rechtspersoonlijkheid of vergelijkbare entiteiten naar enig buitenlands of internationaal recht in klant, zowel samen als ieder afzonderlijk.
Krediet: Een door de bank verleende/te verlenen kredietfaciliteit aan de kredietnemer die geadministreerd is/wordt op een of meer rekeningen.
Kredietmaximum: Het maximumbedrag van het krediet.
Kredietnemer: De natuurlijke perso(o)n(en) en/of rechtsperso(o)n(en) en/of (beherende en/of besturende) venno(o)t(en) van een commanditaire vennootschap en/of van een vennootschap onder firma en/of van een commanditaire of andere openbare vennootschap met of zonder rechtspersoonlijkheid en/of toetreder(s) en/of vergelijkbare entiteiten naar enig buitenlands of internationaal recht, zowel samen als ieder afzonderlijk, aan wie de bank een krediet (heeft) verstrekt.
Krediet overeenkomst: De afspraken die zijn gemaakt over het krediet tussen de bank en de kredietnemer waaronder mede begrepen de toetreder tot de kredietovereenkomst.
Opdrachtgever: De natuurlijke perso(o)n(en) en/of rechtsperso(o)n(en) en/of (beherende en/of besturende) venno(o)t(en) van een commanditaire vennootschap en/of van een vennootschap onder firma en/of van een commanditaire of andere openbare vennootschap met of zonder rechtspersoonlijkheid en/of toetreder(s) en/of vergelijkbare entiteiten naar enig buitenlands of internationaal recht, zowel samen als ieder afzonderlijk, die een contragarantie heeft/ hebben gesteld jegens de bank en/of Rabobank Nederland.
Overeenkomst: De afspraken die tussen de bank en de klant zijn gemaakt over de geldlening, het krediet en/of de contragarantie en/of bankgarantiefaciliteit.
Rabobank Groep: De economische eenheid waarin rechtspersonen en vennootschappen en/of vergelijkbare entiteiten naar enig buitenlands of internationaal recht organisatorisch zijn verbonden, tot welke eenheid ook Rabobank Nederland behoort.
Rabobank Nederland: De Coöperatieve Centrale RaiffeisenBoerenleenbank B.A. gevestigd te Amsterdam.
Rekening: De rekening(en), zowel samen als ieder afzonderlijk, waarop het krediet (mede) is of wordt geadministreerd.
Rekeninghouder: De natuurlijke perso(o)n(en) en/of de rechtsperso(o)n(en) en/of de (beherende en/of besturende) venno(o)t(en) van een commanditaire vennootschap en/of van een vennootschap onder firma en/of van een commanditaire of andere openbare vennootschap met of zonder rechtspersoonlijkheid en/of de toetreder(s) en/of vergelijkbare entiteiten naar enig buitenlands of internationaal recht, zowel samen als ieder afzonderlijk, op wiens naam de rekening wordt gesteld/staat.
Toetreder: De natuurlijke perso(o)n(en) en/of de rechtsperso(o)n(en) en/of de (beherende en/of besturende) venno(o)t(en) van een commanditaire vennootschap en/of van een vennootschap onder firma, en/of van een commanditaire of andere openbare vennootschap met of zonder rechtspersoonlijkheid en/of vergelijkbare entiteiten naar enig buitenlands of internationaal recht, zowel samen als ieder afzonderlijk, die met de bank een toetredingsovereenkomst is/zijn aangegaan.
Toetredingsovereenkomst: De tussen de bank, opdrachtgever en/of kredietnemer enerzijds en toetreder anderzijds, zowel samen als ieder afzonderlijk, gesloten overeenkomst, waarbij die toetreder toetreedt tot de kredietovereenkomst met de eerdere kredietnemer en/of tot de contragarantie en/of bankgarantiefaciliteitovereenkomst met de eerdere opdrachtgever.
Uiteindelijk belanghebbende: De “uiteindelijk belanghebbende” zoals gedefinieerd in artikel 1 van de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme.
Werkdag: Een dag waarop de bankinstellingen in Nederland of voor zover naar het oordeel van de bank van toepassing in enig ander land geopend zijn en/of waarop transacties plaatsvinden in de interbancaire markt in Amsterdam en/of voor zover naar het oordeel van de bank van toepassing enige andere plaats waar ter voldoening aan verplichtingen ter zake van de akte en deze algemene voorwaarden handelingen worden verricht.
Zaak: Elk voor menselijke beheersing vatbaar stoffelijk object.
Zekerheidgever: Degene of degenen, zowel samen als ieder afzonderlijk, door wie ten behoeve van de bank zekerheid is verleend voor een of meer schulden van de klant uit welken hoofde dan ook, ongeacht in welke vorm, waaronder mede begrepen borgtocht(en), garantie(s), hoofdelijke medeschuldverbintenis(sen) voor krediet, alsmede iedere latere verkrijger van een aldus tot zekerheid verbonden goed.
A bepalingen van algemene aard
2 Betaaladres, toerekening en betaling
a De betaling van al hetgeen de klant ter zake van de financieringsfaciliteit aan de bank verschuldigd is moet geschieden op een door de bank op te geven rekeningcourant, dan wel op het kantoor van de bank of op een andere plaats die door de bank zal worden aangewezen. De klant is niet bevoegd tot opschorting, inhouding, korting of verrekening van enige betalingsverplichting. Als een vervaldag geen werkdag is, geldt als vervaldag de eerstvolgende werkdag, overigens met berekening van de rente over de tussenliggende dagen.
b Alle aan de bank verschuldigde en/of te betalen bedragen moeten in euro worden voldaan tenzij uitdrukkelijk anders met de bank is overeengekomen.
c Als overeengekomen is dat de geldlening wordt afgelost met lineaire of gestaffelde aflossingen, zal de bank naar haar keuze een vervroegde aflossing in mindering brengen op de eerstkomende aflossingstermijn(en) dan wel op de laatste aflossingstermijn(en).
d Als bij een geldlening overeengekomen is dat de betaling van rente en aflossing op annuïteitbasis geschiedt, mag de bank in geval van vervroegde aflossing en/of rentewijziging het verschuldigde rente en aflossingsbedrag (annuïteit) met ingang van een door haar te bepalen datum herrekenen.
e Bij algehele aflossing van de geldlening zal de alsdan over de geldlening verschuldigde rente tegelijk met de aflossing moeten worden voldaan.
f Als de bank meerdere vorderingen uit welken hoofde ook op de klant heeft, bepaalt de bank op welke schuld een betaling ongeacht de aanwijzing door de klant in mindering wordt gebracht.
g De bank mag iedere betaling naar haar keuze en in een door haar te bepalen volgorde toerekenen aan en in mindering brengen op boete(s), vergoeding(en), (interne) kosten, provisie(s), verschenen rente, lopende rente, aflossing(en) al dan niet in verband met een krediet op de rekening of op de hoofdsom van een geldlening of andere betalingsverplichtingen die de klant aan de bank heeft.
h De bank kan, zonder daardoor in verzuim te komen, een (aanbod tot) betaling weigeren als de klant een andere volgorde van toerekening dan hiervoor vermeld aanwijst.
3 Berekeningsmethode, valuteringsregeling, vervaldagen en wijziging vaststelling rentegrondslag
1 Rente, (behandelings)kosten, boetes, vergoedingen en provisies worden berekend en afgerekend volgens een door de bank te bepalen berekeningsmethode, berekeningsperiode en afrekenperiode en met inachtneming van de bij de bank gebruikelijke valuteringsregeling.
2 De bank mag altijd de rente, de provisies, de (behandelings)kosten, de berekeningsmethode, de berekeningsperiode, de afrekenperiode, de valuteringsregeling, de dagen, waarop rente, aflossing en/of andere betalingen moet(en) worden voldaan (vervaldagen) wijzigen.
3 Als de bank een rentepercentage heeft gebaseerd op een door de Europese Centrale Bank en/of een andere instelling vastgesteld en/of gepubliceerd rentepercentage, kan de bank als de desbetreffende vaststelling en/of publicatie ophoudt het rentepercentage vaststellen op basis van een door de bank te bepalen vergelijkbare maatstaf.
4 Kredietverzekering
De bank kan zich voor rekening van de klant tegen de risico’s, die voor haar uit de financieringsfaciliteit voortvloeien, naar eigen keuze verzekeren, als de terugbetaling van het verschuldigde uit hoofde van de financieringsfaciliteit naar haar oordeel niet voldoende is gewaarborgd.
5 Kosten
a De bank kan aan de klant voor een financierings en/of bankgarantiefaciliteit provisies en/of (behandelings)kosten in rekening brengen voor onder meer:
• het verlenen, het ter beschikking houden en/of het gebruikmaken van enige financierings en/of bankgarantiefaciliteit;
• haar informatieverplichtingen en/of de toepassing van corrigerende of preventieve maatregelen;
• het opstellen en (juridisch/fiscaal) toetsen van akten;
• naar het oordeel van de bank gewenste opinies van externe deskundigen;
• andere aan een financierings en/of bankgarantiefaciliteit verbonden faciliteiten.
b Alle kosten verband houdende met de akte, de financierings en/of bankgarantiefaciliteit en de (mede) daarvoor te stellen of gestelde zekerheden daaronder begrepen de kosten van gerechtelijke en buitengerechtelijke invordering en de kosten van uitwinning zijn voor rekening van de klant. De buitengerechtelijke kosten worden gesteld op tien procent (10%) van het te incasseren bedrag met een minimum van vijfhonderd euro (€ 500,) tenzij de wet dwingend anders bepaalt. Voor zover de bank aantoont dat de gemaakte buitengerechtelijke incassokosten hoger zijn dan tien procent (10%) van het te incasseren bedrag, komen de gemaakte buitengerechtelijke incassokosten volledig voor rekening van de klant tenzij de wet dwingend anders bepaalt.
6 Belastingen
Als een klant op grond van de wet en/of toepasselijk recht verplicht is op enige betaling aan de bank uit hoofde van de financieringsfaciliteit en/of akte en de daarin van toepassing verklaarde (algemene) voorwaarden een korting of inhouding
toe te passen, moet de klant een zodanig aanvullend bedrag aan de bank betalen, dat de bank eenzelfde bedrag ontvangt als de bank zou hebben ontvangen zonder die korting of inhouding. Alle belastingen en/of heffingen die ter zake van de financieringsfaciliteit en/of akte en de in de akte van toepassing verklaarde (algemene) voorwaarden verschuldigd zijn of in de toekomst nog verschuldigd worden, komen voor rekening van de klant.
7 Bewijslast
De administratie van de bank en/of de door de bank aangewezen derde strekt tot volledig bewijs behoudens tegenbewijs ook voor:
• elke datum van opname van de (kas)geldlening en/of
• elke datum van opname ten laste van de depotrekening en/of
• de datum van ter beschikkingstelling van het krediet en/of bankgarantiefaciliteit en/of
• elke datum van afgifte van een bankgarantie en/of
• de verschuldigdheid en de hoogte van elk (opgenomen) bedrag uit hoofde van een (kas)geldlening en/of krediet en/of contragarantie, en/of
• het (totaal)bedrag van de uitstaande bankgarantie(s), en/of
• het/de onder een uitstaande bankgarantie aan de daarin bedoelde crediteur betaalde bedrag(en) en/of
• de verschuldigdheid en de hoogte van de rente, (behandelings)kosten, boetes, vergoedingen en provisies.
8 Beroeps- of bedrijfsmatig handelen /bestedingsdoel financiering en bankgarantiefaciliteit
a Als de klant een natuurlijk persoon is, verklaart hij door ondertekening van de akte te handelen in de uitoefening van zijn beroep of bedrijf en/of ten behoeve van de normale uitoefening van het bedrijf van de klant.
b De klant mag een financiering en/of een bankgarantiefaciliteit niet aanwenden voor transacties in strijd met wet en/of regelgeving en/of transacties die naar de mening van de bank (kunnen) leiden tot aantasting van de integriteit en/of de reputatie van de financiële sector en/of de bank.
c De debiteur mag een geldlening uitsluitend aanwenden voor het/de met de bank overeengekomen financieringsdoeleinde(n).
d De debiteur/kredietnemer mag een financiering niet aanwenden voor:
• het behalen van rentevoordelen of
• het plegen van rentearbitrage door middel van transacties, die niet behoren tot zijn normale bedrijfsvoering.
e Elke kredietnemer is bevoegd van het krediet gebruik te maken door middel van beschikkingen ten laste van een rekening (mede) op zijn naam.
f De kredietnemer mag uitsluitend van een krediet gebruik maken in het kader van de uitoefening van het beroep of bedrijf van kredietnemer en voor de overeengekomen financieringsdoeleinden.
g De klant mag van de bankgarantiefaciliteit alleen gebruik maken in het kader van de uitoefening van zijn beroep of bedrijf.
9 Bevoegdheden klant
a Als de klant een rechtspersoon, een maatschap, een commanditaire vennootschap of een vennootschap onder firma of een commanditaire of andere openbare vennootschap met of zonder rechtspersoonlijkheid is of als de akte is aangegaan door meer klanten, verleent iedere bestuurder, (beherend en/of besturend) vennoot, maat of klant door het tekenen van de akte volmacht met het recht van substitutie aan iedere bestuurder, (beherend en/of besturend) vennoot, maat of klant om alle (rechts)handelingen, waaronder mede begrepen beschikkingshandelingen, te verrichten ter uitvoering van of in verband met de financierings en/of bankgarantiefaciliteit, waaronder mede wordt begrepen de depotrekening, en het in de akte en de daarin van toepassing verklaarde (algemene) voorwaarden bepaalde. De volmacht eindigt niet door het overlijden of ondercuratelestelling van een klant. Aan de bank en/of Rabobank Nederland kan het einde van een volmacht uitsluitend worden tegengeworpen nadat de bank daarvan een schriftelijke mededeling hebben/heeft ontvangen.
Opdrachten die aan de bank en/of Rabobank Nederland zijn gegeven door een gewezen gevolmachtigde als bedoeld in dit artikel, voordat of kort nadat de bank de mededeling van het einde van de volmacht heeft ontvangen, mag/mogen de bank en/of Rabobank Nederland rechtsgeldig (blijven) uitvoeren als zij die uitvoering redelijkerwijs niet kan/kunnen voorkomen.
b Indien en zolang een bestuurder, (beherend en/of besturend) vennoot, maat en/of gevolmachtigde niet als zodanig geïdentificeerd en geverifieerd is, hoeft de bank (rechts)handelingen, waaronder mede begrepen beschikkingshandelingen, van die bestuurder, (beherend en/of besturend) vennoot, maat en/of gevolmachtigde niet uit te voeren.
c Als de financierings en/of bankgarantiefaciliteit, waaronder mede begrepen de depotrekening in een gemeenschap valt en deze gemeenschap wordt ontbonden, wordt geen wijziging aangebracht in de bevoegdheid van iedere klant om afzonderlijk alle (rechts)handelingen, waaronder mede begrepen beschikkingshandelingen, te verrichten die verband houden met de financierings en/of bankgarantiefaciliteit, waaronder mede wordt begrepen de depotrekening, het in de akte en de daarin van toepassing verklaarde (algemene) voorwaarden bepaalde.
10 Hoofdelijke aansprakelijkheid klant
Als de akte is aangegaan met meer klanten, is elke klant tegenover de bank hoofdelijk en voor het geheel aansprakelijk voor het uit hoofde van de akte en de daarin van toepassing verklaarde (algemene) voorwaarden aan de bank verschuldigde. Elke klant blijft volledig hoofdelijk aansprakelijk totdat het aan de bank verschuldigde ter zake van de financieringsfaciliteit en/of bankgarantiefaciliteit volledig is betaald, ook als wijzigingen worden aangebracht in de financieringsfaciliteit en/of bankgarantiefaciliteit en/of door de bank zekerheden, gesteld voor de verplichtingen van de klant en/of zekerheidgever geheel of gedeeltelijk worden prijsgegeven. De bank mag altijd zekerheden gesteld voor de verplichtingen van de klant en/of zekerheidgever, geheel of gedeeltelijk prijsgeven.
De bank mag altijd afstand doen van haar vorderingsrecht tegenover een of meer zekerheidgevers en/of klanten, waaronder mede begrepen een persoon die aansprakelijk is op grond van (artikel 80b juncto) artikel 102 Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek. De bank behoudt zich door het ondertekenen van de akte nu reeds voor alsdan uitdrukkelijk alle rechten voor en iedere (andere) klant blijft hoofdelijk aansprakelijk als de bank afstand doet van haar vorderingsrecht tegenover een zekerheidgever en/of klant, waaronder mede begrepen een persoon die aansprakelijk is op grond van (artikel 80b juncto) artikel 102 Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek.
11 Verklaring van erfrecht/informatie
Na het overlijden van een klant kan de bank verlangen dat degene die stelt/stellen bevoegd te zijn rechtshandelingen met betrekking tot de nalatenschap van de klant te verrichten een verklaring van erfrecht, die is afgegeven door een Nederlandse notaris, en/of andere door de bank acceptabel bevonden documenten overlegt/overleggen. De bank hoeft geen inlichtingen te verstrekken over (het verloop van) de financierings en/of bankgarantiefaciliteit en/of depotrekening voor de datum van overlijden van de klant.
12 Hoofdelijke aansprakelijkheid rechtsopvolgers klant
Voor de verplichtingen van een klant zijn zijn rechtsopvolgers hoofdelijk aansprakelijk en bij wettelijke verdeling als bedoeld in artikel 13 Boek 4 van het Burgerlijk Wetboek na overlijden van de klant ook zijn kinderen als bedoeld in voormeld artikel voor zover de wet dit toelaat.
13 Vergunningen, vrijstellingen en/of ontheffingen
De klant moet voortdurend in het bezit zijn van de voor zijn beroeps en/of bedrijfsuitoefening vereiste vergunningen en/of vrijstellingen en/of ontheffingen en/of zijn ingeschreven in de voor zijn beroeps en/of bedrijfsuitoefening vereiste registers. De klant moet op eerste verzoek van de bank bewijsstukken hiervan overleggen aan de bank.
Bij gerede twijfel bij de bank moet de klant op eerste verzoek van de bank aan de bank overleggen een door de bank acceptabel bevonden verklaring van de vergunningverlenende of ontheffing of vrijstellingverlenende instantie, waaruit blijkt dat de klant wel of niet vergunning of inschrijvingsplichtig is of wel of niet in aanmerking komt voor ontheffing of vrijstelling.
14 Informatie
1 a Als er meer klanten zijn, is de bank bevoegd alle informatie, mededelingen, aanzeggingen met betrekking tot de financierings en/of bankgarantiefaciliteit en/of de depotrekening aan één van de klanten te geven/doen. Deze klant is verplicht de overige klanten te informeren over deze informatie, mededeling of aanzegging van de bank. Iedere klant heeft aan iedere andere klant de bevoegdheid verleend om mede namens hem alle mededelingen en aanzeggingen die de bank met betrekking tot de financierings en/of bankgarantiefaciliteit en/of de depotrekening doet, te ontvangen en daarvan kennis te nemen. Iedere klant is bevoegd om mede namens iedere andere klant aan de bank mededelingen en aanzeggingen met betrekking tot de financierings en/of bankgarantiefaciliteit en/of de depotrekening te doen.
b De bank verstrekt de klant op een door haar te bepalen wijze informatie over (het verloop van) de financierings en/of bankgarantiefaciliteit en/of de depotrekening en/of stelt hem in de gelegenheid kennis te nemen van deze informatie, waaronder mede wordt begrepen het op elektronische wijze beschikbaar stellen van deze informatie.
c De klant is verplicht aan hem verstrekte informatie over (het verloop van) de financierings en/of bankgarantiefaciliteit en/of de depotrekening terstond te controleren. Als de bank hem in de gelegenheid stelt kennis te nemen van deze informatie, moet de klant ten minste elke werkdag deze informatie controleren.
d De klant moet de bank onverwijld in kennis stellen van een eventuele onjuistheid in deze informatie.
e De inhoud van door de bank verstrekte en/of ter beschikking gestelde informatie over (het verloop van) de financierings en/of bankgarantiefaciliteit en/of de depotrekening geldt als door de klant te zijn goedgekeurd als de klant deze niet heeft betwist binnen dertien maanden nadat deze informatie geacht kan worden de klant te hebben bereikt. Als in deze informatie rekenfouten voorkomen, is de bank bevoegd en verplicht die rekenfouten te herstellen, ook nadat de genoemde termijn van dertien maanden is verstreken.
2 De klant geeft door ondertekening van de akte te kennen ermee bekend te zijn, dat de bank en/of Rabobank Nederland gerechtigd zijn/is om:
• altijd een zekerheidgever te informeren over:
a) de financierings en/of de bankgarantiefaciliteit en/of de depotrekening en de daaraan verbonden rechten, waaronder begrepen zekerheidsrechten, alles in de ruimste zin van het woord; en
b) de klant in de ruimste zin van het woord.
• aan derden die direct of indirect bij de financierings en/of bankgarantiefaciliteit en/of de depotrekening en/of de (mede) ten behoeve van de financieringsfaciliteit gevestigde zekerheden betrokken zijn of kunnen worden (waaronder begrepen rechtsopvolger(s) onder algemene of bijzondere titel van de bank en/of Rabobank Nederland) informatie te verschaffen over:
• a) de klant in de ruimste zin van het woord; en
• b) de rekening en/of de financierings en/of bankgarantiefaciliteit en/of de depotrekening en/of de daaraan verbonden rechten (waaronder begrepen zekerheidsrechten) in de ruimste zin van het woord.
• in geval van een borgtocht of garantie van de Staat der Nederlanden aan de Staat der Nederlanden en/of aan door de Staat der Nederlanden aangewezen partijen alle door hem/hen gewenste inzage en informatie (waaronder ook begrepen het maken van kopieën) te verstrekken en alle door hem/hen gevraagde medewerking te verlenen, alles in de ruimste zin van het woord.
• alle gegevens met betrekking tot de klant in de ruimste zin van het woord, waaronder ook begrepen de rekening en/of financierings en/of bankgarantiefaciliteit en/of de depotrekening en de daaraan verbonden rechten en zekerheden, waarover zij beschikken/beschikt aan alle onderdelen van de Rabobank Groep beschikbaar te stellen in het kader van een efficiënte bedrijfsvoering, waaronder ook begrepen het acceptatiebeleid op groepsniveau, het beheer van de relatie met de klant en het ter beschikking stellen van gegevens met het oog op de uitvoering van de overeenkomst en/of het overeengekomene omtrent de depotrekening en/of de bankgarantiefaciliteit, advisering aan de klant en activiteiten gericht op het waarborgen van de veiligheid en de integriteit van de financiële sector.
3 a De klant zal de bank xxxxxxxx informeren over een wijziging en een voornemen daartoe in (enige aandeelhouder en/of vertegenwoordiger van) de klant en/of klantgroep en/of uiteindelijk belanghebbende en/of er een voornemen bestaat tot het aanbrengen van enige wijziging in (de overeenkomst van) maatschap en/of stille vennootschap en/of commanditaire vennootschap en/of vennootschap onder firma en/of commanditaire of andere openbare vennootschap of in zijn statuten en wanneer de hiervoor vermelde voornemens ten uitvoer zijn gelegd.
b Als de klant een rechtspersoon is, is hij verplicht de bank meteen te informeren over een voornemen tot juridische fusie of juridische splitsing alsmede wanneer het voorstel tot juridische fusie of het voorstel tot juridische splitsing wordt neergelegd op het kantoor van het Handelsregister en/of vergelijkbare entiteiten naar buitenland of inter nationaal recht.
c Als voor de klant voorzienbaar is dat zich een feit of omstandigheid voordoet of kan voordoen waarvan hij weet of vermoedt dat de bank daarvan op de hoogte gesteld wenst te worden, is de klant verplicht de bank hierover terstond te informeren en alle door de bank gewenste informatie te verstrekken en de door de bank gevraagde bewijsstukken te overleggen. Deze verplichting ziet onder meer, maar niet uitsluitend, op de in het artikel over onmiddellijke opeisbaarheid in deze algemene voorwaarden bedoelde feiten en omstandigheden.
15 Informatie en controle van jaarrekeningen A Algemeen
Als de bank en/of Rabobank Nederland dit wenst/wensen, is de klant verplicht zich op eigen kosten onder deskundige
controle te stellen, ten genoegen van de bank en/of Rabobank Nederland, en zijn balansen, verlies en winstrekeningen met toelichting en de rapporten betreffende de gehouden controle regelmatig en terstond nadat zij zijn vastgesteld, respectievelijk uitgebracht en voorts op eerste verzoek van de bank en/of Rabobank Nederland, aan de bank en/of Rabobank Nederland en/of via door een van hen aangewezen of acceptabel bevonden derde(n) over te leggen. Bovendien is de klant verplicht op eerste verzoek van de bank en/of Rabobank Nederland alle door haar/hen gevraagde financiële informatie betreffende het bedrijf of beroep van de klant aan haar/hen en/of aan of via een door haar/hen aangewezen of acceptabel bevonden derde(n) op de door de bank en/of Rabobank Nederland aangegeven of acceptabel bevonden wijze ter beschikking te stellen. De klant zal aan de bank en/of Rabobank Nederland en/of een door (één van) hen aangewezen derde(n) en/of daartoe gevolmachtigde(n) gelegenheid geven zijn volledige administratie te controleren, wanneer zij dit wenst/wensen. Zowel de bank als Rabobank Nederland zijn altijd bevoegd de uiterlijke inleverdata van de hiervoor vermelde en/of de in de akte vermelde stukken met financiële informatie te wijzigen. De bank kan de wijze van aanlevering van de in dit artikel bedoelde stukken en/of de in de akte vermelde stukken met financiële informatie bepalen en hieraan eisen stellen.
B Financiële verklaringen
Als in de akte met de bank een of meer financiële verklaringen (ratio’s) zijn overeengekomen geldt ook het volgende:
De aan te leveren (geconsolideerde) balansen en winst en verliesrekeningen met toelichting van de in de akte gedefinieerde groep (in dit artikellid te noemen: groep) dienen gespecificeerd te zijn als, dienen dezelfde mate van betrouwbaarheid te kennen als en dienen dezelfde grondslagen te kennen als de door de externe accountant gecontroleerde (geconsolideerde) balans en winst en verliesrekening met toelichting van de groep over het in de akte vermelde basisjaar (hierna in dit artikellid te noemen: (geconsolideerde) jaarrekening van de groep) en dienen te voldoen aan de wettelijke richtlijnen zoals vastgelegd in Boek 2, Titel 9 van het BW. Deze (geconsolideerde) balansen en winst en verliesrekeningen met toelichting van de groep dienen voorzien te zijn van een verklaring van de externe accountant omtrent de aanwezigheid van getrouwheid, duidelijkheid en stelselmatigheid van de aangeleverde informatie. Deze verklaring dient stellig, duidelijk en zonder voorbehoud te zijn en mag niet gepaard gaan met negatieve kwalificaties.
Als de klant ook tussentijdse (geconsolideerde) balansen en/of winst en verliesrekeningen en/of cashflowoverzichten van de groep dient in te leveren bij de bank geldt ook het volgende:
De tussentijdse (geconsolideerde) balansen en/of winst en verliesrekeningen en/of cashflowoverzichten van de groep dienen gespecificeerd te zijn als, dienen dezelfde mate van betrouwbaarheid te kennen als en dienen dezelfde grondslagen te kennen als de (geconsolideerde) jaarrekening van de groep. De bank behoudt zich het recht voor een verklaring van de externe accountant van de groep te vragen ten aanzien van de consistentie van deze grondslagen en ten aanzien van de betrouwbaarheid van deze tussentijdse cijfers.
C Nakoming
Als niet aan een van de voorgaande bepalingen van dit artikel wordt voldaan, is de bank onverminderd haar bevoegdheid op grond van het artikel over de onmiddellijke opeisbaarheid in deze voorwaarden gerechtigd nakoming te vorderen.
16 Niet-financiële en financiële verklaringen A Negative pledge
Door ondertekening van de akte staat de klant er jegens de bank voor in, dat:
a de klant alsmede al zijn dochtermaatschappijen en meerderheidsdeelnemingen geen zekerheid in welke vorm dan ook (een financiële zekerheidsovereenkomst tot overdracht hieronder begrepen) ten behoeve van enige derde hebben gesteld;
b zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de bank de klant alsmede al zijn dochtermaatschappijen en meerderheidsdeelnemingen zowel hun huidige als in de toekomst te verwerven registergoederen niet met hypotheek of enig ander zakelijk recht zullen bezwaren, deze niet zullen verkopen, zullen ruilen, of op andere wijze zullen vervreemden, sale and lease back en andere offbalance constructies uitdrukkelijk daaronder begrepen;
c zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de bank de klant alsmede al zijn dochtermaatschappijen en meerderheidsdeelnemingen zowel hun huidige als in de toekomst nog te verwerven andere activa niet op enige wijze in onderpand zullen geven of met enig ander beperkt recht zullen bezwaren of anderszins daarop zekerheid vestigen (een financiële zekerheidsovereenkomst tot overdracht hieronder begrepen) als dit een bedrag van EUR 75.000, te boven gaat of als dit buiten het kader van de normale bedrijfsuitoefening gebeurt en deze buiten het kader van de normale bedrijfsuitoefening niet zullen verkopen, zullen ruilen of op andere wijze zullen vervreemden, sale and lease back en andere offbalance constructies uitdrukkelijk daaronder begrepen;
d de klant en al zijn dochtermaatschappijen en meerderheidsdeelnemingen zich niet aansprakelijk stellen of op enig andere wijze instaan voor schulden welke door anderen zijn of mochten worden aangegaan.
B Positive pledge
Als in de akte een positive pledge is afgesproken geldt het volgende:
Door ondertekening van de akte verbindt de klant zich jegens de bank om en staat de klant er jegens de bank voor in dat hij en al zijn dochtermaatschappijen en meerderheidsdeelnemingen zowel samen als ieder afzonderlijk op eerste verzoek van de bank;
a onder de bij de bank gebruikelijke voorwaarden aan de bank hypotheek (te) zullen verlenen op de thans aan hen toebehorende en eventueel nog te verkrijgen registergoederen en/of beperkte rechten daarop;
b onder de bij de bank gebruikelijke voorwaarden aan de bank pandrecht (te) zullen geven op de thans aan hen toebehorende en eventueel nog te verkrijgen overige activa, en wel tot zekerheid voor al hetgeen de bank te vorderen heeft of mocht hebben van de klant, uit welken hoofde ook, tot alsdan door de bank te bepalen bedragen.
C Pari passu
Door ondertekening van de akte staat elke klant er jegens de bank voor in, dat alle betalingsverplichtingen van de klant jegens de bank tenzij schriftelijk of elektronisch anders met de bank is overeengekomen altijd ten minste gelijk in rang (zullen) zijn met alle niet door zekerheden gedekte of alle niet achtergestelde vorderingen van al haar andere schuldeisers, met uitzondering van vorderingen die preferent zijn krachtens de wet.
D Nakoming
Als niet aan een van de voorgaande bepalingen van de in dit artikel en/of enige in de akte vermelde (niet)financiële verklaring(en) wordt voldaan, is de bank onverminderd haar bevoegdheid op grond van het artikel over de onmiddellijke opeisbaarheid in deze voorwaarden gerechtigd nakoming te vorderen.
17 Ondeelbaarheid
De verbintenissen uit hoofde van de akte en de daarin van toepassing verklaarde (algemene) voorwaarden zijn voor de klant en zijn rechtsopvolgers ondeelbaar ingeval van juridische splitsing van de klant.
18 Afstand rechten en verweermiddelen
De klant doet door ondertekening van de akte tegenover de bank onherroepelijk afstand van voor zover van toepassing alle bij wet aan borgen en hoofdelijk medeschuldenaren toegekende rechten en verweermiddelen (waaronder mede
begrepen het recht vermeld in artikel 869 Boek 7 Burgerlijk Wetboek ten opzichte van de Staat der Nederlanden en/of het Europese Investeringsfonds, gevestigd te Luxemburg in Luxemburg en/of een ander professioneel fonds en/of een tot de Rabobank Groep behorend onderdeel en/of enige zekerheidsgerechtigde. Onder zekerheidsgerechtigde wordt in dit verband verstaan: degene of degenen, zowel samen als ieder afzonderlijk, ten behoeve van wie zekerheid is gesteld voor de schulden van de klant en die zich jegens de bank als borg, hoofdelijk schuldenaar of garant heeft/hebben verbonden of anderszins zekerheid heeft/hebben gesteld voor de schulden van de klant jegens de bank), voor zover in deze akte niet anders is overeengekomen. Door ondertekening van de akte verklaart de klant zich overeenkomstig het vorenstaande te gedragen. Door ondertekening van de akte neemt de bank de bedoelde afstanddoening(en) aan.
19 Afstanddoening, achterstelling en verpanding
a De klant doet door ondertekening van de akte ten behoeve van de bank voor zover nodig bij voorbaat onherroepelijk afstand van subrogatie en van alle (neven)rechten waarin hij door subrogatie zou kunnen treden, waaronder begrepen zekerheidsrechten. Door ondertekening van de akte neemt de klant deze afstanddoening aan.
b De klant komt door ondertekening van de akte overeen dat hij ten behoeve van de bank eventuele vorderingen uit hoofde van regres nu reeds voor alsdan achterstelt op al wat de bank van de klant te vorderen heeft of mocht hebben uit welken hoofde dan ook.
c Door ondertekening van de akte verpandt de klant zoals overeengekomen voor zover nodig bij voorbaat aan de bank, die dit pandrecht aanneemt, de eventuele vorderingen uit hoofde van regres tot zekerheid voor de betaling van al wat de bank volgens haar administratie van de klant te vorderen heeft en/of zal hebben, ongeacht uit welke hoofde dan ook. Door ondertekening van de akte deelt de bank voor zover nodig bij voorbaat het pandrecht aan de klant mee.
d De klant verklaart door ondertekening van de akte, dat hij zich dienovereenkomstig zal gedragen.
e De bank neemt door ondertekening van de akte voor zover nodig bij voorbaat de vermelde afstanddoening, achterstelling en verpanding aan.
20. Fusie/splitsing/overdracht/verpanding
a Alle bevoegdheden, rechten en verplichtingen van de bank kunnen na juridische fusie of na juridische splitsing van de bank (ook) zelfstandig en hoofdelijk worden uitgeoefend respectievelijk nagekomen door de rechtsopvolger(s) van de bank.
b De bank is bevoegd de rechten uit de overeenkomst en/of de rechtsverhouding(en), waarin de bank tot de klant staat met de daaraan verbonden (neven)rechten, (gedeeltelijk) over te dragen aan dan wel te verpanden aan een derde. Door ondertekening van de akte verleent de klant de bank bij voorbaat toestemming hiervoor.
c De bank bedingt van de opdrachtgever ten behoeve van haar rechtsopvolger(s), en de opdrachtgever stemt hiermee in, dat de contragarantie verleend jegens de bank na de in lid b bedoelde overdracht door de bank onder dezelfde voorwaarden (ook partieel) zal gelden ten behoeve van de rechtsopvolger(s) van de bank.
d Overal waar in de akte en in de daarin van toepassing verklaarde (algemene) voorwaarden het woord “bank” is vermeld, moet na fusie of splitsing of overdracht of verpanding (ook) begrepen worden de rechtsopvolger(s) van de bank.
21 Onmiddellijke opeisbaarheid
1 De financiering is onmiddellijk opeisbaar zonder dat de bank daarvan een voorafgaande mededeling aan de debiteur en/of kredietnemer hoeft te doen wanneer zich ten aanzien van de debiteur en/of kredietnemer en/of zekerheidgever en/of klantgroep één van de hierna vermelde omstandigheden voordoet:
• aanvraag van faillissement en/of noodregeling of faillietverklaring en/of van toepassingverklaring noodregeling;
• aanvraag van surseance van betaling;
• het van toepassing verklaren van een wettelijke schuldsaneringsregeling;
• aanvraag of van toepassingverklaring van een insolventieregeling;
• aanbieding van enig akkoord aan crediteuren;
• als de overeengekomen looptijd van de financiering is verstreken;
• het doen van een mededeling als bedoeld in artikel 36 lid 2 van de Invorderingswet 1990 of artikel 60 Wet financiering sociale verzekeringen in samenhang met artikel 36 van de Invorderingswet 1990 en/of de daarvoor in de plaats komende en/of soortgelijke wetgeving,
• of vergelijkbare rechtsfeiten en omstandigheden naar buitenlands of internationaal recht.
2 De bank kan met schriftelijke mededeling daarvan aan de debiteur en/of kredietnemer (een debetsaldo uit hoofde van) de financiering met onmiddellijke ingang opeisen in de volgende gevallen en/of vergelijkbare rechtsfeiten en/of omstandigheden naar buitenlands of internationaal recht:
a wanneer de debiteur en/of kredietnemer en/of de zekerheidgever en/of klantgroep naar het oordeel van de bank nalatig is in de (tijdige en/of behoorlijke) nakoming van of in strijd handelt met:
• een bepaling in de akte of een zekerheidsakte, daaronder begrepen de (algemene) voorwaarden die in die akte(n) van toepassing zijn verklaard;
• enige andere verplichting tegenover de bank;
• enige financiële verplichting tegenover een andere financier/derde;
b wanneer de debiteur en/of kredietnemer en/of zekerheidgever:
• overlijdt of vermoed wordt te zijn overleden of is vermist;
• onder curatele wordt gesteld;
• zijn woon of vestigingsland verlaat, of zijn bedrijfs of beroepsuitoefening (deels) naar een ander land verplaatst;
• rechtspersoonlijkheid verliest, opgeeft of verkrijgt;
• wordt omgezet in een andere rechtsvorm;
• wordt gesplitst of fuseert, als de debiteur of kredietnemer of de zekerheidgever een rechtspersoon is;
• zijn beroep of bedrijf geheel of gedeeltelijk (feitelijk) beëindigt of dreigt te beëindigen;
• niet of niet tijdig en/of niet rechtsgeldig en/of niet overeenkomstig de eisen van de bank door de bank (mede) tot zekerheid van een financieringsfaciliteit verlangde zekerheid vestigt of heeft gevestigd;
• voornemens is te ontbinden of wordt ontbonden of feitelijk liquideert;
c wanneer (een deel van het) vermogen van de debiteur en/of kredietnemer en/of de zekerheidgever en/of klantgroep onder bewind of onder beheer wordt gesteld, daarop conservatoir en/of executoriaal beslag wordt gelegd of daarop anderszins door de bank of door een derde verhaal wordt gezocht;
d wanneer de debiteur en/of kredietnemer wordt geschorst in zijn ambts of beroepsuitoefening of daaruit wordt of dreigt te worden ontzet of ontslagen;
e wanneer de aard van het beroep of bedrijf van de debiteur en/of kredietnemer naar het oordeel van de bank wezenlijk wijzigt;
f • wanneer de relatie van de bank met de debiteur en/of kredietnemer en/of zekerheidgever en/of
• wanneer de klantgroep en/of
• wanneer een deelneming als bedoeld in artikel 2:24c B.W. van/in debiteur en/of van/in kredietnemer en/of van/ in zekerheidgever en/of
• wanneer een uiteindelijk belanghebbende,
naar het oordeel van de bank een gevaar is of kan zijn voor de aantasting van de integriteit en/of de reputatie van de financiële sector en/of de bank;
g bij uit en/of toetreding van een vennoot en/of een maat als de debiteur en/of kredietnemer een vennootschap onder firma of commanditaire vennootschap of maatschap of een commanditaire of andere openbare vennootschap met of zonder rechtspersoonlijkheid is;
h wanneer de debiteur en/of kredietnemer en/of zekerheidgever (gedeeltelijk) afstand doet van hun/zijn aandeel in een gemeenschap of het voornemen daartoe heeft;
i als een vordering tot verdeling van een gemeenschap, waarin de debiteur en/of kredietnemer en/of zekerheidgever een aandeel heeft, wordt ingesteld;
j wanneer zich enige gebeurtenis, verandering of omstandigheid voordoet of voorzienbaar is, dat het zich zal kunnen voordoen, dat de debiteur en/of kredietnemer en/of de zekerheidgever tekort zal gaan schieten in de nakoming van enige verplichting van welke aard dan ook tegenover de bank;
k wanneer de debiteur en/of kredietnemer en/of zekerheidgever onjuiste informatie aan de bank heeft verstrekt of informatie achterwege heeft gelaten en dit van dien aard is, dat de bank de financiering niet of niet onder dezelfde voorwaarden zou hebben verstrekt of wil continueren;
l wanneer een (mede) tot zekerheid van de financiering gevestigde zekerheid tenietgaat of dreigt teniet te gaan;
m wanneer een (mede) tot zekerheid van de financiering verbonden goed wordt of dreigt te worden vervreemd (daaronder mede begrepen huurkoop), verhuurd, door welke oorzaak ook wordt of dreigt te worden beschadigd, geheel of ten dele tenietgaat of dreigt te gaan, wordt of dreigt te worden gekraakt, eindigt of dreigt te eindigen of als verloren moet worden beschouwd, zonder toestemming van de bank voor een ander doel wordt of dreigt te worden aangewend dan dat ten tijde van zekerheidsverlening of leeg komt te staan of staat, wordt of dreigt te worden onteigend, gevorderd of verbeurdverklaard of ten aanzien van dat goed een andere maatregel van bestuursdwang wordt of dreigt te worden opgelegd, of een retentierecht wordt of dreigt te worden uitgeoefend, alsmede als het verbonden goed een vaar of luchtvaartuig is bij verandering van de classificatie, bij verandering van de nationaliteit, als er redenen zijn om aan te nemen, dat de teboekstelling van het vaar of luchtvaartuig niet rechtsgeldig is geschied, de rechtsgeldigheid van de teboekstelling hiervan wordt betwist of blijkt van een gebrek daarin, bij abandonnement, alsmede als het verbonden goed een appartementsrecht is wanneer de vereniging van eigenaren voornemens is te besluiten tot wijziging van de akte van splitsing of van het reglement, tot sloop van het appartementsgebouw, tot opheffing van de splitsing, wanneer het lidmaatschapsrecht van de debiteur of kredietnemer of zekerheidgever eindigt of dreigt te eindigen of wanneer aan de debiteur of kredietnemer of zekerheidgever het gebruik wordt of dreigt te worden ontnomen;
n wanneer een (mede) tot zekerheid van de financiering verbonden goed met toestemming van de bank is verhuurd en de huurprijzen (dreigen te) worden verlaagd;
o wanneer zich enige gebeurtenis, verandering of omstandigheid voordoet of voorzienbaar is, dat zulks zich kan voordoen, die aanleiding geeft tot gegronde vrees dat het door de debiteur en/of kredietnemer aan de bank verschuldigde niet of niet geheel op de opbrengst van ten behoeve van de bank verbonden goederen of op de zekerheidgever kan worden verhaald, dan wel wanneer ten behoeve van de bank verbonden goederen in waarde zijn verminderd of teniet zijn gegaan of niet of naar het oordeel van de bank onvoldoende zijn verzekerd of zulks naar de mening van de bank voorzienbaar is;
p wanneer enige vergunning of (klasse)certificaat of inschrijving, of ontheffing daarvan vereist met betrekking tot de bedrijfs of beroepsuitoefening van de debiteur en/of kredietnemer of (het gebruik van) een (register)goed, ontbreekt, vervalt of wordt ingetrokken of dreigt te vervallen of ingetrokken te worden, of wanneer wordt gehandeld in strijd met aan een zodanige vergunning of inschrijving of ontheffing daarvan verbonden voorwaarden;
q wanneer naar het oordeel van de bank de bouw of verbouwing van de zaak ter financiering waarvan door de bank aan de debiteur en/of kredietnemer gelden zijn of worden verstrekt, wordt stopgezet, stagneert, of wanneer het bouwplan wordt gewijzigd, of de voor de bouw of verbouwing bestemde gelden voor andere doeleinden worden aangewend;
r wanneer zich ten aanzien van een overeenkomst van (levens)verzekering, waarvan de rechten aan de bank zijn verpand tot zekerheid voor verplichtingen van de debiteur en/of kredietnemer aan de bank, een van de volgende omstandigheden voordoet:
• premies worden niet (stipt) voldaan;
• de verzekeringsovereenkomst eindigt of dreigt te eindigen;
• de verzekeringsvoorwaarden worden zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de bank gewijzigd;
• de noodregeling of het faillissement/de insolventieprocedure van de verzekeringsmaatschappij wordt of dreigt te worden uitgesproken;
s als het hypothecair onderpand een erfpacht of opstalrecht of recht van vruchtgebruik is en dit erfpacht of opstalrecht of recht van vruchtgebruik om welke reden ook een einde neemt of dreigt een einde te nemen, of de zekerheidgever nalatig is in de nakoming van de verplichtingen ten aanzien van dit recht en deze nalatigheid kan leiden tot het opleggen van een boete, verval van zijn rechten, wijziging en/of beëindiging van dit recht;
t wanneer de bank met de debiteur en/of kredietnemer is overeengekomen dat er (mede) tot zekerheid voor de financiering een (levens)verzekering moet worden verpand en
• deze (levens)verzekering niet tot stand is gekomen voor de datum die daarvoor tussen de debiteur en/of kredietnemer en de bank is overeengekomen, of
• deze (levens)verzekering niet voldoet aan de voorwaarden die de bank aan deze verzekering stelt;
u wanneer de aandelen in het kapitaal van enige debiteur en/of kredietnemer geheel of gedeeltelijk worden overgedragen aan een derde, er naar het oordeel van de bank een wijziging plaatsvindt in de (in)directe (feitelijke) zeggenschap over en/of van het management van een debiteur en/of kredietnemer en/of klantgroep, dan wel wanneer het voornemen bestaat voor zo’n wijziging of overdracht;
v wanneer de debiteur en/of kredietnemer en/of de in de akte vermelde groep naar het oordeel van de bank niet (meer) voldoet/voldoen aan een met de bank overeengekomen ratio (financiële verklaring) en/of niet aan een met de bank overeengekomen covenant (nietfinanciële verklaring) voldoet/voldoen of redelijkerwijs voorzienbaar is dat hieraan niet voldaan gaat worden;
w wanneer de klant en/of zekerheidgever een beroep doet op (gedeeltelijke) ongebondenheid aan en/of nietigheid of vernietigbaarheid van (enige bepaling in) de akte en/of zekerheidsakte en/of de in de akte van toepassing verklaarde algemene voorwaarden.
3 Wanneer (een debetsaldo uit hoofde van) de financiering opeisbaar is of wordt opgeëist, is het door de debiteur en/ of kredietnemer aan de bank verschuldigde uit hoofde van of samenhangende met de financiering terstond geheel verschuldigd aan de bank, zonder dat enige voorafgaande ingebrekestelling of rechterlijke tussenkomst is vereist.
4 In alle gevallen vermeld in dit artikel heeft de bank de keuze al dan niet onder andere (financierings)voorwaarden de financiering (geheel of gedeeltelijk) te continueren. De debiteur en/of kredietnemer is dan verplicht op eerste verzoek van de bank de door de bank gewenste zekerheden te vestigen, onverminderd de verplichting van de debiteur en/of kredietnemer tot zekerheidstelling uit hoofde van de Algemene Bankvoorwaarden.
5 In alle gevallen vermeld in dit artikel hoeft de bank geen bankgaranties meer te (laten) stellen.
6 De bank is niet verplicht een financiering te verstrekken en/of een bankgarantie te (laten) stellen als de bank een offerte/ financieringsvoorstel heeft uitgebracht en zich daarna een gebeurtenis, rechtsfeit of omstandigheid voordoet of dreigt voor te doen welke een opeisbaarheids/opeisingsgrond is.
B Bepalingen van bijzondere aard voor de geldlening
Voor de geldlening gelden ook de volgende bepalingen:
22 Meer banken
Alle rechten, bevoegdheden en verplichtingen uit de akte en de daarin van toepassing verklaarde (algemene) voorwaarden kunnen hoofdelijk worden uitgeoefend door iedere bank respectievelijk geldend gemaakt worden jegens iedere bank.
23 Depotstorting en verpanding
Een tegoed op een depotrekening kan niet worden overgedragen en/of verpand aan anderen dan de bank. Voorts mag de debiteur met betrekking tot dat tegoed geen financiële zekerheidsovereenkomsten tot overdracht of tot vestiging van een pandrecht met anderen dan de bank aangaan. Als de bank het bedrag van de geldlening of een gedeelte daarvan heeft voldaan door storting op een depotrekening, waarvan het tegoed aan de bank is verpand, gelden de volgende bepalingen: a Het pandrecht strekt tot zekerheid voor de voldoening van al hetgeen de bank uit hoofde van de geldlening en/of uit
welken anderen hoofde dan ook van de debiteur te vorderen heeft of mocht hebben.
b De bank is bevoegd tot inning van het tegoed op de depotrekening over te gaan, teneinde daaruit te voldoen al hetgeen zij uit hoofde van de geldlening of uit welken anderen hoofde dan ook van de debiteur te vorderen heeft of mocht hebben.
c Van het verpande tegoed zal behoudens in de gevallen van onmiddellijke opeisbaarheid als in het artikel in deze algemene voorwaarden over onmiddellijke opeisbaarheid is vermeld telkens een zodanig gedeelte uit het pandrecht worden ontslagen als de debiteur aantoont op de wijze als in dit artikel onder d vermeld ter zake van de bouw dan wel van de verbouwing, verschuldigd te zijn of de bank daartoe toestemming verleent dan wel akkoord gaat met een ander bestedingsdoel.
d De debiteur kan over het tegoed op de depotrekening beschikken ten behoeve van de bouw c.q. de verbouwing van (opstallen op) een hypothecair onderpand en/of een ten gunste van de bank verpande zaak, onder overlegging van ten behoeve van de bouw dan wel de verbouwing, van dat/die (opstallen op) hypothecair(e) onderpand(en) en/of die verpande zaak:
• door de directie ter zake van de bouw of de verbouwing, afgegeven betalingsmandaten;
• daarop betrekking hebbende nota’s, met welke nota’s de debiteur zich akkoord heeft verklaard;
• andere stukken als de bank dit acceptabel acht,
• mits ten genoegen van de bank is aangetoond dat het gedeelte van de kosten van de bouw of verbouwing, dat door de debiteur uit eigen middelen zou worden gefinancierd, is betaald.
e De bank is bevoegd de depotrekening op te heffen:
• na voltooiing van de bouw of de verbouwing, van (elk van) de in lid d van dit artikel bedoelde opstallen, hypothecaire onderpanden en/of zaken, of
• na verloop van een periode van één jaar na de storting van (een gedeelte van) de geldlening op de depotrekening, of
• als het tegoed op de depotrekening lager is dan € 2.500, (tweeduizend vijfhonderd euro). f In de sub e vermelde gevallen mag de bank naar haar keuze:
• het tegoed op die rekening overboeken naar een andere rekening van de debiteur bij de bank of een andere Rabobank, en/of
• het tegoed op die rekening aanwenden als aflossing op de geldlening en/of
• het door de debiteur uit hoofde van de geldlening verschuldigde voldoen ten laste van het tegoed op de depotrekening.
Als de bank op basis van deze bepaling en/of het bepaalde in sub b van dit artikel (een gedeelte van) de geldlening aflost dan kan de bank de debiteur een vergoeding in rekening brengen die gelijk is aan de vergoeding die geldt bij vervroegde aflossing van de geldlening.
g De bank stelt de betaaldata van de rente die over het tegoed op de depotrekening wordt vergoed (depotrente) vast en kan deze altijd wijzigen.
h De debiteur mag op de depotrekening alleen (een gedeelte van) het bedrag van de geldlening storten en geen andere bedragen.
24 Rabobank Variabele Plus Lening
Voor zover een Rabobank Variabele Plus Lening is overeengekomen, gelden verder de volgende bepalingen: a De bank kan de rente altijd wijzigen. De bank zal de rente aan de debiteur meedelen.
b Vervroegde aflossing is altijd geoorloofd. Bij gedeeltelijke aflossingen dient dit te geschieden in ronde sommen van eenduizend euro (€ 1000,) of een veelvoud daarvan. Bij vervroegde aflossing is geen vergoeding verschuldigd.
c Onverminderd het bepaalde in het artikel in deze algemene voorwaarden over onmiddellijke opeisbaarheid is het door de debiteur verschuldigde altijd opeisbaar na drie maanden tevoren gedane opzegging door de bank.
25 Rabobank Roll-Over Lening
Voor zover een Rabobank RollOver Lening is overeengekomen, gelden verder de volgende bepalingen:
a De bank stelt de rente vast op basis van een Euro InterBank Offered Rate (Euribortarief) zoals die door Euribor FBE, gevestigd te Brussel, of een door haar ingeschakelde derde is vastgesteld (de basiscomponent), verhoogd met een door de bank te bepalen opslag. De bank stelt de rente voor het eerst vast bij de in de akte vermelde ingangsdatum. De in de akte vermelde ingangsdatum is het begin van de eerste rolloverperiode. Op de eerste dag van de kalendermaand die volgt op de periode waarvoor het overeengekomen Euribortarief van kracht is (de rolloverperiode) en vervolgens telkens na het verstrijken van een rolloverperiode, stelt de bank de basiscomponent en de rente opnieuw vast. Een rolloverperiode eindigt op de laatste dag van een kalendermaand. Als de eerste rollover periode niet eindigt op de laatste dag van een kalendermaand stelt de bank de eerste rolloverperiode voor een afwijkende periode vast, zodat deze eindigt op de laatste dag van een kalendermaand. De basiscomponent is gelijk aan het Euribortarief, dat voor de betreffende rolloverperiode is vastgesteld op de voorlaatste Euribor FBE werkdag van de kalendermaand voorafgaand aan de nieuwe rolloverperiode. Een Euribor FBE werkdag is een dag, waarop Xxxxxxx FBE tarieven vaststelt. De bank kan de opslag altijd wijzigen. De bank zal de vastgestelde rente aan de debiteur meedelen. De bank zal de opslag vanaf de in de akte vermelde ingangsdatum echter niet wijzigen vanwege voor de bank geldende omstandigheden op de geld en kapitaalmarkt.
b Vervroegde aflossing is altijd geoorloofd. Bij gedeeltelijke aflossingen dient dit te geschieden in ronde sommen van eenduizend euro (€ 1000,), of een veelvoud daarvan. Bij vervroegde aflossing is de debiteur een vergoeding verschuldigd. Deze vergoeding is gelijk aan het verschil tussen de door de debiteur verschuldigde rente en de vergelijkingsrente, berekend over het vervroegd af te lossen bedrag over de periode vanaf het moment van de vervroegde aflossing tot en met de contractueel overeengekomen einddatum van de geldlening, waarbij rekening zal worden gehouden met de aflossingen die de bank in die periode zou hebben ontvangen op basis van het met de debiteur overeengekomen aflossingsschema. In dit artikellid wordt bij het bepalen van de contractueel overeengekomen einddatum van de geldlening geen rekening gehouden met vervroegde aflossingen. Het berekende bedrag wordt contant gemaakt op basis van een door de bank te bepalen rentepercentage en op een door de bank te bepalen wijze. Bij het bepalen van dit rentepercentage baseert de bank zich op tarieven in de interbancaire markt. Als er naar het oordeel van de bank geen of een niet goed functionerende interbancaire markt is, stelt de bank dit rentepercentage vast op een door haar te bepalen wijze. De vergoeding bedraagt ten minste één procent (1%) over het vervroegd af te lossen bedrag. De vergoeding moet worden betaald tegelijk met de voldoening van het vervroegd af te lossen bedrag. Onder vergelijkingsrente wordt in dit artikel verstaan de rente, gebaseerd op dezelfde rentegrondslag als voor de Rabobank RollOver Lening van de debiteur, die de bank zou ontvangen over een bedrag, gelijk aan het bedrag van de vervroegde aflossing, indien zij dat bedrag op het moment van de vervroegde aflossing zou uitzetten op de interbancaire markt voor een periode die gelijk is aan het restant van de contractueel overeengekomen looptijd van de geldlening op het moment van de vervroegde aflossing. Als er naar het oordeel van de bank geen of een niet goed functionerende interbancaire markt is, stelt de bank de vergelijkingsrente vast op een door haar te bepalen wijze. De bank zal het bedrag van de vergoeding schriftelijk aan de debiteur meedelen.
c De debiteur is bevoegd om zonder tot betaling van een vergoeding verplicht te zijn per kalenderjaar maximaal vijf procent (5%) van de oorspronkelijke hoofdsom van de geldlening af te lossen, mits:
1 de debiteur zijn voornemen tot vervroegde aflossing ten minste één week voor het einde van een rolloverperiode schriftelijk aan de bank meedeelt, en
2 de vervroegde aflossing plaatsvindt per de eerste dag van de kalendermaand die volgt op deze rolloverperiode en
3 de vervroegde aflossing ten minste eenduizend euro (€ 1000,) bedraagt, en
4 de debiteur ten genoegen van de bank aantoont dat de vervroegde aflossing is verricht met eigen middelen, die niet zijn verkregen uit een door de bank of een derde aan de debiteur verstrekte financiering.
Als de debiteur in een kalenderjaar niet of slechts gedeeltelijk gebruik heeft gemaakt van de in dit lid genoemde bevoegdheid tot vergoedingsvrije aflossing dan vervalt deze bevoegdheid bij het eindigen van het desbetreffende kalenderjaar.
d De debiteur is bevoegd om zonder tot betaling van een vergoeding verplicht te zijn:
1 de geldlening algeheel af te lossen als de bank de in de rente begrepen opslag verhoogt, mits de geldlening algeheel wordt afgelost op de eerste dag van een kalendermaand die is gelegen binnen een termijn van drie maanden na de verhoging van de opslag;
2 de geldlening algeheel af te lossen bij juridische eigendomsoverdracht van alle hypothecaire onderpanden die de debiteur zelf in gebruik heeft, mits ten genoegen van de bank wordt aangetoond dat de eigendomsoverdracht het gevolg is van algehele beëindiging van het bedrijf of het beroep van de debiteur; wijziging van ondernemingsvorm of rechtsvorm of het samenwerkingsverband of inbreng van activa en/of passiva van het bedrijf of de beroepspraktijk van de debiteur in een (andere) vennootschap of samenwerkingsverband worden voor de toepassing van dit artikel niet aangemerkt als bedrijfsbeëindiging;
3 de geldlening algeheel of gedeeltelijk af te lossen binnen één jaar na het overlijden van een debiteur of de echtgenoot/geregistreerd partner van een debiteur, als ten genoegen van de bank wordt aangetoond dat de vervroegde aflossing geschiedt met gelden die in verband met dat overlijden zijn uitgekeerd ingevolge een verzekeringsovereenkomst.
e Als de bank in een geval van onmiddellijke opeisbaarheid als vermeld in het artikel in deze algemene voorwaarden over onmiddellijke opeisbaarheid tot opeising is overgegaan kan zij aan de debiteur een vergoeding in rekening brengen overeenkomstig het in het onderhavige artikel onder b voor vervroegde aflossing bepaalde met dien verstande dat het bepaalde in het onderhavige artikel onder d sub 3 ook van toepassing is. Het bepaalde in het onderhavige artikel onder c en onder d sub 1 en 2 is in een dergelijk geval van onmiddellijke opeising niet van toepassing.
f Onverminderd het bepaalde in het artikel in deze algemene voorwaarden over onmiddellijke opeisbaarheid is het door de debiteur verschuldigde altijd opeisbaar na drie maanden tevoren gedane opzegging door de bank. In dat geval is de debiteur geen vergoeding verschuldigd wegens vervroegde aflossing.
26 Rabobank Roll-Over Lening met rentekeuze
Voor zover een Rabobank RollOver Lening met rentekeuze is overeengekomen gelden verder de volgende bepalingen:
a De bank stelt de rente vast op basis van een Euro InterBank Offered Rate (Euribortarief) zoals die door Euribor FBE, gevestigd te Brussel, of een door haar ingeschakelde derde is vastgesteld (de basiscomponent), verhoogd met een door de bank te bepalen opslag. De bank stelt de rente voor het eerst vast bij de in de akte vermelde ingangsdatum. De in de akte vermelde ingangsdatum is het begin van de eerste rolloverperiode. Op de eerste dag van de kalendermaand die volgt op de periode waarvoor het overeengekomen Euribortarief van kracht is (de rolloverperiode) en vervolgens telkens na het verstrijken van een rolloverperiode, stelt de bank de
basiscomponent en de rente opnieuw vast. Een rolloverperiode eindigt op de laatste dag van een kalendermaand. Als de eerste rollover periode niet eindigt op de laatste dag van een kalendermaand stelt de bank de eerste rolloverperiode voor een afwijkende periode vast, zodat deze eindigt op de laatste dag van een kalendermaand. De basiscomponent is gelijk aan het Euribortarief, dat voor de betreffende rolloverperiode is vastgesteld op de voorlaatste Euribor FBE werkdag van de kalendermaand voorafgaand aan de nieuwe rolloverperiode. Een Euribor FBE werkdag is een dag, waarop Xxxxxxx FBE tarieven vaststelt. De bank zal de opslag niet wijzigen tot de in de akte vermelde datum.
b Vervroegde aflossing is altijd geoorloofd. Bij gedeeltelijke aflossingen dient dit te geschieden in ronde sommen van eenduizend euro (€ 1000,), of een veelvoud daarvan. Bij vervroegde aflossing is de debiteur een vergoeding verschuldigd. Deze vergoeding is gelijk aan het verschil tussen de door de debiteur verschuldigde rente en de vergelijkingsrente, berekend over het vervroegd af te lossen bedrag over de periode vanaf het moment van de vervroegde aflossing tot en met de opslagwijzigingsdatum, waarbij rekening zal worden gehouden met de aflossingen die de bank in die periode zou hebben ontvangen op basis van het met de debiteur overeengekomen aflossingsschema. Het berekende bedrag wordt contant gemaakt op basis van een door de bank te bepalen rentepercentage en op een door de bank te bepalen wijze. Bij het bepalen van dit rentepercentage baseert de bank zich op tarieven in de interbancaire markt. Als er naar het oordeel van de bank geen of een niet goed functionerende interbancaire markt is, stelt de bank dit rentepercentage vast op een door haar te bepalen wijze. De vergoeding bedraagt ten minste één procent (1%) over het vervroegd af te lossen bedrag. De vergoeding moet worden betaald tegelijk met de voldoening van het vervroegd af te lossen bedrag. Onder vergelijkingsrente wordt in dit artikel verstaan de rente, gebaseerd op dezelfde rentegrondslag als voor de Rabobank RollOver Lening met rentekeuze van de debiteur, die de bank zou ontvangen over een bedrag, gelijk aan het bedrag van de vervroegde aflossing, als zij dat bedrag op het moment van de vervroegde aflossing zou uitzetten op de interbancaire markt voor een periode die gelijk is aan het moment van de vervroegde aflossing tot en met de opslagwijzigingsdatum. Als er naar het oordeel van de bank geen of een niet goed functionerende interbancaire markt is, stelt de bank de vergelijkingsrente vast op een door haar te bepalen wijze. De bank zal het bedrag van de vergoeding schriftelijk aan de debiteur meedelen.
c De debiteur is bevoegd om zonder tot betaling van een vergoeding verplicht te zijn per kalenderjaar maximaal vijf procent (5%) van de oorspronkelijke hoofdsom van de geldlening af te lossen, mits:
1 de debiteur zijn voornemen tot vervroegde aflossing ten minste één week voor het einde van een rolloverperiode schriftelijk aan de bank meedeelt, en
2 de vervroegde aflossing plaatsvindt per de eerste dag van de kalendermaand die volgt op deze rolloverperiode en
3 de vervroegde aflossing ten minste eenduizend euro (€ 1000,) bedraagt, en
4 de debiteur ten genoegen van de bank aantoont dat de vervroegde aflossing is verricht met eigen middelen, die niet zijn verkregen uit een door de bank of een derde aan de debiteur verstrekte financiering.
Als de debiteur in een kalenderjaar niet of slechts gedeeltelijk gebruik heeft gemaakt van de in dit lid genoemde bevoegdheid tot vergoedingsvrije aflossing dan vervalt deze bevoegdheid bij het eindigen van het desbetreffende kalenderjaar.
d De debiteur is bevoegd om zonder tot betaling van een vergoeding verplicht te zijn:
1 de geldlening algeheel of gedeeltelijk met een minimum van eenduizend euro (€ 1.000,) af te lossen aan het einde van de periode, waarvoor de opslag vast is, mits de debiteur zijn voornemen tot de vervroegde aflossing ten minste één week voor het einde van die periode schriftelijk aan de bank meedeelt;
2 de geldlening algeheel af te lossen bij juridische eigendomsoverdracht van alle hypothecaire onderpanden die de debiteur zelf in gebruik heeft, mits ten genoegen van de bank wordt aangetoond dat de eigendomsoverdracht het gevolg is van algehele beëindiging van het bedrijf of het beroep van de debiteur; wijziging van ondernemingsvorm of rechtsvorm of het samenwerkingsverband of inbreng van activa en/of passiva van het bedrijf of de beroepspraktijk van de debiteur in een (andere) vennootschap of samenwerkingsverband worden voor de toepassing van dit artikel niet aangemerkt als bedrijfsbeëindiging;
3 de geldlening algeheel of gedeeltelijk af te lossen binnen één jaar na het overlijden van een debiteur of de echtgenoot/geregistreerd partner van een debiteur, als ten genoegen van de bank wordt aangetoond dat de vervroegde aflossing geschiedt met gelden die in verband met dat overlijden zijn uitgekeerd ingevolge een verzekeringsovereenkomst.
e Als de bank in een geval van onmiddellijke opeisbaarheid als vermeld in het artikel in deze algemene voorwaarden over onmiddellijke opeisbaarheid tot opeising is overgegaan kan zij aan de debiteur een vergoeding in rekening brengen overeenkomstig het in het onderhavige artikel onder b voor vervroegde aflossing bepaalde met dien verstande dat het bepaalde in het onderhavige artikel onder d sub 3 ook van toepassing is. Het bepaalde in het onderhavige artikel onder c en onder d sub 1 en 2 is in een dergelijk geval van onmiddellijke opeising niet van toepassing.
f Onder opslagwijzigingsdatum wordt in dit artikel verstaan de datum gelegen aan het einde van een periode, waarin de opslag niet wijzigt. De opslag kan door de bank met ingang van de dag na de opslagwijzigingsdatum worden gewijzigd. De bank zal ten minste twee weken voor de opslagwijzigingsdatum aan de debiteur een aanbod doen voor de hoogte van de opslag en de periode waarin geen wijziging van de opslag zal plaatsvinden. Dit aanbod is bedoeld voor de periode na de opslagwijzigingsdatum. Daarin kan de bank aan de debiteur een aantal door de bank vast te stellen opslagmogelijkheden en een aantal door de bank vast te stellen rentetypen en tarieven aanbieden. De
debiteur kan kosteloos een keuze maken uit de aangeboden opslagmogelijkheden en de aangeboden rentetypen, mits hij zijn keuze ten minste één week voor de opslagwijzigingsdatum schriftelijk aan de bank meedeelt.
g Als de bank één week voor de opslagwijzigingsdatum geen schriftelijke keuze van de debiteur heeft ontvangen, en de debiteur niet per opslagwijzigingsdatum tot algehele aflossing van de geldlening is overgegaan, wordt de debiteur geacht te hebben gekozen voor hetzelfde rentetype en een opslag voor dezelfde periode vast als de direct daaraan voorafgaande periode tegen het daarvoor in dat aanbod vermelde tarief, tenzij de bank in dat aanbod iets anders heeft aangegeven.
h Onverminderd het bepaalde in het artikel in deze algemene voorwaarden over onmiddellijke opeisbaarheid is het door de debiteur verschuldigde altijd opeisbaar na drie maanden tevoren gedane opzegging door de bank. In dat geval is de debiteur geen vergoeding verschuldigd wegens vervroegde aflossing.
27 Rabobank Roll-Over Lening met renteplafond
Voor zover een Rabobank RollOver Lening met renteplafond is overeengekomen, gelden verder de volgende bepalingen: a De bank stelt de rente vast op basis van de 3maands Euro InterBank Offered Rate (Euribortarief) zoals die door Xxxxxxx
FBE, gevestigd te Brussel, of een door haar ingeschakelde derde is vastgesteld (de basiscomponent), verhoogd met:
• een door de bank te bepalen algemene opslag (opslag 1) en,
• een tot de overeengekomen einddatum van het renteplafond geldende plafondopslag (opslag 2).
De bank stelt de rente voor het eerst vast bij de in de akte vermelde ingangsdatum. De in de akte vermelde ingangsdatum is het begin van de eerste rolloverperiode. Een rolloverperiode bedraagt drie kalendermaanden. In afwijking daarvan kan de bank de eerste rolloverperiode voor een iets langere of kortere periode vaststellen zodat deze eindigt op de laatste dag van een kalendermaand.
Gedurende een rolloverperiode kan de bank de basiscomponent niet wijzigen.
Met ingang van de eerste dag van de kalendermaand die volgt op de eerste rolloverperiode en vervolgens telkens na het verstrijken van een rolloverperiode, geldt de door de bank opnieuw vastgestelde rente voor de desbetreffende rolloverperiode.
De bank gaat bij het vaststellen van deze rente uit van een basiscomponent die gelijk is aan het 3maands Euribortarief op de voorlaatste Euribor FBE werkdag van de kalendermaand voorafgaande aan de nieuwe rolloverperiode. Een Euribor FBE werkdag is een dag, waarop Xxxxxxx FBE tarieven vaststelt.
De bank kan opslag 1 altijd wijzigen. De bank zal opslag 1 vanaf de in de akte vermelde ingangsdatum echter niet wijzigen vanwege voor de bank geldende omstandigheden op de geld en kapitaalmarkt. Opslag 2 geldt tot de overeengekomen einddatum van het renteplafond en kan tussentijds niet worden gewijzigd. De bank zal de vastgestelde rente aan de debiteur meedelen.
b Tot aan de overeengekomen einddatum van het renteplafond zal de rente inclusief voormelde opslagen niet méér bedragen dan het overeengekomen plafondpercentage.
c Tot aan de overeengekomen einddatum van het renteplafond is uitsluitend algehele vervroegde aflossing van de geldlening toegestaan.
d Bij vervroegde aflossing is de debiteur een vergoeding verschuldigd. Deze vergoeding is gelijk aan het verschil tussen de door de debiteur verschuldigde rente zonder opslag 2 en de vergelijkingsrente, berekend over het vervroegd af te lossen bedrag over de periode vanaf het moment van de vervroegde aflossing tot en met de contractueel overeengekomen einddatum van de geldlening, waarbij rekening zal worden gehouden met de aflossingen die de bank in die periode zou hebben ontvangen op basis van het met de debiteur overeengekomen aflossingsschema. In dit artikellid wordt bij het bepalen van de contractueel overeengekomen einddatum van de geldlening geen rekening gehouden met vervroegde aflossingen. Het berekende bedrag wordt contant gemaakt op basis van een door de bank te bepalen rentepercentage en op een door de bank te bepalen wijze. Bij het bepalen van dit rentepercentage baseert de bank zich op tarieven in de interbancaire markt. Als er naar het oordeel van de bank geen of een niet goed functionerende interbancaire markt is, stelt de bank dit rentepercentage vast op een door haar te bepalen wijze. De vergoeding bedraagt ten minste één procent (1%) over het vervroegd af te lossen bedrag. De vergoeding moet worden betaald tegelijk met de voldoening van het vervroegd af te lossen bedrag. Onder vergelijkingsrente wordt in dit artikel verstaan de rente, gebaseerd op dezelfde rentegrondslag als voor de Rabobank RollOver Lening met renteplafond van de debiteur maar zonder renteplafond, die de bank zou ontvangen over een bedrag, gelijk aan het bedrag van de vervroegde aflossing, als zij dat bedrag op het moment van de vervroegde aflossing zou uitzetten op de interbancaire markt voor een periode die gelijk is aan het restant van de contractueel overeengekomen looptijd van de geldlening op het moment van de vervroegde aflossing. Als er naar het oordeel van de bank geen of een niet goed functionerende interbancaire markt is, stelt de bank de vergelijkingsrente vast op een door haar te bepalen wijze. De bank zal het bedrag van de vergoeding schriftelijk aan de debiteur meedelen.
e Als de debiteur vóór de overeengekomen einddatum van het renteplafond:
• overgaat tot algehele aflossing van de geldlening, of
• voor deze geldlening een ander rentetype met de bank overeenkomt,
is de debiteur onverminderd een eventueel op basis van lid d van dit artikel verschuldigde vergoeding altijd een extra vergoeding verschuldigd.
Deze extra vergoeding is gelijk aan het getal van de overeengekomen opslag 2 als percentage op jaarbasis, berekend over de restanthoofdsom van de geldlening over de periode vanaf het moment van vervroegde aflossing respectievelijk
de ingangsdatum van de wijziging van het rentetype tot de overeengekomen einddatum van het renteplafond. Daarbij zal rekening worden gehouden met de aflossingen die de bank in die periode zou hebben ontvangen op basis van het met de debiteur overeengekomen aflossingsschema. Het berekende bedrag wordt contant gemaakt op basis van een door de bank te bepalen rentepercentage en op een door de bank te bepalen wijze. Bij het bepalen van dit rentepercentage baseert de bank zich op tarieven in de interbancaire markt. Als er naar het oordeel van de bank geen of een niet goed functionerende interbancaire markt is, stelt de bank dit rentepercentage vast op een door haar te bepalen wijze. Een door de debiteur op grond van dit lid verschuldigde vergoeding dient te worden betaald op het moment van vervroegde aflossing respectievelijk op de ingangsdatum van de wijziging van het rentetype.
f Als de bank in een geval van onmiddellijke opeisbaarheid als vermeld in het artikel in deze algemene voorwaarden over onmiddellijke opeisbaarheid tot opeising is overgegaan vóór de overeengekomen einddatum van het renteplafond, kan zij aan de debiteur naast een vergoeding overeenkomstig het in dit artikel in lid d bepaalde altijd een extra vergoeding in rekening brengen. Deze extra vergoeding wordt berekend op de hierboven in lid e beschreven wijze over de periode vanaf de datum van opeising door de bank tot de overeengekomen einddatum van het renteplafond. Deze extra vergoeding is terstond na de opeising verschuldigd en opeisbaar.
g Op de overeengekomen einddatum van het renteplafond wordt de geldlening voortgezet als een Rabobank RollOver Lening als bedoeld in het artikel over de Rabobank RollOver Lening van deze algemene voorwaarden.
h Onverminderd het bepaalde in het artikel in deze algemene voorwaarden over onmiddellijke opeisbaarheid is het door de debiteur verschuldigde altijd opeisbaar na drie maanden tevoren gedane opzegging door de bank. In dat geval is de debiteur geen vergoeding verschuldigd wegens vervroegde aflossing.
28 Rente voor een bepaalde periode vast
Voor zover overeengekomen is dat de rente gedurende een bepaalde periode vast is (rentevastperiode), gelden verder de volgende bepalingen:
a De bank zal de rente gedurende de rentevastperiode niet wijzigen.
b De geldlening is gedurende de rentevastperiode niet opeisbaar, behoudens in de gevallen van onmiddellijke opeisbaarheid als vermeld in het artikel in deze algemene voorwaarden over onmiddellijke opeisbaarheid.
c Vervroegde aflossing is altijd geoorloofd. Bij gedeeltelijke aflossing dient dit te geschieden in ronde sommen van eenduizend euro (€ 1000,), of een veelvoud daarvan. Bij vervroegde aflossing is de debiteur een vergoeding verschuldigd. Deze vergoeding is gelijk aan het verschil tussen de door de debiteur verschuldigde rente en de vergelijkingsrente, berekend over het vervroegd af te lossen bedrag over de periode vanaf het moment van de vervroegde aflossing tot en met de laatste dag van de rentevastperiode, waarbij rekening zal worden gehouden met de aflossingen die de bank in die periode zou hebben ontvangen op basis van het met de debiteur overeengekomen aflossingsschema. Het berekende bedrag wordt contant gemaakt op basis van een door de bank te bepalen rentepercentage en op een door de bank te bepalen wijze. Bij het bepalen van dit rentepercentage baseert de bank zich op tarieven in de interbancaire markt. Als er naar het oordeel van de bank geen of een niet goed functionerende interbancaire markt is, stelt de bank dit rentepercentage vast op een door haar te bepalen wijze. De vergoeding bedraagt ten minste één procent (1%) over het vervroegd af te lossen bedrag. De vergoeding moet worden betaald tegelijk met de voldoening van het vervroegd af te lossen bedrag. Onder vergelijkingsrente wordt in dit artikel verstaan de rente, die de bank zou ontvangen over een bedrag, gelijk aan het bedrag van de vervroegde aflossing, als zij dat bedrag op het moment van de vervroegde aflossing zou uitzetten op de interbancaire markt voor een periode die gelijk is aan het restant van de rentevastperiode van de geldlening op het moment van de vervroegde aflossing. Als er naar het oordeel van de bank geen of een niet goed functionerende interbancaire markt is, stelt de bank de vergelijkingsrente vast op een door haar te bepalen wijze. De bank zal het bedrag van de vergoeding schriftelijk aan de debiteur meedelen.
d De debiteur is bevoegd om zonder tot betaling van een vergoeding verplicht te zijn per kalenderjaar maximaal vijf procent (5%) van de oorspronkelijke hoofdsom van de geldlening af te lossen, mits:
1 de vervroegde aflossing plaatsvindt per de eerste dag van een kalendermaand, en
2 de debiteur zijn voornemen tot vervroegde aflossing ten minste één week voor die datum schriftelijk aan de bank meedeelt, en
3 de vervroegde aflossing ten minste eenduizend euro (€ 1000,) bedraagt, en
4 de debiteur ten genoegen van de bank aantoont dat de vervroegde aflossing is verricht met eigen middelen, die niet zijn verkregen uit een door de bank of een derde aan de debiteur verstrekte financiering.
Als de debiteur in een kalenderjaar niet of slechts gedeeltelijk gebruik heeft gemaakt van de in dit lid genoemde bevoegdheid tot vergoedingsvrije aflossing dan vervalt deze bevoegdheid bij het eindigen van het desbetreffende kalenderjaar.
e De debiteur is bevoegd om zonder tot betaling van een vergoeding verplicht te zijn:
1 de geldlening algeheel of gedeeltelijk met een minimum van eenduizend euro (€ 1.000,) af te lossen aan het einde van de rentevastperiode, mits de debiteur zijn voornemen tot de vervroegde aflossing ten minste één week voor het einde van de rentevastperiode schriftelijk aan de bank meedeelt;
2 de geldlening algeheel af te lossen bij juridische eigendomsoverdracht van alle hypothecaire onderpanden die de debiteur zelf in gebruik heeft, mits ten genoegen van de bank wordt aangetoond dat de eigendomsoverdracht het gevolg is van algehele beëindiging van het bedrijf of het beroep van de debiteur; wijziging van de ondernemingsvorm of rechtsvorm of het samenwerkingsverband of inbreng van activa en/of passiva van het bedrijf of de beroepspraktijk
van de debiteur in een (andere) vennootschap of samenwerkingsverband worden voor de toepassing van dit artikel niet gezien als bedrijfsbeëindiging;
3 de geldlening algeheel of gedeeltelijk af te lossen binnen één jaar na het overlijden van een debiteur of de echtgenoot/geregistreerd partner van een debiteur, als ten genoegen van de bank wordt aangetoond dat de vervroegde aflossing geschiedt met gelden die in verband met dat overlijden zijn uitgekeerd ingevolge een verzekeringsovereenkomst.
f Als de bank in een geval van onmiddellijke opeisbaarheid als vermeld in het artikel in deze algemene voorwaarden over onmiddellijke opeisbaarheid tot opeising is overgegaan kan zij aan de debiteur een vergoeding in rekening brengen overeenkomstig het in het onderhavige artikel onder c voor vervroegde aflossing bepaalde met dien verstande dat het bepaalde in het onderhavige artikel onder e sub 3 ook van toepassing is. Het bepaalde in het onderhavige artikel onder d en onder e sub 1 en 2 is in een dergelijk geval van onmiddellijke opeising niet van toepassing.
g Onder rentewijzigingsdatum wordt hierna verstaan de datum gelegen aan het einde van een rentevastperiode. De rente kan door de bank met ingang van de dag na de rentewijzigingsdatum worden gewijzigd. De bank zal ten minste twee weken voor de rentewijzigingsdatum aan de debiteur een aanbod doen voor het rentetype en het rentepercentage dat geldt met ingang van de dag na de rentewijzigingsdatum. Daarbij kan de bank aan de debiteur een aantal door de bank vast te stellen rentetypen aanbieden, tegen tarieven die op het moment van dat aanbod bij de bank gelden. De debiteur kan kosteloos een keuze maken uit de aangeboden rentetypen, mits hij zijn keuze ten minste één week voor de rentewijzigingsdatum schriftelijk aan de bank meedeelt.
h Als de bank één week voor de rentewijzigingsdatum geen schriftelijke keuze van één van de in het aanbod van de bank inzake rentekeuze vermelde rentetypen van de debiteur heeft ontvangen, en de debiteur niet per de rentewijzigingsdatum tot algehele aflossing van de geldlening is overgegaan, wordt de debiteur geacht te hebben gekozen voor rente voor een periode van vijf jaren vast, dan wel voor een ander rentetype als dit in het hiervoor bedoelde aanbod is vermeld, tegen het daarvoor in dat aanbod vermelde tarief.
29 Aflossingsvrije lening
Als overeengekomen is dat op de geldlening geen aflossingen behoeven plaats te vinden, gelden verder de volgende bepalingen:
a De hoofdsom van de geldlening dient terstond geheel te worden terugbetaald in de volgende gevallen:
• bij vervreemding van een hypothecair onderpand;
• bij metterwoon verlaten van een hypothecair onderpand door de debiteur.
b Als de waarde van een hypothecair onderpand naar het oordeel van de bank daartoe aanleiding geeft, kan de bank onverminderd haar bevoegdheid als omschreven in het artikel in deze algemene voorwaarden over onmiddellijke opeisbaarheid, van de debiteur (periodieke) aflossing(en) verlangen. De bank heeft het recht elk hypothecair onderpand vijf jaren na datum, waarop de geldlening is verstrekt, en vervolgens telkens na het verstrijken van een periode van ten minste vijf jaren, voor rekening van de debiteur te laten taxeren ter bepaling van de waarde van dat hypothecair onderpand.
c Elke (tussentijdse) aflossing waartoe debiteur gehouden is op grond van dit artikel en/of de akte wordt aangemerkt als een vervroegde aflossing.
30 Achtergestelde geldlening met borgtocht
Als er sprake is van een achtergestelde geldlening met borgtocht van de Stichting Borgstellingsfonds voor de Landbouw of met borgtocht van de Staat der Nederlanden in het kader van de Regeling LNVsubsidies, geldt ook het volgende voor deze geldlening:
In geval van faillissement of surseance van betaling van de debiteur of van toepassing zijn van een wettelijke schuldsaneringsregeling op de debiteur, en in geval van beëindiging van het bedrijf van de debiteur zal het door de debiteur alsdan aan de bank verschuldigde uit hoofde van deze geldlening met uitzondering van rente, achtergesteld zijn bij alle zakelijke vorderingen, die andere tegenwoordige en toekomstige schuldeisers hebben of verkrijgen op de debiteur, met uitzondering van die vorderingen waarvan eveneens bepaald is dat deze een lagere rang innemen dan in artikel 277, eerste lid van Boek 3 van het Burgerlijk Wetboek is bepaald.
31 Stimuleringslening
Als er sprake is van een Stimuleringslening geldt ook het volgende voor deze stimuleringslening:
Ingeval van faillissement of surseance van betaling van de debiteur of van toepassing zijn van een wettelijke schuldsaneringsregeling op de debiteur, en in geval van beëindiging van het bedrijf van de debiteur zal het door de debiteur alsdan aan de bank verschuldigde uit hoofde van deze geldlening, met uitzondering van rente, achtergesteld zijn bij alle zakelijke vorderingen, die andere tegenwoordige en toekomstige schuldeisers hebben of verkrijgen op de debiteur, met uitzondering van die vorderingen waarvan eveneens bepaald is dat deze een lagere rang innemen dan in artikel 277, eerste lid van Boek 3 van het Burgerlijk Wetboek is bepaald. Als de bank tot opeising van het uit hoofde van deze geldlening door de debiteur aan haar verschuldigde is overgegaan, en na uitwinning van alle voor de schulden van de debiteur gestelde zekerheden en eventuele andere vermogensbestanddelen van de debiteur een restantschuld overblijft, is de bank in beginsel bereid aan de debiteur volledige kwijtschelding van de restantschuld te verlenen, mits de debiteur ten
genoegen van de bank zijn volledige medewerking heeft verleend om tot een voor de bank zo goed mogelijke afwikkeling van de aan de debiteur verstrekte financiering(en) te geraken.
32 Kasgeldleningen
Als met de bank een kasgeldfaciliteit in het kader van een in de akte vermeld krediet is overeengekomen, gelden ook de volgende bepalingen:
a Als de debiteur een kasgeldlening wil, moet het verzoek van de debiteur daartoe uiterlijk om 11.00 uur ’s ochtends Centraal Europese Tijd op een werkdag van de bank bij de bank bekend zijn. Dit verzoek is onherroepelijk. Bij het verzoek moet het bedrag en de gewenste looptijd van de kasgeldlening meegedeeld worden. De bank zal dan met als valutadatum die dag de verzochte kasgeldlening (hoofdelijk) aan de debiteur verstrekken, mits aan alle door de bank gestelde voorwaarden is voldaan. De bank stelt de rente van de kasgeldlening vast bij opname van de kasgeldlening. De debiteur is met ingang van die datum de rente verschuldigd. De bank zal de vastgestelde rente en de met de debiteur gemaakte afspraken ten aanzien van de hoofdvoorwaarden van de kasgeldlening aan debiteur bevestigen. De debiteur moet een afschrift van deze mededeling per omgaande rechtsgeldig “voor akkoord” ondertekend aan de bank retourneren.
b De hoofdsommen van de opgenomen kasgeldleningen en de daarover verschuldigde rente, overige renten, provisies en kosten, zijn zonder korting, terstond en zonder opzegging, ingebrekestelling of andere formaliteit opeisbaar in de gevallen vermeld in het artikel over onmiddellijke opeisbaarheid in deze algemene voorwaarden en ingeval het in de akte vermelde krediet eindigt.
c De debiteur mag de kasgeldlening niet vervroegd aflossen, tenzij de bank dat van de debiteur eist op grond van dit artikel.
d Zowel de klant als de bank kunnen altijd de mogelijkheid tot opnemen van kasgeldleningen opzeggen. Hiervoor geldt een opzegtermijn van ten minste drie maanden, terwijl het in de akte vermelde krediet blijft doorlopen. Kasgeldleningen die zijn opgenomen vóór het verstrijken van deze termijn, blijven doorlopen overeenkomstig de afgesproken looptijd en de overige afgesproken condities.
33 Boete bij te late betaling geldlening
1 Als het door de debiteur aan de bank uit hoofde van de geldlening verschuldigde niet op de vervaldag is voldaan, kan de bank naar haar keuze aan de debiteur over het niet tijdig betaalde bedrag een boete in rekening brengen van:
a ten hoogste één procent (1%) per maand vanaf de vervaldag, naast de geldende rente voor de geldlening, die ook over het bedrag dat niet op tijd betaald is in rekening zal worden gebracht, of
b ten hoogste twee procent (2%) per maand vanaf de vervaldag, zonder dat daarnaast de geldende rente voor de geldlening in rekening zal worden gebracht, over het bedrag dat niet op tijd is betaald.
2 Deze boete is maandelijks verschuldigd en wordt in rekening gebracht voor het eerst op de eerste dag van de kalendermaand volgend op de vervaldag voor de rente en/of aflossing en/of kosten en vervolgens op de eerste dag van elke volgende kalendermaand bij niet tijdige betaling. Als de boete op de vervaldag(en) niet (tijdig) is voldaan wordt hier ook weer boete over berekend en in rekening gebracht. Bij de berekening van de boete wordt een gedeelte van een maand voor een hele maand gerekend. De boete bedraagt per maand minimaal eenhonderdvijfentwintig euro (€ 125,).
De bank mag altijd de berekeningsperiode en/of berekeningsmethode en/of de afrekenperiode en/of de afrekendatum wijzigen.
C Bepalingen van bijzondere aard voor het krediet
voor het krediet gelden ook de volgende bepalingen:
34 Beschikkingsbevoegdheid en volmacht bij een krediet
a De beschikkingsbevoegdheid over een krediet door kredietnemer en/of zijn gevolmachtigde(n) wordt mede bepaald door de bepalingen geldende voor elke rekening, waarop het krediet is geadministreerd.
Elke kredietnemer geeft door ondertekening van de akte aan elke andere kredietnemer een onherroepelijke volmacht om de voorwaarden die van toepassing zijn op de rekening, waarop een krediet (mede) is geadministreerd, te wijzigen.
b De bank kan in naar haar oordeel bijzondere gevallen de medewerking van alle kredietnemers verlangen om over een krediet te beschikken.
c Als de kredietnemer een volmacht heeft verleend aan een derde om over een krediet te beschikken dat is geadministreerd op een of meer rekeningen, dan geldt voor die volmacht telkens het voor de betreffende rekening bepaalde omtrent volmacht aan derden.
35 Saldocompensatie/administratie krediet op meer rekeningen
Als een krediet is verstrekt aan één of meer kredietnemers en ter uitvoering hiervan het krediet op meer rekeningen is geadministreerd, gelden de volgende bepalingen:
a Het gecombineerde saldo van de rekeningen zal bepalend zijn voor het bedrag dat de bank aan de kredietnemer verschuldigd is of van de kredietnemer te vorderen heeft. De bank is altijd bevoegd het bedrag dat een kredietnemer op een afzonderlijke rekening debet mag staan per rekening te beperken en/of te wijzigen. De bank kan daarbij een
compensatielimiet op een afzonderlijke rekening vaststellen en/of wijzigen en zal deze dan aan de desbetreffende kredietnemer meedelen.
b De debet respectievelijk creditrente wordt berekend over de saldi van de afzonderlijke rekeningen met inachtneming van de met de kredietnemer voor de desbetreffende rekeningen en het krediet overeengekomen rentepercentages. De bank is altijd bevoegd deze renteberekeningsmethode met onmiddellijke ingang te wijzigen.
c De bank is altijd bevoegd en daartoe met het recht van substitutie onherroepelijk gevolmachtigd door kredietnemer om te beschikken over het krediet en deze bedragen over te boeken naar een rekening waarop het krediet is geadministreerd en/of bedragen van een rekening over te boeken naar een andere rekening waarop het krediet is geadministreerd.
d De bank is altijd bevoegd het krediet ook op andere rekeningen ten name van een of meer kredietnemer(s) en/of (toekomstige) toetreder(s) te administreren en/of het krediet niet meer te administreren op een of meer rekeningen.
36 Dierfinancieringsregeling
Als een dierfinancieringsregeling is overeengekomen, geldt ook het volgende:
a De kredietnemer moet op verzoek van de bank:
• het aantal op zijn bedrijf aanwezige dieren, en
• de vorderingen ter zake van reeds door de kredietnemer geleverde dieren, en
• de nog te betalen bedragen voor aan hem geleverde dieren en veevoeder inventariseren en aan de bank schriftelijk meedelen;
b Als na inventarisatie blijkt dat de debetstand van de rekening, waarop het krediet is geadministreerd, hoger is dan het in de akte gedefinieerde “toegestaan kredietbedrag” zal de kredietnemer het verschil onmiddellijk moeten aanzuiveren. Door ondertekening van de akte verleent de kredietnemer de bank onherroepelijk volmacht met het recht van substitutie om het bedrag waarmee het in de akte gedefinieerde “toegestaan kredietbedrag” is overschreden voor zover mogelijk van één of meer andere (mede) op naam van de kredietnemer gestelde rekeningen af te schrijven;
c Onverminderd het bepaalde in deze algemene voorwaarden kan de bank:
• het in de akte vermelde kredietmaximum verlagen als het prijsniveau voor dierproducten en/of slachtrijpe dieren daartoe aanleiding geeft;
• een beschikking over het krediet weigeren als naar het oordeel van de bank het in de akte gedefinieerde “toegestaan kredietbedrag” wordt overschreden.
37 Inperking krediet
De bank kan altijd met onmiddellijke ingang een krediet met door haar vast te stellen bedragen inperken, inperkingen wijzigen of overeengekomen inperkingen achterwege laten.
38 Extra rente en verplichting tot aanzuivering bij kredietoverschrijding
Onverminderd het bepaalde in het artikel over onmiddellijke opeisbaarheid in deze algemene voorwaarden geldt ook het volgende als het kredietmaximum wordt overschreden:
a de bank kan altijd een door haar te bepalen extra rente aan de kredietnemer in rekening brengen. Deze extra rente wordt berekend over het bedrag van de kredietoverschrijding, vanaf de dag waarop de kredietoverschrijding ontstaat tot en met de dag waarop de kredietoverschrijding eindigt. De bank kan deze rente op door haar vast te stellen en te wijzigen tijdstippen ten laste van elke door haar te bepalen rekening brengen;
b het bedrag van de kredietoverschrijding is onmiddellijk opeisbaar en moet de kredietnemer voor onmiddellijke aanzuivering van dit bedrag en betaling van de verschuldigde rente en kosten (voor zover deze rente en kosten niet al ten laste van een rekening zijn gebracht) zorgen;
c elke kredietnemer is hoofdelijk aansprakelijk voor het bedrag van de kredietoverschrijding en de verschuldigde rente en kosten.
39 Bevoegdheid tot terugbetaling debetsaldo en tot opzegging krediet
a De kredietnemer kan altijd het door hem verschuldigde xxxxxxxxxx terugbetalen.
b Ongeacht enige andere bepaling in de akte en/of deze voorwaarden kan zowel de bank als iedere kredietnemer altijd het krediet opzeggen, met inachtneming van een termijn van ten minste drie maanden. Gedurende die termijn mag de kredietnemer van het krediet geen gebruik meer maken. Een eventueel debetsaldo moet terstond na afloop van die termijn worden aangezuiverd.
D Bepalingen van bijzondere aard voor de bankgarantiefaciliteit en de contragarantie
Voor de bankgarantie(faciliteit), de bereidverklaring en/of de contragarantie gelden ook de volgende bepalingen:
40 Bevoegdheid bank
a De teksten van de door de bank af te geven bankgarantie(s) en bereidverklaring(en) en de beoogde crediteur(en) van de bankgarantie(s) en/of bereidverklaring(en) moeten naar het oordeel van de bank acceptabel zijn.
b De bank is bevoegd om de opdracht(en) tot het stellen van een bankgarantie en/of bereidverklaring door een derde te laten uitvoeren.
41 Betaling
De verplichting van de opdrachtgever tot betaling op grond van de contragarantie ontstaat door het enkele feit van betaling door de bank en/of de door de bank aangewezen derde aan de (rechtsopvolgers van de) crediteur(en) van de bankgarantie of bereidverklaring. De dag van betaling door de bank en/of de door de bank aangewezen derde is ook de vervaldag voor de opdrachtgever.
42 Kosten contragarantie, bankgarantie en/of bereidverklaring
Onverminderd het bepaalde in deze algemene voorwaarden over kosten geldt ook het volgende:
De opdrachtgever moet aan de bank alle kosten vergoeden, die voor de bank en bij aanwijzing van een derde ook voor de door haar aangewezen derde voortvloeien uit hoofde van in opdracht van opdrachtgever door de bank afgegeven/af te geven bankgarantie(s) en/of bereidverklaring(en) en de contragarantie.
43 Verklaringen opdrachtgever
De opdrachtgever verklaart door ondertekening van de akte ermee bekend te zijn dat de afgifte van de contragarantie voor de bank geen verplichting inhoudt tot het stellen van bankgarantie(s) en/of bereidverklaring(en).
44 Opzegging
a De bankgarantiefaciliteit kan zowel door de opdrachtgever als de bank met onmiddellijke ingang worden opgezegd.
b De contragarantie kan voor toekomstige opdrachten tot het afgeven bankgarantie(s), en/of bereidverklaring(en) door zowel de bank als de opdrachtgever met onmiddellijke ingang schriftelijk worden opgezegd.
c Een opzegging geldt niet voor de ten tijde van de opzegging reeds door de bank en/of de door de bank aangewezen derde in opdracht van de opdrachtgever reeds afgegeven en nog af te geven bankgarantie(s) en bereidverklaring(en) en de daaruit voortvloeiende bankgarantie(s); de contragarantie blijft hiervoor dus onverminderd van kracht.
E Slotbepalingen
45 Volmachten
Door ondertekening van de akte heeft de klant de bank onherroepelijk volmacht – met het recht van substitutie verleend tot de uitoefening door de bank van alle aan haar in de akte en deze algemene voorwaarden toegekende bevoegdheden en rechten, hieronder uitdrukkelijk ook begrepen rechtshandelingen met de bank als wederpartij.
46 Verrekening
De bank en de klant zijn door het ondertekenen van de akte overeengekomen, dat de bank altijd vorderingen op de klant kan verrekenen met vorderingen van de klant op de bank en/of andere huidige en/of toekomstige rechtspersonen van de Rabobank Groep, ongeacht in welke valuta deze vorderingen luiden en of deze vorderingen opeisbaar of (on)voorwaardelijk zijn. Vorderingen luidende in een andere valuta dan euro worden daartoe eerst op een door de bank te bepalen wijze en door de bank te bepalen koers omgerekend naar een bedrag luidende in euro’s. Door ondertekening van de akte komen de bank en de klant overeen, dat de bank geen verklaring hoeft af te geven voordat de bank tot verrekening overgaat.
47 Zekerheden nieuwe/additionele financieringen
Onverminderd de verplichtingen van de klant tot zekerheidstelling uit hoofde van de Algemene Bankvoorwaarden is iedere klant verplicht op eerste verzoek van de bank de door de bank gewenste zekerheden te (laten) vestigen (mede) tot zekerheid voor de nakoming door de klant jegens de bank van zijn verplichtingen uit hoofde van additionele en/of nieuwe financieringsfaciliteiten/faciliteiten in welke vorm dan ook en/of uit welken hoofde dan ook. Een verzoek als hiervoor bedoeld moet schriftelijk door de bank gedaan worden.
48 Opschortingsrecht bank
De bank kan in naar haar oordeel bijzondere gevallen:
• beschikking over het tegoed (op de depotrekening) en/of
• (ieder gebruik van) de financiering en/of
• (ieder gebruik van) de bankgarantiefaciliteit en/of
• de afgifte van een bankgarantie of bereidverklaring opschorten.
49 Onregelmatigheden
Als zich ten aanzien van de financieringsfaciliteit, de bankgarantie(faciliteit), de bereidverklaring, de depotrekening, de (mede) voor de financieringsfaciliteit gevestigde zekerheden, de (uitvoering van de) akte en/of het bepaalde in deze algemene voorwaarden een onregelmatigheid voordoet, dreigt voor te doen of heeft voorgedaan, is de klant verplicht op verzoek van de bank al hetgeen te doen of na te laten wat de bank redelijkerwijs noodzakelijk acht in verband met die (dreigende) onregelmatigheid.
50 Partiële nietigheid en vernietigbaarheid
Een nietigheid of vernietigbaarheid van een (gedeelte van een) bepaling in de akte en/of deze algemene voorwaarden leidt niet tot nietigheid of vernietigbaarheid van de gehele akte of al deze voorwaarden, noch van enige andere bepaling daarin.
51 Wijziging in de vennootschapsovereenkomst en/of de statuten en/of het aandelenkapitaal
1 De klant mag geen wijziging aanbrengen in de overeenkomst van commanditaire of andere openbare vennootschap of in zijn statuten zonder voorafgaande schriftelijke goedkeuring van de bank.
2 Zonder de voorafgaande schriftelijke toestemming van de bank mag/mogen: a niet worden terugbetaald op aandelen of inbreng in de klant;
b geen eigen aandelen worden ingekocht door de klant;
c geen ontheffing worden verleend van enige verplichting tot storting op niet volgestorte aandelen of tot inbreng in de klant;
d niet het geplaatste aandelenkapitaal van of het bedrag van de inbreng in de klant worden verminderd; e geen wijziging worden aangebracht in de rechten en/of aandelen van een of meer aandeelhouders;
f geen besluit tot het hiervoor onder sub a tot en met sub e vermelde worden genomen.
52 Wijziging wet- en regelgeving
A 1 Als zich na verstrekking van de financiering, bankgarantie(faciliteit) en/of bereidverklaring enige wijziging in de wet of regelgeving of in de interpretatie of de uitvoering daarvan voordoet of nieuwe wet of regelgeving wordt ingevoerd en dit tot gevolg heeft dat door de bank met betrekking tot de financiering, bankgarantie(faciliteit) en/of bereidverklaring:
• een lager rendement over kapitaal wordt behaald, en/of
• extra kosten moeten worden gemaakt, en/of
• een hogere kostprijs moet worden betaald,
• voldoet de klant op eerste verzoek van de bank onmiddellijk aan de bank een bedrag dat voldoende is om de bank schadeloos te stellen voor het lagere rendement, de extra kosten en/of de verhoogde kostprijs. Naar uitsluitende keuze van de bank kan de klant deze schadeloosstelling ook periodiek voldoen.
2 Het bepaalde in lid 1 van dit artikel is eveneens van toepassing als het lagere rendement, de extra kosten en/ of de verhoogde kostprijs een gevolg is van de omstandigheid dat de bank na verstrekking van de financiering, bankgarantie(faciliteit) en/of bereidverklaring voldoet aan een verzoek of een eis om welke reden dan ook van een bevoegde autoriteit met betrekking tot het aanhouden/in standhouden van (extra) kapitaal.
3 De bank stelt de klant zo spoedig mogelijk in kennis van de hierboven bedoelde omstandigheden en van de hoogte van het bedrag dat de klant op grond van lid 1 of 2 moet voldoen.
B Als in deze voorwaarden wordt verwezen naar een wetsartikel en/of wet of regelgeving wordt daarmee ook bedoeld een daarvoor in de plaats tredend wetsartikel en/of wet of regelgeving.
53 Beperking aansprakelijkheid bank
1 Als de bank aansprakelijk is op basis van de wet of regelgeving, de akte en/of de in de akte van toepassing verklaarde (algemene) voorwaarden, is de aansprakelijkheid van de bank beperkt tot de verplichting om aan de klant als schadevergoeding uitsluitend renteverlies te vergoeden tot een maximum van tweehonderdvijfentwintig euro (€ 225,) per geval. De bank is niet aansprakelijk voor andere directe of indirecte schade.
2 De bank is niet aansprakelijk in abnormale en onvoorziene omstandigheden die onafhankelijk zijn van de wil van de bank en waarvan de gevolgen ondanks alle voorzorgsmaatregelen niet konden worden voorkomen, en ook niet als de bank verplichtingen op grond van wet of regelgeving heeft. Zulke omstandigheden zijn in ieder geval een dreigend(e), zich realiserend(e) of bestaand(e):
a internationaal conflict;
b gewelddadige, terroristische of gewapende actie;
c maatregel van enige binnenlandse, buitenlandse of internationale overheid; d maatregel van een toezichthoudende instantie;
e boycotactie;
f arbeidsongeregeldheden bij derden of onder het eigen personeel;
g storing in de elektriciteitsvoorzieningen, in communicatieverbindingen of in apparatuur of programmatuur van de bank of van derden;
h natuurramp; i brand;
j wateroverlast; k overval;
l kernramp;
m pandemie, of
n andere gevallen van overmacht.
54 Bureau Krediet Registratie (BKR) en andere informatiesystemen
a De bank is deelneemster aan het Bureau Krediet Registratie (BKR) te Tiel, waarbij banken en financieringsinstellingen, mobiele operators en service providers zijn aangesloten. Dit leidt onder meer tot de volgende bevoegdheden en verplichtingen voor de bank:
• De bank is in sommige gevallen overeenkomstig de voorschriften van BKR en andere relevante regelgeving bevoegd of verplicht om de klant in het kader van een aanvraag voor een financierings en/of bankgarantiefaciliteit bij BKR te toetsen;
• De bank is in sommige gevallen overeenkomstig de voorschriften van BKR bevoegd of verplicht (de hoogte van) de financieringsfaciliteit bij BKR te melden;
• De bank is in sommige gevallen overeenkomstig de voorschriften van BKR verplicht andere meldingen ter zake van de klant of de financieringsfaciliteit aan BKR te doen, zoals onregelmatigheden in betalingen.
b Daarnaast kan de bank haar incidentenregister(s) en overige haar ten dienste staande informatiesystemen raadplegen zoals die worden gehanteerd door (andere) instellingen of instanties. Als daartoe naar het oordeel van de bank aanleiding bestaat kan de bank relevante gegevens in deze informatiesystemen (laten) opnemen.
55 Woonplaats
De klant, die geen voor de bank bekend adres heeft, wordt geacht woon en/of vestigingsplaats te hebben gekozen op het hoofdkantoor van de bank. Op die plaats kunnen alle voor de klant bestemde mededelingen worden gedaan en voor de klant bestemde bescheiden worden bezorgd en/of betekend.
56 Wijziging algemene voorwaarden
De bank is altijd bevoegd deze algemene voorwaarden aan te vullen, te wijzigen en/of te vervangen. Zij zal de klant ten minste dertig dagen voor de inwerkingtreding van een dergelijke aanvulling, wijziging en/of vervanging daarvan hierover informeren of in de gelegenheid stellen hiervan kennis te nemen.
De tekst van deze Algemene voorwaarden bedrijfsfinancieringen van de Rabobank 2010 is op 20 mei 2010 gedeponeerd bij de griffie van de rechtbank in Utrecht, onder nummer 116/2010.
4105 jul-2014